Voorstelling winteractieplan
Kris Van Boven 12/10/2010 Heusden-Zolder
Agenda • DEEL 1 • wat verstaan we onder winterdienst? • Onze organisatie in het kader van de winterdienst • Tools en werkwijze • Materieel en materiaal • Fietspaden • Samenwerking met provincies • Winterdienst vorig jaar • Initiatieven • PAUZE • DEEL 2 • Smeltmiddelen, presentatie door dhr Benny Geukens
wat verstaan we onder winterdienst? • De winterdienst is een dienstverlening ten gunste van de weggebruikers en de economie van het gewest. • Het behoud van normale verkeersomstandigheden wordt nagestreefd in alle niet uitzonderlijke wintersituaties • Hierbij wordt ook nagestreefd de belasting voor het milieu beperkt te houden • Gladheidsbestrijding is een inspanningsverbintenis, geen resultaatsverbintenis
wat verstaan we onder winterdienst? • Wanneer? • De uitvoering van de winterdienst loopt van de 3de maandag van oktober tot de 4de maandag van april
Onze organisatie in het kader van de winterdienst
• • • •
Technische richtlijnen HR POP AOP
Onze organisatie in het kader van de winterdienst • Technische richtlijnen betreffende de uitvoering van de winterdienst • Dientsorder MOW/AWV 2008/21 • Organisatie van de winterdienst beschreven • Verschillende rollen en hun taken • Hoe te strooien • communicatie
Onze organisatie in het kader van de winterdienst • Wintertoestand 1(WT1) • Verschillende zwaardere wintertoestanden(sneeuwbuien, ijzel) met in de tijd beperkte invloed op het verkeer • Beslist op districtsniveau • Wintertoestand 2(WT2) • Zware en blijvende wintertoestand(langer dan 24u)waarbij vorst en algemene sneeuwval zorgen voor ernstige storingen in het verkeer • Coördinatie op afdelingsniveau • Wintertoestand 3(WT3) • Wanneer wintertoestand 2 een hard en bestendig karakter vertoont met een mogelijke ontreddering van de economie van het land tot gevolg • Coördinatie op niveau agentschap
Onze organisatie in het kader van de winterdienst • Huishoudelijk Reglement (H.R.) (WT1) • Opgemaakt op districtsniveau • Het HR bevat: • Beurtrol voor verschillende actoren die deelnemen aan winterdienst • Lijst van de te bestrooien wegen in volgorde van prioriteit • Beschrijving van de wegen- en fietspadentrajecten • Lijst met aannemers en hun respectievelijke te strooien traject
Onze organisatie in het kader van de winterdienst • Verschillende strooiroutes per district voor gewestwegen en fietspaden
Onze organisatie in het kader van de winterdienst • aannemers • Externe aannemers die met AWV een contract afsluiten en die hun vrachtwagen met chauffeur ter beschikking stellen • Totaal: 295
• • • •
Antwerpen 46 Vl Br 43 W-Vl 72 O-Vl 80
• Limburg 54
Onze organisatie in het kader van de winterdienst • Enkele Cijfers • Winterdienst 2009 – 2010 • +/- 85 000 ton zout gestrooid • Gemiddeld wordt er 40 000 ton zout gestrooid (gemiddelde over de afgelopen 20 jaar) • Begin januari 2010 reeds 40 000 ton zout gestrooid!
