Accommodatiebeleid voor sportief Velsen

Accommodatiebeleid voor sportief Velsen

Nota sportaccommodaties 2010 - 2015

Nota accommodatiebeleid voor sportief Velsen

2010-2015

Fotografie: R. Weidijk en Gemeente Velsen

Gemeente Velsen Afdeling Sportzaken en afdeling BMO Gemeenteraad vastgesteld d.d. 17 december 2009

1

INHOUDSOPGAVE

0.

Samenvatting

blz. 3

1. 1.1 1.2 1.3 1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.3.4

Aanleiding Inleiding Opbouw nota Wensen en knelpunten Binnensport Buitensport Zwemsport Overig

blz. 4 blz. 4 blz. 4 blz. 4 blz. 5 blz. 6 blz. 8 blz. 9

2. 2.1 2.2 2.3

Kader sportaccommodatiebeleid Inleiding Uitgangspunten Dwarsverbanden beleidsterreinen

blz. 10 blz. 10 blz. 10 blz. 10

3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.5 3.6

Ontwikkelingen Inleiding Sportdeelname Sportmaatschappelijk Sporttechnisch Kunstgras Bezettingsgraden Olympisch plan

blz. 11 blz. 11 blz. 11 blz. 11 blz. 12 blz. 12 blz. 13 blz. 14

4. 4.1 4.2 4.3 4.4

Visie sportaccommodatiebeleid Inleiding Missie Visie Samenwerkingspartners

blz. 15 blz. 15 blz. 15 blz. 15 blz. 16

5.

Beheer sportaccommodaties

blz. 17

6. 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5

Overzicht gewenste speerpunten en doelstellingen Inleiding Binnensport Buitensport Zwemsport Overig

blz. 19 blz. 19 blz. 20 blz. 21 blz. 22 blz. 22

7.

Financiële paragraaf

blz. 23

Literatuurlijst Bijlage 1. Definiëring van clusters Bijlage 2. Buitensport gerealiseerde projecten 2005-2009 Bijlage 3. Binnensport gerealiseerde projecten 2005-2009 Bijlage 4. Overzichtskaart gemeentelijke sportaccommodaties 2

Samenvatting

0.

SAMENVATTING

Goede sportaccommodaties zijn belangrijk voor het woon- en leefklimaat van een gemeente. En om te kunnen sporten zijn adequate sportvoorzieningen nodig. Een aantal sportvoorzieningen in de gemeente Velsen voldoet niet helemaal meer aan de huidige en/of toekomstige capaciteitsvraag en bepaalde ontwikkelingen. De gemeente heeft behoeften, wensen en knelpunten geïnventariseerd en wil de komende jaren werken aan het verbeteren van de sportinfrastructuur voor alle inwoners. Onze missie bestaat uit drie statements: Wij geven sport de ruimte. Wij willen fysieke ruimte scheppen en behouden voor een goed sport en beweegklimaat. Wij houden sport bereikbaar. Sport en bewegen in de wijk of dicht bij huis is vanuit verschillende perspectieven belangrijk. De gemeente wil een goed bereikbare en toegankelijke sport, speel- en beweegomgeving voor alle inwoners. Wij bouwen aan hoogwaardige en duurzame sportaccommodaties. Bestaande accommodaties of complexen worden in goede conditie gehouden en nieuwe functies worden toegevoegd. Wij streven ernaar dat de sportaccommodaties voldoen aan vier criteria: 1) de accommodatie is bruikbaar voor verschillende takken van sport, gebruikers en specifieke groepen (fysieke toegankelijkheid); 2) de accommodatie voldoet aan wet- en regelgeving, sporteisen NOC*NSF, bedrijfsplannen, draaiboeken en protocollen (functionaliteit, kwaliteit, veiligheid en hygiëne); 3) de accommodatie is goed en veilig bereikbaar; 4) de accommodatie is betaalbaar voor gebruikers en gemeente. Dit doel kan behaald worden door te investeren in hoogwaardige en duurzame sportaccommodaties. Maar er zijn ook investeringen en aanpassingen nodig in de omgeving, zowel qua logistiek als in regelgeving. Onze hoofddoelstelling is het realiseren van een modern en wijkgericht sportaanbod waarbij zowel overdag als ’s avonds verschillende sporten beoefend kunnen worden. Dit geldt zowel voor de georganiseerde sport als voor de anders- en ongeorganiseerde sporters en sportgroepen. Wij hebben per cluster (binnensport, buitensport, zwemsport en overig) een overzicht van actiepunten en gewenste speerpunten tot 2015 opgesteld. De actiepunten zijn uitvoerbaar. De uitvoering per speerpunt is afhankelijk van de financiële dekking. Wij willen hierbij opmerken dat de financiële en economische situatie gevolgen heeft voor de gemeente. Dit betekent dat onze investeringen in relatie moeten staan met de beperkte beschikbaarheid van financiële middelen. Onze ambities zullen wij hierop moeten afstemmen.

3

Hoofdstuk 1 aanleiding

1.

AANLEIDING

1.1 Inleiding De gemeente Velsen kent een hoge sportdeelname. 71% van de Velsenaren doet aan sport. Dit is een stijging van 7% ten opzichte van 2004. Eén van de hoofddoelen uit de kadernota sportbeleid (70% in 2011) is reeds in 2009 bereikt. Er is een grote diversiteit aan verenigingen. Er zijn circa 70 sportverenigingen in 55 takken van sport. Ongeveer 5.000 inwoners zetten zich meerdere uren per week in als vrijwilliger voor een sportvereniging. Op jaarbasis wordt ruim 1 miljoen keer gebruik gemaakt van gemeentelijke sportaccommodaties. Om te sporten heb je allereerst adequate sportvoorzieningen nodig. Derhalve is het accommodatiebeleid een belangrijke pijler van het gemeentelijk sportbeleid. Het wordt ingezet als instrument om sportieve activiteiten van de burgers te stimuleren. Sporters, sportverenigingen, organisaties, scholen, bedrijven en overige instellingen worden met sportaccommodaties gefaciliteerd. Een goede sportinfrastructuur is ook belangrijk voor het woon- en leefklimaat. Een aantal sportvoorzieningen in Velsen voldoet niet meer helemaal aan de huidige en/of toekomstige capaciteitsvraag en ontwikkelingen. Daarnaast leiden sporttechnische ontwikkelingen tot andere eisen aan accommodaties, materiaal en voorzieningen. Om sportvoorzieningen kwantitatief en kwalitatief op peil te houden wordt regulier en planmatig onderhoud gepleegd en toezicht gehouden op het gebruik. Meervoudig gebruik en een veilige bereikbaarheid worden hierbij nagestreefd. Op 26 juni 2008 is de kadernota sportbeleid ‘De kracht van sport’ vastgesteld door de raad. Hierin staat een doelstelling dat de gemeentelijke sportaccommodaties naar het huidige sportbeleid worden geactualiseerd.

1.2 Opbouw nota Wij geven in deze nota onze visie, kader en doelstellingen voor het sportaccommodatiebeleid tot 2015. Daarnaast komen in hoofdstuk vijf enkele beheersaspecten aan bod. Hoofdstuk zes geeft een overzicht van actiepunten en gewenste speerpunten. De tekst in de nota is opgebouwd volgens de clusters binnensport, buitensport, zwemsport en overig. Bijlage 1 geeft een overzicht voor een definiëring van de clusters.

1.3 Wensen en knelpunten Er zijn drie bijeenkomsten georganiseerd om behoeften, wensen en knelpunten uit het veld te verzamelen. De uitnodigingen voor de bijeenkomsten zijn schriftelijk en via de gemeentelijke infopagina uitgegaan. De bijeenkomsten vonden op 22, 23 en 25 juni 2009 plaats. De gemeente heeft veel waardevolle wensen en knelpunten uit het veld mogen ontvangen. Vervolgens zijn de verslagen van de bijeenkomsten naar de betrokkenen verstuurd. De binnensportverenigingen zijn in de gelegenheid gesteld om achteraf nog een schriftelijke reactie te sturen. Dit is mogelijk gemaakt omdat er op de bijeenkomst voor de binnensport weinig sportverenigingen aanwezig waren. Een paar verenigingen hebben hiervan gebruik gemaakt. 4

Op bestuurlijk en ambtelijk niveau heeft er ook overleg plaatsgevonden met verenigingen over specifieke en accommodatiegebonden onderwerpen. Daarnaast constateert de gemeente wensen en knelpunten.

