Provinciaal Blad
Nr. 2012/82
16 mei 2012
ISSN: 0920-069X
HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH Regionaal Programma Bedrijventerreinen (RPB) Stadsregio HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH
GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Maken bekend dat zij op 15 mei 2012 onder zaaknummer 2011-020861 het volgende hebben besloten GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Gelet op artikel 158, eerste lid, onder a, Provinciewet BESLUITEN Vast te stellen Regionaal Programma Bedrijventerreinen (RPB) Stadsregio De integrale tekst van het RPB Stadsregio (documentnummer 01274671) ligt ter inzage in het Huis der Provincie, Markt 11 te Arnhem. Bij wijze van samenvatting wordt hieronder volstaan met de belangrijkste RPB-afspraken: RPB Stadsregio op hoofdlijnen: 1. Regionale confrontatie vraag en aanbod De Stadsregio programmeert de bedrijventerreinen in drie subzones, te weten A15, A12 en A73. Voor de provincie is met name het regiototaal van belang als optelsom van de drie zones. Stadsregio en provincie hanteren als vertrekpunt de volgende behoefteraming: 1. Uitbreidingsvraag volgens Transatlantic Market scenario: 235,9 ha 2. Vervangingsvraag als gevolg van transformatie bedrijventerreinen: 52,7 ha 3. Extra ruimtebehoefte als gevolg van beleidsambitie voor logistiek en kansrijke clusters zoals EMT: 36,3 ha (zie 2) De totale vraagprognose (1, 2 en 3) komt hiermee uit op 325 ha. In het voorliggende RPB zijn de reeds bestaande terreinen en geplande nieuwe terreinen afgewogen en op een rij gezet. In totaal komt het aanbod hiermee uit op 394 ha t/m 2025. Hiervan is het aandeel nieuwe terreinen waarvoor 'groen licht' wordt gegeven bijna 85 ha. Uit de confrontatie van gepland aanbod en huidige vraagprognoses zou op termijn (2025) een overaanbod kunnen ontstaan van 69 ha (394 ha - 325 ha).
Inlichtingen bij dhr. W. Huntink, telefoonnummer (026) 359 95 44 e-mailadres:
[email protected] code: 01371114.doc
2. Extra beleidsmatige vraag Beleidsopgaven genereren naar verwachting een extra vraag naar bedrijventerreinen die niet zijn verdisconteerd in de TM-modellen. In het geval van de Stadsregio gaat het om specifieke factoren, waaronder: - extra bedrijvigheid als gevolg van doortrekking A15 - extra logistiek aantrekkingskracht a.g.v. profilering Stadsregio als logistieke hotspot - extra vraag a.g.v. beleidsinspanningen voor kansrijke economische clusters waaronder EMT, Food, Health en semiconductors In totaal verwacht de regio hiervoor een boven modelmatige ruimtebehoefte van 36,3 ha. 3. Reguleren aanbod De Stadsregio heeft alle plannen gewogen op basis van de volgende criteria: - vraag-aanbod subregio: is er vraag naar deze terreinen? - wordt de SERladder toegepast op subregionaal niveau? - grondposities: hoeveel gronden zijn al verworven? - stand van zaken planvorming - subregionaal belang - lokaal belang: past het terrein naar doelgroep en kavelomvang - segmentering: juiste doelgroep op juiste plek? 3.1. Plannen waarvoor de planvorming en verwervingen kunnen doorgaan: A12 - Arnhem: Koningspleij Noord (regionaal 23,1 ha) - Duiven: Seingraaf (regionaal 11 ha) en Centrale Parkeerplaats (regionaal 3,3 ha) - Westervoort: Het Ambacht V (lokaal 3 ha) A15 - Overbetuwe: Merm Oost (lokaal 2 ha) - Nijmegen: De Grift (regionaal 37 ha) A73 - Groesbeek: Hulsbeek fase 1 (lokaal 3ha) - Heumen: Sluispoort (lokaal 1 ha) - Ubbergen: Lieskes Wengs (lokaal 1,2 ha) Totaal: 40,4 