Onze organisatie in het kader van de winterdienst • Provinciaal Organisatie Plan (P.O.P) (WT2) • Opgemaakt op afdelingsniveau • Duidt het prioritair wegennet aan dat bij voorrang moet behandeld worden • Vanaf komende winter bevat dit ook de prioritaire strooiplannen • Beurtrol provinciaal coördinator
Onze organisatie in het kader van de winterdienst • Algemeen organisatieplan (WT3) • Opgemaakt op Gewestelijk niveau • Beurtrol personeelsleden belast met coördinatie voor de Vlaamse Overheid • Beschrijft de noodactieplannen voor verdeling van materieel en smeltmiddelen • Beurtrol Communicatieverantwoordelijke
Tools en werkwijze • Welke tools hebben we om de winterdienst uit te voeren • Iceview • Meteo Wing • Meetstations en voorspellingstations • 9 klimatologische zones
• Andere metereologische sites • www.buienradar.nl • www.meteo.be (KMI) • www.mil.be (meteowing) • registratieprogramma AWV
Klimatologische zones
Tools en werkwijze • Leidinggevende in district baseert zich op deze tools om de te nemen actie te bepalen. • Welke beslissingen? • geen interventie beslist • Inspectie gepland • Lokale bestrooiing gepland • Algemene preventieve bestrooiing gepland • Algemene curatieve bestrooiing gepland • Algemene curatieve bestrooiing met sneeuwruiming gepland
Tools en werkwijze • Werkwijze bij algemene bestrooiing (preventief of curatief) • Aannemers komen toe op het district en plaatsen de strooier op hun vrachtwagen en worden hierna geladen met zout en pekel door onze eigen arbeiders • Aannemers rijden de respectievelijke trajecten en onze mensen doen de nodige inspecties • Indien nodig zal de aannemer een tweede maal het traject strooien. • Na het strooien worden de strooiers afgewassen en teruggeplaatst
materieel •
Aankoop Materieel • Zoutstrooiers • Totaal 359 strooiers eigendom van AWV • Automatisch strooien • In 1999 was er al een prototype dat automatisch werd aangestuurd
• +/- 180 strooiers uitgerust tegen eind 2010 • Voordelen • Verhoogde verkeersveiligheid • Optimale strooierinstellingen • Flexibele personeelsplanning • Complexe routes perfect gestrooid • Duurzaam en milieuvriendelijk • Zoutverbruik beperken (niet teveel laden)
materieel •
Soorten strooiers • Droogstrooiers • Geen goede aankoop • Veel Nacl gaat verloren
•
Natstrooiers • Nacl wordt eerst bevochtigd met pekel(*) alvorens het de strooier verlaat (grotere efficiëntie) • Enkel sproeien van pekel mogelijk maar met lage autonomie • Meerkost t.o.v. droogstrooier is +/- 6000€ • Kostprijs: +/- 36 000€
•
Combistrooiers • Testfase: 1 strooier per afdeling • Mogelijkheid tot enkel sproeien met pekel met grote autonomie (+/- 5750 liter)
•
Spuitwagen • Enkel met pekel (geen markt voor) (*) pekel=water dat bijna of volledig is verzadigd met zout (NaCl)
Droogstrooien versus natstrooien • Droogstrooien • Zout wordt in de aangeleverde vorm op de weg gebracht. • Zoutkorrels trekken vocht aan, hierdoor ontstaat pekel. • Deze «water-zout» oplossing heeft een lager vriespunt dan water. • De pekel smelt het ijs. De pekel lost verder op en het ijs blijft smelten tot het zoutgehalte van het smeltwater te gering is geworden.
Droogstrooien versus natstrooien • Natstrooien • Het smeltproces kan worden verkort door het dooimiddel voordat het op het wegdek komt met pekel te vermengen. • Veel minder snel verwaaiing. • Geschikter voor preventief strooien. • Grote voordelen voor de strooisnelheid. • Strooier uitbreiden met een pekeltank. • Calciumchloride blijft langer kleven aan het wegdek.
materieel • Natstrooier:
• Droogstrooier:
Droogstrooien versus natstrooien
Gebruikte techniek
Uitgebrachte Uitgebrachte zout zout Hoeveelheid (kg) Hoeveelheid (%)
Bespaarde zout Hoeveelheid (%)
Droogstrooien
6000
100,00
---
Natstrooien
4785
79,80
20,20
materieel • Aankoop materieel • Sneeuwploegen • Totaal 177st • Op autosnelwegen best in cascade werken
• Wielladers • Totaal 34st • Laden van zout in strooier • In het kader van het automatisch strooien voorzien we nu ook in een weegcel.
