& ?VVg\Vc\ '& " bVVgi '%&%
=Zi i^_YhX]g^[i kVc YZ AK6<
ckdZg^c\ kVc YZ :"edgi[da^d IWX"hiV\Z ^c Oj^Y"6[g^`V
‘AIOS ontvangen Mednet gratis!’ ǠǥǫǜǩǭǠǜǮ
ǩǜǧǦǩǫǘǞǜ
ǤǜǘǚǬǣ ǚǬǣǧǘ
ǨǠǟnet
Roel Coutinho over stilte na de storm
Jellinek begint met Minnesota-therapie
Cardioloog verloor patiënt op angiotafel
ǮǜǫǜǥǪǚǟǘǧ
Niet-pluisgevoel huisarts onderzocht
)
-1 -1 I I .- %' -*$+( )* )*, , & 9(-$ 9(-$5 5..1 ..1, ,$#(2 $#(2" "' '-$# -$#$1 $1+ + -# 666 ,$#- $3 -+
1& -& -& I -4,,$1 -4,,$1 I .*3.!$1 .*3.!$1
ǜǧǯǤǥǟǟ ǟǪǦǯǠǭ #$ $Ŗ/ Ŗ/ 3(-3ŗ(2 (2. .5 5$ $1 1 +
Mednet
| Magazine
| AIOS
Mednet magazine houdt artsen (in opleiding) maandelijks op de hoogte van het laatste nieuws in de gezondheidszorg. Maar Mednet biedt meer. Want de arts is immers ook ondernemer, carrièreplanner, ouder, partner, maat en mens. De arts werk met passie voor het vak en aandacht voor de patiënten. Maar kent de dilemma’s en de hindernissen. Mednet wil tegen deze achtergrond op alle fronten een betrouwbare partner ]LMQ PHW QLHXZV NHQQLV LQWHUDFWLH HQ UHÀHFWLH 9LD RQV PDJD]LQH PDDU RRN RQOLQH YLD ZZZPHGQHWQO Ook gratis Mednet ontvangen? Ga naar www.bsl.nl/mednet, kies voor particulier abonnement, vul de FRXSRQFRGH /9$* LQ HQ NOLN RS DFWLYHHU DFWLH ORRSW WRW PHL NHHU SHU MDDU _ MDDUDERQQHPHQW ¼ JUDWLV YRRU $,26
ZZZEVOQOPHGQHW
VOORWOORD
Colofon Redactie Daniël Dresden, hoofdredacteur Lisette Kunz, hoofdredacteur Daniëlle Jansen, eindredacteur Heidi Wals, eindredacteur a.i. Saskia Bulk Nanda Glimmerveen Jocea Michels Robert Minnee Janine Nuver Ralph Hartman, adviseur Redactieadres Bureau LAD public relations Postbus 20058 3502 LB Utrecht T (030) 670 27 02 F (030) 670 27 00 E [email protected] Dagelijks bestuur LVAG Ingrid Desar, voorzitter Renske Scheenstra, vicevoorzitter Sjoerd Lagarde, penningmeester Addy van de Luijtgaarden, secretaris Annemarie van den Berg, lid Suzanne Booij, lid Monika Lens-Kerckhoffs, lid Tessa Nizet, lid Secretariaat LVAG Postbus 20058 3502 LB Utrecht T (030) 670 27 04 F (030) 670 27 00 E [email protected] I lvag.nl Uitgever LVAG, Utrecht Pre-press en drukwerk Drukkerij Het Centrum Utrecht BV Fotografie omslag Jeroen van den Boer Ontwerp Advertentie-exploitatie BuitenZinnen Sabine Kaim Anke Asselman Hooghiemstraplein 121 3514 AZ Utrecht T (030) 271 43 30 F (030) 271 02 65 M 06 21 81 57 88 E [email protected] I buitenzinnen.com
Wat is de overeenkomst tussen een druif en een arts in spe? Ze worden allebei gesnoeid, gekrent, uitgeperst en in de veiling genomen. De studenten krijgen geen studiebeurs meer, aios moeten voor hun eigen opleiding betalen, de kaasschaaf gaat over de specialistensalarissen. Deze overheidsplannen kunnen verstrekkende gevolgen hebben voor de toekomst van ons vak. De LVAG en De Jonge Orde hebben de handen ineen geslagen en samen een polemisch pleidooi geschreven, een weerwoord tegen het profijtbeginsel en tegen verruiming van de numerus fixus. Ook onze AIOS-columnist Jocea geeft in een bevlogen betoog haar mening. We raden je aan om Gatverdamme, geld op pagina 24 te lezen. Het is natuurlijk niet alleen kommer en kwel in de artsenwereld. Wat gebeurde er bijvoorbeeld op de bank in een assistentenkamer van het Bronovo? Niet alleen voor dit soort sappige anekdotes, maar ook voor aparte ochtendrituelen, speciale vrimibo’s (vrijdagmiddagborrels) of andere gewoonten is de rubriek Riten en sagen in het leven geroepen. Heb je zelf een mooi verhaal? Mail het dan naar [email protected]. Een andere nieuwe rubriek in AIOS is Buitenland. Deze keer beschrijft Robin Cornelissen zijn ervaringen over zijn stage in Kaapstad. Een hele andere omgeving waar veel mooie verhalen over te vertellen zijn! Chirurg Robert Pierik vertelt enthousiast waarom zijn afdeling de Opleidingsprijs 2009 heeft gewonnen. Natuurlijk zijn er ook de vaste rubrieken zoals Bijtanken met Sofie Meijering en haar hobby paardrijden, Meester en Leerling in de transplantatiechirurgie en Geneesheer over Guillaume Dupuytren. Kortom, we hebben voor jullie weer een heel tijdschrift vol met wetenswaardigheden over de opleiding, doorspekt met leuke en grappige verhalen. Veel leesplezier met de eerste AIOS van 2010 en tevens het eerste nummer voor ons als hoofdredacteuren. Daniël Dresden & Lisette Kunz, hoofdredactie AIOS
Inhoud LVAG-nieuws Enthousiaste bestuursleden gezocht! WMA sponsort trainingen aan INSEAD De Meester en de Leerling Opleidingsprijs 2009 – De Zwolse winnaar vertelt Bijtanken met... Sofie Meijering KNMG: Update modernisering vervolgopleidingen De Jonge Orde: Arbeidsongeschikt als aios. Wat nu? De Jonge Orde en LVAG fel tegen het profijtbeginsel Uitbreiding numerus fixus bedreigt kwaliteit artsenopleiding Buitenland: Zuid-Afrika, een compleet andere wereld Geneesheer: Guillaume Dupuytren Vragen? Vacatures? Nieuws? lvag.nl! Riten en Sagen: Bankhangen, tv kijken, kolven en veel meer... Vraag & antwoord Column: Gatverdamme, geld
pag. 2 4 5 6 8 10 12 13 14 15 16 18 21 22 23 24
maart 2010
1
VERENIGINGSNIEUWS
Er zijn verontrustende rapporten verschenen van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) en de Raad voor de Volksgezondheid en zorg (RVZ), waartegen de LVAG ageert. Het ministerie van SZW heeft een nieuwe brochure voor arbeids- en rusttijden uitgebracht en er is nieuws over het Opleidingsfonds. In deze rubriek zet het LVAG-bestuur alles kort voor je op een rijtje.
LVAG-nieuws Arbeidsomstandigheden & arbeidstijden
mee aan de totstandkoming ervan. De brochure wordt meegestuurd bij dit nummer van AIOS en is terug te vinden op onze website: http://www.lvag.nl/assets/PDF/Brochure_artsen_7-12-2009.pdf ! Erratum In de nieuwe brochure Arbeids- en rusttijden is op pagina 8, in het schema van de maximum arbeidstijd, een zinnetje weggevallen. Het gaat om de toelichting op de norm per week. Hieronder zie je wat er had moeten staan: Maximum arbeidstijd
Nieuwe brochure arbeids- en rusttijden Hoe lang mag een aanwezigheidsdienst duren? Hoeveel diensten mag ik maximaal achter elkaar doen? Wanneer is iets een roosterdienst en wanneer een aanwezigheidsdienst? Op hoeveel rusttijd heb ik recht? Zie jij soms ook door de bomen het bos niet meer? Lees dan nu alle regels nog eens rustig na in de nieuwe brochure Arbeidsen rusttijden voor artsen en artsassistenten, een uitgave van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De LVAG werkte
2
maart 2010
betalen. Lees hierover meer op pagina 14 en 15. Boven alles staat voor de LVAG een optimale balans tussen kwaliteit en betaalbaarheid, niet alleen van de zorg, maar ook van de opleiding tot arts en medisch specialist. Hierbij is een goed afgewogen instroom van studenten en basisartsen van eminent belang. Voldoende om goed in de vraag naar zorg te kunnen voorzien, en niet meer dan nodig zodat onnodige werkloosheid en teruggang in de kwaliteit van de opleiding wordt voorkomen. De LVAG is
per dienst
Norm 12 uur
per week
60 uur
per week per 4 weken
55 uur gemiddeld
per week per 16 weken
48 uur gemiddeld
1
toelichting tussen twee diensten zit minimaal 8 uur, anders is het één dienst bij toepassing van § 5.20 Atb: geen norm voor 1 week bij collectieve regeling: geen norm per 4 weken indien bij collectieve regeling toepassing van § 5.20 Atb is overeengekomen geldt dit maximum ook i.g.v nachtdiensten en (deels) nachtelijke consignatie
Erratum voor tabel op pagina 8 van de brochure arbeids- en rusttijden.
Opleiding Meer aios, minder geld? In rapporten van de NZa en de RVZ wordt geadviseerd om de instroom in de studie geneeskunde en in vervolgopleidingen tot medisch specialist uit te breiden. Om deze uitbreiding te bekostigen wordt voorgesteld dat de aios een deel van de eigen opleiding zelf gaan
pertinent tegen een nog hogere eigen bijdrage van aios. Om de stem van de aios zo luid mogelijk te laten horen bundelen we voor dit onderwerp onze krachten met andere vertegenwoordigers van aios. Eigen opleidingsbudget Goed voorbeeld doet goed volgen? Van aios wordt verwacht dat zij
VERENIGINGSNIEUWS
cursussen volgen, congressen bezoeken en literatuur bijhouden. Al deze zaken kosten uiteraard geld. Helaas zijn er nog altijd grote verschillen tussen ziekenhuizen en ook tussen vakgebieden binnen ziekenhuizen in de vergoeding van deze kosten. Eind 2008 vroeg de LVAG in Medisch Contact (nummer 50) hier al aandacht voor. Alhoewel het Opleidingsfonds geen vast bedrag bevat voor deze vergoedingen is de LVAG van mening dat er ruim voldoende geld is om alle verplichte cursussen en bijeenkomsten voor honderd procent te vergoeden. Niet-verplichte cursussen, symposia en (internationale) congressen, die voor de opleiding zeer gewenst zijn, zouden ook volledig vergoed moeten worden. Wij pleiten met grote regelmaat bij de subsidieverstrekker voor het afdwingen van dergelijke vergoedingen. Ook adviseerden we de juniorverenigingen om bij hun eigen vakgebied een goede, universele regeling te bepleiten.
