2016

Basisschool

St.Stefanus Wijnandsrade

Schoolgids 2015/2016

Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

1

basisschool St. Stefanus

Colofon

ZAKELIJKE GEGEVENS BASISSCHOOL ST. STEFANUS Panhuysstraat 3 WIJNANDSRADE postbus 24001 6363 ZG WIJNANDSRADE tel: 045 5650074 e-mail: [email protected] website: www.bs-stefanus.nl weblog/oudergesprekken Isy: https://bs-stefanus.isy-school.nl/login

Voorwoord

3

-reacties -bestuur

DIRECTIE. Directeur:John Bruls tel: 045 5650074 Intern begeleider leerlingenzorg: Pauline Couwenberg Coördinator ICT: Marion Wagener LESTIJDEN groep 1 t/m 4 maandag t/m donderdag

Onze school in een notendop

4

Daar staan wij voor

5

Schooldocumenten

10

uitgangspunten en opvattingen doelen van het onderwijs professionalisering externe contacten verjaardagen schoolleiding visie

08.25 tot 12.00 uur. 12.55 tot 15.00 uur. 08.25 tot 12.30 uur. 08.25 tot 12.00 uur

woensdag Vrijdag GROEP 1 is op vrijdag vrij GROEP -2 - 3- 4 ZIJN OP VRIJDAGMIDDAG VRIJ groep 5 t/m 8 maandag t/m vrijdag 08.25 tot 12.00 uur. 12.55 tot 15.00 uur woensdag 08.25 tot 12.30 uur KINDEREN GAAN OP DE DIKGEDRUKTE TIJDEN NAAR BINNEN. DE LESSEN KUNNEN DAN OP TIJD OM 08.30 c.q. 13.00 uur BEGINNEN.

Kwaliteit

en onderwijs op maat

Resultaten

12

van het onderwijs

Leefstijl

-school

Passend Onderwijs

15 16

Contacten met ouders,

18

Klachten en klachtenprocedure

20

met geledingen en instellingen Oudergeledingen GGD: j.g.z.

BESTUUR INNOVO Stichting voor Katholiek onderwijs. Bezoekadres: Ruys de Beerenbroucklaan 29 A Postbus 2602 6401 DC Heerlen Tel: 045 5447144 e-mail: [email protected] website:www.innovo.nl

Praktische zaken

overblijven, voor- en naschoolse opvang, ziek melden, vrij vragen, vervanging zieke leerkrachten inzamelacties rookverbod verzekeringen VEILIGHEID Computers en internet Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)

Deze schoolgids bestaat uit een vast en een veranderlijk deel. Het vaste deel wordt uitgereikt aan de ouders van nieuwe leerlingen. Het veranderlijk deel wordt uitgegeven in de vorm van een schoolkalender. Daarin worden alle gegevens die jaarlijks veranderen vermeld. GIDS EN KALENDER ZIJN TE RAADPLEGEN OP ONZE WEBSITE: www.bs-stefanus.nl Gegevens van team- en commissieleden van de aan onze school verbonden geledingen, evenals vakantieregeling en andere praktische gegevens zijn opgenomen in deze kalender. Deze wordt aan het begin van elk schooljaar op de website aangeboden.Een papieren exemplaar kan op school worden opgehaald, tegen een bijdrage in de drukkosten.

Regels voor toelating

inschrijven, gewenningsregeling schoolreis verkeer en veiligheid huiswerk

Techniek KAANS (onderzoek)

Overzicht vakanties, vrije dagen en urenbereking

De verwijzingen naar de uitgebreidere informatie rondom een bepaald onderwerp kunt u via de website van onze school vinden, of rechtstreeks via www.innovo.nl (Ga naar www.innovo.nl

Roosters/basislestabel per groep

en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk: aanvulling schoolgids).


2

Zakelijke gegevens en inhoudsoverzicht

2


21

26

23 28 29

VOORWOORD SCHOOLGIDS BASISSCHOOL SINT STEFANUS Waarom een schoolgids ? Scholen verschillen in de manier van werken, in sfeer en in de manier waarop kinderen er leren. Scholen hebben verschillende kwaliteiten. Deze gids geeft aan waar onze school voor staat. Dat helpt u, als ouder of verzorger, om een goede indruk te krijgen van het reilen en zeilen van de school waarop uw kind zit. Ook voor ouders die op zoek zijn naar een geschikte school voor hun kind is deze gids bedoeld. De gids kan voor hen een hulpmiddel zijn bij de keuze van een school voor hun kind. De verwijzingen naar de uitgebreidere informatie rondom een bepaald onderwerp kunt u via de website van onze school vinden, of rechtstreeks via www.innovo.nl (Ga naar www.innovo.nl en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk: aanvulling schoolgids). Natuurlijk kunt u alle, in de schoolgids benoemde onderwerpen, rechtstreeks met uw school bespreken.

Bestuurlijke zaken Onze school valt onder de juridische verantwoordelijkheid van de Stichting INNOVO, een stichting voor katholiek onderwijs. In totaal zorgen ongeveer 1.200 INNOVOmedewerkers dagelijks voor onderwijs aan ongeveer 11.000 leerlingen, verdeeld over 53 scholen, waaronder 48 scholen voor basisonderwijs, twee scholen voor speciaal basisonderwijs en drie scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Het verzorgingsgebied van INNOVO strekt zich uit over Zuid- en MiddenLimburg en is verdeeld over 16 verschillende gemeenten. Het bevoegd gezag van de stichting wordt gevormd door het College van Bestuur, dhr. Bert Nelissen, voorzitter en mw. Joan van Zomeren, lid. Het College van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht, die een controlerende taak heeft ten aanzien van de vastgestelde doelen. Het College van Bestuur is gevestigd aan de Ruys de Beerenbroucklaan 29A te Heerlen. Hier is ook het servicebureau gevestigd dat ondersteuning biedt aan de scholen en het college. Op het servicebureau zijn deskundigen werkzaam in de disciplines financiën, huisvesting, ICT, administratie, personele, juridische en onderwijskundige zaken.

Verzoek te reageren. Indien ouders wensen hebben betreffende de schoolgids of suggesties voor verbetering kunnen ze contact opnemen met de directie van de school. Ook reacties over inhoud en uitvoering van deze schoolgids zijn heel erg welkom! Laat het ons horen ! (of schrijf via [email protected]) Wij hopen dat u door het lezen van deze gids inzicht krijgt in het reilen en zeilen van onze basisschool. Namens het schoolteam breng ik deze schoolgids met plezier onder uw aandacht… en wens uw kind een plezierig en leerzaam verblijf toe op onze school.

