Algemeen. Met vriendelijke groet, Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie. Iris van Bennekom, Directeur

Algemeen Eerstelijnspsychologen in de basisverzekering Brief van Nederlandse Patiënten en Consumenten Federatie (NPCF) aan de Leden van de Vaste Tweede Kamer Commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Verzonden op 19 september 2006 Op 1 september jongstleden heeft Minister Hoogervorst besloten dat de geplande overheveling van de curatieve geestelijke Minister Hans gezondheidsHoogervorst zorg naar de zorgverzekeringswet wordt uitgesteld tot 1 januari 2008. Ook de opname in de basisverzekering van de zorgverlening door eerstelijnspsychologen wordt een jaar uitgesteld. Wij hebben begrepen dat het besluit van de minister met name is ingegeven door het feit dat GGZ-Nederland nog niet klaar is voor de overgang van de tweedelijns-ggz naar de zorgverzekeringswet. De bedoeling was dat per 1 januari 2007 acht gesprekken met een eerstelijnspsycholoog zouden worden vergoed vanuit de basisverzekering. Momenteel valt dit onder de aanvullende verzekering. Dit betekent in de praktijk dat mensen nu verwezen worden naar de veel duurdere tweedelijnszorg, terwijl dit vanuit zorginhoudelijk oogpunt niet nodig is en door cliënten zelf veelal ook niet als wenselijk wordt gezien. Cliënten geven aan dat zij indien mogelijk graag laagdrempelige zorg dicht bij huis ontvangen en zij ervaren de aan de eerstelijnszorg verbonden psychologische hulp veelal als minder stigmatiserend en psychiatriserend.

leden alle voorbereidingen voor de overgang naar de basisverzekering gereed hebben. De NPCF betreurt dat de minister de overgang van de eerstelijnspsychologische hulp ook heeft uitgesteld, omdat mensen hierdoor aangewezen blijven op de duurdere tweedelijns hulpverlening of de aanvullende verzekering. Bovendien geldt voor de aanvullende verzekering de acceptatieplicht niet, waardoor niet iedereen zich voor psychologische hulp kan verzekeren. Uitstel is daarom niet in het belang van de cliënten die deze hulp nodig hebben. Wij verzoeken u dan ook met klem de Minister te vragen om zijn besluit met betrekking tot de eerstelijns psychologische zorg aan te passen. Met vriendelijke groet, Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie

Karel van Broekhoven In de eerste ISPbodes in 1999, na de scheiding van het

ISP en de Vriendendienst trad Karel al aan als kandidaatpenningmeester van het verzelfstandigde ISP. Vooral als ode aan hem werden deze drie Middeleeuwse afbeeldingen van een grote naamgenoot in de ISP-Bodes geplaatst. Hier een hommage aan de vertrékkend penningmeester. Net als Karel de Grote verdient hij onze waardering en dank.

Een frisse wind waait door het ISP Het aantal vrijwilligers binnen het kantoor van het ISP neemt zo’n hoge vlucht, dat een reorganisatie nodig was. De kleine ruimte was hierbij een van de aanjagers en m.n. het aantal PC’s was een groot struikelblok waarover de vrijwilligers menige strijd streden. Daarbij was het de nieuwe WMO, waarvoor we altijd al hard hebben gestreden, die meer werk aan de winkel gaf. Achtereenvolgens komt de nieuwe penningmeester, de office manager en het draaiboek aan de orde.

Nieuwe Penningmeester

Iris van Bennekom , Directeur

De Landelijke Vereniging van Eerstelijnspsychologen (LVE) heeft aangegeven dat haar

InformatieSteunPunt in de eerstelijn ggz (ISP)

Karel van Broekhoven heeft het ISP jaren trouw gediend (zie hiervoor). Hij wilde ervan af. Gelukkig was Paul Kepel bereid om hem op te volgen. Karel, bedankt voor je grote inzet; Paul, van harte welkom in ons midden. De strijd om de poen wacht je.

Office-manager nodig

Tot op heden kon de coördinator het kantoor goed beheren. Door de roep vanuit het bestuur om steun in de strijd om WMOfinanciering binnen te halen en de

1

ISP zelf toenemende drukte op het kantoor, was een office-manager noodzakelijk. Gelukkig bleek een vrijwilligster uit eigen kring (Ine Withaar, zie foto) bereid deze zware taak op zich te nemen. Wij wensen Ine veel geluk met haar nieuwe rol.

Draaiboek

Tenslotte is het ISP bezig met een draaiboek om alle werkzaamheden meer gestruktureerd uit te kunnen voeren. Hierbij is ook de landelijke organisatie Desgevraagd betrokken.

Tenslotte

Dit alles mag echter nooit ten koste gaan van onze laagdrempelige en lotgenotengerichte dienstverlening, waarbij de klant altijd op de eerste plaats komt. Martien Luijcks, coördinator

Silvia Georgieva “Ik zal mezelf voorstellen. Ik ben Silvia Georgieva en ik ben één van de nieuwe stagiaires bij het ISP.

Ik ben 22 jaar en ik woon in Haarlem. Van september 2006 tot en met midden juli 2007 loop ik stage bij het ISP. Ik doe de opleiding HBO Maatschappelijk Werk en Dienstverlening aan de Hoge School In-Holland in Haarlem

en ik zit nu in mijn derde studiejaar. Hiervoor heb ik Mavo in Haarlem en een MBO-opleiding Mode en Commercie in Amsterdam gedaan. Ik ben niet verder met het vak mode gegaan omdat dit mij niet lag. Toen ik klaar was met mijn MBO-opleiding wist ik niet precies wat ik verder wou gaan studeren. Dus ben ik langs open dagen op scholen geweest en heb ik beroepskeuzetesten gedaan. Uit die beroepskeuzetesten is gebleken dat ik graag met mensen wil werken en dat ik graag mensen wil helpen. Dus ben ik uiteindelijk op het dienstverlening- en hulpverleningspad beland omdat ik graag mensen wil helpen door ze een luisterend oor te bieden en door ze te ondersteunen met verschillende zaken. Dus zodoende ben ik met de opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening begonnen. In mijn eerste studiejaar heb ik een half jaar stage gelopen bij Stichting De Baan. Dit is een recreatiecentrum voor verstandelijke gehandicapten. In mijn tweede studiejaar heb ik een half jaar stage gelopen bij Stem in de Stad op de afdeling Diaconaal Maatschappelijk Werk. Hier heb ik de administratie van de Voedselbank bijgehouden en ik had contacten met verschillende cliënten. Tijdens mijn stage bij Stichting De Baan en Stem in de Stad heb ik veel ervaringen opgedaan. Bij Stem in de Stad heb ik met de doelgroepen daken thuislozen en met asielzoekers gewerkt. En bij mijn stage bij Stichting de Baan heb ik met de doelgroep verstandelijke gehandicapten gewerkt. Tijdens mijn stage bij het ISP zal ik me met name bezig gaan houden met cliëntencontacten. Ik hoop dat ik heel veel ervaringen zal opdoen en dat ik veel zal gaan leren van mijn stage bij het ISP.