Opleidingsfonds: regels zijn regels? De Commissie Regeldruk VWS, onder leiding van mevrouw mr. W. Sorgdrager, is ingesteld om de regeldruk op het terrein van VWS merkbaar te verminderen. Op dit moment werkt de commissie aan de regelgeving omtrent het Opleidingsfonds. De LVAG is gevraagd om daarin te adviseren. We hebben ervoor gepleit dat ziekenhuizen beter moeten verantwoorden waaraan ze het geld uit het Opleidingsfonds besteden. Dat kan leiden tot een betere en vooral meer gelijke onkostenvergoeding voor aios. Bovendien hebben we onze sterke afkeur van een nog hogere eigen bijdrage van de aios geventileerd. Tot slot hebben we geadviseerd om enkele volgens ons onlogische bepalingen uit de regelgeving rond het Opleidingsfonds te schrappen. Het rapport van de commissie zal binnenkort verschijnen. We houden je uiteraard op de hoogte van de ontwikkelingen.
De Vereniging van AssistentGeneeskundigen in de Heelkunde (VAGH) heeft met betrekking tot dit onderwerp een mooi resultaat bereikt. Het Concilium van de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde heeft uitgesproken dat aios de werkelijke opleidingskosten voor de volle honderd procent vergoed zouden moeten krijgen. Nu kan het toch niet zo zijn dat andere opleidingen achterblijven en kiezen voor rechtsongelijkheid van aios? De LVAG adviseert je dan ook met deze uitspraak in de hand bij de eigen opleiding een soortgelijke regeling te treffen. Ondervind jij problemen met vergoedingen van opleidingskosten? Laat het ons dan weten via [email protected]. Vul ook de enquête in op dejongeorde.artsennet.nl.
E-portfolio In het kader van de modernisering van de opleidingen wordt er binnen een aantal wetenschappelijke verenigingen gekeken of een digitaal portfolio (E-portfolio) ingevoerd kan worden. Er zijn diverse aanbieders van digitale portfoliosystemen.
Elk systeem kent zijn eigen voor- en nadelen. Vanuit de Nederlandsche Internisten Vereeniging (NIV), KNMG en LVAG is het initiatief genomen om een vergelijking te maken tussen de verschillende systemen. Zo kunnen we per specialisme een advies geven omtrent de eventuele invoering en gebruik van het E-portfolio. Een van de aandachtspunten is het voorkomen dat de aios bij wisseling van stageplek ook moet wisselen van portfoliosysteem of dat ziekenhuisbreed voor een systeem wordt gekozen dat uitstekend voldoet voor beschouwende specialismen maar minder geschikt is voor de snijdende vakken. Namens de LVAG is Renske Scheenstra bij dit project betrokken. Zij heeft ondertussen een aantal aios per vakgebied benaderd om de systemen te testen. Addy van de Luijtgaarden, secretaris Ingrid Desar, voorzitter
Kernpunten • • • •
•
Aios testen en vergelijken systemen voor digitale portfolio. LVAG heeft de Commissie Regeldruk VWS geadviseerd omtrent regels Opleidingsfonds. Aios-vertegenwoordigers bundelen krachten om te strijden tegen een hogere opleidingsbijdrage van aios en een te grote instroom van studenten. De Nederlandse Vereniging voor Heelkunde vergoedt de opleidingskosten voor aios volledig. De LVAG adviseert aios om bij de eigen vakgebieden ook voor zo’n regeling te pleiten. Nieuwe brochure voor arbeids- en rusttijden.
maart 2010
3
VERENIGINGSNIEUWS
Enthousiaste bestuursleden gezocht! Ben jij een betrokken en bevlogen aios, iemand die zich wil inzetten voor de positie van aios? Vind je het leuk om bestuurservaring op te doen in een enthousiaste en gezellige groep collega-aios? Dan zijn wij naar jou op zoek! De LVAG is de belangenbehartiger voor aios. Voor aios, door aios. Van kwaliteit van opleiding tot arbeidstijden, van profijtbeginsel tot opleidingsmodernisering. De LVAG zet zich in voor alles wat voor ons als aios van belang is. In het bestuur komt binnenkort ruimte vrij. Heb je interesse? Neem dan contact met ons op! Mail naar [email protected]. Je bent ook van harte welkom om een keer vrijblijvend onze vergadering bij te wonen. Wij kijken naar je uit! Het dagelijks bestuur van de LVAG. Achterste rij vanaf links: Tessa Nizet, Suzanne Booij, Annemarie van den Berg, Addy van de Luijtgaarden. Voorste rij vanaf links: Monika Lens-Kerckhoffs, Renske Scheenstra, Ingrid Desar, Sjoerd Lagarde.
Problemen op of vragen over je werk en/of opleiding? De LVAG vertegenwoordigt aios en anios in verschillende gremia. Hierdoor zijn wij in staat problemen waar je op je werk en/of tijdens je opleiding tegenaan loopt, bij de juiste personen aan te kaarten. Heb je vragen over of problemen op één of meerdere van onderstaande gebieden? • • • • •
werktijden en regelgeving (bijvoorbeeld: parttime werken en zwangerschapsverlof); opleidingsfonds en toewijzing van opleidingsplaatsen; problemen tijdens de opleiding en/of met de opleider; regelgeving van medisch specialistische vervolgopleidingen; de vernieuwde opleidingsplannen en kwaliteitsindicatoren van opleidingen.
Neem dan contact op met een van de leden van het dagelijks bestuur of ons secretariaat: per telefoon (030) 670 27 05 of per e-mail [email protected].
4
maart 2010
WMA sponsort trainingen aan INSEAD De gezondheidszorg lijkt wereldwijd onbetaalbaar te worden. Hervormingen (met het doel bezuinigingen) zorgen overal voor druk op het medische vak. Gezien deze huidige ontwikkelingen streeft de WMA (World Medical Association) naar een weerbare, internationale groep dokters die de belangen van de dokter, en daarmee ook de patiënt, kan vertegenwoordigen. De WMA is een organisatie van dokters die wereldwijd de belangen van dokters en patiënten vertegenwoordigt. Wij (Monika Lens-Kerckhoffs en Annebeth Flinterman) mochten namens de KNMG, de Nederlandse tak van de WMA, naar Singapore voor een week intensieve lessen aan de beroemde MBA (Master of Business Administration) school aldaar: INSEAD. Deze ‘Business School for the World’ staat bekend om het internationale karakter; de dertig deelnemers van onze cursus kwamen dan ook uit zeventien verschillende landen. Als het aan de WMA zou liggen zou een basistraining in onderwerpen als ‘onderhandelen’, ‘omgaan met de (nieuwe) media’, en ‘het motiveren en leiden van groepen’ onderdeel van de medische opleiding moeten zijn. Een gebrek aan financiële middelen is echter de beperkende factor. Met een bijdrage van een farmaceutisch bedrijf maakt de WMA het sinds 2005 mogelijk dat dertig artsen per jaar de training in Singapore volgen. Leermomenten uit Singapore Wat meteen duidelijk werd is dat de problemen die we in Nederland hebben met de financiering van de gezondheidszorg internationaal zijn. Ook in Noord en Zuid-Amerika en Azië worden artsen gedwongen na te denken over bezuinigingen. Zo is in Israël het budget vorig jaar met bijna zeven procent gekort. Ten tweede is het imago van dokters wereldwijd niet meer dat van de held in een witte jas, maar meer dat van een overwerkte dokter die ook fouten kan maken. Dit maakt het overal lastig om op te komen voor de (financiële) belangen. Ook voor aios geldt dit en om deze reden heeft bijna 75 procent van de aios in Australië vorig jaar een dag het werk neergelegd. Hiermee blijkt dat er juist ook op landelijk niveau behoefte is aan een eenduidige organisatie van dokters (KNMG/LVAG/etc.) die een duidelijke en positieve boodschap naar buiten brengt. Hiervoor zullen we wellicht out of the box na moeten denken over creatieve oplossingen door misschien wel letterlijk out of the box (border) te gaan!
