Biomonitor
1 of 6
http://www.milieu-en-gezondheid.be/nieuwsbrief/biomonitor%2018/fijn...
Actieplan voor vermindering van de uitstoot aan fijn stof en NOx in (de haven en de stad) Antwerpen De haven van Antwerpen en de stad Antwerpen worden gekenmerkt door verhoogde concentraties van luchtverontreinigende stoffen, in het bijzonder de polluenten PM10 (fijn stof) en NO2 (stikstofdioxide). De luchtkwaliteit is de voorbije decennia weliswaar geleidelijk aan verbeterd en zal volgens de toekomstschattingen blijvend verbeteren, door een combinatie van Europese en Vlaamse maatregelen. Maar de geldende Europese luchtkwaliteitsnormen worden nog niet gehaald. Bovendien zorgen verdere industriële en stedelijke ontwikkelingen en de eraan gerelateerde toename van het verkeer voor een bijkomende belasting van de luchtkwaliteit. Daardoor kunnen de reeds doorgevoerde verbeteringen deels teniet gedaan worden. Daarom heeft de Vlaamse overheid i.s.m. stad Antwerpen en het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen een actieplan ontwikkeld dat moet leiden tot een verlaging van de uitstoot aan fijn stof en NO2. Mirka Van der Elst Beleidsmedewerker luchtkwaliteit Vlaamse Overheid – Departement Leefmilieu, Natuur en Energie
Fijn stof: een probleem in Antwerpen?
Fijn stof is een mengsel van afzonderlijke deeltjes, vloeibaar of vast. De samenstelling en afmetingen van het fijne stof bepalen sterk de effecten op volksgezondheid. Zo geldt dat hoe kleiner de aerodynamische diameter, hoe verder het stof kan doordringen in het longweefsel en hoe schadelijker de mogelijke effecten op gezondheid (luchtwegeninfecties, astma, grotere kans op longkanker en hart- en vaataandoeningen). Traditioneel wordt gesproken over PM10, PM2.5 en PM0.1. Deze termen staan voor fijn stof met een diameter kleiner dan 10, 2.5 of 0.1 µm (micrometer). Meer info over fijn stof vindt u in het achtergronddocument 'Verspreiding van zwevend stof' van MIRA (2007).
In Antwerpen werd de Europese daggemiddelde grenswaarde (vastgelegd in de richtlijn 2008/50/EG) van 50 µg/m³ (die jaarlijkse slechts 35 keer mag overschreden worden) de voorbije jaren vaak niet gehaald. In Figuur 1 ziet u de toestand in 2003 (ruimtelijke interpolatie en modellering op basis van werkelijk gemeten concentraties).
Biomonitor
2 of 6
http://www.milieu-en-gezondheid.be/nieuwsbrief/biomonitor%2018/fijn...
Figuur 1: Jaargemiddelde PM10-concentratie (µg/m³) op basis van daggemiddelden: toestand in het jaar 2003. Tussen haakjes wordt het aantal overschrijdingen van de daggrenswaarde weergegeven. Bron: Plan-MER over het strategisch plan voor en de afbakening van de haven van Antwerpen in haar omgeving (Verbeeck et al., 2007). In opdracht van de Vlaamse overheid heeft het Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek (VITO) (Sleeuwaert et al., 2007) berekend welke bronnen verantwoordelijk zijn voor deze hoge concentraties in (de haven van) Antwerpen. In eerste instantie is een belangrijke bijdrage van de gemeten concentraties afkomstig uit het buitenland. Uit de modelleringen bleek de buitenlandse bijdrage in Antwerpen te schommelen tussen de 41 en 51 %. Daarnaast vertegenwoordigt de Vlaamse achtergrond een belangrijke bijdrage. Lokaal zijn diffuse emissies door op- en overslag van grondstoffen in de haven, industriële puntbronnen (vnl. raffinaderijen en petrochemie), het wegwerkeer, de scheepvaart en de huishoudelijke verwarming komende van de stad Antwerpen (vnl. houtverbranding) verantwoordelijk voor de gemeten concentraties.
