Aan de slag met
Verhaal van Ede Leerlingenboek
1
2
Aan de slag met
Verhaal van Ede Leerlingenboek
Project voor de onderbouw van het VO
3
4
Inhoud Een reis door de tijd…………………………………………………………………………………7 Onderwerp 1: Archeologie …………………………………………………………………………9 Opdrachten Archeologie…………………………………………………………………………… 12 Onderwerp 2: Buurschappen …………………………………………………………………… 17 Opdrachten Buurschappen ……………………………………………………………………… 19 Onderwerp 3: Godsdienst in Ede ……………………………………………………………… 23 Opdrachten Godsdienst in Ede…………………………………………………………………… 25 Onderwerp 4: Edese kastelen …………………………………………………………………… 29 Opdrachten Edese kastelen………………………………………………………………………… 31 Onderwerp 5: Gemeente Ede …………………………………………………………………… 35 Opdrachten Gemeente Ede………………………………………………………………………… 37 Onderwerp 6: Belgische vluchtelingen op de hei …………………………………………… 41 Opdrachten Belgische vluchtelingen op de hei ………………………………………………… 43 Onderwerp 7: ENKA ……………………………………………………………………………… 49 Opdrachten ENKA ………………………………………………………………………………… 51 Onderwerp 8: Ede in de Tweede Wereldoorlog ……………………………………………… 55 Opdrachten Ede in de Tweede Wereldoorlog…………………………………………………… 57
5
6
Een reis door de tijd Al sinds heel lange tijd wonen in de huidige gemeente Ede mensen. Rendierjagers, Romeinen, kasteelheren, Belgische vluchtelingen en vele anderen hebben met elkaar de geschiedenis van Ede vormgegeven. Samen met je medeleerlingen ga je bijzondere verhalen uit de Edese geschiedenis ontdekken. Jullie gaan met elkaar op reis door de tijd! Verhalen over Ede Uit alle verhalen die er zijn over Ede, hebben we er tien geselecteerd waar jullie onderzoek naar gaan doen. De eerste drie verhalen gaan over archeologie. Deze horen bij elkaar. 1. a. Ede in de steentijd b. Een vruchtbaar schaakbord c. Germanen aan de limes 2. Buurschappen 3. Godsdienst in Ede 4. Edese kastelen 5. Gemeente Ede 6. Belgische vluchtelingen op de hei 7. De Enka 8. Ede in de Tweede Wereldoorlog
De opdracht Dit project bestaat uit zes onderdelen. Je zal bij alle onderdelen in een groepje met andere leerlingen samenwerken. 1. Voorbereiding: indeling in groepen en opdrachtkeuze Samen met een aantal andere leerlingen vorm je op aanwijzing van je docent een groepje. In overleg met elkaar en met jullie docent kiezen jullie een van de 8 onderwerpen over de geschiedenis van Ede. 2. Brainstorm Met je groepje lees je de informatie die in dit boekje over jullie onderwerp is opgenomen. Daarna bedenken jullie met elkaar wat jullie nog meer willen weten over dit onderwerp en waar jullie die informatie kunnen vinden. Jullie maken hiervan
aantekeningen: die hebben jullie straks nodig. 3. Onderzoek Nu jullie weten waar jullie kunnen zoeken, gaan jullie ook echt op onderzoek naar informatie over jullie thema. Via internet (bijvoorbeeld op www.mijngelderland.nl/ede en www.edeopdekaart.nl) en in de bibliotheek op school verzamelen jullie zo veel mogelijk informatie, afbeeldingen en films over jullie onderwerp. Om jullie vast op weg te helpen krijgen jullie een aantal vragen. Die staan verderop in dit boekje, bij jullie onderwerp. Die vragen moeten jullie in ieder geval beantwoorden. 4. Bezoek aan het archief Met elkaar gaan jullie in het gemeentearchief op zoek naar informatie. Jullie docent zal vertellen wanneer dat gaat gebeuren. Hier krijgen jullie een rondleiding en een aantal verdiepende vragen over jullie onderwerp. Daarna mogen jullie zoeken in de bibliotheek van het archief en in bronnen die in het archief worden bewaard. 5. Voorbereiden presentatie Na jullie onderzoek op school en in het archief maken jullie met elkaar een presentatie. Dat kan in de vorm van een poster, een filmpje, een powerpoint of op een andere manier. Later zullen jullie deze presenteren aan jullie klasgenoten, misschien wel op de locatie waar jullie verhaal zich afspeelde. Denk dus goed na over de vorm waarin je dit wilt gaan doen. 6. Presentatie Nu gaan jullie de resultaten van jullie werk presenteren aan de andere groepen, jullie docent en misschien ook een medewerker van het archief. Dat gebeurt op school of op (een of meerdere) locaties in Ede die te maken hebben met het verhaal van Ede. Dat horen jullie uiteraard op tijd van jullie docent. Veel succes!
7
8
Onderwerp 1: Archeologie A. Ede in de steentijd In de vroege prehistorie woonden er al mensen in het gebied dat nu de gemeente Ede wordt genoemd. Het waren groepen rendierjagers die door een winderig toendralandschap achter rendierkuddes aan trokken. Vuursteen De oudste vondsten die door deze mensen zijn achtergelaten zijn gemaakt van vuursteen. Deze vondsten komen uit de vroege steentijd, ca. 200.000 jaar geleden. De vuurstenen werktuigen zijn aangetroffen in oude rivierbodems. Die bodems zijn later door ijsgletsjers tot heuvelruggen opgestuwd. De vondsten bevinden zich dus niet meer op de plaats waar ze ooit door mensen zijn achtergelaten. In Ede kennen we dit soort vondsten uit de groeve bij Lunteren (Goudsberg), de Sysselt en uit Bennekom. Er zijn ook jongere vindplaatsen van enkele tienduizenden jaren oud. Deze liggen nog wel op hun oorspronkelijke plek, vooral op hogere plateaus in het landschap, bijvoorbeeld op de Ginkel en bij Mossel. Jagers, vissers en verzamelaars Rond 10.000 jaar geleden brak een warmere en nattere klimaatperiode aan. Archeologisch spreken we dan van de midden-steentijd. Het landschap veranderde in deze periode. Eerst was het een open bos met berken en dennen. Nu werd het een dichter en gemengd bos met essen, eiken, linden en hazelaars. Rendieren maakten plaats voor edelherten en zwijnen. Mensen leefden van jagen, vissen en het verzamelen van eetbare planten. Ze trokken nog wel rond door het landschap, maar minder ver dan voorheen. Dat komt omdat ze in hun directe omgeving steeds meer verschillende voedselbronnen tot hun beschikking hadden.
