www.pwc.nl
Accountantsverslag 2013
Accountantsverslag 2013 voor Veiligheidsregio Fryslân 14 maart 2014
Aan het Algemeen Bestuur van Veiligheidsregio Fryslân T.a.v. de heer W. Kleinhuis Postbus 612 8901 BK LEEUWARDEN 14 maart 2014 Referentie: CA
Geacht bestuur,
Accountantsverslag met betrekking tot de controle van de jaarrekening 2013 Met genoegen presenteren wij u ons accountantsverslag met betrekking tot de controle van de jaarrekening 2013 van Veiligheidsregio Fryslân. Onze controle is uitgevoerd conform onze opdrachtbevestiging van 3 oktober 2013 (kenmerk: CA/e0303956/31022475/aj/ar). Dit verslag gaat in op de belangrijkste bevindingen uit onze controle van de jaarrekening van Veiligheidsregio Fryslân. Ons accountantsverslag bestaat uit zeven delen. In deel 1 en 2 geven wij u een overzicht van onze belangrijkste kernboodschappen. In deel 3 en 4 worden de belangrijkste waarnemingen besproken die zijn voortgekomen uit onze controle van de getrouwheid en rechtmatigheid. In deel 5 en 6 geven wij onze visie over de kwaliteit van uw interne beheersing en de automatisering. Deel 7 hebben wij onze overige opmerkingen die voor nu en in de toekomst voor Veiligheidsregio Fryslân relevant zijn. Graag willen we de inhoud van dit verslag bespreken tijdens de directievergadering op 17 maart 2014 en op 24
maart 2014 met de audit commissie. Mocht u in de tussentijd vragen hebben, dan kunt u uiteraard contact met ons opnemen. Wij willen graag van deze gelegenheid gebruikmaken om u en uw medewerkers te bedanken voor de medewerking die we ervaren hebben tijdens onze werkzaamheden. Met vriendelijke groet, PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
C.R. Alserda AA Senior Director
PricewaterhouseCoopers Accountants N.V., Badweg 2 8934 AA Leeuwarden, Postbus 321, 8901 BC Leeuwarden T: 088 792 00 50, F: 088 792 94 24, www.pwc.nl ‘PwC’ is het merk waaronder PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK 34180284), PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK 34180287), PricewaterhouseCoopers Compliance Services B.V. (KvK 51414406), PricewaterhouseCoopers Pensions, Actuarial & Insurance Services B.V. (KvK 54226368), PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 34180289) en andere vennootschappen handelen en diensten verlenen. Op deze diensten zijn algemene voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Op leveringen aan deze vennootschappen zijn algemene inkoopvoorwaarden van toepassing. Op www.pwc.nl treft u meer informatie over deze vennootschappen, waaronder deze algemene (inkoop)voorwaarden die ook zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam.
Managementsamenvatting 1.
Onze belangrijkste kernboodschappen
4.3.
2.
Conclusies inzake de controle van de jaarrekening
Een nieuwe financiële verordening is gedurende 2013 vastgesteld
5.
2.1.
Controleverschillen, toepassing waarderingsgrondslagen en toelichtingen
Uw interne beheersing is van een voldoende niveau
5.1.
2.2.
Ten aanzien van het aspect rechtmatigheid zijn geen materiële fouten en/of onzekerheden geconstateerd
Update van onze beoordeling van controlerisico’s
6.
Bedrijfsvoering en planning & controlcyclus is in 2013 verder doorontwikkeld
Bevindingen ten aanzien van uw ITomgeving
6.1.
Realisatie insourcing brandweer
6.2.
IT beleid gedefinieerd
6.3.
Wijzigingsprocedure onvoldoende om hierop in de controle te kunnen steunen
6.4.
Logische en fysieke toegangsbeveiliging niet conform best-practice
2.3. 2.4. 3.
Nieuwe brandweertaak vergt strakke monitoring van tussentijdse resultaten Belangrijkste bevindingen inzake de getrouwheid van de jaarrekening
3.1.
Enkele jaarrekeningposten nader bekeken
3.2.
Uw jaarstukken geven voldoende inzicht
7.
Overige opmerkingen
3.3.
De financiële positie van Veiligheidsregio Fryslan verdient aandacht
7.1.
Fraude, fouten en niet-naleving van wet- en regelgeving
4.
Belangrijkste controlebevindingen inzake rechtmatigheid
7.2.
Veiligheidsregio voldoet aan SEPA
7.3.
Onze onafhankelijkheid
4.1.
De uitvoering van het interne controleplan op het gebied van rechtmatigheid moet worden verbeterd
4.2.
Er zijn geen fouten en onzekerheden in de SiSa-bijlage geconstateerd
Ons accountantsverslag is uitsluitend opgesteld voor gebruik door het Directieteam, Dagelijks bestuur en het Algemeen bestuur van Veiligheidsregio Fryslân U mag dit verslag zonder onze toestemming vooraf, niet aan derden verstrekken. Als gevolg hiervan accepteren wij geen aansprakelijkheid of verantwoordelijkheid tegenover enige andere persoon die dit verslag in handen of ter inzage krijgt.
1.
PwC
Onze belangrijkste kernboodschappen
Pagina 4 van 27
Onze belangrijkste boodschappen en aanbevelingen zijn: 1.
Wij zijn voornemens een controleverklaring af te geven met een goedkeurend oordeel op het gebied van getrouwheid en rechtmatigheid. Ook de SiSa bijlage bevat geen materiële onjuistheden of onzekerheden.
2.
De Veiligheidsregio heeft in 2013 een aantal stappen gezet in de verdere professionalisering van de organisatie. Het management is versterkt door onder andere het aantrekken van een directeur Bedrijfsvoering, taken zijn herschikt en de afbakening van werkzaamheden tussen bedrijfsvoering en control is verbeterd, beleidsadviesteams zijn gevormd en de planning & control cyclus is verder verbeterd. Het belang van deze verdere professionalisering is uiteraard evident in het licht van de toegenomen activiteiten en budgetten.
3.
Een sterke planning & controlcyclus/adequate interne beheersing is derhalve noodzakelijk mede gelet op de taakstellende bezuinigingen bij jeugdgezondheidszorg en een nieuwe taak ten aanzien van de brandweer. Tijdige en adequate periode afsluiting in 2014 is met het oog op deze ontwikkelingen naar onze mening van cruciaal belang. Een tijdig en een adequaat inzicht in de tussentijdse resultaten is noodzakelijk om waar nodig tijdig te kunnen bijsturen inclusief een sterke sturing op kasstromen. Uit de gevoerde gesprekken met het management blijkt dat het belang hiervan wordt onderkend. Het huidige niveau van de interne beheersing is voldoende om in het kader van de getrouwheid van de jaarrekening hier gebruik van te kunnen maken. Wij hebben deels gebruik gemaakt van de door uw concern-controller gecoördineerde werkzaamheden. De uitvoering en rapportage van deze werkzaamheden zijn naar onze mening voor verbetering vatbaar. Onder andere de selectiemethoden, de vastleggingen en de rapportages over de werkzaamheden dienen te worden verbeterd om de kwaliteit van uw interne controle verder te verhogen. Dit is in de auditcommissie besproken en voor 2014 zal hier inhoud aan worden gegeven. In de nieuwe controlerichtlijn (ISA 610) ‘Steunen op interne controle werkzaamheden’ die wij hanteren is nadere informatie hierover opgenomen welke met uw concern-controller is gedeeld.
4.
PwC
De uitputting van de voorziening BDUR van € 4,2 miljoen is hier tevens het gevolg van.
Ten aanzien van uw financiële positie geldt dat de liquiditeit negatief wordt beïnvloed door de opstartkosten die samenhangen met de regionalisering, de nieuwbouw en de versterking van de bedrijfsvoering.
Ultimo 2013 zijn de kortlopende vorderingen niet voldoende op de kortlopende verplichtingen te kunnen voldoen. Wij adviseren u de liquiditeiten mede in het kader van de overdracht van de activiteiten van de brandweer adequaat te monitoren door het periodiek (maandelijks) opstellen van een liquiditeitsprognose. De liquiditeitsprognose dient een vast onderdeel te zijn van de tussentijdse rapportage. Op dit moment wordt daarom het treasury-proces opnieuw ingericht. Conform het ABbesluit van 6 maart zal de bevoorschotting wijzigen in een maandelijkse bevoorschotting waarmee het belang van een adequate liquiditeitsprognose toeneemt. Uw paragraaf financiering besteedt u terecht aandacht aan het belang van liquiditeitsbeheer. Wij hebben eveneens begrepen dat de liquiditeitsprognoses op korte termijn verder zullen worden doorontwikkeld. 5.