1.3.1 Binnensport Bij de binnensport geven onderwijsgebruikers een tekort aan accommodatiecapaciteit aan. Bij de sportvloeroppervlakte van gymzalen is er een ontwikkeling om tot een grotere maatvoering te komen. De huidige norm voor de sportvloer is 252m2 (12x21m). Onder andere de Koninklijke Vereniging leraren Lichamelijke Opvoeding (KVLO) pleit voor een sportvloer van minimaal 308 m2 (14x22m) voor een gymzaal. De Waterloo gymzaal, gebouwd in de jaren zestig, is verouderd en voldoet niet aan de huidige normen. Noot: wij hebben het opknappen van de sterk verouderde sanitaire ruimten bij de zalen Sluiswijk, Heerenduinen, Waterloo, De Weid en Kruisberg voor 2010 gepland. Eén gebruiker constateert dat de hygiëne in sommige gymzalen en kleedruimten matig is. Enkele verenigingen willen graag een verhuurmogelijkheid per half uur. De scholen en verenigingen achten een jaarlijks gebruikersoverleg tussen de gebruikers wenselijk. Wij signaleren, conform landelijke gegevens, een toenemende of veranderende vraag naar binnensportaccommodaties onder andere als gevolg van de tendens naar meer lesuren bewegingsonderwijs (gezondheid, obesitas, lessentabellen). In bepaalde situaties kan er meer vraag naar accommodaties ontstaan door de inzet van combinatiefuncties, naschoolse (sport-)opvang en door activiteiten van buurtsport. De gemeente heeft besloten om in Santpoort-Zuid een nieuwe gymzaal te bouwen op het zogenaamde Oranjeveld naast de Brederode Daltonschool. Na realisatie is een jarenlang bestaand knelpunt (kinderen worden per bus naar andere zalen vervoerd) voor het bewegingsonderwijs opgelost. Sporthal Zeewijk is 40 jaar oud en op onderdelen nodig aan vernieuwing toe. In de plannen binnen het project Groot Helm Duin is een nieuwe sporthal opgenomen. In opdracht van de raad heeft het college onderzoek gedaan naar de realisatie en exploitatie van een multifunctionele accommodatie (MFA). In dit kader hebben wij de raad voorgesteld om het voorkeursmodel niet uit te voeren en de huisvesting van scholen voorrang te geven. Een alternatief voor een nieuwe sporthal is een grootscheepse renovatie van de sporthal op dezelfde plek. De akoestiek in sporthallen en gymnastiekzalen voldoet in veel gevallen niet aan de norm. Dit blijkt uit een scan die wij in 2009 hebben uitgevoerd. Om dit knelpunt aan te pakken hebben we budget gereserveerd en een uitvoeringsplan opgesteld om aanpassingen in 2009 en 2010 (in vakanties) te verrichten aan de sporthallen en gymnastiekzalen.

5

1.3.2 Buitensport Algemeen Meerdere sportverenigingen constateerden het afgelopen jaar vernielingen en vandalisme aan de accommodaties op het sportpark. De huidige locaties van de sportparken in de wijk, met uitzondering van Rooswijk, worden door de gebruikers overigens als zeer prettig ervaren. De verenigingen zijn over het algemeen goed te spreken over het onderhoud en de contacten met de gemeente, incidenteel zijn er wel problemen met de uitvoering en de resultaten van het groot onderhoud van bepaalde velden. Bij het opstellen van het eindrapport ‘Herstructurering sportparken Velsen 2004’ zijn veel punten meegegeven en voorstellen gedaan vanuit het veld. Het eindrapport is formeel niet vastgesteld. Terugkijkend op de voorstellen in dit rapport blijkt dat onze partners en wij niet stil hebben gezeten. Een aantal gewenste ontwikkelingen is uitgevoerd. Zie ook bijlage 2 en 3. Bij de sportparken Waterloo, Driehuis, De Elta en Rooswijk zijn geen grote renovaties of aanpassingen gerealiseerd. Sportpark Rooswijk Rooswijk verkeert, met uitzondering van het tennispark, in slechte conditie en de sociale veiligheid laat te wensen over. De sportverenigingen constateren drugsgerelateerde overlast op de parkeerplaats. De meeste gebruikers van het park vinden een hondenclub niet thuishoren op een sportpark (geblaf en gevoelens van onveiligheid). Ondanks dat we samen met de gebruikers het sportpark zoveel mogelijk functioneel houden, vinden wij een totale revitalisering op termijn gewenst. Noot: de afgelopen periode hebben wij extra (onderhouds-)werkzaamheden uitgevoerd aan riool, hemelwaterafvoeren, paden, bosschages, hekken en verlichtingen op het park. Bij de ingang van de parkeerplaats is een hoogteportaal aangebracht om de overlast van vrachtwagens op te heffen. Sportpark Waterloo en Schoonenberg Op sportpark Waterloo, Schoonenberg en omgeving hebben zich de afgelopen jaren een aantal goede ontwikkelingen voorgedaan. De Jan Campertschool heeft een nieuw schoolgebouw, SC Telstar beschikt over een nieuwe hoofdtribune met moderne faciliteiten en K.H.C. Strawberries heeft in 2005-2006 een tweede kunstgrasveld gerealiseerd. Bij het hockeycomplex is tevens de fietsenstalling volledig vernieuwd. Hierdoor is er meer capaciteit en beter toezicht mogelijk. Een knelpunt blijft de onoverzichtelijke en onveilige oversteek over de Waterloolaan. De hockeyclub en de SKON bieden samen een buitenschoolse opvang aan. In het plangebied liggen meer kansen om wonen, werken, onderwijs en vrije tijd (sport) nog beter te kunnen benutten. K.H.C. Strawberries heeft grote behoefte aan een derde kunstgrasveld vanwege sterke ledengroei. De club heeft hiervoor een beleidsplan 2009-2014 opgesteld en ingediend bij de gemeente. Het uitplaatsen van V.V. Waterloo naar Schoonenberg biedt mogelijkheden voor woningbouw (grondexploitatie). Dit vergt wel aanzienlijke investeringen op sportpark Schoonenberg. Voor de drie voetbalclubs (S.C. Telstar, V.V Waterloo en V.V. IJmuiden) is namelijk voldoende capaciteit vereist voor wedstrijden en trainingen en maakt de aanleg van meerdere kunstgrasvoetbalvelden noodzakelijk. 6

De verenigingen ervaren momenteel een gemis aan een stappenplan voor het gehele park. Zij wensen betrokkenheid bij en coördinatie van de ruimtelijke plannen en één aanspreekpunt binnen de gemeente. De verenigingen staan open voor meer samenwerking. Sportpark Zeewijk In 2008 heeft de gemeente op sportpark Zeewijk twee kunstgrasvoetbalvelden gerealiseerd. Tegelijkertijd zijn de hekwerken, verlichting en paden opgeknapt of vervangen. De buitensportaccommodatie heeft hiermee een goede impuls gekregen. Momenteel constateert IJ.V.V. Stormvogels een parkeerprobleem aan de Zuiderkruisstraat als gevolg van de bouw van een appartementencomplex. De besproeiingsinstallatie op het park heeft last van teveel ijzer in het water van de duinbron. Sportpark Groeneveen De sportverenigingen op Groeneveen geven aan een parkeerprobleem te hebben. A.V. Suomi geeft aan dat de bewegwijzering en de openbare verlichting naar het sportpark beter kan. Sportpark Driehuis De grasvelden op sportpark Driehuis worden intensief gebruikt door voetbalvereniging RKVV Velsen, het Ichthus Lyceum en de Duin en Kruidberg Mavo. Het opkomende meisjes/vrouwenvoetbal versterkt de problemen. Een oplossing is de aanleg van een kunstgrasveld. Hiertoe heeft RKVV een plan voor twee kunstgrasvelden ingediend. RKVV Velsen geeft tevens aan dat de gedateerde clubaccommodatie niet meer aan de huidige eisen voldoet en op termijn uitgebreid en gemoderniseerd dient te worden. Sportpark Hofgeest LTC Hofgeest heeft in een eerder stadium aangegeven dat zij graag op huidige locatie willen blijven spelen. Het rugbyveld (The Smugglers) kent geen bijzondere knelpunten. Sportcomplex VSV Voetbalvereniging VSV geeft een tekort aan van velden en kleedkamers. Wij laten dit knelpunt in deze nota verder buiten beschouwing, omdat het complex in eigendom is van de vereniging. Plannen voor een eventuele verhuizing van het gehele complex of uitbreiding van het huidige, zijn onderdeel van het project (gebiedsontwikkeling) Grote Buitendijk. Sportpark De Elta Sportpark De Elta heeft soms problemen met de drassige bodem. Bij voortzetting van de ledengroei van S.V. Terrasvogels kan met de huidige twee velden een capaciteitstekort ontstaan. Om die redenen kan een aanleg van een kunstgrasveld op termijn wenselijk zijn. Aanleg kunstgrasvelden In sommige gevallen is een aantal voetbalvelden door intensief gebruik aan het einde van het seizoen moeilijk tot niet bespeelbaar. Aan het einde van het seizoen worden soms een paar velden afgekeurd naar aanleiding van inspecties door de KNVB. Op sportparken waar veel schoolgebruik plaatsvindt, is dit sterker. 7