’’

Nieuwe penningmeester ISP stelt zich voor

“Mijn naam is Paul Kepel. Ik werd geboren op 21-03-1936 op Seladpandjang, een eiland gelegen in het voormalige Nederlands-Indie. En wel precies


op dat kleine eiland in die bijna onmetelijk grote Indische archipel, omdat mijn vader er destijds toevallig gestationeerd was als douane-inspecteur. Hij moest met zijn douaniers de (zee- )import en exportroutes controleren tussen Singapore en Nederlands-Indie. Tijdens de Japanse bezetting (1940-1945) is mijn vader in het Japanse krijgsgevangenkamp door ondervoeding overleden, bij de aanleg van de Birmaspoorweg in Thailand. Mijn moeder kreeg pas in 1950 bericht van zijn overlijden en besloot toen (God zij dank!) te repatriëren naar Nederland. Ook al was de letterlijke betekenis van "repatriëren": terugkeren naar het vaderland, wij (mijn moeder met zes kinderen) waren nooit eerder in het vaderland geweest! Mijn ouders waren beiden in Indië geboren en waren in hun jeugd ook nog nooit in Nederland met vakantie, of zo, geweest! Kortom: wij waren dus eigenlijk, wat nu heet "allochtonen" en zij waren "autochtonen". Alleen: deze woorden waren door de media, toen, nog niet uitgevonden! De begrippen "wij" en "zij" in de huidige loodzware betekenissen ook niet! So, what's in a name!! Gelukkig is, historisch gezien, gebleken, dat taal zich snel vernieuwt en dat woordhypes snel vergeten worden. Maar, laat ik na dit uitstapje in de semantiek, teruggaan naar deze kennismaking.

Na het opvangcentrum Sint Norbertus in het dorpje Elshout in Noord-Brabant verhuisden we naar Willemstad, dorp aan Het Hollands Diep in Noord-Brabant, alwaar de watersnoodramp van februari 1953 ons overspoelde. Natuurlijk veel rampspoed meegemaakt (gelukkig alleen veel materiele schade en geen persoonlijke voor ons gezin), maar wat mij nog steeds haarscherp voor de geest staat was het

2

ISP zelf Hanane Akraoui “Mijn naam is Hanane Akraoui. Ik ben 30 jaar en ik woon in Haarlem. Ik kom uit Marokko en ik woon nu al bijna weer 4 jaar in Nederland.

Overdracht penningmeester Karel van Broekhoven aan Paul Kepel

avontuur. Om 6 uur s'morgensvroeg, in de nadagen van die rampnacht, in kruipruimte van een zolderschuit kruipen, een vuurtje improviseren, melk warmen en drinken (heerlijk, bij storm en wintertemperatuur buiten!). Dan werden wij (vrijwilligers) in de zolderschuit door een sleepboot stroomopwaarts het woelige water van Het Hollands Diep opgesleept, dan werden de trossen met de sleepboot losgegooid, dan moesten we snel naar boven op het dek zien te kruipen en vervolgens was het zaak, om de zolderschuit naar de kant te bomen, wat met veel geschreeuw en gedoe, wonderwel steeds weer lukte! Aan de wallekant moesten wij biezen(grote twijgen) afhakken en tot bossen binden en naar de zolderschuit slepen en optasten, zo gelijk mogelijk over het dek

verdeeld. Om ongeveer 4 uur in de middag voer de sleepboot weer aan, werden de trossen vastgemaakt en werden we naar Willemstad teruggesleept. De in bossen gebundelde biezen waren van belang bij de dichting van de gaten door het water in de dijken geslagen. Bij de diverse bedrijven (zie inzet) heb ik, voor mijn pensioen m.i.v. april 2001, gemiddeld 4 tot 5 jaren gewerkt. In mijn werkzame leven heb ik dus altijd aan ''job hunting" gedaan. Tot tevredenheid! Mijn pensioen bestaat, behalve uit AOW, nu dan ook uit 7 of 8 deelpensoenen! De persoonlijke drijfveer die mijn keuze hierbij tevens heeft bepaald is gewoon dankbaarheid. DANK AAN EEN SAMENLEVING, WAARIN IK DE KEUZES MOCHT MAKEN, DIE IK HEB GEMAAKT

Nadat ik hier ben gekomen, ben ik meteen begonnen met de inburgeringcursus. Daarna heb ik een bedrijf administratief medewerkers opleiding gedaan. Ik heb tijdens deze opleiding stage gelopen bij een stimulatie bedrijf als financieel medewerkster. Nadat ik mijn opleiding met succes heb afgerond heb ik meteen tijdelijk werk gevonden bij de Rijkswaterstaat en daar heb ik op de crediteuren afdeling als financieel medewerkster gewerkt. Daarna ben ik voor een lange tijd ziek geweest. Ik heb een lange tijd thuis moeten blijven. Ik ben altijd een actieve persoon geweest en doordat ik alleen maar thuis was begon ik me onnuttig en eenzaam te voelen. Ik wou graag weer iets ondernemen, iets doen. Ik wou actief blijven. Bovendien zou ik alles weer vergeten wat ik op school heb geleerd. En dat was niet de bedoeling. Ik wilde graag weer aan het werk. Alleen was het echter niet zo makkelijk om een baan te vinden zonder Nederlandse werk ervaring. Daarom ging ik naar de vrijwilligerscentrale om mijn werkervaring en Nederlandse taal verder te ontwikkelen. Zij hebben een intake gedaan en mij aan het ISP gekoppeld.

’’

Opleiding en werkervaring! Opleiding: HBS-A, Praktijkdiploma Boekhouden, Ned. Instit. Van Register Accountants (NIVRA), gereed: 1969. Werkervaring: aanvang in juli 1958 bij de firma Van Dien, Van Uden en Co. Accountants. Daarna heb ik de accountancy vaarwel gezegd, maar heb studie en tot dan toe opgedane ervaring toegepast in financiële management- en consultancyfuncties binnen bedrijven als: Borg-Warner ChemicaIs, Amerikaans chemisch bedrijf, ExxonMobil, oildrilling / refinement, Amerikaans bedrijf IMPAC, improving production and controlI, Amerikaans consultancy bedrijf, RIAGG, zorggebied: Veluwe Vallei, Koninklijk Instituut voor de Tropen, Ontwikkelings-samenwerking en museaal bedrijf, COA, centrale opvang assielzoekers


Nadat ik een afspraak met de coördinator meneer Martien Luijcks had gehad ben ik meteen bij het ISP begonnen. Aangezien

3

ISP zelf ik niets wist over het ISP en zijn doelen en werkwijze heb ik een paar folders gekregen om meer te verdiepen in de instelling. De folders en de medewerkers

tenslotte: even groot verzet tegen het helaas niet altijd serieus nemen van mensen door instanties en hulpverleners, anderzijds.

Dus zelfs onder het eten staat de telefoon aan en ook tijdens de overleggen is altijd een medewerker bereid om acute nood te helpen lenigen.

Wachtljsten?

Het ISP heeft geen wachtlijsten. Elke (nieuwe) klant wordt bij voorrang meteen gehoord, (luisterend oor), meteen wordt gezamenlijk het probleem in kaart gebracht. Waar nodig wordt een schuldenoverzicht gepland, een gezamenlijk bezoek aan een of andere instantie (rechtbank, stadsbank, gemeentelijke sociale dienst, hulpverlening 1e of 2e lijn etc.) of een bezoekje aan huis. Mensen in nood worden zo snel mogelijk bezocht, vaste klanten moeten dan soms wat langer wachten.

Lotgenotensteun Even uitrusten na een geslaagde PR-actie in de Amsterdamse Buurt Ton de Vries (l.) en Margriet Senneker (r.)

hebben mij echt geholpen om een beter beeld te krijgen over het ISP en zijn doelen en werkwijze. Ik voel me als sinds mijn eerste dag gelijk thuis bij het ISP. Het ISP heeft me met open armen ontvangen. Ik heb kennis kunnen maken met alle medewerkers van het ISP. Ik vind dat iedereen bij het ISP vriendelijk en behulpzaam is. Mijn werkzaamheden bij het ISP zijn; de administratie van de boekhouding bijhouden, de post behandeling, archiveren, telefoon opnemen etc.

