27e jaargang no. 2 - mei 1994 – verschijnt 4 x per jaar
Aold Hoksebarge REDAKTIE:
B.E. Asbreuk F.G.M. Gebbink - Broekhuis Overbeeke-Scholten W.H.M.Winkels :: M.C. Waijerdink-Mentink
ADMINISTRATIE:
Mevr. S. Henkes, Enschedesestraat 34, 7481 CR Haaksbergen Postbankrekening nr. 2547699 Bankrekening Rabobank nr 32.42.29.917 beide t.n.v. Penningmeester Historische Kring Haaksbergen
„Aold Hoksebarge" wordt vier keer per jaar toegezonden aan de leden van de „Historische Kring Haaksbergen". Zij betalen voor lidmaatschap en abonnement ƒ 27,50 per jaar. Publikatie of overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk, is alleen toegestaan met toestemming van de auteur(s) en bronvermelding.
Bestuur van de Historische Kring Haaksbergen W.H.M. Winkels E.HiJ. Overbeeke-Scholten J.G. Hofste op Bruinink
F.A.M. Brummelhuis
M.C. Waijerdink-Mentink B.E. Asbreuk F.G.M. Gebbink-Broekhuis S. Henkes
Lansinkstraat 14 , 1e voorzitter .-.?. Fazantstraat 13 : secretariaat Blekerstraat 5 — secretaris / 2e penningmeester Stiegert 68 1e penn.meester / 2e voorz. Eibergsestraat 240 2e secretaresse Benteloseweg 23 Kolenbranderweg 53 Enschedesestraat 34
7481 JP Haaksbergen
tel. 22431 Sis
7481 BG Haaksbergen
tel. 21634
7481JT Haaksbergen
tel. 23553
7482 GE Haaksbergen
tel. 24516
7481 HP Haaksbergen
tel. 24134
7482 PN Haaksbergen 7482 SE Haaksbergen 7481 CR Haaksbergen
tel. 05405-75214 tel. 22559 tel. 24532
17.39
VERENIGINGSNIEUWS
LEZING Op maandag 21 februari hield de Historische Kring weer een van zijn bijeenkomsten, waarvoor deze keer de heer C. Enkelaar uitgenodigd was om iets te vertellen over zijn belevenissen voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog in Twen te. Dat de heer Enkelaar een zekere populariteit geniet bij veel mensen, moge blijken uit de goede opkomst van onze leden en een behoorlijk aantal belangstellende niet-leden. Meer dan negentig bezoekers kon onze voorzitter dan ook bij de opening van de avond welkom heten. Al gauw wist de spreker de aanwezigen te boeien met de vaak komische verhalen uit zijn jeugd. Hij wist door zijn manier van vertellen en voordracht van verhalen uit eigen werk, de juiste sfeer uit die tijd op te roepen. In de oorlog raakte Enkelaar betrokken bij het uitgeven van de Twentse editie van het illegale blad " het Parool", dat na de oorlog uitgroeide tot een landelijk dagblad, dat nog steeds bestaat. Ik denk dat de meeste aanwezigen van de verhalen met vele anekdotes, over o.a. zijn eerste schreden op het journalistenpad en zijn contacten als TV-reporter met het huis van Oranje, genoten hebben. Alhoewel hij zich niet geheel aan de titel van de lezing hield. A.M. Otter
NIEUWE LEDEN:
Ook ditmaal kunnen we weer een aantal nieuwe leden welkom heten: H. Siemerink H. Snijders A.J. Temmink C. Wentink H.G. Westendorp Het bestuur
1740 JAARVERSLAG1993 In het jaar 1993 werden we getroffen door het overlijden van onze secretaris de heer H.J.J. ten Hagen. Zijn inzet voor de Historische Kring was van grote betekenis. Tijdens de lezingavond van 25 november 1993 werd zijn overlijden herdacht. In de bestuursvergadering van 13 september 1993 werd de heer J.G. Hofste op Bruinink als zijn opvolger benoemd. De eerste lezing in 1993 werd gehouden op 16 februari in de Richtershof. De heer L.J.S. Mettemich hield een causerie met als titel" De Dinkel en zijn omgeving". Met bijzonder fraaie kleurendia's werd een en ander toegelicht. Deze avond werd door ca 75 leden bezocht. Op 20 april vond de jaarvergadering plaats in de Richtershof, aansluitend verzorgde de heer A.L. Hottenhuis een lezing die als titel droeg: "Wij doen in huis meestentijds Hollands". Op zaterdag 5 juni vond de eerste excursie van dit jaar plaats, naar Ter Apel en Bourtange. Deze dagtocht werd samen met de Heimatverein Ahaus gemaakt. Aan deze excursie namen 43 kringleden en 32 leden van de Heimatverein Ahaus deel. Op 26 juni brachten ca 20 leden van de Heimatverein Graes een bezoek aan Haaksbergen. Zij werden rondgeleid door de N.H.kerk en Richtershof, de Pancratiuskerk en tenslotte werd een bezoek gebracht aan de in werking zijnde Oostendorper watermolen. De tweede excursie vond plaats naar Bocholt. In deze middagexcursie werd het textielmuseum bezocht met aansluitend een stadsrondrit onder begeleiding van een stadsgids. Aan deze excursie namen ca 25 leden deel Op 25 november vond in café Menzing de laatste.lezing van het jaar plaats. De heer G.J. Kraa hield een interessante causerie over de Twentse taal. Deze avond, werd door ca 50 personen bezocht. Het onderzoek naar de toestand van de markepalen is mede door het overlijden van de heer ten Hagen wat vertraagd. Samen met het historisch archief zijn er gesprekken geweest met de heer H. Jordaan betreffende het archief van wijlen heer D. Jordaan. Wij zijn dit jaar gestart met het vormen van diverse werkgroepen, waardoor de leden meer betrokken kunnen worden bij de werkzaamheden van de Kring.