Voor een hogere speelfrequentie, minder afgelastingen, constante kwaliteit en gebruik buiten het seizoen om, pleiten de voetbalclubs voor kunstgrasvelden. Diversen Het Gehandicapten Beraad Velsen geeft aan dat veel sportparken voor mensen met een beperking moeilijk toegankelijk zijn. Verharde looppaden zijn gewenst. De verenigingen die gebruik maken van hetzelfde sportpark willen graag één of twee keer per jaar met elkaar overleggen. Eén voetbalvereniging vindt het rouleren van het schoolvoetbaltoernooi wenselijk. Voor het beoefenen van de paardensport is ruimtelijke inpassing gewenst. Maneges en drafbaan bieden ruimte voor accommodatiegebonden activiteiten, maar de recreatieve paardensportbeoefenaar beoefent zijn sport veelal in natuur- en recreatiegebieden. Deze gebieden liggen verder af van de agrarische gebieden waarin paardenfokkerijen en paardenhouderijen een plaats zouden moeten krijgen. Omdat wij de agrarische gebieden een open karakter willen laten behouden, vinden wij deze bedrijfsvoering hier ongewenst. Een aantal sportparken in de gemeente is betrokken bij gebiedsontwikkelingen. Dit geldt bijvoorbeeld voor het project Grote Buitendijk en sportpark Rooswijk bij de herstructurering van Velsen-Noord. Bij trajecten met sportaccommodaties in het plangebied zijn de uitgangspunten in hoofdstuk 2 van toepassing.

1.3.3 Zwemsport Sinds 2003 beschikt de gemeente Velsen over een modern (combi)zwembad De Heerenduinen in IJmuiden. Door intensief gebruik van het zwembad komen enkele knelpunten naar voren. Op de eerste plaats geven de zwemverenigingen en -organisaties aan een tekort aan badwater c.q. zwemtijd te hebben. Over dit onderwerp heeft in een eerder stadium overleg met zwemvereniging VZV plaatsgevonden. In dit kader heeft de vereniging, met input van andere zwemclubs, in maart 2009 een plan voor uitbreiding van het zwembad gepresenteerd. De zwemverenigingen willen een haalbaarheidsonderzoek naar een eventueel tweede 25-meter wedstrijdbad. Vanwege het ontbreken van financiële dekking vinden wij uitbreiding van zwemwater niet realistisch in relatie tot de totale exploitatie van het zwembad. Wij willen in overleg met de zwemverenigingen deeloplossingen bezien op organisatorisch gebied. Noot: tijdens de behandeling van de begroting 2010 is op 5 november 2009 de motie M6.3 ‘onderzoek uitbreiding zwembad met extra 25 meter bad’ aangenomen. De tekst van de motie luidt: de raad van de gemeente Velsen verzoekt het college, dat de gemeente Velsen een gesprek aangaat met betrokkenen en betreffende partijen van het zwembad, analoog aan de gesprekken die gevoerd worden of zijn met de andere sportverenigingen ten aanzien van het accommodatiebeleid, en de uitkomst van die gesprekken aan de raad voor te leggen.

8

Ten tweede ervaren de gebruikers ongunstige tijdstippen voor met name jonge kinderen (instructie). VZV wenst een eigen ruimte in de vorm van een jeugdhonk annex clubhuis. Noot: het zwembad beschikt over een multifunctionele vergaderruimte en juryruimte nabij het wedstrijdbad. SportPlazaClub Velsen wil meer vierkante meters. Zij willen graag meer vloerruimte voor aerobicdoeleinden en een sauna. De O.I.G. geeft aan dat de toegankelijkheid voor mensen met een beperking verder verbeterd kan worden. Noot: onlangs is het zwembad uitgerust met automatische deuren voor mensen met een beperking. In het zwembad is behoefte aan grotere personeelskleedruimtes (ARBO), een verbeterde routing naar de ligweide en buitenbassins, een vaste badmeesterpost en permanente kleedruimten buiten.

1.3.4 Overig Sportbeoefening in de openbare ruimte De toegankelijkheid van de openbare ruimte is belangrijk om te kunnen sporten en bewegen. Denk hierbij aan doorgaand vaarwater voor de watersport en het schaatsen of een goed wegdek voor wandelen, fietsen en skeeleren. De inzet van buurtsport (sport in de wijk) en de groeiende populariteit van individuele ongeorganiseerde sporten maken de openbare ruimte een belangrijk terrein voor sport, spel en bewegen. Naast een beweegvriendelijke inrichting is ook een (sociaal) veilige omgeving belangrijk. De openbare ruimte kan nog beweegvriendelijker worden gemaakt. Toegankelijkheid van sportparken Goed toegankelijke sportparken maken het mogelijk om overdag en ’s avonds verschillende sporten te kunnen beoefenen. Sport en bewegen in de wijk of dicht bij huis is vanuit verschillende perspectieven belangrijk. Wij willen de openbare toegankelijkheid van sportparken vergroten. Hiermee worden de parken een meer centrale ontmoetingsplek in de wijk.

9

Hoofdstuk 2 kader

2.

KADER SPORTACCOMMODATIEBELEID

2.1 Inleiding Het vastleggen van een beleidskader voor het sportaccommodatiebeleid is belangrijk voor nu en in de toekomst. Wij gebruiken hiervoor een aantal uitgangspunten en leggen daarbij ook verbindingen met andere beleidsterreinen.

2.2 Uitgangspunten We hanteren zes uitgangspunten voor het sportaccommodatiebeleid. 1. De nadruk wordt gelegd op het behoud van voldoende capaciteit aan sportvoorzieningen, goede kwaliteit, functionaliteit en veiligheid; 2. Het sportaccommodatiebeleid legt waar mogelijk verbanden met en speelt in op ontwikkelingen als de brede schoolgedachte, buitenschoolse (sport)opvang, (sport)gezondheid en buurtsport; 3. Het begrip sportinclusief denken wordt gemeentebreed toegevoegd aan gebieds- en wijkontwikkeling, herstructureringen, bestemmingsplannen en de realisatie van multifunctionele (sport)voorzieningen; 4. Goede sportvoorzieningen voor sterke sportverenigingen en onderwijs zijn en blijven belangrijk; 5. Sportbeoefening blijft leidend bij de (her)inrichting van sportparken; 6. Op de toenemende en/of veranderende vraag aan binnensportaccommodaties wordt ingespeeld. Hierbij spelen ruimtebehoefte en vakinhoudelijke inzichten van het bewegingsonderwijs een belangrijke rol.

2.3 Dwarsverbanden beleidsterreinen Sport is onlosmakelijk verbonden met andere beleidsterreinen, zowel op het gebied van de sociale- als de ruimtelijke infrastructuur. Sportbeleid wordt steeds vaker als middel ingezet om doelen te realiseren op het beleidsterrein van volksgezondheid, jeugd, WMO, onderwijs, speelruimte, toerisme en economie. Dit vraagt om een eigentijdse en toekomstgerichte invulling van sportaccommodaties. Sportinclusief denken is belangrijk uitgangspunt bij ruimtelijke gebiedsontwikkeling en leidt tot een beweegvriendelijke omgeving op langere termijn. Dit vereist visie en in veel gevallen investeringen. Uiteindelijk kan het leiden tot een hogere kwaliteit van de leefomgeving, een betere gezondheid van inwoners, duurzame sportaccommodaties en een sportieve profilering. Daarnaast biedt het versterken van sport in relatie tot toerisme en vrije tijd kansen. Zee, strand en recreatiegebieden bieden hiervoor mogelijkheden. Ook in economische zin is sport belangrijk voor het bedrijfsleven. Sportevenementen kunnen in het kader van city marketing het lokale bedrijfsleven versterken.

10

Hoofdstuk 3 ontwikkelingen

3.

ONTWIKKELINGEN

3.1 Inleiding In de sport zijn veel ontwikkelingen en tendensen gaande. Deze ontwikkelingen hebben invloed op het gebruik van en eisen aan sportaccommodaties. Denk bijvoorbeeld aan de toename van ongeorganiseerde, individuele en nieuwe sporten, ander materiaalgebruik of milieu- en arbo-eisen.