John Bruls, Directeur RDO b.s. St.Stefanus - Wijnandsrade


3


ONZE SCHOOL IN EEN NOTENDOP

De school zoals ze er nu bij staat, werd - voor een deel - in 1968 gebouwd op de fundamenten van de oude school, waarvoor in de archieven op 12 februari 1930 door de secretaris van het toenmalige Kerkbestuur aandacht gevraagd wordt “aan Zijne Doorluchtige Hoogwaardigheid den Bisschop van en te Roermond” voor het voorgenomen besluit om

R.K. LAGERE SCHOOL H.STEPHANUS 1931

van geborgenheid te proeven maar dat ook te kunnen bieden aan anderen. In die sfeer willen wij onderwijs geven en is er aandacht voor individuele verschillen. Wij werken met gemengde groepen. De instroomgroep (kleuters groep 1.2), de middenbouw (unit groep 3.4.5) en de bovenbouw (unit 6.7.8) In ons onderwijs maken we zo veel mogelijk gebruik van de verschillen tussen kinderen, door differentiatie in leerstof en afstemming in de pedagogische begeleiding. Na overleg met de ouders kan besloten worden om met ondersteuning van externe instanties hulp te bieden, in de begeleiding van kinderen die ‘’ iets meer aan kunnen” differentieren we in “plus-groep” en sociaal-emotionele begeleiding. Om dat goed te kunnen doen hebben we in onze organisatie plaats ingeruimd voor de begeleider leerlingen zaken (Intern Begeleider), de leerkracht, de onderwijsassistent en de logopediste. Ook starten we in 2015 een werkgroep ‘talentontwikkeling’ waar we met specialisten en intern begeleiders, met drie scholen, aan de begeleiding van, en beleidsontwikkeling naar excellente leerlingen werken.

De mensen die voor uw kinderen klaar staan.

“de pas nieuw gebouwde school door het Gemeentebestuur over te nemen en dan te stichten een R.K. Bijzondere Lagere school voor jongens en voor meisjes.” Toen kreeg de school de naam van de patroonheilige v/d Parochie: de H. Stephanus. Met de nieuwbouw van 1968 en de verbouwing in 1987 kwam het huidige gebouw tot stand. De laatste verbouwing vond plaats bij het samengaan van kleuterschool en lagere school. In oktober 2000 betrok de kinderopvang een eigen gebouw op het terrein van de basisschool. Deze opvang ressorteert onder de stichting Kinderopvang Nuth. De naam werd behouden om de band met de gemeenschap, het verleden en de katholieke identiteit aan te geven. In het logo van de school proberen we aan te geven, dat het landelijke karakter een niet onbelangrijke typering is voor de school zelf: er is ruimte voor ieder om te leven en te spelen en in die ruimte moet ieder zijn plekje kunnen vinden om zichzelf te kunnen zijn, een gevoel Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

Op dit moment werken er aan de school 12 personen. De school staat onder leiding van de directie (directeur en management team MT/zorg), die samen met de teamleden beleid ontwikkelt op pedagogisch en onderwijskundig gebied. Specifieke taakgebieden zoals Interne begeleiding leerlingenzorg, en coördinatie van ICT en specifieke zaken als arbeidsomstandigheden (ARBO) en bedrijfsveiligheid (BHV) worden behartigd door daarin gespecialiseerde, teamleden. Er zijn 7 leraren en 2 onderwijsondersteuners, die, voor een gedeelte in part-time verband , de lessen aan uw kind verzorgen. De vakleerkracht muziek is er gedurende 5 uur per week. De logopediste werkt enkele uren per maand op onze school. Zij volgt de taal-spraakontwikkeling en adviseert bij problemen met afwijkende (uit)spraak en ondersteunt bij het ontwikkelen van taal en spraak. Daarnaast zijn wij erg blij met de vrijwillige medewerkers (ouders, concierge,klassenassistent, schooltuingroep, geledingen), die bijdragen aan wat onze school bijzonder maakt.

4


Onze school begeleidt, als Opleidingsschool voor Hogeschool Zuid en Arcus, ook elk jaar een aantal stagiares. Een dag per week werkt een administratieve kracht op school. Voor de algehele ondersteuning op materieel gebied en onderhoud zorgt de schoolassistent. Daarnaast is er elke dag een medewerker die zorgt voor de schoonmaak op school. Personeelsgegevens vindt u in de schoolkalender

DAAR STAAN WIJ VOOR Wij vinden dat we onze kinderen moeten voorbereiden op een leven in een steeds sneller veranderende maatschappij. Het kind moet de gelegenheid krijgen zich een gevoel van verantwoordelijkheid eigen te maken. Het leert daarbij zich positief en kritisch op te stellen. Wij willen daarom zorgen voor een prettige en veilige schoolomgeving waar respect voor elkaar belangrijk wordt gevonden. Externe contacten / OuderContacten Wij beschouwen ouders als partners in educatie en opvoeding en onderhouden met hen open en functionele contacten. Het moet voor ouders duidelijk zijn waar we als school voor staan zodat ze bewust hun keuzes kunnen maken. Informatievoorziening gescheiden ouders Indien de ouders van een leerling gescheiden zijn,is het belangrijk dat er duidelijkheid is over de manier waarop de communicatie en consultatie over de vorderingen van de leerling verloopt. De school heeft daarom een protocol ontwikkeld hoe zij met deze regels omgaat. De school volgt de wettelijke regels met betrekking tot de informatieplicht jegens gescheiden ouders, Dat betekent dat de school ervan uitgaat dat ouders die beiden het ouderlijk gezag verkregen hebben elkaar informeren met betrekking tot zaken rondom hun zoon of dochter. Beide ouders zijn dan ook gezamenlijk welkom bij de ouderavonden. In overleg kan daarvan afgeweken worden. via www.innovo.nl treft u meer informatie aan m.b.t. informatievoorziening gescheiden ouders. ga naar www.innovo.nl en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk: aanvulling schoolgids. De schoolleiding De schoolleiding geeft op een transparante manier organisatorisch en onderwijskundig leiding met aandacht voor zowel de taak als de mens. De schoolleider is verantwoordelijk voor het beleid en kwaliteit van de schoolorganisatie vanuit zijn taken als onderwijskundig leider, begeleider, beheerder en ondernemer. En vanuit deze verantwoordelijkheid zal hij zoveel mogelijk Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

in samenspraak met het team en de geledingen, prioriteiten stellen en keuzes maken. Professionalisering / de leraar Onze visie op onderwijs is in al zijn facetten uitgangspunt van handelen. De leerkracht heeft naast zijn onderwijskundige taak ook een opvoedkundige taak die verder reikt dan het klaslokaal. We vinden het belangrijk dat er over alle onderwijskundige aspecten open en eerlijke communicatie plaatsvindt zowel in team-, bouw- als in klein overleg. In het kader van wat we als school aan competenties nodig hebben vanuit onze visie, zullen we bepalen welke pedagogische en didactische vaardigheden we ons als team én als individuele professionals middels nascholing eigen moeten maken. Hiervoor stellen we een nascholingsplan op waarin individuele scholing en teamscholing per schooljaar wordt vastgelegd. Op basis van individuele competentieprofielen van leerkrachten werken we met Persoonlijke ontwikkelingsplannen uitgewerkt in persoonlijke actieplannen. Kortom:

