Activiteitenplan 2015 Bedrijfstakgroep Zakelijke Dienstverlening en Veiligheid
Btg ZDV
Brengen is een andere vorm van halen!
Auteur
Yvon van der Steenhoven
MBO Raad
Houttuinlaan 6 Postbus 2051 3440 DB Woerden T: 0348 - 75 35 00 E:
[email protected] I: www.mboraad.nl
Woerden
november 2015
Versienummer
1.0
Voorwoord Brengen is een andere vorm van halen Het jaar 2015 wordt het jaar van de SBB-waarheid. De kenniscentra dragen hun taken over en daarna het lot van het wegfaden in de geschiedenis van het beroepsonderwijs. Ik kan de historische betekenis van de kenniscentra niet overzien. Ik weet wel dat ECABO al die jaren knap werk heeft geleverd, met toewijding. Nauwgezet en consciëntieus. Wie zal al die medewerkers en directies bij het verscheiden van ECABO bedanken voor hun jarenlange inzet? Ze verdienen een gepaste ode. Het maatschappelijk klimaat verdraagt nauwelijks complimenten voor organisaties die het ‘publieke belang’ van het beroepsonderwijs dienen. In het buitenland weten ze het beroepsonderwijs te waarderen. De OESO zegt, wat we zelf niet kunnen zeggen: Nederland heeft in vergelijking met andere landen een kwalitatief goed en breed aanbod aan beroepsopleidingen. ECABO bedankt. En nu 2015, met SBB en de nieuw samengestelde sectorkamers, met de oude sociale partners. Wat zal de praktijk zijn? Zullen we elkaar verstaan of verliezen we elkaar in deelbelangen? Gaan we jongeren opleiden voor het vervullen van de vacatures van vandaag, of gaan we hen breed vormen, met basisvaardigheden, voor beroepen die hoe dan ook veranderen? De nieuwe werkelijkheid van SBB zal ook gevolgen hebben voor onze btg; met instellingsvertegenwoordigers, kerngroep, kenniskringen en regiobijeenkomsten. Ook die zullen opnieuw worden samengesteld, met en uit de ‘oude’ roc’s. Wat zal de praktijk zijn? Zullen we elkaar begrijpen of verliezen we elkaar in deelbelangen? Willen we delen of toch concurreren, met de eigen opvattingen over onderwijs. Samenwerken is een kwestie van halen en brengen. Samenwerken in SBB-verband, in de sectorkamers en natuurlijk in onze btg is een intensieve vorm van samenwerken, in één verband. In dat verband van samenwerken wordt brengen een nieuwe vorm van halen. Gerrit Vreugdenhil voorzitter btg EAB
Inhoudsopgave 1 1.1
Algemeen MBO Raad en btg Economische Administratieve Beroepen
2 2
1.2 1.3
Doelen en taken bedrijfstakgroepen Over de btg Economische Administratieve Beroepen
3 3
1.3.1
Missie en Visie
3
1.3.2 1.3.3
Doelstelling(en) Structuur
4 5
1.4 1.5
Stichting Praktijkleren Samenwerking btg EAB met Stichting Praktijkleren en sectorkamer SBB
7 7
1.6 2
Van kenniscentra naar sectorkamers binnen SBB Landelijke ontwikkelingen 2015
7 10
2.1
Examinering
10
2.2 2.3
Implementatie Herziene Kwalificatiestructuur Ruim baan voor vakmanschap: een toekomstgericht mbo
11 11
2.4 2.5
Mbo na 2020 Doelmatigheid
12 12
2.6 2.7
TAC BPV Taal en rekenen
12 13
2.8
Beroepsgericht taal en rekenen in kwalificatiedossiers
13
2.9 2.10
Doorstroom hbo Associate Degree
14 14
2.11 2.12
Toegankelijkheid van het mbo Regionaal investeringsfond
14 15
2.13 2.14
Sectorplannen 25 miljoen euro voor excellentieprogramma’s
15 15
3
Activiteiten 2015
18
3.1 Korte toelichting bij activiteiten 2013 Bijlage 1 Activiteitenoverzicht (PDCA-cyclus)
18 20
Bijlage 2 Organogram Bijlage 3 Samenstelling diverse gremia
22 23
Bijlage 4 Aangesloten mbo-scholen bij bedrijfstakgroep Economisch Administratieve Beroepen
26
1
Algemeen
1.1
MBO Raad en btg Economische Administratieve Beroepen 1 Met ingang van 2015 kent de MBO Raad geen veertien bedrijfstakgroepen meer, maar acht opnieuw ingerichte bedrijfstakgroepen. Deze zijn samengesteld naar analogie van de nieuwe sectorkamers die binnen SBB (Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven) worden ingericht. De sectorkamers komen in de plaats van de huidige kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven (kbb) die (uiterlijk) met ingang van augustus 2015 ophouden te bestaan voor wat betreft hun wettelijke taken. De MBO Raad heeft ervoor gekozen de indeling van de landelijke sectorkamers leidend te laten zijn voor de herinrichting van de bedrijfstakgroepen. De bedrijfstakgroep Economische Administratieve Beroepen is één van de acht nieuwe bedrijfstakgroepen van de MBO Raad, de brancheorganisatie voor mbo-scholen. Alle bekostigde mbo-instellingen zijn contribuerend lid. In totaal kent de sector ruim 60.000 studenten. De leden van de btg EAB zijn vertegenwoordigers van de leden (onderwijsinstellingen) van de MBO Raad die opleidingen binnen deze bedrijfstak aanbieden. De instellingsvertegenwoordiger, die de bestuurder van een mbo-school benoemt, heeft daarmee ook het mandaat om namens deze school op sectoraal niveau inbreng te hebben en in te stemmen met landelijke, sectorale voorstellen. De instellingsvertegenwoordiger is daarmee verantwoordelijk voor (voorafgaande) in- en afstemming met de bestuurder en de last en ruggenspraak binnen de eigen school (organisatie). De bedrijfstakgroepen hebben twee kerntaken: • De btg behartigt namens en samen met het sectorale onderwijsveld de sectorale en overstijgende onderwijsthema’s passend binnen het beleid van de MBO Raad. Doel is de sectorale onderwijskwaliteit te verbeteren c.q. te optimaliseren. • De btg zorgt voor de sectorale belangenbehartiging vanuit het onderwijsveld voor een doeltreffende inbreng voor de door SBB in sectorkamers belegde thema’s (kwalificeren en examineren, bpv en doelmatigheid) en op basis van het sectorkamerjaarplan andere thema’s. De kerngroep van de btg heeft het mandaat (van/via de btg-leden) om binnen de landelijk vastgestelde uitgangspunten van de MBO Raad, sectorale afspraken en besluiten te nemen. Last en ruggespraak met de btg-leden is daarbij essentieel.
