OFFICE 2007 t m e cd
Microsoft® -rom
1/
3
WORD
Roger Frans
®
campinia media vzw
Frans, Roger – Word 2007 1/3 / Roger Frans; Geel: Campinia Media vzw, 2007; 228 p; index; 25 cm; gelijmd. ISBN: 97890356.1218.1; NUGI 854; UDC 681.3.06 Wettelijk depot België: D/2007/3941/8 Campinia Media vzw Kleinhoefstraat 4 B – 2440 – GEEL (Belgium) Tel.: (+32) 014/59 09 59 Fax: (+32) 014/59 03 44 e-Mail:
URL: <www.campiniamedia.be> Copyright 2007:
No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission of the publisher. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, print, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Inleiding Word 2007 1/3 is een cursus over het tekstverwerkingspakket Word van de firma Microsoft. Het tekstverwerkingspakket maakt deel uit van de bundel Microsoft Office 2007 waarin onder andere ook het rekenblad Excel en het presentatiepakket PowerPoint zitten. Tekstverwerking is de toepassing die wellicht het meest gebruikt wordt op een personal computer. Naast Word zijn er natuurlijk nog andere tekstverwerkingsSURJUDPPD¶VEY:RUG3HUIHFWYDQGHILUPD&RUHO In deze cursus leren wij je werken met Word 2007. Aan de hand van concrete voorbeelden worden de mogelijkheden van Word bestudeerd. De cursus is een doe-cursus. Dat betekent dat je de cursus doorneemt terwijl aan de computer zit. Je leert Word enkel door er mee te werken, niet door er naar te kijken of door er over te lezen. Bij elk hoofdstuk zijn ook een aantal oefeningen voorzien. Maak ze! Je verwerkt op die manier de leerstof die in de vorige hoofdstukken aan bod is gekomen. Bij de cursus hoort een cd-rom. Op deze cd-rom staan een aantal voorbeelden en figuren die je nodig hebt om de cursus te kunnen doornemen. De bestanden bevinden zich in de map Wo2007_1_Vbn. Je kunt de map op de cd-rom best kopiëren naar de map Documenten op je harde schijf. Dat werkt het snelst. Op de cdrom vind je ook een document Lees mij.docx'LWEHVWDQGEHYDWµODVWminute¶Lnformatie. Je kunt het lezen door te dubbelklikken op het bestand. Word 2007 1/3 bevat de leerstof van de module Tekstverwerking 1 zoals die vastgelegd is in het leerplan Informatica-toepassingssoftware voor het volwassenenonderwijs. De leerstof van de modules Tekstverwerking 2 en Tekstverwerking 3 vind je in de delen Word 2007 2/3 en Word 2007 3/3. Ik wens ten slotte een woord van dank uit te spreken aan éénieder die geholpen heeft bij het tot stand komen van deze cursus: aanreiken van voorbeelden, controleren van de cursustekst, afbeeldingen, ... Ik hoop dat deze cursus je vertrouwd mag maken met Word 2007. Indien je opmerkingen hebt die een latere uitgave kunnen verbeteren, kan je die steeds kwijt aan de auteur. Roger Frans september 2007
Inleiding - 1
Afspraken We gaan van start... In de volgende hoofdstukken leren we aan de hand van concrete voorbeelden Word gebruiken. We veronderstellen dat je de voorbeelden op de computer uitvoert. De acties die je als gebruiker stapsgewijs moet volgen, worden als volgt genoteerd. ¾ Je geeft je wachtwoord in. Dit wachtwoord wordt niet op het scherm getoond. Je krijgt enkel sterretjes (*) te zien. Je klikt op de knop OK om te bevestigen. Het pijltje geeft aan dat er iets van je verwacht wordt. Na het pijltje wordt omschreven wat je moet doen. Nieuwe begrippen zijn vet gedrukt, namen van menukeuzen, knoppen, e.d. zijn schuin gedrukt. De verschillende opdrachten en/of menukeuzen zijn gescheiden door een slash-teken, bv. Tabel / Tabel invoegen. Indien je tekst letterlijk moet ingeven, wordt dit in een ander lettertype weergegeven: Dit moet je letterlijk intypen. De bijgevoegde cd-rom bevat een map Wo2007_1_Vbn. De map bevat bestanden die je nodig hebt om de voorbeelden in deze cursus te maken. Je kopieert de map best naar je harde schijf, bij voorkeur onder de map Mijn documenten. De voorbeelden en oefeningen die je in deze cursus zelf uitwerkt, plaats je in een map met de naam Wo2007_1_Oef.
