Vereenvoudigd Prospectus 27 januari 2011
Allianz Global Investors Fund Société d’Investissement à Capital Variable
Allianz Global Investors Luxembourg S. A.
Belangrijke informatie Dit Vereenvoudigd Prospectus biedt een samenvatting van de belangrijkste informatie over de Maatschappij en haar Compartimenten. Het Vereenvoudigde Prospectus is gedateerd 27 januari 2011. Voor meer informatie over de juridische structuur van de Maatschappij, haar doelstellingen, de vergoedingen en kosten, de risico’s van een Compartiment alsook overige inlichtingen, kunt u het huidige Prospectus van 27 januari 2011 samen met de huidige jaar- en eventueel verschenen halfjaarverslagen aanvragen; ook kunt u zich laten adviseren door uw aandelenmakelaar, bankdirecteur, raadsman, fiscaal adviseur, accountant of ander financieel adviseur. Bovendien is het ook raadzaam dit tezamen met het Prospectus te lezen. Enig Aanhangsel en enige latere bijlagen bij het Vereenvoudigde Prospectus maken deel uit van het Vereenvoudigde Prospectus en dienen dienovereenkomstig te worden gelezen.
Beleggingsbeperkingen die gelden voor Personen uit de VS (‘US Persons’) De Maatschappij is niet en zal niet worden geregistreerd conform de United States Investment Company Act van 1940, zoals gewijzigd (de ‘Investment Company Act’). De Aandelen van de Maatschappij zijn niet en zullen niet worden geregistreerd conform de United States Securities Act van 1933, zoals gewijzigd (de ‘Securities Act’) of conform de effectenwetten van enige staat van de Verenigde Staten van Amerika, en dergelijke Aandelen mogen alleen in overeenstemming met de Wet van 1933 en andere dergelijke staatsof effectenwetten worden aangeboden, verkocht of anderszins overgedragen. De Aandelen van de Maatschappij mogen binnen de Verenigde Staten niet worden aangeboden of verkocht aan, of voor rekening van, enige Persoon uit de VS zoals gedefinieerd in Rule 902 van Regulation S onder de Securities Act. Van belangstellenden kan worden geëist dat zij verklaren geen Personen uit de VS te zijn en dat ze geen Aandelen wensen te kopen of door te verkopen namens of ten voordele van een Persoon uit de VS. In artikel 10 van de statuten is beschreven onder welke voorwaarden de Maatschappij ‘uitgesloten personen’ ertoe kan verplichten hun Aandelen door de Maatschappij te laten terugkopen. Uitgesloten personen omvatten Personen uit de VS.
Inhoudsopgave Definities. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2
Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
17
Deel 1: Informatie over de Maatschappij . De Maatschappij – een overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5
Belastingregeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
20
Specifieke informatie over de Maatschappij. . . . . . . . . . . . . . . . .
5
Rendement, Total Expense Ratio en Portfolio Turnover Rate. . . .
21
Door de Maatschappij aan derden uitbestede werkzaamheden. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Aandelenklassen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
41
6
Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten . . . . . . . . . .
43
De Aandelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
Deel 2: Algemene risicofactoren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
51
1. Inschrijvingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
Deel 3: Compartimenten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
59
2. Recht om een inschrijvingsorder te annuleren in geval . van een mislukte afwikkeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8
3. Terugkoop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8
4. Conversie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9
5. Frequentie, plaats resp. wijze van publicatie of . terbeschikkingstelling van de prijzen van de Aandelen. . . . . .
10
6. Voorkoming van witwaspraktijken en van de . financiering van terrorisme. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
10
Vergoedingen en kosten ten laste van de Maatschappij, de Compartimenten en de Aandelenklassen (kosten en uitgaven). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
12
1. Beheer- en centrale-administratievergoeding. . . . . . . . . . . . . .
12
2. Rendementsgebonden vergoedingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
12
3. Vergoeding voor effectentransacties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
14
4. Administratievergoeding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
14
5. Bijkomende kosten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
14
6. Oprichtingskosten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
7. Distributievergoedingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
8. Makelaarsprovisies. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
9. Regelingen voor het delen van provisies . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
10. Provisies. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15
11. Vergoeding van Bestuurders en functionarissen . . . . . . . . . .
15
12. Total Expense Ratio . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
16
Deel 4: Belangrijke informatie voor beleggers. . . . . . . . . . . . . . . . 205 Adressenlijst. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 208
Allianz Global Investors Fund
Definities Aandeel/Aandelen: Aandeel/Aandelen omvatten alle aandelen en vergelijkbare effecten, zoals hiernaar wordt verwezen in en zoals van toepassing binnen het desbetreffende beleggingsbeleid van elk Compartiment. Aandeel: Een aandeel dat door de Maatschappij wordt uitgegeven voor een Aandelenklasse van een Compartiment. Aandeelhouder: Een houder van Aandelen in de Maatschappij. Aandelenklasse: Een Aandelenklasse van een Compartiment, die verschillende kenmerken kan hebben dan andere Aandelenklassen (inclusief maar niet beperkt tot kosten, vergoedingsstructuren, aanwending van inkomsten, toegestane beleggers, minimaal beleggingsbedrag, referentievaluta, valuta-afdekking, durationafdekking, afdekkingsvaluta, inschrijvings- en terugkoopprocedures). Aanhangsel: Verwijst naar de Aanhangsels van de huidige versie van het Prospectus. Afdekkingsvaluta: De valuta waartegen de activa van een Aandelenklasse in grote mate worden afgedekt tegen de referentievaluta van de desbetreffende Aandelenklasse. Agent: Elke door de Maatschappij benoemde agent. AUD of Australische dollar: AUD of Australische dollar verwijst naar de officiële munteenheid van Australië. Basisvaluta: Munteenheid van het desbetreffende Compartiment. Beheermaatschappij: Allianz Global Investors Luxembourg S. A. 6A, route de Trèves L-2633 Senningerberg Beleggingsbeheerder: Elke door de Maatschappij benoemde Beleggingsbeheerder die is vermeld onder ‘Adressenlijst’ aan het einde van het Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus.
CAD of Canadese dollar: CAD of Canadese dollar verwijst naar de officiële munteenheid van Canada. Centrale administrateur: Allianz Global Investors Luxembourg S. A. 6A, route de Trèves L-2633 Senningerberg CHF of Zwitserse frank: CHF of Zwitserse frank verwijst naar de officiële munteenheid van Zwitserland. Compartiment: Elk Compartiment van de Maatschappij. Consolidatievaluta: De consolidatievaluta van de Maatschappij. Conversiekosten: De kosten die worden aangerekend bij de conversie van Aandelen van een Compartiment in overeenstemming met het deel ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’. CSSF: Commission de Surveillance du Secteur Financier (zie ‘Toezichthoudende instantie’) CZK of Tsjechische kroon: CZK of Tsjechische kroon verwijst naar de officiële munteenheid van Tsjechië. Distributeur: Elke door de Maatschappij benoemde distributeur. DKK of Deense kroon: DKK of Deense kroon verwijst naar de officiële munteenheid van Denemarken. Duration: Duration betekent de gewogen gemiddelde resterende looptijd. Effectenbewaarder: Clearstream, Euroclear, National Securities Clearing Corporation (NSCC) en andere clearingsystemen via welke Aandelen worden uitgegeven. De bij het effectenbewaarbedrijf bewaarde Aandelen worden als globale certificaten vastgelegd. Beleggers dienen er rekening mee te houden dat Clearstream en Euroclear uitsluitend volledige Aandelen uitgeven.
Betaal- en informatiekantoor: Elk door de Maatschappij benoemd betaal- en informatiekantoor.
EUR of euro: EUR of euro verwijst naar de officiële munteenheid van de lidstaten van de Europese Economische en Monetaire Unie.
Bewaarder: State Street Bank Luxembourg S.A. 49, avenue J.F. Kennedy L-1855 Luxemburg
GBP of Britse pond: GBP of Britse pond verwijst naar de officiële munteenheid van het Verenigd Koninkrijk.
2
Allianz Global Investors Fund Gereglementeerde markt: Elke gereglementeerde markt in een willekeurig land die in de zin van artikel 41(1) van de Wet erkend is, open is voor het publiek en reglementair werkt. Groeiaandelen: Groeiaandelen omvatten aandelen die volgens de Beleggingsbeheerder over een groeipotentieel beschikken waarmee in hun huidige prijzen onvoldoende rekening is gehouden. Hoogrentende beleggingen: Hoogrentende beleggingen zijn beleggingen in activa die geen investment grade rating van een erkend ratinginstituut bezitten (zogenaamde ‘non investment grade rating’) of waarvoor helemaal geen rating bestaat maar waarvan de rating naar de mening van de Beleggingsbeheerder, indien ze een rating hadden, zou overeenstemmen met de rating ‘non investment grade’. HUF of Hongaarse forint: HUF of Hongaarse forint verwijst naar de officiële munteenheid van Hongarije. ICBE-richtlijn: De richtlijn van de Raad van de Europese Gemeenschappen nr. 85/611/EEG in de geldende versie. ICBE’s of andere ICB’s: Instellingen voor collectieve belegging in effecten (ICBE’s) of andere instellingen voor collectieve belegging (ICB’s) in de zin van de Wet. Informatiekantoor: Elk door de Maatschappij aangeduide informatiekantoor. Inschrijvingsprijs: De inschrijvingsprijs per Aandeel voor Aandelen van een Aandelenklasse van een Compartiment wordt berekend door bij de nettovermogenswaarde per Aandeel van de desbetreffende Aandelenklasse eventuele verkoopkosten op te tellen. JPY of Japanse yen: JPY of Japanse yen verwijst naar de officiële munteenheid van Japan. Kapitalisatieaandelen: Bij kapitalisatieaandelen worden de inkomsten die over deze Aandelen worden gegenereerd doorgaans niet uitgekeerd aan de Aandeelhouders. In plaats daarvan blijven de inkomsten in het Compartiment of de respectieve Aandelenklasse, en worden weerspiegeld in de waarde van de kapitalisatieaandelen. Maatschappelijke zetel van de Maatschappij: 6A, route de Trèves L-2633 Senningerberg Maatschappij: Allianz Global Investors Fund, met inbegrip van alle huidige en toekomstige Compartimenten. MET: Midden-Europese tijd.
MEZT: Midden-Europese zomertijd. Nettovermogenswaarde/NVW: De vermogenswaarde bepaald volgens het deel ‘Berekening van de nettovermogenswaarde per Aandeel’ van het Prospectus. NOK of Noorse kroon: NOK of Noorse kroon verwijst naar de officiële munteenheid van Noorwegen. Onafhankelijke accountant: PricewaterhouseCoopers S.à r.l. 400, route d’Esch L-1014 Luxemburg Ontwikkeld land/ontwikkelde landen: Een ontwikkeld land is een land dat door de Wereldbank geclassificeerd wordt als een land met een hoog bruto nationaal inkomen per hoofd van de bevolking. Opkomende markt/markten: Een opkomende markt is een land dat door de Wereldbank niet geclassificeerd wordt als een land met een hoog bruto nationaal inkomen per hoofd van de bevolking. Personen uit de VS: Het begrip ‘Persoon uit de VS’ (zoals gedefinieerd in Rule 902 van Regulation S onder de Securities Act) omvat onder meer (1) elke natuurlijke persoon die een inwoner is van de Verenigde Staten; (2) een vennootschap of partnerschap georganiseerd of opgericht in overeenstemming met de wetten van de VS of een staat van de VS; (3) een trust: (a) waarvan een trustee een Persoon uit de VS is, tenzij die trustee een professionele zaakwaarnemer is en een cotrustee die geen Persoon uit de VS is de volledige of gedeelde beleggingsvrijheid ten aanzien van de vermogensbestanddelen van de trust heeft, en geen van de begunstigden van de trust (noch enige ‘settlor’, indien de trust herroepbaar is) een Persoon uit de VS is, of (b) indien een rechtbank primaire jurisdictie over de trust kan uitoefenen en één of meer Amerikaanse zaakwaarnemers de bevoegdheid hebben om controle uit te oefenen over alle wezenlijke beslissingen van de trust, en (4) een vermogen (a) dat Amerikaanse belastingen verschuldigd is op zijn wereldwijde inkomsten uit alle bronnen; of (b) waarvoor een Persoon uit de VS executeur of bewindvoerder is, tenzij een executeur of bewindvoerder van het vermogen die geen Persoon uit de VS is, de volledige of gedeelde beleggingsvrijheid heeft ten aanzien van de vermogensbestanddelen van het vermogen, en het vermogen valt onder buitenlands recht. Het begrip ‘Persoon uit de VS’ betekent eveneens elke entiteit die hoofdzakelijk is georganiseerd voor passieve beleggingen (zoals een commodity pool, beleggingsmaatschappij of een andere vergelijkbare entiteit), opgericht: (a) om het beleggen in een commodity pool door een Persoon uit de VS eenvoudiger te maken, waarbij de exploitant op grond van het feit dat de deelnemers geen Personen uit de VS zijn, is vrijgesteld van bepaalde vereisten van Deel 4 van de reglementaire bepalingen afgekondigd door de United States Commodity Futures Trading Commission (de toezichthoudende instantie voor de handel in commodity futures), of (b) door Personen uit de VS, met als
3
Allianz Global Investors Fund voornaamste doel om te beleggen in effecten die niet geregistreerd zijn onder de Amerikaanse Securities Act van 1933, tenzij de entiteit is opgericht door, en eigendom is van, ‘geaccrediteerde beleggers’ (zoals gedefinieerd in Rule 501 (a) onder de Securities Act van 1933) die geen natuurlijke personen, vermogens of trusts zijn. PLN of Poolse zloty: PLN of Poolse zloty verwijst naar de officiële munteenheid van Polen. Prospectus: Het Volledige Prospectus van 27 januari 2011 in de huidige versie met inbegrip van alle wijzigingen en toevoegingen. Raad van Beheer: De in het Prospectus onder ‘Beheer en Secretariaat van de Maatschappij’ vermelde leden van de Raad van Beheer. Referentievaluta: De valuta waarin de nettovermogenswaarde per Aandeel van een Aandelenklasse wordt berekend. Register- en transferkantoor: RBC Dexia Investor Services Bank S.A. 14, Porte de France L-4360 Esch-sur-Alzette Rentedragend effect/rentedragende effecten: Een rentedragend effect is elk effect waarop rente aangroeit, inclusief maar niet beperkt tot nulcouponobligaties, in het bijzonder staatsobligaties, pandbrieven en vergelijkbare buitenlandse hypothecaire obligaties van kredietinstellingen, door gemeenten uitgegeven obligaties, obligaties met variabele rente, converteerbare obligaties en obligaties met warrants, bedrijfsobligaties, door hypothecaire zekerheid en door vermogen gedekte effecten en overige leningen die met een dekking zijn verbonden. SEK of Zweedse kroon: SEK of Zweedse kroon verwijst naar de officiële munteenheid van Zweden. SGD of Singapore dollar: SGD of Singapore dollar verwijst naar de officiële munteenheid van Singapore. SICAV: Société d’Investissement à Capital Variable (beleggingsvennootschap met veranderlijk kapitaal naar Luxemburgs recht). Statuten: De statuten van de Maatschappij van 9 augustus 1999 met van tijd tot tijd toevoegingen en wijzigingen. Terugkoopprijs: De terugkoopprijs per Aandeel voor Aandelen van een Aandelenklasse van een Compartiment wordt berekend door van de nettovermogenswaarde per Aandeel van de desbetreffende Aandelenklasse eventuele terugkoopkosten af te trekken.
4
Toezichthoudende instantie: De Luxemburgse instantie die toezicht uitoefent op beleggingsfondsen (Commission de Surveillance du Secteur Financier). Uitkeringsaandelen: Uitkeringsaandelen zijn aandelen die doorgaans netto-inkomsten uitkeren, of, indien van toepassing, inkomsten uit verkopen of andere componenten. USD of US dollar: USD of US dollar verwijst naar de officiële munteenheid van de Verenigde Staten van Amerika. Vereenvoudigd Prospectus: Het Vereenvoudigde Prospectus uitgegeven in overeenstemming met de Wet. Verenigde Staten: De Verenigde Staten van Amerika (met inbegrip van alle staten van de Verenigde Staten en het District of Columbia), zijn territoria en bezittingen en alle andere gebieden die onder de wetgeving van de Verenigde Staten van Amerika vallen. Verkoopkosten: De in het deel ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’ vermelde kosten die worden aangerekend bij de inschrijving op Aandelen van een Compartiment. Waardeaandelen: Waardeaandelen omvatten aandelen die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder ondergewaardeerd zijn. Waarderingsdatum: Een waarderingsdatum is elke werkdag tenzij anders vermeld in het informatieblad van het desbetreffende Compartiment. Werkdag: Elke bank- en beursdag in Luxemburg. Wet: De Luxemburgse Wet van 20 december 2002 inzake instellingen voor collectieve belegging in de geldende versie.
Allianz Global Investors Fund
Deel 1: Informatie over de Maatschappij De Maatschappij – een overzicht Juridische structuur:
SICAV (paraplu-structuur) volgens deel I van de Luxemburgse Wet van 20 december 2002 . betreffende de instellingen voor collectieve belegging
Datum en land van oprichting van de Maatschappij:
9 augustus 1999, Luxemburg.
Boekjaar:
1 oktober tot 30 september
Balansdatum:
elk jaar op 30 september
Halfjaarverslag:
elk jaar op 31 maart
Munt van de Maatschappij:
euro
Beheermaatschappij en centrale administrateur:
Allianz Global Investors Luxembourg S. A.. 6A, route de Trèves, L-2633 Senningerberg
Bewaarder, toezicht op beleggings- limieten en –beperkingen, accountant van het Fonds en NVW-berekening:
State Street Bank Luxembourg S.A.. 49, Avenue J.F. Kennedy, L-1855 Luxemburg.
Register- en transferkantoor:
RBC Dexia Investor Services Bank S.A.. 14, Porte de France, L-4360 Esch-sur-Alzette
Onafhankelijke accountant:
PricewaterhouseCoopers S.à r.l.. 400, route d’Esch, L-1014 Luxemburg
Financiële groep die het Fonds/ de Compartimenten aanbiedt:
Allianz-groep.
Toezichthoudende autoriteit:
Commission de Surveillance du Secteur Financier. 110, route d’Arlon, L-2991 Luxemburg
Specifieke informatie over de Maatschappij Elk Compartiment kan over meerdere Aandelenklassen beschikken, die verschillende kenmerken kunnen hebben (inclusief maar niet beperkt tot kosten, vergoedingsstructuren, aanwending van inkomsten, toegestane beleggers, minimaal beleggingsbedrag, referentievaluta, valuta-afdekking, durationafdekking, inschrijvingsen terugkoopprocedures). Er is een vereiste minimale inleg voor de aankoop van Aandelen in verschillende Aandelenklassen, zoals beschreven in ‘Aandelenklassen’ of in de informatiebladen. De Beheermaatschappij beschikt over de bevoegdheid om in individuele gevallen een lagere minimale inleg toe te staan. Het bedrag van een vervolginleg mag kleiner zijn op voorwaarde dat de som van de waarde van de door de koper op het tijdstip van de vervolginleg reeds aangehouden Aandelen van dezelfde Aandelenklasse en het bedrag van de vervolginleg (na aftrek van eventuele verkoopkosten) minstens overeenkomt met de minimale inleg van de betreffende Aandelenklasse. Deze berekening heeft alleen betrekking op participaties van beleggers die in bewaring worden gehouden bij dezelfde instelling waar de vervolginleg zal plaatsvinden. Indien een belegger als intermediaire bewaarder fungeert voor begunstigde derden, dan kunnen vervolgbeleggingen voor lagere bedragen alleen worden toegestaan als voor elk van de begunstigde derden afzonderlijk voldaan is aan alle eerder genoemde voorwaarden.
Mogelijk is hiervoor een schriftelijke bevestiging vereist alvorens de belegging kan worden uitgevoerd. Zoals beschreven in ‘Aandelenklassen’ is de inschrijving op bepaalde Aandelen beperkt tot rechtspersonen, en kan er op deze Aandelen niet worden ingeschreven door tussenpersonen die handelen namens derden die natuurlijke personen zijn. Mogelijk is hiervoor een schriftelijke bevestiging vereist alvorens de belegging kan worden uitgevoerd. Aandeelhouders in verschillende Aandelenklassen, zoals aangegeven in ‘Aandelenklassen’, zijn op het niveau van de Aandelenklasse geen beheervergoeding, centrale-administratievergoeding of rendementsvergoeding verschuldigd; in plaats daarvan wordt een vergoeding direct door de Beheermaatschappij in rekening gebracht aan deze Aandeelhouders. Dergelijke Aandelen kunnen uitsluitend met toestemming van de Beheermaatschappij en na sluiting van een individuele overeenkomst tussen de Aandeelhouder en de Beheermaatschappij worden uitgegeven. De Beheermaatschappij kan vrij besluiten om dergelijke Aandelen uit te geven en of zij instemt met en bereid is te onderhandelen over enige individuele voorwaarden.
5
Allianz Global Investors Fund De Maatschappij kan Aandelen in een Aandelenklasse uitgeven met een andere referentievaluta dan de basisvaluta van het Compartiment. De Maatschappij kan een valutablootstelling ten aanzien van de referentievaluta in grote mate trachten af te dekken voor bepaalde Aandelenklassen. Alle winsten, verliezen en kosten die gepaard gaan met een dergelijke valutaafdekkingstransactie die voor een of meer Aandelenklassen wordt afgesloten, zullen uitsluitend worden toegerekend aan de toepasselijke Aandelenklasse(n). Er is geen garantie dat pogingen om het valutarisico af te dekken succesvol zullen zijn of dat een afdekkingsstrategie het valutarisico volledig zal elimineren. De respectieve referentievaluta van een Aandelenklasse wordt tussen haakjes vermeld na het type Aandelenklasse [bijv. voor Aandelenklasse type A en referentievaluta USD: A (USD)]. Als getracht wordt een Aandelenklasse af te dekken tegen de referentievaluta, wordt er voor de referentievaluta een ‘H’ geplaatst [bijv. voor Aandelenklasse type A en referentievaluta USD met afdekking tegen de referentievaluta: A (H-USD)]. De Maatschappij kan Aandelen in een Aandelenklasse uitgeven met een andere afdekkingsvaluta dan de referentievaluta van het Compartiment. De Maatschappij kan de valutablootstelling ten aanzien van de afdekkingsvaluta in grote mate trachten af te dekken voor bepaalde Aandelenklassen. Alle winsten, verliezen en kosten die gepaard gaan met een dergelijke valuta-
afdekkingstransactie die voor een of meer Aandelenklassen wordt afgesloten, zullen uitsluitend worden toegerekend aan de toepasselijke Aandelenklasse(n). Er is geen garantie dat pogingen om het valutarisico af te dekken succesvol zullen zijn of dat een afdekkingsstrategie het valutarisico volledig zal elimineren. Als een Aandelenklasse zich tracht af te dekken tegen de afdekkingsvaluta, dan worden na de respectieve referentievaluta een ‘H’ en de respectieve afdekkingsvaluta geplaatst [bijv. voor de Aandelenklasse type A, referentievaluta USD en afdekkingsvaluta JPY: A (USD H-JPY)]. De Maatschappij kan eveneens een vooraf bepaalde duration in grote mate trachten af te dekken voor bepaalde Aandelenklassen, en voor andere niet. Ook hier worden alle winsten, verliezen en uitgaven die met een dergelijke afdekkingstransactie gepaard gaan uitsluitend toegerekend aan de toepasselijke Aandelenklasse(n). Als een Aandelenklasse tracht af te dekken tegen een vooraf bepaalde duration, wordt er voor de nagestreefde duration van de afzonderlijke Aandelenklasse en van de naam van de referentievaluta een ‘D’ geplaatst [bijv. voor Aandelenklasse type A, referentievaluta USD en een nagestreefde duration van 2 jaar: A (D 2-USD)]. Alle Aandelen nemen in gelijke mate deel aan de winsten en liquidatieopbrengsten van hun Aandelenklasse. Gelieve echter het hoofdstuk ‘Aandelenklassen’ te raadplegen voor nadere details over de uitkerings- en kapitalisatieaandelenklassen.
Door de Maatschappij aan derden uitbestede werkzaamheden De Beheermaatschappij heeft het recht om haar beherende en administratieve taken op eigen verantwoording, controle en coördinatie te delegeren aan gespecialiseerde dienstverleners, voor zover de bepalingen in de wet, een verordening of andere vorm van regelgeving zulks toelaten. Bepaalde taken van de centrale administrateur zijn overgedragen aan de bewaarder en het register- en transferkantoor, die op hun beurt hulp van derden mogen inroepen. De Maatschappij heeft State Street Bank Luxembourg S.A., wiens kernactiviteiten fonds- en bewaardiensten omvatten, aangewezen als de bewaarder van haar activa. Naast bewaardiensten heeft de Beheermaatschappij aan State Street Bank Luxembourg S.A. ook belangrijke functies uitbesteed op het vlak van de centrale administratie en andere taken, namelijk de boekhouding van het Compartiment, de berekening van de nettovermogenswaarde en het toezicht op de beleggingslimieten en -beperkingen. Ook deze onderneming kan de hulp van derden inroepen. De functie van register- en transferkantoor (inclusief de uitgifte en terugkoop van Aandelen, het bijhouden van het Aandeelhoudersregister en daarmee verwante diensten) is gedelegeerd aan RBC Dexia Investor Services Bank S. A. (het ‘register- en transferkantoor’).
6
De Beheermaatschappij heeft, op eigen kosten, de opstelling van de periodieke verslagen evenals andere verslagen uitbesteed aan Allianz Global Investors Kapitalanlagegesellschaft mbH, Frankfurt am Main, Bondsrepubliek Duitsland (‘AllianzGI KAG’). AllianzGI KAG is een beleggingsmaatschappij die in december 1955 naar Duits recht is opgericht als een vennootschap met beperkte aansprakelijkheid onder het toezicht van de Bundesanstalt für Finanzdienstleistungsaufsicht (‘BaFin’), Frankfurt am Main, Bondsrepubliek Duitsland. Zij is tevens de moedermaatschappij van de Beheermaatschappij. De Beheermaatschappij heeft op eigen kosten de berekening van risicocijfers, performancecijfers en structurele gegevens van het Compartiment uitbesteed aan IDS GmbH - Analysis and Reporting Services, München, Bondsrepubliek Duitsland, die hulp van derden kan inroepen. De Beheermaatschappij mag – met behoud van haar verantwoordelijkheid, controle en coördinatie – met het oog op een efficiënt beheer op eigen kosten het fondsbeheer aan derden delegeren (‘beleggingsbeheerder’) of zich door derden laten adviseren (‘beleggingsadviseurs’).
Allianz Global Investors Fund
De Aandelen 1. Inschrijvingen Aandelen zijn beschikbaar voor inschrijving via de Beheermaatschappij, het register- en transferkantoor, de distributeurs en de betaalkantoren van de Maatschappij. Aandelen worden op elke waarderingsdag tegen de intekenprijs van de desbetreffende Aandelenklasse uitgegeven, met inbegrip van de daarvoor geldende verkoopkosten zoals beschreven in het hoofdstuk ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’. Het staat de Beheermaatschappij vrij om lagere verkoopkosten aan te rekenen. De verkoopkosten komen ten gunste van de distributeurs en worden geheven als een percentage van de nettovermogenswaarde per Aandeel van een Aandelenklasse. Aanvragen voor inschrijving die voor 11.00 u MET of MEZT op een waarderingsdag worden ontvangen door (1) de Maatschappij, (2) een ander kantoor dat door de Maatschappij is genoemd als kantoor voor het plaatsen van orders, of (3) het register- en transferkantoor, worden afgewikkeld tegen de inschrijvingsprijs zoals bepaald (maar nog niet gepubliceerd) op die waarderingsdag. Aanvragen voor Aandelen die na dit tijdstip worden ontvangen, worden afgewikkeld tegen een onbekende inschrijvingsprijs op de volgende waarderingsdag. Mogelijk gelden voor afzonderlijke Compartimenten andere uiterste termijnen voor de ontvangst van aanvragen. Meer informatie daarover is vermeld in het informatieblad van het respectieve Compartiment. Afwikkelingsdatums mogen niet later plaatsvinden dan de tweede waarderingsdag na ontvangst van aanvragen door (1) de Maatschappij, (2) een ander kantoor dat door de Maatschappij is genoemd als kantoor voor het plaatsen van orders, of (3) het register- en transferkantoor, en de order moet steeds worden afgewikkeld tegen een onbekende inschrijvingsprijs op het moment waarop de order wordt gegeven. Als een Aandeelhouder inschrijft op Aandelen via een specifieke distributeur, dan kan de distributeur een rekening openen op zijn eigen naam en de Aandelen exclusief op zijn naam laten registreren, of op naam van een nominee. Alle latere aanvragen voor inschrijving, terugkoop of conversie en andere instructies dienen vervolgens via de desbetreffende distributeur te worden ingediend. De inschrijvingsprijs van de Aandelen moet door de Maatschappij in vrij beschikbare middelen worden ontvangen binnen de volgende termijnen: – binnen de vier werkdagen bij Aandelenklassen met de referentievaluta’s HKD en SGD, – binnen de drie werkdagen bij Aandelenklassen met de referentievaluta’s AUD, CZK, DKK, HUF, JPY en PLN, – binnen de twee werkdagen bij alle overige Aandelenklassen. Het is de Maatschappij toegestaan om de uiterste termijnen voor de ontvangst van inschrijvingsgeld te wijzigen (inclusief maar niet beperkt tot inschrijvingen die via bepaalde tussenpersonen lopen). Alle betalingen moeten echter uiterlijk vijf werkdagen na de berekening van de inschrijvingsprijs in de inschrijvingsvaluta van de
respectieve Aandelenklasse zijn ontvangen. Alle bankkosten komen voor rekening van de Aandeelhouders. Alle andere betaalwijzen dienen vooraf door de Maatschappij te worden goedgekeurd. Indien intekenbedragen niet onmiddellijk worden ontvangen of indien er niet vrij over kan worden beschikt, wordt de inschrijving uitgesteld tot de vrijgemaakte betaling is ontvangen, tenzij anders met de Maatschappij of één van haar gevolmachtigde vertegenwoordigers overeengekomen. De intekenprocedure kan variëren afhankelijk van de distributeurs of betaalkantoren via welke de Aandeelhouder op Aandelen intekent. Hierdoor kan de ontvangst van een intekenorder bij de Maatschappij vertraging oplopen. Beleggers dienen hun distributeur te raadplegen alvorens een aanvraag in te dienen. Bij aankoop van Aandelen via distributeurs en betaalkantoren in Italië kunnen behalve verkoopkosten ook transactiekosten van maximaal EUR 75,– per transactie worden aangerekend. De genoemde kosten kunnen met name bij een kortlopende belegging het succes van een belegging in Aandelen van een Compartiment reduceren of zelfs tenietdoen; een langere beleggingsduur wordt aanbevolen. Indien Aandelen via andere kantoren dan de distributeurs, het register- en transferkantoor, de Beheermaatschappij of de betaalkantoren worden verworven, kunnen extra kosten aangerekend worden. De Maatschappij kan instemmen om Aandelen uit te geven als vergoeding voor een inbreng in natura van activa, in overeenstemming met de Luxemburgse wet. Een dergelijke aanvraag moet worden vergezeld van een waarderingsverslag opgesteld door een onafhankelijke accountant (réviseur d’entreprises agréé) en de activa dienen overeen te stemmen met het beleggingsbeleid van dat specifieke Compartiment. Alle kosten die gemaakt zijn in verband met een bijdrage in natura zijn voor rekening van de desbetreffende Aandeelhouder. De Maatschappij behoudt zich het recht voor een aanvraag tot inschrijving geheel (bijv. bij vermoeden van een op markttiming gebaseerde inschrijving) of gedeeltelijk te weigeren. In dit geval worden reeds betaalde inschrijvingsgelden, of enig resterend saldo, normalerwijze binnen de vijf werkdagen na weigering terugbetaald aan de aanvrager, op voorwaarde dat deze inschrijvingsgelden werden vrijgemaakt. De aankoop van Aandelen met het oog op markttiming of soortgelijke praktijken is niet toegestaan. De Maatschappij behoudt zich uitdrukkelijk het recht voor de nodige maatregelen te nemen om de overige beleggers te beschermen tegen markttiming of soortgelijke praktijken. Bovendien behoudt de Maatschappij zich eveneens het recht voor om te allen tijde en zonder voorafgaande kennisgeving de emissie van Aandelen van één, meerdere of alle Compartimenten of van Aandelen van één, meerdere of alle Aandelenklassen uit te stellen. Gedurende enige periode waarin de berekening van de nettovermogenswaarde van een Compartiment krachtens artikel 12 van de statuten van de Maatschappij is uitgesteld, worden er in geen 7
Allianz Global Investors Fund enkele klasse van dat Compartiment Aandelen uitgegeven. In dit verband wordt verwezen naar de toelichtingen onder ‘Tijdelijke opschorting van de berekening van de nettovermogenswaarde en daaruit voortvloeiende opschorting van de handel’ in het Prospectus. Als aanvragen voor de uitgifte van Aandelen eenmaal zijn ontvangen, mogen ze niet worden herroepen, behalve als de berekening van de nettovermogenswaarde is opgeschort. Wanneer de uitgifte van Aandelen werd uitgesteld, worden de intekenorders verwerkt op de eerste waarderingsdatum die volgt op het verstrijken van deze periode van uitstel, tenzij zij op geoorloofde wijze werden herroepen.
2. Recht om een inschrijvingsorder te annuleren in geval van een mislukte afwikkeling Als de betaling niet binnen de aangewezen termijn plaatsvindt, kan een inschrijvingsaanvraag vervallen en geannuleerd worden op kosten van de beleggers of hun distributeurs. Als er op de afwikkelingsdatum geen betaling heeft plaatsgevonden, kan de Maatschappij een rechtsvordering instellen tegen de in gebreke blijvende belegger of zijn distributeur, of, indien de belegger reeds een participatie in de Maatschappij heeft, kan de Maatschappij of de Beheermaatschappij op deze participatie enige gemaakte kosten of geleden verliezen in mindering brengen. In alle gevallen zullen transactiebevestigingen en geld dat aan de belegger is verschuldigd door de Beheermaatschappij worden gehouden zonder rentebetalingen, in afwachting van de ontvangst van de verschuldigde bedragen.
3. Terugkoop Iedere Aandeelhouder kan op elke willekeurige waarderingsdatum aan de Maatschappij vragen zijn Aandelen in een Compartiment geheel of gedeeltelijk terug te kopen. Aandelen worden teruggekocht tegen de terugkoopprijs van de desbetreffende aandelenklasse, rekening houdend met de daarvoor geldende terugkoopkosten, zoals beschreven in het hoofdstuk ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’. Het staat de beheermaatschappij vrij om lagere terugkoopkosten aan te rekenen. Beleggers dienen op te merken dat de terugkoopkosten meer of minder kunnen bedragen dan de prijs die betaald is op het moment van de inschrijving. De terugkoopkosten komen ten gunste van de distributeurs en worden geheven als een percentage van de nettovermogenswaarde per Aandeel van een Aandelenklasse. Aandeelhouders die hun Aandelen geheel of gedeeltelijk willen laten terugkopen, moeten daartoe een schriftelijke terugkoopaanvraag indienen bij de maatschappelijke zetel van de Maatschappij, het register- en transferkantoor, een distributeur of een betaalkantoor. De distributeurs en betaalkantoren zullen deze terugkooporders namens de Aandeelhouders doorgeven aan de Maatschappij. Terugkooporders die voor 11.00 u MET of MEZT op een waarderingsdag worden ontvangen door (1) de Maatschappij, (2) een ander kantoor dat door de Maatschappij is genoemd als kantoor voor het plaatsen van orders, of (3) het register- en transferkantoor, worden afgewikkeld tegen de terugkoopprijs zoals 8
bepaald op die waarderingsdag, maar nog niet gepubliceerd op het tijdstip waarop de terugkooporder was ingediend. Terugkooporders die na dit tijdstip worden ontvangen, worden verwerkt tegen de – op het tijdstip van de afgifte van de aanvraag tot terugkoop nog onbekende – terugkoopprijs van de volgende waarderingsdag. Mogelijk gelden voor afzonderlijke Compartimenten andere uiterste termijnen voor de ontvangst van terugkooporders. Meer informatie daarover is vermeld in het informatieblad van het respectieve Compartiment. Afwikkelingsdatums mogen niet later plaatsvinden dan de tweede waarderingsdag na ontvangst van de order door (1) de Maatschappij, (2) een ander kantoor dat door de Maatschappij is genoemd als kantoor voor het plaatsen van orders, of (3) het register- en transferkantoor, en de order moet steeds worden afgewikkeld tegen een onbekende terugkoopprijs op het moment waarop de order wordt gegeven. De terugkoopprijs dient te worden betaald – binnen de vier werkdagen bij Aandelenklassen met de referentievaluta’s HKD en SGD, – binnen de drie werkdagen bij Aandelenklassen met de referentievaluta’s AUD, CZK, DKK, HUF, JPY en PLN, – binnen de twee werkdagen bij alle overige Aandelenklassen. Het is de Maatschappij toegestaan om de uiterste termijnen voor de betaling van terugkoopopbrengsten te wijzigen (inclusief maar niet beperkt tot terugkooporders die via bepaalde tussenpersonen lopen). Alle betalingen zullen echter worden afgewikkeld binnen de vijf werkdagen na de berekening van de terugkoopprijs of na ontvangst van de terugkooporder door de Maatschappij. Het register- en transferkantoor is niet verplicht tot betaling als er wettelijke bepalingen zijn, bijv. voorschriften inzake deviezen, of andere omstandigheden waarover het register- en transferkantoor geen controle heeft, die de betaling van de terugkoopopbrengsten verhinderen. De betaling van de terugkoopopbrengsten vindt plaats via een elektronische bankoverschrijving op een door de Aandeelhouder opgegeven rekening of via een cheque verzonden naar het door de Aandeelhouder opgegeven adres, dit laatste voor risico van de Aandeelhouder. In geval van een bankoverschrijving rekent de Maatschappij normaal geen overschrijvingskosten aan. Het is echter mogelijk dat de bank van de Aandeelhouder in bepaalde gevallen kosten aanrekent voor de ontvangst van de betaling. De terugkoopopbrengsten worden normaal uitbetaald in de valuta van de betrokken Aandelenklasse. Aandeelhouders kunnen vragen de terugkoopopbrengsten te ontvangen in een andere vrij converteerbare valuta. Alle wisselkosten zijn ten laste van de Aandeelhouder. De terugkoopprocedure kan variëren afhankelijk van de distributeur of het betaalkantoor via welke de Aandeelhouder zijn Aandelen wil laten terugkopen. Hierdoor kan de ontvangst van een aanvraag tot terugkoop door de Maatschappij vertraging oplopen. Beleggers dienen hun distributeur te raadplegen alvorens zij verzoeken om de terugkoop van hun Aandelen. Bij terugkoop van Aandelen via distributeurs en betaalkantoren in Italië kunnen behalve terugkoopkosten ook transactiekosten van maximaal EUR 75,– per transactie worden aangerekend.
Allianz Global Investors Fund De genoemde kosten kunnen met name bij een kortlopende belegging het succes van een belegging in Aandelen van een Compartiment reduceren of zelfs tenietdoen; een langere beleggingsduur wordt derhalve aanbevolen. Indien Aandelen via andere kantoren dan de distributeurs, het register- en transferkantoor, de Beheermaatschappij of de betaalkantoren worden teruggekocht, kunnen extra kosten worden aangerekend. Behoudens goedkeuring van de Aandeelhouder wiens Aandelen worden teruggekocht, kan de Maatschappij een terugkooporder in natura afwikkelen door activa van de portefeuille van het desbetreffende Compartiment over te dragen aan de Aandeelhouder wiens Aandelen worden teruggekocht. De waarde van de terugkoopbetaling in natura wordt berekend overeenkomstig het Prospectus en dient overeen te stemmen met de waarde van de Aandelen die moeten worden teruggekocht op de waarderingsdag waarop de terugkoopprijs wordt berekend. Het type en de aard van de activa die in dat geval moeten worden overgedragen, mogen geen schade berokkenen aan de belangen van de resterende beleggers van de desbetreffende Aandelenklasse(n). De gehanteerde waardering dient bevestigd te worden aan de Maatschappij in een speciaal rapport van de onafhankelijke accountant. De kosten van deze transfers zijn ten laste van de cessionaris. Gedurende enige periode waarin de berekening van de nettovermogenswaarde van een Compartiment krachtens artikel 12 van de statuten is uitgesteld, worden er in geen enkele Aandelenklasse Aandelen teruggekocht. In dit verband wordt verwezen naar de toelichtingen onder ‘Tijdelijke opschorting van de berekening van de nettovermogenswaarde en daaruit voortvloeiende opschorting van de handel’ in het Prospectus. Indien de aanvragen tot terugkoop en conversie (betrekking hebbend op het terugkoopdeel ervan) op een waarderingsdatum meer dan 10% uitmaken van de in een bepaald Compartiment uitgegeven Aandelen, kan de Maatschappij besluiten deze aanvragen tot terugkoop of conversie geheel of gedeeltelijk uit te stellen, en wel voor een periode die de Maatschappij het meest in het belang van het desbetreffende Compartiment acht. Deze periode van uitstel mag echter niet meer dan twee waarderingsdagen bedragen. Deze terugkoop- en conversieorders worden op de eerstvolgende waarderingsdatum volgend op deze periode met voorrang behandeld ten opzichte van later ingediende orders. Aanvragen voor de terugkoop van Aandelen kunnen, wanneer ze eenmaal zijn ontvangen, niet worden herroepen, behalve wanneer de berekening van de nettovermogenswaarde is opgeschort en in geval van opschorting van terugkoop zoals beschreven in de vorige paragraaf tijdens dergelijke opschortingen. Bovendien is het mogelijk dat de Maatschappij verplicht is de aandelen terug te kopen, overeenkomstig artikel 10 van de statuten, als het aandeelhouderschap van een belegger naar inzicht van de Maatschappij in strijd is met de belangen van de Maatschappij, deze positie een schending van het Luxemburgse recht of ander recht is, of als de Maatschappij als gevolg van dit aandeelhouderschap fiscale of andere financiële nadelen ondervindt, die zij anders niet zou hebben.
Aandelenklasse van hetzelfde Compartiment, of in Aandelen van een ander Compartiment, op voorwaarde dat wordt voldaan aan enige vereisten inzake minimale inleg of bijkomende vereisten in verband met de uitgifte van de nieuwe Aandelen. Een aanvraag voor de conversie van Aandelen zal op dezelfde wijze worden behandeld als een aanvraag voor de terugkoop van Aandelen en een gelijktijdige aanvraag voor de aankoop van Aandelen. Alle voorwaarden, informatie en procedures in verband met de aankoop en terugkoop van Aandelen (inclusief uiterste afwikkelingstermijnen) zijn in gelijke mate van toepassing op conversies, met uitzondering van de regels die gelden voor verkoopkosten en terugkoopkosten. Bij conversie worden er aparte conversiekosten aangerekend. De conversiekosten staan vermeld in het hoofdstuk ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’ en hebben betrekking op een conversie in de vermelde aandelenklasse van een Compartiment. Ze worden berekend als percentage van de nettovermogenswaarde per Aandeel van een Aandelenklasse. De Beheermaatschappij kan naar eigen keuze beslissen om lagere conversiekosten aan te rekenen. Uit de conversie resulterende restbedragen onder EUR 10,– of de overeenkomstige tegenwaarde in andere valuta’s worden niet uitbetaald aan de Aandeelhouders. Als regel geldt dat de prijs van zowel de terugkoop- als de aankoopcomponent van een conversie op één waarderingsdag wordt bepaald. Als er verschillende uiterste termijnen gelden voor de aanvaarding van aanvragen en/of verschillende uiterste termijnen voor de betaling van aankoop- en terugkoopprijzen voor de desbetreffende Compartimenten en/of Aandelenklassen, is het misschien niet mogelijk om de prijs van de terugkoop- en de aankoopcomponent op dezelfde dag te bepalen. Het is namelijk mogelijk dat – het verkoopdeel al verwerkt wordt volgens de algemene regels van de terugkoop van Aandelen – hetgeen in vergelijking eerder is dan de inschrijving op Aandelen – en het aankoopdeel pas later volgens de regels van inschrijving op Aandelen wordt verwerkt of – het verkoopdeel pas op een later tijdstip – in vergelijking met de algemene regels voor de terugkoop van Aandelen – wordt verwerkt samen met het aankoopdeel volgens de algemene – ten opzichte van het verkoopdeel – latere regels van inschrijving of – terugkoopprijzen pas op een later tijdstip worden betaald – in vergelijking met de algemene regels voor de terugkoop van Aandelen – overeenkomstig de regels voor de betaling van de aankoopprijs die betrekking heeft op het koopdeel.
4. Conversie
De conversieprocedure kan variëren afhankelijk van de distributeur of het betaalkantoor via welke de Aandeelhouder zijn Aandelen laat converteren. Hierdoor kan de ontvangst van een aanvraag tot conversie door de Maatschappij vertraging oplopen. Beleggers dienen hun distributeur te raadplegen alvorens een conversieaanvraag in te dienen. Bij conversie van Aandelen via distributeurs en betaalkantoren in Italië kunnen behalve conversiekosten ook transactiekosten van maximaal EUR 75,– per transactie worden aangerekend.
Een Aandeelhouder kan (op voorwaarde dat hij conversiekosten betaalt) verzoeken om zijn Aandelen in een Compartiment geheel of gedeeltelijk te converteren in Aandelen van een andere
De genoemde kosten kunnen met name bij een kortlopende belegging het succes van een belegging in Aandelen van een Compartiment reduceren of zelfs tenietdoen; een langere 9
Allianz Global Investors Fund beleggingsduur wordt derhalve aanbevolen. Indien Aandelen via andere kantoren dan de distributeurs, het register- en transferkantoor, de Beheermaatschappij of de betaalkantoren worden geconverteerd, kunnen extra kosten worden aangerekend. Conversies mogen alleen worden uitgevoerd indien het mogelijk is om de desbetreffende Aandelen terug te kopen én in te schrijven op de gewenste Aandelen (raadpleeg de delen ‘Inschrijvingen’ en ‘Terugkoop’ voor meer informatie); de aanvraag zal niet gedeeltelijk worden uitgevoerd tenzij de Aandelen die moeten worden verworven pas na de terugkoop van de te converteren Aandelen kunnen worden uitgegeven. Aanvragen voor de conversie van Aandelen kunnen, wanneer ze eenmaal zijn ontvangen, niet worden herroepen, behalve wanneer de berekening van de nettovermogenswaarde en de terugkoop van Aandelen zijn opgeschort in overeenstemming met de statuten. Indien de berekening van de nettovermogenswaarde van de te verwerven Aandelen wordt uitgesteld nadat de te converteren Aandelen reeds zijn teruggekocht, kan enkel nog het aankoopdeel van de conversieorder tijdens deze opschorting worden herroepen. Het aantal Aandelen dat bij conversie moet worden uitgegeven, wordt berekend op basis van de volgende formule:
N=
AxBxC D
N = het aantal nieuw uit te geven Aandelen (ten gevolge van de conversie). A = het aantal te converteren Aandelen. B = de terugkoopprijs van de te converteren Aandelen op de desbetreffende waarderingsdatum (met inachtneming van eventuele verschuldigde terugkoopkosten). C = de valutaconversiefactor op basis van de geldende wisselkoers (of, als de desbetreffende valuta’s dezelfde zijn, C = 1). D = de intekenprijs van de nieuw uit te geven Aandelen op de desbetreffende waarderingsdatum (met inachtneming van eventuele verschuldigde verkoopkosten). De conversieprocedure kan variëren afhankelijk van de distributeur of het betaalkantoor via welke de Aandeelhouder zijn Aandelen laat converteren. Indien de aanvragen tot terugkoop en conversie (betrekking hebbend op het terugkoopdeel ervan) op een waarderingsdatum meer dan 10% uitmaken van de in een bepaald Compartiment uitgegeven Aandelen, kan de Maatschappij besluiten deze aanvragen tot terugkoop of conversie geheel of gedeeltelijk uit te stellen, en wel voor een periode die de Maatschappij het meest in het belang van het desbetreffende Compartiment acht. Deze periode van uitstel mag echter niet meer dan twee waarderingsdagen bedragen. Deze terugkoop- en conversieorders worden op de eerstvolgende waarderingsdatum volgend op deze periode met voorrang behandeld ten opzichte van later ingediende orders.
5. Frequentie, plaats resp. wijze van publicatie of terbeschikkingstelling van de prijzen van de Aandelen De nettovermogenswaarde per Aandeel van een Aandelenklasse wordt elke waarderingsdag op een of meerdere tijdstippen berekend in de basisvaluta van het Compartiment en wordt, voor zover in een Compartiment Aandelenklassen met andere referentievaluta’s 10
werden uitgegeven, uitgedrukt in de valuta waarin de desbetreffende Aandelenklasse luidt, tenzij de berekening van de nettovermogenswaarde wordt opgeschort. De nettovermogenswaarde per Aandeel van elke Aandelenklasse en de inschrijvings-, terugkoop- en conversieprijzen per Aandeel van elke Aandelenklasse van de afzonderlijke Compartimenten kunnen tijdens de kantooruren worden aangevraagd bij de maatschappelijke zetel van de Maatschappij en bij de Beheermaatschappij, de betaalen informatiekantoren en de distributeurs. De prijzen van de Aandelen van elke Aandelenklasse in ieder Compartiment worden gepubliceerd - indien vereist – in één of meer dagbladen in de landen waar de Aandelen worden verkocht. Ook kunnen ze worden geraadpleegd op het internet (www.allianzglobalinvestors.lu), bij Reuters (ALLIANZGI01) en zoals anderszins vermeld in de informatiebladen van de desbetreffende Compartimenten. Noch de Maatschappij, noch de distributeurs, betaal- en informatiekantoren of de Beheermaatschappij aanvaarden enige verantwoordelijkheid voor de consequenties van fouten of weglatingen in de publicatie van de prijzen.
6. V oorkoming van witwaspraktijken en van de financiering van terrorisme Krachtens de Luxemburgse wet van 5 april 1993 betreffende de financiële sector (zoals gewijzigd) en 12 november 2004 betreffende witwaspraktijken (zoals gewijzigd), en krachtens de Circulaires van de CSSF (in het bijzonder Circulaire 08/387 van 19 december 2008), zijn er verplichtingen opgelegd aan alle professionals van de financiële sector ter voorkoming van het gebruik van beleggingsfondsen voor witwaspraktijken en de financiering van terrorisme. Binnen deze context is er een procedure opgelegd voor de identificatie van beleggers. Het inschrijvingsformulier van een belegger moet normaliter worden vergezeld van, in geval van natuurlijke personen, een kopie van het paspoort of de identiteitskaart (of andere algemeen aanvaarde identificatiedocumenten, zoals een rijbewijs of een verblijfsvergunning) en, in geval van rechtspersonen, een kopie van de statuten (of een ander algemeen aanvaard oprichtingsdocument), een uittreksel uit het handelsregister en een lijst van gemachtigde ondertekenaars. Daarnaast is, in geval van rechtspersonen die niet genoteerd zijn aan een erkende effectenbeurs, mogelijk identificatie vereist van de Aandeelhouders die meer dan 25% van de uitgegeven Aandelen of de stemrechten houden, en van de personen die een invloed van betekenis uitoefenen op het bestuur van de desbetreffende entiteit. In geval van een trust moet het inschrijvingsformulier vergezeld zijn van een kopie van het trustdocument, een kopie van de statuten of andere oprichtingsdocumenten van de trustee(s) en een lijst van gemachtigde ondertekenaars. Daarnaast is mogelijk de identificatie vereist van de trustee, de settlor, de uiteindelijke begunstigde en de beschermer. Ingediende kopieën moeten door een bevoegde instantie als eensluidend gewaarmerkt zijn (bijv. een ambassadeur, consul, notaris of politieagent, of equivalent in het desbetreffende rechtsgebied).
Allianz Global Investors Fund Aan een dergelijke identificatieprocedure moet in de volgende omstandigheden worden voldaan: a) in geval van directe inschrijvingen bij de Maatschappij; en b) in geval van inschrijvingen die door de Maatschappij worden ontvangen van tussenpersonen die verblijven in een land dat geen verplichting oplegt om beleggers te identificeren die equivalent is aan de vereiste verplichting volgens de wetten van Luxemburg ter voorkoming van witwaspraktijken en de financiering van terrorisme. Algemeen wordt aanvaard dat professionals van de financiële sector die verblijven in het merendeel van de landen die de besluiten van het Financial Action Task Force hebben bekrachtigd, tussenpersonen geacht worden te zijn die een equivalente identificatieverplichting hebben aan de vereiste verplichting volgens de wetten van Luxemburg (volgens de bepalingen van de Luxemburgse richtlijn van 29 juli 2008). De Maatschappij behoudt zich het recht voor om bijkomende informatie en documentatie te vragen, zoals mogelijk vereist is om te voldoen aan enige geldende wetten en reglementering. Dergelijke informatie die aan de Maatschappij wordt verstrekt, wordt verzameld en verwerkt om te voldoen aan de vereisten inzake de voorkoming van witwaspraktijken en van de financiering van terrorisme.
11
Allianz Global Investors Fund
Vergoedingen en kosten ten laste van de Maatschappij, de Compartimenten en de Aandelenklassen (kosten en uitgaven) 1. B eheer- en centrale-administratievergoeding De Maatschappij betaalt de Beheermaatschappij voor het beheer en de centrale administratie van een Compartiment uit het vermogen van het desbetreffende Compartiment een vergoeding (‘beheer- en centrale-administratievergoeding’), tenzij deze vergoeding volgens de voorwaarden van een bepaalde Aandelenklasse direct aan de Aandeelhouder wordt aangerekend. Vergoedingen voor de door de Beheermaatschappij ingezette Beleggingsbeheerders worden door de Beheermaatschappij voldaan uit haar beheer- en centrale-administratievergoeding en, indien van toepassing, uit haar rendementsgebonden vergoeding. De beheer- en centrale-administratievergoeding wordt, als deze vergoeding niet volgens de voorwaarden van een bepaalde Aandelenklasse rechtstreeks aan de Aandeelhouder in rekening wordt gebracht, aan het eind van elke maand betaald en berekend naar rato van de gemiddelde dagelijkse nettovermogenswaarde van de respectieve Aandelenklasse van een Compartiment. Het bedrag van de beheer- en centrale-administratievergoeding die geheven wordt op het Compartimentvermogen staat vermeld in het hoofdstuk ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’. Verwerft een Compartiment aandelen van een ICBE of ICB die rechtstreeks of onrechtstreeks wordt beheerd door dezelfde maatschappij of een maatschappij waarmee de Maatschappij via gezamenlijk beheer of door zeggenschapsuitoefening of een aanmerkelijke rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming verbonden is (ten minste 10% van het kapitaal of de stemmen), dan mag de Maatschappij of de verbonden maatschappij geen kosten in rekening brengen voor de inschrijving op of terugkoop van de aandelen. In het geval van het voorgaande lid zal de Maatschappij bovendien haar beheer- en centraleadministratievergoeding voor het voor de aandelen van dergelijke verbonden ICBE’s of ICB’s toekomende deel verminderen met de voor de verworven ICBE’s of ICB’s werkelijk berekende vaste beheervergoeding. Dit leidt tot een verlaging van de beheer- en centrale-administratievergoeding die wordt geheven op het niveau van een Aandelenklasse van een Compartiment in het geval van een verbonden ICBE of ICB met een vaste beheervergoeding op hetzelfde of een hoger niveau. Er is echter geen verlaging voor dergelijke verbonden ICBE’s of ICB’s in geval van terugbetaling van deze berekende vaste beheervergoeding ten gunste van het betrokken Compartiment. Het informatieblad van een Compartiment kan direct of indirect andere regels vermelden die gelden voor het respectieve Compartiment. De gewogen gemiddelde beheervergoeding van te verwerven aandelen van doelfondsen zal niet hoger liggen dan 2,50% per jaar. Met betrekking tot de doelfondsen die onderhevig zijn aan technieken en instrumenten die gedefinieerd zijn in Aanhangsel 2, moet er ook rekening gehouden worden met de kosten die 12
ontstaan op het niveau van deze doelfondsen, in het bijzonder van hun beheermaatschappijen die een beheervergoeding in rekening brengen die van invloed is op de terugkoopprijzen van deze doelfondsen.
2. Rendementsgebonden vergoedingen Bovendien kan de Beheermaatschappij voor geselecteerde Compartimenten een rendementsgebonden vergoeding in rekening brengen, op voorwaarde dat deze vergoeding niet direct wordt aangerekend aan de Aandeelhouder volgens de voorwaarden van een bepaalde Aandelenklasse. Indien er een rendementsgebonden vergoeding wordt aangerekend, wordt dit vermeld in het informatieblad van het desbetreffende Compartiment, alsmede de naam van de referentie-index die moet worden gebruikt voor de berekening van de rendementsgebonden vergoeding. Indien een rendementsgebonden vergoeding is opgenomen in het informatieblad van het desbetreffende Compartiment en er geen andere berekeningsmethode wordt gegeven, zal de rendementsgebonden vergoeding worden berekend overeenkomstig de hieronder beschreven Methode 1. Indien een andere methode dan Methode 1 wordt gebruikt, zal dit uitdrukkelijk vermeld staan in het informatieblad van het desbetreffende Compartiment door verwijzing naar het nummer van de methode.
Methode 1:
Een rendementsgebonden vergoeding bedraagt een kwart van het positieve bedrag waarmee het totaalbedrag van de volgende items het rendement op de referentie-index overschrijdt (over de desbetreffende periode): a) het beleggingsrendement van de Aandelenklasse van het Compartiment, b) de bedragen van de beheer- en centrale-administratievergoeding en de administratievergoeding ten laste van de activa van een Compartiment die zijn toegerekend aan een Aandelenklasse, (zonder rekening te houden met enige verlaging van dergelijke kosten in geval van beleggingen in bepaalde doelfondsen), c) het bedrag ten laste van het Compartimentvermogen dat is toegerekend aan een Aandelenklasse voor de dagelijkse distributievergoeding, en d) het bedrag van eventueel gedane uitkeringen tijdens het lopende financiële halfjaar. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding toe te kennen. De prijzen die worden gebruikt voor de berekening van de beleggingsresultaten van een Compartiment liggen qua tijd zo dicht mogelijk in de buurt van de prijzen die ten
Allianz Global Investors Fund grondslag liggen aan de berekening van de index. Derhalve kan deze waardering van een Compartiment afwijken van de waardering met het oog op het bepalen van de waarde van de Aandelen op dezelfde dag. Afhankelijk van het tijdstip dat als basis voor de indexberekening wordt gebruikt, wordt de rendementsgebonden vergoeding mogelijk met enige vertraging verrekend in de nettovermogenswaarde van de desbetreffende Aandelenklasse. Vanaf het begin van elk boekjaar wordt de rendementsgebonden vergoeding op elke waarderingsdag berekend, rekening houdend met de huidige nettovermogenswaarde van de desbetreffende Aandelenklasse van het betreffende Compartiment, en het totale bedrag wordt voortdurend bijgewerkt. Het bijgewerkte totaalbedrag wordt gereserveerd en, als dit positief is, aan het einde van het financiële halfjaar uit het Compartiment betaald ten laste van de desbetreffende Aandelenklasse. Op waarderingsdagen waarop het volgens bovenstaande berekening gezuiverde beleggingsresultaat van een Aandelenklasse van het Compartiment door de betreffende referentie-index wordt overschreden, wordt het bijgewerkte en gereserveerde totaalbedrag verminderd volgens de hierboven uiteengezette methode. Een negatief bedrag wordt tijdens een financieel halfjaar geactualiseerd, maar niet naar het volgende financiële halfjaar overgedragen.
Bij terugkoop van Aandelen moet het overeenkomstige bedrag van een eventuele positieve rendementsgebonden vergoeding onmiddellijk aan de Beheermaatschappij betaald worden. Indien het bedrag van de rendementsgeboden vergoeding die de uitkomst is van de bovenstaande berekening negatief is wanneer de Aandelen worden teruggekocht, zal deze vergoeding verminderd worden bij een bedrag dat overeenkomt met de teruggekochte Aandelen.
Methode 3:
Een rendementsgebonden vergoeding bedraagt een kwart van het positieve bedrag waarmee het totaalbedrag van de volgende items voor een Aandelenklasse het rendement op de referentieindex overschrijdt (op voorwaarde dat de som van de laatste nettovermogenswaarde per Aandeel van de desbetreffende Aandelenklasse vóór de berekening van de rendementsgebonden vergoeding, en alle uitkeringen sinds de laatste vaststelling/ aanpassing van de high watermark de huidige high watermark overtreft): a) het beleggingsrendement van de Aandelenklasse van het Compartiment, en b) bedragen van eventuele uitkeringen in het lopende boekjaar.
Methode 2:
Een rendementsgebonden vergoeding bedraagt een kwart van het positieve bedrag waarmee het totaalbedrag van de volgende items voor een Aandelenklasse het rendement op de referentieindex overschrijdt (over de desbetreffende periode): a) het beleggingsrendement van de Aandelenklasse van het Compartiment, en b) de bedragen van eventueel gedane uitkeringen tijdens het lopende financiële halfjaar. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding toe te kennen. Afhankelijk van het tijdstip dat als basis voor de indexberekening wordt gebruikt, wordt de rendementsgebonden vergoeding mogelijk met enige vertraging verrekend in de nettovermogenswaarde per Aandeel van de desbetreffende Aandelenklasse. Rekening houdend met eventuele negatieve carry-forwards wordt de rendementsgebonden vergoeding vanaf het begin van elk financieel halfjaar op elke waarderingsdag berekend, rekening houdend met de actuele waarde van de desbetreffende Aandelenklasse van het betreffende Compartiment, en het totale bedrag wordt voortdurend overgedragen. Het bijgewerkte totaalbedrag wordt gereserveerd en, als dit positief is, aan het einde van het financiële halfjaar uit het Compartiment betaald ten laste van de desbetreffende Aandelenklasse. Op waarderingsdagen waarop het volgens bovenstaande berekening gezuiverde beleggingsresultaat van een Aandelenklasse van het Compartiment door de betreffende referentie-index wordt overschreden, wordt het bijgewerkte en gereserveerde totaalbedrag verminderd volgens de hierboven uiteengezette methode. Negatieve bedragen worden overgedragen, en als ze nog niet aangezuiverd zijn aan het einde van het financiële halfjaar, worden ze overgedragen naar het volgende financiële halfjaar van het Compartiment.
De high watermark is de nettovermogenswaarde per Aandeel van de desbetreffende Aandelenklasse aan het einde van het laatste boekjaar waarvoor er daadwerkelijk een rendementsgebonden vergoeding voor de desbetreffende Aandelenklasse was betaald. In dit kader wordt er geen rekening gehouden met een rendementsgebonden vergoeding die in een vorig boekjaar is betaald wegens een terugkoop van Aandelen, zoals hierna beschreven. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding toe te kennen. Afhankelijk van het tijdstip dat als basis voor de indexberekening wordt gebruikt, wordt de rendementsgebonden vergoeding mogelijk met enige vertraging verrekend in de waarde van de Aandelen van de desbetreffende Aandelenklasse. Rekening houdend met eventuele negatieve carry-forwards wordt de rendementsgebonden vergoeding vanaf het begin van elk boekjaar op elke waarderingsdag berekend, rekening houdend met de actuele nettovermogenswaarde van de desbetreffende Aandelenklasse van het betreffende Compartiment, en het totale bedrag wordt voortdurend overgedragen. Het bijgewerkte totaalbedrag wordt gereserveerd en, als dit positief is, aan het einde van het boekjaar uit het Compartiment betaald ten laste van de desbetreffende Aandelenklasse. Op waarderingsdagen waarop het volgens bovenstaande maatregel gezuiverde beleggingsresultaat van een Aandelenklasse van het Compartiment door de betreffende referentie-index wordt overschreden, wordt het bijgewerkte en gereserveerde totaalbedrag verminderd volgens de hierboven uiteengezette methode. Als de som van de nettovermogenswaarde per Aandeel van een Aandelenklasse en alle uitkeringen vanaf de laatste bepaling/aanpassing van de high watermark kleiner is dan de huidige high watermark en een huidig bijgewerkt en gereserveerd totaalbedrag, wordt dergelijk totaalbedrag verminderd om te vermijden dat de som van de nettovermogenswaarde per Aandeel van de betrokken Aandelenklasse en alle uitkeringen vanaf de laatste bepaling/aanpassing van de high watermark 13
Allianz Global Investors Fund kleiner is dan de high watermark. Er is geen vermindering om te vermijden dat de som van de nettovermogenswaarde per Aandeel van een Aandelenklasse en alle uitkeringen vanaf de laatste bepaling/aanpassing van de high watermark kleiner is dan de high watermark die leidt tot een negatief bijgewerkt en gereserveerd totaalbedrag. Negatieve bedragen worden overgedragen, en als ze nog niet aangezuiverd zijn aan het einde van het boekjaar, worden ze overgedragen naar het volgende boekjaar. Bij terugkoop van Aandelen moet het overeenkomstige deel van een eventuele positieve rendementsgebonden vergoeding onmiddellijk aan de Beheermaatschappij betaald worden. Indien het bedrag van de rendementsgeboden vergoeding die de uitkomst is van de bovenstaande berekening negatief is wanneer de Aandelen worden terugbetaald, zal deze vergoeding verminderd worden bij een bedrag dat overeenkomt met de teruggekochte Aandelen. Indien een geselecteerde referentie-index zou wegvallen, zal de Maatschappij een vergelijkbare andere index vastleggen die in de plaats treedt van de genoemde index. Beleggers worden erop gewezen dat ook bij een negatieve aandelenkoersontwikkeling een rendementsgebonden vergoeding betaald kan worden.
