Aangehaalde literatuur

Aangehaalde literatuur

Aall 2010 J. Aall, ‘Waiver of Human Rights. Setting the Scene (Part I/III)’, Nordic Journal of Human Rights 2010, p. 300-371. Aall 2011a J. Aall, ‘Waiver of human rights. Waiver of substantive rights (Part II/III)’, Nordic Journal of Human Rights 2011, p. 56-153. Aall 2011b J. Aall, ‘Waiver of human rights. Waiver of procedural rights according to ECHR article 6 (Part III/III)’, Nordic Journal of Human Rights 2011, p. 206-252. Aall 2011c J. Aall, ‘Waiver of human rights. Conclusions’, Nordic Journal of Human Rights 2011, p. 279-290. Akandji-Kombe 2007 J. Akandji-Kombe, Positive obligations under the European Convention on Human Rights. A guide to implementation of the European Convention on Human Rights (Human rights handbooks, no. 7), Strasbourg: Council of Europe 2007. Alink & Van Zeben 2007 M.J. Alink & P.D.J. van Zeben, Getuigen in het Nederlands strafproces, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2007. Alkema 1985 E.A. Alkema, De reikwijdte van fundamentele rechten – de nationale en internationale dimensies (Handelingen NJV 1995-I), Zwolle: Tjeenk Willink 1995. Anbeek 2013 A. Anbeek, Een nieuw beoordelingscriterium voor getuigenverzoeken. Op weg naar meer eenduidigheid (masterscriptie Universiteit Utrecht), 2013. Arai-Takahashi 2001 Y. Arai-Takahashi, The Margin of Appreciation Doctrine and the Principle of Proportionality in the Jurisprudence of the ECHR, Antwerpen: Intersentia 2001. Arato 2010 J. Arato, ‘Subsequent Practice and Evolutive Interpretation: Techniques of Treaty Interpretation over Time and Their Diverse Consequences’, Law and Practice of International Courts and Tribunals 2010, p. 443-494. Ascoli (d’) & Scherr 2007 S. d’Ascoli & K.M. Scherr, The Rule of Prior Exhaustion of Local Remedies in the International Law Doctrine and its Application in the Specific Context of Human Rights Protection, EUI Working Papers LAW 2007/02, http://ssrn.com/abstract=964195.

656


Baauw 1996 P.J. Baauw, ‘Eindonderzoek of vooronderzoek beslissend?’, in: Ch. Brants, C. Kelk & M. Moerings (red.), Er is meer. Opstellen over mensenrechten in internationaal en nationaal perspectief (Pompe-reeks deel 20), Arnhem: Gouda Quint 1996, p. 135-143. Bachmeier Winter 2013 L. Bachmeier Winter, ‘Transnational Criminal Proceeding, Witness Evidence and Confrontation: Lessons from ECtHR’s Case Law’, Utrecht Law Review 2013 (4), p. 127-146. Barkhuysen 1998 T. Barkhuysen, Artikel 13 EVRM (diss. Leiden), Lelystad: Vermande 1998. Bavel (van) & Verbunt 1990 C.J. van Bavel & R.P.G.L.M. Verbunt, ‘Slachtoffer/getuige in zedenzaken ter zitting’, NJB 1990, p. 1399-1404. Bjorge 2011 E. Bjorge, ‘National supreme courts and the development of ECHR rights’, International Journal of Constitutional Law 2011, p. 5-31. Blok & Besier 1926 A.J. Blok & L.Ch. Besier, Het Nederlandsche strafproces. Tweede deel, Haarlem: H.D. Tjeenk Willink 1926. Bodnar 2014 A. Bodnar, ‘Res Interpretata: Legal Effect of the European Court of Human Rights’ Judgments for other States Than Those Which Were Party to the Proceedings’, in: Y. Haeck & E. Brems (red.), Human Rights and Civil Liberties in the 21st Century, Dordrecht: Springer 2014. Bois-Pedain (du) 2012 A. du Bois-Pedain, ‘Artikel 6 Abs. 3 lit. d EMRK und der nicht verfügbare Zeuge. Weist der modifizierte Lucà-Test den Weg aus der Sackgasse?’, HöchstRichterliche Rechtsprechung im Strafrecht 2012, p. 120-138. Bois-Pedain (du) 2013 A. du Bois-Pedain, ‘Hearsay Exceptions and Fair Trial Rights in Strasbourg‘, The Cambridge Law Journal 2013, p. 257-260. Bokhorst 2012 R.J. Bokhorst, De Wet afgeschermde getuigen in de praktijk (Memorandum 2012-3), Den Haag: WODC 2012. Boksem 1996 J. Boksem, Op den grondslag der telastlegging. Beschouwingen naar aanleiding van het Nederlandse grondslagstelsel (diss. Nijmegen), Nijmegen: Ars Aequi 1996. Borgers 2003 M.J. Borgers, ‘Wetshistorische interpretatie in de strafrechtspraak’, in: M.S. Groenhuijsen & J.B.H.M. Simmelink (red.), Glijdende schalen. Liber amicorum J. de Hullu, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2003, p. 51-69. Borgers 2012 M.J. Borgers, ‘De toepassing van de bewijsminimumregel’, DD 2012, p. 873-893. Borgers 2014 M.J. Borgers, ‘Processtukken’, DD 2014, p. 1-18.


657

Brants & Stapert 2004 C.H. Brants & B. Stapert, Voor wat hoort wat: plea bargaining in het strafrecht (Pompereeks deel 39), Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2004. Brouwer 2005 D. Brouwer, ‘Nieuwe regeling getuigenverhoor dwingt tot actiever procederen’, Advocatenblad 2005, p. 288-292. Brouwer 2009 D.V.A. Brouwer, ‘De verklaringen van de verdachte en getuigen in het procesverbaal van de terechtzitting’, DD 2009, p. 197-217. Buruma 2005 Y. Buruma, ‘Motiveren: waarom?’, in: A. Harteveld, D.H. de Jong & E. Stamhuis (red.), Systeem in ontwikkeling. Liber amicorum G. Knigge, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2005, p. 71-87. Cançado Trindade 1983 A.A. Cançado Trindade, The application of the rule of exhaustion of local remedies in international law. Its rationale in the international protection of individual rights, Cambridge: Cambridge University Press 1983. Choo 2004 A Choo, ‘Crawford v Washington: A View from Across the Atlantic’, International Commentary on Evidence 2004 (1), artikel 4. Commissie-Moons 1993 G.J.M. Corstens (red.), Rapporten herijking strafvordering 1993, Arnhem: Gouda Quint 1993. Commissie-Swart 1993 Commissie-Swart, Individu en internationale rechtshulp in strafzaken. Rapport van de commissie tot bestudering van de positie van verdachten en andere belanghebbenden in de internationale strafrechtelijke samenwerking (rapport van de Commissie tot bestudering van de positie van verdachten en andere belanghebbenden in de internationale strafrechtelijke samenwerking), Den Haag 1993. Commissie bedreigde getuigen 1986 Commissie bedreigde getuigen, Bedreigde getuigen. Advies van de daaromtrent ingestelde commissie, Den Haag: Staatsuitgeverij 1986. Corstens 1988 G.J.M. Corstens, ‘Van cri de justice naar anonieme getuigenverklaring’, in: J. Remmelink e.a. (red.), NJ 1913-1988, annotatoren kijken terug. Beschouwingen van de huidige annotatoren naar aanleiding van 75 jaar Nederlandse jurisprudentie, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1988, p. 34-44. Corstens 1992 G.J.M. Corstens, ‘Getuigen op de zitting’, DD 1992, p. 205-211. Corstens 2008 G.J.M. Corstens, Het Nederlands strafprocesrecht, Deventer: Kluwer 2008. Corstens 2009 G.J.M. Corstens, ‘The legitimacy of the decisions of the Dutch Supreme Court in criminal cases’, in: N. Huls, M. Adams & J. Bomhoff (red.), The Legitimacy of Highest Courts’ Rulings. Judicial Deliberations and Beyond, Den Haag: T.M.C. Asser Press 2009, p. 227-234.