Wij dragen gezamenlijk en individueel de verantwoordelijkheid om betekenisvol, zelfstandig, samenwerkend en (inter)actief leren voor leerlingen en leerkrachten mogelijk te maken. Dit willen we doen in een veilige gestructureerde en stimulerende (school)omgeving waarbij we onze deskundigheid en specialismen steeds verder ontwikkelen om onze leerlingen optimaal te kunnen begeleiden in hun cognitieve, sociaalemotionele en creatieve ontwikkeling, in een dynamische maatschappij (van de toekomst). Aangezien in onze school de “eigen verantwoordelijkheid voor ontwikkeling” en “samenwerken” centraal staan naast het bieden van de juiste “zorg” aan de kinderen en aan elkaar willen wij onze missie als volgt samenvatten:

b.s. St. Stefanus: Leefstijlschool... ‘leren leren....leren leven !” 5


De resultaten De resultaten van het onderwijsleerproces worden regelmatig besproken in het team, en bij de bijeenkomsten met de Schooladviescommissie en de Medezeggenschapsraad. Doel hiervan is om op grond van analyse en evaluatie het onderwijs waar nodig bij te stellen. Gewenste verbeteringen worden opgenomen in het school(jaar)plan. Vanuit de eigen waarden van het kind, willen we mogelijkheden aanreiken om zich optimaal te ontwikkelen en onder deskundige leiding met materialen, leermiddelen en informatiebronnen te leren omgaan. Daarom laten we kinderen samenwerken, iets over hebben voor een ander en vanuit respect hebben voor elkaar, omgaan met andere mensen, meningen en ideeën. In onze visie op onderwijs hebben wij onze kijk hierop als volgt verwoord: In het onderwijs dat wij voorstaan zijn de volgende begrippen herkenbaar en aanwijsbaar in didactiek, methodiek en organisatie:  betekenisvol leren, waarmee wij bedoelen dat in het leerproces ervaringsleren, concreet bezig zijn, experimenteren en leren binnen en buiten de school aanwezig moeten zijn.  kwaliteit van ons onderwijs De kwaliteit van het onderwijs heeft de voortdurende aandacht. Kwaliteit bereiken we door een goede organisatie van het onderwijs op school. Concreet betekent dit, dat we het volgende proberen te realiseren: veel aandacht en tijd aan de basisvakken, duidelijke leerdoelen, goed klassenmanagement, bewaking van effectieve leertijd (weinig tijd verloren met organisatie); duidelijke en effectieve instructie op niveau en onserwijs op maat aan de hand van groepsplannen, (de zogenaamde ‘één-zorg-route’), frequente evaluatie van resultaten, hoge verwachtingen van de mogelijkheden van onze leerlingen, goed evenwicht tussen denken en doen, betrokkenheid van leraren en leerlingen bij het onderwijsproces, herkenbare rode draad van het handelen van de leerkracht voor de kinderen. De opbrengsten van ons onderwijs zijn goed, dat blijkt ook uit de eind- en tussenopbrengsten van de landelijk genormeerde toetsen  aandacht voor het individuele kind, dat wil zeggen dat wij rekening houden met de Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

verschillen tussen kinderen in intellectuele en sociaal-emotionele ontwikkeling.  groeperen van kinderen, wat wil zeggen dat wij bij het vormen van groepen rekening houden met het samen laten functioneren van verschillen, waar mogelijk.  leren omgaan met verantwoordelijkheid, zelfstandigheid: kinderen leren zelf verantwoordelijk te zijn voor hun ontwikkeling en hun keuzes. De verschuivende rol van de leerkracht (van docent naar begeleider) geven we een evenwichtige plek in ons onderwijs.  geborgenheid bieden, kinderen die zich geborgen voelen gedijen het beste. Een veilige leeromgeving betekent ook dat we moeten zorgen voor een veilige sociale omgeving waarin kinderen open en met respect leren communiceren.  betrokkenheid, kinderen moeten zich niet alleen betrokken kunnen voelen bij de leerstof: aansluiten bij de leefwereld. Dat is naar onze opvatting zowel de belevingswereld (emotioneel aspect) als de leefomgeving (ankerpunten, mensen en dingen om hen heen, Verkeerslabel veilige school)  creativiteit, wij vinden dat creativiteit en expressie een belangrijke plaats moeten innemen in het onderwijsleerproces van kinderen. Als centrale visiecomponent komt naar voren dat wij meer oog willen hebben voor verschillen tussen kinderen. Verschillen op het gebied van  niveau  instructiebehoefte  interessegebieden  zelfstandigheid Identiteit en levensbeschouwing. Onze school is een katholieke school. In onze godsdienstlessen besteden wij aandacht aan de katholieke geloofsleer. Tevens trachten we de kinderen een christelijke levenshouding aan te leren en vóór te leven. Bij het aannemen van nieuwe leerlingen gaan wij ervan uit dat persoonlijke keuze van ouders op dat punt gerespecteerd wordt. Dat betekent, dat ook niet-katholieke leerlingen passen in het beeld van de identiteit, zoals wij die trachten vorm te geven: samenleven met respect voor elkaars opvattingen. In de praktijk betekent dat, dat soms met ouders overleg plaatsvindt op welke wijze hun kind deelneemt aan die activiteiten, die een specifiek religieus karakter hebben. Wij vragen van alle ouders, die hun kind(eren) aanmelden, de uitgangspunten en doelstellingen van de school te respecteren. 6


Het opvoeden tot katholieke mensen wil voor ons zeggen, dat we ons houden aan de waarden en normen, voortkomend uit ons katholieke geloof.Wij betrekken de kinderen in de voorbereiding van de traditionele vieringen van Kerstmis en Pasen en geven ze daar een taak in. Ook verzorgt de school samen met ouders en pastor de eerste communie en het vormsel. We doen dat vanuit deelname aan de zogenaamde Kerngroep, de voorbereidingsgroep waarin ouders, parochie en school samenwerken. Gezinsmissen worden door school ondersteund. Regels voor toelating, schorsing en verwijdering De Wet primair onderwijs (Wpo) en Wet op de expertisecentra (WEC) vermelden dat de beslissing over toelating van leerlingen berust bij het bevoegd gezag. In de praktijk ligt deze beslissingsbevoegdheid bij de directie van onze school. De aannamecriteria van onze school zien er als volgt uit: - alhoewel onze school een katholieke school is, worden in principe leerlingen van elke geloofsovertuiging tot onze school toegelaten, mits de katholieke grondslag van onze school gerespecteerd wordt; - onze school staat in beginsel open voor alle kinderen, ook voor kinderen met een beperking. Indien er beslist moet worden over de toelating, houden we er uiteraard rekening mee of we de juiste ondersteuning en specifieke begeleiding kunnen bieden die voor de ontwikkeling van het kind noodzakelijk is. Indien er besloten wordt tot toelating zal er op basis van een plan van aanpak, dat met de ouders is samengesteld, gehandeld worden. De evaluatie en de voortgangsprocedure worden van jaar tot jaar bekeken. Informatie over de ondersteuning die onze school kan bieden, is opgenomen in het Schoolondersteuningsprofiel (SOP) dat op de website van onze school te vinden is. Voor uitgebreide informatie, incl. de wettekst (passage met betrekking tot aanmelding en toelating), verwijzen wij u naar de site van INNOVO. Hier treft u ook het INNOVOaanmeldingsformulier nieuwe leerlingen