materieel • Sneeuwploeg:
materieel • Wiellader:
materiaal • Zoutopslag • Horizontale silo’s
• Verticale silo’s • aandachtspunten: • Risico op gewelfvorming • Na winter leeg maken • Vullen met grof zout (% H2O is lager)
materiaal • Pekeltank/sitern en/of aanmaakinstallatie • Tank van 50 000 liter • Vulling met pomp of gravitair • Aandachtspunten: • Vultijd laag houden • Ringleiding aanleggen • Vooraf vullen met pekel
materiaal • pekeltank
fietspaden • Materieel: • Ideaal: smalspoorvoertuig met veegcombinatie en pekelstrooier • Waarom pekel? • Nacl heeft geen afdoende werking op fietspaden omdat fietspaden te weinig worden bereden • Pekel is Nacl reeds in oplossing en dus direct werkzaam
• Bij hevige sneeuwval is volgende combinatie beter: ruimen borstelen pekelen
fietspaden • Problematiek • Heel moeilijk aannemers te vinden lange trajecten lange strooitijd • toekomst • Vragende partij voor samenwerking met gemeenten en steden • Samenwerking met Agro - aanneming
Samenwerking met provincie • Op vraag van gouverneurs • Per provincie werd een arrondissementscommissaris aangesteld die contact heeft met de vlaamse overheid (AWV) • Bijstand geven aan gemeenten en steden bij zouttekort • Wordt geïntegreerd in ons winteractieplan
• Oproep tot geven van eerlijke informatie
Winterdienst vorig jaar • Om in de sfeer te komen: • Videofragment: http://www.youtube.com/watch?v=Yjtkl99uO5A
• Videofragment: http://www.youtube.com/watch?v=NYVXWDZMhVg&feature=r elated (06/01/10)
Winterdienst vorig jaar
• Ter herinnering: • 17/12/09: eerste zware sneeuwval in Vlaanderen • 20/12/09: eerste tekenen van schaarste aan zout • 06/01/10 tot 10/01/10: zeer zware sneeuwval • Acuut tekort aan strooizout • Gouverneurs trekken aan de alarmbel • 10/02/10(witte woensdag): sneeuwval op cruciaal moment (ochtendspits) en op cruciale as (Antwerpen – Brussel) • Na 10/02/10: geen strooizout meer te verkrijgen • AWV gaat over tot strooien van enkel de prioritaire wegen
initiatieven • Na evaluatie van de vorige winterperiode zijn er volgende initiatieven genomen • Zoutvoorraad • Prioritaire strooiplan • winteractieplan
initiatieven • Zoutvoorraad • Nu reeds voorraad in Vlaanderen op niveau gebracht van januari • Hoeveelheid zout voorradig gelijk aan de hoeveelheid om minimaal 10 en maximaal 17 maal alle trajecten te strooien • Concreet: +/- 35 000 ton zout in districten reeds aanwezig i.p.v. +/- 15 000 ton vorig jaar
• Tip: voorraadbeheer in steden en gemeenten
initiatieven • Prioritair strooiplan • Van kracht vanaf WT2 • Waarom? • Op voorhand communiceren lost veel problemen op • Op papier zetten wat we in de praktijk al deden • Wat houdt dit prioritair strooiplan in? • Voor het eerst overleg op niveau van Agentschap om plan van aanpak bij WT2 op voorhand uit te werken • Herschikking van beschikbare middelen • Voorrang aan sneeuw- en ijsvrijmaken van A-wegen en R-wegen • Onderliggend wegennet zal pas later bediend worden • In de praktijk zullen een aantal gewestwegen op dat moment zelfs niet meer gestrooid of geruimd worden
winteractieplan • •
Het winteractieplan is in opmaak (finalisering eind oktober 2010) Doelstellingen: • Betere communicatie tussen verschillende spelers • Meteowing • Politie • AWV • Verkeerscentrum • Transportfederaties • Automobilistenverenigingen • De Lijn • VVSG • provincies
Winteractieplan •
Opzet • Bij zeer kritische weersomstandigheden die van invloed zijn op verkeersdoorstroming: • weersvoorspelling op dag – 2 • AWV pleegt overleg met verkeerscentrum voor het bepalen van de maatregelen • Indien weersomstandigheden inderdaad van invloed op verkeersdoorstroming: • AWV ligt politie en andere diensten in (stil alarm) • Tegelijkertijd verscherpt toezicht op weersomstandigheden door meteowing (3x/dag weerupdate) • Briefing op dag – 1 • Bij aanhoudende wintertoestand • Oprichting crisisteam zoals beschreven om de communicatiestromen te verbeteren en te vergemakkelijken
aandachtspunten • Doe aan voorraadbeheer • Natstrooien 20% minder zoutverbruik!!! • Fietspaden: borstelen en pekelen efficiënter dan strooien voor meeste weersomstandigheden • www.winterdienst.wegenenverkeer.be • Paswoord en login verkrijgbaar bij provincie
Einde deel 1 Zijn er nog vragen?