Het financiële beleid wordt binnen de wettelijke kaders uitgevoerd. Wel adviseren wij u de analyse van de omvang van het weerstandsvermogen in relatie tot de benodigde weerstandscapaciteit te actualiseren gelet op de forse uitbreiding van de activiteiten van de Veiligheidsregio. Wij hebben begrepen dat het Dagelijks Bestuur voornemens is de hierdoor ontstane wijziging in het risicoprofiel van de veiligheidsregio in de beleidsnota weerstandsvermogen in 2014 nader uit te werken. Met dit voornemen is reeds gestart.
6.
In de jaarrekening 2013 is per saldo voor circa € 212.000 aan reservemutaties verwerkt. Wij hebben vastgesteld dat deze in overeenstemming zijn met de door u in 2012 vastgestelde nota reserves en voorzieningen. Daarnaast vloeit een deel van dit bedrag voort uit bestuursbesluiten die zijn genomen bij de vier- en achtmaandsrapportages.
7.
Er is sprake van begrotingsoverschrijdingen in de programmarekening 2013. De begrotingsoverschrijdingen worden in de Maraps afdoende toegelicht. Bij het vaststellen van het jaarverslag door het Algemeen Bestuur dienen deze begrotingsoverschrijdingen alsnog (achteraf) door u geautoriseerd.
Pagina 5 van 27
8.
De naleving van de rechtmatigheidsaspecten is op dit moment nog onvoldoende schriftelijk vastgelegd en geborgd binnen de organisatie, zie ook punt 3. Overigens hebben wij, met uitzondering van de eerder gemelde onrechtmatigheid aanbesteding telefonie, geen financiële fouten aangetroffen met betrekking tot rechtmatigheid. Vooral de uitvoering van interne controlewerkzaamheden (kwaliteit en tijdigheid), zodat de Veiligheidsregio kan vaststellen dat zij rechtmatig handelt, is op dit moment nog onvoldoende. Wij adviseren u het rechtmatigheidsaspect nadrukkelijker in uw interne controleplan naar voren te laten komen.
9.
Wij zijn van mening dat de procedures ten aanzien van de naleving van de Europese Aanbestedingsregels en de nieuwe wet Besluit Openbare aanbesteding (1 april 2013) dienen te worden aangescherpt. Hoewel er op dit moment wel gebruik wordt gemaakt van een vast stramien voor
offerte-aanvragen en er sprake is van een contractenregister wordt de naleving van de Europese Aanbestedingsregels en de nieuwe Aanbestedingswet formeel niet door middel van het inkoop- en aanbestedingsbeleid afgedwongen. Wij adviseren u het inkoop- en aanbestedingsbeleid te formaliseren zodat ook de nieuwe wet Besluit Openbare aanbesteding (ingaande 1 april 2014) is opgenomen in het inkoopproces. Dit mede gezien de groei van uw organisatie als gevolg van de regionalisering van de brandweer. 10.
PwC
De betrouwbaarheid en continuïteit van de geautomatiseerde gegevensverwerking is voldoende geborgd. Wel hebben wij een aantal bevindingen rondom wijzigingsprocedures en logische en fysieke toegangsbeveiliging.
Pagina 6 van 27
2.
Conclusies inzake de controle van de jaarrekening
Dit onderdeel bevat de belangrijkste bevindingen die zijn voortgekomen uit onze controle en die in onze professionele oordeelsvorming van belang zijn voor u als Algemeen Bestuur.
PwC
Pagina 7 van 27
2.1.
Controleverschillen, toepassing waarderingsgrondslagen en toelichtingen
Wij zullen een goedkeurende controleverklaring verstrekken Wij hebben onze controle van de jaarrekening 2013 van Veiligheidsregio Fryslân nagenoeg afgerond en zullen een goedkeurende controleverklaring op de aspecten getrouwheid en rechtmatigheid verstrekken, onder voorbehoud van goedkeuring van deze jaarrekening door het Algemeen Bestuur. De concept-jaarrekening was bij de start van de controle gereed. Wij constateren dat de jaarrekening en onderliggende specificatie hoofdzakelijk door Bedrijfsvoering worden samengesteld. In de verdere professionalisering van de organisatie en resultaatverantwoordelijkheid van de afdelingen zien wij hier dan ook een belangrijke verbetering. Wij adviseren u ten behoeve van het afsluitproces de analyses van de resultaten per afdeling en het opleveren van onderbouwingen van onder andere de opbrengsten door de financiële adviseurs te laten uitvoeren. Naar onze mening is het analyseren van de uitputtingen van de budgetten en de verschillen ten opzichte van de begroting de verantwoordelijkheid van de financiële adviseurs.
Geen controleverschillen ten aanzien van getrouwheid Tijdens onze controle en tot de datum van dit verslag hebben wij met uitzondering een reclassificatie in de balans geen controleverschillen geconstateerd boven onze rapportagedrempel van € 38.000.
2.2.
Ten aanzien van het aspect rechtmatigheid zijn geen materiële fouten en/of onzekerheden geconstateerd
De Veiligheidsregio Fryslân is verantwoordelijk voor de rechtmatige besteding van de gelden. Als gevolg hiervan voert de Veiligheidsregio Fryslân rechtsmatigheidsonderzoeken uit volgens een met PwC afgestemd intern controleplan. Op basis van deze onderzoeken en de door ons uitgevoerde controlewerkzaamheden, concluderen wij dat de verantwoorde baten, lasten en balansmutaties van Veiligheidsregio Fryslân tot stand zijn gekomen conform het door het Dagelijks Bestuur vastgestelde normenkader en de wettelijke regels. De kwaliteit en de tijdigheid van de werkzaamheden kan naar onze mening verder worden verbeterd. Hier gaan wij in hoofdstuk 4 verder op in. De geconstateerde fouten en onzekerheden blijven binnen de door u vastgestelde grenzen. Daarom zullen wij ten aanzien van het aspect rechtmatigheid een goedkeurend oordeel verstrekken. Fouten
Onzekerheden
Europese Aanbesteding (telefonie)
137.000
-
Totaal
137.000
-
Goedkeuringstoleranties
384.000
Rechtmatigheidsbevinding (in €)
Toelichting
onderstaand
De toelichtingen zijn juist en volledig
Tabel 1 Bevindingen ten aanzien van het aspect rechtmatigheid
Wij hebben de toelichtingen in de jaarrekening beoordeeld en zijn van mening dat deze in overeenstemming zijn met de vereisten zoals opgenomen in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.
Telefonie Bovengenoemde fout vloeit voort uit een afgesloten doorlopend contract uit 2012. De aanbesteding van deze diensten is in 2013 opgestart en vrijdag 7 maart 2014 gepubliceerd.
PwC
Pagina 8 van 27
2.3.
Bedrijfsvoering en planning & controlcyclus is in 2013 verder doorontwikkeld
In onze managementletter die wij hebben uitgebracht aan het Dagelijks Bestuur en leden van de auditcommissie zijn wij ingegaan op de stappen die in 2013 zijn gezet op het gebied van bedrijfsvoering en planning & control. Zo is de afdeling bedrijfsvoering versterkt met het aantrekken van een directeur bedrijfsvoering, zijn enkele andere functies ingevuld (o.a. adviseur Planning en Control) en zijn taken herschikt. Daarnaast is de afbakening van werkzaamheden op het gebied van bedrijfsvoering en (concern) control verbeterd en zijn beleidsadviesteams gevormd die de (vak)afdelingen adviseren op het gebied van bedrijfsvoeringstaken. Ook op instrumenteel vlak is er ten aanzien van de planning & control veel ontwikkeling geweest. A3-jaarplannen (conform het INK-model) zijn ontwikkeld en worden tijdens de periodieke marap-gesprekken met de Algemeen Directeur besproken inclusief vastlegging van actiepunten en monitoring van de opvolging daarvan. P & C-instrumenten worden zo steeds meer een onderdeel van de dagelijkse werkzaamheden van het afdelings- en clustermanagement. Wel zien wij in de opzet van de P & C-cyclus nog een aantal aandachtspunten. Deze zijn samengevat de volgende: Doelstellingen en resultaten kunnen in de programmabegroting concreter worden gemaakt (SMART). De resultaten die VRF dient te behalen zijn divers. Het causaal verband tussen resultaat en de in te zetten middelen is lastig weer te geven voor VRF. Hiermee bestaat het risico dat geld het dominante uitgangspunt wordt. Wij missen een koppeling met benchmarks, wetenschappelijk bewezen interventies (uitkomsten van onderzoeken) en dergelijke om (strategische en tactische) sturing verder te verbeteren. Een goede koppeling tussen de A3-jaarplannen op afdelingsniveau met de onderliggende clusters en teams ontbreekt nog. Er ontbreekt een goede planning en control kalender geschreven vanuit het perspectief van de gebruiker.