’’

Altijd feest bij het ISP? Het is fijn om te horen als een klant eindelijk zijn of haar recht vindt na jarenlang in de armoede en spanningen te hebben gezeten. Het is altijd een klein feestje voor het ISP als een plan slaagt. Veel mensen raken door de ingewikkelde regelingen soms het spoor helemaal bijster, en wenden zich dan tot het ISP. Het ISP weet dan vaak in samenspraak met de klant, de weg weer te vinden. Dit, door haar jarenlange ervaring enerzijds, haar niet aflatende speurderzin naar recht en

Velen zitten jarenlang onterecht zonder geld; jarenlang te lang in de psychiatrie; jarenlang zonder goede zorg; jarenlang met deurwaarders achter hen heen; jarenlange belastingdruk; jarenlange onvrede en even zovele jaren zonder humor of blijdschap, om nog maar te zwijgen van geluk. Het geluk lacht velen pas weer toe als zij de deur van het ISP vinden aan de Volhardingstraat te Haarlem, of via internet (ISP Haarlem) het e-mail-adres vinden, of via de stadsgidsen onder InformatieSteunPunt in de 1e lijn ggz ons telefoonnummer vinden, waarbij de GSM zelfs ’s-avonds en ’s-nachts voor noodkreten openstaat en altijd een luisterend en begripvol oor biedt.

Wat maakt het ISP uniek?

Het ISP is door haar gemotiveerde en ervaringsdeskundige medewerkers een bron van nuttige informatie, daadwerkelijke steun en altijd een punt waar je terecht kunt. Soms moet je even wachten, maar de klant is altijd koning, zolang hij/zij de medewerkers van het ISP niet op de kop …..!


De medewerkers van het ISP zijn geen hulpverleners, maar dienstverleners! Geen verre vriend, maar een goede buur! Niet van bovenaf, maar gewoon naast de klanten. Daardoor hebben veel mensen eindelijk het gevoel dat ze weer serieus worden genomen. Nou en dat kunnen lotgenoten nu eenmaal het beste!

Gaat het dan nooit mis?

Jazeker. “Waar gehakt wordt vallen spaanders” en ook het ISP moet toegeven dat niet alles lukt!. Een woningwinkel die tot drie keer toe geen oog heeft voor de stressfactor die mensen tot waanzin kan drijven. Een klant die nóg meer van de belasting wil terugkrijgen. Uitstel van betaling regelen, en dan horen dat de persoon met stille trom wil vertrekken naar het buitenland. Een eisend iemand die zichzelf zielig vindt, vindt ook soms maar weinig gehoor. Het ISP wil oplossend werken, vooruit gaan en steunen om uit de put te komen. Dat zijn zaken waar het ISP goed in is.

Dus toch maar feest?

Ja, we vieren feest omdat we met elkaar, ondanks de reorganisatie, proberen toch nog tijd te nemen voor een lollig moment. We vieren

4

Migranten feest, als weer een lotgenoot uit de gevangenis komt, of als weer iemand uit de instelling in de stad kan gaan wonen. Wij vieren feest als iemand eindelijk van de deurwaarders af kan komen. Wij vieren feest als iemand toch weer wat van de belasting terugkrijgt. Wij vieren feest als toch een (verloren) medewerk(st)er weer terugkeert in ons midden. Redenen te veel om te feesten. Maar ook dan, zelfs bij feesten staat de ISPmobiel altijd aan, want de klant blijft koning, zolang ….. Martien Luijcks

Laafbijeenkomst Intercultureel vrijwilligerswerk

actief met haar plannen iets te betekenen voor Thaise medelanders. De duurzaamheid, milieu en natuur en gezondheidszorg, hier of in de thuislanden stonden in deze groep centraal

2. De groep Jeugd & Jongeren

Verder was er een groep voor de Jeugdparticipatie. Hierbij gaat het naast Cultuur, sport muziek maken, ook om huiswerkbegeleiding en solidariteit. Deze groep deed een dringend beroep, ook op ons, om een beroep te doen op het CWI om een belangrijke rol te vervullen bij het helpen van moeilijk plaatsbare stagiaires bij instellingen en bedrijven. Er zou een stagebank moeten zijn met cliëntvriendelijke bedrijven en instellingen of organisaties, waar

Bijeenkomst 21 september 2006 laafbijeenkomst Intercultureel vrijwilligerswerk in het Mondiaal Centrum aan de Lange Herenvest te Haarlem.

Laafmaaltijd

Het ISP was te gast in het Mondiaal Centrum. Met een grote delegatie nam het ISP deel aan de drie werkgroepen: 1. Allochtone ouderen en de ondersteuning van mantelzorgers, 2. Internationale samenwerking en 3. Jeugd & Jongeren. Een afghaans gezin kookt allerheerlijkst voor de gasten. Wij smulden onze vingers erbij af. Wij danken de kok en zijn vrouw voor de ‘Hallal’ maaltijd.

1. De groep Internationale samenwerking

Zo was de actieve mondiaal werkende Kayse Askar, die (samen met Ricardo van Driest) actief is met het Vuilreinigingsproject in Hageisa in Somalieland present en ook Nok (zie foto’s) Chanbanditnun participeerde

de jongeren zich toe zouden kunnen wenden. Het ISP beloofde hen pers te bieden, hetgeen hierbij gebeurt: Tweede Kamer: beveel deze stagedatabank aan bij de regering, zodat het CWI hier een loket voor maakt!!!!!

“Tupperware parties” Het ISP heeft taallessen van Ine Withaar voor migranten die de taal nog niet beheersen. Ook de ME-groep van Dagmar Voss Tenslotte de geplande groep Thaische vrouwen van Nok Wij menen dat met uitbreiding naar thema’s, die in de informatiesfeer liggen, binnen deze groepen veel winst behaald kan worden.


3. Werkgroep Allochtone ouderen en de ondersteuning van mantelzorgers

De grootste delegatie van het ISP was aanwezig bij de groep die over mantelzorg ging. Voor veel allochtonen is de mantelzorg zo vanzelfsprekend dat men het geen mantelzorg noemt. Het bewustzijn hiervan neemt gaandeweg toe Het was duidelijk dat de WMO hierbij een grote rol vervult. Zijn wij als lotgenotenorganisatie nu mantelzorgers? Als het gaat om juist die mensen die geen familie of vrienden om zich heen meer hebben, blijkt het ISP juist wel die rol van mantelzorger op zich te nemen. Vooral via onze bezoekersgroep wordt dit gerealiseerd. Verder kwam naar voren het belang van zgn Tupperwareparties. Hierbij kunnen mensen bij elkaar komen met in het “kistje” thema’s die van belang zijn voor de mensen. Met het oog op de informatieplicht van de overheid kan dit ook binnen de WMO een bron van inkomsten zijn voor de organisaties. Tenslotte ging het om de mogelijkheden voor mantelzorgers om even een rustperiode in te bouwen. Deze vraag wordt verder opgenomen

Tenslotte

Het was een geslaagde bijeenkomst, waar veel werd genetwerkt en waar we als rijkere mensen vandaan kwamen. Wij danken de werkgroep intercultureel Vrijwilligerswerk Haarlem voor de uitnodiging. Voor het ISP Martien Luijcks

5

WMO “Eenvoudiger met een minimum aan rompslomp” Haarlem bereidt overgang WMO voor

Op 1 januari 2007 treedt de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) in werking. Naast de verantwoordelijkheid voor de verlening van de Wvg-voorzieningen, krijgt de gemeente ook de verantwoordelijkheid voor de verlening van huishoudelijke hulp. De insteek van Haarlem daarbij is dat de gemeente haar inwoners met het invoeren van de WMO zoveel mogelijk in staat wil stellen zelfstandig mee te blijven doen in de eigen vertrouwde omgeving. Wethouder Hilde van der Molen heeft de Wmo in haar portefeuille. “Participatie is het sleutelbegrip bij de Wmo”, vertelt Van der Molen. “Alle burgers, dus ook mensen die zich niet goed alleen kunnen redden of buiten de maatschappij dreigen te vallen – bijvoorbeeld ouderen, gehandicapten of daken thuislozen moeten kunnen meedoen aan de samenleving. Op dit moment zijn we druk bezig met alle voorbereidingen om straks in januari 2007 geruisloos de overgang te maken.”