9
Ook uit de midden-steentijd zijn bijna alleen maar stenen voorwerpen bewaard gebleven. In 2009 is een vindplaats uit de midden-steentijd helemaal door archeologen opgegraven in de woonwijk Kernhem. Ook in Ede-Zuid en in De Kraats bij Bennekom zijn veel vindplaatsen uit deze periode bekend. De eerste boeren In de late steentijd (ca. 3.500 voor Chr.) kozen steeds meer jagers voor een boerenbestaan. Ze vestigden zich op een vaste plek en gingen land bewerken en vee houden. Mensen gingen in deze periode aardewerk gebruiken en later ook koper en ijzer. Kenmerkend voor deze periode zijn de vele tientallen grafheuvels in het Edese landschap.
B. Een vruchtbaar schaakbord In de laatste eeuwen voor het begin van onze jaartelling, de ijzertijd, groeide de bevolking in Ede in snel tempo. Het eten voor al die mensen werd voor een groot deel van het land gehaald. Maar de akkers raakten steeds sneller uitgeput. Mensen wisten nog niet precies hoe de grond het beste kon worden bemest en er was een lage opbrengst. Celtic fields Akkers uit de ijzertijd worden ook wel ‘Celtic fields’ genoemd. Die naam is in het begin van de twintigste eeuw door Engelse archeologen bedacht. Ze dachten namelijk dat ze te maken hadden met akkers die door ‘Keltische invallers’ waren aangelegd. In Nederland hebben we de term overgenomen, ook al hebben we hier met ‘Germaanse’ landbouwers te maken. Celtic fields komen vooral op de zandgronden in Drenthe en Gelderland veel voor. Met tenminste twaalf verschillende gebieden met Celtic fields - in totaal vele honderden hectares - mag Ede zich ‘Celtic-fieldgemeente’ van Nederland noemen. Gerst en tarwe Celtic fields zijn met aarden walletjes omgeven rechthoekige of vierkante terreintjes van ongeveer 30 bij 30 meter groot. Op de akkertjes werd tarwe, gerst en later ook rogge verbouwd. Het zaaien en oogsten ging met de hand. Het ploegen gebeurde met de hand of met een door ossen getrokken ploeg (eergetouw). De boerderijen, waarin hele families woonden, lagen midden tussen de akkers. Ruitjespatroon De akkers werden één voor één in gebruik genomen. Ze sloten daardoor als een groot schaakbord op elkaar aan. Met het blote oog zijn de akkertjes nu alleen nog maar op sommige plekken in het landschap rond Ede te zien. Bijvoorbeeld in Bennekom aan de Panoramaweg, of aan de Vijfsprongweg in Wekerom. Hier zijn de Celtic fields opnieuw aangelegd, zoals ze er vroeger uitzagen. Je kunt het ruitjespatroon van de Celtic fields op oude luchtfoto’s en op moderne hoogtekaarten nog wel goed herkennen.
10
C. Germanen aan de Limes Ten noorden van de grens van het Romeinse Rijk (limes) ontwikkelde zich in de eerste eeuwen na Chr. een aantal grote, bloeiende nederzettingen. Archeologische vondsten in Ede en Bennekom laten zien dat de Germaanse inwoners van het gebied welvarend waren. Misschien wel rijker dan de mensen in het veel dunner bevolkte gebied aan de overkant van de Rijn, in het Romeinse Rijk. Megaboerderijen De boerderijen in Ede in de Romeinse tijd waren enorm, soms wel zestig meter lang. In de boerderijen woonden de mensen en werden de huisdieren en het vee gestald. De boerderijen hadden een typisch Edese bouwstijl en stonden op omheinde erven in groepjes bij elkaar. In het midden van de vierde eeuw telde een van de nederzettingen - het dorpje Veldhuizen - tien of elf van dit soort erven. Dat was voor de laat-Romeinse tijd een ongekend groot aantal. We weten dit dankzij grote archeologische opgravingen bij de Kastelenlaan in Veldhuizen, de Verlengde Parkweg/Maanderbuurtweg in Maanen, Op den Berg in Ede en de Hof van Sint Pieter in Bennekom. Bij die opgravingen kwamen de restanten van ongeveer honderdvijftig boerderijen, tweehonderd schuurtjes, honderd waterputten en vele duizenden vondsten uit de Romeinse tijd aan het licht. Germaanse hoofdman In 2011 is aan de Doornlaan in Ede een grafveld opgegraven uit de derde/vierde eeuw. Hierin waren enkele tientallen mannen, vrouwen en kinderen begraven. De mensen werden ter plekke op brandstapels gecremeerd, voordat ze met bijgaven - zoals sieraden of potten - werden begraven. Bijzonder is een graf waarin de resten van een man in een schildknop (umbo) zijn begraven. De man was tussen de twintig en dertig jaar oud. Deze manier van begraven kenden we eerder niet in Nederland. Misschien was de man wel een belangrijke Germaanse strijder. Romeinse beeldjes Aan de Hof van Sint Pieter in Bennekom werd in 1970 bij het bouwrijp maken van een stuk grond een bijzonder beeldje gevonden. Het was een beeldje van de Romeinse godin Fortuna. Het kapsel en de kleding van het vrouwenbeeldje wijzen erop dat het uit de eerste helft van de eerste eeuw komt. Vergelijkbare bronzen godenbeeldjes werden opgegraven tijdens de opgraving aan de Kastelenlaan in Veldhuizen. De Germanen hebben de beeldjes gekregen door handel of rooftochten in het Romeinse Rijk.