1741
De Historische Kring is vertegenwoordigd in: Historisch Archief door: Mw. E.H.J. Overbeeke-Scholten M w. S. Henkes Gemeentelijke straatnamencommissie door: Dhr. B.E. Asbreuk Monumentencommissie door: Dhr. W.H.M. Winkels Mw. F.G.M. Broekhuis De stichting het lemenschoer heeft ons ruimte ter beschikking gesteld om de diverse artikelen, die op vele plaatsen waren opgeslagen centraal op te kunnen bergen. Van het jaarboek Twente werden 98 exemplaren verkocht. Het ledental bedroeg op 31 december 301. J.G.Hofste op Bruinink (secretaris)
OPROEP: B.E.Asbreuk is sedert 1980 medewerker voor het samenstellen van het "Woordenboek van de Achterhoekse en Liemerse dialecten". Na 14 jaar zoekt hij nu een opvolger voor deze taak, welke geleid wordt door het Staringinstituut. Voor inlichtingen B.E.Asbreuk, telefoon: 05405-75214
ARIENSKAPEL IN ENSCHEDE Zoals u wellicht in de krant (T.C. 15-04-'94) al hebt gelezen is op l mei j.l. de Ariënskapel ingewijd. Deze kapel is ingebouwd in de bogenrij van het portaal van de St.Jacobuskerk aan de Langestraat te Enschede. De kapel wordt een dagelijks toegankelijke plaats, waar de devotie tot Ariëns een vast oriëntatiepunt kan vinden.
1742
HAAKSBERGSE SCHUTTERIJ SCHIETFESTUN VERPLAATST NAAR SCHOLTENHAGEN In 1928 werd het schietfestijn van de Haaksbergse schutterij verplaatst naar " het Scholtenhagen", daarvoor werd geschoten op een weiland aan de Buurserstraat (Historie van Haaksbergen deel III, blz 254). Hieronder de brief aan het bestuur van de Stichting Scholtenhagen. r^>
.
1743
SCHOLTENHAGEN WORDT CENTRUM HAAKSBERGS SCHUTTERIJFEEST In 1979 werden de festiviteiten wat betreft de huldiging van het Koningspaar gehouden op het Scholtenhagen en niet meer in het dorp zelf. Hieronder volgt de aankondiging hiervan in de Twentsche Courant van 9 augustus 1979.
Haaksbergen - De Haaksbersche Schutterij gaat met ingang van het komende Schuttersfeest op l september breken met een jarenlange traditie om de feestelijkheden na afloop in het centrum van Haaksbergen te houden. Het Schuttersfeest zal zich nu in zijn geheel afspelen op het Scholtenhagen en het bestuur en een aantal medewerkers vanuit de leden zijn bezig met de voorbereidingen om onder andere te zorgen voor een overdekte dansvloer vóór café Bannink. (Tegenwoordig 't Hagen, redactie). Het bestuur heeft zich inmiddels verzekerd van een muzikale medewerking en vanaf tien uur zal er gezelligheidsmuziek gespeeld worden. Na het bekend worden van de nieuwe koning en koningin zal het paar bij café Bannink gehuldigd worden en daarna is er gelegenheid tot dansen, dat tot ongeveer 16.00 uur zal voortduren. De reden, dat het bestuur tot deze stap gekomen is, heeft meerdere oorzaken. Op de eerste plaats is men van mening, dat het Scholtenhagen per traditie het domein van de Schutterij is. Een tweede argument, en volgens secretaris Fr. Overbeeke een zwaarwegend argument is, dat de teruggang van de horecabedrijven het publiek samendrijft in slechts enkele zaken. De praktijk leert, dat het tegen de tijd, dat de intocht en huldiging van het koningspaar plaats vindt, zo druk is in het betreffende horecabedrijf, dat er met veel moeite ruimte en gehoor kan worden gevonden. "Het is voor ons zo, dat er geen plaats is in de herberg", vindt de heer Overbeeke, die er aan toevoegt, dat het zeker niet de schuld is van welk horecabedrijf ook, integendeel, men is in het verleden steeds met de grootst mogelijke gastvrijheid ontvangen maar bij een dergelijke grote toeloop van het publiek als op de kermismorgen heeft elke zaal zijn beperkingen. Een derde argument is, dat de Schutterij met koningspaar en officiële personen zich vaak door een grote drukte moeten wringen en dat het publiek slechts even de gelegenheid heeft de stoet te bekijken. Liever heeft men dat de geïnteresseerde liefhebber van het Schuttersfeest dan naar het Scholtenhagen komt om daar op z'n gemak van het gehele gebeuren kennis te nemen. Het voorstel van het bestuur met de traditie te breken is niet bij alle leden met evenveel plezier ontvangen. Bij een aantal bestond een zekere huiver, dat het publiek in het centrum dan te weinig gelegenheid zou hebben om de stoet te zien, maar het bestuur
1744
is van mening, dat de vroegere "zegetocht" toch al veel van haar waarde verloren heeft door de grote drukte. PROGRAMMMA
Ook nu weer zal traditiegetrouw om vijf uur worden begonnen met de reveille waarbij de heer en mevrouw Stadhouders het eerst met een bezoek vereerd worden en waar wordt begonnen met een eerste hartversterking en een bodempje in de maag. De volgende halteplaats is bij het Koningspaar van 1978, de heer en mevrouw Kroeze aan de Geukerdijk, waarna het gezelschap zich begeeft naar het Stationsplein waar de stoet geformeerd wordt. Voorafgegaan door de Kolonel, de kapitein, de luitenants en de bielemannen en vendelzwaaiers gaat de optocht naar het Scholtenhagen waar burgemeester Stadhouders en de koning van 1978 de ereschoten zullen lossen hetgeen dan ook de feitelijke opening van de feestelijkheden 1979 inhoudt. Na afloop verzamelt het gezelschap zich dan bij café Bannink voor de officiële huldiging van het nieuwe koningspaar waarbij de koningsmantels en eretekenen overhandigd worden. Het bestuur treft momenteel reeds voorbereidingen om het Schuttersfeest 1980 grootser van opzet te maken. Aanleiding hiertoe vormt het feit van het 195-jarig bestaan. Toen in 1977 het 125-jarig bestaan gevierd werd, kwam vanuit de historische Kring reeds een voorzichtig geluid, dat de Schutterij wel eens veel langer bestaan zou kunnen hebben. Inderdaad is later gebleken, dat in het Brouwersboek van de voormalige Brouwerij De Zwaan een notitie voorkomt, dat in 1785 ter gelegenheid van het Schuttersfeest bier getapt werd. Of het aantal Schutters was beduidend minder, óf men was niet zo dorstig want in totaal werd 50 liter bier gedronken. Ter gelegenheid van dit 195-jarig bestaan wil men meerdere gilden en verenigingen uitnodigen. De Haaksbergsche Schutterij is sinds enige tijd aangesloten bij de Gelderse Federatie van Schutterijen Schuttersgilden St. Hubertus. Dit brengt mee, dat de Schutterij een steeds krachtiger leven gaat leiden en zich ook graag met andere verenigingen meet. Onder meer zal dit aanstaande zondag het geval zijn als deelgenomen wordt aan het Federatief Concours in het Gelderse Varsselder bij Ulft waar 23 gilden en verenigingen om de hoogste eer schieten. Van de Haaksbergsche Schutterij wordt door ongeveer 40 leden deelgenomen, waaronder de vendelzwaaiers.