Voorzieningenniveau gelijk

Ondersteuning kan zijn in de vorm van hulpmiddelen, zoals een rolstoel of scootmobiel, een traplift, het aanpassen van een woning, maar ook klussendiensten of hulp bij het invullen van formulieren. Op al deze terreinen (Wvg en welzijnswet) is de gemeente al actief. Vanaf 1 januari 2007 gaat de gemeente ook de huishoudelijke hulp regelen, deze kwam voorheen uit de AWBZ. Wethouder Van der Molen: “Haarlem wil die overstap naar het aanbieden van huishoudelijke hulp op 1 januari 2007 helemaal rond hebben. We zijn nu nog druk bezig met de verordening daarop, de aanbesteding van de zorg aan instellingen en de overheveling

In januari 2007 wordt de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) van kracht. Deze wet maakt gemeenten verantwoordelijk voor maatschappelijke ondersteuning. Hieronder vallen onder andere: sociaal cultureel werk, denk aan buurthuizen en subsidies aan verenigingen, maatschappelijke opvang, denk aan Blijf-van-mijn-lijf-huizen en daklozenopvang, ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers, hulp aan mensen die ondersteuning nodig hebben in het dagelijks leven, zoals een aanpassing aan een woning, een rolstoel, of hulp in het huishouden.

van alle administratie van mensen die nu hulp krijgen via de AWBZ. Wij streven ernaar dat het voorzieningenniveau hetzelfde blijft. Sterker nog; we willen dat mensen er zo min mogelijk van merken en dat het straks voor hen zelfs eenvoudiger zal worden, met een minimum aan bureaucratische rompslomp.

Vergevorderd

Kijkend naar het huidige aanbod van voorzieningen constateert Van der Molen dat Haarlem al heel ver is. “Haarlem heeft al veel voorzieningen; de kunst is die straks allemaal met elkaar te verbinden en te zorgen dat ze goed kunnen samenwerken. Wij ervaren het als een uitdaging om

samenwerkingsverband verwijst de wethouder naar Kontext, een fusie van de stichting Haarlem Werkt en de Sociaal Maatschappelijke Dienst (SMD). “Binnen Kontext functioneren de ouderenloketten in Schalkwijk en Haarlem-Noord. Deze loketten hebben een heel breed aanbod; van vrijwilligersdiensten tot ouderenbezoek en boodschappenof klussendiensten. Daarnaast hebben ook welzijnsorganisaties ouderenhulp in hun pakket. Wij willen alle mogelijke aanbieders benutten en zorgen

Wmo-loket

Met de komst van de Wmo moeten burgers vanaf 1 januari 2007 huishoudelijke zorg aanvragen bij de gemeente. Om zoveel mogelijk onrust te voorkomen, zet de gemeente Haarlem de bestaande regelingen voort. Dat betekent dat mensen die op dit moment een indicatie huishoudelijke verzorging krijgen, die zorg gewoon blijven ontvangen. Heeft u nu nog geen huishoudelijke verzorging, maar dat vanaf 1 januari 2007 wel nodig dan kunt u zich voor aanvragen wenden tot Loket Schalkwijk en Loket Noord. De gemeente wil de bestaande loketten uitbreiden tot vier loketten. Aanvragen van individuele voorzieningen, zoals rolstoelen, woningaanpassingen (de huidige Wvgvoorzieningen) kunnen vanaf de ingangsdatum van de Wmo ook worden aangevraagd bij de loketten Schalkwijk en Noord.

er wat goeds van te maken. En omdat dit totaal nieuw is, kunnen we nog niet overzien waar er mogelijk nog kinderziektes zijn. Ook daarvoor hebben we de medewerking van de burgers nodig.” Als voorbeeld van een goed


dat ze samen een goed sluitend netwerk gaan vormen.”

Wethouder Hilde van der Molen, foto Merisa Beretta

Loketten

Maar eerst is er de deadline van 1 januari 2007. Wat zullen de mensen die thuiszorg hebben merken van de overgang naar de WMO? Van der Molen: “In principe verandert er voor de mensen niets. Iemand met een eenvoudige aanvraag voor huishoudelijke hulp kan terecht bij één van beide loketten. Daar kan ter plekke aan de balie worden bekeken of de aanvrager in aanmerking komt voor hulp. Voor mensen met een eenvoudige vraag willen wij ook eenvoudige procedures, voor complexe situaties is het goed dat daar uitgebreider naar gekeken wordt. Wij denken dat de overgang ons behoorlijk goed gaat lukken, daar doen we in ieder geval heel hard ons best voor.” Uit stadskrant Haarlem 37 / 2006

6

WMO ‘Invoering WMO kan pijnloos’ Door Carmen Wijgergangs

voorzieningen betreft ook niet op achteruit“, zegt Van Hal. Op 1 januari treedt de WMO in werking, maar 2007 wordt vooral een overgangsjaar waarin het beleid voor de vier jaar daarna gemaakt wordt.

Dinsdag 5 september 2006 RUCPHEN – Wethouder John van Hal verwacht dat de inwoners van Rucphen in 2007 nog niet veel merken van de invoering van de De WMO vervangt onder andere nieuwe Wet Maatschappelijke de huidige Welzijnswet, de Wet Ondersteuning (WMO). „Alleen voorzieningen gehandicapten en dat er meer maatwerk geboden delen van AWBZ. Dat houdt in dat wordt, zodat mensen krijgen wat de gemeenten vanaf ze echt nodig hebben.“ Van Hal noemt als voorbeeld de verstrekking van een scootmobiel. „Tot nu toe kreeg iemand die aangaf dat hij slecht ter been was en een scootmobiel wilde, die over het algemeen wel. Dat gaat veranderen. Mensen van het WMOloket gaan straks uitgebreid met iemand bekijken of zo’n scootmobiel wel de juiste oplossing is. Heeft de aanvrager wel plaats voor dat ding thuis, waar wil hij John van Hal: 'Mensen krijgen wat ze echt nodig het voor gebruihebben.' Foto: Thom van Amsterdam ken? Als dat is om 1 januari bovendien twee keer in de week tien verantwoordelijk worden voor de kilometer verderop te gaan thuiszorg. „Ook voor mensen die bingoën is hij misschien wel beter nu thuiszorg krijgen, geldt dat er af met een handbewogen rolstoel weinig zal veranderen. Zij zullen en deeltaxivervoer.“ ook na 1 januari dezelfde Vervoersvoorzieningen werden tot gezichten bij hen thuis zien.“ nu toe betaald uit het WVGbudget. „Dat budget verandert niet, dus mensen gaan er wat die

Samenwerking

Rucphen hoeft het allemaal niet alleen te doen. Het meeste werk dat de invoering van de nieuwe wet met zich meebrengt, wordt in regionaal verband gedaan. „De aanbesteding van huishoudelijk werk doen we ook samen met de andere gemeenten, waaronder Woensdrecht, Halderberge en Moerdijk.“ Het staat vast dat in gemeenten verschillende marktpartijen aan het werk mogen. „Dus mensen kunnen straks kiezen bij welke organisatie zij hulp willen inhuren.“ Het is daarbij wel belangrijk dat er geen vertraging komt in het besluitvormingstraject. De Verordening Voorzieningen maatschappelijke ondersteuning moet op 1 oktober zijn vastgesteld. „Gebeurt dat niet, dan krijgt de gemeente een heleboel extra werk op haar dak. Dan moeten aanvragen voor huishoudelijke hulp behandeld worden alsof het AWBZaanvragen zijn.“ Hoe het er na het overgangsjaar allemaal uit komt te zien, wordt in de loop van volgend jaar duidelijk. Van Hal denkt dat het allemaal best goed komt. „Via de WMOraad krijgen alle betrokken partijen voldoende inspraak.“ Of alle wensen dan ook gefinancierd kunnen worden, is een tweede. „Het blijft altijd aan de raad om, als het nodig is, keuzes te maken.“ De commissie Maatschappelijke Aangelegenheden bespreekt de verordening vanavond. BN de Stem / 8 september 2006