658


Corstens/Borgers 2014 G.J.M. Corstens/M.J. Borgers, Het Nederlands strafprocesrecht, Deventer: Kluwer 2014. Crijns 2010 J.H. Crijns, De strafvorderlijke overeenkomst. De rechtsbetrekking met het Openbaar Ministerie op het grensvlak van publiek- en privaatrecht (diss. Leiden), Deventer: Kluwer 2010. Daniele 2014 M. Daniele, ‘Testimony through a live link in the perspective of the right to confront witnesses’, Criminal Law Review 2014, p. 189-206. Das 2012 A. Das, De inspanningen van de verdediging ten aanzien van het ondervragingsrecht vanuit het Straatsburgs perspectief (masterscriptie Vrije Universiteit Amsterdam), 2012. Davidson & Ferguson 2014 F.P. Davidson & P.R. Ferguson, ’The corroboration requirement in Scottish criminal trials: should it be retained for some forms of problematic evidence?’, The International Journal of Evidence and Proof 2014, p. 1-27. Dekens 1991 K. Dekens, ‘Politie hoort zelf jonge kinderen. Niet alleen de feiten tellen’, Proces 1991, p. 177-180. Dekens & Van der Steen 1997 K.M.K. Dekens & J. van der Steen, Handleiding het kind als getuige. Theorie en praktijk van het verhoor, Den Haag: VUGA 1997. Delfos 2006 M. Delfos, ‘Communiceren met kinderen. De kunst van het horen van kinderen’, Tijdschrift voor de Rechten van het Kind 2006, (2), p. K13-15. Demeersseman 2009 B. Demeersseman, ‘Mogelijkheden voor gebruik van schakelbewijs’, Trema 2009, p. 149-156. Dehne-Niemann 2010 J. Dehne-Niemann, ‘“Nie sollst du mich befragen” – Zur Behandlung des Rechts zur Konfrontation mitbeschuldigter Belastungszeugen (Art. 6 Abs. 3 lit. d EMRK) durch den BGH’, HRRS 2010, p. 189-207. Dennis 2010 I. Dennis, ‘The Right to Confront Witnesses: Meanings, Myths and Human Rights’ Criminal Law Review 2010, p. 255-274. Dennis 2012 I. Dennis, ‘Al-Khawaja and Tahery v. United Kingdom: human rights’, Criminal Law Review 2012, p. 375-378. Dijk (van) 1985 P. van Dijk, Interventie in: Verslag van de op 9 juni 1995 te Amsterdam gehouden algemene vergadering over: De reikwijdte van fundamentele rechten (Handelingen NJV 1995-II), Zwolle: Tjeenk Willink 1995, p. 68-71.


659

Dijk (van) & Letschert 2006 J. van Dijk & R. Letschert, ‘Recht doen aan minderjarige slachtoffers en getuigen’, Tijdschrift voor de Rechten van het Kind 2006, (2), p. K2-4. Dijk (van) e.a. 2006 P. van Dijk e.a. (red.), Theory and Practice of the European Convention on Human Rights, Antwerpen/Oxford: Intersentia 2006. Donker & Maan 1991 H.J. Donker & A.C. Maan, ‘Slachtoffers van zware criminaliteit als getuige ter terechtzitting: ja of nee’, NJB 1991, p. 141-142. Donker & Smit 1990 H.J. Donker & G. Smit, ‘Slachtoffers vrouwenhandel verdienen meer bescherming’, Algemeen Politieblad 1990, p. 344-348. Dorst (van) 2012 A.J.A. van Dorst, Cassatie in strafzaken (Studiepockets strafrecht deel 9), Deventer: Kluwer 2012. Dreissen 2007 W.H.B. Dreissen, Bewijsmotivering in strafzaken (dissertatie Maastricht), Den Haag: Boom Juridische Uitgevers 2007. Dreissen & Nauta 2012 W. Dreissen & O. Nauta, Anonimiteit in het strafproces. De praktijk van de regeling beperkt anonieme getuige en de regeling bedreigd anonieme getuige in het strafproces, Amsterdam: DSP-groep 2012. Dubelaar 2014 M.J. Dubelaar, Betrouwbaar getuigenbewijs. Totstandkoming en waardering van strafrechtelijke getuigenverklaringen in perspectief (diss. Leiden), Deventer: Kluwer 2014. Duff 2011 P. Duff, ‘The Compatibility of Jury Verdicts with Article 6: Taxquet v. Belgium’, The Edinborough Law Review 2011, p. 246-251. Duker 2008 M.J.A. Duker, ‘Noodzaak en verdedigingsbelang: naar meer eenduidigheid’, DD 2008, p. 41-65. Duker 2012 M.J.A. Duker, ‘EHRM 10 juli 2012, nr. 29353/06 (Vidgen/Nederland)’, Strafblad 2012, p. 329-334. Dutton 2012 Y.M. Dutton, ‘Virtual witness Confrontation in Criminal Cases: A Proposal to Use Videoconferencing Technology in Maritime Piracy Trials’, Vanderbilt Journal of Transnational Law 2012, p. 1283-1340. Duker & Diesfeldt 2013 A.C. Diesfeldt & M.J.A. Duker, ‘Artikel 341 lid 3 Sv: behouden, schrappen of vervangen?’, DD 2013, p. 751-759. Dwyer 2005 D.M. Dwyer, ‘The Admissibility of a Confession against a Co-defendant’, The Modern Law Review 2005, p. 839-848. Dzehtsiarou 2011 K. Dzehtsiarou, ‘European Consensus and the Evolutive Interpretation of the European Convention on Human Rights’, German Law Journal 2011, p. 1730-1745.

