AFDELING 1 – Algemene regels voor de selecties
Artikel 13 §1. Elke selectie wordt uitgevoerd op basis van selectiecriteria en met behulp van een of meer selectietechnieken.
De selectiecriteria en de selectietechnieken zijn afgestemd op de functiebeschrijving. Voor functies van dezelfde graad zijn de selectietechnieken gelijkwaardig.
§2. De functiebeschrijvingen van het gemeentepersoneel worden vastgesteld door de secretaris. Deze bepaling geldt niet voor het vaststellen van de functiebeschrijving van de decretale graden.
Aanpassingen aan bestaande functiebeschrijvingen voor het gemeentepersoneel dat in actieve dienst is, worden opgemaakt door de gemeentesecretaris en aan het betrokken personeelslid ter kennis gebracht.
Artikel 14 §1. De selecties worden uitgevoerd door een selectiecommissie, tenzij anders bepaald.
§2. Naargelang van de functie, kunnen selecties ook geheel of gedeeltelijk uitbesteed worden aan een erkend extern selectiebureau.
Het selectiebureau voert de selectie uit in overeenstemming met de rechtspositieregeling en met de specifieke opdracht van het bestuur.
Artikel 15 §1. Voor de samenstelling van de selectiecommissie gelden volgende regels: 1. De selectiecommissie bestaat uitsluitend uit deskundigen. Onder deskundig wordt verstaan dat de leden van de selectiecommissie over de specifieke deskundigheden moeten beschikken om de kandidaten te beoordelen op de voor de functie vastgestelde selectiecriteria. 2. Elke selectiecommissie bestaat uit ten minste 3 leden. 3. Ten minste 1/3 van de leden zijn deskundigen die extern zijn aan het eigen bestuur.
§2. Het niveau van de leden die zetelen in de selectiecommissie is minstens één hoger dan het niveau van de graad waarvoor het examen wordt georganiseerd, uitgezonderd vanaf niveau B. Vanaf niveau B is het niveau van de leden van de selectiecommissie gelijk aan of hoger dan het niveau van de graad waarvoor het examen wordt georganiseerd.
Het niveau van de leden wordt vastgesteld aan de hand van het diploma of de beklede graad in een openbaar bestuur.
§3. Niemand mag als lid van een selectiecommissie fungeren voor een examen waaraan een kandidaat met bloed- of aanverwantschap1 tot in de derde graad deelneemt.
§4. De leden van de raad, de leden van het college van burgemeester en schepenen en het hoofd van het personeel als hij aanstellende overheid is, kunnen geen lid zijn van een selectiecommissie in een selectieprocedure voor het eigen bestuur.
Artikel 16 Indien een voorselectie wordt georganiseerd, wordt de selectiecommissie op dezelfde wijze samengesteld.
1
samenwonende partner
Artikel 17 §1. De selectiecommissie wordt geleid door een voorzitter, extern aan het bestuur, die in zijn taak wordt bijgestaan door een secretaris die niet deelneemt aan de eigenlijke selectieactiviteiten en aan de beoordeling van de kandidaten. Deze functie wordt waargenomen door de gemeentesecretaris of door de persoon door haar aangesteld.
§2. De voorzitter, de secretaris en de andere leden van de selectiecommissie worden nominatief door de aanstellende overheid aangewezen, tenzij de gemeenteraad de aanstellende overheid is. In dat geval wijst het college van burgemeester en schepenen de leden van de selectiecommissie aan.
Artikel 18 De selectiecommissie kan het examen afnemen en geldig beraadslagen wanneer minstens de helft van de leden aanwezig is. De beslissingen worden bij meerderheid van stemmen genomen. Bij staking van stemmen beslist de voorzitter.
Artikel 19 Bij afloop van de selectie-activiteiten beraadslaagt de selectiecommissie over het eindresultaat en het eindverslag van de kandidaten.
Artikel 20 §1. Om als geslaagd te worden beschouwd, moeten de kandidaten zestig procent van de punten behalen op het geheel van het examen. Indien een examen uit meer dan één examengedeelte bestaat, moeten zij voor elk examengedeelte zestig procent van de punten behalen. Indien een examengedeelte meer dan één proef omvat, moeten zij vijftig procent van de punten behalen op elk van die proeven.
§2. Indien het eindresultaat van een bepaalde proef een uitspraak doet over de geschiktheid van de kandidaat (niet geschikt, geschikt, zeer geschikt, uitstekend geschikt) moet hij, om te slagen, minstens ‘geschikt’ bevonden worden.
Indien het eindresultaat niet
geschikt is, wordt de kandidaat niet toegelaten tot het volgende gedeelte of als nietgeslaagd geklasseerd.
§3. Alleen de kandidaten die geslaagd zijn, worden voor het volgende examengedeelte opgeroepen. Indien de verschillende examengedeelten in een te kort tijdsbestek plaatsvinden, kan hiervan afgeweken worden.
