2gther. 5 modules voor leerjaar 2. Team 2ghter 2008, Stedelijk College Eindhoven. Meer informatie?

2gther 5 modules voor leerjaar 2

Team 2ghter 2008, Stedelijk College Eindhoven Meer informatie? www.2ghter.nl

Team 2gther 2008 – Stedelijk College Eindhoven

1

Inleiding Om tot een goede samenwerking te komen is het belangrijk dat de leerlingen zichzelf goed leren kennen. Daarvoor is de cyclus 2gther gemaakt. In deze vierjarige leerlijn kunnen de leerlingen zich ontwikkelen op de gebieden van zelfreflectie, omgaan met de ander en omgaan met anderen. Verschillende vaardigheden komen aan bod die allemaal in een digitale test kunnen worden gescoord. Dit wordt door de leerling zelf gedaan maar ook door docente, medeleerlingen en allerlei andere personen waar de leerling voor kiest. Deze test is de opmaat voor een POP-gesprek tussen mentor en leerling. De bevindingen en prestaties van de leerlingen kunnen worden meegenomen in een digitaal portfolio. Wij wensen alle leerlingen en docenten veel plezier met het werken aan 2gther!


2

Inleiding van leerjaar 2: Leerjaar 2 bestaat uit 6 modules waarin vooral de volgende vaardigheden aan bod komen: aanpassingsvermogen, luisteren naar anderen, omgaan met emoties van anderen en samen- en meewerken. In het ‘schematisch overzicht’ is kort de tijdsindeling en organisatie omschreven. Bij ‘uitvoering’ vindt u een omschrijving van de modules en enkele tips. De werkbladen zijn verwerkt tot werkboekjes en kunnen tijdens de les door de leerlingen gebruikt worden. De docent kan het werkboekje ook voor zichzelf gebruiken. Belangrijk is dat leerlingen kort na het maken van de modules de digitale test invullen en hun portfolio bijwerken. Overzicht modules leerjaar 2 Modules Vaardigheden Extra informatie 1. “A deal is a deal” Aanpassingsvermogen  Schematisch overzicht Omgaan met emoties van anderen inleiding en tijdsduur  Uitvoering Luisteren naar anderen  Werkbladen 2. “How y’all feelin’?!” inleiding en tijdsduur

Omgaan met eigen emoties Omgaan met emoties van anderen

3. “Let me help you” inleiding en tijdsduur

Omgaan met emoties van anderen Luisteren naar anderen

4. “Rap er zelf op los” inleiding en tijdsduur

Spreken en presenteren Samen- en meewerken

5. “Lekker debatteren” inleiding en tijdsduur

Luisteren naar anderen


           

Schematisch overzicht Uitvoering Werkbladen Schematisch overzicht Uitvoering Werkbladen Schematisch overzicht Uitvoering Werkbladen Schematisch overzicht Uitvoering Werkbladen

3

6. “Fijn om met u kennis te maken” inleiding en tijdsduur

Omgaan met emoties van anderen


  

Schematisch overzicht Uitvoering Werkbladen

4

Leerjaar 2

Module 1

“A deal is a deal”


5

Leerjaar 2, module 1 “A deal is a deal” Tijdens deze module geven leerlingen aan welke normen en waarden ze belangrijk vinden als mensen met elkaar omgaan. Leerlingen maken afspraken over hoe er in de klas met elkaar omgegaan wordt, zodat iedereen zich thuis voelt. Hier wordt vervolgens een collage over gemaakt.

