Access 2000 gevorderden

Roger Frans

Access 2000

Over het boek Access 2000 is een relationeel databasesysteem. Het is m.a.w. een programma om gegevens op een (relatief) gemakkelijke manier te beheren. Deze gegevens worden in tabellen bewaard. Tussen de tabellen kunnen relaties bestaan.

gevorderden Access 2000

In de cursus Access 2000 - beginners zijn de klassieke onderwerpen m.b.t. een databasesysteem aan bod gekomen: aanmaken van tabellen, ontwerpen van query’s, formulieren, rapporten en etiketten. In de cursus Access 2000 - gevorderden behandelen we de programmeeromgeving Visual Basic for Applications en de manier waarop we hiermee databases kunnen beheren. In de eerste drie hoofdstukken leggen we de basis uit van de taal Visual Basic for Applications (VBA). We leren werken met sub- en functieprocedures, ingebouwde functies, de controlesturen zoals If, While en Select, een foutafhandelingsroutine, enz;

met cd-rom

gevorderden

De toepassingen die in het verleden met Access werden gemaakt, waren file/servertoepassingen. Microsoft beschouwt naar de toekomst toe SQL-server evenwel als strategisch product. Ze levert hiervoor MSDE, een SQL-server database op uw pc. Met MSDE kunnen we client/server-toepassingen bouwen. In plaats van met gewone Access-bestanden te werken, gebruiken we een Access Data Project . Om toegang tot een SQL-server-database te verkrijgen, maken we gebruik van ActiveX Data Objects (ADO) en OLE DB. We behandelen de omgeving in het vierde hoofdstuk en laten deze omgeving niet meer los in de volgende hoofdstukken. In het vijfde en zesde hoofdstuk gaan we vooral in op technieken waarbij we gebruik maken van afhankelijke formulieren. De twee daaropvolgende hoofdstukken werken we met onafhankelijke velden. Access kent geen grenzen meer ... In het voorlaatste hoofdstuk besteden we aandacht aan het maken van een eigen menustructuur en werkbalk. Het laatste hoofdstuk dompelt ons onder in de wereld van Data Access-pagina’s. Dit zijn webpagina’s waarin u gegevens uit een Microsoft Access-database of uit een SQLServer database kunt bewerken. Ook gegevens uit andere bronnen, zoals Excel, kunnen aangesproken worden...

Over de auteur Roger FRANS studeerde in 1980 af als licentiaat in de wetenschappen, groep wiskunde. Na zijn studies volgde hij diverse korte en lange bijscholingscursussen in de informaticawereld. Sinds 1988 doceert hij informatica in de Katholieke Hogeschool der Kempen, campus Hoger Instituut der Kempen te Geel. Roger FRANS is niet aan zijn proefstuk met dit boek. Al zijn cursussen zijn op een zelfde principe gebaseerd. Concrete voorbeelden worden stap voor stap uitgelegd. Ook zijn na elk hoofdstuk oefeningen opgenomen waardoor de lezer zijn kennis kan toetsen en verfijnen. De lezer leert op die manier een pakket op een relatief eenvoudige manier doorgronden. Het is een werkwijze die door de meeste lezers/ cursisten wordt geapprecieerd.

ISBN: 90.356.1124.1

campinia

media

Roger Frans

Frans, Roger – Access 2000 - gevorderden / Roger Frans; Geel: Campinia Media vzw, 2000; 270 p; index; 29 cm; gelijmd. ISBN: 90.356.1124.1; NUGI 854; UDC 681.3.06 Wettelijk depot België: D/2000/3941/2 Campinia Media vzw Kleinhoefstraat 4 B – 2440 – GEEL (Belgium) Tel.: (+32) 014/59 09 59 Fax: (+32) 014/59 03 44 e-Mail: URL: <www.campiniamedia.be> Copyright 2000:

No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission of the publisher. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, print, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Inleiding Access 2000 is een relationeel databasesysteem. Het is m.a.w. een programma om gegevens op een (relatief) gemakkelijke manier te beheren. Deze gegevens worden in tabellen bewaard. Tussen de tabellen kunnen relaties bestaan. In de cursus Access 2000 - beginners zijn de klassieke onderwerpen m.b.t. een databasesysteem aan bod gekomen: aanmaken van tabellen, ontwerpen van query’s, formulieren, rapporten en etiketten. In de cursus Access 2000 - gevorderden behandelen we de programmeeromgeving Visual Basic for Applications en de manier waarop we hiermee databases kunnen beheren. In de eerste drie hoofdstukken leggen we de basis uit van de taal Visual Basic for Applications (VBA). We leren werken met sub- en functieprocedures, ingebouwde functies, de controlesturen zoals If, While en Select, een foutafhandelingsroutine, enz; De toepassingen die in het verleden met Access werden gemaakt, waren file/server-toepassingen. Microsoft beschouwt naar de toekomst toe SQL-server evenwel als strategisch product. Ze levert hiervoor MSDE, een SQL-server database op uw pc. Met MSDE kunnen we client/servertoepassingen bouwen. In plaats van met gewone Access-bestanden te werken, gebruiken we een Access Data Project . Om toegang tot een SQL-server-database te verkrijgen, maken we gebruik van ActiveX Data Objects (ADO) en OLE DB. We behandelen de omgeving in het vierde hoofdstuk en laten deze omgeving niet meer los in de volgende hoofdstukken. In het vijfde en zesde hoofdstuk gaan we vooral in op technieken waarbij we gebruik maken van afhankelijke formulieren. De twee daaropvolgende hoofdstukken werken we met onafhankelijke velden. Access kent geen grenzen meer … In het voorlaatste hoofdstuk besteden we aandacht aan het maken van een eigen menustructuur en werkbalk. Het laatste hoofdstuk dompelt ons onder in de wereld van Data Access-pagina’s. Dit zijn webpagina’s waarin u gegevens uit een Microsoft Access-database of uit een SQL-Server database kunt bewerken. Ook gegevens uit andere bronnen, zoals Excel, kunnen aangesproken worden. Access 2000 - gevorderden is een doe-cursus. Dit betekent dat u de cursus doorneemt terwijl u voor de computer zit. U neemt per hoofdstuk de cursustekst door. Daarna maakt u de oefeningen. Bij de cursus hoort een cd-rom. Op deze cd-rom staan de meeste voorbeelden en oefeningen die u uitwerkt in deze cursus. U vindt er ook een bestand LeesMij.doc. Hierin staat uitgelegd hoe u de bestanden gebruikt. U kunt dit bestand lezen door op de naam van het bestand te dubbelklikken in Verkenner of Deze Computer of u kunt het openen in Kladblok of een tekstverwerkingspakket. Tot slot van deze inleiding dank ik éénieder die geholpen heeft bij het tot stand komen van deze cursus. Dank u wel. Ik hoop dat dit voor u een nuttige en aangename cursus is, een cursus die u inzicht geeft in het programmeren in Access. Opmerkingen die een latere uitgave kunnen verbeteren zijn welkom.

Roger Frans januari 2000 Inleiding - 1

2 – Access 2000 - gevorderden

Inhoudstafel

INLEIDING ..................................................................................................................1 INHOUDSTAFEL ........................................................................................................3 1 1.1

INLEIDING TOT VISUAL BASIC FOR APPLICATIONS ...................................13 Inleiding ............................................................................................................................................13

1.2 Voorbeeld van een subprocedure .....................................................................................................13 1.2.1 Probleemstelling en aanmaken van het scherm ................................................................................13 1.2.2 Gebeurtenisprocedure .....................................................................................................................14 1.2.3 Visual Basic Editor .........................................................................................................................14 1.2.4 De programmacode.........................................................................................................................15 1.2.5 Compileren.....................................................................................................................................17 1.2.6 Uittesten .........................................................................................................................................18 1.3 Begrippen..........................................................................................................................................18 1.3.1 Collecties en objecten .....................................................................................................................18 1.3.2 Eigenschappen en methoden ...........................................................................................................18 1.3.3 Gebeurtenissen ...............................................................................................................................19 1.3.4 Procedures......................................................................................................................................20 1.3.5 Modules .........................................................................................................................................20 1.4

Commentaar .....................................................................................................................................21

1.5

Variabelen.........................................................................................................................................21

1.6

Gegevenstypen in VBA .....................................................................................................................22

1.7 Declareren van variabelen................................................................................................................23 1.7.1 De instructie DIM...........................................................................................................................23 1.7.2 Persoonlijke variabelen op moduleniveau........................................................................................23 1.7.3 Openbare variabelen .......................................................................................................................24 1.7.4 Statische variabelen ........................................................................................................................25 1.7.5 Impliciete declaratie........................................................................................................................25 1.7.6 Deftype ..........................................................................................................................................26 1.7.7 Declareren is niet verplicht, tenzij... ................................................................................................26 1.7.8 Besturingselementen.......................................................................................................................26 1.8

Het statement Let..............................................................................................................................26

1.9 Operatoren........................................................................................................................................27 1.9.1 Rekenkundige operatoren................................................................................................................27 1.9.2 Operatoren voor tekenreeksen .........................................................................................................27 1.9.3 Vergelijkingsoperatoren..................................................................................................................28 1.9.4 Logische operatoren........................................................................................................................28 1.10

Help...................................................................................................................................................28

1.11 Ingebouwde functies .........................................................................................................................28 1.11.1 Left ............................................................................................................................................28 1.11.2 Right ..........................................................................................................................................29 1.11.3 Mid ............................................................................................................................................29 1.11.4 Len.............................................................................................................................................29 1.11.5 UCase ........................................................................................................................................29 1.11.6 LCase.........................................................................................................................................29 1.11.7 Conversiefuncties .......................................................................................................................30 1.11.8 String als resultaat van functies...................................................................................................30 1.12 Het venster Direct .............................................................................................................................30 1.12.1 De waarde van een expressie berekenen ......................................................................................30 1.12.2 Variabelen een waarde geven......................................................................................................31

Inhoudstafel - 3

1.13 Een functieprocedure ....................................................................................................................... 31 1.13.1 Probleemstelling en aanmaken van het scherm............................................................................ 31 1.13.2 Oproepen van de functie............................................................................................................. 32 1.13.3 Procedure invoegen .................................................................................................................... 32 1.13.4 Opmerking................................................................................................................................. 34 1.14

