4.A.1. - DOMINANTIEANALYSE (SCOPE 3)

4.A.1. - DOMINANTIEANALYSE (SCOPE 3)

Opgesteld d.d. 02-03-2015 door: Goedgekeurd door:

S. Kamphuis, KAM-coördinator H.T.B. Reimert, directeur

Dominantieanalyse (scope 3) Document: 4.A.1. Datum: 02-03-2015 Revisie: 0 Blad: 2 van 6

Inhoudsopgave

1. 2. 3. 3.1 3.2 4. 5.

Inleiding…………………………………………………………………………………………………………………….. Organisatie………………………………………………………………………………………………………………… Analyse scope 3…………………………………………………………………………………………………………. Waardeketen Reimert……………………………………………………………………………………………………. Meest materiële scope 3-emissies………………………………………………………………………………….. Onderbouwing keuze ketenanalyses………………………………………………………………………….. Bronvermelding………………………………………………………………………………………………………….

3 3 4 4 4 6 6


Opgesteld door: Bijbehorende documenten:

KAM-coördinator Ketenanalyses

1. Inleiding Reimert is sinds 2013 gecertificeerd op de CO₂-Prestatieladder op niveau 3 en heeft inmiddels de ambities om in 2015 het certificaat van niveau 5 te behalen. Dit betekent dat de meest materiële emissies binnen scope 3 in kaart zijn gebracht. In dit verslag wordt de analyse conform het gestelde in het GHG-Protocol Corporate Value Chain (Scope 3) Accounting and Reporting Standard (2011) nader beschreven.

2. Organisatie De gemarkeerde bedrijven zijn opgenomen binnen de organizational boundary van Gebr. Reimert Beheer B.V.:


3. Analyse scope 3 De analyse van scope 3 is uitgevoerd op basis van de richtlijnen GHG-Protocol en het handboek CO₂Prestatieladder 2.2. d.d. 4 april 2014. De vijftien categorieën zijn geanalyseerd, waarmee de basis is gelegd voor de meest materiële emissies binnen scope 3.

3.1 Waardeketen Reimert Naast wegenbouw, het bouwrijp maken van nieuwbouwlocaties en het inrichten van openbare ruimtes voert Reimert ook civiele betonbouw uit. Dit begon met het bouwen van bedieningsgebouwen van sluizen, bruggen en gemalen. In 2002 is deze tak uitgegroeid tot een volwaardig bouwbedrijf voor de woning- en utiliteitsbouw. Reimert is kortgezegd een allround aannemingsbedrijf gevestigd in Almere met de ambitie om in Flevoland en daarbuiten van alle markten thuis te zijn in de bouwkolom. Reimert participeert in Aannemingsbedrijf De Wilde B.V. Vanuit Lelystad bedient De Wilde de GWW-markt van Lelystad, Dronten en de Noordoostpolder. De Wilde is gespecialiseerd in het inrichten van de openbare ruimte voor overheden, bedrijven en particulieren. Sinds 2011 maakt Beugel Infrastructuur B.V. onderdeel uit van Reimert. Vanuit Beilen wordt de infrastructurele markt in het noorden van het land bediend. Beugel is gespecialiseerd in herinrichtingswerken, rioleringswerken en het bouwen woonrijp maken van gebieden. Bouwbedrijf Ubink is een gewaardeerde aannemer in de bouw. Ubink is sterk in het realiseren van seriematige woningbouw en in het realiseren van volumebouw. Ubink is sinds de oprichting een participatie van Reimert. Winfra B.V. is een eenmanszaak opgezet door een medewerker van Gebr. Reimert B.V. Winfra houdt zich voornamelijk bezig met rioleringswerkzaamheden.

3.2 Meest materiële scope 3 emissies In het GHG-protocol worden vijftien categorieën gehanteerd: Upstream 1. Ingekochte goederen en diensten 2. Kapitaalgoederen 3. Brandstof- en energiegerelateerde activiteiten 4. Transport en distributie 5. Afval activiteiten 6. Zakelijk transport 7. Woon-werkverkeer werknemers 8. Geleasede goederen of bezittingen

Downstream 9. Transport en distributie 10. Verwerking verkocht product door koper 11. Gebruik verkochte producten 12. Verwerking producten: reststoffen, einde levensduur 13. Geleasede goederen of bezittingen 14. Franchise 15. Investeringen

Van deze vijftien categorieën is bekeken in hoeverre deze van toepassing zijn op onze organisatie aan de hand van de volgende criteria: omvang, beïnvloedbaarheid, risico, stakeholders, outsourcing en overig.