In Memoriam Mel Fraanje Een strijdbaar mens uit Schagen is van ons heengegaan. Onversaagd vocht zij voor de rechten van mensen met problemen, tegen een hulpverlening die niet samenwerkte met elkaar of met de klanten. Altijd solidair met de zwakkeren, is zij nu zelf verzwakt. In crisis deed zij tenslotte zelf een beroep op de hulpverlening. Die gaf haar geen thuis. Nu is zij vergleden van deze aardbodem. Rust zacht Mel ISP-redactie


7

WMO Wijksteunpunten Breed in Noord-Holland Start en einde project

Deelverordening wijksteunpunten breed NoordHolland 2005 tot en met 2007 – looptijd 01-01-2005 t/m 31-12-2007. Na een positieve evaluatie door Provinciale Staten is verlenging 2008-2015 mogelijk.

Probleemstelling

wijksteunpunten te realiseren en bij een positieve evaluatie in 2006 nogmaals 18.

Evaluatie

De provincie Noord-Holland heeft de brochure "Wijksteunpunten in Noord-Holland; bouwstenen voor brede wijksteunpunten" uitgebracht. De brochure bundelt ervaringen die zijn opgedaan bij het realiseren van een wijksteunpunt en beschrijft een aantal voorbeelden. U kunt de brochure hieronder downloaden.

Een wijksteunpunt is een voorziening die op dorpsof wijkniveau voorziet in informatie en advies, ontmoetingsmogelijkheden, zorgen dienstverlening. De partijen die in een wijksteunpunt zitten zorgen ervoor dat mensen, met of zonder een beperking, kunnen meedoen in de samenleving.

Noord-Hollandse gemeenten (uitgezonderd Amsterdam) in samenwerking met toegelaten woningcorporaties (art. 70 1e lid woningwet).

Inhoud

Subsidie/budget

Als onderdeel van het ondersteunend beleid voor het stimuleringsprogramma Wonen Welzijn en Zorg is door de provincie Noord-Holland een nieuwe deel verordening Wijksteunpunten breed opgesteld.

Kenmerken van brede wijksteunpunten zijn: - functiemenging: met het oog op een gezonde exploitatie; - meerdere doelgroepen (ouderen, jeugd, gehandicapten en cliënten van de geestelijke gezondheidszorg): met het oog op zorgvuldig ruimtegebruik; - wijkgericht: om samenhang in de wijk te bevorderen. Er zijn nog geen Wijksteunpunten Breed in NoordHolland gerealiseerd, wel is een aantal projecten in voorbereiding.

Doelgroep

Doelgroep: Noord-Hollandse gemeenten (met uitzondering van de gemeente Amsterdam) in samenwerking met toegelaten woningcorporaties (art. 70, 1e lid Woningwet). Profijtgroep: Alle bewoners in de wijk of het dorp

Waar

Provincie Noord-Holland, met uitzondering van de gemeente Amsterdam

Beoogde resultaten

Het stimuleren van de realisatie van Wijksteunpunten breed in alle Noord-Hollandse gemeenten (uitgezonderd Amsterdam) op basis van de nota “Zorg verbetert het leefklimaat in NoordHolland" dd. 25-10-2004. Doel is om minimaal 22

Samenwerkingspartners

Voor de provincie gelden als voorwaarden voor financiële steun aan een wijksteunpunt: - zelfstandig wonende mensen met een beperking in de omgeving van het wijksteunpunt breed moeten gebruik kunnen maken van de geboden voorzieningen; - het wijksteunpunt biedt tenminste één functie uit elk van de vijf functieclusters en omvat ook één of meer algemene zorgfuncties of publieksfuncties; - er wordt rekening gehouden met de behoeften van de burgers die geen beperkingen hebben; ook zij moeten gebruik kunnen maken van het wijksteunpunt; - de exploitatie komt voor gezamenlijke rekening van de aanbieders van de voorzieningen. Alle gemeenten kunnen gedurende de looptijd van de regeling slechts 1 x subsidie ontvangen. Maximale subsidie 50% van de door Gedeputeerde Staten noodzakelijk geachte kosten met een maximum van € 500.000,-- per aanvraag.

De Provincie heeft een subsidieregeling voor wijksteunpunten breed

Meer informatie

Organisatie: Provincie Noord-Holland Contactpersoon: Jos van Heeswijk, beleidsmedewerker directie beleid, sector jeugd, zorg en welzijn Adres: Postbus 3007, 2001 DA Haarlem Tel: 023-5143758 E-mail: [email protected] Web: www.noord-holland.nl

Commentaar ISP Reeds in 2005 startte de provincie NH met dit initiatief. Ons inziens hoort dit nadrukkelijk onder de WMO. Samenwerking met wijkraden en met klanten- en migrantengroeperingen kan o.i. alleen maar met een dubbel beleid: enerzijds een centraal punt, anderzijds een grote decentralisatie over de wijken. Dit voorstel is daarom een bijzonder leuke aanvulling van het beleid van de meeste gemeenten. Het doet ons als ISP deugd dat er ook vanuit de overheden het belang van deze steunpunten als zeer belangrijk en ook efficiënt worden gepropageerd. Zoals bekend voert het ISP al meer dan 10 jaar dit werk uit, waarbij haar naam InformatieSteunPunt de inhoud van het werk aangeeft. Bij de redactie zijn meerdere cliënteninitiatieven bekend, met name Schagen en Bennebroek


8

Persoonlijk Het Levensdoel Waarom begrijpen mensen elkaar niet En vluchten wij allen voor verdriet Leef met elkaar mee Want dat is waar men van leert

Kijk niet altijd terug of achterom Maar kijk vooruit dan ben je niet dom Lach als je wakker wordt Dan heb je weer een nieuwe dag

Je hoeft niet iedere dag te bidden Al is het af en toe Denk ook aan andermans verdriet Maar vergeet je eigen niet

En denk eraan en lach Ook al is er wel eens een traan Denk aan morgen Dan zal het weer beter gaan

Kijk maar om je heen Je bent nooit alleen Toch heeft ieder iemand nodig Want dat is ook niet overbodig

Maar vergeet niet te denken Aan de leuke dingen die je hebt meegemaakt Thea Hueting

Ik Ik Ik Ik Ik Ik

weet nu wie ik echt ben. heb weer een eigen gevoel. doe alleen wat ik ken. werk aan mijn eigen doel. het goede en slechte herken.

Ik Ik Ik Ik Ik

kan niet alles meer geven. ga niet meer over mijn grenzen. kan nu genieten van het leven. heb nu mijn eigen wensen. leerde dingen anders te beleven.

Ik Ik Ik Ik Ik

moest vele dingen leren. leerde dit met vallen en opstaan. niet altijd hoef te presteren. kan niet altijd voor honderd procent gaan. wil het soms nog wel proberen.

Ik Ik Ik Ik Ik

nu een nieuw leven begin. sommige dingen moet vermijden. niet hou van ruzie en onzin. niemand wil zien lijden. wil dat een ieder het heeft naar z’n zin.

