Word2010 | 1/3 Roger Frans
met cd-rom ®
campinia media vzw
Frans, Roger – Word 2010 1/3 / Roger Frans; Geel: Campinia Media vzw, 2010; 246 p; index; 25 cm; gelijmd. ISBN: 97890356.1253.2; NUGI 854; UDC 681.3.06 Wettelijk depot België: D/2010/3941/10 Campinia Media vzw Kleinhoefstraat 4 B – 2440 – GEEL (Belgium) Tel.: (+32) 014/59 09 59 Fax: (+32) 014/59 03 44 e-Mail:
URL: <www.campiniamedia.be> Copyright 2010:
No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission of the publisher. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, print, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Inleiding Word 2010 1/3 is een cursus over het tekstverwerkingspakket Microsoft Word 2010. Het tekstverwerkingspakket maakt deel uit van de bundel Microsoft Office 2010 waarin onder andere ook het rekenblad Excel en het presentatiepakket PowerPoint zitten. Tekstverwerking is de toepassing die wellicht het meest gebruikt wordt op een personal computer. In deze cursus leren wij je werken met Word 2010. Aan de hand van concrete voorbeelden worden de mogelijkheden van Word bestudeerd. De cursus is een doe-cursus. Dat betekent dat je de cursus doorneemt terwijl je aan de computer zit. Je leert Word enkel door er mee te werken, niet door er naar te kijken of door er over te lezen. Bij elk hoofdstuk zijn ook een aantal oefeningen voorzien. Maak ze! Je verwerkt op die manier de leerstof die in de vorige hoofdstukken aan bod is gekomen. Je ontdekt bovendien nog bijkomende mogelijkheden van Word. Bij de cursus hoort een cd-rom. Op deze cd-rom staan een aantal voorbeelden en afbeeldingen die je nodig hebt om de cursus te kunnen doornemen. Op de cd-rom vind je ook een document Lees mij.docx. Dit bestand bevat ‘last minute’ informatie. Je kunt het lezen door te dubbelklikken op het bestand. Ik wens ten slotte een woord van dank uit te spreken aan éénieder die geholpen heeft bij het tot stand komen van deze cursus: aanreiken van voorbeelden, nalezen van de cursustekst, ter beschikking stellen van afbeeldingen, enz. Ik hoop dat deze cursus je vertrouwd mag maken met Word 2010. Indien je opmerkingen hebt die een latere uitgave kunnen verbeteren, kan je die steeds kwijt aan de auteur.
Roger Frans september 2010
Afspraken We gaan van start... In de volgende hoofdstukken leren we je aan de hand van concrete voorbeelden Word gebruiken. We veronderstellen dat je de voorbeelden op de computer uitvoert. De acties die je als gebruiker stapsgewijs moet volgen, worden als volgt genoteerd. ¾
Je geeft je wachtwoord in. Dit wachtwoord wordt niet op het scherm getoond. Je krijgt enkel sterretjes (*) te zien. Je klikt op de knop OK om te bevestigen.
Het pijltje geeft aan dat er iets van je verwacht wordt. Na het pijltje wordt omschreven wat je moet doen. Nieuwe begrippen zijn vet gedrukt, namen van menukeuzen, knoppen, e.d. zijn schuin gedrukt. De verschillende opdrachten en/of menukeuzen zijn gescheiden door een schuine streep, bv. Tabel / Tabel invoegen. Indien je tekst letterlijk moet ingeven, wordt dit in een ander lettertype weergegeven:
¾ Typ Dit moet je letterlijk intypen in het tekstvak Naam. De bijgevoegde cd-rom bevat een map Wo2010_1_Vbn. De map bevat bestanden die je nodig hebt om de voorbeelden in deze cursus te maken. Je kopieert de map best naar je harde schijf, bij voorkeur onder de map Mijn documenten. We noemen dit verder de voorbeeldenmap. Achteraan in het boek vind je ook een aantal bijlagen. Dit zijn de resultaten van voorbeelden en oefeningen die je uitwerkt. Je vindt deze bijlagen ook als PDF-bestand op de bijgevoegde cd-rom. Je kan deze dus afdrukken en als losse pagina’s naast je leggen bij het uitwerken ervan. De voorbeelden en oefeningen die je in deze cursus zelf uitwerkt, plaats je in een map met de naam Wo2010_1_Oef. We spreken in het boek van de oefeningenmap.
