3de bach TEW
Levensbeschouwing Handboek + notities
Q 161
uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen www.quickprinter.be
6.00 EUR
Nieuw!!! Online samenvattingen kopen via www.quickprintershop.be
Historiek: * 2003: eenmaking UA uit UIA, RUCA en UFSIA: - UIA: politieke keuze - RUCA: vrijzinnig - UFSIA: atheïstisch * UA: een actief pluralistische universiteit actief pluralisme: een neutrale houding tov levensbeschouwing/religie -> nadenken over betekenis en rol van religie in ons leven * 2004: oprichting Centrum “Pieter Gillis” (= een humanist) Thomas Morus heeft het boek ‘Utopia (1516)’ geschreven en begint zijn boek met te zeggen dat hij in Antwerpen op bezoek was bij Pieter Gillis (toen was er wol nijverheid ipv landbouw hongersnood ontstaat) -> start kapitalisme/ vrije markt Het boek gaat over wat er begint mis te lopen in (de eco v) Engeland ’utopia’: droom die begint, wanneer het mechanisme begint mis te lopen * 2006-2007: introductie van het vak Levensbeschouwing - universiteit is meer dan een opleiding voor vakspecialisten - levensbeschouwelijke diversiteit - levensbeschouwing als onderdeel van de publieke ruimte Doel van het vak ‘levensbeschouwing’?: = studie van de religie + conflicten tussen de religies + spanningen tussen de religies <-> de wetenschap Algemene informatie: * 2 gastcolleges: 22/04 India en 29/04 China * examen: 17/20 MKV’en met giscorrectie 3/0/-1 en 3/20 op 1 openvraag (= soort van essayvraag) * 80% van de vragen komen uit de cursus, 1 vraag (mss 2) uit de gastcolleges, 20% extra info uit HC’s * hoofdstuk 5 wordt mogelijk niet behandeld
1
Hoofdstuk 1 : Westerse tradities 1.0 Inleiding: 3 monotheïstische openbaringsgodsdiensten: (= ‘westerse tradities’) 1) Jodendom 2) Christendom 3) Islam (+ Westerse traditie van ‘vrij denken’ is ontstaan = atheïsten.) Gemeenschappelijkheden: * ze gaan alle 3 terug op de figuur van stamvader Abraham * eigen openbaringstraditie (maar bouwen op elkaar voort ) * heilige schrift speelt belangrijke rol -> vandaar “godsdiensten vh boek” genoemd * oorsprong telkens in het Midden-Oosten 1.1 Jodendom: = bronreligie voor andere godsdiensten (Christendom uit voortgekomen en Islam heeft ook enkele elementen van het Jodendom overgenomen) 1.1.1 Verspreiding, oorsprong en strekkingen Verspreiding: * de wereldbevolking telt 0,2% of 14 miljoen joden waarvan de meeste wonen in: - VS (5,6 miljoen) - Israël (5,6 miljoen): enige land ter wereld waar de joden een meerderheid (76%) vormen - Europa (1,5 miljoen) - in België wonen ongeveer 40.000 – 50.000 joden de Joodse gemeenschap is dus vrij klein! ° Dit omdat het jodendom geen missionaire religie is, het is er dus niet op uit om gebieden te veroveren en daar hun religie te verkondigen. ° Je behoort dus tot het joodse volk of je behoort er niet toe. Je kan je dus ook niet bekeren tot het jodendom. Je wordt geboren als jood of niet.
