AGENDA RAADSVERGADERING 7 APRIL 2014
Locatie:
raadszaal gemeentehuis Wolvega
Aanvang:
19.00 uur
1.
Opening. VASTE AGENDAPUNTEN
2.
Vragenkwartier.
3.
Vaststelling van de agenda.
4.
Besluitenlijst van de raadsvergadering van 3 maart 2014.
5.
Lijst van toezeggingen. Een geactualiseerde lijst wordt t.z.t. op de website geplaatst.
6. Ingekomen stukken en mededelingen.
BESLUITVORMING B-VOORSTELLEN Bespreekstukken, discussie raad voorafgaand aan besluitvorming
7.
Voorstel tot vaststelling van bestemmingsplan ‘De Hoeve – Hoeveweg’, welke is gericht op een nieuw te bouwen woning naast (ten zuiden van) het perceel Hoeveweg 8 (2014-000918/r).
Spreekrecht Na opening van de vergadering kunnen aanwezigen het woord voeren over een onderwerp dat niet op de agenda van de raad staat. Men krijgt hiervoor één spreektermijn van 10 minuten. Over een B-voorstel kunnen aanwezigen bij het betreffende agendapunt inspreken. Ook hierbij geldt een spreektijd van maximaal vijf minuten in de eerste termijn. Daarna is er voor raadsleden gelegenheid om aanvullende vragen aan de inspreker te stellen. Na discussie in de raad mag de inspreker – in tweede termijn – nog kort reageren.
-1-
BESLUITENLIJST RAADSVERGADERING 3 maart 2014 Voorstel Besluit raad 1. Opening
2. Vragenkwartier
Voorzitter Van Klaveren opent de vergadering om 19.00 uur. Griffier is Zijlstra. Aanwezige leden: zie aangehechte lijst. Posthumus is afwezig. Hoen (VVD) vraagt iemand te willen laten kijken naar het onderhoud van de Molen Windlust. En op zeer korte termijn de wateroverlast met betrekking tot de deur te willen laten verhelpen. De Wolff (Lijst De Wolff) vraagt wanneer het bestemmingsplan buitengebied voor de raad wordt geagendeerd.
Prins (GroenLinks) en Menger (PvdA) verzoeken om meer informatie over de vertrouwelijke memo inzake het onderzoek van de Universiteit van Amsterdam.
3. Vaststellen van de agenda
4. Besluitenlijsten van de raadsvergadering van 3 februari 2014
Lijst Bron heeft een motie aangekondigd over de blauwe zone. De VVA heeft een motie aangekondigd over een solidariteitsfonds. Deze onderwerpen staan niet op de agenda. De raad stemt er mee in deze moties achteraan de agenda te plaatsen, conform het Reglement van Orde. -
Reactie college en Toezeggingen (T)
T. College zegt toe op korte termijn iemand van de gemeente naar het onderhoud van de Molen Windlust te laten kijken en naar het probleem met de wateroverlast.
T. College zegt toe de raad een tijdsschema van het bestemmingsplan buitengebied te doen toekomen. College merkt hierbij op dat zorgvuldigheid voorop staat. T. College zegt toe het presidium uitgebreider te willen informeren over het onderzoek van de Universiteit van Amsterdam.
-2Voorstel
Besluit raad
5. Lijst van toezeggingen
-
6. Ingekomen stukken en mededelingen
Brief 7 inzake toeristenbelasting: Mulder (WB) en Kester (CDA) verzoeken de reactiebrief van het college ter kennisname aan de raad te sturen. Brief 4 inzake speerpunten WMO Burgerplatform: De Klein vraagt een het college wat zij met deze speerpunten gaat doen.
7.
B- Voorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan Molen de Rietvink te Nijetrijne.
8.
B- Voorstel tot vaststelling Verordening winkeltijden.
Reactie college en Toezeggingen (T) T. College zegt toe een afschrift van de reactiebrief van het college inzake brief 7 aan de raad te doen toekomen. T. College zegt toe een inhoudelijke reactie te schrijven aan het WMO Burgerplatform en een afschrift van deze reactiebrief aan de raad te doen toekomen.
Inspreker: • Dhr. Van der Mark spreekt in als eigenaar van Molen de Rietvink. Hij weerlegd enkele bezwaren van omwonenden en hoopt dat de raad zich positief zal uitspreken over het voorstel. De schriftelijke inspraakreactie is bij de besluitenlijst gevoegd. Conform. Inspreker: • Dhr. Van der Sluis spreekt in als voorzitter van de Vereniging voor Zondagsrust. Hij roept op tot winkelsluiting op zondag vanwege het gebod daartoe vanuit de bijbel. Daarbij geeft hij aan dat het sociale aspect ook meespeelt. In de huidige hectische samenleving is ook behoefte aan rust. Daarbij hebben de winkeliers ook recht hebben op een vrije dag. Het CDA stemt tegen het voorstel omdat er onvoldoende participatie is georganiseerd in dit traject voor alle betrokkenen. De andere fracties kunnen zich in het voorstel vinden. Het voorstel wordt aangenomen met 17 stemmen voor en 3 stemmen tegen.
9.
B- Voorstel tot vaststelling van grondexploitatie Lindewijk deelgebied I – 2014 e.v. 10. B- Voorstel tot instemming met wijziging Gemeenschappelijke Regeling (GR)
Conform. PvdA verzoekt om kwartaalrapportages te ontvangen voor de raad.
T. College zegt toe dit verzoek in te brengen in het algemeen bestuur van
-3Voorstel
Besluit raad
FUMO PvdA en CDA hebben een motie voorbereid. Beide met de intentie om de betrokkenheid van de raad te vergroten bij Gemeenschappelijke Regelingen.
11. B- Voorstel tot instemming met de zienswijze op de ontwerpbegroting FUMO
12. B- Voorstel tot goedkeuring van de instellingsbegroting 2014, inclusief het meerjarenperspectief 2015 -2017 van Stichting Comperio voor openbaar primair onderwijs
13. B- Voorstel tot benoeming lid/voorzitter Raad van Toezicht Stichting Comperio 14. B- Voorstel tot vaststelling van het inkoopen aanbestedingsbeleid
Conform. VVD vraagt in voorkomende gevallen een spoedprocedure te volgen voor agendering voor de raad zodat de zienswijze tijdig kan worden ingediend. Conform. PvdA vraagt om de verwachte resultaten van het afgelopen jaar mee te nemen bij de begroting. Het CDA merkt op niet de eerder gevraagde cijfers van Comperio te hebben ontvangen en daarom de instellingsbegroting voor kennisgeving aan te nemen in plaats van goedkeuring te verlenen. Het voorstel wordt aangenomen met 17 stemmen voor en 3 stemmen tegen. Conform. VVD en PvdA verzoeken een rapportage waarin inzicht wordt gegeven in de mogelijke financiële voordelen van het nieuwe inkoop- en aanbestedingsbeleid in OWO-verband.
WB wenst een aantekening dat zij de paragraaf 2.4 op pagina 5 over Fair Trade niet onderschrijven. Voor het overige kan WB instemmen met het voorstel. Daarmee wordt het volledige voorstel aangenomen met 19 stemmen voor en 1 stem tegen. 15. B- Voorstel tot instemming met voorstel Hûs en Hiem met betrekking tot de (her)benoeming van de leden van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit 2014
Conform.
Reactie college en Toezeggingen (T) de FUMO. T. College ontraadt de moties, maar zegt toe bij de raad terug te komen met een voorstel hoe de betrokkenheid van de raad kan worden vergroot bij Gemeenschappelijke Regelingen volgens de strekking van de moties. T. College zegt toe dit in voorkomende gevallen via een spoedprocedure aan het presidium te willen voorleggen. T. College zegt toe dit mee te nemen naar Stichting Comperio.
T. College zegt toe een 0-meting te baseren op de cijfers van de afgelopen drie jaar voor inkoop- en aanbestedingsbeleid. In de jaarrekening van 2016 worden de effecten van het beleid gerapporteerd.
-4Voorstel
Besluit raad
16. B- Voorstel vaststelling van de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2014
PvdA verzoekt in artikel 16 lid 2 op te nemen dat de raad toestemming moet geven voor buitenlandse dienstreizen van een wethouder.
17. Motie blauwe zone (Lijst Bron)
Het voorstel wordt raadsbreed aangenomen met de toezegging van het college voor aanpassing van artikel 16 lid 2. Lijst Bron dient een motie in waarbij het college wordt verzocht: - de tijdsduur van de blauwe zone met onmiddellijke ingang te verruimen naar drie uur.
18. Motie solidariteitsfonds (VVA)
Sluiting
Lijst Bron trekt de motie in na de toezegging van het college. De VVA dient een motie in waarbij het college wordt verzocht: Te onderzoeken of door middel van een solidariteitsfonds het aantal mensen bij de Voedselbank teruggedrongen kunnen worden; De dekkingsmogelijkheden voor het solidariteitsfonds te onderzoeken; Met een voorstel terug te komen bij de raad. De voorzitter brengt de motie in stemming. De fracties van de PvdA, VVD, CDA, WB, GroenLinks, Lijst Bron en Lijst De Wolff stemmen tegen de motie. De VVA stemt voor de motie. De motie wordt verworpen met 19 stemmen tegen en 1 stem voor. De voorzitter sluit de vergadering om 22.30 uur.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 7 april 2014, de griffier, de voorzitter,
Reactie college en Toezeggingen (T) T. College zegt toe aan artikel 16 lid 2 toe te voegen dat het presidium een mededeling krijgt van het besluit van het college over toestemming voor een buitenlandse dienstreis van een wethouder. T. College zegt toe de evaluatie periode van de blauwe zone in Wolvega te verkorten naar een half jaar in plaats van een jaar.
LIJST VAN TOEZEGGINGEN RAAD 3 MAART 2014
Dynamische acties Datum invoer 1-7-13
Onderwerp
Fractie PvdA
Portefeuillehouder Jongebloed
afdeling/ directie Ruimte
Agendapunt 5: Kadernota 2014-2017
1-7-13
Agendapunt 6: Beheersverordening
VVD/PvdA
Trompetter
Ruimte
7-10-13
Agendapunt 2: Vragenkwartier
PvdA
Van Klaveren
Samenleving
4-11-13
Agendapunt 4: programmabegroting 2014-2017
PvdA
Jongebloed
Ruimte
College zegt een memo met uitgebreidere informatie over de openbare verlichting toe.
4-11-13
Agendapunt 4: programmabegroting 2014-2017
CDA
Van der Zee
Samenleving
4-11-13
Agendapunt 4: programmabegroting 2014-2017
PvdA
Trompetter
Ruimte
Het college zegt toe in een memo uit te werken hoe het college het opnemen van een programma voor de drie decentralisaties in de programmabegroting ziet. Het college zegt toe de motie over te nemen waarin de raad het college verzoekt in de voorjaarsnota 2014
-1-
Toezegging
Reactie b en w
College zegt toe de motie met betrekking tot de verzelfstandiging van (week)markten over te nemen en uit te voeren. College zegt toe te verwachten dat in december 2013 of januari 2014 het bestemmingsplan buitengebied ter besluitvorming aan de raad kan worden aangeboden. Als het college hier van afwijkt dan zal het college dit motiveren bij de raad. College zegt toe te rapporteren aan de raad over de stand van zaken met betrekking tot het boek van dhr. Jacobs.
Zal worden betrokken bij de vaststelling van de nieuwe marktverordening per 2014. Ontwerp bestemmingsplan komt in het eerste kwartaal 2014 in procedure.
Proces is nog gaande; er wordt nog steeds gewerkt aan de totstandkoming van het boek. Er wordt een memo voor de raad opgesteld vóór de vergadering van 3 maart 2014. Griffie: Memo verspreid op 12-02-2014. Wordt uitgevoerd in het eerste kwartaal 2014. Memo gaat op route. Griffie: Memo verspreid op 0302-2014. Wordt uitgevoerd en gerapporteerd aan de raad in het eerste kwartaal 2014.
Zodra mogelijk informeert het college de raad over het aanbestedingsresultaat.
nadere informatie te verschaffen over het daadwerkelijke aanbestedingsresultaat van de invoering en de mogelijke structurele besparingen door invoering van de BGT. College zegt toe te bekijken of zij de brief over forensenbelasting voor tweede woningbezitters willen agenderen voor de raad.
2-12-13
Agendapunt 6: Lijst ingekomen stukken
VVD
Van Klaveren
Middelen
13-1-14
Agendapunt 2: Vragenkwartier
WB en VVD
Van Klaveren
Ruimte
13-1-14
Agendapunt 6: Ingekomen stukken inzake Memo VI over het kwaliteitshandvest
PvdA
Van Klaveren
PublieksCentrum
3-2-14
Agendapunt 2: Vragenkwartier inzake afkoopregeling voormalig brandweercommandant
PvdA
Van Klaveren
Staf
College zegt toe dat de raad deze informatie vertrouwelijk ontvangt en zal het ongenoegen over de getroffen regeling overbrengen aan de veiligheidsregio.
3-2-14
Agendapunt 2: Vragenkwartier inzake
WB
Trompetter
Ruimte
College zegt toe dat de raad schriftelijk wordt geïnformeerd mocht
-2-
College zegt toe dat er een voorstel in de raad van maart komt over verruiming van koopzondagen. College zegt toe een overzicht te verstrekken van formulieren die worden aangepast en de aangepaste formulieren toe te sturen aan de raad.
College heeft op 4 februari 2014 een besluit genomen. De antwoordbrief gaat in kopie geljktijdig naar de leden van de raad. Griffie: Antwoordbrief digitaal verzonden aan de raad op 10-02-2014. Staat op agenda vergadering 3 maart 2014 De verwachting is dat de vernieuwde digitale formulieren module compleet opgeleverd wordt in de zomer van 2014. Het gaat hier om een landelijke module. Zodra deze is ingevoerd in ons digitaal systeem verstrekken wij u de gevraagde informatie. De burgemeester heeft het gevoelen van de raad ingebracht in de vergadering van de commissie Veiligheid van de Veiligheidsregio. Omdat in meer gemeenten ongenoegen is geuit komt er van de directie van de Veiligheidsregio nadere (vertrouwelijke) informatie over de ontslagregeling. U ontvangt die informatie zodra die beschikbaar is. Griffie; Memo is verspreid op 12-02-2014. Er is uitvoering gegeven aan de uitspraak van de Raad van State;
uitspraak Raad van State woningbouwplan Ter Idzard 3-2-14
blijken dat het college geen gevolg heeft gegeven aan de onderdelen 3 en 4 van de uitspraak van de Raad van State. College zegt toe de raad een afschrift te doen toekomen van hun reactiebrief aan dorpsbelang Steggerda.
Agendapunt 2: Vragenkwartier inzake Brief dorpsbelang Steggerda over huur MFC. Agendapunt 4: Besluitenlijst inzake agendapunt Oudheidkamer Agendapunt 6: Lijst van ingekomen stukken inzake brief 2 van de LFB Agendapunt 7: Culturele broed- en werkplaats
CDA
Trompetter
Ruimte
WB
Van Klaveren
Griffie
College zegt toe na te gaan of het juiste besluit over de Oudheidkamer staat weergegeven in de besluitenlijst.
PvdA
Van der Zee
Samenleving
College zegt toe in gesprek te gaan met de LFB.
Coalitiepartijen
Van der Zee
Samenleving
3-2-14
Agendapunt 8: Concept plan van aanpak Omvormingsplan
Alle fracties
Van der Zee
Samenleving
College zegt toe de genoemde partijen eenmalig bijeen te willen roepen en neemt het amendement over. College zegt toe de reactie van de raadscommissie drie decentralisaties mee te nemen naar het samenwerkings-verband ‘zorg voor jeugd Fryslân’’.
3-2-14
Agendapunt 8: Concept plan van aanpak Omvormingsplan
CDA
Van der Zee
Samenleving
3-2-14
3-2-14
3-2-14
College zegt toe graag in de raadscommissie drie decentralisaties van gedachten te wisselen over de koers van de gemeente met betrekking tot jeugdzorg.
Statische acties
-3-
daarmee is deze toezegging afgedaan.
Wordt uitgevoerd. Griffie: Antwoordbrief verspreid aan de raad op 24-02-2014.
Griffie: Het geluidsverslag is nageluisterd en het juiste besluit is weergegeven in de besluitenlijst. De LFB wordt binnenkort uitgenodigd voor een bestuurlijk overleg met de wethouder. Afdeling Samenleving roept op korte termijn de bedoelde partijen op. De reactie van de gemeenteraad op het plan van aanpak omvormingsplan is in de brief aan Zorg voor Jeugd opgenomen. De brief is ter kennisgeving aan de gemeenteraad gestuurd. In de vergadering van de raadscommissie 3d van 17 februari zal dit onderwerp worden opgepakt. Griffie: is in raadscommissie van 17 februari jl. besproken.
Datum invoer 10-12-12
Onderwerp
Fractie VVD
Portefeuillehouder Van der Zee
afdeling/ directie Samenleving
Verordening WMO
4-03-13
Besluitenlijst: Bestuursakkoord
VVD
Trompetter
Middelen
8-4-13
Ingekomen stukken: Memo IV, Rottige Meente
Lijst Bron/WB
Van Klaveren
Staf
8-4-13
Comperio
CDA/VVD
Van der Zee
Samenleving
15-4-13
Ombuigingen II
WB
Van Klaveren
Staf
15-4-13
Ombuigingen II
Lijst Bron
Trompetter
Ruimte
-4-
Toezegging
Reactie b en w
College zegt toe de ‘kan’ bepaling na 1 jaar te evalueren en bij fraude van grotere bedragen altijd terug te vorderen.
Bij de geplande evaluatie zal dit onderdeel worden meegenomen. Deze evaluatie zal gaan over het volledige gekantelde verstrekkingenbeleid en wordt afgeleverd in de eerste helft van 2014. In geval er nieuws is m.b.t. 3 decentralisaties in relatie tot gemeentelijke financiering, zal de raad middels een memo worden geïnformeerd.
College zegt de raad toe op de hoogte te houden van de acties inzake het bestuursakkoord financiën van de gemeente richting de VNG en de VNG richting het kabinet. College zegt toe een bredere werkvergadering te beleggen met alle partijen, als er duidelijkheid is over ondertekening van de intentieverklaring. College zegt toe de raad uit te nodigen om ze te informeren als er zaken spelen, ook bij niet financiële zaken.
College zegt toe in de loop van 2014 een discussie met de raad te willen aangaan over de gemeentelijke organisatie. College zegt toe de motie over te nemen om eenmalig te investeren in het maken van een lijst met beeldbepalende bomen en dit voor te leggen aan de raad, en dan
Actie spreekt voor zich en wordt uitgevoerd zodra die duidelijkheid er is.
De gemeente heeft een wettelijke taak m.b.t. het financieel toezicht en de instandhouding van voldoende openbaar onderwijs. Als er binnen deze kaders belangrijke ontwikkelingen zijn zal de raad worden geïnformeerd. Wordt tzt uitgevoerd.
Motie wordt gewijzigd uitgevoerd. Memo aan de raad gaat op route.
2-9-13
Agendapunt 2: Vragenkwartier
PvdA
Trompetter
Middelen
2-9-2013
Agendapunt 6: Ingekomen stukken Brief 6, Jaarverslag 2012 Hûs en Hiem Agendapunt 4: programmabegroting 20142017
PvdA
Trompetter
Ruimte
VVD
Trompetter
Middelen
4-11-13
Agendapunt 4: programmabegroting 20142017 Motie Subsidieverordening
VVD
Trompetter
Samenleving
4-11-13
Agendapunt 4: programmabegroting 20142017 Motie Dorpenfonds
PvdA
Trompetter
Staf
4-11-13
Agendapunt 4: programmabegroting 20142017 Motie Schuldpositie
VVD
Trompetter
Middelen
4-11-13
-5-
over te gaan tot het afschaffen van de kapvergunning. College vraagt de gemeentesecretaris en de griffier om zich te buigen over het verzoek dat bij het verder smartificeren van de begroting ook gekeken kan worden naar de toezichtsindicatoren.