PwC
Uit gesprekken met het management is gebleken dat hierop inmiddels actie wordt ondernomen.
2.4.
Nieuwe brandweertaak vergt strakke monitoring van tussentijdse resultaten
Per 1 januari 2014 is door de Veiligheidsregio de nieuwe brandweertaak opgestart. Het afgelopen jaar heeft sterk in het teken gestaan in de voorbereiding op de forse uitbreiding die deze nieuwe taak met zich meebrengt. Afspraken met de gemeenten zijn gemaakt ten aanzien van overdracht van taken, materieel en personeel. Tevens zijn afspraken gemaakt over het totale beschikbare budget voor deze nieuwe taak. In de loop van 2014 zal meer inzicht ontstaan in de werkelijke kosten in relatie tot het beschikbare budget. Het belang van een strakke tussentijdse monitoring van de ontwikkeling van deze kosten wordt hierdoor extra benadrukt. Dit stelt eisen aan een tijdige en adequate tussentijdse financiële informatievoorziening. Een juiste periodeafgrenzing en tijdige bijstelling van de jaareindeverwachting in relatie tot de begroting zijn uiteraard essentieel. Dit maakt het mogelijk om tussentijds bij te sturen indien dit nodig wordt geacht. Vanwege deze nieuwe taak en de hiermee gemoeide investeringen wordt eveneens het belang van sturing op kasstromen nog eens vergroot (zie tevens hoofdstuk 3.3). Uit de gesprekken die wij met het management hebben gevoerd wordt het belang van sturing op liquiditeiten en een strakke monitoring van de tussentijdse cijfers door hen onderkend.
Pagina 9 van 27
3.
3.1.
Belangrijkste bevindingen inzake de getrouwheid van de jaarrekening Enkele jaarrekeningposten nader bekeken
In deze paragraaf geven wij een beeld van enkele naar onze mening belangrijke jaarrekeningposten en onze bevindingen hierbij. Voorziening Meldkamer Noord Nederland is vrijgevallen De voorziening frictiekosten MkNN heeft betrekking op de kosten samenhangend met de overgang van drie noordelijke meldkamers naar één meldkamer in Noord-Nederland. De frictiekosten hebben betrekking op personele en materiële kosten. Als gevolg van de overgang van brandweercentralisten van de politie Fryslân naar RAV Fryslân en de Hulpverleningsdienst Drenthe zijn frictiekosten ontstaan. Destijds is hiervoor een voorziening getroffen van € 600.000. Uit de brief van de Veiligheidsregio gericht aan de Politie Fryslân van 26 november 2013 blijkt dat tussen de partijen overeenstemming is bereikt over de financiële afrekening van de overgang naar de noordelijke meldkamer. Er is overeengekomen dat de Veiligheidsregio Fryslân een eenmalige betaling van € 200.000 voor haar rekening neemt ter afwikkeling van deze overgang. Het restant van de gevormde voorziening van € 206.000 (voorziening bedroeg ultimo 2012 € 406.000) valt vrij ten gunste van het resultaat 2013. Wij kunnen met deze verwerking instemmen. Voorziening BDUR grotendeels aangewend voor regionalisering brandweer De voorziening BDUR wordt door de veiligheidsregio gerekend tot de weerstandscapaciteit en bedraagt ultimo 2012 € 4.235.000. Deze voorziening is gevormd met als doel verplichtingen en bestedingen welke betrekking hebben op het veiligheidsprogramma te dekken. Jaarlijks verkrijgt de veiligheidsregio de bijdrage BDUR. Door middel van de SiSa-bijlage wordt verantwoording afgelegd over de bestedingen. In de afgelopen jaren zijn de verantwoorde bestedingen hoger gebleken dan de rijksbijdrage BDUR. Ten tijde van de controle hebben we aandacht besteed aan
PwC
de bestedingen die in 2013 ten laste van deze voorziening zijn gebracht. We hebben vastgesteld dat deze bestedingen passen in het programma veiligheid. De bestedingen zijn als rechtmatig aan te merken. De bestedingen die in 2013 ten laste van de voorziening zijn gebracht betreffen vooral de voorbereidende kosten in het kader van de regionalisering van de brandweer. Hieronder bevindt zich ook € 1.200.000 dat is aangewend voor het vormen van een voorziening Sociaal Plan SN1B (zie onderstaand). Per jaareinde is de omvang van de voorziening BDUR nog circa € 99.000. We kunnen instemmen met de wijze van verwerking en aanwending van de voorziening. Ten aanzien van de regionalisering van de brandweer ontstaan frictiekosten In 2013 heeft de Veiligheidsregio Fryslân vele voorbereidingen getroffen voor de regionalisering van de brandweer per 1 januari 2014. Als onderdeel van de regionalisering van de brandweer is in 2013 een sociaal plan overeengekomen voor zowel de vrijwilligers als het beroepspersoneel. De kosten van dit sociaal plan zijn in 2013 voorzien. De omvang van de voorziening is per jaareinde bepaald op € 1.200.000. Deze voorziening voorziet onder andere in de tegemoetkoming in de reiskosten van brandweermedewerkers als gevolg van standplaatswijziging en in een garantie voor doorbetaling van bovenschalige salarissen. Ten tijde van de controle hebben we de omvang en toereikendheid van de voorziening getoetst. We kunnen instemmen met de gehanteerde uitgangspunten voor de vorming van de voorziening alsmede de omvang daarvan.
Pagina 10 van 27
Onderhoudsvoorziening nog niet geactualiseerd Voor het pand aan de Harlingertrekweg is op basis van een meerjarenonderhoudsplan een onderhoudsvoorziening gevormd. Aan de onderhoudsvoorziening is in 2013 conform de raming € 55.000 gedoteerd. In verband met de uitbreiding van taken heeft een omvangrijke verbouwing van dit pand plaatsgevonden. Deze verbouwing heeft gevolgen voor de omvang van uw onderhoudsvoorziening. Het Dagelijks Bestuur zal na realisatie van de verbouwing/uitbreiding het meerjarenonderhoudsplan actualiseren. Wij benadrukken het belang van de aanwezigheid van een actueel meerjarig onderhoudsplan. Aan de hand hiervan kan worden bezien of de onderhoudsvoorziening van voldoende omvang is. Voor 2013 kunnen wij echter conform voorgaand jaar instemmen met de gehanteerde uitgangspunten van het Dagelijks Bestuur en de verwerkingswijze in de jaarrekening 2013. Betere beheersing van investeringskredieten is gewenst Bij beoordeling van de investeringskredieten hebben wij geconstateerd dat er diverse kleine overschrijdingen van deze kredieten hebben plaatsgevonden. Naar onze mening wordt in de huidige P&C–cyclus niet in alle gevallen optimale aandacht besteed aan de monitoring van de investeringskredieten. We achten het van belang dat er in de P&C-cyclus op frequente wijze wordt stilgestaan bij de uitputting van de kredieten. Mede gezien de investeringen die ook in de komende jaren zullen plaatsvinden achten wij dit noodzakelijk. Door het investeringskrediet tussentijds adequaat te volgen, kan het Algemeen Bestuur tijdig geïnformeerd worden over eventuele kredietoverschrijdingen.
investeringskredieten te autoriseren mede in het kader van het begrotingscriterium. Wij vragen uw aandacht voor een adequate naleving ervan. Verantwoorde voorziening Individueel Loopbaanbudget (ILB) Vanuit de CAO heeft de Veiligheidsregio de verplichting in de jaren 2013 tot en met 2015 een bedrag van € 1.500 per werknemer ter beschikking te stellen voor het Individueel Loopbaanbudget (ILB). Indien alle medewerkers (700) van de Veiligheidsregio gebruik zouden gaan maken van deze regeling zou de maximale last € 1.050.000 bedragen. Door de afdeling P&O is een inschatting gemaakt dat 200 medewerkers gebruik gaan maken van deze regeling. Dit zou derhalve leiden tot een last in de betreffende drie jaren van €300.000. In de jaarrekening 2013 van de Veiligheidsregio is een voorziening opgenomen van € 100.000. Gekozen is om in 3 gelijke termijnen de berekende last te vormen en dus de geraamde lasten over deze jaren te egaliseren. Ten tijde van de controle is navraag gedaan naar de daadwerkelijke aanwending van deze regeling. Gebleken is dat er nog geen gebruik is gemaakt van het ILB. De voorziening heeft een egalisatiekarakter voor eventuele toekomstige verplichtingen. Voor 2014 zal een nadere onderbouwing van deze voorziening worden opgesteld in relatie tot het thans aanwezig budget voor opleiding (circa € 0,8 miljoen).