2
Oorsprong: * de stamvader is Abraham: = door God weggestuurd uit stad Charan op zoek naar h Beloofde Land (= Kanaän/Israël) * uittocht uit Egypte onder leiding van Mozes (= Exodus) - Mozes bevrijdt de slaven en trekt weg uit Egypte. - Ze komen dan aan de rode zee, die Mozes doet splitsen. Om zo 40 jaar lang door de woestijn te trekken en aan te komen in het beloofde land. * 40 jaar woestijnervaring waarin JHWH het volk (via Mozes) het volgende schenkt: - de 10 geboden - de Ark vh verbond: kist waarin de 2 stenen tafelen met daarop de 10 geboden werden bewaard * de eerste tempel zou opgericht zijn door Salomo en David -> men betwijfelt of die tempel werkelijk heeft bestaan Tempels: * ± 1000 v.C.: 1ste tempel door koning Salomo - 586 v.C.: Verwoest door de Babyloniërs - opm.: Archeologen twijfelen eraan of die tempel werkelijk bestaan heeft * 515 v.C.: 2de tempel - 70 n.C.: Verwoest door de Romeinen -> klaagmuur is daar het overblijfsel van Strekkingen: * Jeruzalem = hoofdstad en tempelstad van het heilig land van de joden -> het gebied werd door verschillende volkeren in beslag genomen: ° 6 de E v.C. -> Babyloniërs en Perzen ° ten tijde van Jezus -> Romeinen ° eeuwen n.C. -> woestijnvolkeren, Arabieren en Europese kruisvaarders * Joodse cultuur is vooral tot bloei gekomen buiten het Heilige Land - diaspora = verspreiding vd Joden over de hele wereld -> sinds opstand van Simon Bar Kochba (135 n.C.) ° eerst vooral rond Middellandse Zee, later ook meer in Oost- en West-Europa en tenslotte ook in de VS
3
- door diaspora verschillende etnische en culturele invloeden: ° sefardische joden = Portugal, Spanje en Noord-Afrika ( typische achternaam van deze joden: ‘Dakosta’) ° jemenietische joden = Jemen ° asjkenazische joden = Duitsland, Oekraïne en Rusland (Midden- en Oost-Europa) -> 80% behoort tot deze groep (naar het oosten gevlucht) ° oriëntaalse joden = Oezbekistan, Azerbeidzjan, Dagestan en Georgië -> je kan ook veel joden vinden die niet gelovig lijken, zij nemen niet deel aan de joodse tradities * Israël = in 1948 hebben de joden hun eigen staat gekregen, Israël. Dit is het enige land ter wereld waar de joden een meerderheid (76%) vormen. * Poolse rabbijn Ben Eliëzer/Baal Shem Tov (= ‘meester vd goede naam’) = hij wilde terug naar de basis van het jodendom (chassidim = ‘de vromen’). - Kenmerken van chassidische joden: ° leven zeer afgesloten, hebben eigen scholen, … ° zwarte kledij en hoed of keppel ° pijpenkrullen ° gehuwde vrouwen moeten hun hoofd bedekken (pruik) -> Zijn dus de joden die in Jeruzalem of Antwerpen leven. MAAR niet representatief voor de hele joodse gemeenschap! * 2 soorten strekkingen: - orthodoxe strekkingen (bv: chassidische joden) - liberale strekkingen: ontstonden onder invloed van de Verlichting in het Duitsland van de 18de en 19de eeuw en in de VS * Kabbala: mystieke strekking die aanstuurt op ontmoeting met de transcendente God door persoonlijke ervaring en vervoering, eerder dan door studie kennis op te doen over God
4
1.1.2 Godsbeeld: * Jodendom is geëvalueerd van monolatrie -> monotheïsme - monolatrie = slechts 1 God aanbidden/vereren, maar er mogelijk meerdere erkennen - monotheïsme = 1 God wordt erkend en vereerd (= er is maar 1 God !!) -> aanvaarden geen natuurgoden, zoals zon of maan * God als transcendent beschouwd; verheven boven de natuur en de wereld - mag niet worden afgebeeld - zijn naam is onuitspreekbaar - slechts in metaforen te karakteriseren - wordt Heer (“Adonai”) genoemd - op schrift aangeduid met 4 letters: JHWH = “zijn”, “Ik ben die is” -> God is de enige die ‘is’, het menselijke ‘zijn’ is slechts een geleend ‘zijn’ (als God het ‘zijn’ wegneemt, sterf je) * exclusief en eeuwig verbond van God met Israëlieten = uitverkoren volk (op berg