Aan: de heer D.W. Cazant Gieltjesdorp EK Kockengen. Geachte heer Cazant,

Afdeling Vergunningverlening

Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht

Aan: de heer D.W. Cazant Gieltjesdorp 28 3628 EK Kockengen

Datum Nummer Uw brief van Uw nummer Bijlage

16 augustus 2007 2007INT204646 1. kadastrale kaart

Tel. 030-2589111 Fax 030-2583042 http://www.provincie-utrecht.nl

Team Referentie Doorkiesnummer Faxnummer E-mailadres Onderwerp

Bodemsanering H. Schinkelshoek 030 2583408 030 2582990 [email protected] Beschikking ernst en spoedeisendheid Gieltjesdorp 27 te Kockengen, code UT0311/00153

Geachte heer Cazant, 1

Inleiding

Wij, gedeputeerde staten van Utrecht, hebben op 23 juli 2007 een rapport van een nader bodemonderzoek als bedoeld in artikel 1 van de Wet bodembescherming (Wbb) van u ontvangen. Met toepassing van artikel 29, lid 1, onder a, van de Wbb nemen wij hierbij een besluit omtrent de ernst en spoedeisendheid van het geval de bodemverontreiniging op deze locatie. Bij deze melding zijn diverse bodemonderzoeksrapporten bijgevoegd. Deze rapporten zijn opgesomd in paragraaf 4.1 van deze beschikking. Het kadastrale perceel waarvan de bodem is onderzocht en waar verontreiniging is aangetoond, is: Kadastrale gemeente Sectie Nummer Kockengen E 724 De onderzoekslocatie is aangegeven op de kadastrale kaart die als bijlage bij deze beschikking is gevoegd. 2

Beschikking

De verrichte bodemonderzoeken hebben wij aan de daartoe bij of krachtens de Wbb gestelde eisen getoetst. De onderzoeken voldoen in voldoende mate aan de wettelijke eisen en onderzoeksprotocollen. Aan de hand van deze onderzoeksgegevens besluiten wij met toepassing van de artikelen 29 lid 1 van de Wbb, het volgende.

Beschikkingnummer: 2007int204646 Gieltjesdorp 27 te Kockengen, code UT031100153

16 augustus 2007 pagina 1

Geval 1. Gedempte sloot Ter plaatse van het hierboven genoemde perceel is sprake van een geval van ernstige verontreiniging als bedoeld in artikel 29 lid 1, van de Wbb. Gelet op het huidige of het toekomstige gebruik van de ernstig verontreinigde bodem is er geen sprake van zodanige risico’s voor mens, ecosysteem en/of verspreiding van de verontreiniging dat spoedige sanering als bedoeld in artikel 37 van de Wbb, noodzakelijk is. Geval 2. Bovengrondse gasolietank Ter plaatse van het hierboven genoemde perceel is sprake van een geval van niet-ernstige verontreiniging als bedoeld in artikel 29 lid 1, van de Wbb.

3

Inspraak

Bij de voorbereiding van deze beschikking hebben wij met toepassing van artikel 6.1 lid 3 van de Provinciale milieuverordening Utrecht, afgezien van het toepassen van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). We hebben dan ook geen ontwerpbeschikking ter inzage gelegd. Van deze beschikking wordt een publicatie gedaan in een plaatselijk huis-aan-huis blad.

4 4.1

Overwegingen die ten grondslag liggen aan deze beschikking Rapporten

De volgende rapporten liggen ten grondslag aan deze beschikking: A “Verkennend bodemonderzoek Gieltjesdorp 27 te Kockengen”, Grondslag bodemkwaliteitsbureau, referentie: project 10310, 7 oktober 2005; A “Rapportage GM 07035 aanvullend en nader bodemonderzoek Gieltjesdorp 27 te Kockengen”, Van Gog Milieu Onderzoek en Advies BV, referentie: GM07035, 22 juni 2007. 4.2