2 ± Word 2007 1/3
Inhoudsopgave INLEIDING .................................................................................................1 AFSPRAKEN .............................................................................................2 INHOUDSOPGAVE....................................................................................3 1
AANGENAME KENNISMAKING ........................................................9
1.1 Inleiding .............................................................................................................................. 9 1.2 Word starten ...................................................................................................................... 9 1.2.1 Windows starten .............................................................................................................. 9 1.2.2 De Windows-omgeving................................................................................................... 9 1.2.3 Word starten .................................................................................................................. 10 1.3 Het beginscherm .............................................................................................................. 12 1.3.1 Tekstgedeelte................................................................................................................. 12 1.3.2 Titelbalk ........................................................................................................................ 12 1.3.3 De Office-knop.............................................................................................................. 12 1.3.4 Het lint........................................................................................................................... 13 1.3.5 De liniaal ....................................................................................................................... 15 1.3.6 De statusbalk ................................................................................................................. 15 1.3.7 Schuifbalken.................................................................................................................. 16 1.3.8 6QHOPHQX¶V .................................................................................................................... 17 1.3.9 De miniwerkbalk ........................................................................................................... 17 1.3.10 De werkbalk Snelle toegang .......................................................................................... 17 1.4 Een eerste tekst maken .................................................................................................... 18 1.5 Een document opslaan..................................................................................................... 19 1.6 Een document sluiten....................................................................................................... 20 1.7 Een nieuw document maken ........................................................................................... 20 1.8 Een document openen...................................................................................................... 22 1.8.1 Via het menu ................................................................................................................. 22 1.8.2 Laatst bewerkte documenten ......................................................................................... 22 1.9 Bewerken van tekst .......................................................................................................... 22 1.10 Opnieuw bewaren ............................................................................................................ 23 1.11 Verplaatsen binnen een document.................................................................................. 23 1.11.1 Navigatietoetsen en sneltoetsen..................................................................................... 23 1.11.2 Paginawissels................................................................................................................. 24 1.11.3 Muisbewerkingen .......................................................................................................... 25 1.11.4 Ga naar .......................................................................................................................... 26 1.12 Documentweergaven........................................................................................................ 27 1.13 Weergeven verborgen opmaaksymbolen ....................................................................... 28 1.13.1 De knop Alles weergeven .............................................................................................. 28 1.13.2 Opties ............................................................................................................................ 29 1.14 Meerdere documenten ..................................................................................................... 29 1.14.1 Meerdere documenten die geopend zijn ........................................................................ 29 1.14.2 Meerdere documenten tegelijkertijd openen.................................................................. 30 1.15 De helpfunctie in Word ................................................................................................... 30 1.15.1 De helpfunctie oproepen................................................................................................ 30 1.15.2 Bladeren in Help van Word ........................................................................................... 31 1.15.3 De inhoudsopgave weergeven ....................................................................................... 32 1.15.4 Zoekvak ......................................................................................................................... 33 1.15.5 0LFURVRIW2IILFH2QOLQHRIQLHW« ................................................................................. 33 1.15.6 Andere knoppen in de werkbalk .................................................................................... 34 1.16 Verlaten van Word .......................................................................................................... 35 1.17 Terugblik .......................................................................................................................... 35 1.18 Oefeningen........................................................................................................................ 35
Inhoudsopgave - 3
2
MIJN EERSTE BRIEF .......................................................................37
2.1 Inleiding ............................................................................................................................ 37 2.2 Het voorbeeld H02VB01.docx......................................................................................... 37 2.3 Opties voor Word............................................................................................................. 37 2.3.1 AutoHerstel ................................................................................................................... 38 2.3.2 Standaardbestandslocatie............................................................................................... 38 2.3.3 Altijd back-up maken .................................................................................................... 38 2.4 Sectie-, alinea- en tekenopmaak...................................................................................... 39 2.5 Marges, afdrukstand, papierformaat ............................................................................. 40 2.6 5HJHODIVWDQGHQDIVWDQGWXVVHQDOLQHD¶V ......................................................................... 42 2.7 Lettertype en tekengrootte kiezen .................................................................................. 