De functie in een algemene module opnemen................................................................................... 34

1.15 De VBE-omgeving ............................................................................................................................ 35 1.15.1 Het projectvenster ...................................................................................................................... 35 1.15.2 De toetsencombinatie Alt+F11 ................................................................................................... 35 1.15.3 Vergroten, verkleinen, verplaatsen, enz....................................................................................... 35 1.15.4 Ctrl+<spatiebalk>....................................................................................................................... 36 1.15.5 Venster splitsen.......................................................................................................................... 36 1.15.6 Procedureweergave .................................................................................................................... 37 1.15.7 Toetsen in het modulevenster en bij uitvoering............................................................................ 37 1.16 Enkele datumfuncties ....................................................................................................................... 37 1.16.1 DateAdd..................................................................................................................................... 37 1.16.2 DateDiff..................................................................................................................................... 38 1.17 Het objectenoverzicht....................................................................................................................... 38 1.17.1 Algemeen................................................................................................................................... 38 1.17.2 Verwijzingen.............................................................................................................................. 38 1.17.3 Objectenoverzicht ...................................................................................................................... 39 1.17.4 Zoeken....................................................................................................................................... 39 1.18

Bewaren van het formulier en de module ........................................................................................ 40

1.19

Afdrukken van een module .............................................................................................................. 40

1.20 Constanten ........................................................................................................................................ 41 1.20.1 Symbolische constanten ............................................................................................................. 41 1.20.2 Ingebouwde constanten .............................................................................................................. 41 1.21

Naamgeving ...................................................................................................................................... 42

1.22

Oefeningen........................................................................................................................................ 43

2 2.1

CONTROLESTRUCTUREN .............................................................................. 45 Inleiding............................................................................................................................................ 45

2.2 De selectie, een inleidend voorbeeld ................................................................................................. 45 2.2.1 Probleemstelling............................................................................................................................. 45 2.2.2 Uitwerking ..................................................................................................................................... 46 2.3 Het statement MsgBox en de functie MsgBox() ............................................................................... 47 2.3.1 Syntax en uitleg.............................................................................................................................. 47 2.3.2 Andere notatie................................................................................................................................ 49 2.4 Het If-statement................................................................................................................................ 49 2.4.1 Syntax............................................................................................................................................ 49 2.4.2 Voorbeeld 1.................................................................................................................................... 49 2.4.3 Voorbeeld 2 (ElseIf) ....................................................................................................................... 50 2.4.4 Voorbeeld 3 (Geneste If-structuren)................................................................................................ 50 2.5 De methode Print.............................................................................................................................. 51 2.5.1 Syntax............................................................................................................................................ 51 2.5.2 Voorbeelden................................................................................................................................... 51 2.6 De meervoudige selectie.................................................................................................................... 51 2.6.1 Probleemstelling............................................................................................................................. 52 2.6.2 Uitwerking ..................................................................................................................................... 52 2.7 Het Select Case-statement ................................................................................................................ 53 2.7.1 Syntax............................................................................................................................................ 53 2.7.2 Nog een voorbeeld.......................................................................................................................... 53 2.8 De functie InputBox.......................................................................................................................... 54 2.8.1 Syntax............................................................................................................................................ 54 2.8.2 Twips............................................................................................................................................. 54


2.9 De zelftellende lus .............................................................................................................................54 2.9.1 Probleemstelling.............................................................................................................................54 2.9.2 Uitwerking .....................................................................................................................................54 2.9.3 Carriage return en Line feed............................................................................................................55 2.9.4 Opbouwen van de tekst ...................................................................................................................55 2.10

For ... Next.........................................................................................................................................55

2.11 De (gewone) iteratie ..........................................................................................................................57 2.11.1 Probleemstelling.........................................................................................................................57 2.11.2 Uitwerking .................................................................................................................................57 2.12

Do While ... Loop en andere lussen...................................................................................................58

2.13 Enkele datumfuncties .......................................................................................................................58 2.13.1 De functie Weekday().................................................................................................................58 2.13.2 De functie CDate () ....................................................................................................................59 2.13.3 De functie IsDate() .....................................................................................................................59 2.14 De functie Format .............................................................................................................................60 2.14.1 Weergave van getallen................................................................................................................60 2.14.2 Weergave van tijd en datum........................................................................................................62 2.14.3 Opletten met datums in programmacode .....................................................................................64 2.14.4 Strings........................................................................................................................................64 2.15 Eéndimensionale matrices ................................................................................................................64 2.15.1 Probleemstelling.........................................................................................................................64 2.15.2 Uittesten.....................................................................................................................................65 2.15.3 Declaratie van een matrix ...........................................................................................................65 2.15.4 Uitbreiding syntax statements Public, Private, Dim en Static .......................................................66 2.15.5 Eéndimensionaal?.......................................................................................................................66 2.16 Tweedimensionale matrices..............................................................................................................67 2.16.1 Voorbeeld ..................................................................................................................................67 2.16.2 Uitbreiding syntax statements Public, Private, Dim en Static .......................................................68 2.16.3 Meerdimensionaal?.....................................................................................................................68 2.17

