ABC van de APA-refereerstijl
Praktische handleiding voor wetenschappelijk refereren
Initiatie in de Onderzoekspraktijk: Politieke en Sociale Wetenschappen
Joeri Wielandts 2011-2012
1
ABC van de APA-refereerstijl
Gebruik onderstaand schema om snel de informatie te vinden die je nodig hebt voor het opstellen van tekstreferenties (tekst) of lijstreferenties (lijst). De cijfers in de cirkels verwijzen naar de
TEKSTREFERENTIES
pagina’s in deze brochure. TEKSTREFERENTIES: DRIE BASISMOGELIJKHEDEN
4
TEKSTREFERENTIES: SPECIALE GEVALLEN MEERDERE AUTEURS MEERDERE BRONNEN
5 5 8
CITEREN
9
LIJSTREFERENTIES LIJSTREFERENTIES: ALGEMENE OPMAAKREGELS
12
BOEKEN: GEDRUKT MET 1, 2 OF MEER AUTEURS TIJDSCHRIFTEN: GEDRUKT, ONLINE MET DOI, ONLINE ZONDER DOI BIJDRAGE IN EEN VERZAMELWERK / REDACTIONEEL WERK DAGBLAD, KRANT: GEDRUKT, ONLINE
14 15 17 18
ANDERE BRONNEN
19
ONTBREKENDE INFORMATIE AUTEUR ONTBREEKT ZONDER PUBLICATIEJAAR OF -DATUM
20 20 21
WAT IS EEN DOI?
21
2
3
Tekstreferenties: drie basismogelijkheden
•
Optie (c) vereist geen extra bronverwijzing na de zin.
In de APA-stijl verwijs je altijd in de tekst zelf verkort naar de
•
Voor citaten gelden andere regels (zie infra).
bron die je gebruikt. Onderstaande voorbeelden tonen de drie mogelijkheden: (a) de auteur wordt reeds in de zin vermeld en wordt meteen gevolgd door het jaar (b) zowel de auteur als het
Tekstreferenties: speciale gevallen
publicatiejaar van het werk worden toegevoegd tussen haakjes
Wanneer je naar één werk van één auteur refereert, volstaat
(c) zowel het jaar als de auteur worden functioneel in de tekst
bovenstaande uitleg om een goede verwijzing op te stellen. In
zelf vermeld.
wat volgt leggen we uit hoe je refereert naar meerdere auteurs en meerdere bronnen.
(a)
Vissers (2010) vond dat mensen met een lage socio-
economische status …
Meerdere auteurs
(b)
In onderstaande tabellen kan je opzoeken hoe je op de juiste
… waardoor ze zich minder betrokken voelen (Vissers,
manier refereert naar meerdere auteurs, hetzij in een zin (tabel
2010). (c)
In 2010 toonde Vissers’ onderzoek naar politieke
participatie aan dat …
1), hetzij tussen haakjes (tabel 2). Merk op dat er vanaf drie auteurs een verschil is tussen de eerste keer dat je deze bron vermeldt en de volgende keren – dit om een vlotte lezing van je werk te bewaken. Het is ook mogelijk dat verschillende auteurs
Aandachtspunten:
in groep samenwerkten en dat er dus ook naar de groep dient
•
Gebruik je de haakjes, let er dan steeds op dat het punt op
verwezen te worden. Indien het gaat om een groepsnaam
het einde van de zin na de tekstreferentie komt.