43 2.8 Tabulatorstops instellen .................................................................................................. 44 2.9 Datum invoegen................................................................................................................ 45 2.10 Tekst onderstrepen of vet afdrukken ............................................................................. 46 2.11 Tekst inspringen............................................................................................................... 47 2.12 Horizontale lijnen trekken .............................................................................................. 49 2.13 Afdrukvoorbeeld .............................................................................................................. 49 2.14 Afdrukken van een document......................................................................................... 50 2.15 Tabstops plaatsen met de liniaal..................................................................................... 52 2.15.1 Voorbeelden van de soorten tabstops ............................................................................ 52 2.15.2 Plaatsen van tabstops ..................................................................................................... 52 2.15.3 Verplaatsen van een tabstop .......................................................................................... 53 2.15.4 Verwijderen van een tabstop ......................................................................................... 53 2.15.5 Wijzigen van type.......................................................................................................... 54 2.16 Selecteren van tekst ......................................................................................................... 54 2.16.1 Selecteren door te slepen ............................................................................................... 54 2.16.2 6HOHFWHUHQ«HHQRYHU]LFKW ............................................................................................ 54 2.16.3 Selecteren m.b.v. een knop in het lint............................................................................ 55 2.16.4 Selecteren m.b.v. de functietoets F8 .............................................................................. 55 2.16.5 Word selecteert woorden automatisch........................................................................... 56 2.17 Een geselecteerde tekst opmaken.................................................................................... 56 2.17.1 Met de opdrachten in het lint ......................................................................................... 56 2.17.2 Met de miniwerkbalk..................................................................................................... 56 2.18 Wissen van tekst............................................................................................................... 57 2.19 Verwijderingen ongedaan maken................................................................................... 57 2.20 Herhalen of Opnieuw....................................................................................................... 58 2.21 Knippen en plakken......................................................................................................... 58 2.21.1 Via opdrachten in het lint .............................................................................................. 58 2.21.2 Drag-and-drop ............................................................................................................... 58 2.21.3 Drag-and-drop met de rechtermuisknop ........................................................................ 59 2.21.4 Via sneltoetsen .............................................................................................................. 59 2.22 Verzamelen en plakken ................................................................................................... 59 2.23 Terugblik .......................................................................................................................... 60 2.24 Oefeningen........................................................................................................................ 61
3
GROOT, GROTER, GROOTST.........................................................65
3.1 Inleiding ............................................................................................................................ 65 3.2 Tekenopmaak ................................................................................................................... 65 3.2.1 Soorten lettertypen?....................................................................................................... 65 3.2.2 Het dialoogvenster Lettertype ....................................................................................... 66 3.2.3 Een lettertype kiezen ..................................................................................................... 66 3.2.4 Tekenstijl ....................................................................................................................... 67 3.2.5 Punten............................................................................................................................ 67 3.2.6 Tekstkleur...................................................................................................................... 67 3.2.7 Onderstrepen ................................................................................................................. 67 3.2.8 Effecten ......................................................................................................................... 67 3.2.9 Proportioneel en niet-proportioneel lettertype ............................................................... 68 3.2.10 Gegevens intypen .......................................................................................................... 68
4 ± Word 2007 1/3
3.2.11 Opmaak wissen.............................................................................................................. 68 3.2.12 Superscript en subscript................................................................................................. 69 3.3 Tekenopmaak na de selectie van tekst ........................................................................... 69 3.4 Opmaak kopiëren/plakken.............................................................................................. 70 3.5 Afstand en positie............................................................................................................. 70 3.6 Standaardinstellingen ...................................................................................................... 72 3.6.1 Probleemstelling ............................................................................................................ 72 3.6.2 Standaardinstellingen .................................................................................................... 72 3.7 Wisselen tussen hoofd- en kleine letters ......................................................................... 74 3.7.1 Het dialoogvenster Hoofdlettergebruik ......................................................................... 74 3.7.2 Sneltoets ........................................................................................................................ 74 3.8 Alineaopmaak .................................................................................................................. 74 3.8.1 8LWOLMQHQYDQDOLQHD¶V..................................................................................................... 75 3.8.2 Randen en arcering ........................................................................................................ 75 3.8.3 Een kader rond een alinea.............................................................................................. 77 3.8.4 Inspringen...................................................................................................................... 