660


Emmerson, Ashworth & Macdonald 2012 B. Emmerson, A. Ashworth & A. Macdonald (red.), Human Rights and Criminal Justice, London: Sweet & Maxwell 2012. Esser 2002 R. Esser, Auf dem Weg zu einem europäischen Strafverfahrensrecht. Die Grundlagen im Spiegel der Rechtsprechung des Europäischen Gerichtshof für Menschenrechte (EGMR) in Strassburg, Berlin: De Gruyter Recht 2002. Esser 2012 R. Esser, Löwe-Rosenberg. Die Strafproceßordnung und das Gerichtsverfassungsgesetz. Großkommentar. Elfter Band. EMRK; IPBPR, Berlin: De Gruyter 2012. Fedorova 2012 M.I. Fedorova, ‘EHRM-eisen aan het getuigenverhoor’, Strafblad 2012, p. 337-348. Fernhout & Spronken 2005 F. Fernhout & T. Spronken, ‘Spreekrecht voor slachtoffers. Aspirientjes voor de rest’, NJB 2005, p. 150-157. Fokkens 2004 J.W. Fokkens, ‘Getuigen tussen Straatsburg en Den Haag’, in: P.D. Duyx & P.D.J. van Zeben (red.), Via Straatsburg. Opstellen ter gelegenheid van de benoeming van Prof. mr. B.E.P. Myjer tot rechter in het Europese Hof voor de Rechten van de Mens aangeboden door het ressortsparket te Amsterdam op 11 oktober 2004, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2004, p. 143-154. Franken 2006 A.A. Franken, ‘Strafrechtelijk bewijs: enkele hoofdlijnen in de recente jurisprudentie’, Strafblad 2006, p. 28-35. Friedman 1998 R.D. Friedman, ‘Confrontation: The Search for Basic Principles’, Georgetown Law Journal 1998, p. 1011-1039. Friedman 2004 R.D. Friedman, ‘“Face to face”: rediscovering the right to confront prosecution witnesses’, The International Journal of Evidence and Proof 2004, p. 1-30. Friedman 2008 R.D. Friedman, ‘The Confrontation Right Across the Systemic Divide’, in: J. Jackson, M. Langer & P. Tillers (red.), Crime, Procedure and Evidence in a Comparative and International Context. Essays in Honour of Professor Mirjan Damaška, Oxford: Hart Publishing 2008. Gaede 2007 K. Gaede, Fairness als Teilhabe. Das Recht aud konkrete und wirksame Teilhabe durch Verteidigung gemäß Art. 6 EMRK. Ein Beitrag zur Dogmatik des fairen Verfahrens in europäischen Strafverfahren und zur wirksamheitsverplichteten Konventionsauslegung unter besonderer Berücksichtigung des Rechts auf Verteidingerbeistand (Strafrechtliche Abhandlungen – Neue Folge deel 185) (diss. Zürich), Berlin: Ducker & Humblot 2007.


661

Garé & Mevis 2000 D.M.H.R. Garé en P.A.M. Mevis, Over het oproepen van getuigen ter terechtzitting en getuigenbewijs in strafzaken (Cahiers strafrecht deel 12), Nijmegen: Ars Aequi Libri 2000. Garé 1994 D.M.H.R. Garé, Het onmiddellijkheidsbeginsel in het Nederlandse strafproces (diss. Maastricht), Arnhem: Gouda Quint 1994. Gerards 2006 J.H. Gerards, ‘Rechtsvinding door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens’, NJCM-Bulletin 2006, p. 93-122. Gerards 2010 J.H. Gerards, ‘Pluralism, Deference and the Margin of Appreciation Doctrine’, European Law Journal, 2010, p. 80-120. Gerards 2011 J.H. Gerards, EVRM – algemene beginselen, Den Haag: Sdu 2011. Gerards 2014a J.H. Gerards, ‘Inadmissibility Decisions of the European Court of Human Rights: A Critique of the Lack of Reasoning’, Human Rights Law Review 2014, p. 1-11. Gerards 2014b J.H. Gerards, ‘The European Court of Human Rights and the national courts: giving shape to the notion of ‘shared responsibility’, in: J. Gerards & J. Fleuren (red.), Implementation of the European Convention on Human Rights and of the judgments of the ECtHR in national case-law, Cambridge: Intersentia 2014, p. 13-93. Gerards & Fleuren 2013 J.H. Gerards & J.W.A. Fleuren (red.), Implementatie van het EVRM en de uitspraken van het EHRM in de nationale rechtspraak. Een rechtsvergelijkend onderzoek, Den Haag: WODC 2013. Gerards & Fleuren 2014 J.H. Gerards & J.W.A. Fleuren, ‘The Netherlands’, in: J. Gerards & J. Fleuren (red.), Implementation of the European Convention on Human Rights and of the judgments of the ECtHR in national case-law, Cambridge: Intersentia 2014, p. 217-261. Glas 2013 L.R. Glas, ‘Artikel 19; in: J.H. Gerards e.a. (red.) Sdu Commentaar EVRM, Den Haag: Sdu 2013. Gless 2013 S. Gless, ‘Transnational Cooperation in Criminal Matters and the Guarantee of a Fair Trial: Approaches to a General Principle’, Utrecht Law Review 2013 (4), p. 90-108. Groenhuijsen 1992 M.S. Groenhuijsen, ‘Audio-visuele registratie van verhoren van jeugdige getuigen’, DD 1992, p. 1-7. Groot (de) 2000 S.K. de Groot, Internationale bewijsgaring in strafzaken I. Nederland, Engeland & Wales (Seminarium voor Bewijsrecht nr. 5), Deventer: Kluwer 2000.