In de Wet passend onderwijs staat een passage opgenomen met betrekking tot aanmelding en toelating (het INNOVO aanmeldingsformulier is hierop afgestemd):  De aanmelding van kinderen voor toelating geschiedt schriftelijk en kan worden gedaan vanaf de dag waarop het kind de leeftijd van 3 jaar bereikt. De ouders doen de aanmelding zo mogelijk ten minste 10 weken voor de datum waarop toelating wordt gevraagd en geven bij de aanmelding aan bij welke school of scholen eveneens om toelating is verzocht.  Het bevoegd gezag beoordeelt of de aanmelding een kind betreft dat extra ondersteuning behoeft. Hiertoe kan het bevoegd gezag de ouders verzoeken gegevens te overleggen betreffende stoornissen of handicaps van het kind of beperkingen in de onderwijsparticipatie. Onder extra ondersteuning wordt niet verstaan ondersteuning ter bevordering van de beheersing van de Nederlandse taal met het oog op het voorkomen en bestrijden van onderwijsachterstanden.  Indien de toelating van een leerling die extra ondersteuning behoeft, wordt geweigerd, vindt de weigering niet plaats dan nadat het bevoegd gezag er, na overleg met de ouders en met inachtneming van de ondersteuningsbehoefte van de leerling en de schoolondersteuningsprofielen van de betrokken scholen, voor heeft zorg gedragen dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Onder andere school kan ook worden verstaan een school voor speciaal onderwijs, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs.  Het derde en vierde lid zijn niet van toepassing: a. indien op de school waar de leerling is aangemeld geen plaatsruimte beschikbaar is, of b. indien het bevoegd gezag de ouders bij de aanmelding verzoekt te verklaren dat zij de grondslag van het onderwijs op de school zullen respecteren dan wel te verklaren dat zij de grondslag van het onderwijs op de school zullen onderschrijven, en de ouders dit weigeren te verklaren.  Het bevoegd gezag neemt de beslissing over toelating van een leerling zo spoedig mogelijk doch uiterlijk 6 weken na ontvangst van de aanmelding. Indien de beslissing, bedoeld in de vorige volzin, niet binnen 6 weken kan worden gegeven, deelt het bevoegd gezag dit aan de ouders mede en 7








noemt het daarbij een zo kort mogelijke termijn waarbinnen de beslissing wel tegemoet kan worden gezien, welke termijn ten hoogste 4 weken bedraagt. Indien de aanmelding een kind betreft dat niet is ingeschreven op een andere school, een school voor speciaal onderwijs, een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs of een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, de aanmelding is gedaan ten minste 10 weken voorafgaand aan de eerste dag van een schooljaar en de beslissing over toelating op de eerste dag van dat schooljaar nog niet is genomen, wordt het kind met ingang van die dag tijdelijk geplaatst op de school en als leerling ingeschreven. Indien de leerling wordt toegelaten, wordt de tijdelijke plaatsing omgezet in een definitieve plaatsing. Indien de toelating van de leerling wordt geweigerd, wordt de tijdelijke plaatsing beëindigd en wordt de leerling uitgeschreven met ingang van de dag die volgt op de dag waarop de toelating wordt geweigerd. Een leerling wordt niet toegelaten tot een speciale school voor basisonderwijs dan nadat het samenwerkingsverband waartoe de speciale school voor basisonderwijs behoort de leerling toelaatbaar heeft verklaard tot het onderwijs aan een speciale school voor basisonderwijs in het samenwerkingsverband. De beslissing over de toelaatbaarheid is geen besluit als bedoeld in artikel 8:4 onder e van de Algemene wet bestuursrecht. De toelating van een leerling van een basisschool tot een speciale school voor basisonderwijs van het samenwerkingsverband waaraan de basisschool deelneemt wordt niet geweigerd op denominatieve gronden, tenzij de ouders van de leerling weigeren te verklaren dat zij de grondslag van het onderwijs van de school zullen respecteren.

Scholen of bevoegde gezagen dienen de schorsing te melden via een formulier dat in het internet schooldossier (ISD) is opgenomen. De inspectie gaat er van uit dat een schorsing zo kort mogelijk duurt en dat scholen zich rekenschap geven van de gevolgen voor het kind. Van scholen mag verwacht worden dat zij in geval van schorsing zorgvuldig te werk gaan en vaste procedures volgen. De rechter toetst zo nodig of deze gevolgd zijn. Hierbij vermelden wij dat een schorsing een ingrijpende maatregel is en alleen in uitzonderlijke gevallen gebruikt zal worden. In artikel 40c van de WPO zijn de volgende punten opgenomen: 1. Het bevoegd gezag kan met opgave van redenen een leerling voor een periode van ten hoogste één week schorsen. 2. Het besluit tot schorsing wordt schriftelijk aan de ouders bekendgemaakt. 3. Het bevoegd gezag stelt de inspectie van een schorsing voor een periode langer dan één dag schriftelijk en met opgave van redenen in kennis. Ouders kunnen bij het schoolbestuur en/of bestuursrechter schriftelijk bezwaar maken tegen de schorsing. Indien het een bijzondere school betreft kunnen de ouders de stap maken naar de civiele rechter. Verwijdering Op grond van de bepalingen in de WPO en de WEC gelden ten aanzien van de verwijdering de volgende beleidsregels: 1. De verwijdering is een ingrijpende maatregel en mag alleen in het uiterste geval gebruikt worden. 2. Voordat besloten wordt een leerling te verwijderen hoort de directeur de leerling, de betrokken ouders en de groepsleerkracht. 3. De verwijdering wordt schriftelijk aan de ouders medegedeeld. In dit besluit worden vermeld de reden voor de verwijdering, de ingangsdatum, de eventueel andere genomen maatregelen en de mogelijkheid tot het maken van bezwaar. 4. De directeur meldt de verwijdering terstond aan de leerplichtambtenaar, de Inspecteur en het College van Bestuur door toezending van een afschrift van de brief genoemd in punt 3. Ingeval van twijfel over de vraag of er voldoende grond is voor een verwijdering overlegt de directeur eerst met het College van Bestuur en zo nodig de Inspecteur en de

Schorsing Vanaf 1 augustus 2014 is artikel 40c opgenomen in de WPO. Hierin staat beschreven dat het bevoegd gezag, ten opzichte van het verleden, bevoegd is om een leerling te schorsen. Daarbij zijn scholen verplicht om schorsingen van langer dan een dag bij de Inspectie van het Onderwijs te melden. Ook is opgenomen dat leerlingen voor ten hoogste één week geschorst kunnen worden. Schorsing melden via het Internetschooldossier (ISD) Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

8


5.

6.

7.

8.

9.

10.

11.