Artikel 21 De aanstellende overheid stelt de selectietechnieken voor de selectieprocedure voor een bepaalde betrekking vast.
Artikel 22 De selectietechnieken opgenomen in het examenprogramma beogen een toetsing van de kennis, bekwaamheid, het profiel en de geschiktheid van de kandidaten op basis van het niveau van de betrekking en de functiebeschrijving.
Artikel 23 De algemene regels voor het examenprogramma voor de diverse niveaus zijn de volgende:
Niveau E
Het examenprogramma bestaat uit 2 delen: 1. een praktisch gedeelte
60 punten
Het praktisch gedeelte omvat één of meer proeven met betrekking tot de vakkennis en vaardigheden afgestemd op de taakinhoud van de functie. Aan de kandidaat kan worden gevraagd om tijdens de uitvoering van de praktische proef mondelinge toelichting te geven over de werkwijze, gebruikte technieken, werktuigen, toepassing veiligheidsvoorschriften en beschermingskledij.
2. een mondeling gedeelte
40 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Niveau D: administratieve graad
Het examenprogramma bestaat uit 2 delen: 1. een schriftelijk gedeelte
60 punten
Het schriftelijk gedeelte omvat: a) een gevalstudie: de specifieke beschrijving van één of meer (probleem)situaties of praktijkgevallen die verband houden met de functie en waarover eventueel gegevens tijdens het examen aan de kandidaat kunnen worden bezorgd.
De wetgeving of
specifieke kennis m.b.t. de functie kan hierin worden verwerkt. Er kan hierbij onder meer ook gepeild worden naar het analytisch en synthesevermogen van de kandidaat en de kennis van de Nederlandse taal. b) toetsing van de kennisvereisten verbonden aan de functie, waarin de wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie wordt verwerkt aan de hand van meerkeuzevragen of open vragen. Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
2. een mondeling gedeelte
40 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Niveau D: technische graad
Het examenprogramma bestaat uit 3 delen: 1. een praktisch gedeelte
50 punten
Het praktisch gedeelte omvat één of meer proeven met betrekking tot de vakkennis en vaardigheden afgestemd op de taakinhoud van de functie. Aan de kandidaat kan worden gevraagd om tijdens de uitvoering van de praktische proef mondelinge toelichting te geven over de werkwijze, gebruikte technieken, werktuigen, toepassing veiligheidsvoorschriften en beschermingskledij.
2. een schriftelijk gedeelte
25 punten
Het schriftelijk gedeelte omvat een toetsing van de theoretische kennisvereisten verbonden aan de functie, waarin de wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie wordt verwerkt. Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
3. een mondeling gedeelte
25 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Niveau D: technisch hogere rang (schaal D4)
Het examenprogramma bestaat uit 3 delen: 1. een praktisch gedeelte
50 punten
Het praktisch gedeelte omvat één of meer proeven met betrekking tot de vakkennis en vaardigheden afgestemd op de taakinhoud van de functie. Aan de kandidaat kan worden gevraagd om tijdens de uitvoering van de praktische proef mondelinge toelichting te geven over de werkwijze, gebruikte technieken, werktuigen, toepassing veiligheidsvoorschriften en beschermingskledij.
2. een schriftelijk gedeelte
25 punten
Het schriftelijk gedeelte omvat een toetsing van de theoretische kennisvereisten verbonden aan de functie, waarin de wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie wordt verwerkt. Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
3. een mondeling gedeelte
25 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring, leidinggevende capaciteiten, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Niveau C: administratieve graad
Het examenprogramma bestaat uit 2 delen: 1. een schriftelijk gedeelte
60 punten
Het schriftelijk gedeelte omvat: a) een gevalstudie: de specifieke beschrijving van één of meer (probleem)situaties of praktijkgevallen die verband houden met de functie en waarover eventueel gegevens tijdens het examen aan de kandidaat kunnen worden bezorgd.
De wetgeving of
specifieke kennis m.b.t. de functie kan hierin worden verwerkt. Er kan hierbij onder meer ook gepeild worden naar het analytisch en synthesevermogen van de kandidaat en de kennis van de Nederlandse taal. b) toetsing van de kennisvereisten verbonden aan de functie, waarin de wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie wordt verwerkt. Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
2. een mondeling gedeelte
40 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Niveau C: technische graad
Het examenprogramma bestaat uit 3 delen: 1. een praktisch gedeelte
50 punten
Het praktisch gedeelte omvat één of meer proeven met betrekking tot de vakkennis en vaardigheden afgestemd op de taakinhoud van de functie. Aan de kandidaat kan worden gevraagd om tijdens de uitvoering van de praktische proef mondelinge toelichting te geven over de werkwijze, gebruikte technieken, werktuigen, toepassing veiligheidsvoorschriften en beschermingskledij.