Verder constateren wij dat niet alle investeringskredieten zijn geautoriseerd door het Algemeen Bestuur. Het Algemeen Bestuur dient de
PwC
Pagina 11 van 27
3.2.
Uw jaarstukken geven voldoende inzicht
Wij hebben op hoofdlijnen de informatiewaarde van de jaarstukken beoordeeld. De jaarstukken 2013 bestaan volgens het BBV uit het jaarverslag en de jaarrekening. Op zijn beurt bestaat het jaarverslag uit de programmaverantwoording en de verplichte paragrafen. De jaarrekening bevat de programmarekening, de balans en een toelichting op beide. Hieronder hebben wij per belangrijk onderdeel van de jaarstukken onze visie opgenomen ten aanzien van de leesbaarheid en kwaliteit van het desbetreffende onderdeel.
Wettelijke vereisten zijn adequaat nageleefd Als uw accountant dienen wij ingevolge artikel 213, lid 3 onder d van de Gemeentewet te vermelden of uw jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. Op basis van de uitgevoerde werkzaamheden hebben wij geen tekortkomingen of inconsistenties te melden op dit gebied.
De leesbaarheid van de jaarrekening kan verbeterd worden De jaarrekening is opgesteld door het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio Fryslân. Als onderdeel van onze controle hebben wij:
PwC
de gepastheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving beoordeeld; en de juistheid en de volledigheid van de toelichtingen beoordeeld.
De jaarrekening is opgesteld door het Dagelijks Bestuur in overeenstemming met het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten en de stellige uitspraken in de notities van de commissie BBV. Wij vinden de toegepaste grondslagen passend. In 2013 zijn geen wijzigingen in de waarderingsgrondslagen doorgevoerd. De toelichtingen in de jaarrekening zijn beoordeeld en worden beschouwd in overeenstemming te zijn met de vereisten van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Mogelijkheden tot verbeteringen zien wij in de leesbaarheid van de programma teksten en in de verantwoording van de Veiligheidsregio over risicomanagement en de rechtmatigheidsaspecten.
Pagina 12 van 27
3.3.
De financiële positie van Veiligheidsregio Fryslan verdient aandacht
Ten aanzien van uw financiële positie geldt dat de liquiditeit in 2013 negatief wordt beïnvloed door de opstartkosten die samenhangen met de regionalisering, de nieuwbouw en de versterking van de bedrijfsvoering. De uitputting van de voorziening BDUR van € 4,2 miljoen is hier tevens het gevolg van. Ultimo 2013 zijn de kortlopende vorderingen niet voldoende om de kortlopende verplichtingen te kunnen voldoen. Wij adviseren u de liquiditeiten mede in het kader van de overdracht van de activiteiten van de brandweer adequaat te monitoren door het periodiek (maandelijks) opstellen van een liquiditeitsprognose. De liquiditeitsprognose dient een vast onderdeel te zijn van de tussentijdse rapportage. Op dit moment wordt daarom het treasuryproces opnieuw ingericht. In uw paragraaf financiering besteedt u terecht aandacht aan het belang van liquiditeitsbeheer. Wij hebben eveneens begrepen dat de liquiditeitsprognoses op korte termijn verder zullen worden doorontwikkeld. De aandacht die u heeft voor het liquiditeitsbeheer en de monitoring daarvan ondersteunen wij van harte. Ondanks een redelijke stabiele financiële positie staat de veiligheidsregio bloot aan externe factoren zoals rijksbezuinigingen, ontwikkeling decentralisaties (Jeugdzorg) en mogelijke claims. Een belangrijke graadmeter voor de financiële positie is het weerstandsvermogen. Het weerstandsvermogen laat zien in hoeverre de veiligheidsregio in staat is financiële tegenvallers op te vangen. In uw paragraaf weerstandsvermogen in de jaarrekening is het weerstandsvermogen toegelicht. Het weerstandsvermogen bestaat uit de algemene reserve (€ 1,8 miljoen) en de bestemminsreserve Crisis en Rampen (€ 0,5 miljoen). In de huidige beleidsnota weerstandsvermogen zijn de risico’s benoemd die ten grondslag liggen aan de kwantificering van het benodigde weerstandsvermogen. Het risicoprofiel zal mede in het kader van de toename van de omvang van de organisatie in 2014 worden geactualiseerd waarbij het gewenste weerstandsvermogen opnieuw zal worden bepaald.
PwC
Pagina 13 van 27
4.
Belangrijkste controlebevindingen inzake rechtmatigheid
Veiligheidsregio Fryslân is verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid
PwC
Pagina 14 van 27
4.1.
De uitvoering van het interne controleplan op het gebied van rechtmatigheid moet worden verbeterd
4.2.
Er zijn geen fouten en onzekerheden in de SiSa-bijlage geconstateerd
Het voldoen aan de financiële rechtmatigheid is de verantwoordelijkheid van de Veiligheidsregio Fryslân. Het is onze taak vast te stellen of er voldoende interne beheersingsmaatregelen en interne controle werkzaamheden zijn uitgevoerd zodat de Veiligheidsregio Fryslân kan aantonen dat zij rechtmatigheid handelt. Voor de controle dienen wij in hoge mate te steunen op de interne controlewerkzaamheden welke zijn verwoord in het interne controleplan. Aan de uitvoering van interne controlewerkzaamheden is een aantal voorwaarden verbonden. Wij hebben geconstateerd dat deze voorwaarden nog niet voldoende zijn geborgd in de aan ons verstrekte rapportages. Deze voorwaarden hebben ondermeer betrekking op planning en vastlegging van de interne controlewerkzaamheden, het uitvoeren van risicoanalyses, aantal uit te voeren deelwaarnemingen, spreiding van werkzaamheden, selectiemethodes, inzicht in de samenhang tussen risico’s en beheersingsmaatregelen.
Jaarlijks is de SiSa-bijlage een onderdeel van uw jaarrekening. Via deze bijlage worden diverse rijks- en provinciale uitkeringen verantwoord. Daarmee vormt de SiSa-bijlage de basis voor afwikkeling van deze uitkeringen. Voor de Veiligheidsregio is er sprake van 1 regeling (BDUR).
Uiteindelijk zijn de IC-werkzaamheden alsnog naar behoren uitgevoerd om hierop te kunnen steunen. Wij adviseren u echter met klem de opzet van het interne controleplan en de uitvoering van de interne controlewerkzaamheden voor 2014 door te ontwikkelen om zo te komen tot een verbetering van de uitvoering van deze werkzaamheden. In de nieuwe controlerichtlijn (ISA 610) ‘Steunen op interne controle werkzaamheden’ is nadere informatie over opgenomen welke met uw concern-controller is gedeeld.
In bijlage A.1 gaan wij nader in op de bevindingen.
De nieuwe Aanbestedingswet dient te worden geïntegreerd in het inkoop- en aanbestedingsbeleid. Op 1 april 2013 is de nieuwe Aanbestedingswet van kracht geworden. Deze wet is enerzijds van invloed op het inkoopbeleid binnen uw organisatie en anderzijds op de uitvoering van onze controlewerkzaamheden. Hoewel er op dit moment wel gebruik wordt gemaakt van een vast stramien voor offerteaanvragen en er sprake is van een contractenregister wordt de naleving van de nieuwe Aanbestedingswet niet formeel door middel van het inkoop- en aanbestedingsbeleid afgedwongen Deze nieuwe Aanbestedingswet is derhalve nog niet formeel geïntegreerd in uw inkoopbeleid. Het inkoopbeleid dient derhalve hierop nog te worden aangepast. In de bijlage van dit verslag gaan wij nader in op deze nieuwe wetgeving. PwC
Wij hebben de SiSa-bijlage gecontroleerd met inachtneming van de specifieke instructies die door de Rijksoverheid zijn vastgelegd in de ‘Nota verwachtingen accountantscontrole 2013’. Op grond van het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) gelden voor de SiSa andere, zwaardere, rapporteringstoleranties. Dit om ministeries in staat te stellen de specifieke uitkeringen vast te kunnen stellen en de Algemene Rekenkamer van informatie te voorzien. Wij hebben bij onze controle van de SiSa-bijlage bij de jaarrekening 2013 geen afwijkingen geconstateerd.
4.3.