Tijdsduur

2 x 45 minuten


6

Schematisch overzicht Tijd

Opdracht

0 - 10

1

Klassengesprek Activeren van leerlingen

10 - 15

2

15 - 25

3

25 – 30 30 – 35

Activiteit docent

Activiteit leerling I = individueel G = groepswerk Woorden noemen

Materialen/Middelen

Opdracht toelichten

Opdracht maken (i)

Werkblad: lj2.m1.1

Groepen vormen Opdracht toelichten Terwijl leerlingen bezig zijn een schema op bord met voor iedere groep een kolom Per groep 1 leerling aanwijzen

Antwoorden vergelijken (g) Consensus bereiken en opschrijven(g)

Werkblad: lj2.m1.2

Aangewezen leerling schrijft 4 afspraken op het bord

Bordschema

Onderstreept zoveel relevante regels als er groepjes zijn Wijst aan elk groepje een regel toe

Leerlingen helpen mee

Luisteren

Woordspin op bord

35 – 40

4

Korte uitleg opdracht ‘ collage maken’

0 - 35

4

Observeren groepswerk In groepjes werken aan collage (g) Eventueel groepjes op gang helpen

Papier, schaar, lijm, kleurmateriaal, tijdschriften

35 - 45

5

Tijd bewaken

plakband


Collages presenteren (g)

7

Uitvoering Opdracht 1

Brainstormen

Als opwarmer voor deze opdracht wordt een woordspin gemaakt. Schrijf ‘thuis voelen’ in grote letters midden op het bord. Laat leerlingen hierbij gevoelens en voorbeelden bedenken. Schrijf deze erbij. Leerlingen kunnen eventueel ook zelf voor het bord komen en hun woorden zelf opschrijven. Zorg ervoor dat dit niet teveel tijd kost. Houd tempo in deze opdracht, het gaat om het eerste gevoel wat bij de leerlingen opgeroepen wordt. Laat ze er niet te lang over nadenken.

Rustig

Gezelligheid

THUIS VOELEN Leuke mensen

…………………………

……………………………… ……………..

Familie

Eigen plekje


Op je gemak

8

Opdracht 2

2gther in de klas

Leerlingen vullen individueel het werkblad (lj2m1.1) in met de vragen: 1. Wat zou jij kunnen doen om anderen een fijne tijd in de klas te bezorgen? 2. Wat zouden jouw klasgenoten moeten doen om jou een fijne tijd te bezorgen in de klas? Opdracht 3  

Top 4

Maak 4 of 5 groepjes (afhankelijk van aantal leerlingen). De leerlingen vergelijken hun (individuele) antwoorden en proberen tot een top 4 van de regels voor de klas te komen. (werkblad lj2.m1.2)

Terwijl de groepjes overleggen tekent de docent het volgende schema op het bord. Groep 1

  

Groep 2

Groep 3

Groep 4

Per groepje wordt één leerling aangewezen, die de top 4 van hun groepje in het schema op bord schrijft. De docent kiest, in samenspel met de klas, 4 of 5 afspraken uit die het meest voorkomen. Vervolgens wijst de docent aan ieder groepje een afspraak toe.


9

Opdracht 4

Collage

Deze opdracht kan ook bijvoorbeeld bij beeldende vorming gemaakt worden. Het is in ieder geval belangrijk om zo mogelijk samen te werken met de docenten CKV.

 

Geef ieder groepje een groot vel papier en andere materialen om te tekenen, schilderen, plakken, etc. De leerlingen gaan in het groepje een collage maken over de omgangsregel die ze toegewezen hebben gekregen.

Opdracht 5 Show us what you’ve got De presentatie mag per groepje maximaal 3 minuten duren

Tips!   

Laat de klas na afloop vragen stellen. Laat de leerlingen de presentaties beoordelen. Film het groepswerk en bespreek dit later vóór de leerlingen de vaardighedenlijst invullen.


10

Leerjaar 2

Module 2

“How y’all feelin’?!”


11

Leerjaar 2 module 2 “How y`all feelin’?!” Bij deze opdrachten proberen leerlingen stil te staan bij hun eigen gevoelens en proberen ze gevoelens van anderen te herkennen. Tijdsduur

2 x 45 minuten


Opdracht Activiteit docent

Materialen/Middelen

Inleiden Klassengesprek Eventueel bijlage 1 uitdelen DVD starten.