3.2 Sportdeelname Mensen hebben meer vrije tijd dan vroeger en sporten meer. De sportdeelname van de Nederlandse bevolking is 65% in 2007. Hieronder volgt de top 10 van meest beoefende sporten in Nederland.

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

Tak van sport Zwemmen Fietssport / wielrennen Fitness / aerobics Hardlopen / trimmen / joggen Wandelsport Veldvoetbal Tennis Skeeleren / skaten Zeilen / roeien / kanoën / surfen Schaatsen

1979 32 8 12 8 6 15

1999 33 15 13 8 11 10 9 11 6 6

2007 36 23 22 18 15 14 10 7 7 6

Tabel: top 10 sportdeelname 6-79 jaar naar verschillende takken van sport in procenten uit SCP 2008 (AVO ’79, ’99, ’07)

Landelijk zijn er minder sporters lid van een sportvereniging. Het aandeel sporters dat deelneemt aan competities en trainingen stabiliseert wel. In 2007 is 47% van de sporters en 34% van de bevolking lid van een sportvereniging (SCP, rapportage sport 2008). De gemeente Velsen scoort goed met het percentage sportdeelname. De deelname is gestegen van 64% in 2004 naar 71% in 2009. Hiermee zit Velsen ruim boven het landelijk gemiddelde. De top 3 tak van meest beoefende sporten in Velsen zijn: atletiek (26%), gymnastiek/turnen (22%) en zaalvoetbal (14%). In Velsen zegt 44% van de inwoners individueel te sporten, 32% bij een sportvereniging en 27% bij een sportschool. De gemeente Velsen laat, net als landelijk, een stijgende tendens zien van individuele ongeorganiseerde sporten.

3.3 Sportmaatschappelijk De inzet van 5,4 fte combinatiefuncties vanaf 2009 en de uitbreiding hiervan in 2010 naar 6,8 fte heeft mogelijk consequenties voor het gebruik van de accommodaties. Dit hangt ondermeer af van de tak van sport, locatie, huidige capaciteit en het tijdstip.

11

Het meerjarenperspectief per tak van sport laat zien dat meisjesvoetbal, hockey en (eenmalige) duursport evenementen in populariteit toenemen. De gebruiksfrequentie van hockeyvelden neemt toe. Een verdere toename van meisjesvoetbal vraagt om meer gescheiden capaciteit van kleedruimten. Sport wordt meer en meer gezien als beleving en uitdaging. In het segment actieve- en extreme sporten nemen activiteiten als klimmen, kitesurfen en blokarten toe. In Velsen is dit goed zichtbaar door de gunstige ligging aan zee, strand en door de recreatieparken en gebieden. Vanwege de toenemende vergrijzing stijgt mogelijk de deelname van oudere sporters. Daarentegen laat aantal leerplichtige jongeren een dalende tendens zien van bijna duizend in één jaar. In het schooljaar 2008-2009 waren er 11.358 leerplichtige jongeren in Velsen. Een jaar eerder waren er dit nog 12.320 (jaarverslag leerplicht 2008-2009). De daling heeft naar verwachting niet direct invloed op het gebruik van sportaccommodaties. In eerste instantie worden de groepen kleiner. Een blijvende daling leidt mogelijk wel een lagere bezetting van de gymzalen.

3.4 Sporttechnisch Sporttechnische ontwikkelingen leiden tot andere eisen aan accommodaties, materiaal en voorzieningen. In de sport doen zich veel innovatieve ontwikkelingen voor. Denk hierbij aan kunstgrasvelden, de toplaag van atletiek- en tennisbanen en de verdergaande digitalisering. Ook duurzaamheid en milieu zijn items voor het accommodatiebeleid. Voor sportaccommodaties wordt duurzaam vastgoed, huisvesting en goed milieubeleid steeds belangrijker. De onlangs vastgestelde millenniumdoelen kunnen hieraan een extra impuls geven (Voortgangsnota millenniumdoelen 2009). Eén van doelen is het instellen van een stuurgroep om gezamenlijk tot voorstellen te komen. Om duurzaam en toekomstgerichte sportaccommodaties te realiseren, zijn de zogenoemde BREEAM-categorieën een methode om gebouwen op duurzaamheid te analyseren en te verbeteren. De methode is een internationaal geaccepteerde standaard voor nieuwbouw en grote renovatieprojecten (HEVO, 2009). Vooral de categorieën gezondheid & comfort, energie, transport en materiaal zijn goed toepasbaar op duurzame sportaccommodaties. Momenteel vinden er op kleine schaal al milieubewuste toepassingen plaats, zoals het monteren van bewegingsmelders op lichtschakelingen in de binnensportaccommodaties. Daarnaast hebben wij het concept Fietsbeleidsplan 2009 opgesteld.

3.5 Kunstgras Door de snelle ontwikkeling van kunstgrasvelden en de toenemende vraag van verenigingen is gemeentelijk beleid voor kunstgras vereist. Op dit moment is kunstgras het meest aan de orde voor hockey en voetbal. Voor de aanleg van kunstgrasvelden op gemeentelijke sportparken hebben wij een aantal nieuwe criteria opgesteld.

12

De sportverenigingen op gemeentelijke sportparken die hiervoor in aanmerking komen, dienen te voldoen aan:     

een sporttechnische noodzaak (hockeywedstrijden mogen vanaf een bepaalde leeftijd bijvoorbeeld uitsluitend op kunstgras gespeeld worden); een te hoge bespelingintensiteit van bestaande velden ten opzichte van de bespelingcapaciteit volgens objectieve normen van NOC*NSF en/of sportbonden; een prognose van stabiele ledengroei gedurende een langere periode; de mogelijkheid van een verenigingsbijdrage in relatie tot de financiële gezondheid van de vereniging; de mogelijkheden voor medegebruik door bijvoorbeeld onderwijs, andere sport, wijk.

Op basis van deze vijf toetsingscriteria achten wij de aanleg van kunstgrasvelden op enkele sportparken op termijn wenselijk. De volgorde in prioriteit is: 1) sportpark Schoonenberg (kunstgrasveld K.H.C. Strawberries) 2) sportpark Driehuis (kunstgrasveld RKVV Velsen) 3) sportpark Schoonenberg (kunstgrasveld V.V. IJmuiden) Voor korfbalvereniging DKV op sportpark Schoonenberg is de toplaag van het kunstgrasveld in 2006 vervangen.

3.6 Bezettingsgraden Bezettingsgraden geven het gebruik van de gemeentelijke sportaccommodaties aan (benutting). Twee van de drie sporthallen scoren hoog. De sporthallen IJmuiden-Oost (93%) en Polderhuis (96%) zijn druk bezocht. Sporthal Zeewijk kent een iets lagere bezetting van 71%. De totale waardering van sportvoorzieningen scoort een 7,4. Deze ligt gelijk aan de waardering voor het zwembad. De waardering voor de sportterreinen en parken is iets lager, een 7,3 (Leefbaarheidsmonitor 2009). In 2008 had het zwembad ca. 293.000 bezoekers. De bezettingsgraad van gymzalen is gemiddeld 75%. Voor de uren bewegingsonderwijs zijn alle zalen nagenoeg volledig bezet. De Weid (93%), Dolfijnzaal (93%), Waterloozaal (85%) en de Springplank (80%) kennen de hoogste bezetting (peildatum: seizoen 2008-2009). De bezetting is het laagst in de Willemsbeekzaal I (55%) en de Sluiswijkzaal (65%). Hier is nog voldoende beschikbare ruimte buiten de schooltijden. De KNVB en andere sportbonden (NOC*NSF) doen jaarlijks onderzoek naar capaciteitsbehoeften op basis van bespelingsnormen. De resultaten van dit onderzoek laten zien dat de voetbalverenigingen SVIJ, Stormvogels, VV Waterloo, FC Velsenoord en SC Telstar op dit moment geen capaciteitstekort hebben. Ook DKV (korfbal), HS Rooswijk (honk- en softbal), HCV'90 (handbal) en HS Terrasvogels (honk- en softbal) hebben geen capaciteitstekort. In onze analyse en toekomstvisie houden wij rekening met de groeiscenario’s van buitensportverenigingen voor maximaal 10 jaar.

13

RKVV Velsen, V.V. IJmuiden en hockeyvereniging K.H.C. Strawberries kampen wel met te weinig capaciteit. Strawberries heeft als tijdelijke oplossing de beschikking over een natuur grasveld voor de trainingen.