Monika (l) en Annebeth (r) voor het INSEAD 50 jaar bord. Culturele verschillen Het ‘over de grenzen kijken’ werd bevorderd door de multiculturele samenstelling van de deelnemersgroep, terwijl we ook een hele dag onderwijs kregen over interculturele verschillen. Zo bleek dat we in Nederland (net als in de VS, Australië en West-Europa) een content-gedreven volk zijn, waar woorden de belangrijkste manier van communiceren vormen. Dit maakt ons direct en individualistisch met weinig gevoel voor omgevende details of rituelen. Dit in tegenstelling tot de overige tachtig procent van de wereld (Afrika, ZuidAmerika, Azië, Mediterraan en België) waar de contextgedreven visie overheerst. Daar spelen ook intonatie, positie, relatie, rituelen enz. een rol in de communicatie. In multinationale betrekkingen verliest de subtiele context z’n waarde bij gebrek aan begrip van de taal en andermans cultuur. De communicatie wordt dan meer gebaseerd op alleen de inhoud. Kortom, we hebben een supergave week in Singapore gehad en komen met veel nieuwe kennis en kennissen terug naar Nederland! Monika Lens-Kerckhoffs en Annebeth Flinterman
maart 2010
5
De meester & De leerling PERSONALIA Jan IJzermans, 53 jaar Getrouwd, 4 kinderen
Nienke Dols, 27 jaar
WERKADRES Erasmus MC Rotterdam afdeling Heelkunde, sinds 1991
Erasmus MC Rotterdam afdeling Heelkunde, sinds oktober 2007
STUDIE 1976-1983 geneeskunde Erasmus Universiteit Rotterdam
OPLEIDING 1985-1991 heelkunde Erasmus Universiteit Rotterdam vervolgens leverchirurgie Hôpital PaulBrousse Parijs PROEFSCHRIFT 1991 Antiproliferative and immunoregulatory effects of interferon-gamma BEWONDERT Richard Branson, Brits zakenman en oprichter van de Virgin Group
ERGERT ZICH AAN Bureaucratie KLEINE GENOEGENS Drop tijdens operatie
2000-2001 propedeuse biologie Rijksuniversiteit Groningen 2001-2007 geneeskunde Rijksuniversiteit Groningen Nog niet
Begin 2011, over de chirurgische technieken voor nierdonatie bij leven Talentvolle, ingetogen mensen met discipline, zoals Roger Federer, een absolute blijver in het toptennis Grenzen waar te veel grensgevallen zijn ‘s Ochtends net voor de file uit rijden
GAAT IN TWEEDE LEVEN Anders werken
Tot mijn 27e in ieder geval hetzelfde doen, daarna moet het nog blijken
MEEST ONTSPANNENDE Privé ACTIVITEIT
In regenpak, met harde wind, zeilen
ONHEBBELIJKHEDEN Overdreven drang naar efficiëntie BESTE EIGENSCHAP Aan anderen te benoemen
6
maart 2010
Soms wat ongeduldig Relativeren, in positieve zin
& Wat maakt het vak transplantatiechirurgie boeiend? IJzermans: Door de transplantatie wordt er een grote kwaliteitsverbetering van leven bewerkstelligd bij nierof leverpatiënten. Dols: Het is een dynamisch en vooruitstrevend vak. Het meest bijzondere is dat er bij de levende nierdonatie twee mensen nodig zijn voor één doel. Het is een uniek proces van geven en nemen met chirurgische uitdagingen en ethische dilemma’s. Wat is over tien jaar de belangrijkste ontwikkeling in de transplantatiechirurgie? IJzermans: Het niet meer bestaan van wachtlijsten in de orgaantransplantatie. Dols: Niertransplantatie is continu onderhevig aan positieve ontwikkelingen, mede om het tekort aan donornieren terug te dringen. Over tien jaar zal op chirurgisch gebied voor levende donoren de minimaal invasieve chirurgie de onbetwiste standaard zijn. Deze complexe zorg zal gecentraliseerd zijn, en alleen in grote centra met veel expertise worden uitgevoerd. Op nefrologisch vlak zullen wellicht de studies met stamcellen, voor ‘reparatie’ van vroege schade aan de nier en (advertentie)
Buro Merks in ‘s-Hertogenbosch is een adviesburo voor praktijkbemiddeling, financieel advies en planning, hypothe ken e n v e r z e k e r i n g e n v o o r v r i j e b e r o e p e n , z e l f s t a n d i g e n e n directeuren (dga). Buro Merks is gespecialiseerd in medici.
de invloed op de dosering van de immunosuppressie na transplantatie, de fase van het laboratorium voorbij zijn. Onderzoek, onderwijs of patiëntenzorg? IJzermans: Alledrie zijn even belangrijk. Dols: Het is niet mogelijk de patiëntenzorg naar een hoger niveau te tillen zonder onderzoek en onderwijs. Hoe omschrijft u uw assistententijd? IJzermans: Fascinerend door vele ondernemende personen en mogelijkheden binnen ons vakgebied. Dols: Na mijn coschappen in Deventer en Curaçao ben ik begonnen met mijn promotieonderzoek. Mijn assistententijd moet dus nog beginnen, maar ik verheug me er enorm op. Hoe omschrijft u de ander? IJzermans: Consciëntieus, loyaal, toegewijd. Dols: Een open, vriendelijke, inspirerende en vakkundige professor met visie. Hoe ziet de ideale leerling resp. meester eruit? IJzermans: Wederzijdse waardering voor kwaliteiten en autonomie. Dols: De ideale meester heeft overzicht over het vakgebied en weet dit op een inspirerende manier over te brengen. De leerling zou alle vrijheid moeten krijgen en op de juiste momenten worden bijgestuurd. Robert Minnee
- Contracten - Financieringen - Aov - Beroepsverzekeringen - Pensioen - Persoonlijke coaching
Buro Merks, al 35 jaar betrouwbaar in zakelijk advies en begeleiding van medici.
www.buromerks.nl 073 69 25 777
maart 2010
7
VERENIGINGSNIEUWS
De Opleidingsprijs 2009 is gewonnen door opleider dr. Robert Pierik, chirurg in de Isala Klinieken in Zwolle. In november is deze prijs uitgereikt tijdens de landelijke Aiosdag.
Opleidingsprijs 2009
De Zwolse winnaar vertelt Overigens benadrukt Pierik dat het naast de genoemde goede winnen van deze eerbiedwaardige en veilige werksfeer: de prijs vooral gezien moet worden als acceptatie van deeltijdwerken, de jaarlijkse beoordeling een bekroning op het werk van zijn hele maatschap en vooral ook van van de opleidingskwaliteiten de aios zelf, die in Zwolle nauw van de stafleden door de betrokken worden bij de inrichting aios en de voor het ondervan hun eigen opleiding. wijs vrij geroosterde vrijdagmiddagen. Pierik: ”Van de in Waaraan heeft u het prijzengeld totaal vierentwintig aios Opleider Pierik geflankeerd door twee verbesteed? chirurgie die in de Isala Klipleegkundigen. De Opleidingsprijs bestaat, naast een nieken werkzaam zijn, hebbeeldje, uit tienduizend euro. Dat ben er twee dienst op de spoedeisenDe Opleidingsprijs is een initiatief bedrag moet aangewend worden de hulp, voor eventuele spoed-OK’s van de LVAG en De Jonge Orde. In voor opleidingsgerelateerde initiaen de kliniek. Twee of drie assistenten 2009 werd de prijs voor het eerst tieven. Robert Pierik moet lachen, uitgereikt. Voor onze redactie een hebben compensatie. Dat betekent want het prijzengeld is – overigens reden voor een interview met de dat op vrijdagmiddag een aanzienlijk pas twee maanden na de uitreiking allereerste prijswinnaar. deel samen met de aanwezige stafle– nog nergens aan besteed. ”Bij ons den met onderwijs en opleiding bezig zal het geld in ieder geval niet verWaarom de Isala Klinieken? is. Dat is zeer leerzaam en ook goed dwijnen in de vezels van het ziekenKort gezegd: in Zwolle bestaat een voor de teambuilding.” uitstekende en veilige werksfeer. Winnaar dr. E.G.J.M. Pierik somt direct een aantal redenen op waarom de prijs toekomt aan de opleiding chirurgie. Als eerste noemt hij de snelle implementatie van een wetswijziging omtrent de beoordeling van aios in de Isala Klinieken. ”De aios worden bij ons al jaren regelmatig beoordeeld, bijvoorbeeld via de bekende korte klinische beoordelingen (KKB).” Andere zaken die meegewogen hebben in het bepalen van de winnaar van de Opleidingsprijs 2009 zijn, De Opleidingsprijs bestaat uit een beeldje en tienduizend euro.
8
maart 2010
VERENIGINGSNIEUWS
Enkele stellingen van Robert Pierik • ”Aios zijn er niet om alleen productie te draaien. We werken als een team met elkaar samen, op gelijkwaardige voet. In de opleiding hoort een vast moment voor het onderwijs. Bij ons vindt dat structureel plaats op de vrijdagmiddag.” •
”Aios zijn beter in staat om de kwaliteit van de opleidingen te beoordelen dan de leden van de wetenschappelijke verenigingen. Bij visitaties komt er een delegatie – strak in het pak – de afdeling op, terwijl ze hun komst van tevoren hebben aangekondigd.” Alsof je een restaurant gaat inspecteren en van tevoren zegt dat de keuken schoon moet zijn. Is het niet beter dat de visitaties plaatsvinden als een soort medische Smaakpolitie: onverwachts komen en grondig controleren. ”Precies. Als je zomaar op een ochtend de afdeling binnenloopt, krijg je het beste idee van de reguliere gang van zaken. Van sommige afdelingen weet ik dat ze een beoordeling hebben gekregen die niet past bij hun eigenlijke functioneren. Ik denk ook dat arts-assistenten het beste zelf kunnen beoordelen of een afdeling goed functioneert. Ik wil dat aios zelf de opleidingen gaan visiteren.”
•
”Tijdens mijn eigen opleiding moest je aan de gezichtsuitdrukking van de chirurg afleiden of je de operatie juist had uitgevoerd. Ik ben van een generatie die heeft gezien hoe het vooral níet moet. Dat was een hele andere tijd. Ik wil overigens helemaal niet mijn eigen opleiders op hun tenen trappen. Men wist destijds niet beter. In vergelijking met vroeger is het moderne opleiderschap veel meer gelijkwaardig, coachend. Je moet de individuele aios stimuleren, in overleg en met respect.”
huis.“ Hij is het daarin eens met Jan van Mourik, voorzitter van de Nederlandse Orthopaedische Vereniging, die zich kritisch uitlaat over de besteding van het geld uit het Opleidingsfonds. De tienduizend euro prijzengeld zal dus niet gebruikt worden om gaten in de eigen begroting te dichten, maar geheel ten goede komen aan de opleiding. Waarschijnlijk gaat Robert Pierik een deel van het prijzengeld uitgeven aan een afdelingsuitje. ”We hebben gezamenlijk dit resultaat
geboekt. Het geld komt dus ook de hele afdeling toe.“ Hij wil daarnaast een deel van het geld besteden aan zuiver opleidingsgerichte zaken, zoals de aanschaf van videoapparatuur. ”Daarmee kan je het contact tussen de aios en de patiënt mogelijk beter beoordelen.” Ten slotte zal een deel van het geld besteed worden aan continuering van de bestaande onderzoeksactiviteiten op het gebied van het medische onderwijs. Daniël Dresden
Opleidingsprijs 2009 Tijdens de landelijke Aiosdag op zaterdag 14 november 2009 werd de Opleidingsprijs voor het eerst uitgereikt. Aios hadden massaal gereageerd op de oproep om zelf opleiders voor te dragen voor de prijs. De ruim tachtig inzendingen werden veelal gezamenlijk door de aios van een afdeling ingediend. Daaruit kwamen veertig nominaties voort. Onder begeleiding van een vakjury werden vier kanshebbers uitgekozen. De afdelingen cardiologie en heelkunde van het Medisch Spectrum Twente en de afdeling heelkunde van het LUMC wonnen uiteindelijk net niet. De Opleidingsprijs is geïnitieerd door De Jonge Orde en de LVAG en wordt ondersteund door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst (KNMG) en de Orde van Medisch Specialisten .
Referenties 1. De Jonge Orde en MedNet (artikelen op websites; november 2009): Opleidingsprijs 2009 gewonnen door Heelkunde in de Isala Klinieken in Zwolle; Eerste opleidingsprijs gaat naar Isala Klinieken; Aios moeten zelf opleidingen visiteren. 2. Renske Scheenstra en Addy van de Luijtgaarden, De beste opleiding tot medisch specialist: chirurgie Isala Klinieken; AIOS 2009 nr. 4; pag. 16 3. Dr. J.B.A. van Mourik, voorzitter van de NOV, Jaarrede 2009 (uitgesproken vrijdag 16 januari 2009); Opleiding, kwaliteit en communicatie.