Leerplichtambtenaar, alvorens het besluit tot verwijdering te nemen. Voordat de school het besluit tot verwijdering kan uitvoeren dient het ervoor te zorgen dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Wanneer het gedurende acht weken, gerekend vanaf het tijdstip waarop het besluit tot verwijdering aan de ouders is meegedeeld, niet lukt de leerling op een andere school te plaatsen, kan de directeur de leerling verwijderen zonder vervolgonderwijs veilig te stellen. Het bestuur moet kunnen bewijzen zich gedurende deze periode te hebben ingespannen om een andere school te vinden. Contacten met de andere scholen in dit kader worden dan ook zoveel mogelijk schriftelijk vastgelegd. Tijdens de bezwaarprocedure is de school niet verplicht de leerling toe te laten. Indien ouders echter willen dat hun kind wordt toegelaten, kunnen zij om een voorlopige voorziening vragen bij de bestuursrechter (indien het een openbare school betreft). Als het gaat om een school voor bijzonder onderwijs kunnen zij een kort geding aanspannen bij de civiele rechter. Gedurende de wachttijd van acht weken stelt de school de leerling in staat, bijvoorbeeld door het meegeven van huiswerk, te voorkomen dat de leerling een achterstand oploopt. Er blijft voor de school een onderwijsverplichting bestaan. De definitieve verwijdering wordt schriftelijk aan de ouders medegedeeld met daarin opgenomen dezelfde punten als genoemd in punt 3 aangevuld met een weergave van de uitkomsten van het zoeken naar een andere school. De scholen dragen zorg voor een goed dossier, dat het besluit tot verwijdering kan dragen, te denken valt in dit kader aan schriftelijke waarschuwingen, genomen maatregelen, schorsingsbesluit etc. Op grond van artikel 63 WPO en artikel 61 WEC kunnen de ouders binnen 6 weken na de mededeling, bedoeld in het tweede lid bij het bevoegd gezag schriftelijk hun bezwaren kenbaar maken tegen de beslissing. Het bevoegd gezag beslist binnen 4 weken na ontvangst van de bezwaren. Alvorens te beslissen hoort het bevoegd gezag de ouders. Indien de ouders zich niet kunnen verenigen met het besluit op het


bezwaar hebben zij nog altijd de mogelijkheid het besluit aan te vechten voor de rechter in een civiele procedure. Klik op onderstaande link voor informatie van de Inspectie van het Onderwijs. http://www.onderwijsinspectie.nl/nieuwsbriefbijl age/2014/schorsing-in-het-basisonderwijs.html Sfeer op school. Wij zijn er voor de kinderen: bij ons moeten ze kunnen aankloppen met blijdschap en met verdriet. Het is al eerder gezegd: een sfeer van veiligheid en vertrouwen is nodig om goed met elkaar te kunnen werken. Wij vinden het dan ook gewoon dat we in de klas even stilstaan bij de dode hamster of de verjaardag van opa: letten op wat kinderen bezig houdt. Ruimte maken voor een praatje als het even niet goed gaat en consequent zijn als het nodig is. Bij het samenwerken hebben kinderen structuur nodig om te komen tot een optimaal leef- en leerklimaat. Zo zijn we gekomen tot regels voor leerlingen en leerkrachten. Deze regels gaan over het spelen buiten en het gedrag binnen de school. Zijn er problemen tussen of met kinderen dan wordt geprobeerd, deze goed op te lossen door er samen in de groep over te spreken. (de wekelijkse bespreking…) Dat voor pesterijen daarbij geen enkele plaats is, vinden wij vanzelfsprekend. Pesten wordt dan ook niet geaccepteerd. In een doorgaande lijn werken wij, vanuit de principes van de methode Leefstijl, aan het uitbouwen van verantwoordelijkheid voor eigen handelen en ook voor het goed omgaan met eigen materiaal en

spullen van anderen. Orde, regelmaat en regels horen bij het scheppen van een goede sfeer. Wij leren kinderen deze regels na te leven, daarin eigen verantwoordelijkheid te nemen… en zien daar ook op toe. De doelen van het onderwijs De doelen van het onderwijs vloeien voort uit de wet op het Primair Onderwijs. 9


Deze doelen zijn vertaald in vakken waarin verplicht onderwijs moet worden gegeven. Het zou te ver voeren hier uitgebreid op in te gaan. Daarom geven wij hierna een aantal accenten uit de verschillende groepen weer. Door de wetgever zijn voor elk vakgebied kerndoelen geformuleerd. De op school gebruikte methoden voldoen aan deze doelen. Naast deze verplichte lesgebieden bestaat er ruimte om vorm te geven aan zogenoemde schooleigen opdrachten. Daaronder vallen op onze school de invulling van de lessen in het kader van onze identiteit: de godsdienstlessen; het programma voor sociale en emotionele ontwikkeling (Leef Stijl), burgerschap en sociale integratie, en op culturele vorming. De wet stelt eisen aan inrichting en kwaliteit van het onderwijs. De directie is voor een goede uitvoering van deze eisen verantwoordelijk. Dat doen wij onder andere door jaarlijks na te gaan in hoeverre onze doelstellingen worden bereikt. Dat gebeurt aan de hand van de resultaten van o.a. de eindtoets basisonderwijs en door het regelmatig bespreken van de resultaten van het Leerlingvolgsysteem, maar ook door het raadplegen van onze educatieve partners en het betrekken van ouders en locale gemeenschap bij de school. Ook ons bestuur, Stichting INNOVO heeft in haar Strategisch beleidsplan beleid uitgezet, waarbinnen wij onze schoolontwikkeling gestalte geven.

SCHOOLDOCUMENTEN De school hanteert een aantal documenten waarin zij zich verantwoordt, haar zienswijze en beleid vastlegt en evalueert en waarmee zij naar buiten treedt. Deze documenten zijn:  Het school(jaar)plan  Het activiteitenplan  De schoolgids  De informatiekalender  Het Stefanootje (ouder-nieuwsbrief).  De website: www.bs-stefanus.nl Het schoolplan is een wettelijk vereist document dat het meerjarenbeleid bevat en samenhang vertoont met de beleidsstukken van het bestuur. Het bevat uitwerkingen van de onderwijskundige planning, de opvattingen over onderwijs van de school en de personele en financiële verantwoording. Het schoolplan wordt, nadat de MR (Medezeggenschapsraad) ermee heeft ingestemd, om de vier jaar vastgesteld door het bevoegd gezag. Jaarlijks wordt er een schooljaarplan gemaakt voor intern gebruik. Elke vier jaar wordt het schoolplan door de inspectie ingezien. In beide gevallen moet ook de MR zijn goedkeuring geven aan de plannen, nadat de schooladviescommissie gelegenheid heeft gehad zijn advies over het plan te geven. Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