Dynamische matrices ........................................................................................................................68

2.18

Oefeningen ........................................................................................................................................68

3 3.1

MEER OVER PROCEDURES EN DEBUGGEN ................................................71 Inleiding ............................................................................................................................................71

3.2 Modules en procedures .....................................................................................................................71 3.2.1 Modules .........................................................................................................................................71 3.2.2 Procedures......................................................................................................................................71 3.3

Subprocedures ..................................................................................................................................71

3.4

Functieprocedures ............................................................................................................................73

3.5

Benoemde argumenten .....................................................................................................................73

3.6

ByVal of ByRef .................................................................................................................................74

3.7

Optionele parameters .......................................................................................................................75

3.8

De functie IsMissing..........................................................................................................................76

3.9

Een array van parameters ................................................................................................................76

3.10

Het statement For / Each ..................................................................................................................77

3.11 Faculteit berekenen...........................................................................................................................78 3.11.1 Faculteit berekenen.....................................................................................................................78 3.11.2 Formulier aanmaken ...................................................................................................................78 3.11.3 Programmacode..........................................................................................................................79 3.12 On Error GoTo .................................................................................................................................80 3.12.1 Het statement On Error GoTo .....................................................................................................80 3.12.2 De foutafhandelingsroutine.........................................................................................................81 3.12.3 Het statement Resume ................................................................................................................81

Inhoudstafel - 5

3.12.4

Het object Err............................................................................................................................. 82

3.13

Recursie ............................................................................................................................................ 82

3.14

Een bug? ........................................................................................................................................... 83

3.15 Een onderbrekingspunt, Stap en Stap over...................................................................................... 84 3.15.1 Een onderbrekingspunt............................................................................................................... 84 3.15.2 De waarde van een variabele ...................................................................................................... 85 3.15.3 Het venster Lokale variabelen..................................................................................................... 85 3.15.4 Het venster Direct ...................................................................................................................... 85 3.15.5 Stap en Stap over........................................................................................................................ 86 3.15.6 Doorgaan ................................................................................................................................... 86 3.15.7 Verwijderen van een breakpoint ................................................................................................. 86 3.15.8 Stop ........................................................................................................................................... 86 3.16 Een controle (watch)......................................................................................................................... 87 3.16.1 Een controle toevoegen .............................................................................................................. 87 3.16.2 Een controle bewerken ............................................................................................................... 88 3.17

Snelcontrole ...................................................................................................................................... 88

3.18

Opgeroepen procedures.................................................................................................................... 88

3.19

Oefeningen........................................................................................................................................ 89

4 4.1

MICROSOFT ACCESS PROJECTEN............................................................... 93 Inleiding............................................................................................................................................ 93

4.2 Client/server tegenover file/server.................................................................................................... 93 4.2.1 Bestandsserver (file/server)............................................................................................................. 93 4.2.2 Client/server................................................................................................................................... 94 4.3 Microsoft Access Project .................................................................................................................. 94 4.3.1 Microsoft Access Project ................................................................................................................ 94 4.3.2 SQL-Server databases..................................................................................................................... 95 4.3.3 MSDE ten opzichte van JET ........................................................................................................... 95 4.3.4 Documentatie ................................................................................................................................. 96 4.4 MSDE installeren.............................................................................................................................. 96 4.4.1 Vooraf............................................................................................................................................ 96 4.4.2 Installatie ....................................................................................................................................... 97 4.4.3 Opstarten van de database............................................................................................................... 99 4.5 Microsoft Access Projecten............................................................................................................. 100 4.5.1 Access Data Project ...................................................................................................................... 100 4.5.2 Noordenwind installeren............................................................................................................... 100 4.5.3 Noordenwind openen.................................................................................................................... 101 4.5.4 Enkele kenmerken ........................................................................................................................ 102 4.5.5 Tabellen ....................................................................................................................................... 102 4.5.6 Constraints ................................................................................................................................... 103 4.5.7 Weergaven ................................................................................................................................... 104 4.5.8 Databasediagrammen.................................................................................................................... 104 4.5.9 Opgeslagen procedures................................................................................................................. 105 4.5.10 Transact-SQL........................................................................................................................... 106 4.5.11 Andere objecten ....................................................................................................................... 106 4.6 Een nieuwe toepassing .................................................................................................................... 106 4.6.1 Inleiding....................................................................................................................................... 106 4.6.2 Algemene omschrijving................................................................................................................ 106 4.6.3 Concretisering .............................................................................................................................. 107 4.6.4 Vragen naar voorbeelden .............................................................................................................. 107 4.7

Een data-model ............................................................................................................................... 107

4.8

Een nieuw project aanmaken ......................................................................................................... 109

4.9 Tabel aanmaken ............................................................................................................................. 111 4.9.1 Ontwerpvenster van een tabel ....................................................................................................... 111 4.9.2 Primaire sleutel ............................................................................................................................ 112


4.9.3 4.9.4 4.9.5 4.9.6

De tabel tblArtikel ........................................................................................................................112 De tabel tblDienst .........................................................................................................................112 De tabel tblMutatie .......................................................................................................................112 Opmerkingen................................................................................................................................113