11
Opdrachten Archeologie A. Opdracht op school 1. Noem eens vier plekken in de gemeente Ede waar materiaal is achtergelaten door vroegere bewoners. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Raatakkers worden ook wel celtic fields genoemd. Weet jij wat raatakkers zijn en wanneer waren de raatakkers in gebruik?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. In Ede kan je raatakkers vinden bij het Wekeromse zand/Vijfsprongweg. Waar in Nederland kan je nog meer raatakkers vinden? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Wie werden per vergissing de bouwers/gebruikers van de raatakkers genoemd? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Hoe woonden de mensen in Ede in de Romeinse tijd? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
12
Toetsvraag Stel je voor dat jij met wat vrienden naar de celtic fields bij het Wekeromse zand/Vijfsprongweg gaat. Je vrienden hebben geen idee waar ze zijn en vragen aan jou om een rondleiding. Je wilt hen natuurlijk zo goed mogelijk informeren. Wat ga je hun vertellen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
13
14
B. Opdracht in het archief Welkom in het archief van de gemeente Ede! Hier ga je vandaag op zoek naar informatie over jouw onderwerp. Er liggen al twee bronnen voor je klaar om in te speuren naar extra informatie. De eerste bron waarmee jullie gaan werken is een rapport. Dit rapport heet BAAC-rapport “Ede Markt - Hof van Gelderland” en het is geschreven in 2004. (GAE 1243. (5.1.1)) Dit rapport is een verslag van een onderzoek dat archeologen hebben gedaan in het centrum van Ede. Het kaartje op pagina 5 geeft je een overzicht van het gebied waar zij in de grond hebben gezocht naar historisch materiaal. Afbeelding 2 op pagina 11 laat zien waar de archeologen gegraven hebben. De gekleurde vakjes geven precies aan waar gegraven is. In de rechter benedenhoek zie je de huidige Grotestraat. Links zie je van beneden naar boven de spoorlijn van Ede Centrum naar Amersfoort.
1. Tijdens de opgravingen zijn putten gevonden. Op pagina 22 onder het kopje “overige putten” wordt gesproken over bakstenen putten. Waarschijnlijk waren dat beerputten. Wat zijn dat? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Op pagina 25 wordt gesproken over de restanten van kelders. Als je verder leest, kom je tot de ontdekking dat die misschien deel hebben uitgemaakt van een schoolgebouw. Ga naar afbeelding 4 op pagina 15. Tegenover de Oude Kerk in dat grijze gebied moet deze school hebben gestaan, waarschijnlijk aan de Schoolstraat. De enige verwijzing is spoornummer 41. Teken een kaartje met daarop de huidige plaats van de Oude Kerk, bakker BART en de HEMA en de plek waar de school waarschijnlijk heeft gestaan.
15
3. Op pagina 32 ‘bij dierlijk bot’ staat dat er dierlijke botten gevonden zijn. Van welke dieren waren die botten?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
De tweede bron waarmee jullie aan de slag gaan, zijn kaarten uit de periode 1870 -2006. 4. Zoek op de oudste en op de nieuwste kaart naar de plek van de celtic fields aan de Vijfsprongweg in Wekerom. Wat valt je op? Kan je dit verklaren? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Bij opgravingen in de gemeente Ede zijn bijzondere dingen gevonden. Dat heb je ook kunnen lezen in de tekst. Ga in het archief op zoek naar afbeeldingen van deze bijzondere vondsten en bewaar er een paar voor jullie presentatie.
16
Onderwerp 2: Buurschappen Vanuit de oudste nederzettingen van landbouwers ontwikkelden zich buurschappen. De termen buurtschap, buurtdag, buurtspraak en buurtmeester vinden we terug in bronnen uit de zestiende eeuw. Ze vertellen ons iets over het lokale bestuur in die tijd. Buurschap Een buurschap werd gevormd door de eigenaren van de gronden in een gebied. Volgens een brief uit 1566 waren er in die tijd meerdere buurschappen op het gebied van de huidige gemeente Ede. De vrije boeren kwamen tenminste eenmaal per jaar bij elkaar om afspraken te maken. Tijdens zo’n buurtspraak werd gesproken over onderhoud van de sloot en de wegen en over het beheer van het hooiland, heide en bos. Op die gronden lagen de gemeenschappelijke weiden. De vrije boeren kozen een buurtrichter en twee buurtmeesters die zich bezig hielden met de lopende zaken. Wie regels overtrad, werd beboet. Buurt Ede-Veldhuizen Het oudste buurtboek dat het Gemeentearchief Ede beheert, is het ‘Resolutieboek I (1596-1628)’ van de buurt Ede-Veldhuizen. Deze buurt is de enige in de gemeente Ede die nog steeds als organisatie bestaat en is dus eigenaar van het boek. Ieder jaar luiden eind september de klokken van de Oude Kerk en komen de gemeenschappelijke eigenaren op huis Kernhem bijeen. Bij de buurtspraak is iedereen welkom. ‘Iedere eigenaar van een huis en erve, of van een bunder bouw- en weiland, staande of gelegen in de buurt’ heeft stemrecht. Onder leiding van een buurtrichter wordt vergaderd over de financiën, over de bosgrond, de hei en de schaapskudden.
17
Buurtboeken De afspraken die tijdens de buurtspraken werden gemaakt, werden in buurtboeken vastgelegd. Van de papieren van de buurt Ede-Veldhuizen is nogal wat bewaard gebleven. Het oudste bewaard gebleven buurtboek dateert van het jaar 1596. Oudere jaargangen zijn helaas tijdens een grote brand in 1684 verloren gegaan.
18
Opdrachten Buurschappen A. Opdracht op school 1. Wat zijn buurtboeken?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. De mensen uit de buurt Ede Veldhuizen komen nog ieder jaar bij elkaar. Waar vergadert de buurt EdeVeldhuizen al eeuwenlang?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Hoe liepen de grenzen van de buurt Ede-Veldhuizen?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Noem nog enige buurten die niet meer bestaan.