College zegt toe te bezien of de monumentenverordening moet worden geactualiseerd. College zegt toe de motie over te nemen om een paragraaf OWOsamenwerking toe te voegen aan de P&C-documenten zoals de begroting en de jaarstukken. Het college zegt toe de aangenomen motie om een maal in de vijf jaren een verslag te publiceren over de doeltreffendheid en de effecten van de subsidie in de praktijk uit te voeren Het college zegt toe de aangenomen motie inzake de mogelijkheden voor aanvulling van het dorpenfonds uit te voeren. Het college zegt toe de aangenomen motie inzake het uitvoeren van een stresstest die de raad meer inzicht geeft in met name de schuldpositie van de gemeente Weststellingwerf uit te voeren.
De vraag heeft betrekking op de gevolgen van de Wet (revitalisering) generiek toezicht. De provincie Fryslân is trekker en komt met een voorstel waarbij ook de raden worden betrokken. Dit zal z’n beslag krijgen in de loop van 2014 is de verwachting. e Wordt uitgevoerd in het 1 kwartaal van 2014. Wordt uitgevoerd in de P&Cdocumenten vanaf 1.1.2014.
Wordt uitgevoerd vanaf het verslagjaar 2013.
Wordt uitgevoerd op de momenten dat de reguliere documenten P&C-cyclus e verschijnen. De 1 keer bij de Voorjaarsnota 2014. College komt met een voorstel voorafgaand aan de Kadernota 2015.
11-11-13
Agendapunt 7: gemeentelijke heffingen
VVD
Trompetter
Samenleving
11-11-13
Agendapunt 7: gemeentelijke heffingen
GroenLinks
Trompetter
Middelen
11-11-13
Agendapunt 2: Vragenkwartier
WB
Jongebloed
Ruimte
College zegt toe na één jaar de werking van de blauwe zone in het openbaar gebied te evalueren.
2-12-13
Agendapunt 7: APV, Paracommercie
Raad
Van Klaveren
Staf
College wil na 1 jaar een evaluatie van de activiteiten van de paracommercie om te bekijken wat de uitwerking van het amendement is.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 3 maart 2014, De griffier, de voorzitter,
-6-
College zegt toe dat bekeken zal worden of de leges voor activiteiten die in overleg met en op verzoek van de gemeente worden georganiseerd binnen de bestaande budgetten van het beleidsterrein bekostigd kunnen worden. Daarnaast zegt het college toe te zullen onderzoeken of van andere activiteiten vanuit de dorpen die binnen het beleid van de gemeente passen leges achterwege kunnen blijven. College zegt toe de kosten van de documenten in de legesverordening te bekijken.
Wordt onderzocht en de raad wordt geïnformeerd vóór 1.4.2014.
Wordt meegenomen met de eerstvolgende reguliere update (raadsvergadering december 2014). De toezegging is dat na één jaar de werking van de blauwe zône in het openbaar gebied zal worden geëvalueerd. In het eerste kwartaal van 2015 komt het college met een korte, toegesneden evaluatie.
INGEKOMEN STUKKEN, MEDEDELINGEN EN MEMO’S RAADSVERGADERING 7 APRIL 2014 Ik stel u voor de volgende memo’s voor kennisgeving aan te nemen: I. Plaatsing kerk te Vinkega op de gemeentelijke monumentenlijst (2014-9531/in), verspreid op 24-02-2014. II. Uitvoeringsprogramma Fysieke Leefomgeving 2014 (2014-9624/in), verspreid via het griffiebericht op 26-02-2014) III. Stand van zaken onderdoorgang Om de Noort (2014-9752/i), verspreid op 27-02-2014. IV. Evaluatie ‘Compensatieregeling onroerende-zaak belastingen sportinstellingen gemeente Weststellingwerf’ (2014-9722/in), verspreid voorafgaand aan de raadsvergadering van 03-03-2014. V. Tussentijdse voortgangsrapportage OWO-samenwerking (2014-9667/in), verspreid op 05-03-2014. e VI. Rapportage 4 kwartaal 2013 Caparis NV (2014-009756/in), memo verspreid op 12-03-2014 en de bijlage via het griffiebericht van 13-03-2014. VII. Memo gemeenteraad over ontwerpbestemmingsplan Buitengebied 2014 (2014-9691/in), verspreid op 13-03-2014. Ik stel u voor de volgende punten voor kennisgeving aan te nemen: 1. Motie van de gemeente HengeloTubbergen, inzake afkeuring schalie- en steenkoolgas, ontvangen op 13-02-2014. 2. Motie van de gemeente Wormerland, inzake schalie- en steenkoolvrije gemeente, ontvangen op 12-02-2014. 3. Brief van de rekenkamercommissie, inzake jaarverslag 2013 en jaarplan 2014, ontvangen op 1802-2014 4. Brief van Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, inzake collegevorming en benoeming wethouders, ontvangen op 20-02-2014. 5. Motie van de gemeente Leeuwarden, inzake borgen publieke verantwoording bij regionalisering, ontvangen op 21-02-2014. 6. Motie van de gemeente Halderberge, inzake afkeuring schaliegas, ontvangen op 25-02-2014. De volgende punten zijn ter afdoening in handen van het college van burgemeester en wethouders gesteld (stukken liggen ter inzage in het bakje in de leeskamer) 7. Brief van de Raad van State, inzake bestemmingsplan onderdoorgang om de Noort te Wolvega (2014-058301/i), ontvangen op 20-02-2014. 8. Brief van Pietersma & Spoelstra inzake wijziging bestemming, intrekken milieumelding (2014057814/i), ontvangen op 21-02-2014. 9. Brief van hsv De Snoek, inzake visrechten “de Lindewijk” (2014-058272/i), ontvangen op 19-022014. 10. Brief van hsv De Snoek, inzake visrechten retentievijver om den Noord (2014-058274/i), ontvangen op 19-02-2014. 11. Brief van de Anbo, inzake signalen ontvangen vanuit het ledenbestand (2014-058424/i), ontvangen op 25-02-2014. 12. Brief van de Onderzoeksraad integriteit overheid, inzake fusie CKGO met Onderzoeksraad een feit (2014-058387/i), ontvangen op 24-02-2014. 13. Brief van Stichting Jabikspaad Fryslân, inzake subsidieverzoek (2014-058579/i), ontvangen op 03-03-2014. 14. Brief van Stichting Peuterspeelzaal ’t Anlopien, inzake financiële tegemoetkoming (2014-058960/i), ontvangen op 06-03-2014.
15. Brief inzake ontwerp bestemmingsplan molen de Rietvink molenbeschermingszone (2014-058863/i), ontvangen op 04-03-2014.
en
partiële
herziening
Ik deel u mede dat het volgende punt, dat om advies in handen van het college van burgemeester en wethouders is gesteld, nog niet is afgedaan: Geen. De raadsgriffier, A. Zijlstra
1
-1-
Raadsvoorstel
ONDERWERP Vaststelling van het bestemmingsplan “de Hoeve – Hoeveweg”, welke is gericht op een nieuw te bouwen woning naast (ten zuiden van) het perceel Hoeveweg 8.
ALGEMENE GEGEVENS Agendapunt 7. Registratienummer 2014-000918/r Portefeuillehouder CT 0561-691201 Griffier BIJLAGEN (in te vullen door griffier) Voorstel X Concept besluit X Begrotingswijziging n.v.t.
REDEN VOORSTEL Kaderstellen Controleren Budget autoriseren Consulteren
COLLEGE STELT DE RAAD VOOR OM a. Het bestemmingsplan de Hoeve – Hoeveweg als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0098.BPHoeveweg-VA01.gml ongewijzigd vast te stellen; b. Geen exploitatieplan als bedoeld in artikel 6.12 Wro vast te stellen.
BIJLAGEN (Worden meegezonden) Nee TER INZAGE LIGGENDE STUKKEN (leeskamer en op de website) 1. Bestemmingsplan De Hoeve - Hoeveweg (2014-9744/intern) 2. Kopie raadsvoorstel ten aanzien van het principeverzoek (2013-841r) STATUS (in te vullen door griffier) Akkoord raad College B&W Presidium Raad van 7 april 2014
Bespreken raad X X X
-2-
Aan de gemeenteraad Inleiding In uw raadsvergadering van 13 mei 2013 heeft u naar aanleiding van ons voorstel met nr. 2013-841, een positieve grondhouding aangenomen ten aanzien van het principeverzoek van de heer Wessels en mevrouw Logtenberg om te komen tot de nieuwbouw van een woning aan de zuidzijde van het dorp de Hoeve. Het gaat om het perceel kadastraal bekend BDK d 1645 gelegen aan de zuidzijde van de bestaande woonbebouwing op het perceel Hoeveweg 8. De nieuw te bouwen woning is gewenst op gronden met een agrarische bestemming in het bestemmingsplan voor het dorp De Hoeve. Medewerking is mogelijk met een partiële herziening van dat bestemmingsplan. Ter voorbereiding op de wettelijke procedure is op 17 oktober 2013 een voorontwerp van het bestemmingsplan gepubliceerd. In reactie hierop zijn geen inspraakreacties ontvangen. Daarnaast is overleg gevoerd met de Provincie Fryslân en het Wetterskip. Vervolgens heeft vanaf 19 december 2013 gedurende 6 weken het ontwerp bestemmingsplan terinzage gelegen. Dit heeft niet geleid tot zienswijzen. Wij stellen u nu daarom voor om het bestemmingsplan ongewijzigd vast te stellen. Voorstel a. Het bestemmingsplan de Hoeve – Hoeveweg als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0098.BPHoeveweg-VA01.gml ongewijzigd vast te stellen; b. Geen exploitatieplan als bedoeld in artikel 6.12 Wro vast te stellen. Argumenten a.1 Geen (ruimtelijke) belemmeringen voor de planvorming. De woning is gewenst op gronden gelegen binnen de zogenaamde rode contour van het dorp de Hoeve. Beleidsmatig is binnen deze contour incidentele woningbouw mogelijk. Uit het bestemmingsplan en de bijbehorende onderzoeken blijkt dat de er op het gebied van geluid, bodem, archeologie of ecologie geen ruimtelijke belemmeringen zijn voor de planvorming. Het plan voorziet verder in een goede landschappelijke inpassing. De hiertoe gemaakte afspraken zijn vastgelegd in een overeenkomst (zie ook a2). Voor de overige argumentatie wordt u verwezen naar ons eerdere voorstel gericht op de positieve grondhouding (ter inzage liggend stuk nr 2). a.2 Exploitatieplan niet benodigd door aanwezigheid anterieure overeenkomst. De Wro maakt in beginsel het vaststellen van een exploitatieplan verplicht voor woningbouwprojecten waarvoor een herziening van het bestemmingsplan benodigd is. De verplichting van een exploitatieplan geldt niet als het kostenverhaal “anderszins verzekerd” is. Met de initiatiefnemer is een zogenaamde anterieure overeenkomst gesloten waardoor er sprake is van een dergelijk kostenverhaal. Uw raad kan daarom besluiten om geen exploitatieplan vast te stellen. Kort samengevat zijn in de overeenkomst afspraken gemaakt over het verhalen van eventuele planschade, de inpassing van het perceel, de wijze van aanleg van de uitrit en de wijze van aansluiting op het riool. Kanttekeningen nvt Duurzaamheidstoets De woning kent, afgezien van de geldende eisen uit het Bouwbesluit, geen specifieke duurzame elementen. Financiën nvt
-3Communicatie Indien uw raad met het voorstel instemt wordt het raadsbesluit op de gebruikelijke wijze gepubliceerd en wordt het vastgestelde bestemmingsplan ter inzage gelegd. De initiatiefnemer van het plan wordt rechtstreeks geïnformeerd over het besluit. Beroep tegen de vaststelling kan worden ingesteld door: - belanghebbenden die tijdig hun zienswijzen tegen een ontwerpbestemmingsplan bij de gemeenteraad kenbaar hebben gemaakt; - een belanghebbende aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten dat hij zijn zienswijze niet bij de gemeenteraad naar voren heeft gebracht; Bijlagen (worden meegezonden) nee Ter inzage liggende stukken (leeskamer) 1. Bestemmingsplan De Hoeve - Hoeveweg (2014-9744/intern) 2. Kopie raadsvoorstel ten aanzien van het principeverzoek (2013-841r)
Burgemeester en Wethouders van Weststellingwerf, de secretaris, de burgemeester, VAN MAURIK VAN KLAVEREN
-4-
Registratienummer: 2014-000918/r
De raad van de gemeente Weststellingwerf; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; overwegende dat het bestemmingsplan de Hoeve – Hoeveweg voorziet in een planologische regeling voor het perceel kadastraal bekend BDK d 1645 gelegen aansluitend (zuidzijde) aan de bestaande woning aan de Hoeveweg 8 te De Hoeve; dat het bestemmingsplan is gericht op de bouw van één nieuwe woning; dat is voldaan aan het gestelde in artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening en de bepalingen van de inspraakverordening; dat het ontwerpbestemmingsplan, als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0098.BPHoeveweg-ON01.gml bestaande uit een verbeelding, regels en een toelichting, waarin opgenomen een omschrijving van de in het plan vervatte bestemmingen als bedoeld in artikel 3.1.3 van het Besluit ruimtelijke ordening, gedurende zes weken voor eenieder ter inzage heeft gelegen, waarbij de mogelijkheid is geboden om zowel schriftelijk als mondeling zienswijzen kenbaar te maken; dat ten aanzien van het ontwerpbestemmingsplan geen zienswijzen zijn ingediend; dat een anterieure overeenkomst is opgesteld waarmee is voorzien in de exploitatieverplichting als bedoeld in artikel 6.12 Wro; gelet op afdeling 3.1 en afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening; besluit a. b.
Het bestemmingsplan de Hoeve – Hoeveweg als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0098.BPHoeveweg-VA01.gml ongewijzigd vast te stellen; Geen exploitatieplan als bedoeld in artikel 6.12 Wro vast te stellen.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 7 april 2014, de griffier, de voorzitter,
ERF GEMEEENTE WESTTSTELLIINGWE BESTEEMMIN NGSPLLAN DEE HOEV VE ‐ HOEV VEWEG G (WON NING)
Status: V Vast te stelllen Datum: 2 20 februari 2014
BESTEMMINGSPLAN DE HOEVE ‐ HOEVEWEG (WONING)
CODE 1399116 / 20‐02‐2014
GEMEENTE WESTSTELLINGWERF 1399116 / 20‐02‐2014 BESTEMMINGSPLAN DE HOEVE ‐ HOEVEWEG (WONING) TOELICHTING INHOUDSOPGAVE
blz
1. INLEIDING
1
1. 1. 1. 2. 1. 3. 1. 4.
1 1 1 2
Aanleiding Ligging plangebied Planologische regeling Leeswijzer
2. BESCHRIJVING HUIDIGE SITUATIE EN INITIATIEF
3
2. 1. 2. 2. 2. 3.
3 4 4
Huidige situatie Beschrijving initiatief Ruimtelijke inpassing
3. BELEIDSKADER
6
3. 1. 3. 2.
6 7
Provinciaal beleid Gemeentelijk beleid
4. OMGEVINGSASPECTEN
10
4. 1. 4. 2. 4. 3. 4. 4. 4. 5. 4. 6. 4. 7. 4. 8. 4. 9.
10 10 10 12 12 13 13 14 14
Milieuzonering Geluid Water Bodem Archeologie en cultuurhistorie Ecologie Externe veiligheid Luchtkwaliteit Kabels en leidingen
5. JURIDISCHE PLANOPZET
15
5. 1. 5. 2.
15 15
Algemeen Toelichting op de bestemming
6. UITVOERBAARHEID
16
6. 1. 6. 2. 6. 3.
16 16 17
BIJLAGE Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4
Maatschappelijke uitvoerbaarheid Economische uitvoerbaarheid Grondexploitatie
Akoestisch onderzoek Wateradvies Conclusies en aanbevelingen bodemonderzoek Overlegreactie provincie Fryslân
1399116
1.
blz 1
INLEID DING
1. 1.
Aan nleiding
Bij de gemeeente Westsstellingwerf is het verzo oek ingediend om aan dde zuidzijde van het dorrp De Hoeve,, aan de Hoeeveweg, een woonhuis op te richten.. Het initia‐ tief is op basis b van hett geldende bbestemminggsplan niet mogelijk. m De gemeente hanteert alss uitgangspu unt dat in dee kleine dorp pen binnen d de rode conttour ruimte is voor incid dentele won ningbouw geericht op de lokale behoefte. Omdatt het initia‐ tief aan deze voorwaarrden voldoett, wil de gem meente hierraan in princcipe mede‐ werking verlenen. Dit bestemminggsplan vorm mt het juridissch‐planologgisch kader waarbinnen n de herontw wikkeling moogelijk wordt gemaakt. 1. 2.
Liggging plangeb bied
Het plangeb bied ligt dire ect ten zuideen van het p perceel Hoevveweg 8. Hett omvat de gewenste b bouwkavel (2 22 bij 50 metter) voor de woning. De ligging van hhet plange‐ bied is weergegeven in figuur 1.
Figuur 1. 1. 3.
De ligging vvan het planggebied
Plan nologische regeling
Het plangeb bied is gereggeld in het bbestemmingssplan De Hoeve, dat op 14 novem‐ ber 2011 door de geme eenteraad iss vastgesteld d. Het heeft hierin de beestemming woning binnen deze bestemming is niet toege‐ ‘Agrarisch’. Het oprichten van een w staan.
Bestemmingsp plan De Hoeve ‐ Hoeveweg (w woning) Status: Vastgeesteld / 20‐02‐2 2014
Rho AAdviseurs B.V.
blz 2
1. 4.
1399116
Leeswijzer
Na deze inleiding wordt in hoofdstuk 2 een beschrijving gegeven van de huidige si‐ tuatie en de voorgestelde ontwikkelingen en de uitgangspunten voor het be‐ stemmingsplan. In hoofdstuk 3 wordt het, voor het plan relevante, beleid op de verschillende niveaus beschreven. In hoofdstuk 4 worden de ontwikkelingen ge‐ toetst aan de omgevingsaspecten. Vervolgens wordt in hoofdstuk 5 het juridische systeem toegelicht. In hoofdstuk 6 wordt de uitvoerbaarheid van het plan behan‐ deld.
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
2.
blz 3
BESCHRIJVING HUIDIGE SITUATIE EN INITIATIEF
2. 1.
Huidige situatie
De Hoeve is een klein dorp dat tussen Wolvega en Noordwolde ligt. Het dorp is ontstaan vanuit een bebouwingscluster op de kruising van de Kontermans‐ weg/Hoeveweg en de Jokweg. Langs de Kontermansweg is in de eerste helft van de 20ste eeuw een bebouwingslint ontstaan. In de jaren ’80 is ook langs de Jokweg een lint gebouwd. In de jaren ’90 is het dorp planmatig uitgebreid met een woonwijkje aan de Klaeterlaene, waarmee het ruwweg de huidige omvang heeft gekregen. Aan de westzijde van de Hoeveweg is sprake van incidentele en diverse bebou‐ wing. Hier staan een boerderij uit 1900, een vrijstaande woning uit de jaren ’80 en een boerderijtype woning uit het begin van de 21ste eeuw. Achter deze bebouwing ligt een groot agrarisch perceel. Het plangebied betreft het noordoostelijke hoek‐ je van dit perceel, aansluitend op het perceel Hoeveweg 8, waarop de moderne boerderijtype woning staat. tegenover het plangebied ligt het woonwijkje aan de Klaeterleane. Een luchtfoto van het plangebied en de directe omgeving is weergegeven in figuur 2.
Figuur 2.
Luchtfoto plangebied en directe omgeving
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 4
2. 2.