1745
Tot nu toe heeft de Schutterij als muzikale begeleiding de steun gehad van de Lichtenvoordse Drumfanfare, doch momenteel zijn er besprekingen gaande om de Drumfanfare van de Haaksbergse harmonie als vaste partner te krijgen, waarmee dan tevens het probleem van het reizen naar Lichtenvoorde voor mars- en andere oefeningen opgelost is. "Ook daarvoor is het Scholtenhagen de aangewezen plaats" vindt de heer Overbeeke. Brief en krantenartikel werden aangeleverd door C.J.Hofman
Rectificatie van artikel in februarinummer Het onderschrift bij de foto op blz. 1721 is onjuist: uiteraard staat hier G.H. Morssinkhof(Hendrik) als schutterskoning op de foto samen met zijn vrouw J.C. van Rooij. Wat betreft Gerrit Jan Morssinkhof: dit is een volle neef van de overgrootvader van Hendrik, ook hij was bij de schutterij, al was dat meer dan een eeuw eerder, zoals gemeld in het vorige artikel. Diegenen die geïnteresseerd zijnen de genealogische samenhang tussen de beide schutters kunnen informatie hierover verkrijgen bij Mw. E.HJ.Overbeeke-Scholten. S.Henkes
1746
N TEAROOM De stetjes hooge in de heugte Twee kleane meaks Veer grootn a moa joonk Woervan eene nen keerl Eers n geskoefte met de steule Ie mött t eers trechte hemn Nou dan t besteln "Doo eers met is n asbeksken " Twee chocomel "Ga eens netjes op de stoel zitten" Ja ik heb ze keurig opgevoed "Mama, ik wil ook zo'n ijsje" "dat is geen ijsje, dat is gebak" Ze zitt beare op de knee Op n stool, de kleann Dan zit ie heuger en n heel deel boamn de toafel oet "Zo nou t mondje afveegn " ze bunt der rap kloar met En wint t oons amoal of loopt a wier boetn Noar t volgnde snelle wark. N OAMND De koo, dee t lolt in de wiedte De fietsers op de weg En wi-j, wi-j zitt boetn in n apriloamnd De vuugelbunt lang nich stille Ze bunt drok met uur perbeersels Doar is de boer, den t vuur de leste keer vuurbi-j keump Hij veurt op t hoes an Keender, di t boetn spölt Hoaste wat ni-js noa al den reangn En heel heanig tuut der n töchjen um oons hen Nog efkes zitn Dan is t vebi-j H.S.V. F.G.M. Broekhuis
1747
IN EN OM DE BOERDERIJ, HET JAAR ROND DOOR DE EEUWEN HEEN OCTOBER Alle landbouwgewassen zijn nu wel zo ongeveer geoogst. Een uitzondering hierop zijn nog wat groenvoedergewassen, met name, spurrie en knollen. Beide gewassen worden heden ten dage nagenoeg niet meer verbouwd. Tegenwoordig wordt in october nog volop mais geoogst. Spurrie is een oud gewas dat sedert 1930 niet meer wordt verbouwd. Het is een gewas voor magere grond, een gewas dat ook nog kan groeien bij een minimale bemesting. Natuurlijk was dan ook de opbrengst navenant, hooguit vijfentwintigduizend kg groene massa per ha. Het is een ijl, rank gewas wat bloeit met vele kleine witte bloempjes en niet meer dan 45 cm hoog wordt. Het werd bijna uitsluitend gevoerd aan het rundvee. Spurrie heeft een heel aparte enigszins penetr-ante geur welke ook overging op de melk en de daarvan geproduceerde boter en kaas. Het is verder een heel vorstgevoelig gewas, het zaad is oliehoudend en behoud heel lang dieper in de grond zijn kiemkracht. Als na vele jaren het zaad weer bovenkomt groeit het zo weer uit. We zien dat vaak bij nieuwbouw' waar de grond is opgehoogd met zwarte aarde van het bouwland. Het werd met de zeis gemaaid en sneed als boter. Spurrie werd veelal op stal gevoerd aan het rundvee. Boeren met één of twee koeien, gingen deze ook wel leuren op het spurrieland, dat wil zeggen, de koe werd met een ketting vast gemaakt aan het uiteinde van een twee meter lang sliet of balk welke aan het andere eind was verbonden en kon draaien aan een rechtopstaande paal. Deze paal welke aan het ondereind puntig was werd met een bökker (zware houten hamer) in de grond gedreven. De koe kon zo binnen een cirkel met een doorsnede van vijf meter de spurrie afgrazen. Knollen Dit gewas is in de vorige eeuw pas populair geworden. Sedert de zeventiger jaren sinds er op grote schaal gras en mais wordt ingekuild is het met de knollen ook gebeurd. Knollen kunnen een dubbele opbrengst leveren t.o.v. spurrie, zo'n vijftig duizend kg*! per ha. Het is een gewas waaruit de koeien veel melk konden produceren, soms te veel zodat bij een minder evenredige voeding, de koeien al te zeer vermagerden. De knollen werden direct na de oogst van het graan gezaaid. Het trekken van de knollen, dat nagenoeg altijd met de handen moest gebeuren, was vooral laat in de herfst een koud werk. Als de vorst het toeliet ging dat knollen trekken soms wel door tot aan nieuwjaar. Vroeger werden ook wel eens de grootste knollen van het loof ontdaan om deze te koken voor de varkens. Paarden moest je niet aankomen met spurrie en knollen. In de regel en ook afhankelijk van de vorst, wordt in october het rundvee opge-
1748