waarvoor er een gangbare afkorting is, geef je die weer bij de eerste vermelding. Nadien gebruik je enkel de afkorting. 4
5
Tabel 1: Meerdere auteurs; referentie in de tekst (fictieve voorbeelden)
Tabel 2: Meerdere auteurs; referentie tussen haakjes (fictieve voorbeelden)
Type
Eerste referentie
Volgende referenties
Type
Eerste referentie
Volgende referenties
Eén werk, één auteur
Janssens (2008)
Janssens (2008)
Eén werk, één auteur
(Janssens, 2008)
(Janssens, 2008)
Eén werk, twee auteurs
Janssens en Peeters (2007) Janssens en Peeters (2007)
Eén werk, twee auteurs
(Janssens & Peeters, 2007)
(Janssens & Peeters, 2007)
Eén werk, drie auteurs
Smit, Smet en De Smeth (2001)
Smit et al. (2001)
Eén werk, drie auteurs
(Smit, Smet, & De Smeth, 2001)
(Smit et al., 2001)
Eén werk, vier auteurs
Willems, Peeters, Janssens en Smit (2006)
Willems et al. (2006)
Eén werk, vier auteurs
(Willems, Peeters, Janssens, & Smit, 2006)
(Willems et al., 2006)
Eén werk, vijf auteurs
Willems, Peeters, Janssens, Smit en Smet (2005)
Willems et al. (2005)
Eén werk, vijf auteurs
(Willems, Peeters, Janssens, Smit, & Smet, 2005)
(Willems et al., 2008)
Eén werk, zes of meer auteurs
Jacobs et al. (2005)
Jacobs et al. (2005)
Eén werk, zes of meer auteurs
(Jacobs et al., 2005)
(Jacobs et al., 2005)
Groep als auteur (afkorting bekend)
Algemene Directie Statistiek ADSEI (2011) en Economische Informatie (ADSEI, 2011)
Groep als auteur (afkorting bekend)
(ADSEI, 2011)
Groep als auteur (geen afkorting)
Universiteit Antwerpen (2004)
(Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie [ADSEI], 2011)
Groep als auteur (geen afkorting)
(Universiteit Antwerpen, 2004)
(Universiteit Antwerpen, 2004)
Universiteit Antwerpen (2004)
Aandachtspunten: •
Pas je bronvermelding altijd aan aan de taal waarin je schrijft. Schrijf je in het Nederlands, dan schrijf je niet ‘Doyle
6
7
•
and Sambanis’, maar ‘Doyle en Sambanis’. ‘Et al’ komt uit
gebruikt, dan voeg je aan het jaartal alfabetisch een letter toe.
het Latijn en mag (moet) wel zo overgenomen worden.
Jaartallen in de tekst en referentielijst moeten altijd
Schrijf je in het Engels, dan moet je bij meerdere auteurs
overeenstemmen.
een komma voor de ‘and’ plaatsen. Tussen de haakjes en in de referentielijst wordt ‘en’ vervangen door ‘&’ en moet er ook in het Nederlands een komma voor. •
Let ook op het plaatsen van de komma voor het &-teken vanaf drie of meer auteurs.
•
(a)
… (Miller, 1999; Shafranske & Mahoney, 1998).
(b)
… (Laermans, 2003, 2009).
(c)
… (Derryberry & Reed, 2005a, 2005b).
Omwille van didactische redenen tonen we de tabellen hier in de tekst. In wetenschappelijke werken worden tabellen
Citeren
en figuren achteraan toegevoegd en vermeld je in je tekst
Citeren is het letterlijk overnemen de woorden van een ander.
‘Figuur 1 komt hier’.
Dat kan in sommige gevallen nuttig zijn om iets te bevestigen wat al gezegd is of juist om iets nieuws toe te voegen. Vermits je de auteur letterlijk weergeeft, moet je altijd letterlijk
Meerdere bronnen
overnemen, ook als de auteur in kwestie in een andere taal
Wanneer je (a) naar verschillende bronnen moet verwijzen,
schrijft. Weeg altijd goed af of het gebruik van een citaat nodig
plaats je deze alfabetisch achter elkaar telkens gescheiden
of nuttig is; het is niet de bedoeling om voortdurend te citeren.
door een puntkomma. Gaat het (b) om verschillende werken
Je eigen paper schrijven op basis van andermans
van dezelfde auteur dan plaats je de verschillende jaartallen na
wetenschappelijk onderzoek betekent dat je moet leren
elkaar gescheiden door een komma. Blijkt dat je (c)
parafraseren en correct verwijzen naar de gebruikte bronnen.
verschillende bronnen van dezelfde auteur uit hetzelfde jaar
8
9
De tekstreferentie wordt op dezelfde manier opgebouwd als
“Gezien het feit dat stemmen op zich niet verplicht is of
hierboven beschreven, alleen voeg je nog de exacte pagina(‘s)
kan zijn, moeten we overigens eigenlijk spreken over de
toe waar je het citaat vond. Bevat je citaat minder dan 40
plicht om op te dagen bij verkiezingen, maar vooral om
woorden, dan begin en eindig je citaat met dubbele
respondenten niet in verwarring te brengen peilden we
aanhalingstekens. Bevat je citaat meer dan 40 woorden dan
toch naar het al dan niet gaan ‘stemmen’” (Verlet, Carton,
gebruik je een blokcitaat met boven en onder je citaat een
& Callens, 2010, p. 51).
witregel. Links springt het hele citaat in. Je gebruikt nu geen aanhalingstekens. Je mag het citaat in een kleiner lettertype zetten, maar dat moet niet.
Voorbeeld < 40 woorden
De NAVO kan dan ook gezien worden als “’s werelds eerste multinationale
militaire
organisatie,
waarvan
de
leden
bovendien een oprecht belang hebben bij het vrijwaren van de wereldwijde stabiliteit” (Provoost, 2008, p. 29).