Activiteit leerling I = individueel G = groepswerk Opdracht 1 maken (I)

Opdracht 2 maken (I)

Werkblad lj2.m2.2 DVD en DVD-speler

0 - 15

1

15 - 30

2

30 -45

2

Opdracht 2 nabespreken

Opdracht 2 nabespreken

0 – 10

3

Regels rollenspel uitleggen.

Luisteren

10-45

3

Proces bewaken

Rollenspel spelen Opdracht 3 maken


Werkblad lj2.m2.1 (bijlage 1)

Werkblad lj2.m2.3 Kaartjes rollenspellen (bijlage 2)

12


‘Feelings’

Hierbij zijn 2 mogelijkheden. De docent kan de vragen in een klassengesprek door de leerlingen laten beantwoorden. Men kan de vragen ook eerst individueel laten maken (werkblad lj2.m2.1) en daarna klassikaal bespreken.

Hoe voelde je je gisterenavond? Stel vragen zoals ‘wat was je aan het doen?’, ‘was je alleen?’, ‘hadden je gevoelens te maken met wat je overdag had meegemaakt?’ Hoe voelde je je vanochtend toen je wakker werd? Ga met de leerlingen terug naar dit moment. ‘Werd je wakker van de wekker of riep iemand je?’ Hoe voel je je nu? Leg de link met het uiten van gevoel. Confronteer leerlingen met de manier waarop ze in hun stoel zitten (rechtop, hangend). Welke boodschap breng je hiermee over? Gebruik hiervoor eventueel de bijlage. Kunnen mensen altijd aan jou zien hoe je je voelt? Verberg je soms je gevoelens? Is het belangrijk dat mensen zien hoe je je voelt? Is het soms juist verstandiger om je gevoelens niet te uiten?

Vertel kort dat je vooral aan de ogen en mond van een gezicht kunt zien hoe iemand zich voelt Lichaamstaal: hierbij horen bijv. hangende schouders, de manier van lopen. Stem: snel/langzaam praten, stemhoogte.


13

Tip! Maak het onderwerp levendig door zelf wat verschillende emoties uit te beelden d.m.v. lichaamstaal, gezichtsuitdrukking en stemgebruik of door de bijlage uit te delen. Op de bijlage staan gezichten met verschillende emoties. Voor leerlingen die niet makkelijk over hun gevoelens praten is dit een hulpmiddel.

Opdracht 2

‘Gevoelens herkennen’

De filmpjes worden zonder onderbreking bekeken. Leerlingen mogen niet overleggen. Onder het kopje ‘dat zie ik aan’ moet bijvoorbeeld komen te staan: ‘rechtop lopen’ , ‘snel praten’ , ‘naar de grond kijken’ etc. Bespreek de opdracht kort na.

Opdracht 3

‘En nu zelf acteren’

Zie ‘bijlage bij opdracht 3’. Kijk eerst of er vrijwilligers zijn om de rollen te spelen, wijs anders leerlingen aan. Bespreek elk rollenspel meteen kort na.

Tip! Een manier om het rollenspel te leiden, is de volgende:      

Laat de leerling het kaartje lezen. Geef de leerling even de tijd om zich voor te bereiden en te concentreren. (Doe dit eventueel op de gang). Help de leerlingen als ze het moeilijk vinden om invulling te geven aan hun rol. Geef een duidelijk starten stopteken. (een rollenspel hoeft niet lang te duren, zo gauw de emotie duidelijk is kun je stoppen) Als het niet goed gaat geef dan kleine tips en laat gelijk nog een keer spelen. Spreek duidelijk af dat de toeschouwers stil zijn!