Het SOP Het schoolondersteuningsprofiel geeft een realistisch beeld van de ondersteuning en begeleiding die de school momenteel in het kader van Passend Onderwijs kan bieden en hoe deze ondersteuning is georganiseerd. Het is de bedoeling dat ondersteuning voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften, zonder administratieve rompslomp, op basisscholen toegankelijk moet zijn. Daarom is alle ondersteuning tot aan een verwijzing naar het speciaal (basis) onderwijs te rekenen tot basisondersteuning. De mate waarin de school momenteel die basisondersteuning op eigen kracht of met hulp van externe deskundigen kan bieden, is af te lezen uit het schoolondersteuningsprofiel. Basisondersteuning omvat vier ankerpunten. De school verbindt zijn ontwikkelingslijnen aan de ankerpunten van de basisondersteuning. Niet elke lijn hoeft even strak gespannen te zijn. De trekspanning tussen beiden kan afhankelijk zijn van de windrichting (kenmerken leerlingenpopulatie), de windkracht (pedagogisch en didactisch concept), de stroomsterkte (sociaal-demografische ligging in de wijk of regio) en het getij (krimp of groei). De vier ankerpunten zijn: 1.Kwaliteitsstandaard Bij de bepaling van de kwaliteitsstandaard gebruiken we het basisarrangement en de kwalificatie op de “zorgindicatoren” van het vigerend toezichtkader van de onderwijsinspectie (2012). 2.Planmatig en handelingsgericht werken In aanvulling op de standaarden uit het vigerend toezichtkader zijn er indicatoren voor planmatig en handelingsgericht werken geformuleerd. 3.Specifieke ondersteuning De school heeft een aanbod voor preventieve en licht curatieve basisondersteuning afgestemd op leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. 4.Ondersteuningsstructuur Aangegeven wordt met welke deskundigheid de school autonoom basisondersteuning kan bieden of basisondersteuning met behulp van netwerkpartners (andere basisscholen of ketenpartners) tijdig, flexibel en adequaat kan ontsluiten. De belangrijkste functie van het schoolondersteuningsprofiel is dat het inzicht verschaft in de kwaliteit van de basisondersteuning van de school op dit moment. Alle ondersteuningsprofielen samen geven het samenwerkingsverband een 10


overzicht van de mate waarin er wordt voorzien in een dekkend aanbod. Het schoolondersteuningsprofiel is integraal onderdeel van het schoolplan. Het schoolondersteuningsprofiel is voor de school de basis voor communicatie met ouders en anderen.

Het SOP van St.Stefanus, vindt u op de schoolwebsite: www.bs-stefanus.nl

Klik op onderstaande links voor meer informatie. http://www.steunpuntpassendonderwijs.nl/ http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/passen d-onderwijs http://www.passendonderwijszuid.nl/ Deze schoolgids is het stuk waarin aan derden (ouders met name) informatie gegeven wordt over alle aspecten van de school. Elke versie van de schoolgids wordt, net als het schoolplan, ter instemming aan de MR voorgelegd. Wij hanteren daarnaast, als onderdeel van de schoolgids, voor ouders onze schoolkalender, een handig jaaroverzicht voor ouders, waarop alle evenementen en vakanties staan aangegeven, met daarnaast de jaarlijks wisselende informatie, zoals adressen Jeugdgezondheidszorg, regels en afspraken, roostertijden en vakanties. Om u actueel te informeren verschijnt om de twee weken het “Stefanootje”. Dit infobulletin is bedoeld om ouders over het reilen en zeilen van alledag goed geïnformeerd te houden. Via onze website www.bs-stefanus.nl kunt u deze informatie raadplegen. Ook communiceren we (interactief) via de (beveiligde) omgeving van IsY. https://bs-stefanus.isy-school.nl/login

ONDERWIJS OP MAAT Hulp door ouders. Goede contacten met u vinden wij belangrijk. Daarom vinden wij dat u waar mogelijk een ondersteunende rol kunt spelen in het onderwijs. In onze school betekent dit dat bv. in groep 3 geholpen wordt bij voorbereidende leesspellen. Ook helpen ouders in het documentatiecentrum, computerlessen, techniekworkshops en bij activiteiten handvaardigheid. Daarnaast doen wij regelmatig een beroep op uw hulp bij ondersteunende activiteiten als excursies, buitenlessen, schoolverlaters kamp, kerstmis, laatste schooldag, koningsspelen, sportdag, Carnaval enz. Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

“Onderwijs op maat” ofwel leren op een manier die op maat is gemaakt, die past bij de leerling. Hiervoor is een maatstaf nodig om te kijken of een kind de basisstof aankan, wellicht meer kan of de stof eerst op een lager niveau met andere uitleg erbij nodig heeft. Deze maatstaf is bij ons op school het CITO- leerling en onderwijs volgsysteem. Afgekort: LOVS. Wat doen we met de toetsen? We toetsen niet om te toetsen. We hebben ervoor gekozen om kinderen volgens een vastgesteld rooster Cito-toetsen af te nemen voor taalontwikkeling, spelling, technisch lezen, begrijpend lezen, studievaardigheden en rekenen. Deze toetsen hebben een signalerende functie. Drie maal per jaar bespreekt de intern begeleider samen met de groepsleerkracht de resultaten van de leerlingen. Als een leerling opvalt, wordt er gekeken hoe deze leerling het beste begeleid kan worden. De leerkracht zal deze leerling zoveel mogelijk binnen de groep helpen. Intern begeleider De IB-er heeft binnen school een coördinerende taak op het gebied van leerlingenzorg en schoolontwikkeling. Middels school - videointeractie- begeleiding (SVIB) worden leerkrachten ondersteund in hun pedagogischdidactisch handelen. Bovendien onderhoudt de IB-er contacten met ouders, hulpverleners en Ambulante Dienst (consultatie en onderzoek). Uit een dergelijk contact kan bijvoorbeeld blijken dat de school op een bepaald vakgebied onderzoek moet doen om het probleem te verhelderen. Ook kan het zijn dat er hulp buiten de school gezocht wordt. Dit alles gebeurt natuurlijk in samenspraak met de ouders. De school wordt begeleid door een vaste medewerker van de Ambulante dienst. Om de zes weken vindt er op school een “spreekuur” plaats waarbij leerkrachten met vragen terecht kunnen, kinderen getest worden en gesprekken met ouders plaatsvinden. Alle hulp, resultaten van toetsen, leerlingvolgsysteem, samenvattingen van de oudergesprekken, observaties en dergelijke worden vastgelegd in een individueel leerling-dossier. (Eduscoop) Inzage hierin staat geregeld in het privacyreglement (volgens de Wet Bescherming Persoonsgegevens). Als ouder kunt u een afspraak maken om de gegevens van uw kind in te zien. Logopedie De logopedische begeleiding van kinderen (screening, onderzoek, begeleiding of doorverwijzing van kinderen met betrekking tot gesignaleerde spraak- en taalstoornissen wordt 11


niet meer gesubsidieerd. Om dit stukje basiszorg voor kinderen toch uit te voeren, zetten we daarvoor eigen zorgmiddelen in, en gelden uit de Locale Educatieve Agenda. Op deze wijze voeren we de volgende activiteiten jaarlijks uit: -de overdracht van gesignaleerde peuters (in de peuter screening). -het vaststellen en uitvoeren van de noodzakelijke zorg (door leerkracht en logopediste) -vervolgonderzoek in groep 1 (door logopediste) -indien nodig doorverwijzen voor behandeling -controle bij groep 2 leerlingen -vervolgcontrole groep 3 t/m groep 8 -toelichting van verslagen van (buitenschoolse) logopedie. De schoollogopedie wordt op onze school uitgevoerd door mw. Gabrielle Heijnen, in samenwerking met de intern begeleider en de groepsleerkrachten.