1399116
Besschrijving initiatief
Het initiatieef betreft hett oprichten vvan een vrijsstaand woonhuis in het pplangebied. Om de ruim me opzet van de bebouw ing aan de H Hoeveweg te respecterenn, wordt de nieuwe won ning op circa a 12 meter aafstand vanaf de noordelijk gelegen w woning ge‐ bouwd. De nieuwe won ning staat in dde rooilijn m met deze won ning. De bouwmo ogelijkheden n zijn afgesteemd op de m mogelijkhede en voor de w woningen in de omgevin ng. Dit betekkent dat eenn maximale goot‐ en bo ouwhoogte vvan 4 en 9 meter geldtt en dat de w woning maxim maal 15 metter diep mag worden. Bij de woning mag 75 m2 aan bijgebouwen wordeen gebouwd.. Op basis hiervan heeft de aanvra‐ ger een inrichtingsvoorsstel gemaaktt. De gemeen nte heeft als randvoorwaaarde gesteld d dat de boo omsingel lanngs de Hoe‐ veweg geheeel gehandh haafd moet w worden. Bij het aanlegg gen van de iinrit op de Hoeveweg w wordt hierm mee rekeningg gehouden. Langs de zu uid‐ en westzzijde wordt een beuken nhaag voorgesteld. Hierm mee wordt aangesloten a bij de afschheiding van percelen ten noorden en oosten vann het plange ebied. De globale iinrichting van het plangeebied is weerrgegeven in ffiguur 3.
Figuur 3. 2. 3.
nrichting plaangebied Mogelijke in
Ruimtelijke inpassing
Landschapp pelijke inpasssing De woning ligt aan een belangrijke eentree van h het dorp en zzal de afsluitiing van het n. Het beeld o op de Hoeveeweg wordt ggekenmerkt door beukennlanen aan lint vormen weerzijden van de weg. Voor het p langebied sttaan twee be euken. Deze blijven be‐ Rho Adviseurss B.V.
Bestem mmingsplan De Hoeve ‐ Hoevew weg (woning) Statu us: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 5
houden. Op ongeveer 140 meter richting het zuiden staat weer een woning. Hier‐ door, en vanwege aanwezige houtsingel, is er geen sprake van een grootschalig landschap. Het is daarom niet nodig om rondom de nieuwe bebouwing afscher‐ mende groensingels te plaatsen. Langs het perceel Hoeveweg 8 en het hoekperceel aan de Klaeterleane, dat te‐ genover het plangebied ligt, zijn beukenhagen aanwezig. Ook langs de west‐ en zuidzijde van het nieuwe woonperceel wordt een beukenhaag geplant. Deze krijgt een hoogte van circa 1,5 meter. Aan de achterzijde kan deze gedeeltelijk lager zijn (circa één meter) om de bewoners binding met het landschap te laten houden. Ter plaatse mogen dan geen bijgebouwen of schuttingen worden geplaatst. Hier‐ mee wordt de nieuwe woning voldoende en op een gebiedseigen wijze in het landschap ingepast. Het aanzicht op de entree van De Hoeve wordt gerespec‐ teerd. Een aanzicht op de huidige entree is weergegeven in figuur 4. De beukenhaag langs het perceel Hoeveweg 8 is hierop duidelijk zichtbaar.
Figuur 4.
Aanzicht op de entree van De Hoeve
Verkeer en Parkeren De Hoeveweg is een belangrijke invalsweg voor het dorp. Deze weg heeft vol‐ doende capaciteit voor één extra woning. De weg is ook geschikt voor de directe ontsluiting van woningen. Het uitgangspunt voor parkeren is dat hiervoor ruimte wordt gevonden op eigen erf. De woning krijgt een eigen oprit waarop ruimte voor minimaal twee auto’s wordt geboden. Hiermee wordt voldaan aan de par‐ keernorm.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 6
3.
1399116
BELEIDSKADER
3. 1.
Provinciaal beleid
Streekplan Fryslân 2007 Het Streekplan Fryslân 2007 is op 13 december 2006 door Provinciale Staten vast‐ gesteld. In het Streekplan wordt het provinciaal omgevingsbeleid verwoord. De provincie Fryslân zet in op de verhoging van de ruimtelijke kwaliteit bij verande‐ ringen in het gebruik en de inrichting van de ruimte. Ruimtelijke kwaliteit dient zowel voor economische, sociale als culturele belangen en is daarmee voor alle functies in Fryslân essentieel. Met ruimtelijke kwaliteit wordt bedoeld dat in ruim‐ telijke plannen, in ontwerpen en in de uitvoering expliciet de gebruikswaarde, de belevingswaarde en de toekomstwaarde in stand worden gehouden en verder worden ontwikkeld. De meeste kernen in de gemeente Weststellingwerf, waaronder De Hoeve, zijn aangewezen als kleine kernen. Voor dergelijke kernen is een terughoudend wo‐ ningbouwbeleid opgenomen. Woningbouw op het platteland is primair gericht op de plaatselijke woningbehoefte, dat wil zeggen op de reële woningvraag die voortkomt uit het gebied zelf. De verdeling van de beschikbare woningbouwruim‐ te op het platteland is primair een gemeentelijke verantwoordelijkheid. Verordening Romte Fryslân In Verordening Romte Fryslân (15 juni 2011) is het beleid, zoals verwoord in het Streekplan, vertaald naar regels voor bestemmingsplannen. In de verordening wordt onderscheid gemaakt tussen het landelijk gebied en het stedelijk gebied. Volgens de provinciale begrenzing ligt het plangebied in het landelijk gebied, aan‐ sluitend op het stedelijk gebied. Een bestemmingsplan kan een uitbreidingslocatie voor woningen in aansluiting op bestaand stedelijk gebied mogelijk maken indien in de plantoelichting is gemoti‐ veerd dat de aantallen en de kwaliteit van de woningbouw in overeenstemming is met een woonplan en wordt afgewogen in hoeverre binnen het bestaand stedelijk gebied de behoefte aan nieuwe woningen kan worden opgevangen. Een plan kan overigens een woningbouwproject dat niet is opgenomen in een woonplan moge‐ lijk maken tot een maximum van 3 woningen, mits is gemotiveerd dat en op welke wijze overschrijding van het woningbouwprogramma van het woonplan kan wor‐ den voorkomen door uitwisseling of fasering van projecten. In dit geval wordt de woning opgenomen in de meest recente versie van het woningbouwprogramma, welke onderdeel is van het gemeentelijk woonplan. Het plan voldoet daarmee aan de woningbouwafspraken met de provincie. Tenslotte moet een ruimtelijk plan voor een uitbreidingslocatie een ruimtelijke kwaliteitsparagraaf omvatten, waarin voor zover noodzakelijk wordt aangegeven op welke wijze rekening wordt gehouden met de draagkracht van het landschap, de herkenbaarheid van de kernkwaliteiten en hoe de gewenste beeldkwaliteit wordt gerealiseerd. Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 7
Zoals besch hreven onderr het gemeeentelijk beleid d (paragraaff 3.2) is de loocatie gele‐ gen binnen de rode con ntour van Dee Hoeve, waaarbinnen ruimte is voor iincidentele woningbouw w. Binnen het h bestaandd stedelijk gebied g is theoretisch ruuimte voor woningbouw w. Dit zou door d middel van verdich hting van de linten moetten plaats‐ vinden. Derrgelijke locaties zijn nieet voorhande en. Bovendien zou verddichting af‐ breuk doen aan de ruim me opzet van het dorp. Dit plan steelt het toevo oegen van ééén woning aansluitend o op bestaandee moderne woningbouw w voor. De n nieuwe woniing wordt op p een veranttwoorde wijzze ingepast in het landsschap (zie paragraaf 2.33) en respectteert de kwa aliteiten vann de omge‐ ving. De weelstandstoetssing waarboorgt dat de b bestaande be eeldkwaliteitt wordt ge‐ respecteerd d. Het plan is iin overeensttemming me t de Verordeening Romte Fryslân. 3. 2.
Gem meentelijk b beleid
Structuurpllan Weststelllingwerf 20000‐2015 Het Structu uurplan Wesststellingwerrf is op 25 februari f 2002 vastgestelld door de gemeenteraaad van We eststellingweerf. Dit plan is primair bedoeld alss ruimtelijk toetsings‐ een uitwerkingskader vooor de (midde el)lange term mijn, waarin dde essenti‐ ele keuzen met betrekkking tot de toekomstige e ruimtelijke e ontwikkelinng worden gemaakt. In het Structuurplan is aangegevenn dat er gee en planmatige uitbreidinngen meer zullen plaattsvinden bij d de kleine kerrnen in de ge emeente. Ro ondom deze kernen zijn dan ook dee rode contouren aangeegeven waaarbinnen de ontwikkelinngen plaats moeten vinden. De rode contour zooals deze in h het Structuurplan voor D De Hoeve is opgenomen n is weergeven in figuur 5. Het planggebied ligt du us binnen dee rode con‐ tour.
Figuur 5.
Rode contour De Hoevee
Bestemmingsp plan De Hoeve ‐ Hoeveweg (w woning) Status: Vastgeesteld / 20‐02‐2 2014
Rho AAdviseurs B.V.
blz 8
1399116
Aangegeven wordt dat binnen de rode contour van De Hoeve alleen ruimte is voor incidentele woningbouw, bedoeld voor de eigen behoefte. Hiervan is in dit geval sprake. De aanvrager komt uit het dorp en wil de woning zelf gaan bewo‐ nen. De ontwikkeling is dus in overeenstemming met het beleid zoals verwoord in het Structuurplan. Woonplan Weststellingwerf De visie op de ontwikkeling van de woningvoorraad in de gemeente Weststelling‐ werf is voor de periode tot 2019, recentelijk opgenomen in het Woonplan, vastge‐ steld op 6 april 2009. Voor de kleinere kernen in de gemeente Weststellingwerf wordt uitgegaan van vervangende nieuwbouw bij herstructurering en een beperkte toename van de woningvoorraad, zodat de natuurlijke groei van de bevolking kan worden opge‐ vangen. Hierbij is het van belang dat het aanbod wordt afgestemd op de vraag, zodat er een gedifferentieerde woningvoorraad in de dorpen ontstaat. Dit bestemmingsplan maakt één extra woning mogelijk. De aanleiding hiervoor is een concrete vraag. De woning wordt opgenomen in de woningbouwprogramme‐ ring, welke onderdeel is van het gemeentelijk woonplan. Het project is in over‐ eenstemming met het Woonplan Weststellingwerf. Welstandsnota gemeente Weststellingwerf De gemeente Weststellingwerf heeft haar gemeentelijke welstandsbeleid opge‐ nomen in de Welstandsnota (2004). In de Welstandsnota zijn de welstandseisen omschreven die aan een bouwwerk worden gesteld. Het gaat hier om welstands‐ criteria die betrekking kunnen hebben op onder andere de hoofdvorm, het mate‐ riaalgebruik, de kleurkeuze en de detaillering van een concreet bouwwerk. Het plangebied ligt in het reguliere welstandsgebied ‘Uitbreidingen (individueel)’. Het beleid is gericht op het respecteren van de bestaande basiskwaliteit. Aan de nieuwe bebouwing worden enkele welstandcriteria verbonden. Het definitieve bouwplan zal hieraan worden getoetst. Het uitgangspunt voor het bouwplan is dat dit vergezeld gaat met een definitief positief welstandsadvies. Het schetsplan dat als uitgangspunt voor dit bestemmingsplan geldt is reeds voorzien van een positief welstandsadvies. Facetbestemmingsplan kernen Weststellingwerf Op 17 september 2012 is het facetbestemmingsplan kernen Weststellingwerf vastgesteld. In dit bestemmingsplan is nieuw beleid ten aanzien van wonen, duur‐ zaamheid, zorg en recreatie vertaald naar een bestemmingsregeling. Voor het wonen wordt een afwijkingsmogelijkheid opgenomen waarmee het aan‐ tal woningen kan worden uitgebreid. Gezien de aard en omvang van het plange‐ bied van dit bestemmingsplan is gekozen om deze afwijkingsmogelijkheid niet over te nemen. Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 9
Wat betreft zorg en duurzaamheid geldt dat er mogelijkheden worden geboden voor mantelzorg en duurzame energieopwekking. Deze mogelijkheden zijn in de regels van dit bestemmingsplan geïmplementeerd. Het aspect recreatie is voor dit plan niet van toepassing.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 10
4.
1399116
OMGEVINGSASPECTEN
4. 1.
Milieuzonering
In het kader van een goede ruimtelijke ordening is ruimtelijke afstemming tussen bedrijfsactiviteiten, voorzieningen en gevoelige functies (woningen) noodzakelijk. Bij deze afstemming kan gebruik worden gemaakt van de richtafstanden uit de basiszoneringslijst van de VNG‐brochure “Bedrijven en milieuzonering” (2009). Een richtafstand kan worden beschouwd als de afstand waarbij onaanvaardbare milieuhinder als gevolg van bedrijfsactiviteiten redelijkerwijs kan worden uitgeslo‐ ten. Direct rondom het plangebied liggen uitsluitend woningen. De voorgestelde wo‐ ning ligt niet binnen de milieucontouren van bedrijven. Geconcludeerd wordt dat er sprake is van een verantwoorde milieuzonering. 4. 2. Geluid In de Wet geluidhinder (Wgh) is bepaald dat elke weg in principe een zone heeft waar aandacht aan geluidhinder moet worden besteed. Daarbij onderscheidt de Wgh geluidsgevoelige functies enerzijds en niet‐geluidsgevoelige functies ander‐ zijds. Als geluidsgevoelige functies binnen een zone behorend bij een zoneplichti‐ ge weg worden geprojecteerd bij een ruimtelijke procedure, dient door middel van akoestisch onderzoek te worden aangetoond dat wordt voldaan aan de voor‐ keursgrenswaarde van 48 dB, ofwel aan een maximale ontheffingswaarde van 53 dB. De Hoeveweg betreft een doorgaande weg. Ter plaatse van het plangebied geldt een maximumsnelheid 60 km/uur, die schuin tegenover het plangebied naar 30 km/uur gaat (grens bebouwde kom). De weg heeft op grond van de Wgh een ge‐ luidszone van 200 meter, waarbinnen de geluidsbelasting op geluidsgevoelige ob‐ jecten, zoals woningen, bepaald moet worden. Omdat dit bestemmingsplan een nieuwe geluidsgevoelig object mogelijk maakt binnen de geluidszone van een weg, is een akoestisch onderzoek uitgevoerd. De bijbehorende rapportage is op‐ genomen in bijlage 1. Uit de berekeningen blijkt dat de geluidsbelasting ten gevolge van verkeer op de Hoeveweg op de voorgevel van de woning ten hoogste 48 dB bedraagt. Er wordt daarmee voldaan aan de voorkeursgrenswaarde. Vanuit het aspect geluid bestaan dus geen belemmeringen voor het plan. 4. 3.
Water
Vanwege het grote belang van het water in de ruimtelijke ordening, wordt van waterschappen een vroege en intensieve betrokkenheid bij het opstellen van ruimtelijke plannen verwacht. Bovendien is de watertoets een verplicht onderdeel in de bestemmingsplanprocedure geworden. Belangrijke aspecten die invloed hebben op de waterhuishouding zijn ingrepen Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 11
aan watergangen, de toename van het verhard oppervlak en de afvoer van hemel‐ en afvalwater vanaf het perceel. De ontwikkeling is voorgelegd aan Wetterskip Fryslân via de digitale watertoets. Omdat de toename aan verharding meer dan 200 m2 is (namelijk circa 300 m2), is de invloed op het watersysteem mogelijk zodanig dat de normale procedure voor de watertoets moet worden doorlopen. Het waterschap heeft hiervoor een wa‐ teradvies opgesteld. Dit advies is opgenomen in bijlage 2 en hierna verwerkt. Drooglegging Er dient rekening gehouden te worden met voldoende drooglegging. Gezien de grondwaterpeil en de geschatte gemiddelde maaiveldhoogte wordt ruimschoots aan deze norm voldaan. Grondwateronttrekking Voor het realiseren van gebouwen of infrastructuur dient mogelijk het grondwa‐ terpeil te worden verlaagd. Hiervoor is een vergunning of melding noodzakelijk. Dit geldt ook voor het lozen van onttrokken grondwater. Compensatie verharding Het waterschap hanteert als uitgangspunt dat 10% van de toename verhard op‐ pervlak wordt gecompenseerd in de vorm van nieuw oppervlaktewater of water‐ berging. Deze compensatie is bedoeld om wateroverlast door het versneld afvoe‐ ren van hemelwater vanaf de verhardingen te voorkomen. De ontwikkeling heeft een toename aan verharding met circa 300 m2 tot gevolg. Er dient dus 30 m2 nieuw oppervlaktewater of waterberging te worden gereali‐ seerd. Deze compensatie kan worden gerealiseerd door de aanwezige greppel te verbreden en/of langs het nieuwe perceel een nieuwe greppel te graven. Afstro‐ mend hemelwater kan hierin infiltreren. Op deze manier wordt voldaan aan de compensatienorm. Afvalwater en regenwatersysteem Het uitgangspunt is om regenwater en rioolwater zoveel mogelijk gescheiden af te voeren. In dit geval kan schoon hemelwater vanaf de verhardingen worden afge‐ voerd op de greppels. Waterkwaliteit De bouwwijze en onderhoudstechniek moeten emissievrij zijn om verontreiniging van het water te voorkomen. In dit geval zal gebruik worden gemaakt van milieu‐ vriendelijke (bouw)materialen. Waterwet Voor alle ingrepen in de waterhuishouding moet tijdig een vergunning worden aangevraagd of een melding worden gedaan in het kader van de Waterwet.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 12
1399116
Proces Het wateradvies is gecommuniceerd met de aanvrager. Bij de uitvoering van het plan worden de genoemde adviezen opgevolgd. Het waterschap heeft geen be‐ zwaren en geeft voor het plan een positief wateradvies. Hiermee is de water‐ toetsprocedure afgerond. 4. 4.
Bodem
Het uitgangspunt wat betreft de bodem in het plangebied is dat de kwaliteit ervan zodanig dient te zijn, dat er geen risico’s voor de volksgezondheid ontstaan. In het kader van het bestemmingsplan moeten verdachte locaties worden gesignaleerd. Om de kwaliteit van de bodem te bepalen is een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. De conclusies en aanbevelingen van dit onderzoek zijn opgenomen in bijlage 3. Uit het onderzoek blijkt dat het plangebied niet geheel vrij is van bo‐ demverontreiniging. De verontreinigingen zijn van dien aard dat deze geen aan‐ leiding geven voor het instellen van nader onderzoek. Op basis van de onder‐ zoeksresultaten zijn er uit milieuhygiënische overwegingen in relatie tot de bo‐ demkwaliteit geen belemmeringen voor de ontwikkeling. 4. 5.
Archeologie en cultuurhistorie
Archeologie De Monumentenwet regelt onder andere dat er in het proces van ruimtelijke or‐ dening tijdig rekening gehouden wordt met de mogelijke aanwezigheid van ar‐ cheologische waarden. Voor een globaal inzicht in mogelijke waarden heeft de provincie de Friese Arche‐ ologische Monumentenkaart Extra (FAMKE) gepubliceerd. Uit deze kaarten blijkt dat de kans op het aantreffen van archeologische resten klein is. De provincie be‐ veelt aan om bij ingrepen van meer dan 5.000 m2 een archeologisch onderzoek uit te voeren. Voor de uitvoering van dit bestemmingsplan zijn geen grote bodemingrepen noodzakelijk. Het is dan ook niet noodzakelijk om een archeologisch onderzoek uit te voeren. Ook is het opnemen van een regeling ter bescherming van eventuele archeologische resten niet noodzakelijk. Het aspect archeologie levert voor dit be‐ stemmingsplan geen belemmeringen op. Overige cultuurhistorische waarden De rol van cultuurhistorie in de ruimtelijke ordening is de laatste jaren sterk toe‐ genomen. Bij het opstellen van plannen moeten cultuurhistorische waarden tijdig in beeld worden gebracht. Het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) stelt in dat ver‐ band specifieke eisen aan het opstellen van bestemmingsplannen. Waar mogelijk moeten cultuurhistorische waarden worden behouden of versterkt. Cultuurhisto‐ rie is daarmee veelal een sturend onderdeel geworden in de ruimtelijke ordening. Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 13
Binnen het plangebied is geen sprake van specifieke cultuurhistorische waarden. Wel kunnen de structuren en kenmerken in de omgeving, waaronder de bomen‐ laan als waardevol worden aangemerkt. Het plan doet geen afbreuk aan deze de structuren en waarden van de omgeving. 4. 6.