1
Btg EAB = werktitel, de naam van de sectorkamer/btg wordt vastgesteld door het bestuur van de sectorkamer
YHO/237994/2014
2/31
1.2
Doelen en taken bedrijfstakgroepen De btg ontwikkelt beleid gericht op het landelijke sectorale onderwijsveld om een optimale aansluiting te realiseren van het onderwijs op het afnemende, sectorale werkveld en (vmbo- en hbo-)onderwijs. Hierbij horen de volgende doelen en taken: • Belangenbehartiging middels het maken van in- en extern bindende afspraken o Zorgen voor positionering en standpuntbepaling van het sectorale onderwijs in het krachtenveld met sociale partners, vakministeries, etc.; o Last en ruggespraak verzorgen voor de vertegenwoordigers in SBB (Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven) via de sectorkamers en de onderstructuur, marktsegmenten genaamd, en andere landelijke gremia middels (vormen van) achterbanraadpleging; o Verwerven van formeel en materieel draagvlak bij het sectorale onderwijs, inclusief het maken sectorale afspraken. • Faciliteren van kennisdeling en informatievoorziening/netwerkfunctie o Inventariseren van relevante informatie en zorgen voor verspreiding van deze informatie naar de leden/achterban; o Zorgen voor en stimuleren van kennisdeling gericht op inhoudelijke (opleidings)vraagstukken; o Klankbord zijn voor de landelijke, sectorale vertegenwoordigers, met name gericht op inhoudelijke (opleidings)vraagstukken; o Stimuleren van uitwisseling en samenwerking op het gebied van professionalisering. • Projecten o Landelijke, sectorale projecten initiëren voor versterking van het sectorale onderwijs, zoals bijvoorbeeld (meer) standaardisering met als doel kwaliteitsverbetering/borging van de sectoren/opleidingen van de scholen om het vertrouwen van sectorale branches in het mbo-diploma te verbeteren. Een uitgebreide handreiking met alle relevante informatie over de bedrijfstakgroepen en sectorkamers is beschikbaar via de beleidsadviseurs van de bedrijfstakgroepen.
1.3
Over de btg Economische Administratieve Beroepen
1.3.1 Missie en Visie Missie: De btg EAB is de collectieve, sectorale belangenbehartiger en pro-actieve schakel voor haar leden en landelijke gremia van de EAB opleidingen om te komen tot sectorale kennisdeling en afspraken op landelijk niveau.
YHO/237994/2014
3/31
De bedrijfstakgroep is de sectorale onderwijskolom die zorgt voor een professionele en adequate opstelling van de onderwijsgeleding in de sectorkamer. De leden die in de sectorkamers acteren zullen voor de MBO Raad de vooruitgeschoven posten zijn voor achterbanraadpleging bij zaken die binnen SBB op de agenda komen. Het toevoegen van de opinie van deze, van dichtbij betrokken, leden maakt dat er bij de defintieve achterbanraadpleging een advies ligt bij het stuk dat er achterbanraadpleging voorligt. De onderwijsleden in de sectorkamers (inclusief de voorzitters van de btg) zijn daarmee een opiniërend gremium voor de MBO Raad op thema’s onderwijs-arbeidsmarkt. De btg EAB is: •
Het landelijk sectoraal aanspreekpunt voor sectorale stakeholders en faciliteert het overleg tussen scholen van sectoren en opleidingen(clusters). Op de diverse niveaus is het wenselijk en nodig om sectorale belangenbehartiging, afstemming, versterking en afspraken en daarmee de kwaliteit van het sectoraal mbo-onderwijs te stimuleren en te optimaliseren.
•
De sectorale belangenbehartiger voor de leden. Hierbij wordt structureel de relatie met Stichting Praktijkleren gezocht, het ondersteunen van de kerngroep, ondersteunen van de onderwijsgeleding in de sectorkamer en de marktsegementen;
•
Het platform voor verspreiding van informatie- en actuele beleidsinformatie (vanuit MBO Raad, SBB en Stichting Praktijkleren) relevant voor de leden van de btg;
•
Het landelijke sectorale platform voor meningsvorming en kennisdeling m.b.t. het positioneren van de EAB opleidingen, zowel landelijk als sectoraal;
•
Signaleren, regievoeren ofwel dienstverlenend richting de aangesloten leden, wat betreft onderwerpen en projecten die de EAB opleidingen betreffen;
•
Het netwerk dat daartoe activiteiten ontplooit en organiseert.
1.3.2 Doelstelling(en) De btg EAB: •
Neemt (strategische) standpunten in en initieert of participeert binnen overlegstructuren en projecten, die de belangen van de aangesloten leden van de btg dienen.
•
Bespreekt en geeft innovatief richting aan actuele strategische opleidingsvraagstukken, waarbij gezamenlijk optrekken, versterking van elkaar en met elkaar voorop staat.
• Versterkt collectief de sector door het faciliteren van kennisdelen en netwerken. In 2015 zal er verder gewerkt worden aan de invoering van Focus op Vakmanschap. De herziening van de kwalificatiestructuur maakt het proces nog complexer. Voor de invoering van de bedrijfsmatige aspecten van FoV zijn er al veel ondersteuningsactiviteiten, voor de invoering van de nieuwe kwalificatiestructuur is er nog weinig. De complexiteit van het speelveld is groot, door samenhang van de aandachtsgebieden: doelmatige leerwegen, herziening
YHO/237994/2014
4/31
kwalificatiestructuur en de implementatie op de scholen. We gaan samen met Stichting Praktijkleren aan de slag ter voorbereiding op de invoering van de nieuwe kwalificatiedossiers. 1.3.3 Structuur De kerngroep van de btg EAB bestaat uit twaalf leden, aangevuld met de directeur van Stichting Praktijkleren. De kerngroep wordt gemandateerd door en legt verantwoording af aan de algemene ledenvergadering (ALV). De onderstructuur bestaat uit vijf regio’s en zes kenniskringen (onderwijsclusters). De kerngroep en de onderstructuur wordt geadviseerd, bijgestaan en ondersteund door een beleidsadviseur (1 fte) en een secretaresse (0,7 fte). De kerngroep De kerngroepleden zijn: •
De onderwijsleden van de aanverwante sectorkamer. Deze worden via de beschreven procedure (advies BAC – voordracht bestuur MBO raad – benoeming bestuur SBB) benoemd in de sectorkamer en zijn q.q. lid van de btg-kerngroep.
•
De voorzitters van de kenniskringen, te weten Financiele beroepen, Bank en Verzekeringen, Secretariele beroepen, Administratie niveau 2, Orde&Veiligheid, Commercieel en Juridisch, zijn directeuren (of gelijkwaardig niveau binnen een roc) met inhoudelijke kennis van de betreffende sector/opleidingen. De voorzitters van de kenniskringen zijn tevens lid van het desbetreffende marktsegment onder de gelieerde sectorkamer.
•
De voorzitters van de regio’s, te weten Noord, Oost, Zuid, Zuidwest en Noordwest, zijn directeuren (of gelijkwaardig niveau binnen een roc) met kennis van de desbetreffende regio.
•
De kerngroepleden van de btg kiezen uit hun midden een voorzitter en een vicevoorzitter voor een periode van twee jaar met de mogelijkheid tot herbenoeming en een maximale zittingsduur van acht jaar. De voorzitter is een bestuurder van een mboschool en tevens lid van de gelieerde sectorkamer. Eén kerngroeplid van de btg is tevens lid van het bestuur van Stichting Praktijkleren en borgt op deze manier de verbinding tussen Stichting Praktijkleren en de btg.
De verantwoordelijkheden van de kerngroepleden: •
Zijn verantwoordelijk voor de vertegenwoordiging van de standpunten en uitgangspunten van de MBO Raad;
•
Zijn verantwoordelijk voor de (benoeming van) vertegenwoordigers vanuit het onderwijs in de marktsegmenten van de sectorkamer;
•
Zijn medeverantwoordelijk voor het beleid van de btg (vastgesteld door de ALV) en het vertegenwoordigen van de btg op basis van dit beleid;
YHO/237994/2014
5/31
•
Zijn verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken van de bedrijfstakgroep nieuwe stijl. Daarvoor bereiden zij (mede) de ledenvergaderingen voor, stellen zij (meerjarige) beleidsplannen, jaarlijkse activiteitenplannen met bijbehorende begroting en jaarverslagen met rekening en verantwoording op, en zorgen zij voor de beleidsmatige sturing, coördinatie en voortgangsbewaking van de activiteiten van de btg die voorvloeien uit de hierboven genoemde plannen;
•
Zijn verantwoordelijk voor actuele en eenduidige informatie en communicatie naar de leden van de btg (en naar de betreffende sectorkamer van SBB);
•
Nemen verantwoordelijkheid het bestuur van de MBO Raad te informeren wanneer daarvoor aanleiding is.