662


Hamer & Van Poelgeest 2006 G.P. Hamer & J.M. van Poelgeest, ‘Recht op het horen van minderjarige getuigen in zedenzaken?’, Strafblad 2006, p. 90-101. Hartog (den) 1992 J.D. den Hartog, Artikel 6 EVRM: grenzen aan het streven de straf eerder op de daad te doen volgen (diss. Groningen), Antwerpen: MAKLU 1992. Hartog (den) 2001 J.D. den Hartog, ‘De getuige in het strafprocesrecht; voorstellen voor een nieuwe regeling’, in: M.S. Groenhuijsen & G. Knigge (red.), Het onderzoek ter zitting. Eerste interimrapport onderzoeksproject Strafvordering 2001, Deventer: Gouda Quint 2001, p. 275-342. Haverkate 2007 G.C. Haverkate, ‘Van verdedigingsbelang naar noodzakelijkheid: de steeds smallere marges voor ‘onmiddellijkheid op bestelling’’, Strafblad 2007, p. 180-186. Hermans & Meijer 2007 R.H. Hermans & S. Meijer, ‘Verzoeken ter terechtzitting. Vorm en inhoud, beoordelingsmaatstaf en motiveringseisen’, DD 2007, p. 1034-1062. Hielkema 1991 J. Hielkema, ‘Hoe betrouwbaar is de opsporingsambtenaar als ooggetuige?’, TvP 1991, p. 351-356. Hoek (van) & Luchtman 2005 A.A.J. van Hoek & M.J.J.P. Luchtman, ‘Transnational cooperation in criminal matters and the safeguarding of human rights’, Utrecht Law Review 2005 (2), p. 1-19. Holdgaard 2002 M. Holdgaard, ‘The right to cross-examine witnesses. Case law under the European Convention on Human Rights’, Nordic journal of international law 2002, p. 83-106. Hoyano 2001 L.C.H. Hoyano, ‘Striking a Balance between the Rights of Defendants and Vulnerable Witnesses: will special Measures Directions contravene Guarantees of a fair trial’, Criminal Law Review 2001, p. 948-969. Hoyano 2014 L.C.H. Hoyano, ‘What is balanced on the scales of justice? In search of the essence of the right to a fair trial’, Criminal Law Review 2014, p. 4-29. Jaarverslag Eurojust 2013 Eurojust, Jaarverslag 2013, http://www.eurojust.europa.eu/doclibrary/corporate/ eurojust%20Annual%20Reports/Annual%20Report%202013/Annual-Report-2013NL.pdf. Jaarverslag Hoge Raad 2011 Hoge Raad der Nederlanden, Verslag over 2011, http://www.rechtspraak.nl/ Organisatie/Hoge-Raad/OverDeHogeRaad/publicaties/Documents/jaarverslag2011.pdf


663

Jackson 2005 J.D. Jackson, ‘The Effect of Human Rights on Criminal Evidentiary Process: Towards Convergence, Divergence of Realignment?’, The Modern Law Review 2005, p. 727-764. Jackson & Summers 2012 J.D. Jackson & S.J. Summers, The Internationalisation of Criminal Evidence. Beyond the Common Law and Civil Law Traditions, Cambridge: Cambridge University Press 2012. Jackson & Summers 2013 J.D. Jackson & S.J. Summers, ‘Confrontation with Strasbourg: UK and Swiss approaches to criminal evidence’, Criminal Law Review 2013, p. 114-130. Jans & Oost 1990 J. Jans & J. Oost, ‘Kinderen horen met video wordt landelijk ingevoerd’, Algemeen Politieblad 1990, p. 470-472. Janssen & Hamer 2003 S.L.J. Janssen & G.P. Hamer, ‘De regie uit handen. Tussen procesdoelmatigheid en verdedigingsbelang’, Advocatenblad 2003, p. 206-207. Jebbink 2007 W.H. Jebbink, ‘Na twintig jaar nog steeds geen antwoord. De Hoge Raad erkent de vaste uitleg van het ondervragingsrecht door het EHRM niet’, NJB 2007, p. 208-214. Jebbink 2013 W.H. Jebbink, ‘Noodzaak + eerlijk proces = verdedigingsbelang’, NJB 2013, p. 3074-3078. Jong (de) 1981 D.H. de Jong, De macht van de telastelegging in het strafproces (diss. Groningen), Arnhem: Gouda Quint 1981. Jong (de) 1992 D.H. de Jong, ‘Een Nederlandse variant op ‘Unterpertinger’ ’, DD 1992, p. 301-307. Jongeling 2003 S. Jongeling, ‘Aanpassing van de wettelijke bepalingen inzake het getuigenbewijs in strafzaken’, Trema 2004, p. 416-423. Jordaans 2005 A.H.E.C. Jordaans, ‘Gedachten over de videoconferentie’, in: A.H.E.C. Jordaans, P.A.M. Mevis & J. Wöretshofer (red.), Praktisch strafrecht. Liber amicorum J.M. Reijntjes, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2005, p. 185-300. Kanin 1994 E.J. Kanin, ‘False rape allegations’, Archives of sexual behavior 1994, p. 81-92. Keane 2008 A. Keane, The Modern Law of Evidence, Oxford: Oxford University Press 2008. Keane 2012 A. Keane, ‘Towards a principled approach to the cross-examination of vulnerable witnesses’, Criminal Law Review 2012, p. 407-420. Kempen (van) 2003 P.H.P.H.M.C. van Kempen, Heropening van procedures na veroordelingen door het EHRM. Over redres van schendingen van het EHRM in afgesloten strafzaken alsook

664


afgesloten civiele en bestuurszaken (diss. Tilburg), Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2003. Kempen (van) 2008 P.H.P.H.M.C. van Kempen, Repressie door mensenrechten. Over positieve verplichtingen tot aanwending van strafrecht ter bescherming van fundamentele rechten (oratie Nijmegen), Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2008. Kirkpatrick 2006-2007 L.C. Kirkpatrick, ‘Nontestimonial hearsay after Crawford, Davis and Bockting’, Regent University Law Review 2006-2007, p. 367-385. Kirst 2003 R.W. Kirst, ‘Hearsay and the Right of Confrontation in the European Court of Human Rights’, Quinnipiac Law Review 2003, p. 777-810. Klip 1989 A. Klip, ‘De getuige in strafzaken, die in het buitenland verblijft’, AA 1989, p. 637643. Klip 1992 A. Klip, ‘Het grensoverschrijdend recht op ondervraging van getuigen’, DD 1992, p. 798-814. Klip 1994 A. Klip, Buitenlandse getuigen in strafzaken (Pompe Reeks deel 15) (diss. Utrecht), Arnhem: Gouda Quint 1994. Klip 1995 A. Klip, ’Interrogation of Witnesses Abroad through a Live Television Link: the Modernization of Mutual Legal Assistance in Criminal Matters’, Maastricht Journal of European and Comparative Law 1995, p. 244-255. Koers 2001 J. Koers, Nederland als verzoekende staat bij de wederzijdse rechtshulp in strafzaken. Achtergronden, grenzen en mogelijkheden (diss. Tilburg), Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2011. Kooijmans 2013 T. Kooijmans, ‘Ondervraagd of niet, that’s the question’, Ars Aequi 2013, p. 134-141. Kool 1996 R. Kool, ‘Het EVRM en de slachtoffergetuige. Baegen, Doorson, Finkensieper, een stand van zaken’, Nemesis 1996, p. 176-182. Kool 1999 R.S.B. Kool, De strafwaardigheid van seksueel misbruik (diss. Rotterdam), Deventer: Gouda Quint 1999. Kool 2003 R. Kool, ‘Grenzen aan het ondervragingsrecht’, Nemesis 2003, p. 69-72. Koppen (van) & Doeland 2004 P.J. van Koppen & J.T. van Doeland, ‘Als Papa de verdachte is. Het verschoningsrecht van kinderen in zedenzaken’, NJB 2004, p. 1248-1252. Kruijs (van der) 2006 P.W. van der Kruijs, ‘De videoconferentie in het bewijs’, Strafblad 2006, p. 59-65.