Een goede school evalueert haar onderwijs. Geregeld moet worden gekeken of de inspanning die wordt geleverd ook leidt tot het gewenste resultaat. Dat doen we door het afnemen van toetsen en door over schoolontwikkeling en werkprocessen na te denken. In onderstaande tabel kunt U aflezen welke resultaten de afgelopen schooljaren behaald zijn op de cito-eindtoets. We volgen de ontwikkeling van onze leerlingen middels ons Leerling Ontwikkelings Volgsysteem, middels toetsen LOVS-Cito en Observatie sociaal-emotionele ontwikkeling Leefstijl (Seol).

Wet bescherming persoonsgegevens De Wbp beschermt uw privacy. In de Wbp staat wat er allemaal wel en niet mag met uw persoonsgegevens en wat uw rechten zijn als uw gegevens gebruikt worden. Als school moeten wij voldoen aan de eisen die de Wbp stelt. Alle persoonsgegevens worden op school geregistreerd in het leerlingdossier. Hierin wordt de informatie bewaard voor de onderwijskundige en algemene begeleiding van de leerling. De gegevens van leerlingen worden voor derden ontoegankelijk bewaard.

Beoordeling van de Cito eindtoets.(Toelichting)

Wij voldoen ook aan de eisen van de Wbp inzake het communiceren van gegevens naar vervolgonderwijs bij de overgang van risicoleerlingen (school, zorgteam en privacy). Alle scholen hebben in hun aanmeldingsformulier de clausule opgenomen waarbij ouders/verzorgers kunnen verklaren “geen bezwaar te hebben tegen het overleggen van de benodigde gegevens door de school van herkomst aan de VO-school en omgekeerd.” Binnen passend onderwijs hebben scholen zorgplicht: de plicht een passende onderwijsplek te bieden aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Dit heeft ook consequenties voor het verstrekken van persoonsgegevens van leerlingen. Als school gaan wij hier zorgvuldig mee om.

De eindopbrensten: Resultaten van het onderwijs Cito eindopbrengsten: ruwe score is 539,1. In relatie tot de schoolgroep is dit een goede score, gezien deze boven het landelijk gemiddelde is. Met ingang van schooljaar 2011-2012 geldt een nieuwe systematiek voor de beoordeling van de Cito eindtoets. De aangepaste systematiek maakt voor alle scholen gebruik van de ongecorrigeerde schoolscore. De onder- en bovengrens die geldt is afhankelijk van het percentage gewogen leerlingen op de hele school. Deze grenzen zijn afgeleid van het landelijk gemiddelde voor scholen met hetzelfde percentage gewichtenleerlingen. Bij de beoordeling van de Eindopbrengsten hanteert de inspectie derhalve (in de meest voorkomende gevallen) het schoolrapport schoolgroep. Centrale eindtoets 2016 Vanaf het schooljaar 2014-2015 zijn alle leerlingen in het reguliere basisonderwijs verplicht om in groep 8 een eindtoets primair onderwijs te maken. Wij gebruiken dit jaar opnieuw de Centrale eindtoets. We onderzoeken, in een pilot met de scholen in de gemeente Nuth de alternatieve (adaptieve) toetsing. Dit leidt voor 2017 tot een besluit over de eindtoets. Voor de afname in 2016 gelden de volgende afnamedata: 

de papieren Centrale Eindtoets wordt afgenomen op: dinsdag 19, woensdag 20 en donderdag 21 april



de digitale Centrale Eindtoets wordt afgenomen van: vrijdag 15 april tot en met vrijdag 29

Voor meer informatie ga naar www.innovo.nl en klik op SCHOLEN of OUDERS in de menubalk: aanvulling schoolgids.

DE RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS Hoe meten we de resultaten ?


12


april 

Atheneum TTO Vmbo-basis met LWOO

het inhaalmoment of ‘tweede afnamemoment’ vindt plaats tussen 25 april en 27 mei 2016.

Klik op onderstaande link voor informatie over de centrale eindtoets in 2016.  https://www.centraleeindtoetspo.nl/leerlingenen-ouders/over-de-toets/afnamemoment In april 2015 waren er in groep acht in totaal 15 leerlingen. Daarvan maakten 14 leerlingen de Eindtoets. In het schoolrapport correctie LG wordt een instroomcorrectie voor leerlinggewicht (LG) toegepast. Daarmee wordt onze school vergeleken met scholen die gelet op de sociaal-culturele achtergrond van de leerlingen vergelijkbaar zijn. Gemiddelden Landelijke gemiddelde LG b.s. St. Stefanus

Eindtoets 2013

Eindtoets 2012

Eindtoets 2011

534,8

535,3

535,3

536,5

536,9

538,2

Als we de Cito-eindtoetsresultaten onderverdelen in taal, rekenen-wiskunde en studievaardigheden, dan zien we het volgende beeld: Onderdeel

Taal RekenenWiskunde Studie vaardigheid TOTAAL

Aantal opgaven

OnderBovengrens

Gecorr. aantal goed

100

70,1 – 76,6

73,4

60

38,5 – 44,2

41,3

40

28,3 – 31,5

29,9

200

137,7 – 151,8

144,7

De schooladviezen en de plaatsing in 2015:

HAVO HAVO Gymnasium TTO Vmbo-t HAVO/Atheneum Vmbo-t/HAVO Vmbo-t/HAVO Vmbo-basis t/m kader Atheneum, versterkt Engels Vmbo- kader met LWOO HAVO Vmbo-kader Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

Sint-Janscollege Sint-Janscollege Sint-Janscollege Broekland College Sintermeerten Broekland College Sintermeerten Emma College Sint-Janscollege

Valkenburg Sint-Janscollege Citaverde College

Conclusie

Op grond van de vergelijking met de gemiddelde scores, kan geconcludeerd worden, dat de –in de laatste jaren wisselende eindopbrengsten- nu op het niveau zijn (zelfs ruim) dat wij van onze leerlingen verwachten. De schoolscore is (gecorrigeerd voor LG) 1,7 boven het landelijk gemiddelde. Een prima resultaat, waarmee ook duidelijk wordt, dat de ingezette kwaliteitsinterventies op St. Stefanus, hier het gewenste resultaat oplevert. We streven naar bovengemiddelde eindopbrengsten. INSTANDHOUDING SCHOOLADVIEZEN

Zoals we aan de hand van het LOVS de resultaten van ons onderwijs evalueren bekijken we ook de kwaliteit van onze schooladviezen aan de hand van gegevens over meerdere jaren. Het is niet altijd mogelijk de schoolloopbaan van iedere leerling te blijven volgen, maar we beschikken over voldoende gegevens uit het VO om iets te kunnen zeggen over de mate waarin onze schooladviezen gestand houden.

We mogen concluderen dat van onze % goed schooladviezen zeker meer dan 80% in stand blijft, ook na meerdere jaren vervolgonderwijs zit de overgrote meerderheid van onze leerlingen nog73% op het hen geadviseerde schooltype. De kwaliteit van onze schooladviezen is dus goed 69%

De75% rapportage Resultaten kun je uitdrukken in cijfers, in 72% overzichten, in tabellen. Soms lukt dat niet, b.v. als we spreken over het welbevinden van het kind. Wij rapporteren over sociale kenmerken, eigenschappen en opgedane kennis door aan te geven of deze voldoende beheerst worden (of voldoende blijken uit gedrag en houding), nog onvoldoende beheerst worden of geheel beheerst worden. Bij het 1e 10-minutengesprek staat de sociale en emotionele ontwikkeling van het kind in de (nieuwe) groep centraal. We bespreken hier de (door kind-ouderleerkracht) ingevulde rapportage van SEOL.