Inhoudsopgave INLEIDING .......................................................................................... 1 AFSPRAKEN ........................................................................................ 2 INHOUDSOPGAVE ............................................................................... 3 1
AANGENAME KENNISMAKING ....................................................... 9
1.1 Inleiding .................................................................................... 9 1.2 Word starten ............................................................................. 9 1.2.1 Windows starten ..................................................................... 9 1.2.2 De Windows-omgeving ............................................................ 9 1.2.3 Word starten ........................................................................ 10 1.3 Het beginscherm...................................................................... 11 1.3.1 Tekstgedeelte ....................................................................... 11 1.3.2 Titelbalk ............................................................................... 11 1.3.3 Het lint ................................................................................ 12 1.3.4 De Backstage-weergave ......................................................... 14 1.3.5 De liniaal .............................................................................. 14 1.3.6 De statusbalk ....................................................................... 15 1.3.7 Schuifbalken ......................................................................... 16 1.3.8 Snelmenu’s .......................................................................... 16 1.3.9 De miniwerkbalk ................................................................... 17 1.3.10 De werkbalk Snelle toegang ................................................... 17 1.4 Een eerste tekst maken ........................................................... 18 1.5 Een document opslaan ............................................................. 18 1.6 Een document sluiten .............................................................. 20 1.7 Een nieuw document maken .................................................... 20 1.8 Een document openen ............................................................. 22 1.8.1 Via het dialoogvenster Openen ................................................ 22 1.8.2 Laatst bewerkte documenten .................................................. 22 1.9 Bewerken van tekst ................................................................. 22 1.10 Opnieuw bewaren .................................................................... 22 1.11 Verplaatsen binnen een document ........................................... 23 1.11.1 Navigatietoetsen en sneltoetsen .............................................. 23 1.11.2 Paginawissels........................................................................ 23 1.11.3 Muisbewerkingen .................................................................. 24 1.11.4 Navigatievenster ................................................................... 25 1.11.5 Ga naar................................................................................ 26 1.12 Documentweergaven ............................................................... 27 1.13 Weergeven verborgen opmaaksymbolen ................................. 28 1.13.1 De knop Alles weergeven ....................................................... 28 1.13.2 Opties .................................................................................. 29 1.14 Meerdere documenten ............................................................. 30 1.14.1 Meerdere documenten die geopend zijn ................................... 30 1.14.2 Meerdere documenten tegelijkertijd openen ............................. 31 1.15 De helpfunctie in Word ............................................................ 31 1.15.1 De helpfunctie oproepen ........................................................ 31 1.15.2 De inhoudsopgave weergeven ................................................. 34 1.15.3 Zoekvak ............................................................................... 35 1.15.4 Microsoft Office Online of niet… ............................................... 35 1.15.5 Andere knoppen in de werkbalk .............................................. 36
4 – Word 2010 1/3
1.16 Verlaten van Word ................................................................... 36 1.17 Terugblik ................................................................................. 36 1.18 Oefeningen .............................................................................. 37 2
MIJN EERSTE BRIEF .................................................................... 39
2.1 Inleiding .................................................................................. 39 2.2 Het voorbeeld Eerste-Vb01.docx ............................................. 39 2.3 Opties voor Word ..................................................................... 39 2.3.1 AutoHerstel ...........................................................................40 2.3.2 Standaardbestandslocatie .......................................................40 2.3.3 Altijd back-up maken ..............................................................40 2.4 Sectie-, alinea- en tekenopmaak ............................................. 41 2.5 Marges, afdrukstand, papierformaat ....................................... 42 2.6 Regelafstand en afstand tussen alinea’s .................................. 44 2.7 Lettertype en tekengrootte kiezen........................................... 