Memo AAN
Raadsleden
VAN
M. Bonouvrié
ONDERWERP
DATUM
Aanvullende informatie Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied 11 september 2012
REGISTRATIENUMMER
1101280/4283
Geachte raadsleden, Naar aanleiding van de voorbespreking van 14 juni jl. op de Nota van Uitgangspunten bestemmingsplan Buitengebied doen wij u hierbij naast het aangepaste raadsvoorstel (agendapunt 7a) aanvullende informatie toekomen. Deze informatie betreft tevens de ingebrachte gespreksonderwerpen door de insprekers. Visie In de ruimtelijke ordening heeft het bestemmingsplan Buitengebied een bijzondere plaats. Het plangebied is meestal (veel) groter dan dat van andere bestemmingsplannen en bevat een grote diversiteit aan functies en belangen. Een bestemmingsplan Buitengebied heeft een conserverend karakter, gericht op het vastleggen van de bestaande situatie. Daarnaast is er beleid op locaal, provinciaal of nationaal niveau dat zijn juridische vertaalslag moet krijgen in het plan. Voor het bestemmingsplan Buitengebied is gekozen voor een compacte en praktische aanpak. Dit is overeenstemming met de afspraken met uw raad over de actualisering van de oudere bestemmingsplan en passend binnen de uitgangspunten van de Structuurvisie Culemborg 2030. Het formuleren van een goed buitengebiedbeleid schuilt in het vinden van een goede verhouding tussen het conserveren, beschermen en het bieden van rechtszekerheid enerzijds en het kunnen inspelen op nieuwe ontwikkelingen anderzijds. De bestaande situatie is geen vaststaand gegeven. Er dienen zich voortdurend nieuwe initiatieven aan. Het plan moet flexibel zijn om, binnen de bepaalde marges, in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen. Daarvoor kunnen in het bestemmingsplan flexibiliteitsbepalingen worden opgenomen in de vorm van afwijkings‐ en wijzigingsbevoegdheden. In de Nota van uitgangspunten wordt aangegeven hoe om te gaan met het vastgestelde beleid van provincie en rijk voor zover relevant voor het bestemmingsplan buitengebied. Aanvullend worden beleiduitspraken van het gemeentelijke beleid over specifieke vraagstukken vastgelegd. Verder wordt aangegeven hoe het bestemmingsplan wordt opgebouwd en welke ontwikkelings‐ en uitbreidingsmogelijkheden worden opgenomen.
Gemeente Culemborg Ridderstraat 250
Postbus 136 4100 AC Culemborg
Tel 0345 477 700 Fax 0345 477 950
[email protected] www.culemborg.nl
2 In de Structuurvisie 2030 heeft de raad haar visie op de toekomstige ruimtelijke ontwikkeling uitgewerkt. In deze structuurvisie is een aantal richtinggevende uitspraken voor de toekomst van het landelijke gebied opgenomen. ‐ water en groen ‐ Nieuwe Hollandse Waterlinie ‐ De Burense Stroomgordel ‐ Vrijkomende Agrarische Bebouwing ‐ Verbinden van de ruimtelijke delen in het buitengebied en het buitengebied met het stedelijke gebied van Culemborg In de structuurvisie heeft de raad zich niet uitgesproken om een nieuwe visie voor het buitengebied te ontwikkelen. Voor de in de Nota van uitgangspunten genoemde onderwerpen zijn de ontwikkelingen verkend en wordt per onderwerp aangegeven welke regeling ter zake wordt voorgesteld. De Nota heeft nadrukkelijk niet de intentie om een nieuwe beleidsvisie op het buitengebied te ontwikkelen, maar is een bundeling van beleidsuitgangspunten, die een juridische vertaling krijgen in het Voorontwerpbestemmingsplan. Cultuurhistorie. Het college heeft opdracht gegeven voor het opstellen van een gemeentebreed cultuurhistorisch waardenonderzoek. Het onderzoek behelst het inventariseren en waarderen van bouwhistorische , stedebouwkundige en historisch‐geografische objecten en structuren. Samen met de reeds vervaardigde archeologische waardenkaart worden hiermee alle cultuurhistorische waarden in de gemeente in kaart gebracht. Het onderzoek is bedoeld om de gemeente een kader te bieden om de cultuurhistorische waarden te beschermen. Uit de beschrijving en de waardering ontstaat een beeld van de kenmerkende cultuurhistorische kwaliteiten op twee niveaus, dat van het buitengebeid van de gemeente als geheel en dat van de onderscheiden deelgebieden; uiterwaarden, oeverwallen , polders en komgebieden. Gedurende het dit project wordt gebruikt gemaakt van een kennisatelier. In dit kennisatelier zijn naast gemeentelijke vertegenwoordiging ook aanwezig externe deskundigen, waaronder Voet van Oudheusden en Stichting Culemborg Stadsgezicht. In het voorontwerpbestemmingsplan Buitengebied zal een relatie worden gelegd tussen de uitkomsten van het cultuurhistorisch onderzoek en planologische ontwikkelingen. In elk geval zal het gaan om een aanpak die de archeologische waarden, de cultuurlandschappelijke waarden en de gebouwde monumentale panden borgt. In de toelichting van het bestemmingsplan zal een beschrijving worden opgenomen van de wijze waarop met de in het gehele buitengebied aanwezige cultuurhistorische waarden en in de grond aanwezige of te verwachten archeologische waarden rekening is gehouden. In de planregels dient een omgevingsvergunningstelsel voor aanlegactiviteiten te worden opgenomen voor bodemingrepen, In het bestemmingsplan moet expliciet aangegeven worden voor welke ingrepen een omgevingsvergunning verplicht is.