Toetsingskader geval van ernstige bodemverontreiniging

Van een geval van verontreiniging is sprake indien de verontreiniging van de bodem betrekking heeft op grondgebieden die vanwege die verontreiniging, de oorzaak of de gevolgen daarvan in technische, organisatorische en ruimtelijke zin met elkaar samenhangen (zie artikel 1 van de Wbb). Van een geval van ernstige bodemverontreiniging is sprake indien in minimaal 25 m3 bodemvolume in het geval van grond- of sedimentverontreiniging of in 100 m3 bodemvolume in het geval van grondwaterverontreiniging, voor tenminste één stof de gemiddelde gemeten concentratie hoger is dan de interventiewaarde (zie Circulaire bodemsanering van 1 mei 2006, Stcrt.2006, 83), alsmede de Circulaire Streef– en interventiewaarden bodemsanering van 4 februari 2000 (Stcrt. 24 februari 2000)).



4.3

Verontreinigingen grond en grondwater

Geval 1. Gedempte sloot Uit de hierboven aangehaalde bodemonderzoeksrapporten blijkt dat in de grond van het in paragraaf 1 genoemd perceel polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK) zijn aangetroffen in een gemiddeld gehalte dat hoger is dan de vastgestelde interventiewaarde. Deze verontreiniging is aangetroffen in een bodemvolume van circa 35 m3 vanaf het maaiveld tot 1,5 meter beneden maaiveld. Conclusie geval 1 Omdat het gemiddelde gehalte gemeten in grond van PAK in minimaal 25 m3 hoger is dan de interventiewaarde voor deze stoffen is er sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging. Geval 2. Bovengrondse gasolietank Uit de hierboven aangehaalde bodemonderzoeksrapporten blijkt dat in het grondwater van het in paragraaf 1 genoemd perceel minerale olie is aangetroffen in een gemiddelde concentratie, die hoger is dan de vastgestelde interventiewaarde. Deze verontreinigingen zijn aangetroffen in een bodemvolume van circa 40 m3 op een diepte vanaf de grondwaterstand op circa 0,4 meter beneden maaiveld tot circa 1,5 meter beneden maaiveld. Plaatselijk worden in het grondwater benzeen en xyleen aangetroffen in concentraties boven de streefwaarden en naftaleen aangetroffen in concentraties boven de tussenwaarde (T=(S+I)/2) voor deze stoffen. In de grond is minerale olie plaatselijk in een gehalte boven de streefwaarde aangetroffen. De aangetroffen verontreinigingen in zowel de grond als het grondwater hangen in technische, organisatorische en ruimtelijke zin met elkaar samen. Conclusie geval 2 Omdat de gemiddelde concentratie gemeten in grondwater van minerale olie voorkomt in een bodemvolume van minder dan 100 m3 is er sprake van een geval van niet-ernstige bodemverontreiniging. De omvang van de verontreinigingen in de grond en het grondwater zijn op basis van de interventiewaardecontour aangegeven op de kadastrale kaart die als bijlage 1 bij deze beschikking is gevoegd. De verrichte bodemonderzoeken voldoen naar het oordeel van ons college in voldoende mate aan de daartoe bij of krachtens de Wbb gestelde eisen om de ernst en spoedeisendheid te kunnen vaststellen. 4.4

Risicobeoordeling, spoedeisendheid en saneringstijdstip

Het toetsingskader voor de risicobeoordeling is vastgelegd in de Circulaire bodemsanering 2006 van 1 mei 2006 (Stcrt.2006, 83). De standaard en locatiespecifieke risicobeoordeling betreffen de vraag of de aangetroffen ernstige verontreiniging al dan niet onaanvaardbare risico’s oplevert



voor de mens, het ecosysteem of van verspreiding, gelet op de huidige of toekomstige gebruiksfunctie van het onderhavige perceel. Uit de standaard risicobeoordeling voor geval 1 blijkt dat er geen sprake is van risico’s voor mens, ecosysteem dan wel risico van verspreiding van de verontreiniging.