3. Vergoeding voor effectentransacties De bewaarder ontvangt administratiekosten ten bedrage van 0,125% voor elke effectentransactie in zoverre daarvoor geen bankkosten in rekening worden gebracht. Het staat de bewaarder vrij lagere kosten aan te rekenen.
4. Administratievergoeding Bovendien betaalt de Maatschappij maandelijks een vaste vergoeding (‘administratievergoeding’) aan de Beheermaatschappij uit het vermogen van het desbetreffende Compartiment. Het bedrag van deze administratievergoeding voor de verschillende Aandelenklassen van het desbetreffende Compartiment, is vermeld in ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’ en wordt berekend op basis van de nettovermogenswaarde van de desbetreffende Aandelenklasse die dagelijks wordt bepaald. Als tegenprestatie voor de betaling van de administratievergoeding wordt de Maatschappij door de Beheermaatschappij vrijgesteld van de volgende, exhaustief opgesomde provisies en uitgaven: – de beheer- en bewaarvergoeding van de bewaarder; – de vergoeding van het register- en transferkantoor; – de kosten voor de opstelling (inclusief de vertaling) en de verspreiding van het Prospectus, het Vereenvoudigde Prospectus, de statuten en de jaar- en halfjaarverslagen, alsmede van eventuele tussentijdse verslagen en andere verslagen en berichten aan de Aandeelhouders; – de kosten voor publicatie van het Prospectus, het Vereenvoudigde Prospectus, de statuten, de jaar- en halfjaarverslagen en eventuele tussentijdse verslagen, andere verslagen en berichten aan de Aandeelhouders, belastinginformatie, 14
alsmede inschrijvings- en terugkoopprijzen, en officiële aankondigingen aan de Aandeelhouders; – de kosten voor financiële controle van de Maatschappij en haar Compartimenten door de accountant; – de kosten voor de registratie van de Aandelen voor publieke distributie en/of het behoud van een dergelijke registratie; – de kosten voor de opstelling van aandelencertificaten en eventuele coupons en vernieuwingen van coupons; – vergoedingen voor de betaal- en informatiekantoren; – de kosten voor de beoordeling van de Compartimenten door nationaal en internationaal erkende ratinginstituten; – de kosten in verband met de oprichting van een Compartiment; – de kosten in verband met het gebruik van indexnamen, in het bijzonder licentiekosten; – kosten en uitgaven van de Maatschappij alsmede van de door haar belaste derden in verband met de aankoop, het gebruik en het onderhoud van door de Beleggingsbeheerders en beleggingsadviseurs gebruikte computersystemen die in eigendom of van derden zijn; – kosten in verband met het verwerven en behouden van een status die het recht geeft in een land rechtstreeks in activa te beleggen of op markten in een land rechtstreeks als contractpartner op te treden; – kosten en uitgaven van de Maatschappij, de bewaarder alsmede van de door de Maatschappij en bewaarder belaste derden in verband met het toezicht op de beleggingslimieten en -beperkingen; – kosten voor de berekening van de risico- en performancecijfers alsmede de berekening van rendementsgebonden vergoedingen voor de Beheermaatschappij door bevoegde derden; – kosten in verband met het verstrekken van informatie over Aandeelhoudersvergaderingen van ondernemingen of over andere vergaderingen van de houders van activa alsmede kosten in verband met de eigen deelname of die van belaste derden aan dergelijke vergaderingen; – port, telefoon-, fax- en telexkosten. De Beheermaatschappij kan een lagere administratievergoeding in rekening brengen dan degene die vermeld zijn in het ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’.
5. Bijkomende kosten Alle andere bijkomende kosten ten laste van een Compartiment worden betaald uit het vermogen van het desbetreffende Compartiment. Deze kosten zijn onafhankelijk van de kosten die hierboven zijn vermeld, en omvatten, maar zijn niet beperkt tot: – kosten voor onderzoek, bewijs en afdwinging van enige aanspraken op verlaging, verrekening of terugbetaling van bronbelastingen of andere belastingen of fiscale heffingen; – kosten voor bewijs en afdwinging van wettelijke rechten van de Maatschappij, een Compartiment of een Aandelenklasse die gerechtvaardigd lijken te zijn en voor de verdediging van enige vorderingen ten aanzien van de Maatschappij, een Compartiment of een Aandelenklasse die niet gerechtvaardigd lijken; – alle belastingen, vergoedingen, publieke en soortgelijke kosten die kunnen ontstaan in verband met beheer en bewaring (inclusief maar niet beperkt tot de Taxe d’Abonnement); – kosten die ontstaan in verband met de aankoop en verkoop van activa (inclusief onderzoek en analysediensten die in
Allianz Global Investors Fund overeenstemming met de marktpraktijken beschikbaar worden gesteld) en het gebruik van effectenleenprogramma’s en effectenleenmakelaars, alsmede rentekosten. Het is de Maatschappij toegestaan om beheerkosten en andere regelmatige of terugkerende uitgaven te beperken, en zij kan het beperkte bedrag spreiden over één jaar of een andere periode.
6. Oprichtingskosten Niettegenstaande de bovenvermelde bepalingen worden kosten en uitgaven in verband met de initiële uitgifte van Aandelen van Compartimenten die vóór 1 januari 2010 zijn geïntroduceerd, inclusief die kosten en uitgaven voor de opstelling en publicatie van het Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus, alle juridische kosten en drukkosten, bepaalde introductiekosten alsmede eerste uitgaven bij het verschijnen van het Prospectus, betaald uit het vermogen van het respectieve Compartiment, voor zover deze kosten en uitgaven nog niet zijn afgeschreven. Dergelijke kosten worden afgeschreven over maximaal vijf jaar vanaf de oprichting van het respectieve Compartiment, in jaarlijkse bedragen die door de Raad van Beheer geschikt worden geacht voor het desbetreffende jaar en het desbetreffende Compartiment.
7. Distributievergoedingen De Maatschappij kan aan de Beheermaatschappij een distributievergoeding betalen voor betaling aan de distributeurs voor diensten die zij verstrekken en voor uitgaven in verband met de verkoop van Aandelen en/of in verband met diensten verstrekt aan Aandeelhouders en voor het beheer van rekeningen van Aandeelhouders. Een dergelijke distributievergoeding wordt maandelijks betaald uit het vermogen van het desbetreffende Compartiment of de desbetreffende Aandelenklassen en wordt berekend naar rato van de gemiddelde dagelijkse nettovermogenswaarde van het Compartiment of van de desbetreffende Aandelenklasse. Of en voor welk bedrag een distributievergoeding verschuldigd is, staat beschreven in het hoofdstuk ‘Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten’.
8. Makelaarsprovisies Met inachtneming van de beste uitvoering en de vereisten die hieronder worden vermeld, kunnen makelaarsprovisies op portefeuilletransacties voor de Maatschappij worden betaald door de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, als vergoeding voor onderzoeksgerelateerde activiteiten die aan hen worden verstrekt, en voor diensten die worden geleverd bij de uitvoering van orders. Door de ontvangst van beleggingsonderzoek en –informatie en verwante diensten kunnen de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, hun eigen onderzoek en analyses aanvullen, en krijgen zij toegang tot de standpunten en informatie van personen en onderzoeksteams van andere bedrijven. Dergelijke ‘zachte’ provisies (soft commissions) omvatten geen kosten die verband houden met reizen, accommodatie, ontspanning, algemene administratieve goederen of diensten, algemene kantooruitrusting of gebouwen, lidmaatschapsbijdragen, lonen van werknemers of directe geldbetalingen, die betaald moeten worden door de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval.
De Maatschappij kan dergelijke zachte provisies alleen betalen, of verantwoordelijk zijn voor de betaling hiervan, voor zover: a) de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, te allen tijde in het beste belang van de Maatschappij en de Aandeelhouders handelen wanneer zijn zachte-provisieovereenkomsten sluiten; b) de goederen en/of diensten die door de makelaar-handelaars worden verstrekt, direct verband houden met de activiteiten van de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, en dergelijke activiteiten duidelijk aantoonbare voordelen voor de Aandeelhouders inhouden; en c) enige dergelijke zachte provisie wordt betaald door de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, aan makelaar-handelaars die rechtspersonen zijn en geen natuurlijke personen.
9. Regelingen voor het delen van provisies De Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, kunnen alleen regelingen voor het delen van provisies treffen wanneer er een aantoonbaar voordeel bestaat voor de Maatschappij en indien de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, ervan overtuigd zijn dat de transacties die de gedeelde provisies genereren, te goeder trouw zijn verricht, in strikte overeenstemming met de geldende reglementaire vereisten en in het beste belang zijn van de Maatschappij en de Aandeelhouders. Eventuele dergelijke regelingen moeten door de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, worden getroffen onder voorwaarden die overeenstemmen met de beste marktpraktijken, en makelaarstarieven mogen niet hoger liggen dan de gewoonlijke institutionele makelaarstarieven voor een volledige dienstverlening. Met inachtneming van hun lokale reglementaire rechten, kunnen de Beheermaatschappij en/of de Beleggingsbeheerders, al naargelang het geval, gebruik maken van zachte provisies om te betalen voor onderzoek en/of andere goederen en diensten. In andere rechtsgebieden gelden er mogelijk andere regelingen om voor dergelijke diensten te betalen in overeenstemming met de lokale reglementaire verplichtingen. In het jaarverslag van de Maatschappij zal er periodiek informatie worden verstrekt in de vorm van een verklaring waarin dergelijke zachte-provisiepraktijken worden beschreven.
10. Provisies Uit de beheer- en centrale-administratievergoeding alsook de rendementsgebonden vergoeding van de Beheermaatschappij kunnen distributievergoedingen en distributieprovisies worden betaald aan de distributeurs alsook terugbetalingen aan beleggers worden verleend overeenkomstig de Luxemburgse wet.
11. V ergoeding van Bestuurders en functionarissen De Maatschappij kan overeenkomstig de statuten redelijke kosten vergoeden aan een lid van de Raad van Beheer, een kaderlid of zijn erfgenaam, executeur-testamentair of curator, die ontstaan zijn 15
Allianz Global Investors Fund in verband met een rechtsvordering, juridische maatregelen of in het kader van een rechtsgeding waarin hij als lid van de Raad van Beheer of als kaderlid van de Maatschappij betrokken is of, op zijn opdracht, ook van een andere vennootschap waarin de Maatschappij als Aandeelhouder participeert of waarbij de Maatschappij schuldeiser is en van welke vennootschap hij geen kostenvergoeding ontvangt, behalve in de gevallen waarin hij op basis van genoemde rechtsvorderingen, gerechtelijke stappen of rechtsprocedures rechtsgeldig werd veroordeeld wegens grove nalatigheid of wangedrag. In geval van een schikking gebeurt de kostenvergoeding enkel in verband met aangelegenheden die door de schikking worden gedekt en voor zover de juridisch adviseur van de Maatschappij attesteert dat de schadeloos te stellen persoon geen plichtsverzuim heeft begaan. Het hierboven genoemde recht op kostenvergoeding sluit andere aanspraken niet uit.
12. Total Expense Ratio In het jaarverslag en in het Vereenvoudigde Prospectus worden de kosten (zonder transactiekosten) gepubliceerd die in het voorgaande boekjaar bij de Maatschappij zijn ontstaan voor het beheer ten laste van het desbetreffende Compartiment (resp. de desbetreffende Aandelenklasse) en als percentage van het gemiddelde volume van een Compartiment vermeld (‘total expense ratio’ - TER). Naast de beheerkosten, centrale-administratiekosten, de administratievergoedingen en de Taxe d’Abonnement, omvat de TER alle overige kosten (inclusief rendementsgebonden vergoedingen), met uitzondering van de transactiekosten die zijn ontstaan. Een kostencompensatie voor de ontstane kosten wordt niet in aanmerking genomen bij de berekening. Er wordt geen rekening gehouden met kosten die ontstaan op doelfondsniveau en die onderhevig zijn aan technieken en instrumenten zoals gedefinieerd in Aanhangsel 2. Er wordt voor een Compartiment een synthetische TER berekend als het meer dan 20% van zijn vermogen belegt in andere ICBE’s of ICB’s die een TER publiceren. Als deze ICBE’s of ICB’s echter geen TER publiceren is het niet mogelijk om een synthetische TER voor het Compartiment te berekenen. Indien een Compartiment niet meer dan 20% van zijn activa belegt in andere ICBE’s of ICB’s worden kosten die eventueel ontstaan op het niveau van deze ICBE’s of ICB’s niet in aanmerking genomen. De TER wordt berekend overeenkomstig Circulaire 03/122 van de Luxemburgse toezichthoudende instantie. Ook de Portfolio Turnover Rate (PTR) wordt eenmaal per jaar berekend en wordt gepubliceerd in het Vereenvoudigd Prospectus.
16
Allianz Global Investors Fund
Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s Met inachtneming van de beleggingsbeperkingen van een Compartiment kan de Maatschappij ten behoeve van een efficiënt portefeuillebeheer (alsook voor afdekkingsdoeleinden) gebruik maken van technieken en instrumenten zoals gedefinieerd in Aanhangsel 2 (in het bijzonder wederinkoopovereenkomsten voor effecten en effectenleenovereenkomsten en derivaten). De Maatschappij mag technieken en instrumenten ook nietmarktconform gebruiken, wat kan leiden tot winsten voor het Compartiment als de koersen van de referentiewaarden dalen, of tot verliezen voor het Compartiment als deze koersen stijgen. De mogelijkheid om gebruik van deze beleggingsstrategieën te maken, kan beperkt worden door de marktomstandigheden en door wettelijke beperkingen. Bovendien is het niet zeker dat het doel dat men nastreeft door toepassing van deze strategieën wordt bereikt. Derivaten De Maatschappij kan gebruik maken van een ruime waaier van derivaten, die ook met andere activa gecombineerd kunnen worden. De Maatschappij kan ook effecten en geldmarktinstrumenten verwerven waarin één of meer derivaten zijn besloten. Derivaten zijn gebaseerd op ‘onderliggende activa’. Deze ‘onderliggende activa’ kunnen de toegestane instrumenten zijn die vermeld zijn in nr. 1 van Aanhangsel 1, maar kunnen ook financiële indices, rentevoeten, wisselkoersen of valuta’s zijn. De financiële indices in bovengenoemde zin omvatten met name indices van valuta’s, wisselkoersen, rentevoeten, koersen en totaalrendementen op rentevoetindices, alsook in het bijzonder indices van vastrentende waarden, aandelenindices en indices die de in Aanhangsel 1 nr. 1 vermelde toegelaten instrumenten tot object hebben, zoals indices van commodity futures, edele metalen en grondstoffen. Hierna worden voorbeelden gegeven van de functie van geselecteerde derivaten die de Compartimenten of hun Aandelenklassen kunnen gebruiken, afhankelijk van hun specifieke beleggingsbeleid: Opties Door aankoop van een call- of putoptie verkrijgt men het recht een bepaald ‘onderliggend actief’ op een tijdstip in de toekomst of binnen een bepaalde termijn tegen een vastgestelde prijs te kopen resp. te verkopen of een specifiek contract af te sluiten of te beëindigen. Voor dit recht wordt een optiepremie betaald, die verschuldigd is ongeacht de optie al dan niet wordt uitgeoefend. Door verkoop van een call- of putoptie, waarvoor de verkoper een optiepremie ontvangt, verkrijgt men het recht een bepaald ‘onderliggend actief’ op een tijdstip in de toekomst of binnen een bepaalde termijn tegen een vastgestelde prijs te kopen resp. te verkopen of een specifiek contract af te sluiten of te beëindigen. Termijntransacties Een termijntransactie is een onderlinge overeenkomst die de wederpartijen toestaat of verplicht om een specifiek
‘onderliggend actief’ te aanvaarden of te leveren tegen een vaste prijs en op een specifiek tijdstip, of om een overeenstemmende contante afwikkeling beschikbaar te stellen. Als regel geldt dat alleen een deel van de omvang van een overeenkomst vooraf moet worden betaald (‘margin’). Swaps Een swap is een transactie waarbij de onderliggende referentiewaarden van de transactie tussen de wederpartijen worden geruild. De Maatschappij kan in het bijzonder swaptransacties verrichten voor rentevoeten, valuta’s, aandelen, obligaties en geldmarktinstrumenten, alsmede transacties met credit default swaps in het kader van de beleggingsstrategie van het Compartiment. De betalingen die de Maatschappij en de wederpartij aan elkaar dienen te verrichten, worden berekend onder verwijzing naar het desbetreffende instrument en een overeengekomen nominaal bedrag. Credit default swaps zijn kredietderivaten die het economische risico van een kredietgebeurtenis overdragen naar een andere partij. Dergelijke swaps kunnen o.a. worden afgesloten ter afdekking van kredietwaardigheidsrisico’s die voortvloeien uit obligaties die door een Compartiment zijn verworven (bijv. staats- of bedrijfsobligaties). Als regel kan de wederpartij bij vooraf vastgelegde gebeurtenissen, zoals de insolventie van de emittent, verplicht zijn de basiswaarde te kopen tegen een overeengekomen prijs of tegen contante betaling. De verkoper van de credit default swap betaalt aan de wederpartij een premie als vergoeding voor het aanvaarden van het kredietrisico. Transacties met OTC-derivaten De Maatschappij kan zowel transacties verrichten met derivaten die zijn toegelaten tot de handel op een beurs of een andere gereglementeerde markt, als zogenaamde over-the-countertransacties (OTC-transacties). Bij OTC-transacties sluiten de wederpartijen directe, niet-gestandaardiseerde overeenkomsten die individueel worden onderhandeld en die de rechten en verplichtingen van de wederpartijen omvatten. OTC-derivaten hebben vaak slechts een beperkte liquiditeit en kunnen onderhevig zijn aan relatief hoge prijsschommelingen. Het gebruik van derivaten om een actief van een Compartiment af te dekken, is bedoeld om het economische risico dat inherent is aan dat actief te beperken. Dit leidt er echter eveneens toe dat het Compartiment niet meer kan profiteren van een eventueel positief rendement van het afgedekte actief. Bij het gebruik van derivaten met het oog op een hoger rendement in het kader van de beleggingsdoelstellingen gaat het Compartiment bijkomende risico’s aan. Deze bijkomende risico’s zijn afhankelijk van de kenmerken van zowel het desbetreffende derivaat als van het ‘onderliggende actief’. Beleggingen in derivaten kunnen onderworpen zijn aan hefboomwerking, met als gevolg dat zelfs een kleine belegging in derivaten een aanzienlijk, en zelfs negatief effect kan hebben op het rendement van een Compartiment.
17
Allianz Global Investors Fund Enige belegging in derivaten gaat gepaard met beleggingsrisico’s en transactiekosten waaraan een Compartiment niet zou zijn blootgesteld indien het dergelijke strategieën niet zou nastreven. Er zijn bijzondere risico’s verbonden aan beleggingen in derivaten en er is geen garantie dat een specifieke veronderstelling van de Beleggingsbeheerder accuraat zal blijken of dat een beleggingsstrategie waarin derivaten gehanteerd worden, succesvol zal zijn. Het gebruik van derivaten kan gepaard gaan met aanzienlijke verliezen die, afhankelijk van welk specifiek derivaat er wordt gebruikt, in theorie zelfs onbeperkt kunnen zijn. De risico’s zijn in de eerste plaats het algemene marktrisico, het rendementsrisico, het liquiditeitsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden en het wederpartijrisico. In verband hiermee kan het volgende worden benadrukt: – De gebruikte derivaten kunnen verkeerd gewaardeerd worden of – door verschillende waarderingsmethoden – variërende waarderingen hebben. – De correlatie tussen de waarde van de gebruikte derivaten en de prijsschommelingen van de afgedekte posities enerzijds, en de correlatie tussen verschillende markten/afgedekte posities door derivaten met onderliggende activa die niet precies overeenstemmen met de afgedekte posities zijn mogelijk niet perfect, met als gevolg dat een volledige afdekking van het risico soms onmogelijk is. – Het feit dat er op een gegeven ogenblik voor een bepaald instrument geen liquide secundaire markt bestaat kan als gevolg hebben dat een derivatenpositie in bepaalde omstandigheden niet economisch geneutraliseerd (gesloten) kan worden, hoewel dit beleggingsstrategisch zinvol en wenselijk zou zijn. – OTC-markten kunnen bijzonder illiquide zijn en kunnen onderhevig zijn aan hoge prijsschommelingen. Wanneer OTCderivaten worden gehanteerd, kan het onmogelijk zijn om deze derivaten op een gepast tijdstip en/of tegen een gepaste prijs te verkopen of af te sluiten. – Ook is er het mogelijke risico dat de ‘onderliggende activa’ die als referentiewaarden dienen voor de derivaten, niet kunnen worden gekocht of verkocht op een gunstig tijdstip, of dat de noodzaak ontstaat om de onderliggende effecten op een ongunstig tijdstip te kopen of te verkopen. Voor beleggingen in derivaten via certificaten zijn er tevens de bijkomende algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in certificaten. Een certificaat geeft het recht, onder voorwaarden nader bepaald in de voorwaarden en bepalingen door de emittent van het certificaat, voor de emittent van het certificaat om de betaling te eisen van een geldbedrag of om bepaalde activa te leveren op de vervaldag. Of de houder van een certificaat een desbetreffend claim op het rendement daarvan heeft en in welke mate, hangt af van bepaalde criteria, zoals het rendement van de basiseffecten gedurende de looptijd van het certificaat of de koers daarvan op bepaalde dagen. Als beleggingsinstrument staan certificaten fundamenteel bloot aan de volgende risico’s (in verband met de emittent van het certificaat): het kredietwaardigheidrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemeen kredietrisico en het wederpartijrisico. Andere risico’s waarop moet worden gewezen zijn het algemene marktrisico, het liquiditeitsrisico en, eventueel, het valutarisico. Certificaten zijn in de regel niet afgedekt tegen andere activa of zekerheden van derden.
18
Wederinkooptransacties (repo), effectenbelening Bij wederinkooptransacties worden effecten en geldmarktinstrumenten door de cedent verkocht aan de cessionaris, waarbij bovendien ofwel – de cessionaris en de cedent verplicht zijn de verkochte effecten of geldmarktinstrumenten terug te verkopen resp. terug te kopen tegen de contractueel vastgelegde prijs en binnen de contractueel vastgelegde termijn, of – de cessionaris of de cedent het recht heeft om de verkochte effecten of geldmarktinstrumenten aan de andere contractant terug te verkopen resp. hier de terugverkoop van te eisen tegen de contractueel vastgelegde prijs en binnen de contractueel vastgelegde termijn. Bij effectenbeleningstransacties worden effecten en geldmarktinstrumenten uitgeleend aan een derde tegen betaling van een vergoeding, voor een vaste periode of ‘tot nader bericht’, op voorwaarde dat deze aan het einde van de effectenbeleningstransactie moeten worden vervangen door een actief van hetzelfde type en met dezelfde waarde. Wederinkoop- en effectenbeleningstransacties die een Compartiment kan verrichten krachtens de bepalingen van Aanhangsel 2 nr. 1 en 2, gaan in wezen gepaard met de volgende risico’s: – Als een Compartiment effecten of geldmarktinstrumenten uitleent, kan het deze activa tijdens de looptijd van de lening niet verkopen. Het neemt volledig deel aan het rendement van het actief, maar kan zijn participatie in dat marktrendement niet beëindigen door het actief te verkopen. Hetzelfde geldt ook voor de terugkoopverplichting van het Compartiment met betrekking tot de effecten en geldmarktinstrumenten die het uitleent. – Als er bij effectenbeleningstransacties in de vorm van contanten gestelde zekerheden worden belegd in andere activa, ontstaat hierdoor normaliter geen vrijstelling van de betalingsverplichting aan de partij die het effect levert, tot ten minste het bedrag gelijk aan de in de vorm van contanten gestelde zekerheden aan het einde van de effectenlening, zelfs wanneer de tussentijdse belegging tot verliezen leidt. Hetzelfde geldt voor de liquide middelen die door het Compartiment worden gehouden en die vervolgens worden belegd, indien het Compartiment effecten en geldmarktinstrumenten heeft uitgeleend. – Als er een effect of geldmarktinstrument wordt uitgeleend, ontvangt een Compartiment daarvoor een zekerheid, waarvan de waarde ten minste overeenstemt met de waarde van het uitgeleende actief op het moment waarop de transactie wordt gesloten. Afhankelijk van hoe de zekerheid gestructureerd is, kan deze echter zo veel in waarde dalen dat indien de cedent bij de teruggaveverplichting geen rendement of een onbevredigend rendement verstrekt, er mogelijk geen volledige compensatie beschikbaar is via de verkoop van de zekerheid.
Allianz Global Investors Fund Hetzelfde geldt voor ontleende effecten en geldmarktinstrumenten, met betrekking tot de wederinkoopprijs die aan de wederpartij moet worden betaald indien deze effecten en geldmarktinstrumenten in prijs zouden dalen. – Als een Compartiment effecten en geldmarktinstrumenten uitleent, zal de cedent ze normaliter ofwel snel opnieuw verkopen, of heeft hij dit al gedaan. Als regel geldt dat de cedent hierbij speculeert dat de prijzen van het type actief dat van het Compartiment wordt geleend, zullen dalen. Dienovereenkomstig kan een effectenbeleningstransactie van een Compartiment een negatief effect hebben op de prestaties van de prijs van het effect, en bijgevolg op de aandelenprijzen van het Compartiment, in die mate dat ze niet langer kunnen worden gecompenseerd door de inkomsten die worden gegenereerd uit de effectenlening in deze transactie.
19
Allianz Global Investors Fund
Belastingregeling De onderstaande samenvatting is gebaseerd op het recht en de rechtspraktijk zoals deze actueel gelden in Luxemburg en is derhalve onderhevig aan wijzigingen. Dividenden, renten en overige inkomsten die de Maatschappij uit haar beleggingen verkrijgt, kunnen in de landen waar deze zijn gegenereerd worden aangeslagen voor niet-terugvorderbare bronbelasting of andere vormen van belasting. De verwachting is dat Aandeelhouders van de Maatschappij hun fiscale woonplaats zullen hebben in verschillende landen. Dientengevolge wordt in dit Vereenvoudigde Prospectus niet getracht de fiscale consequenties voor elke belegger afzonderlijk samen te vatten. Deze gevolgen kunnen immers variëren al naargelang de wet en de rechtspraktijk zoals deze gelden in het land waarvan de Aandeelhouder in kwestie staatsburger is, verblijft of zijn domicilie heeft dan wel gevestigd is, of waarin een Aandeelhouder zijn Aandelen laat bewaren, en al naargelang diens persoonlijke omstandigheden. De Maatschappij is in Luxemburg niet onderhevig aan belasting op winst of inkomen. Ook de inkomsten verkregen uit de Compartimenten van de Maatschappij zijn in Luxemburg thans niet onderworpen aan bronbelasting. De Maatschappij is echter wel verplicht tot het betalen van een belasting (‘Taxe d’Abonnement’) van 0,05% per jaar over het nettovermogen per Compartiment van aandelen-, gemengde en obligatiefondsen resp. van 0,01% per jaar van geldmarktfondsen en van de onder artikel 129 paragraaf 2 d) van de Wet vallende institutionele Aandelenklassen (deze Aandelenklassen worden vermeld in ‘Aandelenklassen’) van aandelen-, gemengde en obligatiefondsen (‘Taxe d’Abonnement’), voor zover zij niet in Luxemburgse beleggingsfondsen hebben belegd die hunnerzijds onderworpen zijn aan de Taxe d’Abonnement. Deze belasting is per kwartaal te voldoen op basis van de relevante nettovermogenswaarde van het Compartiment resp. van de bijbehorende Aandelenklasse aan het eind van het desbetreffende kwartaal. De emissie van Aandelen wordt in Luxemburg niet belast met zegelrecht of andere vormen van belasting. De gerealiseerde vermogenstoename op activa van de Maatschappij wordt in Luxemburg niet belast. De Maatschappij werd aangeslagen voor een eenmalige kapitaalbelasting van EUR 1.250,– welk bedrag direct bij de oprichting werd voldaan. In overeenstemming met de huidige wetten van Luxemburg zijn Aandeelhouders (1) geen inkomstenbelasting verschuldigd over inkomsten uit beleggingsfondsen, (2) geen vermogenswinstbelasting, noch (3) bronbelastingen, met voorbehoud van de bepalingen in de volgende alinea’s. Dit geldt echter niet voor Aandeelhouders die: a) gedomicilieerd zijn, verblijf houden of permanent gevestigd zijn in Luxemburg; b) niet in Luxemburg woonachtig zijn maar meer dan 10% van de totale Aandelen van de Maatschappij in bezit hebben (25% van de totale Aandelen van de Maatschappij tot 31 december 2007 voor Aandelen verworven vóór 1 januari 2002, behalve wanneer 20
dat belang in de tussentijd verhoogd werd) en hun bezittingen binnen zes maanden na de datum waarop zij deze hebben verworven volledig of gedeeltelijk verkopen; of c) hun domicilie/woning in Luxemburg binnen de laatste vijf jaar opgegeven hebben waar zij ten minste 15 jaar gewoond hebben vóór het verkopen van de Aandelen en die meer dan 10% van de totale Aandelen van de Maatschappij in bezit hebben (25% van de totale Aandelen van de Maatschappij tot 31 december 2007 voor Aandelen verworven vóór 1 januari 2002, behalve wanneer dat belang in de tussentijd verhoogd werd). Krachtens de bepalingen van EU-richtlijn 2003/48/EG over de belastingheffing op inkomsten uit spaargelden in de vorm van rentebetaling, die op 1 juli 2005 van kracht werd, kan niet worden uitgesloten dat in bepaalde gevallen een bronbelasting wordt toegepast indien een Luxemburgs betaalkantoor uitkeringen doet en Aandelen terugkoopt en de ontvanger resp. de economisch gerechtigde van deze gelden een natuurlijke persoon is die in een andere EU-lidstaat of in één van de desbetreffende afhankelijke of geassocieerde gebieden gevestigd is. Het bronbelastingspercentage op de berekeningsbasis van de desbetreffende uitkeringen of aflossingen/terugkopen bedraagt 15% tot en met 30 juni 2008, 20% vanaf 1 juli 2008 tot en met 30 juni 2011 en daarna 35%. Er wordt evenwel uitdrukkelijk verzocht deel te nemen aan het informatieuitwisselingsysteem van de hierboven genoemde richtlijn, anders dient er een attest van de burgerlijke stand te worden voorgelegd om vrijstelling te verkrijgen. De beleggers dienen zich op de hoogte te stellen van, of zich door hun professionele adviseurs te laten informeren over, de eventuele fiscale consequenties van het intekenen op, kopen, aanhouden, laten terugkopen of overdragen van Aandelen, alsook van het verkrijgen van een inkomen (bijv. door uitkeringen van een Compartiment of kapitalisaties) conform de wetgeving in het land waarvan zij staatsburger zijn of waarin zij hun domicilie hebben, gevestigd zijn of hun Aandelen laten bewaren.
Allianz Global Investors Fund
Rendement, Total Expense Ratio en Portfolio Turnover Rate Het rendement per einde boekjaar van de Compartimenten en hun Aandelenklassen wordt gewoonlijk weergegeven in de jaaren halfjaarverslagen en wordt hieronder toegelicht.
Beleggers dienen op te merken dat op grond van historische rendementsgegevens geen voorspellingen over het huidige of toekomstige rendement kunnen worden gedaan en dat in de rendementsgegevens geen rekening wordt gehouden met de provisies en kosten die mogelijk ingehouden worden bij de uitgifte of terugkoop van aandelen. Het toekomstige rendement van een Compartiment of Aandelenklasse kan minder gunstig of gunstiger uitvallen dan in het verleden. De berekening is gebaseerd op de nettovermogenswaarde per aandeel (verkoopkosten en terugkoopprovisie niet in aanmerking genomen); eventuele uitkeringen herbelegd. Aangezien diverse Compartimenten andere beleggingsdeelbewijzen houden (“doelfondsen”), worden bijkomende kosten, lasten en vergoedingen opgelopen op het niveau van het doelfonds. In zoverre de doelfondsen een TER publiceren, werd hiermee rekening gehouden op het niveau van de Compartimenten (synthetische TER). In dergelijke gevallen zal hiervan melding worden gemaakt in het volgende blad. De PTR geeft een aanwijzing van het niveau van de bijkomende kosten die ontstaan voor het betreffende Compartiment door de aankoop en verkoop van activa. De PTR moet voor dezelfde periode worden bepaald als de TER. Er kan geen informatie worden verstrekt voor Compartimenten die nog niet zijn geïntroduceerd en voor Compartimenten of Aandelenklassen die pas in het lopende boekjaar zijn geïntroduceerd. Na introductie zullen het rendement en de TER op boekjaarbasis worden vermeld in de toekomstige jaar- en halfjaarverslagen en in het Vereenvoudigde Prospectus. De PTR na introductie zal voortaan worden gepubliceerd in het Vereenvoudigde Prospectus.
21
Allianz Global Investors Fund Allianz Asian Multi Income Plus AM (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
15
20
25
30
Rendement in % 8,27
17/05/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 17/05/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 17/05/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,65 171,83
Allianz Asian Multi Income Plus IT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
Rendement in % 18,48
30/09/2009 – 30/09/2010 8,20
15/07/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,02 171,83
Allianz Euro Bond Strategy C (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
15
20
25
30
20
25
30
20
25
30
Rendement in % 5,00
09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,73
PTR in % per jaar: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
7,00
Allianz Euro Bond Strategy CT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 4,99
09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,74
PTR in % per jaar: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
7,00
Allianz Euro Bond Strategy IT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 5,40
09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,36
PTR in % per jaar: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
7,00
Allianz Euro High Yield Bond A (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
Rendement in % 11,18
09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,59 85,88
Allianz Euro High Yield Bond AT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 11,24
09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,44 85,88
Allianz Euro High Yield Bond IT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 11,67
09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,79 85,88
Allianz NFJ US Large Cap Value AT (SGD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
20
30
40
50
60
Rendement in % –1,07
30/09/2009 – 30/09/2010
2,40
11/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,87 25,77
Allianz NFJ US Large Cap Value W (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 7,26
30/09/2009 – 30/09/2010
38,51
01/04/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
22
0.69 25,77
Allianz Global Investors Fund Allianz PIMCO Euro Bond A (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
20
25
30
20
25
30
20
25
30
20
25
30
20
25
30
20
25
30
20
25
30
Rendement in % 12,10
30/09/2009 – 30/09/2010 2,99
30/09/2008 – 30/09/2009 –3,24
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,36 855,64
Allianz PIMCO Euro Bond AT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 12,11
30/09/2009 – 30/09/2010 2,93
30/09/2008 – 30/09/2009 –3,11
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,37 855,64
Allianz PIMCO Euro Bond CT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 11,96
30/09/2009 – 30/09/2010 2,87
30/09/2008 – 30/09/2009 –3,27
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,46 855,64
Allianz PIMCO Euro Bond I (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 12,78
30/09/2009 – 30/09/2010 3,64
30/09/2008 – 30/09/2009 –2,64
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,74 855,64
Allianz PIMCO Euro Bond IT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 12,55
30/09/2009 – 30/09/2010 3,37
30/09/2008 – 30/09/2009 –2,59
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0.72 855,64
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2011 I (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 3,69
30/09/2009 – 30/09/2010
10,60
30/09/2008 – 30/09/2009 1,33
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,49 792,50
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2013 I (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 5,83
30/09/2009 – 30/09/2010
11,94
30/09/2008 – 30/09/2009 1,47
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,50 1240,37
Allianz PIMCO Treasury Euro Cash Plus CT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 2,26
30/09/2009 – 30/09/2010
2,94
30/09/2008 – 30/09/2009
1,19
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,93 590,87
23
Allianz Global Investors Fund Allianz PIMCO Treasury Euro Cash Plus P (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
20
30
40
50
60
40
50
60
40
50
60
40
50
60
40
50
60
Rendement in % 2,72
30/09/2009 – 30/09/2010
3,38
30/09/2008 – 30/09/2009
1,63
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,48 590,87
Allianz PIMCO Treasury Euro Cash Plus I (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 2,80
30/09/2009 – 30/09/2010
3,46
30/09/2008 – 30/09/2009
1,70
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,40 590,87
Allianz RCM Asia Pacific A (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 22,70
30/09/2009 – 30/09/2010
19,77
30/09/2008 – 30/09/2009 –41,85
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,81 77,70
Allianz RCM Asia Pacific A (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 14,47
30/09/2009 – 30/09/2010
21,94
30/09/2008 – 30/09/2009 –41,05
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,82 77,70
Allianz RCM Asia Pacific AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 22,68
30/09/2009 – 30/09/2010
19,77
30/09/2008 – 30/09/2009 –41,76
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,82 77,70
Allianz RCM Asia Pacific CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 21,68
30/09/2009 – 30/09/2010
18,99
30/09/2008 – 30/09/2009 –42,74
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,56 77,70
Allianz RCM Asia Pacific N (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 23,99
30/09/2009 – 30/09/2010
44,70
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,74 77,70
Allianz RCM Asia Pacific S (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
Rendement in % 23,49
30/09/2009 – 30/09/2010
44,30
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
24
1,10 77,70
60
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Asia Pacific I (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
40
50
60
Rendement in % 23,67
30/09/2009 – 30/09/2010
20,62
30/09/2008 – 30/09/2009 –41,45
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,96 77,70
Allianz RCM Asia Pacific I (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 15,13
30/09/2009 – 30/09/2010
22,86
30/09/2008 – 30/09/2009 –40,69
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,96 77,70
Allianz RCM Best Styles Euroland A (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
20
30
40
50
60
20
30
40
50
60
20
30
40
50
60
20
30
40
50
60
Rendement in % 4,93
31/05/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 31/05/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 31/05/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,32 23,77
Allianz RCM Best Styles Euroland AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % –4,05
30/09/2009 – 30/09/2010
3,60
30/09/2008 – 30/09/2009 –30,45
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,32 23,77
Allianz RCM Best Styles Euroland CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % –4,55
30/09/2009 – 30/09/2010
3,02
30/09/2008 – 30/09/2009 –30,83
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,79 23,77
Allianz RCM Best Styles Euroland I (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % –3,51
30/09/2009 – 30/09/2010
4,25
30/09/2008 – 30/09/2009 –30,09
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,69 23,77
Allianz RCM BRIC Equity AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 21,28
30/09/2009 – 30/09/2010
15,09
30/09/2008 – 30/09/2009 –44,93
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,27 –50,40
Allianz RCM BRIC Equity AT (HUF)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
0
5
10
15
20
25
30
Rendement in % –0,24
17/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 17/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 17/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
2,06 –50,40
Allianz RCM BRIC Equity AT (SGD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
Rendement in % 2,20
17/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 17/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 17/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
2,26 –50,40
25
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM BRIC Equity AT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
30
40
50
60
40
50
60
20
25
30
50
60
Rendement in % 12,74
30/09/2009 – 30/09/2010
16,51
30/09/2008 – 30/09/2009 –46,10
25/02/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,26 –50,40
Allianz RCM BRIC Equity CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
Rendement in % 20,39
30/09/2009 – 30/09/2010
14,22
30/09/2008 – 30/09/2009 –45,38
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
3,01 –50,40
Allianz RCM BRIC Equity I (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 22,48
30/09/2009 – 30/09/2010
16,12
30/09/2008 – 30/09/2009 –44,43
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,28 –50,40
Allianz RCM China A (GBP)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 17,89
30/09/2009 – 30/09/2010
14,69
09/06/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,26 –113,04
Allianz RCM China A (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 16,77
30/09/2009 – 30/09/2010
43,24
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,18 –113,04
Allianz RCM China AT (SGD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
30
40
50
60
60
75
90
Rendement in % 9,45
30/09/2009 – 30/09/2010 –3,70
11/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,89 –113,04
Allianz RCM China CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
Rendement in % 27,65
02/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 02/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 02/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010
3,04 –113,04
Allianz RCM China IT (USD)
–90
–75
–60
–45
–30
–15
0
15
30
45
Rendement in % 17,91
30/09/2009 – 30/09/2010
72,52
19/01/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,20 –113,04
Allianz RCM Currencies Strategy I (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 1,65
30/09/2009 – 30/09/2010 –0,69
30/06/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
26
0,69 494,75
10
15
20
25
30
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Demographic Trends A (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
50
60
Rendement in % 11,88
30/09/2009 – 30/09/2010
29,62
19/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,05 69,40
Allianz RCM Demographic Trends AT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 4,31
30/09/2009 – 30/09/2010
34,60
19/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,10 69,40
Allianz RCM Discovery Europe Strategy A (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
–5
0
5
10
15
20
25
30
–5
0
5
10
15
20
25
30
–15
0
15
30
45
60
75
90
Rendement in % –7,93
20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,80 325,52
Allianz RCM Discovery Europe Strategy A (GBP)
–30
–25
–20
–15
Rendement in % –12,40
20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,84 325,52
Allianz RCM Discovery Europe Strategy A (H-GBP)
–30
–25
–20
–15
Rendement in % –6,95
09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 09/02/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,86 325,52
Allianz RCM Discovery Europe Strategy CT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
Rendement in % –7,54
10/11/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 10/11/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 10/11/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010
2,48 325,52
Allianz RCM Discovery Europe Strategy I (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
Rendement in % –7,37
20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 20/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,19 325,52
Allianz RCM Emerging Asia A (USD)
–90
–75
–60
–45
–30
Rendement in % 52,25
30/09/2009 – 30/09/2010 10,72
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,30 117,63
Allianz RCM Enhanced Short Term Euro AT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
Rendement in % 1,00
30/09/2009 – 30/09/2010
4,53
01/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,51 –41,48
Allianz RCM Enhanced Short Term Euro CT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 0,95
30/09/2009 – 30/09/2010
1,88
16/02/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,56 –41,48
27
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Enhanced Short Term Euro I (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
20
30
40
50
60
40
50
60
40
50
60
40
50
60
40
50
60
40
50
60
Rendement in % 1,16
30/09/2009 – 30/09/2010
4,28
30/09/2008 – 30/09/2009
4,54
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,35 (rendementsgebonden vergoeding: 0,09 %)
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
–41,48
Allianz RCM Enhanced Short Term Euro IT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 1,10
30/09/2009 – 30/09/2010
1,68
16/02/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,41 (rendementsgebonden vergoeding: 0,16 %)
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
–41,48
Allianz RCM Euroland Equity Growth A (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 19,75
30/09/2009 – 30/09/2010 8,98
30/09/2008 – 30/09/2009 –28,60
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,85 –24,58
Allianz RCM Euroland Equity Growth AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 19,75
30/09/2009 – 30/09/2010 8,91
30/09/2008 – 30/09/2009 –28,61
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,85 –24,58
Allianz RCM Euroland Equity Growth CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 18,86
30/09/2009 – 30/09/2010 8,11
30/09/2008 – 30/09/2009 –29,11
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,31 –24,58
Allianz RCM Euroland Equity Growth I (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 20,79
30/09/2009 – 30/09/2010 9,77
30/09/2008 – 30/09/2009 –28,02
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,98 –24,58
Allianz RCM Euroland Equity Growth IT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 20,80
30/09/2009 – 30/09/2010 9,78
30/09/2008 – 30/09/2009 –28,00
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,97 –24,58
Allianz RCM Euroland Equity Growth W (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 21,16
30/09/2009 – 30/09/2010 10,18
30/09/2008 – 30/09/2009 –29,04
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
28
0,72 –24,58
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Europe Equity Growth A (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
25
30
Rendement in % 29,67
30/09/2009 – 30/09/2010 10,26
30/09/2008 – 30/09/2009 –26,87
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,84 –46,34
Allianz RCM Europe Equity Growth A (GBP)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
Rendement in % 22,10
30/09/2009 – 30/09/2010 16,52
03/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,84 –46,34
Allianz RCM Europe Equity Growth AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
Rendement in % 29,67
30/09/2009 – 30/09/2010 10,28
30/09/2008 – 30/09/2009 –26,87
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,84 –46,34
Allianz RCM Europe Equity Growth AT (HUF)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
20
30
40
50
60
40
50
60
50
60
50
60
Rendement in % 4,47
17/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 17/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 17/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,76 –46,34
Allianz RCM Europe Equity Growth CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 28,70
30/09/2009 – 30/09/2010 9,46
30/09/2008 – 30/09/2009 –27,42
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,59 –46,34
Allianz RCM Europe Equity Growth I (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 30,79
30/09/2009 – 30/09/2010 11,15
30/09/2008 – 30/09/2009 –26,29
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,96 –46,34
Allianz RCM Europe Equity Growth IT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 30,79
30/09/2009 – 30/09/2010 11,15
30/09/2008 – 30/09/2009 –26,29
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % p.a,: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,96 –46,34
Allianz RCM Europe Equity Growth W (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 31,19
30/09/2009 – 30/09/2010 11,48
30/09/2008 – 30/09/2009 –26,02
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,66 –46,34
29
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Europe Equity Growth WT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
20
25
30
25
30
20
25
30
40
50
60
40
50
60
40
50
60
Rendement in % 4,38
09/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 09/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 09/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,65 –46,34
Allianz RCM Europe Small Cap Equity A (GBP)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 11,04
30/09/2009 – 30/09/2010 4,80
15/09/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,07 196,66
Allianz RCM Europe Small Cap Equity AT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 17,75
30/09/2009 – 30/09/2010 1,36
15/09/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,07 196,66
Allianz RCM Europe Small Cap Equity IT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
Rendement in % 18,84
30/09/2009 – 30/09/2010 1,40
15/09/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,12 196,66
Allianz RCM European Equity A (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 5,61
30/09/2009 – 30/09/2010
12,96
07/11/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,81 102,17
Allianz RCM European Equity N (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 6,63
30/09/2009 – 30/09/2010
26,08
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,84 102,17
Allianz RCM European Equity S (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 6,40
30/09/2009 – 30/09/2010
25,76
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,11 102,17
Allianz RCM European Equity Dividend AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 11,26
30/09/2009 – 30/09/2010
43,20
10/03/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,83 78,56
Allianz RCM European Equity Dividend CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
Rendement in % 10,43
30/09/2009 – 30/09/2010
42,65
10/03/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
30
2,59 78,56
60
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM European Equity Dividend IT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
Rendement in % 12,23
30/09/2009 – 30/09/2010
43,83
10/03/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,96 78,56
Allianz RCM Global Agricultural Trends A (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
40
50
60
40
50
60
40
50
60
40
50
60
50
60
50
60
Rendement in % 32,29
30/09/2009 – 30/09/2010 –3,16
30/09/2008 – 30/09/2009
17,19
01/04/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,08 154,54
Allianz RCM Global Agricultural Trends A (GBP)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 25,19
30/09/2009 – 30/09/2010 10,74
30/09/2008 – 30/09/2009 –23,41
25/08/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,12 154,54
Allianz RCM Global Agricultural Trends AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 32,72
30/09/2009 – 30/09/2010 –3,40
30/09/2008 – 30/09/2009 –33,22
24/06/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,10 154,54
Allianz RCM Global Agricultural Trends AT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 23,97
30/09/2009 – 30/09/2010 –1,31
30/09/2008 – 30/09/2009 –23,50
01/04/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,08 154,54
Allianz RCM Global Agricultural Trends CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 32,20
30/09/2009 – 30/09/2010 –3,75
30/09/2008 – 30/09/2009 –25,63
07/07/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,86 154,54
Allianz RCM Global Agricultural Trends IT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 34,13
30/09/2009 – 30/09/2010 –2,24
30/09/2008 – 30/09/2009 –25,37
07/07/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,09 154,54
Allianz RCM Global EcoTrends A (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % –6,49
30/09/2009 – 30/09/2010 –19,18
30/09/2008 – 30/09/2009
–25,55
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,05 53,41
31
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Global EcoTrends AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
0
10
20
30
40
50
60
0
10
20
30
40
50
60
0
10
20
30
40
50
60
10
15
20
25
30
20
30
40
50
60
20
30
40
50
60
15
20
25
30
Rendement in % –6,48
30/09/2009 – 30/09/2010 –19,18
30/09/2008 – 30/09/2009
–25,55
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,05 53,41
Allianz RCM Global EcoTrends CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
Rendement in % –7,18
30/09/2009 – 30/09/2010 –19,79
30/09/2008 – 30/09/2009
–26,17
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,81 53,41
Allianz RCM Global EcoTrends IT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
Rendement in % –5,58
30/09/2009 – 30/09/2010 –18,44
30/09/2008 – 30/09/2009
–24,87
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,08 53,41
Allianz RCM Global Equity AT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
Rendement in % 11,59
30/09/2009 – 30/09/2010 –12,46
30/09/2008 – 30/09/2009 –27,76
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,82 38,34
Allianz RCM Global Equity AT (SGD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % –2,74
30/09/2009 – 30/09/2010
2,20
11/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,85 38,34
Allianz RCM Global Equity AT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 4,22
30/09/2009 – 30/09/2010 –10,30
30/09/2008 – 30/09/2009 –26,65
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,72 38,34
Allianz RCM Global Equity CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 10,88
30/09/2009 – 30/09/2010 –12,55
30/09/2008 – 30/09/2009 –27,79
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,56 38,34
Allianz RCM Global Equity N (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
Rendement in % 13,03
30/09/2009 – 30/09/2010
12,40
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
32
0,68 38,34
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Global Equity S (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
30
40
50
60
15
20
25
30
30
40
50
60
15
20
25
30
Rendement in % 12,53
30/09/2009 – 30/09/2010
12,10
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,07 38,34
Allianz RCM Global Equity IT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
Rendement in % 12,79
30/09/2009 – 30/09/2010 –11,59
30/09/2008 – 30/09/2009 –27,79
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,93 38,34
Allianz RCM Global Equity IT (H-EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
Rendement in % 3,84
30/09/2009 – 30/09/2010
12,00
06/05/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,96 38,34
Allianz RCM Global Equity WT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
Rendement in % 13,06
30/09/2009 – 30/09/2010 –10,68
30/09/2008 – 30/09/2009 –27,23
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,64 38,34
Allianz RCM Global Hi-Tech Growth A (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
Rendement in % 8,96
30/09/2009 – 30/09/2010
12,11
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,06 191,84
Allianz RCM Global Hi-Tech Growth AT (SGD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
20
25
30
40
50
60
Rendement in % 1,90
30/09/2009 – 30/09/2010
5,20
11/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,83 191,84
Allianz RCM Global Hi-Tech Growth AT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 9,02
30/09/2009 – 30/09/2010
12,04
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,06 191,84
Allianz RCM Global Hi-Tech Growth IT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 10,10
30/09/2009 – 30/09/2010
13,20
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,05 191,84
Allianz RCM Global Sustainability A (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 13,84
30/09/2009 – 30/09/2010 –4,80
30/09/2008 – 30/09/2009 –28,50
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,74 –11,09
33
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Global Sustainability A (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
20
30
40
50
60
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
Rendement in % 6,27
30/09/2009 – 30/09/2010 –3,50
30/09/2008 – 30/09/2009 –27,62
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,74 –11,09
Allianz RCM Global Sustainability CT (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 13,11
30/09/2009 – 30/09/2010 –5,56
30/09/2008 – 30/09/2009 –29,09
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,48 –11,09
Allianz RCM Global Unconstrained AT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 1,21
30/09/2009 – 30/09/2010 –6,11
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,12 308,76
Allianz RCM Greater China Dynamic AT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 20,50
02/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 02/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 02/10/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010
2,67 394,95
Allianz RCM Growing Markets Protect AT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
20
30
40
50
60
Rendement in % 2,31
30/09/2009 – 30/09/2010
5,19
30/09/2008 – 30/09/2009 –6,74
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,52 –126,63
Allianz RCM Hong Kong A (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
Rendement in % 22,36
30/09/2009 – 30/09/2010
40,50
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,04 –65,74
Allianz RCM Hong Kong AT (SGD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
50
60
Rendement in % 14,53
30/09/2009 – 30/09/2010 –0,20
11/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,85 –65,74
Allianz RCM Hong Kong IT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 23,57
30/09/2009 – 30/09/2010
41,73
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,07 –65,74
Allianz RCM India I (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
Rendement in % 18,45
30/12/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 30/12/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 30/12/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010
34
1,03 –121,16
25
30
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Indonesia A (EUR)
–150 –125 –100
–75
–50
–25
0
25
50
75
100
125
150
Rendement in % 52,30
30/09/2009 – 30/09/2010
116,34
24/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,28 –422,13
Allianz RCM Indonesia A (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
Rendement in % 41,93
30/09/2009 – 30/09/2010
39,68
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,24 –422,13
Allianz RCM Japan A (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
Rendement in % –0,14
30/09/2009 – 30/09/2010
0,96
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,83 117,16
Allianz RCM Japan IT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 0,76
30/09/2009 – 30/09/2010
2,24
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,94 117,16
Allianz RCM Korea A (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 14,09
30/09/2009 – 30/09/2010
21,22
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,21 86,58
Allianz RCM Korea IT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
Rendement in % 15,27
30/09/2009 – 30/09/2010
22,29
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,93 86,58
Allianz RCM Little Dragons A (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
50
60
Rendement in % 20,43
30/09/2009 – 30/09/2010
31,56
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
3,20 254,70
Allianz RCM Little Dragons A2 (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 30,57
30/09/2009 – 30/09/2010
52,82
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,19 254,70
Allianz RCM Little Dragons AT (SGD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
Rendement in % 13,44
30/09/2009 – 30/09/2010 1,90
11/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,89 254,70
35
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Little Dragons AT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
50
60
Rendement in % 20,43
30/09/2009 – 30/09/2010
31,57
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
3,19 254,70
Allianz RCM Little Dragons CT2 (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 29,52
30/09/2009 – 30/09/2010
51,92
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,97 254,70
Allianz RCM Little Dragons PT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
50
60
25
30
Rendement in % 22,89
30/09/2009 – 30/09/2010
33,96
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,27 254,70
Allianz RCM Little Dragons IT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 22,73
30/09/2009 – 30/09/2010
34,01
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,28 254,70
Allianz RCM Oriental Income A (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
Rendement in % 1,32
30/09/2009 – 30/09/2010
23,36
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,82 86,98
Allianz RCM Oriental Income AT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
Rendement in % 9,30
07/12/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 07/12/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 07/12/2009 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,86 86,98
Allianz RCM Oriental Income AT (SGD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % –5,88
30/09/2009 – 30/09/2010
3,80
11/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,85 86,98
Allianz RCM Oriental Income AT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 1,32
30/09/2009 – 30/09/2010
23,36
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,82 86,98
Allianz RCM Oriental Income P (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
Rendement in % 2,15
30/09/2009 – 30/09/2010
24,27
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
36
1,00 86,98
30
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Oriental Income I (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
Rendement in % 2,19
30/09/2009 – 30/09/2010
24,33
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,96 86,98
Allianz RCM Oriental Income IT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
Rendement in % 2,20
30/09/2009 – 30/09/2010
24,05
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,96 86,98
Allianz RCM Thailand A (EUR)
–90
–75
–60
–45
–30
–15
0
15
30
45
60
75
90
Rendement in % 80,38
30/09/2009 – 30/09/2010
70,85
24/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,26 –428,82
Allianz RCM Thailand A (USD)
–90
–75
–60
–45
–30
–15
0
15
30
45
60
75
90
Rendement in % 67,77
30/09/2009 – 30/09/2010 34,96
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,23 –428,82
Allianz RCM Thailand IT (USD)
–90
–75
–60
–45
–30
–15
0
15
30
45
60
75
90
Rendement in % 69,44
30/09/2009 – 30/09/2010 36,17
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,34 –428,82
Allianz RCM Tiger A (EUR)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
Rendement in % 23,72
30/09/2009 – 30/09/2010
46,55
28/11/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,21 67,28
Allianz RCM Tiger A (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
40
50
60
40
50
60
Rendement in % 15,19
30/09/2009 – 30/09/2010
27,99
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,21 67,28
Allianz RCM Tiger AT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 15,16
30/09/2009 – 30/09/2010
27,99
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,31 67,28
Allianz RCM Tiger IT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
Rendement in % 16,34
30/09/2009 – 30/09/2010
29,16
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,29 67,28
37
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM Total Return Asian Equity A (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
50
60
50
60
50
60
50
60
Rendement in % 18,31
30/09/2009 – 30/09/2010
29,63
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,06 82,89
Allianz RCM Total Return Asian Equity AT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 18,30
30/09/2009 – 30/09/2010
29,53
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,06 82,89
Allianz RCM Total Return Asian Equity PT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 19,46
30/09/2009 – 30/09/2010
30,65
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,12 82,89
Allianz RCM Total Return Asian Equity IT (USD)
–60
–50
–40
–30
–20
–10
0
10
20
30
40
Rendement in % 19,49
30/09/2009 – 30/09/2010
30,24
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,08 82,89
Allianz RCM US Equity Fund A (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
–5
0
5
10
15
20
25
30
–5
0
5
10
15
20
25
30
15
20
25
30
15
20
25
30
Rendement in % –5,67
25/03/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 25/03/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,97
PTR in % per jaar: 25/03/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
7,85
Allianz RCM US Equity Fund A (GBP)
–30
–25
–20
–15
–10
Rendement in % –5,03
05/03/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 05/03/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
1,05
PTR in % per jaar: 05/03/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
7,85
Allianz RCM US Equity Fund A (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
Rendement in % 6,23
30/09/2009 – 30/09/2010 –2,87
30/09/2008 – 30/09/2009 –10,60
15/02/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,85
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
7,85
Allianz RCM US Equity Fund A2 (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
Rendement in % 7,30
07/06/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 07/06/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,58
PTR in % per jaar: 07/06/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
7,85
Allianz RCM US Equity Fund AT (SGD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % –0,58
30/09/2009 – 30/09/2010
3,60
11/08/2009 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,88
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
7,85
38
10
Allianz Global Investors Fund Allianz RCM US Equity Fund CT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
20
25
30
Rendement in % 12,99
30/09/2009 – 30/09/2010 –5,48
30/09/2008 – 30/09/2009 –22,64
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,58
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
7,85
Allianz RCM US Equity Fund N (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
Rendement in % 15,08
30/09/2009 – 30/09/2010
24,73
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,71
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
7,85
Allianz RCM US Equity Fund S (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
Rendement in % 14,80
30/09/2009 – 30/09/2010
24,54
12/12/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
1,13
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
7,85
Allianz RCM US Equity Fund W (H-EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
Rendement in % 6,39
30/09/2009 – 30/09/2010 –4,41
30/09/2008 – 30/09/2009 –19,28
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,62
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
7,85
Allianz RCM USD Liquidity A (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
0
5
10
15
20
25
30
Rendement in % –0,74
30/09/2009 – 30/09/2010
–0,53
03/10/2008 (openingsdatum) – 30/09/2009 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
0,63
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
8308,58
Allianz Real Estate Securities Europe AT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
Rendement in % 11,63
30/09/2009 – 30/09/2010 –3,77
30/09/2008 – 30/09/2009 –23,13
26/03/2008 (openingsdatum) – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010
2,05
PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
48,31
Allianz Structured Alpha Strategy I (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
0
5
10
15
20
25
30
0
5
10
15
20
25
30
Rendement in % –0,19
10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,17 –36,18
Allianz Structured Alpha Strategy W (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
Rendement in % –0,08
10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,06
(rendementsgebonden vergoeding: 0,03 %) PTR in % per jaar: 10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
–36,18
Allianz Structured Alpha Strategy WT2 (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
Rendement in % –0,40
10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 10/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,38 –36,18
39
Allianz Global Investors Fund Allianz US High Yield AM (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
10
15
20
25
30
Rendement in % 2,87
02/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 02/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 02/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,23 118,79
Allianz US High Yield IT (USD)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 2,95
02/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 TER in %: 02/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 02/08/2010 (openingsdatum) – 30/09/2010
0,12 118,79
Protect Global Winner 2014 AT (EUR)
–30
–25
–20
–15
–10
–5
0
5
Rendement in % 2,93
30/09/2009 – 30/09/2010
5,98
30/09/2008 – 30/09/2009 –16,66
30/09/2007 – 30/09/2008 TER in %: 01/10/2009 – 30/09/2010 PTR in % per jaar: 01/10/2009 – 30/09/2010
40
1,24 225,94
Allianz Global Investors Fund
Aandelenklassen Behoudens enige beslissing op een algemene vergadering, zijn de Aandelenklassen A, C, N, S, P, I, RCM I, X en W in principe uitkerende Aandelenklassen. Deze typen Aandelenklassen kunnen de extra letter ‘M’ bevatten, die wijst op een maandelijkse uitkering, of de extra letter ‘Q’, die wijst op een uitkering per kwartaal. Omgekeerd zijn de Aandelenklassen AT, CT, NT, ST, PT, IT, RCM IT, XT en WT in principe kapitalisatieaandelenklassen. De bovenvermelde typen van Aandelenklassen kunnen het bijkomende cijfer ‘2’, ‘3’, ‘4’, ‘5’, ‘6’, ‘7’, ‘8’, ‘9’ of ‘10’ omvatten en een verwijzing hiernaar zal worden opgenomen in het informatieblad van het overeenstemmende Compartiment. Aandelenklassen kunnen worden uitgegeven in de volgende valuta’s: AUD, CAD, CHF, CZK, DKK, EUR, GBP, HKD, HUF, JPY, NOK, PLN, SEK, SGD en USD. Indien bij een Aandelenklasse naar afdekking wordt gestreefd ten opzichte van de referentievaluta, wordt er voor de naam van de referentievaluta een ‘H’ geplaatst. Indien bij een Aandelenklasse naar afdekking wordt gestreefd ten opzichte van de afdekkingsvaluta, wordt er tussen de naam van de referentievaluta en de afdekkingsvaluta een ‘H’ geplaatst. Als er bij een Aandelenklasse wordt gestreefd naar een vooraf bepaalde duration, wordt er voor de nagestreefde duration van de afzonderlijke Aandelenklasse en de naam van de referentievaluta een ‘D’ geplaatst. Aandelen van de Aandelenklassen I, IT, RCM I, RCM IT, X, XT, W en WT kunnen uitsluitend door niet-natuurlijke personen worden verworven. De verwerving is evenwel ongeoorloofd als de intekenaar op de Aandelen zelf een niet-natuurlijke persoon is die als intermediaire bewaarder optreedt voor een begunstigde derde die een natuurlijke persoon is. De Beheermaatschappij verzekert dat deze Aandelenklassen alleen door rechtspersonen worden verworven. Bij Aandelen van de Aandelenklassen X en XT wordt op het niveau van de Aandelenklassen geen beheervergoeding, noch een vergoeding voor de centrale administratie of een rendementsgebonden vergoeding aangerekend. In plaats daarvan wordt aan de desbetreffende Aandeelhouder rechtstreeks een vergoeding aangerekend door de Beheermaatschappij. De inschrijving op Aandelen van bepaalde Aandelenklassen kan beperkt zijn tot bepaalde beleggers. Eventuele dergelijke beperkingen zullen worden vermeld in het desbetreffende informatieblad. Tenzij anderszins vermeld in het Informatieblad van het respectieve Compartiment, kunnen Aandelen van de Aandelenklassen C, CT, X en XT alleen verworven worden door beleggers die noch hun domicilie noch hun gewone verblijfplaats in de Bondsrepubliek Duitsland hebben. Aandelen van de Aandelenklasse AT (SGD) worden alleen aangeboden in de Republiek Singapore. De Aandelenklassen A, C, N, S, P, I, RCM I, X en W met de bijkomende letter ‘M’ mogen alleen worden verworven door beleggers die noch
hun domicilie noch hun gewone verblijfplaats in de Bondsrepubliek Duitsland hebben. De minimale inleg voor de belegging in Aandelen van de Aandelenklassen N, NT, P, PT, I, IT, RCM I, RCM IT, W en WT (na aftrek van enige verkoopkosten) is als volgt: Aandelenklassen
Minimale inleg1)
N/NT – Aandelenklassen P/PT – Aandelenklassen I/IT – Aandelenklassen RCM I/RCM IT – Aandelenklassen
AUD 300.000 CAD 300.000 CHF 400.000 CZK 6 miljoen DKK 2 miljoen EUR 200.000 GBP 200.000 HKD 2 miljoen HUF 50 miljoen JPY 40 miljoen NOK 1,6 miljoen PLN 800.000 SEK 2 miljoen SGD 400.000 USD 200.000 AUD 150.000 CAD 150.000 CHF 200.000 CZK 3 miljoen DKK 1 miljoen EUR 100.000 GBP 100.000 HKD 1 miljoen HUF 25 miljoen JPY 20 miljoen NOK 800.000 PLN 400.000 SEK 1 miljoen SGD 200.000 USD 100.000 AUD 1,5 miljoen CAD 1,5 miljoen CHF 2 miljoen CZK 30 miljoen DKK 10 miljoen EUR 1 miljoen GBP 1 miljoen HKD 10 miljoen HUF 250 miljoen JPY 200 miljoen NOK 8 miljoen PLN 4 miljoen SEK 10 miljoen SGD 2 miljoen USD 1 miljoen AUD 1,5 miljoen CAD 1,5 miljoen CHF 2 miljoen CZK 30 miljoen DKK 10 miljoen EUR 1 miljoen GBP 1 miljoen HKD 10 miljoen HUF 250 miljoen JPY 200 miljoen NOK 8 miljoen PLN 4 miljoen SEK 10 miljoen SGD 2 miljoen USD 1 miljoen 41
Allianz Global Investors Fund Aandelenklassen
Minimale inleg1)
W/WT – Aandelenklassen
AUD 15 miljoen CAD 15 miljoen CHF 20 miljoen CZK 300 miljoen DKK 100 miljoen EUR 10 miljoen GBP 10 miljoen HKD 100 miljoen HUF 2,5 miljard JPY 2 miljard NOK 80 miljoen PLN 40 miljoen SEK 100 miljoen SGD 20 miljoen USD 10 miljoen
In bepaalde gevallen kan de Beheermaatschappij naar eigen goeddunken beslissen om een lagere minimale inleg toe te staan.