45 2.8 Tabulatorstops instellen .......................................................... 45 2.9 Datum invoegen ...................................................................... 46 2.10 Tekst onderstrepen of vet afdrukken ....................................... 47 2.11 Tekst inspringen ...................................................................... 48 2.12 Horizontale lijnen trekken ....................................................... 49 2.13 Afdrukken van een document .................................................. 50 2.14 Tabs plaatsen met de liniaal .................................................... 52 2.14.1 Voorbeelden van de soorten tabs .............................................52 2.14.2 Plaatsen van tabs ...................................................................52 2.14.3 Verplaatsen van een tab .........................................................53 2.14.4 Verwijderen van een tab .........................................................53 2.14.5 Wijzigen van type ..................................................................53 2.15 Selecteren van tekst ................................................................ 54 2.15.1 Selecteren door te slepen ........................................................54 2.15.2 Selecteren… een overzicht .......................................................54 2.15.3 Selecteren m.b.v. een knop in het lint ......................................55 2.15.4 Selecteren m.b.v. de functietoets F8 ........................................55 2.15.5 Word selecteert automatisch woorden ......................................55 2.16 Een geselecteerde tekst opmaken ........................................... 56 2.16.1 Met de opdrachten in het lint ...................................................56 2.16.2 Met de miniwerkbalk ..............................................................56 2.17 Wissen van tekst ..................................................................... 57 2.18 Verwijderingen ongedaan maken ............................................ 57 2.19 Herhalen of Opnieuw ............................................................... 57 2.20 Knippen en plakken ................................................................. 58 2.20.1 Via opdrachten in het lint ........................................................58 2.20.2 Drag-and-drop .......................................................................58 2.20.3 Drag-and-drop met de rechtermuisknop ...................................58 2.20.4 Via sneltoetsen ......................................................................58 2.20.5 Met een snelmenu ..................................................................59 2.21 Verzamelen en plakken ........................................................... 59 2.22 Terugblik ................................................................................. 60 2.23 Oefeningen .............................................................................. 60 3
GROOT, GROTER, GROOTST ........................................................ 65
3.1 Inleiding .................................................................................. 65 3.2 Tekenopmaak .......................................................................... 65 3.2.1 Soorten lettertypen? ...............................................................65 3.2.2 Het dialoogvenster Lettertype ..................................................66 3.2.3 Een lettertype kiezen ..............................................................66 3.2.4 Tekenstijl ..............................................................................67
Inhoudsopgave - 5
3.2.5 Punten ................................................................................. 67 3.2.6 Tekstkleur ............................................................................ 67 3.2.7 Onderstrepen........................................................................ 67 3.2.8 Effecten ............................................................................... 67 3.2.9 Proportioneel en niet-proportioneel lettertype ........................... 68 3.2.10 Gegevens intypen.................................................................. 68 3.2.11 Tekenopmaak wissen ............................................................. 68 3.2.12 Superscript en subscript ......................................................... 69 3.3 Tekenopmaak na de selectie van tekst .................................... 69 3.4 Opmaak kopiëren/plakken ...................................................... 70 3.5 Meer mogelijkheden bij tekenopmaak ..................................... 70 3.6 Standaardinstellingen .............................................................. 72 3.6.1 Probleemstelling.................................................................... 72 3.6.2 Standaardinstellingen ............................................................ 72 3.7 Wisselen tussen hoofd- en kleine letters ................................. 74 3.7.1 Het dialoogvenster Hoofdlettergebruik ..................................... 74 3.7.2 Sneltoets.............................................................................. 74 3.8 Alineaopmaak .......................................................................... 74 3.8.1 Uitlijnen van alinea’s.............................................................. 75 3.8.2 Randen en arcering ............................................................... 76 3.8.3 Een kader rond een alinea ...................................................... 77 3.8.4 Inspringen ............................................................................ 79 3.8.5 Maateenheden ...................................................................... 