3.7 Olympisch plan 2028 Nederland heeft ambities met een Olympisch plan 2028. De landelijke overheid heeft samen met een aantal maatschappelijke organisaties dit Olympisch plan ondertekend. Het doel is om heel Nederland met sport in de volle breedte (topsport- en breedtesport, Olympisch en niet-olympisch, actief en passief) naar een Olympisch niveau te brengen. Het kabinet acht hiervoor het draagvlak in de samenleving en teamspel met andere partners, waaronder gemeenten, van groot belang. Er is een missie opgesteld op basis van acht thema’s. De thema’s zijn: topsport, breedtesport, sociaal-maatschappelijk, welzijn, economie, ruimtelijk, evenementen en media-aandacht. De thema’s breedtesport en sociaal-maatschappelijk uit het Olympisch plan sluiten goed aan op ons sportbeleid voor Velsen. Wij streven hierbij naar samenwerking met de metropool Amsterdam. Noot: tijdens de behandeling van de begroting 2010 is op 5 november 2009 de motie M6.2 ‘actief participeren in planvorming Olympische Spelen 2028 in Nederland’ aangenomen. Met de breedtesport wil Nederland in 2016 een samenleving bereiken waarin het beoefenen en beleven van sport voor jong en oud een belangrijke levenskwaliteit is. Minimaal 75% van de Nederlanders, uit alle lagen van de (multiculturele) samenleving, doet in 2016 regelmatig aan sport. Ook voor ons kan dit een mooie ambitie zijn om de sportdeelname in Velsen naar 75% te laten stijgen.

14

Hoofdstuk 4 visie

4.

VISIE SPORTACCOMMODATIEBELEID

4.1 Inleiding In dit hoofdstuk is onze missie en visie op het sportaccommodatiebeleid beschreven. Hiermee geven wij aan waar we met de sport in 2015 willen staan.

4.2 Missie Wij geven sport de ruimte. We willen fysieke ruimte scheppen en behouden voor een goed sport en beweegklimaat. Wij houden sport bereikbaar. Sport en bewegen in de wijk of dicht bij huis is vanuit verschillende perspectieven belangrijk. We willen een goed bereikbare en toegankelijke sport, speel- en beweegomgeving voor alle inwoners. Wij bouwen aan hoogwaardige en duurzame sportaccommodaties. Bestaande accommodaties of complexen worden in goede conditie gehouden en nieuwe functies worden toegevoegd. Wij streven ernaar dat onze sportaccommodaties voldoen aan vier criteria zoals verwoord in paragraaf 4.3.

4.3 Visie Capaciteit. We willen, op basis van de huidige en toekomstige capaciteitsvraag naar sportvoorzieningen in onze gemeente richting geven aan het sportaccommodatiebeleid voor de middellange termijn. Breedte. We willen een modern en wijkgericht sportaanbod dat het mogelijk maakt om overdag en ’s avonds verschillende sporten te kunnen beoefenen. In georganiseerd of ongeorganiseerd verband. Hiervoor zijn in bepaalde gevallen aanpassingen aan accommodaties, omgeving, logistiek en soms regelgeving noodzakelijk. Sport als middel. We willen met ons accommodatiebeleid inspelen op thema's als de brede schoolgedachte, buitenschoolse (sport)opvang, sport en gezondheid, combinatiefuncties, buurtsport en het sportpark als centrale en groene ontmoetingsplek in de wijk. Spreiding. We willen nu en in de toekomst sportaccommodaties realiseren en handhaven die goed verspreid liggen over Velsen. Voorzieningen voor sport en bewegen zijn bovenwijks dan wel wijkgebonden. Kwaliteit en toegankelijkheid. We streven ernaar dat onze sportaccommodaties voldoen aan vier criteria: 1) de accommodatie is bruikbaar voor meerdere takken van sport, voor verschillende gebruikers en voor specifieke groepen (fysiek toegankelijk); 2) de accommodatie voldoet aan de wet- en regelgeving, sporteisen NOC*NSF, bedrijfsplannen, draaiboeken en protocollen (functionaliteit, kwaliteit, veiligheid en hygiëne); 3) de accommodatie is goed en veilig bereikbaar; 4) de accommodatie is betaalbaar voor gebruikers en voor gemeente.

15

4.4 Samenwerkingspartners Het onderwijs is de belangrijkste partner bij het realiseren van doelstellingen op het gebied van sport en bewegen door jeugd en jongeren. De gemeente biedt de basisvoorzieningen, zoals gymzalen en sportparken. Wij hebben een wettelijke taak voor de huisvesting bewegingsonderwijs. Ook de schoolbesturen hebben hierbij verantwoordelijkheden (Notitie Gymnastiekvoorziening 2006). Sport en onderwijs werken in toenemende mate samen. Voorbeelden hiervan zijn de organisatie van diverse schoolsportactiviteiten voor basisscholen en het aanstellen van combinatiefunctionarissen. Kinderopvang en sportverenigingen vinden elkaar in toenemende mate. In 2009 is de eerste sport-bso bij K.H.C. Strawberries van start gegaan. Buitenschoolse opvang (bso) verbindt kinderopvang en verenigingen met sport. De accommodaties dienen aan bepaalde aanvullende eisen te voldoen. Wij willen dit soort verbanden stimuleren. Hiervoor zijn professionele partners en sterke sportverenigingen nodig. Commerciële accommodaties zijn een belangrijke speler op de markt van sport geworden. Denk hierbij aan outdoor sportbedrijven, sportcentra en wellness. Deze bedrijfstak investeert in een groeiende sector. Zij bieden ook programma’s en ondersteuning op het brede terrein van voeding, sport en bewegen en gezondheid. Praktijken voor fysiotherapie kunnen voor sportgerelateerde activiteiten in toenemende mate gebruikmaken van financieringsbronnen bij de overheid en zorgverzekeraars. Zij kunnen, evenals de GGD, een belangrijke partner zijn bij een meersporen aanpak voor bijvoorbeeld overgewicht en obesitas. Zorginstellingen en zorgverzekeraars bieden tegenwoordig ook gezondheidsprogramma’s aan. Deze programma’s hebben in veel gevallen een directe relatie met sport. Bedrijven en organisaties investeren in bedrijfssport voor hun medewerkers en zijn daarmee ook potentiële gebruikers van gemeentelijke sportvoorzieningen.

16

Hoofdstuk 5 beheer

5.

BEHEER SPORTACCOMMODATIEBELEID

De gemeentelijke sportaccommodaties worden door ons zelf geëxploiteerd en beheerd. Tijdens de bijeenkomsten voor het opstellen van deze nota hebben de gebruikers aangegeven de huidige structuur te willen voortzetten. Voor een verdere optimalisatie van het beheer willen wij één keer per jaar een overleg met alle gebruikers van de binnensportaccommodaties. Binnensport -) Sporthallen: sporthalbeheerders zijn hier permanent aanwezig. Het onderhoud en schoonmaak is in eigen beheer. Het huidige beleid van vaste beheerders in de sporthallen wordt door de gebruikers als nuttig ervaren. -) Gymzalen: hier is geen permanent toezicht. De schoonmaak wordt uitbesteed aan een schoonmaakbedrijf. Medewerkers van de gemeente voeren de regie over het onderhoud, de sportmaterialen/-toestellen, enz. -) Verenigingsgebouwen: deze gebouwen worden permanent verhuurd aan sportverenigingen en overige verenigingen. Zij verzorgen zelf de schoonmaak en het klein onderhoud van de eigen ruimten. Zwembad -) Afhankelijk van de activiteiten in het zwembad (programmering) en verdeling daarvan over de bassins zijn er verschillende medewerkers aanwezig. Dat zijn medewerkers kassa/administratie, onderhoud, toezicht en instructie. Het onderhoud wordt grotendeels in eigen beheer gedaan. Voor specifieke technische werkzaamheden wordt het regulier en planmatig onderhoud uitbesteed aan derden/firma’s. -) Op momenten dat er voornamelijk verenigingsactiviteiten in het zwembad zijn, is er een minimale bezetting van zwembadmedewerkers, het toezicht op de verenigingszwemmers worden door de clubs zelf uitgevoerd. Buitensport -) Sportvelden en atletiekbaan: het groot onderhoud van de sportvelden en atletiekbaan wordt door ons in de periode mei t/m augustus verricht. Om de tarieven van de sportparken zo laag mogelijk te houden is ervoor gekozen om de verenigingen zelfwerkzaamheid op en rond de sportvelden te laten verrichten. Deze staan uitgewerkt in de “Regeling tarieven en voorwaarden voor het in gebruik geven van de gemeentelijke sportterreinen”. Gedurende het sportseizoen is de gemeente verantwoordelijk voor het maaien en regulier onderhoud van de sportvelden. Het volledige beheer en onderhoud aan de clubaccommodaties (kantine, kleedkamers e.d.) is overgedragen aan de clubs zelf. -) Tennisparken: met de tennisverenigingen zijn verschillende contractuele afspraken gemaakt. Met uitzondering van tennispark Velserbeek is het volledige beheer en onderhoud aan de tennisverenigingen overgedaan. Alleen bij LTC Brederode is de gemeente nog verantwoordelijk voor het groot onderhoud. Hier is het huurtarief op afgestemd.