ha + 39 ha + 5,2 ha = 84,6 ha 3.2. Plannen die on-hold worden gezet: A12 - Duiven: Centerpoort Noord-Noord (regionaal 11,7 ha) - Rheden: Kanaal III (lokaal 8 ha) - Zevenaar: 7 Poort fase 2 (regionaal 30 ha) A15 - Overbetuwe: Oostoever Eisenhowerplas (lokaal 10ha) A73 - Groesbeek: Hulsbeek fase 2 (lokaal 3 ha) - Wijchen: Breekwagen Bergharen (lokaal 4,6 ha) - Wijchen: Bedrijventerrein Oost/ Floor (lokaal 4 ha) - Nijmegen/Beuningen: A73 terrein (63 ha), in 2013 wordt opnieuw bezien of dit plan van 'on hold' naar 'doorgaan' moet. Totaal: 49,7 ha + 10 ha + 74,6 ha = 134,3 ha
2
4. Segmentering Het juiste bedrijf op de juiste plaats. De regio vindt het belangrijk dat voor alle soorten bedrijven ruimte is in de Stadsregio. Voor de verschillende segmenten is bepaald waar deze bedrijven in de Stadsregio terecht kunnen. De gemeenten hebben met elkaar een inspanningsverplichting om deze verdeling ook in de praktijk na te leven. -
-
-
De Stadsregio is sterk in logistiek. Voor deze bedrijven is nog ruimte op 7Poort Zevenaar, Euregionaal BedrijvenTerrein 's Heerenberg, Bijsterhuizen Nijmegen, Park 15 Overbetuwe en Centerpoort Duiven Voor HMC-bedrijven is er nog ruimte op Roelofshove II Duiven, Kleefsewaard Arnhem, Koningspleij Arnhem en -op termijn- mogelijk Veerweg/Parencoterrein Renkum Voor kadegebonden bedrijvigheid is op dit moment ruimte op Kleefsewaard Arnhem en Koningspleij Arnhem. Daarnaast onderzoekt de regio de mogelijkheden in nabijheid Roelofshoeve II, Veerweg/Parenco Renkum, Spijksedijk Rijnwaarden en Verhuelweg Doesburg. In de regio is al een aantal kleine vergistingsinstallaties voor biomassa aanwezig. Voor de vestiging van grote vergistingsinstallaties (>36.000 ton) is Veerweg/Parenco Renkum en Roelofshoeve Duiven in beeld. In de regio is één helikopterplatform operationeel, namelijk op Centerpoort Noord in Duiven.
5. (sub) regionale afspraken grondprijsmethodiek Vooruitlopend op het RPB heeft de Stadsregio onderzoek gedaan naar de grondprijzen. Uit dit onderzoek blijkt dat veel gemeenten hun grondprijzen vaststellen op basis van de zogeheten 'vergelijkende methode'. De onderzoekers concluderen dat deze methode in de Stadsregio resulteert in reële en marktconforme tarieven (dus geen prijsdumping). Dit betekent echter ook dat er bij de uitgifte weinig surplus wordt gegenereerd voor een verevening met kosten voor herstructurering. Om toch meer ruimte te creëren in de grondprijzen wil de regio meer vanuit de vraag ontwikkelen. Voor met name private ontwikkelingen ziet uw regio ook kansen voor het hanteren van de zogeheten 'residuele grondprijsmethodiek'. Hierbij wordt de grondprijs berekend op basis van toekomstige grondopbrengsten uit bijvoorbeeld verhuur, minus integrale bouwkosten. Dan blijkt wat de ontwikkelaar maximaal voor de grond wil betalen. 6. Herstructureringsopgave In het RPB is een actualisatie gemaakt van de herstructureringsopgave uit het Provinciaal Herstructureringsprogramma PHP. Cursief de projecten waarvoor wij reeds en subsidieaanvraag hebben ontvangen c.q. hebben toegekend. Voor de overige projecten zien wij graag conform planning een projectvoorstel tegemoet. Zoals u weet staat Oost NV paraat om u te helpen bij de aanpak van herstructurering. Projectenlijst tot 2014: - Arnhem: IJsseloord 1 - Doesburg: Verhuelweg en Havengebied (niet gehonoreerd tranche 2011) - Rijnwaarden: Spijksedijk - Westervoort: Het Ambacht - Zevenaar: Tatelaar - Lingewaard: Pannenhuis 1 (gehonoreerd tranche 2011) - Renkum: Schaapsdrift/Veentjesbrug/Klingelbeekseweg/Parenco/Veerweg - Millingen: Molenveld (gehonoreerd tranche 2012) - Nijmegen: NoviotechCampus (statenvoorstel mei 2012)