Wie krijgt de prijs in 2010? Komt jouw opleiding in aanmerking voor deze prijs? Houd www.opleidingsprijs.nl in de gaten! De werkgroep opleidingsprijs van De Jonge Orde en de LVAG is namelijk al druk bezig met het voorbereiden van de Opleidingsprijs 2010.
maart 2010
9
BIJTANKEN
.... met Sofie Meijering “Als een uitdaging”, zo ziet Sofie Meijering zowel haar opleiding tot internist als haar hobby paardrijden. Uitgebreid vertelt ze hoe ze met beide in aanraking kwam.
alles te leren.” Het is voor een paard niet natuurlijk om iemand op zijn rug te dragen. De meeste paarden zijn er niet van gediend en moeten getraind worden. Dit doe je door ze eerst te laten wennen aan iets straks om de buik, vervolgens zet je ze een zadel op en ten slotte ga je er zelf op zitten. Dan moet het paard nog leren wat het betekent als je bijvoorbeeld linksaf wil. “Eerst doe ik al voorwerk door ze te leren stoppen en sturen aan een longeerlijn, in lekentaal rondjes lopen aan een touw.” Er zitten wel risico’s aan het trainen van jonge paarden. Het is wel eens misgegaan, gelukkig niet met grote gevolgen. “De botten zijn allemaal nog heel”, zegt ze lachend. “Maar ik heb meerdere valpartijen gehad. Als alles vanzelf gaat, is het ook geen uitdaging meer.”
“Er zitten wel risico’s aan het trainen van jonge paarden.”
“Als alles vanzelf gaat, is het ook geen uitdaging meer.” Sofie zat tijdens een vakantie voor het eerst op een paard. Ze was toen dertien. Zo’n twee jaar later is ze met twee vriendinnen gaan paardrijden op een manege. ”Ik raakte zo enthousiast, dat ik me heb aangesloten bij een ponyclub. Daar kon ik ook wat wedstrijdjes rijden.” Ze deed van begin af aan dressuur én springen. Sofie heeft nu zelf twee paarden, van negen en zes jaar oud. “Ik heb ze allebei vanaf hun derde jaar. Het leukst vind ik het om jonge paarden te hebben en ze dan zelf
10
maart 2010
Dagelijkse verzorging Momenteel werkt Sofie als internist in opleiding in het Universitair Medisch Centrum Groningen, waar ze ook haar studie geneeskunde afrondde. Na haar artsenbul heeft ze enkele jaren in het Twenteborg ziekenhuis in Almelo gewerkt. De paarden verhuisden natuurlijk mee. Ze zijn steeds gestald op een manege. Het voeren, uitmesten en in de wei doen worden voor haar geregeld. Sofie: “Het is geen doen om de paarden bij me thuis te hebben staan, zeker niet met de onregelmatige werktijden in het ziekenhuis. Je moet dan vroeg opstaan, om ze op tijd eten te geven. Je kunt nooit lang van huis blijven. De dagelijkse verzorging laat ik dus lekker aan een ander over!” Het berijden van haar paarden kost Sofie alsnog veel tijd. Ze rijdt vijf keer per week in de avonduren. Daarnaast heeft ze bijna elk weekend op zaterdag of zondag wel een wedstrijd. ”Daarmee ben ik een halve dag kwijt. Als ik geen wedstrijd heb, rijd ik in het weekend zo’n twee uur per dag.” Toen Sofie studeerde, gaf ze paardrijles aan kinderen. “Dat vond ik ook erg leuk om te doen. Daar heb ik nu
geen tijd meer voor.” Heb je wel eens overwogen van je hobby je beroep te maken? “Nee”, reageert ze resoluut. ”Twee uurtjes per dag vind ik leuk genoeg. De hele dag met paarden bezig zijn lijkt me niets. Dan gaat de uitdaging eraf.”
“Het voeren en uitmesten laat ik lekker aan een ander over!” Dressuur en springen Momenteel gaat dressuur goed. Met haar jongste paard wint Sofie best vaak regionale wedstrijden. “Springen vind ik ook leuk, maar ik ben niet zo’n held. Ik ben altijd een beetje bang dat het paard valt, als ik zelf niet goed op de hindernis aanrijd. Dat zal niet zo snel gebeuren, hoor. Het zit tussen mijn oren misschien. Ik spring niet zo heel hoog, maar zelfs in de laagste klasse moet je al over hindernissen van één meter.” Ter vergelijking: de olympische springruiters moeten over hindernissen tot 1,50 meter. “Dat hoeft voor mij niet, zo hoog”, zegt ze lachend, “ik spring nu maximaal 1,10 meter.” Het springen over vaste hindernissen, zoals in de military, trekt haar ook. Zulke wedstrijden zijn er niet veel in de regio Groningen. In de buurt van Almelo wel, maar toen waren haar paarden nog te jong om mee te doen. “Ik heb met mijn vroegere paarden wel eens een zogenaamde ‘samengestelde wedstrijd’ gereden. Je begint met een dressuurproef, daarna moet je een parcours springen. Als je niet te veel fouten maakt, mag je de cross rijden met natuurlijke hindernissen. Misschien ga ik dat dit jaar doen.” Nadeel is dat je de hele dag weg bent. Bovendien moet je paard in een heel goede conditie zijn om op een parcours van zo’n vier kilometer achter elkaar door te kunnen galopperen.
“Er is ook een leven naast het werk.” Geen dag hetzelfde ‘Mensen helpen’ was voor Sofie niet de eerste reden om geneeskunde te gaan studeren. Ze vindt vooral interessant hoe het menselijk lichaam werkt en wat er allemaal mis kan gaan. “Ik keek vroeger altijd graag naar programma’s als Ingang Oost en Kinderziekenhuis. Interne geneeskunde is aantrekkelijk omdat het breed en afwisselend is.” Het is voor Sofie een uitdaging om elke keer weer een diagnose te stellen en problemen op te lossen. “Ik zie mezelf meer als een ‘perifere dokter’, vanwege de kleinere groep mensen met wie je samenwerkt.” Hoewel er veel tijd in gaat zitten, is het paardrijden
volgens Sofie wel te combineren met haar opleiding. “Soms heb ik het idee dat ik meer tijd aan mijn studie zou kunnen besteden, maar er is ook een leven naast het werk.” Overeenkomsten tussen haar werk en het paardrijden ziet ze zeker. Voor beide geldt: “Je moet doorzettingsvermogen hebben. Geen dag is hetzelfde. Het is spannend en uitdagend tegelijk!” Janine Nuver
maart 2010
11
Update modernisering vervolgopleidingen
De medische vervolgopleidingen zijn in beweging. De introductie van KPB’s en het portfolio waren de eerst merkbare veranderingen. Maar er verandert meer.
Waar staan we nu?
Keuze in digitale portfolio’s
De afgelopen jaren hebben de wetenschappelijke verenigingen hard gewerkt aan landelijke opleidingsplannen voor hun specialisme. De regelgeving voor de vervolgopleidingen is in 2009 aangepast en vastgesteld door de KNMG Colleges, in afstemming met de wetenschappelijke verenigingen. Nu is het de beurt aan de opleiders om de landelijke opleidingsplannen te vertalen naar de lokale of regionale situatie. Sommige opleiders zijn al een eind op weg, velen moeten nog een start maken. De KNMG probeert opleiders en aios, in samenwerking met andere betrokkenen, zo goed mogelijk te ondersteunen bij de modernisering, onder meer met informatiebijeenkomsten en kennisuitwisseling via de website www.knmg.nl/modernisering.
Momenteel stellen de LVAG, de Nederlandse Internisten Vereniging en de KNMG gezamenlijk een inventarisatie op van de voor- en nadelen van de beschikbare digitale portfolio’s. Veel verenigingen staan voor de keuze van een digitaal portfolio. De LVAG, NIV en KNMG willen met deze inventarisatie graag een bijdrage leveren aan de onderbouwing van de keuze. De verschillende aanbieders van digitale portfolio’s werken aan de inventarisatie mee door een demo voor een aantal aios beschikbaar te stellen. De aios proberen de verschillende onderdelen uit en geven de gebruikersvriendelijkheid aan. Binnenkort meer over de uitkomsten van de inventarisatie.
Visitatie ‘nieuwe stijl’ Door de modernisering van het opleiden verandert ook de wijze van visiteren. De MSRC (Medisch Specialisten Registratie Commissie) richt zich momenteel op de formulering van uitgangspunten voor de nieuwe manier van visiteren. Aios zullen hierin een meer prominentere rol gaan spelen. Input hiervoor wordt onder meer verkregen van aios die participeren in de werkgroep Modernisering Visitatie. In 2011, als de regelgeving van kracht is, wordt gestart met de nieuwe wijze van visiteren. De visitatiecommissies zullen dan onder meer toetsen of de vertaling van landelijke opleidingsplannen naar de lokale situatie is gemaakt.
12
maart 2010
Deel je kennis! Via de website www.knmg.nl/modernisering blijf je op de hoogte van actuele ontwikkelingen. Hier vind je ook kennis uit het veld: ‘lessons learned’, praktijkvoorbeelden en handige tips van opleiders en aios die al hard aan het werk zijn met de modernisering van de opleiding. Heb je zelf goede tips voor je collega-aios of opleiders? Stuur dan een mailtje naar de webredactie ([email protected]).
Arbeidsongeschikt als aios Wat nu? Het zal je maar gebeuren. Je bent aan het werk als arts in opleiding tot medisch specialist. Alles lijkt gepland voor de toekomst, maar opeens word je ziek. Je vraagt je af: hoe zit dat nu met mijn inkomen?