Voorbeeld > 40 woorden
De respondenten werd naar hun kiesintenties gevraagd, gesteld dat de opkomstplicht zou afgeschaft worden. Opkomstplicht werd voor een beter begrip bij de respondenten wel vertaald als kiesplicht. 10
11
Figuur 1: Opmaakinstellingen referentielijst
Lijstreferenties: algemene opmaakregels Gebruik hetzelfde lettertype en dezelfde lettergrootte als de rest van je werk. Alfabetiseer je referentielijst op naam van de auteur. Bij meerdere werken van dezelfde auteur rangschik je vervolgens op jaartal (beginnen met het meest recente) en vervolgens op titel. Bij werken waarvan de auteur ongekend is, wordt de titel van het werk op de plaats van de auteur gezet en rangschik je deze bron op de eerste letter van het eerste zinvolle woord in die titel (zie infra). Heb je meer dan één regel nodig voor je referentie laat dan elke tweede regel inspringen. Je kan dit automatisch instellen in je tekstverwerker. Zoals je ook ziet in de opmaakinstellingen (figuur 1), zorg je best voor 5 punten afstand na een ‘enter’. Op die manier gaan de referenties een beetje verder uit elkaar staan en zijn ze leesbaarder zonder dat je tussen elke regel een lijn open laat. Een lijn open laten is niet toegelaten. In principe kan je deze vormafspraken ook gedeeltelijk toepassen, bijvoorbeeld enkel voor de referentielijst.
12
13
•
Boek: gedrukt met 1, 2 of meer auteurs
Voor e-boeken vervang je plaats van uitgave en uitgever door ‘doi’ of ‘geraadpleegd via’ (zie infra).
Auteur, A. (Jaar). Titel van het werk. Plaats van uitgave: Uitgever.
Devroy, M. (2005). Hoe verdeel je een kind? Brussel: Roularta.
Tijdschriftartikel: gedrukt, online met doi, online zonder doi
Buckingham, D., & Willett, R. (2006). Digital Generations. Children, Young People and New Media. Mahwah: Erlbaum.
Auteur, A. (Jaar). Titel van het artikel. Naam van het Tijdschrift, volumenummer(issuenummer), xx-xx.
Hirtt, N., Nicaise, I., & De Zutter, D. (2007). De school van de
Pasek, J., & Romer, D. (2009). Realizing the social internet? Online
ongelijkheid. Antwerpen: Epo.
social
networking
meets
offline
civic
engagement. Journal of Information Technology & Politics, 6(3), 197-215.
Aandachtspunten: •
Neem de titel over zoals weergegeven op de bron. Dat wil zeggen dat soms alle betekenisvolle woorden met een hoofdletter moeten beginnen (zie voorbeeld 2).
Auteur, A. (Jaar). Titel van het artikel. Naam van het Tijdschrift, volumenummer(issuenummer), xx-xx. doi: …
Liégeois, J.P. (2007). Roma education and public policy.
•
De titel wordt steeds cursief weergegeven.
European
•
Wanneer je meerdere auteurs opsomt, staat tussen de
10.2753/EUE1056-4934390101
Education,
39(1),
11-31.
doi:
laatst en de voorlaatste auteur een komma én een &. Dit geldt voor alle soorten bronnen.
Auteur, A. (Jaar). Titel van het artikel. Naam van het Tijdschrift, volumenummer(issuenummer), xx-xx. Geraadpleegd via …
14
15
Vander Stichele, A., & Laermans, R. (2007). Wie doet wat en
Bijdrage in een verzamelwerk / redactioneel werk
waarom? De invloed van culturele socialisatie op het cultuurparticipatiegedrag in Vlaanderen. Mens en Maatschappij, 82(3), 247-271. Geraadpleegd via http://lirias.kuleuven.be
Auteur, A. (Jaar). Titel van de bijdrage. In A. Redacteur (red.), Titel van het boek (pp. xx-xx). Plaats van uitgave: Uitgeverij.
Hooghe, M., Mahéo, V., Stolle, D., & Vissers, S. (2010). Het potentieel van politieke mobilisatie: een experiment
Aandachtspunten:
over internet en face-to-face mobilisatie. In L. Bennet,
•
Neem de naam van het tijdschrift correct over: vaak moeten
M. Hooghe, D. Stolle, & S. Walgrave (red.), Politieke
meerdere woorden uit de naam van het tijdschrift in
mobilisatie en nieuwe communicatietechnologie: een
hoofdletters.
multilevel studie van de digital divide (pp. 101-127).