John Weijers


9

2e lijn GGZ Het gevaar van verslaving aan pillen ******************************* Uit een onderzoek blijkt een Veel mensen zijn verslaafd aan beeld na voren te komen dat tranquillizers en slaappillen en een groot aantal doktoren en het is moeilijk om er weer van psychiaters met weinig tijd, af te komen. geconfronteerd wordt met een Afkicken onder medisch toezicht brede verscheidenheid aan zou belangrijk zijn. fysieke en geestelijke Door goede voorlichting kan het symptomen maar die het te gebruik van medicijnen in de druk hebben om de mogelijke hand worden gehouden en oorzaken daarvan te verslaving worden tegengegaan. onderzoeken. De meeste patiënten zagen hun arts niet langer dan 10 minuten bij dat eerste bezoek toen de medicamenten werden voorgeschreven. De helft van de patiënten werd Miny Warman niet verteld dat het om een tranquillizer ging. **************** Ook werd er niet voor de bijwerkingen gewaarschuwd. Onbekend maakt Te vaak kregen mensen onbemind herhalingsrecepten, genoeg voor een periode van meer dan Schizofrenie….‘Begrepen of 3 maanden. onbegrepen’, tijdens de Heel veel mensen gebruiken ze uitwisselingsbijeenkomst die het nu al meer dan 5 jaar en Cliënten Belangen Bureau KAM sommige al meer dan 10 jaar. (CBB) op 20 september jl. in het Slechts iets meer dan de helft Dolhuys, organiseerde, blijkt dat van de mensen die proberen te er nog veel onduidelijkheid over stoppen, zijn daarin geslaagd. deze aandoening bestaat. Het is moeilijk aan te nemen dat Clements Buur, van de arts die de eerste keer de patiëntenvereniging Anoiksis, medicamenten voorschreef, benadrukt de belangrijkheid dat tijdens dat korte eerste bezoek, iedere patiënt zijn eigen verhaal zich op dat moment heeft en dat er dan ook geen gerealiseerd heeft, dat zo’n hapklare definitie voor deze groot aantal patiënten die hersenziekte bestaat. “Er vallen medicijnen jaren later nog misschien wel 150 verschillende zouden gebruiken. symptomen onder de Dikwijs zeggen patiënten dat ze verzamelnaam schizofrenie.” depressief zijn terwijl ze De meesten van de ongeveer financiële problemen hebben, twintig aanwezigen in het werkeloos zijn of huisvesting Haarlemse museum voor de problemen hebben. Psychiatrie, hebben zelf direct of Een goed gesprek en hulp indirect met schizofrenie te zouden hier beter op zijn plaats maken. De 25-jarige Tim is één zijn dan pillen. van hen. Hij werkt als Dit geldt natuurlijk niet voor alle ervaringsdeskundige bij het ziekten. CBB. Na het mislukken van zijn Veel patiënten hebben studie raakte hij in een medicijnen nodig om te genezen depressie en vluchtte in feesten of te onder drukken maar de en drugs. Na een jaar kreeg hij bijwerkingen van die medicijnen zijn eerste psychose en liet Tim moet dan wel verteld worden. zich vrijwillig in de psychiatrie Goede controle is dan wenselijk, opnemen, waar onder meer met maar dat gebeurt niet altijd. medicijnen zijn emoties


onderdrukt werden en de diagnose schizofrenie gesteld werd. Hijzelf wilde niet aan deze ziekte en gaf de schuld van zijn psychose aan drugs en slaapgebrek. Tim: “In het begin had ik veel steun aan een vaste vriendengroep en mijn familie.” Helaas hield deze groep geen stand. “Via via hoorde ik dat ze er niet mee om konden gaan dat ik zo veranderd was.” Een andere patiënte herkent zich in dat veranderen. Ze vertelt dat psychoses een aanslag op je hersenen zijn die blijvende schade aanrichten, je geheugencapaciteit wordt bijvoorbeeld minder. Maar ook medicatie speelt een rol. Tim vertelt dat hij voor zijn ziekte nogal spontaan was, maar dat dit door de medicijnen veel minder is geworden. Hij heeft de afgelopen jaren nogal met eenzaamheid geworsteld en door onder meer de ontkenning van zijn ziekte ‘Ik hoor toch geen stemmen en ik heb geen gespleten persoonlijkheid’, raakte hij van zichzelf vervreemd. Na een gedwongen opname, zo’n drie jaar geleden, werd hij in een rustig tempo behandeld en had hij ook inbreng qua medicijngebruik. “Toen kreeg ik de rust om over mijn verleden na te denken en mijn beperkingen door de psychische aandoening onder ogen zien”. Zo leerde hij uiteindelijk zijn ziekte accepteren. Sindsdien gaat het stukken beter met Tim. Hij heeft inmiddels een vriendin en gaat ook weer stappen, maar…. nu zonder drugs! In het begin kwam hij tijdens het uitgaan oude bekenden tegen die wel belangstellend naar hem waren, maar tegenstrijdige verhalen uitten over dat hij gek geworden was en zelfs dat hij in

10

AWBZ coma gelegen had. “Dit te horen, was erg beledigend”. Tim’s verhaal staat niet op zichzelf. Naar aanleiding van zijn verhaal laten ook anderen aan de tafel van zich horen. Ze ervaren nog veel onbegrip over hun ziekte in hun omgeving. Karin Goudsmit van het CBB, zegt dat deze bijeenkomst dan ook georganiseerd is omdat er vanuit de cliënten behoefte bestaat om als patiënten van gedachten te wisselen en samen een signaal naar de buitenwereld te geven over de breedheid van schizofrenie. Dat hierover het laatste woord nog niet gesproken wordt, blijkt wel uit het lange napraten van de aanwezigen wanneer de officiële bijeenkomst allang afgelopen is.

Verslag Jantina Veennema (zie foto)

e-mail-correspondentie met de Staatssecretaris Hier vindt u de e-mails tussen ISP/CB en Clémence Ross-van Dorp

Onderwerp: besteding van de AWBZ-gelden dinsdag 23 mei 2006 12:25

Geachte Staatssecretaris Rossvan Dorp, beste Clémence, Per e-mail hebben wij u al eerder onze bezorgdheid gemeld over de bestedingen van de AWBZ-gelden en gepleit voor het belang van een uniforme registratie van de daarvoor geboden productie. Uit landelijke informatie hebben wij vernomen dat het kabinet in juni a.s. het IBO-rapport over de toekomst van de AWBZ naar de Tweede Kamer zal zenden.

Wij zouden het op prijs stellen indien onze eerder gemelde bezorgheid en het punt van uniformitieit in de registratie en bijv. bij de intake-procedures, daarin worden meegenomen. Van hieruit moet o.i. ook aandacht besteed worden aan de duur van behandeling c.q. opname, wat gestoeld moet zijn op een plan, daarbij m.n. uitgaande van de WGBO Wij willen graag door u op de hoogte gehouden worden, en ontvangen derhalve graag het bovenvermelde IBO-rapport over de AWBZ. De discussie over het anders en kortdurend besteden van de AWBZ-gelden lijkt ons hierbij van erg groot belang. Met vriendelijke groet, Ton de Vries, Cliëntenbond id GGZ KAM Martien Luijcks, ISP PS. in het najaar 2006 willen wij een weekend-bijeenkomst organiseren voor de GGZklanten in Noord Holland (NH), dit in samenwerking met SELZA en de RPCP's (Zorgbelang NH) en het Provinciaal Instituut voor Maatschappelijke Ondersteuning (PRIMO-NH). Bij deze bijeenkomst zal vooral de nadruk komen te liggen op de eerstelijn ggz, waarbij speciaal de preventie als speerpunt ingebracht wordt. Onderwerp: Vervolg 18aug 06 vrijdag 18 augustus 2006 13:09