stald. Paarden en schapen mogen nog wat langer buiten blijven. De wintervoorraad ingekuild gras en mais wordt nu aangesproken. Vroeger toen men van inkuilen nog geen weet had ging men uitsluitend hooien. Bij veel regen was dan va#k beter om stro te voeren. Voorts, als er geen rogge meer te zaaien was, kwam de tijd om alle mogelijk werk te doen welke niet een zulk dwingend karakter droeg, werk dat niet zo tijdgebonden was. Zoals sloten schoon maken, nieuwe sloten graven of de weiden slepen zodat de molshopen en koeienvlaaien geslecht worden. De aardappel- en bietenkuilen van een winterdek voorzien zodat de vorst geen schade kan toebrengen aan de aardappels en bieten. De jacht In october begint de grote jacht, voor de liefhebbers is dit een groot gebeuren. De boeren zijn met het wild grootgebracht. Het gros van de jagers is agrariër. Is het zo vreemd dat veel boeren de jachtacte bezitten, uiteindelijk zijn zij het die het wild moeten voederen om schade aan de gewassen te voorkomen. Door wat speurwerk ben ik er in geslaagd om wat jachtevenementen op te sporen. Hier dan een greep uit mijn bevindingen. 1234-1235: Een ware wolvenplaag kwam toen voor. Het was zo erg dat in de winter de kerkhoven en het vee bewaakt moesten worden. Door het te ondiep begraven van de doden trokken de kerkhoven de wolven aan. Het gebrekkig gehuisveste vee dat ook nog vaak los liep was een gemakkelijke prooi voor de uitgehongerde wolven. Reden te meer om jacht te maken op de wolven. 1380: Om bij de magistraat (overheidsambtenaar in een stadsregering) in de gunst te komen schonk de gemeente Enschede hem een gevangen ree. 1550: Door overbejaging is het verboden op reeën, hazen en korhoenders te jagen. 1646: Interessant is ook het assortiment waarop gejaagd mocht worden. Een assortiment waar de hedendaagse jager alleen maar van kan dromen. Te weten: wilde zwijnen, wolven, herten, reeën, vossen, dassen, hazen en konijnen. Dan het vliegend wild: ganzen, reigers, korhoenders, patrijzen, houtsnippen, watersnippen, kwartels en spreeuwen. 1652-1653: Werden door de Lonneker boeren 3 oude wolven gevangen. De richter betaalde hen daarvoor ƒ 25,00 per wolf. 1675: Op 14 augustus werd de premie verhoogd tot de volgende bedragen; een rekelwolf ƒ 50,00, moerwolf ƒ 60,00, jongen ƒ 15,00. 1450: De kronieken vermelden verder dat er in Langeveen nog wolven en wilde zwijnen voorkomen. 1799: Bij Epse aan de Ussel werd de laatste bever gevangen. 1925: De laatste ooievaars broedden aan de Berkel te Borculo. 1930: Laatste ooievaars-broedsel in de Weidemanslanden tussen Almelo en Vriezenveen.
1749 tt
Klootschieten was een sport die vooral vroeger door de boeren beoefend werd en populair was in heel Twente. Bijna iedere marke had wel een klootschieters-club. Het was een sport vooral voor de winterdag, het liefst ook nog als de grond hard bevroren was want dan rolde de kloot verder De ene marke daagde de andere marke uit. Dat ging als volgt: bv. de marke Holthuizen wil spelen tegen de marke Brammelo. De spelers van Holthuizen houden een geheime bespreking, die resulteert in een uitnodiging aan Brammelo. In het holst van de nacht en in het diepste geheim, werd een mooi versierde kloot naar de tegenpartij gebracht, samen met een keurig geschreven uitnodiging met de vermelding waar en wanneer gespeeld zal worden. De kloot met de uitnodiging werd opgehangen aan de deurkruk van de, in de regel, oudste speler van de tegenpartij (in dit geval dus Brammelo). Vogels :"In october nemen de kraanvogels de broodmand mee." is een oud gezegde. Daarmee werd bedoeld, dat in october de dagen dermate korter waren geworden dat er geen brood meer naar het land werd gebracht voor de werkers buiten. Er hangt altijd een geheimzinnige waas over de trek van deze vogels. Weinigen hebben de kraanvogels ooit op de grond gezien. De trekroute van deze vogels gaat over de grens Nederland-Duitsland. Bij sterke oostenwind raken ze wat uit de koers en vliegen dan meer binnen de Nederlandse grens. We hebben dan meer kans ze hier te zien. In maart-begin april vliegen ze van Zuid-Europa naar Noord-Afrika, naar de Scandinavische landen, om van half september tot in november de omgekeerde route te volgen. Tussen door landen ze graag in het Haaksbergse veen, het Aamsveen en het Zwilbroekerveen. Overigens is het in october rustig in de vogelwereld. De kraanvogels en wilde ganzen zorgen dan voor een welkome aanvulling. Vaak trekken ze dag en nacht over, hoog langs de hemel, vaak in een mooie V vorm. B.E.Asbreuk
HAAKSBERGEN HEDEN We starten hier een nieuwe rubriek met foto's van Haaksbergen uit het verleden en vergelijken deze met de situatie nu. Indien u nog aanvullende informatie heeft dan zien wij die gaarne tegemoet (redactie).