Sinaï) - verbond: God zal ze beschermen en in ruil moet het volk Hem trouw blijven - symbool: overeenkomst met Mozes op de berg Sinaï tijdens de woestijntocht op weg van Egypte naar het beloofde land - 10 geboden: leven volgens de wetten van God en zo het goede voorbeeld geven - niet missionair: er niet op uit om mensen te bekeren tot het jodendom - hoop op bevrijding = Messiaanse verwachting: (‘spirituele bevrijding’) -> hoop op een Messias die ons vd bezetter bevrijdt (voor christenen Jezus van Nazareth) voor de joden is de Messias nog altijd niet geweest = men moet die niet meer verwachten, want de bevrijding is er al geweest Tot jaar 70: hoog priesterlijke godsdienst -> later: ander soort godsdienst geworden (met rabbijnen en tempels) 1.1.3 Teksten, tempels en profeten: Eerste Joodse geschriften getuigen niet van een hiernamaals. Mensen geloven/ worden religieus, omdat ze denken dat de religie troost biedt. vb: bij het leven na de dood (religie biedt niet echt een antwoord)
5
Teksten: * Tenach (= Joodse Bijbel) - Thora/pentateuch = de ‘5 boeken van Mozes’ (613 geboden en voorschriften) ° Genesis (= scheppingsverhalen) ° Exodus (= uittocht uit Egypte) ° Leviticus (= boek voor de priesters) ° Numeri ° Deuteronomium eerste 2 boeken zijn makkelijk leesbaar, de andere 3 niet - profetische boeken (nevi'im) - 11 heilige geschriften (Ketuvim) = wijsheidsliteratuur Prediker, Job, Hooglied, Spreuken en de Psalmen * Midrasj: Rabbijnse traditie van onderzoek en debat - Misjna (200 n.C.) : mondelinge traditie - Talmoed: discussies en commentaren ° 400 n.C. : Talmoed van Jeruzalem ° 500 n.C. : Babylonische Talmoed - Halacha/Haggada: hedendaagse levensvoorschriften, hertaald uit Thora, Misjna en Talmoed ° ‘Halacha’: als het gaat over de wet ° ‘Haggada’: als het gaat over niet-juridische zaken Profeten: = mensen die geroepen worden door god en vaak tegen hun zin die opdracht uitvoeren want die taak is zwaar Profeten waren invloedrijk: herinnerden het volk aan hun eeuwig verbond met God, aan de wet van Mozes die onderhouden moest worden. -> Ze moeten doorgaans het joodse volk eraan herinneren dat religie en politiek NIET samengaan, maar dat religie wel de capaciteit heeft om over politiek iets te zeggen.
6
1.1.4 Religieuze praktijken: Orthopraxie: = gaat meer om de juiste handelingen die je stelt (obv religieuze voorschriften), dan in wat je gelooft Onder handeling verstaat men: * morele voorschriften: - gebed: ochtend-, middag- en avondgebed. Op sabbat en feestdagen een extra gebedsdienst. ° samenkomst in synagoge ° belangrijke rituele voorwerpen: Thora en ‘menorah’ (= zevenarmige kandelaar: symboliseert brandende braamstruik van waaruit God zichzelf aan Mozes openbaarde) - sabbat: gevierd op zaterdag (rustdag). Men herdenkt dan Gods rustdag na de schepping en het verbond tussen God en het Joodse volk. - koosjerspijswetten of Kashrut: geen varkensvlees, dieren onverdoofd slachten en laten uitbloeden, melk en vlees scheiden, plantaardig voedsel en afgeleide producten (zoals wijn) zijn koosjer - kledij * overgangsrituelen: - Hebreeuwse naamgeving bij de geboorte - besnijdenis (na 8 dagen bij jongens) - bar mitswa: = maakt 13-jarige jongens of 12-jarige meisjes ‘volwassen’; vanaf dan staan zij onder de joodse wet. Ze lezen tijdens de plechtigheid voor uit de Thora. - huwelijksritueel - rituelen bij het overlijden
7