4.10 Relaties............................................................................................................................................113 4.10.1 Aanbrengen relaties ..................................................................................................................113 4.10.2 Eigenschappen..........................................................................................................................114 4.11 Gegevenstypen ................................................................................................................................115 4.11.1 Binaire gegevens ......................................................................................................................115 4.11.2 Tekst ........................................................................................................................................115 4.11.3 Datum en tijd............................................................................................................................116 4.11.4 Numerieke gegevens.................................................................................................................116 4.11.5 Valutagegevens ........................................................................................................................117 4.11.6 Speciale typen ..........................................................................................................................117 4.12

Wizard Upsize.................................................................................................................................117

4.13 Een andere MSDE-server ...............................................................................................................120 4.13.1 Probleem ..................................................................................................................................120 4.13.2 Verschillende stappen...............................................................................................................120 4.13.3 Een verbinding maken of bekijken ............................................................................................121 4.13.4 Geen dubbele namen ................................................................................................................121 4.14

5 5.1

Oefeningen ......................................................................................................................................122

EENVOUDIGE FORMULIEREN.......................................................................123 Inleiding ..........................................................................................................................................123

5.2 Het formulier frmGroep.................................................................................................................123 5.2.1 Aanmaken van het formulier m.b.v. een wizard.............................................................................123 5.2.2 Toevoegen van records .................................................................................................................123 5.3 Het object DoCmd ..........................................................................................................................124 5.3.1 De knop Sluiten toevoegen m.b.v. een wizard................................................................................124 5.3.2 De code bij de gebeurtenis Klikken ...............................................................................................125 5.3.3 Syntax van DoCmd.......................................................................................................................126 5.3.4 Syntax DoCmd.Close....................................................................................................................127 5.3.5 Een sneltoets.................................................................................................................................127 5.4 Het formulier frmArtikel................................................................................................................128 5.4.1 Aanmaken van het formulier met een wizard.................................................................................128 5.4.2 Een keuzelijst met invoervak toevoegen met een wizard................................................................128 5.4.3 Aanpassen eigenschappen keuzelijst..............................................................................................129 5.4.4 Toevoegen opdrachtknoppen.........................................................................................................130 5.5 De methode OpenView ...................................................................................................................130 5.5.1 Wat willen we? .............................................................................................................................130 5.5.2 View aanmaken ............................................................................................................................131 5.5.3 DoCmd.OpenView .......................................................................................................................132 5.5.4 De syntax van DoCmd.OpenView.................................................................................................132 5.5.5 Meer informatie? ..........................................................................................................................133 5.5.6 Uittesten .......................................................................................................................................133 5.6 De methode Requery.......................................................................................................................133 5.6.1 Het probleem ................................................................................................................................133 5.6.2 De methode Requery (van het object DoCmd)...............................................................................133 5.6.3 Syntaxnotatie................................................................................................................................133 5.7 De methode OpenForm (FormulierOpenen)..................................................................................134 5.7.1 Probleemstelling...........................................................................................................................134 5.7.2 De programmacode.......................................................................................................................134 5.7.3 Syntax van DoCmd.OpenForm .....................................................................................................135 5.8

De methode Requery (VBA) ...........................................................................................................136

5.9 Een opgeslagen procedure als recordbron .....................................................................................136 5.9.1 Opgeslagen procedure maken........................................................................................................136

Inhoudstafel - 7

5.9.2

De recordbron wijzigen ................................................................................................................ 136

5.10 Een element toevoegen in een keuzelijst......................................................................................... 137 5.10.1 De eigenschap Alleen lijst......................................................................................................... 137 5.10.2 De eigenschap Bij niet in lijst ................................................................................................... 137 5.10.3 De eigenschap Bij dubbelklikken............................................................................................... 138 5.10.4 De eigenschap Bij activeren...................................................................................................... 138 5.11

SendKeys ........................................................................................................................................ 138

5.12 Gebeurtenissen bij formulieren...................................................................................................... 140 5.12.1 Activeren en uitschakelen van formulieren................................................................................ 140 5.12.2 Openen en sluiten van formulieren............................................................................................ 140 5.12.3 Verplaatsen van formulieren en formaat wijzigen...................................................................... 140 5.12.4 Scrollen.................................................................................................................................... 140 5.13 Volgorde van de gebeurtenissen..................................................................................................... 140 5.13.1 Openen (Open)......................................................................................................................... 140 5.13.2 Laden (Load) ........................................................................................................................... 141 5.13.3 FormaatWijzigen (Resize) ........................................................................................................ 141 5.13.4 Activeren (Activate)................................................................................................................. 141 5.13.5 Aanwijzen (Current)................................................................................................................. 141 5.13.6 UitGeheugen (Unload) ............................................................................................................. 141 5.13.7 Uitschakelen (Deactivate)......................................................................................................... 141 5.13.8 Sluiten (Close) ......................................................................................................................... 141 5.14 Het objectmodel van Access ........................................................................................................... 141 5.14.1 Vereenvoudigd model .............................................................................................................. 141 5.14.2 Uitgebreid model...................................................................................................................... 142 5.14.3 Werken met collecties - een voorbeeld...................................................................................... 142 5.14.4 De eigenschap Count................................................................................................................ 143 5.14.5 Het huidige project ................................................................................................................... 143 5.15