665

Kuijer 2004 M. Kuijer, The blindfold of Lady Justice. Judicial independence and Impartiality in Light of the Requirements of Article 6 ECHR (diss. Leiden), Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2004. Kuijer 2009 M. Kuijer, ‘De betekenis van het Europees verdrag voor de rechten van de mens voor de nationale wetgever’, in: M.R. schouten (red.), Wetgever en constitutie. Verslag van het symposium, gehouden op 23 april 2009 ter gelegenheid van de algemene ledenvergadering van de Vereniging voor wetgeving en wetgevingsbeleid, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2009, p. 44-86. Langbein 2005 J.H. Langbein, The Origins of Adversary Criminal Trial, New York: Oxford University Press 2005. Lange (de), Leeuw & Mevis 2009 R. de Lange, B.J.G. Leeuw & P.A.M. Mevis, Grondwet en het recht op een eerlijk proces. Algemene verkenning en uitwerking voor het strafrecht, Deventer: Kluwer 2009. Lanotte (vande) & Haeck 2005a J. Vande Lanotte & Y. Haeck, Handboek EVRM. Deel 1. Algemene beginselen, Antwerpen: Intersentia 2005. Lanotte (vande) & Haeck 2005b J. Vande Lanotte & Y. Haeck, Handboek EVRM. Deel 2. Artikelsgewijze Commentaar Volume I, Antwerpen: Intersentia 2005. Leanza & Pridal 2014 P. Leanza & O. Pridal (red.), The Right to a Fair Trial. Article 6 of the European Convention on Human Rights, Alphen aan den Rijn: Kluwer Law International 2014. Leeuw 2013 B.J.G. Leeuw, Grondwet en eerlijk proces. Een onderzoek naar de eventuele meerwaarde van het opnemen van het recht op een eerlijk proces in de Nederlandse Grondwet (diss. Rotterdam), Nijmegen: WPL 2013 Leeuw & Van Lent 2012 B.G.J. Leeuw & L. van Lent, ‘Rechtspraak EHRM’, DD 2012, p. 842-860. Leeuw & Van Lent 2013 B.G.J. Leeuw & L. van Lent, ‘Rechtspraak EHRM’, DD 2013, p. 247-260. Lemmens 2014 P. Lemmens, ‘The right to a fair trial and its multiple manifestations. Article 6(1) ECHR’, in: E. Brems & J. Gerards (red.), Shaping Rights in the ECHR. The Role of the European Court of Human Rights in Determining the Scope of Human Rights, Cambridge: Cambridge University Press 2014, p. 294-314. Lens, Pemberton & Groenhuijsen 2010 K. Lens, A. Pemberton & M. Groenhuijsen, Het spreekrecht in Nederland: een bijdrage aan het emotioneel herstel van slachtoffers?, Den Haag: WODC 2010. Lent (van) 2012 L. van Lent, ‘Rechtspraak EHRM’, DD 2012, p. 234-246. Lent (van) & Leeuw 2014 L. van Lent & B.G.J. Leeuw, ‘Rechtspraak EHRM’, DD 2014, p. 717-726.

666


Londono 2007 P. Londono, ‘Positive Obligations, Criminal Procedure and Rape Cases’, European Human Rights Law Review 2007, p. 158-171. Loucaides 2007 L.G. Loucaides, The European Convention on Human Rights. Collected essays, Leiden: Martinus Nijhof 2007. Machielse 2005 A.J.M. Machielse, ‘Alweer getuigen’, in: A.H.E.C. Jordaans, P.A.M. Mevis & J. Wöretshofer (red.), Praktisch strafrecht. Liber amicorum J.M. Reijntjes, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2005, p. 437-452. Maffei 2006 Stefano Maffei, The European Right to Confrontation in Criminal Proceedings. Absent, Anonymous and Vulnerable Witnesses, Groningen: Europa Law Publishing 2006. Maffei 2012 Stefano Maffei, The Right to Confrontation in Europe. Absent, Anonymous and Vulnerable Witnesses, Groningen: Europa Law Publishing 2012. Maijenburg 2006 T. Maijenburg, ‘Verhoren van jonge getuigen door de politie. Zorgvuldigheid is het sleutelwoord’, Tijdschrift voor de Rechten van het Kind 2006, p. K18-20. Malewicz 2006 R. Malewicz, ‘Zinloze haast. Appelschriftuur in strafzaken’, Advocatenblad 2006, p. 686-688. Malewicz & Hamer 2007 R. Malewicz & G.P. Hamer, ‘Zinloze haast niet langer nodig. Appelschriftuur in strafzaken (2)’, Advocatenblad 2007, p. 402-405. Malsch 2009 M. Malsch, Democracy in the Courts. Lay participation in European Criminal Justice Systems, Burlington: Ashgate Publishing Company 2009. Malsch, Haket & Nijboer 2008 M. Malsch, V. Haket & H. Nijboer, ‘De gevaren van het proces-verbaal’, NJB 2008, p. 2578-2582. Malsch e.a. 2010 M. Malsch e.a., ‘Het verhoor op schrift of op band? De gevolgen van het ‘verbaliseren’ van verhoren voor het oordeel van de jurist’, NJB 2010, p. 2402-2407. Mannheims 2007 L. Mannheims, ‘De marginalisering van de verdediging: van verdedigingsbelang naar noodzakelijkheidscriterium’, Strafblad 2007, p. 173-179. McMurray 2006 B.C. McMurray, ‘Challenging Untested Facts at Sentencing: The Applicability of Crawford at Sentencing After Booker’, McGeorge Law Review 2006, p. 589-626. Meijers 1994 L.C.M. Meijers, ‘Over Lüdi tegen Zwitserland. EHRM 15 juni 1992’, DD 1994, p. 272-277. Melai/Groenhuijsen e.a. A.L. Melai/M.S. Groenhuijsen, F.G.H. Kristen & Th.A. de Roos (red.), Het Wetboek van Strafvordering (losbl.), Deventer: Kluwer.