Bebouwing hoek Lansinkstraat - Ariënsstraat
1751
EN VERLEDEN
Het oude huis werd omstreeks 1860 gebouwd. Het heeft diverse bewoners gehad zoals: - het echtpaar Ordelmans-Lammers - het echtpaar Ordelmans-Oosterhold - Familie ten Hoopen-ter Huume - Familie Starkenborg 4* Na 1945 werd het achtereenvolgens een tijdlang bewoond door de familie Barink respectievelijk Oude Tanke. De familie ten Thije-Leferink heeft er gewoond van 1955 tot 30 mei 1961. Enige tijd daarna werd het pand gesloopt. W.H.M. Winkels
1752
UIT DE KRANT VAN "GISTEREN" Installatie van Burgemeester von Heyden OPENBARE VERGADERING van den RAAD der en. Ik dank den oudsten wethouder voor de gevoelige woorden, zoo juist tot mij gesproken. Van Gemeente HAAKSBERGEN op Donderdag 11 mijn kant zal ik alles doen, wat in mijn vermogen December is, om de bloeiende gemeente Haaksbergen verder te helpen ontwikkelen. Tegenwoordig alle leden. Ik heb daarbij tot voorbeeld Uw vorigen De heer Steffens. locoburgemeester, spreekt als Burgemeester, die gedurende de 5 moeilijke jaren volgt: het Hoofd van deze gemeente was. Ik reken daarbij Geachte Heer Burgemeester! Welkom, hartelijk op Uwen steun en samenwerking alsmede op die welkom in onze gemeente en in ons midden. Door van de ambtenaren der gemeente. En hiermede, H.M. onze geëerbiedigde Koningin benoemd tot Mijne Heeren, aanvaard ik het voorzitterschap van Burgemeester van Haaksbergen, is U een zware Uwen Raad en open deze vergadering. taak op de schouders gelegd, eene taak, die waarDe notulen der vorige vergadering worden lijk niet valt te onderschatten. Op velerlei gebied is voorgelezen en onveranderd vastgesteld. hier nog heel wat te vereffenen en tot stand te Voor kennisgeving worden aangenomen: brengen en als U dat alles met krachtige hand aanIe: een besluit van heeren Ged. Staten d.d. 2 pakt, kan U rekenen op een krachtigen steun en December 1919, waarbij het maximum aantal lesmedewerking van dezen Raad. Welaan de belanuren, dat voor Rijksvergoeding in aanmerking gen van ons dierbaar Haaksbergen zijn U dan ten komt, wordt bepaald op 384 voor elk der volle toevertrouwd en wij hopen , dat U daaraan herha-lingsscholen Haaksbergen, Buurse en zult werken met al de kracht.die in U is. Zeer leuk Brammelo; vond ik het gezegde van een lid der Tweede 2e: de mededeeling van den Heer Commissaris Kamer, die sprak over den landbouw en zei: "Wij der Koningin d.d. 3 December j.I. dat tot moeten een Minister van Landbouw hebben met Burgemeester dezer gemeente is benoemd de heer fut in zijn lijf en haar onder zijn neus." Ja we moeH.J.W.J. von Heyden; ten hier ook een Burgemeester hebben, die wil en 3e: een schrijven van den Minsiter van durft. Verder wensen ik, dat het U gegeven mag Waterstaat d.d. 6 Dec., betreffende Rijkssubsidie zijn de liefde en achting Uwer onderdanen te winvoor den aan te leggen weg Geldersche nen en dat U met den steun en zegen des grens-Hollhuizen-Wilgjesbrug. Allerhoogsten, tal van jaren moogt arbeiden aan den bloei en vooruitgang der gemeente Op een adres van Bestuur der afd. Haaksbergen Haaksbergen. Alsnu heb ik als oudste wethouder van de Nederlandsche Vereeniging tot de eer U te overhandigen de teekenen uwer waarAfschaffing van Alcoholische Dranken wordt met digheid en macht en verklaar ik U als algemeene stemmen gunstig beschikt. Burgemeester van Haaksbergen en voorzitter van Bij de rondvraag worden besproken door het lid dezen Raad geïnstalleerd. Hiermede heb ik Hag. de desolate toestand van den gezegd. Brummelhuizerbrink, met den hoogen waterstand; Nadat het Koninklijk Besluit tot benoeming en door het lid ter Huume de weg Scholtenhagen en het proces-verbaal van beëdiging was voorgeledoor het lid Roerink of het niet mogelijk is het zen, sprak de nieuw benoemde Burgemeester herhalingson-derwijs te Buurse te doen Mijne Heeren! Het heeft H.M. de Koningin aanvangen. behaagd mij te benoemen tot Burgemeester dezer De voorzitter sluit de vergadering. gemeente. Ik breng haar mijn dank voor het in mij gestelde vertrouwen, alsmede aan de autoriteiten, Haaksbergsche Courant, 12-12-1919 die mij voor deze benoeming hebben voorgedra-
Dit krantenbericht werd aangeleverd door H.G.M. Schuiten
1753
HISTORIE DER KERKEN PAROCHIE H.H. BONIFATIUS EN GEZELLEN (V) Interimperiode 1979-1980 De periode vanaf het vertrek van pastoor Blom tot de komst van een nieuwe vaste pastor heeft ruim eenjaar geduurd. Met het vertrek van pastoor Blom werd pastor drs. R.PJ. Hooijman, naast de functie van teamleider, nu ook benoemd tot pastor deservitor van de drie Haaksbergse parochies. Dit wil zeggen, dat hij hoofdverantwoordelijke werd in de drie parochies op zakelijk terrein. Tijdelijk hoofdverantwoordelijke in de Bonifatiusparochie op pastoraal terrein werd pastor Th. Willems. Deze was reeds sinds augustus 1975 als eerste leken-pastor half-time in het basispastoraat van de drie parochies-werkzaam, waarin hij zo geleidelijk aan het gehele jongeren-pastoraat verzorgde. Pastor Th. Willems is geboren op 8 mei 1947 te