Ecologie
Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient rekening gehouden te worden met eventuele ecologische waarden in of nabij het plangebied. Op dit aspect zijn een tweetal wetten van toepassing, namelijk gebiedsbescherming in de Natuurbeschermings‐ wet en soortenbescherming middels de Flora‐ en faunawet. Gebiedsbescherming De bescherming van Natura 2000‐gebieden en Beschermde Natuurmonumenten is geregeld in de Natuurbeschermingswet. Indien ontwikkelingen (mogelijk) leiden tot aantasting van de natuurwaarden binnen deze gebieden, moet een vergun‐ ning worden aangevraagd. Daarnaast moet rekening worden gehouden met het beleid ten aanzien van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). In de omgeving van het plangebied liggen geen gebieden die zijn beschermd on‐ der de Natuurbeschermingswet. Ook ligt het plangebied niet binnen de EHS. Wel maken enkele bospercelen rondom De Hoeve deel uit van de EHS. Deze percelen liggen op ruim 500 meter vanaf het plangebied. Het toevoegen van een woning aansluitend op een bestaand woongebied leidt niet tot een grotere druk om natuurwaarden in de omgeving. Dit bestemmings‐ plan heeft dan ook geen significante effecten op natuurwaarden in de omgeving. Vanuit de gebiedsbescherming bestaan daarom geen belemmeringen voor dit be‐ stemmingsplan. Soortenbescherming Het plangebied betreft momenteel een deel van een kavel grasland aansluitend op een woongebied. Vanwege de huidige agrarische functie wordt het intensief beheerd. Het is niet aannemelijk dat het perceel een waardevol habitat vormt voor (beschermde) soorten. Voor de uitvoering van dit plan zijn geen ingrepen in opgaande beplanting of in watergangen nodig. Ook wordt geen bebouwing gesloopt. Als gevolg van dit be‐ stemmingsplan gaan daardoor geen verblijfplaatsen van beschermde soorten ver‐ loren. Het plan veroorzaakt daarom geen conflicten met de Flora‐ en faunawet. Voor alle soorten is de zorgplicht van kracht. Bij verstoring van dieren tijdens de werkzaamheden moeten deze de gelegenheid krijgen te vluchten naar een nieu‐ we leefomgeving. 4. 7.
Externe veiligheid
Externe veiligheid gaat over het beheersen van de risico's voor de omgeving bij Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 14
1399116
gebruik, opslag en vervoer van gevaarlijke stoffen als vuurwerk, lpg en munitie over weg, water en spoor en door buisleidingen. In het kader van het aspect externe veiligheid is de risicokaart van de provincie Fryslân geraadpleegd. Uit deze kaart blijkt dat in de nabijheid van het plangebied geen risicobronnen aanwezig zijn. De dichtstbijzijnde risicobron betreft een hoge‐ druk aardgastransportleiding, die op 800 meter ten noorden van De Hoeve ligt. Het plangebied ligt buiten het invloedsgebied van deze leiding. Het aspect externe veiligheid vormt geen belemmering voor dit plan. 4. 8.
Luchtkwaliteit
Een onderdeel van de Wet milieubeheer betreft luchtkwaliteit. De wet is bedoeld om de negatieve effecten op de volksgezondheid, als gevolg van te hoge niveaus van luchtverontreiniging, aan te pakken. Volgens de Grootschalige Concentratie‐ en Depositiekaarten Nederland (2020) geldt in de directe omgeving van het plangebied een gemiddelde fijn stof concen‐ tratie (PM10) van 18 µg/m3 en een gemiddelde concentratie stikstofdioxide (NO2) van 10 µg/m3. De norm voor beide stoffen ligt op 40 µg/m3 (jaargemiddelde con‐ centratie vanaf 2015). In de huidige situatie is dus sprake van een goede lucht‐ kwaliteit. Voor bepaalde initiatieven is bepaald dat deze ’niet in betekenende mate’ bijdra‐ gen aan de verslechtering van de luchtkwaliteit. Kleine woningbouwlocaties, en daarmee dit initiatief, behoren daar ook bij. Dit bestemmingsplan maakt slechts één extra woning mogelijk en draagt dus niet in betekenende mate bij aan de luchtverontreiniging. Hiermee wordt voldaan aan de eisen zoals gesteld in de Wet milieubeheer. 4. 9.
Kabels en leidingen
In of nabij het plangebied zijn geen kabels of leidingen aanwezig die invloed heb‐ ben op de ontwikkelingen in het plangebied ofwel voorzien moeten worden van een planologische regeling.
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
5.
blz 15
JURIDISCHE PLANOPZET
5. 1.
Algemeen
Het bestemmingsplan voldoet aan alle vereisten die zijn opgenomen in de Wet ruimtelijke ordening (Wro), het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) en de Wet alge‐ mene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Inherent hieraan is de toepassing van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP) 2012. De SVBP maakt het mogelijk om bestemmingsplannen te maken die op vergelijkbare wijze zijn opge‐ bouwd en op een zelfde manier worden verbeeld. De SVBP 2012 is toegespitst op de regels die voorschrijven hoe bestemmingsplannen conform de Wro en het Bro moeten worden gemaakt. De SVBP geeft bindende standaarden voor de opbouw en de verbeelding van het bestemmingsplan, zowel digitaal als analoog. De regels van dit bestemmingsplan zijn opgesteld conform deze standaarden. Het bestemmingsplan regelt de gebruiks‐ en bebouwingsmogelijkheden van de gronden in het plangebied. De juridische regeling is vervat in een verbeelding en bijbehorende regels. Op de verbeelding zijn de verschillende bestemmingen vast‐ gelegd, in de regels (per bestemming) de bouw‐ en gebruiksmogelijkheden. 5. 2.
Toelichting op de bestemming
De wijze van bestemmen is afgestemd op het bestemmingsplan De Hoeve. De mogelijkheden voor duurzame energie en zorg, die het facetbestemmingsplan Kernen Weststellingwerf biedt, zijn in de bestemmingsregels opgenomen. Het perceel is onder de bestemming ‘Woongebied’ gebracht. Binnen deze be‐ stemming wordt voorzien in het wonen, eventueel in combinatie met een beroep aan huis. In de bouwregels is bepaald dat één woning mag worden gebouwd. Alle bebou‐ wing (de woning en bijgebouwen) moeten binnen een bouwvlak worden ge‐ bouwd. Dit bouwvlak ligt op drie meter vanaf de zuidelijke perceelgrens en aan te voorzijde in de rooilijn met de naastgelegen woning. Voor de woning geldt een maximale goot‐ en bouwhoogte van 4 en 9 meter, waarmee een woning opge‐ bouwd uit één bouwlaag met kap mogelijk wordt gemaakt. De algemene regeling voor bijgebouwen van de gemeente Weststellingwerf is van toepassing. Dit betekent dat een oppervlakte van 75 m2 aan aan‐ en uitbouwen en bijgebouwen mag worden gebouwd. Een bijgebouw met een plat dak mag maxi‐ maal 4 meter hoog worden gebouwd, een bijgebouw met een kap heeft een maximale goot‐ en bouwhoogte van 5,5 en 3 meter.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 16
6.
1399116
UITVOERBAARHEID
Wettelijk bestaat de verplichting om inzicht te geven in de uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in de maatschappelijke en de economische uitvoerbaarheid. 6. 1.
Maatschappelijke uitvoerbaarheid
Inspraak en overleg Omdat de gemeente participatie van burgers en belangenorganisaties belangrijk vindt, wordt aan deze partijen voorafgaand aan de wettelijke procedure de moge‐ lijkheid geboden om reacties op het plan kenbaar te maken. In dit kader is het voorontwerpbestemmingsplan ter inzage gelegd voor inspraak (van 17 oktober tot 13 november 2013) en is het plan in het kader van het vooroverleg voorgelegd naar de overlegpartners. Er zijn geen inspraakreacties ontvangen. Van provincie Fryslân is een overlegreac‐ tie ontvangen. Deze is opgenomen in bijlage 4. De provincie geeft hierin aan dat in het woningbouwprogramma van de gemeente Weststellingwerf geen ruimte is gereserveerd voor incidentele bebouwing buiten het bestaand stedelijk gebied. De gemeente gaat een aanpassing doen in het woningbouwprogramma. In para‐ graaf 3.1, onder kopje ‘Verordening Romte Fryslân’, is gemotiveerd hoe het plan past binnen de regels van de verordening. Ontwerpbestemmingsplan Het ontwerpbestemmingsplan heeft van 19 december 2014 tot en met 29 januari 2014 ter inzage gelegen (artikel 3.8 Wro). Tijdens deze periode is eenieder in de gelegenheid gesteld om een zienswijze tegen het plan in te dienen. Er zijn geen zienswijzen ingediend. Vaststelling Op ______________ heeft de gemeenteraad het bestemmingsplan ongewijzigd vastgesteld. De bij de vaststelling behorende stukken zijn als los onderdeel bij het (digitale) bestemmingsplan gevoegd. Tegen dit besluit is beroep mogelijk bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. 6. 2.
Economische uitvoerbaarheid
Dit bestemmingsplan maakt een particulier initiatief mogelijk. De kosten voor de uitvoering van het plan zijn voor rekening van de aanvrager. Deze heeft hiervoor voldoende financiële middelen. De gemeente heeft hier geen financiële bemoeie‐ nis mee. Tussen de gemeente en de initiatiefnemer wordt een planschadeover‐ eenkomst gesloten. De kosten van de bestemmingsplanprocedure worden ver‐ haald op de aanvrager, deels via leges. Hiermee is het plan economisch uitvoer‐ baar. Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
6. 3.
blz 17
Grondexploitatie
Door middel van de grondexploitatieregeling in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) beschikken gemeenten over mogelijkhe‐ den voor het verhalen van kosten. Hierbij valt te denken aan kosten voor het bouw‐ en woonrijp maken en kosten voor het bestemmingsplan. Daarnaast hebben gemeenten sturingsmogelijkheden, omdat in het geval van grondexploitatie door derden diverse eisen en regels ge‐ steld kunnen worden. In dit bestemmingsplan wordt een bouwplan in de zin van artikel 6.2.1 Bro moge‐ lijk gemaakt. In dergelijke gevallen is de grondexploitatieregeling van toepassing, tenzij het verhaal van de kosten van grondexploitatie anderszins verzekerd zijn. Hiervoor is tussen de gemeente en de initiatiefnemer een overeenkomst gesloten. Hiermee is het voor het plan relevante kostenverhaal anderszins verzekerd. De gemeenteraad besluit bij de vaststelling va het bestemmingsplan geen grondex‐ ploitatieplan vast te stellen. ===
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
BIJLAGE 1
Achtkarspelen Heerenveen Ooststellingwerf Opsterland Smallingerland 23 februari Tytsjerksteradiel Weststellingwerf
Servicebureau De Friese Wouden
2007
Akoestisch onderzoek naar de gevelbelasting t.g.v. wegverkeerslawaai woning Hoeveweg, De Hoeve (nieuwbouw)
In opdracht van:
gemeente contactpersoon
Uitgevoerd door: Servicebureau contactpersoon
Weststellingwerf dhr. R. Hekman
ing. R. Leusink
Drachten, 20 november 2013
Postadres: Servicebureau “De Friese Wouden”, Postbus 229, 9200 AE Drachten. Bezoekadres: Gauke Boelensstraat 2B, Drachten Telefoon: 0512-570316 E-mail: Servicebureau@regiofrw.
Inhoud
1.
Inleiding
2.
Normstelling -
3.
Gegevens en uitgangspunten -
4.
rekenmodel verkeersgegevens algemene uitgangspunten
Berekeningsresultaten
5.
Wet geluidhinder wettelijk kader reductie wegverkeer conform artikel 110g Wgh. / artikel 3.4 RMG2012 reductie banden conform artikel 3.5 RMG2012 Bouwbesluit 2012
gevelbelasting t.g.v. verkeer op de Hoeveweg wegverkeerslawaai toetsing Bouwbesluit
Advies toetsing Wgh geluidwerende voorzieningen
Bijlagen
1. 2. 3.
Situatietekening/ligging rekenpunten Berekeningsresultaten jaar 2023 Invoergegevens
Servicebureau “De Friese Wouden”
1. Inleiding Op verzoek van de gemeente Weststellingwerf heeft het Servicebureau “De Friese Wouden” akoestisch onderzoek gedaan naar de hoogte van de gevelbelasting t.g.v. wegverkeerslawaai voor de nieuwbouw van een woning aan de Hoeveweg in De Hoeve. De realisatie van deze woning wordt geregeld door middel van een herziening van het bestemmingsplan. Omdat de nieuwe woning is gelegen in de wettelijke zone van de Hoeveweg zal getoetst moeten worden aan de Wet geluidhinder.
20 november 2013
1
Servicebureau “De Friese Wouden”
2. Normstelling Wet geluidhinder Op 1 juli 2012 is een nieuwe wijziging van de Wet geluidhinder van kracht geworden. Per 1 juli 2012 is ook het reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006 gewijzigd in het nieuwe Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2012 (RMG2012). Wettelijk kader Een zoneplichtige weg heeft aan weerszijden conform artikel 74 Wgh. een wettelijke zonebreedte. Deze is zodanig bepaald dat er buiten de zone in het algemeen geen geluidsniveaus voorkomen van meer dan de voorkeurswaarde van 48 dB. De wegen waarvoor een 30 km-regime geldt zijn conform artikel 74 van de Wgh. zonevrij. Voor een zoneplichtige binnenstedelijke weg met één of twee rijstroken geldt een zonebreedte van 200 m. Voor een buitenstedelijke weg met één of twee rijstroken geldt een zonebreedte van 250 m. De afstand van de wettelijke zonebreedte is onafhankelijk van de verkeersintensiteit en verkeerssnelheid op de betrokken weg en het wegdektype ervan. Het ligt voor de hand dat de voorkeursgrenswaarde van 48 dB voor een weg met maar een verkeersintensiteit van 2.500 mvt/etmaal veel dichter bij de weg is gelegen dan voor een weg met een verkeersintensiteit van bijvoorbeeld 10.000 mvt/etmaal. De voorkeursgrenswaarde van nieuw te bouwen geluidsgevoelige bestemmingen binnen de zone van wegen is 48 dB. B&W kunnen overeenkomstig het “Besluit geluidhinder” een hogere waarde vaststellen, met dien verstande, dat deze, in de situatie van nieuw te bouwen woningen gelegen in een stedelijk gebied niet meer bedraagt dan maximaal 63 dB (artikel 83, lid 2 Wgh). Voor woningen in buitenstedelijk gebied bedraagt de maximaal vast te stellen hogere waarde 53 dB. Voor nieuw te bouwen woningen welke dienen ter vervanging van bestaande woningen, geldt conform artikel 83 lid 7 in buitenstedelijk gebied een maximale hogere waarde van 58 dB. Voor woningen die een geluidsbelasting ondervinden van meer dan de voorkeursgrenswaarde, is een aanvaardbare geluidsbelasting van 48 dB of lager op tenminste één gevel aan te bevelen. Bij geluidsbelastingen boven de 53 dB dienen de verblijfruimten alsmede de tot de woning behorende buitenruimte zoveel als mogelijk aan de zijde van de woning te worden gesitueerd waar niet de hoogste geluidsbelasting optreedt. Indien er een hogere waarde wordt vastgesteld, dienen voor wat betreft de geluidwering van de gevels zonodig maatregelen te worden getroffen, welke er voor zorg dragen dat de geluidsbelasting binnen de woning in het verblijfsgebied bij gesloten ramen niet meer bedraagt dan 33 dB. Reductie wegverkeer conform artikel 110g Wgh. / artikel 3.4 RMG2012 Op grond van de verwachting dat de geluidsproductie van motorvoertuigen in de toekomst zal afnemen, mogen de berekende geluidsbelastingen op de gevels worden gereduceerd. De berekende geluidsbelastingen mogen worden gereduceerd met 2 dB bij wegen met een rijsnelheid van 70 km/uur en hoger en met 5 dB bij wegen met een rijsnelheid van minder dan 70 km/uur. Voor de toetsing aan de voorwaarden uit het Bouwbesluit bedraagt de reductie echter 0 dB.
20 november 2013
2
Servicebureau “De Friese Wouden”
Reductie banden conform artikel 3.5 RMG2012 Bij de berekening van het geluidsniveau van een weg mag een aftrek worden toegepast vanwege stillere banden. Deze aftrek mag worden toegepast op de wegdekcorrectie en is afhankelijk van de representatieve snelheid van de lichte motorvoertuigen en het wegdek. De aftrek bedraagt in eerste instantie 2 dB in geval van lichte motorvoertuigen met een rijsnelheid van 70 km/uur en hoger. De aftrek bedraagt echter 1 dB ingeval de rijsnelheid van lichte motorvoertuigen 70 km/uur en hoger is, en het wegdek bestaat uit een van de volgende wegdekken: o elementenverharding o Zeer Open Asfalt Beton o tweelaags Zeer Open Asfalt Beton, met uitzondering van tweelaags Zeer Open Asfalt Beton fijn. o uitgeborsteld beton o geoptimaliseerd uitgeborsteld beton o oppervlaktebewerking. Bouwbesluit 2012 Per 1 april 2012 is het Bouwbesluit 2012 van kracht geworden. Enkele wijzigingen als gevolg van het nieuwe Bouwbesluit 2012 voor geluid van buiten voor nieuwbouw zijn: • Er worden geen eisen meer gesteld aan kantoorfuncties. • Er vindt alleen toetsing plaats voor verblijfgebieden. • Er geldt altijd een basiseis van 20 dB betreffende de minimale karakteristieke geluidwering van een uitwendige scheidingsconstructie voor een woonfunctie / gezondheidszorgfunctie / bijeenkomstfunctie kinderopvang / onderwijsfunctie. • Indien een hogere waarde is vastgesteld in het kader van de Wgh., is de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied niet kleiner dan het verschil tussen de hoogst toelaatbare geluidsbelasting voor industrie-, weg- of spoorweglawaai en 35 dB(A) bij industrielawaai, of 33 dB bij weg- of spoorweglawaai. Ingeval van een bedgebied 30 dB(A) industrielawaai en 28 dB bij weg- of spoorweglawaai. • Indien er geen hogere waarde is vastgesteld of de functies zijn gelegen aan een 30 km weg, geldt voor de karakteristieke geluidwering van de gevel alleen de basiseis van 20 dB. • Er wordt bij gebouwen met onderwijsfunctie geen verschil meer gemaakt in les/theorie-lokalen en theorievaklokalen. In beide gevallen bedraagt het binnenniveau 35 dB(A) bij industrielawaai en 33 dB bij weg- of spoorweglawaai. Echter als gevolg van besluit geluidhinder is bij vastgestelde hogere waarden nog steeds onderscheid. Dat wil zeggen voor les/theorie-lokalen 30 dB(A) bij industrielawaai en 28 dB bij wegverkeerslawaai. Bij theorievaklokalen respectievelijk 35 dB(A) en 33 dB.
20 november 2013
3
Servicebureau “De Friese Wouden”
3. Gegevens en uitgangspunten Omdat er sprake is van een complexe situatie met afscherming en reflecties e.d., is de berekening met betrekking tot wegverkeerslawaai uitgevoerd met behulp van het DGMR-computerprogramma Geomilieu 2.21 gebaseerd op RMG2012. In dit programma wordt de aftrek conform art. 3.5 Reken- en meetvoorschrift geluid automatisch toegepast. Het maatgevende jaar betreft op verzoek van de gemeente het jaar 2023 (conform Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2012 minimaal het tiende jaar na akoestische raportage). Rekenmodel: Voor de berekening is een rekenmodel gemaakt waarbij gebruik is gemaakt van een digitale ondergrond en tekeningen van de gemeente. In het rekenmodel zijn de bestaande wegen en gebouwen ingevoerd. De nieuw te bouwen woning is als bouwvlak in het model ingevoerd met een hoogte van 5,5 m. Daaarbij is 1 rekenpunt ingevoerd ter hoogte van de toekomstige voorgevel (door de gemeente is aangegeven dat de voorgevel van de woning en het bouwvlak komt te liggen ter hoogte van de rooilijn van woning nr 8). De aangehouden waarneemhoogten bedragen 1,5 m en 4,5 m + maaiveld (De ligging van het rekenpunt is aangegeven in bijlage 1). Verkeersgegevens: Omdat een 30 km/uur weg conform de Wgh niet zoneplichtig is, betekent dat niet dat het geluid bij het bord bebouwde kom ophoudt. De weg buiten de bebouwde kom heeft nog steeds een wettelijke zonebreedte van 250 m. De zone loopt een derde deel van 250 meter over de wegen door (83 m). Het deel Hoeveweg waarop het 30 km/uur regime geldt is derhalve over een afstand van minimaal 83 m meegenomen in de berekening om de gevelbelasting te bepalen. Er is gebruik gemaakt van een recente werkdag telling van de gemeente. Voor de prognose in 2023 is de intensiteit uit het verkeersmodel opgehoogd met jaarlijks 1%. Voor de wegdekverharding op de Hoeveweg is uitgegaan van Dab. Dab komt overeen met het referentiewegdek (type W0 in de rekenmethode). De bebouwde kom grens ligt te hoogte van woning 8. Gezien de geringe intensiteiten is de Klaeterlaene (30 km/uur) buiten beschouwing gelaten.