NOx: een probleem in Antwerpen? Wanneer zuurstof zich bindt aan stikstof, vormen zich nieuwe gassen: de stikstofoxiden. De bekendste zijn stikstofmonoxide (NO) en stikstofdioxide (NO2). Samen krijgen ze de groepsnaam NOx. NOx hebben een aantal negatieve effecten. In eerste instantie kan NO2 zorgen voor ademhalingsproblemen en beschadiging van het longweefsel met alle gevolgen vandien. Ten tweede kunnen NOx de groei en ontwikkeling van planten nadelig beïnvloeden wanneer deze NOx in te grote hoeveelheden opnemen. Daarnaast spelen NOx ook een belangrijke rol in de milieuverzuring en smogvorming. Tot slot kunnen NOx - samen met andere polluenten - zorgen voor verwering van materialen (kleurstoffen, plastics, metalen, gebouwen, ...). Meer info over NOx vindt u in het achtergronddocument 'Verzuring' van MIRA (2006). In Antwerpen werd de Europese NO2 jaargrenswaarde van 40 µg/m³ (vastgelegd in richtlijn 2008/50/EG) de voorbije jaren vaak niet gehaald. In Figuur 2 ziet u de toestand in 2003 (ruimtelijke interpolatie en modellering op basis van werkelijk gemeten concentraties).
Biomonitor
3 of 6
http://www.milieu-en-gezondheid.be/nieuwsbrief/biomonitor%2018/fijn...
Figuur 2: Jaargemiddelde NO2 concentratie (µg/m³) op basis van uurwaarden: toestand in het jaar 2003. Bron: Plan MER over het strategisch plan voor en de afbakening van de haven van Antwerpen in haar omgeving (Verbeeck et al., 2007). Gemiddeld over Vlaanderen produceerde het wegverkeer in 2006 de helft van de totale NOx-uitstoot. Op de tweede plaats (29 %) komen de elektriciteitsproductie en industrie (waaronder de raffinaderijen). (MIRA-T, 2007).
Uit onderzoek in opdracht van het Gemeentelijk Havenbedrijf Antwerpen blijken de NO2-emissies in de haven van Antwerpen grotendeels afkomstig te zijn van de industrie en de zeescheepvaart. Ook het goederentransport en havengebonden werktuigen dragen bij tot de gemeten concentraties. Daarnaast heeft het wegverkeer van de drukke verkeersaders die langs de haven lopen ook een duidelijke impact. In de stad Antwerpen draagt het lokale verkeer voor 35 % bij aan de gemeten NO2-concentratie.
De impact van het lokale verkeer op de lokale luchtkwaliteit is dus zeer groot. De overige 65 % is afkomstig van de Antwerpse, Vlaamse en in mindere mate buitenlandse achtergrond, vnl. veroorzaakt door verkeer en industrie (MIRA-T, 2006). In Figuur 3 ziet u een illustratie van de opbouw van NO2-concentratie in een verkeersdrukke Antwerpse straat (MIRA-T, 2006).
Biomonitor
4 of 6
http://www.milieu-en-gezondheid.be/nieuwsbrief/biomonitor%2018/fijn...
Figuur 3: Opbouw NO2-concentratie in een verkeersdrukke Antwerpse straat (MIRA-T, 2006).
Maatregelen voor reductie van fijn stof en NOx Om de gemeten overschrijdingen van fijn stof en NOx aan te pakken hebben de stad Antwerpen, het Gemeentelijke Havenbedrijf Antwerpen en de Vlaamse overheid verschillende maatregelen uitgewerkt. Deze zijn gericht naar de sectoren industrie, mobiliteit, zee- en binnenscheepvaart en huishoudens. Per sector zetten we de belangrijkste maatregelen op een rij. Industrie Een aanscherping van de algemene voorwaarden voor geleide emissies van fijn stof van 50 tot 20 mg/Nm³. Op korte termijn: opleggen van technieken die moeten leiden tot een belangrijke reductie van de diffuse stofemissies bij op- en overslagactiviteiten. Strengere voorwaarden voor de raffinaderijen (in 2005 en 2010) wat betreft de uitstoot aan fijn stof en NOx. Strengere voorwaarden voor stookinstallaties voor stof en NOx sinds 2008. Milieubeleidsovereenkomst met elektricitieitsproducenten waarin normen voor NOx-uitstoot zijn opgenomen. Systematische controle bij prioritaire bedrijven naar implementatie van Vlarem-, vergunnings- en BBT-maatregelen ter beperking van NO2- en stofemissies. Mobiliteit Een duurzame mobiliteit realiseren in de regio Antwerpen ondermeer via uitvoering van het Masterplan