17

-) Barakken Rooswijk: ondanks het werk aan het riool, de weg, de verlichting, het weghalen van bosschages en het vernieuwen van de dakbedekking verkeren de clubgebouwen en kleedkamers in slechte staat van onderhoud. Dit is een groot probleem voor de verenigingen. Om aan de wettelijke voorschriften te voldoen worden er risicochecks (RIE) gedaan in de gemeentelijke sportaccommodaties. Het groot onderhoud wordt bekostigd via meerjaren onderhoudsplannen. De binnensportaccommodaties worden periodiek getest op legionella. Mede gezien de reactie van de gebruikers kiezen wij voor voortzetting van de huidige beheerstructuur.

18

Hoofdstuk 6 doelstellingen

6.

OVERZICHT GEWENSTE SPEERPUNTEN EN DOELSTELLINGEN

6.1 Inleiding De verschillende sportaccommodaties in Velsen liggen goed verspreid over de gemeente en zijn belangrijke ontmoetingsplekken in de wijk. Wij stellen ons tot doel om te komen tot een modern en wijkgericht sportaanbod, waar overdag en 's avonds verschillende sporten beoefend kunnen worden. Zowel voor sporten in georganiseerd verband als voor de anders- en ongeorganiseerde sporters en sportgroepen. Wij streven ernaar dat onze sportaccommodaties voldoen aan vier criteria voor kwaliteit en toegankelijkheid (zie paragraaf 4.3). Dit doel kan behaald worden door waar mogelijk te investeren in hoogwaardig en duurzame sportaccommodaties. Maar er zijn ook investeringen en aanpassingen nodig in de omgeving, zowel qua logistieke inrichting als in sommige gevallen door regelgeving. Wij willen hierbij opmerken dat de financiële en economische situatie gevolgen heeft voor onze gemeente. Dit betekent dat onze investeringen in relatie moeten staan met de beperkte beschikbaarheid van financiële middelen. Onze ambities zullen wij hierop moeten afstemmen. Bij de herstructurering, renovatie of revitalisering van sportparken hebben drie sportparken prioriteit. Sportpark Rooswijk heeft de hoogste prioriteit vanwege de staat waarin het verkeert. Een totale revitalisering van het park op termijn is voor ons een gewenst speerpunt. Sportpark Schoonenberg en Waterloo hebben prioriteit vanwege de behoefte aan extra capaciteit voor K.H.C. Strawberries en V.V. IJmuiden (beiden kunstgrasveld), de verouderde Waterloo gymzaal en de mogelijkheid tot woningbouw op sportpark Waterloo (Structuurvisie Velsen 2005). Met amendement 6.1 heeft de gemeenteraad krediet beschikbaar gesteld om in 2010 twee kunstgras hockeyvelden te realiseren op sportpark Schoonenberg. Gelet op de noodzaak tot het vervangen van de gymzaal zijn investeringen op korte termijn gewenst. Aangezien de investeringen voor uitplaatsen en inpassen van V.V. Waterloo op Schoonenberg hoog zijn en wij geen bouwactiviteiten verwachten op korte tot middellange termijn, hebben wij op dit moment een voorkeur voor het behouden van voldoende capaciteit aan sportvoorzieningen op de huidige locatie. Voor sportpark Driehuis bestaat sportfunctioneel een voorkeur voor behoud van RKVV Velsen op de huidige locatie. Dit wordt versterkt door het onderwijsgebruik door het Ichthus Lyceum en de Duin en Kruidberg Mavo. De dorpsraad Driehuis ervaart de huidige ligging van de twee parken in de wijk als zeer goed. Aan de andere kant voorziet het bestemmingsplan op termijn in de mogelijkheid tot woningbouw op sportpark Driehuis. Op 17 december 2009 heeft de gemeenteraad amendement 37 over sportpark Driehuis aangenomen. Het amendement geeft aan sportpark Driehuis behouden blijft als sportpark en af te zien van woningbouw op deze locatie. Daarnaast is er met amendement A6.1 (begroting 2010) krediet beschikbaar gesteld voor de aanleg van een kunstgrasveld bij RKVV Velsen in 2010. Door deze besluitvorming blijft er voldoende capaciteit aan sportvoorzieningen om het sportpark op deze locatie te behouden.

19

Voor sportpark De Elta zijn, afgezonderd van het meerjaren onderhoudsplan, geen investeringen gepland tot 2015. Op termijn kan bij voortzetting van de ledengroei bij S.V. Terrasvogels behoefte ontstaan aan een kunstgrasveld vanwege capaciteitstekort. We hebben per cluster een overzicht van actiepunten en gewenste speerpunten (binnensport, buitensport, zwemsport en overig) tot 2015 opgesteld. Wij wensen zoveel mogelijk doelstellingen te realiseren. Echter de huidige economische en financiële situatie vraagt terughoudendheid en een realistisch scenario van investeringen. Wij willen onze ambities hierop afstemmen.

6.2 Binnensport Voor de binnensport zijn de doelstellingen in willekeurige volgorde: Doelstelling 1: nieuwbouw Waterloo gymzaal Deze is opgenomen in het Integraal Huisvestingsplan (IHP) Onderwijs 2008-2011. Hiervoor is in 2010 € 800.000,- opgenomen (exclusief indexering tot prijspeil jaar van aanbesteding). Deze gymzaal gaat uit van een sportvloeroppervlakte van 252 m2 (minimum bouwbesluit). Een grotere maat van de sportvloer van 308m2 is onderwijskundig gewenst en maakt de verhuurbaarheid voor naschools gebruik groter. Actiepunt) In 2010 ligt er een plan voor de nieuwbouw van de Waterloo gymzaal; Gewenst speerpunt) In 2011-2012 realisatie nieuwe Waterloozaal. Doelstelling 2: verbeteren akoestiek gymzalen en sporthallen In 2012 voldoen de gymzalen en sporthallen aan de akoestieknormen. Er worden prioriteiten gesteld en de uitvoering vindt gefaseerd vanaf 2009 plaats. Raming kosten: € 250.000,- (toegekend in de begroting 2009). Actiepunt) Vanaf 2009-2010 worden maatregelen uitgevoerd om de akoestiek van de gymzalen en sporthallen te verbeteren. Doelstelling 3: renovatie of nieuwbouw sporthal Zeewijk Om sporthal Zeewijk te laten voldoen aan de eisen van deze tijd en aan de huidige en toekomstige capaciteitsvraag is renovatie van de sporthal gewenst. Hierbij willen wij ook het vervangen of afstoten van de gymzaal Kruisberg meenemen. Voor de nieuwbouw van een gymzaal in Zeewijk is in het IHP onderwijs 2008-2011 jaarschijf 2011 een reservering van €800.000,- (exclusief indexering tot prijspeil jaar van aanbesteding) opgenomen. Het alternatief is de nieuwbouw van een kwalitatief, duurzaam en hoogwaardige sporthal dat past in de omgeving. Raming kosten sporthal: renovatie € 2.500.000,- (model incl. “kantelen“ ); nieuwbouw € 3.500.000,- tot € 4.000.000,-. Prijspeil 2008. Actiepunt) Na de definitieve besluitvorming over Groot Helm Duin is het opstellen van plannen voor de renovatie (of nieuwbouw) van sporthal Zeewijk voor het zomerreces 2010 gewenst. 20

6.3 Buitensport Voor de buitensport zijn de doelstellingen in willekeurige volgorde: Doelstelling 4: revitalisering sportpark Rooswijk Sportpark Rooswijk is op middellange termijn totaal gerevitaliseerd. Kernbegrippen hierbij zijn: verkleinen, duurzaamheid, efficiënt onderhoud, (sociale) veiligheid, revitaliseren van voorzieningen en infrastructuur. Het toevoegen van nieuwe sportelementen en (beperkt) openbare toegankelijkheid zijn mogelijk. Raming kosten revitaliseren sportpark: € 1.500.000,- . Prijspeil 2009, exclusief verenigingsgebouwen van de niet-sportverenigingen, advieskosten en BTW. Actiepunt) Er komt een plan van aanpak voor de revitalisering van sportpark Rooswijk. Afstemming met het project Frisse wind in Velsen-Noord is hierbij gewenst. Financiële dekking: investeringsplan 2008-2009 €685.000,- en ReinUniegelden/rekeningresultaat 2009 (2e tussenrapportage) € 815.000,-. Conform amendement A6.1 2009 voor begroting 2010.