14

Bijlage bij opdracht 1

Feelings


15

Bijlage bij opdracht 3

Rollenspellen

Je laat thuis je rapport zien. Alle onvoldoendes van je vorige rapport zijn weg omdat je keihard gewerkt hebt. (emotie: trots)

’s Ochtends pak je je tas in om naar school te gaan. Je wilt je agenda van je bureau pakken maar die ligt er niet. Je weet zeker dat je je agenda de avond van tevoren nog op je bureau hebt gelegd. Je snapt er helemaal niets van. Waar kan dat ding gebleven zijn? (emotie: verbaasd)

Je ziet een spin op het plafond en je De bus is te laat waardoor je te laat op bent hier doodsbang van!! (emotie: school zult komen. Omdat dit niet de angst) eerste keer is zul je straf krijgen. (emotie: ongeduldig zijn)

Je bent verhuisd naar een andere stad en zit net op een nieuwe school. In de eerste pauze sta je helemaal alleen. Je vind het moeilijk om contact met anderen te maken. (emotie: verlegenheid)

Je bent alleen thuis met je broertje. Hij zit al 1 ½ uur te msn’en terwijl jij achter de computer wilt. Je bent boos en probeert hem er achter vandaan te krijgen. (emotie: boos)


16

Je staat in de supermarkt bij de kassa. Als je wilt afrekenen merk je dat je je geld vergeten bent. (emotie: schaamte)

Je hebt dagen gewerkt aan een werkstuk voor beeldende vorming. Als je ’s ochtends in de woonkamer komt zie je dat je hond je werkstuk helemaal stuk gebeten heeft. (emotie: wanhoop)

Tip! Plastificeer de kaartjes waarop de rollenspellen staan.


17

Leerjaar 2

Module 3

“Let me help you”


18

Leerjaar 2, module 3 “Let me help you” Bij deze opdracht proberen leerlingen zich in te leven in anderen door een probleembrief te beantwoorden. Tijdsduur

1 x 45 minuten


Opdracht

0 - 20

1

20 - 30

2

30 - 45

3

Activiteit docent

Opdracht 1 klassikaal doornemen en toelichten. Brieven uitdelen Leerlingen naar de groep wijzen.

Tijd bewaken. Leerlingen laten reageren op elkaars brieven.


Activiteit leerling I = individueel G = groepswerk Antwoord op brief schrijven (I)

Materialen/Middelen

Leerlingen met dezelfde brief gaan in groep bij elkaar zitten. Elke leerling leest antwoord voor. Daarna samen 1 brief opstellen Groepen lezen probleembrief en antwoord voor. Leerlingen van anderen groepen geven kritiek.

Werkblad lj2.m3.2

Werkbladen lj2.m3.1

19


‘Schrijf een antwoord’

Deel de brieven uit. (werkblad lj2.m3.1) Zorg ervoor dat steeds 3 of 4 leerlingen dezelfde brief krijgen. Als er 4 groepjes gevormd worden, moeten er 4 verschillende brieven uitgedeeld worden, bij 5 groepjes 5 brieven, etc. Geef aan hoeveel tijd de leerlingen hebben om een antwoord te schrijven (10 à 15 minuten). Geef eventueel suggesties over de volgende punten: Hoe kun je laten merken dat je een probleem begrijpt? Hoe geef je iemand het gevoel dat je met hem of haar meeleeft? Tip! Leg een aantal jongerentijdschriften met probleembrieven ter inzage neer.

Opdracht 2

‘Redactieoverleg’

Leerlingen met dezelfde brief gaan in groepjes bij elkaar zitten. Ze lezen en vergelijken de antwoorden die ze geschreven hebben. Vervolgens wordt er 1 brief met het groepje opgesteld. (werkblad lj2.m3.2)

Opdracht 3

‘Vertel het de klas’

Ieder groepje leest de probleembrief en het antwoord voor. De klas mag kritiek en suggesties geven. (Heeft het groepje het probleem begrepen en krijgt de briefschrijver het gevoel dat ze met hem of haar meeleven? Hoe hebben ze dit in de brief laten merken?)