6 6.1

Oefeningen...................................................................................................................................... 144

EEN MEER COMPLEX FORMULIER ............................................................. 147 Inleiding.......................................................................................................................................... 147

6.2 Het formulier frmMutatie .............................................................................................................. 148 6.2.1 Formulier aanmaken..................................................................................................................... 148 6.2.2 De keuzelijst lstGroep .................................................................................................................. 148 6.2.3 De keuzelijst lstArtikel.................................................................................................................. 149 6.2.4 Het groepsvak fraAard.................................................................................................................. 150 6.2.5 De keuzelijst met invoervak cboDienst ......................................................................................... 151 6.2.6 Het tekstvak txtTotaal................................................................................................................... 151 6.2.7 Bijschrift van het formulier........................................................................................................... 152 6.2.8 Voorlopig resultaat ....................................................................................................................... 152 6.3 Het formulier laten werken ............................................................................................................ 152 6.3.1 Het declaratiegedeelte................................................................................................................... 152 6.3.2 De gebeurtenis Aanwijzen (Current) ............................................................................................. 152 6.3.3 De gebeurtenis NaBijwerken (AfterUpdate) bij lstGroep ............................................................... 154 6.3.4 De gebeurtenis NaBijwerken (AfterUpdate) bij lstArtikel.............................................................. 154 6.3.5 De gebeurtenis NaBijwerken bij fraAard....................................................................................... 155 6.3.6 De tabvolgorde............................................................................................................................. 155 6.3.7 Standaardwaarde voor de datum en het aantal ............................................................................... 156 6.3.8 Uittesten....................................................................................................................................... 156 6.4 Verder verfijnen van het formulier................................................................................................ 156 6.4.1 De gebeurtenis VoorBijwerken (BeforeUpdate) ............................................................................ 156 6.4.2 Knoppen Bewaar en Sluiten.......................................................................................................... 157 6.4.3 De knop Annuleer......................................................................................................................... 158 6.5

De methode RunCommand ............................................................................................................ 159

6.6

Knopinfo (ControlTipText)............................................................................................................ 159

6.7

Nog even de functie IsNull .............................................................................................................. 159


6.8

Verdere uitbreiding ........................................................................................................................160

6.9

De database starten vanuit het formulier Mutatie .........................................................................161

6.10

Gebeurtenissen bij besturingselementen ........................................................................................162

6.11

Oefeningen ......................................................................................................................................163

7 7.1

ACTIVEX DATA OBJECTS .............................................................................167 Inleiding ..........................................................................................................................................167

7.2 ADO ................................................................................................................................................167 7.2.1 ADO versus DAO.........................................................................................................................167 7.2.2 Object library’s.............................................................................................................................167 7.2.3 De standaard.................................................................................................................................168 7.3 Objectmodellen ...............................................................................................................................168 7.3.1 Drie objectmodellen......................................................................................................................168 7.3.2 Het objectmodel ADODB .............................................................................................................169 7.4

OLE DB providers ..........................................................................................................................169

7.5 Het voorbeeld..................................................................................................................................170 7.5.1 Tabellen .......................................................................................................................................170 7.5.2 Formulier .....................................................................................................................................170 7.6 Een record selecteren......................................................................................................................172 7.6.1 Openen van het formulier..............................................................................................................172 7.6.2 Rijbron bij de lijst .........................................................................................................................173 7.6.3 Na het bijwerken van de lijst .........................................................................................................174 7.6.4 De stored procedure toevoegen .....................................................................................................175 7.7 Een connectie openen......................................................................................................................176 7.7.1 Algemeen .....................................................................................................................................176 7.7.2 Huidige database ..........................................................................................................................176 7.8

Het object Command ......................................................................................................................177

7.9

Een recordset ..................................................................................................................................178

7.10

Verwijzen naar een object - notaties...............................................................................................178

7.11 Een record toevoegen......................................................................................................................179 7.11.1 De programmacode achter de knop Toevoegen..........................................................................179 7.11.2 Een record toevoegen ...............................................................................................................180 7.11.3 De toevoegquery ......................................................................................................................181 7.11.4 Een probleem ...........................................................................................................................182 7.11.5 Een oplossing ...........................................................................................................................182 7.12 Een record bewerken......................................................................................................................183 7.12.1 De programmacode achter de knop Bewerken ...........................................................................183 7.12.2 Een record bewerken ................................................................................................................184 7.12.3 De bijwerkquery.......................................................................................................................185 7.13 Een record verwijderen ..................................................................................................................186 7.13.1 De verwijderquery....................................................................................................................187 7.14

De knop Annuleren.........................................................................................................................187

7.15

De knop Sluiten...............................................................................................................................188

7.16

Declaratie op moduleniveau ...........................................................................................................188

7.17

Objectenoverzicht en Help..............................................................................................................189

7.18 Databasehulpprogramma’s ............................................................................................................189 7.18.1 Een reservekopie maken ...........................................................................................................189 7.18.2 Een database herstellen.............................................................................................................190 7.18.3 Een database verwijderen..........................................................................................................190 7.19