Doelstelling 5: kunstgrasveld voetbal op sportpark Driehuis Gezien de capaciteitstekort van de velden op sportpark Driehuis en de groei van het ledenbestand heeft de aanleg van een kunstgrasveld prioriteit. Voor het seizoen 20102011 is realisatie gewenst. Actiepunt) Aanleg van een kunstgrasveld op sportpark Driehuis. Raming kosten: € 450.000,- tot € 550.000,- Prijspeil 2009, excl. BTW en afhankelijk van type veld. Financiële dekking: ReinUniegelden/rekeningresultaat 2009 (2e tussenrapportage). Conform amendement A6.1 2009 voor begroting 2010.

Doelstelling 6: kunstgrasveld voetbal op sportpark Schoonenberg Zaterdagvereniging V.V. IJmuiden heeft te maken met een capaciteitstekort van de velden op sportpark Schoonenberg. De aanleg van een kunstgrasveld is op termijn gewenst.

Doelstelling 7: kunstgrasvelden hockey op sportpark Schoonenberg Gezien de groei van de hockeysport in het algemeen en bij Strawberries in het bijzonder heeft de aanleg van een extra kunstgrasveld prioriteit. Voor het seizoen 2010-2011 is realisatie van een derde kunstgrasveld gewenst. Daarnaast is tijdens de behandeling van de begroting 2010 een amendement (A6.1 2009) ingediend om ook het bestaande kunstgrasveld te vervangen.

Actiepunt) Aanleg van een extra kunstgrasveld hockey en vervanging van een kunstgrasveld hockey op sportpark Schoonenberg. Financiële dekking: ReinUniegelden/ rekeningresultaat 2009 (2e tussenrapportage). Conform amendement A6.1 2009 voor begroting 2010. 21

Doelstelling 8: verbeteren toegankelijk sportparken en sociale veiligheid In 2015 is 80% van de sportparken sociaal veilig met goede verlichting, bewegwijzering, voldoende fietsenstallingen en parkeergelegenheid en beter toegankelijk voor mensen met een beperking. Bij de aanpak per sportpark wordt tevens de openbare toegankelijkheid bezien.

6.4 Zwemsport Doelstelling 9: aanpassingen zwembad De Heerenduinen Voor zwembad De Heerenduinen volgt een inventarisatie van de kosten voor de aanpassing van personeelskleedruimtes (ARBO), een verbeterde routing naar de ligweide en buitenbassins, een vaste badmeesterpost en permanente kleedruimten buiten. Afhankelijk van de kosten en financiële dekking is uitvoering op onderdelen of gefaseerd mogelijk.

Gewenste speerpunt) Aanpassingen aan personeelskleedruimtes (ARBO), een verbeterde routing naar de ligweide en buitenbassins, een vaste badmeesterpost en permanente kleedruimten buiten. Financiële dekking: investeringsplan 20082009 €195.000,-. Speerpunt college (wensenlijstje) Voorjaarsnota 2009 € 100.000,- (kapitaallasten €10.000,- per jaar).

6.5 Overig Doelstelling 10: aanwijzen en vastleggen gronden paardensport Voor paardenhouderijen en maneges worden gronden aangewezen en vastgelegd in bestemmingsplannen waar de sport wordt gefaciliteerd (paardenhouderij) of waar sporters hun sport kunnen uitoefenen (manege).

22

Hoofdstuk 7 financiën

7.

FINANCIELE PARAGRAAF

Om (nieuw) gemeentelijk sportaccommodatiebeleid te kunnen implementeren is geld nodig. Dit wordt hoofdzakelijk beschikbaar gesteld door de gemeente zelf. De middelen die hiertoe beschikbaar komen, worden op basis van politieke afwegingen toegekend. Het bereiken van alle doelstellingen voor het sportaccommodatiebeleid vergt waarschijnlijk aanzienlijke investeringen. Niets alles kan en moet tegelijk. Hiervoor is het stellen van prioriteiten en fasering van investeringen noodzakelijk. Een onderzoek naar eigen bijdrage van sportverenigingen bij de aanleg van een kunstgrasveld wordt hierbij overwogen. Mogelijk komen er ook vanuit de provincie en het rijk impulsregelingen om de sportvoorzieningen naar een hoger niveau te brengen. Vanuit de VNG worden al signalen afgegeven naar het Miniserie van VWS dat de impulsen voor het sportbeleid ook vragen om investeringen in sportaccommodaties. Tevens heeft het rijk ambities met een Olympisch plan 2028. Voor het gehele sportaccommodatieareaal hebben wij een overzicht van actiepunten en gewenste speerpunten tot 2015 opgesteld. De gemeente geeft per cluster (binnensport, buitensport, zwemsport en overig) aan wat de doelen zijn tot 2015. Wij wensen zoveel mogelijk doelstellingen te kunnen realiseren, maar de huidige economische en financiële situatie vraagt een behoedzaam en realistisch scenario van investeringen. Onze ambities zullen wij hierop moeten afstemmen. De uitwerking op onderdelen is afhankelijk van de jaarlijks beschikbare middelen. Omdat de gemeente in een eerder stadium heeft gekozen voor het fiscale regime van belaste verhuur kan bij investeringen in de binnensport en het zwembad de BTW worden verrekend. Voor de buitensport ligt deze materie complexer in verband met de wijze van exploitatie en beheer door de gemeente (dienstbetoon). Bij de nadere uitwerking zullen we hier meer specialistisch onderzoek naar verrichten. Zelfs met terugwerkende kracht kan maximaal 10 jaar na dato (afbouwend per jaar) nog fiscaal voordeel worden behaald. Nadrukkelijk moet gesteld worden dat niet alleen naar het investeringsvolume moet worden gekeken, maar ook naar de budgettaire gevolgen voor de jaarlijkse exploitatiekosten.

23

LITERATUURLIJST                    

Gemeente Velsen, Jaarverslag leerplicht 2008-2009, IJmuiden 2009 Gemeente Velsen, Voortgangsnota millenniumdoelen, IJmuiden 2009 Gemeente Velsen, De kracht van sport: kadernota sportbeleid Velsen 2008-2011, IJmuiden 2008 Gemeente Velsen, Integraal Huisvestingsplan Onderwijs 2008-2011, IJmuiden 2008 Gemeente Velsen, Notitie Gymnastiekvoorziening, IJmuiden 2006 Gemeente Velsen, Structuurvisie Velsen, IJmuiden 2005 Gemeente Velsen, Herstructurering sportparken Velsen, IJmuiden 2004 Gemeentebestuur Velsen, Begroting 2010 Velsen: Motie 6.2, 6.3 en Amendement 6.1, IJmuiden 5 november 2009 Gemeentebestuur Velsen, Begroting 2009 Velsen, IJmuiden 2009 Gemeentebestuur Velsen, Amendement 37, IJmuiden 17 december 2009 HEVO, Duurzaam ontwikkelen: hevo routekaart naar duurzaam vastgoed, ’s-Hertogenbosch 2009 I&O Research, Leefbaarheidsmonitor 2009 gemeente Velsen, Enschede 2009 KVLO, Tien punten plan, Zeist 2009 Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Uitblinken op alle niveaus: kabinetsstandpunt bij het Olympisch Plan 2028, Den Haag 2009 NOC*NSF, Olympisch Plan 2028, Arnhem 2009 NOC*NSF, Maak van uw gemeente een sportgemeente!, Arnhem 2009 NOC*NSF, Ruimte voor sport in Nederland tot 2020: cijfers en kansen, Arnhem 2005 Onderzoek en Statistiek Haarlem, Leefbaarheidsmonitor 2007 gemeente Velsen, Haarlem 2007 Sociaal Cultureel Planbureau / W.J.H. Mulier Instituut, rapportage sport 2008, Den Haag 2008 Vereniging Sport en Gemeenten, krachtige en solide bouwstenen voor uw verkiezingsprogramma, Oosterbeek 2009