Geachte Staatssecretaris Rossvan Dorp, beste Clémence en Minister Hans Hoogervorst, Op 23 mei jl. zonden wij u reeds een bericht over de controle op de bestediing van de AWBZgelden met name middels een centrale registratie. Nadien werden wij bestookt met alarmberichten over wachtlijsten en tekorten bij o.a. de Thuiszorg, Geesteljke Gezondheidszorg en Jeugdzorg. Het management van die instellingen en ook de zorgverzekeraars krijgen er kennelijk geen genoeg van om


o.i. onnodige onrust te zaaien aangaande de vermindering van te bieden hulp. Bij al deze beweringen missen wij een goed gefundeerd onderzoek naar de aanpak van de hulpverlening, en van daaruit hun samenwerking en de nood bij de klanten. Wij menen dat, wanneer de organisaties van genoemde hulpverlenings- en zorg-organisaties, meer gestroomlijnd worden, er met minder kosten, meer gedaan kan worden, zeker als er beter wordt samengewerkt. Van belang is hierbij ook om aandacht (en geld) te besteden aan de verdere ontwikkeling van de zogenaamde "zorgzame samenleving". Vanuit de praktijk ervaren wij dat er steeds meer eenzaamheid ontstaat, die dan weer een bron is voor nog meer narigheid. Het beginsel van

Clémence Ross-van Dorp

"voorkomen is beter dan genezen", wordt nog te weinig in praktijk gebracht. Volgens het concept verkiezingsprogramma CDA moet er de komende tijd vier miljard euro bezuinigd worden in de zorg. Wij kunnen ons hierin vinden, wanneer er meer aandacht besteed wordt aan de preventie, en, zoals eerder vermeld: een betere werkwijze. De kwestie van de Verpleging en Verzorging en het recente Rijks-Onderzoek daarnaar, heeft bewezen dat bij een goede aanpak, met minder kosten, vermindering van de hulpvraag gerealiseerd kan worden, en

11

AWBZ de eigenlijke hulp meer kortdurend en doeltreffend kan zijn. Wij hebben vernomen dat u en uw minister voor de komende regering niet meer beschikbaar bent. Wij betreuren dit in hoge mate! Een lichtpuntje hierbij is wellicht dat u meer de gelegenheid hebt om u te verdiepen in de kosten en baten van de AWBZ en mogelijk ook de WMO inzake de over te hevelen zorgaspecten. Indien dit mogelijk is, willen wij daar graag bij betrokken worden. Met vriendelijke groet, Ton de Vries, voorzitter Cliëntenbond i.d. GGZ KAM Martien Luijcks, Coördinator ISP

Sent: Monday Aug 21 2006 1:43 PM

Beste Ton, Dank voor je bericht van 18 augustus jl. Tot in mijn vakantie ben ik achtervolgd over de grote financiële tekorten die er in de AWBZ zouden zijn als gevolg waarvan de wachtlijsten zouden groeien als kool. Na een analyse en het scheiden van de feiten van de fictie, blijkt de nood minder hoog dan in de krantenkoppen door de sector voorgespiegeld. Voor jouw info doe ik je hierbij de brief toekomen, zoals ik die hierover onlangs naar de Kamer heb gestuurd. De inhoud daarvan spreekt voor zich. Mijn ervaring in het politieke bedrijf is dat veel politici niet weten wanneer zelf op te stappen en plaats te maken voor anderen. In het CDA is ooit een richtlijn opgesteld door de helaas overleden oudminister Jan de Koning. Hij vond dat drie termijnen voldoende zijn. In dat licht gezien, had ik nog één termijn kunnen meegaan. Ik heb nu 4 jaar in de Kamer gezeten en 4 jaar in het kabinet. Kortom, ik meen mijn bijdrage aan de publieke zaak te hebben geleverd. Vanzelfsprekend is dat, hoe kan het ook anders, die periode ook ten koste gegaan van de aandacht die ik aan mijn gezin heb kunnen besteden. Mede reden, waarom ik besloten heb mij niet voor een nieuwe termijn verkiesbaar te willen stellen. Vriendelijke groet, Clémence Ross. dinsdag 22 augustus 2006 14:05

Geachte staatssecretaris Rossvan Dorp, beste Clémence, Ton de Vries: Waar begint depressiviteit? foto Yvonne Henkemans

In uw reactie is de beloofde brief aan de Kamer helaas niet meegekomen, misschien kunt u die nog nazenden?


Ook vroegen wij u over een door u op te richten werkgroep voor bestudering van de uitgaven in de zorg, waarin u en uw minister zitting zouden kunnen nemen. Dit mede geïnpireerd door de werkgroep rond de uitgaven van de Jeugdzorg o.l.v van Eijk resulterend in het rapport "Operatie Jong en Jeugdzorgbrigades". Hierbij kunt u onderscheid maken in de

sectoren zoals gemeld in onze e-mail van 18 augustus. Tenslotte hebben wij u aangeboden deze werkgroep vanuit onze ervaringsdeskundigheid te willen versterken. in afwachting van uw reactie, met vriendelijke groet, Ton de Vries en Martien Luijcks donderdag 31 aug. 2006 17:16

Beste Ton, De brief * heb je ondertussen digitaal ontvangen, zo heb ik begrepen. Na de val van het kabinet in de zaak-Hirsi Ali heeft het kabinet de opdracht gekregen om de begroting voor het komend dienstjaar voor te bereiden en verkiezingen uit te schrijven. Zij wordt geacht grote terughoudendheid te betrachten bij het opzetten van nieuwe initiatieven. Kortom, van de minister en van mij uit zullen geen initiatieven in de door jou geschetste richting worden genomen. Vriendelijke groet, Clémence Ross. * zie pagina 12

12

AWBZ Rapport knelpunten AWBZ Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ons kenmerk DLZ/KZ-2709163 Onderwerp Ctg/ZAio rapport knelpunten AWBZ