20

Leerjaar 2

Module 4

“Rap er zelf op los”


21

Leerjaar 2, module 4 “Rap er zelf op los” Aan de hand van deze opdracht leren leerlingen op een speelse manier samenwerken en keuzes maken. Ze gaan samen dichten of rappen. Tip! Deze module kan in samenwerking met de docenten Nederlands gegeven worden. De gedichtjes van alle klassen kunnen verzameld en vermenigvuldigd worden. Dit is een leuk presentje voor de ouders. Ter introductie op deze module kunt u de bijbehorende cd met rapliedjes laten horen. Tijdsduur

2x 45 minuten


22



Leerlingen in groepen laten zitten. Inleiding en opdracht 1 toelichten. Kaartjes van bijlage 1 uitdelen. Werkblad lj2.m4.1 uitdelen. Proces en tijd bewaken

Activiteit leerling Materialen/Middelen I = individueel G = groepswerk Inleiding en opdracht 1 Kaartjes bijlage 1 lezen. (G) Werkblad lj2.m4.1

0 - 10

1

10 - 15

1

15 - 25

1

Groep aanwijzen die de rap voorleest.

Rap voorlezen

25 –30

2

Opdracht 2 toelichten. Werkblad lj2.m4.2 uitdelen

Lezen en luisteren

Werkblad lj2.m4.2

30 –45

2

Proces en tijd bewaken

Elfje schrijven (G)

Werkblad lj2.m4.2

0-30

3

Rap schrijven. (G)

30 -45

3

Groepen vormen of klas zelf groepen laten maken. Proces bewaken Groep aanwijzen die rap presenteert

Rap schrijven (G)

Kaartjes bijlage 1 Werkblad lj2.m4.1

Rap presenteren. (G)


23

Uitvoering Opdracht 1 ‘Thema’ Maak heterogene groepen van ongeveer 4 leerlingen. Neem opdracht 1 klassikaal door en geef elk groepje een kaartje (bijlage 1) Geef ieder groepje werkblad lj2.m4.1 De groepjes krijgen 5 minuten om de rijm te schrijven. Hierna de rijmpjes voor laten lezen. Opdracht 2

‘Elfje’

Deel de werkbladen lj2.m4.2 uit. Geef elke groepje een thema, bijvoorbeeld: -

school sport winnen videoclips ziekte oorlog familie kleding dromen

Als de groepen klaar zijn met het elfje worden ze weer voorgelezen aan de klas.


24

Opdracht 3 ‘Freestylen’ Hierin worden leerlingen vrij gelaten om zelf te gaan dichten of te rappen. Laat de leerlingen zelf groepjes maken als dit meer resultaat oplevert. Tip! Deze opdracht kan eventueel in de muziekles gedaan worden.


25

Bijlage 1 Thema:

ZOMER

Thema:

VERLIEFD

ZEE MEE STRAND HAND FIJN ZONNESCHIJN

LIEF HARTEDIEF GELUK STUK HOU JOU

Thema:

Thema:

VERDRIET

PIJN ZIJN KWIJT SPIJT HUILEN SCHUILEN

MUZIEK

HOOR OOR BEAT LIED GEVOEL BEDOEL


26

Thema:

BLIJ MIJ TAART KAART LOL DOL

FEEST

Thema:

IDOOL

BIJZONDER WONDER COOL GEVOEL GOED DOET


27

Leerjaar 2

Module 5

“Lekker debatteren”


28

Leerjaar 2, module 5 “Lekker debatteren”

Leerlingen raken met deze opdracht bekend met de woorden ‘argumenten’ en ‘discussie’. In groepen gaan leerlingen argumenten bedenken om hier vervolgens mee te gaan discussiëren. Veel van de sociale vaardigheden waar we de komende jaren met de leerlingen aan gaan werken, komen in deze opdracht aan bod. Deze opdracht is als een soort kennismakingsopdracht bedoeld. Later in leerjaar 4 zullen de onderwerpen van serieuzere aard zijn.