Een nieuwe financiële verordening is gedurende 2013 met terugwerkende kracht vastgesteld
Op 28 november 2013 is door het Algemeen Bestuur een nieuwe financiële verordening vastgesteld. Deze verordening is in werking getreden met ingang van begrotingsjaar 2013. Hiermee is de verordening van 14 maart 2012 komen te vervallen. Onderstaand is de impact hiervan op uw jaarrekening nader toegelicht. Een belangrijke wijziging ten opzichte van de voorgaande financiële verordening heeft impact op de materiële vaste activa. Vanaf 2013 worden activa met een aanschafwaarde van minder dan € 10.000 niet meer geactiveerd, in tegenstelling tot voorheen. Dit heeft impact op uw activa. Het gevolg van deze wijziging is dat alle activa met een oorspronkelijke aanschafwaarde van minder dan € 10.000 is afgeboekt. Dit resulteert in 2013 tot een eenmalig boekverlies van circa € 250.000. Dit bedrag bestaat uit het totaal van de boekwaarden in 2013 van activa met een oorspronkelijke aanschafwaarde van minder dan € 10.000. Wij kunnen instemmen met deze verwerkingswijze gezien de verordening met terugwerkende kracht is vastgesteld.
Pagina 15 van 27
Begrotingsoverschrijdingen nader toegelicht Als blijkt dat de gerealiseerde lasten zoals weergegeven in de programmarekening hoger zijn dan de geraamde bedragen met inbegrip van de laatste begrotingswijzigingen, kan er sprake zijn van onrechtmatige uitgaven. Voor een juiste oordeelsvorming is van belang in hoeverre de begrotingsoverschrijding past binnen het door het Algemeen Bestuur geformuleerde beleid en/of wordt gecompenseerd door hogere opbrengsten. Het bepalen of, respectievelijk welke begrotingsoverschrijdingen onrechtmatig zijn, is voorbehouden aan het Algemeen Bestuur. In onderstaande tabel hebben wij per programma een samenvatting gegeven van de begrotingsoverschrijdingen op de lasten. Daarbij is tevens de conclusie ten aanzien van rechtmatigheid weergegeven. De genoemde bedragen betreffen de begrotingsoverschrijding van de lasten. Daarnaast zijn de aspecten ten aanzien van reserve mutaties en investeringskrediet opgenomen in de tabel. Begrotingsrechtmatigheid Programma Gezondheid
Overschrijding
€ 484.000
Toelichting
Bij verschillendeproducten zijn begrotingsoverschrijdingen geconstateerd welke zijn toegelicht in hoofdstuk 5.7. van de jaarrekening. Deze betreffen voornamelijk overschrijdingen in verband met personeelstekort op specifieke onderdelen en afboekingen op activa die voortijdig zijn vervangen in verband met de vernieuwbouw. Tegenover de begrotingsoverschrijdingen staan voor het grootste deel onttrekkingen aan de reserves. In beginsel is hierdoor sprake van een begrotingsonrechtmatigheid. Bij het vaststellen van de jaarrekening door het Algemeen Bestuur wordt de begrotingsoverschrijding alsnog geautoriseerd waarmee de onrechtmatigheid komt te vervallen.
Programma Veiligheid
Reservemutaties (meer verwerkt dan begroot)
Investeringskredieten
PwC
€ 33.000 Ten aanzien Deze overschrijding is ontstaan als gevolg van niet begrote lasten rechtspositie. Hier tegenover staat een onttrekking van de bestemmingsreserve rechtspositie.
€ 470.000
Diverse posten
Bij het vaststellen van het jaarverslag door het Algemeen Bestuur wordt ook deze begrotingsoverschrijding geautoriseerd waarmee de onrechtmatigheid komt te vervallen. Dit betreft de onttrekkingen aan de reserves in verband met de vernieuwbouw van de Harlingertrekweg (€ 434.000) en de reserve rechtspositie ( € 36.000). Deze waren niet begroot, maar zijn wel door het Algemeen Bestuur besloten, respectievelijk in het besluit vernieuwbouw en de nota reserves en voorzieningen. Zie paragraaf 3.1
Pagina 16 van 27
5.
Uw interne beheersing is van een voldoende niveau
Tijdens onze interim-controle hebben wij de interne beheersing van Veiligheidsrisico Fryslân beoordeeld. Dit deel geeft u inzicht in de belangrijkste bevindingen
PwC
Pagina 17 van 27
5.1.
Update van onze beoordeling van controlerisico’s
In dit deel geven wij een samenvatting van de belangrijkste geconstateerde controlerisico’s, zoals ook aan u gecommuniceerd in ons controleplan 2013, en de uitkomsten van onze controlewerkzaamheden bij de voltooiing van de controle. In het algemeen is onze risicoanalyse ongewijzigd gebleven ten opzichte van de risico’s zoals samengevat in onze controleaanpak, zoals blijkt uit onderstaande tabel: Geconstateerde controlerisico’s Inkoop- en aanbestedingsprocedure
Meer risico
Minder risico
Controleaanpak
Volledigheid van de opbrengstverantwoording
Meer risico
PwC
Minder risico
Kennisnemen van actuele wet- en regelgeving. Beoordelen opvolging bevindingen voorgaand jaar. Inzicht verkrijgen in controleomgeving: inkoop en aanbestedingenbeleid, verantwoordelijkheden en bevoegdheden centraal versus decentraal. Beoordelen koppeling iFlow, Inconto en CODA. Opzetten controleaanpak in samenwerking met de controller en het beoordelen van deze werkzaamheden. Zelfstandige deelwaarneming op naleving Europese aanbestedingsrichtlijnen.
Kennis nemen van de verschillende opbrengststromen. Inzicht verkrijgen in de verantwoordingssystematiek (primaire registratie). Opstellen van een risicoanalyse. Opzetten controleaanpak in samenwerking met de controller en het beoordelen van deze werkzaamheden.
Uitkomsten controlewerkzaamheden
Naar aanleiding van onze werkzaamheden in het kader van de naleving van de Europese Aanbestedingsregels zijn wij van mening dat de procedures en naleving van de regelgeving moeten worden aangescherpt. Mede gezien de groei als gevolg van de regionalisering van de brandweer geeft dit noodzaak dit verder te professionaliseren. Hierbij vragen wij uw aandacht voor contracten met de mogelijkheden voor een stilzwijgende verlenging. Indien hiervan daadwerkelijk gebruik wordt gemaakt zonder een expliciete evaluatie van de aangegane overeenkomst zijn de betreffende verplichtingen, indien deze boven het drempelbedrag komen, onrechtmatig.
De uitvoering van de rechtmatigheidswerkzaamheden in het kader van Europese Aanbestedingsregelgeving heeft begin 2014 plaatsgevonden. Dit heeft tot gevolg dat eventuele uitkomsten niet meer gecorrigeerd of opgepakt kunnen worden en dat het Dagelijks en Algemeen Bestuur niet tijdig genoeg worden geïnformeerd over eventuele rechtmatigheidsfouten. Wij hebben de organisatie geadviseerd de werkzaamheden te spreiden in de tijd gedurende het verslagjaar.
Wij hebben de koppeling inzake iFlow en CODA beoordeeld in relatie tot het inkoopproces. Hierbij hebben wij geen tekortkomingen geconstateerd. Bij de uitvoering van onze controlewerkzaamheden hebben wij een analyse gemaakt van de inkomende geldstromen. Van deze verschillende geldstromen hebben wij aan de hand van primaire registraties, beschikkingen en overeenkomsten de volledigheid van de opbrengstverantwoording gecontroleerd. Hierbij hebben wij geen materiële tekortkomingen
Pagina 18 van 27
geconstateerd.
Uitvoeren van verbandscontroles.
Planningsfase
PwC
Ten aanzien van de interne beheersing hebben wij geconstateerd dat de geldstroom op hoofdlijnen wordt gemonitord en dat er in mindere mate sprake is van een meer diepgaande monitoring van de opbrengstverantwoording. Dit heeft geleid tot een relatief grote inspanning van onze kant om voldoende informatie te verkrijgen ter onderbouwing van de volledigheid van de opbrengstverantwoording. Wij adviseren u de interne controle op de opbrengstverantwoording aan te scherpen.
Eindejaarsfase
Pagina 19 van 27
6. 6.1.
Bevindingen ten aanzien van uw IT-omgeving Realisatie insourcing brandweer
De IT organisatie van Veiligheidsregio Fryslan bedient op provinciaal niveau de vestigingen van GGD en brandweer in Friesland. De 27 gemeentelijke brandweerkorpsen zijn per 1 januari 2014 onderdeel van de Veiligheidsregio Fryslân. Vanuit IT perspectief heeft de integratie van de brandweerkorpsen gefaseerd plaatsgevonden, waarbij telkens een cluster van enkele brandweerkorpsen werd opgenomen. Het project rondom de insourcing van de brandweer is bijna afgerond. De Veiligheidsregio Fryslân heeft automatisering geïntegreerd, op 8 locaties (2 per regio) zijn werkplekken beschikbaar gesteld. Bij de overige locaties zijn geen IT voorzieningen beschikbaar gesteld. De brandweer gebruikt voor specifieke applicaties relatief veel webbased en extern gehoste applicaties. De verwachting is dat de brandweer meer IT gaat gebruiken welke door de Veiligheidsregio Fryslân gecoördineerd zal worden.