1)
Informatie over de reeds geopende Aandelenklassen van de afzonderlijke Compartimenten is te vinden in de desbetreffende informatiebladen. De Raad van Beheer kan te allen tijde beslissen om bijkomende Aandelenklassen te creëren, alsmede Aandelenklassen uitgegeven in bijkomende valuta’s voor de desbetreffende Compartimenten. In dit geval wordt het informatieblad van het desbetreffende Compartiment bijgewerkt met informatie over de nieuwe Aandelenklassen.
42
Allianz Global Investors Fund
Overzicht van de huidige vergoedingen en kosten Naam van het Compartiment
Aandelenklasse1)
Verkoopkosten2) 7)
Conversiekosten3) 7)
Terugkoopkosten7)
Beheer en cen- Administratie- DistributieTaxe trale admini- vergoeding4) vergoeding6) 7) d’Abonnement stratievergoeding4) 5)
Allianz Asian Multi Income Plus
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz Euro Bond Strategy
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
3,00 % 3,00 % – 9,00 % – – – –
3,00 % 3,00 % – 9,00 % – – – –
– – – – – – – –
1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,50 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 1,00 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz Euro High Yield Bond
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
3,00 % 3,00 % – 9,00 % – – – –
3,00 % 3,00 % – 9,00 % – – – –
– – – – – – – –
1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,50 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 1,00 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz Euroland Equity SRI
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz NFJ US Large Cap Value
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz PIMCO Euro Bond
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz PIMCO Euro Bond Fund I
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2011
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
3,00 % 3,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
3,00 % 3,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar8) 0,60 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2013
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
3,00 % 3,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
3,00 % 3,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar8) 0,60 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Een nadere uitleg wordt gegeven in de voetnoten onder de tabel. 43
Allianz Global Investors Fund Naam van het Compartiment
Aandelenklasse1)
Verkoopkosten2) 7)
Conversiekosten3) 7)
Terugkoopkosten7)
Beheer en cen- Administratie- DistributieTaxe trale admini- vergoeding4) vergoeding6) 7) d’Abonnement stratievergoeding4) 5)
Allianz PIMCO Treasury Euro Cash Plus
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
2,00 % 2,00 % – 9,00 % 1,00 % 1,00 % – –
2,00 % 2,00 % – 9,00 % 1,00 % 1,00 % – –
– – – – – – – –
1,20 %/jaar 0,80 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar 0,60 %/jaar8) 0,60 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,25 %/jaar – – – – – –
0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Advanced Investment Strategies
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 0,75 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,00 %/jaar8) 0,75 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 1,00 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Asia Pacific
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Best Styles Euroland
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Best Styles Europe
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Brazil
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM BRIC Equity
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM China
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Een nadere uitleg wordt gegeven in de voetnoten onder de tabel. 44
Allianz Global Investors Fund Naam van het Compartiment
Aandelenklasse1)
Verkoopkosten2) 7)
Conversiekosten3) 7)
Terugkoopkosten7)
Beheer en cen- Administratie- DistributieTaxe trale admini- vergoeding4) vergoeding6) 7) d’Abonnement stratievergoeding4) 5)
Allianz RCM Commodities
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Currencies Strategy
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % – – – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Demographic Trends
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Discovery Europe Strategy
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 1,00 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Dynamic Multi Asset Plus
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Emerging Asia
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Enhanced Short Term Euro
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
– – – 9,00 % – – – – –
– – – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
0,70 %/jaar 0,70 %/jaar 0,40 %/jaar 0,40 %/jaar 0,40 %/jaar 0,40 %/jaar 0,40 %/jaar 0,40 %/jaar8) 0,40 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Euroland Equity Growth
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Een nadere uitleg wordt gegeven in de voetnoten onder de tabel. 45
Allianz Global Investors Fund Naam van het Compartiment
Aandelenklasse1)
Verkoopkosten2) 7)
Conversiekosten3) 7)
Terugkoopkosten7)
Beheer en cen- Administratie- DistributieTaxe trale admini- vergoeding4) vergoeding6) 7) d’Abonnement stratievergoeding4) 5)
Allianz RCM Europe Equity Growth
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 % /jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 % /jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 % /jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Europe Small Cap Equity
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM European Equity
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM European Equity Dividend
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Agricultural Trends
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global EcoTrends
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Emerging Markets Equity
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Equity
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Een nadere uitleg wordt gegeven in de voetnoten onder de tabel. 46
Allianz Global Investors Fund Naam van het Compartiment
Aandelenklasse1)
Verkoopkosten2) 7)
Conversiekosten3) 7)
Terugkoopkosten7)
Beheer en cen- Administratie- DistributieTaxe trale admini- vergoeding4) vergoeding6) 7) d’Abonnement stratievergoeding4) 5)
Allianz RCM Global Hi-Tech Growth
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Infrastructure
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Intellectual Capital
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Metals and Mining
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Sustainability
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Unconstrained
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Global Water
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Greater China Dynamic
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Een nadere uitleg wordt gegeven in de voetnoten onder de tabel. 47
Allianz Global Investors Fund Naam van het Compartiment
Aandelenklasse1)
Verkoopkosten2) 7)
Conversiekosten3) 7)
Terugkoopkosten7)
Beheer en cen- Administratie- DistributieTaxe trale admini- vergoeding4) vergoeding6) 7) d’Abonnement stratievergoeding4) 5)
Allianz RCM Growing Markets Protect
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 3,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 3,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
1,25 % /jaar 1,25 %/jaar 0,80 %/jaar 0,80 %/jaar 0,80 %/jaar 0,80 %/jaar 0,80 %/jaar 0,80 %/jaar8) 0,80 %/jaar
0,50 % /jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – – –
0,05 % /jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Hong Kong
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM India
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Indonesia
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Investment Protect
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Japan
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Korea
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Een nadere uitleg wordt gegeven in de voetnoten onder de tabel. 48
Allianz Global Investors Fund Naam van het Compartiment
Aandelenklasse1)
Verkoopkosten2) 7)
Conversiekosten3) 7)
Terugkoopkosten7)
Beheer en cen- Administratie- DistributieTaxe trale admini- vergoeding4) vergoeding6) 7) d’Abonnement stratievergoeding4) 5)
Allianz RCM Little Dragons
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT A2/AT2 C2/CT2 N2/NT2 S2/ST2 P2/PT2 I2/IT2 RCM I2/RCM IT2 X2/XT2 W2/WT2
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – – 5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – – 5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – – – – – – – – – – –
3,50 %/jaar 3,50 %/jaar 1,75 %/jaar 2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,75 %/jaar8) 1,75 %/jaar 3,50 %/jaar 3,50 %/jaar 1,75 %/jaar 2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,75 %/jaar8) 1,75 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – – – 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM MENA Equity
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Oriental Income
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Swiss Equities
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Tech Alpha Plus Strategy
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar8) 2,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 1,00 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Thailand
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM Tiger
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar 0,75 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Een nadere uitleg wordt gegeven in de voetnoten onder de tabel. 49
Allianz Global Investors Fund Naam van het Compartiment
Aandelenklasse1)
Verkoopkosten2) 7)
Conversiekosten3) 7)
Terugkoopkosten7)
Beheer en cen- Administratie- DistributieTaxe trale admini- vergoeding4) vergoeding6) 7) d’Abonnement stratievergoeding4) 5)
Allianz RCM Total Return Asian Equity
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM US Equity Fund
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT A2/AT2 C2/CT2 N2/NT2 S2/ST2 P2/PT2 I2/IT2 RCM I2/RCM IT2 X2/XT2 W2/WT2
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – – 5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – – 5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – – – – – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar 2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – – – – 0,75 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz RCM USD Liquidity
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT RCM I/RCM IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % – – – – –
– – – – – – – – –
1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 0,50 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 0,50 %/jaar8) 0,50 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,50 %/jaar – – – – – – –
0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz Real Estate Securities Europe
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8) 1,00 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz Structured Alpha Strategy
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT W2/WT2
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – – –
– – – – – – – – –
2,50 %/jaar 2,50 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar 1,25 %/jaar8) 1,25 %/jaar 2,50 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 1,00 %/jaar – – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Allianz US High Yield
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT W/WT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % – –
– – – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar 1,50 %/jaar8) 1,50 %/jaar
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 1,00 %/jaar – – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Protect Global Winner 2014
A/AT C/CT N/NT S/ST P/PT I/IT X/XT
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % –
5,00 % 5,00 % – 9,00 % 2,00 % 2,00 % –
– – – – – – –
2,00 %/jaar 2,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar 1,00 %/jaar8)
0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar 0,50 %/jaar
– 0,75 %/jaar – – – – –
0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,05 %/jaar 0,01 %/jaar 0,01 %/jaar
Omvat alle Aandelen in alle respectieve Aandelenklassen. Bij de uitgifte van Aandelen van de Compartimenten kan de Beheermaatschappij naar eigen goeddunken lagere verkoopkosten aanrekenen. 3) De conversiekosten verwijzen naar een conversie naar de vermelde Aandelenklasse van een Compartiment. Bij de conversie van Aandelen kan de Beheermaatschappij naar eigen goeddunken lagere conversiekosten aanrekenen. 4) De Beheermaatschappij kan naar eigen keuze beslissen om een lagere vergoeding aan te rekenen. 5) Er kan ook een rendementsgebonden vergoeding worden aangerekend. Raadpleeg het informatieblad van het desbetreffende Compartiment voor meer informatie. 6) De Distributeur(s) kan/kunnen – via de Beheermaatschappij – naar eigen goeddunken een lagere distributievergoeding aanrekenen. 7) Een streepje geeft aan dat er momenteel geen kosten of vergoedingen in rekening worden gebracht. 8) Behalve indien er op basis van een individuele bijzondere overeenkomst tussen de Beheermaatschappij en de desbetreffende Aandeelhouder een andere vergoeding wordt . overeengekomen die eventueel ook een rendementsgebonden deel bevat. 1) 2)
50
Allianz Global Investors Fund
Deel 2: Algemene Risico’s Aan een belegging in een Compartiment kunnen de hieronder vermelde risico’s verbonden zijn: Bedrijfsspecifiek risico De waarde van de activa, in het bijzonder van effecten en geldmarktinstrumenten die direct of indirect door een Compartiment worden gehouden, kan worden beïnvloed door bedrijfsspecifieke factoren, zoals de bedrijfssituatie van de emittent. Als een bedrijfsspecifieke factor verslechtert, kan de koers van het desbetreffende actief duidelijk en duurzaam dalen, ongeacht een anders eventueel algemeen positieve beursontwikkeling. Concentratierisico Als een Compartiment zich in het kader van zijn beleggingsactiviteit op bepaalde markten of beleggingen concentreert, kan op grond van deze concentratie het risico niet van tevoren in dezelfde mate over verschillende markten worden gespreid, terwijl dit wel mogelijk zou zijn geweest zonder een dergelijke concentratie. Derhalve is het Compartiment in hoge mate afhankelijk van de ontwikkeling van deze beleggingen alsook van de afzonderlijke of met elkaar verbonden markten en/of van de hierbij betrokken bedrijven. Wederpartijrisico Als transacties niet via een beurs of een gereglementeerde markt verlopen (bijv. OTC-transacties), bestaat naast het algemene kredietrisico ook het risico dat een wederpartij in gebreke blijft of zijn verplichtingen niet volledig nakomt. Dit geldt in het bijzonder voor afgeleide OTC-derivaten en andere transacties met technieken en instrumenten als voorwerp. Geografisch risico Als een Compartiment zich in het kader van zijn beleggingsactiviteit op specifieke landen of regio’s concentreert, kan dit eveneens de risicospreiding verminderen. Derhalve is het Compartiment in hoge mate afhankelijk van de ontwikkeling van afzonderlijke of met elkaar verbonden landen en regio’s van de in deze gebieden gevestigde en/of actieve bedrijven. Landen- en transferrisico’s Economische of politieke instabiliteit in landen waarin een Compartiment heeft belegd kan ertoe leiden dat een Compartiment de gelden waarop het recht heeft, niet of niet volledig ontvangt ondanks de solvabiliteit van de emittent van het desbetreffende effect of andere activa. Doorslaggevend kunnen bijvoorbeeld deviezenbeperkingen, transferbeperkingen of wetswijzigingen zijn. Kredietwaardigheidsrisico De kredietwaardigheid (solvabiliteit en bereidheid tot betaling) van de emittent van een actief, in het bijzonder een door het Compartiment direct of indirect aangehouden effect of geldmarktinstrument kan naderhand dalen. In de regel leidt dit tot koersdalingen van het actief die sterker zijn dan de algemene marktschommelingen. Valutarisico Indien een Compartiment direct of indirect activa aanhoudt in vreemde valuta’s, dan staat dit Compartiment, voor zover de posities in vreemde valuta’s niet zijn afgedekt, bloot aan een
valutarisico. Een eventuele waardevermindering van de vreemde valuta ten opzichte van de basisvaluta van het Compartiment leidt ertoe dat de waarde van de in vreemde valuta luidende activa daalt. Risico van bewaring Het risico van bewaring beschrijft het risico dat een gevolg is van de feitelijke mogelijkheid dat de in bewaring zijnde beleggingen in geval van insolventie, onachtzame, opzettelijke of bedrieglijke handelingen van de bewaarder of een subbewaarder gedeeltelijk of volledig aan het Compartiment onttrokken zouden kunnen worden. Risico van opkomende markten Beleggingen in opkomende markten zijn beleggingen in landen die geen deel uitmaken van de categorie ‘hoog bruto nationaal inkomen per capita’ van de Wereldbank, en die dus niet als ‘ontwikkeld’ worden aangemerkt. Beleggingen in deze landen zijn – behalve aan de specifieke risico’s van de concrete beleggingsklasse – in hoge mate onderhevig aan het liquiditeitsrisico alsook aan het algemene marktrisico. Bovendien kunnen bij de afwikkeling van transacties met effecten uit deze landen grotere risico’s optreden die ten nadele van de belegger kunnen zijn, in het bijzonder omdat over het algemeen een levering van effecten in deze landen niet snel tegen betaling mogelijk of gebruikelijk is. In opkomende markten kunnen de juridische en regulerende voorwaarden en de normen inzake boekhouding, controle daarop en financiële verslaggeving bovendien ten nadele van een belegger duidelijk afwijken van de anders internationaal gebruikelijke normen. Ook kan in dergelijke landen een verhoogd risico van bewaring bestaan, wat met name ook het gevolg kan zijn van verschillende vormen van eigendomsverstrekking bij verworven activa. Algemeen marktrisico Als een Compartiment rechtstreeks of onrechtstreeks in effecten en overige activa belegt, staat het bloot aan de – op veel en gedeeltelijk ook irrationele factoren gebaseerde – algemene trends en tendensen op de markten, voornamelijk op de effectenmarkten. Deze kunnen in voorkomend geval ook leiden tot belangrijke en langer aanhoudende koersdalingen die de volledige markt betreffen. In principe staan effecten van eersteklas emittenten evenzeer bloot aan het algemene marktrisico als andere effecten of activa. Sectorrisico Als een Compartiment zich in het kader van zijn beleggingsactiviteit op bepaalde sectoren concentreert, kan dit eveneens de risicospreiding verminderen. Hierdoor is het Compartiment in sterke mate afhankelijk van de algemene ontwikkeling en van de evolutie van de bedrijfswinsten van de afzonderlijke sectoren of van sectoren die onderling invloed op elkaar uitoefenen. Inflatierisico Onder inflatierisico wordt het risico verstaan om door geldontwaarding vermogensverlies te lijden. De inflatie kan ertoe leiden dat het inkomen van een Compartiment alsook de waarde van de belegging qua koopkracht verminderen. Verschillende valuta’s zijn in uiteenlopende mate onderhevig aan het inflatierisico. 51
Allianz Global Investors Fund Sleutelpersonenrisico Compartimenten waarvan het beleggingsresultaat in een bepaalde periode zeer positief is, hebben dit succes ook te danken aan de geschiktheid van de handelende personen en de juiste beslissingen van het management van het betreffende Compartiment. Er kunnen echter wijzigingen optreden in de samenstelling van het management van een Compartiment. Het is mogelijk dat nieuwe besluitvormers minder succesvol ageren. Liquiditeitsrisico Met name bij niet-liquide (op een krappe markt aanwezige) effecten kan een niet al te grote order reeds tot duidelijke koerswijzigingen leiden, bij zowel aankopen als verkopen. Als een vermogensobject niet liquide is, bestaat het gevaar dat de verkoop hiervan niet of slechts tegen een duidelijk lagere verkoopprijs mogelijk is. De niet-liquiditeit van een vermogensobject kan er bij aankoop toe leiden dat de aankoopprijs duidelijk hoger ligt. Rendementsrisico Er kan niet worden gegarandeerd dat de beleggingsdoelstellingen van een Compartiment en de door de belegger gewenste beleggingsresultaten worden bereikt. Met het oog op de risico’s waaraan de op Compartimentniveau verworven afzonderlijke activa in het algemeen onderhevig zijn en die in het kader van de afzonderlijke selectie van de activa werden aangegaan, kan de nettovermogenswaarde van een Compartiment ook schommelen en, met name, dalen en tot verliezen bij de belegger leiden. Beleggers riskeren in dat geval een lager bedrag terug te krijgen dan het oorspronkelijk belegde bedrag. Er zijn geen garanties van de Maatschappij of van derden betreffende een bepaald beleggingssucces van het Compartiment, tenzij in het desbetreffende informatieblad van het Compartiment uitdrukkelijk een garantie wordt vermeld. Risico van wijziging van kadervoorwaarden In de loop van de tijd kunnen de kadervoorwaarden, bijv. in economisch, juridisch of fiscaal opzicht, veranderen. Dit kan in voorkomend geval van negatieve invloed zijn op de belegging en ook op behandeling van de belegging. Risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een Compartiment/Fonds De Aandeelhouder wordt erop gewezen dat de statuten, het beleggingsbeleid van het Compartiment/Fonds en de overige fundamentals van het Compartiment/Fonds in het kader van het toelaatbare gewijzigd kunnen worden. Met name door een wijziging van het beleggingsbeleid binnen het toelaatbare beleggingsspectrum voor conform de richtlijnen werkende Compartimenten/Fondsen kan het aan het desbetreffende Compartiment/Fonds verbonden risico inhoudelijk veranderen. Rentewijzigingsrisico Als een Compartiment rechtstreeks of onrechtstreeks rentedragende activa aanhoudt, staat het bloot aan het risico van een rentewijziging. Als de marktrente stijgt, kan de waarde van de bij het Compartiment horende rentedragende activa aanzienlijk dalen. Dit geldt des te meer als een Compartiment ook rentedragende activa met een langere resterende looptijd en een lagere nominale rente aanhoudt. Flexibiliteitsbeperkingsrisico De terugkoop van Aandelen van een Compartiment kan onderworpen zijn aan beperkingen. In geval van een uitgestelde terugkoop van Aandelen of van een vooruitgeschoven terugkoop 52
van Aandelen is een belegger niet in staat zijn Aandelen terug te geven, zodat hij gedwongen is – rekening houdend met de aan zijn belegging verbonden risico’s – langer te beleggen in het Compartiment dan hij oorspronkelijk wenste. In geval van beëindiging van een Compartiment of Aandelenklasse alsook in geval van uitoefening van een dwingend terugkooprecht van de Maatschappij heeft de belegger niet de mogelijkheid de belegging langer aan te houden. Dit geldt eveneens als het door de belegger aangehouden Compartiment resp. de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt samengevoegd met een ander Fonds, een ander Compartiment of een andere Aandelenklasse, waarbij de belegger in dit geval automatisch Aandeelhouder van dat andere Fonds, dat andere Compartiment of die andere Aandelenklasse wordt. Bij aankoop van Aandelen voldane verkoopkosten kunnen vooral bij een kortlopende belegging het resultaat van een belegging verminderen of zelfs tenietdoen. Bij teruggave van Aandelen om de vrijgemaakte middelen te beleggen in een andere beleggingsvorm kunnen er voor de belegger naast de reeds ontstane kosten (zoals verkoopkosten bij de aankoop van Aandelen) nog andere kosten ontstaan, bijv. in geval van terugkoopkosten bij het gehouden Compartiment of in de vorm van een inschrijvingstoeslag voor de aankoop van andere Aandelen. Deze gebeurtenissen en omstandigheden kunnen tot verliezen leiden voor de belegger. Algemeen kredietrisico De emittent van een door een Compartiment direct of indirect aangehouden effect resp. de schuldenaar van een bij een Compartiment horende vordering kan in gebreke blijven. De desbetreffende activa van het Compartiment kunnen hierdoor economisch waardeloos worden. Risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen Aandelenklassen van een Compartiment worden volgens het aansprakelijkheidsrecht onderling niet als afzonderlijke eenheid behandeld. Ten opzichte van derden dekken de activa van een bepaalde Aandelenklasse niet alleen de schulden en de passiva van de desbetreffende Aandelenklasse. Als de activa van een bepaalde Aandelenklasse niet toereikend zouden zijn om de passiva van deze Aandelenklasse te dekken (bijv. bij eventuele valutagedekte Aandelenklassen passiva uit de valuta-afdekking volgens Aandelenklasse) zouden deze passiva om die reden een waardevermindering kunnen teweegbrengen voor andere Aandelenklassen van hetzelfde Compartiment. Risico van het ontstaan van aan aandelenbewegingen gebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of Compartiment De uitgifte van Aandelen kan op het niveau van een fonds of Compartiment leiden tot de belegging van de ontvangen middelen, terwijl de terugkoop van Aandelen op het niveau van een fonds of Compartiment kan leiden tot de verkoop van beleggingen teneinde de liquiditeit te verhogen. Dergelijke transacties veroorzaken kosten die een aanmerkelijke invloed op het rendement van het fonds of het Compartiment kunnen hebben, met name als de op dezelfde dag uitgevoerde inschrijvingen en terugkopen van Aandelen niet ongeveer overeenkomen. Afwikkelingsrisico Met name bij belegging in niet-genoteerde effecten bestaat het risico dat de afwikkeling door een transfersysteem op grond van een vertraagde of niet volgens overeenkomst bepaalde betaling of levering niet volgens verwachting wordt uitgevoerd.
Allianz Global Investors Fund Specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s, door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s, door hypotheken gedekte effecten) De inkomsten, het rendement en/of de terugbetaalde kapitaalbedragen van ABS’s en MBS’s zijn gekoppeld aan de inkomsten, het rendement, de liquiditeit en de kredietrating van de respectieve economisch of juridisch onderliggende of dekkende pool van referentieactiva (bijv. vorderingen, effecten en/of kredietderivaten), alsmede de individuele activa die in de pool zijn opgenomen of hun emittenten. Als het rendement van de activa in de pool ongunstig blijkt voor beleggers, dan kunnen die beleggers, afhankelijk van de vorm van de ABS’s of MBS’s, verlies lijden of zelfs hun volledige belegde kapitaal verliezen. ABS’s en MBS’s kunnen ofwel worden uitgegeven door een onderneming die specifiek voor dit doel is opgericht (specialpurpose vehicle) ofwel zonder gebruik te maken van een dergelijk special-purpose vehicle. Special-purpose vehicles die worden gebruikt voor de uitgifte van ABS’s of MBS’s voeren gewoonlijk geen andere activiteiten uit dan de uitgifte van ABS’s of MBS’s; de onderliggende pool van de ABS’s of MBS’s, die ook vaak bestaat uit niet-fungibele activa, vertegenwoordigt normaliter de enige activa van het special-purpose vehicle of de enige activa waaruit de ABS’s en MBS’s moeten worden uitgegeven. Als ABS’s of MBS’s worden uitgegeven zonder gebruik te maken van een specialpurpose vehicle, bestaat het risico dat de aansprakelijkheid van de emittent beperkt is tot de activa die deel uitmaken van de pool. De voornaamste risico’s die moeten worden vermeld voor de activa die deel uitmaken van de pool, zijn het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het algemene kredietrisico en het wederpartijrisico. Ongeacht of ze al dan niet via een special-purpose vehicle worden uitgegeven, houden beleggingsinstrumenten als ABS’s en MBS’s voorts de algemene risico’s in van een belegging in obligaties en derivaten, en in het bijzonder het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het algemene kredietrisico, het wederpartijrisico en het liquiditeitsrisico. Specifieke risico’s bij (indirecte) belegging in markten voor commodity futures, edele metalen en grondstoffen Posities in markten voor commodity futures, edele metalen en grondstoffen zijn doorgaans onderhevig aan het algemene marktrisico. De ontwikkeling van de grondstoffen-, edelmetalenen termijngoederentransacties hangt echter ook af van de algemene bevoorradingssituatie van de desbetreffende goederen, de vraag daarnaar en van de verwachte exploitatie, fabricage en productie en het verwachte verbruik en deze ontwikkeling kan derhalve bijzonder volatiel zijn. Met een op een index gebaseerde belegging bestaat eveneens de mogelijkheid dat de samenstelling van een index en de weging van de afzonderlijke componenten wijzigt gedurende de periode dat een positie wordt gehouden en de indexniveaus niet bijgewerkt zijn of niet gebaseerd zijn op bijgewerkte gegevens en dit kan nadelig zijn voor een belegger in deze index. Beleggingen op basis van derivaten zijn bovendien onderhevig aan de algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in derivaten.
Beleggingen in fondsen die gericht zijn op markten voor commodity futures, edele metalen en grondstoffen zijn eveneens onderhevig aan specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen. Bij op certificaten gebaseerde beleggingen gelden eveneens de algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in certificaten. Een certificaat geeft het recht, onder voorwaarden nader bepaald in de voorwaarden en bepalingen van het certificaat door de emittent van het certificaat, voor de houder van het certificaat om de betaling te eisen van een geldbedrag of om bepaalde activa te leveren op de vervaldag. Of de houder van een certificaat een desbetreffend claim op het rendement daarvan heeft en in welke mate, hangt af van bepaalde criteria, zoals het rendement van het onderliggende actief gedurende de looptijd van het certificaat of de koers daarvan op bepaalde dagen. Als beleggingsinstrument staan certificaten fundamenteel bloot aan de volgende risico’s (in verband met de emittent van het certificaat): het kredietwaardigheidrisico, het bedrijfsspecifieke risico, algemeen kredietrisico en het wederpartijrisico. Andere risico’s waarop moet worden gewezen zijn het algemene marktrisico, het liquiditeitsrisico en, eventueel, het valutarisico. Certificaten zijn in de regel niet afgedekt tegen andere activa of zekerheden van derden. Dit geldt eveneens voor elke toegestane positie die via een ander instrument wordt gehouden op basis van de wet van verplichtingen. Bovenop de kosten verbonden met de verwerving en de verkoop van een certificaat, een derivaat of aandelen in fondsen gericht op markten voor commodity futures, edele metalen of grondstoffen, kunnen extra kosten worden gemaakt op het niveau van een index, een certificaat, een derivaat of de bovenvermelde fondsen, hetgeen mogelijkerwijs een aanzienlijke invloed kan hebben op de waarde van de belegging. Specifieke risico’s bij (indirecte) belegging in hedgefondsindices en ander beleggingen die verband houden met hedgefondsen Een (mogelijk indirecte) belegging in hedgefondsindices en andere beleggingen die verband houden met hedgefondsen worden ingedeeld in de categorie ‘Alternatieve Beleggingen’. In tegenstelling tot de naam ‘hedge’ fund index, verwijst zo’n index niet naar fondsen die het beleggingsrisico willen afdekken en neutraliseren, maar veeleer naar fondsen die gewoonlijk puur speculatieve beleggingsdoelen nastreven. Beleggers die direct of indirect beleggen in hedgefondsindices of in hedgefondsen zelf, moeten zich in een positie bevinden waar zij de financiële risico’s van een belegging in dergelijke fondsen kunnen aanvaarden, en het daaraan verbonden risico van een volledig of gedeeltelijk verlies van het belegde kapitaal. Ook bij een belegging gekoppeld aan een hedgefondsindex, kunnen verliezen op het niveau van een hedgefonds dat deel uitmaakt van een index, een negatieve impact hebben. Specifiek, naast de beleggingsrisico’s die doorgaans verbonden zijn aan het beleggingsbeleid en het vermogen van een hedgefonds (bijv. aandelen, obligaties, hoogrentende beleggingen, derivaten), en het aanzienlijk verhoogde rendementsrisico, moet in het bijzonder gewezen worden op de volgende risico’s: Hedgefondsen en de zakenactiviteiten daarvan vallen gewoonlijk niet onder overheidstoezicht of controle ter bescherming van de beleggers en zijn in de regel niet gebonden aan beleggingsbeperkingen of –limieten, en zijn met name niet gebonden door het principe 53
Allianz Global Investors Fund van risicospreiding. Het vermogen van hedgefondsen wordt in de regel niet afzonderlijk bewaard door een bijzondere instantie ter bescherming van de belegger, om deze reden bestaat er een verhoogd risico van bewaring en afwikkelingsrisico. Daarnaast kunnen het valutarisico, het risico van wijziging van de basisvoorwaarden en de landen- en transferrisico’s hier bijzonder relevant zijn. De hedgefondsen die de basis vormen voor een index opereren gewoonlijk onafhankelijk van elkaar, hetgeen aan de ene kant (maar niet noodzakelijkerwijs) risicospreiding tot gevolg kan hebben, en aan de andere kant een nivellering van posities, terwijl het nog steeds extra kosten met zich meebrengt. Daarnaast kunnen hedgefondsen regelmatig leningen verstrekken voor het totaalbedrag van de beleggers of de desbetreffende derivaten gebruiken om hun beleggingsgraad te verhogen – mogelijkerwijs zelfs zonder beperking. Terwijl deze praktijken de kansen op een toename van algehele resultaten verhogen, bestaat eveneens het risico dat die leiden tot grotere verliezen of zelfs een volledig verlies. Hedgefondsen kunnen ook regelmatig short gaan, dit is de verkoop van activa verkregen door het belenen van effecten waarvoor economisch gezien een verplichting bestaat die terug te geven aan een derde. Indien de prijs van de op deze wijze verkochte activa naderhand daalt, kan een hedgefonds mogelijkerwijs winst maken, na aftrek van kosten; maar, prijsstijgingen van die activa hebben een verlies voor het hedgefonds tot gevolg. De afzonderlijke componenten van een index worden in het algemeen gewaardeerd gebruik makend van erkende methodes voor de activa die daarin zijn vervat. In het bijzonder zijn deze waarderingen aanvankelijk misschien alleen opgesteld op basis van niet-gecontroleerde tussentijdse verslagen. Na een accountantscontrole kan er een opwaartse of neerwaartse aanpassing plaatsvinden. Dit zou tevens de waarde van een index kunnen wijzigen waarin het desbetreffende hedgefonds is opgenomen. Dientengevolge kan de gepubliceerde waarde van de index afwijken van de feitelijke waarde indien er achteraf een correctie van de nettovermogenswaarde van de afzonderlijke indexcomponenten wordt verricht. Dit geldt echter eveneens voor de waardering van hedgefondsen als de positie niet aan een index is gekoppeld. Met een op een index gebaseerde belegging bestaat eveneens de mogelijkheid dat de samenstelling van een index en de weging van de afzonderlijke componenten wijzigt gedurende de periode dat een positie wordt gehouden en de indexniveaus niet bijgewerkt zijn of niet gebaseerd zijn op bijgewerkte gegevens en dit kan nadelig zijn voor een belegger in deze index. Beleggingen op basis van derivaten zijn bovendien onderhevig aan de algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in derivaten. Directe beleggingen in hedgefondsen staan ook bloot aan de specifieke risico’s bij belegging in doelfondsen. Beleggingen op basis van certificaten zijn bovendien onderhevig aan de algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in certificaten. Een certificaat geeft het recht, onder voorwaarden nader bepaald in de voorwaarden en bepalingen van het certificaat door de emittent van het certificaat, voor de houder van het certificaat om de betaling te eisen van een geldbedrag of om bepaalde activa te leveren op de vervaldag. Of de houder van 54
een certificaat een desbetreffend claim op het rendement daarvan heeft en in welke mate, hangt af van bepaalde criteria, zoals het rendement van het onderliggende actief gedurende de looptijd van het certificaat of de koers daarvan op bepaalde dagen. Als beleggingsinstrument staan certificaten fundamenteel bloot aan de volgende risico’s (in verband met de emittent van het certificaat): het kredietwaardigheidrisico, het bedrijfsspecifieke risico, algemeen kredietrisico en het wederpartijrisico. Andere risico’s waarop moet worden gewezen zijn het algemene marktrisico, het liquiditeitsrisico en, eventueel, het valutarisico. Certificaten zijn in de regel niet afgedekt tegen andere activa of zekerheden van derden. Dit geldt eveneens voor elke toegestane positie die via een ander instrument wordt gehouden op basis van de wet van verplichtingen. Bovenop de kosten verbonden met de verwerving en de verkoop van een certificaat, een derivaat of aandelen in een hedgefonds, kunnen extra kosten worden gemaakt op het niveau van een hedgefondsindex, een certificaat, een derivaat of een hedgefonds, hetgeen mogelijkerwijs een aanzienlijke invloed kan hebben op de waarde van de belegging. Specifieke risico’s bij (indirecte) belegging in Private Equity Terwijl activa uitgegeven door bedrijven die actief zijn op het gebied van private equity op de beurs genoteerd kunnen zijn, worden de beleggingen die deze bedrijven doen in private equity (private equity bedrijven) meestal niet op de beurs verhandeld. Bedrijven die actief zijn op het gebied van private equity kunnen een aantal verschillende soorten activa verwerven binnen het kader van beleggingen in private equity bedrijven; met name kunnen zulke beleggingen vanuit het gezichtspunt van het private equity bedrijf, eigen vermogen, hybride aandelen of schulden zijn. Het kapitaal dat beschikbaar wordt gesteld kan met name ondergeschikt zijn aan andere kredietverleners van het private equity bedrijf. Bijzondere redenen om te beleggen in private equity bedrijven kunnen zijn: – financiering voor de implementatie van de nieuwe product- of zakelijke ideeën van nieuw opgerichte bedrijven wanneer die opgericht worden of als onderdeel van verdere ontwikkeling (risicodragend kapitaal), – financiering van de overname van bedrijven (buy-out beleggingen), mogelijk met participatie van de directie van het private equity bedrijf en mogelijk met een wezenlijk gebruik van schulden, – financiering van speciale situaties (beleggingen in speciale situaties), zoals onmiddellijk voor of na een beursintroductie, een bedrijfscrisis of een herstructurering. Beleggingen op het gebied van private equity hebben typisch risico’s die groter van omvang zijn dan die van conventionele beleggingen in beursgenoteerde bedrijven en die dientengevolge impact kunnen hebben op de bedrijven die actief zijn op het gebied van private equity en het vermogen, inkomen, liquiditeit evenals de waarde daarvan. Zo kunnen bijvoorbeeld private equity bedrijven met name vaak slechts korte tijd bestaan of bevinden zij zichzelf middenin in een herstructureringsfase of crisis, hebben ze zeer beperkte marktervaring en -aandeel, bieden ze nieuwe producten aan die nog geen naam hebben gemaakt op de markt en hebben ze een nogal krappe financiële positie, onzekere planning en benedenmaatse organisatieniveaus. De normen inzake boekhouding, accountantscontroles en financiële verslaggeving
Allianz Global Investors Fund en de reclame die gehanteerd worden door een private equity bedrijf kunnen wezenlijk lager zijn dan die van conventionele op de beurs verhandelde beleggingen. Er bestaat vaak praktisch geen overheidstoezicht op private equity bedrijven. Beleggingen in private equity bedrijven zijn meestal op lange termijn, worden niet verhandeld op de beurs, zijn niet liquide en slechts beperkt fungibel. Daarnaast staat het proces van beleggen in private equity bedrijven bloot aan bijzondere technische problemen en risico’s. Met een op een index gebaseerde belegging bestaat eveneens de mogelijkheid dat de samenstelling van een index en de weging van de afzonderlijke componenten wijzigt gedurende de periode dat een positie wordt gehouden en de indexniveaus niet bijgewerkt zijn of niet gebaseerd zijn op bijgewerkte gegevens en dit kan nadelig zijn voor een belegger in deze index. Beleggingen op basis van derivaten zijn bovendien onderhevig aan de algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in derivaten. Beleggingen in fondsen die gericht zijn op bedrijven die voornamelijk actief zijn in de sector van de private equity zijn eveneens onderhevig aan de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen. Beleggingen op basis van certificaten zijn bovendien onderhevig aan de algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in certificaten. Een certificaat geeft het recht, onder voorwaarden nader bepaald in de voorwaarden en bepalingen van het certificaat door de emittent van het certificaat, voor de houder van het certificaat om de betaling te eisen van een geldbedrag of om bepaalde activa te leveren op de vervaldag. Of de houder van een certificaat een desbetreffend claim op het rendement daarvan heeft en in welke mate, hangt af van bepaalde criteria, zoals het rendement van het onderliggende actief gedurende de looptijd van het certificaat of de koers daarvan op bepaalde dagen. Als beleggingsinstrument staan certificaten fundamenteel bloot aan de volgende risico’s (in verband met de emittent van het certificaat): het kredietwaardigheidrisico, het bedrijfsspecifieke risico, algemeen kredietrisico en het wederpartijrisico. Andere risico’s waarop moet worden gewezen zijn het algemene marktrisico, het liquiditeitsrisico en, eventueel, het valutarisico. Certificaten zijn in de regel niet afgedekt tegen andere activa of zekerheden van derden. Dit geldt eveneens voor elke toegestane positie die via een ander instrument wordt gehouden op basis van de wet van verplichtingen. Bovenop de kosten verbonden met de verwerving en de verkoop van een certificaat, een derivaat of aandelen in fondsen gericht op bedrijven die voornamelijk actief zijn in de sector van de private equity, kunnen extra kosten worden gemaakt op het niveau van een index, een certificaat, een derivaat of de bovenvermelde fondsen, hetgeen mogelijkerwijs een aanzienlijke invloed kan hebben op de waarde van de belegging. Specifieke risico’s bij (indirecte) belegging in vastgoedgerelateerde activa Onroerend goed staat bloot aan risico’s die de koerswaarde kunnen beïnvloeden door veranderingen in rendement, kosten en de waarde van het onroerend goed. Dit geldt eveneens voor beleggingen via fondsen, vastgoedbedrijven of andere producten die gerelateerd zijn aan de vastgoedaandelenmarkt (in het bijzonder REIT’s). De nadruk moet worden gelegd op de volgende basisrisico’s: Naast een verandering van de onderliggende algemene economische omstandigheden, zijn er specifieke risico’s aan het eigendom van
onroerend goed, zoals leegstand, achterstallige en wanbetaling van de huur, of achterstallige/wanbetaling van kosten voor gebruik die onder andere kunnen leiden tot een verandering in de kwaliteit van de locatie of in de kredietwaardigheid van de huurder/schuldenaar. De staat van het gebouw of de structuur ervan kan ook kosten noodzakelijk maken voor onderhoud of renovatie die niet altijd voorspelbaar zijn. Gebouwen kunnen bouwgebreken hebben: risico’s van verontreinigde terreinen kunnen niet uitgesloten worden. Er kan ook sprake zijn van onverzekerde schade. Daarnaast kan het huidige rendement van een belegging afwijken van eerder gemaakte berekeningen. Tevens bestaat het risico van beperkte fungibiliteit of mogelijkheid het onroerend goed voor andere doeleinden te gebruiken. Onroerend goed, in het bijzonder in grootstedelijke gebieden kan bloot staan aan oorlogs- of terreurrisico’s. Zelfs wanneer een onroerend goed zelf niet getroffen is door een oorlogs- of terreurhandeling kan de economische waarde daarvan afnemen indien de onroerendgoedmarkt in het getroffen gebied op lange termijn daaronder lijdt en het moeilijk of onmogelijk wordt huurders te vinden. Bij de ontwikkeling van het project kunnen zich ook risico’s voordoen als verandering in de planning en vertraging bij het verkrijgen van bouwvergunningen of andere benodigde officiële vergunningen, of toename van de bouwkosten. Het succes van de eerste huur is bovenal afhankelijk van de vraagsituatie op het moment dat de bouw wordt beëindigd, hetgeen pas op een later tijdstip geschiedt. Bij belegging in het buitenland moet rekening gehouden worden met bijkomende risico’s die het gevolg zijn van de bijzondere kenmerken van het specifieke onroerend goed (bijv. andere weten belastingstelsel, andere interpretaties van de verdragen inzake dubbele belastingheffing en, eventueel, verandering van de wisselkoersen). Andere risico’s waarmee rekening moet worden gehouden bij het beleggen in het buitenland zijn het verhoogde managementrisico, technische problemen, zoals transferrisico’s met betrekking tot het huidige inkomen of verkoopopbrengsten, en ook valutarisico’s. Wanneer men een belang verwerft in vastgoedbedrijven, moet men rekening houden met risico’s die voortvloeien uit de bedrijfsvorm, risico’s in verband met mogelijke wanbetaling van partners en risico’s van verandering van het belasting- en wettelijke kader. Dit is in het bijzonder het geval indien de vastgoedbedrijven hun hoofdkantoor in het buitenland hebben. Ook moet bedacht worden dat wanneer belangen in vastgoedbedrijven worden verworven, dat die verplichtingen kunnen hebben die moeilijk te herkennen zijn, en mogelijk is er geen liquide secundaire markt voor een gewenste vervreemding van het belang. Daarnaast hebben veranderingen in de waarde van onroerend goed een sterkere invloed op het aandeel wanneer gebruik gemaakt wordt van externe financiering. Dit levert een grotere winst op voor de belegger wanneer de prijzen stijgen en grotere verliezen wanneer de prijzen dalen, dan wanneer het project volledig zelf gefinancierd is. Wanneer onroerend goed wordt verkocht, kan de koper of een andere derde garantieclaims hebben. 55
Allianz Global Investors Fund Indien er op een onroerend goed pachtrechten of andere rechten rusten, bestaat het risico dat de pachter niet aan zijn verplichtingen voldoet, met name zijn grondhuur of andere vergoedingen niet betaalt. Met name in het geval van pachtrechten, kunnen deze eerder dan gepland terugkeren hetgeen tot gevolg heeft dat er een ander gebruik moet worden gevonden voor het onroerend goed dan men oorspronkelijk van plan was, en dit andere gebruik biedt wellicht niet dezelfde vooruitzichten. Dit geldt eveneens bij de terugkeer van de rechten na beëindiging van het contract of, eventueel, in soortgelijke situatie waarbij de rechten verleend zijn aan een derde. Ten slotte kan de vestiging van pachtrechten of andere rechten op een onroerend goed de fungibiliteit daarvan beperken, dat wil zeggen, dat het veel moeilijker is het object te verkopen dan wanneer er geen rechten op rusten. et een op een index gebaseerde belegging bestaat eveneens de mogelijkheid dat de samenstelling van een index en de weging van de afzonderlijke componenten wijzigt gedurende de periode dat een positie wordt gehouden en de indexniveaus niet bijgewerkt zijn of niet gebaseerd zijn op bijgewerkte gegevens en dit kan nadelig zijn voor een belegger in deze index. Beleggingen op basis van derivaten zijn bovendien onderhevig aan de algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in derivaten. Beleggingen in onroerendgoedfondsen of in fondsen die gericht zijn op REIT’s zijn eveneens onderhevig aan de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen; producten gerelateerd aan de vastgoedaandelenmarkt zijn onderhevig aan de risico’s die gepaard gaan met de aandelenmarkt. Beleggingen op basis van certificaten zijn bovendien onderhevig aan de algemene risico’s die gepaard gaan met beleggingen in certificaten. Een certificaat geeft het recht, onder voorwaarden nader bepaald in de voorwaarden en bepalingen van het certificaat door de emittent van het certificaat, voor de houder van het certificaat om de betaling te eisen van een geldbedrag of om bepaalde activa te leveren op de vervaldag. Of de houder van een certificaat een desbetreffend claim op het rendement daarvan heeft en in welke mate, hangt af van bepaalde criteria, zoals het rendement van het onderliggende actief gedurende de looptijd van het certificaat of de koers daarvan op bepaalde dagen. Als beleggingsinstrument staan certificaten fundamenteel bloot aan de volgende risico’s (in verband met de emittent van het certificaat): het kredietwaardigheidrisico, het bedrijfsspecifieke risico, algemeen kredietrisico en het wederpartijrisico. Andere risico’s waarop moet worden gewezen zijn het algemene marktrisico, het liquiditeitsrisico en, eventueel, het valutarisico. Certificaten zijn in de regel niet afgedekt tegen andere activa of zekerheden van derden. Dit geldt eveneens voor elke toegestane positie die via een ander instrument wordt gehouden op basis van de wet van verplichtingen. Bovenop de kosten verbonden met de verwerving en de verkoop van een certificaat, een derivaat of aandelen in onroerendgoedfondsen of in fondsen gericht op REIT’s, kunnen extra kosten worden gemaakt op het niveau van een index, een certificaat, een derivaat of de bovenvermelde fondsen, hetgeen mogelijkerwijs een aanzienlijke invloed kan hebben op de waarde van de belegging. Specifiek risico van beleggen in fondsen met vast kapitaal Bij beleggingen in fondsen met vast kapitaal zullen de inkomsten, het rendement en/of de kapitaalterugbetaling afhankelijk zijn van 56
de inkomsten, het rendement en de kredietrating van de beleggingen van de fondsen met vast kapitaal. Als het rendement van de activa van de fondsen met vast kapitaal ongunstig blijkt voor beleggers, kunnen beleggers, afhankelijk van de vorm van de fondsen met vast kapitaal, verlies lijden of zelfs hun volledige belegde kapitaal verliezen. Terugkopen van beleggingen in fondsen met vast kapitaal zijn misschien niet mogelijk. Deze beleggingsinstrumenten hebben gewoonlijk een vaste looptijd, die ook kan worden verlengd. Een vaste looptijd kan ertoe leiden dat een continue vereffening/ beëindiging van dergelijke beleggingen in fondsen met vast kapitaal vóór het einde van de looptijd onmogelijk wordt. In geval van een fonds met vast kapitaal waarvan de looptijd nog niet is vastgesteld, kan het liquiditeitsrisico zelfs nog hoger zijn. Uiteindelijk kunnen beleggingen in fondsen met vast kapitaal in voorkomend geval worden verkocht op een secundaire markt. Niettemin dragen dergelijke secundaire markten het risico van aanzienlijke spreads tussen bied- en laatprijzen. Anderzijds is het ook mogelijk dat beleggingen in fondsen met vast kapitaal volledig of gedeeltelijk worden terugbetaald vóór de vervaldatum, wat kan leiden tot een minder interessante totaalbelegging in het respectieve fonds met vast kapitaal, en tot een minder interessante herbelegging. Daarnaast is het mogelijk dat de mechanismen voor corporate governance, de overdraagbaarheid en de mogelijkheid om beleggingen in fondsen met vast kapitaal te beoordelen, om er toereikende informatie over te verkrijgen en om een rating te verstrekken voor beleggingen in fondsen met vast kapitaal, vóór de vervaldatum verslechteren. Voor de activa die zijn opgenomen in de fondsen met vast kapitaal, zijn de voornaamste mogelijke risico’s die moeten worden vermeld het algemene marktrisico, het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene kredietrisico en het wederpartijrisico. Niettemin zijn risico’s in detail uiteraard afhankelijk van het specifieke type van het fonds met vast kapitaal. Bij beleggingen in fondsen met vast kapitaal ontstaan er geregeld kosten, zowel op het niveau van de portefeuille die de belegging in het fonds met vast kapitaal doet, als op het niveau van de fondsen met vast kapitaal zelf, in het bijzonder beheervergoedingen (vaste vergoedingen en/of rendementsgebonden vergoedingen), bewaarkosten, trusteevergoedingen, adviesvergoedingen en andere kosten; deze leiden tot hogere kosten voor de beleggers in de portefeuille die de belegging verricht in het fonds met vast kapitaal. Specifieke risico’s van het beleggen in de Federale Republiek Brazilië met betrekking tot de plaatselijke belastingen Beleggingen van een Compartiment in de Federale Republiek Brazilië zijn onderworpen aan de belastingwetten van de Federale Republiek Brazilië, zoals de heffing op financiële transacties (Imposto sobre Operacões Financeiras, ‘IOF’), die verschillende belastingschalen omvat die elk voor een specifiek type financiële transactie gelden. Dit kan onder meer leiden tot de toepassing van een heffing op valutatransacties (de ‘IOF/Valuta’) en op transacties met obligaties of aandelen, met inbegrip van de transacties die uitgevoerd worden op een gereglementeerde Braziliaanse effectenbeurs (de ‘IOF/Obligaties en aandelen’).
Allianz Global Investors Fund De beleggers worden erop attent gemaakt dat de IOFbelastingen op welk moment ook verhoogd of verlaagd kunnen worden door een federaal decreet zonder voorafgaande kennisgeving aan de belastingbetalers of zonder voorafgaande goedkeuring door het Braziliaanse Congres. Het gevolg hiervan is dat de IOF-wetgeving vrij flexibel is, en dat de Braziliaanse regering ze frequent kan wijzigen. De wijzigingen kunnen zeer snel worden doorgevoerd en zonder bekendmaking vooraf aan de belastingbetalers. Bovendien geldt er geen minimumtermijn tussen het van kracht worden van een nieuw decreet en zijn daadwerkelijke toepassing. Dit wettelijke kader gaat gepaard met onzekerheid voor niet-Braziliaanse beleggers in het algemeen, aangezien de IOF-wetgeving, ook nadat de beslissing genomen is om te beleggen in de Federale Republiek Brazilië, aanzienlijk gewijzigd kan worden. De hierna volgende cijfers weerspiegelen dan ook alleen geselecteerde belastingverplichtingen die gelden per 21 april 2010. Er dient ook rekening mee te worden gehouden dat voor andere transacties die hieronder niet beschreven zijn andere tarieven of heffingen van toepassing kunnen zijn. De IOF/Valuta is van toepassing op de omzetting van vreemde valuta’s in de Braziliaanse real en op de omzetting van de Braziliaanse real in vreemde valuta’s. Momenteel zijn inkomende cashstromen in de financiële en kapitaalmarkten van de Federale Republiek Brazilië onderworpen aan de IOF/Valuta tegen een tarief van 2,00% van het belegde bedrag. De uitstroom van fondsen met betrekking tot beleggingen die door een Compartiment verricht zijn in de Braziliaanse financiële en kapitaalmarkten, met inbegrip van de uitkering van dividenden en interest op de participatie van een aandeelhouder, is momenteel onderworpen aan een aftrek van nul procent. Andere beleggingen, zoals de verwerving van een belang in nietgenoteerde Braziliaanse bedrijven, zijn onderworpen aan een IOF/ Valuta van 0,38%. De IOF/Obligaties en aandelen is van toepassing op transacties met obligaties of aandelen. Momenteel bedraagt het tarief van de IOF/Obligaties en aandelen dat van toepassing is op aandelen nul procent. De IOF/Obligaties en aandelen is ook van toepassing op vastrentende obligaties (zowel obligaties uitgegeven door bedrijven als staatsobligaties), tegen het huidige tarief van 1,00%. Momenteel wordt deze belasting alleen geheven op beleggingen die minder dan 30 dagen worden gehouden, op afnemende basis. Na afloop van deze periode is de belasting niet meer van toepassing. Daarnaast geldt de IOF/Obligaties en aandelen tegen een tarief van 1,50% op de toekenning van aandelen die uitgegeven zijn door Dag
Instroom [in miljoen EUR]
0 1 10 2 10 3 10 4 10 5 10
Compartimentvolume [in miljoen EUR] vóór IOF/Valuta
Tarief IOF/ Valuta
100,00 110,00 2,00 % 119,80 2,00 % 129,60 2,00 % 139,40 2,00 % 149,20 2,00 %
een Braziliaans bedrijf en toegelaten zijn tot de handel op een Braziliaanse effectenbeurs met de bedoeling depositocertificaten te kunnen uitgeven die buiten de Federale Republiek Brazilië worden verhandeld. In het huidige wettelijke kader is het maximale tarief waarnaar de IOF/Valuta verhoogd kan worden 25% van het bedrag van de valutatransactie, terwijl de IOF/Obligaties en aandelen tot maximaal 1,50% per dag kan worden opgetrokken. De beleggers moeten er rekening mee houden dat de aftrek van bedragen in het kader van de belastingwetgeving van de Federale Republiek Brazilië een wezenlijk negatief effect kan hebben op het rendement van een Compartiment dat in de Federale Republiek Brazilië belegt. De beleggers dienen te weten dat de heffing niet afhangt van de prestaties van een transactie, wat met name betekent dat de beleggingen van een Compartiment niet noodzakelijk tot kapitaalwinst hebben geleid. Nieuwe tegoeden die voortvloeien uit inschrijven en die onderworpen zijn aan de IOF zullen volgens deze heffing belast worden, waardoor het bedrag dat overblijft voor beleggingsdoeleinden lager zal zijn dan de tegoeden die in het betreffende Compartiment zijn belegd. De beleggers worden er in het bijzonder op attent gemaakt dat elke belastingverplichting die voortvloeit uit een belegging in de Federale Republiek Brazilië afgetrokken zal worden van het vermogen van het betreffende Compartiment. Bijgevolg zullen nieuwe beleggingen in de Federale Republiek Brazilië, met inbegrip van en in het bijzonder de beleggingen die voortvloeien uit de verwerving van Aandelen van een Compartiment door (andere) beleggers die op een later tijdstip inschrijven op Aandelen van het Compartiment dan de belegger die deze risicoinformatie leest, het rendement van het betreffende Compartiment nadelig beïnvloeden en een negatieve impact hebben op het rendement van dit Compartiment.
Voorbeeld van mogelijke gevolgen van de IOF/Valuta Het onderstaande voorbeeld toont aan wat de impact op bestaande beleggers kan zijn van nieuwe kapitaalinstromen gelet op de IOF-wetgeving. Het is gebaseerd op de volgende veronderstellingen: – Het Compartiment heeft een fondsvolume van EUR 100 miljoen. – Het Compartiment belegt 100% van zijn vermogen in de Federale Republiek Brazilië. – De aandelenprijs bedraagt EUR 100. – Kapitaalinstromen van EUR 10 miljoen per dag in de volgende vijf dagen. – Vergoedingen of enige marktimpact worden niet in aanmerking genomen.
Compartimentvolume [in miljoen EUR] na IOF/Valuta
NIW per aandeel [in EUR]
Aantal aandelen
100,00 109,80 119,60 129,40 139,20 149,00
100,00 99,81818 99,65154 99,49775 99,35500 99,22182
1.000.000,00 1.100.000,00 1.200.182,15 1.300.531,83 1.401.036,61 1.501.685,79 57
Allianz Global Investors Fund Specifieke risico’s bij belegging in zogenaamde hoogrentende beleggingen Onder hoogrentende beleggingenverstaat men op rentegebied beleggingen die ofwel geen investment grade rating van een erkend rating-agentschap bezitten (‘non investment grade rating’) of waarvoor helemaal geen rating bestaat maar waarvoor ervan wordt uitgegaan dat ze in het geval van een rating zouden overeenkomen met de klassering ‘non investment grade’. Wat dergelijke beleggingen betreft, zijn er de algemene risico’s van deze beleggingsklassen, echter in verhoogde mate. Dergelijke beleggingen gaan doorgaans gepaard met een verhoogd kredietwaardigheidsrisico, rentewijzigingsrisico, algemeen marktrisico, bedrijfsspecifiek risico en liquiditeitsrisico. Specifieke risico’s van beleggen in doelfondsen Indien een Compartiment andere fondsen (doelfondsen) als beleggingsvehikel voor de belegging van zijn middelen gebruikt door de aandelen ervan aan te kopen, staat dit Compartiment niet alleen bloot aan de algemene risico’s die aan het beleggingsbeleid van dit fonds verbonden zijn, maar ook aan de risico’s die ontstaan door de structuur van het fonds dat als beleggingsvehikel wordt gebruikt. Zo is het zelf onderhevig aan het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het afwikkelingsrisico, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aan aandelenbewegingen gebonden transactiekosten op het niveau van een fonds alsook – algemeen – aan het rendementsrisico. Als een doelfonds volgens zijn beleggingsbeleid gebruikmaakt van beleggingsstrategieën die gericht zijn op stijgende markten, dan zouden de overeenstemmende posities doorgaans een positief effect moeten hebben op de activa van het doelfonds wanneer de markten stijgen, en een negatief effect wanneer de markten dalen. Als een doelfonds volgens zijn beleggingsbeleid gebruikmaakt van beleggingsstrategieën die gericht zijn op dalende markten, dan zouden de overeenstemmende posities doorgaans een positief effect moeten hebben op de activa van het doelfonds wanneer de markten dalen, en een negatief effect wanneer de markten stijgen. De beheerders van de verschillende doelfondsen handelen onafhankelijk van elkaar. Dit kan ertoe leiden dat meerdere doelfondsen kansen en risico’s aangaan die uiteindelijk op dezelfde of verwante markten of activa gebaseerd zijn, waardoor enerzijds de kansen en risico’s van het Compartiment dat in deze doelfondsen belegt zich op dezelfde of verwante markten of activa concentreren. Anderzijds kunnen de kansen en risico’s die overgenomen zijn van de verschillende doelfondsen hierdoor ook economisch tegen elkaar opwegen. Als een Compartiment in doelfondsen belegt, zijn er gewoonlijk kosten verschuldigd zowel op het niveau van het Compartiment dat de belegging doet, als op het niveau van de doelfondsen, in het bijzonder beheerkosten (vaste kosten en/of prestatievergoedingen), bewaarkosten en andere kosten; deze kosten leiden tot hogere kosten voor de beleggers in het Compartiment dat de belegging doet. Specifieke risico’s van de marktneutrale long/short aandelenstrategie Een marktneutrale long/short aandelenstrategie houdt in dat longposities genomen worden op aandelengerichte effecten en
58
tegelijk het marktrisico verlaagd of volledig geëlimineerd wordt via tegengestelde shortposities. Dit wordt normaliter gedaan aan de hand van long- en shortposities in een bij benadering gelijke mate. Het succes van een marktneutrale long/short aandelenstrategie hangt in de eerste plaats af van de selectie van de aandelengerichte effecten en van de mate van nauwkeurigheid van de voorspelling van de toekomstige rendementen van de aandelenmarkten. Als de koersen van de effecten die in de portefeuille gehouden worden als longposities stijgen, participeert het Compartiment aan dit rendement, terwijl het een verlies boekt als deze koersen dalen. Als de koersen van de effecten die in de portefeuille gehouden worden als shortposities dalen, participeert het Compartiment aan dit rendement, terwijl het een verlies boekt als deze koersen stijgen. Het risico van verlies is in theorie onbeperkt. Het feit dat in een zuivere marktneutrale long/short aandelenstrategie de long- en shortposities in bij benadering gelijke mate worden genomen, is bedoeld om het algemene verliesrisico op beleggingen in het kader van een marktneutrale long/short aandelenstrategie te beperken. Afhankelijk van de evolutie van de markt kunnen de koersen van de long- en shortposities echter anders reageren met verliezen in beide posities tot gevolg. Als een van de twee posities groter is dan de andere, is de grotere positie onderworpen aan het in bovenstaande alinea beschreven risico, zonder de mogelijkheid dat het risico afgezwakt wordt door een compenserende positie. Ook de risico’s die voortvloeien uit beleggingen in aandelen en het gebruik van derivaten spelen een rol. Risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen Op grond van de hier beschreven risico’s waaraan de waardering van de in het Compartiment-/Fondsvermogen of de in een Aandelenklasse aanwezige activa onderhevig is, bestaat het gevaar dat het Compartiment-/Fondsvermogen of het in een Aandelenklasse geplaatste kapitaal vermindert. Een overmatige terugkoop van Aandelen van het Compartiment of een overmatige uitkering van beleggingsresultaten zou hetzelfde resultaat hebben. Door vermindering van het kapitaal van het Fonds of een Compartiment of van het in de Aandelenklasse geplaatste kapitaal zou het beheer van het Fonds, een Compartiment of een Aandelenklasse onrendabel kunnen worden, wat uiteindelijk ook tot de beëindiging van het Fonds, een Compartiment of een Aandelenklasse en tot verliezen bij de belegger kan leiden.
Allianz Global Investors Fund
Deel 3: Compartimenten Beleggingsbeheerder1)
Pagina
Beleggingsbeheerder1)
Pagina
Introductie
60
Allianz RCM Global Emerging Markets Equity AllianzGI KAG
130
Allianz Asian Multi Income Plus
AllianzGI Singapore2)
64
Allianz RCM Global Equity
RCM UK2)
132
Allianz Euro Bond Strategy
AllianzGI Italia
66
Allianz RCM Global Hi-Tech Growth
RCM USA2)
134
Allianz Euro High Yield Bond
AllianzGI France
68
Allianz RCM Global Infrastructure
AllianzGI KAG
136
Allianz Euroland Equity SRI
AllianzGI France
70
Allianz RCM Global Intellectual Capital
RCM USA
138
Allianz NFJ US Large Cap Value
NFJ Investment Group2)
72
Allianz RCM Global Metals and Mining
AllianzGI KAG
140
Allianz PIMCO Euro Bond
AllianzGI KAG
74
Allianz RCM Global Sustainability
RCM UK
142
Allianz PIMCO Euro Bond Fund I
2)
2)
nog niet geopend
76
Allianz RCM Global Unconstrained
RCM UK
144
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2011 AllianzGI KAG
78
Allianz RCM Global Water
AllianzGI KAG
146
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2013 AllianzGI KAG
80
Allianz RCM Greater China Dynamic
RCM AP
148
Allianz PIMCO Treasury Euro Cash Plus
2)
2)
AllianzGI KAG
82
Allianz RCM Growing Markets Protect
AllianzGI KAG
150
Allianz RCM Advanced Investment Strategies AllianzGI KAG
84
Allianz RCM Hong Kong
RCM AP2)
155
Allianz RCM Asia Pacific
RCM AP2)
86
Allianz RCM India
RCM AP2)
157
Allianz RCM Best Styles Euroland
AllianzGI KAG
88
Allianz RCM Indonesia
RCM AP
159
Allianz RCM Best Styles Europe
nog niet geopend
90
Allianz RCM Investment Protect
AllianzGI KAG
161
Allianz RCM Brazil
AllianzGI KAG
92
Allianz RCM Japan
RCM AP2)
167
Allianz RCM BRIC Equity
AllianzGI KAG
94
Allianz RCM Korea
RCM AP2)
169
2)
Allianz RCM China
RCM AP
96
Allianz RCM Little Dragons
RCM AP
171
Allianz RCM Commodities
AllianzGI KAG
98
Allianz RCM MENA Equity
AllianzGI KAG
173
Allianz RCM Currencies Strategy
AllianzGI KAG
101
Allianz RCM Oriental Income
RCM AP2)
175
Allianz RCM Demographic Trends
AllianzGI KAG
103
Allianz RCM Swiss Equities
AllianzGI KAG
177
Allianz RCM Discovery Europe Strategy
AllianzGI KAG
105
AllianzGI KAG
108
Allianz RCM Tech Alpha Plus Strategy
Volgens het informatieblad van het Compartiment
179.