Tijdsduur

2 x 45 minuten


29



0 10

1

10 20

2

20 30

3

30 – 40

4

40 – 45

5

Activiteit leerling I = individueel G = groepswerk Groepjes naar hun DVD bekijken en plaats wijzen. deelnemen aan Inleiding klassikaal klassengesprek doornemen. Opdracht 2 Opdracht 2 doornemen. doornemen. Werkbladen Argumenten uitdelen bedenken. Opdracht 3 Groep 1 en 2 gaan in doornemen. debat. Lucifers uitdelen. Groep 3 en 4 observeren. Jury: schrijft positieven en negatieve punten op Kort nabespreken Jury doet uitspraak van het debat

Materialen/Middelen

DVD en DVD-speler

Werkblad lj2.m5.1, werkblad lj2.m5.2 4verschillende soorten snoep/chips (of andere lekkernijen)

Videocamera, stopwatch of grote klok, doosje lucifers

Snoep opeten.


30

0– 15

Starten Terugblik op de bij vorige les. opdracht Lucifers uitdelen 3

15-25

4

Kort nabespreken van het debat

25-45

5

Video van de debatten laten zien.

Groep 3 en 4 gaan in Videocamera debat. Groep 1 en 2 Stopwatch of grote klok observeren. Doosje lucifers Jury schrijft positieven en negatieve punten op. Jury doet uitspraak Snoep opeten. Videoband kijken van de debatten


Videorecorder en TV

31


‘Debat op DVD’

Zorg ervoor dat bij binnenkomst de tafels in 5 groepen bij elkaar staan. Zet de leerlingen meteen bij de goede tafels neer (de jurygroep moet een centrale plek in het lokaal innemen). Neem de inleiding en opdracht 1 klassikaal door. Verduidelijk één en ander met concrete voorbeelden, bijvoorbeeld discussie tussen leerlingen, docent en leerling etc. Controleer of de woorden ‘argumenten’, ‘discussie’ en ‘debat’ duidelijk zijn. Laat de leerlingen de kijkvragen van deze opdracht in een klassengesprek beantwoorden. Maak duidelijk dat dit een oefening is om op een luchtige manier met discussiëren vertrouwd te raken. In het echte leven gaat het natuurlijk vaak om serieuze onderwerpen!

Opdracht 2

‘Waarom vind jij dat?’

Verdeel de 4 soorten snoep over de 4 groepen. Deel de werkbladen uit. Belangrijk is dat de leerlingen hun fantasie de vrije loop laten. Help ze eventueel op weg door het geven van wat argumenten.

Tips! -

Moedig de leerlingen aan om vooral goed samen te werken en om gezamenlijk een top tien samen te stellen waaruit blijkt dat het hun merk het allerbeste is! Waarom is hun merk zo geweldig? Denk hierbij aan bijvoorbeeld de verpakking, de leuke tv-spotjes of de advertenties in de tijdschriften, maar ook of je waar voor je geld krijgt en of het een ‘hip’ product is. De argumenten mogen alleen voor hun eigen product zijn en niettegen het andere product.

Stel de stopwatch in op 5 minuten.


32

Opdracht 3

‘Spelregels’

Neem de spelregels klassikaal door. Schrijf ze eventueel groot op het bord. Probeer zo nodig de discussie op gang te brengen door vragen te stellen (Bijvoorbeeld: waarom is jullie snoep beter dan het andere, snoep is toch ongezond, etc.?) Vertel de leerlingen dat zij tijdens het debat heel erg mogen overdrijven en acteren om iedereen er van proberen te overtuigen dat hun snoep echt de allerbeste is! Vertel dat het debat gefilmd wordt (indien mogelijk). De jury krijgt het snoep voor zich. Er worden 2 debatten gevoerd. Eerst groep 1 en 2. In een volgende les groep 3 en 4

Opdracht 4

‘Uitspraak van de jury’

Na het eerste debat doet de jury uitspraak. Als er niet gefilmd is, wordt de ‘uitspraak van de jury’ gebruikt om het debat na te bespreken. De jury moet duidelijke argumenten geven waarom ze een bepaalde groep tot winnaar heeft gekozen.