Tijdens het Algemeen Overleg over de modernisering AWBZ op 22 juni 2006 heb ik met u gesproken over berichten die u en ik ontvingen over mogelijke knelpunten in de extramurale AWBZ. Ik heb Ctg/ZAio gevraagd te komen met een analyse van de aangeleverde knelpunten. Ik heb deze analyse inmiddels ontvangen. U vindt de analyse als bijlage bij deze brief. Daarnaast heb ik een aantal trajecten in gang gezet om meer inzicht te krijgen in de achtergronden van de gesignaleerde knelpunten. Ctg/ZAio heeft hier voor haar analyse gebruik van gemaakt. U vindt de rapporten van CIZ en CAK in de bijlage. In 2005 was er sprake van een evenwichtssituatie in de AWBZ. De benodigde zorg kon worden geleverd uit het daarvoor beschikbare budget. Mede op basis van dat gegeven, dat door de brancheorganisaties van zorgaanbieders werd onderschreven, heb ik in september 2005 afspraken gemaakt met de convenant-partijen over de besteding van het AWBZ budget 2006. In onze ramingen van de benodigde middelen gaan we voor 2006 uit van gerealiseerde productie in het verleden en realistische verwachtingen voor de groei. Daarbij is rekening gehouden met afspraken die in het GQnvenant AWBZ 2005 - 2007 zijn gemaakt. Het volume van de AWBZ-zorg is in het eerste half jaar van 2006 echter harder gegroeid dan geraamd. Uit de nu aangeleverde informatie van het CIZ en CAK blijkt dat zowel het aantal cliênten als het aantal uren zorg per cliênt meer is toegenomen dan geraamd. Ctg/ZAio adviseert om aan de contracteerruimte 2006 een bedrag van circa € 95 miljoen toe te voegen om de volumegroei in de extramurale AWBZ op te kunnen vangen. Daarbij is rekening gehouden met het feit dat van de € 197 miljoen die nog beschikbaar was voor de tweede contracteerronde er volgens gegevens van Ctg/ZAio nog circa € 30 miljoen niet gecontracteerd is. Deze € 125 miljoen moet volgens het Ctg/ZAio voor zorgkantoren en zorgaanbieders voldoende zijn om de AWBZ-zorg tot 1 januari 2007 te kunnen leveren. Het Ctg/ZAio heeft bij haar advies gebruik gemaakt van de inventarisatie van ZN maar neemt het door hen gevraagde bedrag van € 254 miljoen niet over. Ik neem het advies over van Ctg/ZAio om € 95 miljoen extra toe te voegen aan de contracteerruimte 2006. Over de manier waarop dit geld het meest doelmatig kan worden verdeeld door de zorgkantoren over de zorgaanbieders ga ik met Ctg/ZAio in overleg. Ik neem daarbij een aantal adviezen van Ctg/ZAio ter harte. Zo ben ik het zeer eens met Ctg/ZAio dat kleine en nieuwe zorgaanbieders gestimuleerd moeten worden. De ervaring leert dat deze aanbieders laten zien dat goede zorg voor lagere tarieven kan worden geleverd. Zij blijken echter moeite te hebben zich een solide marktpositie te verwerven ten opzichte van de gevestigde aanbieders. Net als Ctg/ZAio wil ik hier benadrukken dat de knelpunten niet in déze omvang voor de zomer door zorgaanbieders en zorgkantoren zijn gemeld. Opvallend is ook dat Ctg/ZAio van géén van de zorgaanbieders met een cliëntenstop - er zijn er bij Ctg/ZAio 18 bekend - in de tweede contracteerronde een eenzijdig verzoek tot hogere budgetvaststelling heeft gekregen. Die uiterste mogelijkheid bestaat wanneer zorgkantoor en zorgaanbieder er echt niet samen uitkomen. Een aantal knelpunten heb ik, of Ctg/ZAio, via de media vernomen. In veel gevallen bleek er bij navraag sprake te zijn van wachtlijsten bij één, veelal grote, zorgaanbieder, terwijl andere, veelal kleinere, aanbieders nog ruimte hadden om de gevraagde zorg te kunnen leveren. Mijn vrees is dat cliênten onvoldoende op de hoogte zijn van het aanbod in hun regio. Ik wil, conform het advies van Ctg/ZAio, dat het zorgkantoor wat betreft het toewijzingsbeleid, samen met de zorgaanbieders in een regio, actiever optreedt. Een cliênt houdt overigens vanzelfsprekend het recht te kiezen om op de wachtlijst van de ene aanbieder te staan terwijl een andere aanbieder nog ruimte heeft. Ik ben van mening dat het in veel gevallen onnodig is dat mensen verstoken blijven van zorg. Er is immers nog ruimte in het systeem. Na de tweede contracteerronde is nog voor circa € 30 miljoen geen AWBZzorg gecontracteerd. Bovendien is er ruimte bij andere aanbieders in de regio. De cliêntenstops hebben veel onrust veroorzaakt bij cliênten. Dat betreur ik ten zeerste, zeker omdat veelal andere oplossingen mogelijk zijn. Het zorgkantoor wil en kán niet alle groeiambities van elke aanbieder in een regio accommoderen. Als een aanbieder geen zorg meer kan leveren omdat de grens van zijn productieafspraken is bereikt, betekent dat niet automatisch dat cliênten in die regio geen zorg kunnen krijgen. Ik zie om bovenstaande redenen met interesse uit naar de resultaten van het aangekondigde onderzoek van Ctg/ZAio naar de marktordening van de extramurale zorg. Op basis van dit onderzoek verwacht ik dat maatregelen kunnen worden getroffen om mogelijke marktimperfecties weg te nemen De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, drs. Clémence Ross-van Dorp


13

Grabbelton

Cursus

OMGAAN MET DE COMPUTER

WEEKEND 1e lijn ggz cliënten

Het ISP organiseert in samenwerking met Ricardo van Driest een cursus “Omgaan met de Computer”. Met deze cursus leert u uw onzekerheid voor de computer te overwinnen. Voor meer informatie tel: 023 5402030

Op 11 en 12 november a.s. organiseert de Cliëntenbond Kennemerland, Amstel- en Meerlanden in samenwerking met het ISP én de landelijke Cliëntenbond een weekendbijeenkomst voor cliënten van de 1e lijn ggz uit heel Nederland.

De kosten zijn naar draagkracht en worden nader overeengekomen.

Ook wordt samengewerkt met Zorgbelang NH en SELZA, de eerstelijns organisatie vanuit de zorg.

Ricardo van Driest Algemeen Lessen op: maandag- en vrijdag-avond 19.00 uur – 19.45 uur Groepsgrootte: 6 mensen per groep Plaats: Kantoor ISP Volhardingstraat 2 Haarlem:. Programma: Basiscursus WINDOWS : Gevorderden WINDOWS:

10 lessen 10 lessen

Basis Internet / e-mail: Gevorderden Internet / e-mail

10 lessen 10 lessen

Basis Office 2003 Gevorderden Office 2003

10 lessen 10 lessen

Bij hoge druk zijn er extra lessen op maandag en vrijdag

Het doel is: Hoe kan bereikt worden dat de 1e lijn ggz meer paraat is, waardoor minder verwijzing naar de 2e lijn ggz (mogelijk) noodzakelijk is. Plaats en data worden nog bekendgemaakt. Alle 1-e lijns GGZ-cliënten zijn van harte welkom. Geïnteresseerden kunnen hun gegevens doorgeven aan onderstaand telefoonnummer. Vermeld bij het bellen: “weekend eerstelijn ggz” Tel. 023 5278131 Informatie bel: 06 18193261

Standwerkzaamheden ISP Op 27 augustus en 2 september 2006 waren onze medewerkers te vinden op de Knoedelmarkt van de Amsterdamse Buurt Haarlem en op de markt op het Dik Trom Plein in Hoofddorp. Margriet Senneker en Ton de Vries, met ondersteuning van Paul Kepel, waren op beide markten aanwezig met een kraampje. Ook Thea Hueting en Petra Calandt droegen hun steentje bij in het Hoofddorpse. Ine Withaar won een prijs bij de Knoedelmarkt in de Amstedamse Buurt. In de Amsterdamse Buurt was de aftrek van folders net zo groot als in Hoofddorp. In totaal gingen 2000 folders over in de handen van de vele bezoekers van de markt. Slechts in totaal 30 werden weer weggegooid, en door ons weer opgeraapt. De betrokkenheid bij de passanten was groot. Zo werd de bekendheid van onze gratis 24-uursservice verkondigd. WIE BEN IK-bijeenkomsten ISP Op vrijdag 22 september jl. hield het ISP haar eerste “Wie ben ik”-bijeenkomst. Er waren in de Ripperdastraat 11 te Haarlem een tiental mensen op af gekomen, die een goed gesprek met elkaar voerden over “Wie ben ik”. De volgende bijeenkomst op vrijdag 27 oktober a.s. om 14.00 uur zal gaan over:

Wie ben ik en de ander?

Een van de deelnemers Van de wie ben ik bijeenkomsten

Mensen die geïnteresseerd zijn om aan deze gespreksmiddagen deel te nemen kunnen gewoon binnenlopen bij het NVSH-gebouw in Haarlem. Onze gastvrouw is Nora. We houden vanaf heden elke laatste vrijdagmiddag van de maand om 14.00 uur weer een gespreksmiddag. Ieder die met het thema worstelt of door eigen ervaring een oplossing heeft gevonden is van harte welkom. Om 16.00 uur sluiten we af met een gezellig drankje..


14

Algemeen. Met vriendelijke groet, Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie. Iris van Bennekom, Directeur

Recommend Documents