De eerste twee jaar betaalt de werkgever Als je door ziekte en/of arbeidsongeschiktheid (tijdelijk) niet meer kunt werken, wordt je salaris gedurende twee jaar doorbetaald door je werkgever. Volgens de wet is dit 70 procent van het laatstverdiende bruto loon, maar onze cao verplicht de werkgever het salaris gedurende het eerste jaar aan te vullen tot 100 procent. Gedurende de tweede 52 weken is de aanvulling afhankelijk van de mate waarin je nog kunt werken. Alle werkuren (ook vervangend werk) worden 100 procent uitbetaald; de uren waarop je geen werkzaamheden kunt verrichten, worden 70 procent vergoed. De enige uitzondering hierop is ziekte ten gevolge van zwangerschap of bevalling. In die situatie wordt gedurende 104 weken volledig doorbetaald. Zie hiervoor de folder van De Jonge Orde “Aios, zwangerschap en bevalling”. Na twee jaar: IVA of WGA Na twee jaar van arbeidsongeschiktheid kom je in de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen). Het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen) bepaalt de mate van arbeidsongeschiktheid door middel van een keuring door een verzekeringsarts. Op basis hiervan wordt vastgesteld of er zal worden uitgekeerd vanuit de IVA (inkomensverzekering volledig arbeidsongeschikten) of de WGA (regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten). Aios die duurzaam en volledig arbeidsongeschikt zijn (dat wil zeggen een verlies aan arbeidscapaciteit van minstens 80 procent) komen in aanmerking voor een IVA-uitkering van 75 procent van het eigen dagloon met een maximum van € 186,65 (vastgesteld voor 2010). Een IVA-uitkering loopt door tot 65-jarige leeftijd. Aios die gedeeltelijk arbeidsongeschikt of tijdelijk volledig arbeidsongeschikt zijn hebben recht op een WGAuitkering. De WGA kent een loongerelateerde uitkering aangevuld door óf een loonaanvullingsregeling óf een vervolguitkering. De maximale uitkering is de eerste twee maanden 75 procent en daarna 70 procent. De
WGA hanteert voor 2010 ook een maximaal dagloon van € 186,65. Arbeidsongeschikt als medisch specialist Als je straks als medisch specialist in loondienst gaat werken, blijven bovenstaande wettelijke regels van toepassing. Je kunt ook toetreden tot een maatschap, waarbij onderling afspraken worden gemaakt over eventuele langdurige arbeidsongeschiktheid en de financiële gevolgen daarvan. Arbeidsongeschiktheid Het is goed om te weten wat arbeidsongeschiktheid voor jou en je financiële situatie zou betekenen en of je dit financiële risico wil afdekken met een arbeidsongeschiktheidsverzekering. Bovenstaande is een kort overzicht en houdt geen rekening met de individuele situatie van de arbeidsongeschikte aios. In de folder “Aios en arbeidsongeschiktheid” wordt in detail ingegaan op bovenstaande wetgeving en wordt een praktijkvoorbeeld gegeven. De folder kun je downloaden via dejongeorde.nl onder ’Aios dossiers’. Uiteraard kun je ook bij het Meldpunt van De Jonge Orde terecht met vragen over dit onderwerp, telefoonnummer 030-28 23 652 of via de website. Martiene Riedijk, aios interne geneeskunde, bestuurslid De Jonge Orde
Relevante websites www.dejongeorde.nl www.uwv.nl www.postbus51.nl www.movir.nl www.meeus.com (speciale aios-arbeidsongeschiktheidverzekering i.s.m. De Jonge Orde)
maart 2010
13
VERENIGINGSNIEUWS
Moeten aios de opleiding straks zelf betalen!? De Jonge Orde en de LVAG zijn verbijsterd over de voorgenomen maatregel van minister Klink om op aios het zogenaamde profijtbeginsel te gaan toepassen. Dit zou betekenen dat aios nog meer moeten meebetalen aan hun opleiding.
De Jonge Orde en LVAG fel tegen het profijtbeginsel Kernpunten Bedreigingen voor de betaalbaarheid van de opleiding: • De overheid wil meer artsen opleiden, maar voor minder geld • Mogelijke invoering van het profijtbeginsel (aios betalen zelf de opleiding) De Jonge Orde en LVAG samen in verweer tegen voorgenomen invoering profijtbeginsel. Medisch specialist worden is een langdurig opleidingstraject waarin de aios veel tijd, toewijding en geld investeert. Dat doet de aios graag. Onze beloning is immers het prachtige artsenvak dat wij mogen uitoefenen. De aios zijn trots op hun professie en vinden het daarom van groot belang dat de medische zorg in Nederland van hoge kwaliteit is, goed toegankelijk en betaalbaar voor patiënten die zorg nodig hebben. Dezelfde begrippen – kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid – zijn van toepassing op de opleiding tot medisch specialist. Gaan aios zelf hun opleiding betalen? Met de betaalbaarheid van de opleiding tot medisch specialist dreigt het echter mis te gaan. Aios bouwen veelal een hoge studieschuld op tijdens hun opleiding tot medisch specialist. Uit een onderzoek van C&E bankiers blijkt dat een aios, naast de schuld voor de geneeskundestudie, tijdens zijn vervolgopleiding jaarlijks een schuld opbouwt van ongeveer € 10.000,-. Daarnaast dragen aios zelf al bij aan hun opleidingskosten (bijvoor-
14
maart 2010
beeld cursussen en boeken). Een nieuwe bedreiging voor de betaalbaarheid van de opleiding tot medisch specialist is het voornemen van de overheid om het zogenaamde profijtbeginsel te gaan toepassen op aios. Dit zou betekenen dat aios hun opleiding zelf moeten gaan betalen! Met de voorgenomen maatregel van minister Klink komt de continuïteit van de Nederlandse gezondheidszorg in gevaar. Want wie wil nog medisch specialist worden? Het voornemen om aios zelf hun opleiding te laten betalen, getuigt van weinig waardering, maakt het beroep van medisch specialist onaantrekkelijk voor getalenteerde studenten en demotiveert en degradeert de aios weer tot student. Dat verdienen deze medische professionals, met al hun inzet en opleiding, niet.
Profijtbeginsel onbespreekbaar Het is onacceptabel en onbespreekbaar voor De Jonge Orde en de LVAG om aios zelf hun opleiding te laten betalen. De Jonge Orde en de LVAG zullen de minister en de politieke partijen waarschuwen dat met het profijtbeginsel voor aios de continuïteit van de zorg in gevaar komt. De Jonge Orde en de LVAG eisen verantwoording over het subsidiegeld uit het Opleidingsfonds. Dit is namelijk publiek geld dat bedoeld is om medisch specialisten op te leiden, maar niemand weet waar het blijft. Aios zijn uitermate loyaal aan hun patiënten en de ziekenhuizen waarin zij werken. De voorgenomen maatregel kan betekenen dat de maat vol is en de aios worden gedwongen om voor hun rechten op te komen. De Jonge Orde: Léon Winkel, voorzitter, Lijkele Beimers, bestuurslid, Sven Tulner, bestuurslid. LVAG: Ingrid Desar, voorzitter, Addy van de Luijtgaarden, secretaris, Annemarie van den Berg, bestuurslid.
De Jonge Orde en de Landelijke Vereniging voor Medisch Specialisten in Opleiding (LVAG) zijn samen de grootste belangenbehartigers van alle 5.800 Nederlandse artsen in opleiding tot specialist (aios). Van kwaliteit van opleiding tot werktijden, van arbeidsomstandigheden tot vergoedingen; de LVAG en De Jonge Orde zetten zich in voor alles waar een aios mee geconfronteerd wordt tijdens zijn of haar lange en intensieve tocht om medisch specialist te worden.
VERENIGINGSNIEUWS
De Jonge Orde en LVAG achten de uitbreiding van de numerus fixus onwenselijk. De zorgvraag en het artsenaanbod dienen namelijk in evenwicht te zijn.
Uitbreiding numerus fixus bedreigt kwaliteit artsenopleiding zorgconsumptie in de afgelopen dertig jaar is verdubbeld.
Kernpunten Bezwaren tegen uitbreiding van de numerus fixus: • Kwaliteit opleidingen in gevaar • Te weinig capaciteit bij opleidingsziekenhuizen • Langere wachttijden voor bijv. coschappen • Hogere kosten: groter aanbod van artsen creëert meer zorgvraag • Dure opleiding mag niet leiden tot onnodige werkloosheid Nederland heeft een kwalitatief goed zorgstelsel. Zorg die gericht is op kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid. Zorg waarin de patiënt centraal staat. Zorg waar wij ons als aios met hart en ziel voor inzetten. Elke patiënt in Nederland heeft recht op goede zorg. Om die zorg te verlenen zijn er voldoende en goed geschoolde artsen nodig. Het Capaciteitsorgaan berekent jaarlijks hoeveel artsen er in de toekomst nodig zullen zijn. Elementen als vergrijzing, nieuwe behandelmethoden en parttime werken worden in deze berekeningen meegenomen. Het advies van het Capaciteitsorgaan vormt daarom een goed en weloverwogen uitgangspunt voor het bepalen van het aantal op te leiden artsen. De afgelopen jaren is het aantal opleidingsplaatsen op basis van dit advies uitgebreid. De Jonge Orde en LVAG verwachten dat een beperkte verdere uitbreiding van de opleidingsplaatsen wenselijk zal zijn, zonder dat daarmee de kwaliteit van de opleiding in gevaar komt. De nu voorgestelde uitbreiding van 2.850 naar 3.100 plaatsen lijkt dan ook reëel.
Uitbreiding numerus fixus onverstandig De overheid wil nu een forse uitbreiding van de numerus fixus om zo meer studenten geneeskunde op te leiden tot basisarts. De Jonge Orde en de LVAG vinden een ongebreidelde uitbreiding zeer onverstandig en onverantwoord, mede omdat het voorstel is gebaseerd op onjuiste aannames en veronderstellingen. Voor ons standpunt zijn een aantal redenen aan te wijzen. Ten eerste zijn de universiteiten en ziekenhuizen niet berekend op grote aantallen geneeskundestudenten. Er zijn simpelweg niet voldoende zalen, docenten, stageplaatsen en patiënten voor een kwalitatief hoogwaardige opleiding. Daarnaast zullen door deze maatregelen de individuele wachttijden voor coschappen sterk toenemen. Ten slotte zal het opleiden van meer medisch specialisten de zorguitgaven in de toekomst alleen maar doen stijgen. Immers, een groter zorgaanbod is een van de belangrijkste factoren die leidt tot een grotere zorgvraag. Uit onderzoek van het CBS (rapport uit 2009) blijkt dat de individuele
Opvallend is ook dat niet is gekeken naar de groep basisartsen die niet kiest voor een verdere loopbaan binnen de zorg, en de groep aios die voortijdig afhaakt. Waarom is een vervolgopleiding tot medisch specialist voor veel basisartsen nu al niet meer aantrekkelijk? Het opleiden van artsen is niet goedkoop. Het betreft een lange studie, waar meer voor nodig is dan de standaard collegezaal. Er is niemand gebaat bij het opleiden van te veel artsen. De patiënt niet, de dokter niet en de overheid niet. Uitbreiding van het aantal geneeskundestudenten creëert kosten die voor de maatschappij niet acceptabel zijn, en ook niet voor de onnodig opgeleide werkloze artsen. Daarnaast is het een verspilling van talent en gaat het ten koste van de opleidingskwaliteit. Een weloverwogen afstemming is dus echt gewenst. De Jonge Orde: Léon Winkel, voorzitter, Lijkele Beimers, bestuurslid, Sven Tulner, bestuurslid. LVAG: Ingrid Desar, voorzitter, Addy van de Luijtgaarden, secretaris, Annemarie van den Berg, bestuurslid.
maart 2010
15
BUITENLAND
Zuid-Afrika, een compleet andere Robin Cornelissen, aios longziekten, is in 2008 met zijn vrouw Ingeborg en twee kinderen in Kaapstad, Zuid-Afrika, geweest voor een stage van vier maanden.