Allianz RCM Dynamic Multi Asset Plus Allianz RCM Emerging Asia
RCM AP2)
112
Allianz RCM Thailand
RCM AP2)
183
Allianz RCM Tiger
RCM AP2)
185
Allianz RCM Total Return Asian Equity
RCM AP2)
187
Allianz RCM US Equity Fund
RCM USA
189
Allianz RCM USD Liquidity
RCM AP
191
Allianz Real Estate Securities Europe
AllianzGI France2)
193
Allianz Structured Alpha Strategy
AGI Capital
195
Allianz US High Yield
AGI Capital
198
Protect Global Winner 2014
Commerzbank AG
200
2)
Allianz RCM Enhanced Short Term Euro
AllianzGI KAG
114
Allianz RCM Euroland Equity Growth
AllianzGI KAG
116
Allianz RCM Europe Equity Growth Allianz RCM Europe Small Cap Equity
AllianzGI KAG AllianzGI KAG
118 120
Allianz RCM European Equity
AllianzGI KAG
122
Allianz RCM European Equity Dividend
AllianzGI KAG
124
Allianz RCM Global Agricultural Trends
RCM USA2)
126
Allianz RCM Global EcoTrends
RCM UK2)
128
2)
2)
2)
Het fondsmanagement van het Compartiment is door de Beheermaatschappij gedelegeerd aan de vermelde Beleggingsbeheerder. De volledige naam van de Beleggingsbeheerder is opgenomen in de Adressenlijst. Als de Beleggingsbeheerder zijn taken heeft gedelegeerd aan één of meer subbeleggingsbeheerders, zullen de namen van de respectieve . subbeleggingsbeheerders worden vermeld in het informatieblad van het respectieve Compartiment. 2) Voor Aandelenklassen met valuta-/durationafdekking heeft de Beheermaatschappij het beheer van deze valuta-/durationafdekking overgedragen aan Allianz Global Investors Kapitalanlagegesellschaft mbH, Frankfurt am Main. 1)
59
Allianz Global Investors Fund
Introductie De beleggingsdoelstellingen en beleggingsprincipes van een Compartiment worden gedefinieerd in het desbetreffende informatieblad van het Compartiment, inclusief Aanhangsel 1 en 2. De beleggingen van een Compartiment kunnen in principe bestaan uit de vermogensbestanddelen die in Aanhangsel 1 vermeld zijn, waarbij in de informatiebladen van het desbetreffende Compartiment verdere beperkingen beschreven kunnen zijn. De voor Compartimenten principieel geldende beleggingsbeperkingen zijn eveneens te vinden in Aanhangsel 1, waarbij de informatiebladen van het desbetreffende Compartiment verdere beleggingsbeperkingen en/of – in het kader van het wettelijk toelaatbare – uitzonderingen op de in Aanhangsel 1 vastgelegde beleggingsbeperkingen kunnen bevatten. Eveneens krachtens Aanhangsel 1 is het aangaan van leningen voor een Compartiment aan beperkingen onderworpen. Met betrekking tot de Compartimenten kan krachtens Aanhangsel 2 gebruik worden gemaakt van technieken en instrumenten. De Beleggingsbeheerder stelt het beheerde Compartiment samen op grond van zijn inschatting van de marktsituatie en rekening houdend met de respectieve beleggingsdoelstellingen en het beleggingsbeleid, wat ook kan leiden tot een volledig of gedeeltelijk nieuwe oriëntatie van de samenstelling van een Compartiment. Dergelijke aanpassingen kunnen derhalve eventueel ook frequent gebeuren. Het vermogen van de Compartimenten wordt belegd volgens het principe van risicospreiding. De portefeuille van elk Compartiment zal in aanmerking komende activa omvatten die geselecteerd zijn na een grondige analyse van de informatie waarover de Beleggingsbeheerder beschikt, en na een zorgvuldige beoordeling van de risico’s en kansen. De waardeontwikkeling van de Aandelen van de Compartimenten blijft echter afhankelijk van de koerswijzigingen op de effectenmarkten. Er kan dan ook geen enkele garantie geboden worden dat de beleggingsdoelstellingen van de Compartimenten zullen worden gerealiseerd, tenzij in het informatieblad van het Compartiment hierover uitdrukkelijk een garantie wordt vermeld. Met het oog op een efficiënt portefeuillebeheer kan de Raad van Beheer van de Beheermaatschappij ervoor kiezen om de activa van bepaalde door de Beheermaatschappij beheerde Compartimenten/Fondsen van de Maatschappij en/of van andere instellingen voor collectieve belegging, beheerd door dezelfde Beheermaatschappij naar Luxemburgs recht, mee te beheren. In dat geval worden de activa van de diverse Compartimenten/ Fondsen met dezelfde bewaarder gezamenlijk beheerd. De activa die gezamenlijk worden beheerd, worden een ‘pool’ genoemd, niettegenstaande het feit dat deze pools uitsluitend voor interne beheerdoeleinden worden gebruikt. De pools vormen geen afzonderlijke entiteiten en zijn evenmin rechtstreeks toegankelijk voor beleggers. Aan elk gezamenlijk beheerd Compartiment/ Fonds worden specifieke activa toegewezen. Wanneer de activa van meerdere Compartimenten/Fondsen in een pool worden samengebracht, worden de aan elk deelnemend 60
Compartiment/Fonds toe te kennen activa aanvankelijk bepaald door vergelijking met de initiële toewijzing van activa van dat Compartiment/Fonds tot deze pool. De activa veranderen wanneer het Compartiment/Fonds aan de pool activa toevoegt of onttrekt. Het recht van elk deelnemend Compartiment/Fonds op de gezamenlijk beheerde activa geldt voor elk afzonderlijk actief van een dergelijke pool. Aanvullende beleggingen die worden verricht namens de gezamenlijk beheerde Compartimenten/Fondsen worden aan deze Compartimenten/Fondsen toegerekend overeenkomstig hun respectieve rechten. Verkochte activa worden op dezelfde wijze onttrokken aan de toerekenbare activa van elk deelnemend Compartiment/Fonds. Beleggers riskeren in dat geval een lager bedrag terug te krijgen dan het oorspronkelijk belegde bedrag. Voor zover er geen andere relevante bepalingen in de informatiebladen zijn vermeld, geldt het volgende voor alle Compartimenten:
1) B eleggingen van het Compartiment in andere Fondsen Indien het volgens het beleggingsbeleid van de Compartimenten is toegestaan om in andere fondsen te beleggen, is het volgende van toepassing: Wat de belegging in aandelenfondsen betreft, kan het gaan om zowel breed gediversifieerde aandelenfondsen als om aandelenfondsen die op bepaalde landen, gebieden of sectoren zijn georiënteerd. Een aandelenfonds is elke ICBE of ICB waarvan het risicoprofiel met dat van één of meer aandelenmarkten overeenstemt. Wat de beleggingen in obligatiefondsen betreft, kan het zowel om breed gediversifieerde obligatiefondsen als om landen-, regio-, sectorfondsen gaan, of om obligatiefondsen die geconcentreerd zijn op bepaalde looptijden of valuta’s. Een obligatiefonds is elke ICBE of ICB waarvan het risicoprofiel met dat van één of meer obligatiemarkten overeenstemt. Wat de beleggingen in geldmarktfondsen betreft, kan het zowel om breed gediversifieerde geldmarktfondsen gaan als om geldmarktfondsen die op bepaalde groepen van emittenten zijn gericht, of op specifieke looptijden of valuta’s zijn georiënteerd. Een geldmarktfonds in de hierboven vermelde zin is elke ICBE of ICB waarvan het risicoprofiel met dat van één of meer geldmarkten overeenstemt. Een EUR-geldmarktfonds is elke ICBE of ICB waarvan het risicoprofiel met dat van één of meer EUR-geldmarkten overeenstemt. Een OESO-geldmarktfonds is elke ICBE of ICB waarvan het risicoprofiel met dat van één of meerdere geldmarkten van de OESO overeenstemt. Indien het beleggingsbeleid van het Compartiment geen andersluidende bepalingen omvat, worden in principe uitsluitend aandelen verworven van fondsen die direct of indirect worden
Allianz Global Investors Fund beheerd door de Beheermaatschappij zelf, of door een andere maatschappij die door een aanmerkelijke indirecte of directe participatie verbonden is met de Beheermaatschappij. Aandelen in andere fondsen worden slechts bij uitzondering verworven en slechts indien geen van de voornoemde fondsen het door de Beleggingsbeheerder in specifieke gevallen noodzakelijk geachte beleggingsbeleid volgt, of indien het gaat om aandelen van een ICBE of ICB die de samenstelling van een effectenbeurs tracht te volgen op één van de in Aanhangsel 1 nr. 1 a) genoemde beurzen of georganiseerde markten is toegelaten tot de handel.
2) V reemde valuta’s / Aandelenklassen met valuta-afdekking / Aandelenklassen met durationafdekking
breed overkoepelend belegd zijn. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn.
4) Passieve afwijking van de limieten Er mag worden afgeweken van de in het beleggingsbeleid vermelde limieten als dit gebeurt door wijzigingen in de waarde van de activa van het Compartiment, door uitoefening van voorkeurs- of optierechten en/of door verandering van de waarde van het totale Compartiment, en/of bij uitgifte of terugkoop van Aandeelcertificaten (zogenaamde ‘passieve afwijking van de limieten’). In deze gevallen dient er door de Beleggingsbeheerder naar gestreefd te worden de genoemde limieten binnen een redelijke termijn opnieuw in acht te nemen.
Behoudens andersluidende bepalingen kunnen activa van een Compartiment worden uitgedrukt in vreemde valuta’s, nl. niet EUR.
5) Gebruik van technieken en instrumenten
Aandelenklassen met valuta-afdekking (die afdekken tegen de Referentievaluta of de Afdekkingsvaluta) zullen gebruik maken van transacties om de Aandelenklasse in ruime mate af te dekken tegen schommelingen in een vooraf bepaalde valuta, en om de algemene beleggingsdoelstelling van het Compartiment te verwezenlijken.
De Beheermaatschappij mag voor de Compartimenten - met het oog op een efficiënt portefeuillebeheer (inclusief voor afdekkingsdoeleinden) - technieken en instrumenten gebruiken (overeenkomstig Aanhangsel 2 resp. de toelichtingen in het Prospectus onder ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’).
Hierbij gelden activa die niet in een bepaalde valuta luiden als activa die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (bij effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming; bij certificaten: van de basiswaarde). Indien in het beleggingsbeleid van het Compartiment afzonderlijke vreemde-valutarisico’s worden vermeld, dan is het mogelijk dat deze transacties de valuta-afdekking op het niveau van de Aandelenklasse gedeeltelijk opheffen.
In geen geval mogen de Compartimenten bij het gebruik van technieken en instrumenten afwijken van de genoemde beleggingsdoelstellingen.
Als er Aandelenklassen met durationafdekking worden geïntroduceerd, zullen deze Aandelenklassen gebruikmaken van transacties om de Aandelenklasse in ruime mate af te dekken tegen een vooraf bepaalde duration, en om de algemene beleggingsdoelstelling van het Compartiment te verwezenlijken.
3) A lgemene selectiecriteria van Beleggingsbeheerders De activa van de Compartimenten kunnen, met inachtneming van de individuele beleggingsdoelstellingen en -principes en afhankelijk van de marktomstandigheden, ofwel gericht zijn op – afzonderlijke soorten activa, en/of – afzonderlijke valuta’s, en/of – afzonderlijke sectoren, en/of – afzonderlijke landen, en/of – activa met kortere of langere (resterende) looptijden, en/of – activa van bepaalde emittenten/schuldenaars (bijv. landen of ondernemingen), of breder worden belegd. De Beleggingsbeheerders selecteren de effecten voor het Compartiment ongeacht de grootte van de onderneming en ongeacht het feit of het om Waardeaandelen dan wel om Groeiaandelen gaat. Het Compartiment kan daardoor zowel op ondernemingen van een bepaalde grootte of categorie geconcentreerd zijn als
6) Kortlopende leningen De Beheermaatschappij kan voor elk Compartiment kortlopende leningen aangaan in overeenstemming met Aanhangsel 1 nr. 2 tweede liggend streepje.
7) M ogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment De Compartimenten kunnen gebruikmaken van derivaten - zoals futures, opties en swaps - ter afdekking van bepaalde risico’s (hedging). Dit kan in de vorm van overeenkomstig lagere kansen en risico’s zijn weerslag vinden in het algemene profiel van het Compartiment. Hedging kan in het bijzonder ook voor de vorming van de verschillende Aandelenklassen met valuta-/durationafdekking worden gebruikt en daardoor een stempel drukken op het profiel van de desbetreffende Aandelenklasse. Bovendien kunnen de Compartimenten ook gebruikmaken van derivaten om te speculeren op hogere opbrengsten in het kader van de beleggingsdoelstelling, met name voor de vorming van het algemene profiel van de Compartimenten en voor de verhoging van de beleggingsgraad boven de beleggingsgraad van een volledig in effecten belegd Compartiment. Bij de vorming van het algemene profiel van de Compartimenten door derivaten wordt het algemene profiel van de Compartimenten gewijzigd door rechtstreekse beleggingen, bijv. in effecten, te vervangen door derivaten of – hetgeen ook vorm geeft aan het algemene profiel van de Compartimenten – kunnen specifieke onderdelen van de beleggingsdoelstellingen en -principes van de Compartimenten op derivaten gebaseerd zijn, bijvoorbeeld door valutaverplichtingen door derivaten weer te 61
Allianz Global Investors Fund geven, wat normaal gesproken geen wezenlijke gevolgen heeft voor het algemene profiel van de Compartimenten. In het bijzonder, wanneer in de beleggingsdoelstelling van het Compartiment wordt gesteld dat de Beleggingsbeheerders – met het oog op het verwezenlijken van extra rendement – eveneens afzonderlijke vreemde-valutarisico’s op zich kunnen nemen voor bepaalde valuta’s en/of afzonderlijke risico’s met betrekking op aandelen, obligaties en/of commodity futuresindices en/of edelmetalenindices en/of grondstoffenindices, dan zijn deze onderdelen van de beleggingsdoelstellingen en –principes voornamelijk gebaseerd op derivaten. Voor zover de Compartimenten derivaten gebruiken ter verhoging van de beleggingsgraad, streven ze naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel dat potentieel een veel groter marktrisico biedt dan dat van een derivatenvrij fonds met een vergelijkbaar profiel. De Beleggingsbeheerders volgen bij het gebruik van derivaten een risicobeheersende benadering.
8) Basisvaluta De basisvaluta van de Compartimenten is de euro (EUR), tenzij anders vermeld in het Informatieblad van het betrokken Compartiment.
9) Vervaldatum van de Compartimenten De vervaldatum van de Compartimenten is niet gedefinieerd, tenzij anders vermeld in het Informatieblad van het betrokken Compartiment.
10) C ertificaten van Aandelen van Compartimenten Materiële Aandelencertificaten mogen niet aan individuele Aandeelhouders worden uitgegeven.
11) P rincipieel vastgelegde uitkeringsdatum van de uitkerende Aandelenklassen De Maatschappij kan – behoudens een tegenovergesteld besluit van de algemene vergadering van Aandeelhouders – tussentijdse uitkeringen aankondigen. De uitkeringsdatum valt elk jaar doorgaans op 15 december, tenzij anders vermeld in het informatieblad van het betrokken Compartiment. Als die dag voor het betreffende Compartiment geen waarderingsdag is, dan kan de betalingsdatum worden uitgesteld tot de volgende waarderingsdag voor dit Compartiment. Verdere tussentijdse uitkeringen zijn mogelijk. Voor de Aandelenklassen A, C, N, S, P, I, RCM I, X en W die de bijkomende letter ‘M’ bevatten, wordt de uitkering normaliter betaald op de 15e van elke maand, tenzij anders vermeld in het informatieblad van het betrokken Compartiment. Als die dag voor het betreffende Compartiment geen waarderingsdag is, dan kan de betalingsdatum worden uitgesteld tot de volgende waarderingsdag voor dit Compartiment. Voor de Aandelenklassen A, C, N, S, P, I, RCM I, X en W die de bijkomende letter ‘Q’ bevatten, wordt de uitkering normaliter elk kwartaal betaald op 15 maart, 15 juni, 15 september en 62
15 december, tenzij anders vermeld in het informatieblad van het betreffende Compartiment. Als die dag voor het betreffende Compartiment geen waarderingsdag is, dan kan de betalingsdatum worden uitgesteld tot de volgende waarderingsdag voor dit Compartiment.
12) Initiële intekenprijs Tenzij anders vermeld in het informatieblad van het betrokken Compartiment, gelden de volgende initiële intekenprijzen voor die Aandelenklassen met de overeenstemmende referentievaluta. Voor de Aandelenklassen N, NT, P, PT, I, IT, RCM I, RCM IT, X, XT, W en WT AUD 1.000,–/CAD 1.000,–/CHF 1.000,–/CZK 30.000,–/ DKK 10.000,–/EUR 1.000,–/GBP 1.000,–/HKD 1.000,–/HUF 250.000,–/ JPY 200.000,–/NOK 10.000,–/PLN 4.000,–/SEK 10.000,–/ SGD 1.000,–/ USD 1.000,– exclusief eventuele verkoopkosten. Voor de Aandelenklassen A, AT, C, CT, S en ST AUD 100,–/ CAD 100,–/CHF 100,–/CZK 3.000,–/DKK 1.000,–/EUR 100,–/GBP 100,–/ HKD 10,–/HUF 25.000,–/JPY 20.000,–/NOK 1.000,–/PLN 400,–/ SEK 1.000,–/SGD 10,–/USD 10,– exclusief eventuele verkoopkosten.
13) Berekening van de duration Indien in het informatieblad van de Compartimenten een nagestreefde duration wordt vermeld, wordt deze berekend op basis van het deel van de activa van elk Compartiment dat belegd is in rentedragende effecten, deposito’s en geldmarktinstrumenten, inclusief te ontvangen rente op de genoemde activa, die kunnen worden verworven in overeenstemming met de beleggingsdoelstellingen en -principes van het betrokken Compartiment. Bij de berekening wordt rekening gehouden met derivaten met betrekking tot rentedragende effecten, rente- en obligatie-indices en rentevoeten, onafhankelijk van de valuta van de onderliggende activa. Afwijkingen van deze algemene bepaling worden uitdrukkelijk vermeld in het informatieblad van het betrokken Compartiment.
14) Positiebenadering Indien in het informatieblad van een Compartiment wordt vermeld dat er van vastgestelde limieten mag worden afgeweken, is het toegestaan om overeenstemmende activa te kopen of te verkopen als tegelijkertijd, via het gebruik van technieken en instrumenten, wordt verzekerd dat het betrokken potentiële marktrisico als geheel voldoet aan deze limieten. In dit kader worden de technieken en instrumenten op de voorgeschreven wijze in aanmerking genomen met de delta-gewogen waarde van de desbetreffende onderliggende instrumenten. Nietmarktconforme technieken en instrumenten worden ook dan als risicoverlagend beschouwd als hun basiswaarden en de activa van het Compartiment niet volledig overeenstemmen.
15) Liquiditeit Indien in het informatieblad van een Compartiment wordt vermeld dat het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en/ of geldmarktfondsen erin bestaat de nodige liquiditeit van het
Allianz Global Investors Fund Compartiment te verzekeren, dan worden deze instrumenten niet gebruikt om de strategische oriëntatie van het Compartiment uit te voeren. In dit geval hebben zij specifiek tot doel om de verplichtingen van het Compartiment te vervullen (bijv. voor de betaling van de inschrijvingsprijs of voor de terugkoop van Aandelen) en om in het kader van het gebruik van technieken en instrumenten zekerheden of marges te kunnen verstrekken. Verstrekte zekerheden of marges maken geen deel uit van enige specifieke liquiditeitslimiet voor beleggingen in deposito’s, geldmarktinstrumenten en/of geldmarktfondsen die in het informatieblad van een Compartiment worden vermeld.
16) A dditionele beleggingsbeperkingen ‘Taiwan’ Indien in het informatieblad van een Compartiment naar dit deel wordt verwezen, gelden er additionele beleggingsbeperkingen. Het totale bedrag dat in derivaten wordt belegd voor andere doeleinden dan risicoafdekking, mag niet meer bedragen dan 40% van de nettovermogenswaarde van dat Compartiment, zoals van tijd tot tijd door de Taiwanese SFB kan worden gewijzigd. Als de beleggingsbeperkingen die door de Maatschappij moeten worden nageleefd, veranderen als gevolg van wijzigingen in de betreffende reglementaire bepalingen, dan zal de Maatschappij de desbetreffende wijzigingen onmiddellijk naleven, voor zover dergelijke wijzigingen hebben geleid tot de invoering van striktere regels, en zal het Prospectus dienovereenkomstig worden bijgewerkt. Indien dergelijke wijzigingen als gevolg hebben dat de regels flexibeler worden, zal het Prospectus dienovereenkomstig worden bijgewerkt vóór de desbetreffende regels door de Maatschappij worden ingevoerd.
63
Allianz Asian Multi Income Plus Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin om beleggers op lange termijn kapitaalgroei en inkomsten te bieden. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door te beleggen in schuldmarkten die zijn uitgedrukt in Aziatische valuta’s en in Aziatische aandelenmarkten/markten voor bedrijfstrusts. Beleggingsprincipes a) Er mogen voor het Compartiment rentedragende effecten worden verworven. Certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de activa genoemd in de voorgaande zin kunnen ook voor het compartiment aangeschaft worden. b) Behoudens in het bijzonder letter k) kan ten minste 80% van de waarde van de rentedragende effecten die door het Compartiment kunnen worden gehouden, worden belegd in rentedragende effecten die zijn uitgedrukt in valuta’s van Aziatische landen. Rusland en Turkije worden niet beschouwd als Aziatische landen. c) Behoudens in het bijzonder letter k) kan maximaal 70% van de waarde van het Compartiment worden belegd in activa die op het moment van de aankoop hoogrentende beleggingen zijn. d) Behoudens in het bijzonder letter k) mag maximaal 70% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en in warrants om in te schrijven op aandelen. Binnen deze limiet kunnen bedrijfstrusts volgens de ‘Business Trusts Act 2004’ van de Republiek Singapore (‘Bedrijfstrusts’), alsmede certificaten waarvan het risicoprofiel normaliter gecorreleerd is met de activa vermeld in de vorige zin of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegerekend, ook voor het Compartiment worden aangekocht. e) Behoudens in het bijzonder letter k) wordt minstens 70% van de waarde van het vermogen zoals gedefinieerd in d) dat door het Compartiment kan worden gehouden, belegd in Bedrijfstrusts of aandelen die preferente aandelen zijn, REIT’s of aandelen van ondernemingen die voornamelijk zijn belegd in de vastgoedsector of in certificaten zoals gedefinieerd in d) zin 2. f) Behoudens in het bijzonder letter k) wordt minstens 70% van de waarde van de aandelen en certificaten zoals gedefinieerd in letter d) zin 2 die door het Compartiment kunnen worden gehouden, belegd in aandelen van ondernemingen die zijn opgericht in een Aziatisch land, en in certificaten zoals gedefinieerd in d) zin 2 die betrekking hebben op dergelijke Aziatische ondernemingen of dergelijke Aziatische aandelenmarkten. Rusland en Turkije worden niet beschouwd als Aziatische landen. g) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en kunnen voor het Compartiment geldmarktinstrumenten worden verworven. 64
h) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s. i) De duration van de activa van het Compartiment dient minder dan 10 jaar te bedragen. j) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. k) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) tot f) hierboven niet worden nageleefd. l) De onder de letters b), e) en f) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening van een Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die de rentedragende component van het Compartimentvermogen met zich meebrengt, maar die aanzienlijk uitgebreid en verhoogd worden door de aandelencomponent/ bedrijfstrustcomponent. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten/bedrijfstrusts gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het risico van bewaring, de landen- en transferrisico’s en het liquiditeitsrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt/bedrijfstrusts gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. In grote mate spelen een rol de risico’s op de obligatie- en geldmarkten zoals het rentewijzigingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het geografische risico, de risico’s van de opkomende markten, het risico van bewaring, de landen- en transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico en de specifieke
Allianz Asian Multi Income Plus risico’s van Asset-Backed Securities (ABS) en Mortgage-Backed Securities (MBS). Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het fors hogere rendementsrisico.
Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 15 juli 2009 Aandelenklasse IT (USD) (ISIN LU0384039318) 17 mei 2010 Aandelenklasse AM (USD) (ISIN LU0488056044) Principieel vastgelegde uitkeringsdatum van de uitkerende Aandelenklassen: Kwartaaluitkering ieder jaar op 15 maart, 15 juni, 15 september en 15 december voor Aandelen van klasse A (USD). Alle andere uitkerende klassen behalve diegene met de extra letter ‘M’ keren doorgaans dividenden uit op 15 december van elk jaar. Als de uitkeringsdatum voor het Compartiment geen waarderingsdag is, dan kan de betalingsdatum worden uitgesteld tot de volgende waarderingsdag. Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklassen die zijn uitgedrukt in USD en SGD mogen uitsluitend worden verworven door beleggers die noch hun domicilie, noch hun gewone verblijfplaats in de Bondsrepubliek Duitsland hebben. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. 65
Allianz Euro Bond Strategy Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft op lange termijn naar een hoger dan gemiddeld rendement in euro. Beleggingsprincipes a) Voor het Compartimentvermogen kunnen rentedragende effecten worden verworven die uitgegeven of gegarandeerd worden door regeringen, gemeentelijke overheden, agentschappen, supranationale instellingen en rechtspersonen. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Aandelen en met aandelen vergelijkbare rechten kunnen worden verworven door uitoefening van conversie-, voorkeursen optierechten bij converteerbare obligaties en obligaties met warrants, maar dienen binnen zes maanden te worden verkocht. b) Behoudens in het bijzonder letter h) mag maximaal 30% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere rentedragende effecten als bedoeld in letter a). MortgageBacked Securities (MBS’s, door hypotheek gedekte effecten) en Asset-Backed Securities (ABS’s, door vermogen gedekte effecten) mogen niet meer bedragen dan 20% van de vermogenswaarde van het Compartiment. c) Behoudens de bepalingen vermeld in letter h) mag maximaal 30% van het Compartimentvermogen worden belegd in effecten uit opkomende markten. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment kan worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. e) D aarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. f) Op het niveau van het Compartiment mag het deel van de activa en verplichtingen dat niet in euro luidt slechts 20% van de waarde van het vermogen van het Compartiment overschrijden als het bedrag dat deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (voor effecten die aandelen vertegenwoordigen: de onderneming). g) De duration dient tussen twee en acht jaar te liggen.
66
h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) en c) hierboven niet worden nageleefd. i) De onder de letters b), c), f) en g) genoemde limieten hoeven in de eerste twee maanden na de opening van het Compartiment en in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in obligatie-/geldmarkten met zich meebrengen. Bovendien spelen de risico’s betreffende de obligatie maar ook de geldmarkten een wezenlijke rol zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene kredietrisico, het wederpartijrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, en ten dele ook de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen en de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten). Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate een valutarisico, terwijl dit slechts gedeeltelijk het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt waartegen de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de
Allianz Euro Bond Strategy Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat vergelijkbaar is met dat van een fonds met een vergelijkbaar profiel dat niet in derivaten belegt. Op basis van de inschatting van de Beleggingsbeheerder kan echter ook in een relatief zeer hoge mate gebruik gemaakt worden van derivaten, wat – in vergelijking met een Compartiment zonder derivaten en met een vergelijkbaar profiel – in sommige fasen zelfs tot zeer hoge bijkomende kansen en risico’s kan leiden. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers voor wie zekerheid van prioritair belang is maar die voor rendementsvoordelen ook verliesrisico’s aanvaarden, waarbij het vooral gaat om EUR-beleggers of - met betrekking tot de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt - om beleggers die in deze valuta handelen. Vanuit het standpunt van deze beleggers zou bij kortstondige aanvaardbare koersschommelingen een aan de heersende marktsituatie aangepaste rente behaald kunnen worden die boven de rente van spaargelden en deposito’s ligt. Bij een niet op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse zou de beleggingshorizon van EURbeleggers minstens drie jaar moeten bedragen. Dit geldt eveneens bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse voor beleggers, die in de valuta handelen tegen welke de door hen aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt. Openingsdatum voor de reeds geopende aandelenklassen: 9 februari 2010 Aandelenklassen C (EUR) (ISIN LU0484424121), CT (EUR) (ISIN LU0484424394) en IT (EUR) (ISIN LU0482909578) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
67
Allianz Euro High Yield Bond Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft ernaar op lange termijn kapitaalgroei in euro te genereren. Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Mortgage-Backed Securities (MBS’s, door hypotheken gedekte effecten) en Asset-Backed Securities (ABS’s, door vermogen gedekte effecten) mogen niet worden verworven. Aandelen en met aandelen vergelijkbare rechten kunnen worden verworven door uitoefening van conversie-, voorkeursen optierechten bij converteerbare obligaties en obligaties met warrants, maar dienen binnen zes maanden te worden verkocht. b) Behoudens de bepalingen vermeld in letter h) mag maximaal 15% van het Compartimentvermogen worden belegd in effecten uit opkomende markten. c) Behoudens in het bijzonder de bepalingen van letter h), wordt minimaal 75% van het vermogen van het Compartiment zoals gedefinieerd onder letter a) zin 1 belegd in activa die op het moment van de aankoop hoogrentende beleggingen zijn. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment kan worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. e) D aarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. f) Het deel van de activa en verplichtingen dat niet in euro luidt mag slechts 10 % van de waarde van het vermogen van het Compartiment overschrijden als het bedrag dat deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (voor effecten die aandelen vertegenwoordigen: de onderneming). g) De duration dient tussen een en negen jaar te liggen. h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) en c) hierboven niet worden nageleefd.
68
i) De onder de letters b), c), f) en g) genoemde limieten hoeven in de eerste twee maanden na de opening van het Compartiment en in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de kansen en hoogste risico’s die beleggingen in obligatie-/geldmarkten met zich meebrengen. In zeer hoge mate spelen de risico’s op de obligatie- en geldmarkten zoals het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen en ten dele ook de risico’s van de opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een rol. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in zeer hoge mate een valutarisico, terwijl dit minder het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op
Allianz Euro High Yield Bond het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat vergelijkbaar is met dat van een fonds met een vergelijkbaar profiel dat niet in derivaten belegt. Op basis van de inschatting van de Beleggingsbeheerder kan echter ook in een relatief zeer hoge mate gebruik gemaakt worden van derivaten, wat – in vergelijking met een Compartiment zonder derivaten en met een vergelijkbaar profiel – in sommige fasen zelfs tot zeer hoge bijkomende kansen en risico’s kan leiden. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta handelen. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens 10 jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende aandelenklassen: 9 februari 2010 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0482909818), AT (EUR) (ISIN LU0482909909) en IT (EUR) (ISIN LU0482910402) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
69
Allianz Euroland Equity SRI Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door te beleggen in aandelen van ondernemingen die naar het oordeel van het Compartimentbeheer ten tijde van aankoop van de aandelen voldoen aan een maatschappelijk verantwoorde belegging (SRI - Socially Responsible Investment) door de volgende criteria voor duurzame ontwikkeling in aanmerking te nemen: sociaal beleid, naleving van de mensenrechten, corporate governance, milieubeleid en ethiek (de ‘SRI-evaluatiecriteria’). Deze SRI-evaluatiecriteria worden in aanmerking genomen naast de financiële criteria. Wat de SRI-evaluatiecriteria betreft, komt dit beleggingsbeleid overeen met een positief sectoraal selectieproces (‘best-in-class’benadering) in plaats van de uitsluitingsaanpak die gehanteerd wordt bij ethische beleggingen. Volgens deze ‘best in class’aanpak wordt de selectie op basis van duurzame ontwikkeling uitgevoerd door middel van filters die de ‘traditionele’ financiële analyse van de beleggingen van de Compartimenten aanvullen en vervolledigen. De SRI-evaluatiecriteria zijn opgenomen in de fundamentele analyse van de effecten en zijn bedoeld om de zuiver financiële analyse aan te vullen zonder discriminerende aanpak, zodat het potentiële rendement van de portefeuille niet wordt verlaagd. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van de landen van de Europese Monetaire Unie. Beleggingsprincipes a) Behoudens letter g) wordt minstens 90% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen, waarbij, behoudens letter g), minstens 60% van het vermogen van het Compartiment belegd dient te worden in aandelen van emittenten (voor effecten die aandelen vertegenwoordigen: de onderneming) die gevestigd zijn in landen die deelnemen aan de Europese Monetaire Unie. Niettegenstaande de in zin 1 vastgelegde limieten, dient minstens 75% van het vermogen van het Compartiment direct te worden belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in landen die deelnemen aan de Europese Monetaire Unie. Inbegrepen in de in zin 1 bepaalde beperkingen, mogen – warrants om in te schrijven op aandelen van ondernemingen die beschreven zijn in zin 1 en – indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel normaliter overeenstemt met de in zin 1 beschreven activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen en – converteerbare obligaties en obligaties met warrants in verband met de respectieve activa die in zin 1 zijn beschreven 70
ook worden verworven.
b) Behoudens letter g) wordt maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen als beschreven in letter a) zin 1 van emittenten (voor effecten die aandelen vertegenwoordigen: de onderneming) die gevestigd zijn in opkomende markten.
Inbegrepen in de in zin 1 bepaalde beperkingen, mogen
– warrants om in te schrijven op aandelen van ondernemingen die beschreven zijn in zin 1 en – indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel normaliter overeenstemt met de in zin 1 beschreven activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen en – converteerbare obligaties en obligaties met warrants in verband met de respectieve activa die in zin 1 zijn beschreven
ook worden verworven.
c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die OESO-geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de OESO-geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van in het bijzonder de bepalingen van g), mag in totaal maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en OESO-geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Het deel van de activa en verplichtingen dat niet in euro luidt, mag 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment enkel overschrijden als het bedrag dat deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt tegen wisselkoers- of valutarisico’s. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (voor effecten die aandelen vertegenwoordigen: de onderneming). f) Er mogen activa worden verworven die uitgegeven zijn door of betrekking hebben op ondernemingen van welke omvang ook. Het Compartimentbeheer kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van één of meer bepaalde grootten concentreren als breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. g) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a) zin 1, b) en d) hierboven niet worden nageleefd.
Allianz Euroland Equity SRI h) De onder de letters a), d) en e) genoemde limieten hoeven in de eerste twee maanden na de opening van het Compartiment en in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. i) Beleggingen in de zin van Bijlage 1, nr. 2 eerste liggende streepje zijn niet toegestaan. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (vergeleken met andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, evenals ten dele ook de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico.
Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen. De vermogenstoename zou voornamelijk moeten resulteren uit marktkansen en impliceert de aanvaarding van grotere prijsschommelingen. Met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, gaat het vooral om beleggers die in deze valuta te werk gaan. De beleggingshorizon dient minstens vijf jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende aandelenklassen: 26 oktober 2010 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0542502157) en N (EUR) (ISIN LU0542502660) Waardering Elke bank- en beursdag in Luxemburg en Frankrijk.
Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate een valutarisico, terwijl dit slechts gedeeltelijk het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt waartegen de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring, het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, het beleggingsbeleid of de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
71
Allianz NFJ US Large Cap Value Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door het vermogen van het Compartiment voornamelijk te beleggen op de Amerikaanse aandelenmarkten. Het zwaartepunt ligt hierbij op het verwerven van effecten van grotere ondernemingen (‘large caps’) die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder Waardeaandelen zijn.
Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen.
Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in de Verenigde Staten van Amerika (VS) en op het moment van verwerving minstens een marktkapitalisatie hebben van 1 miljard USD.
Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, alsmede het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een zeer wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment.
Binnen dit percentage kunnen ook warrants van de hierboven gedefinieerde ondernemingen worden verworven waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de onder het eerste lid genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen.
Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico.
b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 30% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen en warrants.
Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico, met name voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
c) Het Compartiment mag niet beleggen in ICBE’s of ICB’s in de zin van Aanhangsel 1 nr. 1 b). d) Bovendien, en in het bijzonder behoudens letter f), kunnen voor maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment deposito’s worden gehouden. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Zoals reeds vermeld in de Introductie mogen de onder de letters a), b) en d) vermelde limieten mogen worden overschreden of niet gehaald als dit gebeurt door (1) wijzigingen in de waarde van de activa van het Compartiment, (2) door uitoefening van voorkeurs- of optierechten, of (3) door verandering van de waarde van het totale Compartiment, bijv. bij uitgifte of terugkoop van aandeelcertificaten (zogenaamde ‘passieve afwijking van de limieten’). In deze gevallen dient er door de Beleggingsbeheerder naar gestreefd te worden de genoemde limieten binnen een redelijke termijn in acht te nemen. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
72
Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen.
Allianz NFJ US Large Cap Value Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens 10 jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 1 april 2009 Aandelenklasse W (USD) (ISIN LU0294431225) 11 augustus 2009 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0417517892) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in de Verenigde Staten geopend zijn voor handel. Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklasse AT (SGD) worden alleen aangeboden in de Republiek Singapore. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
73
Allianz PIMCO Euro Bond Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft op lange termijn naar een meer dan gemiddeld rendement in euro. Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Aandelen en met aandelen vergelijkbare rechten kunnen worden verworven door uitoefening van conversie-, voorkeursen optierechten bij converteerbare obligaties en obligaties met warrants, maar dienen binnen zes maanden te worden verkocht. b) In het bijzonder behoudens letter h) is de verwerving van rentedragende effecten die op het tijdstip van de verwerving hoogrentende beleggingen zijn, beperkt tot maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. d) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. e) Op het niveau van het Compartiment mag het deel van de activa en verplichtingen dat niet in euro luidt slechts 20% van de waarde van het vermogen van het Compartiment overschrijden als het bedrag dat deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (bij effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming). f) De duration dient tussen drie en negen jaar te liggen. g) Naast de effecten van ontwikkelde landen kunnen ook effecten uit opkomende markten in aanzienlijke mate worden gekocht. De weging tussen beleggingen in ontwikkelde landen en opkomende landen kan schommelen naargelang de perceptie van de markt. Het is in het bijzonder mogelijk dat de portefeuille volledig in één van deze typen beleggingen wordt belegd. h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limiet beschreven in b) hierboven niet wordt nageleefd.
74
i) De onder letter f) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden gerespecteerd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in obligatie-/geldmarkten met zich meebrengen. Bovendien spelen in hoge mate de risico’s betreffende de obligatiemaar ook de geldmarkten een wezenlijke rol zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten), het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landenen transferrisico’s, het risico van bewaring en ten dele ook de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate een valutarisico, terwijl dit slechts gedeeltelijk het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden
Allianz PIMCO Euro Bond transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat vergelijkbaar is met dat van een fonds met een vergelijkbaar profiel dat niet in derivaten belegt. Op basis van de inschatting van de Beleggingsbeheerder kan echter ook in een relatief zeer hoge mate gebruik gemaakt worden van derivaten, wat – in vergelijking met een Compartiment zonder derivaten en met een vergelijkbaar profiel – in sommige fasen zelfs tot zeer hoge bijkomende kansen en risico’s kan leiden.
Principieel vastgelegde uitkeringsdatum van de uitkerende Aandelenklassen: Kwartaaluitkering ieder jaar op 15 maart, 15 juni, 15 september en 15 december voor aandelen van klasse A (EUR). Alle andere uitkerende Aandelenklassen keren uit op 15 december van elk jaar. Als de uitkeringsdatum voor het Compartiment geen waarderingsdag is, dan kan de betalingsdatum worden uitgesteld tot de volgende waarderingsdag. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers voor wie zekerheid van prioritair belang is maar die voor rendementsvoordelen ook verliesrisico’s aanvaarden, waarbij het vooral gaat om EUR-beleggers of - met betrekking tot de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt - om beleggers die in deze valuta handelen. Vanuit het standpunt van deze beleggers zou bij kortstondige aanvaardbare koersschommelingen een aan de heersende marktsituatie aangepaste rente behaald kunnen worden die boven de rente van spaargelden en deposito’s ligt. Bij een niet op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse zou de beleggingshorizon van EURbeleggers minstens drie jaar moeten bedragen. Dit geldt eveneens bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse voor beleggers, die in de valuta handelen tegen welke de door hen aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 23 april 2003 Aandelenklassen AT (EUR) (ISIN LU0165915058) en I (EUR) (ISIN LU0165915991) 2 januari 2004 Aandelenklasse A (EUR) (ISIN LU0165915215) 4 mei 2005 Aandelenklasse IT (EUR) (ISIN LU0165915728) 31 juli 2007 Aandelenklasse CT (EUR) (ISIN LU0165915488)
75
Allianz PIMCO Euro Bond Fund I Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft op lange termijn naar een meer dan gemiddeld rendement in euro. Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Aandelen en met aandelen vergelijkbare rechten kunnen worden verworven door uitoefening van conversie-, voorkeurs- en optierechten bij converteerbare obligaties en obligaties met warrants, maar dienen binnen zes maanden te worden verkocht. b) In het bijzonder behoudens letter h) is de verwerving van rentedragende effecten die op het tijdstip van de verwerving hoogrentende beleggingen zijn, beperkt tot maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. d) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. e) Op het niveau van het Compartiment mag het deel van de activa en verplichtingen dat niet in euro luidt slechts 20% van de waarde van het vermogen van het Compartiment overschrijden als het bedrag dat deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (bij effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming). f) De duration dient tussen drie en negen jaar te liggen. g) Naast de effecten van ontwikkelde landen kunnen ook effecten uit opkomende markten in aanzienlijke mate worden gekocht. De weging tussen beleggingen in ontwikkelde landen en opkomende landen kan schommelen naargelang de perceptie van de markt. Het is in het bijzonder mogelijk dat de portefeuille volledig in één van deze typen beleggingen wordt belegd. h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limiet beschreven in b) hierboven niet wordt nageleefd.
76
i) De onder letter f) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden gerespecteerd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in obligatie-/geldmarkten met zich meebrengen. Bovendien spelen in hoge mate de risico’s betreffende de obligatie- maar ook de geldmarkten een wezenlijke rol zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten), het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en ten dele ook de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate een valutarisico, terwijl dit slechts gedeeltelijk het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op
Allianz PIMCO Euro Bond Fund I middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat vergelijkbaar is met dat van een fonds met een vergelijkbaar profiel dat niet in derivaten belegt. Op basis van de inschatting van de Beleggingsbeheerder kan echter ook in een relatief zeer hoge mate gebruik gemaakt worden van derivaten, wat – in vergelijking met een Compartiment zonder derivaten en met een vergelijkbaar profiel – in sommige fasen zelfs tot zeer hoge bijkomende kansen en risico’s kan leiden. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers voor wie zekerheid van prioritair belang is maar die voor rendementsvoordelen ook verliesrisico’s aanvaarden, waarbij het vooral gaat om EUR-beleggers of - met betrekking tot de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt - om beleggers die in deze valuta handelen. Vanuit het standpunt van deze beleggers zou bij kortstondige aanvaardbare koersschommelingen een aan de heersende marktsituatie aangepaste rente behaald kunnen worden die boven de rente van spaargelden en deposito’s ligt. Bij een niet op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse zou de beleggingshorizon van EURbeleggers minstens drie jaar moeten bedragen. Dit geldt eveneens bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse voor beleggers, die in de valuta handelen tegen welke de door hen gehouden Aandelenklasse wordt afgedekt. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Principieel vastgelegde uitkeringsdatum van de uitkerende Aandelenklassen: Kwartaaluitkering ieder jaar op 15 maart, 15 juni, 15 september en 15 december voor aandelen van klasse A (EUR). Alle andere uitkerende Aandelenklassen keren uit op 15 december van elk jaar. Als de uitkeringsdatum voor het Compartiment geen waarderingsdag is, dan kan de betalingsdatum worden uitgesteld tot de volgende waarderingsdag. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
77
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2011 Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar een meer dan gemiddeld rendement in euro. Met het oog op de per 31 maart 2011 geplande beëindiging hanteert het Compartiment een tijdelijk beperkt, op het einde van de looptijd georiënteerd beleggingsconcept. Het Compartimentvermogen wordt vanaf 4 april 2011 door de betaalkantoren uitbetaald aan de Aandeelhouders. De Beleggingsbeheerder streeft bij de samenstelling van het Compartiment naar een gemiddeld maximaal wegingspercentage van 30% op de in het kalenderkwartaal gekozen relevante peildatum voor de berekening van de solvabiliteit overeenkomstig de Duitse wetgeving inzake toezicht op het bankwezen. Er kan echter geen garantie worden geboden dat dit percentage wordt gerespecteerd. Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Aandelen en met aandelen vergelijkbare rechten kunnen worden verworven door uitoefening van conversie-, voorkeursen optierechten bij converteerbare obligaties en obligaties met warrants, maar dienen binnen zes maanden te worden verkocht. b) Het percentage van rentedragende effecten waarvan de emittenten gevestigd zijn in een land uit de eurozone, mag niet minder dan 51% van de waarde van het vermogen van het Compartiment bedragen. c) Met inachtneming van in het bijzonder h) is de verwerving van rentedragende effecten, – die op het tijdstip van de verwerving hoogrentende beleggingen zijn, beperkt tot maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment, – waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten beperkt tot maximaal eenderde van het vermogen van het Compartiment. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. e) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven.
78
f) Het percentage van de in euro luidende activa mag niet minder bedragen dan 51% van de waarde van het Compartimentvermogen. Het aandeel van de niet in euro luidende activa en passiva van het Compartiment mag het percentage van 10% van de waarde van het Compartimentvermogen alleen overschrijden als het aandeel dat boven dit percentage ligt door derivaten wordt afgedekt tegen wisselkoers- of valutarisico’s. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (bij effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming). g) De Beleggingsbeheerder zal voornamelijk streven naar een duration gericht op het einde van de looptijd van het Compartiment, in het bijzonder door gebruik te maken van technieken en instrumenten in de zin van Aanhangsel 2. Dit betekent dat de duration van het Compartiment niet meer dan één jaar zou moeten afwijken van het effect 4,25% Münchener Hypothekenbank eG 2011 (ISIN DE0002158607). h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in c) hierboven niet worden nageleefd. i) De onder letter b) genoemde limiet hoeft in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EUlidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in obligatie-/geldmarkten met zich meebrengen. Bovendien spelen in hoge mate de risico’s betreffende de obligatie- maar ook de geldmarkten een wezenlijke rol zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het risico van bewaring, het wederpartijrisico,
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2011 het algemene kredietrisico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en MortgageBacked Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten) en ten dele ook de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen.
De beleggingshorizon dient aangepast te zijn aan de looptijd van het Compartiment.
Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate een valutarisico, terwijl dit slechts gedeeltelijk het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 12 november 2003 Aandelenklasse I (EUR) (ISIN LU0178435912)
Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat vergelijkbaar is met dat van een fonds met een vergelijkbaar profiel dat niet in derivaten belegt. Op basis van de inschatting van de Beleggingsbeheerder kan echter ook in een relatief zeer hoge mate gebruik gemaakt worden van derivaten, wat – in vergelijking met een Compartiment zonder derivaten en met een vergelijkbaar profiel – in sommige fasen zelfs tot zeer hoge bijkomende kansen en risico’s kan leiden. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers voor wie zekerheid van prioritair belang is maar die voor rendementsvoordelen ook verliesrisico’s aanvaarden, waarbij het vooral gaat om EUR-beleggers of - met betrekking tot de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt - om beleggers die in deze valuta handelen. Vanuit het standpunt van deze beleggers zou bij kortstondige aanvaardbare koersschommelingen een aan de heersende marktsituatie aangepaste rente behaald kunnen worden die boven de rente van spaargelden en deposito’s ligt.
79
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2013 Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar een meer dan gemiddeld rendement in euro. Met het oog op de per 28 maart 2013 geplande beëindiging hanteert het Compartiment een tijdelijk beperkt, op het einde van de looptijd georiënteerd beleggingsconcept. Het Compartimentvermogen wordt vanaf 1 april 2013 door de betaalkantoren uitbetaald aan de Aandeelhouders. De Beleggingsbeheerder streeft bij de samenstelling van het Compartiment naar een gemiddeld maximaal wegingspercentage van 30% op de in het kalenderkwartaal gekozen relevante peildatum voor de berekening van de solvabiliteit overeenkomstig de Duitse wetgeving inzake toezicht op het bankwezen. Er kan echter geen garantie worden geboden dat dit percentage wordt gerespecteerd. Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Aandelen en met aandelen vergelijkbare rechten kunnen worden verworven door uitoefening van conversie-, voorkeursen optierechten bij converteerbare obligaties en obligaties met warrants, maar dienen binnen zes maanden te worden verkocht. b) Het percentage van rentedragende effecten waarvan de emittenten gevestigd zijn in een land uit de eurozone, mag niet minder dan 51% van de waarde van het vermogen van het Compartiment bedragen. c) Met inachtneming van in het bijzonder h) is de verwerving van rentedragende effecten, – die op het tijdstip van de verwerving hoogrentende beleggingen zijn, beperkt tot maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment, – waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten beperkt tot maximaal eenderde van het vermogen van het Compartiment. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. e) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. f) Het percentage van de in euro luidende activa mag niet minder bedragen dan 51% van de waarde van het Compartimentvermogen. 80
Het aandeel van de niet in euro luidende activa en passiva van het Compartiment mag het percentage van 10% van de waarde van het Compartimentvermogen alleen overschrijden als het aandeel dat boven dit percentage ligt door derivaten wordt afgedekt tegen wisselkoers- of valutarisico’s. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (bij effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming). g) De Beleggingsbeheerder zal voornamelijk streven naar een duration gericht op het einde van de looptijd van het Compartiment, in het bijzonder door gebruik te maken van technieken en instrumenten in de zin van Aanhangsel 2. Dit betekent dat de duration van het Compartiment niet meer dan één jaar zou moeten afwijken van het effect 5,50% DEPFA Deutsche Pfandbriefbank AG 2013 (ISIN DE0002475365). h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in c) hierboven niet worden nageleefd. i) De onder letter b) genoemde limiet hoeft in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in obligatie-/geldmarkten met zich meebrengen. Bovendien spelen in hoge mate de risico’s betreffende de obligatie- maar ook de geldmarkten een wezenlijke rol zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het risico van bewaring, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-
Allianz PIMCO Treasury Euro Bond Plus 2013 Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten) en ten dele ook de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate een valutarisico, terwijl dit slechts gedeeltelijk het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 12 november 2003 Aandelenklasse I (EUR) (ISIN LU0178437884) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat vergelijkbaar is met dat van een fonds met een vergelijkbaar profiel dat niet in derivaten belegt. Op basis van de inschatting van de Beleggingsbeheerder kan echter ook in een relatief zeer hoge mate gebruik gemaakt worden van derivaten, wat – in vergelijking met een Compartiment zonder derivaten en met een vergelijkbaar profiel – in sommige fasen zelfs tot zeer hoge bijkomende kansen en risico’s kan leiden. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers voor wie zekerheid van prioritair belang is maar die voor rendementsvoordelen ook verliesrisico’s aanvaarden, waarbij het vooral gaat om EURbeleggers of - met betrekking tot de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt - om beleggers die in deze valuta handelen. Vanuit het standpunt van deze beleggers zou bij kortstondige aanvaardbare koersschommelingen een aan de heersende marktsituatie aangepaste rente behaald kunnen worden die boven de rente van spaargelden en deposito’s ligt. De beleggingshorizon dient aangepast te zijn aan de looptijd van het Compartiment.
81
Allianz PIMCO Treasury Euro Cash Plus Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar een meer dan gemiddeld rendement in euro. De Beleggingsbeheerder streeft bij de samenstelling van het Compartiment naar een gemiddeld maximaal wegingspercentage van 30% op de in het kalenderkwartaal gekozen relevante peildatum voor de berekening van de solvabiliteit overeenkomstig de Duitse wetgeving inzake toezicht op het bankwezen. Er kan echter geen garantie worden geboden dat dit percentage wordt gerespecteerd. Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Aandelen en met aandelen vergelijkbare rechten kunnen worden verworven door uitoefening van conversie-, voorkeursen optierechten bij converteerbare obligaties en obligaties met warrants, maar dienen binnen zes maanden te worden verkocht. b) Het percentage van rentedragende effecten waarvan de emittenten gevestigd zijn in een land uit de eurozone, mag niet minder dan 51% van de waarde van het vermogen van het Compartiment bedragen. c) Met inachtneming van in het bijzonder h) is de verwerving van rentedragende effecten, – die op het tijdstip van de verwerving hoogrentende beleggingen zijn, beperkt tot maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment, – waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten beperkt tot maximaal eenderde van het vermogen van het Compartiment. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. e) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. f) Het percentage van de in euro luidende activa mag niet minder bedragen dan 51% van de waarde van het Compartimentvermogen. Het aandeel van de niet in euro luidende activa en passiva van het Compartiment mag het percentage van 10% van de waarde van het Compartimentvermogen alleen overschrijden als het 82
aandeel dat boven dit percentage ligt door derivaten wordt afgedekt tegen wisselkoers- of valutarisico’s. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (bij effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming). g) De duration zou maximaal één jaar moeten bedragen. h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in c) hierboven niet worden nageleefd. i) De onder letter b) genoemde limiet hoeft in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat het beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - vanuit het standpunt van een EUR-belegger resp. van een belegger die in die valuta handelt, tegen welke de door hem gehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, bij vergelijking gepaard met geringe risico’s. Met name te vermelden zijn het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten), de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen, de risico’s van opkomende markten, het risico van bewaring, de landen- en transferrisico’s en het liquiditeitsrisico. Op grond van de grotendeels kortlopende beleggingstermijnen zijn met rentewijzigingen gepaard gaande koersdalingen slechts van relatief weinig en bij vergelijking kortstondige invloed. Daarbij worden ook de kansen beperkt op opbrengsten die overeenkomen met de actuele marktsituatie voor kortlopende beleggingen. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn
Allianz PIMCO Treasury Euro Cash Plus afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate een valutarisico, terwijl dit slechts gedeeltelijk het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 12 november 2003 Aandelenklasse I (EUR) (ISIN LU0178432067) 12 augustus 2005 Aandelenklasse P (EUR) (ISIN LU0224305648) 31 juli 2007 Aandelenklasse CT (EUR) (ISIN LU0178431689) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat vergelijkbaar is met dat van een fonds met een vergelijkbaar profiel dat niet in derivaten belegt. Op basis van de inschatting van de Beleggingsbeheerder kan echter ook in een relatief zeer hoge mate gebruik gemaakt worden van derivaten, wat – in vergelijking met een Compartiment zonder derivaten en met een vergelijkbaar profiel – in sommige fasen zelfs tot zeer hoge bijkomende kansen en risico’s kan leiden. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die hun beleggingszwaartepunt leggen op kapitaalbehoud en een aan de heersende marktsituatie aangepaste rente bij minimale koersschommelingen, waarbij het vooral om EUR-beleggers of – met het oog op de Aandelenklassen die tegen een bepaalde valuta worden afgedekt – het vooral om beleggers gaat die in deze valuta handelen. Bij een niet op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse zou de beleggingshorizon van EURbeleggers minstens één maand moeten bedragen. Dit geldt eveneens bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse voor beleggers, die in de valuta handelen tegen welke de door hen gehouden Aandelenklasse wordt afgedekt.
83
Allianz RCM Advanced Investment Strategies Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn te realiseren. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken aan de hand van beleggingen die verband houden met de obligatiemarkt en de geldmarkt. Bij de beleggingen wordt de nadruk gelegd op de toepassing van veelvuldige verschillende strategieën op de wereldwijde aandelen- en obligatiemarkten, gebruikmakend van uiterst liquide derivaten, in het bijzonder genoteerde futures en opties op verschillende wereldwijde Aandelenindices en Obligatiecontracten (‘Beheerde-futuresbenadering’). Er wordt naar gestreefd dat het risico dat met het Compartiment gepaard gaat, vergelijkbaar is met het risico dat gepaard gaat met wereldwijde aandelenbeleggingen, terwijl de Beleggingsbeheerder verwacht dat er over een volledige economische cyclus een hoger rendement wordt behaald dan de rendementen van wereldwijde aandelen. Om dit doel te bereiken, zal het Compartiment verschillende technische modellen en strategieën toepassen. Beleggingsprincipes a) Er mogen voor het Compartiment rentedragende effecten worden verworven. Effecten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de activa genoemd in zin 1 of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegerekend kunnen ook voor het Compartiment aangeschaft worden. Door hypotheek gedekte effecten, door vermogen gedekte effecten en andere leningen die met een dekking zijn verbonden, mogen niet worden verworven. b) Behoudens in het bijzonder letter g) mogen rentedragende effecten die op het tijdstip van de aankoop hoogrentende beleggingen zijn, niet worden verworven. Als een rentedragend effect na de verwerving een rating van hoogrentende belegging krijgt, zal de Beleggingsbeheerder het betreffende actief binnen één jaar trachten te verkopen. Het percentage van de activa vermeld in zin 2 mag, behoudens in het bijzonder letter g), niet meer bedragen dan 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment. c) De duration van geldmarktinstrumenten en afgeleide instrumenten bedraagt minder dan 24 maanden. d) Behoudens in het bijzonder letter g) mogen er geen rentedragende effecten worden verworven waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten. e) Er mogen deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. f) Maximaal 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen zijn, obligatiefondsen of fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven.
84
g) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) en d) hierboven niet worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de hoogste risico’s die gepaard gaan met de componenten van het vermogen van het Compartiment die verband houden met de aandelenmarkt, de obligatiemarkt en de geldmarkt. In hoge mate spelen de risico’s van de obligatie- en geldmarkten, zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Wat betreft eventuele afzonderlijk beleggingseigen risico’s verbonden aan de aandelenmarkt, dit zijn onder meer het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Onder andere met betrekking tot dit soort verplichtingen dient erop gewezen te worden dat in het bijzonder koersdalingen of -stijgingen die de hele markt kunnen treffen, en die mogelijk aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de landen- en transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment en het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’.
Allianz RCM Advanced Investment Strategies De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat het uiterst hoge marktrisicopotentieel van additionele referentieindices die niet uit derivaten zijn samengesteld, aantoont. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die op of boven de rendementen van de aandelenmarkt liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta handelen. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Rendementsgebonden vergoeding Er kan voor alle Aandelen als volgt een rendementsgebonden vergoeding worden aangerekend: Tot 20% van de outperformance t.o.v. de EONIA (Euro Overnight Index Average), volgens methode 3. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding aan te rekenen. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
85
Allianz RCM Asia Pacific Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door zich te oriënteren op de aandelenmarkten van Azië-Pacific met uitzondering van Japan. Beleggingsprincipes a) Behoudens letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in een Aziatisch land met uitzondering van Japan, in Nieuw-Zeeland of in Australië of die het grootste deel van hun omzet en/of winst in het genoemde gebied behalen. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de hoger vermelde ondernemingen worden verworven. Turkije en Rusland gelden in de zin van deze letter niet als Aziatische landen. b) Behoudens letter f) mag maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen of warrants. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn die gericht zijn op aandelen uit de regio Azië-Pacific en/of fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Naast de effecten van ontwikkelde landen kunnen ook effecten uit in het bijzonder opkomende markten in aanzienlijke mate worden gekocht. De weging tussen beleggingen in ontwikkelde landen en opkomende landen kan schommelen naargelang de perceptie van de markt. De weging tussen deze effecten kan zelfs leiden tot een volledige belegging in één van deze typen aandelen. Op lange termijn gaat de voorkeur echter uit naar een mix van effecten uit ontwikkelde en opkomende landen. De Beleggingsbeheerder selecteert de effecten voor het Compartiment ongeacht de grootte van de onderneming en ongeacht het feit of het om Waardeaandelen dan wel om Groeiaandelen gaat. Het Compartiment kan daardoor zowel op ondernemingen van een bepaalde grootte of categorie geconcentreerd zijn als breed overkoepelend belegd zijn. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd.
86
g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het algemene marktrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico, met name voor een EURbelegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen
Allianz RCM Asia Pacific van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 11 januari 2005 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0204480833), I (EUR) (ISIN LU0204482706) en I (USD) (ISIN LU0204486368) 11 maart 2005 Aandelenklasse A (USD) (ISIN LU0204485717) 4 juni 2007 Aandelenklassen AT (EUR) (ISIN LU0204480676) en CT (EUR) (ISIN LU0204481138) 12 december 2008 Aandelenklassen N (EUR) (ISIN LU0400425392) en S (EUR) (ISIN LU0400425632) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
87
Allianz RCM Best Styles Euroland Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door te beleggen op de aandelenmarkten van de eurozone. De Beleggingsbeheerder selecteert effecten op basis van een combinatie van fundamentele analyse en kwantitatief risicobeheer. Hierbij worden afzonderlijke effecten geanalyseerd en vervolgens op grond van verschillende beleggingsstrategieën beoordeeld en geselecteerd. De Beleggingsbeheerder kan zich in dit kader op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op één of meer verschillende beleggingsstrategieën of deze op breed vlak spreiden. Bovendien kan de Beleggingsbeheerder met het oog op een hoger rendement afzonderlijke vreemde-valutarisico’s met betrekking tot valuta’s van OESO-lidstaten aangaan, ook al omvat het Compartiment geen activa die in de desbetreffende valuta’s luiden. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in een lidstaat van de Europese Monetaire Unie of die een wezenlijk deel van hun omzet en/of winst in lidstaten van de Europese Monetaire Unie behalen. Het land waarin een onderneming gevestigd is, moet geclassificeerd zijn als een ontwikkeld land. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de hoger vermelde ondernemingen worden verworven. b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen of warrants. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die eurogeldmarkt- of aandelenfondsen zijn geconcentreerd op Europese aandelen en/of fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de EUR-geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich – op basis van een inschatting van de marktsituatie – zowel concentreren op ondernemingen van een bepaalde grootte als ook breed overkoepelend beleggen. Op lange termijn gaat de voorkeur echter uit naar een mix van ondernemingen van verschillende grootte. Als er aandelen van zeer kleine 88
ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. f) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten compartimenten – gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het algemene marktrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate een valutarisico, terwijl dit slechts gedeeltelijk het geval is voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Met betrekking tot een mogelijke afzonderlijke valutaverplichting bestaan voor alle Aandelenklassen bijkomende valutarisico’s. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het risico van opkomende markten, de landenen transferrisico’s, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid
Allianz RCM Best Styles Euroland en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het veel grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen terwijl het, met het oog op de Aandelenklassen die tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta handelen. De hogere rendementskansen op lange termijn maken dat hogere koersschommelingen moeten worden aanvaard. De beleggingshorizon dient minstens vijf jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 12 juli 2005 Aandelenklasse I (EUR) (ISIN LU0178440839) 4 juni 2007 Aandelenklassen AT (EUR) (ISIN LU0178439310) en CT (EUR) (ISIN LU0178439666) 31 mei 2010 Aandelenklasse A (EUR) (ISIN LU0178439401) 27 oktober 2010 Aandelenklasse XT (EUR) (ISIN LU0225099422) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
89
Allianz RCM Best Styles Europe Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door te beleggen op de Europese aandelenmarkten. De Beleggingsbeheerder selecteert effecten op basis van een combinatie van fundamentele analyse en kwantitatief risicobeheer. Hierbij worden afzonderlijke effecten geanalyseerd en vervolgens op grond van verschillende beleggingsstrategieën beoordeeld en geselecteerd. De Beleggingsbeheerder kan zich in dit kader op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op één of meer verschillende beleggingsstrategieën of deze op breed vlak spreiden. Bovendien kan de Beleggingsbeheerder met het oog op een hoger rendement afzonderlijke vreemde-valutarisico’s met betrekking tot valuta’s van OESO-lidstaten aangaan, ook al omvat het Compartiment geen activa die in de desbetreffende valuta’s luiden. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in Europa of die een wezenlijk deel van hun omzet en/of winst in Europa behalen. Het land waarin een onderneming gevestigd is, moet geclassificeerd zijn als een ontwikkeld land. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de hoger vermelde ondernemingen worden verworven. Turkije en Rusland gelden hierbij niet als Europese landen. b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen of warrants. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die eurogeldmarkt- of aandelenfondsen zijn geconcentreerd op Europese aandelen en/of fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de EUR-geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich – op basis van een inschatting van de marktsituatie – zowel concentreren op ondernemingen van een bepaalde grootte als ook breed overkoepelend beleggen. Op lange termijn gaat de voorkeur echter uit naar een mix van ondernemingen van verschillende grootte. Als er aandelen van zeer kleine 90
ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten compartimenten – gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het algemene marktrisico, het algemene kredietrisico en het wederpartijrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Met betrekking tot een mogelijke afzonderlijke valutaverplichting bestaan voor alle Aandelenklassen bijkomende valutarisico’s. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het risico van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment,
Allianz RCM Best Styles Europe het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen terwijl het, met het oog op de Aandelenklassen die tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta handelen. De hogere rendementskansen op lange termijn maken dat hogere koersschommelingen moeten worden aanvaard. De beleggingshorizon dient minstens vijf jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
91
Allianz RCM Brazil Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin beleggers op lange termijn kapitaalgroei te bezorgen. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van de Federale Republiek Brazilië. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in de Federale Republiek Brazilië. Behoudens in het bijzonder de bepalingen van letter e) mag maximaal 30% van het Compartimentvermogen worden belegd in – Aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in Argentinië, Bolivia, Chili, Colombia, Costa Rica, Cuba, de Dominicaanse Republiek, Ecuador, El Salvador, Guatemala, Honduras, Mexico, Nicaragua, Panama, Paraguay, Peru, Puerto Rico, Uruguay of Venezuela en/of – Aandelen van ondernemingen die niet gevestigd zijn in de Federale Republiek Brazilië of in de landen die vernoemd zijn in het eerste liggende streepje van deze zin 2 van deze letter a) maar wel een wezenlijk deel (minstens 25%) van hun inkomsten en/of winsten genereren in de Federale Republiek Brazilië.