667

Meyer 2012 F. Meyer, ‘Die „sole or decisive”-Regel zur Würdigung nicht konfrontierter Zeugenaussagen – not so decisive anymore’, HRRS 2012, p. 117-120. Mikkelsen, Hutheil & Emens 1992 Mikkelsen, Hutheil & Emens, ‘False sexual-abuse allegations by children and adolescents: contextual factors and clinical subtypes’ American Journal of Psychotherapy 1992, p. 556-570. Mols 1989 G.P.M.F. Mols, ‘Het verhoor van getuigen in strafzaken ongehoord?’, Advocatenblad 1989, p. 121-126. Mols 1993 G.P.M.F. Mols, ‘Horen, zien en verklaren. Over getuigen en hun verhoor in het Nederlandse strafproces’, in: H. de Doelder & J. Hielkema (red.), Goed gezien? Problemen bij identificatiemethoden in strafzaken, Arnhem: Gouda Quint 1993, p. 17-32. Mols 2003 G.P.M.F. Mols, Getuigen in strafzaken, Deventer: Kluwer 2003. Mols 2009 G.P.M.F. Mols, ‘Getuigen’, in: T. Prakken & T. Spronken (red.), Handboek verdediging, Deventer: Kluwer 2009, p. 297-336. Mols 2014 G.P.M.F. Mols, ‘Ondervragingsrecht minderjarig slachtoffer verspeeld?’, Strafblad 2014 (3), p. 7-8. Myjer 1996a B.E.P. Myjer, ‘Slachtoffers van zedendelicten en Straatsburgse rechtsbescherming’, NJB 1996, p. 437-442. Myjer 1997 B.E.P. Myjer, ‘Getuigende dienders en Straatsburgse rechtsbescherming’, NJB 1997, p. 883-889. Myjer 2004 B.E.P. Myjer, Straatsburg zit er niet voor zweetvoeten. Over de nog immer toenemende werkdruk van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, over het Veertiende Protocol en over mensenrechten waar ze thuishoren, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2004. Naeyé 1987 J. Naeyé, ‘Het beletten van vragen ex art. 288 Sv versus de verklaringsplicht van de getuige’, Advocatenblad 1987, p. 465-467. Naeyé 1989 J. Naeyé, Heterdaad. Politiebevoegdheden bij ontdekking op heterdaad in theorie en praktijk (diss. Amsterdam – VU), Arnhem/Lochem: Gouda Quint/Van den Brink 1989. Nierop & Van den Eshof 2004 N.M. Nierop & P. van den Eshof, De ontstaansgeschiedenis ontrafeld (rapport Landelijke Expertisegroep Bijzondere Zedenzaken), 2004. Nijboer 1999 J.F. Nijboer, ‘Mythologie en werkelijkheid in het strafrechtelijk bewijsrecht: een reactie’, AA 1999, p. 256-259.

668


Nijboer 2000 J.F. Nijboer, ‘Children and Young Persons in the Criminal Justice System: the Council of Europe Recommendation on Witness Protection and Rights of the Defense’, in: R.H. Haveman e.a. (red.), Seks, zeden en strafrecht, Deventer: Gouda Quint 2000, p. 129-127. Nijboer 2008 J.F. Nijboer, Strafrechtelijk bewijsrecht, Nijmegen: Ars Aequi Libri 2008. Nijboer 2011 J.F. Nijboer, Strafrechtelijk bewijsrecht, Nijmegen: Ars Aequi Libri 2011. NJCM 2002 NJCM, ‘Het spreekrecht van het slachtoffer en het ondervragingsrecht. Notitie van het NJCM naar aanleiding van wetsvoorstel nr. 27632’, NJCM-Bulletin 2002, p. 515-519. O’Brian 2005 W.E. O’Brian, ‘The Right of Confrontation: US and European Perspectives’, Law Quarterly Review 2005, p. 481-510. O’Brian 2011a W.E. O’Brian, ‘Confrontation and Compulsory Process: U.S. and European Approaches Compared’, International Commentary on Evidence 2011 (2), artikel 4. O’Brian 2011b W.E. O’Brian, ‘Confrontation: the defiance of the English courts’, The International Journal of Evidence and Proof 2011, p. 93-116. Oldenziel 1998 H.A. Oldenziel, Wetgeving en rechtszekerheid (diss. Groningen), Deventer: Kluwer 1998. Orenstein 2010 A. Orenstein, ‘Her Last Words: Dying Declarations and Modern Confrontation Jurisprudence’, University of Illinois Law Review 2010, p. 1411-1460. Osborne 1993 C. Osborne, ‘Hearsay and the European Court of Human Rights’, Criminal Law Review 1993, p. 255-267. Patijn 1985 A. Patijn, ‘Het dagvaarden en horen van getuigen en deskundigen in strafzaken’, Ars Aequi 1985, p. 136-140. Polelle 2006 M.P. Polelle, ‘The Death of Dying Declarations in a Post-Crawford World’, Missouri Law Review 2006, p. 285-316. Pompe 1959 W.P.J. Pompe, Het bewijs in strafzaken (Mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor wetenschappen, letteren en schone kunsten van België: klasse der letteren, jaargang XXI, nr. 4), Brussel 1959, opgenomen in: W.P.J. Pompe, Vijf opstellen van Willem Pompe, Zwolle: Tjeenk Willink 1975. Prakken & Wöretshofer 2009 T. Prakken & J. Wöretshofer, ‘De raadsman ter terechtzitting’, in: T. Prakken & T. Spronken (red.), Handboek verdediging, Deventer: Kluwer 2009, p. 457-550.


669

Prebensen 2000 S.C. Prebensen, ‘Evolutive Interpretation of the European Convention on Human Rights’, in: P. Mahoney e.a. (red.), Protecting Human Rights: The European Perspective. Studies in memory of Rolv Ryssdal, Köln: Heymanns 2000, p. 1123-137 Rassin 2014 E. Rassin, ‘Het beoordelen van de validiteit van (getuigen)verklaringen met de methode van de alternatieve scenario’s; een update’, Expertise en Recht 2014, p. 119124. Rassin & Van der Sleen 2005 E.G.C. Rassin & J. van der Sleen, ‘Characteristics of true versus false allegations of sexual offenses’, Psychological Reports 2005, p. 589-598. Rassin & Van Koppen 2010 E. Rassin & P.J. van Koppen, ‘Het kind als slachtoffer van een zedendelict: bewijsperikelen’, in: P.J. van Koppen e.a. (red.), Reizen met mijn rechter. Psychologie van het Recht, Deventer: Kluwer 2010, p. 579-604. Redmayne 2012 M. Redmayne, ‘Hearsay and Human Rights: Al-Khawaja in the Grand Chamber’, The Modern Law Review 2012, p. 865-875. Redmayne 2013 M. Redmayne, ‘Confronting Confrontation’, in: P. Roberts & J. Hunter (red.), Criminal Evidence and Human Rights. Reimagining Common Law Procedural Traditions, Oxford: Hart Publishing 2013, p. 283-308. Reijntjes 1979 J.M. Reijntjes, ‘De getuige op de strafzitting’, NJB 1979, p. 903-906. Reisinger 2014 J.C. Reisinger, ‘Van Straatsburg aan Nederland. Compensatie geeft de doorslag’, Strafblad 2014, p. 306-307. Requa 2010 M. Requa, ‘Absent witnesses and the UK Supreme Court: judicial deference as judicial dialogue?’, The International Journal of Evidence and Proof 2010, p. 208-231. Riordan 1999 D.P. Riordan, ‘The rights to a fair trial and to examine witnesses under the Spanish Constitution and the European Convention on Human Rights’, Hastings Constitutional Law Quarterly 1999, p. 373-418. Roberts 2006 K. Roberts, ‘Hearsay in Criminal Proceedings in England and Wales’, Strafblad 2006, p. 66-72. Roberts 2011 P. Roberts, ‘Does Article 6 of the European Convention on Human Rights Require Reasoned Verdicts in Criminal Trials?’, Human Rights Law Review 2011, p. 213-235. Roberts & Zuckerman 2004 P. Roberts & A. Zuckerman, Criminal evidence, Oxford/New York: Oxford University Press 2004. Robroek 2014a R. Robroek, ‘Het verdedigingsbelang vanaf 1 juli 2014: komt er een einde aan kostenverslindende, voor getuigen emotioneel belastende en weinig rendabele