“Niemand draagt een mondkapje tijdens de tuberculosepoli.”
Robin Cornelissen (meest rechts) met collega’s. Direct na onze kennismaking begint Robin enthousiast te vertellen over zijn stage. “De Kaapstad-stage is vaste prik voor aios longziekten van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam. Onze opleider prof. Henk Hoogsteden heeft daar een auto gekocht en een vrijstaand huis met zwembad gehuurd. Hij heeft contact met de professoren in het ziekenhuis. Elke vier maanden gaat in principe één aios daarheen.” Kaapstad is het epicentrum van tuberculose (tbc). Bij screening blijkt tot 80% van de bevolking een latente infectie te hebben. Ook hiv met de gerelateerde longaandoeningen is er een belangrijk probleem. “Dat leek mij erg interessant”, vertelt Robin.
“Je bent in een compleet andere wereld.” Groote Schuur ziekenhuis Robin werkte in het Groote Schuur ziekenhuis, een groot academisch centrum voor interstitiële longziekten en zeldzame infecties, zoals multidrug resistance tuberculosis (MDR-tbc). Het is een public hospital, wat inhoudt dat er niet-verzekerde patiënten worden behandeld. Desondanks zijn er adequate diagnostische mogelijkheden. “Van een baan in dit ziekenhuis kan je niet rondkomen. Daarom werken vrijwel alle professoren eveneens in een private hospital, een ziekenhuis voor rijkere, verzekerde mensen. Daar verdienen ze veel meer.”
16
maart 2010
De dagelijkse poli Robins werkzaamheden bestonden voornamelijk uit het doen van de dagelijkse ochtendpoli. De poliklinieken zijn vanaf zes uur ’s ochtends open. Patiënten worden ingeschreven in volgorde van binnenkomst. De administratie is er strak geregeld: statussen zijn altijd aanwezig en bijgehouden. “Als om half negen de dokter kwam - overigens zonder witte jas - zat iedereen kalm te wachten. Dan bepaalde je wie een longfunctie of thoraxfoto moest krijgen. De eerste patiënt zag ik vanaf half elf, wanneer de superviserende professor aanwezig was. Ik zag nieuwe en controlepatiënten als eerste. Daarna stuurde ik ze terug naar de wachtkamer en na een uur, als ik een behandelplan had, vroeg ik ze weer binnen. Zo ging het elke dag. Na de poli was ik rond drie uur klaar.” Op vrijdag wordt de tuberculosepoli gehouden. “Een verpleegster vertelde me over de regel dat mensen met ‘gewone’ tbc of van wie het onbekend is of ze tbc hebben, vooraan zitten. Op de achterste rij zitten MDR-tbc patiënten en achteraan bij het open raam zitten degenen met extensive drug resistance tuberculosis (XDRtbc). Opvallend was dat niemand een mondkapje droeg. Gelukkig had ik voor mijn vertrek een BCG-vaccin (Bacillus Calmette Guérin) gehaald, ook al geeft dit niet volledige bescherming.” XDR-tbc is een zeer moeilijk te behandelen vorm van tuberculose. Robin: “Patiënten zonder verzekering kregen wel medicatie, maar die was eigenlijk niet effectief genoeg. Ze woonden geïsoleerd en kregen een uitkering zolang we hen medicijnen voorgeschreven. Nieuwe medicijnen zijn duur en artsen vroegen patiënten hoeveel ze maandelijks konden missen voor medicatie. Dat leidde tot grote dilemma’s, want wat ga je doen met een 17-jarig onverzekerd meisje met deze aandoening?” Stadium V longkanker Tijdens de poli’s heeft Robin patiënten behandeld met aandoeningen in vergevorderde stadia. “Ik heb mensen
wereld gezien waarbij de longtumor door de borstwand naar buiten groeide. Dit noemden we een ‘stadium V longkanker’, terwijl stadium IV eigenlijk het meest gevorderde stadium is. Je zag deze mensen op de poli en stuurde ze naar huis. De longafdeling had maar vijf bedden. Vrijwel alle patiënten lagen opgenomen voor de interne geneeskunde. Een exacerbatie astma of COPD behandelde je thuis; oncologie lag bij de interne. Alleen veel voorgeschreven generieke longmedicatie was beschikbaar, terwijl prednison zonder recept bij de
“Ik heb patiënten met een stadium V longkanker gezien.” apotheek verkrijgbaar was. De enige opnames waren patiënten met interstitiële longziekten of patiënten die te laat waren voor de bus naar huis.” Opleiding tot longarts Het regelen van de stage bij de MSRC (Medisch Specialisten Registratie Commissie) ging bij Robin soepel. In Zuid-Afrika kwamen er echter problemen. De regels voor buitenlandse artsen waren namelijk net aangescherpt. “Het is daar bureaucratischer georganiseerd. Je stage moet een jaar van tevoren worden aangevraagd en een notaris verifieert je documenten. Aios die nu deze stage doen, mogen allerlei ingrepen niet meer verrichten in verband met eventuele complicaties.” In Zuid-Afrika heerst nog een ouderwetse Engelse structuur. “Als aios stel je daar niets voor. Een professor boorde collega-aios helemaal de grond in tijdens mondelinge examens. Dan was ik blij dat ik maar vier maanden bleef.” De opleiding tot longarts is in Zuid-Afrika veel breder dan in Nederland. De opleiding duurt ook zes jaar, maar bestaat uit vier jaar interne geneeskunde en twee jaar longziekten. Robin: “Net als in Nederland moet je ook competenties halen, zoals voor puncties of bronchoscopieën. De toegang tot pubmed en up-to-date is slechter, waardoor aios meer uit het hoofd moeten leren. Het salaris tijdens de opleiding is laag, wat het verleidelijk maakt om als specialist in een privé ziekenhuis te gaan werken. Een derde van de aios trekt na afronding van hun opleiding weg uit Zuid-Afrika, bijvoorbeeld naar Groot-Brittannië of Australië. De opleidingsmogelijkheden voor kinderen zijn slecht en het kan er onveilig zijn. Dat is ook het enige wat ik heb gemist aan Nederland: het gevoel van veiligheid. ‘s Avonds voor je ging slapen, moest je de deur en het hek op slot hebben gedaan met het alarm erop.”
De Victoriaanse stijl van het oude gebouw van het Groote Schuur ziekenhuis in Kaapstad. Het nieuwe gebouw ziet er minder stijlvol uit. Robin vat zijn maanden in Zuid-Afrika samen. “Het is een interessante stage en je bent in een compleet andere wereld. Ik heb aandoeningen op longgebied gezien die je hier niet of nauwelijks ziet. Kaapstad is een verbazingwekkend mooie stad, die in je hart gaat zitten. Ik heb een heerlijke tijd gehad, zonder diensten. Met mijn vrouw Ingeborg, net de huisartsenopleiding afgerond, en de kinderen van 1,5 en 3 jaar oud heb ik veel tijd kunnen doorbrengen. Toch zou ik er niet voorgoed kunnen wonen, om dezelfde reden als iedereen: weinig opleidingsmogelijkheden en onveiligheid. Maar zoals ze daar zeggen: one never knows.” Lisette Kunz
Kaapstad is een verbazingwekkend mooie stad.
maart 2010
17
GENEESHEER
Guillaume Dupuytren Van straatarme student tot rijkste arts van zijn tijd: dat klinkt als the American Dream, maar gaat over een Franse chirurg. Wie was deze man, die door intimi Le Baron werd genoemd en een dag voor zijn huwelijk de verloving verbrak?
Guillaume Dupuytren werd in 1777 geboren in PierreBuffière, vlakbij Limoges, Zuid-Frankrijk. Hij was de tweede van negen kinderen. Zijn vader was weliswaar advocaat, maar arm. Toen een militair aanbood om Guillaume op twaalfjarige leeftijd mee te nemen naar Parijs en naar school te sturen, stemde vader Dupuytren daarmee in. Het was de tijd van de Franse revolutie en Guillaume overwoog een carrière als militair. Hier stak zijn vader echter een stokje voor. Aangezien er al meerdere familieleden chirurg waren, stond zijn vader erop dat hij ook dit beroep koos. Guillaume begon zijn opleiding in Limoges, maar al snel realiseerde hij zich dat zijn kansen veel beter lagen in Parijs en vertrok hij naar de Ecole de Santé. Hier wachtte hem zware tijden. Naar verluid was hij zo arm dat hij het vet van kadavers gebruikte om olie te maken voor zijn studielamp. Dankzij zijn doorzettingsvermogen werd hij op zijn zeventiende benoemd tot prosector, oftewel voorsnijder. Hij was verantwoordelijk voor de autopsieën. Hij combineerde de anatomische observaties met zijn interesse voor pathologie en fysiologie. Hij werd docent van zijn eigen pathologiecursus, samen met zijn assistenten Gaspard-Laurent Bayle en René T.H. Laennec, de latere uitvinder van de stethoscoop.
De strijd met Roux beperkte zich niet tot de geneeskunde. Dupuytren was namelijk verloofd met de dochter van een andere chirurg, Alexis Boyer. Op de dag voor het geplande huwelijk, verbrak Guillaume de verloving. Boyer kon hem dat niet vergeven. Roux trouwde vervolgens met deze dochter. Na de dood van Dupuytren in 1835 werd Roux alsnog hoofd-chirurg in Hôtel Dieu. Twintig jaar lang regeerde Guillaume Dupuytren als hoofd chirurgie in Hôtel Dieu. Hij was een keiharde werker. Om 6 uur begon hij zijn visiteronde die een aantal uren duurde, daarna volgde een college, operaties en autopsieën. ‘s Middags zag hij patiënten in zijn privé-praktijk, waarna hij rond een uur of zes ‘s avonds in het ziekenhuis terugkeerde om de geopereerde patiënten te visiteren. Zijn praktijk floreerde en hij zag tot 10.000 patiënten per jaar. Dit maakte hem steenrijk. Nadat hij de neef van koning Lodewijk de XVIII het leven redde, door het behandelen van een thoracale steekverwonding, werd hij tot baron verheven. De volgende koning, Karel X, benoemde hem tot lijfchirurg. Toen Karel X werd afgezet en geld nodig had, bood Dupuytren hem na verluid een miljoen francs. De koning weigerde dit aanbod, maar dit toont wel de enorme rijkdom van Dupuytren in die periode.