Beleggingen door het Compartiment in
– warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van de types die in zin 1 of 2 van deze letter a) zijn beschreven, – aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans correleert met aandelen van de ondernemingen zoals beschreven in zin 1 of 2 van deze letter a) en in – depositocertificaten die aandelen vertegenwoordigen van ondernemingen waarnaar verwezen is in zin 1 of 2 van deze letter a) zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan de hierboven in zin 1 of 2 van deze letter a) beschreven limieten. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 10 % van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van ondernemingen zoals vermeld in zin 1 van deze letter b) zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar
92
beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de eerste twee maanden na de opening van het Compartiment en in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen en in het bijzonder met de specifieke risico’s van het beleggen in de Federale Republiek Brazilië met betrekking tot de plaatselijke belastingen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, de specifieke risico’s van het beleggen in de Federale Republiek Brazilië met betrekking tot de plaatselijke belastingen, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog
Allianz RCM Brazil te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, de specifieke risico’s van het beleggen in de Federale Republiek Brazilië met betrekking tot de plaatselijke belastingen, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt waartegen de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende aandelenklassen: 6 oktober 2010 Aandelenklassen A (GBP) (ISIN LU0511870916), AT (EUR) (ISIN LU0511871054) en AT (USD) (ISIN LU0511871138) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de Bolsa de Valores de Sao Paulo open zijn. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen. De vermogenstoename zou hoofdzakelijk moeten resulteren uit marktkansen, terwijl het risico van verlies niet berekend kan worden. Met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, gaat het vooral om beleggers die in deze valuta te werk gaan. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn.
93
Allianz RCM BRIC Equity Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door het vermogen van het Compartiment te beleggen in wereldwijde opkomende aandelenmarkten en dan vooral gericht op Brazilië, Rusland, India en China. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter g) wordt minstens tweederde van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen uitgegeven door bedrijven met maatschappelijke zetel in de Federale Republiek Brazilië, de Russische Federatie, India of de Volksrepubliek China (BRIC-landen), of die een wezenlijk deel van hun omzet en/of winst realiseren in die landen. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de hoger vermelde ondernemingen worden verworven en indexcertificaten, certificaten in goed gediversifieerde aandelenkorven van ten minste tien aandelen van geschikte bedrijven en andere certificaten (bijv. certificaten op individuele aandelen) die effecten zijn overeenkomstig Aanhangsel 1 nr. 1 a) en nr. 2 eerste paragraaf mits het risicoprofiel daarvan typisch overeenstemt met de in de eerste zin van deze letter genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal eenderde van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen of warrants. Binnen dit percentage kunnen indexcertificaten worden verworven, evenals certificaten van goed gediversifieerde aandelenkorven van ten minste tien aandelen van geschikte bedrijven en andere certificaten (bijv. certificaten op individuele aandelen) die effecten zijn, overeenkomstig Aanhangsel 1 nr. 1 a) en nr. 2 eerste paragraaf mits het risicoprofiel daarvan typisch overeenstemt met de in de eerste zin van deze letter genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), mag in totaal maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Er kunnen in aanzienlijke mate effecten uit opkomende markten worden verworven. Desalniettemin kunnen ook effecten uit ontwikkelde landen worden verworven. De weging tussen beleggingen in ontwikkelde en opkomende landen kan 94
schommelen naargelang de inschatting van de marktsituatie; de weging tussen deze effecten kan zelfs leiden tot een volledige belegging van het Compartiment in opkomende markten. f) De weging van de BRIC-landen bij het openen van het Compartiment vindt plaats op basis van een op dat moment door de Beleggingsbeheerder verrichte analyse van de markt. Bij het begin van ieder kalenderjaar heeft de Beleggingsbeheerder de optie de waardeontwikkeling van de BRIC-landen in het voorgaande kalenderjaar te analyseren, om te komen tot een evenwicht van de BRIC-landen in het Compartiment, dat van kracht wordt op het begin van het desbetreffende kalenderjaar. Deze beleggingsstrategie heeft tot doel statistische gegevens inzake de relatieve ontwikkeling van de verschillende nationale economieën ten opzichte van elkaar te gebruiken (‘mean reversion effect’). Dit kan leiden tot een verdergaande herstructurering binnen het Compartiment aan het begin van het kalenderjaar. De quota van de afzonderlijke BRIC-landen, die worden verkregen uit de statistische gegevens, kunnen overschreden of niet gehaald worden (afhankelijk van de marktsituatie). g) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a) en b) hierboven niet worden nageleefd. h) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. i) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, de risico’s van opkomende markten (voornamelijk in de Federale Republiek Brazilië, Russische Federatie, India of de Volksrepubliek China), het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het concentratierisico, het wederpartijrisico en het afwikkelingsrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment.
Allianz RCM BRIC Equity Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen, de risico’s van opkomende markten (voornamelijk in de Federale Republiek Brazilië, Russische Federatie, India of de Volksrepubliek China) de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het concentratierisico en het liquiditeitsrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 29 mei 2007 Aandelenklassen CT (EUR) (ISIN LU0293313671) en I (EUR) (ISIN LU0293313911) 15 juni 2007 Aandelenklasse AT (EUR) (ISIN LU0293313325) 25 februari 2008 Aandelenklasse AT (USD) (ISIN LU0293314216) 17 februari 2010 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0485429301) 17 augustus 2010 Aandelenklasse AT (HUF) (ISIN LU0527935992) Beleggersbeperkingen De Aandelen van de klassen A en AT mogen niet verworven worden door beleggers die verblijven in de Bondsrepubliek Duitsland en die de aandelen willen houden als onderdeel van hun bedrijfsvermogen. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Bovendien wordt gewezen op het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk schommelen (aanzienlijk verhoogde volatiliteit). Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel.
95
Allianz RCM China Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin beleggers op lange termijn kapitaalgroei te bieden. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken via aan de Volksrepubliek China gerelateerde beleggingen op de aandelenmarkten. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder de letter e), wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die zijn opgericht in de Volksrepubliek China of die een wezenlijk deel van hun inkomsten en/of winst realiseren in de Volksrepubliek China. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet.
g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring.
c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking.
Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren.
Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. 96
Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen
Allianz RCM China van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklasse A (USD) (ISIN LU0348825331) 19 januari 2009 Aandelenklasse IT (USD) (ISIN LU0348831818) 9 juni 2009 Aandelenklasse A (GBP) (ISIN LU0348825687) 11 augustus 2009 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0417516902) 2 oktober 2009 Aandelenklasse CT (EUR) (ISIN LU0348827899) 16 december 2010 Aandelenklasse N (USD) (ISIN LU0567130009) 3 januari 2011 Aandelenklasse A (HKD) (ISIN LU0561508036) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in Hongkong geopend zijn voor handel. Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklasse AT (SGD) worden alleen aangeboden in de Republiek Singapore. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
97
Allianz RCM Commodities Informatieblad
Vanaf 27 augustus 2010 leidt deze nagestreefde gemiddelde blootstelling tot de onderstaande totale spreiding van de RCM Active Commodity-index:
I) Beleggingsdoelstelling 1) Algemeen Het beleggingsbeleid van het Compartiment streeft naar deelname aan het rendement van internationale grondstoffen- en grondstoffenfuturesmarkten door deel te nemen aan het rendement van de RCM Active Commodity-index binnen een bepaald bereik.
Grondstoffensector ‘Energie’
25,0 %
Ruwe aardolie Aardgas RBOB-benzine Stookolie Ongelode brandstof
11,3 % 7,9 % 3,0 % 2,8 % 0,0 %
Tezelfdertijd wordt er een dynamisch risicomechanisme (gebaseerd op een Value-at-Risk methode) gebruikt, bedoeld om mogelijke verliezen te beperken; het is echter niet mogelijk om te garanderen dat de beleggingsdoelstelling zal worden verwezenlijkt en in het bijzonder dat er geen of zelfs geen aanzienlijke verliezen zullen worden geleden.
Grondstoffensector ‘Industriële metalen’
25,0 %
Koper Aluminium Zink Nikkel
10,3 % 7,3 % 3,5 % 3,9 %
Grondstoffensector ‘Edele metalen’
25,0 %
Goud Zilver
18,7 % 6,3 %
Grondstoffensector ‘Landbouw’
25,0 %
Sojabonen Maïs Tarwe Suiker Koffie Soja-olie Katoen
Afhankelijk van het risicobudget, dat voortvloeit uit het dynamisch risicomechanisme, zal de deelname in het rendement van de RCM Active Commodity-index tussen 50 % en 150 % liggen. Naargelang van de aandelenklasse wordt de nettovermogenswaarde per aandeel van een aandelenklasse omgerekend in een andere valuta of wordt zij eventueel ook afgedekt tegen een andere, vooraf bepaalde valuta. 2) Overeenstemming van de deelname aan het rendement van de RCM Active Commodity-index De overeenstemming met het rendement van de RCM Active Commodity-index wordt nagestreefd door het gebruik, maar niet uitsluitend, van derivaten die gerelateerd zijn aan de RCM Active Commodity-index, in het bijzonder door gebruikmaking van een of meer ‘excess return swaps’. Aan de RCM Active Commodityindex gerelateerde derivaten voorzien mogelijk niet in een verplichte materiële levering, of geven de emittent mogelijk niet het recht om het desbetreffende onderliggende actief van de respectievelijke index materieel te leveren. 3) De RCM Active Commodity-index De RCM Active Commodity-index biedt blootstelling aan grondstoffen (Grondstoffen) uit de vier sectoren energie, industriële metalen, edele metalen en landbouw (Grondstoffensectoren). De RCM Active Commodity-index is gebaseerd op een kwantitatief en kwalitatief model dat de weging van de grondstoffensectoren bepaalt door gebruikmaking van een dynamisch spreidingsmechanisme (het ‘Mechanisme’). Elke Grondstoffensector is gebaseerd op verschillende afzonderlijke Grondstoffencomponenten. De huidige nagestreefde gemiddelde blootstelling van de RCM Active Commodity-index staat vermeld in het onderstaande overzicht: Grondstoffensector
Nagestreefde gemiddelde blootstelling
Energie Industriële metalen Edele metalen Landbouw
25 % 25 % 25 % 25 %
98
6,5 % 5,8 % 3,8 % 2,1 % 2,1 % 2,7 % 2,0 %
Het Mechanisme gebruikt fundamentele en technische gegevens om de wegingen van de individuele grondstoffensectoren van de RCM Active Commodity-index te bepalen. Stap 1: Als eerste stap tracht het Mechanisme de markttrends en de best presterende Grondstoffensectoren over een bepaalde periode te bepalen, op basis van de overeenstemming van een of meer beursopties met verschillende looptijden. Elke beursoptie heeft diverse onderliggende effecten. Elke beursoptie betaalt op de vervaldatum het rendement van zijn best presterende onderliggende effect aan de optiehouder. De overeenstemmingsstrategie van deze optie leidt tot een bepaalde zogenaamde ‘delta-positie’ in elk onderliggend effect, die hoofdzakelijk wordt gestuurd door het rendement in het verleden en de looptijd van de desbetreffende beursoptie. De looptijden van beursopties variëren van 1 tot 12 maanden. Achteraf wordt het gemiddelde van al deze ‘deltaposities’ berekend, rekening houdend met elke afzonderlijke Grondstoffensector. Op basis van deze gemiddelde ‘deltaposities’ wordt een actieve weging vergeleken met de nagestreefde gemiddelde blootstelling en deze wordt gebruikt om de definitieve wegingen in de respectieve onderliggende effecten te bepalen. Stap 2: Als tweede stap worden de fundamentele marktgegevens geanalyseerd. Deze gegevens worden gebruikt om de resultaten van de kwantitatieve analyse uit stap 1 te herzien, waarbij ernaar gestreefd wordt belangrijke keerpunten in de rendementscyclus van de grondstoffen vast te stellen. Op basis van dit resultaat kunnen de wegingen van de respectieve onderliggende effecten uit stap 1 aangepast worden met maximaal +/-20 %.
Allianz RCM Commodities De resultaten van stap 1 en stap 2 in aanmerking genomen, zullen de posities van de RCM Active Commodity-index opnieuw ingeschaald worden in een methode zodat de som van alle afzonderlijke Grondstoffensectoren 100% bedraagt.
Compartiment worden verworven. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen.
De maximale wegingen van elke afzonderlijke Grondstoffensector in de RCM Active Commodity-index zijn beperkt tot: – – – –
Energie: Industriële metalen: Edele metalen: Landbouw:
50 % van de RCM Active Commodity-index 50 % van de RCM Active Commodity-index 40 % van de RCM Active Commodity-index 50 % van de RCM Active Commodity-index
De maximale weging van elke afzonderlijke Grondstoffencomponent in de RCM Active Commodity-index is beperkt tot 20 % van de RCM Active Commodity-index, waarbij het echter mogelijk is dat één enkele Grondstoffencomponent meer dan 20 % van de RCM Active Commodity-index uitmaakt, tot maximaal 35 % van de RCM Active Commodity-index.
b) Behoudens in het bijzonder letter h), is de aankoop van activa zoals gedefinieerd in letter a) zin 1 die op het tijdstip van de aankoop geen rating van beleggingskwaliteit hebben van een erkend ratingbureau of die niet over een rating beschikken, maar waarvoor naar de mening van de Beleggingsbeheerder kan worden verondersteld dat zij geen rating van beleggingskwaliteit zouden hebben indien zij wel een rating hadden verkregen van een erkend ratingbureau (obligaties onder beleggingskwaliteit), beperkt tot een maximum van 10% van de waarde van het Compartiment
Indien de maximale weging van een Grondstoffensector bereikt of overschreden wordt, wordt het resterende deel proportioneel verdeeld over de overige Grondstoffensectoren. De spreiding van de RCM Active Commodity-index wordt maandelijks herzien en de aanpassing gebeurt binnen een termijn van vijf dagen. 4) Diversen Het Compartiment gebruikt de beschikbare activa die niet gebruikt worden ter overeenstemming met het rendement van de RCM Active Commodity-index om posities op te bouwen, op basis van, maar niet beperkt tot, derivaten in het bijzonder, die bedoeld zijn om een kansrisicoprofiel te hebben dat gericht is op de geldmarkten. De respectieve tegenpartij van derivaten gerelateerd aan de RCM Active Commodity-index zal gewoonlijk de optie behouden om de derivaten op korte termijn op te heffen, met name in geval van externe omstandigheden, in het bijzonder bij wijzigingen in de wettelijke, financiële of fiscale situatie. Dit is met name van toepassing bij wijzigingen of problemen in verband met de RCM Active Commodity-index of de onderliggende grondstoffenfuturesindices en de berekening van hun waarde. Als het Compartiment als gevolg daarvan wordt vereffend, zal de Beleggingsbeheerder normaliter niet langer in staat zijn om de beleggingsdoelstelling van het Compartiment na te streven in de tijd tussen de beëindiging van de derivatieve structuur en de vereffening van het Compartiment, en zal de voorbereiding van de vereffening van het Compartiment worden gestart. Indien het Compartiment niet vereffend wordt door een dergelijke beëindiging van de derivatieve structuur op korte termijn, maar de vroegere tegenpartij van de derivaten vervangen wordt door een nieuwe tegenpartij of een nieuwe derivatieve structuur wordt aangegaan met de vroegere tegenpartij, bestaat de mogelijkheid dat de beleggers niet deelnemen aan een overgangsperiode zoals hoger beschreven.
II) Beleggingsprincipes a) Het Compartimentvermogen kan worden belegd in rentedragende effecten. Mortgage-Backed Securities (MBS’s, door hypotheken gedekte effecten) en Asset-Backed Securities (ABS’s, door vermogen gedekte effecten) mogen niet voor het
Als er twee verschillende ratings zijn voor een potentiële belegging, dan is de rating met de lagere beoordeling beslissend; als er drie of meer ratings zijn die verschillende beoordelingen opleveren, wordt de laagste van de twee beste ratings gebruikt. Als een actief dat bij de aankoop een rating van beleggingskwaliteit had, deze rating verliest, wordt zijn waarde opgenomen in de limieten vermeld in zin 1.
c) Behoudens in het bijzonder letter h) mogen er geen rentedragende effecten worden verworven waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten. d) Er kunnen voor het Compartiment deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. e) Verder kunnen certificaten en - zonder beperking van de mogelijkheden zoals vermeld in nr. 5 van de inleiding - in het bijzonder technieken en instrumenten – van Europese aandelenindices, inclusief die verband houden met individuele Europese landen – van aandelen in bedrijven die gevestigd zijn in Europa
voor het Compartiment worden verworven, en
– Delta-1 certificaten op grondstoffen en/of grondstoffenindices en/of grondstoffenmarkten kunnen worden aangekocht; dergelijke certificaten voorzien mogelijk niet in een verplichte materiële levering, of geven de emittent mogelijk niet het recht om het desbetreffende onderliggende actief materieel te leveren.
Rusland en Turkije worden niet beschouwd als Europese landen.
In deze context zullen specifieke risico’s die verband houden met de aandelenmarkt worden geëlimineerd door het gebruik van technieken en instrumenten.
f) Maximaal 10 % van het vermogen van het Compartiment kan worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen zijn en/ of fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven en/of fondsen die deelnemen aan grondstoffenmarkten en/of aan een of meer indices voor grondstoffenfutures, edelmetalen of grondstoffen. 99
Allianz RCM Commodities
In principe geldt er geen beperking voor fondsen die direct of indirect worden beheerd door de Beheermaatschappij zelf, of door een andere maatschappij die door een aanmerkelijke indirecte of directe participatie verbonden is met de Beheermaatschappij.
g) De duration van de activa van het Compartiment dient minder dan 36 maanden te bedragen. h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) en c) hierboven niet worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met kansen en de hoogste risico’s die beleggingen in obligatie-/geldmarkten met zich meebrengen, maar die in het bijzonder hun oorsprong vinden in beleggingen die verband houden met grondstoffen. Met betrekking tot mogelijke verplichtingen in verband met commodity futures, edele metalen en grondstoffenmarkten, zijn er specifieke risico’s van (indirect) beleggen in markten voor commodity futures, edele metalen en grondstoffen. Onder andere met betrekking tot dit soort verplichtingen dient erop gewezen te worden dat in het bijzonder koersdalingen die de hele markt kunnen treffen en die mogelijk aanzienlijk langer voortduren, een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Bovendien spelen de risico’s van de obligatie- en geldmarkten, zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, en in mindere mate de specifieke risico’s van hoogrentende beleggingen. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
100
Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de landen- en transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het risico van bewaring, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment en het hogere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat het uiterst hoge marktrisicopotentieel van additionele referentie-indices die niet uit derivaten zijn samengesteld, aantoont. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten van de RCM Active Commodity-index die op een bepaald niveau liggen, terwijl het, met het oog op de Aandelenklassen die tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta handelen. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende aandelenklassen: 26 oktober 2010 Aandelenklasse I (EUR) (ISIN LU0542501423) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en het Verenigd Koninkrijk en de belangrijkste beurzen in de Verenigde Staten waarop derivaten op de belangrijkste Grondstoffenindices of hun subindices verhandeld worden, geopend zijn voor handel. Uiterste verhandelingstijdstip 18.00 u MET resp. MEZT op iedere waarderingsdag voorafgaand aan een waarderingsdag. Aanvragen tot aankoop en terugkoop van Aandelen die op een waarderingsdag ontvangen worden vóór 18.00 u MET resp. MEZT, worden verwerkt tegen de inschrijvingsen terugkoopprijs van de volgende waarderingsdag. Aankoop- en verkooporders die na dit tijdstip worden ontvangen, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de waarderingsdag die volgt op de volgende waarderingsdag.
Allianz RCM Currencies Strategy Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid is erop gericht kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken door te beleggen in de wereldwijde valutamarkten. De onderliggende portefeuille heeft een zelfde risico-rendementsprofiel als de geldmarkt. De Beleggingsbeheerder streeft er daarbij naar opbrengsten te genereren door middel van valutastrategieën die erop gericht zijn mogelijke inefficiënties en opportunity’s in de wereldwijde valutamarkten op te sporen en te benutten. De valutaposities die aan de basis van de strategieën liggen, zullen tot stand gebracht worden door het gebruik van voornamelijk afgeleide instrumenten met inbegrip van, maar niet beperkt tot, valutatermijncontracten, -futures, -opties en -swaps. Beleggingsprincipes a) Er kunnen voor het Compartiment deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mogen activa zoals gedefinieerd in letter a) die hoogrentende beleggingen zijn, niet worden verworven. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s. Dit kunnen zowel geldmarkt- als gemengde fondsen zijn (inclusief fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven) of fondsen die georiënteerd zijn op bepaalde emittenten of looptijden. d) De duration zou maximaal één jaar moeten bedragen. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limiet beschreven in b) hierboven niet wordt nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat het beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) vooral gepaard met risico’s die
verband houden met zijn beleggingen in de wereldwijde valutamarkten en de geldmarkten. Alle beleggers dragen een significant valutarisico met betrekking tot de beleggingen in de wereldwijde valutamarkten. De voornaamste risico’s met betrekking tot de geldmarktposities waar vooral op gewezen moet worden zijn het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene kredietrisico en het wederpartijrisico. Wat betreft de mogelijke aan de aandelenmarkt verbonden beleggingen via doelfondsen bestaat het risico in het bijzonder uit het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Onder andere met betrekking tot dit soort verplichtingen dient erop gewezen te worden dat in het bijzonder koersdalingen die de hele markt kunnen treffen, en die mogelijk aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico van opkomende markten, de landenen transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het risico van bewaring, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het risico van de Aandelenklassenoverlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het inflatierisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico en het rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. Het Compartiment kan dit in relatief hoge mate doen om de beleggingsgraad van het Compartiment te verhogen met het mogelijke resultaat van aanzienlijk hogere kansen en risico’s (in verhouding tot het algemene profiel van het Compartiment); in absolute termen is het echter waarschijnlijk dat dit slechts tot relatief geringe extra kansen en risico’s leidt. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die marktopbrengsten op basis van beleggingen in de wereldwijde valutamarkten en de geldmarkt verwachten, waarbij met betrekking 101
Allianz RCM Currencies Strategy tot de Aandelenklassen die grotendeels tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, de nadruk vooral ligt op beleggers die in deze valuta handelen. De beleggingshorizon dient minstens drie jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 30 juni 2009 Aandelenklasse I (EUR) (ISIN LU0431815132) Initiële inschrijvingsprijs De volgende initiële intekenprijzen zullen gelden voor die Aandelenklassen met de overeenstemmende referentievaluta. Voor de Aandelenklassen N, NT, P, PT, I, IT, RCM I, RCM IT, X, XT, W en WT AUD 1.000,–/CAD 1.000,–/CHF 1.000,–/CZK 30.000,–/ DKK 10.000,–/EUR 1.000,–/GBP 1.000,–/HKD 1.000,–/HUF 250.000,–/ JPY 200.000,–/NOK 10.000,–/PLN 4.000,–/SEK 10.000,–/SGD 1.000,–/ USD 1.000,– exclusief eventuele verkoopkosten. Voor de Aandelenklassen A, AT, C, CT, S en ST AUD 100,–/ CAD 100,–/CHF 100,–/CZK 3.000,–/DKK 1.000,–/EUR 100,–/GBP 100,–/ HKD 100,–/HUF 25.000,–/JPY 20.000,–/NOK 1.000,–/PLN 400,–/ SEK 1.000,–/SGD 100,–/USD 100,– exclusief verkoopkosten. Rendementsgebonden vergoeding Voor de Aandelenklassen A, AT, C, CT, N, NT, S, ST, P en PT kan er als volgt een rendementsgebonden vergoeding worden aangerekend: Tot 20% van de outperformance t.o.v. de EONIA (Euro Overnight Index Average), volgens methode 3. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding aan te rekenen. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
102
Allianz RCM Demographic Trends Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment belegt in de wereldwijde aandelenmarkten, en richt zich in de eerste plaats op ondernemingen die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder althans in enige mate kunnen profiteren van de hogere levensverwachting in specifieke landen (‘vergrijzende samenlevingen’) of de gevolgen van maatschappelijke wijzigingen die in specifieke landen plaatsvinden (‘groeiende samenlevingen’). Bovendien kan de Beleggingsbeheerder met het oog op een hoger rendement afzonderlijke vreemde-valutarisico’s met betrekking tot valuta’s van OESO-lidstaten aangaan, ook al omvat het Compartiment geen activa die in de desbetreffende valuta’s luiden. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter f) wordt minstens 90% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder, minstens gedeeltelijk direct of indirect profiteren van de verwachte hogere levensverwachting van de bevolking van ‘vergrijzende samenlevingen’ of de komende maatschappelijke wijzigingen binnen de bevolking van ‘groeiende samenlevingen’, en die ook in andere bedrijfssegmenten actief kunnen zijn. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten, waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de onder zin 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen zoals gedefinieerd in letter a), van ondernemingen die gevestigd zijn in opkomende markten. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten
concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het sectorrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het liquiditeitsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, evenals ten dele ook de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico alsmede ten dele de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en het liquiditeitsrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
103
Allianz RCM Demographic Trends Met betrekking tot een mogelijke afzonderlijke valutaverplichting bestaan voor alle Aandelenklassen bijkomende valutarisico’s. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 19 december 2008 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0342677829) en AT (USD) (ISIN LU0342679015) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
104
Allianz RCM Discovery Europe Strategy Informatieblad Beleggingsdoelstelling en beleggingsprincipes 1) Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid is erop gericht de beleggers de mogelijkheid te bieden deel te nemen aan het rendement van de Discovery Europe Strategy (Strategie). Het doel van deze Strategie, in wezen een marktneutrale long/short aandelenstrategie, is een superieur, voor risico bijgestuurd rendement te genereren in alle marktcyclussen. Een marktneutrale long/short aandelenstrategie is erop gericht het algemene marktrisico te verlagen. Een dergelijke strategie behelst doorgaans het beleggen in bepaalde aandelen (longposities), en tegelijk ongedekte tegengestelde posities (shortposities) in te nemen in andere aandelen, zodat de strategie resulteert in een beperkte of volledig geëlimineerde nettoblootstelling aan de bewegingen van de brede aandelenmarkten. Algemeen gesproken streeft een marktneutrale beleggingsbenadering ernaar te profiteren van de marktinefficiënties of marktdiscrepanties tussen verwante effecten voor ze - in de ogen van de betrokken beheerder – volledig ingecalculeerd worden door de markt. De portefeuille van een marktneutrale long/short aandelenstrategie probeert te profiteren van longposities in aandelen die als ondergewaardeerd worden beschouwd, en tegelijk shortposities in te nemen in aandelen die overgewaardeerd lijken en vermoedelijk zullen dalen. Aan de hand van deze long- en shortposities streeft de portefeuille van een marktneutrale long/short aandelenportefeuille ernaar de gebruikelijke systematische en marktrisico’s te verlagen (of zelfs te elimineren). Meer in het bijzonder streeft een marktneutrale long/short aandelenstrategie ernaar te profiteren van bewegingen in individuele aandelen ongeacht de algemene trend van de aandelenmarkt. Discovery Europe Strategy (Strategie) De Discovery Europe Strategy zal zich concentreren op Europese aandelen. De Strategiebeheerder voert een bottom-up, researchintensieve, fundamentele effectenselectie uit en wil dit op gedisciplineerde wijze aanhouden in de verschillende marktcyclussen. Het door de Strategiebeheerder gebruikte beleggingskader kijkt in de eerste plaats naar bedrijfsfundamentals, waarderingen en management. Cruciale informatie die – in de ogen van de Strategiebeheerder – bekend is maar volgens de Strategiebeheerder momenteel niet voldoende weerspiegeld wordt op de markt is een belangrijke factor bij de beleggingsbeslissingen. De Strategiebeheerder is voornemens de vermeende marktdiscrepanties en inefficiënties te exploiteren voor ze - in de ogen van de Strategiebeheerder – volledig verrekend zijn op de markt. Om de beleggingsverdiensten van een bedrijf te evalueren, kan de Strategiebeheerder diverse benaderingen hanteren tijdens het proces van de beleggingsbeslissing, zoals: – een analyse van producten, diensten en concurrentiepositie in samenwerking met eigen researchtools – gesprekken met het management en sectorale experts – gesprekken met leveranciers, klanten en concurrenten
– achtergrondonderzoeken van de leden van het management – onderzoek van de verwachte financiële gezondheid en de cashflowgenereringscapaciteit – advies inwinnen bij sectordeelnemers. De Strategiebeheerder zal Allianz Global Investors Kapitalanlagegesellschaft mbH, Frankfurt am Main, Duitsland zijn. De Strategiebeheerder is voornemens individuele long- en shortbeleggingsopportunity’s te identificeren die passen binnen het beleggingskader van de Strategiebeheerder. Hoe lang het Compartiment een belegging zal aanhouden, zal doorgaans afhangen van de kijk van de Strategiebeheerder op de evolutie van het risico/rendementsprofiel van het effect ten opzichte van andere beleggingsopportunity’s. De weging van elke belegging in de portefeuille zal doorgaans zijn relatieve risico/rendementsprofiel bij de huidige waarderingen weerspiegelen naar oordeel van de Strategiebeheerder. Longposities De Strategiebeheerder hanteert een flexibele, aanpasbare en opportunistische beleggingsbenadering. In aanmerking komende longkandidaten zijn echter doorgaans te situeren in een van de volgende categorieën: – bedrijven die een voorspelbare en consistente winstgroei, een hoog rendement van het aangewende kapitaal en een duurzaam concurrentievoordeel bij redelijke koersen lijken te hebben – bedrijven die een herstructurering lijken te hebben ondergaan, met een nieuw management en identificeerbare veranderingskatalysatoren als resultaat – mature bedrijven met – in de ogen van de Strategiebeheerder – een sterke cashflow, die erin slagen hun kapitaal op intelligente wijze te benutten. Shortposities De Strategiebeheerder zal shortposities innemen om te proberen winst te genereren. Steeds voor ogen houdend dat shortposities het risico met zich meebrengen van een in theorie onbeperkt verlies, beschouwt de Strategiebeheerder shortposities op zich als winstkansen voor de Strategie, en als het tweede onderdeel van de marktneutrale long/short aandelenstrategie, die erop gericht zijn een zekere mate van bescherming tegen een dalende markt te bieden. Shortposities hebben doorgaans een kortere beleggingshorizon dan longposities en worden doorgaans meer door gebeurtenissen aangestuurd dan longposities. Aantal posities De Strategie zal doorgaans gebaseerd zijn op 60 à 130 posities voor de long- en shortposities samen om te komen tot een breed gediversifieerde portefeuille. Netto- en brutoblootstelling De nettomarktblootstelling (longposities minus shortposities) zal naar verwachting binnen een maximale vork van +30% tot -30% blijven. In de mate dat de nettomarktblootstelling niet 0 bedraagt, 105
Allianz RCM Discovery Europe Strategy is de Strategie geen zuivere marktneutrale long/short aandelenstrategie aangezien de Strategie in die mate er niet naar streeft de gebruikelijke systematische en marktrisico’s te verlagen maar ze wel aanvaardt. De brutoblootstelling van de Strategie (longposities plus shortposities) kan tot maximaal tweemaal zijn nettovermogenswaarde bedragen. Implementatie In het algemeen zal de Strategie normaliter geïmplementeerd worden aan de hand van derivaten, vooral swaps, op een contantencomponent en een korf van aandelen, die ook long- en shortposities kunnen omvatten. In het kader van de resulterende derivaatstructuur (OTC-derivaten) zal de Beleggingsbeheerder een regelmatige variabele betaling door het Compartiment ruilen tegen een participatie in het potentiële rendement van de Strategie, in overeenstemming met de bovenstaande beschrijving. Dit rendement kan ook negatief zijn, wat dan zou resulteren in een extra betaling door het Compartiment aan de wederpartij van de derivaatstructuur. 2) Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven evenals andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de hierboven genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Mortgage-Backed Securities (MBS’s, door hypotheek gedekte effecten) en Asset-Backed Securities (ABS’s, door vermogen gedekte effecten) mogen niet meer bedragen dan 20% van de vermogenswaarde van het Compartiment. b) Behoudens in het bijzonder letter g) mogen activa zoals gedefinieerd in letter a) zin 1 die hoogrentende beleggingen zijn, niet worden verworven. Indien effecten in de zin van letter a) zin 1 na verwerving ingeschat worden als hoogrentende belegging, zal de Beleggingsbeheerder trachten deze effecten binnen één jaar weer te verkopen. Het percentage van de activa vermeld in zin 2 mag, behoudens in het bijzonder letter g), niet meer bedragen dan 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment. c) D aarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. d) Naast de mogelijkheid om derivaten aan te gaan, en in het bijzonder swaps op de Strategie zoals beschreven onder 1), kunnen ook certificaten en technieken en instrumenten – van Europese aandelenindices, inclusief die verband houden met individuele Europese landen – van aandelen in bedrijven die gevestigd zijn in Europa, en – van aandelenkorven, waar de onderliggende effecten aandelen zijn van bedrijven die gevestigd zijn in Europa
Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EUlidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat het beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die het obligatie-/geldmarktsegment van het Compartiment met zich meebrengt, maar die aanzienlijk verhoogd worden door de beleggingen in het aandelensegment, vooral de specifieke risico’s van de marktneutrale long/short aandelenstrategie. De in dit deel opgesomde risico’s van de aandelenmarkt zijn meer bepaald het gevolg van de onderliggende activa van de derivaten op de Strategie. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name de specifieke risico’s van de marktneutrale long/short aandelenstrategie, het liquiditeitsrisico, het bewaarrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Met betrekking tot de op de aandelenmarkt gebaseerde longposities spelen in het bijzonder, maar niet alleen, in geval van een positieve nettomarktblootstelling, in zeer hoge mate vooral het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het risico van de opkomende markten, het landen- en transferrisico, het kredietwaardigheidsrisico en het sectorrisico ook een wezenlijke rol. Met betrekking tot de op de aandelenmarkt gebaseerde shortposities spelen in het bijzonder, maar niet alleen, in geval van een negatieve nettomarktblootstelling, algemeen stijgende markten, positieve berichtgeving, verwachtingen en ontwikkelingen in het bijzonder met betrekking tot de respectieve markten of landen/regio’s, de betrokken bedrijven of sectoren of andere verwante aspecten of zelfs het niet optreden van de risico’s van de longposities een wezenlijke rol en kunnen zij – anders dan bij de longposities – bovendien een zeer sterke negatieve impact hebben op de waarde van de aandelen van het Compartiment. Shortposities gaan gepaard met het risico van een in theorie onbeperkt verlies. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gebaseerde positie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen en –stijgingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment.
verworven worden als activa voor het Compartiment.
e) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s. f) De duration moet tussen nul en 60 maanden liggen.
106
g) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) hierboven niet worden nageleefd.
Daarbij spelen de risico’s van de geld- en obligatiemarkten, zoals het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het risico van de opkomende markten, het liquiditeitsrisico, het landen- en
Allianz RCM Discovery Europe Strategy transferrisico en het bewaarrisico, en, in mindere mate, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten), een wezenlijke rol. Het valutarisico is hoog voor wat betreft de Aandelenklassen die niet bijzonder afgedekt zijn tegen een bepaalde valuta op Aandelenklasseniveau. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment en het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
Waardering Iedere dinsdag waarop de banken en effectenbeurzen in Luxemburg en in het Verenigd Koninkrijk open zijn voor de handel. Wanneer een dinsdag geen dag is waarop de banken en effectenbeurzen in Luxemburg en in het Verenigd Koninkrijk open zijn voor de handel, wordt de volgende dag waarop de banken en effectenbeurzen in Luxemburg en in het Verenigd Koninkrijk open zijn voor de handel een waarderingsdag. Uiterste verhandelingstijdstip 18.00 u MET resp. MEZT op iedere werkdag voorafgaand aan een waarderingsdag. Aanvragen tot aankoop en terugkoop van Aandelen die op een werkdag voorafgaand aan een waarderingsdag ontvangen worden vóór 18.00 u MET resp. MEZT, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van die waarderingsdag. Aankoop- en verkooporders die na dit tijdstip worden ontvangen, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de volgende waarderingsdag. Rendementsgebonden vergoeding Er kan voor alle Aandelen als volgt een rendementsgebonden vergoeding worden aangerekend: Tot 20% van de outperformance t.o.v. de EONIA (Euro Overnight Index Average), volgens methode 3. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment is specifiek bedoeld voor beleggers die willen participeren aan het rendement van de Discovery Europe Strategy. Met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, gaat het vooral om beleggers die in deze valuta te werk gaan. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Bijkomende kosten op het niveau van de Discovery Europe Strategy en haar implementatie: Op het niveau van de Discovery Europe Strategy (inclusief haar implementatie) kunnen er bijkomende kosten zijn van maximaal 3,00% per jaar. Eventuele betalingen die de Strategiebeheerder ontvangt als leverancier van afdekkingsdiensten voor de wederpartij bij de derivaatstructuur op de Strategie zullen herbelegd worden in het Compartiment (minus eventuele belastingen of andere kosten in de context van deze diensten). Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 20 oktober 2009 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0384022694), A (GBP) (ISIN LU0384023239) en I (EUR) (ISIN LU0384030010) 10 november 2009 Aandelenklasse CT (EUR) (ISIN LU0384027578) 9 februari 2010 Aandelenklasse A (H-GBP) (ISIN LU0384024559) 107
Allianz RCM Dynamic Multi Asset Plus Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door te beleggen in een brede waaier van wereldwijde activaklassen. De beleggingsbeslissingen zijn gebaseerd op een systematische beheerbenadering. De posities van de portefeuille in afzonderlijke activaklassen kunnen aanzienlijk onder de relevante maximumgrenzen liggen, maar kunnen tijdelijk ook worden verhoogd naar de relevante maximumgrenzen. Tezelfdertijd wordt er een dynamisch risicomechanisme gebruikt, bedoeld om een mogelijk verlies te beperken; het is echter niet mogelijk om te garanderen dat de beleggingsdoelstelling zal worden verwezenlijkt en in het bijzonder dat er geen of zelfs geen aanzienlijke verliezen zullen worden geleden. Om het mogelijke verlies te beperken, kan de Beleggingsbeheerder beslissen om in mindere mate te beleggen in stijgende markten.
– onroerendgoedfondsen en/of – korven van bovenvermelde onderliggende activa
worden verworven.
De bovenvermelde effecten kunnen worden verworven ongeacht of het onderliggende actief kan worden vervangen of gewijzigd volgens de respectieve voorwaarden en bepalingen van het effect, zolang als het vervangen of gewijzigde onderliggende actief een actief is dat voor effecten is toegestaan zoals hierin gedefinieerd.
Effecten met een onderliggend actief zoals gedefinieerd in het vijfde tot achtste streepje mogen alleen worden verworven als ze 1:1 overeenstemmen met het onderliggende actief. Dit geldt dienovereenkomstig voor effecten zoals gedefinieerd in het tiende streepje, voor zover ze over onderliggende activa beschikken zoals gedefinieerd in het vijfde tot achtste streepje.
Effecten met een onderliggend actief zoals gedefinieerd in het zesde tot achtste streepje voorzien mogelijk niet in een verplichte materiële levering, of geven de emittent mogelijk niet het recht om het desbetreffende onderliggende actief materieel te leveren. Dit geldt dienovereenkomstig voor effecten zoals gedefinieerd in het tiende streepje, voor zover ze over onderliggende activa beschikken zoals gedefinieerd in het zesde tot achtste streepje.
Bovendien kan de Beleggingsbeheerder met het oog op een hoger rendement afzonderlijke vreemde-valutarisico’s met betrekking tot valuta’s van OESO-lidstaten aangaan, ook al omvat het Compartiment geen activa die in de desbetreffende valuta’s luiden. Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment kan worden belegd in aandelen en warrants (inclusief activa van bedrijven die actief zijn in de sector van de private equity). b) Er mogen voor het Compartiment rentedragende effecten worden verworven. Mortgage-Backed Securities (MBS’s, door hypotheek gedekte effecten) en Asset-Backed Securities (ABS’s, door vermogen gedekte effecten) mogen niet meer bedragen dan 20 % van de vermogenswaarde van het Compartiment.
d) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en kunnen voor het Compartiment geldmarktinstrumenten worden verworven. e) Verder mag het vermogen van het Compartiment onbeperkt binnen het bestek van Aanhangsel 1 nr. 3 g) lid 2 belegd worden in ICBE’s of ICB’s.
Dit kunnen ofwel breed overkoepelende gediversifieerde fondsen zijn (inclusief gemengde fondsen en fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven), aandelen (inclusief REIT’s), obligatie- of geldmarktfondsen of fondsen die deelnemen in één of meer commodity futures-, edelmetalen-, grondstoffen- of hedgefondsindices, of fondsen die gespecialiseerd zijn in bepaalde landen of sectoren (inclusief fondsen georiënteerd op bedrijven die actief zijn in private equity) of fondsen de georiënteerd zijn op bepaalde emittenten, valuta’s of looptijden.
Zoals gedefinieerd in dit beleggingsbeleid, zijn gemengde fondsen noch aandelenfondsen, noch obligatiefondsen, noch geldmarktfondsen.
c) Niettegenstaande de bepalingen in de letters f), g), h), i) en j) mogen effecten die verwijzen naar – aandelen (inclusief REIT’s en activa van ondernemingen die actief zijn in de sector van de private equity) – rentedragende effecten – ICBE’s en ICB’s zoals gedefinieerd in letter e) – indices [inclusief indices van obligaties, aandelen (inclusief REIT’s en activa van ondernemingen die actief zijn in de sector van de private equity), hedgefondsindices en indices van grondstoffenfutures, edele metalen of grondstoffen, en ook indices die verwijzen naar ondernemingen die actief zijn in de sector van de private equity]; effecten die verwijzen naar andere indices dan financiële indices mogen alleen worden verworven als zij streven naar een 1:1 overeenstemming met de onderliggende index/indices – hedgefondsen en fondsen van hedgefondsen – grondstoffen – edele metalen (maar alleen als dit effect een certificaat betreffende edele metalen is) – termijncontracten voor grondstoffen 108
f) Behoudens in het bijzonder letter l) mag maximaal 75 % van het Compartimentvermogen worden belegd in – REIT-aandelen en aan aandelen verwante effecten van REIT’s en – effecten in de zin van letter c) die verwijzen naar REIT’s of REIT-indices, en
Allianz RCM Dynamic Multi Asset Plus – technieken en instrumenten, in het bijzonder swaps en futures, in verband met REIT-indices, REIT’s of REIT-markten, en – aandelen in onroerendgoedfondsen.
Maximaal 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment mag worden gehouden in aandelen in onroerendgoedfondsen – tezamen met andere beleggingen volgens de definitie in Aanhangsel 1 nr. 2 eerste liggende streepje en in het bijzonder beleggingen in enkelvoudige hedgefondsen en fondsen van hedgefondsen.
g) Behoudens in het bijzonder letter l) mag maximaal 75% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in activa in de zin van letter a), b), c), d), e) en f), waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten.
Beleggingen in de zin van letters e) en f) worden tot het in zin 1 van deze letter g) vermelde percentage gerekend indien zij volgens de classificatie van S&P GIFS (Standard & Poor’s Global Investment Fund Sector) vallen onder de categorie van een opkomende markt of indien zij volgens S&P GIFS worden aangeduid als een land dat of regio die door de Wereldbank niet wordt geclassificeerd als een land of regio met een ‘hoog bruto nationaal inkomen per capita’, en dus niet als ‘ontwikkeld’ wordt aangemerkt.
Indien de S&P GIFS-classificatie niet langer beschikbaar is, of indien het desbetreffende fonds niet is opgenomen in S&P GIFS, kan de Beheermaatschappij deze indeling in categorieën maken op basis van eigen vervangingscriteria.
h) In het bijzonder behoudens letter l) is de verwerving van rentedragende effecten die op het tijdstip van de verwerving hoogrentende beleggingen zijn, beperkt tot maximaal 20 % van het vermogen van het Compartiment.
Als er twee verschillende ratings bestaan, is de laagste rating beslissend voor de beoordeling van een mogelijke aankoop. Als er drie of meer ratings bestaan die het rentedragende effect anders beoordelen, is de laagste van de twee hoogste ratings beslissend voor de beoordeling van een mogelijke aankoop. Als een actief van het Compartiment na de aankoop zijn rating van beleggingskwaliteit verliest, zal zijn waarde worden opgenomen in de limiet die wordt vermeld in zin 1 van deze letter h).
Obligatiefondsen in de zin van letter e) worden tot het in deze letter h) vermelde percentage gerekend indien die volgens de S&P GIFS-classificatie behoren tot de hoogrentende sector.
Indien de S&P GIFS-classificatie niet langer beschikbaar is, of indien het desbetreffende fonds niet is opgenomen in S&P GIFS, kan de Beheermaatschappij deze indeling in categorieën maken op basis van eigen vervangingscriteria.
– technieken en instrumenten, in het bijzonder swaps en futures, gebaseerd op hedgefondsindices, enkelvoudige hedgefondsen, fondsen van hedgefondsen of hedgefondsmarkten, en – enkelvoudige hedgefondsen en fondsen van hedgefondsen.
j) Behoudens in het bijzonder letter l) mag maximaal 75% van het Compartimentvermogen worden belegd in effecten in – de zin van letter c) die verwijzen naar (i) indices van grondstoffenfutures, indices van edelmetalen of grondstoffenindices, of (ii) indices die verwijzen naar ondernemingen actief in de sector van de private equity, of (iii) termijncontracten voor edelmetalen, termijncontracten voor grondstoffen, of (iv) grondstoffen en edelmetalen
en
– technieken en instrumenten, in het bijzonder swaps en futures, gebaseerd op (i) indices van grondstoffenfutures, indices van edelmetalen en grondstoffenindices, of (ii) grondstoffen of edelmetalen, of (iii) grondstoffenfutures of termijncontracten voor grondstoffen, of (iv) markten in edelmetalen of grondstoffenmarkten. k) Het is niet de bedoeling beperkingen op te leggen aan de duration van het obligatie- en geldmarktgedeelte van het Compartiment.
De Beleggingsbeheerder kan in het bijzonder ofwel direct ofwel indirect beleggen in de overeenstemmende effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn.
De Beleggingsbeheerder kan in het bijzonder ook direct of indirect beleggen in Waardeaandelen en Groeiaandelen. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen.
Afhankelijk van de specifieke aanpak van iedere doelfondsmanager kan er ook helemaal geen rekening worden gehouden met de bovenstaande criteria bij het nemen van de beleggingsbesluiten, met het gevolg dat het Compartiment een te smalle of te brede overkoepelende beleggingsoptiek heeft.
i) Behoudens in het bijzonder letter l) mag maximaal 80 % van het Compartimentvermogen worden belegd in effecten in – effecten in de zin van letter c) die verwijzen naar hedgefondsindices, enkelvoudige hedgefondsen of fondsen van hedgefondsen, en
Maximaal 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment mag gehouden worden in enkelvoudige hedgefondsen en fondsen van hedgefondsen in de zin van het derde liggende streepje - tezamen met andere beleggingen in de zin van Aanhangsel 1 nr. 2 eerste liggende streepje en in het bijzonder beleggingen in vastgoedfondsen.
109
Allianz RCM Dynamic Multi Asset Plus l) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in f) lid 1, g), h), i) lid 1 en j) hierboven niet worden nageleefd. m) Niettegenstaande de bepalingen van letter f), i) en j) mag de Beheermaatschappij voor het Compartiment eveneens gebruikmaken van technieken en instrumenten met het oog op een efficiënt portefeuillebeheer, alsmede voor afdekkingsdoeleinden. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die verband houden met de obligatiemarkt, geldmarkt en de aan de onroerend goed markt gerelateerde component van het vermogen van het Compartiment, maar die worden in het bijzonder verhoogd door blootstelling aan de aandelenmarkt en de markt gerelateerd aan grondstoffen, markt gerelateerd aan hedgefondsen en aan private equity gerelateerde markt. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in (tijdelijk zeer) hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, de risico’s van opkomende markten, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. In (tijdelijk zeer) grote mate spelen de risico’s op de obligatie- en geldmarkten zoals het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van de opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring, en ten dele ook de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen en de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten) een rol. Met betrekking tot mogelijke posities in verband met grondstoffenfutures, edelmetalen en grondstoffenmarkten, zijn er in (tijdelijk zeer) hoge mate, de specifieke risico’s van 110
(indirecte) beleggingen in markten voor grondstoffenfutures, edelmetalen en grondstoffen. Onder andere met betrekking tot dit soort verplichtingen dient erop gewezen te worden dat in het bijzonder koersdalingen die de hele markt kunnen treffen en die mogelijk aanzienlijk langer voortduren, een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot de mogelijke posities in verband met hedgefondsmarkten, zijn er in (tijdelijk zeer) hoge mate, de specifieke risico’s van (indirect) beleggen in hedgefondsindices en andere beleggingen gerelateerd aan hedgefondsen. Onder andere met betrekking tot dit soort verplichtingen dient erop gewezen te worden dat in het bijzonder koersdalingen die de hele markt kunnen treffen en die mogelijk aanzienlijk langer voortduren, een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot een mogelijke verplichting die verband houdt met de private-equitymarkten, zijn er de specifieke risico’s van (indirect) beleggen in private equity. Onder andere met betrekking tot dit soort verplichtingen dient erop gewezen te worden dat in het bijzonder koersdalingen die de hele markt kunnen treffen en die mogelijk aanzienlijk langer voortduren, een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Bovendien moeten, met betrekking tot posities gerelateerd aan de vastgoedmarkt (inclusief posities gerelateerd aan de aandelenmarkt in vastgoed), in (tijdelijk zeer) hoge mate, de specifieke risico’s van (indirect) beleggen in vastgoedgerelateerde activa worden overwogen. Met betrekking tot de Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in zeer hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt waartegen de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, ook een zeer hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico (voor Aandelenklassen die op aandelenklasseniveau niet speciaal tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt). Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’.
Allianz RCM Dynamic Multi Asset Plus Met betrekking tot Aandelenklassen die in grote mate zijn afgedekt tegen een bepaalde valuta, kan de volatiliteit (schommeling) van de waarde van Aandelen in het Compartiment toenemen, terwijl de volatiliteit (schommeling) van de waarde van Aandelen in het Compartiment voor Aandelenklassen die niet speciaal tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt op aandelenklasseniveau, zelfs aanzienlijk kan toenemen.
Beleggersbeperkingen Voor wat betreft beleggers die ofwel hun domicilie ofwel hun gewone verblijfplaats hebben in de Bondsrepubliek Duitsland, kunnen Aandelen van de Aandelenklassen C en CT alleen worden verworven binnen het toepassingsgebied van verzekeringspolissen gekoppeld aan deelbewijzen of professioneel vermogensbeheer.
Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat het uiterst hoge marktrisicopotentieel van additionele referentieindices die niet uit derivaten zijn samengesteld, aantoont.
Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Beleggersprofiel Voor wat betreft de Aandelenklassen die op aandelenklasseniveau niet speciaal zijn afgedekt tegen een bepaalde valuta, richt het Compartiment zich specifiek tot beleggers die rendementen ruim boven de marktrente verwachten en die onberekenbare risico’s van verlies aanvaarden, terwijl het zich voor de Aandelenklassen die in grote mate tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, voornamelijk richt tot beleggers die in deze valuta werken en die rendementen boven de marktrente verwachten. Deze beleggers moeten hogere prijsschommelingen aanvaarden. Bij een niet op aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse zou de beleggingshorizon van beleggers minstens tien jaar moeten bedragen. Voor Aandelenklassen die op aandelenklasseniveau speciaal tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, zou de beleggingshorizon van beleggers die in de valuta werken waartegen de door hen gehouden Aandelenklasse is afgedekt, ten minste vijf jaar moeten bedragen. Basisvaluta: USD Openingsdatum voor de reeds geopende aandelenklassen: 13 december 2010 Aandelenklasse A (H-EUR) (ISIN LU0342683553) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in de Verenigde Staten geopend zijn voor handel. Uiterste verhandelingstijdstip 14.00 uur MET resp. MEZT op iedere waarderingsdag twee waarderingsdagen voorafgaand aan een waarderingsdag. Aanvragen tot aankoop en terugkoop van aandelen die op een waarderingsdag ontvangen worden voor 14.00 uur MET resp. MEZT, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de tweede waarderingsdag na de waarderingsdag. Aankoopen verkooporders die na dit tijdstip worden ontvangen, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de waarderingsdag die volgt op de tweede waarderingsdag na de waarderingsdag.
111
Allianz RCM Emerging Asia Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin op lange termijn kapitaalgroei te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van de opkomende economieën van Azië, binnen het kader van de beleggingsprincipes. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder de letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die zijn opgericht in Azië zonder Japan, Hongkong en Singapore of die een wezenlijk deel van hun inkomsten en/of winst realiseren in deze regio . Turkije en Rusland gelden in de zin van deze letter niet als Aziatische landen. Bovendien kunnen binnen dit percentage indexcertificaten worden verworven evenals andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de onder lid 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 30% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen door het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere dan in a) hierboven vermelde ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
112
g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt waartegen de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
Allianz RCM Emerging Asia Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. Daarbij streeft het naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een derivatenvrij Compartiment. De Beleggingsbeheerder volgt bij het gebruik van derivaten een risicobeheersende benadering. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklasse A (USD) (ISIN LU0348788117) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in Hongkong geopend zijn voor handel. Uiterste verhandelingstijdstip Respectievelijk 10.00 u MET en 11.00 u MEZT op elke waarderingsdag. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
113
Allianz RCM Enhanced Short Term Euro Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid is gericht op het genereren van een rendement boven de eurogeldmarkt, uitgedrukt in euro (EUR). Met het doel extra rendement te behalen kan de Beleggingsbeheerder ook afzonderlijke risico’s op zich nemen die gekoppeld zijn aan obligaties en geldmarkten en kan hij eveneens afzonderlijke valutaposities aangaan, overeenstemmende derivaten en vreemde valuta’s, zelfs indien het Compartiment geen activa bevat die luiden in de desbetreffende valuta’s. Beleggingsprincipes a) Er kunnen voor het Compartiment deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. b) Maximaal 49% van het Compartimentvermogen mag worden belegd in rentedragende effecten. Deze zijn beperkt tot effecten die op het moment van hun aankoop beschikken over de kredietrating ‘investment grade’ van een erkend ratingbureau. De activa in de betekenis van zin 2 die een rating hebben, moeten bij aankoop over een rating beschikken van minimaal A- (Standard & Poor’s en Fitch) of A3 (Moody’s) of een gelijkwaardige rating door een ander ratingbureau. Als een effect twee verschillende ratings heeft, is het de laagste rating die bepaalt of het al dan niet mag worden verworven; als er drie of meer verschillende ratings zijn, is het de laagste van de beste twee ratings die doorslaggevend is. Als een effect de minimale rating zoals uiteengezet in zinnen 2 en 3 verliest, zal de Maatschappij het effect binnen zes maanden trachten te verkopen. Behoudens de bepalingen in letter e), mag de resterende looptijd van elk afzonderlijk effect zoals omschreven in deze letter b) niet meer bedragen dan 2,5 jaar. c) Behoudens in het bijzonder letter f) mogen de volgende activa zoals gedefinieerd in letters a) en b) die hoogrentende beleggingen en rentedragende effecten zijn die in aanmerking komen als door vermogen gedekte of door hypotheek gedekte effecten, niet worden gekocht. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s. Dit kunnen zowel geldmarkt- als gemengde fondsen zijn (inclusief fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven) of fondsen die georiënteerd zijn op bepaalde emittenten of looptijden. e) De duration zou maximaal één jaar moeten bedragen. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limiet beschreven in c) hierboven niet wordt nageleefd.
114
g) De onder de letter b) zin 1 en 6 en letter e) genoemde limieten hoeven in de eerste twee maanden na de opening van het Compartiment en in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) voor beleggers in EUR gepaard met relatief lage risico’s die verband houden met beleggingen op de geldmarkten en die voortvloeien uit het op zich nemen van valutarisico’s en risico’s verbonden aan obligaties. De voornaamste risico’s met betrekking tot de geldmarkt-/ obligatiemarktposities waarop vooral op gewezen moet worden zijn het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, de risico’s van opkomende markten, het algemene kredietrisico en het wederpartijrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat voor een niet-EUR-belegger bovendien in hoge mate het valutarisico, voor een EUR-belegger daarentegen slechts gedeeltelijk. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Met betrekking tot een mogelijke afzonderlijke valutaverplichting bestaan voor alle Aandelenklassen bijkomende valutarisico’s. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de landen- en transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het risico van bewaring, de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het risico van de Aandelenklassenoverlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het inflatierisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van
Allianz RCM Enhanced Short Term Euro het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico en het rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. Het Compartiment kan dit in relatief hoge mate doen om de beleggingsgraad van het Compartiment te verhogen met het mogelijke resultaat van aanzienlijk hogere kansen en risico’s (in verhouding tot het algemene profiel van het Compartiment); in absolute termen is het echter waarschijnlijk dat dit slechts tot relatief geringe extra kansen en risico’s leidt.
Uiterste verhandelingstijdstip 14.00 uur MET resp. MEZT op iedere waarderingsdag. Rendementsgebonden vergoeding Behalve voor de Aandelenklassen A, AT, C en CT, kan er voor alle Aandelenklassen als volgt een rendementsgebonden vergoeding worden aangerekend: Tot 20% van de outperformance t.o.v. de EONIA (Euro Overnight Index Average), volgens methode 3. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding aan te rekenen. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich op beleggers die een op de euro-geldmarkt gebaseerd marktrendement bij kleine koersschommelingen verwachten, waarbij met name het zwaartepunt ligt op EUR-beleggers of (met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate afgedekt zijn tegen een bepaalde valuta) beleggers die in deze valuta handelen. Bij niet op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklassen zou de beleggingshorizon van EUR-beleggers minstens zes maanden moeten bedragen. Dit geldt eveneens bij op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklassen voor beleggers die in de valuta handelen tegen welke de door hen gehouden Aandelenklasse wordt afgedekt. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 17 april 2007 Aandelenklasse I (EUR) (ISIN LU0293295324) 1 oktober 2008 Aandelenklasse AT (EUR) (ISIN LU0293294277) 16 februari 2009 Aandelenklassen CT (EUR) (ISIN LU0293294434) en IT (EUR) (ISIN LU0293295597) Initiële inschrijvingsprijs De volgende initiële intekenprijzen zullen gelden voor die Aandelenklassen met de overeenstemmende referentievaluta. Voor de Aandelenklassen N, NT, P, PT, I, IT, RCM I, RCM IT, X, XT, W en WT AUD 1.000,–/CAD 1.000,–/CHF 1.000,–/CZK 30.000,–/ DKK 10.000,–/EUR 1.000,–/GBP 1.000,–/HKD 1.000,–/HUF 250.000,–/ JPY 200.000,–/NOK 10.000,–/PLN 4.000,–/SEK 10.000,–/SGD 1.000,–/ USD 1.000,– exclusief eventuele verkoopkosten. Voor de Aandelenklassen A, AT, C, CT, S en ST AUD 100,–/CAD 100,–/ CHF 100,–/CZK 3.000,–/DKK 1.000,–/EUR 100,–/GBP 100,–/HKD 100,–/ HUF 25.000,–/JPY 20.000,–/NOK 1.000,–/PLN 400,–/SEK 1.000,–/ SGD 100,–/USD 100,– exclusief eventuele verkoopkosten.
115
Allianz RCM Euroland Equity Growth Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door binnen het kader van de beleggingsprincipes hoofdzakelijk te beleggen op de aandelenmarkten van de eurozone. De Beleggingsbeheerder zal hiertoe aandelen verwerven die naar zijn inzicht, samen met alle in het Compartimentvermogen aanwezige aandelen, een aandelenportefeuille vormen die georiënteerd is op Groeiaandelen. Beleggingsprincipes a) Ten minste 75% van het vermogen van het Compartiment wordt belegd in aandelen en winstbewijzen van ondernemingen die gevestigd zijn in landen die deelnemen aan de Europese Monetaire Unie. b) Behoudens in het bijzonder letter h) mag minstens 20% van het Compartimentvermogen worden belegd in aandelen en winstbewijzen van ondernemingen die gevestigd zijn in een lidstaat van het wisselkoersmechanisme II. Binnen het in het eerste lid genoemde percentage kunnen ook warrants op aandelen van de hoger vermelde ondernemingen worden verworven. c) Behoudens in het bijzonder letter h) mag maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) en b) genoemde aandelen, winstbewijzen of warrants. d) Bovendien kunnen converteerbare obligaties en obligaties met warrants, die betrekking hebben op de onder de letters a), b) en c) genoemde activa, worden verworven. e) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die OESO-geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. f) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de OESO-geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in e), met inachtneming van in het bijzonder de bepalingen van h), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en OESO-geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. g) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn.
116
h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b), c) en f) hierboven niet worden nageleefd. i) De onder de letters a) en f) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, alsmede het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een zeer wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat voor een niet-EUR-belegger in hoge mate het valutarisico, voor een EUR-belegger daarentegen slechts gedeeltelijk. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
Allianz RCM Euroland Equity Growth Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens 10 jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 2 oktober 2006 Aandelenklasse W (EUR) (ISIN LU0256884577) 4 oktober 2006 Aandelenklassen I (EUR) (ISIN LU0256883843) en IT (EUR) (ISIN LU0256884064) 16 oktober 2006 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0256839944) en AT (EUR) (ISIN LU0256840447) 2 november 2006 Aandelenklasse CT (EUR) (ISIN LU0256840793) Beleggersbeperkingen De Aandelen van de klassen A en AT mogen niet verworven worden door beleggers die verblijven in de Bondsrepubliek Duitsland en die de aandelen willen houden als onderdeel van hun bedrijfsvermogen. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
117
Allianz RCM Europe Equity Growth Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door hoofdzakelijk te beleggen op de Europese aandelenmarkten binnen het kader van de beleggingsprincipes. De Beleggingsbeheerder zal hiertoe aandelen verwerven die naar zijn inzicht, samen met alle in het Compartimentvermogen aanwezige aandelen, een aandelenportefeuille vormen die georiënteerd is op Groeiaandelen.
kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. i) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b), e) en g) hierboven niet worden nageleefd. j) De onder de letters a) en g) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
Beleggingsprincipes a) Ten minste 75% van het vermogen van het Compartiment wordt belegd in aandelen en winstbewijzen van ondernemingen die gevestigd zijn in lidstaten van de Europese Unie, Noorwegen of IJsland.
Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen.
b) Behoudens in het bijzonder letter i) mag maximaal 25% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen, winstbewijzen of warrants.
Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, en in mindere mate het risico van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment.
c) Bovendien kunnen converteerbare obligaties en obligaties met warrants, die betrekking hebben op de onder de letters a) en b) genoemde activa, worden verworven. d) Verder kunnen ook indexcertificaten en certificaten op aandelen en aandelenkorven worden verworven, waarvan het risicoprofiel overeenstemt met de onder de letters a) en b) genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. e) Het percentage van de activa in de zin van de letters a) tot d) waarvan de emittenten (voor effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming; bij certificaten: van het onderliggende effect) gevestigd zijn in opkomende markten mag, behoudens letter i), niet meer bedragen dan 20% van de waarde van het Compartimentvermogen. f) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die OESO-geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. g) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de OESO-geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in f), met inachtneming van in het bijzonder de bepalingen van i), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en OESOgeldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. h) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, 118
Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico, en in mindere mate het risico van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten van de Maatschappij, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van
Allianz RCM Europe Equity Growth aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 2 oktober 2006 Aandelenklasse W (EUR) (ISIN LU0256881987) 4 oktober 2006 Aandelenklassen I (EUR) (ISIN LU0256880153) en IT (EUR) (ISIN LU0256881128) 16 oktober 2006 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0256839191) en AT (EUR) (ISIN LU0256839274) 2 november 2006 Aandelenklasse CT (EUR) (ISIN LU0256839860) 3 augustus 2009 Aandelenklasse A (GBP) (ISIN LU0264555375) 9 augustus 2010 Aandelenklasse WT (EUR) (ISIN LU0256883504) 17 augustus 2010 Aandelenklasse AT (HUF) (ISIN LU0527936024) Beleggersbeperkingen De Aandelen van de klassen A en AT mogen niet verworven worden door beleggers die verblijven in de Bondsrepubliek Duitsland en die de aandelen willen houden als onderdeel van hun bedrijfsvermogen. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
119
Allianz RCM Europe Small Cap Equity Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door te beleggen op de Europese aandelenmarkten, in het bijzonder gericht op het verwerven van effecten van kleinere ondernemingen (‘small caps’). Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter g) wordt minstens tweederde van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van kleine ondernemingen die gevestigd zijn in Europese ontwikkelde landen of in een land waar een onderneming uit de HSBC Smaller European Companies [incl. UK] Total Return-index gevestigd is. Turkije en Rusland gelden hierbij niet als Europese landen. Onder kleine ondernemingen verstaat men die vennootschappen op aandelen waarvan de marktkapitalisatie maximaal 1,3 maal de marktkapitalisatie van de grootste effecten (in de zin van de volledige marktkapitalisatie) in de HSBC Smaller European Companies [incl. UK] Total Return Index bedraagt. In het bijzonder kunnen small caps effecten zijn van kleine tot middelgrote bedrijven, waarvan sommige in nichemarkten actief zijn. Binnen dit percentage kunnen ook, converteerbare obligaties, warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven zoals bepaald in de eerste zin van deze letter alsook indexcertificaten en andere certificaten, waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de in de eerste zin van deze letter genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in letter a) genoemde aandelen, converteerbare obligaties of warrants. Binnen deze limiet kunnen eveneens indexcertificaten en andere certificaten worden verworven waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de in de voorgaande zin genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van g), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren.