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Wat was de taak van de buurtscheuter?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
19
Toetsvraag Stel je voor dat je aanwezig bent geweest bij een vergadering van de buurt. Naderhand kom je een aantal vrienden tegen. Schrijf eens op wat je aan hun zou vertellen over de mensen die aanwezig waren. Vertel ook wat er tijdens de bijeenkomst besproken is. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
20
B. Opdracht in het archief Welkom in het archief van de gemeente Ede! Hier ga je vandaag op zoek naar informatie over jouw onderwerp. Er liggen al twee bronnen voor jullie klaar om in te speuren naar extra informatie. De bronnen waarmee jullie gaan werken zijn een documentatieverzameling en een buurtboek. Documentatieverzameling map 1.5 1. De bron die jullie nu in handen hebben, noemen we een documentatieverzameling. Waarom noemen we het zo? Hoe ziet deze bron eruit?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. In de documentatieverzameling kan je veel informatie vinden. Zoek de antwoorden op deze vragen: - Hoe komt het dat de invloed van de buurten minder werd? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
- Waarom zijn bijna alle buurten uiteindelijk verdwenen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
- Wat is een vast gebruik op de jaarlijkse vergadering van de buurt Ede Veldhuizen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
- De buurt Ede Veldhuizen heeft onder water gestaan. Wanneer was dat en hoe kwam dat? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
21
Buurtboek van Ede Veldhuizen 3. Geef een beschrijving van het buurtboek. Hoe ziet het boek eruit, hoe oud is het, etc. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Kan je erachter komen wie de aantekeningen in het boek gemaakt heeft? Wie was dat? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
22
Onderwerp 3: Godsdienst in Ede Ongeveer vanaf de elfde eeuw waren de inwoners van de huidige gemeente Ede rooms-katholiek. Voor die tijd hadden de inwoners het Germaanse geloof. De oudste teksten die we over de eerste kerken in de gemeente bezitten, dateren uit de dertiende eeuw. Parochie Boerderijen die verenigd waren in buurschappen, vormden met elkaar parochies. Dat waren lokale gemeenschappen van gelovigen die werden bijgestaan door een parochiepriester of een kapelaan. In oude documenten wordt de Oude of Alexanderkerk in Bennekom in 1290 genoemd als de kapel van de parochie aldaar. In 1215 werd Otterlo als zelfstandige parochie genoemd. De kerk in Ede hoorde bij het zogeheten kapittel van St. Jan in Utrecht, een kerk met invloed buiten de stadsmuren. In de buurschap Lunteren bij Ede werd omstreeks 1425 een kapel gebouwd, gewijd aan de Heilige Antonius. Hervormd In de vijftiende en zestiende eeuw ontstond op grote schaal de behoefte om de katholieke kerk van binnenuit te hervormen. Belangrijke vertegenwoordigers van deze reformatie waren Luther, Zwingli en Calvijn. De paus en andere leiders binnen de kerk konden zich hier niet in vinden waardoor er een breuk kwam tussen de gereformeerden en de rooms-katholieken. Na de Reformatie had de hervormde kerk lange tijd het monopolie in Ede. Deze kerk werd door de gelovigen en door de overheid gefinancierd. Ook bezaten de kerken grond en boerderijen. Uit de pachten kon via de diaconie een groot aantal armen worden ondersteund. Andere geloven waren vrijwel afwezig in de gemeente.
23
Uit een telling die in 1809 is gedaan, blijkt dat in alle dorpen samen 4612 mensen woonden. Daarvan waren 4540 hervormd, 48 katholiek, 16 luthers, 7 joods en 1 mennoniet. Zondagsrust Op veel plaatsen in Nederland lopen kerken leeg, maar niet of nauwelijks in de gemeente Ede. In Ede is nog altijd een groot aantal van de inwoners godsdienstig. Dat blijkt onder meer uit de zondagsrust, de christelijke scholen, de vele lezers van christelijke kranten en het feit dat in 2010 ruim 46 procent van de stemmen in Ede bij de gemeenteraadsverkiezingen naar CDA, SGP en CU samen gingen. De vele kerkgebouwen zijn prominent aanwezig.
24
Opdrachten Godsdienst in Ede A. Opdracht op school 1. Noem eens drie mannen die de katholieke kerk wilden veranderen. Waarom wilden ze dat? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Hoe komt het dat de Oude Kerk in Ede vroeger katholiek was en nu protestant? Sinds wanneer is dat zo?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Wat was en is het voornaamste protestantse kerkgenootschap in Ede? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Hoe werd de kerk gefinancierd in vroeger tijden? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Ede is nog altijd behoorlijk godsdienstig. Waaraan kan je dit merken? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
25
Toetsvraag Vergelijk het interieur van een katholieke kerk, bijvoorbeeld de Antonius van Paduakerk aan de Stationsweg in Ede met een protestantse kerk in Ede, bijvoorbeeld de Oude kerk. Wat zijn de overeenkomsten en wat zijn de verschillen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
26
B. Opdracht Welkom in het archief van de gemeente Ede! Hier ga je vandaag op zoek naar informatie over jouw onderwerp. Er liggen al twee bronnen voor jullie klaar om in te speuren naar extra informatie. Jullie gaan werken met een stuk uit het archief van de Nederlands Hervormde Kerk. Het gaat om nr. 115 Kerkenraad 30 april 1946, nr. 9 1. Beschrijf hoe het archiefstuk eruit ziet. Is het groot of klein, dik of dun, hoe ziet het papier eruit etc. Geef ook aan hoe oud het stuk is. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Waar gaat dit stuk over? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Wat is een kerkenraadsvergadering? Wat is de diaconie? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Jullie tweede bron is een heel oude kaart. Deze is gemaakt door Nicolaes Geelkercken in 1642. 4. Geef een beschrijving van wat er op de kaart te zien is. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
27
5. Kijk nu een heel goed in de rechter bovenhoek. Als je goed kijkt zie je daar een kerkje. Welke kerk is dat denk je? En waarom denk je dat? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
28
Onderwerp 4: Edese kastelen In de gemeente Ede staan twee kastelen: Hoekelum en Kernhem. Beide worden regelmatig gebruikt als locatie voor bruiloften en partijen. Dat was in de middeleeuwen wel anders. Toen hadden de kastelen een belangrijke militaire functie. Vanuit Gelderse kastelen, waaronder Hoekelum en Kernhem, werd het Hertogdom Gelre tegen vijanden beschermd. Statige huizen Iemand die nu gaat kijken bij kasteel Hoekelum en huis Kernhem ziet statige, een beetje klassiek aandoende huizen. Ze lijken helemaal niet op de kastelen die zeven eeuwen geleden op hun plek stonden. Dat waren sobere, bakstenen huizen, met nauwelijks of geen ramen. Misschien hadden de versterkte huizen destijds een toren, zeker weten doen we dat niet. In ieder geval zullen het donkere, spaarzaam gemeubileerde panden geweest zijn. Gezelligheid en comfort waren niet echt belangrijk. Het ging er in de eerste plaats om, dat vanuit de kastelen het omliggende gebied verdedigd kon worden. De kastelen werden bewoond door een heer, zijn familie en het personeel. De kasteelheer had de opdracht om namens de hertog van Gelre een gedeelte van het hertogdom te besturen. Daarnaast moest hij, samen met soldaten die ook in het kasteel gelegerd waren, het hertogdom beschermen tegen vijandelijke invallen. Dreiging van buiten In de dertiende en veertiende eeuw groeide Gelre uit tot een krachtige zelfstandige staat. Het gebied was toen een stuk groter dan het huidige Gelderland. Er bestond veel dreiging van buitenaf: verschillende vorsten wilden Gelre inlijven. De Gelderse hertogen voelden daar weinig voor en verzetten zich hevig. Eerst
29
tegen het Sticht, het gebied van de bisschop van Utrecht. Later verzetten ze zich tegen de Bourgondische vorsten. Een Gelderse linie van kastelen, van het noorden naar het zuiden vormde een belangrijke barrière voor de vijand. Hoekelum en Kernhem waren onderdeel van deze linie. Gelre wist lange tijd zelfstandig te blijven. Terwijl rond 1400 de Bourgondiërs de omliggende staten een voor een inlijfden, bleef Gelre onaangetast. Maar na vele jaren van onrust werd in 1543 ook Gelre aan het grote Bourgondische rijk toegevoegd. Een nieuw huis op de oude plek Na 1543 verloren de kastelen hun militaire functie. Sommige vervielen tot ruïnes. Dat gebeurde ook met kasteel Kernhem. Op de brokstukken van het oude kasteel werd in 1803 een nieuw huis gebouwd. Ook kasteel Hoekelum werd opnieuw gebouwd, vermoedelijk al rond 1552. In de loop van de eeuwen woonden veel verschillende families in de huizen. Elk van hen bracht veranderingen aan. Tegenwoordig worden zowel Kernhem en Hoekelum niet meer bewoond. Het zijn nu sfeervolle feestlocaties.