De kerngroep heeft op jaarbasis minimaal zes en maximaal acht bijeenkomsten. De algemene ledenvergadering bestaat uit de instellingsvertegenwoordigers en komt twee maal per jaar bijeen. De ALV wordt altijd gecombineerd met de vergadering van de Deelnemersraad van Stichting Praktijkleren. In 2015 wordt geprobeerd om de bijeenkomsten van de kerngroep in lijn te brengen met de sectorkameroverleggen. Vast punt op de agenda van de kerngroep zal de agenda van de sectorkamer EAB zijn. De kenniskringen (onderwijsclusters) De kenniskringen hebben de volgende kenmerken: •
De doelgroep voor de kenniskringbijeenkomsten zijn de afdelingsmanagers- of opleidingsmanagers en docenten;
•
De voorzitter van de kenniskring vormt samen met de twee andere onderwijsleden in het marktsegment het bestuur van de kenniskring. Het bestuur heeft tot taak het bewaken en borgen van agendering van relevante sector/branche specifieke onderwerpen. Daarnaast is kennisdeling van groot belang;
•
Het bestuur van de kenniskring verzorgt de agendastelling en de voorbereiding van de kenniskringbijeenkomst met advisering van de opleidingscoördinator van Stichting Praktijkleren en met advisering en ondersteuning van de beleidsadviseur van de btg;
•
Vertegenwoordigers vanuit de sector of het werkveld worden op uitnodiging betrokken bij de bijeenkomsten;
•
De kenniskringen komen drie tot vier maal per jaar bijeen.
Regio’s •
De doelgroep voor het regio overleg zijn de directeuren van de roc’s die opleidingen uitvoeren binnen de regio;
•
De voorzitter van de regio verzorgt de agendastelling en de voorbereiding van de regio bijeenkomst met advies van de regio adviseur van SBB en advies en ondersteuning van de beleidsadviseur van de btg;
YHO/237994/2014
6/31
•
De regio’s komen drie tot vier maal per jaar bijeen.
Beleid en financiën De btg werkt met een beleids- en activiteitenplan op btg niveau, afgestemd op de landelijke ontwikkelingen en beleid van de MBO Raad. De begroting is op btg niveau.
1.4
Stichting Praktijkleren Stichting Praktijkleren is voor 42 roc’s de leverancier van exameninstrumenten en leermiddelen, op het gebied van de EAB opleidingen. De vraag naar zowel goede examenproducten als leeropdrachten wordt steeds sterker. In 2014 hebben nieuwe bestuursleden zitting genomen in het bestuur van Stichting Praktijkleren. Vanuit de kerngroep van de btg is een lid afgevaardigd in het bestuur van Stichting Praktijkleren. Samenwerking op verschillende terreinen zal ook in 2015 worden gecontinueerd. Stichting Praktijkleren gaat ervoor zorgen dat de scholen vanaf 2016 een goede invulling kunnen geven aan het nieuwe onderwijs op basis van de KD’s die dan van kracht zijn.
1.5
Samenwerking btg EAB met Stichting Praktijkleren en sectorkamer SBB Met de overdracht van de wettelijke taken van de kenniscentra betreffende de kwalificatiestructuur, beroepspraktijkvorming en arbeidsmarktinformatie aan SBB in augustus 2015, komt er ook een einde aan de samenwerking tussen het kenniscentrum ECABO, de btg en Stichting Praktijkleren. Er werd sinds november 2009 samengewerkt om de gemeenschappelijke doelstelling: het faciliteren van de inrichting en de uitvoering van kwalitatief goed beroepsonderwijs zo optimaal mogelijk vorm en inhoud te geven. De zeer intensieve samenwerking tussen de btg, Stichting Praktijkleren en het kbb ECABO zal worden om gezet naar een intensieve relatie tussen de btg, Stichting Praktijkleren en de sectorkamer SBB.
1.6
Van kenniscentra naar sectorkamers binnen SBB Vanwege het regeerakkoord vindt er een forse bezuiniging plaats op het huidige budget van de kenniscentra beroepsonderwijs bedrijfsleven (kbb). Dit betekent dat de wettelijke taken van de kbb’s ondergebracht worden bij de nieuwe samenwerkingsorganisatie SBB. Met ingang van augustus 2015 stoppen formeel de wettelijke activiteiten van de kenniscentra. Op dit moment zitten zij in een majeur transitieproces. Binnen SBB komen er met ingang van januari 2015 zogenoemde sectorkamers, waarin onderwijs en sociale partners in paritair verband de sectorale (aansluitings)vraagstukken
YHO/237994/2014
7/31
bespreken voor kwalificeren en examineren, beroepspraktijkvorming en doelmatigheid. Vanaf januari 2015 vindt een overdracht van taken plaats van de huidige paritaire commissies binnen de kenniscentra naar de sectorkamers. De leden van de sectorkamers kunnen besluiten één of meerdere marktsegmenten in te richten rond verwante opleidingsclusters of thema’s die onder hun verantwoordelijkheid (inhoudelijke) adviezen en standpunten ter besluitvorming inbrengen bij de sectorkamer. De MBO Raad heeft ervoor gekozen om een directe verbinding te bewerkstelligen tussen de onderwijsleden van de sectorkamers en de kerngroepen van de bedrijfstakgroepen, om zo last en ruggespraak te borgen. Dit betekent dat de onderwijsleden van de sectorkamers (bestuurders van mbo-scholen) in ieder geval ook in de kerngroep van de bedrijfstakgroep zitten. De onderwijsleden van de marktsegmenten worden onder verantwoordelijkheid van de kerngroep onder actieve btg-leden geworven en afgevaardigd. De beleidsadviseurs van de bedrijfstakgroepen dragen bij aan de voorbereiding en voor- en nazorg van de overleggen binnen de sectorkamer en de marktsegmenten. De sectorkamer die gelieerd is aan de btg heet Economisch Administratieve Beroepen. De sectorkamer Economisch Administratieve Beroepen kent de volgende marktsegmenten. •
Juridisch
•
Secretarieel
•
Bank en Verzekeringen
•
Financieel
•
Marketing en Communicatie
•
Orde & Veiligheid
Achtergrondinformatie Op de website van SBB (www.s-bb.nl) vindt u meer informatie over de nieuwe organisatie en het proces van de inrichting van de sectorkamers. Deze informatie bestaat onder andere uit een PowerPoint met algemene informatie over SBB, de projectorganisatie en de planning, een indeling van kwalificatiedossiers in sectorkamers, de uitwerking van het bestuursmodel van de SBB, de werkwijze, samenstelling en het profiel van de vertegenwoordigers en een lijst met contactpersonen per sectorkamer. U vindt deze documenten via www.s-bb.nl/inrichtingsectorkamers.html.
YHO/237994/2014
8/31
Van belang hierbij in dit schema is dat de linking pin tussen de verschillende geledingen geborgd moet worden. Dit kan door een vast persoon zitting te laten nemen in de sectorkamer, Btg ns en een marktsegment.