Horst in Limburg. Hij heeft een volledige theologische opleiding genoten en naast zijn pastorale werk gaf en geeft hij les aan het Thijcollege te Oldenzaal in cathechese en wiskunde. Voordat hij naar Haaksbergen kwam, was hij pastoraal werker in Hengelo. Onder zijn bezielende leiding werd er (in Haaksbergen) weer een nie'pwe parochieraad opgericht in het voorjaar van 1980. Dit was de derde parochieraad, want de voorlaatste, in het leven geroepen omstreeks 1970, was in de loop van de jaren langzaam maar zeker ter ziele gegaan. De eerste parochieraad kwam reeds tot stand in 1951 op initiatief van enkele parochianen, die een stichting oprichtten onder de naam "Het Parochiehuis". De doelstelling van deze stichting was de behartiging van het parochieleven en het katholieke verenigingsleven in de parochie. De stichting bestond uit een dagelijks bestuur en een parochieraad. De parochieraad werd samengesteld uit zeven leden, aan te wijzen door de parochianen en twee leden van elke katholieke vereniging in de parochie. Onder het pastoraat van pastor Willems kwamen er de kindernevendiensten, die aanvankelijk gehouden werden in café Steneker. Ook de kindercrèche werd weer nieuw leven ingeblazen en werd eerst gehouden in de school. Na de verbouwing van de pastorie verhuisden deze twee activiteiten naar de gemeenschapsruimte in de pastorie. Door zijn toedoen werd de «ondagse dienst van elf uur een gezongen viering (in plaats van een stille mis). De eerste z.g. communieviering, in plaats van een eucharistieviering, vond plaats in mei 1979, nog onder het pastoraat van pastoor Blom, toen deze ziek was en de andere priesterpastores verhinderd waren wegens vieringen in eigen parochie. Pastor Willems ging voor in deze communieviering met medewerking van het tienerkoor.
1754
In de wijk de Els waren reeds contactpersonen voor het organiseren van gespreks-avonden, begeleid door de contactcommissie van de Pancratiusparochie. Nu kwamen ook in de andere wijken van de parochie contactpersonen en gespreks-avonden. Uit de leden van de I.P.V., Pastorale Raad en het kerkbestuur van de Bonifatius had zich in 1979 een sollicitatie-commissie gevormd, die een advertentie liet plaatsen in het officiële maandblad Analecta, Aartsbisdom Utrecht en in enkele kranten met de oproep aan priester-pastores en leken-pastores te solliciteren naar de vacatures in Haaksbergen. Naast pastoor Blom ging in september van hetzelfde jaar ook pastoor A.M. Veldhuizen van de Lourdes-parochie met emeritaat. Het aantal sollicitanten was niet groot. De eerste, die naar Haaksbergen kwam, ingaande l september 1979 was lekenpastor F.IJzereef, die ook het teamleiderschap overnam van pastor Hooijman. Op 13 september 1980 deed priester-pastor A.Hulleman zijn intrede. Hij werd pastoraal hoofdverantwoordelijke in de Bonifatiusparochie. Tevens werd mevrouw B.C.P.M, van der Velden-Okhuijzen geïnstalleerd als part-time pastoraal medewerkster ten behoeve van de basisschool-cathechese. Pastor Willems kon zich nu weer volledig wijden aan het basispastoraat en het j ongeren-pastoraat. (wordt vervolgd) Grotendeels overgenomen uit: "Gouden jubileum parochie Bonifatius en Gezellen" S. Henkes
DE ERVEN SWERINK IN BRAMMELO (6) DE BERG De Berg, waarschijnlijk van oorsprong een bewoonde hooiberg, werd voor het eerst vermeld in het vuurstedenregister 1675: Stelle Gerdt in de Berg, ledig, dus onbewoond. In de gerichtsprotocollen is er op 7 en 20 september 1675 sprake van wijlen Gert te Lintelo alias Stelle Gert. Uit zijn erfenis heeft Reint Swerink geld tegoed, dat afkomstig was van wijlen zijn schoonvader. Reints schoonvader heette Herman ter Braak (zie Groot Swerink). Mogelijk door deze relatie werd omstreeks 1697 Gerrit Swerink, kleinzoon van Jan ter Braak (zie Klein Swerink) bouwman op de Berg. Misschien was daarom deze Jan ter Braak ook een zoon van Herman ter Braak.
1755
A.
GERRIT SWERINK, gehuwd 1697 21/11 met BERENDJE TEN VAARWERK, dochter van Harmen. Kinderen: l.Hendrikje Swerink, gehuwd 1725 26/8 met Jan Nijhuis, zoon van Jan. 2.JAN SWERINK, zie B 3.Gerrit Swerink, gehuwd 1731 16/3 met Aaltje Lansink Gerritsdochter en hertrouwd 1749 13/7 met Geertrui Westendorp en 1767 13/12 met Aaltje ter Pelle. Zie Swerink in het dorp.
Register op de 50e penning: 1726 16/2 Gerrit Swerink koopt een kwart Swerink, waar hij woont, in Brammelo van Evert Noeverman te Bathmen. (het tweede kwart was 22 februari 1725 verkocht aan Arend Swerink namens Wilhelm Hietbrink. Deze twee kwarten vormden samen het Halve Swerink of Klein Swerink) Hoofdgeld 1723: Geert in de Berg, 3 personen. B.
JAN SWERINK, gehuwd 1726 10/3 met GRIETJE SWERINK, dochter van Jan en Jenneke Havink, hertrouwd 1729 6/7 met HENDRIKJE TEN BRINKE Gerritsdochter en 1764 12/3 met JANNA NIJENHUIS, weduwe Damveld. Bij zijn derde huwelijk werd Jan Swerink landbouwer op Damveld in Langelo. Kinderen uit het eerste huwelijk: 1. HARMEN SWERINK, zie C 2. Aaltje Swerink, gehuwd 1747 3/10 met Egbert Lammertink Gerritszoon in Wiene.