Last of men Zijn persoonlijkheid wordt consequent met negatieve bewoordingen omschreven. Hij was zeer energiek en ambitieus en trok zich niets aan van de gevoelens van zijn studenten en collega’s. Hij werd meestal Monsieur Le Baron genoemd, maar intimi mochten hem met Le
”Hij maakte olie van het vet van kadavers voor zijn studielamp.” Huwelijksperikelen In 1802 wist Guillaume via een list chirurg in het Hôtel Dieu te worden ten koste van Philibert-Joseph Roux. In 1812 bemachtigde hij – opnieuw ten koste van Roux – de leerstoel voor operatieve chirurgie. In 1814 werd hij hoofd-chirurg.
18
maart 2010
De noordzijde en entree van l’ Hôpital Hôtel Dieu
Baron aanspreken. Wel was hij vriendelijk tegen zijn patiënten. De omschrijving van zijn karakter ‘first of surgeons and last of men’ komt waarschijnlijk van collega’s en niet van een patiënt. Hij was een gepassioneerd docent met zeer veel kennis en een buitengewoon goed geheugen voor casus, klinische studies en andere medische details. Hij hield zelf absoluut niet van schrijven en liet de verslagen van zijn colleges en ontdekkingen door zijn studenten en assistenten optekenen. Deze verzameling verscheen als Leçons orales in 1832. Voor de chirurgen van die tijd was dit werk van ongekende waarde, aangezien alle chirurgische problematiek aan bod kwam.
”Hij was zeer energiek en ambitieus.” Dupuytren-contractuur We kennen Dupuytren natuurlijk allemaal van de gelijknamige contractuur. De eerste beschrijvingen van deze contractuur stammen waarschijnlijk uit IJslandse sagen, die rond 1200 werden opgeschreven. Ook de legende van de MacCrimmon-vloek in Schotland, waarbij de leden van deze clan van doedelzakspelers allemaal vingercontracturen kregen en geen doedelzak meer konden spelen, beschrijft deze doedelzakcontractuur.
ook in de Lancet (1834). In een voetnoot verbaasde de uitgever zich dat Dupuytren niet op de hoogte was van de beschrijving en behandeling van deze contractuur zo’n tien jaar eerder. In de tweede editie van de Leçons orales, die na de dood van Guillaume werd gepubliceerd, prijkte een artikel waarin zeventien casus besproken werden. Zo werd Dupuytren met het eponiem vereerd.
”Hij trok zich niets aan van de gevoelens van zijn studenten en collega’s.” Bezig bijtje Dupuytren was een breed geïnteresseerde arts. Hiervan getuigen de diverse artikelen die van zijn hand verschenen, danwel door zijn studenten opgetekend werden. Hij was bijvoorbeeld de eerste die de mandibula verwijderde. Hij ontwikkelde een behandeling voor torticollis, waarbij hij meerdere subcutane incisies in de m. sternocleidomastoideus plaatste. Bovendien maakte hij een classificatie voor brandwonden in zes graden en omschreef de aanwezigheid van huidlijnen. Als eerste draineerde hij een intracerebraal abces en verwijderde de baarmoedermond bij een patiënt met cervixcarcinoom. Zijn kunde met betrekking tot aneurysmachirurgie was wijd verbreid. Hij beschreef de Madelungse deformiteit voordat Madelung dit deed en publiceerde veel over de behandeling van de distale fibulafractuur en de congenitale heupdislocatie. Tijdens een college in 1833 bemerkte Dupuytren een parese van zijn rechter gezichtshelft. Hij verbloemde dit met zijn hand en maakte zijn college af. Hij werd hierna gedwongen om een tijd rust te nemen en vertrok met zijn dochter en schoonzoon naar Italië; zijn vrouw had hem jaren eerder al verlaten. Toen hij na zes maanden terugkwam, bleek het niet meer mogelijk om op hetzelfde niveau aan de slag te gaan. Zijn gezondheid ging hierna gestaag achteruit en hij overleed in 1835. Nanda Glimmerveen
Dupuytren-contractuur De oudste beschrijving in de medische literatuur stamt waarschijnlijk uit 1614 van Felix Plater uit Basel. Henry Cline en Sir Astley Cooper beschreven eveneens deze aandoening en opperden een palmaire fasciotomie als therapie. Het is niet bekend of Guillaume Dupuytren niet op de hoogte was van dit artikel of deze negeerde. In 1831 opereerde hij een patiënt en liet de operatie gedetailleerd door zijn studenten documenteren. Dit artikel werd in eerste instantie gepubliceerd in Frankrijk en na vertaling
Referenties 1. www.whonamedit.com 2. Goldwyn RM, Guillaume Dupuytren. Plast Reconstr Surg 1968 Sept;42(3):195-202 3. Goldwyn RM, Guillaume Dupuytren: his character and contributions. Bull N Y Acad Med 1969 Aug;45(8):750-60 4. Gudmundsson KG, Jónsson T, Arngrímsson R. Guillaum Dupuytren and finger contractures. Lancet 2003;362:165-8 5. Jay V. Baron Guillaume Dupuytren. Arch Pathol Lab Med 2000;124:955-6
maart 2010
19
LANDELIJKE AIOSDAG VOOR AANKOMEND MEDISCH SPECIALISTEN Zaterdag 10 april 2010 - Domus Medica, Utrecht
Stel je eigen programma samen Je kunt kiezen uit de volgende workshops: • Werken als universitair medisch specialist
• Kwaliteit ver van je bed? Nee!
• Werken als medisch specialist in dienstverband
• Financiering in de gezondheidszorg
• Werken als medisch specialist in vrij beroep:
• Pensioenen vrij beroep
contracten & goodwill • Psychiater in vrije vestiging en dienstverband
• Pensioenen dienstverband • Deeltijdwerken
• Onderhandelen over een goed dienstverband
Meld je aan op www.dejongeorde.nl/aiosdag
VERENIGINGSNIEUWS
De LVAG beantwoordt vragen en houdt aios op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen omtrent arbeidsomstandigheden, opleiding en wetenschap. Naast het magazine AIOS is lvag.nl een belangrijke informatiebron.
Vragen? Vacatures? Nieuws?
lvag.nl! Bezoek lvag.nl voor bijvoorbeeld nieuws of vacatures. Kijk in de agenda voor boeiende seminars of maak gebruik van de aanbiedingen in de webshop. En heb je belangrijke vragen? Check de online vraagbaak onder de button ‘AIOS THEMA’S’. De site van de LVAG is er voor jou!
Abonnementen AIOS is het tijdschrift van de Landelijke Vereniging voor Medisch Specialisten in opleiding (LVAG). Het wordt vier keer per jaar uitgegeven en is gratis voor alle aios in Nederland. Als u AIOS niet ontvangt , neem dan contact op per email [email protected]. Abonnementen: Nederland € 18,15 incl. btw. Overig buitenland € 25. Losse nummers € 5,67 incl. btw, excl. verzendkosten. Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip ingaan. De eerste abonnementsperiode loopt tot het eind van het kalenderjaar. Daarna wordt het abonnement telkens stilzwijgend met een jaar verlengd. Opzeggingen dienen ten minste twee maanden voor de aanvang van een nieuwe abonnementsperiode te worden gericht aan het redactie-adres. Oplage: 5.400 ISSN: 0928-611X Jaargang 21 © 2010 LVAG. Alle rechten voorbehouden. Artikelen geven de mening weer van auteurs en niet noodzakelijkerwijs van LVAG c.q. AIOS. Niets uit dit tijdschrift mag openbaar worden gemaakt door middel van druk, microfilm of welke wijze dan ook, zonder toestemming van de uitgever.
maart 2010
21
RITEN EN SAGEN
Bankhangen, tv kijken, kolven en veel meer... Er zijn van die plekken in een ziekenhuis die multifunctioneel zijn en veel verhalen kunnen vertellen. De assistentenkamer van de afdeling interne geneeskunde in het Bronovo ziekenhuis in Den Haag is er zo één.
De bank als stralend middelpunt in oude indeling van de assistentenkamer. De assistentenkamer is de werkplek van de aios interne, die daar (bijna) allemaal een eigen bureau hebben. Maar er kan natuurlijk veel meer in zo’n kamer: liters koffie en thee drinken, foto’s bekijken van aangeschoten jonge dokters op een feest, troosten van een collega en met elkaar hilarische momenten beleven. Lekker ruiken? Wil je voor of na het werk weer fris ruiken, dan kan je gebruik maken van de badkamer. Een oud-collega en wielrenner irriteerde zich mateloos aan het feit dat er geen douchegordijn hing, dus kocht hij er zelf een. Hij nam vervolgens het gordijn weer mee toen zijn tijd erop zat, tot frustratie van achtergebleven aios. Inmiddels is besloten dat een douchegordijn wel handig is. Niet alles ruikt lekker in deze kamer, zeker niet als je telefoon net in de diarree van een patiënt is gevallen. De geurvreters op de assistentenkamer hebben ook hun stinkende best gedaan om de kamer weer aangenaam te laten ruiken. Helaas overleefde de telefoon dit voorval niet.
Borrelen kan nog steeds op de verplaatste bank! Speciale bank Recent heeft in de assistentenkamer een grote metamorfose plaatsgevonden: bureaus zijn naar de zijkanten verplaatst en de bank staat voor het raam. De bank blijft een speciale plaats in deze kamer houden en kan gebruikt worden voor bankhangen, borrelen, eten, kolven of tv kijken. De tv is minstens zo oud als de gemiddelde leeftijd van patiënten in het ziekenhuis en heeft allerlei ouderdomskwalen, zoals het plotseling verschijnen van een groen beeld. Het probleem is opgelost door een nieuwe tv te kopen. Die bank staat er al een eeuwigheid, en is gedrapeerd met een rode grand foulard om vage gele vlekken te maskeren, die waarschijnlijk niet alleen door de koffie komen. De aios heelkunde hebben de officiële piketkamer van de interne in gebruik genomen. Daarom kunnen de aios interne op de bank slapen tijdens de rustige uurtjes van de dienst, toegedekt door een warme deken uit de stoof van de spoedeisende hulp. Met dank aan alle oud-collega’s. Lisette Kunz
Het plafond verdient ook aandacht. Een paar jaar geleden vond men boven de plafondplaten een stapel met statussen, die daar verstopt waren door een notoire dicteerverzuimer. Sindsdien liggen de dicteerstapels op een centrale plek.