120
e) Niettegenstaande het bepaalde onder de letter a), b) en d), en in het bijzonder gebonden aan de voorwaarden onder letter g) mag een maximum van 20% van het vermogen van het Compartiment belegd worden in: – converteerbare obligaties of warrants opgenomen onder letters a) en b); – deposito’s of geldmarktinstrumenten beschreven onder letter d); gestelde zekerheden/marges worden niet bij dit percentage gerekend. f) De Beleggingsbeheerder kan activa verwerven die het als Waardeaandelen en/of Groeiaandelen beschouwt. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. De weging tussen Groei- en Waardeaandelen kan schommelen naargelang de situatie van de markt. De weging tussen deze effecten kan zelfs leiden tot een volledige belegging in één van deze effectensoorten. Op lange termijn gaat de voorkeur echter uit naar een mix van Waarde- en Groeiaandelen. g) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b), d) en e) hierboven niet worden nageleefd. h) De onder de letters a), d) en e) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van een Compartiment niet te worden gerespecteerd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, en in mindere mate het risico van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het algemene marktrisico,het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico en in mindere mate, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring.
Allianz RCM Europe Small Cap Equity Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico iinzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 15 september 2009 Aandelenklassen A (GBP) (ISIN LU0442335922), AT (EUR) (ISIN LU0293315296) en IT (EUR) (ISIN LU0293315965) Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklassen A en AT mogen uitsluitend worden verworven door beleggers die noch hun domicilie, noch hun gewone verblijfplaats in de Bondsrepubliek Duitsland hebben. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
121
Allianz RCM European Equity Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de Europese aandelenmarkten. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter g) wordt minstens 70% van het Compartimentvermogen belegd in aandelen en winstbewijzen van ondernemingen die in Europa gevestigd zijn (Turkije en Rusland worden in dit kader beschouwd als Europese landen). Het percentage aandelen zoals gedefinieerd in zin 1 dat direct wordt gehouden, mag echter niet minder bedragen dan 51% van de waarde van het Compartimentvermogen. b) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen en winstbewijzen. Beleggingen in de zin van letter e) die aandelenfondsen zijn, worden tot dit in zin 1 gedefinieerde percentage gerekend indien ze, volgens de classificatie van S&P GIFS (Standard & Poor’s Global Investment Fund Sector), vallen onder de categorie van een land of regio buiten Europa (Turkije en Rusland worden in dit kader beschouwd als Europese landen). Indien de S&P GIFS-classificatie niet langer beschikbaar is, of indien het desbetreffende fonds niet is opgenomen in S&P GIFS, kan de Beheermaatschappij deze indeling in categorieën maken op basis van eigen vervangingscriteria. c) Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen converteerbare obligaties of aan warrants gekoppelde obligaties worden verworven, naast indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de in letter a) zin 1 of b) zin 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. d) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen van ondernemingen waarvan het hoofdkantoor niet in een ontwikkeld land is gevestigd. Beleggingen in de zin van letter e) worden tot het in zin 1 gedefinieerde percentage gerekend indien zij volgens de classificatie van S&P GIFS (Standard & Poor’s Global Investment Fund Sector) vallen onder de categorie van een opkomende markt of indien zij volgens S&P GIFS worden aangeduid als een land of regio dat door de Wereldbank niet wordt geclassificeerd als een land met een ‘hoog bruto nationaal inkomen per capita’, en dus niet als ‘ontwikkeld’ wordt aangemerkt.
122
Indien de S&P GIFS-classificatie niet langer beschikbaar is, of indien het desbetreffende fonds niet is opgenomen in S&P GIFS, kan de Beheermaatschappij deze indeling in categorieën maken op basis van eigen vervangingscriteria. e) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. f) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in e), met inachtneming van in het bijzonder de bepalingen van g), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. g) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b), d) en f) hierboven niet worden nageleefd. h) De onder de letters a) en f) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het geografisch risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, evenals ten dele ook de risico’s van opkomende markten, het risico van bewaring, de landen- en transferrisico’s en het liquiditeitsrisico. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografisch risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico alsmede ten dele de risico’s van opkomende markten, het risico van bewaring, de landen- en transferrisico’s en het liquiditeitsrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau
Allianz RCM European Equity tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van een belegging in doelfondsen en met name het grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen terwijl het, met het oog op de Aandelenklassen die tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta handelen. De hogere rendementskansen op lange termijn maken dat hogere koersschommelingen moeten worden aanvaard. De beleggingshorizon dient minstens vijf jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 7 november 2008 Aandelenklasse A (EUR) (ISIN LU0327454749) 12 december 2008 Aandelenklassen N (EUR) (ISIN LU0400424155) en S (EUR) (ISIN LU0400424742) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
123
Allianz RCM European Equity Dividend Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid is gericht op kapitaalgroei op lange termijn voornamelijk door middel van op aandelen gebaseerde beleggingen in Europese markten waarvan verwacht wordt dat ze voldoende dividendopbrengsten zullen genereren. Beleggingsprincipes a) Ten minste 75% van het vermogen van het Compartiment wordt belegd in aandelen en winstbewijzen waarvan verwacht wordt dat ze voldoende dividendopbrengsten zullen genereren en die zijn uitgegeven door ondernemingen die gevestigd zijn in lidstaten van de Europese Unie, Noorwegen of IJsland. b) Behoudens in het bijzonder letter i) mag maximaal 25% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen, winstbewijzen of warrants op aandelen. c) Bovendien kunnen converteerbare obligaties en obligaties met warrants, die betrekking hebben op de onder de letters a) en b) genoemde activa, worden verworven. d) Verder kunnen ook indexcertificaten en certificaten op aandelen en aandelenkorven worden verworven, waarvan het risicoprofiel overeenstemt met de onder de letters a) en b) genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. e) Het percentage van de activa in de zin van de letters a) tot d) waarvan de emittenten (voor effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming; bij certificaten: van het onderliggende effect) gevestigd zijn in opkomende markten mag, behoudens letter i), niet meer bedragen dan 20% van de waarde van het Compartimentvermogen. f) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die OESO-geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. g) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de OESO-geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in f), met inachtneming van in het bijzonder de bepalingen van i), mag in totaal maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en OESO-geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. h) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, 124
kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. i) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b), e) en g) hierboven niet worden nageleefd. j) De onder de letters a) en g) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, en in mindere mate het risico van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico, en in mindere mate het risico van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Met betrekking tot de Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in zeer hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten van de Maatschappij, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het
Allianz RCM European Equity Dividend sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 10 maart 2009 Aandelenklassen AT (EUR) (ISIN LU0414045822), CT (EUR) (ISIN LU0414046390) en IT (EUR) (ISIN LU0414047281) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
125
Allianz RCM Global Agricultural Trends Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment belegt op de wereldwijde aandelenmarkten en richt zich in de eerste plaats op ondernemingen die actief zijn in de sectoren ‘Productie van grondstoffen’ of ‘Productverwerking en –distributie’. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder de bepalingen van letter f) wordt minstens 90% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die volgens inschatting van de Beleggingsbeheerder in ieder geval gedeeltelijk direct of indirect zouden moeten profiteren van de ontwikkeling van de sectoren ‘Productie van grondstoffen’ of ‘Productverwerking en –distributie’, en ook actief kunnen zijn in andere bedrijfssegmenten. In deze context bestaat de sector ‘Productie van grondstoffen’ uit de onderdelen ‘Basisgrondstoffen’ en ‘Grondstoffen’. ‘Basisgrondstoffen’ omvat alle activiteiten en diensten die direct of indirect verband houden met de voorziening en ontwikkeling van basisgrondstoffen zoals grond en water.
‘Grondstoffen’ omvat
– alle activiteiten en diensten die direct of indirect verband houden met de productie, de opslag, de levering, het transport en het onderzoek van landbouwkundige grondstoffen, zoals gewassen, vee, bosbouwproducten of landbouwproducten; – alle activiteiten en diensten die direct of indirect verband houden met de productie, de opslag, de levering, het transport en het onderzoek van voorbereidende producten en materialen voor de productie van landbouwkundige grondstoffen zoals gedefinieerd in het eerste liggend streepje. Deze producten en materialen omvatten zaden, meststoffen en andere agrochemische producten, en ook landbouwmachines, -uitrusting en -technologie. De beleggingssector ‘Productverwerking en –distributie’ bestaat uit de onderdelen ‘Productverwerking’ en ‘Distributie’.
‘Productverwerking’ omvat
– alle activiteiten en diensten die direct of indirect verband houden met de verwerking, de productie, de opslag en het onderzoek van voedingsproducten en dranken, inclusief flessenwater. – alle activiteiten en diensten die direct of indirect verband houden met de verwerking, de productie, de opslag en het onderzoek van niet-voedingsproducten die afgeleid worden van landbouwkundige grondstoffen. Deze producten omvatten onder meer hernieuwbare energiebronnen zoals ethanol of biodiesel/biogas, meubilair, papier en aanverwante producten, natuurlijk rubber en aanverwante producten. ‘Distributie’ omvat alle activiteiten en diensten die direct of indirect verband houden met de levering, het transport en de 126
distributie van de bovenvermelde voedingsproducten, dranken en niet-voedingsproducten. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten, waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de onder zin 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 35% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen zoals gedefinieerd in letter a), van ondernemingen die gevestigd zijn in opkomende markten. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absolute-rendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen.
Allianz RCM Global Agricultural Trends Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het sectorrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het liquiditeitsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en het liquiditeitsrisico.
De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 1 april 2008 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0342688198) en AT (USD) (ISIN LU0342689089) 24 juni 2008 Aandelenklasse AT (EUR) (ISIN LU0342688941) 7 juli 2008 Aandelenklassen CT (EUR) (ISIN LU0342689832) en IT (EUR) (ISIN LU0342691812) 25 augustus 2008 Aandelenklasse A (GBP) (ISIN LU0342688354) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. 127
Allianz RCM Global EcoTrends Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door te beleggen in een wereldwijde selectie van bedrijven die in ieder geval ook in de sectoren ‘EcoEnergy’, ‘Pollution Control’ en ‘Clean Water’ actief zijn. Bovendien kan de Beleggingsbeheerder met het oog op een hoger rendement afzonderlijke vreemde-valutarisico’s met betrekking tot valuta’s van OESO-lidstaten aangaan, ook al omvat het Compartiment geen activa die in de desbetreffende valuta’s luiden. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter g) wordt minstens 75% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die volgens inschatting van de Beleggingsbeheerder in ieder geval ook direct of indirect participeren aan de ontwikkeling van de sectoren ‘EcoEnergy’, ‘Pollution Control’ of ‘Clean Water’, en ook kunnen deelnemen aan andere zakelijke activiteiten. Bij de sector ‘EcoEnergy’ horen in dit verband ook de segmenten ‘Alternatieve Energieën’ en ‘Energie-efficiency’. Bij het segment ‘Alternatieve Energieën’ horen het verlenen van diensten alsook de productie, de aanbouw, de verkoop, de levering, het transport, de planning, de opslag, het onderzoek en overige ontwikkeling van producten of technologieën die direct of indirect in verband staan met de levering of productie van alternatieve - in het bijzonder hernieuwbare - energievormen of met de bewerking, productie of distributie van overeenkomstige voorproducten. Bovendien horen bij dit segment de bevoorrading met en de productie van alternatieve - in het bijzonder hernieuwbare - energievormen en de bewerking, productie of distributie van de overeenkomstige voorproducten zelf. Bij het segment ‘Energie-efficiency’ horen het verlenen van diensten alsook de productie, de verkoop, de levering, het transport, de planning, de opslag, het onderzoek en de overige ontwikkeling van producten of technologieën die direct of indirect in verband staan met een efficiënt energiegebruik of met een vergroting van de energie-efficiency. De sector ‘Pollution Control’ is samengesteld uit het segment ‘Kwaliteit van het milieu’ en uit het segment ‘Afvalverwerking & recycling’. Bij het segment ‘Kwaliteit van het milieu’ horen het verlenen van diensten alsook de productie, de verkoop, de levering, het transport, de planning, de opslag, het onderzoek en de overige ontwikkeling van producten of technologieën die direct of indirect een bijdrage kunnen leveren aan de verbetering of de beheersing van de kwaliteit van het milieu. Bovendien horen ook de verbetering en de controle van de kwaliteit van het milieu zelf tot dit segment.
128
Bij het segment ‘Afvalverwerking & recycling’ horen het verlenen van diensten alsook de productie, de verkoop, de levering, het transport, de planning, het onderzoek en de overige ontwikkeling van producten of technologieën die direct of indirect in verband staan met de verwijdering, de verwerking, de opslag (incl. definitieve opslag), het vermijden en het benutten van alle soorten van afval of afvalproducten. Bovendien horen bij dit segment de verwijdering, de verwerking, de opslag (incl. definitieve opslag), het vermijden en het benutten van alle soorten van afval of afvalproducten zelf. Bij de sector ‘Clean Water’ horen het verlenen van diensten alsook de productie, de verkoop, de levering, het transport, de planning, de opslag, het onderzoek en de overige ontwikkeling van producten of technologieën die direct of indirect in verband staan met de bevoorrading met drinkwater of water voor industriële of agrarische doeleinden, met waterbewerking, -desinfectering en -ontzilting, de waterproductie, wateropslag, distributie en levering van water, waterfiltering, verwijdering van afvalwater, watercontrole, kwantitatieve waterregistratie of verbetering van de waterkwaliteit. Bovendien horen bij dit segment de bevoorrading met drinkwater en water voor industriële of agrarische doeleinden, waterbewerking, -desinfectering en -ontzilting, de waterproductie, wateropslag, distributie en levering van water, waterfiltering, verwijdering van afvalwater, watercontrole, kwantitatieve waterregistratie of verbetering van de waterkwaliteit zelf. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten, waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de onder zin 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen of warrants. Bovendien kunnen binnen dit percentage indexcertificaten worden verworven evenals andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de onder lid 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. c) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen zoals gedefinieerd in letter a) en b), van ondernemingen die gevestigd zijn in opkomende markten. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absolute-rendementsbenadering hanteren. e) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde,
Allianz RCM Global EcoTrends samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in d), met inachtneming van de bepalingen van g), mag in totaal maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. f) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. De Beleggingsbeheerder kan effecten verwerven die het als Waardeaandelen of Groeiaandelen beschouwt. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. g) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b), c) en e) hierboven niet worden nageleefd. h) De onder de letters a) en e) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het sectorrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het liquiditeitsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, evenals ten dele ook de risico’s van opkomende markten, de landenen transferrisico’s en het risico van bewaring. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico alsmede ten dele de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en het liquiditeitsrisico.
tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Met betrekking tot een mogelijke afzonderlijke valutaverplichting bestaan voor alle Aandelenklassen bijkomende valutarisico’s. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico iinzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 mei 2006 Aandelenklasse A (EUR) (ISIN LU0250028817) 4 juni 2007 Aandelenklassen AT (EUR) (ISIN LU0287146376), CT (EUR) (ISIN LU0250034039) en IT (EUR) (ISIN LU0301501127) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau 129
Allianz RCM Global Emerging Markets Equity Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft met risicoadequate opbrengsten naar kapitaalgroei op lange termijn door zich te richten op de aandelenmarkten van opkomende landen met rendementen die overeenstemmen met het risiconiveau. Bovendien kan de Beleggingsbeheerder met het oog op een hoger rendement afzonderlijke vreemde-valutarisico’s met betrekking tot valuta’s van OESO-lidstaten aangaan, ook al omvat het Compartiment geen activa die in de desbetreffende valuta’s luiden. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in opkomende markten. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en aandelencertificaten, waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de onder lid 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen, warrants, indexcertificaten en aandelencertificaten. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absolute-rendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van in het bijzonder de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. 130
Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, de risico’s van opkomende markten, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Met betrekking tot een mogelijke afzonderlijke valutaverplichting bestaan voor alle Aandelenklassen bijkomende valutarisico’s. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen.
Allianz RCM Global Emerging Markets Equity Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens 10 jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklassen A en AT mogen uitsluitend worden verworven door beleggers die noch hun domicilie, noch hun gewone verblijfplaats in de Bondsrepubliek Duitsland hebben. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
131
Allianz RCM Global Equity Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door het vermogen van het Compartiment te beleggen op de wereldwijde aandelenmarkten. Het zwaartepunt ligt hierbij op het verwerven van effecten met - volgens inschatting van de Beleggingsbeheerder een meer dan gemiddeld winstgroeipotentieel en/of een aantrekkelijke waardering. Bovendien kan de Beleggingsbeheerder met het oog op een hoger rendement afzonderlijke vreemde-valutarisico’s met betrekking tot valuta’s van OESO-lidstaten aangaan, ook al omvat het Compartiment geen activa die in de desbetreffende valuta’s luiden. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in ontwikkelde landen. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de hoger vermelde ondernemingen worden verworven. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen of warrants. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het 132
kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, evenals ten dele de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico en het wederpartijrisico, en het algemene kredietrisico, en in mindere mate de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Met betrekking tot een mogelijke afzonderlijke valutaverplichting bestaan voor alle Aandelenklassen bijkomende valutarisico’s. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico iinzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename
Allianz RCM Global Equity in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 13 juni 2000 Aandelenklassen AT (USD) (ISIN LU0101244092) en AT (EUR) (ISIN LU0101257581) 4 juni 2007 Aandelenklassen CT (EUR) (ISIN LU0101258399) en IT (EUR) (ISIN LU0156497637) 25 september 2007 Aandelenklasse WT (EUR) (ISIN LU0318003745) 12 december 2008 Aandelenklassen N (EUR) (ISIN LU0400422969) en S (EUR) (ISIN LU0400423694) 6 mei 2009 Aandelenklasse IT (H-EUR) (ISIN LU0407702835) 11 augustus 2009 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0417516225) Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklasse AT (SGD) worden alleen aangeboden in de Republiek Singapore. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
133
Allianz RCM Global Hi-Tech Growth Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin beleggers op lange termijn kapitaalgroei te bieden. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkt van de IT-sector. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen waarvan de emittenten volgens de Global Industry Classification Standard – (GICS®) geclassificeerd zijn in de IT-sector, of in een sector die deel uitmaakt van deze sector. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de IT-sector, toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd.
134
f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het sectorrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het liquiditeitsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van
Allianz RCM Global Hi-Tech Growth aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348723411), AT (USD) (ISIN LU0348724229) en IT (USD) (ISIN LU0348726513) 11 augustus 2009 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0417517116) Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklasse AT (SGD) worden alleen aangeboden in de Republiek Singapore. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
135
Allianz RCM Global Infrastructure Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment belegt op de wereldwijde aandelenmarkten, en zal zich in de eerste plaats richten op ondernemingen die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder zouden moeten profiteren van de wereldwijde vraag naar de bouw, de modernisering of het beheer van infrastructuuractiva. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter f) wordt minstens 90% van het Compartimentvermogen belegd in aandelen van ondernemingen en winstbewijzen die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder voornamelijk direct of indirect zouden moeten profiteren van de wereldwijde vraag naar de bouw, de modernisering of het beheer van infrastructuuractiva, inclusief technische apparatuur. Infrastructuur dient in het algemeen te worden geïnterpreteerd als onder meer diensten van openbaar belang, werkingsfaciliteiten en organisaties waarvan het openbare leven, de gemeenschapsontwikkeling en -groei afhankelijk zijn. Naast deze activiteiten worden ook ondernemingen die voornamelijk adviesdiensten verlenen in verband met de infrastructuursector en ondernemingen die als voornaamste activiteit participaties houden in dergelijke ondernemingen of die dergelijke ondernemingen financieren, gedekt door deze beleggingsprincipes. Binnen ‘Infrastructuur’ zijn de beleggingsgebieden nutsbedrijven en energie, transport, communicatie & media en sociale & medische infrastructuur, die als volgt worden gedefinieerd: Infrastructuuractiva uit de sector nutsbedrijven en energie omvatten gas- en olieproductie, opslag, distributie en transportnetwerken, inclusief pijpleidingen (olie- en gasvoorzieningen), elektriciteitsopwekking en –distributie inclusief licht, verwarming en koelsystemen (elektrische voorzieningen), hernieuwbare energie, wateropvang, waterdistributie en de behandeling van afvalwater (watervoorzieningen), naast andere verwante sectoren. Infrastructuuractiva uit de transportsector omvatten luchthavens, snelwegen, spoorwegen, tunnels, bruggen, metro’s en andere vormen van openbaar transport, cargo- en logistieke centra, pijpleidingen, waterwegen, kanalen, havens en andere verwante sectoren. Infrastructuuractiva uit de communicatie- en mediasector omvatten satellietsystemen, gsm-masten, activa voor terrestrische transmissie, WiFi-apparatuur, tv-, radio-, kabel en uitzendnetwerken en andere verwante sectoren. Infrastructuuractiva uit de sociale en medische sector omvatten gezondheidszorginfrastructuur zoals ziekenhuizen, bejaardentehuizen of rusthuizen, sociale woningen, gevangenissen, conferentiecentra, educatieve, culturele en sportfaciliteiten zoals universiteiten en sportstadia, 136
en beschermende infrastructuuractiva zoals dammen en beschermingsstructuren tegen grondverschuivingen of lawines, alsmede andere diensten van openbaar belang. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten, waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de onder zin 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Ook binnen de limiet zoals gedefinieerd in zin 1 kunnen er beleggingsfondsen met vast kapitaal worden verworven die verband houden met infrastructuur. Maximaal 30% van het vermogen van het Compartiment mag in dergelijke fondsen met vast kapitaal worden belegd. b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 35% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen zoals gedefinieerd in letter a), van ondernemingen die gevestigd zijn in opkomende markten. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a) zin 1, b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) zin 1 en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
Allianz RCM Global Infrastructure Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen / fondsen met vast kapitaal met zich meebrengen. Met betrekking tot de activa van het Compartiment die verband houden met de aandelenmarkt en fondsen met vast kapitaal, spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het sectorrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het liquiditeitsrisico, het specifieke risico van beleggingen in fondsen met vast kapitaal, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt/fondsen met vast kapitaal gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en het liquiditeitsrisico.
Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen.
137
Allianz RCM Global Intellectual Capital Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment belegt op de wereldwijde aandelenmarkten en richt zich in de eerste plaats op ondernemingen die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder streven naar, en wellicht zullen profiteren van, beleggingen in intellectueel kapitaal. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter g) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de in de vorige zin van deze letter genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter g) wordt minstens twee derde van de waarde van de aandelen en certificaten zoals gedefinieerd in letter a) zin 2 die door het Compartiment kunnen worden gehouden, belegd in (i) ondernemingen die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder streven naar, en wellicht zullen profiteren van, beleggingen in intellectueel kapitaal en in (ii) certificaten zoals gedefinieerd in letter a) zin 2 die naar dergelijke ondernemingen verwijzen. In deze context zullen ondernemingen die beschouwd worden als ondernemingen die streven naar en wellicht zullen profiteren van beleggingen in intellectueel kapitaal, worden geïdentificeerd door een ratio van minstens 1% uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling in verhouding tot de omzet volgens Thomson Worldscope Fundamentals. c) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal 35% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in opkomende markten. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. e) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in d), met inachtneming van de bepalingen van g), mag in totaal maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. f) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten 138
concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. g) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b), c) en e) hierboven niet worden nageleefd. h) De onder de letters a), b) zin 1 en e) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van een Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, de risico’s van opkomende markten, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en het liquiditeitsrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
Allianz RCM Global Intellectual Capital Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
139
Allianz RCM Global Metals and Mining Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door te beleggen op de wereldwijde aandelenmarkten, waarbij in de eerste plaats belegd wordt in ondernemingen die verband houden met natuurlijke hulpbronnen, met inachtneming van de beleggings-principes. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder de bepalingen van letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die volgens inschatting van de Beleggingsbeheerder in ieder geval gedeeltelijk direct of indirect zouden moeten profiteren van de ontwikkeling van de sectoren exploratie, ontginning of verwerking van natuurlijke hulpbronnen.
Natuurlijke hulpbronnen en verwerkte natuurlijke hulpbronnen omvatten eveneens non-ferrometalen (bijv. nikkel, koper of aluminium), ijzer en andere ertsen, staal, steenkool, edelmetalen (bijv. goud of platina), diamanten of industriële zouten en mineralen (bijv. zwavel). Als de genoemde jaarverslagen niet de vereiste opsplitsing van omzet of winst bevatten, kan de Beleggingsbeheerder andere geschikte documenten van de ondernemingen gebruiken om vragen over de bovenvermelde vereisten te verduidelijken. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten – die allemaal effecten zijn volgens de Wet –, waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de onder zin 1 van deze letter a) genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen.
b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen van andere dan de in a) gedefinieerde ondernemingen. Beleggingen door het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere dan de in a) gedefinieerde ondernemingen, worden eveneens toegerekend aan deze limiet c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 15% van het
140
vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn.
De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen.
f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de eerste twee maanden na de opening van het Compartiment en in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het sectorrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het liquiditeitsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en het liquiditeitsrisico.
Allianz RCM Global Metals and Mining Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt waartegen de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en andere algemene bepalingen van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Waardering Elke bank- en beursdag in Luxemburg en Duitsland. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
141
Allianz RCM Global Sustainability Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door te beleggen in een wereldwijde selectie van bedrijven met duurzame bedrijfspraktijken. Bovendien kan de Beleggingsbeheerder met het oog op een hoger rendement afzonderlijke vreemde-valutarisico’s met betrekking tot valuta’s van OESO-lidstaten aangaan, ook al omvat het Compartiment geen activa die in de desbetreffende valuta’s luiden. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 75% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen met duurzame bedrijfspraktijken die gevestigd zijn in ontwikkelde landen. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de hoger vermelde ondernemingen worden verworven. Ondernemingen met duurzame bedrijfspraktijken in de hoger vermelde zin zijn ondernemingen waarvan de Beleggingsbeheerder aanneemt dat zij streven naar toegevoegde waarde op lange termijn en die hierbij te werk gaan op ecologisch en sociaal verantwoorde wijze. De ondernemingen worden op basis van eigen bronnen van de Beleggingsbeheerder en onafhankelijke derde bronnen aan deze criteria getoetst. b) Behoudens met name letter e) wordt maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen met duurzame bedrijfspraktijken zoals gedefinieerd in a) tweede alinea, die niet gevestigd zijn in ontwikkelde landen. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de hoger vermelde ondernemingen worden verworven. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. 142
g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, evenals ten dele de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico alsmede ten dele de risico’s van opkomende markten, het risico van bewaring, de landen- en transferrisico’s en het liquiditeitsrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Met betrekking tot een mogelijke afzonderlijke valutaverplichting bestaan voor alle Aandelenklassen bijkomende valutarisico’s. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
Allianz RCM Global Sustainability Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen. Met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, gaat het vooral om beleggers die in deze valuta te werk gaan. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 2 januari 2003 Aandelenklassen A (EUR) (ISIN LU0158827195) en A (USD) (ISIN LU0158827948) 31 juli 2007 Aandelenklasse CT (EUR) (ISIN LU0158828326) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
143
Allianz RCM Global Unconstrained Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de wereldwijde aandelenmarkten. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter e) wordt minstens 51% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen en in warrants om in te schrijven op aandelen. Bovendien kunnen voor het Compartiment binnen dit percentage indexcertificaten worden verworven evenals andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de onder het voorgaande lid genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en kunnen voor het Compartiment geldmarktinstrumenten worden verworven. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Wat in het bijzonder de Algemene selectiecriteria betreft die worden beschreven onder 3) van de Introductie, mogen de overeenstemmende effecten van ondernemingen van elke grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. e) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limiet beschreven in a) hierboven niet wordt nageleefd. f) De onder letter a) genoemde limiet hoeft in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
144
Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die de geldmarktcomponent van het Compartimentvermogen met zich meebrengt, maar die aanzienlijk uitgebreid en verhoogd worden door de aandelencomponent. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, de risico’s van opkomende markten, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. In hoge mate spelen de risico’s van de geldmarkten, zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Bovendien wordt de aandacht van de belegger gevestigd op het risico van bewaring, de landen- en transferrisico’s en het liquiditeitsrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen, het risico the (sub-)fund capital risk, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige basisaspecten van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’.
Allianz RCM Global Unconstrained De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklasse AT (USD) (ISIN LU0348728998) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
145
Allianz RCM Global Water Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn via wereldwijde posities in ondernemingen die voornamelijk actief zijn in de sector ‘Water’. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter g) wordt minstens 80% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die naar het oordeel van de Beleggingsbeheerder actief zijn in de ontwikkeling van de sector ‘Water’. Bij de sector ‘Water’ horen het verlenen van diensten alsook de productie, de verkoop, de levering, het transport, de planning, de opslag, het onderzoek en de overige ontwikkeling van producten of technologieën die in verband staan met de bevoorrading met drinkwater of water voor industriële of agrarische doeleinden, met waterbewerking, -desinfectering en -ontzilting, de waterproductie, wateropslag, distributie en levering van water, het verminderen van de vraag naar water, waterfiltering, verwijdering van afvalwater, watercontrole, kwantitatieve waterregistratie of verbetering van de waterkwaliteit. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten, waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de onder zin 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen of warrants. Bovendien kunnen binnen dit percentage indexcertificaten worden verworven evenals andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de onder lid 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. c) Behoudens in het bijzonder letter g) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen zoals gedefinieerd in letter a) en b), van ondernemingen die gevestigd zijn in opkomende markten. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. e) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in d), met inachtneming van de bepalingen van g), mag in totaal maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van 146
deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. f) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn. De Beleggingsbeheerder kan effecten verwerven die het als Waardeaandelen of Groeiaandelen beschouwt. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen. g) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b), c) en e) hierboven niet worden nageleefd. h) De onder de letters a) en e) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het sectorrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het liquiditeitsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, evenals ten dele ook de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico alsmede ten dele de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en het liquiditeitsrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau
Allianz RCM Global Water tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Beleggersbeperkingen Voor wat betreft beleggers die ofwel hun domicilie ofwel hun gewone verblijfplaats hebben in de Bondsrepubliek Duitsland, kunnen Aandelen van de Aandelenklassen C en CT alleen worden verworven binnen het toepassingsgebied van verzekeringspolissen gekoppeld aan deelbewijzen of professioneel vermogensbeheer. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
147
Allianz RCM Greater China Dynamic Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid is erop gericht kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment zal zijn beleggingsdoelstelling nastreven door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van Groot-China, dat het Chinese vasteland, Hongkong, Macau en Taiwan omvat, of in de aandelenmarkten van ondernemingen die een wezenlijk deel van hun inkomsten en/of winst realiseren in Groot-China, binnen het kader van een flexibel activaspreidingsbeleid. Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment kan belegd worden in aandelen, en in warrants om in te schrijven op aandelen, van ondernemingen die gevestigd zijn in een land van Groot-China (met name het Chinese vasteland, Hongkong, Macau en Taiwan) of die het grootste deel van hun inkomst en/of winst in het genoemde gebied realiseren. Indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de activa genoemd in de voorgaande zin kunnen ook voor het compartiment aangeschaft worden. b) Behoudens letter e) mag maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen of warrants. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn die gericht zijn op aandelen uit de regio Groot-China, die het Chinese vasteland, Hongkong, Macau en Taiwan omvat, en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering nastreven. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven voor het Compartiment. e) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat het limiet beschreven in b) hierboven niet wordt nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, de risico’s van opkomende markten, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder 148
koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het algemene marktrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico, met name voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn.
Allianz RCM Greater China Dynamic Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 2 oktober 2009 Aandelenklasse AT (USD) (ISIN LU0396098781) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in Hongkong geopend zijn voor handel. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
149
Allianz RCM Growing Markets Protect Informatieblad I. Beleggingsdoelstelling en Beleggingsprincipes 1) Algemeen Het beleggingsbeleid is erop gericht de beleggers de mogelijkheid te bieden deel te nemen aan het rendement van een proportioneel evenwichtige korf van vijf verschillende beleggingsfondsen (zie hieronder) op lange termijn aan de hand van afgeleide instrumenten. Tegelijkertijd wordt bij de afgeleide instrumenten gebruik gemaakt van een dynamisch afdekkingsmodel [Constant Proportion Portfolio Insurance Model (CPPI-model)]. Het doel hiervan is de gegeven garantie(s) zeker te stellen [zie ‘Garanties’ voor details over de garantie(s)]. De details worden hieronder weergegeven. 2) Derivatieve totaalstructuur [Total Return Swap] In het kader van een derivatieve totaalstructuur [OTC-derivaten] zal de Beleggingsbeheerder de desbetreffende waarde van de aandelencertificaten ruilen tegen een participatie in het potentiële rendement van bepaalde beleggingsfondsen, in overeenstemming met de onderstaande beschrijving. De participatie kan ook negatief zijn, wat dan zou resulteren in een extra betaling van het Compartiment aan de wederpartij van de derivatieve totaalstructuur. De derivatieve totaalstructuur kan met name worden samengesteld uit verschillende, tijdelijk beleende afgesloten afzonderlijke derivaten, die de eerder afgesloten derivaten echter in aanmerking nemen en opnemen. Het nieuw afsluiten van een dergelijk afzonderlijk derivaat kan gebeuren met het oog op het vermijden van een over- of onderschrijding van de grenzen overeenkomstig Aanhangsel 1 nr. 3 a) of ten behoeve van de liquiditeit. De wederpartij van de derivatieve totaalstructuur moet zorgen dat er een betaling plaatsvindt op basis van de prestaties van de vijf klassen van deelbewijzen in beleggingsfondsen van het open type die hieronder vermeld worden, terwijl een specifiek beschermingsmechanisme wordt gehanteerd met gebruik van het CPPI-model dat uiteindelijk van invloed is op het bereik van de desbetreffende deelname in het rendement van de korf van het beleggingsfonds naargelang de respectievelijke marktomstandigheden. De onderliggende klassen van deelbewijzen van beleggingsfondsklassen die hierboven gedefinieerd worden, zijn: Naam Allianz RCM BRIC Stars A (EUR) Allianz Global Investors V – Allianz RCM Eastern Europe A (EUR)
ISIN LU0224575943 IE0002715161
Allianz RCM Energy A (EUR)
DE0008481854
Allianz RCM Rohstoffonds A (EUR)
DE0008475096
Allianz Global Investors VII – . Allianz Emerging Markets Bond Fund A (EUR)
150
IE0032828273
De weging van de afzonderlijke deelbewijzen van beleggingsfondsen binnen de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen is 20% elk bij de opening van het Compartiment. Naargelang het later behaalde rendement van de terugkoopprijzen van de afzonderlijke deelbewijzen van beleggingsfondsen, kan deze weging in de loop van de tijd veranderen. De oorspronkelijke weging van de deelbewijzen binnen de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen van 20% elk wordt opnieuw in evenwicht gebracht in het kader van het CPPI-model wanneer – een nieuwe garantie wordt verleend [zie ‘Garantie(s)’ voor details van de garantie(s)], of – ten minste één van de deelbewijzen van beleggingsfondsen in de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen een weging van 23% heeft behaald binnen de korf. Aangezien dit CPPI-model een kwantitatieve beheeraanpak volgt binnen de derivatieve totaalstructuur, kan het succes van een deelname in het rendement van de hierboven vermelde korf van de beleggingsfondsdeelbewijzen binnen het kader van de bovenvermelde afgeleide instrumenten dynamisch veranderen of verminderen, naargelang de afzonderlijke marktomstandigheden en het huidige rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen. De deelname aan het rendement van de korf is daarom meestal minder dan bij een hypothetische volledig alternatieve belegging in beleggingsfondsen van deze korf met een overeenkomstige verdeling. Indien de huidige terugkoopprijzen van de deelbewijzen van beleggingsfondsen in de korf toenemen in verhouding tot de waarde daarvan op de dag van afgifte van de uitstaande garanties [zie ‘Garanties’ voor details over de garantie(s)] binnen het kader van het CPPI-model, neemt de deelname in het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen regelmatig toe. Hoe meer de huidige terugkoopprijzen van de deelbewijzen van beleggingsfondsen in de korf de terugkoopprijzen op de dag van afgifte van de uitstaande garantie(s) benaderen of daaronder komen te liggen, hoe meer de deelname in het rendement van korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen gewoonlijk vermindert. Voor de huidige terugkoopprijzen van de deelbewijzen van de beleggingsfondsen in de korf die uiteenlopend evolueren, zoals hierboven is beschreven, hangt een verandering in deelname meestal af van de algehele beschouwing van de afzonderlijke rendementen van de terugkoopprijzen en van de huidige weging van de afzonderlijke deelbewijzen van de beleggingsfondsen in de korf. Veranderingen in de kosten van dit Compartiment leiden normaliter eveneens tot een verandering in de deelname in het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen: hogere kosten leiden normaliter tot een lagere deelname in het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen, en lagere kosten leiden tot een hogere deelname. Ook rentewijzigingen zijn meestal van invloed op de deelname in het rendement van de korf waarbij dat effect afhangt van het overheersende marktklimaat en de dan geldende samenstelling van het vermogen van het Compartiment.
Allianz RCM Growing Markets Protect Bij een hogere rendementsdrempel [zie ‘Garantie(s)’ voor details over de rendementsdrempels], daalt de deelname in het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen meestal, terwijl bij het verlenen van een lager garantieniveau dan bij de laatste garantie die werd verleend, de deelname meestal toeneemt. Bij beëindiging van een eerder verleende garantie, wanneer er verschillende garanties bestaan, kan het in sommige gevallen gebeuren dat de deelname aan het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen toeneemt. Aangezien de hierboven vermelde aspecten zich ook onafhankelijk van elkaar kunnen voordoen, hangt de manier waarop de deelname aan het rendement zich ontwikkelt uiteindelijk af van een algehele inschatting. De mogelijkheid om de derivatieve totaalstructuur op korte termijn te beëindigen, wordt regelmatig voorbehouden voor de wederpartij bij een derivatieve totaalstructuur, in het bijzonder in geval van een wijziging van externe omstandigheden, in het bijzonder wanneer de juridische of fiscale toestand van de betrokken wederpartij bij een derivatieve totaalstructuur wijzigt. Als het Compartiment als gevolg daarvan wordt vereffend, zal de Beleggingsbeheerder normaliter niet langer in staat zijn om de beleggingsdoelstelling van het Compartiment na te streven in de tijd tussen de beëindiging van de derivatieve totaalstructuur en de vereffening van het Compartiment, en zal de voorbereiding van de vereffening van het Compartiment worden gestart. Als het Compartiment niet zal worden vereffend wegens een dergelijke beëindiging op korte termijn van de derivatieve totaalstructuur, maar de huidige wederpartij bij een dergelijke derivatieve totaalstructuur door een nieuwe wederpartij zal worden vervangen, dan is het tijdens de overgangsperiode eveneens mogelijk dat beleggers niet participeren op de vastgelegde wijze. 3) Vervanging van deelbewijzen van beleggingsfondsen in de korf De wederpartij van de derivatieve totaalstructuur, kan, in het geval dat één van de volgende gebeurtenissen die verband houden met de deelbewijzen van beleggingsfondsen zich voordoet, deelbewijzen van beleggingsfondsen in de derivatieve totaalstructuur vervangen door deelbewijzen van andere beleggingsfondsen: – Wegvallen van een beleggingsfonds ten gevolge van een fusie of vereffening – Annuleren van de goedkeuring van een beleggingsfonds of van de Beleggingsbeheerder door enige regelgevende instantie – Splitsen van een klasse van deelbewijzen van een beleggingsfonds in verschillende klassen van deelbewijzen of afscheiding van een nieuwe klasse van deelbewijzen – Wegvallen van een klasse van deelbewijzen van een beleggingsfonds ten gevolge van een fusie of vereffening – Permanente opschorting van de uitgifte en/of terugkoop van de deelbewijzen van de klassen van deelbewijzen van het beleggingsfonds – Verandering in het belastingklimaat van de wederpartij van de derivatieve totaalstructuur/swap, waarbij aangenomen wordt dat de wederpartij houder is van de deelbewijzen van het beleggingsfonds en die op een bewaringsrekening heeft staan bij een financiële instelling in de Bondsrepubliek Duitsland – Verregaande verandering in het beleggingsbeleid van een beleggingsfonds of klasse van deelbewijzen van een beleggingsfonds
– Daling van de nettovermogenswaarde in alle klassen van het volledige beleggingsfonds onder EUR 200 miljoen – Toename van de gemiddelde beheervergoeding voor de vijf deelbewijzen van beleggingsfondsen in de korf met meer dan 2,50% per jaar In de gevallen weergegeven bij de eerste acht liggende streepjes, zal het desbetreffende deelbewijs van een beleggingsfonds vervangen worden door een deelbewijs in een ander beleggingsfonds beheerd door de Beheermaatschappij of een andere binnenlandse of buitenlandse beleggingsmaatschappij die daarmee gelieerd is. In zulke gevallen moet het nieuwe beleggingsfonds een verkoopfonds zijn dat toegewezen kan worden aan hetzelfde beleggingssegment als de klasse van deelbewijzen van het beleggingsfonds dat wordt vervangen. In het negende geval zullen de deelbewijzen worden vervangen door deelbewijzen in alle benodigde beleggingsfondsen beheerd door de Beheermaatschappij of een andere binnenlandse of buitenlandse beleggingsmaatschappij die daarmee gelieerd is, zodanig dat de gemiddelde beheervergoeding voor de vijf verschillende deelbewijzen in het beleggingsfonds wanneer dat opnieuw wordt opgericht niet meer dan 2,50% bedraagt. Hier dient het nieuwe beleggingsfonds ook een verkoopfonds zijn dat toegewezen kan worden aan hetzelfde beleggingssegment als de klasse van deelbewijzen van het beleggingsfonds die wordt vervangen. Als noch de Beheermaatschappij, noch een andere binnenlandse of buitenlandse Beleggingsmaatschappij die daarmee gelieerd is een geschikt beleggingsfonds beheert dat kan dienen tot vervanging, kunnen deelbewijzen van beleggingsfondsen van buiten de Groep gebruikt worden als onderliggende instrumenten van de derivatieve totaalstructuur. De vervanging wordt in elk van de gevallen van kracht voor de toekomst. Het percentage van de deelbewijzen van de beleggingsfondsen in de korf dat vervangen moet worden, wordt vervangen door eenzelfde percentage deelbewijzen van nieuwe beleggingsfondsen. 4) Beleggingsprincipes a) Er mogen voor het Compartiment rentedragende effecten worden verworven. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter h) mogen rentedragende effecten die hoogrentende beleggingen zijn, niet worden verworven. Als een rentedragend effect na de verwerving een rating van hoogrentende belegging krijgt, zal de Beleggingsbeheerder het betreffende actief binnen één jaar trachten te verkopen. Het percentage van de activa vermeld in zin 2 mag niet meer bedragen dan 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment. c) Behoudens in het bijzonder letter h) mogen er geen rentedragende effecten worden verworven waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten. 151
Allianz RCM Growing Markets Protect d) Er mogen deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. e) Daarnaast mogen certificaten en technieken en instrumenten – van Europese aandelenindices, inclusief die verband houden met individuele Europese landen – van aandelen in bedrijven die gevestigd zijn in Europa, en – van aandelenkorven, waarbij de onderliggende effecten aandelen zijn van bedrijven die gevestigd zijn in Europa
voor het Compartiment worden verworven.
f) Verder kan het vermogen van het Compartiment onbeperkt binnen het bestek van Aanhangsel 1 nr. 3 g) lid 2 belegd worden in ICBE’s of ICB’s.
op de waarderingsdag nadat de rendementsdrempel bereikt is en eindigt twaalf maanden na het einde van de maand waarin de rendementsdrempel was bereikt (als dit plaatsvindt op een datum die niet overeenstemt met een waarderingsdag, zal de meest recente daaraan voorafgaande waarderingsdag van toepassing zijn). Het garantieniveau van iedere opeenvolgende garantie die wordt verleend, bedraagt 90% van de basisprijs (gelijk aan de rendementsdrempel) van de desbetreffende garantieperiode. Iedere keer dat een nieuwe rendementsdrempel wordt bereikt, kunnen dienovereenkomstig een aantal garantieniveaus met verschillende garantiedatums bestaan waaraan de Aandeelhouders van de AT (EUR) Aandelenklasse kunnen deelnemen.
II. Garantie(s)
Indien alle gegeven garanties betaalbaar worden op de desbetreffende datum en er geen andere meer bestaan, zal de garantie die als laatste vervalt, vervangen worden door een nieuwe. De basisprijs voor de nieuwe garantie die wordt gegeven is de terugkoopprijs per Aandeel in de AT (EUR) Aandelenklasse bepaald op de laatste waarderingsdag van de vervallen garantieperiode, zodat het nieuwe garantieniveau 90% van deze terugkoopprijs zal bedragen. De garantiedatum is één jaar na de garantiedatum van de vervallen garantie.
De Beheermaatschappij garandeert aan alle houders van de Aandelenklasse AT (EUR) van Allianz RCM Growing Markets Protect dat de terugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) van dit Compartiment op de hieronder vermelde garantiedatums minstens het garantiebedrag is (voor aftrek van de door de Aandeelhouder verschuldigde bronbelastingen, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting).
Het beleggingsbeleid is er niet op gericht de nagestreefde gegarandeerde waarde te handhaven tijdens de volledige garantieperiode of met andere Aandelenklassen van het Compartiment. Beleggers dienen er zich van bewust te zijn dat de gegarandeerde waarde uitsluitend betrekking heeft op de garantiedatums en alleen op Aandelen in de AT (EUR) Aandelenklasse. Afhankelijk van het concept kunnen er in de loop van één jaar ook grotere waardeverliezen ontstaan binnen de periode tot aan de desbetreffende garantiedatum.
Indien het garantieniveau op de garantiedatum niet overeenkomt met het gegarandeerde minimumbedrag, zal de Beheermaatschappij eigen middelen in het Compartiment betalen, tot de gegarandeerde waarde is bereikt.
Het op een lijn brengen van het model dat toegepast wordt op de prijsgarantie met de veranderingen op de kapitaalmarkten is erop gericht een bescherming tegen risico’s te leveren die zo kostenefficiënt mogelijk is.
De terugkoopprijs per Aandeel in de AT (EUR) Aandelenklasse aan het begin van de garantieperiode / de rendementsdrempel zoals die hieronder wordt geformuleerd zal hierna de ‘basisprijs’ genoemd worden en de gegarandeerde terugkoopprijs per Aandeel in de AT (EUR) Aandelenklasse aan het einde van de garantieperiode het ‘garantieniveau’. Het garantieniveau is altijd 90% van de basisprijs.
De inkomsten van het Compartiment kunnen onderworpen zijn aan een bepaalde bronbelasting of andere heffingen in landen waarin het Compartimentvermogen is belegd. Voor zover door invoering of wijziging van dergelijke belastingen de vermogenswinsten van het Compartiment verminderd worden, wordt de gegarandeerde terugkoopprijs op de garantiedatum verlaagd met het bedrag waarmee de overeenkomstig het Prospectus te bepalen nettovermogenswaarde per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) naar aanleiding van de lagere vermogenswinst is verminderd.
g) De duration moet tussen nul en 18 maanden liggen. h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) en c) hierboven niet worden nageleefd.
De eerste garantieperiode begint bij de opening van de AT (EUR) Aandelenklasse binnen het Compartiment met een basisprijs van EUR 100,– en eindigt op de garantiedatum 30 mei 2008. Er wordt gegarandeerd dat de terugkoopprijs per Aandeel in de AT (EUR) Aandelenklasse op 30 mei 2008 niet minder dan EUR 90,– zal bedragen. Tijdens deze periode is het mogelijk dat er extra garanties worden verleend. Er zal een extra garantie worden verleend als de Aandelenklasse AT (EUR) van het Compartiment een rendement behaalt van 5% in verhouding tot de vorige basisprijs. Als de eerste basisprijs op EUR 100,– wordt gesteld, zal de volgende garantie dientengevolge worden verleend gebaseerd op de terugkoopprijs per Aandeel in de AT (EUR) Aandelenklasse die ten minste EUR 105,– behaalt. Zodra de rendementsdrempel (lock-in) bereikt is, zal een aanvullende garantie worden verleend waarbij de bestaande garantie van kracht blijft tot de desbetreffende garantiedatum. De garantieperiode die hieruit voortvloeit, begint 152
Activa van het Compartiment kunnen bij verwerving, verkoop, en ook alleen op grond van het feit dat ze gehouden worden in landen waarin ze bewaard of verhandeld worden of waaruit ze afkomstig zijn, onderworpen zijn aan belastingen. Ook het Compartimentvermogen kan op zich onderworpen zijn aan een belasting, het is momenteel met name onderworpen aan de Taxe d’Abonnement. Voor zover door invoering of wijziging van dergelijke belastingen de activa van het Compartiment of van de Compartimenten aan waarde verliezen of er bij de verwerving, de verkoop of het houden van activa belastingen dienen te worden betaald, wordt de gegarandeerde terugkoopprijs op de garantiedatum verlaagd met het bedrag waarmee de overeenkomstig het Prospectus te bepalen nettovermogenswaarde per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) is verminderd.
Allianz RCM Growing Markets Protect De garantiedatums, rendementsdrempels en huidige garantieniveaus worden gepubliceerd in de jaarlijkse en halfjaarlijkse verslagen van het Compartiment en informatie daarover kan te allen tijde opgevraagd worden bij de Beheermaatschappij. Indien de Maatschappij, het Compartiment of AT (EUR) Aandelenklasse worden vereffend gedurende één of meer opeenvolgende garantieperiode of fuseren met een ander fonds, Compartiment of andere Aandelenklasse, zullen de Garantietijdstippen van die garantieperioden die nog lopen automatisch omgezet worden in de data van de vereffening/fusie. Gezien de hangende vereffening van de Maatschappij, Compartiment of de AT (EUR) Aandelenklasse of van een hangende fusie van de Maatschappij, Compartiment of de AT (EUR) Aandelenklasse met een andere maatschappij, Compartiment of Aandelenklasse, kan de Beheermaatschappij garantieperioden bepalen met een looptijd van minder dan twaalf maanden. (Niet bindend) voorbeeld van een extra garantie die gegeven kan worden en van een garantie die gegeven kan worden na het verstrijken van de voorgaande garantie zonder dat in de tussentijd een nieuwe rendementsdrempel is gehaald:
Tweede Garantie: 94,50 € (= 90 % van 105 €) vanaf 31 oktober 2008
110 €
100 €
90 €
80 €
Eerste Garantie: 90 € (= 90 % van 100 €) vanaf 30 mei 2008
22 mei 2007 17 oktober 2007
Derde Garantie: 85,05 € (= 90 % van 94,50 €) vanaf 30 oktober 2009
30 mei 2008
Bij een voorgaande basisprijs van EUR 100,– komt de terugkoopprijs per Aandeel van de AT (EUR) Aandelenklasse voor de eerste keer boven de (nieuwe) basisprijs (rendementsdrempel) van EUR 105,– wanneer deze op 17 oktober 2007 een prijs van EUR 105,60 bereikt. Het garantieniveau (tweede garantie) van de extra garantie die wordt verleend, ligt nu op EUR 94,50 (90% x EUR 105,–). In het bovenstaande voorbeeld is de vervaldatum van de tweede garantie 31 oktober 2008 zonder dat een andere garantie wordt verleend in de tweede garantieperiode. Dientengevolge is het
31 oktober 2008
30 oktober 2009
garantieniveau voor de derde garantie 90% van de terugkoopprijs per Aandeel van de AT (EUR) Aandelenklasse op 31 oktober 2008 (EUR 94,50), dat wil zeggen EUR 85,05. De garantiedatum voor de derde garantie is 30 oktober 2009. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die de obligatie-/geldmarktcomponent van het Compartimentvermogen met zich meebrengt, maar die aanzienlijk verhoogd worden door de aandelencomponent. Die risico’s die 153
Allianz RCM Growing Markets Protect hier worden vermeld zijn vooral het gevolg van de onderliggende derivatieve totaalstructuur van de doelfondsen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, de risico’s van de opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het geografische risico, het risico van bewaring, het kredietwaardigheidsrisico, het industriële risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Daarbij spelen de risico’s van de geld- en obligatiemarkten, zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico en de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten) een wezenlijke rol. In mindere mate spelen ook de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen-/transferrisico’s en het risico van bewaring een rol. Het valutarisico is hoog voor wat betreft de Aandelenklassen die niet bijzonder afgedekt zijn tegen een bepaalde valuta op Aandelenklasseniveau. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment en het grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk schommelen (aanzienlijk verhoogde volatiliteit).
154
Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. Daarbij streeft het naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een in lage tot gemiddelde mate groter marktrisico dan bij een vergelijkbaar profiel van een derivatenvrij Compartiment. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich in het bijzonder op beleggers die, rekening houdend met grotere schommelingsrisico’s, naar een meer dan evenredige participatie aan het rendement van bepaalde aandelenkorven streven binnen het kader van een derivatieve structuur, maar ook waarde hechten aan een vooraf vastgelegde minimumterugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) op vastgestelde garantiedatums. Met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate afgedekt zijn tegen een bepaalde valuta ligt de focus op beleggers die in deze valuta handelen. De beleggingshorizon dient minstens vijf jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 22 mei 2007 Aandelenklasse AT (EUR) (ISIN LU0293293113) Uiterste verhandelingstijdstip 14.00 uur MET resp. MEZT op iedere waarderingsdag twee waarderingsdagen voorafgaand aan een waarderingsdag. Aanvragen tot aankoop en terugkoop van aandelen, die op een waarderingsdag ontvangen worden voor 14.00 uur MET resp. MEZT, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de tweede waarderingsdag na de waarderingsdag. Aankoopen verkooporders die na dit tijdstip worden ontvangen, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de waarderingsdag die volgt op de tweede waarderingsdag na de waarderingsdag. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Allianz RCM Hong Kong Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin op lange termijn kapitaalgroei te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken, voornamelijk via Hongkong-gerelateerde beleggingen in de aandelenmarkten. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter e), wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die zijn opgericht in Hongkong of die een wezenlijk deel van hun inkomsten en/of winst realiseren in Hongkong. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico en het geografische risico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het risico van opkomende markten, de landenen transferrisico’s, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het veel grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. 155
Allianz RCM Hong Kong De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta HKD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348735423) en IT (USD) (ISIN LU0348738526) 11 augustus 2009 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0417516738) 4 oktober 2010 Aandelenklasse A (HKD) (ISIN LU0540923850) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in Hongkong geopend zijn voor handel. Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklasse AT (SGD) worden alleen aangeboden in de Republiek Singapore. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
156
Allianz RCM India Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin op lange termijn kapitaalgroei te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in het Indische subcontinent, inclusief in India, Pakistan, Sri Lanka en Bangladesh. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in het Indische subcontinent, inclusief India, Pakistan, Sri Lanka en Bangladesh. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens met name letter f) mag niet meer dan 30% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in Pakistan, Sri Lanka en Bangladesh. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. c) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. e) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in d), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s,
geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. f) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b), c) en e) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a), b) en e) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de ontbinding of de fusie van het Compartiment niet te worden gerespecteerd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de 157
Allianz RCM India specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 30 december 2009 Aandelenklasse I (USD) (ISIN LU0348742635) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in India geopend zijn voor handel. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
158
Allianz RCM Indonesia Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin op lange termijn kapitaalgroei te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van Indonesië. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in Indonesië. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) T en behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en 159
Allianz RCM Indonesia daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklasse A (USD) (ISIN LU0348744763) 24 oktober 2008 Aandelenklasse A (EUR) (ISIN LU0348744680) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in Indonesië geopend zijn voor handel. Uiterste verhandelingstijdstip Respectievelijk 10.00 u MET en 11.00 u MEZT op elke waarderingsdag. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
160
Allianz RCM Investment Protect Informatieblad I. Beleggingsdoelstelling en Beleggingsprincipes 1) Algemeen Het beleggingsbeleid is erop gericht de beleggers de mogelijkheid te bieden deel te nemen aan het rendement van een op regelmatige basis herschikte korf van beleggingsfondsen op lange termijn aan de hand van afgeleide instrumenten. Tegelijkertijd wordt bij de bovengenoemde afgeleide instrumenten gebruik gemaakt van een dynamisch afdekkingsmodel. Het doel hiervan is de voor de Aandelenklasse A (EUR) gegeven garantie(s) zeker te stellen [zie ‘Garanties’ voor details over de garantie(s)]. De details worden hieronder weergegeven. 2) Derivatieve totaalstructuur [Total Return Swap] In het kader van een derivatieve totaalstructuur [OTC-derivaten] zal de Beleggingsbeheerder de desbetreffende waarde van de aandelencertificaten ruilen tegen een participatie in het potentiële rendement van bepaalde beleggingsfondsen, in overeenstemming met de onderstaande beschrijving. De participatie kan ook negatief zijn, wat dan zou resulteren in een extra betaling van het Compartiment aan de wederpartij van de derivatieve totaalstructuur. De derivatieve totaalstructuur kan met name worden samengesteld uit verschillende, tijdelijk beleende afgesloten afzonderlijke derivaten, die de eerder afgesloten derivaten echter in aanmerking nemen en opnemen. Het nieuw afsluiten van een dergelijk afzonderlijk derivaat kan gebeuren met het oog op het vermijden van een over- of onderschrijding van de grenzen overeenkomstig Aanhangsel 1 nr. 3 a) of ten behoeve van de liquiditeit. De tegenpartij van de derivatieve totaalstructuur moet zorgen dat er een betaling plaatsvindt op basis van de prestaties van een korf van deelbewijsklassen van ongeveer vijf tot tien beleggingsfondsen van het open type, terwijl een specifiek beschermingsmechanisme wordt gehanteerd met gebruik van een dynamisch afdekkingsmodel dat uiteindelijk van invloed is op het bereik van de desbetreffende deelname in het rendement van de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen naargelang de respectievelijke marktomstandigheden. De weging van de afzonderlijke beleggingsfondsdeelbewijzen in de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen en zijn componenten wordt geherwaardeerd en – in voorkomend geval – herschikt aan het begin van elke nieuwe garantieperiode (zoals hieronder beschreven). Daarnaast kan de weging van de beleggingsfondsdeelbewijzen in de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen herschikt worden – zonder de componenten en de spreiding van de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen te wijzigen – binnen het dynamisch afdekkingsmodel wanneer – een nieuwe garantie wordt gegeven [nieuwe garantieperiode; zie ‘Garantie(s)’ voor details van de garantie(s)] of – de weging van een van de beleggingsfondsdeelbewijzen in de korf van beleggingsdeelbewijzen meer dan 3% veranderd is ten
opzichte van zijn weging aan het begin van de betreffende garantieperiode. De maximumweging van een beleggingsfonds in de algemene korf van beleggingsfondsen bij de introductie van dit Compartiment, aan het begin van een nieuwe garantieperiode en na herschikking door een verandering in de weging van de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen is 20%. Naargelang het later behaalde rendement van de terugkoopprijzen van de afzonderlijke deelbewijzen van beleggingsfondsen, kan deze weging in de loop van de tijd veranderen. Aangezien dit dynamische afdekkingsmodel een kwantitatieve beheeraanpak volgt binnen de derivatieve totaalstructuur, kan het succes van een deelname in het rendement van de hierboven vermelde korf van de beleggingsfondsdeelbewijzen binnen het kader van de bovenvermelde afgeleide instrumenten dynamisch veranderen of verminderen, naargelang de afzonderlijke marktomstandigheden en het huidige rendement van de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen. De deelname aan het rendement van de korf is daarom meestal minder dan bij een hypothetische volledig alternatieve belegging in beleggingsfondsen van deze korf met een overeenkomstige verdeling. Indien de huidige terugkoopprijzen van de deelbewijzen van beleggingsfondsen in de korf toenemen in verhouding tot de waarde daarvan op de dag van afgifte van de uitstaande garanties [zie ‘Garanties’ voor details over de garantie(s)] binnen het kader van het CPPI-model, neemt de deelname in het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen regelmatig toe. Hoe meer de huidige terugkoopprijzen van de deelbewijzen van beleggingsfondsen in de korf de terugkoopprijzen op de dag van afgifte van de uitstaande garantie(s) benaderen of daaronder komen te liggen, hoe meer de deelname in het rendement van korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen gewoonlijk vermindert. Voor de huidige terugkoopprijzen van de deelbewijzen van de beleggingsfondsen in de korf die uiteenlopend evolueren, zoals hierboven is beschreven, hangt een verandering in deelname meestal af van de algehele beschouwing van de afzonderlijke rendementen van de terugkoopprijzen en van de huidige weging van de afzonderlijke deelbewijzen van de beleggingsfondsen in de korf. Veranderingen in de kosten van dit Compartiment leiden normaliter eveneens tot een verandering in de deelname in het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen: hogere kosten leiden normaliter tot een lagere deelname in het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen, en lagere kosten leiden tot een hogere deelname. Ook rentewijzigingen zijn meestal van invloed op de deelname in het rendement van de korf waarbij dat effect afhangt van het overheersende marktklimaat en de dan geldende samenstelling van het vermogen van het Compartiment.
161
Allianz RCM Investment Protect Bij een hogere rendementsdrempel [zie ‘Garantie(s)’ voor details over de rendementsdrempels], daalt de deelname in het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen meestal, terwijl bij het verlenen van een lager garantieniveau dan bij de laatste garantie die werd verleend, de deelname meestal toeneemt. Bij beëindiging van een eerder verleende garantie, wanneer er verschillende garanties bestaan, kan het in sommige gevallen gebeuren dat de deelname aan het rendement van de korf van deelbewijzen van beleggingsfondsen toeneemt. Aangezien de hierboven vermelde aspecten zich ook onafhankelijk van elkaar kunnen voordoen, hangt de manier waarop de deelname aan het rendement zich ontwikkelt uiteindelijk af van een algehele inschatting. De mogelijkheid om de derivatieve totaalstructuur op korte termijn te beëindigen, wordt regelmatig voorbehouden voor de wederpartij bij een derivatieve totaalstructuur, in het bijzonder in geval van een wijziging van externe omstandigheden, in het bijzonder wanneer de juridische of fiscale toestand van de betrokken wederpartij bij een derivatieve totaalstructuur wijzigt. Als het Compartiment als gevolg daarvan wordt vereffend, zal de Beleggingsbeheerder normaliter niet langer in staat zijn om de beleggingsdoelstelling van het Compartiment na te streven in de tijd tussen de beëindiging van de derivatieve totaalstructuur en de vereffening van het Compartiment, en zal de voorbereiding van de vereffening van het Compartiment worden gestart. Als het Compartiment niet zal worden vereffend wegens een dergelijke beëindiging op korte termijn van de derivatieve totaalstructuur, maar de huidige wederpartij bij een dergelijke derivatieve totaalstructuur door een nieuwe wederpartij zal worden vervangen, dan is het tijdens de overgangsperiode eveneens mogelijk dat beleggers niet participeren op de vastgelegde wijze. 3) Samenstelling van de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen Bij de introductie van dit Compartiment en aan het begin van elke nieuwe garantieperiode legt de Beleggingsbeheerder over het algemeen een portefeuillespreiding vast die in het bijzonder bestaat uit fondsen van wereldwijde aandelen, obligaties of grondstoffen. Op de lange termijn is het de bedoeling van de geselecteerde korf van beleggingfondsdeelbewijzen aantrekkelijke rendementen te genereren die over het algemeen vergelijkbaar zijn met een portefeuille van ongeveer 80% aandelen en grondstoffen en 20% obligaties. De korf van beleggingsfondsdeelbewijzen zal minstens 5 beleggingsfondsen omvatten en kan over het algemeen uitgebreid worden tot 10 beleggingsfondsen; in principe moeten de geselecteerde beleggingsfondsen fondsen zijn die direct of indirect worden beheerd door de Beheermaatschappij zelf, of door een andere maatschappij die door een aanmerkelijke indirecte of directe participatie verbonden is met de Beheermaatschappij. De Beleggingsbeheerder kan ook tot 50% van de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen toewijzen aan obligatiefondsen als hij of zij van mening is dat deze spreiding zal leiden tot een aantrekkelijk rendement voor de komende garantieperiode. In dezelfde lijn is het mogelijk dat tot 100% van de korf van beleggingsfondsen belegd wordt in fondsen van risicodragende activa (zoals aandelen- of grondstoffenfondsen). Informatie over de portefeuillespreiding van de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen kan aangevraagd worden bij de beleggingsbeheermaatschappij.