PAUZE
smeltmiddelen • presentatie door dhr Benny Geukens over gladheidsbestrijding
smeltmiddelen • •
•
Inhoudsopgave 1. FUNCTIE DOOIMIDDELEN • 1.1. Werking • 1.2. Eigenschappen 2. DOOIMIDDELEN • • • •
2.1. Alternatieve dooimiddelen 2.2. Zouten in vaste vorm 2.3. Zoutoplossingen (pekel) 2.4. Neveneffecten
•
3. Fluisterasfalt (ZOA) • 3.1. specifieke eigenschappen • 3.2. gladheidsbestrijding op fluisterasfalt
•
4. Toekomstvisie
smeltmiddelen •
1. FUNCTIE DOOIMIDDELEN • 1.1. Werking •
De werking van een dooimiddel is afhankelijk van de volgende punten : • Smeltcapaciteit • de hoeveelheid ijs die 1 kg zout kan doen • smelten bij een temperatuur van -5°C
• Smeltsnelheid • de snelheid waarmee een dooimiddel in oplossing gaat.
• vriespuntverlaging : • het aantal graden verlaging van het punt • waarbij het water na toevoeging van een hoeveelheid zout zal bevriezen.
smeltmiddelen • 1.2. Eigenschappen • De smeltcapaciteit is zeer afhankelijk van de temperatuur. • Bij afnemende termperatuur vermindert de smeltcapaciteit. • De smeltcapaciteit van natriumchloride is groter dan die van calciumchloride. • Bij temperaturen beneden -10° °C zijn beide dooimiddelen minder effectief.
smeltmiddelen Melting capacity as a function of temperature 50
Melting capacity (g ice/g salt)
CaCl2.2H2O NaCl 40
30
20
10
0 0,0
-2,0
-4,0
-6,0
-8,0
Temperature (°C)
-10,0
-12,0
smeltmiddelen • Bij lagere termperatuur zal men, door vermindering van de smeltcapaciteit, de dosering verhoudingsgewijs moeten verhogen om dezelfde dooiwerking te verkrijgen. • Het aanwezige vochtgehalte op en in het wegdek is zeer • belangrijk, vooral bij preventief strooien. (zie ZOAB) doseringstemperatuur
% correctie
150 100 50 0 -2
-4
-6
-8 tem p [°C]
-10
-12
-14
smeltmiddelen • De smeltsnelheid wordt beïnvloed of de oplossing endotherm of exotherm wordt gevormd. Onder gelijke omstandigheden werkt calciumchloride sneller dan natriumchloride • De korrelgrootte : een fijner product is sneller opgelost dan een grof product, en werkt dus sneller. • Het vriespuntverlagend effect speelt enkel een rol bij preventief strooien. • Het vriespuntverlagend effect is weergegeven in volgende tabel.
smeltmiddelen 2.1. Alternatieve dooimiddelen Natrium en Calcium chloride de beste oplossing. Natrium chloride
Calcium chloride
Magnesium chloride
Ethyleen glycol
CMA
Natrium formiaat
Ureum
Smeltcapaciteit Kg ijs / kg (-5°C)
12
10
14
6
5
11
6
Praktisch bruikbaar tot
-12
-20
-32
-10
-6
-12
-7
Vriespunt verlaging
7
5.5
7.5
2.5
3
6
2.5
Opslag / handleling
Kristallijn
Hygro scopisch
Hygro scopisch
Vloeibaar Brandbaar
Stuivend
Hygro scopisch
Korrel vormig
Ja
Ja
Ja
Nee
Nee
Nee
Nee
Beperkt
Ja
Ja
Nee
Ja
Nee
Nee
Milieu
---
---
---
Hoog BOD
Hoog BOD
Hoog BOD
Hoog BOD
Prijs / ton t.o.v. wegenzout
1
4
6
8
10
6
5
Corrosie op metalen
Corrosie op beton
smeltmiddelen •
2.2. Zouten in vaste vorm •
2.2.1. Geraffineerd zout • • • •
•
2.2.2. Steenzout • • • • • •
•
Oplosmijnbouw Zout met een zeer hoge zuiverheid Een kleine en gelijke korrelgrootteverdeling Heeft reeds 2,5% vocht voor een goede hechting aan het wegdek
Traditionele mijnbouw Zout niet gezuiverd Gehalte natriumchloride is lager Verontreinigingen zijn nog steeds aanwezig Korrelgrootte is gemiddeld grover en onregelmatiger
2.2.3. Zeezout • •
Verdamping van zeewater Zeer onregelmatige korrelverdeling
smeltmiddelen
• • •
Gerarffineerd zout
Steenzout
Zeezout
NaCl-gehalte
99,9 % (*)
95-98% (*)
95-99% (*)
Korrelgrootte (80%)
0,20 – 0,45 mm
1 – 3 mm (**)
1 – 3 mm (**)
Korrelgrootte (X50)
0,38 mm
1,8 mm
1,8 mm
Korrelgrootte (max <)
< 0,16 mm : 5%
< 0,16 mm : 2,5%
< 0,16 mm : 2,5%
Korrelgrootte (max >)
> 1 mm : 1%
> 3 mm : 1%
> 3 mm : 1%
Antibakmiddel (***)
100 ppm
75 ppm
75 pm
Zware metalen
< 1 ppm
1 – 4 ppm
1 – 4 ppm
% onopplosbaar
< 0,01%
1 – 5%
1 - 5%
Vochtgehalte
< 2,5%
< 1%
1 – 3%
(*) Op basis van droge stof (**) Ook grovere fracties zijn te verkrijgen (***) Anti-bakmiddel wordt toegevoegd om klontering te voorkomen. Meestal wordt geel bloedloogzout gebruikt.