YHO/237994/2014
9/31
2
Landelijke ontwikkelingen 2015 Algemeen De bedrijfstakgroepen bevinden zich op het snijvlak van de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt en zijn de gesprekspartners van het (sectoraal georganiseerde) bedrijfsleven. Ze acteren bijvoorbeeld op aspecten van de totstandkoming van nieuwe kwalificaties en landelijke afspraken rondom beroepspraktijkvorming (bpv). Daarnaast faciliteren de bedrijfstakgroepen kennisdeling voor hun leden. Ze vervullen daarmee een schakel in de implementatievraagstukken van de opleidingen van aangesloten leden. Deze kennisdeling heeft betrekking op ontwikkelingen in landelijk beleid en ook op ontwikkelingen die raken aan de inhoud in de betreffende sectoren. De sociëteitsfunctie die de bedrijfstakgroepen daarbij invullen draagt bij aan een overlegstructuur tussen vergelijkbare opleidingen van verschillende mbo-scholen.
2.1
Examinering De kwaliteit van de mbo-examens staat nog altijd ter discussie. Hoewel mbo-scholen hard werken aan de verbetering van examinering komt uit het Onderwijsverslag 2012/2013 opnieuw het beeld naar voren dat een groot deel van de mbo-examens van onvoldoende kwaliteit zou zijn. Zelf ontwikkelde exameninstrumenten, examinering in de bpv en het functioneren van examencommissies noemt de Inspectie van het Onderwijs als pijnpunten. Dit beeld is mbobreed en in meer of mindere mate bij elke mbo-school aan de orde. De minister van OCW wil het vertrouwen in de kwaliteit van de mbo-examens herstellen en kondigde in haar visiebrief (juni 2014) een aantal maatregelen aan die daartoe zou moeten bijdragen. Deze maatregelen hebben betrekking op een keurmerk voor examenleveranciers, externe validering van zelfontwikkelde exameninstrumenten en verduidelijking van de taken van examencommissies. Daarnaast is het veld van examenleveranciers volop in beweging. De private poten van kenniscentra, die leer- en examenmiddelen leveren, worden opnieuw gepositioneerd. Daarnaast speelt tijdige beschikbaarheid van (leer- en) examenmateriaal in relatie tot de invoering van de herziene kwalificatiestructuur. Kortom, het krachtenveld rondom examinering verandert. De bedrijfstakgroepen zullen zich in 2015 buigen over mogelijke activiteiten die ervoor zorgen dat de kwaliteit van het examenaanbod onomstreden is en tijdig aansluit op de herziene kwalificatiestructuur. ’Ook brengen zij eventuele activiteiten in kaart. Voorstellen hiervoor staan in dit activiteitenplan.
YHO/237994/2014
10/31
2.2
Implementatie Herziene Kwalificatiestructuur De afgelopen jaren hebben diverse partijen hard gewerkt aan de herziening van de kwalificatiestructuur. De kwalificatiedossiers en een aantal keuzedelen is inmiddels opgeleverd en beschikbaar. Scholen staan voor de uitdaging nieuwe examens en curricula te ontwerpen op basis van deze nieuwe structuur. Het bestuur van de MBO Raad heeft voorgesteld om het project Professionalisering Examenfunctionarissen (beschikking in studiejaren 2014-2015 en 2015-2016) beter aan te laten sluiten bij lopende ontwikkelingen, zoals de implementatie van nieuwe kwalificaties en de al in gang gezette projecten rondom examinering. Dit betekent een Servicepunt Invoering HKS dat nauw samenwerkt met het Servicepunt examinering mbo. Het servicepunt Invoering HKS werkt vraaggericht. Het ondersteunt scholen om van structuur naar onderwijs te komen. Rondom de implementatie van de herziene kwalificatiestructuur worden activiteiten zoals bijeenkomsten, trainingen, et cetera georganiseerd met vertegenwoordigers van scholen, al dan niet in btg-verband. Uitgangspunt bij deze aanpak is op basis van de behoefte van de scholen informatie uit te wisselen. Daarnaast worden – daar waar vraag is – ondersteuningsdocumenten rondom zeven thema’s, zoals keuzedelen, beroepsgerichte taaleisen, beroepskolom. Dit kan zowel sectoraal, binnen de structuur van de bedrijfstakgroepen (en aanpalende sectorkamers), als bovensectoraal (via servicepunt Invoering HKS). Bedrijfstakgroepen kunnen meeliften op activiteiten vanuit het servicepunt en daar een verdere sectorale invulling aan geven, of zelf activiteiten hiervoor ontplooien en daarvoor financiering krijgen.
2.3
Ruim baan voor vakmanschap: een toekomstgericht mbo Onder de titel ‘Ruim baan voor vakmanschap: een toekomstgericht mbo’ is op 2 juni 2014 een visiebrief op de toekomst het mbo van de minister van OCW verschenen. De komende jaren staan in het teken van het uitwerken en invoeren van de voorstellen in deze brief. Daarvan kunnen de volgende onderwerpen relevant zijn voor de btg’s: • experimenten met cross-overs vanaf studiejaar 2016-2017, combinaties van onderdelen van meerdere kwalificaties; • experimenten met een gecombineerde leerweg bol-bbl vanaf studiejaar 2015-2016; • experimenten met het opdelen van kwalificaties in eenheden waaraan studiepunten worden verbonden; • een mogelijke versoepeling van de eisen voor taal, rekenen, loopbaan en burgerschap bij volwassenen; • de uitbreiding van de doorlopende leerroutes vmbo-mbo: experimenten met de vakmanschapsroute en de technologieroute, uitbreiding van de vakcolleges, uitbreiding van de experimenten VM2 naar VM3, verbreding van de technologieroute naar andere sectoren; • de ontwikkeling van excellentieprogramma’s; • verbetering van de kwaliteit van de examens door de scholen te verplichten examens in te kopen bij gecertificeerde examenleveranciers of schoolexamens te laten valideren door een externe instantie;
YHO/237994/2014
11/31
• het per 21 januari 2017 mogelijk maken dat bepaalde kwalificaties alleen door vakinstellingen en aoc’s mogen worden aangeboden; • een verkenning naar een nieuwe landelijke vakinstelling voor kleine, unieke opleidingen. Dit alles onder het voorbehoud van parlementaire goedkeuring van deze voorstellen
2.4
Mbo na 2020 Binnen de MBO Raad is een visieontwikkelingstraject gestart dat gericht is op het uitbrengen van een Manifest medio 2015. Dit traject heet ‘Mbo na 2020’. Een cruciaal onderdeel van het traject is een analyse van de nieuwe ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en de gevolgen daarvan voor het mbo. Hierbij zijn ontwikkelingen als het verdringen van laagopgeleiden door hoogopgeleiden, de druk op het middensegment van de arbeidsmarkt (niveau 2 en 3) en de toenemende flexibilisering van banen (zzp) aan de orde. Niet uitgesloten kan worden dat deze ontwikkelingen gevolgen moeten hebben voor de kwalificatiestructuur en het opleidingsaanbod.
2.5
Doelmatigheid In 2015 wordt de nieuwe wetgeving macrodoelmatigheid in het mbo ingevoerd. Deze wet geeft aan scholen nieuwe verplichtingen op het gebied van: • het melden van het starten of stoppen met opleidingen; • het aanbieden van opleidingen met arbeidsmarktperspectieven; • het rekening houden met elkaars opleidingsaanbod; • de verantwoording over de doelmatigheid van het opleidingsaanbod in het jaarverslag; • informatie aan (aspirant-)studenten. Waarschijnlijk verschuift het overleg over de doelmatigheid van de landelijke tafel naar de regionale en sectorale tafels. Dit wordt onderwerp van gesprek in de nieuwe sectorkamers en btg’s, waarbij een rolverzwaring voor de btg’s aan de orde kan zijn. Het is denkbaar dat een btg een overlegpartner wordt voor het georganiseerd bedrijfsleven en dat een btg namens de scholen die de desbetreffende opleidingen aanbieden, arrangementen kan afspreken met het bedrijfsleven. Arrangementen in de zin van afspraken over waar welke opleidingen aangeboden worden. De nieuwe Branchecode goed bestuur in het mbo, in werking sinds 1 augustus 2014, vraagt van de scholen ook overleg en samenwerking.