Algemene uitgangspunten: - Rekenpunt 01. - Aangehouden maaiveldhoogte plan; 0 m + NAP. In het model komt dit overeen met een modelhoogte van 0 m. - Waarneemhoogten 1,5 m en 4,5 m + maaiveld. - De ligging en hoogte van de nieuw te bouwen woning (bouwvlak) en het rekenpunt zijn ingevoerd op basis van tekeningen van Rho adviseurs (d.d. 09-10-2013) - Voor de berekeningen is de bodem, uitgezonderd de bodemgebieden, grotendeels zacht (factor 0,8) aangehouden. Daarnaast is uitgegaan van 1 reflectie. - Reflectie, afscherming en bodemfactoren conform rekenmodel.
20 november 2013
4
Servicebureau “De Friese Wouden”
4. Berekeningsresultaten Gevelbelasting t.g.v. verkeer op de Hoeveweg In onderstaande tabel 1 zijn de berekeningsresultaten weergegeven voor het rekenpunt op de voorgevel van de toekomstige woning (bouwvlak). Het betreft de Ldenwaarden ten gevolge van verkeer op het zoneplichtige deel van de Hoeveweg en het 30 km/uur deel over een afstand van minimaal 83 m in het maatgevende jaar 2023 (berekeningsresultaten, zie bijlage 2). De getoonde dB-waarden zijn inclusief de aftrek artikel 110g Wgh. (2 dB bij wegen met een rijsnelheid van meer dan 70 km/uur en 5 dB bij een rijsnelheid van minder dan 70 km/uur ). Tabel 1 t.g.v. Hoeveweg, jaar 2023 Id 01A 01B
Omschrijving Voorgevel
Hoogte in m 1,5 4,5
Lden, jaar 2023, in dB 48 48
Wegverkeerslawaai toetsing Bouwbesluit Voor de bepaling van mogelijke geluidswerende voorzieningen in het kader van de vereiste karakteristieke geluidwering (Bouwbesluit) en het maximaal toegestaan binnenniveau, dient rekening gehouden te worden met cumulatie. In onderhavig geval is vanwege gering bestemmingsverkeer echter nauwelijks invloed te verwachten van aanliggende 30 km/uur wegen en zijn deze buiten beschouwing gelaten. In onderstaande tabel 2 zijn daartoe voor het rekenpunt de Lden-waarden aangegeven. De uitgebreide berekeningsresultaten zijn weergegeven in bijlage 2. De berekende waarden zijn de basis zijn voor een eventuele berekening van de geluidwering van de gevels. De aftrek conform artikel 110g Wgh. bedraagt 0 dB en de getoonde waarden zijn derhalve de werkelijk berekende waarden. Tabel 2 t.b.v. Bouwbesluit t.g.v. Hoeveweg, jaar 2023 Id 01A 01B
20 november 2013
Omschrijving Voorgevel
Hoogte in m 1,5 4,5
Lden, jaar 2023, in dB 50 51
5
Servicebureau “De Friese Wouden”
5. Advies Ten behoeve van de nieuwbouw van een woning aan de Hoeveweg in De Hoeve is op verzoek van de gemeente Weststellingwerf de gevelbelastingen ten gevolge van het wegverkeerslawaai inzichtelijk gemaakt. Omdat voor de nieuwbouw van de woning het bestemmingsplan moet worden herzien, dient aan de voorwaarden van de Wgh te worden voldaan. Toetsing Wgh. Uit de berekeningsresultaten in tabel 1 blijkt dat ten gevolge van verkeer op de Hoeveweg ter hoogte van de voorgevel van de woning (bouwvlak) de voorkeursgrenswaarde van 48 dB niet wordt overschreden. De hoogste gevelbelasting bedraagt 48 dB inclusief aftrek artikel 110g Wgh. (rekenpunt 1). Geluidswerende voorzieningen Er worden geen hogere waarden vastgesteld. In het kader van het Bouwbesluit geldt voor nieuwbouw dan dat de aanvrager van een omgevingsvergunning 'slechts' aan artikel 3.2 van het Bouwbesluit 2012 hoeft te voldoen (minimaal 20 dB gevelisolatie).
20 november 2013
6
Bijlagen
Bijlage 1 Situatietekening/ligging rekenpunten
Ligging rekenpunten
Servicebureau De Friese Wouden Bromfiets Weg Toetspunt Bodemgebied Gebouw
eweg Hoev
0m
20 m
r m/uu 30 k
schaal = 1 : 500
20
12
14
kom
g
/80 s 30 r en
11
01
01
Wegverkeerslawaai - RMW-2012, [Wegverkeer - 2023] , Geomilieu V2.21
u km/
ur
Bijlage 2 Berekeningsresultaten jaar 2023
Rekenresultaten T.g.v. Hoeveweg (inclusief aftrek conform Wgh.) Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Naam Toetspunt 01_A 01_B
Servicebureau "De Friese Wouden"
Resultatentabel 2023 LAeq totaalresultaten voor toetspunten Hoeveweg Ja
Omschrijving Voorgevelrooilijn Voorgevelrooilijn
Hoogte 1,50 4,50
Dag 43 44
Avond 33 34
Nacht 41 42
Lden 48 48
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V2.21
20-11-2013 13:25:24
Rekenresultaten T.b.v. Bouwbesluit, t.g.v. Hoeveweg (exclusief aftrek conform Wgh.) Rapport: Model: Groep: Groepsreductie: Naam Toetspunt 01_A 01_B
Servicebureau "De Friese Wouden"
Resultatentabel 2023 LAeq totaalresultaten voor toetspunten (hoofdgroep) Nee
Omschrijving Voorgevelrooilijn Voorgevelrooilijn
Hoogte 1,50 4,50
Dag 45 46
Avond 35 36
Nacht 44 45
Lden 50 51
Alle getoonde dB-waarden zijn A-gewogen
Geomilieu V2.21
20-11-2013 13:26:40
Bijlage 3 Invoergegevens
Model
Servicebureau De Friese Wouden Bromfiets Weg Toetspunt Bodemgebied Gebouw
02
0m
20 m schaal = 1 : 500
20
12
14
kom
g
/80 s 30 r en
11
01
01
Wegverkeerslawaai - RMW-2012, [Wegverkeer - 2023] , Geomilieu V2.21
u km/
ur
Omschr. Hoeveweg 80 km/uur Hoeveweg 30 km/uur
Wegdek W0 W0
Totaal aantal 321,00 321,00
Type Verdeling Verdeling
%Int(D) 6,70 6,70
%Int(A) 0,70 0,70
2023 (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012
Geomilieu V2.21
Naam 01 02
Model: Groep:
Invoergegevens Wegen
%Int(N) 3,50 3,50
Hbron 0,75 0,75
%LV(D) 96,00 96,00
%MV(D) 3,00 3,00
%ZV(D) 1,00 1,00
%LV(A) 100,00 100,00
%MV(A) ---
%ZV(A) ---
%LV(N) 78,00 78,00
%MV(N) 11,00 11,00
%ZV(N) 11,00 11,00
MV(D) 0,65 0,65
20-11-2013 14:27:58
LV(D) 20,65 20,65
Servicebureau "De Friese Wouden"
ZV(D) 0,22 0,22
LV(A) 2,25 2,25
MV(A) ---
ZV(A) ---
LV(N) 8,76 8,76
MV(N) 1,24 1,24
ZV(N) 1,24 1,24
Helling 0 0
2023 (hoofdgroep) Lijst van Wegen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012
Geomilieu V2.21
Naam 01 02
Model: Groep:
Invoergegevens Wegen
20-11-2013 14:27:58
Servicebureau "De Friese Wouden"
Klaeterlaene 2 Klaeterlaene 4/6 Klaeterlaene 8 Klaeterlaene 10 Klaeterlaene 12
Klaeterlaene 14 Klaeterlaene 1 Klaeterlaene 3/5 Klaeterlaene 7/9 Klaeterlaene 11/13
Klaeterlaene 15/17 Klaeterlaene 19
14 15 16 17 18
19 20 21 22 23
24 25
Geomilieu V2.21
Omschr. Bouwvlak nieuw te bouwen woning Hoeveweg Hoeveweg 18 Hoeveweg 8 Hoeveweg 6 Hoeveweg 2
202230,04 202257,89
202266,84 202166,24 202183,78 202201,15 202214,04
202168,08 202189,43 202210,41 202227,05 202244,96
X-1 202140,01 202177,77 202112,34 202109,52 202109,84
544608,02 544600,63
544582,30 544582,57 544586,70 544591,69 544599,43
544553,18 544559,51 544565,48 544570,55 544575,79
Y-1 544521,77 544361,41 544534,50 544560,12 544611,97
2023 (hoofdgroep) Lijst van Gebouwen, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012
Naam 01 10 11 12 13
Model: Groep:
Invoergegevens Gebouwen
0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
Maaiveld 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00
5,50 5,50
5,50 5,50 5,50 5,50 5,50
5,50 5,50 5,50 5,50 5,50
Hoogte 5,50 5,50 5,50 5,50 5,50
168,77 105,37
97,74 115,25 139,92 125,17 159,85
154,02 250,96 77,38 154,67 141,67
Opp. 565,60 124,59 214,09 132,59 124,54
0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
Refl. 1k 0,80 0,80 0,80 0,80 0,80
0 dB 0 dB
0 dB 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB
0 dB 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB
Cp 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB 0 dB
False False
False False False False False
False False False False False
Zwevend False False False False False
20-11-2013 14:28:24
Servicebureau "De Friese Wouden"
Omschr. Voorgevelrooilijn
Maaiveld 0,00
Hdef. Eigen waarde
X 202142,39
Y 544514,64
Hoogte A 1,50
2023 (hoofdgroep) Lijst van Rekenpunten, voor rekenmethode Wegverkeerslawaai - RMW-2012
Geomilieu V2.21
Naam 01
Model: Groep:
Invoergegevens Rekenpunt
Hoogte B 4,50
Hoogte C --
20-11-2013 14:28:49
Servicebureau "De Friese Wouden"
BIJLAGE 2
BIJLAGE 3
verkennend milieukundig bodemonderzoek Hoeveweg naast nr. 8 in De Hoeve
5
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
Naar aanleiding van de resultaten van het verkennend milieukundig bodemonderzoek worden de volgende conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan grond De grond bevat op basis van zintuiglijke waarnemingen plaatselijk puindeeltjes- resten. bovengrond (0.0-0.5 m-mv) Bovengrondmengmonster 1 (boring 1 t/m 8) bevat geen van de onderzochte stoffen verhoogd t.o.v. de achtergrondwaarde en/of detectiewaarde. ondergrond (0.5-2.0 m-mv) Ondergrondmengmonster 2 (boring 1+2) bevat geen van de onderzochte stoffen verhoogd t.o.v. de achtergrondwaarde en/of detectiewaarde. grondwater peilbuis 1 (3.6-4.6 m-mv) Het grondwater ter plaatse van peilbuis 1 bevat een verhoogd gehalte naftaleen (vluchtige aromaten) t.o.v. de streefwaarde. Het verhoogd gemeten gehalte naftaleen (vluchtige aromaten) in het grondwatermonster uit peilbuis 1 overschrijdt de tussenwaarde niet en geeft daardoor geen aanleiding tot het instellen van aanvullend onderzoek.
Toetsing hypothese Op basis van de vooraf in paragraaf 2.4 gestelde hypothese is de onderzoekslocatie in eerste aanleg als deels als milieuhygiënisch onverdacht aangemerkt. Op basis van de resultaten van het verkennend bodemonderzoek blijkt dat de locatie niet vrij is van bodemverontreiniging. Het grondwater ter plaatse van de onderzoekslocatie bevat plaatselijk verontreinigingen t.o.v. de streefwaarde. De plaatselijk verhoogd gemeten verontreiniging overschrijdt de tussenwaarde niet en geven daardoor geen formele aanleiding tot het instellen van een nader onderzoek. De onderzoeksresultaten stemmen niet geheel overeen met de gestelde hypothese, de vooraf gestelde hypothese “onverdacht” dient formeel verworpen te worden. Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat er beïnvloeding van de bodemkwaliteit heeft plaatsgevonden. De vooraf gehanteerde hypothese is gezien de doelstelling van het onderzoek alsmede de bekende onderzoeksresultaten voldoende om conclusies te verbinden betreffende de kwaliteit van de bodem t.p.v. de onderzoekslocatie. Op basis van de onderzoeksresultaten zijn er uit milieuhygiënische overwegingen in relatie tot de bodemkwaliteit, naar onze mening, geen belemmeringen ten aanzien van de geplande nieuwbouw van een woning op de onderzoekslocatie.
Afwijkingen in de werkzaamheden Er hebben bij de uitvoering van veldwerkzaamheden geen afwijkingen plaatsgevonden t.o.v. de geldende protocollen BRL SIKB 2001 en 2002. Er hebben bij de uitvoering van analysewerkzaamheden geen afwijkingen plaatsgevonden t.o.v. de geldende protocollen AS3000 en/of overige geldende analysemethoden.
september 2013
21
verkennend milieukundig bodemonderzoek Hoeveweg naast nr. 8 in De Hoeve
Aanbevelingen Indien op de locatie, als gevolg van grondverzet, grond vrijkomt dienen de toepassingsmogelijkheden te worden vastgesteld aan de hand van het Besluit Bodemkwaliteit (besluit november 2007). Indien grond van het eigen terrein moet worden afgevoerd zal deze verwerkt dienen te worden conform de eisen van het Besluit Bodemkwaliteit. De mogelijkheden hiertoe kunnen worden vastgesteld na overleg met de betrokken overheidsinstanties. Opgemerkt dient te worden dat de vertaalslag van verkennend bodemonderzoek naar hergebruik van grond volgens het Besluit Bodemkwaliteit, veelal, niet mogelijk is. In de meeste gevallen zijn aanvullende gegevens noodzakelijk, het bevoegd gezag (de gemeente waarin de grond wordt toegepast) kan hier uitsluitsel over geven. Algemeen/opmerkingen/betrouwbaarheid/uitsluitingen Het onderhavige onderzoek heeft betrekking gehad op een deel van het perceel gelegen aan de Hoeveweg naast nr. 8 in De Hoeve (zie bijlage 2). Op basis van het onderhavige onderzoek kan alleen een uitspraak worden gedaan omtrent de bodemkwaliteit van het onderzochte terreindeel, zie bijlage 2. Op basis van het onderhavige onderzoek kan geen uitspraak worden gedaan: omtrent de bodemkwaliteit van niet onderzochte terreindelen, de bodemkwaliteit van niet bekende verdachte terreindelen, de bodemkwaliteit onder gebouwen en/of gesloten verharding, de bodemkwaliteit van niet verkende bodemlagen etc. Daarnaast kan op basis van dit onderzoek geen uitspraak worden gedaan omtrent de eventuele aanwezigheid van asbest in de bodem/puin. T.a.v. historische informatie van de locatie wordt opgemerkt dat de geraadpleegde bronnen niet altijd zonder fouten en volledig zijn. Voor het verkrijgen van historische informatie is Sigma Bouw & Milieu afhankelijk van deze bronnen, waardoor Sigma Bouw & Milieu niet kan instaan voor de juistheid en volledigheid van de verzamelde historische informatie. In algemene zin wordt opgemerkt dat bij analyse van mengmonsters de gehalten in de individuele deelmonsters van een mengmonster zowel hoger als lager kunnen zijn dan de aangetoonde gehalten in het betreffende mengmonster. Hoewel het verrichte veld- en chemisch-analytisch onderzoek, zoals bij ieder bodemonderzoek, steekproefsgewijs is uitgevoerd, is er naar gestreefd om representatieve bodemmonsters te verkrijgen. Het is juist de deze steekproefsgewijze benadering die het onmogelijk maakt garanties t.a.v. de bodemkwaliteit af te geven op basis van de resultaten van een bodemonderzoek Een verkennend bodemonderzoek geeft nooit volledige zekerheid omtrent de toestand van de bodem ter plaatse van een locatie. Het onderzoek dient geïnterpreteerd worden als een inschatting van de verontreinigingssituatie op een bepaald moment. Het is echter op basis van dit onderzoek nooit uit te sluiten dat er lokaal afwijkingen in de bodem voorkomen, bv. t.g.v. as-, verbrandings-, of afvalgaten. Het kan op basis van dit onderzoek niet geheel uitgesloten worden dat zich op de locatie verontreiniging bevindt welke in dit onderzoek niet is aangetroffen. Het uitgevoerde verkennend bodemonderzoek is dan ook indicatief en een momentopname. De resultaten van het onderzoek kunnen minder representatief worden naarmate de tijd verstrijkt. Sigma Bouw & Milieu aanvaardt derhalve op generlei wijze aansprakelijkheid voor de gevolgen/schade dan wel enige andere indirecte incidentele of gevolgschade welke voortvloeien uit beslissingen welke worden genomen op basis van de onderzoeksresultaten van het onderhavige onderzoek als in de praktijk blijkt dat de verontreinigingssituatie anders is dan in dit onderzoek vermeld.
september 2013
22
BIJLAGE 4
Post in - 56403
Scan nummer 1 van 1 - Scanpagina 1 van 1
GEMEENTE WESTSTELLINGWERF 1399116 / 20‐02‐2014 BESTEMMINGSPLAN DE HOEVE ‐ HOEVEWEG (WONING) REGELS INHOUDSOPGAVE
blz
HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS
1
Artikel 1 Artikel 2
1 5
HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS
6
Artikel 3
6
10
10 11 12 13
HOOFDSTUK 4 OVERGANGS‐ EN SLOTREGELS
14
Artikel 8 Artikel 9 Bijlage 1
14 15
Begrippen Wijze van meten
Woongebied
HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7
Anti‐dubbeltelbepaling Algemene bouwregels Algemene gebruiksregels Algemene afwijkingsregels
Overgangsregels Slotregel
Bedrijvenlijst
1399116
blz 1
HOOFDSTUK 1 INLEIDENDE REGELS Artikel 1 Begrippen In deze regels wordt verstaan onder: 1.1 plan: het bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) met identificatienummer NL.IMRO.0098.BPHOEVEWEG‐VA01 van de gemeente Weststellingwerf; 1.2 bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en bijlage; 1.3 aanbouw: een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw; 1.4 aanduiding: een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden; 1.5 aanduidingsgrens: de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft; 1.6 aan huis verbonden beroep: een dienstverlenend beroep, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is; 1.7 achtererf: het gedeelte van het erf dat aan de achterzijde van het gebouw is gelegen; 1.8 bebouwing: één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde; 1.9 bebouwingspercentage: een in het plan aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een terrein aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd; 1.10 bed & breakfast: het bieden van de, ten opzichte van het hoofdgebruik ondergeschikte, mogelijkheid tot recreatief nachtverblijf en ontbijt binnen de woning aan personen die hun hoofdverblijf elders hebben; 1.11 bestemmingsgrens: de grens van een bestemmingsvlak;
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 2
1399116
1.12 bestemmingsvlak: een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming; 1.13 bijgebouw: een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw, niet zijnde een aanbouw; 1.14 bouwen: het plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van een bouwwerk; 1.15 bouwgrens: de grens van een bouwvlak; 1.16 bouwperceel: een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten; 1.17 bouwperceelgrens: een grens van een bouwperceel; 1.18 bouwvlak: een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten; 1.19 bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond; 1.20 dak: iedere bovenbeëindiging van een gebouw; 1.21 evenement: elke voor publiek buiten de daartoe ingerichte inrichtingen toegankelijke festiviteit, grootschalige sportwedstrijd, auto‐ of motorcrosswedstrijd, optocht, georganiseerd vuurwerk en alle overige tot vermaak en recreatie bedoelde activiteiten, met uitzondering van markten als bedoeld in de Gemeentewet, kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen en betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties; 1.22 erker: kleine toevoeging van ten hoogste één bouwlaag aan de gevel van een gebouw, meestal uitgevoerd in metselwerk, hout en/of glas; 1.23 gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 3
1.24 hoofdgebouw: een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkste is; 1.25 horizontale diepte: de lengte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de naar de weg gekeerde gevel; 1.26 incidenteel evenement: een eenmalig, niet periodiek terugkerend evenement; 1.27 kampeermiddel: een tent, een tentwagen, een kampeerauto, een caravan of een stacaravan, dan wel enig ander daarmee vergelijkbaar voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele is bestemd of opgericht dan wel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf; 1.28 kap: een dakafdekking onder een hoek van meer dan 5° met het horizontale vlak; 1.29 kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten: de in de Bijlage 1 (bedrijvenlijst ontleend aan de brochure ' Bedrijven en milieuzonering' VNG) onder categorie 1 genoemde bedrijvigheid, dan wel naar de aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid, die door haar beperkte omvang in of bij een woning met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend; 1.30 kleinschalige duurzame energiewinning: energie die gewonnen wordt uit kleinschalige perceelsgebonden bronnen, niet zijnde windturbines, waarbij weinig tot geen schadelijke milieueffecten optreden bij winning en omzetting en die in onuitputtelijke hoeveelheden beschikbaar is, zoals zon, wind, water, biomassa, aard‐ en omgevingswarmte; 1.31 nutsvoorziening: een voorziening ten behoeve van de telecommunicatie en de gas‐, water‐ en elektriciteitsdistributie alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten; 1.32 overig bouwwerk: Een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden; 1.33 pand: de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig‐constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is; 1.34 peil: a. voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst: Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 4
1399116
1. de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang; b. voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: 1. de hoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw; c. indien in of op het water wordt gebouwd: 1. het ter plaatse geldende peil; d. het peil zoals door of namens burgemeester en wethouders is bepaald; 1.35 platte dakafdekking: een horizontale dakafdekking of een dakafdekking onder een hoef van maximaal 5° met het horizontale vlak; 1.36 prostitutie: het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding; 1.37 seksinrichting: een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden; Onder een seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waar‐ onder begrepen een erotische‐massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar; 1.38 uitbouw: een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw; 1.39 woning: een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden; 1.40 zijdelingse perceelgrens: de grens van een bouwperceel die is gelegen langs het zijerf; 1.41 zijerf: het gedeelte van het erf dat aan de zijkant van het gebouw is gelegen.