79 3.8.6 De optie Inspringen / Speciaal ................................................ 80 3.8.7 Inspringen m.b.v. de liniaal .................................................... 80 3.8.8 Regelafstand......................................................................... 81 3.8.9 Afstand tussen alinea’s .......................................................... 82 3.8.10 Tekst bijeenhouden ............................................................... 83 3.9 Tekenopmaak en alineaopmaak verwijderen ........................... 85 3.9.1 De alineaopmaak verwijderen ................................................. 85 3.9.2 Teken- en alineaopmaak verwijderen ....................................... 85 3.9.3 Alleen tekenopmaak verwijderen ............................................. 86 3.9.4 Opgelet ................................................................................ 86 3.10 Terugblik ................................................................................. 86 3.11 Oefeningen .............................................................................. 86 4
IN THEMA… EN MET STIJL! ......................................................... 89
4.1 Inleiding .................................................................................. 89 4.2 Thema ..................................................................................... 89 4.3 Stijlen ...................................................................................... 91 4.3.1 Wat is een stijl? .................................................................... 91 4.3.2 Snelle stijlen ......................................................................... 91 4.3.3 Een andere set stijlen kiezen .................................................. 92 4.3.4 Stijlcontrole .......................................................................... 93 4.3.5 Tenslotte .............................................................................. 95 4.4 Lijst met opsommingstekens ................................................... 95 4.4.1 Een lijst maken ..................................................................... 95 4.4.2 De lijst beëindigen ................................................................. 95 4.4.3 Het snelmenu ....................................................................... 96 4.4.4 Opsommingsteken wijzigen .................................................... 96 4.4.5 Nieuwe regels zonder opsommingsteken tussenvoegen .............. 97 4.5 Genummerde lijsten ................................................................ 98 4.5.1 Aanmaken van een genummerde lijst ...................................... 98 4.5.2 Het wijzigen van de nummering .............................................. 99 4.5.3 Nummering overslaan ............................................................ 99 4.6 Meerdere niveaus .................................................................. 100 4.6.1 Voorbeeld met twee niveaus .................................................. 100 4.6.2 Extra ruimte tussen de opsommingen ..................................... 102
6 – Word 2010 1/3
4.7 4.8 4.9 5
Toch even opletten… ............................................................. 102 Terugblik ............................................................................... 104 Oefeningen ............................................................................ 105 WIE ZOEKT DIE VINDT ............................................................. 107
5.1 Inleiding ................................................................................ 107 5.2 Zoeken .................................................................................. 107 5.2.1 Het taakvenster Navigatie ..................................................... 107 5.2.2 Geavanceerd zoeken ............................................................ 109 5.2.3 Zoeken naar een tekst .......................................................... 111 5.2.4 Zoeken naar opmaakcodes .................................................... 111 5.2.5 Zoeken naar speciale codes ................................................... 112 5.2.6 Jokertekens gebruiken .......................................................... 112 5.2.7 Opnieuw zoeken .................................................................. 113 5.3 Vervangen ............................................................................. 113 5.3.1 Vervangen van tekst door tekst ............................................. 113 5.3.2 Vervangen van speciale tekens .............................................. 114 5.4 AutoCorrectie ........................................................................ 115 5.4.1 AutoCorrectie ...................................................................... 115 5.4.2 Tekstfragmenten .................................................................. 117 5.4.3 Uitzonderingen op AutoCorrectie ............................................ 118 5.4.4 AutoCorrectie - wiskundig ..................................................... 118 5.5 AutoOpmaak .......................................................................... 118 5.5.1 AutoOpmaak tijdens typen .................................................... 118 5.5.2 AutoOpmaak ....................................................................... 121 5.6 Terugkeren naar posities die laatst bewerkt zijn ................... 121 5.7 Terugblik ............................................................................... 121 5.8 Oefeningen ............................................................................ 121 6
EEN FOUTJE MEER OF MINDER .................................................. 123