6.2.
IT beleid gedefinieerd
De Veiligheidsregio Fryslân heeft haar strategisch beleidsplan geformaliseerd. Belangrijk is dat de business leiding geeft en dat IT beheerstaken op orde heeft. Schaalbaarheid, het verminderen van het aantal applicaties en het ontsluiten daarvan zijn speerpunten in het strategisch plan. Dit plan is nog niet verder uitgewerkt in budgetten of in concrete jaarplannen. Ook is een ICT regiegroep in het leven geroepen waarin leidinggevenden van verschillende bedrijfsonderdelen zitting nemen, deze regiegroep bespreekt onder andere toekomstige IT-ontwikkelingen en de impact van deze ontwikkelingen voor de verschillende bedrijfsonderdelen. In 2013 zijn de clusters ICT en informatiemanagement opgesplitst. Per 1 februari 2014 is een nieuw clusterhoofd ICT begonnen.
Ontwikkelingen hebben invloed op IT De onzekerheid rondom de decentralisatie van de overheid bemoeilijkt het maken van toekomstige business cases voor IT. Afhankelijk van de ontwikkelingen inzake de decentralisaties zal de Veiligheidsregio gaan groeien of krimpen met taken en daarmee ook het aantal personeelsleden. Vooral voor licentiekosten bestaan diverse kostprijsmodellen waarbij de duur van het contract en het aantal gebruikers van invloed is op de prijs. Om hier op te kunnen acteren zal de Veiligheidsregio schaalbaarheid, van onder andere het aantal licenties, als belangrijke afweging meenemen bij nieuwe investeringen.
PwC
Op korte termijn wordt gekozen voor een andere versie van Microsoft Office. De keuze zal gaan tussen: Microsoft Office 2013 of de Cloud versie Office 365. Vanuit beheers oogpunt en privacy zijn beide applicaties verschillend. Vooral het privacy element omtrent de beslissing zal om een zorgvuldige afweging vragen.
Niet alle IT bevindingen uit 2012 zijn opgevolgd, risico’s blijven bestaan. Ten opzichte van vorig jaar heeft in beperkte mate opvolging van de IT bevindingen van 2012 plaatsgevonden waardoor wij, gelijk aan voorgaand jaar, voor onze controle in beperkte mate kunnen steunen op de algemene IT beheersmaatregelen en daarmee de systemen. De bevindingen rondom change management en toegangsbeveiliging liggen hier met name aan ten grondslag.
6.3.
Wijzigingsprocedure onvoldoende om hierop in de controle te kunnen steunen
Veiligheidsregio Fryslân bezit geen geformaliseerde procedure voor het verwerken van wijzigingen in applicaties zoals Coda, iFlow en Inconto. Binnen de Veiligheidsregio Fryslân vindt geen centrale coördinatie plaats van wijzigingen. Mede door de koppelingen en afhankelijkheden tussen de diverse systemen kan dit een risico opleveren. Wijzigingen voor applicaties worden niet te allen tijde (formeel) aangevraagd en goedgekeurd. Documentatie van doorgevoerde wijzigingen en uitgevoerde controlemaatregelen worden niet tot beperkt geregistreerd. Testen worden uitgevoerd door de functioneel beheerder aan de hand van bijgeleverde release notes. Hiervoor zijn geen testscripts en/of procedures opgesteld en testresultaten worden niet structureel zichtbaar vastgelegd
6.4.
Logische en fysieke toegangsbeveiliging niet conform best-practice
Veiligheidsregio Fryslân bezit een geformaliseerde procedure voor het verwerken van autorisaties (instroom, doorstroom en uitstroom). Gebruikersaccounts worden echter niet te allen tijde tijdig verwijderd bij uitdiensttreding. Periodiek (halfjaarlijks) wordt door IT een lijst met Pagina 20 van 27
geautoriseerde medewerkers aan de betreffende leidinggevenden gestuurd ter controle. Echter, respons hierop is niet altijd volledig. Resultaten van periodiek uitgevoerde controles op autorisaties worden niet structureel vastgelegd. Overige geconstateerde bevindingen betreffen: De juistheid van verleende autorisaties/rechten binnen applicaties wordt niet periodiek gecontroleerd; Rechten binnen de applicatie iFlow konden niet inzichtelijk worden gemaakt;
PwC
Activiteiten door super users/administrators in applicaties worden niet gemonitord; Relatief veel accounts (25) beschikken over uitgebreide rechten op het netwerk. Hiervan zijn 11 persoonlijke-, 8 serviceaccounts en 6 generieke accounts. De screensaver, op netwerkniveau. wordt na 30 minuten inactiviteit geactiveerd; 36 medewerkers hebben, middels een sleutel, toegang tot de serverruimte; Binnen de serverruimte aan de Harlingertrekweg zijn geen brandsignalerings- of bestrijdingsmiddelen aangebracht.
Pagina 21 van 27
7.
Overige opmerkingen
7.1.
Fraude, fouten en niet-naleving van weten regelgeving
De verantwoordelijkheid voor de jaarrekening berust bij het Algemeen Bestuur. Uit dien hoofde zijn zij verantwoordelijk voor het beschermen van het vermogen van Veiligheidsregio Fryslân, het voeren van een afdoende financiële administratie en het in stand houden van een geschikt systeem van interne beheersing (waaronder procedures voor het waarborgen van de betrouwbaarheid en continuïteit van geautomatiseerde systemen en het voorkomen en opsporen van fraude, overige onregelmatigheden en fouten en niet-naleving van wet- of regelgeving). Wij hebben onze controle zodanig ingericht dat wij er redelijk, maar niet absoluut, zeker van kunnen zijn dat materiële afwijkingen in de jaarrekening (waaronder materiële afwijkingen als gevolg van fouten of fraude) aan het licht zullen komen. Onze controle bestond niet uit een uitvoerige controle van transacties zoals noodzakelijk zou zijn om fouten of fraude die niet hebben geleid tot materiële afwijkingen in de jaarrekening te kunnen opsporen. Het dient te worden onderkend dat het controleproces inherente beperkingen kent. Als gevolg van de aard van fraude, met name wanneer daarbij sprake is van verhulling door samenzwering en vervalsing van documenten, is het mogelijk dat bij een controle die is opgezet en uitgevoerd in overeenstemming met algemeen aanvaarde controlestandaarden materiële fraude niet wordt ontdekt. Hoewel doeltreffende interne beheersingsmaatregelen het risico dat fouten en fraude zich voordoen of onontdekt blijven, doen afnemen, wordt dit risico
PwC
hiermee niet weggenomen. Wij kunnen daarom niet garanderen dat eventuele fouten of gevallen van fraude ontdekt worden. Gegeven de inherente beperkingen van het controleproces en het interne beheersingssysteem kan en mag er niet op vertrouwd worden dat ons onderzoek alle fouten of gevallen van fraude aan het licht zal brengen. Tijdens onze controle van de jaarrekening 2013 hebben wij geen aanwijzingen voor fraude gevonden.
7.2.
Veiligheidsregio voldoet aan SEPA
Op 1 februari 2014 is de regelgeving omtrent SEPA (Single Euro Payments Area) in werking getreden. Op 9 januari 2014 heeft de Europese Commissie voorgesteld een transitieperiode van zes maanden in te voeren. Dit betekent dat gedurende deze periode niet-naleving van de SEPA-regelgeving geaccepteerd wordt door banken. Niet-naleving van de SEPA-regelgeving kan gevolgen hebben voor de geautomatiseerde verwerking van betalingen, beheersingsmaatregelen en de kasstroom van Veiligheidsregio Fryslân. Tijdens onze tussentijdse controlewerkzaamheden met betrekking tot de jaarrekening voor 2013 hebben wij geconstateerd dat Veiligheidsregio Fryslân voldoet aan SEPA.
7.3.
Onze onafhankelijkheid
Wij zijn het gehele jaar onafhankelijk geweest We hebben onze naleving van de externe standaarden, de wereldwijde onafhankelijkheidsstandaarden van PwC en de onafhankelijkheidsregels van Veiligheidsregio Fryslân voor onze totale dienstverlening in 2013 bewaakt en bevestigen dat we aan deze onafhankelijkheidsverplichtingen hebben voldaan.