Gerichtsprotocollen: 1753 28/11 Jan Swerink alias Berg Jan en vrouw Hendrika zijn ƒ 750,- schuldig aan Herman Swerink Janszoon (Hofboer) als door hem uit de ouderlijke boedel overgenomen en ƒ 679,- aan Tieleman ten Cate. Schuldeisers zijn bij niet betalen gelijkgerechtigd in het onderpand: huis, Rooakker en gaarden als afgedeeld van Klein Swerink. In margine 1771 7/11 Herman Swerink en Tieleman ten Cate verklaren door Derk Lenderink als koper van het onderpand voldaan te zijn. 1764 7/4 Jan Swerink en vrouw Janna Nijenhuis zijn ƒ 395,- schuldig aan Jan Damveld. Onderpand plaatsje Damveld. 1768 5/7 Tieleman ten Cate cedeert zijn obligatie ad ƒ 679,- op 28 november 1753 gevestigd in Klein Swerink, aan Herman Swerink Janszoon. 1768 11/10 Herman Swerink en Tieleman ten Cate kochten voor ƒ 1425,- bij executoriële distractie het plaatsje de Berg in Brammelo. Zij kochten voor Hendrik Dijkhuis.
1756
1771 16/7 Derk Lenderink kocht op 2 april j.l. van Hendrik Dijkhuis voor ƒ 1300,- huis en land Berg. C.
HARMEN SWERINK, gehuwd 1744 6/9 met MARGARETHA HUNE-VELD uit Beltrum, hertrouwd 1762 8/8 met WILLEMINA BUSSCHERS en 1766 14/3 met GEERTRUID REUVEKAMP, weduwe Holterman. Kinderen uit het eerste huwelijk: 1. Gerrit Swerink, gedoopt 1744 20/9, gehuwd met Aaltje Reiners. 2. Hendrik Swerink, gedoopt 1746 17/3 3. Grietje Swerink, gedoopt 1749 5/1 4. Maria Swerink, gedoopt 1751 14/2 5. Berendina Klein Swerink, gedoopt 1754 29/5 Kinderen uit het tweede huwelijk: 6. Margaretha Swerink, gedoopt 1763 27/2 7. Margaretha Swerink, gedoopt 1764 9/1
Gerichtsprotocollen: 1766 26/5 Procureur W.H.Scholten pandt gewas en weefgetouw van Geertruid Reuvekamp weduwe van Harmen Swerink en kinderen wegens ƒ 20,- en kleding. Harmens zoon Gerrit is meerderjarig. Jan Swerink op Damveld is grootvader van de kinderen. 1766 22/7 Harmen Swerink en Tieleman ten Cate contra de weduwe van Harmen Swerink. Jan Swerink is wettelijk voogd over een minderjarig kind door wijlen Harmen Swerink in vorige echte verwekt. Gerrit Swerink is haar stiefzoon. 1766 13/8 Verkoop van gerede goederen van de kinderen en weduwe van Harmen Swerink. Geertruid Reuvekamp is "koperse". 1766 15/9 Gerrit Swerink zegt dat het plaatsje Swerink of de Berg hem privé toebehoort volgens huwelijksvoorwaarden van 3 september 1744 en tegen een uitkering van ƒ 1100,1768 11/7 Harmen Swerink Janszoon heeft het plaatsje de Berg verwonnen. Wijlen Harmen Swerinks zoon Gerrit is meerderjarig en is gehuwd met Aaltje Reiners. Het plaatsje is nu onbebouwd. Dit betekende het eind van de Berg als boerderij. De landerijen werden bij Klein Swerink gevoegd, (wordt vervolgd) t W.E. ten Asbroek en t J.G.L. Overbeeke
1757
DRIE EEUWEN ONDERWIJS TE SINT ISIDORUSHOEVE (II) De oudst bekende schoolmeester van Boekelo en Holthuizen-Eppenzolder is Wolbert te Relleker uit Neede, die ook Ten Elzen werd genoemd, omdat hij het thans nog bestaande erve Ten Elzen bebouwde. Hij werd in 1700 als lidmaat van de N.H. Kerk van Haaksbergen ingeschreven. Bekend is dat hij in 1723 hier nog voor de klas stond. Op 19 april 1736 wordt er een nieuwe schoolmeester gevraagd en deze wordt gevonden in de persoon van Warner van der Pol, alias Conhuurne. Inmiddels is ook de marke Brammelo aangewezen op deze school.
Scholen in Sint Isidorushoeve 1. eerste scholen 1600 - ± 1800 2. latere scholen ± 1800 - 1929 3. laatste scholen 1929 - heden
Zover bekend gaven achtereenvolgens de volgende onderwijzers les: Albertus van Lochem, Berent ter Horst en Hermannes Franssen.
1758
Het is wel zeker dat de eerste school in deze contreien, op de markegrond in het verlengde van de Benteloseweg, al voor 1723 bestond. In 1824 telde de regio 810 zielen, waarvan 120 kinderen die de school konden bezoeken. Enkele kinderen bezochten de scholen te Hengevelde en Beckum, omdat ze daar dichterbij woonden. De Meyerinkhoker school stond aan de Beckummerweg, 150 meter voorbij het huidige gemeenschapshuis het "Meuken", ook links van de weg, waar de eikenbomen staan. De volksmond had de naam 'Meyerinkhoker school' bedacht omdat deze school in de Meyerinkhoek, in de Marke Boekelo stond. Wanneer de school hier gebouwd werd is niet meer bekend, mogelijk al kort na 1752. Het gebouw was 5.64 x 4.71 x 2.60 meter groot. De school was in 1824 zo slecht dat de schoolopziender Floh op spoedige vernieuwing aandrong. Deze nieuwbouw kwam pas in 1857 gereed en had 1380 gulden gekost. Rijk, provincie en gemeente betaalden elk een derde deel. In 1858 had de school 55 leerlingen met schoolmeester Franssen als hoofd. Deze had 350 gulden loon per jaar en een huurvergoeding van 40 gulden per jaar. Op l april 1876 ging Franssen met pensioen wat hem 133 gulden en vierendertig cent per jaar opleverde. Op 2 juli 1883 ging de school voor twee maanden dicht om de aannemers J. Overbeek, H. Overbeeke en J. ten Vregelaar de gelegenheid te geven de school op te knappen. Op 21 juli 1897 werd de school vergroot tot drie lokalen; de aannemers kregen hiervoor 1825 gulden. (wordt vervolgd) B.E. Asbreuk. . Gegevens gedeeltelijk ontleend aan Historie van Haaksbergen, deel III, blz 159.