6.1 Inleiding ................................................................................ 123 6.2 Spelling en grammatica ......................................................... 123 6.2.1 Opties................................................................................. 123 6.2.2 Spelling en grammatica controleren tijdens het typen ............... 126 6.2.3 Het dialoogvenster Spelling en grammatica ............................. 127 6.2.4 Ongedaan maken ................................................................. 129 6.2.5 Teveel fouten ...................................................................... 129 6.2.6 Selectie............................................................................... 129 6.2.7 Het pictogram in de statusbalk .............................................. 129 6.3 Eigen woordenlijst(en) .......................................................... 130 6.4 Synoniemen ........................................................................... 131 6.4.1 Synoniemen via een snelmenu ............................................... 131 6.4.2 Synoniemenlijst ................................................................... 131 6.5 Het taakvenster Onderzoeken ............................................... 133 6.5.1 Een zoekactie starten ........................................................... 133 6.5.2 Onderzoeksopties ................................................................. 134 6.6 Vertalen ................................................................................. 134 6.6.1 Een woord of fragment vertalen vanuit het taakvenster Onderzoeken ................................................................................... 134 6.6.2 Een tekstfragment vertalen ................................................... 135 6.6.3 Een document vertalen ......................................................... 135 6.6.4 De minivertaler .................................................................... 136 6.6.5 Taal voor vertaling kiezen ..................................................... 137 6.7 Taal ....................................................................................... 137 6.7.1 Instellingen in Windows ........................................................ 138 6.7.2 Bewerkingstalen en standaardtaal instellen in Word.................. 139 6.7.3 Taal automatisch bepalen ...................................................... 141 6.7.4 Wijzigen van de taal ............................................................. 142
Inhoudsopgave - 7
6.7.5 Kiezen terwijl je typt ............................................................. 143 6.7.6 Nieuwe tekst intypen ............................................................ 144 6.7.7 Spelling- en grammaticacontrole ............................................ 144 6.8 Afbreken van woorden ........................................................... 145 6.8.1 Woordafbreking activeren ...................................................... 145 6.8.2 Opties ................................................................................. 146 6.8.3 Soorten afbreekstreepjes ...................................................... 146 6.8.4 Handmatig splitsen ............................................................... 147 6.9 Woorden, tekens … tellen ...................................................... 148 6.10 Terugblik ............................................................................... 148 6.11 Oefeningen ............................................................................ 149 7
MET EEN HOEDJE OF EEN VOETJE ............................................. 151
7.1 Inleiding ................................................................................ 151 7.2 Kop- en voetteksten invoegen ............................................... 151 7.2.1 Galerie Voetteksten .............................................................. 151 7.2.2 Een eigen ontwerp maken ..................................................... 153 7.3 Kop- en voetteksten bewerken .............................................. 155 7.4 Kop- en voetteksten verwijderen ........................................... 155 7.5 Even en oneven bladzijden .................................................... 155 7.6 Kop- en voetteksten per sectie .............................................. 156 7.6.1 Document indelen in secties .................................................. 156 7.6.2 Kop- en voetteksten per sectie ............................................... 157 7.6.3 Verwijderen van een sectie .................................................... 158 7.7 Kop- en voetteksten positioneren .......................................... 159 7.8 Paginanummering ................................................................. 159 7.9 Terugblik ............................................................................... 160 7.10 Oefeningen ............................................................................ 160 8
MEE OP HET PLAATJE ................................................................ 163