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 5
Artikel 2 Wijze van meten Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: 2.1 de afstand tot de zijdelingse perceelgrens tussen de (zijdelingse) grenzen van een perceel en enig punt van het op dat perceel voorkomend gebouw, waar die afstand het kortst is; 2.2 de bouwhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen; 2.3 de dakhelling: langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak; 2.4 de goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; 2.5 de inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen; 2.6 de oppervlakte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk. Bij het meten worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel‐ en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van de bouw‐ en bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt. Alle maten zijn tenzij anders aangegeven: a. voor lengten in meters (m); b. voor oppervlakten in vierkante meters (m²); c. voor inhoudsmaten in kubieke meters (m³); d. voor verhoudingen in procenten (%); e. voor hoeken/hellingen in graden (°). Op de verbeelding wordt altijd gemeten vanuit het hart van de lijn.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 6
1399116
HOOFDSTUK 2 BESTEMMINGSREGELS Artikel 3 3.1
Woongebied
Bestemmingsomschrijving
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. woningen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan huis verbonden beroep; b. aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen; met daaraan ondergeschikt: c. tuinen, erven en binnenterreinen; d. woonstraten, voet‐ en fietspaden en op‐ en inritten; e. groenvoorzieningen; f. parkeervoorzieningen; g. speelvoorzieningen; h. waterlopen; i. waterhuishoudkundige voorzieningen; j. gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen; met daarbijbehorende: k. bouwwerken, geen gebouwen zijnde. 3.2
Bouwregels
3.2.1 Hoofdgebouwen Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels: a. als hoofdgebouw mogen uitsluitend woningen worden gebouwd; b. het aantal woningen mag ten hoogste 1 bedragen; c. een hoofdgebouw mag uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd; d. een hoofdgebouw mag uitsluitend in of maximaal 2 m achter de naar de weg gekeerde bouwgrens worden gebouwd; e. de horizontale diepte van een hoofdgebouw mag niet meer dan 15 m bedragen; f. de afstand van een hoofdgebouw tot de zijdelingse perceelgrens mag niet minder dan 2 m bedragen; g. de goothoogte van een hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 4 m; h. de bouwhoogte van een hoofdgebouw mag niet meer dan 9 m bedragen. 3.2.2 Aan‐ en uitbouwen en bijgebouwen Voor het bouwen van aan‐ en uitbouwen en bijgebouwen gelden de volgende regels: a. aan‐ en uitbouwen en bijgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd; b. aan‐ en uitbouwen en bijgebouwen mogen uitsluitend op niet minder dan 2 m achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw of het verlengde daarvan worden gebouwd;
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 7
c. de gezamenlijke oppervlakte van de aan‐ en uitbouwen en bijgebouwen bij een hoofdgebouw mag niet meer dan 75 m² bedragen, met dien verstande dat het bebouwingspercentage van het als zij‐ en achtererf aan te duiden deel van een bouwperceel niet meer dan 50% mag bedragen; d. de bouwhoogte van een aan‐ en uitbouw en een bijgebouw met een platte afdekking mag niet meer bedragen dan 4 m; e. de goothoogte van een aan‐ en uitbouw en een bijgebouw met een afdekking met een kap mag niet meer bedragen dan 4 m; f. de bouwhoogte van een aan‐ en uitbouw en een bijgebouw met een afdekking met een kap mag niet meer bedragen dan 5,5 m, met dien verstande dat de bouwhoogte op de zijdelingse perceelgrens niet meer mag bedragen dan 3 m, tenzij sprake is van een aaneen te bouwen aan‐ en uitbouw of een bijgebouw met een afdekking met een kap; g. de afstand van een aan‐ en uitbouw en een bijgebouw tot de zijdelingse perceelgrens mag niet minder dan 1 m bedragen, behoudens bij plaatsing op deze perceelgrens. 3.2.3 Gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van openbare nutsvoorzieningen gelden de volgende regels: a. de inhoud van een gebouw mag niet meer dan 75 m³ bedragen; b. de bouwhoogte van een gebouw mag niet meer dan 3 m bedragen. 3.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: a. de bouwhoogte van erf‐ en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf‐ en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel of het verlengde daarvan niet meer dan 1 m mag bedragen; b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 5 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, vóór de naar de weg gekeerde gevel of het verlengde daarvan niet meer dan 2 m mag bedragen, met uitzondering van licht‐ en vlaggenmasten, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 5 m. 3.3
Afwijken van de bouwregels
3.3.1 Afwijking Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van: a. het bepaalde in lid 3.2.1 sub e in die zin dat de horizontale diepte van een hoofdgebouw wordt vergroot, met dien verstande dat het verlenen van de omgevingsvergunning niet mag leiden tot een, in relatie tot de afstand ten opzichte van het hoofdgebouw op het achterliggende perceel, onevenredige verdichting van het binnenterrein ter plaatse; b. het bepaalde in lid 3.2.1 sub f in die zin dat de afstand tot de zijdelingse perceelgrens wordt verkleind tot niet minder dan 1 m; Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 8
1399116
c. het bepaalde in lid 3.2.1 sub g in die zin dat de bouwhoogte van een hoofdgebouw wordt vergroot tot ten hoogste 6 m; d. het bepaalde in lid 3.2.1 sub h in die zin dat de bouwhoogte van een hoofdgebouw wordt vergroot tot ten hoogste 10 m; e. het bepaalde in lid 3.2.2 sub b in die zin dat een aanbouw voor of op minder dan 2 m achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw wordt gebouwd, mits: 1. de horizontale diepte voor (het verlengde van) de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw niet meer dan 2 m bedraagt; 2. deze aanbouwen, in afwijking van het bepaalde in lid 3.2.2 sub d, e en f, geen grotere bouw‐ en goothoogte hebben dan 4 m; en 3. het bepaalde in lid 3.2.2 sub a (bouwen binnen bouwvlak) in acht wordt genomen; f. het bepaalde in 3.2.2 sub c in die zin dat de gezamenlijke oppervlakte van de aan‐ en uitbouwen en de bijgebouwen bij een hoofdgebouw wordt vergroot tot maximaal 100 m², met dien verstande dat het in lid 3.2.2 sub c genoemde bebouwingspercentage in acht wordt genomen; g. het bepaalde in lid 3.2.2 sub f in die zin dat de bouwhoogte van een aan‐ of uitbouw of een bijgebouw met een afdekking met een kap wordt vergroot tot maximaal de bouwhoogte van het hoofdgebouw, met dien verstande dat de dakhelling niet meer bedraagt dan de dakhelling van het hoofdgebouw. 3.3.2 Toetsingscriteria De in lid 3.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: a. het straat‐ en bebouwingsbeeld; b. de woonsituatie; c. de verkeersveiligheid; d. de sociale veiligheid; e. de milieusituatie; f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden. 3.4
Specifieke gebruiksregels
3.4.1 Strijdig gebruik Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend: a. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van de uitoefening van bedrijfsmatige activiteiten, anders dan een aan huis verbonden beroep; b. het gebruik van bijgebouwen voor bewoning; c. het gebruik van bijgebouwen voor bed & breakfast. 3.4.2 Toegestaan gebruik Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen, wordt in ieder geval niet gerekend:
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 9
a. het gebruiken van bouwwerken en gronden, waarop krachtens de bestemmings‐ regels gebouwen mogen worden gebouwd, ten behoeve van passieve, actieve en fotovoltaïsche zonne‐energie; b. kleinschalige opwekking van andere vormen van duurzame energie; c. het gebruiken van een aan‐, of uitbouw bij een woning ten dienste van bewoning door een persoon die vanwege zijn gezondheidstoestand is aangewezen op de niet bedrijfsmatige zorg van een bewoner van de woning; d. (bedrijfsmatige) zorgdienstverlening ten behoeve van bewoners van een woning. 3.5
Afwijken van de gebruiksregels
3.5.1 Afwijking Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 3.4 sub a in die zin dat gronden en bouwwerken worden gebruikt ten behoeve van de uitoefening van kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten. 3.5.2 Toetsingscriteria De in lid 3.5.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: a. het straat‐ en bebouwingsbeeld; b. de woonsituatie; c. de verkeersveiligheid; d. de sociale veiligheid; e. de milieusituatie; f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 10
1399116
HOOFDSTUK 3 ALGEMENE REGELS Artikel 4 Anti‐dubbeltelbepaling Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
Artikel 5 5.1
blz 11
Algemene bouwregels
Nadere eisen
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing ten behoeve van parkeergelegenheid en laad‐ en losmogelijkheden bij of in gebouwen, met inachtneming van de volgende regels: a. indien de omvang of de bestemming van een gebouw daartoe aanleiding geeft, moet ten behoeve van het parkeren of stallen van auto's in voldoende mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder het gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. Deze ruimte mag niet overbemeten zijn, gelet op het gebruik of de bewoning van het gebouw, waarbij rekening moet worden gehouden met de eventuele bereikbaarheid per openbaar vervoer; b. de in sub a. bedoelde ruimte voor het parkeren van auto's moet afmetingen hebben die zijn afgestemd op gangbare personenauto's. Aan deze eis wordt geacht te zijn voldaan: 1. indien de afmetingen van bedoelde parkeerruimten ten minste 1,8 m bij 5 m en ten hoogste 3,25 m bij 6 m bedragen; 2. indien de afmetingen van een gereserveerde parkeerruimte voor een gehandicapte ‐ voor zover die ruimte niet in de lengterichting aan een trottoir grenst ‐ ten minste 3,5 m bij 5 m bedragen. 5.2
Nadere eisen duurzame energievoorziening
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan zuidoriëntatie van bebouwing, dakhellingen, nokrichtingen en onderlinge oriëntatie van bebouwing ten behoeve van de gebruiksmogelijkheden van passieve, actieve en fotovoltaïsche zonne‐ energie.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 12
Artikel 6 6.1
1399116
Algemene gebruiksregels
Strijdig gebruik
Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen, wordt in ieder geval gerekend: a. het gebruik van de gronden voor de opslag van schroot, afbraak‐ en bouwmaterialen, anders dan ten behoeve van de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bouwactiviteiten en werken en werkzaamheden; b. het storten van puin en afvalstoffen; c. de stalling en opslag van aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken voer‐, vaar‐ en/of vliegtuigen; d. het gebruik van de gronden als standplaats voor kampeermiddelen; e. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting. 6.2
Uitzondering op het strijdig gebruik
Tot een strijdig gebruik wordt niet gerekend: het gebruiken of het laten gebruiken van gronden ten behoeve van kortstondige, incidentele evenementen, festiviteiten en manifestaties, indien en voor zover daarvoor ingevolge een wettelijk voorschrift vergunning, ontheffing of afwijking is vereist en deze is verleend.
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
Artikel 7 7.1
blz 13
Algemene afwijkingsregels
Afwijkingsregels
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van: a. de bij recht in het plan gegeven maten, afmetingen, percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages; b. de bestemmingsregels in die zin dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of ‐intensiteit daartoe aanleiding geven; c. de bestemmingsregels in die zin dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft; d. de bestemmingsregels ten aanzien van de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, in die zin dat de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot niet meer dan 10 m; e. het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen in die zin dat de bouwhoogte van de gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers en lichtkappen, mits: 1. de oppervlakte van de vergroting niet meer dan 6 m² bedraagt; 2. de bouwhoogte niet meer dan 1,25 maal de maximale bouwhoogte van het betreffende gebouw bedraagt. 7.2
Toetsingscriteria
De in lid 7.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van: a. het straat‐ en bebouwingsbeeld; b. de woonsituatie; c. de milieusituatie; d. de verkeersveiligheid; e. de sociale en/of externe veiligheid; f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
blz 14
1399116
HOOFDSTUK 4 OVERGANGS‐ EN SLOTREGELS Artikel 8 8.1
Overgangsregels
Overgangsrecht bouwwerken
a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot, 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in sublid a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het sublid a. met maximaal 10%. c. Sublid a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. 8.2
Overgangsrecht gebruik
a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sublid a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. c. Indien het gebruik, bedoeld in sublid a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. d. Sublid a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Rho Adviseurs B.V.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
1399116
blz 15
Artikel 9 Slotregel Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) van de gemeente Weststellingwerf.
Bestemmingsplan De Hoeve ‐ Hoeveweg (woning) Status: Vastgesteld / 20‐02‐2014
Rho Adviseurs B.V.
BIJLAGE 1
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993
SBI-CODE 2008
OMSCHRIJVING
01
01
LANDBOUW EN DIENSTVERLENING TEN BEHOEVE VAN DE LANDBOUW
014
016
0142
0162
Dienstverlening ten behoeve van de landbouw 1. plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. < 500 m2 2. plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o.>= 500 m2 KI-stations
02
02
BOSBOUW EN DIENSTVERLENING TEN BEHOEVE VAN BOSBOUW
020
021, 022, 024
Bosbouwbedrijven
05
03
VISSERIJ- EN VISTEELTBEDRIJVEN
0501.1 0501.2 0502
0311 0312 032
Zeevisserijbedrijven Binnenvisserijbedrijven Vis- en schaaldierkwekerijen: 1. oester-, mossel- en schelpenteeltbedrijven 2. visteeltbedrijven
11
06
AARDOLIE- EN AARDGASWINNING
111
061, 062 061 062 062
Aardolie- en aardgaswinning: 1. aardoliewinputten 2. aardgaswinning inclusief gasbehandeling.instrumenten: < 100.000.000 N m³/d 3. aardgaswinning inclusief gasbehandeling instrumenten: >= 100.000.000 N m³/d
15
10, 11
VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN
151
101, 102
Slachterijen en overige vleesverwerking: 1. slachterijen en pluimveeslachterijen 2. vetsmelterijen 3. bewerkingsinrichting van darmen en vleesafval 4. vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. > 1000 m2 5. vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 1000 m2 6. vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 200 m2 5. loonslachterijen Visverwerkingsbedrijven: 1. drogen 2. conserveren 3. roken 4. verwerken anderszins: p.o. > 1000 m2 5. verwerken anderszins: p.o.<= 1000 m2 6. verwerken anderszins: p.o. <= 300 m2 Aardappelproducten fabrieken 1. vervaardiging van aardappelproducten 2. vervaardiging van snacks met p.o. < 2000 m2 Groente- en fruitconservenfabrieken: 1. jam 2. groente algemeen 3. met koolsoorten 4. met drogerijen 5. met uienconservering (zoutinleggerij) Vervaardiging van ruwe plantaardige en dierlijke oliën en vetten: 1. p.c. < 250.000 t/j 2. p.c. >= 250.000 t/j Raffinage van plantaardige en dierlijke oliën en vetten: 1. p.c. < 250.000 t/j 2. p.c. >= 250.000 t/j Margarinefabrieken: 1. p.c. < 250.000 t/j 2. p.c. >= 250.000 t/j Zuivelproductenfabrieken: 1. gedroogde producten p.c. >= 1,5 t/u 2. geconcentreerde producten, verdampingscapaciteit >=20 t/u 3. melkproductenfabrieken v.c. < 55.000 t/j 4. melkproductenfabrieken v.c. >= 55.000 t/j 5. overige zuivelproductenfabrieken
101
152
1531
1532, 1533
1541
1542
1543
1551
101, 102 102
1031
1032, 1039
104101
104102
1042
1051
blz. 1
CAT
2 3.1 2
3.1
3.2 3.1 3.2 3.1
4.1 5.1 5.2
3.2 5.2 4.2 3.2 3.1 3.1 3.1 5.2 4.1 4.2 4.2 3.2 3.1 4.2 3.1 3.2 3.2 3.2 4.2 4.2 4.1 4.2 4.1 4.2 4.1 4.2 5.1 5.1 3.2 4.2 4.2
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993
SBI-CODE 2008
OMSCHRIJVING
blz. 2
CAT
1593 t/m 1595 1596 1597 1598
1102 t/m 1104 1105 1106 1107
1. consumptie-ijsfabrieken p.o. > 200 m2 2. consumptie-ijsfabrieken p.o. <= 200 m2 Meelfabrieken: 1. p.c. < 500 t/u 2. p.c. >= 500 t/u Grutterswarenfabrieken Zetmeelfabrieken: 1. p.c. < 10 t/u 2. p.c. >= 10 t/u Veevoederfabrieken: 1. destructiebedrijven 2. beender-, veren-, vis- en vleesmeelfabriek 3. drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder) cap.<10 t/u water 4. drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder cap.>=10 t/u water 5. mengvoeder, p.c. < 100 t/u 6. mengvoeder, p.c. >= 100 t/u Vervaardiging van voer voor huisdieren Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen: 1. v.c. < 7500 kg meel/week, bij gebruik van charge-ovens 2. v.c.>= 7500 kg meel/week Banket-, biscuit- en koekfabrieken Suikerfabrieken: 1. v.c. < 2.500 t/j 2. v.c. >= 2.500 t/j Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk: 1. cacao- en chocoladefabrieken: p.o. >2.000 m2 2. cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. < 2.000 m2 3. cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. <= 200 m2 4. Suikerwerkfabrieken met suiker branden 5. Suikerwerkfabrieken zonder suiker branden p.o. > 200 m2 6. Suikerwerkfabrieken zonder suiker branden p.o. <= 200 m2 Deegwarenfabrieken Koffiebranderijen en theepakkerijen: 1. koffiebranderijen 2. theepakkerijen Vervaardiging van azijn, specerijen en kruiden Vervaardiging van overige voedingsmiddelen Bakkerijgrondstoffenfabrieken Soep- en soeparomafabrieken: 1. zonder poederdrogen 2. met poederdrogen Destilleerderijen en likeurstokerijen Vervaardiging van ethylalcohol door gisting: 1. p.c. < 5.000 t/j 2. p.c. >= 5.000 t/j Vervaardiging van wijn, cider, e.d. Bierbrouwerijen Mouterijen Mineraalwater- en frisdrankfabrieken
16
12
VERWERKING VAN TABAK
160 17
120 13
Tabaksverwerkende industrie VERVAARDIGING VAN TEXTIEL
4.1
171 172
131 132
3.2
1552
1052
1561
1061
1562
1571
1572 1581
1582 1583
1584
1585 1586
1587 1589 1589.1 1589.2
1591 1592
1062
1091
1092 1071
1072 1081
10821
1073 1083
108401 1089
110101 110102
173 174, 175 1751 176, 177
133 139 1393 139, 143
Bewerken en spinnen van textielvezels Weven van textiel: 1. aantal weefgetouwen < 50 2. aantal weefgetouwen >= 50 Textielveredelingsbedrijven Vervaardiging van textielwaren Tapijt-, kokos- en vloermattenfabrieken Vervaardiging van gebreide en gehaakte stoffen en artikelen
18
14
VERVAARDIGING VAN KLEDING: BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT
181 182 183
141
Vervaardiging kleding van leer Vervaardiging van kleding en -toebehoren (exclusief van leer) Bereiden en verven van bont, vervaardiging van artikelen van bont
142, 151
3.2 2 4.2 4.1 4.1 4.1 4.2 5.2 5.2 4.2 5.2 4.1 4.2 4.1 2 3.2 3.2 5.1 5.2 5.1 3.2 2 4.2 3.2 2 3.1 5.1 3.2 4.1 4.1 4.1 4.1 4.2 4.2 4.1 4.2 2 4.2 4.2 3.2
3.2 4.2 3.1 3.1 4.1 3.1
3.1 2 3.1
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993
SBI-CODE 2008
OMSCHRIJVING
19
15
VERVAARDIGING VAN LEER EN LEDERWAREN (EXCLUSIEF KLEDING)
191 192 193
151, 152 151 152
Lederfabrieken Lederwarenfabrieken (exclusief kleding en schoeisel) Schoenenfabrieken
20
16
HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK E.D.