GREPEN UIT DE HAAKSBERGSE GERICHTSPROTOCOLLEN 1645 21/4
1 2
dagvaarden gebrek
S wier Grobbe richter, Bernt Smidt en Jan Varver keurnoten Gerrit Loeninck bespreekt1 Jan Ottinck wegens schuld van gekocht paard. Ottinck zegt dat paard mangel2 en gebrek had aan de ogen en van binnen, waardoor gestorven. Geen koopmans goed.
1759
Jan Ottinck bespreekt Twenhuis voor 20 rixdaalder voor paard, waarvan Twenhuis zegt dat het geen koopmans goed was, wil daarop betaalde 19 gulden terug en paard teruggelangen3. 1645 28/4
Swier Grobbe richter; Bernt Smidt en Jan Varver keurnoten Hendrick Ysaacq van Heeldrn4 bespreekt Roleffken wed. Hendrick ten Groetenhuis of Schoppenhendrick voor 20 daalder voor paard dat comparant als diens borg aan Derck Senderman in Wierden betaald heeft. Dateerd uit 1625. Amoldt Willekes gemachtigde van zijn moeder Helena Gansnebbe gnt. Tengnagell wed. van Wilhelm Willekes, scholte5 te Olst (vol-magt door Peter van Soonstbeeke6, scholte te Wijhe namens wed. als voogdesse over haar kinderen, geassisteerd met haar oudsten zoon Engelbert Willekes, schults van Olst. Gerichtsluiden hierbij Rottger Mensen en Jan Schutte. Wijhe 9/4 1645) transporteert aan Juffer Adriana van Heterscheij wed. van Herman van Coeverden tho Wegdam, het derde deel van het halve Kinckeler, en derde deel van Brinckhuis, gelegen in Boeculoe7 en Holthuisen zoals compa-rants moeder van haar ouders georven heeft. Philips de Nijkarcke te Oldensaell gehoord hebbend, dat enkele Borculose vrienden de nalatenschap van zijn nicht Aeltien ten Haegen willen toeëigenen verzoekt inventarisatieoverlegging van neef Weimer ten Haegen. Hij zegt naaste erfgenaam te zijn.
1645 5/5
Swier Grobbe richter, Bernt Smidt en Jan Varver keurnoten Johan Willinck te Grolle en vrouw Anneken van Itter (volmacht van magistraat binnen Grolle Everhard Winhof d.d. 22/3 1645) transporteerd aan Johan toe Linteloe en vrouw Aelken Ernstinck een stuk land van erve Holthuisen in buurschap Holthuisen, enerzijds aan kopers landerijen, anderzijds aan Winolt Toetelinck's stuk land, genaamd het lange stukke met een hoekje nieuw land, onlangs tot land gemaakt dpor verkoper. \
3 terugkrijgen 4 uit Hellendoom 5 In Twente werd de scholte of schout richter genoemd, een functie die het werk van de huidige notaris omvat, doch ook de functie van de huidige kantonrechter, bij particuliere geschillen. Dus niet voor strafzaken, hiertoe was de Drost competent. 6 Sonsbeek . 7 Boekelo, gelegen tussen Holthuizen en Hengevelde, het huidige Boekelo is de naam voor de latere woon kern in het deel van de marke Usselo dat bij de vroegere Hof te Boekelo of Vogelzang is gelegen.
1760
1645 2/6
Johan Michorius richter, Bernt Smidt en Jan Varver keurnoten Roleff Salmerinck contra Claesz Morssinckhoff wegens op 25/11 1641 opgemaakte koopceduul van verkochte huis en gaarden met de Weigerskamp op en toe de Krijgerije8 aan de Honesz, met uit-drift9 en waartal10 van Krijgers erve, waarvoor Morssinckhoff persoon en goederen verbonden11 heeft.
1645 16/6
S wier Grobbe richter, Bernt Smidt en Jan Varver keurnoten Geert Rouhoff met vrouw Swenne bekennen schuldig te zijn aan Derck toe Linteloe en vrouw Lysken en Albert ten Kunhuirne12 en vrouw 100 gulden, welke penningen (totaal 200 gulden) Rouhoff aan Berndt Kunhuirne schuldig is geweest (obligatie d.d. 14/6 1645 die hiermee wordt geannuleerd). Onderpand erve Rouhoff. Joan Helmigs namens vrouw, broers en zusters, geprocedeerd hebbend tegen huisvrouw van broer Berent Helmigs, verklaren schuldig te zijn aan Joan Kost, gerichtsschrijver van Enschede, gemachtigde van erf gen. van Ysaacqs van Haelemaell 315 gulden die Martini13 a.s. betaald zal worden, waarvoor hij borg is.
Aangeleverd door E.H.J. Overbeeke-Scholten uit de over een periode van meer dan 25 jaar gemaakte transcripties en excerpten van de Haaksbergse gericht-sprotocollen door wijlen J.G.L. Overbeeke
8 naar deze Claesz Morssinckhoff werd dit erf in latere jaren Klaashuis genoemd. 9 recht van vee te laten weiden op de markegrond. 10 een vol waar is een volledig recht van deelnemen in de marke: een half waar gaf dus maar voor de helft recht op het gebruik van de marke 11 zich verbinden = borg staan 12 Conhuume 13 11 november