2.6
TAC BPV In 2015 houdt de thema-adviescommissie beroepspraktijkvorming (TAC BPV) zich met een aantal onderwerpen bezig: • Eenduidige erkenningsregeling leerbedrijven SBB gaat werken met een eenduidige erkenningsregeling. De TAC heeft hier in het najaar van 2014 een advies over uitgebracht. Het advies kan per 1 augustus 2015 ook de formele erkenningsregeling van leerbedrijven van SBB worden. • Eenduidig competentieprofiel van de praktijkopleider Om te beoordelen of de praktijkopleider deskundig is en voldoende begeleiding kan bieden heeft de TAC BPV in het najaar van 2014 een model competentieprofiel voor de
YHO/237994/2014
12/31
praktijkopleider vastgesteld. Dit model kunnen de SBB-adviseurs in 2015 gebruiken bij het uitvoeren van hun taak om bij de erkenning van een leerbedrijf te beoordelen of de praktijkopleider voldoende deskundig is en voldoende begeleiding kan bieden. • Adviesvraag actualisatie bpv-protocol Na vijf jaar actualiseren onderwijs en bedrijfsleven verenigd in SBB het bpv-protocol. Concrete aanleiding voor deze actualisatie is het verdwijnen van de kenniscentra per
1
januari 2015. Daarnaast bekijken de partijen of aanscherpingen nodig zijn. • Bpv-monitor Uit de pilot met de bpv-monitor die in het voorjaar van 2014 is gehouden, blijkt dat er een aantal aandachtspunten is. In 2015 wordt een vervolgtraject opgestart. Dit wordt in SBBverband opgepakt. • Servicedocument stages Het bureau SBB actualiseert het servicedocument stages. Daarna stelt de TAC BPV dit document vast. In het servicedocument staat een model praktijkovereenkomst en een toelichting op relevante wet- en regelgeving voor met name leerbedrijven. • Samenwerking uitvoeringsorganisatie en scholen De TAC BPV adviseert in 2015 over hoe de samenwerking van de uitvoeringsorganisatie SBB met de scholen en bedrijven het beste vorm kan krijgen. Advies rol praktijkopleider De TAC BPV brengt in 2015 een advies uit over de rol van de praktijkopleider in de toekomst.
2.7
Taal en rekenen Op het gebied van taal en rekenen staan voor 2015 een aantal belangrijke momenten op de agenda. In studiejaar 2014-2015 zijn de centrale examens voor Nederlands voor niveau 4 ingevoerd. In studiejaar 2015-2016 volgen de centrale examens voor Nederlands voor niveau 2 en 3 en voor rekenen voor niveau 4. Bovendien kunnen mbo-scholen in februari 2015 en studiejaar 2015-2016 deelnemen aan pilotexamens voor Engels voor niveau 4. De MBO Raad bepaalt in najaar 2014 standpunt over wat te doen als studenten de referentieniveaus echt niet kunnen halen. Het ministerie van OCW neemt in het najaar van 2014 beslissingen over taal en rekenen in entree-opleidingen. Ook komt er in het najaar meer duidelijkheid over de consequenties van een aangepast examen voor rekenen in vmbo-bb.
2.8
Beroepsgericht taal en rekenen in kwalificatiedossiers Beroepsgericht taal en rekenen staat in de huidige en nieuwe dossiers. Btg’s kunnen er in 2015 voor kiezen om hiervoor gezamenlijk onderwijs en examenproducten te ontwikkelen. Er is een aantal keuzedelen ontwikkeld gericht op beroepsgerichte toepassing van moderne vreemde talen. Deze zijn toepasbaar voor veel verschillende dossiers. In btg-verband kan worden bezien of de ontwikkelde keuzedelen toepasbaar zijn voor de betreffende opleidingen of dat er behoefte is aan een meer op maat gesneden keuzedeel moderne vreemde talen.
YHO/237994/2014
13/31
2.9
Doorstroom hbo Per 1 mei 2015 gelden er voor opleidingen uit bepaalde mbo-domeinen nadere toelatingseisen bij doorstroom naar bepaalde opleidingen uit hbo-clusters. Regionaal kunnen mbo-scholen en hogescholen afspraken maken over voorwaarden voor doorstroom vanuit de betreffende opleidingen. Per 1 mei 2015 gelden er bovendien nadere toelatingseisen voor instroom in de pabo. Studenten die vanuit het mbo naar de pabo willen, moeten toelatingstoetsen doen voor aardrijkskunde, geschiedenis en natuur en techniek. Ter voorbereiding hierop is er voor mbostudenten (en havoleerlingen) ondersteuning beschikbaar. Deze ondersteuning bestaat uit studiemateriaal en (klassikale) lessen, vragenuurtjes en e-learning in twaalf regio’s. Meer informatie vindt u op www.goedvoorbereidnaardepabo.nl. Een goede voorbereiding op de doorstroom van het mbo naar het hbo kan worden gerealiseerd door gebruik te maken van keuzedelen. Dit kan gaan om generieke keuzedelen doorstroom, maar ook om sectorspecifieke keuzedelen. In btg-verband kan worden bezien of er behoefte is aan het ontwikkelen van sectorspecifieke keuzedelen gericht op doorstroom naar het hbo.
2.10 Associate Degree De Associate degree (Ad) is een tweejarige opleiding in het hoger onderwijs die sterk arbeidsmarktrelevant is. Deze opleiding is met name interessant voor studenten en werkenden met een niveau 4-opleiding. In samenspraak met het bedrijfsleven en hogescholen kan het voor mbo-scholen binnen een regio of op landelijk niveau interessant zijn om een Ad-opleiding te starten. Een hogeschool is aanvrager, maar het mbo kan bij de uitvoering nauw betrokken zijn.
2.11 Toegankelijkheid van het mbo Hoewel de invoering van de nieuwe vmbo-profielen en de kwalificatiedossiers in het mbo pas in 2016 echt een feit is, zijn er de nodige aanpassingen in het overheidsbeleid dat van invloed zijn op de juiste plaatsing van vmbo-leerlingen in de mbo-opleidingen. Kwamen tot augustus 2014 leerlingen binnen met een “rugzakje”, nu is het aan de instelling te bepalen welke extra ondersteuning een student met een beperking nodig heeft om met succes de opleiding af te ronden. Dat heeft te maken met passend onderwijs. Maar daarnaast zijn er maatregelen die voortkomen uit de wetswijziging die te maken heeft met de modernisering van de bekostiging en macrodoelmatigheid. Zo komen studenten in de entree opleiding nog maar 2 jaar voor bekostiging in aanmerking en geldt ook voor de andere niveaus een beperking van de verblijfsduur. Daarnaast zijn er de VM2-trajecten, de Vakcolleges en de nieuwe vakmanschapsroute en technologieroute. Bij de plaatsing/matching van deelnemers is niet alleen het opleidingsniveau van belang, maar ook de kansen op de arbeidsmarkt spelen een belangrijke rol. Dat is ook voor studenten met een beperking een belangrijk gegeven. Via de werkagenda vo-mbo van de VO-raad en MBO Raad werken beide onderwijsraden aan een goede aansluiting van het vmbo op het mbo. Het gaat dan met name om duidelijkheid over
YHO/237994/2014
14/31
de afstemming tussen de programma’s in het vmbo en mbo, een goede begeleiding van de leerling/student op het gebied van de beroepskeuze en het zoeken naar oplossingen die een goede samenwerking tussen het vmbo en mbo mogelijk maken.