smeltmiddelen 7cm
•
7cm
Steenzout
geraffineerd zout
smeltmiddelen •
Geraffineerd zout versus steenzout en zeezout
•
Verschillen in korrelgrootte en zuiverheid hebben groot effect op de dooiwerking
• • •
Het percentage werkbare stof 99,9% Homogene korrelgrootteverdeling, optimale en zuinige dosering Kleinere korrels versus grovere korrels
• • • •
1. smeltsnelheid De kleine korrels van het geraffineerd zout lossen sneller op dan de grotere 2. wegspringen van het wegdek Deze «spring»-effecten nemen aanzienlijk af naarmate de korrels kleiner en vochtiger
zijn • • • • zout
3. het actiefoppervlak Het actiefoppervlak van een fijnzout is ca 6x groter dan van het grof zout 4. contactoppervlakte Groter contactoppervlak door meer korrels per m³, de dooiwerking van geraffineerd treedt sneller op
smeltmiddelen
• Korrelgrootte mm • Bij 15 gram per m²
smeltmiddelen • 2.2.4. Calciumchloride in vaste vorm • Twee grote voordelen : • Een exothermisch oplosgedrag. (warmte komt vrij tijdens het oplossen) • Is bij grote koude (-30° C) nog effektief • Nadeel : prijs
smeltmiddelen CaCl2 Gehalte
CaCl2
77%
KorrelGrootte 80%
schilfers
AntiBakmiddel
Zware metalen
% onoplosbaar
Vochtgehalte
---
Verschil per kwaliteit
---
20%
Calciumchloride schilfers
smeltmiddelen • 2.3. Zoutoplossingen (pekel) • Natriumchloride in een 23% oplossing • Calciumchloride in 33% oplossing • 2.3.1. Calciumchloride-oplossingen • 33% oplossing is de meest economische voor aanvoer en opslag • Toepasbaar tot zeer lage temperaturen
smeltmiddelen Ijs en verzadigingskromme van CaCl2.6H2O 40 30 20
Temperature (C)
10 0 -10
CaCl2.6H2O
Ice
-20 -30 -40 -50 -60 0
10
20
30 CaCl2 concentration
40
50
60
smeltmiddelen • 2.3.2. Natriumchloride-pekel •
Concentratie hoger dan 23% dient vermeden te worden
•
Maximaal toepasbaar bij -21° C.
90
Aanbevolen dichtheid
80 70 60 50 40
Onverzadigde pekel
Attentie gevaar
30
Verzadigde pekel en zout
20 10 0 -10
dihydraat en verzadigde pekel
Ijs en pekel
-20 -30 % NaCl 0
% NaCl 10
% NaCl 20
% NaCl 23,3
% NaCl 26
% NaCl 28
% NaCl 61
% NaCl 100
smeltmiddelen IJslijnen en oplosbaarheden van NaCl, NaCL.2H2O and CaCl2.6H2O 40 30
Temperatuur ( oC)
20
NaCl
10 0 -10
IJs
NaCl.2H2O
CaCl2.6H2O
-20 -30 -40 -50 -60 0
10
20
30
Zout concentratie (w% NaCl of w% CaCl2)
40
50
smeltmiddelen • 2.3.3. Eigenschappen van zoutoplossingen • Calciumchloride kan zonder problemen aangevoerd worden in een 33% oplossing • Natriumchloride is het beste op te lossen op de plaats van gebruik. Veiligste gebruiksoplossing 16-20% • Calciumchloride neemt sneller vocht op uit de • atmosfeer waardoor het langer aan het wegdek blijft kleven. • Bij relatieve vochtigheid groter dan 35% blijft calcium-chloride vochtig terwijl zout opdroogt en van het wegdek waait.