8.1 Inleiding ................................................................................ 163 8.2 Een afbeelding invoegen ........................................................ 163 8.2.1 Een afbeelding invoegen ....................................................... 163 8.2.2 Selecteren van een afbeelding ............................................... 164 8.2.3 Verkleinen of vergroten van een afbeelding ............................. 164 8.2.4 Verplaatsen van de afbeelding ............................................... 165 8.2.5 Draaien van een afbeelding ................................................... 165 8.2.6 Deselecteren van een afbeelding ............................................ 165 8.3 De positie van een afbeelding ................................................ 165 8.4 Tekstterugloop ...................................................................... 166 8.5 Een afbeelding verplaatsen of kopiëren ................................. 167 8.6 De grootte van de afbeelding ................................................. 167 8.6.1 Verkleinen of vergroten via het lint ......................................... 167 8.6.2 Bijsnijden van de afbeelding .................................................. 168 8.6.3 Het dialoogvenster Indeling ................................................... 168 8.6.4 Het dialoogventer Afbeelding opmaken ................................... 169 8.7 Afbeeldingstijlen.................................................................... 170 8.7.1 Galerie afbeeldingstijlen ........................................................ 170 8.7.2 Afbeeldingseffecten .............................................................. 171 8.7.3 Afbeeldingrand..................................................................... 172 8.8 De groep Aanpassen .............................................................. 172 8.9 Microsoft Mediagalerie........................................................... 173 8.9.1 Een illustratie invoegen ......................................................... 173 8.9.2 Mediagalerie ........................................................................ 174 8.9.3 Catalogiseren van illustraties ................................................. 175 8.9.4 Illustraties op het internet ..................................................... 175
8 – Word 2010 1/3
8.10 Opties .................................................................................... 177 8.10.1 Standaardwaarde voor tekstterugloop .................................... 177 8.10.2 Afbeeldingen verbergen ........................................................ 178 8.11 Terugblik ............................................................................... 178 8.12 Oefeningen ............................................................................ 179 9
IN DE CEL ................................................................................. 181
9.1 Inleiding ................................................................................ 181 9.2 Invoegen van een tabel ......................................................... 181 9.3 Navigatietoetsen binnen een tabel ........................................ 184 9.4 Breedte van een kolom wijzigen ............................................ 184 9.4.1 Breedte van een kolom wijzigen door te slepen ........................ 184 9.4.2 Breedte van een kolom wijzigen m.b.v. de liniaal ..................... 185 9.4.3 Breedte van een kolom wijzigen met een opdracht in het lint ..... 185 9.4.4 Breedte van een kolom wijzigen in een dialoogvenster .............. 185 9.5 Selecteren van cellen............................................................. 185 9.5.1 Selecteren m.b.v. de muis..................................................... 186 9.5.2 Selecteren via het menu ....................................................... 186 9.6 Stijlen voor tabellen .............................................................. 187 9.7 Een tabel zelf opmaken ......................................................... 188 9.7.1 Lijnen verwijderen ................................................................ 188 9.7.2 Dikte van de lijnen bepalen en lijnen toevoegen ....................... 189 9.7.3 Een cel een vulling geven ...................................................... 189 9.7.4 Rijhoogte aanpassen ............................................................ 189 9.7.5 Uitlijning ............................................................................. 190 9.8 Samenvoegen en splitsen van cellen ..................................... 190 9.8.1 Samenvoegen van cellen ....................................................... 190 9.8.2 Splitsen van een cel ............................................................. 191 9.9 Invoegen en verwijderen....................................................... 192 9.9.1 Rijen of kolommen invoegen .................................................. 192 9.9.2 Verwijderen van rijen of kolommen ........................................ 192 9.9.3 Cellen verwijderen ............................................................... 192 9.9.4 Tabel verwijderen ................................................................ 193 9.9.5 Snelmenu............................................................................ 193 9.10 Eerste rij herhalen ................................................................. 193 9.11 Een tabel tekenen .................................................................. 194 9.11.1 Tabel tekenen ...................................................................... 194 9.11.2 Gum ................................................................................... 194 9.11.3 Gelijkmatig verdelen van rijen en kolommen ........................... 195 9.12 Tabeleigenschappen .............................................................. 195 9.12.1 Het tabblad Tabel ................................................................. 195 9.12.2 Het tabblad Rij ..................................................................... 196 9.12.3 Het tabblad Cel .................................................................... 197 9.13 Terugblik ............................................................................... 197 9.14 Oefeningen ............................................................................ 198 BIJLAGEN ....................................................................................... 201 TREFWOORDENREGISTER ............................................................... 241