30
Opdrachten Edese kastelen A. Opdracht op school 1. Waarom waren er in Ede en omgeving in de Middeleeuwen kastelen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Jullie kennen de plaatjes van oude kastelen met dikke muren en vier torens. Zo hebben kastelen er niet altijd uitgezien. Hoe begon het en hoe heeft het zich ontwikkeld? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Vanaf de 16de/17de eeuw waren kastelen niet meer nodig als verdedigingswerk. Waarom eigenlijk niet? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Veel oude kastelen werden na de 18de eeuw afgebroken en later opnieuw weer opgebouwd. Hoe zagen ze er toen uit? Denk aan Hoekelum en Kernhem. Vergeet de tuinen niet! ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
31
5. Op de kastelen woonden adellijke dames en heren. Zoek naar de beknopte geschiedenis van de heren van Kernhem of Hoekelum. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Toetsvraag De mensen die in Ede woonden, hadden nog wel eens te maken met de adellijke families die in Kernhem woonden. Geef eens twee voorbeelden waaruit blijkt dat de bewoners van Kernhem belangrijk waren voor de mensen in Ede. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
32
B. Opdracht in het archief Welkom in het archief van de gemeente Ede! Hier ga je vandaag op zoek naar informatie over jouw onderwerp. Er ligt al een bron voor jullie klaar om in te speuren naar extra informatie. Jullie mogen zoeken in het oude archief van huis Kernhem. Het archiefstuk heet: archief Kernhem 285 1. Beschrijf hoe het archiefstuk eruit ziet. Is het groot of klein, dik of dun, hoe ziet het papier eruit etc. Geef ook aan hoe oud het stuk is. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Wie was Graaf Bentinck? Wat had hij met Ede te maken?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Volgens dit stuk verkocht Graaf Bentinck veel grond. Waarom kon hij dat doen?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Er is een koper die heel veel grond kocht, volgens deze bron. Wie was dat? En wat deed die met de grond, denk je? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Ga in de fotocollectie van het archief eens op zoek naar afbeeldingen van de kastelen. Dat kan met behulp van de computers. Bewaar een aantal afbeeldingen voor je presentatie.
33
34
Onderwerp 5: Gemeente Ede Het gemeentehuis is de plek waar we naar toe gaan om een rijbewijs of paspoort aan te vragen. Ook voor een bouwvergunning of het aangeven van een pasgeboren kindje moeten we bij de gemeente zijn. Hier wordt een groot aantal zaken voor de inwoners van de gemeente geregeld. Ons land kent ruim 400 gemeenten. Ede is er daar een van. Lokaal bestuur Lange tijd werden dorpen en steden bestuurd door de adel en de geestelijkheid. Toen Nederland aan het einde van de achttiende eeuw onder het bewind kwam van de Fransen, veranderde dit. De Fransen richtten gemeenten in waarin burgers zelf het plaatselijk bestuur vormden. Dit sloot aan bij het ideaal van de Franse Revolutie waarin werd gestreden voor vrijheid, gelijkheid en broederschap. Napoleon, de Franse keizer, had de wens om het bestuur van zijn gebied zo efficiënt mogelijk in te richten. Voorheen noteerden de kerken de namen van de mensen in doop-, trouw- en begrafenisregisters. Vanaf het begin van de negentiende eeuw gingen de gemeenten deze zaken bijhouden in de Burgerlijke Stand. Vandaar dat wij tot op de dag van vandaag hiervoor naar het gemeentehuis moeten. Het huis der gemeente Ede, Lunteren, Otterlo en Bennekom werden in 1818 samengevoegd. In eerste instantie vergaderden de burgemeester en zijn medewerkers in een herberg. Maar op een gegeven moment ontstond de behoefte aan een permanente plek. Daarom werd in 1864 een gebouw gekocht aan de Grootestraat, die nu Notaris Fischerstraat heet. Dit werd het eerste gemeentehuis. Het huidige gemeentehuis is gebouwd tussen 1972 en 1977.
35
Het bestuur van de gemeente De burgemeester is verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde in de gemeente. Het is zijn taak om overlast en ordeverstoringen tegen te gaan. Hij moet gevaar voorkomen en zorgen dat het dagelijks leven niet wordt verstoord. Hij heeft gezag over de politie en bestuurt met anderen de brandweer. Het besturen van de gemeente doet de burgemeester met de wethouders. Samen vormen zij het college van burgemeester en wethouders. In tegenstelling tot wat nog wel eens wordt gedacht, zijn zij niet de baas van de gemeente. Dat is de gemeenteraad die bestaat uit vertegenwoordigers van de inwoners van Ede. De gemeenteraadsleden worden een keer in de vier jaar bij de lokale verkiezingen gekozen. Of het gaat om de bouw van de openbare scholen, het verlenen van een vergunning voor een popconcert of het ophalen van huisvuil: de raad beslist.