24

Bijlage 1. Cluster binnensport: Sporthallen: dit zijn specifiek voor de binnensport ingerichte gebouwen. De drie sporthallen vervullen een belangrijke functie in het kader van de gemeentelijke zorgplicht voor passende voorzieningen voor het bewegingsonderwijs (basis- en voortgezet onderwijs). Naast de scholen en sportverenigingen als hoofdgebruikers, maken sportgroepen, particulieren, instellingen en bedrijven gebruik van sporthallen. Ze worden ook gebruikt voor grootschalige evenementen, toernooien en hebben een functie als opvangvoorziening bij ernstige calamiteiten in de gemeente. Gymzalen: dit zijn vergelijkbare accommodaties als sporthallen, als apart gebouw of als onderdeel van een schoolgebouw. Een gymzaal is aanmerkelijk kleiner dan een sporthal en voor minder sporten geschikt. De hoofdfunctie van de gemeentelijke gymzalen is voorziening voor bewegingsonderwijs (hoofdzakelijk basisonderwijs). Hiervoor gelden wettelijke kaders en richtlijnen. Sport- en overig- is medegebruik. Verenigingsgebouwen: in een aantal wijken staan verenigingsgebouwen, zoals het Jan Ligthart, Spaarnberg en Rooswijk. Hierin zijn een aantal sportverenigingen en hobbyclubs gehuisvest. Cluster buitensport: Sportparken: dit zijn specifiek aangelegde complexen, bestemd voor de buitensport. Op de meeste sportparken (de tennisparken en het atletiekcomplex uitgezonderd) zijn de velden te gebruiken voor meerdere sporten. Dit is mede afhankelijk van afmetingen, inrichting en toplaag van de velden. Deze toplaag kan verschillen, afhankelijk van de specifieke bestemming (bijv. natuurgras, kunstgras, beton of gravel). De sportverenigingen beschikken over een eigen clubaccommodatie op de parken. Cluster zwemsport: Zwembad De Heerenduinen: het gemeentelijke zwembad is een publieke bovenwijkse voorziening. Het complex is gebaseerd op een 5-badenconcept: recreatiebassin, doelgroepenbassin, 25 meter wedstrijdbassin, 25 meter bassin buiten en peuter/kleuterbassins binnen en buiten. Tevens zijn er diverse aanvullende voorzieningen zoals een waterglijbaan van 66 m., whirlpool, wildwaterkreek, beweegbare bodems, springplank, drenkelingendetectie, tribune, zonnebanken, baby- en gehandicaptenvoorzieningen, een grote ligweide, enz. Een fitnesscentrum en een horecavoorziening (met buitenterras) maken geïntegreerd onderdeel uit van het zwembad. De belangrijkste activiteiten zijn: recreatiezwemmen, particulier leszwemmen, schoolzwemmen, verenigingszwemmen, therapeutisch zwemmen en aquasport- en doelgroepzwemmen zoals babypeuter, aquagym, -spinning, -robics, jogging. Cluster overig: Wegen, fietspaden, trottoirs, vaarwater, parken, recreatiegebieden, speelplekken, pleintjes, etc. Ze hebben een functie voor medegebruik met beweeg- en sportdoeleinden. Tevens zijn er in de openbare ruimte ook speciaal daarvoor aangelegde wandel- en ruiterpaden, e.d. 25

Bijlage 2. Buitensportaccommodaties - gerealiseerde projecten 2005-2009 Sportpark Zeewijk:  2 kunstgrasvoetbalvelden met aanpalende voorzieningen aangelegd;  softbalveld + opstallen opgeheven met uitplaatsen sofbalvereniging en geamoveerd tot volledig voetbalveld;  hekwerken en verlichtingen vervangen (A+B veld IJ.V.V. Stormvogels, 2007/2008). Sportpark Groeneveen:  tenniscomplex (13 gravelbanen, bestratingen, overige voorzieningen, enz.) volledig gerenoveerd;  parkeerstrook voor tennisvereniging Brederode en atletiekvereniging Suomi “verhard”;  bestratingen opgeknapt en discuskooi vervangen (atletiek, 2009). Sportpark Driehuis:  bestrating, fietsenstalling en verlichting opgeknapt en aangebracht;  diverse hekwerken vervangen en geplaatst. Sportpark Gijzenveltplantsoen/korfbalcomplex:  opgeheven (andere bestemming) Sportpark Schoonenberg:  kunstgrasveld korfbal DKV toplaag vervangen (2007);  2e kunstgrasveld hockey aangelegd (financiering Strawberries) met aanpalende voorzieningen (2006);  fietsenstalling Strawberries gerenoveerd en heringedeeld (2008);  diverse hekwerken en verlichtingen vervangen (2009). Sportpark Rooswijk:  diverse hekwerken en verlichtingen vervangen, paden opgeknapt, grootschalig snoeiwerk, rioleringen en waterafvoer gerenoveerd, hoogteportaal op parkeerplaats aangebracht, e.d. (2008/2009). Sportpark De Elta:  drainage verbeterd (B-veld voetbal); hekwerken vervangen en geplaatst (voetbal en honkbal) en verlichting vervangen (softbal, 2009). IJsbaan:  verlichting (bekabeling) gerenoveerd (2008/2009) Cruyff Court:  aanleg Cruyff Court in IJmuiden (2006) Diverse parken:  beregeningsinstallaties verbeterd (2009);  grootschalig snoei- en kapwerk (bomen, bosschages, 2009). 26

Bijlage 3.

Binnensportaccommodaties - gerealiseerde projecten 2005-2009 Sporthal Zeewijk:  Hemelwaterafvoeren sportparkzijde vervangen (2005) Sporthal IJmuiden-Oost:  Renovatie verlichting in zaal;  Renoveren houten vloer (2006);  Gedeeltelijke akoestiekbehandeling korte zijden (2008);  Vervangen marmoleumvloer gang. Sporthal Het Polderhuis:  Aanpassing squashgedeelte. 2 extra kleedkamers i.p.v. squashbanen om ruimte te creëren voor sportcentrum (2005);  Buurthuis De Veste geïntegreerd in het Polderhuis met diverse aanpassingen (2008). Gebouw Jan Ligthart:  Renovatie rieten dak (2008);  Installatie nieuwe CV (2009);  Herinrichting boksruimte voor nieuwe vereniging (2009). Gebouw Spaarnberg:  Bijdrage aanschaf nieuwe mattenvloer Dschen Dui (2007) Gymzaal De Springplank:  Vervanging kozijnen en deuren straatzijde (2007);  Nieuw dak laaggedeelte (2008). Gymzaal De Weid:  Renovatie ventilatieramen (2005/2006);  Nieuwe toplaag sportvloer (2006);  Opknappen vloer tot plafond incl. nieuwe vulling springkuil (2005/2006);  Nieuwe CV (2007). Dolfijnzaal:  Nieuwe CV (2005/2006);  Renovatie laagbouw geheel sanitaire ruimten en kleedkamers) (2006/2007);  Nieuwe belijning zaal (2009). Heerenduinzaal:  Realisatie kuipmodel/optrekken metselwerk aan de noord gevel (2008);  Renovatie vloeren gang en kleedkamers (2008);  Nieuwe CV (2009).

27

Kennemerzaal:  Nieuwe CV (2006);  Renovatie laagbouw: entree, sanitair en kleedkamer en hoogbouw: sanitair en kleedkamer (2008);  Nieuw plafond in zaal incl. verlichting en warmteventilatiesysteem (2005/2006);  Vervangen dakbedekking (2008);  Vervangen plafondradiators. Kruisbergzaal;  Nieuwe CV (2007/2008);  Plaatsen beschermingsrooster voor ramen van de zaal aan zuidzijde tegen vandalisme (2008);  Renovatie vloeren gang en kleedkamers (2009);  Renovatie 3 grote buitenramen (2009). Sluiswijkzaal:  Nieuwe CV (2005/2006);  Renovatie vloeren gang en kleedkamers (2009);  Nieuwe belijning zaal (2009). Willemsbeekzalen:  Nieuw klimaatbeheersingssysteem (2008) Waterloozaal:  Nieuwe CV (2007);  Vervangen dakbedekking hoog- en laagbouw (2007-2008);  Renovatie vloer sportzaal en toestelberging + belijning (2008);  Vervangen kozijn entree en kleedruimten. Wijkermeerzaal:  Nieuwe inventaris sportzaal (2006);  Nieuwe belijning zaal (2009). Barakken Rooswijk:  Deel achterstallig onderhoud ingelopen (2007-heden);  Uitvoer onderhoudswerkzaamheden aan riool, hemelwaterafvoeren, paden, bosschages, hekken en verlichtingen op het park (2008);  Bij de ingang van de parkeerplaats is een hoogteportaal aangebracht om de overlast van vrachtwagens op te heffen (2008). Diverse accommodaties:  Binnen- en buitenschilderwerk uitgevoerd

28

Bijlage 4.

29