Pagina 22 van 27
A. A.1.
Bevindingen controle jaarrekening in detail Single audit Single information (SiSa)
Wij hebben in onze controle specifieke werkzaamheden verricht om een oordeel te kunnen geven over de getrouwheid en rechtmatigheid van de financiële verantwoordingsinformatie in de bijlage inzake SiSa bij de jaarrekening 2013 van Veiligheidsregio Fryslân. Onze werkzaamheden varieerden van het beoordelen van de interne beheersing tot het uitvoeren van detailcontroles. In de bijlage bij de jaarrekening zijn twee typen indicatoren opgenomen: Indicatoren (bedragen en andere kwantitatieve gegevens, veelal prestatie-indicatoren), die van invloed zijn op de financiële vaststelling. Indicatoren, zonder invloed op de financiële vaststelling. Voor de eerste indicator geldt dat er een relatie is tussen de jaarrekening en de bijlage. Wij hebben op deze indicatoren een reguliere rechtmatigheidscontrole uitgevoerd en indien specifiek gevraagd, is de deugdelijke totstandkoming van de indicator beoordeeld. De tweede indicator heeft normaliter geen directe relatie met de jaarrekening. Deze indicatoren zijn noodzakelijk voor het departementale jaarverslag. Bij deze indicatoren hebben wij alleen de deugdelijke totstandkoming van de indicator beoordeeld en dus niet de rechtmatigheid vastgesteld. Voor de bevindingen uit onze controle gelden op grond van het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (‘BADO’) zwaardere rapporteringtoleranties dan voor andere onderdelen van de reguliere jaarrekening.
Nr A2
PwC
Naam specifieke uitkering of overige
Brede DoelUitkering Rampenbestrijding (BDUR)
In dit rapport van bevindingen hebben wij per specifieke uitkering fouten en onzekerheden, boven een vastgestelde financiële grens, opgenomen voor zover deze niet zijn gecorrigeerd. De financiële grens is afhankelijk gesteld van de omvangsbasis van de regeling. De omvangsbasis wordt gebaseerd op de gevraagde indicator. Bij een gevraagde indicator van ‘bestedingen gedurende het jaar’ wordt de omvangsbasis bijvoorbeeld gevormd door de bestedingen in de regeling. De financiële grens is per specifieke uitkering: € 12.500 indien de omvangsbasis kleiner dan of gelijk is aan € 125.000; 10% indien de omvangsbasis groter dan € 125.000 en kleiner dan of gelijk is aan € 1.000.000; € 125.000 indien de omvangsbasis groter is dan € 1.000.000. De rapporteringstolerantie heeft geen consequenties voor de omvang en aard van de controle van specifieke uitkeringen. Het gaat alleen om het rapporteren van de waargenomen fouten en onzekerheden voortkomende uit de accountantscontrole. Op basis van de Nota verwachtingen accountantscontrole uitgegeven door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties rapporteren wij door middel van onderstaande voorgeschreven tabel de geconstateerde fouten of onzekerheden per regeling.
Totale fout of onzekerheid per specifieke uitkering
Totale omvang van de fout of de onzekerheid (in €)
Toelichting fout/onzekerheid
-
-
Niet van toepassing
Pagina 23 van 27
B. B.1.
Relevante ontwikkelingen in wet- en regelgeving Ontwikkelingen in de verslaggeving hebben impact op uw jaarrekening
U hebt de wijzigingen in het BBV nog niet betrokken in uw begroting 2014; deze hebben tevens effect op uw jaarrekening 2015 Met ingang van 1 juli 2013 zijn de wijzigingen in het Besluit begroting en verantwoording van kracht geworden. Hoewel deze wijzigingen nog niet van toepassing zijn op de jaarrekening 2013 dienen deze wel verwerkt te worden in de begroting 2014. De wijzigingen betreffen voornamelijk tekstuele wijzigingen, maar er zijn ook enkele inhoudelijke wijzigingen die nadrukkelijk uw aandacht vragen. Wij brengen deze onderstaand onder uw aandacht. Tevens gaan wij in op de mate waarin deze wijzigingen al in uw begroting 2014 zijn betrokken.
BBV vraagt nadrukkelijker aandacht voor risicobeheersing Het BBV kent een toegenomen aandacht voor risicobeheersing en de wijze waarop hier inzicht in wordt gegeven. Dit inzicht kan worden vergroot door in de paragraaf weerstandsvermogen inhoudelijker in te gaan op mogelijke ontwikkelingen (scenario’s) en welke (beleidsmatige) opties er zijn om de financiële consequenties zo goed mogelijk te beheersen. De kwaliteit van het risicomanagement binnen de veiligheidsregio kan worden versterkt door het opstellen van een risico-analyse en het uitvoeren van ICwerkzaamheden op de geidentificeerde risico’s.
Het belang van de paragraaf verbonden partijen neemt toe Vanwege het verwachte schrappen van de verplichte goedkeuring door de minister van BZK voor het deelnemen in privaatrechtelijke rechtsvormen neemt het belang van het geboden inzicht in de paragraaf verbonden partijen toe. Het is daarom noodzakelijk dat in de paragraaf verbonden partijen de meest actuele (financiële) informatie van deze partijen (waar van toepassing) is opgenomen.
PwC
Uitbreiding van verplichte toelichtingen Naar aanleiding van de vastgestelde wijzigingen in het BBV dient onder andere de volgende informatie te worden opgenomen: Per programma een overzicht van geraamde incidentele baten en lasten en de (beoogde) structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves. De informatie zoals genoemd in de WNT. Het opnemen van een extra categorie onder de materiële vaste activa, zijnde: ‘investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven’. Het opnemen van een extra categorie onder de voorzieningen, zijnde: ‘de bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven’. Voor een volledig overzicht van alle wijzigingen verwijzen wij u naar de bekendmaking van 25 juni 2013.
Wet Hof en de Wet verplicht schatkistbankieren zijn van kracht In december 2013 heeft de Eerste Kamer ingestemd met de Wet houdbare overheidsfinanciën (Wet Hof) en de Wet verplicht schatkistbankieren. Deze wetswijzigingen zijn van invloed op uw toekomstige beleid en de wijze van uitzetten van overtollige middelen. Het BBV is met ingang van december 2013 op deze aspecten aangepast en geeft aan dat met ingang van de jaarrekening 2014 enkele verplichte balansposten in de jaarrekening opgenomen dienen te worden. Voor een nadere uiteenzetting van deze wijzigingen verwijzen wij naar het besluit van 13 december 2013, houdende wijziging van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in verband met de invoering van verplicht schatkistbankieren, de totstandkoming van de Wet Hof en enkele andere wijzigingen.