36
Opdrachten Gemeente Ede A. Opdracht op school 1. Wie heeft ervoor gezorgd dat we in Nederland de Burgerlijke Stand kennen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Hoeveel mensen wonen er nu in Ede? En hoeveel waren dat er in 1818? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Uit welke dorpen bestaat de gemeente Ede? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. In welke gebouwen en waar vergaderde het gemeentebestuur van Ede? Zoek eens foto’s van gemeentehuizen op en bewaar deze goed. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. In 1942 was er brand in het gemeentehuis van Ede. Daardoor werd een belangrijk archief vernietigd. Welk archief was dat en wat stond daarin? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
37
Toetsvraag Een familielid uit het buitenland is op bezoek bij jou. Hij wil graag van jou weten wat precies bedoeld wordt met gemeente Ede. Vertel hem in je eigen woorden wat de gemeente Ede is. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
38
B. Opdracht in het archief Welkom in het archief van de gemeente Ede! Hier ga je vandaag op zoek naar informatie over jouw onderwerp. Er ligt al een aantal archiefstukken voor jullie klaar om in te speuren naar extra informatie. Documentatieverzameling, map 1.5 1. Het stuk dat jullie nu in handen hebben, noemen we een documentatieverzameling. Waarom noemen we het zo? Hoe ziet deze bron eruit? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. In deze documentatieverzameling vind je informatie over gemeentehuizen. Zoek op waarom rondom het huidige gemeentehuis in het verleden veel ophef is geweest. Waaruit bestond die ophef? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Inventarisnummer 351 3. Ede heeft een eigen gemeentewapen. Hoe ziet dat eruit? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Wanneer is dat wapen aan Ede verleend en door wie? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
39
Kaart Geelkerken (van 1654), diverse plattegronden, kaart 1, 7, 8, 15 en laatste uitgegeven plattegrond 5. Waar was de eerste concentratie van bewoners in het huidige Ede? En wat is de laatste woonwijk die is gebouwd? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
40
Onderwerp 6: Belgische vluchtelingen op de hei Op de Ginkelse hei, vlakbij restaurant Juffrouw Tok en de schaapskooi, liggen enkele gedenkstenen en wat funderingen. Dit zijn herinneringen aan een ‘vluchtoord’ waarin ruim drieënvijftighonderd Belgische vluchtelingen woonden tijdens de Eerste Wereldoorlog. Kamp of vluchtoord Toen in 1914 de Eerste Wereldoorlog uitbrak, bleef Nederland neutraal. België raakte wel betrokken en werd grotendeels door het Duitse leger veroverd. Daarbij werden burgers en hun bezittingen niet gespaard. Om die reden trokken heel veel Belgen naar het veilige Nederland. Na de val van Antwerpen op 10 oktober 1914 waren er ongeveer één miljoen Belgen in Nederland. Hoewel een groot deel spoedig terugkeerde, bleven meer dan honderdduizend van hen in ons land achter. Zij die geld hadden, zochten zelf ergens onderdak, maar voor de armen zocht de regering een oplossing in ‘oorden’. De vluchtelingen werden verdeeld in verschillende groepen: de gevaarlijke of ongewenste elementen, de minder gewensten en de fatsoenlijke behoeftigen. In Nunspeet kwamen vluchtoorden voor raddraaiers en criminelen, in Oldebroek en Harderwijk werden militairen opgesloten. Vluchtoorden voor de fatsoenlijke behoeftigen kwamen in Uden, Gouda en Ede. Bewaking Dat in Ede een groot oord kwam, had te maken met de ruimte op de hei en de vervoersmogelijkheden via het spoor. De gemeenteraad reageerde aanvankelijk terughoudend. Er waren al achtduizend militairen uit het hele land in Ede gelegerd en nu kwamen er ook Belgen.
41
De gemeenteraad maakte zich zorgen over de openbare orde en de waarden en normen. Om die reden werd het oord ‘bewaakt’ door Belgische padvinders. Wie eruit wilde, moest een pasje hebben, behalve op zondag. Op zondag mochten Nederlanders komen kijken. Zij betaalden vijftig cent voor een toegangskaartje. Dorpen Het vluchtoord bestond uit de woondorpen Maasdorp, Scheldedorp en Leyedorp. Ieder dorp had een eetzaal waarin duizend mensen konden eten en een aantal slaapzalen. De slaapzalen waren verdeeld in wooneenheden, gescheiden door gordijnen. In elke wooneenheid konden maximaal vijf personen wonen. Op iedere acht eenheden was een chef die toezicht hield op eten, orde en hygiëne. Alle vertrekken hadden centrale verwarming, wat voor die tijd zeer modern was. Ook was er stromend water en elektrisch licht in het kamp. Dat waren voorzieningen die in het dorp Ede in die tijd nog lang niet in alle woningen aanwezig waren. Er waren recreatievoorzieningen, een schooltje, kraamkliniek en kerk. Buiten het vluchtoord werden 153 huizen gebouwd met geld uit Denemarken. Dit werd het Deense dorp genoemd. Na de oorlog werden deze woningen naar België verplaatst. In 1917 werd het oord gesloten en moesten de bewoners nog een jaar naar Nunspeet. Enkele vluchtelingen bleven in Ede en keerden niet terug. Tot ver na de Tweede Wereldoorlog keerden de ex-vluchtelingen terug naar Ede. De laatste persoonlijke ontmoetingen tussen Edenaren en groepen ex-vluchtelingen dateren uit de jaren negentig.