•
Gent: Academia Press.
De naam van het tijdschrift én volumenummer staan cursief; de titel van het artikel niet.
•
De
paginanummers
worden
weergegeven
zonder
vermelding van pp (in tegenstelling tot bij bijdragen in
Aandachtspunten: •
(eds.) voor het weergeven van één of meerdere editors. In
verzamelwerken; zie infra). •
het Nederlands is het steeds (red.).
Na de doi of de URL volgt geen punt. De URL wordt niet onderlijnd of in een andere kleur weergegeven (hyperlink
•
De initialen van de voornamen staan bij de redacteurs vóór de achternaam (omgekeerd bij de auteurs).
de-activeren) •
In het Engels maakt men een onderscheid tussen (ed.) en
Je geeft de homepage van de website of database waar je
•
Je schrijft bij deze bron pp. voor het weergeven van de pagina’s (in tegenstelling tot bij tijdschriftartikelen)
het artikel gevonden hebt.
16
17
•
De titel van het verzamelwerk wordt cursief geschreven,
•
niet de titel van de specifieke bijdrage.
De exacte datum van publicatie wordt niet afgekort weergegeven.
•
De naam van het dagblad staat cursief, niet de titel van het artikel.
Dagblad: gedrukt, online
Journalist, A. (Jaar, dag maand). Titel van het artikel. Naam van de
Andere bronnen
Krant, p. x.
De Cock, J. (2011, 19 februari). Vernedering als motor van revolte. De Standaard, p. 26.
We gaven in deze brochure enkel voorbeelden voor de meest gebruikte bronnen: boeken, tijdschriftartikelen, bijdragen in verzamelwerken en krantenartikelen. Gebruik je een ander type
Journalist, A. (2010). Titel van het artikel. Naam van de Krant, Geraadpleegd via ...
Trappeniers, A. (2009, 18 augustus). Humor in reclame is soms te ver gezocht. De Standaard. Geraadpleegd via http://www.destandaard.be
bron, raadpleeg dan hoofdstuk 7 uit de officiële APA handleiding. Hoofdstuk 7 staat op Toledo, het volledige werk vind je in de SBIB, dit is de referentie: American Psychological Association (2010-2011). Publication Manual of the American Psychological Association. Washington : American Psychological Association.
Aandachtspunten: •
Heb je toch nog een soort bron gevonden waarvan je geen
Je schrijft bij deze bron p. voor de pagina, pp. als het over
voorbeeld vindt, gebruik dan het format van de bron die er het
meerdere pagina’s gaat. Bij online bronnen vermeld je de
sterkste op lijkt. Weet je nog steeds niet welke informatie er wel
pagina niet.
en niet in die bron moet, geef dan liever te veel informatie dan
18
19
te weinig. De bedoeling van refereren is immers dat lezers
Publicatiejaar of –datum ontbreekt
bronnen makkelijk kunnen opzoeken.
In het Nederlands schrijf je in dat geval tussen de haakjes z.j., zonder jaar. In het Engels schrijf je n.d., no date. Bij wetenschappelijke artikels die aanvaard zijn voor publicatie,
Ontbrekende informatie
maar nog niet gepubliceerd, schrijf je in de plaats van de datum
Auteur ontbreekt
(in druk) of (in press).
Voornamelijk bij krantenartikels en online tekstbronnen gebeurt het dat je de naam van de auteur niet kent. Plaats je de titel van Wat is een doi?
zo’n bron op de plaats van de auteur. Begin de titel met het eerste zinvolle woord dat er in voorkomt, dus niet met een
Een digital object identifier (DOI) is een permanente digitale
lidwoord. Let steeds op voor het wetenschappelijk karakter van
herkenningscode die in hoofdzaak wordt gegeven aan digitale
anonieme bronnen.
bronnen. Indien een DOI beschikbaar is, wordt deze steeds meegegeven. Je schrijft doi: (in kleine letters) gevolgd door de
De Cock, J. (2011, 19 februari). Vernedering als motor van revolte. De Standaard, p. 26.
code als allerlaatste informatie van je referentie. Je schrijft er geen punt achter. Heb je een digitale bron zonder DOI, dan geef je afhankelijk van het soort bron de startpagina van de
Stel bijvoorbeeld dat deze bron geen auteur had, dan werd dezelfde bron:
Vernedering als motor van revolte. (2011, 19 februari). De Standaard, p. 26.
website waarop je de bron vond of de exacte webpagina (voor voorbeelden zie hoofdstuk 7 officiële APA-handleiding op Toledo). Voor meer informatie over DOI, bezoek de website van de DOI Foundation: www.doi.org.
20
21