2.12 Regionaal investeringsfond Het ministerie van OCW stelt voor het regionaal investeringsfonds honderd miljoen euro subsidie beschikbaar in de periode 2014 tot en met 2017. In die periode komt jaarlijks 25 miljoen aan subsidie beschikbaar voor de scholen. Mbo-scholen, bedrijfsleven en regionale overheden kunnen samen een aanvraag voor de regeling indienen, met als voorwaarde dat de voorstellen bijdragen aan een betere aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt. De subsidiebijdrage moet worden aangevuld met een financiële bijdrage vanuit het bedrijfsleven (1/3) en de regionale overheden (1/3). De eerste aanvraagtermijn was in 2014. De achttien gehonoreerde samenwerkingsverbanden richten in 2015 hun publiek-private samenwerkingsvormen verder in. De MBO Raad monitort deze eerste ervaringen en adviseert over de inrichting van de tweede tranche die in 2015 plaatsvindt.
2.13 Sectorplannen Minister Asscher van SZW heeft in 2014 aan de MBO Raad laten weten dat hij gehoor geeft aan de oproep van de brancheorganisatie om in de sectorplannen verdringing van reguliere mbo-opleidingen te voorkomen. De MBO Raad heeft in 2014 veel druk uitgeoefend op zowel het ministerie van OCW als het ministerie van SZW om dit te bewerkstellingen. We hebben aangedrongen op het toevoegen van een criterium bij de beoordeling van de sectorplannen, zodat aanvragers van de sectorplannen (sociale partners, O&O-fondsen en kenniscentra) zoveel mogelijk gebruik maken van de bekostigde mbo-infrastructuur. In 2014 is overeengekomen dat bij de beoordeling van de sectorplannen er goed op wordt gelet dat private partijen voor diplomagerichte mbo-opleidingen niet in aanmerking komen voor subsidie. De MBO Raad zal ook in 2015 in afspraak met OCW en SZW en in samenwerking met de btg’s streng toezien op en meewerken aan bovenstaande toets. Daarnaast houdt de MBO Raad in 2015 scherp in de gaten dat zoveel mogelijk bedrijven, in het kader van de sectorplannen, bblplaatsen beschikbaar stellen voor mbo-studenten.
2.14 25 miljoen euro voor excellentieprogramma’s De minister trekt vanaf 2015 jaarlijks 25 miljoen euro extra uit voor excellentie in het mbo. Excellentie zal een apart onderdeel zijn van het kwaliteitsplan dat iedere instelling maakt en dat voortvloeit uit het bestuursakkoord dat in juli 2014 met de mbo-sector is gesloten. De plannen op het gebied van excellentie worden beoordeeld op de ambities en (meetbare) prestaties. De minister van OCW noemt in dit kader onder andere de meester-gezel route, de mogelijkheden die de Skills wedstrijden bieden, internationalisering.
YHO/237994/2014
15/31
1. Ondernemerschap mbo In het mbo zijn de afgelopen jaren diverse activiteiten en projecten ontwikkeld om ondernemendheid en ondernemerschap te stimuleren. Het gaat dan zeker niet alleen om de uitvoering van de certificeerbare eenheid ondernemerschap (straks: keuzedeel ondernemerschap), maar ook om het opzetten van studentondernemingen, het stimuleren van ondernemendheid bij docenten, de samenwerking met lokale ondernemers, et cetera. Mbo-scholen hebben aangegeven dat zij grote behoefte hebben aan het delen en borgen van de aanwezige kennis over ondernemerschap en ondernemendheid. Een bundeling van kennis en krachten zorgt ervoor dat zij sneller en efficiënter kunnen inspelen op vragen van het (regionale) bedrijfsleven en studenten. Om in deze behoefte te voorzien, organiseert de MBO Raad in 2015 een aantal landelijke bijeenkomsten over ondernemerschap en ondernemendheid. Elke school heeft maximaal twee mensen mogen voorgedragen om deel te nemen aan dit netwerk. Deze ‘spinnen in het web’ (projectleiders of coördinatoren) hebben de opdracht om de kennis over ondernemerschap te delen in het netwerk, maar vooral ook te delen met collega’s in hun eigen school.
YHO/237994/2014
16/31
2. Leven Lang Leren: EVC/validering van non-formeel en informeel leren Steeds meer mbo-scholen kiezen voor validering van eerder verworven competenties (EVC) binnen het onderwijs en minder voor het aanbieden van EVC-diensten. De MBO Raad heeft om die reden in 2014 haar netwerk EVC beëindigd. Om ervoor te zorgen dat mbo-scholen de omslag kunnen maken van EVC naar validering binnen het onderwijs heeft de brancheorganisatie in 2014 met een aantal scholen onderzocht hoe zij dit binnen de poorten van het onderwijs kunnen realiseren. In 2015 maakt de MBO Raad in samenwerking met de werkgroep validering ‘de onderwijsroute’ (het valideren van eerder verworven competenties binnen de poorten van het onderwijs) concreter en verbreedt deze kennis binnen het mbo. 3. Leven Lang Leren: ECVET In Nederland heeft het ministerie van OCW het Coördinatiepunt ECVET opgericht om mboscholen te ondersteunen bij de invoering van ECVET (European Credit System for Vocational Education and Training). De MBO Raad oefent op beleidsniveau haar invloed uit door, ook in 2015, zitting te nemen in de Europese gebruikersgroep ECVET. Daarbij is de boodschap van de brancheorganisatie dat het de verantwoordelijkheid van de scholen zelf is om ECVET, en de daarbij behorende instrumenten, al dan niet te gebruiken. In 2013 en 2014 heeft het ministerie van OCW voor volwassenen (werknemers in bedrijven) pilots uitgevoerd in de zorg en techniek met als doel hoe mensen met ECVET van werk naar werk geholpen kunnen worden. De MBO Raad zit ook in 2015 in de klankbord en gaat tegelijkertijd met bestuurders de discussie aan over de meerwaarde van ECVET voor het mbo. 4. Leven Lang Leren: Commissie Rinnooy Kan Als vervolg op het advies van de commissie Rinnooy Kan (2014) over de deelname van volwassenen aan het hoger onderwijs (ho) onderzoekt het ministerie van OCW in 2015 in samenwerking met het ministerie van SZW hoe het mbo beter kan aansluiten op de scholingsvragen van volwassenen (werknemers en werkzoekenden). De MBO Raad gaat in 2015 de discussie aan met OCW, SZW en de sociale partners over de mogelijkheden van scholing van volwassenen binnen het huidige stelsel.
YHO/237994/2014
17/31
3
Activiteiten 2015 In 2015 moet vorm en inhoud gegeven worden aan de manier waarop de samenwerking tussen beroepsonderwijs en bedrijfsleven in de nabije toekomst gaat verlopen. De btg EAB is één van de actoren en 2015 zal ook voor de btg een jaar worden van herbezinning op en invulling van de btg organisatie. Doordat in 2015 onze taken van belangenbehartiging en kennisdeling ook gewoon doorgaan, is er voor gekozen om in het activiteitenplan en de daarbij behorende begroting zoveel mogelijk continuïteit en stabiliteit te garanderen. De hoofdthema’s van de btg nieuwe stijl zijn: kwalificeren & examineren, beroepspraktijkvorming, doelmatigheid en inhoudelijke aansluiting in de beroepskolom zijn agendapunten van de sectorkamer q.q. ook agendapunten van de kerngroep nieuwe stijl. Om zoveel mogelijk recht te doen aan de dynamische context waarin de btg zich bevindt, zijn de activiteiten op een zodanig aggregatieniveau beschreven dat aanvullingen en wijzigingen eenvoudig binnen de kaders aangebracht kunnen worden op het moment dat de situatie daarom vraagt. De activiteiten van 2015 van de btg EAB zullen zich in de samenwerking met Stichting Praktijkleren vooral richten op de invoering van de nieuwe Kwalificatiestructuur en op een zorgvuldige voorbereiding en inrichting van examinering van de herziene kwalificatiedossiers.