5

Kadastrale inschrijving

Krachtens het bepaalde in artikel 55 Wbb zal ons college een afschrift van dit besluit, met een kadastrale kaart van het perceel waarop dit besluit betrekking heeft, ter inschrijving aanbieden aan de Rijksdienst van het Kadaster en de Openbare Registers. Het besluit wordt ingeschreven op basis van de interventiewaardecontour van de verontreiniging in de grond. Deze contour is weergegeven op bijgevoegde kadastrale tekening. Het te registreren kadastrale percelen is: Kadastrale gemeente Kockengen

Sectie E

Nummer 724

Oppervlakte 60 m2

WBD WBD

*WBD het besluit betreft een gedeelte van het perceel

De locatie is aangegeven op de kadastrale kaart die als bijlage bij deze beschikking is gevoegd.

6

Bezwaar

Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na de bekendmaking tegen dit besluit schriftelijk bezwaar maken. Zij moeten dan bij ons een bezwaarschrift indienen: Gedeputeerde Staten van Utrecht, ter attentie van de secretaris van de Awb-adviescommissie Water en Milieu, Postbus 80300, 3508 TH Utrecht. Na indiening van een bezwaar kan een verzoek om voorlopige voorziening (inclusief schorsing) worden ingediend bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 ED Den Haag. Aan een verzoek om voorlopige voorziening, zijn kosten verbonden, het griffierecht. Deze bedragen € 143,- voor een natuurlijk persoon en € 285,- voor een rechtspersoon. Onder vermelding van de code UT0311/00153 kan over deze beschikking nadere informatie worden gevraagd bij het team Bodemsanering van onze provincie, telefonisch bereikbaar: 0302583306. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Utrecht, namens hen,

mr. D.A.E. van Egmond-Bleumink afdelingsmanager Vergunningverlening



Een kopie van deze brief is verzonden naar: - Kadaster en Openbare Registers, Postbus 85001, 3508 AA Utrecht; - Gemeente Breukelen , t.a.v. H.P. Polman, Postbus 116, 3620 AC Breukelen; - Milieudienst Noord-West Utrecht , t.a.v. Afd. Leefomgeving en Bedrijven, Cluster bodem, Postbus 242, 3620 AE Breukelen.



datum ontvangst (B10) : 02-08-2007 melder : Milieudienst Noord-West Utrecht Kadastrale gemeente Kockengen

Sectie E

Nummer 724

Rapporten: N Verkennend onderzoek NEN 5740, door Grondslag bodemkwaliteitsbureau, referentie: project 10310, datum 7 oktober 2005 N Nader onderzoek, door Van Gog BV milieu consultants, referentie: rapportage GM07035, datum 22 juni 2007 Type contour: Overschrijding: Oppervlakte grond (m2): Volume grond (m3): Stof: EOX/EOCl Stof: Zink

Grond >T 0 0 Concentratie: 1,3 Concentratie: 350

Type contour: Overschrijding: Oppervlakte grond (m2): Volume grond (m3): Stof: PAK-totaal (10 VROM)

Grond >I 58 35 Concentratie: 1200

Type contour: Overschrijding: Oppervlakte grond (m2): Volume grond (m3): Stof: Minerale Olie

Grondwater >I 40 40 Concentratie: 5800

Voorgenomen bovengrond: Voorgenomen ondergrond: Grondoppervlakte (m2): Grondvolume (m3): Grondwatervolume (m3): Afvoer grond reinigen (ton): Afvoer grond stort (ton): Afvoer grond hergebruik (ton): Aanvoer grond schoon (ton): Aanvoer grond verontreinigd (ton): Kosten SEB/ISV: Kosten samenloop:


voll. verw., aanvulgrond schoo stabiel, geen restverontr./zor 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0


Aan: de heer D.W. Cazant Gieltjesdorp EK Kockengen. Geachte heer Cazant,

Recommend Documents