78 3.8.5 Maateenheden................................................................................................................ 79 3.8.6 De optie Inspringen / Speciaal in het tabblad Inspringingen en afstand ........................ 79 3.8.7 Inspringen m.b.v. de liniaal ........................................................................................... 80 3.8.8 Regelafstand .................................................................................................................. 80 3.8.9 $IVWDQGWXVVHQDOLQHD¶V .................................................................................................. 82 3.8.10 Tekst bijeenhouden........................................................................................................ 83 3.9 Opmaak van een alinea verwijderen .............................................................................. 84 3.9.1 De alineaopmaak verwijderen ....................................................................................... 84 3.9.2 Teken- en alineaopmaak verwijderen............................................................................ 85 3.9.3 Alleen tekenopmaak verwijderen .................................................................................. 85 3.9.4 Opgelet .......................................................................................................................... 85 3.10 Terugblik .......................................................................................................................... 85 3.11 Oefeningen........................................................................................................................ 86
4
,17+(0$«(10(767,JL!............................................................89
4.1 Inleiding ............................................................................................................................ 89 4.2 Thema ............................................................................................................................... 89 4.3 Stijlen ................................................................................................................................ 91 4.3.1 Wat is een stijl? ............................................................................................................. 91 4.3.2 Snelle stijlen .................................................................................................................. 91 4.3.3 Een andere set stijlen kiezen.......................................................................................... 92 4.3.4 Stijlcontrole ................................................................................................................... 93 4.3.5 Tenslotte ........................................................................................................................ 95 4.4 Lijst met opsommingstekens ........................................................................................... 95 4.4.1 Een lijst maken .............................................................................................................. 95 4.4.2 De lijst beëindigen......................................................................................................... 96 4.4.3 Het snelmenu................................................................................................................. 96 4.4.4 Opsommingsteken wijzigen .......................................................................................... 96 4.4.5 Een alinea zonder opsommingsteken tussenvoegen ...................................................... 97 4.5 Genummerde lijsten ........................................................................................................ 98 4.5.1 Aanmaken van een genummerde lijst............................................................................ 98 4.5.2 Het wijzigen van de nummering.................................................................................... 98 4.5.3 Nummering overslaan ................................................................................................... 99 4.6 Meerdere niveaus........................................................................................................... 100 4.6.1 Voorbeeld met twee niveaus........................................................................................ 100 4.6.2 Extra ruimte tussen de opsommingen.......................................................................... 101 4.7 Terugblik ........................................................................................................................ 101 4.8 Oefeningen...................................................................................................................... 101
5
WIE ZOEKT DIE VINDT ..................................................................103
5.1 Inleiding .......................................................................................................................... 103 5.2 Zoeken............................................................................................................................. 103 5.2.1 Het zoekvenster ........................................................................................................... 103 5.2.2 Zoeken naar een tekst .................................................................................................. 105
Inhoudsopgave - 5
5.2.3 Zoeken naar opmaakcodes .......................................................................................... 106 5.2.4 Zoeken naar speciale codes ......................................................................................... 106 5.2.5 Jokertekens gebruiken ................................................................................................. 106 5.2.6 Opnieuw zoeken .......................................................................................................... 107 5.3 Vervangen....................................................................................................................... 107 5.3.1 Vervangen van tekst door tekst ................................................................................... 107 5.3.2 Vervangen van speciale tekens.................................................................................... 108 5.4 AutoCorrectie................................................................................................................. 109 5.4.1 AutoCorrectie .............................................................................................................. 109 5.4.2 Tekstfragmenten .......................................................................................................... 111 5.4.3 Uitzonderingen op AutoCorrectie ............................................................................... 111 5.4.4 AutoCorrectie - wiskundig .......................................................................................... 112 5.5 AutoOpmaak .................................................................................................................. 112 5.5.1 AutoOpmaak tijdens typen .......................................................................................... 112 5.5.2 AutoOpmaak ............................................................................................................... 114 5.6 Terugkeren naar posities die laatst bewerkt zijn ........................................................ 114 5.7 Terugblik ........................................................................................................................ 114 5.8 Oefeningen...................................................................................................................... 115
6
EEN FOUTJE MEER OF MINDER ..................................................117