Antwerpen. Maatregelen voor verbetering van de verkeersdoorstroming en een verschuiving van wegverkeer naar meer openbaar vervoer en meer fietsen en wandelen. Europese emissiegrenswaarden personenwagens en roetfilters verplicht vanaf september 2009 voor nieuwe type wagens en vanaf januari 2011 voor alle nieuwe wagens. Strengere NOx-normen vanaf september 2014 voor nieuwe type wagen en vanaf september 2015 voor alle nieuwe wagens. Ecologiepremies voor de installatie van roetfilters op vrachtwagens en dieselwagens en bij de aankoop van Euro V-vrachtwagens. Een sensibiliseringscampagne om burgers er toe aan te zetten bij de keuze van een (nieuwe) wagen rekening te houden met de ecoscore van de wagen (zie www.ecoscore.be). Snelheidsbeperking bij SMOG-alarm, herziening verkeersbelasting ten voordele van milieuvriendelijke voertuigen, subsidies aan steden en gemeenten bij de berekening van luchtkwaliteit en het nemen maatregelen o.a. op basis van het model CAR-Vlaanderen, ontwerpbesluit voor roetfilter voor personenwagens. Scheepvaart Voor de binnenscheepvaart zijn emissienormen voor nieuwe motoren opgesteld (door Centrale Commissie Rijnvaart en de EU). Daarnaast is binnen de Vlaamse Overheid sinds 2007 het Vlaams Impulsprogramma emissiearme binnenvaart van kracht. In 2007 en 2008 werden 350.000 euro respectievelijk 600.000 euro subsidie toegekend voor
Biomonitor
5 of 6
http://www.milieu-en-gezondheid.be/nieuwsbrief/biomonitor%2018/fijn...
de aankoop van motoren met een lagere stof uitstoot. De NOx-emissie door zeeschepen is op Europees en internationaal niveau geregeld in het Marpol-verdrag.
Huishoudens Via de folder "Slimmer stoken" worden particulieren gesensibiliseerd voor een goed gebruik van hun houtkachel wat moet leiden tot een daling van de uitstoot aan fijn stof. Daarnaast wordt de federale overheid gestimuleerd tot het afwerken van een Koninklijk Besluit inzake productnormering voor huishoudelijke stookinstallaties op vaste brandstoffen en het opmaken van een Koninklijk Besluit voor de samenstelling van pellets.
Literatuur MIRA (Milieurapport Vlaanderen). Achtergronddocument thema 'Verzuring'. 2006. Zie www.milieurapport.be MIRA (Milieurapport Vlaanderen). Achtergronddocument thema 'Verspreiding van zwevend stof'. 2007. Zie www.milieurapport.be Sleeuwaert F, Torfs R, Bleux N, Cosemans G, Deutsch F, Jassen L, Vanderkom J, Mensink C, Van Rompaey H, Berghmans P. Onderzoek naar de bronnen van PM10 in de haven van Antwerpen. Eindrapport. 2007. Studie uitgevoerd door VITO in opdracht van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie. Zie www.lne.be/themas /luchtverontreiniging ? klik links op 'Informatie- Studies' Verbeeck L, Versieren J, Broeckx, S. Plan-MER over het strategisch plan voor en de afbakening van de haven van Antwerpen in haar omgeving. Technisch deelrapport Lucht - Bijlage A: figuren. 2007. In opdracht van de Vlaamse overheid, Afdeling Haven- en Waterbeleid. Vlaamse Milieumaatschappij. Marleen Van Steertegem (eindred.). MIRA-T 2006 Indicatorenrapport. 2006. Vlaamse Milieumaatschappij, Aalst. Zie www.milieurapport.be Vlaamse Milieumaatschappij. Marleen Van Steertegem (eindred.). MIRA-T 2007 Indicatorenrapport. 2007. Vlaamse Milieumaatschappij, Aalst. Zie www.milieurapport.be Op de website www.lne.be/themas/luchtverontreiniging vindt u meer info en kunt u verschillende onderzoeksrapporten downloaden (klik links op 'Informatie- Studies'). Het actieplan zelf vindt u op http://www.lne.be /themas/luchtverontreiniging/beleid/beleid-in-belgie-en-vlaanderen
Nieuwsbrief Inhoud Fijn stof in 3 steden Fijn Stof-Actieplan Demonstratiewoning Humane biobank Rudy Verheyen prijs Draaiboek rookhinder MMK Doczone Nieuwsbrief Archief De Sneeuwbal Inschrijven Auteursrichtlijnen Redactie © Copyright 2007 Steunpunt Milieu en Gezondheid
Biomonitor
6 of 6
http://www.milieu-en-gezondheid.be/nieuwsbrief/biomonitor%2018/fijn...