42
Opdrachten Belgische vluchtelingen op de hei A. Opdracht op school 1. Waarom kwamen in 1914 zo veel Belgische vluchtelingen naar Nederland? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Hoe werden de vluchtelingen in Nederland opgevangen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Waarom kwam er ook een vluchtoord in Ede? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Waar waren nog meer vluchtoorden? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Was er verschil tussen de vluchtoorden in ons land? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
43
6. Waarom was er bewaking? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
7. Hoe was het kamp ingedeeld? Wat waren de faciliteiten? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
8. Wat was het Deense Dorp? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
9. De kinderen van de Belgische vluchtelingen vonden het fijn in Ede. Waarom denk je? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
10. Zijn er nog herinneringen in Ede van die periode? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
44
Toetsvraag Nederland was tijdens de Eerste wereldoorlog 1914-1918 neutraal. Wat betekende dat? Hoe moest Nederland reageren op de oorlogvoerende partijen ? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
45
B. Opdracht in het archief Welkom in het archief van de gemeente Ede! Hier ga je vandaag op zoek naar informatie over jouw onderwerp. Er liggen archiefstukken voor jullie klaar om in te speuren naar extra informatie. Het archiefstuk waarmee jullie gaan werken komt uit het bevolkingsregister. 1. Beschrijf hoe het archiefstuk eruit ziet. Is het groot of klein, dik of dun, hoe ziet het papier eruit etc. Geef ook aan hoe oud het stuk is. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Welke informatie kan je in een bevolkingsregister vinden? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Over wie gaat de informatie op deze pagina? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Wat heeft dit archiefstuk te maken met de Belgische vluchtelingen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5.… Wie zijn de ouders van dit kind, hoe oud waren zij en waar kwamen zij vandaan? Wat weet je nog meer over zijn vader?
……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
46
Het tweede archiefstuk is een krantenknipsel (17-9-1989) 6. Waar gaat het artikel over? Waar kwamen de Belgen vandaan? Waarom uit die plaats? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
7. In het artikel wordt gesproken over Rik de Roover. Wie was dat? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
8. Wie was Bob Fol? Bij het Belgenmonument is een herinnering aan hem geplaatst. Hoe ziet dat er uit? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
9. Waarom hebben we nu geen uitwisselingen meer? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
10. In het archief van Ede zijn veel foto’s van het vluchtelingenkamp. Zoek er een paar op en bewaar deze zodat je ze kan gebruiken voor je presentatie. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
47
48
Onderwerp 7: ENKA In 1922 werd in Ede de ENKA gebouwd. Deze fabriek was bijna een eeuw lang de grootste werkgever van Ede. De naam Enka is afkomstig van de letters N en K van de N.V. Nederlandsche Kunstzijdefabriek. In 2003 is de fabriek gesloten. Kunstzijde In het midden van de negentiende eeuw nam de vraag naar textiel toe. De stoffen die werden gebruikt voor de vervaardiging van textiel waren duur. Daarom zochten wetenschappers een goed en goedkoop alternatief. De uitvinding van kunstzijde aan het einde van de negentiende eeuw was de oplossing voor het probleem. In 1911 werd in Arnhem een kunstzijdefabriek gevestigd. De vraag naar het product werd zo groot, dat in Ede in 1922 de tweede kunstzijdefabriek werd geopend. Vestigingsplaats Ede De oprichter van de fabriek, de heer J.C. Hartogs, had een aantal goede redenen om zijn tweede vestiging in Ede te bouwen. In de eerste plaats was in Ede goed grondwater aanwezig. Dat was voor de productie van kunstzijde erg belangrijk. Daarnaast was de bouwgrond in Ede goedkoop. Hartogs betaalde 10 cent per vierkante meter. Het feit dat Ede aan de spoorlijn lag, was de derde reden voor Hartogs om naar Ede te komen. Dankzij de spoorlijn konden grondstoffen en producten van en naar de fabrieken worden vervoerd. Roep om vrouwelijke arbeiders In de fabriek werkten veel jonge vrouwen. Met hun fijne handen waren ze onmisbaar bij de nabewerking van het textielproces. In Ede woonden echter niet voldoende vrouwelijke arbeiders. Daarom werd in heel Nederland vrouwelijk personeel geworven. De meisjes werden elke dag met speciale bussen naar de fabriek gebracht of kwamen per trein. In het midden van de jaren twintig togen dagelijks drieduizend jonge vrouwen naar de fabriek.
49
Strenge regels Directeur Hartogs hanteerde strenge regels voor zijn personeel. Tijdens het werk mocht niet gepraat worden en naar het toilet gaan kostte een cent. De werktijden waren lang, de schafttijd duurde slechts twintig minuten. Zelfs nog in de jaren zestig moesten arbeiders zes dagen per week werken. Vanaf 1924 werd ook op zondag gewerkt, zeer tegen de zin van de gemeenteraad. Wat betekende de ENKA voor Ede? De lange reistijden hadden een negatieve invloed op de productiviteit van de arbeiders. Daarom liet de ENKA-directie in Ede huizen bouwen voor het personeel. Zo konden de werknemers ook beter in de gaten gehouden worden. Om de arbeiders tevreden te houden, organiseerde de fabriek allerlei vermaak. Er kwamen verschillende verenigingen, een verenigingsgebouw en een zwembad. Ook werden er scholen voor de kinderen gebouwd. Vanaf de jaren zestig nam de ENKA werknemers uit landen als Spanje en Turkije aan. Dit droeg bij aan de multiculturele samenleving in Ede. (Zie: Vestiging van immigranten in Ede) Woonwijk De ENKA fabriek sloot in 2003. Kunstzijdeproductie in Nederland was te duur geworden. Op het oorspronkelijke ENKA terrein is sinds 2011 een woonwijk ontstaan. De wijk doet recht aan de historie van de plek. Monumentale panden die zijn blijven staan, hebben een nieuwe functie gekregen en zijn ingepast in de nieuwe wijk.
50
Opdrachten ENKA A. Opdracht op school 1. Wat betekent ENKA? De ENKA veranderde in zijn bestaan enkele keren van naam. Zoek op internet op waarom ze dat deden. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Wanneer kwam de ENKA naar Ede en waarom? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Wie was de oprichter van de fabriek? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Waarom had de fabriek zoveel meisjes nodig? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Wat waren de arbeidsomstandigheden in de ENKA? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
51
6. Wat betekende de ENKA voor de Edese samenleving? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
7. Wanneer werd de ENKA gesloten en waarom? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
Toetsvraag Aan het einde van de 19e eeuw werd er een uitvinding gedaan die een groot probleem oploste. Wat was het probleem en hoe werd het opgelost? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
52
B. Opdracht in het archief Welkom in het archief van de gemeente Ede! Hier ga je vandaag op zoek naar informatie over jouw onderwerp. Er liggen al twee archiefstukken voor jullie klaar om in te speuren naar extra informatie.