3.1
Korte toelichting bij activiteiten 2015 Voor 2015 zijn de volgende vaste activiteiten gepland: •
Vaststellen financieel jaarverslag 2014. Behandeling in de ledenvergadering in het voorjaars van 2015;
•
Opstellen conceptbegroting 2016;
•
Vaststellen conceptbegroting 2016 door de kerngroep eind september / begin oktober 2015 ten behoeve van de Algemene Ledenvergadering van de MBO Raad in het najaar 2015;
•
Opstellen activiteitenplan 2016, inclusief begroting. Behandeling in de ledenvergadering in het najaar van 2015.
Implementatie herziene kwalificatiedossiers Vanaf augustus 2014 moeten de scholen voldoen aan de nieuwe eisen van de wet “Doelmatige leerwegen en modernisering van bekostiging”. De complexiteit van het speelveld is groot door samenhang van de aandachtsgebieden: doelmatige leerwegen, herziening kwalificatiestructuur en implementatie op scholen. Vanaf augustus 2015 mogen scholen al gaan werken op basis van deze nieuwe kwalificatiestructuur. Een beperkt aantal leden van de btg heeft besloten om van deze mogelijkheid gebruik te gaan maken. Het delen van ervaringen van deze scholen zal regelmatig op de agenda’s van de reguliere overleggen staan. Onderzocht wordt nog of er behoefte is om hier, in samenwerking met het
YHO/237994/2014
18/31
Servicepunt Invoering Herziening Kwalificatiestructuur (IHKS) van de MBO Raad, een implementatienetwerk van te maken. Eventueel met ondersteuning vanuit dit servicepunt. Examinering Mede naar aanleiding van de visie brief van de minister van 2 juni 2014, maar ook vanwege de verplichte invoering van de nieuwe kwalificatiestructuur per 1 augustus 2016 zijn de btg en Stichting Praktijkleren in het najaar van 2014 reeds gestart met interpretatiebijeenkomsten van de nieuwe kwalificatiedossiers in samenwerking met vertegenwoordigers vanuit het onderwijs. Een succesvolle invoering van de herziene kwalificatiestructuur vraagt een goede voorbereiding, zowel ten aanzien van onderwijs als examinering. De bijeenkomsten hebben als doel te komen tot een breed gedragen interpretatie van de KD’s. De resultaten van de bijeenkomsten gebruikt Stichting Praktijkleren als input voor het opstellen van de examenoverzichten en de toetsmatrijzen, waarop vervolgens de exameninstrumenten worden ontwikkeld. In 2015 worden deze gezamenlijke activiteiten voortgezet. Tijdens de reguliere bijeenkomsten van de kenniskringen zal aandacht worden besteed aan de uitkomsten van de interpretatie- en vervolgbijeenkomsten.
YHO/237994/2014
19/31
Bijlage 1 Activiteitenoverzicht (PDCA-cyclus) Onderwerp/gremium waar het activiteitenoverzicht voor is Nr.
Projectnaam
Doel(en) en beoogd
1
Project MBO Raad Kwaliteitsverbetering Examinering en Examenproducten in samenwerking met Praktijkleren
Examenoverzichten en examenmatrijzen passend bij de nieuwe KD’s
2
Thema advies commissies en SBB
3a
4
Activiteiten
Eigenaar
Uitvoerders
resultaat
Datum
Opmerkingen
Gereed Interpretatie bijeenkomsten KD’s Vervolgbijeenkomsten Bespreking in reguliere bijeenkomsten
Beleidsadviseur in samenwerking met Praktijkleren en vertegenwoordigers vanuit het onderwijs
Door lopend
Belangenbehartiging en kennisdeling
Centrale SBB adviezen en kaders worden sectoraal vertaald vanuit de onderwijsgeleding m.b.t. Kwalificeren & Examineren, BPV en Doelmatigheid
De adviezen en kaders vanuit SBB en thema adviescommissies worden gevolgd, dan wel beïnvloed en sectoraal vertaald naar betekenis voor het onderwijsveld
Kerngroepleden + btg adviseur
Door lopend
Belangenbehartiging en kennisdeling
Implementatie Herziening Kwalificatie structuur
Delen van ervaring met scholen die reeds in 2015 willen starten met de invoering van een nieuw KD
Informatie en kennisdeling good practices Krachtenbundeling op basis van behoefte van de leden
Kerngroep + btg adviseur
Door lopend
Belangenbehartiging en kennisdeling op basis van good practices
BPV
Stage problematiek in de regio in beeld brengen met als doel te komen tot een evenwichtiger spreiding van de BPV periodes bij de regio
Problemen in kaart brengen tijdens de btg regio overleggen
Btg adviseur + btg regio voorzitters + SBB buitendienst adviseur
Door lopend
Belangenbehartiging
YHO/237994/2014
Examenoverzichten en examenmatrijzen passend bij keuzedelen (koppeling met KD’s)
Btg regio voorzitters
20/31
roc’s 5
Transitie btg EAB sectorkamer en marktsegmenten
Transitie btg – SBB – Sectorkamer Structuur btg (vereniging MBO Raad) Nieuwe rol btg Nieuwe rol Sectorkamer Nieuwe rol Marktsegmenten Afstemming met Praktijkleren
De adviezen van de werkgroep transistie worden gevolgd dan wel beïnvloed en vertaald naar het onderwijs
6
Beroepskolom
Doorstroom vmbo – mbo Doorstroom mbo – Ad Doorstroom mbo – hbo Instroomeisen Vernieuwing (experimenten) vmbo 3-jarigheid
Doorstroomroutes vmbo-mbo zijn helder en besproken. Doorstroomeisen mbohbo binnen EAB zijn helder.