Pagina 24 van 27
B.2. De nieuwe aanbestedingswet heeft effect op uw inkoopbeleid Vanaf 1 april 2013 is de nieuwe aanbestedingswet van kracht geworden. Het is de bedoeling dat de aanbestedende diensten hun keuzen vaker motiveren wat moet zorgen voor meer transparantie. Wat zijn de belangrijkste veranderingen: Uitnodigingen tot inschrijven moeten objectief Aanbestedende dienst moet op objectieve gronden kiezen welk type aanbestedingsprocedure gebruikt wordt en welke ondernemers mogen inschrijven. Op verzoek van een ondernemer moet de keuze tot toelating tot de aanbestedingsprocedure gemotiveerd worden. Transparantie door gelijke behandeling De wetgever heeft hiermee de bedoeling dat de aanbestedende dienst de inschrijvers op een inkoopopdracht op gelijke wijze behandeld en ook bij onderhandse procedures aan alle inschrijvers de gunningsbeslissing met de relevante reden meedeelt. Economisch meest voordelige inschrijving wordt de standaard. Gids proportionaliteit borgt dat alle eisen en voorwaarden in verhouding staan tot de opdracht Met het begrip proportionaliteit wordt bedoeld dat de eisen, voorwaarden en criteria voor alle inschrijvers en inschrijvingen in redelijke verhouding staan tot de opdracht. Er mogen geen zwaardere eisen in programma van eisen staan dan strikt noodzakelijk. Hoe hieraan invulling moet worden gegeven staat beschreven in de gids proportionaliteit. Deze gids moet toegepast worden bij Europese aanbestedingen, nationale aanbestedingen als voor meervoudig onderhandse procedures. Als de hierin opgenomen voorschriften niet toegepast worden moet gemotiveerd worden waarom niet. De aanbestedende dienst moet ook zorgen voor het creëren van zoveel mogelijk maatschappelijke waarde. Er mogen geen omzeteisen aan de inschrijvers gesteld worden tenzij dit met zwaarwegende eisen gemotiveerd wordt. Als toch eisen gesteld worden dan niet meer dan drie maal de opdrachtwaarde. Opdrachten mogen niet onnodig worden samengevoegd en zoveel mogelijk gesplitst worden Opdrachten mogen niet onnodig worden samengevoegd en als dat toch gebeurd moet dit in de aanbestedingsstukken gemotiveerd worden. Ook moeten
PwC
opdrachten zoveel mogelijk gesplitst worden en als dat niet passend is en toch gebeurd moet de aanbestedende dienst dit motiveren. Aantal maatregelen om inkoopprocedures voor de inschrijvers te vereenvoudigen Administratieve lasten moeten zoveel mogelijk beperkt worden. Eenvoudige en verplicht “Model eigen verklaring”. Alle (voor)aankondigen boven de Europese aanbestedingsdrempel en Nationale opdrachten moeten via TenderNed. Wat betekent de nieuwe aanbestedingswet concreet voor de Veiligheisregio De nieuwe wet geldt voor Europese aanbestedingsprocedures en zogenaamde Nationale opdrachten gemeenten bepalen zelf wanneer in hun organisatie sprake is van een Nationale procedure. Stel vast of uw interne inkooprichtlijnen nog voldoen aan nieuwe aanbestedingswet. Wees zo transparant mogelijk in uw aanbestedingsprocedures dit geldt met name bij de uitnodiging van inschrijvende partijen en de motivatie van de gunning. Implementeer de gids proportionaliteit en handel hiernaar. Motiveer wanneer hiervan noodgedwongen afgeweken wordt. Bij onze controle zullen wij aandacht besteden aan de implementatie in uw organisatie van de aangepaste inkoopwetgeving. In de kadernota rechtmatigheid 2013 is opgenomen dat de accountant administratieve tekortkomingen onder de Europese aanbestedingsgrens moet rapporteren in het accountantsverslag maar dat dit niet leidt tot financiële rechtmatigheidsfouten. Fouten bij aanbestedingen boven de Europese rechtmatigheidsdrempel en/of meervoudige onderhandse aanbestedingen blijven wel leiden wel tot een financiële rechtmatigheidsfout. Tijdens onze controle hebben wij aandacht besteed aan de implementatie in uw organisatie van de aangepaste inkoopwetgeving. Wij zijn van mening dat de procedures ten aanzien van de naleving van de Europese Aanbestedingsregels en de nieuwe wet Besluit Openbare aanbesteding (1 april 2013) dienen te worden aangescherpt. Wij adviseren u een inkoop en aanbestedingsbeleid te formaliseren die voldoet aan de nieuwe wet Besluit Openbare aanbesteding (ingaande 1 april 2014). Dit mede gezien de groei van uw organisatie als gevolg van de regionalisering van de brandweer. Pagina 25 van 27
B.3. Wet Markt en Overheid vanaf juli 2014 van kracht Op 1 juli 2012 is de Wet Markt en Overheid (WMenO), een wijziging van de Mededingingswet, in werking getreden. Overheidsorganisaties die nieuwe economische activiteiten verrichten, moeten sindsdien voldoen aan de gedragsregels uit die wet. Voor bestaande activiteiten geldt een overgangsperiode van twee jaar. Dit betekent dat uw organisatie vanaf 1 juli 2014 aan deze wet moet voldoen.
4) Bevoordelingsverbod: Een overheidsorgaan mag zijn overheidsbedrijf geen voordelen verschaffen die andere marktpartijen niet ook krijgen.
De WMenO richt zich op overheidsorganen die economische activiteiten verrichten
Overtreding van de gedragsregels heeft gevolgen
De WMenO geldt voor alle overheidsorganen die een economische activiteit verrichten en dat is eerder het geval dan over het algemeen wordt gedacht. Het belangrijkste kenmerk van een economische activiteit is namelijk het bestaan van concurrentie. Als dezelfde activiteit dus ook door de markt wordt aangeboden, is er al sprake van een economische activiteit in de zin van de WMenO en zijn de gedragsregels die de WMenO voorschrijft (mogelijk) van toepassing. Verder betekent dit dat een dienst van algemeen (economisch) belang een economische activiteit wordt, als daar een markt voor ontstaat. Daardoor wordt de WMenO en zijn gedragsregels mogelijk alsnog van toepassing.
Die gedragsregels zorgen ervoor dat overheden zich daadwerkelijk als een bedrijf gedragen en andere bedrijven niet benadelen door gebruik te maken van hun positie als overheid.
Vanaf 1 juli 2014 moeten al uw bestaande economische activiteiten – voor zover van toepassing – voldoen aan de gedragsregels. De WMenO negeren, brengt financiële risico’s met zich mee. Hoewel de Autoriteit Consumenten en Markt (ACM) geen boete kan opleggen, wordt de (potentiële) overtreding wel formeel vastgesteld en een last onder dwangsom opgelegd. Private ondernemingen kunnen het besluit van de autoriteit vervolgens gebruiken om de betrokken overheidsorganisatie aansprakelijk te stellen voor geleden schade, bijvoorbeeld vanwege omzetderving. Wij adviseren u in beeld te brengen welke gevolgen de WMenO voor uw organisatie heeft.
De gedragsregels van de WMenO De WMenO streeft niet naar het ontmoedigen van economische activiteiten door overheden. De wet wil voorkomen dat overheden de markt verstoren. Daarom zijn vier gedragsregels opgesteld die overheden – afhankelijk van de activiteit – in acht moeten nemen. Dit betreffen de volgende gedragsregels: 1) Functiescheiding: Er moet een functiescheiding (organisatieonderdelen en personen) zijn tussen economische en publieke activiteiten. 2) Gegevensgebruik: Gegevens uit publiekrechtelijke bevoegdheden mogen niet voor economische activiteiten gebruikt worden, mits marktpartijen er ook over beschikken. 3) Integrale kostprijsberekening: Overheidsorganisaties moeten de integrale kostprijs die op de markt gebruikelijk is, in hun tarief doorberekenen (marktconform tarief).
PwC
Pagina 26 van 27
B.4. Veiligheidsregio Fryslân krijgt in 2016 te maken met nieuwe regelgeving met forse impact op vennootschapsbelasting-plicht De Europese Commissie heeft op 2 mei 2013 geoordeeld dat Nederland passende maatregelen moet treffen om de bestaande niet-onderworpenheid aan vennootschapsbelasting (vpb) van overheidsbedrijven af te schaffen in verband met staatssteunaspecten. Overheidsbedrijven die economische activiteiten ontplooien dienen op dezelfde wijze als private partijen aan vennootschapsbelasting te worden onderworpen. Mede door deze toenemende druk vanuit de Europese Commissie, wordt binnen het ministerie van Financiën momenteel gewerkt aan een nieuwe wetswijziging van de Vpb-plicht voor overheidslichamen. Zowel vanuit de systematiek van de Wet Vpb als vanuit de gedachte om oneerlijke concurrentie te voorkomen (en zodoende een gelijk fiscaal speelveld te creëren), is eerder al een voorkeur uitgesproken voor de zogeheten ‘ondernemingsvariant’. Hierbij worden de overheidsactiviteiten die een ‘onderneming in fiscale zin’ vormen, in de belastingheffing betrokken. De staatssecretaris geeft aangegeven deze variant verder te willen verkennen. In essentie betekent dit dat overheden die activiteiten die een ‘onderneming in fiscale zin’ vormen, verplicht zouden moeten afzonderen naar een aparte entiteit waardoor deze activiteiten in de heffing worden betrokken. Dit brengt echter allerlei consequenties, afbakeningsproblemen en uitvoeringsperikelen met zich mee. Denk hierbij niet alleen aan de mogelijke openingsbalansperikelen en financiële en administratieve gevolgen, maar bijvoorbeeld ook aan de juridische haalbaarheid van een eventuele afzondering van specifieke activiteiten. De staatssecretaris heeft aangegeven dat het voorstel per 1 januari 2015 tot wet zal worden geheven. De nieuwe wetgeving zal vanaf 1 januari 2016 in werking gaan treden. De invoeringsdatum van 1 januari 2016 lijkt nog ver weg. Maar op dit moment kan nog geen concrete inschatting worden gemaakt van de mogelijke impact van de wijziging van de Vpb-plicht specifiek voor Veiligheidsregio Fryslân. Desondanks verdient het aanbeveling de ontwikkelingen op dit gebied nauwlettend in de gaten te houden en hiervoor een werkgroep te formeren. Afhankelijk van de precieze situatie van Veiligheidsregio Fryslân is het niet ondenkbaar dat uw organisatie de tijd nodig heeft om op de Vpb-plicht voor te sorteren c.q. haar positie te optimaliseren.
PwC
Pagina 27 van 27