162
4) Vervanging van deelbewijzen in de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen De tegenpartij van de derivatieve totaalstructuur kan, wanneer een van de volgende gebeurtenissen die verband houden met de (deelbewijzen van) beleggingsfondsen zich voordoet, zonder rekening te houden met het begin en einde van een garantieperiode, deelbewijzen van beleggingsfondsen in de derivatieve totaalstructuur vervangen door deelbewijzen van andere beleggingsfondsen: – Wegvallen van een beleggingsfonds ten gevolge van een fusie of vereffening – Annuleren van de goedkeuring van een beleggingsfonds of van de beleggingsfondsbeheerder door enige regelgevende instantie – Splitsen van een klasse van deelbewijzen van een beleggingsfonds in verschillende klassen van deelbewijzen of afscheiding van een nieuwe klasse van deelbewijzen – Wegvallen van een klasse van deelbewijzen van een beleggingsfonds ten gevolge van een fusie of vereffening – Permanente opschorting van de uitgifte en/of terugkoop van de deelbewijzen van de klassen van deelbewijzen van het beleggingsfonds – Verandering in het belastingklimaat van de wederpartij van de derivatieve totaalstructuur/swap, waarbij aangenomen wordt dat de wederpartij houder is van de deelbewijzen van het beleggingsfonds en die op een bewaringsrekening heeft staan bij een financiële instelling in de Bondsrepubliek Duitsland – Verregaande verandering in het beleggingsbeleid van een beleggingsfonds of klasse van deelbewijzen van een beleggingsfonds – Daling van de nettovermogenswaarde in alle klassen van het volledige beleggingsfonds onder EUR 100 miljoen – Toename van de gemiddelde beheervergoeding voor alle deelbewijzen van beleggingsfondsen in de korf met meer dan 2,50% per jaar. In de gevallen die worden opgesomd in de eerste acht liggende streepjes, zal het desbetreffende deelbewijs vervangen worden door een deelbewijs in een ander beleggingsfonds dat direct of indirect wordt beheerd door de Beheermaatschappij zelf, of door een andere maatschappij die door een aanmerkelijke indirecte of directe participatie verbonden is met de Beheermaatschappij. In zulke gevallen moet het nieuwe beleggingsfonds een verkoopfonds zijn dat toegewezen kan worden aan hetzelfde beleggingssegment als de klasse van deelbewijzen van het beleggingsfonds dat wordt vervangen. In het negende geval zullen de deelbewijzen worden vervangen door deelbewijzen in zoveel beleggingsfondsen als nodig, die direct of indirect beheerd worden door de Beheermaatschappij zelf, of door een andere maatschappij die door een aanmerkelijke indirecte of directe participatie verbonden is met de Beheermaatschappij, zodanig dat de gemiddelde beheervergoeding voor de verschillende deelbewijzen in het beleggingsfonds wanneer dat opnieuw wordt samengesteld niet meer dan 2,50% bedraagt. Hier dient het nieuwe beleggingsfonds ook een verkoopfonds zijn dat toegewezen kan worden aan hetzelfde beleggingssegment als de klasse van deelbewijzen van het beleggingsfonds die wordt vervangen. Als noch de Beheermaatschappij, noch een andere binnenlandse of buitenlandse Beleggingsmaatschappij die daarmee gelieerd is een geschikt beleggingsfonds beheert dat kan dienen tot vervanging,
Allianz RCM Investment Protect kunnen deelbewijzen van beleggingsfondsen van buiten de Groep gebruikt worden als onderliggende instrumenten van de derivatieve totaalstructuur. De vervanging wordt in elk van de gevallen van kracht voor de toekomst. Het percentage van de deelbewijzen van de beleggingsfondsen in de korf dat vervangen moet worden, wordt vervangen door eenzelfde percentage deelbewijzen van nieuwe beleggingsfondsen. 5) Beleggingsprincipes a) Er mogen voor het Compartiment rentedragende effecten worden verworven. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Mortgage-Backed Securities (MBS’s, door hypotheek gedekte effecten) en Asset-Backed Securities (ABS’s, door vermogen gedekte effecten) mogen niet meer bedragen dan 20% van de vermogenswaarde van het Compartiment. b) Behoudens in het bijzonder letter h) mogen rentedragende effecten die hoogrentende beleggingen zijn, niet worden verworven. Als een rentedragend effect na de verwerving een rating van hoogrentende belegging krijgt, zal de Beleggingsbeheerder het betreffende actief binnen één jaar trachten te verkopen. Het percentage van de activa vermeld in zin 2 mag niet meer bedragen dan 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment. c) Behoudens in het bijzonder letter h) mogen er geen rentedragende effecten worden verworven waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten. d) Er mogen deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. e) Daarnaast mogen certificaten en technieken en instrumenten – van Europese aandelenindices, inclusief die verband houden met individuele Europese landen – van aandelen in bedrijven die gevestigd zijn in Europa, en – van aandelenkorven, waarbij de onderliggende effecten aandelen zijn van bedrijven die gevestigd zijn in Europa
voor het Compartiment worden verworven.
f) Verder kan het vermogen van het Compartiment onbeperkt binnen het bestek van Aanhangsel 1 nr. 3 g) lid 2 belegd worden in ICBE’s of ICB’s. g) De duration moet tussen nul en 18 maanden liggen. h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) en c) hierboven niet worden nageleefd. II. Garantie(s) De Beheermaatschappij garandeert aan alle houders van de Aandelenklasse A (EUR) van Allianz RCM Investment Protect dat de terugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse A (EUR) van
dit Compartiment op de hieronder vermelde Garantiedatums minstens het garantiebedrag is (voor aftrek van de door de Aandeelhouder verschuldigde bronbelastingen, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting [Abgeltungsteuer]). Indien het garantieniveau op de Garantiedatum niet overeenkomt met het gegarandeerde minimumbedrag, zal de Beheermaatschappij eigen middelen in het Compartiment betalen, tot de gegarandeerde waarde is bereikt. De terugkoopprijs per Aandeel in de Aandelenklasse A (EUR) aan het begin van de garantieperiode / de rendementsdrempel zoals die hieronder wordt geformuleerd zal hierna de ‘basisprijs’ genoemd worden en de gegarandeerde terugkoopprijs per Aandeel in de Aandelenklasse A (EUR) aan het einde van de garantieperiode het ‘garantieniveau’. Het garantieniveau bedraagt altijd 90% van de basisprijs (voor aftrek van bronbelastingen die verschuldigd zijn door Aandeelhouder, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting [Abgeltungsteuer]). Als er betalingen gebeuren vanuit Aandelenklasse A (EUR) tot de garantiedatum, zullen de gegarandeerde vereffeningsopbrengsten aangepast worden volgens deze regels: Een uitkering verlaagt de activa die belegd zijn in Aandelenklasse A (EUR) maar niet het aantal Aandelen dat is uitgegeven. Dit effect moet in evenwicht gebracht worden door aanpassing van de gegarandeerde vereffeningsopbrengsten. Om te verzekeren dat de risicospreiding gelijk blijft wanneer betalingen gebeuren, moeten de gegarandeerde vereffeningsopbrengsten aangepast worden volgens deze formule:
Gt = Gt–1 *
Pt Pt+at
De parameters in de bovenstaande formule zijn gedefinieerd als volgt: t Tijdsindex voor uitkeringen in Aandelenklasse A (EUR). t = 1,2,3,… Gt De aangepaste gegarandeerde terugkoopprijs per Aandeel direct na de uitkering voor Aandelenklasse A (EUR) op tijdstip t Pt De nettovermogenswaarde per Aandeel van Aandelenklasse A (EUR) direct na de uitkering vanuit Aandelenklasse A (EUR) op tijdstip t at Het uitkeringsbedrag per Aandeel van Aandelenklasse A (EUR) (voor aftrek van enige bronbelasting) op tijdstip t. De eerste garantieperiode begint bij de opening van de Aandelenklasse A (EUR) binnen het Compartiment met een basisprijs van EUR 100,– en eindigt op de Garantiedatum 30 november 2010. Er wordt gegarandeerd dat de terugkoopprijs per Aandeel in de Aandelenklasse A (EUR) op 30 november 2010 niet lager zal liggen dan EUR 90,– (voor aftrek van bronbelastingen die verschuldigd zijn door de Aandeelhouder, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting [Abgeltungsteuer]). Tijdens deze periode is het mogelijk dat er extra garanties worden verleend. Er zal een extra garantie worden verleend als de Aandelenklasse A (EUR) van het Compartiment een rendement behaalt van 5% in verhouding 163
Allianz RCM Investment Protect tot de vorige basisprijs. Als de eerste basisprijs op EUR 100,– wordt gesteld, zal de volgende garantie dientengevolge worden verleend gebaseerd op de terugkoopprijs per Aandeel in de Aandelenklasse A (EUR) die ten minste EUR 105,– behaalt. Zodra de rendementsdrempel (lock-in) bereikt is, zal een aanvullende garantie worden verleend voor de Aandelenklasse A (EUR) waarbij de bestaande garantie van kracht blijft tot de desbetreffende Garantiedatum. De garantieperiode die hieruit voortvloeit, begint op de waarderingsdag nadat de rendementsdrempel bereikt is en eindigt twaalf maanden na het einde van de maand waarin de rendementsdrempel was bereikt (als dit plaatsvindt op een datum die niet overeenstemt met een waarderingsdag, zal de meest recente daaraan voorafgaande waarderingsdag van toepassing zijn). Het garantieniveau van iedere opeenvolgende garantie die wordt verleend, bedraagt 90% van de basisprijs (gelijk aan de rendementsdrempel) van de desbetreffende garantieperiode. Aan het begin van iedere garantieperiode kan de Beleggingsbeheerder de onderliggende korf van beleggingsfondsdeelbewijzen herschikken op de hierboven beschreven manier. Iedere keer dat een nieuwe rendementsdrempel wordt bereikt, kunnen dienovereenkomstig een aantal garantieniveaus met verschillende Garantiedatums bestaan waaraan de Aandeelhouders van de Aandelenklasse A (EUR) kunnen deelnemen. Indien alle gegeven garanties betaalbaar worden op de desbetreffende datum en er geen andere meer bestaan, zal de garantie die als laatste vervalt, vervangen worden door een nieuwe. De basisprijs voor de nieuwe garantie die wordt gegeven is de terugkoopprijs per Aandeel in de Aandelenklasse A (EUR) bepaald op de laatste waarderingsdag van de vervallen garantieperiode, zodat het nieuwe garantieniveau 90% van deze terugkoopprijs zal bedragen (voor aftrek van bronbelastingen die verschuldigd zijn door de Aandeelhouder, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting [Abgeltungsteuer]). De Garantiedatum is één jaar na de Garantiedatum van de vervallen garantie. Het beleggingsbeleid is er niet op gericht de nagestreefde gegarandeerde waarde te handhaven tijdens de volledige garantieperiode of met andere Aandelenklassen van het Compartiment. Beleggers dienen er zich van bewust te zijn dat de gegarandeerde waarde uitsluitend betrekking heeft op de Garantiedatums en alleen op Aandelen in de Aandelenklasse A (EUR). Afhankelijk van het concept kunnen er in de loop van één jaar ook grotere waardeverliezen ontstaan binnen de periode tot aan de desbetreffende Garantiedatum.
164
Het op een lijn brengen van het model dat toegepast wordt op de prijsgarantie met de veranderingen op de kapitaalmarkten is erop gericht een bescherming tegen risico’s te leveren die zo kostenefficiënt mogelijk is. De inkomsten van het Compartiment kunnen onderworpen zijn aan een bepaalde bronbelasting of andere heffingen in landen waarin het Compartimentvermogen is belegd. Voor zover door invoering of wijziging van dergelijke belastingen de aan de Aandelenklasse A (EUR) toewijsbare inkomsten verminderd worden, wordt de gegarandeerde terugkoopprijs per Aandeel in de Aandelenklasse A (EUR) op de Garantiedatum verlaagd met het bedrag waarmee de overeenkomstig het Prospectus te bepalen nettovermogenswaarde per Aandeel van Aandelenklasse A (EUR) naar aanleiding van de lagere vermogenswinst is verminderd. Activa van het Compartiment kunnen bij verwerving, verkoop, en ook alleen op grond van het feit dat ze gehouden worden in landen waarin ze bewaard of verhandeld worden of waaruit ze afkomstig zijn, onderworpen zijn aan belastingen. Ook het Compartimentvermogen kan op zich onderworpen zijn aan een belasting, het is momenteel met name onderworpen aan de Taxe d’Abonnement. Voor zover door invoering of wijziging van dergelijke belastingen de activa van het Compartiment of van de Compartimenten aan waarde verliezen of er bij de verwerving, de verkoop of het houden van activa belastingen dienen te worden betaald, wordt de gegarandeerde terugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse A (EUR) op de Garantiedatum verlaagd met het bedrag waarmee de overeenkomstig het Prospectus te bepalen nettovermogenswaarde per Aandeel van de Aandelenklasse A (EUR) is verminderd. De Garantiedatums, rendementsdrempels en huidige garantieniveaus van de vermelde Aandelenklasse worden gepubliceerd in de jaarlijkse en halfjaarlijkse verslagen van het Compartiment en informatie daarover kan te allen tijde opgevraagd worden bij de Beheermaatschappij. Indien de Maatschappij, het Compartiment of Aandelenklasse A (EUR) worden vereffend gedurende één of meer opeenvolgende garantieperiode of fuseren met een ander fonds, Compartiment of andere Aandelenklasse, zullen de Garantiedatum(s) van die garantieperioden die nog lopen automatisch omgezet worden in de data van de vereffening/fusie. In het licht van de hangende vereffening van de Maatschappij, het Compartiment of de Aandelenklasse A (EUR) of van een hangende fusie van de Maatschappij, het Compartiment of de Aandelenklasse A (EUR) met een andere maatschappij, Compartiment of Aandelenklasse, kan de Beheermaatschappij garantieperioden bepalen met een looptijd van minder dan twaalf maanden.
Allianz RCM Investment Protect (Niet bindend) voorbeeld van een extra garantie die gegeven kan worden en van een garantie die gegeven kan worden na het verstrijken van de voorgaande garantie zonder dat in de tussentijd een nieuwe rendementsdrempel is gehaald. We nemen een voorbeeld zonder rekening te houden met enige aftrek van bronbelastingen die verschuldigd zijn door de Aandeelhouder, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting [Abgeltungsteuer]).
Tweede Garantie: 94,50 € (= 90 % van 105 €) vanaf 31 maart 2011 110 €
100 €
90 €
80 €
Geplande introductiedatum
Eerste Garantie: 90 € (= 90 % van 100 €) vanaf 30 november 2010
17 maart 2010
Derde Garantie: 85,05 € (= 90 % van 94,50 €) vanaf 30 maart 2012
30 november 2010
Op de laatste werkdag van de maand 12 maanden na de openingsdatum van het Compartiment zal de eerste garantieperiode eindigen op 30 november 2010. Op dat ogenblik zal de minimale terugkoopprijs in de Aandelenklasse A (EUR) van het Compartiment EUR 90,– bedragen (voor aftrek van bronbelastingen die verschuldigd zijn door de Aandeelhouder, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting [Abgeltungsteuer]). Bij een voorgaande basisprijs van EUR 100,– komt de terugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse A (EUR) voor de eerste keer boven de (nieuwe) basisprijs (rendementsdrempel) van EUR 105,– wanneer deze op 17 maart 2010 een prijs van EUR 105,60 bereikt. Het garantieniveau (tweede garantie) voor de extra garantie voor de Aandelenklasse A (EUR) die is uitgegeven, bedraagt nu EUR 94,50 (90% x EUR 105,–) (voor aftrek van bronbelastingen die verschuldigd zijn door de Aandeelhouder, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting [Abgeltungsteuer]). In het bovenstaande voorbeeld is de vervaldatum van de tweede garantie 31 maart 2011 zonder dat een andere garantie wordt verleend in de tweede garantieperiode. Dientengevolge is het garantieniveau voor de derde garantie 90% van de terugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse A (EUR) op 31 maart 2011 (EUR 94,50), dat wil zeggen EUR 85,05 (voor aftrek van
31 maart 2011
30 maart 2012
bronbelastingen die verschuldigd zijn door de Aandeelhouder, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinstbelasting / belasting op inkomsten uit rente / bronbelasting [Abgeltungsteuer]). De Garantiedatum voor de derde garantie is 31 maart 2012. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die de obligatie-/geldmarktcomponent van het Compartimentvermogen met zich meebrengt, maar die aanzienlijk verhoogd worden door de aandelencomponent. Die risico’s die hier worden vermeld zijn vooral het gevolg van de onderliggende derivatieve totaalstructuur van de doelfondsen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, het geografische risico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het kredietwaardigheidsrisico, het sectorrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. 165
Allianz RCM Investment Protect Daarbij spelen de risico’s van de geld- en obligatiemarkten, zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het tegenpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. In mindere mate spelen ook de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen-/transferrisico’s en het risico van bewaring een rol. Het valutarisico is hoog voor wat betreft de Aandelenklassen die niet bijzonder afgedekt zijn tegen een bepaalde valuta op Aandelenklasseniveau. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s – door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Bakced Securities (MBS’s – door hypotheek gedekte effecten) het risico van het ontstaan van Aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment en het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk schommelen (aanzienlijk verhoogde volatiliteit). Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. Daarbij streeft het naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een in lage tot gemiddelde mate groter marktrisico dan bij een vergelijkbaar profiel van een derivatenvrij Compartiment.
166
Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich in het bijzonder op beleggers die, rekening houdend met relatief grote schommelingsrisico’s, willen deelnemen aan het rendement van de korf van beleggingsfondsdeelbewijzen binnen het kader van een derivatieve structuur, maar ook waarde hechten aan een vooraf vastgelegde minimumterugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse A (EUR) op vastgestelde Garantiedatums. Met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate afgedekt zijn tegen een bepaalde valuta ligt de focus op beleggers die in deze valuta handelen. De beleggingshorizon dient minstens vijf jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Uiterste verhandelingstijdstip: 14.00 uur MET resp. MEZT op iedere waarderingsdag twee waarderingsdagen voorafgaand aan een waarderingsdag. Aanvragen tot aankoop en terugkoop van aandelen, die op een waarderingsdag ontvangen worden voor 14.00 uur MET resp. MEZT, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de tweede waarderingsdag na de waarderingsdag. Aankoopen verkooporders die na dit tijdstip worden ontvangen, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de waarderingsdag die volgt op de tweede waarderingsdag na de waarderingsdag. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Allianz RCM Japan Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin op lange termijn kapitaalgroei te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van Japan. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in Japan. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico en het geografische risico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het risico van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het veel grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. 167
Allianz RCM Japan De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348751388) en IT (USD) (ISIN LU0348755371) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in Japan geopend zijn voor handel. Subbeleggingsbeheerder RCM Asia Pacific Limited, Hong Kong heeft het beleggingsbeheer volledig gedelegeerd aan RCM Japan Co., Ltd., Tokio, dat optreedt als subbeleggingsbeheerder. Voor afgedekte aandelenklassen heeft de beheermaatschappij het beheer van deze valuta-afdekking overgedragen aan de Allianz Global Investors Kapitalanlagegesellschaft mbH, Frankfurt am Main. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
168
Allianz RCM Korea Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin op lange termijn kapitaalgroei te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van de Republiek Korea. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in de Republiek Korea. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico en het geografische risico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het risico van opkomende markten, de landenen transferrisico’s, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het veel grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. 169
Allianz RCM Korea De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348756692) en IT (USD) (ISIN LU0348760025) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in Korea geopend zijn voor handel. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
170
Allianz RCM Little Dragons Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin beleggers op lange termijn kapitaalgroei te bieden. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in op de aandelenmarkt gebaseerde beleggingen met een middelgrote tot kleine kapitalisatie die verband houden met Aziatische landen behalve Japan. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van kleine en middelgrote ondernemingen die gevestigd zijn in een Aziatisch land, met uitzondering van Japan, of die een wezenlijk deel van hun omzet en/of winst in het genoemde gebied behalen. Onder ‘kleine onderneming’ en ‘middelgrote onderneming’ verstaat men die naamloze vennootschappen waarvan de marktkapitalisatie maximaal de hoogste waarde bedraagt van 2 maal de marktkapitalisatie van de grootste effecten (in termen van de volledige marktkapitalisatie) van de S&P Pan Asia ex Japan, Australia, New Zealand MidCap Net Total Return of 10 miljard USD. In het bijzonder kan het bij ‘kleine onderneming’ ook om gespecialiseerde bedrijven gaan die ten dele in nichemarkten actief zijn. Turkije en Rusland gelden in de zin van deze letter niet als Aziatische landen. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 30% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden
gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) In afwijking van nr. 3) van de Introductie kan de Beleggingsbeheerder zowel Groeiaandelen als Waardeaandelen verwerven. De weging tussen Groei- en Waardeaandelen kan schommelen naargelang de situatie van de markt. Dit kan zelfs leiden tot een volledige belegging in één van deze effectensoorten. Op lange termijn gaat de voorkeur echter uit naar een mix van Waarde- en Groeiaandelen. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. 171
Allianz RCM Little Dragons Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348766576), AT (USD) (ISIN LU0348767384), PT (USD) (ISIN LU0348771493) en IT (USD) (ISIN LU0348770172) 12 december 2008 Aandelenklassen A2 (EUR) (ISIN LU0396102641) en CT2 (EUR) (ISIN LU0396102724) 11 augustus 2009 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0417517389)
172
Beschikbare Aandelenklassen / Beleggersbeperkingen Bovendien zijn de Aandelenklassen A2, AT2, C2, CT2, N2, NT2, S2, ST2, P2, PT2, I2, IT2, RCM I2, RCM IT2, X2, XT2, W2 en WT2 beschikbaar en mogen ze niet worden verworven door beleggers die ofwel hun domicilie ofwel hun gewone verblijfplaats hebben in een Aziatisch land, Australië of Nieuw-Zeeland. In het kader van deze beperking worden Afghanistan, Armenië, Azerbeidzjan, Bahrein, Cyprus, Egypte, Georgië, Iran, Irak, Israël, Jordanië, Koeweit, Libanon, Oman, Qatar, Rusland, Saoedi-Arabië, Syrië, Turkije, de Verenigde Arabische Emiraten, de Westelijke Jordaanoever en Gaza, evenals Jemen niet beschouwd als Aziatische landen Aandelen van de Aandelenklasse AT (SGD) worden alleen aangeboden in de Republiek Singapore. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Allianz RCM MENA Equity Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van de MONA-regio (MiddenOosten en Noord-Afrika). Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die zijn opgericht in de MONA-regio, of die een wezenlijk deel van hun omzet en/of winst realiseren in deze regio. De MONA-regio in de zin van deze beleggingsprincipes omvat: Algerije, Bahrein, Djibouti, Egypte, Iran, Irak, Jordanië, Koeweit, Libanon, Libië, Marokko, Oman, Qatar, Saoedi-Arabië, Syrië, Tunesië, Turkije, de Verenigde Arabische Emiraten, de Westelijke Jordaanoever en de Gaza-strook, en Jemen. Israël wordt niet beschouwd als een land dat deel uitmaakt van de MONA-regio in de zin van deze beleggingsprincipes.
Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten, waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de onder zin 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen.
b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 30% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen van andere dan de in a) genoemde ondernemingen.
Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en andere certificaten, waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met de onder zin 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen.
c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie,
zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn.
De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen.
f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen - gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen en valuta’s met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en het liquiditeitsrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
173
Allianz RCM MENA Equity Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico inzake het Compartiment-/ Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Waardering Elke dag van maandag tot en met donderdag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen van ten minste een van de volgende landen – Egypte, Verenigde Arabische Emiraten, Koeweit, Turkije, Saoedi-Arabië – geopend zijn voor de handel. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
174
Allianz RCM Oriental Income Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door het vermogen van het Compartiment te beleggen op de aandelenmarkten en de vastrentende markten van de regio Azië-Pacific. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder letter h) wordt minstens 50% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen en in warrants om in te schrijven op aandelen. Bovendien kunnen voor het Compartiment binnen dit percentage indexcertificaten worden verworven evenals andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de onder het voorgaande lid genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter h) wordt minstens 80% van het aandelengedeelte van het Compartiment zoals gedefinieerd in letter a) zin 1 belegd in aandelen en in warrants om in te schrijven op aandelen, van ondernemingen die zijn opgericht in een Aziatisch land, in Nieuw-Zeeland of in Australië. Rusland en Turkije worden niet beschouwd als Aziatische landen. Indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de activa genoemd in de eerste zin of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen, worden toegerekend aan de limiet zoals vastgesteld in de eerste zin. c) Er mogen voor het Compartiment rentedragende effecten worden verworven. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. d) In het bijzonder behoudens letter h) is de verwerving van rentedragende effecten die op het tijdstip van de verwerving hoogrentende beleggingen zijn, niet toegestaan. e) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en kunnen voor het Compartiment geldmarktinstrumenten worden verworven. f) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking.
g) Wat in het bijzonder de Algemene selectiecriteria betreft die worden beschreven onder nr. 3) van de Introductie, mogen de overeenstemmende effecten van ondernemingen van elke grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn.
De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen.
h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. i) De onder de letters a) en b) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. j) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die de obligatie-/geldmarktcomponent van het Compartimentvermogen met zich meebrengt, maar die aanzienlijk uitgebreid en verhoogd worden door de aandelencomponent. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. In hoge mate spelen de risico’s van de obligatie- en geldmarkten, zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, de risico’s van de opkomende markten, het bewaringsrisico, het landen- en transferrisico, het liquiditeitsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico en de specifieke risico’s van Asset-Backed 175
Allianz RCM Oriental Income Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en MortgageBacked Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten) een wezenlijke rol. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige basisaspecten van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn.
176
Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348783233), AT (USD) (ISIN LU0348784397), P (USD) (ISIN LU0348786921), I (USD) (ISIN LU0348785790) en IT (USD) (ISIN LU0348786764) 11 augustus 2009 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0417516571) 7 december 2009 Aandelenklasse AT (EUR) (ISIN LU0348784041) Beleggersbeperkingen Aandelen van de Aandelenklasse AT (SGD) worden alleen aangeboden in de Republiek Singapore. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Allianz RCM Swiss Equities Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door voornamelijk te beleggen op de Zwitserse aandelenmarkten, met inachtneming van de beleggingsprincipes. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter f) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in Zwitserland of andere ondernemingen die deel uitmaken van de Swiss Performance Index.
Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met aandelen van dergelijke ondernemingen en depositobewijzen die aandelen van dergelijke ondernemingen vertegenwoordigen mogen eveneens worden verworven en worden toegerekend aan dit percentage.
b) Behoudens in het bijzonder letter f) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen door het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere dan in letter a) vermelde ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet.
De Beleggingsbeheerder kan zowel Waardeaandelen als Groeiaandelen verwerven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij op basis van een inschatting van de marktsituatie concentreren op Waardeaandelen of Groeiaandelen, of breed overkoepelend beleggen.
f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. g) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de eerste twee maanden na de opening van het Compartiment en in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment.
c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren.
Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico.
d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van f), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren.
Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt waartegen de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
e) Er kunnen effecten van ondernemingen van elke willekeurige grootte worden verworven. De Beleggingsbeheerder kan zich daarbij, op basis van een inschatting van de marktsituatie, zowel op ondernemingen van een of meer bepaalde grootten concentreren alsook breed overkoepelend beleggen. Als er aandelen van zeer kleine ondernemingen worden verworven, kan het ook gaan om speciale effecten van ondernemingen die ten dele in nichemarkten actief zijn.
Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het risico van opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden 177
Allianz RCM Swiss Equities transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. De beleggingshorizon dient minstens vijf jaar te zijn. Basisvaluta CHF Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Waardering Elke bank- en beursdag in Luxemburg, Duitsland en Zwitserland. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
178
Allianz RCM Tech Alpha Plus Strategy Informatieblad Beleggingsdoelstelling en Beleggingsprincipes 1) Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid is erop gericht de beleggers de mogelijkheid te bieden deel te nemen aan het rendement van de Tech Alpha Plus Strategy. Het doel van de Tech Alpha Plus Strategy, in wezen een marktneutrale long/short aandelenstrategie, is een superieur, voor risico bijgestuurd rendement te genereren in een volledige marktcyclus. Een marktneutrale long/short aandelenstrategie is erop gericht het algemene marktrisico te verlagen. Een dergelijke strategie behelst doorgaans beleggingen in bepaalde aandelen (longposities) met tegelijk ongedekte tegengestelde posities (shortposities) in andere aandelen, zodat de strategie resulteert in een beperkte of volledig geëlimineerde nettoblootstelling aan de bewegingen van de brede aandelenmarkten. Algemeen gesproken streeft een marktneutrale beleggingsbenadering ernaar te profiteren van de marktinefficiënties of marktdiscrepanties tussen verwante effecten voor ze – in de ogen van de betrokken beheerder – volledig ingecalculeerd worden door de markt. De portefeuille van een marktneutrale long/short aandelenstrategie probeert te profiteren van longposities in aandelen die als ondergewaardeerd worden beschouwd, en tegelijk shortposities in te nemen in aandelen die overgewaardeerd lijken. Aan de hand van deze long- en shortposities streeft de portefeuille van een marktneutrale long/short aandelenportefeuille ernaar de gebruikelijke systematische en marktrisico’s te verlagen (of zelfs te elimineren). Een marktneutrale long/short aandelenstrategie streeft ernaar te profiteren van bewegingen in individuele aandelen ongeacht de algemene trend van de aandelenmarkt. Tech Alpha Plus Strategy De Tech Alpha Plus Strategy (de ‘Strategie’) richt zich met name op aandelen uit de sectoren van de technologie, de telecommunicatie en de media, en op aandelen van ondernemingen buiten deze sectoren waarvoor technologie een belangrijke motor is voor hun financiële resultaten. De Strategie wordt beheerd door RCM Capital Management LLC, San Francisco, Verenigde Staten van Amerika (de ‘Strategiebeheerder’ of ‘RCM USA’). De doelstelling van de Strategie bestaat erin om relatief hoge rendementen te verwezenlijken met gematigde risiconiveaus, door te beleggen en te handelen op de aandelenmarkten en de markten van aandelenderivaten. De Strategiebeheerder hanteert een proactief, gedisciplineerd beleggingsproces waarbij kansen in een vroeg stadium worden geïdentificeerd en vervolgens grondig worden beoordeeld, waarbij strategieën worden geformuleerd om potentiële winsten zeker te stellen en waarbij nauwlettend toezicht wordt gehouden op een gepast risicobeheer, tijdens het hele proces. De Strategiebeheerder voert doorgaans een bottomup, researchintensieve, fundamentele effectenselectie uit en wil dit op gedisciplineerde wijze aanhouden in de verschillende marktcyclussen. De Strategiebeheerder zal voor de selectie van
beleggingskansen gebruik maken van een brede waaier tools, stijlen en strategieën. Voor zijn beleggingsselecties hanteert de Strategiebeheerder een ‘onbevooroordeelde’ benadering die zich niet beperkt tot een specifieke gedefinieerde stijl zoals groei, waardemomentum, gedragsgerelateerd, enz. Het door de Strategiebeheerder gebruik-te beleggingskader kijkt in de eerste plaats naar bedrijfsfundamentals, technische analyse, waarderingen en management. Cruciale informatie – in de ogen van de Strategiebeheerder – die bekend is maar volgens de Strategiebeheerder momenteel niet voldoende weerspiegeld wordt op de markt is een belangrijke factor bij de beleggingsbeslissingen. De Strategiebeheerder is voornemens de vermeende marktdiscrepanties en inefficiënties te exploiteren voor ze – in de ogen van de Strategiebeheerder – volledig verrekend zijn op de markt. Om de beleggingsverdiensten van een bedrijf te evalueren, kan de Strategiebeheerder diverse benaderingen hanteren tijdens het proces van de beleggingsbeslissing, zoals: – een analyse van producten, diensten en concurrentiepositie in samenwerking met eigen researchtools – gesprekken met het management en sectorale experts – gesprekken met leveranciers, klanten en concurrenten – achtergrondonderzoeken van de leden van het management – onderzoek van de verwachte financiële gezondheid en de cashflowgenereringscapaciteit – advies inwinnen bij sectordeelnemers. – globale marktvolatiliteit, nieuwsgebeurtenissen, orderstroom, enz. De Strategiebeheerder is voornemens individuele long- en shortbeleggingsopportunity’s te identificeren die passen binnen het beleggingskader van de Strategiebeheerder. Hoe lang een belegging doorgaans volgens de doelstellingen van de Strategie zal worden aangehouden, zal afhangen van de kijk van de Strategiebeheerder op de evolutie van het risico-rendementsprofiel van het effect ten opzichte van andere beleggingsopportunity’s. De weging van elke belegging in de portefeuille zal doorgaans zijn relatieve risico-rendementsprofiel bij de huidige waarderingen weerspiegelen naar oordeel van de Strategiebeheerder.
Longposities De Strategiebeheerder hanteert een flexibele, aanpasbare en opportunistische beleggingsbenadering. In aanmerking komende long-kandidaten zijn echter doorgaans te situeren in een van de volgende categorieën: – bedrijven die een voorspelbare en consistente winstgroei, een hoog rendement van het aangewende kapitaal en een duurzaam concurrentievoordeel bij redelijke koersen lijken te hebben – bedrijven die een herstructurering lijken te hebben ondergaan, met een nieuw management en identificeerbare veranderingskatalysatoren als resultaat – mature bedrijven met – in de ogen van de Strategiebeheerder – een sterke cashflow, die erin slagen hun kapitaal op intelligente wijze te benutten. 179
Allianz RCM Tech Alpha Plus Strategy – bedrijven met een solide en betrouwbare pijplijn van innovaties of nieuwe producten en/of een technologisch voordeel ten opzichte van hun concurrenten.
Shortposities De Strategiebeheerder zal shortposities innemen om te proberen winst te genereren. Steeds voor ogen houdend dat shortposities het risico met zich meebrengen van een in theorie onbeperkt verlies, beschouwt de Strategiebeheerder shortposities op zich als winstkansen voor de Strategie, en als het tweede onderdeel van de marktneutrale long/short aandelenstrategie, die erop gericht zijn een zekere mate van bescherming tegen een dalende markt te bieden. De Strategie zal eveneens trachten het globale marktrisico te verlagen door een aanzienlijk percentage van haar activa te houden in aandelen die short zijn verkocht. Bij een shortverkoop verkoopt de Strategie een effect dat zij niet bezit, in de verwachting datzelfde effect op een latere datum tegen een lagere prijs te kunnen kopen. Om aan de koper te kunnen leveren, moet de Strategie het effect lenen, en de Strategie is verplicht om het effect aan de uitlener terug te bezorgen. De terugbezorging vindt plaats door de aankoop van het effect door de Strategie op een later tijdstip. Shortposities hebben doorgaans een kortere beleggingshorizon dan longposities en worden doorgaans meer door gebeurtenissen aangestuurd dan longposities. Aantal posities De Strategie zal doorgaans gebaseerd zijn op 50 à 80 posities voor de long- en shortposities samen om te komen tot een breed gediversifieerde portefeuille. Netto- en brutoblootstelling De nettomarktblootstelling van de Strategie (longposities minus shortposities) zal naar verwachting binnen een maximale vork van +30% tot -30% blijven. De Strategie is geen zuivere marktneutrale long/short-aandelenstrategie; de nettoblootstelling aan de markt hoeft immers geen nul te zijn. De Strategie probeert de gebruikelijke risico’s van de aandelenmarkt of systematische risico’s niet te elimineren, maar aanvaardt ze. De brutoblootstelling van de Strategie (longposities plus shortposities) kan tot maximaal tweemaal zijn nettovermogenswaarde bedragen. Aandelenderivaten De Strategie mag beleggen en handelen in aandelenderivaten om de rendementen te verhogen en om posities af te dekken. Een van de populairste vormen van deze derivaten zijn aandelenopties. Opties kunnen in het bijzonder in een van de volgende categorieën worden ingedeeld: – ter vervanging van een long- of shortpositie in aandelen, als uit studies blijkt dat een dergelijke strategie – naar de mening van de Beleggingsbeheerder – het winstpotentieel van een gelijkwaardige long- of shortpositie in aandelen zou imiteren, maar een beperkt risico van verlies inhoudt; – om marktneutrale strategieën te creëren waarbij een optie zou kunnen worden gekocht en verkocht in plaats van de aankoop of verkoop van het onderliggende aandeel. Deze strategieën zijn ontworpen zonder een optimistisch of pessimistisch beeld, maar vaak worden ze gebruikt om te profiteren van ofwel prijzenvolatiliteit, ofwel prijzenstabiliteit, afhankelijk van de specifieke gehanteerde strategie;
180
– om te profiteren van lagere optiepremies als de Beleggingsbeheerder meent dat speculatie geleid heeft tot de overwaardering van een optie, waardoor het vanuit een risico-rendementsstandpunt interessant is om de optie te verkopen; en/of – om de marktblootstelling van de Strategie volledig of gedeeltelijk af te dekken
Methode en datum voor de implementering van de Strategie In het algemeen zal de Strategie normaliter door RCM USA als Beleggingsbeheerder van het Compartiment geïmplementeerd worden via directe aandelenbeleggingen (alleen longposities) en/of derivaten, vooral swaps, op een contantencomponent en een korf van aandelen die ook long- en shortposities kunnen omvatten en die is samengesteld in overeenstemming met de beleggingsdoelstellingen van het Compartiment, de beleggingsprincipes en de beleggingsbevoegdheden en -beperkingen. De Beleggingsbeheerder moet eveneens toezien op de precieze weging van elke belegging die in de Strategie wordt opgenomen. In het kader van de resulterende derivaatstructuur, die in het bijzonder OTC-derivatenstructuren kunnen zijn, zal een regelmatige variabele betaling door het Compartiment worden geruild tegen een participatie in het potentiële rendement van de Strategie en/of componenten van de Strategie, in overeenstemming met de bovenstaande beschrijving. Dit rendement kan ook negatief zijn, wat dan zou resulteren in een extra betaling door het Compartiment aan de wederpartij van de derivaatstructuur. De Beleggingsbeheerder heeft de volgende taken uitbesteed aan de Medebeleggingsbeheerder, Allianz Global Investors Kapitalanlagegesellschaft mbH (‘AllianzGI KAG’): – Geldmarktbeheer van het Compartiment – Technische behandeling van de OTC-derivatenstructuur, inclusief aanpassingen van nominale bedragen De Strategie zal binnen de twee maanden na de introductie van het Compartiment volledig worden geïmplementeerd. Binnen die periode kan de participatie van beleggers in het rendement van de Strategie dan ook beperkt zijn, of zelfs volledig uitgesloten. 2) Beleggingsprincipes a) Het Compartimentvermogen kan worden belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven evenals andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de hierboven genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter h) mogen activa zoals gedefinieerd in letter a) zin 1 die hoogrentende beleggingen zijn, niet worden verworven. Indien effecten in de zin van letter a) zin 1 na verwerving ingeschat worden als hoogrentende belegging, zal het Fondsmanagement trachten deze effecten binnen één jaar weer te verkopen. Het percentage van de activa vermeld in zin 2 mag, behoudens in het bijzonder letter h), niet meer bedragen dan 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment. c) Daarnaast kan het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen.
Allianz RCM Tech Alpha Plus Strategy d) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven.
aandelenmarkt zijn meer bepaald het gevolg van de onderliggende activa van de derivaten op de Strategie.
e) Naast de mogelijkheid om derivaten aan te gaan, en in het bijzonder swaps op de Strategie en/of componenten van de Strategie zoals beschreven onder 1), kunnen ook certificaten en technieken en instrumenten
Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name de specifieke risico’s van marktneutrale long/short aandelenstrategieën, het liquiditeitsrisico, het bewaarrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Met betrekking tot de op de aandelenmarkt gebaseerde longposities spelen in het bijzonder, maar niet alleen, in geval van een positieve nettomarktblootstelling, in zeer hoge mate vooral het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het risico van de opkomende markten, de landen- en transferrisico’s, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico en het sectorrisico ook een wezenlijke rol. Met betrekking tot de op de aandelenmarkt gebaseerde shortposities spelen in het bijzonder, maar niet alleen, in geval van een negatieve nettomarktblootstelling, algemeen stijgende markten, positieve berichtgeving, verwachtingen en ontwikkelingen in het bijzonder met betrekking tot de respectieve markten of landen/regio’s, de betrokken bedrijven of sectoren of andere verwante aspecten of zelfs het niet optreden van de risico’s van de longposities een wezenlijke rol en kunnen zij - anders dan bij de longposities – bovendien een zeer sterke negatieve impact hebben op de waarde van de aandelen van het Compartiment. Shortposities gaan gepaard met het risico van een in theorie onbeperkt verlies. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gebaseerde positie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen en -stijgingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment.
– op wereldwijde aandelenindices, inclusief diegene die betrekking hebben op afzonderlijke landen, diegene die zich voornamelijk richten op de sectoren van de technologie, de telecommunicatie en de media; – op aandelen in bedrijven die voornamelijk actief zijn in de sectoren van de technologie, de telecommunicatie en de media, en op aandelen in bedrijven buiten deze sectoren waarvoor technologie een belangrijke motor is voor hun financiële resultaten, en – op aandelenkorven, waarvan de onderliggende posities bestaan uit aandelen in bedrijven die voornamelijk actief zijn in de sectoren van de technologie, de telecommunicatie en de media, en op aandelen in bedrijven buiten deze sectoren waarvoor technologie een belangrijke motor is voor hun financiële resultaten
voor het Compartiment worden verworven, niettegenstaande de mogelijkheid om andere derivaten aan te gaan dan hierboven vermeld.
f) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s. g) De duration van het vermogen van het Compartiment moet tussen nul en 60 maanden liggen. h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) hierboven niet worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat het beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die het obligatie-/geldmarktsegment van het Compartiment met zich meebrengt, maar die aanzienlijk verhoogd worden door de beleggingen in het aandelensegment, vooral de specifieke risico’s van de marktneutrale long/short aandelenstrategie. De in dit deel opgesomde risico’s van de
Daarbij spelen de risico’s van de geld- en obligatiemarkten, zoals het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten), het risico van de opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het bewaarrisico een bijkomende wezenlijke rol. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-USD-belegger bovendien in zeer hoge mate een valutarisico, terwijl dit minder het geval is voor een USDbelegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of
181
Allianz RCM Tech Alpha Plus Strategy compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment en het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment is specifiek bedoeld voor beleggers die willen participeren aan het rendement van de Tech Alpha Plus Strategy. Met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, gaat het vooral om beleggers die in deze valuta te werk gaan. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Bijkomende kosten op het niveau van de Tech Alpha Plus Strategy en haar implementatie: Op het niveau van de Tech Alpha Plus Strategy (inclusief haar implementatie) kunnen er bijkomende kosten zijn van maximaal 3,00% per jaar. Eventuele betalingen die de Strategiebeheerder ontvangt als leverancier van afdekkingsdiensten voor de wederpartij bij de derivaatstructuur op de Strategie en/of Componenten van de Strategie zullen herbelegd worden in het Compartiment (minus eventuele belastingen of andere kosten in de context van deze diensten). Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: Dit Compartiment is nog niet geopend. Waardering Elke dinsdag waarop de banken en effectenbeurzen in Luxemburg, Duitsland, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk open zijn voor de handel is een waarderingsdag. Wanneer een dinsdag geen dag is waarop de banken en effectenbeurzen in Luxemburg, Duitsland, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk open zijn voor de handel, wordt de volgende dag waarop de banken en effectenbeurzen in Luxemburg, Duitsland, de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk open zijn voor de handel een waarderingsdag. Uiterste verhandelingstijdstip 18.00 uur MET resp. MEZT op iedere werkdag voorafgaand aan een waarderingsdag. Aanvragen tot aankoop en terugkoop van aandelen, die op een werkdag voorafgaand aan een waarderingsdag ontvangen worden voor 18.00 uur MET resp. MEZT, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van die waarderingsdag. Aankoop- en verkooporders die na dit tijdstip worden ontvangen, worden verwerkt tegen de inschrijvingsen terugkoopprijs van de volgende waarderingsdag.
182
Rendementsgebonden vergoeding Er kan voor alle Aandelen als volgt een rendementsgebonden vergoeding worden aangerekend: Tot 25% van het rendement boven de effectieve Amerikaanse Fed Funds-rente volgens methode 3. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding aan te rekenen. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Allianz RCM Thailand Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin op lange termijn kapitaalgroei te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van Thailand. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in Thailand. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
183
Allianz RCM Thailand Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348798264) en IT (USD) (ISIN LU0348802470) 24 oktober 2008 Aandelenklasse A (EUR) (ISIN LU0348798009) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in Thailand geopend zijn voor handel. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
184
Allianz RCM Tiger Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin beleggers op lange termijn kapitaalgroei te bieden. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling voornamelijk te verwezenlijken via op de aandelenmarkt gebaseerde beleggingen die verband houden met de Volksrepubliek China, Hongkong, Singapore, de Republiek Korea, Taiwan, Thailand, Maleisië of de Filippijnen. Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder de letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die zijn opgericht in de Volksrepubliek China, Hongkong, Singapore, de Republiek Korea, Taiwan, Thailand, Maleisië of de Filippijnen of die een wezenlijk deel van hun inkomsten en/of winst realiseren in deze landen. Beleggingen door het Compartiment in warrants om in te schrijven op aandelen in ondernemingen van dit type en in indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van dergelijke ondernemingen, zijn eveneens toegestaan en worden toegerekend aan deze limiet. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. Beleggingen van het Compartiment in aandelenindexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel doorgaans gecorreleerd is met aandelen van andere ondernemingen dan vermeld in a) hierboven zijn eveneens toegestaan en worden, samen met beleggingen in aandelenfondsen waarvan de beleggingsdoelstellingen niet hoofdzakelijk streven naar beleggingen in de zin van letter a), toegerekend aan deze limiet. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd.
f) De onder de letters a), b) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. 185
Allianz RCM Tiger Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348805143), AT (USD) (ISIN LU0348807354) en IT (USD) (ISIN LU0348812271) 28 november 2008 Aandelenklasse A (EUR) (ISIN LU0348804922) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
186
Allianz RCM Total Return Asian Equity Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid is erop gericht kapitaalgroei en inkomsten op lange termijn te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstellingen te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de aandelenmarkten van landen vermeld onder letter a). Beleggingsprincipes a) Behoudens in het bijzonder bepaling f) wordt minstens tweederde van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen en in warrants om in te schrijven op aandelen, van ondernemingen die zijn opgericht in de Republiek Korea, Taiwan, Thailand, Hongkong, Maleisië, Indonesië, de Filippijnen, Singapore en China of die een wezenlijk deel van hun inkomsten en/of winst realiseren in deze landen. Indexcertificaten en andere certificaten waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de activa genoemd in de eerste zin kunnen ook voor het compartiment aangeschaft worden. b) Behoudens in het bijzonder bepaling f) mag maximaal eenderde van het vermogen van het Compartiment worden belegd in aandelen en warrants om in te schrijven op aandelen, van andere dan de in a) genoemde ondernemingen. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of aandelenfondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), met inachtneming van f), mag in totaal maximaal eenderde van het vermogen van het Compartiment bedragen. Deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen worden gebruikt om de strategische oriëntatie van het Compartiment uit te voeren. Daarnaast worden ze gebruikt om de nodige liquiditeit te verzekeren. e) In afwijking van nr. 3) van de Introductie kan de Beleggingsbeheerder zowel Groeiaandelen als Waardeaandelen verwerven. De weging tussen Groei- en Waardeaandelen kan schommelen naargelang de situatie van de markt. Dit kan zelfs leiden tot een volledige belegging in één van deze effectensoorten. Op lange termijn gaat de voorkeur echter uit naar een mix van Waarde- en Groeiaandelen. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd.
g) De onder a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de ontbinding of de fusie van het Compartiment niet te worden gerespecteerd. h) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in zeer hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, het geografische risico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. 187
Allianz RCM Total Return Asian Equity Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Het Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het Compartiment, wanneer het derivaten gebruikt ter verhoging van de beleggingsgraad, streeft naar een op middellange tot lange termijn beschouwd risicoprofiel met een enigszins groter marktrisicopotentieel dan bij een vergelijkbaar profiel van een fonds dat niet belegt in derivaten. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklassen A (USD) (ISIN LU0348814723), AT (USD) (ISIN LU0348816934), PT (USD) (ISIN LU0348824870) en IT (USD) (ISIN LU0348822155) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
188
Allianz RCM US Equity Fund Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar kapitaalgroei op lange termijn door zich te concentreren op de VS-aandelenmarkten. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter e) wordt minstens 70% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in de Verenigde Staten van Amerika (VS) en minstens een marktkapitalisatie hebben van 500 miljoen USD. Binnen dit percentage kunnen ook warrants op aandelen van de desbetreffende ondernemingen worden verworven alsook indexcertificaten en aandelencertificaten, waarvan het risicoprofiel typisch overeenstemt met de onder lid 1 genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. b) Behoudens in het bijzonder letter e) mag maximaal 20% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) genoemde aandelen, warrants, indexcertificaten en aandelencertificaten. c) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absoluterendementsbenadering hanteren. d) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in c), in het bijzonder met inachtneming van de bepalingen van e), mag in totaal maximaal 15% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Het doel van deposito’s, geldmarktinstrumenten en geldmarktfondsen is de nodige liquiditeit te verzekeren. e) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), b) en d) hierboven niet worden nageleefd. f) De onder de letters a) en d) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten fondsen – gepaard met de in vergelijking hoogste kansen en risico’s die beleggingen in aandelen met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het kredietwaardigheidsrisico, alsmede het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een zeer wezenlijke rol. Onder andere
met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Met betrekking tot geldmarkt- en depositogebonden activa zijn behalve de in de onderstaande alinea’s genoemde risico’s ook nog te noemen: het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het geografische risico, het algemene marktrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico, met name voor een EUR-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het liquiditeitsrisico, het risico van opkomende markten, de landenen transferrisico’s, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het veel grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens 10 jaar te zijn. 189
Allianz RCM US Equity Fund Basisvaluta USD Reële-waardemodel Voor dit Compartiment zal gebruik gemaakt worden van een reële-waardemodel. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 12 december 2006 Aandelenklasse W (H-EUR) (ISIN LU0266027183) 31 juli 2007 Aandelenklasse CT (EUR) (ISIN LU0256844787) 15 februari 2008 Aandelenklasse A (USD) (ISIN LU0256863811) 12 december 2008 Aandelenklassen N (EUR) (ISIN LU0400426366) en S (EUR) (ISIN LU0400426796) 11 augustus 2009 Aandelenklasse AT (SGD) (ISIN LU0417517546) 5 maart 2010 Aandelenklasse A (GBP) (ISIN LU0264559369) 25 maart 2010 Aandelenklasse A (EUR) (ISIN LU0256843979) 7 juni 2010 Aandelenklasse A2 (USD) (ISIN LU0511871641) 4 oktober 2010 Aandelenklasse N (USD) (ISIN LU0499289394) Beursnotering De Aandelen van de Aandelenklasse N (USD) zijn momenteel genoteerd aan de beurs van Luxemburg. Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in de Verenigde Staten geopend zijn voor handel. Beschikbare Aandelenklassen / Beleggersbeperkingen Bovendien zijn de Aandelenklassen A2, AT2, C2, CT2, N2, NT2, S2, ST2, P2, PT2, I2, IT2, RCM I2, RCM IT2, X2, XT2, W2 en WT2 beschikbaar voor en mogen ze alleen worden verworven door beleggers die niet gedomicilieerd zijn in en niet permanent verblijven in de Bondsrepubliek Duitsland. De Aandelen van de Aandelenklassen A en AT mogen niet verworven worden door beleggers die hun verblijfplaats in de Bondsrepubliek Duitsland hebben en die de effecten willen houden als onderdeel van hun bedrijfsvermogen. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
190
Allianz RCM USD Liquidity Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid is gericht op het genereren van een gestaag rendement, in US dollar (USD), gericht op de USD-geldmarkt, in ruime mate onafhankelijk van rente- en wisselkoersschommelingen. Beleggingsprincipes a) Er kunnen voor het Compartiment deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. In afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 b) bedraagt de verhoogde maximumlimiet zoals vastgelegd in Aanhangsel 1 nr. 3 b) slechts 30% van het nettovermogen van het Compartiment. b) Behoudens in het bijzonder letter f) mogen activa zoals gedefinieerd in letter a) die hoogrentende beleggingen zijn, niet worden verworven. c) Verder mag het vermogen van het Compartiment onbeperkt binnen het bestek van Aanhangsel 1 nr. 3 g) lid 2 belegd worden in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. Daarnaast mag de doelstelling van een dergelijk fonds er niet in bestaan om voornamelijk te beleggen in enige verboden belegging, en indien de beleggingsdoelstelling van dat fonds erin bestaat om voornamelijk te beleggen in beperkte beleggingen, mogen dergelijke participaties niet in strijd zijn met de relevante beperking. d) Het deel van de activa en verplichtingen dat niet in USD luidt, mag slechts 5% van de waarde van het vermogen van het Compartiment overschrijden als de valutapositie die deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt door derivaten. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend.
Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd.
e) De duration zou maximaal 90 dagen moeten bedragen. f) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limiet beschreven in b) hierboven niet wordt nageleefd. g) Aangezien het Compartiment in Taiwan en andere buitenlandse rechtsgebieden wordt verkocht, gelden de Additionele beleggingsbeperkingen zoals beschreven onder nr. 16) van de Introductie. Ter verduidelijking: De participaties van het Compartiment in instrumenten en schuldbewijzen van één emittent mogen in totaal meer bedragen dan 10% van zijn totale vermogen – tot een limiet van 30% van zijn totale nettovermogen, in het geval van overheidseffecten en andere effecten van openbare instellingen;
– tot een limiet van 25% van zijn totale nettovermogenswaarde voor in aanmerking komende schuldbewijzen uitgegeven door een kredietinstelling die gevestigd is in een EU-lidstaat en die volgens de geldende wetgeving onderworpen is aan een bijzondere overheidscontrole om de houders van dergelijke in aanmerking komende schuldbewijzen te beschermen. In dit kader zijn ‘in aanmerking komende schuldbewijzen’ effecten waarvan de opbrengsten in overeenstemming met de geldende wetgeving worden belegd in activa die een opbrengst bieden die de schuldbetalingen dekt tot de vervaldatum van de effecten, en die met voorrang wordt toegepast op de betaling van hoofdsom en rente ingeval de emittent in gebreke blijft. Voor zover het Compartiment meer dan 5% van zijn nettovermogen belegt in schuldeffecten die door een dergelijke emittent zijn uitgegeven, mag de totale waarde van dergelijke beleggingen niet meer bedragen dan 80% van het nettovermogen van het Compartiment, op voorwaarde dat de kredietinstelling ook een toonaangevende financiële instelling is en het totale bedrag niet meer bedraagt dan 10% van het uitgegeven kapitaal en reserves van die kredietinstelling. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten compartimenten – gepaard met relatief lage risico’s voor beleggers in USD die beleggingen in geldmarkten met zich meebrengen. De voornaamste risico’s met betrekking tot de geldmarktposities waar vooral op gewezen moet worden zijn het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene kredietrisico en het wederpartijrisico. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat voor een niet-USD-belegger bovendien in hoge mate het valutarisico, voor een USD-belegger daarentegen slechts gedeeltelijk. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico van opkomende markten, de specifieke risico’s van beleggingen in hoogrentende beleggingen, het afwikkelingsrisico, de landen- en transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het risico van bewaring, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het risico van de Aandelenklassenoverlappende werking van de passiva van afzonderlijke Aandelenklassen, het inflatierisico, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico en het rendementsrisico. 191
Allianz RCM USD Liquidity Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, in zoverre dat het Compartiment in relatief hoge mate gebruik kan maken van derivaten met het oog op de verhoging van de beleggingsgraad van het Compartiment en aangezien dit kan leiden tot aanzienlijk verhoogde kansen en risico’s (met betrekking tot het algemene profiel van het Compartiment). In absolute termen zal dit echter waarschijnlijk slechts resulteren in een relatief beperkt aantal bijkomende kansen en risico’s. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich op beleggers die hun beleggingszwaartepunt leggen op kapitaalbehoud en een aan de heersende USD-geldmarktsituatie aangepaste rente bij minimale koersschommelingen verwachten, waarbij met name het zwaartepunt op USD-beleggers of (met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate afgedekt zijn tegen een bepaalde valuta) beleggers die in deze valuta handelen. Bij een niet op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse zou de beleggingshorizon van USDbeleggers minstens één maand moeten bedragen. Dit geldt eveneens bij op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse voor beleggers, die in de valuta handelen, tegen welke de door hen gehouden Aandelenklasse wordt afgedekt. Basisvaluta USD Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 3 oktober 2008 Aandelenklasse A (USD) (ISIN LU0348834911) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
192
Allianz Real Estate Securities Europe Informatieblad Beleggingsdoelstelling De beleggingsdoelstelling bestaat erin op lange termijn kapitaalgroei te verwezenlijken. Het Compartiment zal trachten zijn beleggingsdoelstelling te verwezenlijken door voornamelijk te beleggen in de vastgoedsector in landen van de Europese Unie. Het doel van de beleggingsbenadering bestaat in een actieve selectie van ondernemingen die grond en vastgoed verhandelen, en van vastgoedverhuurbedrijven. Bij de selectie van effecten wordt in de beleggingsbeslissingen rekening gehouden met de sectorale diversificatie tussen vastgoedontwikkeling van woningen en kantoren. Er wordt in het bijzonder nadruk gelegd op de fundamentele analyse van factoren zoals de managementvaardigheden, de strategie, de financiële structuur, het groeipotentieel, het veronderstelde vermogen om winst te genereren, de concurrentievoordelen en de vakkennis van elke emittent. Beleggingsprincipes a) Behoudens met name letter k) wordt minstens 90% van het vermogen van het Compartiment belegd in aandelen, inclusief REIT’s, van ondernemingen die gevestigd zijn in een EU-lidstaat en – die zijn opgenomen in de EPRA Europe Real Estate-index – of die voornamelijk actief zijn op het gebied van vastgoedontwikkeling van woningen of activiteiten in de kantoorsector en ofwel participeren aan, ofwel een overwegend deel van hun inkomsten en/of winsten genereren uit de vastgoedsector.
Daaraan gecorreleerde activa zoals gedefinieerd in d) zijn opgenomen in de bovenvermelde limiet van de eerste zin.
b) Minstens 75% van het vermogen van het Compartiment wordt direct belegd in aandelen van bepaalde ondernemingen, waaronder REIT’s, die gevestigd zijn in EU-lidstaten. Daaraan gecorreleerde activa zoals gedefinieerd in d) zijn opgenomen in de bovenvermelde limiet van de eerste zin. c) Behoudens in het bijzonder letter k) mag maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in andere dan de in a) en b) genoemde aandelen, inclusief REIT’s, van ondernemingen die gevestigd zijn in een lidstaat van de OESO of een Europees land. Daaraan gecorreleerde activa zoals gedefinieerd in d) zijn opgenomen in de bovenvermelde limiet van de eerste zin. d) Maximaal 25% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in indexcertificaten en certificaten in aandelen en aandelenkorven, evenals warrants waarvan het risicoprofiel overeenstemt met de in a) lid 1, b) lid 1 en c) genoemde activa of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen.
e) Behoudens in het bijzonder letter k) mag maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment worden belegd in activa in de zin van letter a) lid 1, b) lid 1 en c) lid 1, waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten. f) Maximaal 10% van het Compartimentvermogen mag worden belegd in rentedragende effecten. g) Behoudens in het bijzonder letter k) is de verwerving van rentedragende effecten beperkt tot effecten die op het tijdstip van de verwerving beschikken over een kredietrating ‘investment grade’ volgens een erkend ratingbureau (zogenaamde ‘investment grade rating’). h) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s of in andere fondsen die deel uitmaken van de beleggingen in de zin van Aanhangsel 1 nr. 2 die geldmarkt- of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absolute-rendementsbenadering nastreven. In principe geldt er geen beperking voor fondsen die direct of indirect worden beheerd door de Beheermaatschappij zelf, of door een andere maatschappij die door een aanmerkelijke indirecte of directe participatie verbonden is met de Beheermaatschappij.
Beleggingen in fondsen in de zin van Aanhangsel 1 nr. 2 zijn – samen met andere beleggingen in de zin van Aanhangsel 1 nr. 2 eerste liggend streepje – beperkt tot 10% van het vermogen van het Compartiment.
i) Daarnaast mogen er deposito’s worden gehouden en mogen er geldmarktinstrumenten worden verworven; hun waarde, samen met de waarde van de geldmarktfondsen die worden gehouden zoals gedefinieerd in h), met inachtneming van de bepalingen van k), mag in totaal maximaal 25% van het vermogen van het Compartiment bedragen. Gestelde zekerheden/marges worden niet bij dit percentage gerekend. j) Het deel van de activa en verplichtingen dat niet in Europese valuta’s luidt mag slechts 10% van de waarde van het vermogen van het Compartiment overschrijden als de valutapositie die deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt. Indien activa en verplichtingen in één valuta luiden moet hun globale nettosom binnen deze limiet in aanmerking worden genomen. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (bij effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming; bij certificaten: van de basiswaarde). k) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in a), c), e), g) en i) hierboven niet worden nageleefd. l) De onder de letters a), b) en i) genoemde limieten hoeven in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd.
193
Allianz Real Estate Securities Europe Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die de obligatie-/geldmarktcomponent van het Compartimentvermogen met zich meebrengt, maar die aanzienlijk uitgebreid en verhoogd worden door de aandelencomponent. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte oriëntatie van het Compartiment spelen in bijzonder hoge mate met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico, de specifieke risico’s van (indirecte) beleggingen in vastgoedgerelateerde activa, het sectorrisico, het algemene kredietrisico en het geografische risico, en in mindere mate de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een wezenlijke rol. Onder andere met betrekking tot de op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Hierbij spelen de risico’s die met name verbonden zijn aan obligatie-, maar ook aan geldmarkten, zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico, het algemene kredietrisico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s – door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s – door hypotheek gedekte effecten) en in mindere mate ook de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring een rol. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige basisaspecten van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico.
194
Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de Aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die duidelijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 26 maart 2008 Aandelenklasse AT (EUR) (ISIN LU0342694162) Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Allianz Structured Alpha Strategy Informatieblad Beleggingsdoelstelling Het Compartiment streeft naar superieure voor risico bijgestuurde rendementen in een volledige marktcyclus. Het beleggingsbeleid is gericht op het genereren van een geschikte jaarlijkse opbrengst rekening houdend met de kansen en risico’s op de wereldwijde aandelenoptiemarkten (absolute-rendementsbenadering). Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in een geldmarkt-/obligatieportefeuille, inclusief maar zonder beperking in kortlopende in euro luidende Franse en Duitse overheidsobligaties. Door de volledige onderliggende geldmarkt-/obligatieportefeuille of een deel ervan als onderpand te gebruiken, hanteert het Compartiment een zelf ontwikkeld model om aandelenoptiespreads te construeren, waarbij doorgaans putopties en callopties worden gekocht en verkocht, inclusief en zonder beperking op Amerikaanse aandelenindices, Amerikaanse aandelenindexfutures, Amerikaanse aan de aandelenmarkt gerelateerde volatiliteitsindices, Amerikaanse aan de aandelenmarkt gerelateerde volatiliteitsfutures, en trackers op basis van Amerikaanse aandelenindices. De doelstelling van de optiespreads bestaat erin op opties gebaseerde ‘winstzones’ te creëren, die na het vervallen van de opties een positief rendement voor het Compartiment zullen opleveren als het niveau van de onderliggende index (of ander instrument) binnen die winstzone valt. Het Compartiment tracht winstzones vast te stellen op basis van een nagestreefd positief opbrengstpotentieel.
De Beleggingsbeheerder evalueert de waarschijnlijkheid van indexbewegingen voor een komende periode op basis van historische gegevens en een propriëtair model Op basis van deze geraamde waarschijnlijkheid selecteert de Beleggingsbeheerder drie opties die, wanneer zij gecombineerd worden, de winst- (blauwe gebieden in de afbeelding) en verlieszones (grijze zones) vastleggen op de vervaldatum van de opties, met volgende kenmerken: – Bij het nemen van de positie ontvangt het Compartiment een nettobedrag aan optiepremies voor de optiespread van USD 20.800 in het voorbeeld. – Als de index bij het vervallen van de opties binnen de vastgelegde winstzones ligt, in het bovenstaande voorbeeld niet meer dan 14% stijgt dan wel niet meer dan 12% verliest of wel meer dan 27% verliest, levert deze specifieke positie winst op voor het Compartiment. – Als de index afsluit binnen een verlieszone, leidt de uitbetaling voor de optiekorf tot een algemeen verlies voor het Compartiment. De Beleggingsbeheerder kiest de parameters voor elke optie. De gebruikte optiespreads (of optiekorf) in het bovenstaande voorbeeld kunnen ook bestaan uit verschillende aantallen en verschillende kenmerken van optieposities, maar alle optiespreads (of optiekorf) zijn gebaseerd op dezelfde benadering:
De Strategie van het Compartiment zal doorgaans gebaseerd zijn op een uitgebreid aantal long- en shortposities om te komen tot een breed gediversifieerde portefeuille.
– Een korf van indexopties opbouwen die winst- en verlieszones vastleggen.