• 2.3.4. Aanmaken van natriumchloride pekel • Concentraties boven de 23,3% dienen vermeden te worden • Dehydratatie-vorm, niet reversibel en de kristallen kunnen niet meer in oplossing. • De zuiverheid van het gebruikte zout
smeltmiddelen Zout type
Onoplosbaar Bestanddeel in zout
Kg afval per 25 m³ Zoutoplossing
Vacuumzout
< 0,01 %
< 0,5 kg
Steenzout
1–5%
50 – 150 kg
Zeezout
1–5%
50 – 150 kg
Geraffineerd zout het meest geschikt. Kleinere korrel gaat vlugger in oplossing.
smeltmiddelen • 2.4. Neveneffecten • Het gebruik van een middel heeft altijd voor- en nadelen. • Maar de nadelen wegen niet op tegen de voordelen. • 2.4.1. Corrosie • Het wegenzout is het minst corrosief van alle chloriden
1000 500 0 water
NaCl
CMA
MgCl2
corrosie micron/jaar
CaCl2
smeltmiddelen • 2.4.2. Milieu • • • • •
Schade aan planten en andere vegetatie Belasting oppervlaktewater Belasting grondwater De schade aan vegetatie door wegenzout is beperkt Wegenzout is nog steeds het minst schadelijk voor het milieu • Vermindering van zoutverbruik door nieuwe technieken
smeltmiddelen
g/m
geen dosering regeling
2
40
snelheid geregelde dosering
35 30 25
electronische regeling en natstrooitechnic
20 15 10 5 0 '60
'70
heden
smeltmiddelen • 2.4.3. Kosten • Het zout (NaCl) is nog steeds het goedkoopste.
smeltmiddelen •
3. FLUISTERASFALT (ZOA) • 3.1. Specifieke eigenschappen • een afwijkend temperatuurgedrag • een afwijkend vochtgedrag • een afwijkend gedrag om zout op het wegdek te houden
•
Temperatuurgedrag • ZOAB bevriest gemiddeld een half uur vroeger. • Temperatuurdaling gaat meestal gepaard met een koude wind. • In plaats van een isolerende werking een betere geleider. • Bij stijgende temperaturen blijft ZOAB een half uur langer onder 0° C. • Relatief hoge isolatiewaarde. • Koude ondergrond houdt het wegdek langer koud.
smeltmiddelen • ZOA
ZOAZOA SMA
smeltmiddelen • Vochtgedrag • Door de holle ruimten kan fluisterasfalt 6x meer water bevatten. • Het zout wordt opgelost in dit water, waardoor in plaats van de verwachte 2° C vriespuntverlaging maar ca 0,5° C. is.
• Zoutgedrag • Zout zakt voor een gedeelte in de poriën. Het verkeer zorgt dat het zout naar de oppervlakte wordt verplaatst (zogenaamde airpumping).
smeltmiddelen • 3.2. Gladheidsbestrijding op fluisterasfalt • Bij ijzel preventief strooien volgens de natstrooimethode : • 20 g/m² dooimiddel. Dit is 16 g/m² van vast dooimiddel en 4 g/m² pekel.
• Bij aanhoudende ijzel strooiacties herhalen met de droogzoutmethode. • Na ijzelval de ijzellaag met de natzoutmethode bestrijden.
smeltmiddelen Type gladheid
Dosering DAB
Dosering fluisterasfalt
Bevriezen
7 gr/m²
2 x 7 gr/m³
Aanvriezende mist of condensatie
7 gr/m²
7 gr/m2 * vaker behandelen
sneeuw
Preventief 15-20 gr/m² * Om hechting te voorkomen
Meer zout geven
IJzel
Preventief 20 gr/m³
Landurig ijzel 40 gr/m²
* Incl. Zout, gehalte, pekel
smeltmiddelen • 4. Toekomstvisie • Gladheidmeldsystemen
smeltmiddelen
• Vragen? • Bedankt voor uw aandacht