2010.1 2010.2
16101 16102
Houtzagerijen Houtconserveringsbedrijven: 1. met creosootolie 2. met zoutoplossingen Fineer- en plaatmaterialenfabrieken 1. Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout 2. Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout, p.o. < 200 m2 Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken
202 203, 204, 205 203, 204, 205 205
1621 162
21
17
VERVAARDIGING VAN PAPIER, KARTON EN PAPIER- EN KARTONWAREN
2111 2112
1711 1712
Vervaardiging van pulp Papier- en kartonfabrieken: 1. p.c. < 3 t/u 2. p.c. 3 - 15 t/u 3. p.c. >= 15 t/u Papier- en kartonwarenfabrieken Golfkartonfabrieken: 1. p.c. < 3 t/u 2. p.c. >= 3 t/u
212 2121.2
162902
172 17212
22
58
UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUCTIE VAN OPGENOMEN MEDIA
221 2221 2222 2222.6 2223
581 1811 1812 18129 1814
2224 2225 223
1813 1814 182
Uitgeverijen (kantoren) Drukkerijen van dagbladen Drukkerijen (vlak- en rotatie-diepdrukkerijen) Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen Grafische afwerking Binderijen Grafische reproductie en zetten Overige grafische activiteiten Reproductiebedrijven opgenomen media
23
19
AARDOLIE- EN STEENKOOLVERWERKINGSINDUSTRIE BEWERKING SPLIJT- EN KWEEKSTOFFEN
231 2320.1 2320.2
191 19201 19202
Cokesfabrieken Aardolieraffinaderijen Smeeroliën- en vettenfabrieken Recyclingbedrijven voor afgewerkte olie Aardolieproductenfabrieken niet eerder genoemd.
24
20
VERVAARDIGING VAN CHEMISCHE PRODUCTEN
2411
2011
Vervaardiging van industriële gassen: 1. luchtscheidingsinstallatie v.c. >= 10 t/d lucht 2. overige gassenfabrieken, niet explosief 3. overige gassenfabrieken, explosief Kleur- en verfstoffenfabrieken Anorganische chemische grondstoffenfabrieken: 1. niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn" 2. vallend onder "post-Seveso-richtlijn" Organische chemische grondstoffenfabrieken: 1. niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn" 2. vallend onder "post-Seveso-richtlijn" Methanolfabrieken: 1. p.c. < 100.000 t/j 2. p.c. >= 100.000 t/j Vetzuren en alkanolenfabrieken (niet synthetisch): 1. p.c. < 50.000 t/j 2. p.c. >= 50.000 t/j Kunstmeststoffenfabrieken Kunstharsenfabrieken e.d.
2412 2413
2414.1
2414.2
2415 2416
2012
20141
20149
2015 2016
blz. 3
CAT
4.2 3.1 3.1
3.2 4.1 3.1 3.2 3.2 3.1 2
4.1 3.1 4.1 4.2 3.2 3.2 4.1
1 3.2 3.2 2 1 2 2 2 1
5.3 6 3.2 4.2 4.2
5.2 5.1 5.1 4.1 4.2 5.3 4.2 5.3 4.1 4.2 4.2 5.1 5.1 5.2
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993 242
SBI-CODE 2008
OMSCHRIJVING
2464 2466
205902 205903
247
2060
Landbouwchemicaliënfabrieken: 1. fabricage 2. formulering en afvullen Verf,- lak- en vernisfabrieken Farmaceutische grondstoffenfabrieken: 1. p.c. < 1.000 t/j 2. p.c. >= 1.000 t/j Farmaceutische productenfabrieken: 1. formulering en afvullen geneesmiddelen 2. verbandmiddelenfabrieken Zeep-, was- en reinigingsmiddelenfabrieken Parfumerie- en cosmeticafabrieken Kruit-, vuurwerk- en springstoffenfabrieken Lijm- en plakmiddelenfabrieken: 1. zonder dierlijke grondstoffen 2. met dierlijke grondstoffen Fotochemische productenfabrieken Chemische kantoorbenodigdhedenfabrieken Overige chemische productenfabrieken n.e.g. Kunstmatige synthetische garen- en vezelfabrieken
25
22
VERVAARDIGING VAN PRODUCTEN VAN RUBBER EN KUNSTSTOF
2511 2512
221101 221102
Rubberbandenfabrieken Loopvlakvernieuwingsbedrijven: 1. vloeroppervlakte < 100 m² 2. vloeroppervlakte > 100 m² Rubber-artikelenfabrieken Kunststofverwerkende bedrijven: 1. zonder fenolharsen 2. met fenolharsen 3. productie van verpakkingsmaterialen en assemblage van kunststof bouwmaterialen
243 2441
2442
2451 2452 2461 2462
2513 252
202
203 2110
2120
2041 2042 2051 2052
2219 222
26
23
VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN GIPSPRODUCTEN
261
231
Glasfabrieken: 1. glas en glasproducten, p.c. < 5.000 t/j 2. glas en glasproducten, p.c. >= 5.000 t/j 3. glaswol en glasvezels, p.c. < 5.000 t/j 4. glaswol en glasvezels, p.c. >= 5.000 t/j Glasbewerkingsbedrijven Aardewerkfabrieken: 1. vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW 2. vermogen elektrische ovens totaal >= 40 kW Baksteen- en baksteenelementenfabrieken Dakpannenfabrieken Cementfabrieken: 1. p.c. < 100.000 t/j 2. p.c. >= 100.000 t/j Kalkfabrieken: 1. p.c. < 100.000 t/j 2. p.c. >= 100.000 t/j Gipsfabrieken: 1. p.c. < 100.000 t/j 2. p.c. >= 100.000 t/j Betonwarenfabrieken: 1. zonder persen, triltafels en bekistingstrillers 2. met persen, triltafels of bekistingstrillers, p.c. < 100 t/d 3. met persen, triltafels of bekistingstrillers, p.c. >= 100 t/d Kalkzandsteenfabrieken: 1. p.c. < 100.000 t/j 2. p.c. >= 100.000 t/j Mineraalgebonden bouwplatenfabrieken Betonmortelcentrales: 1. p.c. < 100 t/u 2. p.c. >= 100 t/u Vervaardiging van producten van beton, (vezel)cement en gips: 1. p.c. < 100 t/d 2. p.c. >= 100 t/d
2615 262, 263
231 232, 234
264
233
2651
2351
2652
2653
2661.1
2661.2
2662 2663, 2664
2665, 2666
235201
235202
23611
23612
2362 2363, 2364
2365, 2369
blz. 4
CAT 5.3 5.1 4.2 4.2 5.1 3.1 2 4.2 4.2 5.3 3.2 5.1 3.2 3.1 4.1 4.2
4.2 3.1 4.1 3.2 4.1 4.2 3.1
3.2 4.2 4.2 5.1 3.1 2 3.2 4.1 4.1 5.1 5.3 4.1 5.3 4.1 5.1 4.1 4.2 5.2 3.2 4.2 3.2 3.2 4.2 3.2 4.2
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993 267
2681 2682
SBI-CODE 2008 237
2391 2399
OMSCHRIJVING Natuursteenbewerkingsbedrijven: 1. zonder breken, zeven en drogen p.o. > 2.000 m2 2. zonder breken, zeven en drogen p.o. <= 2.000 m2 3. met breken, zeven of drogen v.c. < 100.000 t/j 4. met breken, zeven of drogen v.c. >= 100.000 t/j Slijp- en polijstmiddelenfabrieken Bitumineuze materialenfabrieken: 1. p.c. < 100 t/u 2. p.c. >= 100 t/u Isolatiematerialenfabrieken (exclusief glaswol): 1. steenwol p.c. >= 5.000 t/j 2. overige isolatiematerialen Minerale productenfabrieken n.e.g. 1. Asfaltcentrales p.c. < 100 ton/uur 2. Asfaltcentrales p.c.>= 100 ton/uur
27
24
VERVAARDIGING VAN METALEN
271
241
Ruwijzer- en staalfabrieken: 1. p.c. < 1.000 t/j 2. p.c. >= 1.000 t/j IJzerenbuizen- en stalenbuizenfabrieken: 1. p.o. < 2.000 m² 2. p.o. >= 2.000 m² Draadtrekkerijen, koudbandwalserijen en profielzetterijen: 1. p.o. < 2.000 m² 2. p.o. >= 2.000 m² Non-ferro-metaalfabrieken: 1. p.c. < 1.000 t/j 2. p.c. >= 1.000 t/j Non-ferro-metaalwalserijen, -trekkerijen en dergelijke: 1. p.o. < 2.000 m² 2. p.o. >= 2.000 m² IJzer- en staalgieterijen, -smelterijen: 1. p.c. < 4.000 t/j 2. p.c. >= 4.000 t/j Non-ferro-metaalgieterijen, -smelterijen: 1. p.c. < 4.000 t/j 2. p.c >=4.000 t/j
272
273
274
2751, 2752
2753, 2754
245
243
244
2451, 2452
2453, 2454
28
25, 31
VERVAARDIGING EN REPARATIE VAN PRODUCTEN VAN METAAL (EXCLUSIEF MACHINES EN TRANSPORTMIDDELEN)
281
251, 331
Constructiewerkplaatsen: 1. gesloten gebouw 2. gesloten gebouw, p.o. <200 m2 3. in open lucht, p.o. < 2.000 m² 4. in open lucht, p.o. >= 2.000 m² Tank- en reservoirbouwbedrijven: 1. p.o. < 2.000 m² 2. p.o. >= 2.000 m² Vervaardiging van verwarmingsketels, radiatoren en stoomketels Stamp-, pers-, dieptrek- en forceerbedrijven Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen, en dergelijke Metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven: 1. algemeen 2. scoperen (opspuiten van zink). 3. thermisch verzinken 4. thermisch vertinnen 5. mechanische oppervlaktebehandeling (slijpen, polijsten). 6. anodiseren, eloxeren 7. chemische oppervlaktebehandeling 8. emailleren 9. galvaniseren (vernikkelen, verchromen, verzinken, verkoperen, en dergelijke). 10. stralen 11. metaalharden 12. lakspuiten en moffelen Overige metaalbewerkende industrie Overige metaalbewerkende industrie, inpandig, p.o. <200 m2
2821
2529, 3311
2822, 2830 284
2521, 2530, 3311 255, 331
2851
2561, 3311
2852
2562, 3311
blz. 5
CAT 3.2 3.1 4.2 5.2 3.1 4.2 5.1 4.2 4.1 3.2 4.1 4.2
5.2 6 5.1 5.3 4.2 5.2 4.2 5.2 5.1 5.3 4.2 5.1 4.2 5.1
3.2 3.1 4.1 4.2 4.2 5.1 4.1 4.1 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 4.2 3.2 3.2 3.2 3.1
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993 287
SBI-CODE 2008 259, 331
OMSCHRIJVING Grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken: 1. p.o. < 2.000 m² 2. p.o. >= 2.000 m² Overige metaalwarenfabrieken niet eerder genoemd Overige metaalwarenfabrieken niet eerder genoemd: inpandig p.o. <200 m2
29
27, 28, 33
VERVAARDIGING VAN MACHINES EN APPARATEN
29
27, 28, 33
28, 33
Machine- en apparatenfabrieken inclusief reparatie: 1. p.o. < 2.000 m² 2. p.o. >= 2.000 m² 3. met proefdraaien verbrandingsmotoren >= 1 MW
30
26, 28, 33
VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS
30
26, 28, 33
Kantoormachines- en computerfabrieken inclusief reparatie
31
26, 27, 33
VERVAARDIGING VAN OVERIGE ELEKTRONISCHE MACHINES, APPARATEN EN BENODIGDHEDEN
311 312 313 314 315 316 3162
271, 331 271, 273 273 272 274 293 2790
Elektromotoren- en generatorenfabrieken inclusief reparatie Schakel- en installatiemateriaalfabrieken Elektrische draad- en kabelfabrieken Accumulatoren- en batterijenfabrieken Lampenfabrieken Elektrotechnische industrie niet eerder genoemd Koolelektrodenfabrieken
32
26, 33
VERVAARDIGING VAN AUDIO-, VIDEO-, TELECOM-APPARATEN EN BENODIGDHEDEN
321 t/m 323
261, 263, 264, 331
3210
2612
33
26, 32, 33
blz. 6
CAT 4.1 5.1 3.2 3.1
3.2 4.1 4.2
3.1
4.1 4.1 4.1 3.2 4.2 2 6
3.1 Vervaardiging van audio-, video- en telecom-apparatuur, en dergelijke inclusief reparatie Fabrieken voor gedrukte bedrading
3.1
VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN 33
26, 32, 33
Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten, e.d. incl. reparatie
34
29
VERVAARDIGING VAN AUTO'S, AANHANGWAGENS EN OPLEGGERS
341
291
Autofabrieken en assemblagebedrijven 1. p.o. < 10.000 m² 2. p.o. >= 10.000 m² Carrosseriefabrieken Aanhangwagen- en opleggerfabrieken Auto-onderdelenfabrieken
3420.1 3420.2 343
29201 29202 293
35
30
VERVAARDIGING VAN TRANSPORTMIDDELEN (EXCLUSIEF AUTO'S EN AANHANGWAGENS)
351
301, 3315
Scheepsbouw- en reparatiebedrijven: 1. houten schepen 2. kunststof schepen 3. metalen schepen < 25 m 4. metalen schepen >= 25 m en/of proefdraaien motoren >= 1 MW Scheepssloperijen Wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen: 1. algemeen 2. met proefdraaien van verbrandingsmotoren >= 1 MW Vliegtuigbouw- en -reparatiebedrijven: 1. zonder proefdraaien motoren 2. met proefdraaien motoren Rijwiel- en motorrijwielfabrieken Transportmiddelenindustrie niet eerder genoemd
3511 352
353
3831 302, 317
303, 3316
354 355
309 3099
36
31
VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN VERVAARDIGING VAN OVERIGE GOEDEREN NIET EERDER GENOEMD.
361
310 9524
1. meubelfabrieken 2. meubelstoffeerderijen b.o.< 200 m2
2
4.1 4.2 4.1 4.1 3.2
3.1 3.2 4.1 5.1 5.2 3.2 4.2 4.1 5.3 3.2 3.2
3.2 1
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993
SBI-CODE 2008
OMSCHRIJVING
362 363 364 365 366 366
321 322 323 324 32991 32999
Fabricage van munten, sieraden, en dergelijke Muziekinstrumentenfabrieken Sportartikelenfabrieken Speelgoedartikelenfabrieken Sociale werkvoorziening Vervaardiging van overige goederen niet eerder genoemd
37
38
VOORBEREIDING TOT RECYCLING
371 372
383201 383202
Metaal- en autoschredders Puinbrekerijen en -malerijen: 1. v.c. < 100.000 t/j 2. v.c. >= 100.000 t/j Rubberregeneratiebedrijven Afvalscheidingsinstallaties
40
35
PRODUCTIE EN DISTRIBUTIE VAN ELEKTRICITEIT, AARDGAS, STOOM EN WARM WATER
40
35
Elektriciteitsproductiebedrijven (vermogen >= 50 MWe): 1. kolengestookt (inclusief meestook biomassa), thermisch vermogen > 75 MWth 2. oliegestookt, thermisch vermogen > 75 MWth 3. gasgestookt (inclusief bijstook biomassa), thermisch vermogen > 75 MWth, in 4. kerncentrales met koeltorens 5. warmtekrachtinstallaties (gas), thermisch vermogen > 75 MWth Bio-energieinstallaties, elektrisch vermogen < 50 MWe: 1. covergisting, verbranding en vergassing van mest, slib, GFT en reststromen voedingsindustrie 2. vergisting, verbranding en vergassing van overige biomassa Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen: 1. < 10 MVA 2. 10 - 100 MVA 3. 100 - 200 MVA 4. 200 - 1000 MVA 5. >= 1000 MVA Gasdistributiebedrijven: 1. gascompressorstations, vermogen < 100 MW 2. gascompressorstations, vermogen >= 100 MW 3. gas: reduceer-, compressor-, meet- en reglinstallatie categorie A 4. gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), categorie B en C 5. gasontvang- en -verdeelstations, categorie D Warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt: 1. stadsverwarming 2. blokverwarming Windmolens: 1. wiekdiameter 20 m 2. wiekdiameter 30 m 3. wiekdiameter 50 m
41
36
WINNING EN DITRIBUTIE VAN WATER
41
36
Waterwinning-/ bereidingsbedrijven: 1. met chloorgas 2. bereiding met chloorbleekloog en dergelijke en / of straling Waterdistributiebedrijven met pompvermogen: 1. < 1 MW 2. 1 - 15 MW 3. >= 15 MW
45
blz. 7
CAT 2 2 3.1 3.1 2 3.1
5.1 4.2 5.2 4.2 4.2
5.2 5.1 5.1 6 5.1
3.2 3.2 2 3.1 3.2 4.2 5.2 4.2 5.1 1 2 3.1 3.2 2 3.2 4.1 4.2
5.3 3.1 2 3.2 4.2
41, 42, 43
BOUWNIJVERHEID
41, 42, 43
Bouwbedrijven algemeen: b.o. > 2000 m2
3.2
Bouwbedrijven algemeen: b.o. <= 2000 m2
3.1
Aannemersbedrijven met werkplaats: b.o. > 1000 m2
3.1
Aannemersbedrijven met werkplaats: b.o. < 1000 m2
2
50
45, 47
HANDEL IN EN REPARATIE VAN AUTO'S EN MOTORFIETSEN, BENZINESERVICESTATIONS
501, 502, 504
451, 452, 453
Handel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven
2
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993
SBI-CODE 2008
502 5020.4
451 45204
5020.5 503, 504 505
45205 453 473
OMSCHRIJVING (Groot)handel in vrachtauto's (inclusief import en reparatie) Autoplaatwerkerijen Autobeklederijen Autospuitinrichtingen Autowasserijen Handel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires Benzineservicestations: 1. met LPG > 1000 m3/jr 2. met LPG< 1000 m3/jr 3. zonder LPG
51
46
GROOTHANDEL EN HANDELSBEMIDDELING
511 5121
461 4621
5122 5123 5124 5125, 5131 5132, 5133 5134 5135 5136 5137 5138, 5139 514 5148.7
4622 4623 4624 46217, 4631 4632, 4633 4634 4635 4636 4637 4638, 4639 464, 46733 46499
Handelsbemiddeling (kantoren) Groothandel in akkerbouwproducten en veevoeders Groothandel in akkerbouwproducten en veevoeders met een verwerkingscapaciteit >= 500 ton per uur. Groothandel in bloemen en planten Groothandel in levende dieren Groothandel in huiden, vellen en leder Groothandel in ruwe tabak, groenten, fruit en consumptie-aardappelen Groothandel in vlees, vleeswaren, zuivelproducten, eieren en spijsoliën Groothandel in dranken Groothandel in tabaksproducten Groothandel in suiker, chocolade en suikerwerk Groothandel in koffie, thee, cacao en specerijen Groothandel in overige voedings- en genotmiddelen Groothandel in overige consumentenartikelen Groothandel in vuurwerk en munitie: 1. consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton 2. consumentenvuurwerk, verpakt, opslag 10 tot 50 ton 3. professioneel vuurwerk, netto expliciet massa per bewaarplaats < 750 kg ( en > 25 kg theatervuurwerk) 4. professioneel vuurwerk, netto expliciet massa per bewaarplaats 750 kg tot 6 ton. 5. munitie Groothandel in vaste brandstoffen: 1. klein, lokaal verzorgingsgebied 2. kolenterminal, opslagoppervlakte >= 2.000 m²
5151.1
5151.2
46711
517
466, 469
Groothandel in vloeibare en gasvormige brandstoffen: 1. vloeistoffen o.c. < 100.000 m³ 2. vloeistoffen o.c. >= 100.000 m³ 3. tot vloeistof verdichte gassen Groothandel in minerale olieproducten (exclusief brandstoffen) Groothandel in metaalertsen: 1. opslagoppervlakte < 2.000 m² 2. opslagoppervlakte >= 2.000 m² Groothandel in metalen en -halffabrikaten Groothandel in hout en bouwmaterialen 1. Algemeen: bebouwde oppervlakte > 2000 m2 2. Algemeen: bebouwde oppervlakte <= 2000 m2 Zand en grind: 1. algemeen: bebouwde oppervlakte > 200 m2 2. algemeen: bebouwde oppervlakte < = 200 m2 Groothandel in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur 1. algemeen: bebouwde oppervlakte > 2000 m2 2. algemeen: bebouwde oppervlakte <= 2000 m2 Groothandel in chemische producten Groothandel in overige intermediaire goederen Autosloperijen: bebouwde oppervlakte > 1000 m2 Autosloperijen: bebouwde oppervlakte < = 1000 m2 Overige groothandel in afval en schroot: bebouwde oppervlakte > 1000 m2 Overige groothandel in afval en schroot : bebouwde oppervlakte <= 1000 m2 Groothandel in machines en apparaten: 1. machines voor de bouwnijverheid 2. overige Overige groothandel (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden e.d.)