De totale waarde van het Compartiment kan schommelen en het kapitaal is niet gewaarborgd. Door het aanzienlijke gebruik van opties kan het Compartiment ook aanzienlijk in waarde dalen in geval van buitengewone marktschommelingen (zowel stijgingen als dalingen), en in markten met extreme volatiliteitsschommelingen.
– De uitoefeningsprijzen van de opties worden zo gekozen dat bij het nemen van de positie er een hoge waarschijnlijkheid lijkt – naar mening van de Beleggingsbeheerder – dat de index in deze winstzones zal belanden, wat een positief rendement oplevert voor de algemene portefeuille.
Voorbeeld van een winstzone (het onderstaande diagram is niet bedoeld om een bepaald rendement te suggereren, en houdt evenmin in dat de belegger een positief rendement kan verwachten):
Beleggingsprincipes a) Er mogen voor het Compartiment rentedragende effecten worden verworven. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen.
Uitbetalingsdiagram optiespread (voorbeeld) Aangenomen gegevens Indexniveau bij start
VIX-niveau. bij start
59
$903
28,8%
Positie
Uitoefening Contracten
Short Call
$1.025
Short Put Long Put
Prijs
40
$3,00
$800
40
$10,20
$725
80
$4,00
1.175 1.156 1.138 1.120 1.102 1.084 1.066 1.048 1.030 1.012 994 976 958 940 922 903 885 867 849 831 813 795 777 759 741 723 704 687 668 650 632
Indexniveau bij vervaldatum
Dagen tot vervaldatum
Winstzone
Verlieszone
30% 28% 26% 24% 22% 20% 18% 16% 14% 12% 10% 8% 6% 4% 2% 0% –2% –4% –6% –8% –10% –12% –14% –16% –18% –20% –22% –24% –26% –28% –30%
Index-% beweging sinds transactiedatum
b) Behoudens in het bijzonder letter h), is de aankoop van activa zoals gedefinieerd in letter a) zin 1 die op het tijdstip van de aankoop geen rating van beleggingskwaliteit hebben van een erkend ratingbureau of die niet over een rating beschikken, maar waarvoor naar de mening van de Beleggingsbeheerder kan worden verondersteld dat zij geen rating van beleggingskwaliteit zouden hebben indien zij wel een rating hadden verkregen van een erkend ratingbureau (obligaties onder beleggingskwaliteit), beperkt tot een maximum van 10% 195
Allianz Structured Alpha Strategy van de waarde van het Compartiment. Obligaties onder beleggingskwaliteit van emittenten die ondernemingen zijn en die bovendien cumulatief – geen hypotheekobligaties of vergelijkbare buitenlandse door vermogen gedekte effecten zijn die zijn uitgegeven door financiële instellingen, noch door hypotheek gedekte effecten, noch door vermogen gedekte effecten, noch andere obligaties met onderpand, en – niet zijn gewaarborgd door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een lidstaat van de EU of zijn centrale, regionale of lokale instanties, een lidstaat van de OESO, of openbare internationale instanties waarvan een of meer EU-lidstaten deel uitmaken
zijn – behoudens in het bijzonder letter h) - beperkt tot 15% van de waarde van het Compartiment.
Als er twee verschillende ratings zijn voor een potentiële belegging, dan is de rating met de lagere beoordeling beslissend; als er drie of meer ratings zijn die verschillende beoordelingen opleveren, wordt de laagste van de twee beste ratings gebruikt. Als een actief dat bij de aankoop een rating van beleggingskwaliteit had, deze rating verliest, wordt zijn waarde opgenomen in de limieten vermeld in zin 1 en zin 2. Obligatie- en geldmarktfondsen zoals gedefinieerd in letter e) zijn opgenomen in de limiet die gedefinieerd is in zin 1 als zij in overeenstemming met hun Morningstar GIFS-classificatie zijn toegewezen aan de hoogrentende sector. Gemengde fondsen worden niet beschouwd als obligatiefondsen, noch als geldmarktfondsen.
Indien de Morningstar GIFS-classificatie niet of niet langer beschikbaar is, dan kan de Beheermaatschappij deze indeling in categorieën maken op basis van eigen vervangingscriteria.
c) Behoudens in het bijzonder letter h) mogen er geen rentedragende effecten worden verworven waarvan de emittenten gevestigd zijn in opkomende markten. d) Er mogen deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. e) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen, obligatiefondsen of aandelenfondsen zijn en/of fondsen die een absolute-rendementsbenadering hanteren. f) De Duration van de activa van het Compartiment die belegd zijn in rentedragende effecten volgens letter a), is minder dan 6 maanden. g) De activa en de verplichtingen van het Compartiment kunnen ook in vreemde valuta’s zijn uitgedrukt. Het deel van de activa en verplichtingen dat niet in euro luidt mag slechts 15% van de waarde van het vermogen van het Compartiment overschrijden als het bedrag dat deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage
196
gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (voor effecten die aandelen vertegenwoordigen: de onderneming). h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) en c) hierboven niet worden nageleefd. Beperkte risicospreiding Onder verwijzing naar Aanhangsel 1 nr. 3 f), kan in afwijking van Aanhangsel 1 nr. 3 a) tot d) en overeenkomstig het principe van risicospreiding tot 100% van het nettovermogen van het Compartiment worden belegd in effecten en geldmarktinstrumenten van verschillende emissies die uitgegeven of gewaarborgd zijn door de Europese Unie, de Europese Centrale Bank, een EU-lidstaat of zijn plaatselijke publiekrechtelijke lichamen, een OESO-lidstaat of internationale publiekrechtelijke instellingen waarbij een of meer EU-lidstaten zijn aangesloten, als deze effecten en geldmarktinstrumenten afkomstig zijn van minstens zes verschillende emissies en de effecten en geldmarktinstrumenten van een en dezelfde emissie niet meer dan 30% van het nettovermogen van het Compartiment uitmaken. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat het beleggen in dit Compartiment (ten opzichte van andere soorten compartimenten) gepaard met de kansen en risico’s die het obligatie-/geldmarktsegment van het Compartiment met zich meebrengt, maar die aanzienlijk verhoogd worden door de beleggingen in het aandelensegment, vooral de specifieke risico’s van de wereldwijde aandelenoptiemarkten en de risico’s die gepaard gaan met de op de aandelenmarkt georiënteerde optiespreadcomponent. Met de op de aandelenmarkt georiënteerde optiespreadcomponent van het Compartiment gaan in zeer hoge mate het algemene marktrisico, het geografische risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico gepaard. Onder andere, omdat het verband houdt met de op de aandelenmarkt georiënteerde optiespreadcomponent van het Compartiment, moet worden benadrukt dat door het model dat gebruikt wordt om optiespreads op te bouwen, kunnen zowel dalingen als stijgingen in de marktniveaus, alsmede volatiele prijzen, een negatieve impact hebben op het vermogen van het Compartiment. Hoewel er wordt getracht om het Compartiment af te dekken tegen marktdalingen, bestaat er beperkte bescherming tegen structurele risico’s in geval van aanzienlijke dalingen van de markt, en slechts een bescheiden bescherming tegen structurele risico’s in geval van stijgende prijzen. Wat de geldmarkt-/obligatiemarktcomponent en de met deposito’s gerelateerde activa van het Compartiment betreft, moeten het renterisico, het kredietwaardigheidsrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het algemene marktrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten), het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico worden vermeld.
Allianz Structured Alpha Strategy Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt waartegen de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, het risico van bewaring, de landen- en transferrisico’s, het liquiditeitsrisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, in zoverre het gebruik maakt van derivaten om superieure voor risico bijgestuurde rendementen te genereren in een volledige marktcyclus. Deze aandelenoptieposities kunnen een bijzonder hoog potentieel voor marktrisico‘s vertonen in vergelijking met de onderliggende niet-afgeleide aandelenindices. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers in euro die opbrengsten verwachten die aanzienlijk boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename bij voorrang zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend.
Waardering Elke tweede dinsdag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurs in de Verenigde Staten geopend zijn voor handel. Wanneer een dinsdag geen dag is waarop de banken en effectenbeurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurs in de Verenigde Staten open zijn voor de handel, wordt de volgende dag waarop de banken en effectenbeurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurs in de Verenigde Staten open zijn voor de handel een waarderingsdag. Uiterste verhandelingstijdstip 18:00 uur MET resp. MEZT op iedere waarderingsdag voorafgaand aan een waarderingsdag. Aanvragen tot aankoop en terugkoop van Aandelen die op een waarderingsdag ontvangen worden vóór 18.00 u MET resp. MEZT, worden verwerkt tegen de inschrijvingsen terugkoopprijs van de volgende waarderingsdag. Aankoop- en verkooporders die na dit tijdstip worden ontvangen, worden verwerkt tegen de inschrijvings- en terugkoopprijs van de waarderingsdag die volgt op de volgende waarderingsdag. Rendementsgebonden vergoeding Voor de Aandelenklassen A, AT, C, CT, N, NT, S, ST, P, PT, I en IT kan er als volgt een rendementsgebonden vergoeding worden aangerekend: Tot 20 % van de outperformance ten opzichte van de EONIA (Euro Overnight Index Average), volgens methode 3. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding toe te kennen. Er kan voor de Aandelenklassen W en WT als volgt een rendementsgebonden vergoeding worden aangerekend: Tot 30% van de outperformance ten opzichte van de EONIA (Euro Overnight Index Average), volgens methode 3. De Beheermaatschappij kan vrij beslissen een lagere vergoeding toe te kennen. Beschikbare Aandelenklassen / Beleggersbeperkingen Daarnaast zijn de Aandelenklassen W2 en WT2 beschikbaar. De minimale inschrijvingsbedragen voor de belegging in Aandelen van Aandelenklassen W2 en WT2 (na aftrek van enige verkoopkosten) zijn AUD 75 miljoen, CAD 75 miljoen, CHF 100 miljoen, CZK 1,5 miljard, DKK 500 miljoen, EUR 50 miljoen, GBP 50 miljoen, HKD 500 miljoen, HUF 12,5 miljard, JPY 10 miljard, NOK 400 miljoen, PLN 200 miljoen, SEK 500 miljoen, SGD 100 miljoen of USD 50 miljoen. In bepaalde gevallen kan de Beheermaatschappij naar eigen goeddunken beslissen om een lagere minimale inleg toe te staan.
De beleggingshorizon dient minstens tien jaar te zijn. Openingsdatum voor de reeds geopende aandelenklassen: 10 augustus 2010 Aandelenklassen I (EUR) (ISIN LU0527948110), W (EUR) (ISIN LU0527948201) en WT2 (EUR) (ISIN LU0527948383)
197
Allianz US High Yield Informatieblad
g) De duration dient tussen nul en negen jaar te liggen.
Beleggingsdoelstelling Het beleggingsbeleid streeft ernaar kapitaalgroei op lange termijn en inkomsten te verwezenlijken. Het Compartiment zal zijn beleggingsdoelstelling nastreven door voornamelijk te beleggen in VS-bedrijfsobligaties met een rating onder investment grade.
h) Ten behoeve van de Positiebenadering is het toegestaan dat de limieten beschreven in b) en c) hierboven niet worden nageleefd.
Beleggingsprincipes a) Het vermogen van het Compartiment wordt belegd in rentedragende effecten. Bovendien kunnen voor het Compartimentvermogen indexcertificaten worden verworven naast andere certificaten waarvan het risicoprofiel nominaal overeenstemt met rentedragende effecten of met de beleggingsmarkten waaraan deze activa kunnen worden toegewezen. Mortgage-Backed Securities (MBS’s, door hypotheek gedekte effecten) en Asset-Backed Securities (ABS’s, door vermogen gedekte effecten) mogen niet meer bedragen dan 20% van de vermogenswaarde van het Compartiment.
Aandelen en met aandelen vergelijkbare rechten kunnen worden verworven door uitoefening van conversie-, voorkeursen optierechten bij converteerbare obligaties en obligaties met warrants, maar dienen binnen zes maanden te worden verkocht.
b) Behoudens in het bijzonder de bepalingen van letter h), wordt minimaal 80% van het vermogen van het Compartiment zoals gedefinieerd onder letter a) zin 1 belegd in activa waarvan de emittenten bedrijven zijn die gevestigd zijn in de VS of waarvan de terugbetalingen gewaarborgd worden door een bedrijf dat gevestigd is in de VS. c) Behoudens in het bijzonder de bepalingen van letter h), wordt minimaal 80% van het vermogen van het Compartiment zoals gedefinieerd onder letter a) zin 1 belegd in activa die op het moment van de aankoop hoogrentende beleggingen zijn. d) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment kan worden belegd in ICBE’s of ICB’s die geldmarktfondsen of obligatiefondsen zijn. e) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en geldmarktinstrumenten worden verworven. f) Het deel van de activa en verplichtingen dat niet in USD luidt, mag 20% van de waarde van het vermogen van het Compartiment alleen overschrijden als het bedrag dat deze limiet overschrijdt, wordt afgedekt. Activa en verplichtingen die in gelijke valuta’s luiden, worden tot de omvang van het kleinste bedrag niet bij dit percentage gerekend. Hierbij gelden beleggingsinstrumenten die niet in een bepaalde valuta luiden als beleggingsinstrumenten die luiden in de valuta van het land waarin de emittent is gevestigd (bij effecten die aandelen vertegenwoordigen: van de onderneming).
198
i) De onder de letters b), c), d), f) en g) genoemde limieten hoeven in de eerste twee maanden na de opening van het Compartiment en in de laatste twee maanden voor de vereffening of fusie van het Compartiment niet te worden nageleefd. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment - ten opzichte van andere soorten compartimenten - gepaard met de kansen en hoogste risico’s die beleggingen in obligatie-/geldmarkten met zich meebrengen. Bovendien spelen in zeer hoge mate de risico’s betreffende de obligatie- maar ook de geldmarkten een wezenlijke rol zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico, de specifieke risico’s van Asset-Backed Securities (ABS’s - door vermogen gedekte effecten) en Mortgage-Backed Securities (MBS’s - door hypotheek gedekte effecten), de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s, het risico van bewaring en ten dele ook de specifieke risico’s van het beleggen in hoogrentende beleggingen. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse in het bijzonder tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, loopt een niet-USD-belegger bovendien in zeer hoge mate een valutarisico, terwijl dit minder het geval is voor een USD-belegger. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk. Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het afwikkelingsrisico, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen en met name het aanzienlijk grotere rendementsrisico. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en
Allianz US High Yield daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. De volatiliteit (schommelingen) in de waarde van de aandelen van het Compartiment kan aanzienlijk hoger liggen. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten om de beleggingsgraad te verhogen. De bedoeling hiervan is op middellange tot lange termijn een risicoprofiel te verwezenlijken dat vergelijkbaar is met dat van een fonds met een vergelijkbaar profiel dat niet in derivaten belegt. Op basis van de inschatting van de Beleggingsbeheerder kan echter ook in een relatief zeer hoge mate gebruik gemaakt worden van derivaten, wat – in vergelijking met een Compartiment zonder derivaten en met een vergelijkbaar profiel – in sommige fasen zelfs tot zeer hoge bijkomende kansen en risico’s kan leiden. Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich met name op beleggers die opbrengsten verwachten die boven het op de markt gebruikelijke renteniveau liggen, waarbij de vermogenstoename in de eerste plaats zou moeten resulteren uit marktkansen en het met het oog op de Aandelenklassen die verregaand tegen een bepaalde valuta worden afgedekt, vooral om beleggers gaat die in deze valuta werken. Daarbij zou het vooruitzicht van hoge rendementen op lange termijn moeten bestaan, hoewel het risico van verlies niet kan worden berekend. De beleggingshorizon dient minstens 10 jaar te zijn. Basisvaluta USD Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 2 augustus 2010 Aandelenklassen AM (USD) (ISIN LU0516397667) en IT (USD) (ISIN LU0516398475) Waardering Elke dag waarop de banken en beurzen in Luxemburg en de belangrijkste effectenbeurzen in de Verenigde Staten geopend zijn voor handel. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
199
Protect Global Winner 2014 Informatieblad I. Beleggingsdoelstelling fase 1 (tot en met 25 april 2014)
van de afzonderlijke aandelen of aan aandelen gelijkwaardige effecten (aandelencertificaten). De drie aandelencertificaten in de onderstaande lijst met hetzelfde aandelenkorfnummer vormen telkens een dergelijke aandelenkorf.
Het beleggingsbeleid van het Compartiment is erop gericht aan het einde van fase 1 voor ca. 115% te participeren aan het gemiddelde rendement van acht aandelenkorven sinds de opening van het Compartiment. Tegelijkertijd wordt ernaar gestreefd op 25 april 2014 een minimumterugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) ten bedrage van EUR 100,– te bereiken. Hiertoe dient met name gebruik te worden gemaakt van financiële derivaten. De bijzonderheden hierover staan hieronder vermeld.
Vennootschap op ISIN aandelen
Aandelen- Relevante beurs korf nr.
1
DEXIA
BE0003796134
1
Euronext
2
GDF SUEZ
FR0010208488
1
Euronext
3
TOTAL
FR0000120271
1
Euronext
4
DT TELEKOM
DE0005557508
2
Börse Frankfurt
5
DT POST
DE0005552004
2
Börse Frankfurt
6
RWE
DE0007037129
2
Börse Frankfurt
Het bereiken van een participatie van 115% kan niet worden gegarandeerd.
7
BT GROUP
GB0030913577
3
London Stock Exchange
8
HSBC HOLDINGS
GB0005405286
3
London Stock Exchange
9
LLOYDS TSB GRP
GB0008706128
3
London Stock Exchange
1) Derivatieve totaalstructuur (Total Return Swap) Het instrument om de doelstelling van het beleggingsbeleid te verwezenlijken is een derivatieve totaalstructuur [OTC-deriva(a) t(en)]. Via derivaten die in deze context worden gebruikt, zullen de hieronder beschreven componenten, ‘Participatie aan de potentiële ontwikkeling van de aandelenkorven’ en ‘Zekerstelling van een minimumterugkoopprijs’ uiteindelijk voor het Compartiment worden gegenereerd als tegenprestatie voor de input die door het Compartiment wordt verstrekt.
10 ENEL
IT0003128367
4
Milan Stock Exchange
11 ENI
IT0003132476
4
Milan Stock Exchange
12 TELECOM ITALIA
IT0003497168
4
Milan Stock Exchange
13 HYUNDAI MOTOR
KR7005380001
5
Korea Stock Exchange
14 SAMSUNG ELECTR
KR7005930003
5
Korea Stock Exchange
15 LG ELECTRONICS
KR7066570003
5
Korea Stock Exchange
16 TOKYO ELEC PWR
JP3585800000
6
Tokyo Stock Exchange
17 TOKYO GAS
JP3573000001
6
Tokyo Stock Exchange
18 TOYOTA MOTOR CO
JP3633400001
6
Tokyo Stock Exchange
De derivatieve totaalstructuur kan met name worden samengesteld uit verschillende, tijdelijk beleende afgesloten afzonderlijke derivaten, die de eerder afgesloten derivaten echter in aanmerking nemen en opnemen. Het nieuw afsluiten van een dergelijk afzonderlijk derivaat kan gebeuren met het oog op het vermijden van een over- of onderschrijding van de grenzen overeenkomstig Aanhangsel 1 nr. 3 a) of ten behoeve van de liquiditeit. De beoogde wederpartij voor de transacties met derivaten die binnen het toepassingsgebied van de derivatieve totaalstructuur worden gesloten, is voornamelijk Commerzbank AG, Frankfurt am Main, Duitsland.
19 CHEVRON
US1667641005
7
New York Stock Exchange
20 AT&T
US00206R1023
7
New York Stock Exchange
21 BANK OF AMERICA
US0605051046
7
New York Stock Exchange
22 CO VALE DO RIO
US2044122099
8
New York Stock Exchange
23 PETROLEO BRASIL
US71654V4086
8
New York Stock Exchange
24 TELE NORTE LESTE
US8792461068
8
New York Stock Exchange
Component ‘Zekerstelling van een minimumterugkoopprijs’ In het kader van de component ‘Zekerstelling van een minimumterugkoopprijs’ verbindt de wederpartij van de derivatieve totaalstructuur zich tot een betaling aan het einde van fase 1, die volstaat om minstens de hierboven nagestreefde minimumterugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) op het beslissende tijdstip te kunnen betalen. Component ‘Participatie aan de potentiële ontwikkeling van de aandelenkorven’ In het kader van de component ‘Participatie aan de potentiële ontwikkeling van de aandelenkorven’ verbindt de wederpartij van de derivatieve totaalstructuur zich onder bepaalde voorwaarden niet alleen tot een betaling op grond van de component ‘Zekerstelling van een minimumterugkoopprijs’ maar ook tot een betaling aan het einde van fase 1 op basis van het rendement van acht aandelenkorven die verband houdt met de koerswaarden 200
Tijdens fase 1 zijn er acht data waarop uit al de in aanmerking komende aandelenkorven het rendement van de desbetreffende aandelenkorf met het hoogste rendement sinds oprichting van het Compartiment wordt vastgelegd (vastleggingsdata). Het rendement van een aandelenkorf komt hierbij - behoudens de regelingen onder ‘Vervangen van aandelencertificaten resp. koersontwikkelingcorrecties bij gebeurtenissen in verband met aandelencertificaten’ - overeen met de gemiddelde koersontwikkeling van de aandelencertificaten die hiervan deel uitmaken sinds de opening van het Compartiment aan de relevante beurs (zie voorbeelden van berekening). Een aandelenkorf kan slechts eenmaal worden gebruikt voor het vastleggen van het totale rendement; bij de toekomstige vastleggingsdata wordt geen rekening meer gehouden met deze aandelenkorf en met het na de vastleggingsdatum bereikte rendement. De vastleggingsdata zijn in principe de volgende data: 24 april 2007, 24 april 2008, 24 april 2009, 23 april 2010, 21 april 2011, 24 april 2012, 24 april 2013 en 22 april 2014.
Protect Global Winner 2014 Voor het bepalen van de vastlegging worden de desbetreffende slotkoersen op de desbetreffende beurs op deze dagen gebruikt. Indien één van de eerder vermelde dagen geen beursdag is op één van de betrokken beurzen, worden bij het bepalen van de vastlegging
Aan het einde van de looptijd van de derivatieve totaalstructuur wordt het gemiddelde van de waarden van de vastgelegde rendementen van de acht aandelenkorven gevormd (gemiddeld rendement van de aandelenkorven).
De vastleggingsdatum verschuift dan dienovereenkomstig.
De tegenprestatie van de wederpartij in het kader van de component ‘Participatie van de potentiële ontwikkeling van de aandelenkorven’ bestaat in principe uit een tegen het einde van fase 1 te verrichten betaling ten bedrage van het gemiddelde rendement van de aandelenkorven vermenigvuldigd met de nominale waarde, die aan het einde van fase 1 de grondslag vormt van de derivatieve totaalstructuur, vermenigvuldigd met factor 1,15. Indien het resultaat van deze vermenigvuldiging negatief is, vervalt de uit deze component stammende betaling aan het Compartiment.
Bij het ter perse gaan van het Prospectus waren van de 8 aandelenkorven in de derivatieve totaalstructuur de in de onderstaande lijst vermelde aandelenkorven vastgelegd tegen de hieronder vermelde waarden op de volgende vastleggingsdata:
Berekeningsvoorbeeld voor de component ‘Participatie aan de potentiële ontwikkeling van de aandelenkorven’: De waarden in onderstaande voorbeelden zijn zuiver fictief. De daadwerkelijke ontwikkelingen kunnen beter of slechter uitvallen.
Vastleggings- Vennootschap ISIN Aandelen- datum op aandelen korf nr.
Rendement van de aandelenkorf op de respectieve vastleggingsdatum sinds de opening van het Compartiment
Berekening van het rendement van een aandelenkorf sinds de oprichting van het Compartiment
24 april 2007 CHEVRON
US1667641005
7
29,04 %
AT & T
US00206R1023
BANK OF AMERICA US0605051046 8
130,44 %
5
0,17 %
2
-26,88%
– de aandelencertificaten, waarvan de bovenvermelde dagen beursdagen op de doorslaggevende beurs zijn, in aanmerking genomen tegen hun slotkoersen op deze dagen – de aandelencertificaten, waarvan de bovenvermelde dagen geen beursdagen op de relevante beurs zijn, in aanmerking genomen tegen hun slotkoersen op de volgende beursdag die volgt op de bovenvermelde dagen.
24 april 2008 CO VALE DO RIO
US2044122099
PETROLEO BRASIL
US71654V4086
TELE NORTE LESTE US8792461068
24 april 2009 HYUNDAI MOTOR
KR7005380001
SAMSUNG ELECTR KR7005930003
LG ELECTRONICS
Aandeel 1
Aandeel 2
Aandeel 3
47 %
35 %
– 10 %
Koersontwikkeling sinds opening
Berekening van het gemiddelde (Koersontwikkeling aandeel 1. rendement van de aandelenkorf + koersontwikkeling aandeel 2. sinds opening (formule) + koersontwikkeling aandeel 3) / 3 koersontwikkeling aandeel (47 % + 35 % – 10 %) / 3 = 24 %. rendement van de aandelenkorf. sinds de opening (voorbeeld) Vastlegging, bij hoogste rendement van alle in aanmerking te nemen. aandelenkorven sinds opening
24 %.
KR7066570003
23 april 2010 DT TELEKOM
DE0005557508
DT POST
DE0005552004
RWE
DE0007037129
Berekening van het voor de waardering relevante rendement van een aandelenkorf sinds de oprichting van het Compartiment 1 Jaar 1
2
3
Nr. 1
4
5
6
7
8
Nr. 2
Nr. 3
9
10
11 Nr. 4 60 %
12
13
14
15
Nr. 5
16
17 Nr. 6
18
19
20 Nr. 7
21
22
23 Nr. 8
24
Aandelen
Aandeelkorf
50 %
– 10 %
– 20 %
2
100 %
– 20 %
0 %
100 %
30 %
25 %
21 %
100 %
120 %
60 %
15 %
42 %
120 %
3
150 %
0 %
15 %
4
10 %
30 %
90 %
5 %
63 %
150 %
120 %
20 %
84 %
5
20 %
45 %
120 %
15 %
105 %
105 %
6
10 %
60 %
5 %
60 %
7
– 10 %
– 5 %
– 5 %
8
22 %
22 %
Totaal
672 %
Gemiddeld rendement van de aandelenkorven (Totaal / 8)
84 %
201
Protect Global Winner 2014 De mogelijkheid om de derivatieve totaalstructuur op korte termijn te beëindigen, wordt regelmatig voorbehouden voor de wederpartij bij een derivatieve totaalstructuur, in het bijzonder in geval van een wijziging van externe omstandigheden, in het bijzonder wanneer de juridische of fiscale toestand van de betrokken wederpartij bij een derivatieve totaalstructuur wijzigt. Als het Compartiment als gevolg daarvan wordt vereffend, zal de Beleggingsbeheerder normaliter niet langer in staat zijn om de beleggingsdoelstelling van het Compartiment na te streven in de tijd tussen de beëindiging van de derivatieve totaalstructuur en de vereffening van het Compartiment, en zal de voorbereiding van de vereffening van het Compartiment worden gestart. Als het Compartiment niet zal worden vereffend wegens een dergelijke beëindiging op korte termijn van de derivatieve totaalstructuur, maar de huidige wederpartij bij een dergelijke derivatieve totaalstructuur door een nieuwe wederpartij zal worden vervangen, dan is het tijdens de overgangsperiode eveneens mogelijk dat beleggers niet participeren op de vastgelegde wijze.
In het geval van het zesde liggend streepje wordt, indien uit de omzetting een nieuw aandeel voortvloeit, het desbetreffende aandelencertificaat vervangen door het nieuwe aandeel of door een aan een aandeel gelijkwaardig effect dat betrekking heeft op de nieuwe vennootschap. Indien de omzetting op een andere wijze plaatsvindt, gebeurt de vervanging zoals in de gevallen van het eerste tot en met het vijfde liggende streepje. Het vervangen gebeurt met werking voor de toekomst.
2) Vervangen van aandelencertificaten resp. koersontwikkelingscorrecties bij gebeurtenissen in verband met aandelencertificaten De Beheermaatschappij kan bij de onderstaande gebeurtenissen in verband met aandelencertificaten de aandelencertificaten op het niveau van de aandelenkorven tegen andere aandelencertificaten ruilen of correcties uitvoeren bij de koersen die in aanmerking genomen worden voor de berekening van de koersontwikkeling van het aandelencertificaat:
De volgende procedure wordt gebruikt om het rendement te berekenen van een nieuw aandeel dat moet worden toegelaten: op basis van de prijs van het nieuwe aandeel dat op de swapdatum moet worden toegelaten, wordt er een fictieve initiële waarde vastgesteld voor de datum waarop het Compartiment wordt geïntroduceerd. Deze waarde houdt rekening met het rendement dat gerealiseerd is door het aandeel waarop de swap betrekking heeft, van de introductie tot de swapdatum.
– definitieve beëindiging van de notering aan de relevante beurs – fusie van de vennootschap die deze aandelen heeft uitgegeven of waarop de aan aandelen gelijkwaardige effecten betrekking hebben, met een andere vennootschap – insolventie van de vennootschap die deze aandelen heeft uitgegeven of waarop de aan aandelen gelijkwaardige effecten betrekking hebben – ontstaan van een duurzame niet-liquiditeit van de aandelencertificaten – nationalisering van de vennootschap die deze aandelen heeft uitgegeven of waarop de aan aandelen gelijkwaardige effecten betrekking hebben – omzetting van de vennootschap die deze aandelen heeft uitgegeven of waarop de aan aandelen gelijkwaardige effecten betrekking hebben – afsplitsingen van de vennootschap die deze aandelen heeft uitgegeven of waarop de aan aandelen gelijkwaardige effecten betrekking hebben – in verband met aandelencertificaten verlenen van voorkeursrechten op aandelen van de vennootschap die deze aandelen heeft uitgegeven of waarop de aan aandelen gelijkwaardige effecten betrekking hebben. In de gevallen van het eerste tot en met het vijfde liggend streepje wordt het desbetreffende aandelencertificaat vervangen door een ander aandelencertificaat. Hierbij moet de vennootschap die deze nieuwe aandelen heeft uitgegeven of waarop de nieuwe aan aandelen gelijkwaardige effecten betrekking hebben, een standaardwaarde zijn, die primair uit hetzelfde land of uit dezelfde regio, en indien mogelijk uit dezelfde of een verwante sector stamt als de voorgaande vennootschap. Het vervangen gebeurt met werking voor de toekomst.
202
In het geval van het zevende liggend streepje wordt ter compensatie van de koersdaling op de ex-dag de voor de berekening van het koersrendement in aanmerking te nemen koers van het aandelencertificaat gecorrigeerd met deze daling. In het geval van het achtste liggend streepje wordt ter compensatie van de berekende koersdaling op de ex-dag de voor de berekening van het koersrendement in aanmerking te nemen koers van het aandelencertificaat gecorrigeerd met deze daling.
II. Garantie op 25 april 2014 De Beheermaatschappij garandeert aan alle Aandeelhouders dat de terugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) van dit Compartiment op 25 april 2014 (garantietijdstip) minstens EUR 100,– bedraagt (voor aftrek van de voor de Aandeelhouder ontstane bronbelastingen, in het bijzonder voor aftrek van een vermogenswinst- of rentebelasting). Indien de terugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) op het garantietijdstip niet overeenkomt met het gegarandeerde minimumbedrag, zal de Beheermaatschappij eigen middelen in het Compartiment investeren, totdat de gegarandeerde waarde is bereikt. Het beleggingsbeleid is er niet op gericht de nagestreefde gegarandeerde waarde te handhaven tijdens de hele fase 1. Beleggers dienen er zich van bewust te zijn dat de gegarandeerde waarde uitsluitend betrekking heeft op het garantietijdstip. Afhankelijk van het concept kunnen er tijdens fase 1 ook grotere waardeverliezen ontstaan. De inkomsten van het Compartiment kunnen onderworpen zijn aan een bepaalde bronbelasting of andere heffingen in landen waarin het Compartimentvermogen is belegd. Voor zover door invoering of wijziging van dergelijke belastingen de vermogenswinsten van het Compartiment verminderd worden, wordt de gegarandeerde terugkoopprijs op het garantietijdstip verlaagd met het bedrag waarmee de overeenkomstig het Prospectus te bepalen nettovermogenswaarde per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) naar aanleiding van de lagere vermogenswinst is verminderd. Activa van het Compartiment kunnen bij verwerving, verkoop, en ook alleen op grond van het feit dat ze gehouden worden in
Protect Global Winner 2014 landen waarin ze bewaard of verhandeld worden of waaruit ze afkomstig zijn, onderworpen zijn aan belastingen. Ook het Compartimentvermogen kan op zich onderworpen zijn aan een belasting, het is momenteel met name onderworpen aan de Taxe d’Abonnement. Voor zover door invoering of wijziging van dergelijke belastingen de activa van het Compartiment of van de Compartimenten aan waarde verliezen of er bij de verwerving, de verkoop of het houden van activa belastingen dienen te worden betaald, wordt de gegarandeerde terugkoopprijs op het garantietijdstip verlaagd met het bedrag waarmee de overeenkomstig het Prospectus te bepalen nettovermogenswaarde per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) is verminderd.
III. B eleggingsdoelstelling van volgende fasen (vanaf 26 april 2014) Na fase 1 hebben de activa van het Compartiment een kansrisicoprofiel dat voor maximaal 40 bankwerkdagen gericht is op de geldmarkten. Tijdens deze periode zal er een nieuwe structuur van acht Aandelenkorven worden ontwikkeld, die direct na de geldmarktperiode van start gaat (herstructureringsperiode) en die bedoeld is om in principe vergelijkbaar te zijn met de structuur in fase 1. Uiteraard zijn de voorwaarden van enige daaropvolgende structuur afhankelijk van de marktomstandigheden op het moment van de herstructurering. Op de vervaldatum van elke structuur begint na een herstructureringsperiode een nieuwe structuur (voortschrijdend concept). Het beleggingsbeleid voor dergelijke daaropvolgende structuren is gericht op het behalen van een participatie van circa minstens 100% in het gemiddelde rendement van acht Aandelenkorven sinds de start van de nieuwe structuur van het Compartiment aan het einde van de volgende nieuwe periode van 8 jaar, vergelijkbaar met de structuur in fase 1. Er kan niet worden gegarandeerd dat er een participatie van 100% zal worden verkregen. Het participatiepercentage is gericht op de gebruikelijke marktomstandigheden. Voor de Aandelenkorven van daaropvolgende structuren kunnen er aandelen uit de volgende indices in overweging worden genomen: – – – – – – – – – –
MSCI World DJ EuroStoxx CAC 40 MIB 30 DAX 30 KOSPI TOPIX Nikkei 225 SP 500 Bovespa.
Als enige index die hierboven wordt vermeld niet langer beschikbaar is, dan kan de Beheermaatschappij de index vervangen door een andere index die gepast wordt geacht. Tezelfdertijd is het de intentie van de Beleggingsbeheerder om te streven naar een minimale terugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) aan het einde van elke nieuwe structuur die gelijk is aan de NVW op de laatste dag van de voorgaande herstructureringsperiode. Hiertoe zal met name gebruik worden
gemaakt van financiële derivaten. Er zal geen andere garantie dan de garantie van 25 april 2014 gelden. De Beheermaatschappij is voornemens om de Aandeelhouders van de Aandelenklasse AT (EUR) aan het begin van elke nieuwe fase een nieuwe garantie te verschaffen, waarvan de details op dat moment zullen worden gedefinieerd
IV. Beleggingsprincipes a) Aandelen van ondernemingen die gevestigd zijn in de Verenigde Staten van Amerika of die een aanzienlijk deel van hun omzet en/of winst genereren in de Verenigde Staten van Amerika, kunnen voor het Compartiment worden verworven. Warrants voor aandelen van dergelijke ondernemingen kunnen eveneens voor het Compartiment worden verworven. b) Maximaal 10% van het vermogen van het Compartiment mag worden belegd in ICBE’s of ICB’s in de zin van Aanhangsel 1 nr. 1 b) die geldmarktfondsen zijn. c) Daarnaast kunnen er deposito’s worden gehouden en kunnen voor het Compartiment geldmarktinstrumenten worden verworven.
Geldmarktinstrumenten kunnen echter alleen worden verworven indien ze enerzijds:
– op het moment van verwerving een investment grade rating bezitten van een erkend ratinginstituut, of – ingeval ze niet over een rating beschikken, er volgens inschatting van de Beleggingsbeheerder vanuit kan worden gegaan dat zij in het geval van een rating overeen zouden stemmen met de klassering ‘investment grade’,
en anderzijds indien de emittenten ervan op het moment van de verwerving gevestigd zijn in ontwikkelde landen.
d) Een beperking van de gewogen gemiddelde resterende looptijd (duration) van de geldmarkt- en depositoverplichting van het Compartiment is niet voorgeschreven. e) Daarnaast kunnen ook certificaten – van Europese aandelenindices, inclusief degene die verband houden met individuele Europese landen – van aandelen in bedrijven die gevestigd zijn in Europa, en – van aandelenkorven, waarbij de onderliggende effecten aandelen zijn van bedrijven die gevestigd zijn in Europa voor het Compartiment worden verworven. Risicoprofiel van het Compartiment Rekening houdend met de bovenvermelde omstandigheden en risico’s gaat beleggen in dit Compartiment – ten opzichte van andere soorten compartimenten – gepaard met de kansen en risico’s die beleggingen in aandelenmarkten met zich meebrengen. Met betrekking tot de op de aandelenmarkten gerichte strategie van het Compartiment spelen met name het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het kredietwaardigheidsrisico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol, net als ten dele de risico’s van opkomende markten, het liquiditeitsrisico, de landen- en transferrisico’s en het risico van bewaring. Onder andere met betrekking tot dit type positie in de
203
Protect Global Winner 2014 op de aandelenmarkt gerichte strategie van het Compartiment dient te worden opgemerkt dat in het bijzonder koersdalingen die de volledige markt betreffen of die aanzienlijk langer voortduren een negatieve invloed kunnen uitoefenen op het vermogen van het Compartiment. Daarbij spelen de risico’s van de geldmarkten, zoals bijv. het rentewijzigingsrisico, het kredietwaardigheidsrisico, het algemene marktrisico, het bedrijfsspecifieke risico, het wederpartijrisico en het algemene kredietrisico een wezenlijke rol. Bovendien dient gewezen te worden op het liquiditeitsrisico, de landen-/ transferrisico’s en het risico van bewaring. Met betrekking tot Aandelenklassen die niet op het niveau van de Aandelenklasse tegen een bepaalde valuta zijn afgedekt, bestaat in hoge mate het valutarisico. Bij een op Aandelenklasseniveau tegen een bepaalde valuta afgedekte Aandelenklasse bestaat voor een belegger die niet in de valuta werkt tegen welke de door hem aangehouden Aandelenklasse wordt afgedekt, een hoog valutarisico; voor de in deze valuta werkende belegger bestaat dit risico slechts gedeeltelijk.
Beleggersprofiel Het Compartiment richt zich in het bijzonder op beleggers die, rekening houdend met grotere schommelingsrisico’s – met betrekking tot het tijdstip van de opening van het Compartiment – naar een meer dan evenredige participatie aan het rendement van bepaalde aandelenkorven streven, maar ook waarde hechten aan een vooraf vastgelegde minimumterugkoopprijs per Aandeel van de Aandelenklasse AT (EUR) na afloop van elke structuur. Met betrekking tot de Aandelenklassen die in verregaande mate afgedekt zijn tegen een bepaalde valuta ligt de focus op beleggers die in deze valuta handelen. Bij aankoop van de Aandelen dient de beleggingshorizon ten minste gericht te zijn op het einde van de huidige structuur of aan het einde van de volgende structuur indien er belegd wordt in een herstructureringsperiode. Openingsdatum voor de reeds geopende Aandelenklassen: 24 april 2006 Aandelenklasse AT (EUR) (ISIN LU0178450556) Tijdens fase 1 wordt alleen de Aandelenklasse AT (EUR) geopend.
Bovendien wordt gewezen op het concentratierisico, het afwikkelingsrisico, de specifieke risico’s van beleggingen in doelfondsen, het risico inzake het Compartiment-/Fondsvermogen, het flexibiliteitsbeperkingsrisico, het inflatierisico, het risico van de Aandelenklassen-overlappende werking van de verplichtingen van afzonderlijke Aandelenklassen, het risico van wijziging van kadervoorwaarden, het risico van wijziging van de statuten, van het beleggingsbeleid en van de overige fundamentals van een fonds of compartiment, het sleutelpersonenrisico, het risico van het ontstaan van aandelenbewegingsgebonden transactiekosten op het niveau van een fonds of compartiment, en met name het rendementsrisico. Er is een garantie, onderworpen aan de voorwaarden die hierboven zijn vermeld zoals aan het einde van fase 1. Met betrekking tot de aan het gebruik van technieken en instrumenten verbonden bijzondere risico’s wordt verwezen naar de hoofdstukken ‘Gebruik van technieken en instrumenten en daaraan verbonden bijzondere risico’s’ en ‘Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment’. Mogelijke gevolgen van het gebruik van derivaten voor het risicoprofiel van het Compartiment Dit Compartiment kan afwijken van de algemene bepalingen in de Introductie, voor zover het gebruik maakt van derivaten in speculatieve zin om bij het nastreven van de beleggingsdoelstelling de rendementen te verhogen. Het algemene profiel van het Compartiment is in het bijzonder gebaseerd op het gebruik van derivaten; hierbij dient te worden opgemerkt dat de genoemde derivatieve totaalstructuur ertoe kan leiden dat de beleggingsgraad van het Compartiment hoger is dan die van een volledig in effecten belegd fonds. De Beleggingsbeheerder volgt bij het gebruik van derivaten een risicobeheersende benadering.
204
Uiterste verhandelingstijdstip 7:00 uur MET resp. MEZT op iedere waarderingsdag. Beleggers moeten vooral de risicowaarschuwingen in het Volledige Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus lezen (zie ‘Algemene risico’s’).
Allianz Global Investors Fund
Deel 4: Belangrijke informatie voor beleggers Oostenrijk Instructies voor beleggers in Oostenrijk De distributie van Aandelen van de Compartimenten Allianz Euro High Yield Bond, Allianz NFJ US Large Cap Value, Allianz RCM Asia Pacific, Allianz RCM Brazil, Allianz RCM BRIC Equity, Allianz RCM China, Allianz RCM Discovery Europe Strategy, Allianz RCM Euroland Equity Growth, Allianz RCM Europe Equity Growth, Allianz RCM Europe Small Cap Equity, Allianz RCM European Equity Dividend, Allianz RCM Global Agricultural Trends, Allianz RCM Global EcoTrends, Allianz RCM Global Equity, Allianz RCM Global Sustainability, Allianz RCM Global Unconstrained, Allianz RCM Growing Markets Protect, Allianz RCM Hong Kong, Allianz RCM Oriental Income, Allianz RCM Tiger, Allianz RCM Total Return Asian Equity, Allianz RCM US Equity Fund en Allianz US High Yield in Oostenrijk zijn bekendgemaakt aan de Finanzmarktaufsicht (Vienna) in overeenstemming met § 36 InvFG. Terugkoopaanvragen voor Aandelen van hoger vermelde Compartimenten kunnen ingediend worden bij het Oostenrijkse betaal- en informatiekantoor, dat op verzoek van de Aandeelhouders terugkoopopbrengsten, eventuele uitkeringen en andere contante betalingen in euro kan uitbetalen. Daarnaast is alle vereiste beleggersinformatie kosteloos verkrijgbaar bij het Oostenrijkse betaal- en informatiekantoor, zoals het Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus, de statuten, de jaar- en halfjaarverslagen en de inschrijvings-, terugkoop- en conversieprijzen. De beleggers wordt aanbevolen alvorens Aandelen van de Compartimenten te verwerven na te gaan of voor de betrokken Aandelenklasse de vereiste fiscale informatie is gepubliceerd door Oesterreichische Kontrollbank.
Denemarken Belasting van Deense beleggers in Denemarken De volgende beschrijving is gebaseerd op de Deense belastingwet die geldt per 16 april 2009. Het is niet mogelijk een algemene beschrijving te geven van alle belastinggevolgen die kunnen ontstaan in verband met een belegging in de Maatschappij. Deze beschrijving is bijgevolg niet exhaustief en potentiële beleggers worden geadviseerd om individueel advies in te winnen over de belastinggevolgen, aangezien deze afhankelijk kunnen zijn van de situatie van de individuele belegger. De Maatschappij, die valt onder de ICBE-Richtlijn, is een zogenoemde beleggingsvennootschap die valt onder Deel 19 van de Deense Wet inzake vermogenswinstbelasting. Doorgaans wordt er geen automatische Deense bronbelasting geheven op rendementen uit beleggingen in de Maatschappij. Er kan bronbelasting worden geheven al naargelang de wetgeving van het land waar de Maatschappij haar domicilie heeft. Het is de
verantwoordelijkheid van de Deense beleggers om te verzekeren dat rendementen uit beleggingen in de Maatschappij worden aangegeven bij de Deense belastingautoriteiten. Potentiële beleggers worden geadviseerd om hierover individueel advies in te winnen. Natuurlijke personen Natuurlijke personen die beleggen in de Maatschappij zullen onderworpen zijn aan belastingen op vermogenswinsten en – verliezen op basis van een ‘mark-to-market’-principe, d.w.z. op niet-gerealiseerde basis. Winsten en verliezen worden berekend als de jaarlijkse stijging of daling in de waarde van de aandelen van de belegger in de Maatschappij. De gehanteerde jaarlijkse periode is het inkomstenjaar van de Maatschappij. Als de Deense belegger de aandelen slechts gedurende een deel van het inkomstenjaar van de Maatschappij in bezit had, dan wordt de stijging of daling in de waarde van de aandelen in deze gedeeltelijke periode opgenomen in de inkomsten van de Deense belegger. Voor aandelen die door de belegger worden verworven tijdens het inkomstenjaar, zal de aankoopprijs de waarde van de aandelen aan het begin van het inkomstenjaar van de Maatschappij vervangen, en voor aandelen die tijdens het inkomstenjaar door de belegger worden verkocht, zal de verkoopprijs de waarde van de aandelen aan het einde van het inkomstenjaar van de Maatschappij vervangen. Als de Deense belegger de aandelen in de Maatschappij niet heeft verkocht tijdens het inkomstenjaar van de Maatschappij, dan dient de Deense belegger de winsten of verliezen op te nemen in zijn belastbare inkomsten van het inkomstenjaar, inclusief de dag na het einde van het inkomstenjaar van de Maatschappij. Als de Deense belegger de aandelen tijdens het inkomstenjaar van de Maatschappij heeft vervreemd, dan moet de Deense belegger de winsten of verliezen opnemen in zijn belastbare inkomsten van het jaar waarin de aandelen werden vervreemd. Voor natuurlijke personen worden winsten en verliezen normaliter belast als vermogenswinst tegen 59%. Als de natuurlijke persoon met betrekking tot de aandelen in de Maatschappij wordt beschouwd als een handelaar, dan worden de winsten en verliezen normaliter belast als persoonlijke inkomsten tegen maximaal 63%. Dividenden die door de Maatschappij worden betaald, zullen normaliter worden belast als vermogenswinst tegen 59%. Als de natuurlijke persoon met betrekking tot de aandelen in de Maatschappij wordt beschouwd als een handelaar, dan worden de winsten en verliezen normaliter belast als persoonlijke inkomsten tegen maximaal 63%. Vennootschappen Vennootschappen die beleggen in de Maatschappij zijn onderworpen aan belastingen op winsten en verliezen op basis van een ‘mark-to-market’-principe, d.w.z. op niet-gerealiseerde basis. Winsten en verliezen worden berekend als de jaarlijkse stijging of daling in de waarde van de aandelen van de belegger in de Maatschappij. De gehanteerde jaarlijkse periode is het 205
Allianz Global Investors Fund inkomstenjaar van de Maatschappij. Als de Deense belegger de aandelen slechts gedurende een deel van het inkomstenjaar van de Maatschappij in bezit had, dan wordt de stijging of daling in de waarde van de aandelen in deze gedeeltelijke periode opgenomen in de inkomsten van de Deense belegger. Voor aandelen die door de belegger worden verworven tijdens het inkomstenjaar, zal de aankoopprijs de waarde van de aandelen aan het begin van het inkomstenjaar van de Maatschappij vervangen, en voor aandelen die tijdens het inkomstenjaar door de belegger worden verkocht, zal de verkoopprijs de waarde van de aandelen aan het einde van het inkomstenjaar van de Maatschappij vervangen. Als de Deense belegger de aandelen in de Maatschappij niet heeft verkocht tijdens het inkomstenjaar van de Maatschappij, dan dient de Deense belegger de winsten of verliezen op te nemen in zijn belastbare inkomsten van het inkomstenjaar, inclusief de dag na het einde van het inkomstenjaar van de Maatschappij. Als de Deense belegger de aandelen tijdens het inkomstenjaar van de Maatschappij heeft vervreemd, dan moet de Deense belegger de winsten of verliezen opnemen in zijn belastbare inkomsten van het jaar waarin de aandelen werden vervreemd. De winst/het verlies wordt belast als gewone bedrijfsinkomsten tegen 25%. Dividenden die door de Maatschappij worden uitbetaald, zijn belastbaar tegen een tarief van 25%. Levensverzekeringsmaatschappijen, pensioenfondsen en deposito’s op pensioenrekeningen Winsten en verliezen worden berekend op basis van een ‘mark-tomarket’-principe, d.w.z. op niet-gerealiseerde basis, zoals hoger beschreven. De winst/het verlies en de dividenden die door de Maatschappij worden uitbetaald, worden belast tegen 15%. Levensverzekeringsmaatschappijen zijn eveneens vennootschapsbelasting verschuldigd, en vallen bijgevolg onder de hoger beschreven belastingbepalingen onder de titel ‘Vennootschappen’. De belasting krachtens de bepalingen inzake vennootschapsbelasting dekt het deel van de inkomsten dat niet kan worden ingedeeld als 100% verzekeringsactiviteiten. De doelstelling van de belastingbepalingen voor pensioenrendementen bestaat er echter in het rendement te belasten dat aan de verzekerde persoon moet worden betaald. Bijzondere bepalingen verzekeren dat levensverzekeringsmaatschappijen niet dubbel worden belast.
Frankrijk Instructies voor belastingplichtige beleggers in Frankrijk Het beleggingsbeleid voor de Compartimenten Allianz Euroland Equity SRI, Allianz RCM Euroland Equity Growth, Allianz RCM Europe Equity Growth en Allianz RCM European Equity Dividend is zo geformuleerd dat ze in aanmerking komen als Frans Plan d’Epargne en Actions (PEA). Raadpleeg de specifieke informatiebladen voor deze Compartimenten voor meer informatie.
206
Duitsland Instructies voor beleggers in de Bondsrepubliek Duitsland Alle betalingen aan de Aandeelhouders (opbrengsten uit de terugkoop, eventuele uitkeringen en overige betalingen) kunnen worden afgehandeld via het onder ‘Adressenlijst’ vermelde Duitse betaalkantoor. Conversie- en terugkooporders kunnen ingediend worden bij het Duitse betaalkantoor. In het kader van de distributie in de Bondsrepubliek Duitsland worden de inschrijvings- en terugkoopprijzen gepubliceerd op het internet en op de website www.allianzglobalinvestors.de. Eventuele mededelingen aan de beleggers worden gepubliceerd in de ‘Börsen-Zeitung’ (uitgegeven in Frankfurt am Main). Het Prospectus, het Vereenvoudigde Prospectus, de statuten van de Maatschappij, de actuele jaar- en halfjaarverslagen, de inschrijvings-, terugkoop- en conversieprijzen en alle documenten waarnaar verwezen wordt onder ‘Beschikbare documenten’, zijn kosteloos verkrijgbaar bij het in het Prospectus en het Vereenvoudigde Prospectus onder ‘Adressenlijst’ vermelde informatiekantoor. Risico van wijziging van bekendgemaakte belastingheffingen bij de beleggers die belastingplichtig zijn in de Bondsrepubliek Duitsland Een correctie van onjuist bekendgemaakte belastingheffingen voor het Compartiment voor vroegere boekjaren kan bij een voor de belegger fiscaal nadelige correctie tot gevolg hebben dat de belegger de bijkomende belastingen verschuldigd is die voortvloeien uit de correctie voor de vroegere boekjaren, ook al was hij op dat moment geen belegger in het Compartiment. Tevens is het mogelijk dat voor de belegger een fiscaal positieve correctie voor het huidige boekjaar en voor eerdere boekjaren, waarin hij participeerde aan het fonds, niet meer aan hem ten goede komt door terugkoop of verkoop van de Aandelen vóór omzetting van de desbetreffende correctie. Bovendien kan een correctie van fiscale gegevens ertoe leiden dat belastingplichtige opbrengsten resp. fiscale voordelen in een andere dan de eigenlijke aanslagperiode toch nog fiscaal worden aangeslagen en dit kan negatieve effecten hebben voor de afzonderlijke belegger. Bovendien kan een correctie van de belastinginformatie tot gevolg hebben dat de belastinggrondslag voor een belegger overeenstemt met of zelfs hoger ligt dan het rendement van het Fonds. Wijzigingen van bekendgemaakte belastingheffingen kunnen met name ontstaan als de Duitse belastingdienst of de fiscale jurisdictie desbetreffende fiscale voorschriften afwijkend interpreteert.
Italië In het bijzonder in Italië kunnen de Aandelen ook in het kader van spaarregelingen worden aangeboden door lokale distributeurs, die deze dienst aanbieden in overeenstemming met de voorwaarden die gedetailleerd worden beschreven in het Italiaanse inschrijvingsformulier en de relevante bijlage.
Zwitserland Instructies voor beleggers in Zwitserland 1. Vertegenwoordiger en betaalkantoor in Zwitserland BNP Paribas Securities Services, Paris, Succursale de Zurich, Selnaustrasse 16, CH-8002 Zürich, is de vertegenwoordiger en het
Allianz Global Investors Fund betaalkantoor in Zwitserland voor de in Zwitserland verhandelde Aandelen. 2. Plaats waar de relevante documenten kunnen worden verkregen Het Prospectus, het Vereenvoudigd Prospectus, de statuten en de jaar- en halfjaarverslagen zijn kosteloos verkrijgbaar bij de vertegenwoordiger in Zwitserland. 3. Publicaties Publicaties in Zwitserland vinden plaats in het ‘Schweizerisches Handelsamtsblatt’ en op www.fundinfo.com. In Zwitserland worden de inschrijvings- en terugkoopprijzen en/of de nettovermogenswaarde (met vermelding ‘exclusief provisies’) van de Aandelen dagelijks gepubliceerd op www.fundinfo.com’.
c) de overeenkomst betreffende de centrale administratie, afgesloten tussen de Maatschappij en de centrale administrateur; d) de bewaargevingsovereenkomst tussen de Maatschappij en de bewaarder; e) de overeenkomsten tussen de Maatschappij of de Beheermaatschappij en de betaal- en informatiekantoren; f) de meest recente verslagen en financiële overzichten bedoeld onder de titel ‘Aandeelhoudersvergaderingen en verslagen aan de Aandeelhouders’;
Verenigd Koninkrijk
g) de actuele versie van de Luxemburgse wet van 20 december 2002 op de instellingen voor collectieve belegging en de wet van 10 augustus 1915 op de handelsvennootschappen;
Instructies voor beleggers in het Verenigd Koninkrijk De namen en adressen van de ‘UK Distributor(s) and Facilities Agent’ in het Verenigd Koninkrijk staan vermeld onder ‘Adressenlijst’.
h) Prospectus; i) Vereenvoudigd Prospectus.
Elke koper en elke Aandeelhouder kan Aandelen gedeeltelijk of geheel verkopen, als hij de ‘Facilities Agent’ in het Verenigd Koninkrijk schriftelijk instrueert. Het Prospectus, het Vereenvoudigde Prospectus, de statuten en de jaar- en halfjaarverslagen liggen ter inzage bij de ‘Facilities Agent’ in het Verenigd Koninkrijk of kunnen aldaar worden aangevraagd. Bovendien kunnen de inschrijvings- en terugkoopprijzen worden aangevraagd bij de ‘Facilities Agent’ in het Verenigd Koninkrijk. Bezwaren kunnen worden ingediend bij de ‘Facilities Agent’ in het Verenigd Koninkrijk. Aandelen met uitkeringsstatus in het VK en Aandelen met rapporteringsstatus in het VK De Raad van Beheer is momenteel voornemens om voor elke verslagperiode voor bepaalde Aandelenklassen een aanvraag in te dienen om deze in het Verenigd Koninkrijk fiscaal te laten erkennen als uitkerende Aandelenklassen of rapporterende Aandelenklassen. Wij kunnen momenteel echter nog niet waarborgen dat deze erkenning ook daadwerkelijk wordt verkregen. De rapporteringsstatus is een nieuw stelsel dat de uitkeringsstatus vervangt. De eerst mogelijke verslagperiode waarvoor de rapporteringsstatus kan gelden, is het boekjaar afgesloten op 30 september 2011.
Beschikbare documenten De volgende documenten zijn op werkdagen tijdens de gewone kantooruren kosteloos te verkrijgen op de maatschappelijke zetel van de Maatschappij, bij de Beheermaatschappij of bij de distributeurs en de betaal- en informatiekantoren: a) de statuten van de Maatschappij; b) de beheerovereenkomst tussen de Maatschappij en de Beheermaatschappij;
207
Allianz Global Investors Fund
Adressenlijst Beheermaatschappij en Centrale Administrateur Allianz Global Investors Luxembourg S. A. 6A, route de Trèves L-2633 Senningerberg
Beleggingsbeheerder / Subbeleggingsbeheerder Allianz Global Investors Capital LLC (‘AGI Capital’) 600 West Broadway, 31st Floor San Diego, CA 92101 USA AGI Capital maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
Allianz Global Investors France SA (‘AllianzGI France’) 20, rue Le Peletier 75444 Paris, Cedex 09 Frankrijk AllianzGI France maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
Allianz Global Investors Italia SGR S.p.A. (‘AllianzGI Italia’) Piazza Velasca 7/9 20122 Milaan Italië AllianzGI Italia maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
Allianz Global Investors Kapitalanlagegesellschaft mbH (‘AllianzGI KAG’) Mainzer Landstraße 11–13 D-60329 Frankfurt am Main AllianzGI KAG maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
Pacific Investment Management Company LLC (‘PIMCO’) 840 Newport Center Drive, Suite 300 Newport Beach, CA 92660 USA PIMCO maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
RCM Asia Pacific Limited (‘RCM AP’) 21st Floor, Cheung Kong Center 2, Queen’s Road Central Hongkong RCM AP maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
RCM Capital Management LLC (‘RCM USA’) 4 Embarcadero Center San Francisco, CA 94111 USA RCM USA maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
RCM Japan Co., Ltd. (‘RCM Japan’) 14th Floor, Izumi Garden Tower 1-6-1 Roppongi, Minato-ku Tokio 106-6014 RCM Japan maakt deel uit van de Allianz Global Investors Group, een onderneming van het Allianz-concern.
RCM (UK) Ltd. (‘RCM UK’) PO Box 191 155 Bishopsgate GB-Londen EC2M 3AD RCM UK maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
Allianz Global Investors Singapore Limited (‘AllianzGI Singapore’) 3 Temasek Avenue, #07–05 Centennial Tower Singapore 039190
Bewaarder, Toezicht op beleggingslimieten en -beperkingen, Accountant van het Fonds en NVWberekening
AllianzGI Singapore maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
State Street Bank Luxembourg S.A.
Commerzbank AG Kaiserplatz D-60261 Frankfurt am Main NFJ Investment Group LLC (‘NFJ Investment Group’) 2100 Ross Avenue, Suite 700 Dallas, Texas 75201 USA NFJ Investment Group maakt deel uit van de Allianz Global Investors-groep, een onderneming van het Allianz-concern.
49, Avenue J.F. Kennedy L-1855 Luxemburg
Register- en transferkantoor RBC Dexia Investor Services Bank S.A. 14, Porte de France L-4360 Esch-sur-Alzette
Distributeurs Hoofddistributeur Europa (met uitzondering van Duitsland) Allianz Global Investors Europe GmbH Seidlstrasse 24 –24a D-80335 München
208
Allianz Global Investors Fund in Luxemburg Allianz Global Investors Luxembourg S. A.
Hoofddistributeur Azië Allianz Global Investors Hong Kong Limited
6A, route de Trèves L-2633 Senningerberg
21st Floor, Cheung Kong Center 2, Queen’s Road Central Hongkong
in de Bondsrepubliek Duitsland Commerzbank AG Kaiserplatz D-60261 Frankfurt am Main
in Frankrijk Allianz Global Investors France SA 20, rue le Peletier F-75444 Paris Cedex 09, Frankrijk
in Griekenland Allianz Mutual Fund Management Hellas S.A. 110 Athinon Ave, Building C GR-10442 Athene
in Hongarije Citibank Europe plc Hungarian Branch Office Szabadság tér 7 HU-1051 Budapest
in Italië Allianz Bank Financial Advisors S.p.A. Piazzale Lodi, 3 I-20137 Milaan
in Nederland Allianz Global Investors Europe GmbH – Netherlands branch Buizerdlaan 12 NL-3435 SB Nieuwegein
in Portugal Banco Electrónico de Serviço Total S.A. Rua Alexandre Herculano, 38– 4° P-1250-011 Lissabon
in Spanje Allianz Global Investors Europe GmbH Sucursal en España Edificio Torre Europa – Planta 16 Paseo de la Castellana, 39 E-28046 Madrid
in het Verenigd Koninkrijk Allianz Global Investors (UK) Ltd. 155 Bishopsgate GB-Londen EC2M 3AD
Allianz Global Investors Europe GmbH UK Branch
Hoofddistributeur Zwitserland Allianz Global Investors Europe GmbH, Zurich Branch Bleicherweg 19 POB CH-8022 Zürich
Informatiekantoor in de Bondsrepubliek Duitsland Allianz Global Investors Kapitalanlagegesellschaft mbH (‘AllianzGI KAG’) Mainzer Landstraße 11–13 D-60329 Frankfurt am Main Verkoop- en productieafdeling Telefoon: +49 69 263-140, bereikbaar van 08:00 tot 18:00 uur Fax: +49 69 263-14186 Internet: www.allianzglobalinvestors.de E-mail:
[email protected]
Betaalkantoor in de Bondsrepubliek Duitsland Commerzbank AG Kaiserplatz D-60261 Frankfurt am Main
Betaal- en informatiekantoren in Luxemburg State Street Bank Luxembourg S.A. 49, Avenue J.F. Kennedy L-1855 Luxemburg
in Oostenrijk Allianz Investmentbank AG Hietzinger Kai 101–105 A-1130 Wenen
in Frankrijk Société Générale 29, boulevard Haussmann F-75009 Paris
in Ierland Allianz Global Investors Ireland Limited 15/16 Fitzwilliam Place IRE-Dublin 2
155 Bishopsgate GB-Londen EC2M 3AD
in Italië BNP Paribas Securities Services
RCM (UK) Ltd.
Via Ansperto No. 5 I-20123 Milaan
155 Bishopsgate GB-Londen EC2M 3AD
Allianz Bank Financial Advisors S.p.A. Piazzale Lodi, 3 I-20137 Milaan
209
Allianz Global Investors Fund in Portugal Banco Electrónico de Serviço Total S.A. Rua Alexandre Herculano, 38–4° P-1250-011 Lissabon
in Zweden Skandinaviska Enskilda Banken AB (publ) Kungsträdgårdsg 8 SE-10640 Stockholm
in Zwitserland BNP Paribas Securities, Paris Succursale de Zurich Selnaustrasse 16 CH-8002 Zürich
Benoeming van een Oostenrijkse vertegenwoordiger bij de belastingautoriteiten in Oostenrijk De volgende financiële instelling is benoemd tot Oostenrijkse vertegenwoordiger bij de belastingautoriteiten voor de certificatie van inkomstenuitkeringen zoals gedefinieerd in InvFG 1993 § 40 lid 2 lijn 2:
Allianz Investmentbank AG Hietzinger Kai 101–105 A-1130 Wenen
UK Facilities Agent Allianz Global Investors Europe GmbH UK Branch 155 Bishopsgate GB-Londen EC2M 3AD Het Prospectus, het Vereenvoudigd Prospectus, de statuten, de actuele jaar- en halfjaarverslagen, de inschrijvings- en terugkoopprijzen en informatie over de terugkoop van aandelen zijn voor en na onderschrijving van een contract kosteloos verkrijgbaar op het bovengenoemde adres. Eventuele klachten kunnen worden gericht aan de ‘Complaints Officer’ op het bovengenoemde adres. Een beschrijving van de klachtenafhandelingsprocedure is op aanvraag verkrijgbaar. Bovendien is het mogelijk eventuele klachten te richten aan de ombudsman, als men het niet eens is met het definitieve antwoord van Allianz Global Investors Europe GmbH UK Branch.
Onafhankelijke accountant PricewaterhouseCoopers S.à r.l. 400, route d’Esch L-1014 Luxemburg
Financiële groep die voor het Fonds/de Compartimenten werft: Allianz-groep
210