Feesten: * Pesach = Paasfeest: herdenken de bevrijding vd slavernij door de uittocht uit Egypte - duurt 7 dagen en wordt gevierd in het midden van de 7de maand vd joodse kalender ≠ betekenis bij de christenen waar op Pasen de verrijzenis van jezus wordt gevierd * Loofhuttenfeest: herdenkt de 40 jaren die men in de woestijn heeft doorgebracht vooraleer men in het beloofde land aankwam. Het volk leefde toen in hutten of tenten (vandaar de naam) -> valt op 15de dag vd eerste maand vd joodse kalender * Rosj Hashana = joods nieuwjaar: gevierd tijdens 1ste twee dagen vd joodse kalender (≠ ons nieuwjaar); in de synagoge wordt 100x op sjofar (=ramshoorn) geblazen en zoete dingen gegeten als symbool voor een goed jaar dagen tussen Joods nieuwjaar en Jom Kippoer zijn dagen van soberheid * Jom Kippoer = grote verzoendag (heiligste feest vd joden): - op de 10de dag vh joodse nieuwe jaar - de enige dag waarop de hogepriester het heiligste deel vd tempel v Jeruzalem betrad - dag van vasten en boetedoening zodat men het nieuwe jaar met een schone lei kan beginnen - traditioneel 2 geiten geofferd als offer ter vergeving vd zonden (-> nu niet langer geofferd worden ) ° 1 werd van een rots gegooid ° ander als zondebok woestijn ingestuurd (symbolisch beladen met ‘alle zonden van Israël’) * Chanoeka (Hanukkah): feest van 8 dagen waarin de overwinning van het licht op de duisternis wordt gevierd; er wordt een 9-armige kandelaar gebruikt en elke avond een extra licht aangestoken
8
1.1.5 Beladen verleden en gecontesteerd heden: * Joden vaak wantrouwig bejegend in het christelijke Europa: - theologisch: kerk acht joden verantwoordelijk voor de kruisdood van Jezus die ze niet als Messias erkennen - economisch succes: Joden hadden monopoliepositie inzake het verlenen van leningen met rente = waren tamelijk rijk -> zorgde voor afgunst en ze werden vaak extra belast - ze werden beschuldigd van rituele (kinder)moorden - ontheiliging van de hostie - pest: joden zouden bronnen vergiftigd hebben waardoor ziekte zich kon verspreiden * Voorbeelden waarbij joden actief vervolgd werden: - 4de Lateraans concilie (1215): joden moesten herkenbaar zijn door het dragen van een gele lap en een punthoed zodat ze gemeden konden worden - Sevilla, Cordoba en Valencia (1391): joden worden vervolgd waardoor velen zich tot het christendom bekeerden (judeoconversos, Marranen) - oprichting Spaanse inquisitie (1478) - Uitdrijvingsedict (1492): joden werden verplicht zich te bekeren of te migreren ° Marranen = bekeerde joden (afgeleid vh woord ‘varken’ in het Spaans): men ziet hen dus als 2derangs christenen en 2derangs burgers (want ‘eens jood, altijd jood’). - Kozakkenopstand (1648): de kozakken (=nomadenstam in Oekraïne die onder Pools bestuur stond) streden niet alleen tegen Poolse adel en landeigenaars, maar ook tegen de joden - Pogroms (19de eeuw): joden w vervolgd door tsaristisch geïnspireerde pogroms (= gewelddadige aanvallen op bepaalde etnische groepen) en razzia’s (=door overheid georganiseerde jacht op groep mensen) velen vluchtten naar West-Europa en VS - Holocaust / Shoah (20ste eeuw): joden in heel Europa systematisch vervolgd en gedeporteerd ° Nazisme heeft 6 miljoen slachtoffers gemaakt heel wat joden zijn weggevlucht uit Europa
9
* Intolerantie ten aanzien van joden in het heden: - oprichting staat Israël (1948): vele joden keren terug naar het Midden-Oosten - Zionistische beweging (laatste kwart 19de eeuw): ijvert voor creatie v/e onafhankelijke joodse staat zodat de joden uit de diaspora naar voorouderlijke land zouden kunnen terugkeren ° onder impuls v/h zionisme en de druk vh antisemitisme keren al heel wat joden terug naar Palestina eind 19de eeuw-> hierdoor ontstaat een belangrijke joodse gemeenschap ‘Yishuv’ ° MAAR: de Arabische wereld erkende Israël niet en er brak een strijd uit over de grenzen van het grondgebied In 1964 wordt de PLO (Palestijnse bevrijdingsorganisatie) opgericht, die als doel heeft de joodse staat ongedaan te maken. - Zesdaagse oorlog (1967): Israël verovert Gaza, Sinaï, Westelijke Jordaanoever en Golan ° Israël bouwt joodse nederzettingen in de bezette gebieden ° Palestijnen blijven proberen