Opdracht 5

‘Kijken en smullen maar’

Tips voor de nabespreking: Was iedereen goed te verstaan? Hoe was de lichaamshouding? Kwam iedereen geloofwaardig over? Hoe ging de samenwerking in de groepen? Welke groep had de origineelste argumenten? Wat vinden de groepen van de jury?


33

Leerjaar 2

Module 6

“Fijn om met u kennis te maken”


34

Leerjaar 2, module 6 “Fijn om met u kennis te maken” Bij deze opdracht gaan leerlingen zich inleven in anderen. Dit doen zij door een middag in de school te verzorgen voor de toekomstige eersteklassers. Leerlingen werken in groepjes. Ieder groepje heeft een eigen taak. Tijdsduur voorbereiding: 3 X 45 minuten Uitvoering

:

Groep 1 Groep 2 – Groep 3 Groep 4 – Groep 5 –

20 minuten – 10 minuten 15 minuten 15 minuten 15 minuten -


ontvangst leerlingen informatie geven rondleiding geven hapjes en drankjes afsluiting

35



0 - 10

10 - 20

20 –25

25 -40

40- 45

Inleiding doornemen. Groepjes maken Alle opdrachten

Activiteit leerling I = individueel G = groepswerk Inleiding doornemen

Materialen/Middelen

Groepjes lezen de bladzijde waar hun taak op staat. (G) Groepen vertellen kort aan elkaar wat hun taak is.(G) Groepjes opstarten Werken aan hun Werkblad lj2.m6.groep 1, werkblad werkbladen (G) lj2.m6.groep 2, werkblad lj2.m6.groep 3, werkblad lj2.m6.groep 4, werkblad lj2.m6.groep 5 Lesafsluiting. Vertellen wat komende les gaan gebeuren.


36

0 - 45

0-45

Proces bewaken.

Alle groepen Filmcamera’s werken aan Werkbladen werkbladen, oefenen, filmen. Groep 4 eventueel al boodschappen doen, materialen verzamelen. Laat leerlingen Bekijken van de TV, DVD-speler, videorecorder kritisch kijken naar filmpjes. Groepjes de filmpjes, stelt voorzien elkaar vragen. van commentaar.

Uitvoering Inleiding Er wordt klassikaal gestart. Daarna werken leerlingen in groepjes die de docent maakt. Kies voor ‘gemixte’ groepjes, jongens en meisjes door elkaar. Tip! Help leerlingen zich in te leven door gebeurtenissen uit de eerste bijeenkomst en de eerste schoolweek te noemen (kennismaken mentor en klas, rooster, voorbereidingen kamp, boeken, etc. )


37

Aandachtspunten Groep 1 Het is belangrijk dat deze groep informatie van de schoolleiding krijgt zoals lijsten van leerlingen, wie is de mentor, tijdstip van ontvangst enz. Groep 2 Controleer of de taken goed verdeeld worden en dat iedere leerling aan het woord komt tijdens de presentatie. Groep 3 Laat de rondleiding niet te lang duren, zorg ervoor dat alleen de belangrijkste ruimten aan bod komen. Groep 4 Hierbij kunt u wellicht docenten van verzorging of zorg en welzijn inschakelen. Groep 5 Let goed op de vraagstelling op het evaluatieformulier. Bij open vragen is de kans groot dat er antwoorden als leuk, goed etc. komen. Door meerkeuzevragen, punten geven enz. kan er later beter geëvalueerd worden.


38

2gther. 5 modules voor leerjaar 2. Team 2ghter 2008, Stedelijk College Eindhoven. Meer informatie?

Recommend Documents