670


getuigenverhoren?’, Ivoren toga 5 augustus 2014, www.iorentoga.nl/archieven/ 2985. Robroek 2014b R. Robroek, ‘De Hoge Raad over getuigenverzoeken. Toewijzing vergt vanaf 1 juli 2014 meer motivering en tijdigheid’, NJB 2014, p. 2304-2308. Röttgering 2004 A. Röttgering, ‘De toestand in de wereld en het wetsvoorstel inzake het horen van getuigen’, in: A.H. Klip, A.L. Smeulers & M.W. Wolleswinkel (red.), KriTies. Liber amicorum et amicarum voor prof.mr. E. Prakken, Deventer: Kluwer 2004, p. 159170. Röttgering 2013 A. Röttgering, Cassatie in strafzaken. Een rechtsbeschermend perspectief (diss. Tilburg), Den Haag: Sdu 2013. Rozemond 1994 K. Rozemond, ‘Regelgeving van de Hoge Raad inzake weigerachtige getuigen’, NJB 1994, p. 1267-1270. Rozemond 1998 K. Rozemond, Strafvorderlijke rechtsvinding (diss. Amsterdam – VU), Deventer: Gouda Quint 1998. Rozemond 1999 K. Rozemond, ‘De mythe van het de auditu-bewijs’, AA 1999, p. 144-150. Rozemond 2002 K. Rozemond, ‘Bewijsminima voor schriftelijk vastgelegde getuigenverklaringen in strafzaken’, NJB 2002, p. 1930-1934. Rozemond 2003 K. Rozemond, ‘De strafkamer van de Hoge Raad en de publieke rede van de mensenrechten’, NJCM-Bulletin 2003, p. 534-548. Rumney 2006 P.N.S. Rumney, ‘False allegations of rape’, Cambridge Law Journal 2006, p. 128–158. Rüter 1981 C.F. Rüter, ‘Ongehoord – Over getuigen en deskundigen ter terechtzitting’, in: H. Franken e.a. (red.), Ad personam. Opstellen aangeboden aan Prof. Mr. Ch. J. Enschedé ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag, Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1981, p. 237-263. Rüter 1984 C.F. Rüter, ‘Een zwanenzang’, DD 1984, p. 823-827. Sandfort 1989 Th.G.M. Sandfort, ‘De wenselijkheid van verhoor van kinderen bij zedenzaken’, JV 1989 (6), p. 57-71. Schalken 2004 T.M. Schalken, ‘De minderjarige als getuige in strafzaken volgens het EVRM’, in: K. Blankman & M. Bruning (red.), Meesterlijk groot voor de kleintjes. Opstellen aangeboden aan prof. mr. J.E. Doek ter gelegenheid van zijn emeritaat, Deventer: Kluwer 2004, p. 227-241. Schalken 2005 T.M. Schalken, ‘Alleen klagen als er al geklaagd is’, NJCM-Bulletin 2005, p. 60-65.


671

Scheele 2011 C.P.J. Scheele, ‘Het beoordelen van getuigenverzoeken: een leidraad voor de praktijk’, Strafblad 2011, p. 62-72. Schokkenbroek 1990 J.G.C. Schokkenbroek, ‘Algemene verkenningen naar de taken van de Straatsburgse en de nationale organen’, in: E.A. Alkema e.a., 40 jaar Europese Conventie voor de Rechten van de Mens en de Nederlandse rechtsorde: staatsrechtsconferentie 1990, Leiden: NJCM 1990, p. 57-84. Senden 2011 H. Senden, Interpretation of Fundamental Rights in a Multilevel Legal System. An analysis of the European Court of Human Rights and the Court of Justice of the European Union (diss. Leiden), Cambridge: Intersentia 2011. Souren 2006 P.H.L.M. Souren, ‘Het vernieuwde ondervragingsrecht: kritisch commentaar’, in: J.B.J. van der Leij & J. Hielkema, Herschikking van de zitting?, Deventer: Kluwer 2006, p. 51-58. Spanninga & Van Strien 2001 J.W. Spanninga & A.L.J. van Strien, Een wetsvoorstel betreffende het spreekrecht’, Trema 2001, p. 419-428. Spencer 2008 J.R. Spencer, Evidence of Bad Character, Oxford: Hart Publishing 2008. Spencer 2009 J.R. Spencer, ‘Hearsay reform: the train hits the buffers at Strasbourg’, The Cambridge Law Journal 2009, p. 258-261. Spencer 2010 J.R. Spencer, ‘Squaring up to Strasbourg: Horncastle in the Supreme Court’, Archbold Review 2010 (1), p. 6-9. Spencer 2012 J.R. Spencer, ‘Hearsay Evidence at Strasbourg: a Further Skirmish, or the Final Round? A Comment on Al-Khawaja and Tahery v UK in the Grand Chamber’, Archbold Review 2012 (1), p. 5-8. Spoel (van der) 2006 Tj. van der Spoel, Analyse, strategie en getuigenverhoor, Den Haag: Sdu 2006. Spronken 1991 T. Spronken, ‘De “de auditu cultuur” op de helling’, Advocatenblad 1991, p. 348-352. Spronken 2012 T. Spronken, ‘Het EHRM in dialoog’, NJB 2012, p. 443. Stevens 2005 L. Stevens, Het nemo-teneturbeginsel in strafzaken. Van zwijgrecht naar containerbegrip (diss. Tilburg), Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2005. Stavros 1993 S. Stavros, The guarantees for accused persons under article 6 of the European Convention on Human Rights. An Analysis of the Application of the Convention and a Comparison with Other Instruments (International Studies in Human Rights deel 24), Dordrecht: Martinus Nijhoff 1993.