2. een schriftelijk gedeelte
25 punten
Het schriftelijk gedeelte omvat een toetsing van de theoretische kennisvereisten verbonden aan de functie, waarin de wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie wordt verwerkt. Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
3. een mondeling gedeelte
25 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Niveau C: rang Cx, schalen C4-C5
Het examenprogramma bestaat uit 2 delen: 1. een schriftelijk gedeelte
60 punten
Het schriftelijk gedeelte omvat: a) een gevalstudie: de specifieke beschrijving van één of meer (probleem)situaties of praktijkgevallen die verband houden met de functie en waarover eventueel gegevens tijdens het examen aan de kandidaat kunnen worden bezorgd.
De wetgeving of
specifieke kennis m.b.t. de functie kan hierin worden verwerkt. Er kan hierbij onder meer ook gepeild worden naar het analytisch en synthesevermogen van de kandidaat en de kennis van de Nederlandse taal. b) toetsing van de kennisvereisten verbonden aan de functie, waarin de wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie wordt verwerkt. Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
2. een mondeling gedeelte
40 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring en leidinggevende capaciteiten, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Niveau B
Het examenprogramma bestaat uit 2 delen: 1. een schriftelijk gedeelte
60 punten
Het schriftelijk gedeelte omvat: a) een gevalstudie: de specifieke beschrijving van één of meer (probleem)situaties of praktijkgevallen die verband houden met de functie en waarover eventueel gegevens tijdens het examen aan de kandidaat kunnen worden bezorgd.
De wetgeving of
specifieke kennis m.b.t. de functie kan hierin worden verwerkt. Er kan hierbij onder meer ook gepeild worden naar het analytisch en synthesevermogen van de kandidaat en de kennis van de Nederlandse taal. b) toetsing van de kennisvereisten verbonden aan de functie, waarin de wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie wordt verwerkt. Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
2. een mondeling gedeelte
40 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring en leidinggevende capaciteiten, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Niveau A
Het examenprogramma bestaat uit 2 delen: 1. een schriftelijk gedeelte
60 punten
Het schriftelijk gedeelte omvat: a) een gevalstudie: de specifieke beschrijving van één of meer (probleem)situaties of praktijkgevallen die verband houden met de functie en waarover eventueel gegevens tijdens het examen aan de kandidaat kunnen worden bezorgd.
De wetgeving of
specifieke kennis m.b.t. de functie kan hierin worden verwerkt. Hierbij kan onder meer gepeild worden naar het analytisch en synthesevermogen van de kandidaat en de kennis van de Nederlandse taal. b) toetsing van de kennisvereisten verbonden aan de functie, waarin de wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie wordt verwerkt. Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
2. een mondeling gedeelte
40 punten
Het mondelinge gedeelte omvat een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring, leidinggevende capaciteiten, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Wettelijke graden
Het examenprogramma bestaat uit 2 delen: 1. een schriftelijk gedeelte
60 punten
a) een gevalstudie omvattende de specifieke beschrijving van één of meer situaties of praktijkgevallen die verband houden met de functie en waarover eventueel gegevens tijdens het examen aan de kandidaat kunnen worden bezorgd.
De
wetgeving of specifieke kennis m.b.t. de functie kan hierin worden verwerkt. b) toetsing van de kennisvereisten verbonden aan de functie Hierbij kan tevens gepeild worden naar de computervaardigheid van de kandidaat, in overeenstemming met de specifieke vereisten van de functie.
2. een mondeling gedeelte
40 punten
Een mondelinge gedeelte omvattende een evaluatie van de overeenstemming van het profiel van de kandidaat met de specifieke vereisten van de functie, evenals van zijn motivatie, persoonlijkheid, eventuele werkervaring, vakkennis en van zijn interesse voor het werkdomein.
Het examenprogramma wordt aangevuld met:
voor
de
functie
van
secretaris:
een
test
die
de
leiderschaps-en
managementcapaciteiten toetst. Deze test wordt uitbesteed aan een erkend extern selectiebureau.
voor de functie van financieel beheerder: een proef die het financieel-economisch inzicht toetst
Artikel 24 Voor de toepassing van artikel 8 behelst de selectieprocedure naast de bepalingen opgenomen in artikel 22 ook een niveau- of capaciteitstest, die onderzoekt of de kandidaten in staat zijn te functioneren op het niveau waarin de functie gesitueerd is. Voor de niveau- of capaciteitstest wordt de selectie door een erkend extern selectiebureau uitgevoerd.
Artikel 25 De aanstellende overheid heeft de mogelijkheid om een preselectie uit te voeren vanaf het ogenblik dat er zich dertig of meer personen kandidaat hebben gesteld voor een bepaalde functie, ongeacht het niveau. De preselectie bestaat uit een schriftelijke proef op basis van meerkeuzevragen.
Artikel 26 De selectieprocedures resulteren in een bindende rangschikking van de geslaagde of geschikt bevonden kandidaten op basis van hun eindresultaat in volgorde van de behaalde punten of scores.