60
49
VERVOER OVER LAND
6021.1 6022
493
Bus-, tram- en metrostations en -remises Taxibedrijven en taxistandplaatsen
5151.3 5152.1
5152.2 /.3 5154
5153.4
46712
46713 46721
46722, 46723 4673
46735
4674
5155.1 5156 5157
46751 4676 4677
5157.2 /.3 5162
466
blz. 8
CAT 3.2 3.2 1 3.1 2 2 4.1 3.1 2
1 3.1 4.2 2 3.2 3.1 3.1 3.1 2 2 2 2 2 2 2 3.1 5.1 5.3 2 3.1 5.1 4.1 5.1 4.2 3.2 4.2 5.2 3.2 3.1 2 3.2 2 3.1 2 3.2 2 3.2 3.1 3.1 3.2 3.2 3.1 2
3.2 2
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993 6023 6024 6024 603
SBI-CODE 2008
OMSCHRIJVING
495
Touringcarbedrijven Goederenwegvervoersbedrijven (zonder schoonmaken tanks): b.o. > 1000 m2 Goederenwegvervoersbedrijven (zonder schoonmaken tanks): b.o. <= 1000 m2 Pomp- en compressorstations van pijpleidingen
61, 62
50, 51
VERVOER OVER WATER / DOOR DE LUCHT
61, 62
50, 51
Vervoersbedrijven (uitsluitend kantoren)
63
52
DIENSTVERLENING TEN BEHOEVE VAN HET VERVOER
6311.1
52241
791 5229
Laad-, los- en overslagbedrijven ten behoeve van zeeschepen: 1. containers 2. stukgoederen 3. ertsen, mineralen, e.d., opslagopp. >= 2.000 m² 4. granen of meelsoorten, v.c. >= 500 t/u 5. steenkool, opslagopp. >= 2.000 m² 6. olie, LPG, e.d. 7. tankercleaning Laad-, los- en overslagbedrijven ten behoeve van de binnenvaart: 1. containers 2. stukgoederen 3. ertsen, mineralen, en dergelijke, opslagoppervlakte < 2.000 m² 4. ertsen, mineralen, en dergelijke, opslagoppervlakte >= 2.000 m² 5. granen of meelsoorten v.c. < 500 t/u 6. granen of meelsoorten v.c. >= 500 t/u 7. steenkool, opslagoppervlakte < 2.000 m² 8. steenkool, opslagoppervlakte >= 2.000 m² 9. olie, LPG, en dergelijke 10. tankercleaning Distributiecentra, pak- en koelhuizen Opslaggebouwen (verhuur opslagruimte) 1. Autoparkeerterreinen, parkeergarages 2. Stalling van vrachtwagens (met koelinstallaties) Overige dienstverlening ten behoeve van het vervoer (kantoren) Luchthavens Helicopterlandplaatsen Reisorganisaties Expediteurs, cargadoors (kantoren)
64
53
POST EN TELECOMMUNICATIE
641 642 642 642 642
531, 532 61
Post- en koeriersdiensten Telecommunicatiebedrijven Zendinstallaties: 1. LG en MG, zendervermogen < 100 kw (bij groter vermogen: onderzoek!) 2. FM en TV
71
77
VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN
711 712 713 714
7711 7712, 7739 773 772
Personenautoverhuurbedrijven Verhuurbedrijven voor transportmiddelen (exclusief personenauto's) Verhuurbedrijven voor machines en werktuigen Verhuurbedrijven voor roerende goederen n.e.g.
72
62
COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE
72 72
62 58, 63
Computerservice- en informatietechnologie-bureaus, en dergelijke Datacentra
74
63, 69 t/m 71, 73, 74, 77, 78, 80 t/m 82
OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING
63, 69 t/m 71, 73, 74, 77, 78, 80 t/m 82 812 74203 82991 82992
Overige zakelijke diensverlening: kantoren
6311.2
6312 6321 6321 6322, 6323 6323 6323 623 634
74 747 7481.3 7484.3 7484.4
494
52242
52102, 52109 52109 5221 5222 5223
Reinigingsbedrijven voor gebouwen Foto- en filmontwikkelcentrales Veilingen voor landbouw- en visserijproducten Veilingen voor huisraad, kunst, en dergelijke
blz. 9
CAT 3.2 3.2 3.1 2
1
5.1 4.2 5.3 5.1 5.2 5.3 4.2 4.2 3.2 4.2 5.2 4.2 5.1 4.2 5.1 5.2 4.2 3.1 2 2 3.2 1 6 5.1 1 1
2 1 3.2 1
2 3.1 3.1 2
1 2
1 3.1 2 4.1 1
VNG-bestand categorale bedrijfsindeling 2009 (planologische selectie)
SBI-CODE 1993
SBI-CODE 2008
OMSCHRIJVING
90
37, 38, 39
MILIEUDIENSTVERLENING
9001
3700
RWZI's en gierverwerkingsinrichting, met afdekking voorbezinktanks: 1. < 100.000 i.e. 2. 100.000 - 300.000 i.e. 3. >= 300.000 i.e. Rioolgemalen Vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven, en dergelijke Gemeentewerven (afval-inzameldepots) Vuiloverslagstations Afvalverwerkingsbedrijven: 1. mestverwerkingskorrelfabrieken 2. kabelbranderijen 3. verwerking radio-actief afval 4. pathogeen afvalverbranding (voor ziekenhuizen) 5. oplosmiddelterugwinning 6. afvalverbrandingsinrichtingen thermisch vermogen > 75 MW 7. verwerking fotochemisch en galvano-afval Vuilstortplaatsen Composteerbedrijven: 1. niet belucht v.c. < 5.000 t/j 2. niet belucht v.c. 5.000 tot 20.000 t/j 3. belucht v.c. < 20.000 t/j 4. belucht v.c. > 20.000 t/j 5. GFT in gesloten gebouw
9002.1
381
9002.2
382
93
96
OVERIGE DIENSTVERLENING
9301.1
96011
9301.2 9301.3 9302 9304 9305
96013 96013 9602 9613, 9604 9609 9609
Wasserijen en strijkinrichtingen Tapijtreinigingsbedrijven Chemische wasserijen en ververijen Wasverzendinrichtingen Wasseretten, wassalons Kappersbedrijven en schoonheidsinstituten Fitnesscentra, badhuizen en saunabaden Dierenasiels en -pensions Persoonlijke dienstverlening niet eerder genoemd, exclusief bordelen, prostituees en sexclubs
Afkortingen: cat. categorie o.c. opslagcapaciteit v.c. verwerkingscapaciteit p.c. productiecapaciteit p.o. productieoppervlak e.d. en dergelijke n.e.g. niet elders genoemd t ton kl klasse u uur d dag w week jr jaar = is gelijk aan < kleiner dan > groter dan
blz. 10
CAT
4.1 4.2 5.1 2 3.1 3.1 4.2 5.1 3.2 6 3.1 3.2 4.2 2 4.2 4.2 5.2 3.2 4.1 4.1
3.1 3.1 2 2 1 1 2 3.2 1
-1-
Raadsvoorstel
ONDERWERP Realisatie nieuwe woning op het perceel ten zuiden van de Hoeveweg 8 de Hoeve.
ALGEMENE GEGEVENS Agendapunt 7. Registratienummer 2013-000841/r Portefeuillehouder CT 0561-691201 Griffier BIJLAGEN (in te vullen door griffier) Voorstel X Concept besluit X Begrotingswijziging n.v.t.
REDEN VOORSTEL Kaderstellen Controleren Budget autoriseren Consulteren
COLLEGE STELT DE RAAD VOOR OM een positieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van het verzoek tot nieuwbouw van een woning op het perceel ten zuiden van de bestaande woning aan de Hoeveweg 8 de Hoeve.
BIJLAGEN (Worden meegezonden) 1. Verzoek (intern 2013-8074) 2. Situering (intern 2013-8075) TER INZAGE LIGGENDE STUKKEN (leeskamer en op de website) 3. Afschrift structuurplan, rode contour (intern 2013-8071) 4. Afschrift grens stedelijk gebied provincie (intern 2013-8068) 5. Afschrift plankaart (intern 2013-8069) 6. Foto’s (intern 2013-8070) STATUS (in te vullen door griffier) Akkoord raad College B&W Presidium Raad van 13 mei 2013
Bespreken raad x x
-2-
Aan de gemeenteraad Inleiding De aanvrager heeft de wens om een nieuwe woning te bouwen aan de zuidzijde van het dorp de Hoeve aansluitend aan de bestaande woonbebouwing op het perceel Hoeveweg 8. Het gaat om een deel van het perceel kadastraal bekend als perceel BDK d 1640. De woning zal voor eigen gebruik worden gebouwd. De gewenste bouwlocatie heeft een agrarische bestemming in het bestemmingsplan voor het dorp de Hoeve. Het toevoegen van een woning is in strijd met deze bestemming. Voor de exacte locatie zie bijgevoegde situering. De aanvrager wil nu graag op voorhand weten of uw gemeenteraad op hoofdlijnen “in principe” kan instemmen met het initiatief. Een positieve grondhouding is voor hen het signaal dat ze kunnen beginnen met het (laten) opstellen van een voorontwerp bestemmingsplan. Voorstel een positieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van het verzoek tot nieuwbouw van een woning op het perceel ten zuiden van de bestaande woning aan de Hoeveweg 8 de Hoeve. Argumenten a.1. Plan voldoet aan gemeentelijk beleid. In het gemeentelijk structuurplan staat benoemd dat er ruimte is voor verdichting en uitbreiding van het dorp in het bestaande lint, voor zover de betreffende gronden zijn gelegen binnen de zogenaamde “rode contour”. Het plangebied is binnen die contour gelegen (ter inzage liggend stuk nr. 3). Het gemeentelijk woonplan geeft aan dat incidentele woningbouw in de Hoeve mogelijk is en dat dergelijke bouw moet voorzien in de plaatselijke behoefte. Deze behoefte wordt geschat op 0.5% van de woningbouwvoorraad van een dorp, per jaar. Aangezien er op dit moment verder geen concrete woningbouwprojecten in de Hoeve zijn en er gebouwd wordt voor eigen gebruik voldoet het verzoek aan de genoemde vereisten uit het woonplan. a.2. Plan voldoet aan provinciaal- en rijksbeleid. Per 1 oktober 2012 is aan het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) toegevoegd dat bij nieuwe stedelijke ontwikkelingen getoetst moeten worden aan de zogenaamde “ladder voor duurzame verstedelijking”. Het ministerie heeft hiertoe een handreiking opgesteld welke ter uitwerking van de nieuwe regels gevolgd kan worden. Hieruit komt naar voren dat een ontwikkeling moet voorzien in een actuele regionale behoefte, waarbij moet worden bekeken in hoeverre binnen het stedelijk gebied in die behoefte kan worden voorzien. Verder moet een nieuwe locatie goed ontsloten kunnen worden. De duurzaamheidsladder beoogt een zorgvuldige afweging en een optimale benutting van ruimte in stedelijke gebieden en lijkt vooral bedoeld te zijn om te sturen op ruimtelijke plannen die van regionale betekenis zijn. Evengoed voldoet de planvorming aan de vereisten. De woning zal voor eigen gebruik worden gebouwd en voldoet als gesteld aan het woonplan. Ontsluiting vindt plaats op de Hoeveweg. Verder zijn geen beschikbare locaties binnen het bestaande stedelijk gebied bekend. Zie hiertoe ook onder de kanttekening a.2. In de provinciale verordening is het actuele beleid van de provincie op het gebied van onder andere de nieuwbouw van woningen uitgewerkt. Hoofdregel is dat ontwikkelingen plaats moeten vinden binnen de gronden die door de provincie zijn aangeduid als “bestaand stedelijk gebied”. Het perceel valt hier buiten (zie ter inzage liggend stuk nr. 4.). De toelichting op de verordening geeft aan dat zoekgebieden voor nieuwe bebouwing vanuit o.a. de gemeentelijke structuurplannen bewust buiten het stedelijk gebied zijn gelaten en de grens derhalve “strak” om de contouren van de bestaande bebouwing is getrokken. Aansluitend aan dit bestaand stedelijk gebied kan ingevolge de verordening echter een uitbreidingslocatie worden toegestaan. De provincie stelt daarbij als voorwaarden dat zo’n plan moet voldoen aan het gemeentelijk woonplan en dat moet worden afgewogen of binnen het bestaand stedelijk gebied van de Hoeve de nieuwbouw van de woning kan worden opgevangen. Zie hiertoe bovengenoemde argumentatie. Het plan zal middels vooroverleg met de provincie worden besproken.
-3a.3. De ontwikkeling is vanuit stedenbouwkundig oogpunt goed inpasbaar. De landschappelijke impact van de nieuwe woning is beperkt. De entree van het dorp wordt (aan deze zijde van de weg) iets verlegd, maar komt daardoor gelijk te liggen aan de tuinen van de woningen aan de Klaeterlaene. De woning zal worden voorzien van een passende inpassing en zal qua bouw en uitstraling aansluiten bij de aangrenzende (lint) bebouwing. De woning moet daarnaast worden gebouwd in de voorgevelrooilijn van de aangrenzende woning. Verder zullen de voorschriften van het op te stellen bestemmingsplan aansluiten bij de planologische ruimte zoals die geldt voor woningen in het bestemmingsplan voor het dorp de Hoeve. Nb: De bouw van de woning aan de Hoeveweg 8 is in 1999 ook in afwijking van het bestemmingsplan mogelijk gemaakt. Ook dit betrof een omzetting van agrarisch naar wonen. Op de weergave van de eigenlijk rode contour is deze woning nog niet te zien. Deze is met stift zichtbaar gemaakt (zie terinzage liggend stuk nr. 3). a.4 Overige ruimtelijk inpasbaarheid zal moeten blijken uit het aan te leveren bestemmingsplan. Voor zover nu kan worden geconcludeerd is de ontwikkeling ruimtelijk gezien inpasbaar. Het nog op te stellen bestemmingsplan en het bijbehorende inpassingsplan zullen dit echter nog verder moeten aantonen. a.5 Partiële herziening heeft de voorkeur boven een project-omgevingsvergunning. De nieuwe woning kan ook met een project-omgevingsvergunning worden gerealiseerd. Een dergelijke procedure kan echter alleen worden opgestart als er een ontvankelijke aanvraag omgevingsvergunning is ingediend. De ontwikkelaar is nog niet zo ver en hij heeft daarom verzocht om een herziening van het bestemmingsplan. Na inwerkingtreding van het bestemmingsplan zal de procedure voor de omgevingsvergunning nog moeten worden doorlopen. Kanttekeningen a.1 Binnen de rode contour en binnen het stedelijk gebied ingevolge de provinciale verordening is tussen de Hoeveweg 6 en 2 nog een perceel gelegen waarop woningbouw voorstelbaar is. Het gaat hier om een puur theoretische mogelijkheid. Deze gronden zijn niet beschikbaar. De eigenaar van het perceel (bewoner van de Hoeveweg 2) heeft verklaard het perceel niet te willen verkopen. Daarnaast is dit bosperceel een waardevolle aanvulling op de afwisselende karakter van het dorp de Hoeve. In het nog op te stellen bestemmingsplan zal hier nadere aandacht aan moeten worden besteed. Duurzaamheidstoets De initiatiefnemer beraad zich nog over het toepassen van duurzame voorzieningen in de planvorming. Financiën Met de aanvrager zal een anterieure overeenkomst inzake de exploitatie worden gesloten. Op deze manier worden gemeentelijke kosten als bijvoorbeeld het realiseren van een uitrit op de Hoeveweg, de aansluiting op de riolering en planschade, ‘gedekt’. Communicatie De bewoners van de meest nabij gelegen percelen worden rechtstreeks door de initiatiefnemer op de hoogte gesteld van de ontwikkeling. Voor het overige vindt informatieverstrekking over de te nemen stappen in de procedure plaats middels de wettelijk voorgeschreven publicaties in de huis-aan-huis bladen en de Staatscourant. Bijlagen (worden meegezonden) 1. Verzoek (intern 2013-8074) 2. Situering (intern 2013-8075) Ter inzage liggende stukken (leeskamer) 3. Afschrift structuurplan, rode contour (intern 2013-8071) 4. Afschrift grens stedelijk gebied provincie (intern 2013-8068) 5. Afschrift plankaart (intern 2013-8069) 6. Foto’s (intern 2013-8070) Burgemeester en Wethouders van Weststellingwerf, de secretaris, de burgemeester, VAN MAURIK VAN KLAVEREN
-4-
Registratienummer: 2013-000841/r
De raad van de gemeente Weststellingwerf; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders; besluit een positieve grondhouding aan te nemen ten aanzien van het verzoek tot nieuwbouw van een woning op het perceel ten zuiden van de bestaande woning aan de Hoeveweg 8 de Hoeve. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 13 mei 2013, de griffier, de voorzitter,