8 8.1

Oefeningen ......................................................................................................................................190

WERKEN MET RECORDSETS .......................................................................193 Inleiding ..........................................................................................................................................193

Inhoudstafel - 9

8.2

Het voorbeeld.................................................................................................................................. 193

8.3 Overlopen van een tabel ................................................................................................................. 194 8.3.1 Voorbeeld .................................................................................................................................... 194 8.3.2 Openen van een recordset op basis van een tabel ........................................................................... 195 8.3.3 Andere schrijfwijze ...................................................................................................................... 196 8.3.4 Move…........................................................................................................................................ 196 8.3.5 CacheSize .................................................................................................................................... 196 8.3.6 Bof, Eof ....................................................................................................................................... 196 8.4

GetString ........................................................................................................................................ 197

8.5

Bijwerken van een tabel ................................................................................................................. 197

8.6 Toevoegen van records ................................................................................................................... 198 8.6.1 Het rapport en de tabel tblRapport................................................................................................. 198 8.6.2 De stored procedure om de inhoud van een tabel te wissen ............................................................ 199 8.6.3 Het programma ............................................................................................................................ 200 8.6.4 De methoden AddNew en Update ................................................................................................. 202 8.7

De methode OpenReport (Rapport openen) .................................................................................. 202

8.8

De methoden Maximize en Restore ................................................................................................ 202

8.9

Verwijderen van records ................................................................................................................ 203

8.10 Zoeken ............................................................................................................................................ 203 8.10.1 Het voorbeeld........................................................................................................................... 203 8.10.2 De methode Find...................................................................................................................... 205 8.10.3 Werken met de collectie Fields ................................................................................................. 205 8.11

Filteren............................................................................................................................................ 205

8.12

Sorteren .......................................................................................................................................... 206

8.13

Een recordset op basis van een SQL-opdracht .............................................................................. 207

8.14 Een object Command en een recordset .......................................................................................... 207 8.14.1 Het voorbeeld........................................................................................................................... 207 8.14.2 With/End With......................................................................................................................... 208 8.14.3 Voordelen van het object Command ......................................................................................... 209 8.15 Actiequery’s.................................................................................................................................... 209 8.15.1 Delete query............................................................................................................................. 209 8.15.2 Update query............................................................................................................................ 209 8.15.3 Insert query.............................................................................................................................. 209 8.16

9

Oefeningen...................................................................................................................................... 210

UITGEWERKTE VOORBEELDEN .................................................................. 213

9.1

Inleiding.......................................................................................................................................... 213

9.2

Een zoekscherm.............................................................................................................................. 213

9.3 Het formulier frmBedrijf aanpassen.............................................................................................. 214 9.3.1 Opdrachtknop............................................................................................................................... 214 9.3.2 Programmacode............................................................................................................................ 214 9.4 Ontwikkelen van frmZoekenBedrijf .............................................................................................. 215 9.4.1 Programmacode bij Nu zoeken ..................................................................................................... 215 9.4.2 Programmacode bij Selecteren...................................................................................................... 217 9.4.3 Programma bij dubbelklikken op een item..................................................................................... 217 9.4.4 Programmacode bij Annuleren...................................................................................................... 217 9.4.5 Bij het activeren…........................................................................................................................ 217 9.5 Een meervoudige keuzelijst ............................................................................................................ 218 9.5.1 Doelstelling.................................................................................................................................. 218 9.5.2 Het formulier frmBedrijvenWoonplaats ........................................................................................ 218 9.5.3 De programmacode Afdrukken ..................................................................................................... 220 9.5.4 De eigenschap ItemDate ............................................................................................................... 221 9.5.5 De eigenschap Selected ................................................................................................................ 221 9.6

Het rapport..................................................................................................................................... 221


9.6.1 9.6.2 9.7

Aanmaken van het rapport ............................................................................................................221 Het afdrukvoorbeeld tonen in een maximumvenster ......................................................................222 De methode OpenReport (Rapport openen)...................................................................................222

9.8 Gebeurtenissen bij rapporten.........................................................................................................223 9.8.1 Openen (Open) .............................................................................................................................223 9.8.2 Sluiten (Close)..............................................................................................................................223 9.8.3 GeenGegevens (NoData) ..............................................................................................................223 9.8.4 Pagina (Page) ...............................................................................................................................223 9.9 Indien er geen gegevens zijn ….......................................................................................................223 9.9.1 Probleemstelling...........................................................................................................................223 9.9.2 De gebeurtenis NoData .................................................................................................................224 9.10 Een extra keuzemogelijkheid..........................................................................................................225 9.10.1 Inleiding...................................................................................................................................225 9.10.2 Het scherm aanmaken...............................................................................................................225 9.10.3 Een stored procedure ................................................................................................................226 9.11

Oefeningen ......................................................................................................................................227

10

EEN EIGEN MENUSTRUCTUUR EN WERKBALK .....................................229

10.1

Inleiding ..........................................................................................................................................229