6.1 Inleiding .......................................................................................................................... 117 6.2 Spelling en grammatica ................................................................................................. 117 6.2.1 Opties .......................................................................................................................... 117 6.2.2 Spelling en grammatica tijdens het typen .................................................................... 121 6.2.3 Het dialoogvenster Spelling en grammatica ................................................................ 121 6.2.4 Ongedaan maken ......................................................................................................... 123 6.2.5 Teveel fouten ............................................................................................................... 124 6.2.6 Selectie ........................................................................................................................ 124 6.2.7 Het pictogram in de statusbalk .................................................................................... 124 6.3 Eigen woordenlijsten ..................................................................................................... 124 6.3.1 Een eigen woordenlijst ................................................................................................ 124 6.3.2 Een woordenlijst toevoegen......................................................................................... 125 6.3.3 Werken met meerdere aangepaste woordenlijsten....................................................... 125 6.4 Synoniemen .................................................................................................................... 126 6.4.1 Synoniemen via een snelmenu .................................................................................... 126 6.4.2 Synoniemenlijst ........................................................................................................... 127 6.5 Het taakvenster Onderzoeken....................................................................................... 128 6.5.1 Een zoekactie starten ................................................................................................... 128 6.5.2 Onderzoeksopties ........................................................................................................ 129 6.6 Vertalen .......................................................................................................................... 130 6.6.1 Een woord of fragment vertalen .................................................................................. 130 6.6.2 Vertaalopties................................................................................................................ 131 6.6.3 Scherminfo voor vertaling ........................................................................................... 131 6.7 Taal ................................................................................................................................. 132 6.7.1 Instellingen in Windows.............................................................................................. 132 6.7.2 Bewerkingstalen en standaardtaal instellen ................................................................. 133 6.7.3 Taal automatisch bepalen ............................................................................................ 134 6.7.4 Taal van een woord in een document wijzigen............................................................ 135 6.7.5 Nieuwe tekst intypen ................................................................................................... 136 6.7.6 Spelling- en grammaticacontrole................................................................................. 137 6.8 :RRUGHQWHNHQV«WHOOHQ ............................................................................................ 138 6.9 Afbreken van woorden .................................................................................................. 138 6.9.1 Woordafbreking activeren ........................................................................................... 138 6.9.2 Opties .......................................................................................................................... 139 6.9.3 Soorten afbreekstreepjes.............................................................................................. 139 6.9.4 Handmatig splitsen ...................................................................................................... 140 6.10 Terugblik ........................................................................................................................ 141 6.11 Oefeningen...................................................................................................................... 141
6 ± Word 2007 1/3
7
MET EEN HOEDJE OF EEN VOETJE............................................143
7.1 Inleiding .......................................................................................................................... 143 7.2 Kop- en voetteksten ....................................................................................................... 143 7.2.1 Galerie Voetteksten ..................................................................................................... 143 7.2.2 Een eigen ontwerp maken ........................................................................................... 144 7.3 Kop- en voetteksten bewerken ...................................................................................... 146 7.4 Kop- en voetteksten verwijderen .................................................................................. 146 7.5 Even en oneven bladzijden ............................................................................................ 147 7.6 Kop- en voetteksten per sectie....................................................................................... 148 7.6.1 Document indelen in secties ........................................................................................ 148 7.6.2 Kop- en voetteksten per sectie..................................................................................... 150 7.6.3 Verwijderen van een sectie.......................................................................................... 151 7.7 Kop- en voetteksten positioneren.................................................................................. 151 7.8 Paginanummering.......................................................................................................... 152 7.9 Terugblik ........................................................................................................................ 152 7.10 Oefeningen...................................................................................................................... 152
8
MEE OP HET PLAATJE..................................................................155