7
Conferentie maart 2016
Voorbereidingen voor de conferentie EAB in maart 2016
8
Netwerken
Inspelen op actualiteiten Professionalisering docenten en leidinggevenden
9
Digitalisering Voorbeeldcurricula
Netwerken als activiteit
YHO/237994/2014
Digitaal overzicht van de leeren examenproducten per voorbeeldcurriculum
Actualiteiten worden besproken tijdens de Regio btg en Kenniskring bijeenkomsten De leer- en examenproducten van Stichting Praktijkleren worden gekoppeld aan de voorbeeld curricula
Voorzitter btg en kerngroep
Kerngroep en btg beleidsadviseur
Door lopend
Belangenbehartiging en kennisdeling
Beleidsadviseur + voorzitters Regio btg + voorzitters kenniskringen
Door lopend
Belangenbehartiging
Ton Paffen en Gea Schonewille
Voorbereidingsgroep
Door lopend
Dienstverlening
Kerngroep
Voorzitters Regio btg en Kenniskringen + btg beleidsadviseur
Door lopend
Belangenbehartiging en dienstverlening
Beleidsadviseur in samenwerking met Stichting Praktijkleren
Voorjaar 2016
Dienstverlening
21/31
Bijlage 2 Organogram
Kerngroep btg EAB ALV btg ... kenniskring
Kenniskring
Orde & Veiligheid
Juridisch
YHO/237994/2014
Kenniskring marketing en communciatie
kenniskring Bank en Verzekeringen
22/31
kenniskring
Kenniskring
Secretarieel
Financieel
Bijlage 3 Samenstelling diverse gremia Samenstelling kerngroep Naam
Mbo-school
Functie (in kerngroep)
Gerrit Vreugdenhil
ROC van Amsterdam / ROC
Voorzitter
van Flevoland Marian Alberts
ROC Rivor
Voorzitter regio Oost
Hans van der Valk
Regio College
Voorzitter kenniskring FAB
Esther Harmsen
Deltion College
Voorzitter kenniskring SB Voorzitter regio Noord
Jelle Marchand
ROC Mondriaan
Voorzitter kenniskring AM2
Ton Paffen
ROC Nova College
Voorzitter kenniskring COM Lid Paritaire commissie Voorzitter werkgroep congres
Gea Schonewille
ROC van Twente
Voorzitter kenniskring JUR Voorzitter kenniskring IDV Lid werkgroep congres
Kees Sietsema
ROC Horizon College
Voorzitter kenniskring BVW
Henk Weerstra
ROC Friese Poort
Voorzitter kenniskring O&V
Frans Eurlings
Arcus College
Lid Paritaire commissie
Jos Rondeel
ROC van Amsterdam / ROC van Flevoland
Lid Paritaire commissie
Vacature
Voorzitter regio Zuid
Vacature
Voorzitter regio Noordwest
Vacature
Voorzitter regio Zuidwest
Samenstelling bestuur kenniskringen (onderwijsclusters) Naam
Mbo-school
Functie (in onderstructuur)
ROC Friese Poort
Voorzitter kenniskring O&V
Hans van der Valk
Regio College
Voorzitter kenniskring FAB
Marjan Veldhoen
Albeda College
Jan van Ommen
Aventus
Orde en Veiligheid Henk Weerstra n.o.t.k. n.o.t.k. Financieel Administratieve beroepen
Secretariële beroepen Esther Harmsen
Deltion College
Voorzitter kenniskring SB
ROC Horizon College
Voorzitter kenniskring BVW
Vacature Vacature Bank en Verzekeringen Kees Sietsema YHO/237994/2014
23/31
Jan Voortman
Alda-college
Jos Rondeel
ROC van Amsterdam / ROC van Flevoland
Juridisch Gea Schonewille
ROC van Twente
Nicasia Menting
ROC van Amsterdam
Louis Meijll
ROC Nova College
Voorzitter kenniskring Juridisch
Commercieel Ton Paffen
ROC Nova College
Stan Buil
Graafschap College
Jacques Kranenveld
ROC Mondriaan
Voorzitter kenniskring COM
Administratie niveau 2 Jelle Marchand
ROC Mondriaan
Voorzitter kenniskring AM2
Vacature Vacature Samenstelling paritaire commissie en bestuur kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven tot 1 augustus 2015 Paritaire commissies zijn de adviesorganen waarbinnen werkgevers, werknemers en mbo-scholen samenwerken aan de invulling van de wettelijke taak van het kenniscentrum. Dit is de kwalificatiestructuur en een kwalitatief en kwantitatief passend aanbod van bpv- en leerwerkplaatsen. De paritaire commissies adviseren het dagelijks bestuur van
. Tot 1 augustus 2015 zijn de kenniscentra formeel verantwoordelijk voor het uitoefenen van de wettelijke taken. Vanaf 1 januari 2015 zijn de sectorkamers binnen SBB ingericht en zal er sprake zijn ven een gefaseerde overdracht en overgang van taken en bevoegdheden van kenniscentra naar SBB tot aan 1 augustus 2015. Onderwijsleden paritaire commissie Naam
Mbo-school
Ton Paffen
ROC Nova College
Jos Rondeel
ROC van Amsterdam / ROC van Flevoland
Frans Eurlings
Arcus College
Onderwijsleden bestuur kenniscentrum beroepsonderwijs bedrijfsleven ECABO Naam
Mbo-school
Gerrit Vreugdenhil
ROC van Amsterdam / ROC van Flevoland
Onderwijsleden (bekostigd onderwijs) in sectorkamer EAB Naam
Mbo-school
Gerrit Vreugdenhil
ROC van Amsterdam / ROC
YHO/237994/2014
24/31
van Flevoland Peer van Summeren
ROC De Leijgraaf
Remco Meijerink
ROC van Twente
Renata Voss
Albeda College
Onderwijsleden marktsegmenten Naam
Mbo-school
N.o.t.k.
YHO/237994/2014
25/31
Bijlage 4 Aangesloten mbo-scholen bij bedrijfstakgroep Economisch Administratieve Beroepen Instelling
Instellingsvertegenwoordiger
Albeda College
de heer S. Sterkman s.sterkman@@albeda.nl
Alfa-college
de heer J. Voortman [email protected]
Arcus College
de heer J. Willems [email protected]
Aventus
de heer J.P. van Ommen [email protected]
Da Vinci College
de heer J. Lankheet [email protected]
Deltion College
mevrouw E.Harmsen [email protected]
Drenthe College
mevrouw H.W.M. Doosje [email protected]
Friesland College
mevrouw P. Donkerbroek [email protected]
Gilde Opleidingen
mevrouw T.L.W. Peters [email protected]
Graafschap College
de heer T.M.W. van Vilsteren [email protected]
Hoornbeeck College
de heer S. Nentjes [email protected]
ID College
mevrouw H. Ackermann [email protected]
Koning Willem I College
de heer C.A.B. Born [email protected]
Koninklijke Kentalis
mevrouw I. Fluit [email protected]
Landstede
mevrouw A. van Ballegoyen [email protected]
MBO Amersfoort
mevrouw J. Abbink j.abbink@mboamersfoort
MBO Utrecht
mevrouw R. Verbecke [email protected]
Noorderpoortcollege
de heer H.J. Stel [email protected]
Regio College
de heer J.B. van der Valk [email protected]
YHO/237994/2014
26/31
Rijn IJssel
de heer W.F.C. van Pinxteren [email protected]
ROC A12
de heer R. Peters [email protected]
ROC De Leijgraaf
mevrouw A. Cobussen [email protected]
ROC Friese Poort
de heer W. Kloosterman [email protected]
ROC Horizon College
de heer C. Sietsema [email protected]
ROC Kop van Noord-Holland
mevrouw A. Wilson-Schmalz [email protected]
ROC Leeuwenborgh
de heer P.J.M. Joskin [email protected]
ROC Leiden
mevrouw M. van Dongen [email protected]
ROC Menso Alting
mevrouw W. Renkema-Hidding [email protected]
ROC Midden Nederland
de heer W.A. van Loon [email protected]
ROC Mondriaan
mevrouw M.C.W. Gambon [email protected]
ROC Nijmegen
mevrouw L. Broekhof [email protected]
ROC Nova College
de heer T. Paffen [email protected]
ROC RIVOR
mevrouw M. Alberts [email protected]
ROC Ter AA
mevrouw W. Piek [email protected]
ROC Tilburg
de heer E.J. van Gulik [email protected]
ROC TOP
mevrouw S. Remijnse [email protected]
ROC van Amsterdam
de heer J.M.H. Rondeel [email protected]
ROC van Flevoland
mevrouw R. Roth [email protected]
ROC van Twente
de heer C. van der Brugge [email protected]
ROC West-Brabant
mevrouw P.J.G. Selten-Bos [email protected]
Scalda
de heer E. Kerckhaert [email protected]
YHO/237994/2014
27/31
Summa College
de heer P.C.A. Sanders [email protected]
Scholengemeenschap De Rooi Pannen
de heer A.J.M. van Laarhoven [email protected]
Zadkine
YHO/237994/2014
de heer F. Vintges [email protected]
28/31