10.2 Een menubalk maken .....................................................................................................................229 10.2.1 Per venster of globaal ...............................................................................................................229 10.2.2 Een menubalk maken................................................................................................................229 10.3 Menukeuzen toevoegen aan een menu............................................................................................230 10.3.1 Nieuwe menukeuze ..................................................................................................................230 10.3.2 Een formulier openen ...............................................................................................................232 10.3.3 Een menu-item uit een bestaand menu selecteren ......................................................................232 10.3.4 Groep .......................................................................................................................................232 10.3.5 Een functieprocedure................................................................................................................233 10.4

Globale menubalk ...........................................................................................................................233

10.5

De menubalk koppelen aan een formulier......................................................................................234

10.6

Werkbalken.....................................................................................................................................234

10.7 Een ingebouwde werkbalk aanpassen ............................................................................................234 10.7.1 Een knop toevoegen aan een werkbalk ......................................................................................234 10.7.2 Een knop verwijderen ...............................................................................................................235 10.7.3 Een knop verplaatsen................................................................................................................235 10.7.4 Herstellen van de beginwaarden van een werkbalk ....................................................................235 10.8 Een aangepaste werkbalk maken ...................................................................................................235 10.8.1 Een aangepaste werkbalk maken...............................................................................................235 10.8.2 Groepen ...................................................................................................................................235 10.8.3 De aangepaste werkbalk in gebruik nemen ................................................................................236 10.8.4 De naam wijzigen van een aangepaste werkbalk........................................................................236 10.8.5 Een aangepaste werkbalk verwijderen.......................................................................................236 10.9

Een werkbalk gebruiken in een toepassing ....................................................................................237

10.10 Zelf knoppen maken ...................................................................................................................237 10.10.1 Een functieprocedure aanmaken................................................................................................237 10.10.2 De knop toevoegen ...................................................................................................................237 10.10.3 Uittesten...................................................................................................................................238 10.11 Het uiterlijk van een knop wijzigen............................................................................................238 10.11.1 Een zelfgemaakte knop wijzigen...............................................................................................238 10.12

CommandBar object model........................................................................................................239

10.13 Spelen met de opdrachtbalken....................................................................................................240 10.13.1 Werkwijze................................................................................................................................240 10.13.2 Tellen.......................................................................................................................................240 10.13.3 CommandBarControls ..............................................................................................................241

Inhoudstafel - 11

10.13.4

Menu-items.............................................................................................................................. 242

10.14 Verbergen en zichtbaar maken .................................................................................................. 242 10.14.1 Verbergen en zichtbaar maken van opdrachtbalken ................................................................... 242 10.14.2 Verbergen en zichtbaar maken van menukeuzen of knoppen ..................................................... 243 10.15

Een menu-item inschakelen en uitschakelen.............................................................................. 243

10.16

Er is meer…................................................................................................................................ 243

10.17

Oefeningen.................................................................................................................................. 244

11

DATA ACESS-PAGINA’S ............................................................................ 245

11.1

Inleiding.......................................................................................................................................... 245

11.2 Aanmaken van een Data Access-pagina......................................................................................... 245 11.2.1 Het project ............................................................................................................................... 245 11.2.2 Wizard Pagina.......................................................................................................................... 245 11.2.3 Paginaweergave ....................................................................................................................... 249 11.3 Het ontwerp wijzigen...................................................................................................................... 249 11.3.1 Inleiding................................................................................................................................... 249 11.3.2 Wijzigen titel ........................................................................................................................... 250 11.3.3 Wijzigen grootte....................................................................................................................... 250 11.3.4 Verplaatsen .............................................................................................................................. 250 11.3.5 Bijwerken of niet...................................................................................................................... 250 11.4

Internet Explorer............................................................................................................................ 251

11.5

Een hyperlink toevoegen ................................................................................................................ 251

11.6 Een berekend veld toevoegen ......................................................................................................... 252 11.6.1 Uitbreiding tabel ...................................................................................................................... 252 11.6.2 Lijst met velden........................................................................................................................ 253 11.6.3 Een berekend veld .................................................................................................................... 253 11.6.4 De eigenschap RecordsetLabel ................................................................................................. 254 11.7 Groeperen....................................................................................................................................... 255 11.7.1 De tabel tblCursussenData........................................................................................................ 255 11.7.2 Aanmaken van de pagina vanuit ontwerpweergave.................................................................... 255 11.7.3 Een relatie aanbrengen ............................................................................................................. 256 11.7.4 Verfijnen.................................................................................................................................. 257 11.7.5 Schikken .................................................................................................................................. 257 11.8 Keuzelijst met invoervak ................................................................................................................ 258 11.8.1 Keuzelijst met invoervak .......................................................................................................... 258 11.8.2 Onzichtbaar maken van besturingselementen ............................................................................ 258 11.8.3 Bewaren van de pagina............................................................................................................. 258 11.9

Script Editor ................................................................................................................................... 259

11.10

Converteren van formulieren en rapporten............................................................................... 259

11.11

Oefeningen.................................................................................................................................. 259

APPENDIX A AFSPRAKEN M.B.T. NAAMGEVING ............................................ 261 TREFWOORDENREGISTER................................................................................. 265


Access 2000 gevorderden

Recommend Documents