De rangorde is vastgesteld aan de hand van de Corporate Value Chain (Scope 3) Accounting and Reporting Standard (2011), zie bijlage 1. Uit de analyse van de vijftien categorieën blijkt dat de volgende categorieën van belang zijn: - ingekochte goederen en diensten - transport en distributie (upstream en downstream) - afval activiteiten Deze drie categorieën kunnen gereduceerd worden tot één categorie, aangezien ook transport en distributie onder de categorie ingekochte goederen en diensten vallen. Niet uitbesteed transport valt namelijk al onder de emissies binnen scope 1. Afvoer van afval ten gevolgde van de activiteiten worden uitbesteed. Besloten is dan ook om aan de hand van de inkoopomzet te bekijken welke producten en/of diensten het meest CO₂intensief zijn. Financiële cijfers zijn omgezet in CO₂-uitstoot door middel van conversiefactoren. Het gaat hierbij om een grove schatting, aangezien de conversiefactoren per productgroep worden weergegeven in de Guidelines to Defra / DECC’s GHG Conversion Factors for Company Reporting (2011). Dit betekent dat enkele producten binnen dezelfde productgroep vallen, terwijl met specifiekere gegevens een meer productgerichte conversiefactor gebruikt kan worden, wat een andere uitkomst zou kunnen geven. Dit is echter een zeer tijdrovende klus, wat betekent dat er voor bovengenoemde methode gekozen is. Overigens was niet elk product in te delen in een van de productgroepen van de Guidelines to Defra (2011). Besloten is om voor die producten de hoeveelheden op te vragen bij de leverancier. Dit gold voor de hoeveelheden afval en asfalt. Binnen de organizational boundary van Reimert is de volgende top 6 binnen de categorie inkoop van goederen en diensten vastgesteld.

1. 2. 3. 4. 5. 6.

product- / dienstcategorie PVC prefab beton transport inhuur kranen/shovels gebakken steen betonverharding zand overig materieel² gereedschappen betonriool hout gietijzer

ingekochte hoeveelheid in €*

conversiefactoren¹

x x x x x x x x x x x x

x x x x x x x x x x x x

CO₂e ton (/1000) 1943,92 1867,2 1708,53 1401,25 1344,15 872,32 684,38 672,39 637,91 521,26 319,8 331,63

¹bron: 2011 Guidelines to Defra / DECC’s GHG Conversion Factors for Company Reporting ²zeer divers (op 1 kostensoort geboekt) *euro omgerekend naar ponden

product- / dienstcategorie asfalt afvoer ¹ketenanalyse 2011 Ballast Nedam ²ketenanalyse 2013 Koopmans

ingekochte hoeveelheid in ton 8.193 divers, zie bijlage 1

conversiefactoren 30,7 kg CO₂/ton¹ zie bijlage 1²

ton CO₂ (/1000) 252 410


4. Onderbouwing keuze ketenanalyses Op basis van bovenstaande worden conform het gestelde in het SKAO Handboek CO₂-Prestatieladder 2.2. (2014) twee ketenanalyses gemaakt uit de top 2 en de top 6. Er is gekozen om een ketenanalyse te maken van: - PVC (1) - gebakken steen (6) PVC kent een CO₂-intensief productieproces en wordt verwerkt in bijna alle projecten binnen de boundary. Daarnaast wordt er al op lange termijn samengewerkt met dezelfde leveranciers, waardoor er invloed kan worden uitgeoefend op de keten. CO₂-Seminar heeft voor Reimert een ketenanalyse voor PVC opgesteld. Reimert zelf heeft een ketenanalyse opgesteld voor gebakken steen. In veel projecten wordt gebakken steen verwerkt en de productie van gebakken steen kent een zeer CO₂-intensief proces.

5. Bronvermelding 2011 Guidelines to Defra / DECC’s GHG Conversion Factors for Company Reporting 2011 GHG-Protocol: Corporate Value Chain (Scope 3) Accounting and Reporting Standard Ketenanalyse Ballast Nedam 2011 Ketenanalyse Koopmans 2013 Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden & Ondernemen, Handboek CO₂-Prestatieladder 2.2, 4 april 2014

4.A.1. - DOMINANTIEANALYSE (SCOPE 3)

Recommend Documents