8.1 Inleiding .......................................................................................................................... 155 8.2 Een afbeelding invoegen ................................................................................................ 155 8.2.1 Een afbeelding invoegen ............................................................................................. 155 8.2.2 Selecteren van een afbeelding ..................................................................................... 157 8.2.3 Verkleinen of vergroten van een afbeelding................................................................ 157 8.2.4 Verplaatsen van de afbeelding..................................................................................... 157 8.2.5 Draaien van een afbeelding ......................................................................................... 158 8.2.6 Deselecteren van een afbeelding ................................................................................. 158 8.3 De positie van een afbeelding ........................................................................................ 158 8.4 Tekstterugloop ............................................................................................................... 159 8.5 Een afbeelding verplaatsen of kopiëren ....................................................................... 159 8.6 De grootte van de afbeelding......................................................................................... 160 8.6.1 Verkleinen of vergroten via het lint............................................................................. 160 8.6.2 Bijsnijden van de afbeelding ....................................................................................... 161 8.6.3 Het dialoogvenster Grootte ......................................................................................... 161 8.7 Afbeeldingstijlen ............................................................................................................ 162 8.7.1 Galerie afbeeldingstijlen.............................................................................................. 162 8.7.2 Afbeeldingseffecten..................................................................................................... 163 8.7.3 Afbeeldingrand ............................................................................................................ 164 8.8 De groep Aanpassen ....................................................................................................... 164 8.9 Het dialoogvenster Afbeelding opmaken....................................................................... 164 8.10 Microsoft Mediagalerie ................................................................................................. 165 8.10.1 Een illustratie invoegen ............................................................................................... 165 8.10.2 Mediagalerie ................................................................................................................ 167 8.10.3 Catalogiseren van afbeeldingen................................................................................... 168 8.11 Afbeeldingen op het internet ......................................................................................... 169 8.12 Opties .............................................................................................................................. 170 8.12.1 Standaardwaarde voor tekstterugloop ......................................................................... 170 8.12.2 Afbeeldingen verbergen .............................................................................................. 171 8.13 Terugblik ........................................................................................................................ 171 8.14 Oefeningen...................................................................................................................... 171
9
IN DE CEL .......................................................................................173
9.1 Inleiding .......................................................................................................................... 173 9.2 Invoegen van een tabel .................................................................................................. 173 9.3 Navigatietoetsen binnen een tabel ................................................................................ 176 9.4 Breedte van een kolom wijzigen ................................................................................... 176 9.4.1 Breedte van een kolom wijzigen door te slepen .......................................................... 176 9.4.2 Breedte van een kolom wijzigen m.b.v. de liniaal....................................................... 177 9.4.3 Breedte van een kolom wijzigen met een opdracht in het lint ..................................... 178
Inhoudsopgave - 7
9.4.4 Breedte van een kolom wijzigen in een dialoogvenster............................................... 178 9.5 Selecteren van cellen ...................................................................................................... 178 9.5.1 Selecteren m.b.v. de muis............................................................................................ 178 9.5.2 Selecteren via het menu............................................................................................... 179 9.6 Stijlen voor tabellen ....................................................................................................... 179 9.7 Een tabel zelf opmaken.................................................................................................. 181 9.7.1 Lijnen verwijderen....................................................................................................... 181 9.7.2 Dikte van de lijnen bepalen en lijnen toevoegen ......................................................... 182 9.7.3 Een cel een vulling geven............................................................................................ 182 9.7.4 Rijhoogte aanpassen .................................................................................................... 182 9.7.5 Uitlijning ..................................................................................................................... 183 9.8 Samenvoegen en splitsen van cellen ............................................................................. 183 9.8.1 Samenvoegen van cellen ............................................................................................. 183 9.8.2 Splitsen van een cel ..................................................................................................... 184 9.9 Invoegen en verwijderen ............................................................................................... 185 9.9.1 Rijen of kolommen invoegen ...................................................................................... 185 9.9.2 Verwijderen van rijen of kolommen............................................................................ 185 9.9.3 Cellen verwijderen....................................................................................................... 185 9.9.4 Tabel verwijderen........................................................................................................ 186 9.9.5 Snelmenu ..................................................................................................................... 186 9.10 Eerste rij herhalen ......................................................................................................... 186 9.11 Een tabel tekenen ........................................................................................................... 187 9.11.1 Tabel tekenen .............................................................................................................. 187 9.11.2 Gum............................................................................................................................. 187 9.11.3 Gelijkmatig verdelen van rijen en kolommen ............................................................. 188 9.12 Tabeleigenschappen....................................................................................................... 188 9.12.1 Het tabblad Tabel ........................................................................................................ 188 9.12.2 Het tabblad Rij............................................................................................................. 189 9.12.3 Het tabblad Cel ............................................................................................................ 190 9.13 Terugblik ........................................................................................................................ 191 9.14 Oefeningen...................................................................................................................... 191
TREFWOORDENREGISTER.................................................................193 BIJLAGEN .............................................................................................199
8 ± Word 2007 1/3