om de joodse staat ongedaan te maken - joodse nederzettingen en escalatie van geweld - Jom Kippoer oorlog (1973): Syrië en Egypte doen een poging om hun gebieden terug te winnen die Israël van hen heeft ‘gestolen’-> zonder resultaat - Camp David (1978): Sinaï komt terug bij Egypte. - Nobelprijs voor de Vrede naar aanleiding van Oslo akkoorden (1994): PLO-leider Yasser Arafat, de Israëlische premier Yitzchak Rabin (het jaar daarop vermoord door een joodse extremist) en de Israëlische minister van buitenlandse zaken Shimon Peres - vluchtelingenproblematiek, de terreurdreiging, de muur tussen Israël en de Westbank, politieke en economische instabiliteit in de Palestijnse gebieden, onduidelijkheid over het statuut van Jeruzalem, de joodse nederzettingen, Hamaz. Jezus is door ons gestorven = daardoor is het Christendom ontstaan. -> spanningsverhouding met Jodendom Spanning is versterkt in de middeleeuwen: = je mocht geen geld verdienen door geld uit te lenen vd Christenen, bij de joden mocht dit wel Religieuse spanningen staan NOOIT op zichzelf !! = zijn altijd verstrengeld met economische, politieke spanningen/conflicten, ‘macht’ speelt ook vaak een rol,…
10
Op het Iberische schiereiland (Spanje, Portugal): = heerste vroeger een tolerante houding; er was een vorm van samenleven gevonden. -> Joden konden hier met andere godsdiensten samenleven Door de oprichting van de staat Israël (1948) zijn veel Joden uit Marokko gaan lopen. -> Israëlieten en Palestijnen zijn tov elkaar geplaatst (Israël was het beloofde land) -> zionistische stroming = het terugkeren naar het beloofde land 1.2 Christendom: 1.2.1 Verspreiding: * Grootste en meest verspreide religie: - 99% leeft buiten het Midden-Oosten (= regio waar christendom is ontstaan) In het Midden-Oosten komen bijna geen Christenen voor, dit is vreemd want het is daar ontstaan. - 1/3 christenen: ° helft vd christenen is katholiek (16% van de wereldbevolking) ° 37 % protestanten (= lutheranen, calvinisten en anglicanen) ° 12 % orthodoxen (vooral in Oost-Europa en Rusland) ° 1% andere (vb: mormonen of Jehova’s getuigen) (Christenen: gaan 2x per jaar naar de kerk)
11
1.2.2 “Joodse sekte” * Christendom is ontstaan vanuit Joodse traditie: -> oorsprong door: ° messiaanse verwachting ° minder rigorisme in het christendom (rigorisme: streng naleven van wetten en geboden) <-> Jodendom is meer gericht op regels, houden zich er meer aan - Jezus was zelf een Jood = een jood die van het pad afweek (kritiek op het rigorisme/ streng naleven van wetten en geboden en zeer expliciete messiaanse verwachting) en per toeval nogal wat volgelingen kreeg = zo ontstond het christendom. De eerste volgelingen van jezus waren dus de joden. - christelijke bijbel bevat het Oud en Nieuw Testament: ° Oude Testament: grotendeels gelijk aan de joodse Bijbel of Tenach, maar de boeken staan in een andere volgorde ° Nieuwe Testament: - Jezus = Messias: de verlosser (waarop de joden al zo lang wachten) is in de persoon van Jezus op aarde gekomen - is hernieuwde verbond van God met de mens - bestaat uit: ° 4 evangelies (Johannes, Marcus, Lucas, Mattheüs). Evangelie is afgeleid van ‘evangeleon’, wat blijde boodschap betekent. Deze zijn niet geschreven door mensen die Jezus hebben gekend! Onderscheid tss apostelen (die Jezus hebben gekend) en de evangelisten. Deze teksten zijn dus geen geschiedschrijving! ° Handelingen der apostelen (wss door Lucas geschreven) = daarin w beschreven hoe de christelijke gemeenschappen zich vormen ° brieven (o.a. van Paulus): Paulus was zelf geen apostel maar heeft zich na de dood van Jezus bekeerd. Hij ging toen missioneren in het Romeinse Rijk en hij schreef brieven naar de christenen in het Romeinse Rijk. ° Openbaring van Johannes (=ook ‘Apocalyps’ genoemd)
12