Het eerste archiefstuk waarmee jullie gaan werken is een bouwvergunning (Enka archief doos 60). 1. Beschrijf hoe het archiefstuk eruit ziet. Is het groot of klein, dik of dun, hoe ziet het papier eruit etc. Geef ook aan hoe oud het stuk is. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Waarvoor werd dit stuk gebruikt en welke informatie kan je in dit stuk vinden? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Wat kan je zoal op deze tekening zien? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
De tweede bron zijn kaarten, ook wel Bonnebladen genoemd. 4. Zoek op de Bonnebladen het Enka terrein op. Op welk Bonneblad wordt de Enka voor het eerst getekend? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
53
5. Wat was er op dat terrein voor de Enka werd gebouwd? En wat staat er nu op het ENKA-terrein? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
6. In het gemeentearchief bewaren we veel foto’s van de Enka. Zoek er een aantal op en bewaar deze zodat je ze kan gebruiken voor je presentatie.
54
Onderwerp 8: Ede in de Tweede Wereldoorlog Elk voorjaar rept een groep leerlingen uit Ede zich met borstels en poetsdoeken naar de hellingen van de Paasberg. Daar staat het Mausoleum: een langgerekt beeldhouwwerk dat alle namen en, heel bijzonder, een aantal graven bevat van verzetsstrijders uit Ede. Het Mausoleum wordt ieder jaar door een andere school geadopteerd. Gevechten In de Tweede Wereldoorlog was Ede betrokken bij enkele gevechtshandelingen. In september 1944 ging Operatie Market Garden van start met een bombardement op Ede. In oktober 1944 moesten van de Duitsers alle mannen tussen de 17 en 60 jaar worden ingezet voor graafwerkzaamheden bij de stellingen aan de Rijn. De geallieerden lagen toen aan de overkant. In de nacht van 16 op 17 april 1945 vond een veldslag plaats in Otterlo. Canadese troepen waren de IJssel overgestoken en slaagden erin vluchtende Duitse troepen in te sluiten. In de nacht probeerde een Duitse groep van achthonderd man via Otterlo de Grebbelinie te bereiken die nog in Duitse handen was. Een chaotisch gevecht vond plaats. De Canadezen kwamen in moeilijkheden doordat hun radio slecht functioneerde. Pas de volgende dag braken tanks, ondersteund door vlammenwerpers, door en gaven de Duitsers zich over. Zij telden driehonderd doden en gewonden, terwijl bij de Canadezen vijftig mannen sneuvelden. Onder de dorpsbewoners vielen vier doden. Na de oorlog hielpen de Canadezen in Ede met het herstel van gebouwen en het openluchttheater en zochten ze stenen in de Betuwe voor het Mausoleum.
55
Verzet In de verschillende kernen in de gemeente waren tijdens de Tweede Wereldoorlog verzetsgroepen actief. In Ede maakte onder anderen Henk Wildenburg deel uit van een groep. Hij hielp bij het vluchten van geallieerde piloten en het regelen van onderduikadressen. Ook Janny Laupman hoorde bij de verzetsgroep. Zij werkte in het gemeentehuis en kon daar zowel belangrijke inlichtingen verkrijgen als gegevens vervalsen. Andere bekende verzetshelden waren Bart van Elst, Johannes Kelderman, Herman Roelofsen en de gebroeders Willem en Hendrik van der Mheen. Lunteren Voor Lunteren is deze tijd misschien wel de zwartste bladzijde uit de geschiedenis. Mussert, de leider van de NSB, kocht in Lunteren van een rijke NSB’er een stuk heidegrond. Hij wilde hier een ‘Nationaal tehuis’ voor zijn partij maken. Waarschijnlijk koos hij voor Lunteren omdat het centraal in Nederland ligt. Bovendien werd op de Goudsberg, waar het stuk grond lag, in de middeleeuwen recht gesproken en deed het daarvoor al dienst als Germaanse cultusplaats. Het gebied werd als een openlucht amfitheater ingericht. Een grote gemetselde muur met een spreekgestoelte, de muur van Mussert, begrensde het terrein. Van 1936 tot 1940 werd hier jaarlijks een ledendag gehouden. Villa’s In de Lunterse villa’s De Eekhoorn en De Wormshoef was een afdeling van de Sicherheitsdienst gevestigd. Abraham Kip (later gevlucht naar Argentinië) en Ries Jansen (later geëxecuteerd) probeerden met martelingen gegevens uit opgepakte mensen te krijgen. Ook werden hier verzetslieden gevangen gehouden die waren opgepakt na een mislukte wapendropping op 8 en 9 maart 1945.
56
Opdrachten Ede in de Tweede Wereldoorlog A. Opdracht op school 1. Wat is het Mausoleum en waar kan je het vinden? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. In welk deel van Ede vond in april 1945 een veldslag plaats en hoe liep die af? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Noem vijf verzetsmensen uit Ede en vertel hoe zij in verzet kwamen? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
4. Waarom was voor Lunteren de Tweede Wereldoorlog de zwartste bladzijde uit de geschiedenis? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
5. Waar was in Ede een militair vliegveld en hoe heette het? En hoe kwam een einde aan dit vliegveld? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
57
B. Opdracht in het archief Welkom in het archief van de gemeente Ede! Hier ga je vandaag op zoek naar informatie over jouw onderwerp. Er ligt al een archiefstuk voor jullie klaar om in te speuren naar extra informatie.
Documentatieverzameling WOII 1. Het stuk dat jullie nu in handen hebben, noemen we een documentatieverzameling. Waarom noemen we het zo? Hoe ziet deze bron eruit? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
2. Zoek in de documentenverzameling wat het plan was van de operatie Market Garden en geef een beschrijving. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
3. Wat was het gevolg van het mislukken van de operatie Market Garden voor een deel van de bevolking? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
In het archief hebben we ook een aantal boeken over de oorlog. Zoek in Luchtoorlog boven Ede (GAE 1075 3.3) antwoord op de vraag: ‘ 4. In Ede zijn verschillende crashes geweest. Noem er een paar. En waarom waren die crashes juist hier? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
58
5. Ieder jaar vindt op de hei bij Ede in september een herdenking plaats. Weet jij wat er dan herdacht wordt? ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
6. In het gemeentearchief bewaren we veel foto’s van gebeurtenissen in de oorlog en van de bevrijding. Zoek een aantal foto’s van de bevrijding op en bewaar deze zodat je ze kan gebruiken voor je presentatie.
59
60