3 Grootte van agrarische bouwkavels Door LTO is aangegeven dat zij willen vasthouden aan uitbreiding van het bouwvalk tot 2 ha. In de huidige regeling bestemmingsplan Buitengebied 1998 wordt uitgegaan van een max. oppervlakte 1 ha. Verschillende agrarische bedrijven hebben reeds een groter bouwvlak. In het nieuwe bestemmingsplan wordt deze situatie gerespecteerd. De bestaande situatie wordt binnen het nieuwe bouwvlak opgenomen. Uit de enquête is gebleken dat de meeste agrariërs binnen de planperiode wel behoefte hebben aan uitbreiding, maar dat slechts een beperkt aantal agrarische bedrijven op termijn daadwerkelijk behoefte heeft aan uitbreiding van het bouwvlak tot 2 ha. Om een duurzame ontwikkeling van deze bedrijven mogelijk te maken, is het gewenst en verantwoord om hiervoor mogelijkheden te bieden. Vele agrarische bedrijven hebben nog geen directe, concrete plannen. Om goed in te kunnen spelen op die toekomstige vraag wordt voorgesteld om in het bestemmingsplan een wijzigingsbevoegdheid op te nemen tot 1,5 ha met heldere criteria op baisis waarvan een concreet bouwvlak kan worden toegekend, zodat per geval maatwerk kan worden geleverd. Bij het uitbreiden van bouwvlak is het van belang om rekening te houden met: ‐ aanwezige doorzichten naar het open polderlandschap ‐ de noodzaak voor voldoende waterberging ‐ in de omgeving aanwezige gevoelige functies. De bouwvlakmaat is geen doel op zich maar een instrument om ruimtelijke kwaliteit te behouden. De bouwvlakmaten zullen in de toekomst zoals is aangegeven in de toekomst wel aangepast moetn worden aan nieuwe ontwikkelingen. Ook ruimtelijke kwaliteit kan baat hebben bij een ruimer bouwvlak wanneer de nieuwe stal op een betere wijze op het erf geplaatst kan worden. Wij stellen wel voor om toekomstige uitbreidingsplannen van de agrarische bedrijven boven de 1,5 ha tot max. 2 ha via een partiële bestemmingsplanwijziging mogelijk te maken. Uw raad kan vervolgens per initiatief een afweging maken voor wat betreft de omvang van het bouwvlak binnen het betreffende gebied,landschap en milieu. Het nu via een directe bouwtitel toestaan van een bouwvlak tot 2 ha voor iedere agrariër zou betekenen dat nader onderzoek over landschap en milieu noodzakelijk is om tot het opnemen van een bouwvlak met 2 ha te kunnen komen. In het bestemmingsplan mag alleen een directe bouwtitel worden opgenomen als uit onderzoek blijkt dat de bouwmogelijkheden kunnen worden gerealiseerd. De belemmeringen vanuit landschap, milieu e.d. dienen tevoren zijn beoordeeld, Wij vinden dit in het kader van een goede ruimtelijke ordening niet gewenst. Bovendien leidt dit tot extra kosten en tijd, waardoor vaststelling van het bestemmingsplan voor 1 juli 2013 niet haalbaar wordt geacht. Nota Bodembeheer. De Nota Bodembeheer, zoals ook andere sectorale nota’s, zal in de toelichting van het Voorontwerpbestemmingsplan nader worden uitgewerkt. De regionale bodemkwaliteitskaart is in voorbereiding, maar nog niet vastgesteld. Gemeenten( en ook andere overheden) kunnen lokale kwaliteiten vaststellen en hun ambities omschrijven in een Nota bodembeheer. Het doel van de ambities is enerzijds de kwaliteit waarborgen en bevorderen, anderzijds het gebruik van de bodem optimaliseren. Bodemgebruik dient dus in vroegtijdig stadium te worden betrokken bij ruimtelijke ontwikkeling.
4 In het voorontwerpbestemmingsplan zal een koppeling worden gemaakt met de functieklassen in de bodemkwaliteitskaart. Deze functieklassen worden afgestemd op het gebruik zoals dit wordt vastgelegd in het bestemmingsplan. Wij zullen met de MAR in het kader van de voorbereiding en van het Voorontwerpbestemmingsplan nader in overleg treden om tot een goede invulling in het bestemmingsplan te komen. Wij zullen uw raad in het kader van het voorontwerpbestemmingsplan in de vervolgprocedure hierover nader informeren Natuur buiten de EHS. Tijdens de voorbespreking is gevraagd naar de Natuur buiten de EHS. In bijgevoegd kaart treft u deze gebieden.
natuur in huidige bestemmingsplan, buiten de EHS