672


Strien (Van) 2001 A.L.J. van Strien, ‘De positie van slachtoffers in het strafproces’, in: M.S. Groenhuijsen & G. Knigge (red.), Het onderzoek ter zitting. Eerste interimrapport onderzoeksproject Strafvordering 2001, Deventer: Kluwer 2001, p. 233-274. Summers 2004 S.J. Summers, ‘The Right to Confrontation After Crawford v Washington: A Continental European Perspective’, International Commentary on Evidence 2004 (1), artikel 3. Summers 2007 S.J. Summers, Fair Trials. The European Criminal Procedural Tradition and the European Court of Human Rights, Oxford: Hart 2007. Swart 1993 A.H.J. Swart, ‘Die Europäische Menschenrechtskonvention und das niederländische Strafprozesrecht’, ZGStW 1993, p. 48-76. Swart 1999 A.H.J. Swart, ‘The European Convention as an Invigorator of Domestic Law in the Netherlands’, Journal of Law and Society 1999, p. 38-53. T&C Sv 2013 C.P.M. Cleiren, J.H. Crijns & M.J.M. Verpalen (red.), Tekst en Commentaar Strafvordering, Deventer: Kluwer 2013. Taverne 1926 B.M. Taverne, ‘Het testimonium de auditu’, Tijdschrift voor Strafrecht XXXVI (1926), p. 115-146. Trechsel 1997 S. Trechsel, ‘Why must trials be fair?’, Israel Law Review 1997, p. 94-119. Trechsel 2006 S. Trechsel, Human rights in criminal proceedings, Oxford: Oxford University Press 2006. Veen (van) 1984 Th.W. van Veen, ‘Het nieuwe artikel 280 Sv: doen alsof onze neus bloedt?’, NJB 1984, p. 1420-1442. Vellinga 1982 W.H. Vellinga, Schuld in spiegelbeeld. Afwezigheid van alle schuld (diss. Groningen), Arnhem: Gouda Quint 1982. Vellinga 2006 W.H. Vellinga, ‘Spreekrecht van het slachtoffer’, in: J.B.J. van der Leij & J. Hielkema, Herschikking van de zitting?, Deventer: Kluwer 2006, p. 18-33. Veraart 2012 C. Veraart, Valse zeden. Voor De Schuur, In De Schuur, Na De Schuur, Nijmegen: Ars Aequi 2012. Verbandt & Ponjaert 1996 C. Verbandt & I. Ponjaert, Behoeften inzake onthaal, opvang en ondervraging van kinderen die getuige of slachtoffer zijn van een misdrijf. Onderzoek naar de effecten en betrouwbaarheid van diverse ondervragingsmethoden, Brussel: Politeia 1996.


673

Viering 1994 M.L.W.M. Viering, Het toepassingsgebied van artikel 6 EVRM (diss. Nijmegen), Zwolle: W.E.J. Tjeenk Willink 1994. Wagenaar 1999 W.A. Wagenaar, ‘Waar het cˇcht om gaat bij de de auditu discussie’, AA 1999, p. 254-255. Wasek-Wiaderek 2000 M. Wasek-Wiaderek, The principle of "equality of arms" in criminal procedure under article 6 of the European Convention on Human Rights and its functions in criminal justice of selected European countries. A comparative view, Leuven: Leuven University Press 2000. Watt 2000 D. Watt, Watt’s Manual of Criminal Evidence, Scarborough: Carswell 2000. Wet (de) 2009 E. de Wet, ‘The Reception Process in the Netherlands and Belgium’, in: H. Keller & A. Stone Sweet (red.), A Europe of Rights. The Impact of the ECHR on National Legal Systems, Oxford: Oxford University Press 2008, p. 229-309. White & Boussiakou 2009 Robin C.A. White & Iris Boussiakou, ‘Separate opinions in the European Court of Human Rights’, Human Rights Law Review 2009, p. 37-60. Wiarda 1999 G.J. Wiarda, Drie typen van rechtsvinding, Deventer: W.E.J. Tjeenk Willink 1999. Wijk (van) & Nieuwenhuis 2011 A. van Wijk & A. Nieuwenhuis, Lastige verhalen. Een exploratief onderzoek naar valse aangiften van zedenmisdrijven door meisjes van 12-18 jaar, Bureau Beke 2011. Wilde (de) 2008 B. de Wilde, ‘Bewijsminimumregels als waarborgen voor de waarheidsvinding in strafzaken?’, in: J.H. Crijns, P.P.J. van der Meij & J.M. ten Voorde (red.), De waarde van waarheid. Opstellen over waarheidsvinding in het strafrecht, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2008, p. 269-294. Wilde (B. de) 2009a B. de Wilde, ‘Schakelconstructies in bewijsmotiveringen’, DD 2009, p. 563-588. Wilde (B. de) 2009b B. de Wilde, ‘Compensatie voor het uitblijven van een gelegenheid om een minderjarig slachtoffer als getuige te ondervragen’, NJCM-Bulletin 2009, p. 495-511. Wilde (B. de) 2009c B. de Wilde, ‘Het gebruik van verklaringen van anonieme politieambtenaren voor het bewijs’, in: M.J. Borgers, M.J.A. Duker & L. Stevens (red.), Politie in beeld. Liber amicorum Jan Naeyé, Nijmegen: Wolf Legal Publishers 2009, p. 343-371. Wilde (B. de) 2009d B. de Wilde, ‘De Hoge Raad moet om! Over het recht minderjarige slachtoffers in zedenzaken te ondervragen’, NJB 2009, p. 2885-2886. Wilde (B. de) 2012a B. de Wilde, ‘Het arrest Al-Khawaja & Tahery: het ondervragingsrecht uitgekleed?’, DD 2012, p. 274-289.

674


Wilde (B. de) 2012b B. de Wilde, ‘Nieuwe kansen voor anonieme getuigen in strafzaken’, NJB 2012, p. 2332-2338. Wilde (B. de) 2013a B. de Wilde, ‘Het recht op antwoord’ (noot bij EHRM 10 juli 2012, Vidgen/Nederland), Nederlands Tijdschrift voor de Mensenrechten/NJCM-Bulletin 2013, p. 49-62. Wilde (B. de) 2013b B. de Wilde, ‘A fundamental review of the ECHR right to examine witnesses’, The International Journal of Evidence and Proof 2013, p. 157-182. Witteveen 2012 M.R. Witteveen, ‘De nieuwe battleground in ons strafproces: hoe toetst de rechter de betrouwbaarheid van getuigenverklaringen?’, Strafblad 2012, p. 366-373. Zeben (van) 2005 P.D.J. van Zeben, ‘Het desgevraagd horen van getuigen in strafzaken’, Trema 2005, p. 93-107. Zeben (van) 2006 P.D.J. van Zeben, ‘Het ondervragingsrecht in strafzaken. Compensatie van handicaps’, Trema 2006, p. 6-13. Zwart 1994 T. Zwart, The admissibility of Human Rights Petitions. The Case Law of the European Commission of Human Rights and the Human Rights Committee, Dordrecht: Martinus Nijhoff 1994

Aangehaalde literatuur

Recommend Documents