3
Projectenlijst na 2013: - Doesburg: Beinum en havengebied/Gieterij-eiland - Rijnwaarden: Herwen 1992 - Rheden: Dieren Oost en kanaal 1 - Renkum: Cardanuslaan - Arnhem Rijkerwoerd en Overmaat - Heumen : Hoge Brug Noord - Millingen aan de Rijn: Scheepswerf - Wijchen: Wijchen Oost 7. (Sub)regionale procesafspraken verevening De herstructurering van bedrijventerreinen is kostbaar. Mogelijk kunnen de kosten van herstructurering deels gedekt worden uit de opbrengsten van nieuwe terreinen. De Stadsregio ziet op dit moment geen noodzaak of mogelijkheden om met elkaar afspraken te maken over (regionale) financiële verevening. Volgens onderzoek worden er al marktconforme grondprijzen gehanteerd die echter weinig ruimte laten voor verevening met andere (herstructurerings-) projecten. Naast deze conclusie bevat het RPB ook een aantal aanbevelingen om naar de toekomst hogere grondprijzen te genereren. Hierbij verwijzen wij ook expliciet naar de conclusies in het recent verschenen rapport van Rekenkamer Oost-Nederland “bedrijventerreinen in de steigers”. De provincie wil genoemde mogelijkheden voor een nieuwe regionale systematiek voor grondprijzen graag verder met de Stadsregio bespreken. 8. Procesafspraken uitwerking SER-ladder De Stadsregio loopt voorop met de implementatie van de SER-ladder. Voor het bepalen of aan de SER-ladder is voldaan wordt een handreiking SER-ladder opgesteld en een uitvoeringsprotocol per subregio. De handreiking is een gezamenlijk initiatief van de Stadsregio, gemeenten, provincie, Kamer van Koophandel en Oost NV. Via pilots zoals in Seingraaf-Duiven wordt dit protocol bij gemeenten in de praktijk gebracht. De regio wil hiermee voorop lopen en als voorbeeld dienen voor andere regio's 9. Kwaliteitsverbetering, duurzaamheid, parkmanagement Duurzaamheid wordt aangevlogen vanuit een economisch perspectief. Naast besparingen ligt voor ondernemers het accent op zaken als kwaliteit vastgoed, waarde-ontwikkeling en waardebehoud. Projecten zijn gericht op het juiste schaalniveau, te weten de drie subregio's. Daarnaast moet het gaan om concrete maatregelen. Hiervoor heeft de Stadsregio een driestappenplan ontwikkeld van visie, naar uitwerking, naar leren. Via een aantal pilots worden best practices verzameld. Stadsregio en gemeenten hechten aan een duurzaam en structureel beheer van bedrijventerreinen. Zo wordt voorkomen dat terreinen te snel verouderen. Goede afspraken tussen gemeenten en ondernemers zijn hierbij cruciaal, bijvoorbeeld door parkmanagement.
4
10. Monitoring Voor alle uitgeefbare terreinen en voor plannen met de status 'doorgaan' zijn uitgifteprognoses opgesteld per jaar. Door monitoring van de feitelijke uitgifte worden prognose bijgesteld en bepaald of plannen nog worden ontwikkeld of doorgeschoven. De monitoring geschiedt via IBIS. Elk jaar voor 1 april zullen de gemeenten de uitgiftecijfers aan de provincie doorgeven. Op grond van deze cijfer maakt de Stadsregio elk jaar een voortgangrapportage RPB.
Gedeputeerde Staten voornoemd Gegeven te Arnhem, 15 mei 2012 - zaaknummer 2011-020861 Gedeputeerde Staten van Gelderland ing. J. Markink - plv. Commissaris van de Koningin drs. P.P.L. van Kalmthout - secretaris
Uitgegeven, 16 mei 2012 De secretaris, drs. P.P.L. van Kalmthout
5