22
maart 2010
Heeft jullie afdeling ook bijzondere riten of sagen, waar eindeloze verhalen over verteld kunnen worden? Stuur dan een reactie naar [email protected]. Wie weet staan jullie volgende keer in deze rubriek!
Vraag: ‘Welke financiële risico’s loop ik gedurende mijn opleiding en wat kan ik hiervoor regelen?’ In de rubriek Vraag & Antwoord stelt de LVAG een vraag aan haar hoofdsponsor Sibbing & Wateler over een onderwerp waarmee aios zich bezig houden.
Antwoord
voornamelijk naar waartoe iemand nog
aanvullende arbeidsongeschiktheidsver-
Er zijn uiteraard diverse financiële risico’s
wél in staat is. Dit verplicht min of meer
zekering af te sluiten. Een keuze voor
te benoemen, maar een veelal onder-
om het resterende arbeidsvermogen te
deze zekerheid is overigens een zeer
belicht financieel risico is toch wel het
benutten. Doe je dat niet, dan zal dit een
persoonlijke keuze. De kans op arbeids-
risico van eventuele ziekte of arbeidson-
verlaging van de uitkering betekenen.
ongeschiktheid tussen 25 en 35 jaar is
geschiktheid tijdens de opleidingsperiode.
Daarnaast is een verblijf in de WIA vaak
waarschijnlijk statistisch gezien niet heel
Zeker als de ziekte of arbeidsongeschikt-
veel meer van korte duur in vergelijking
groot, maar in vergelijking met andere
heid van structurele aard is.
met voorloper WAO.
opleidingen is de totale belasting (o.a.
Standaard geregeld
Uitkeringscriterium
aanvullend afdekken van het financiële
Waar het in geval van ziekte of arbeids-
Wat verder nog meespeelt, is het uitke-
risico van arbeidsongeschiktheid kan
ongeschiktheid tijdens de opleidingspe-
ringscriterium dat wordt gehanteerd bij
zeer verstandig zijn indien er bijvoor-
riode op neer komt, is dat de werkgever
het Invaliditeitspensioen en de WIA. De
beeld in privé sprake is van kinderen
gedurende twee jaar grotendeels het
WIA hanteert het uitkeringscriterium
en/of een eigen woning met hypotheek.
laatstverdiende salaris zal doorbetalen.
‘gangbare arbeid’ en het Invaliditeits-
De mogelijkheden zijn er, want er zijn
Daarna ben je overgeleverd aan het
pensioen is tegenwoordig WIA volgend.
verzekeraars die zich specifiek richten
Invaliditeitspensioen van het ABP of
Dat is een ruim begrip. Men kijkt dus niet
op medische beroepen en verzekeringen
PFZW (PGGM) en daarnaast aan de
specifiek naar je kennis, kunde en oplei-
aanbieden op basis van het uitkerings-
WIA. Het Invaliditeitspensioen en de
ding, maar in de breedste zin naar waar-
criterium ‘beroepsarbeidsongeschiktheid’.
WIA zullen samen zorgen voor een uit-
toe je nog in staat bent. Zeker wanneer
kering van maximaal 70% van het laatst
je heel specifiek voor jouw toekomstige
Hoe dan ook wens ik jullie uiteraard een
verdiende salaris.
beroep of gedeeltelijk arbeidsongeschikt
opleiding in goede gezondheid toe!
aantal uren) van een aios erg hoog. Het
bent, kan het resterende arbeidsvermogen De WIA is sinds 2006 de opvolger van
volgens het Invaliditeitspensioen en de
Age Baanstra
de WAO. De WAO keek met name naar
WIA heel breed worden ingezet. De kans
Praktijkadviseur Sibbing & Wateler c.s.
waartoe iemand niet meer in staat was
dat er vervolgens sprake zal zijn van een
en bleef daar de nadruk op leggen. Hier-
beperkte of tijdelijke uitkering is dan
door konden mensen voor een langere
ook reëel.
S I B B I N G W AT E L ER C.S .
WIA staat voor Werk en Inkomen naar
Zekerheid
‘n hele zorg minder®
Arbeidsvermogen (sommigen zeggen:
Je zou als aios zekerheid kunnen zoeken
Wat Ingewikkeld Allemaal!) en kijkt
ten aanzien van dit risico door zelf een
periode in de WAO bivakkeren. De
&
www.sibbing.nl
maart 2010
23
COLUMN
Gatverdamme, geld Jocea Michels is bezig met haar opleiding tot reumatoloog. In deze column houdt ze ons op de hoogte van het wel en wee tijdens haar werk als aios.
Persoonlijk vind ik geld dus stom. Ik heb een grote hekel aan bankafschriften, hypotheken, enveloppen van de belastingdienst en zelfs aan salarisstrookjes. Maar ik kan er niet omheen; van de inzamelingsactie voor Haïti, commissie de Wit tot de afschaffing van de basisbeurs. De wereld draait om geld, ook – of misschien wel juist – de medische wereld. Met wat meer tijd om handen dan anders (41 weken zwanger en nog steeds wachtende) lees ik alle kranten en tijdschriften die er bij mij op de deurmat vallen nu eens echt. Hoe meer ik hoor en lees, hoe verwarder ik word. De studiebeurs moet worden afgeschaft. Het wordt te duur. Goed, daar kan ik ondanks alle duidelijke bezwaren toch wel inkomen. Vervolgens lees ik dat de medische opleiding op de schop moet. Er moeten meer artsen worden opgeleid, dus de numerus fixus moet eraf. Klinkt logisch, maar ja, wie gaat die extra studenten betalen? De studenten zelf, is het idee. Het plan is dat medisch specialisten in opleiding zelf een financiële bijdrage gaan leveren aan die opleiding. Oef, nu wordt het al ingewikkeld voor mij. We willen meer artsen opleiden, maar dat wordt financieel nogal een hachelijke situatie als je én geen studiebeurs meer krijgt én als je dan eindelijk wat gaat verdienen na zes jaar, je ook nog je specialistenopleiding grotendeels zelf moet betalen?! Wow, duur grapje, specialist worden. Gelukkig zijn er dan ook goedkopere specialismen. Als je chirurg wilt worden, maar dat toch niet kan betalen, kun je altijd nog geriater worden, want daar wordt dan korting op gegeven. Jippie. Gelukkig blijkt dat huidige dokters heeeel veeeel verdienen, want 1 procent van de rijke Nederlanders is medisch specialist. Wat doet die andere 99 procent dan - vast bankiers (Groenink kreeg 23 miljoen voor de overname van ABN-AMRO). Zal de volgende generatie
24
maart 2010
arme sloebers ook nog genoeg verdienen om die hele grote schuld af te lossen en om nog steeds een villa in het bos te kunnen kopen? Ik vrees het ergste, gezien de generieke korting die nu al op 12,7 procent staat en natuurlijk de komende decennia alleen maar groter zal worden. Ook zoiets wat ik niet snap. Door de DBCinvoering zijn een paar specialismen er heel grof op vooruit gegaan en dat loopt nu zo de spuigaten uit dat er een generieke korting moet komen. Waarom niet die paar specialismen korten, maar dat is blijkbaar niet solidair om te denken. Nooit geweten dat artsen zo solidair waren, maar goed. Het is ook een beetje vies om als arts aan geld te denken. Het schaadt ons imago in de media dat we ons zo druk maken over de generieke korting. Kijk, dat een bankdirecteur om geld geeft is logisch, en ambtenaren mogen staken om een loonsverhoging van 1 naar 1,3 procent proberen te krijgen. Een dokter moet echter primair zijn/haar werk doen om de mensheid te helpen. Altruïsme, dat is het toverwoord. Ikzelf ben ook dit vak niet ingegaan voor het geld, zeker gezien mijn natuurlijke desinteresse voor het hele fenomeen geld. Maar waarom mogen we niet zeggen dat we ook best goed beloond willen worden voor dit verantwoordelijke werk? Geld mag geen reden zijn om voor dit vak te kiezen, maar het mag ook geen reden worden om niet voor dit vak te kiezen. Geen studiebeurs, zelf betalen voor je specialistenopleiding en de achteruitgang van de specialistensalarissen: zo wordt er een financiële drempel opgeworpen om überhaupt arts te worden. Hoeven we de numerus fixus ook niet meer af te schaffen. Jocea Michels
Voor de kroon op uw onderzoek Gildeprint is specialist in het drukken van proefschriften, wetenschappelijke publicaties en boeken. Wij zijn meer dan 25 jaar de drukker van afstuderenden en promovendi van universiteiten in heel Nederland. Vraag ‘Het drukken van proefschriften en wetenschappelijke publicaties’ aan. Een behartigenswaardig boekwerkje over alles wat bij het drukken van uw proefschrift aan de orde komt.
Javastraat 123 7512 ZE Enschede
Postbus 40100 7504 RC Enschede
T 053 4800530 F 053 4304777
[email protected] www.gildeprint.nl
1
Cu r s u s : ‘De financiële jungle vo o r d e s t a r t e n d e m e d i s c h s p e c i a l i s t’
Uw bestaan als arts in opleiding zit er bijna op. Gaat u daarna als jonge klare werken in het vrije beroep? Kiest u voor een baan in loondienst in een algemeen of academisch ziekenhuis? De keuze is aan u. Om u bij deze belangrijke keuze te helpen, verzorgt Sibbing & Wateler c.s. op 17 april 2010 in Burgers’ Zoo te Arnhem de cursus ‘De financiële jungle voor de startende medisch specialist’. Belangrijke financiële en juridische aspecten komen deze ochtend aan bod. Uw gezin is op deze dag van harte welkom voor een bezoek aan Burgers’ Zoo. s Praktijkvestigingen
s Maatschapscontracten
Schrijf u nu in! Kijk op www.sibbing.nl voor een inschrijfformulier en meer informatie over de cursus. Na inschrijving ontvangt u het programma, het uitgebreide cursusmateriaal en een routebeschrijving. Eerstvolgende cursusdatum: 17 april 2010
s Praktijkfinancieringen
s Financiële planning
&
S IBBING W ATELER C.S. ‘n hele zorg minder®
s Verzekeringen
s Pensioenen
s Hypotheken
Storkstraat 33 s 3905 KX Veenendaal Postbus 915 s 3900 AX Veenendaal Telefoon: (0318) 544 044 s Fax: (0318) 543 843 E-mail: [email protected] s Internet: www.sibbing.nl Sibbing & Wateler is hoofdsponsor van de LVAG.