Stella Maris Valkenburg Stella Maris Meerssen Stella Maris 13


Deze rapportage wordt vanaf het tweede rapport SCHRIFTELIJK aangevuld met individuele formatie vanuit het leerlingvolgsysteem: toetsen, die landelijk genormeerd zijn.

leesonderwijs, dus eind november groep 4. (Overleg tijdens vcb oktober). Herfst-winter-, lente-, zomersignalering worden afgenomen volgens planning van de methode VLL

Resultaten van het onderwijs In ons school(jaar)plan beschrijven we de

Toetskalender b.s. St.Stefanus okt.

nov.

dec.

jan.

Ruimte en Tijd

M1-M2

Taal voor kleuters Screeningsinstrument beginnende geletterdheid

M1-M2 B2-B3

Screeningsinstrument dyslexie

4 (uitval.)

feb.

maart

april

mei

juni E1-E2 E1-E2

M3 (uitval.)

M2

E3 (uitval.)

4 (uitval.)

LOVS Rekenen-Wiskunde

M3-M6

Rekenen-Wiskunde 2002

M7-M8

DMT Leestechniek&Leestempo

M3-M8

E3-E6 E3 –E7

M7-M8 LOVS Begrijpend lezen

M4-M6

E3-E6

LOVS Technisch lezen

M3 -M6

E3-E6

LOVS Spelling

M3-M6

E3-E6

Toetsen Begrijpend Lezen

M7-M8

SVS werkwoorden

M8

SVS niet-werkwoorden

M7-M8

LOVS studievaardigheden

E5-E6

Pravoo

B1-B2

M1-M2

E1-E2

Entreetoets Viseon

7 B3-B8

E3-E8

Eindtoets basisonderwijs

Uitdrukkelijk koppelen wij de woordwaardering NIET aan punten: goed is geen 8, maar geeft aan dat een kind de stof beheerst. Voldoende en onvoldoende geeft eveneens aan dat er sprake is van een bepaalde mate van beheersing. (niet te vergelijken met een tien punt -schaal) De toetsen zijn te verdelen in:  de LOVS -toetsen die in elke groep, elk jaar op vaste tijden worden afgenomen. Met als doel te weten te komen of de leerlingen “op  niveau” presteren, m.a.w. of er aanleiding is het onderwijs aan de leerling aan te passen of bij te stellen.  De methodegebonden toetsen: tussentijds afgenomen om te signaleren of de methodestof voldoende is opgenomen.  de Eindtoets aan het eind van de basisschoolperiode. (zie Opbrengsten) TOETSKALENDER LOVS We werken met een toetskalender waarin staat aangegeven op welk moment welke toets wordt afgenomen. (zie blauwe kader). Daarnaast toetsen wij adaptief, wat voor individuele leerlingen een aangepaste toetsafname kan betekenen.

De toetsen uit screeningsinstrument Dyslexie worden 2 keer per schooljaar afgenomen bij de zwakke leerlingen. De eerste afname van deze toetsen vindt plaats na 13 mnd Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

8

geplande schoolontwikkeling. In het schooljaarverslag informeren we over de de effecten van de verbeterresultaten: Onze school heeft de afgelopen jaren flinke stappen gezet gericht op borging en verbetering van de beoogde kwaliteit van de opbrengsten van ons onderwijs en van onze dienstverlening. Dit heeft geleid tot de volgende opbrengsten: o Schoolzelfevaluatie: de groepen trendanalyses worden jaarlijks gemaakt en besproken met het team en indien nodig worden maatregelen genomen, die in het groepszorgprofiel worden vastgelegd. Leerstofaanbod: leerkrachten bieden o meer begaafde leerlingen extra stof aan (plustaken) en proberen meer gebruik te maken van de o Differentiatiemogelijkheden in de methoden. o Onderwijstijd: voor de vakken rekenen & wiskunde en technisch lezen is in de groepen extra leertijd ingezet, op basis van het groepszorgprofiel o Omgaan met verschillen: leerkrachten maken gebruik van vernieuwde weekplanningen met daarin opgenomen 14


o

een kolom voor de lesdoelen. De leerkrachten gebruiken dag-/weektaken. Hierdoor kunnen leerlingen leerstof meer op hun eigen niveau en in hun eigen tempo verwerken. De leerkracht heeft de mogelijkheid om leerlingen extra te begeleiden. Coöperatief leren/zelfstandig werken/ leren vinden in elke groep plaats. We ontwikkelen een doorgaande lijn op dit gebied.

Onze school heeft de afgelopen jaren flinke stappen gezet gericht op borging en verbetering van de beoogde kwaliteit van onze dienstverlening. Dit heeft geleid tot de volgende opbrengsten: O Duurzame organisatie van school en onderwijs: units met adequaat functiehuis O Schoolzelfevaluatie: de groepen trendanalyses worden jaarlijks gemaakt en besproken met het team (VCB) en indien nodig worden maatregelen genomen. O Leerstofaanbod: leerkrachten bieden meer begaafde leerlingen extra stof aan (plustaken) en proberen meer gebruik te maken van de differentiatiemogelijkheden in de methoden. O De leerkrachten gebruiken dag-/weektaken. Hierdoor kunnen leerlingen leerstof meer op hun eigen niveau en in hun eigen tempo verwerken. De leerkracht heeft samen met de onderwijsondersteuner de mogelijkheid om leerlingen extra te begeleiden. O Coöperatief leren/zelfstandig werken/ leren vinden in elke groep plaats, met name in het verwerkingslokaal. O In alle groepen worden de digitale schoolborden gebruikt in het nderwijsleerproces. Daarnaast gebruiken de leerlingen naast PC’s, laptops ook tablets voor de inoefening en verwerking O Een nieuwe methode ‘typevaardeigheid’ is voor de groepen 6 t/m 8 geïmplementeerd. o Uitbreiden van de inzet ICT als leermiddel is ontwikkelingsitem dit jaar.

“Leefstijl” - school.

Niet alleen de leerontwikkeling is van belang voor de vorming van het kind, de sociaal emotionele ontwikkeling is zeker zo belangrijk. Dat een kind goed in zijn vel zit, is de basis voor de verdere ontwikkeling op alle gebieden. We werken structureel aan de sociale competenties van kinderen. In 2006 zijn we daarom gestart met het werken als Sociale competenties vormen het vermogen om adequaat te handelen in sociale situaties. Dit handelen kan gericht zijn op jezelf (bijvoorbeeld Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

een taak afmaken), of op jezelf en de ander (bijvoorbeeld vrijwilligerswerk doen). Het aanleren ervan is opgenomen in de (nieuwe) kerndoelen voor het basisonderwijs. Als school krijgen we expliciet de taak om kinderen te laten kennismaken met hun toekomstige rol als burger en hen te leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde normen en waarden. Er is gedurende de hele schooldag aandacht voor bijvoorbeeld het tegengaan van scheldpartijen en pesterijtjes, maar daarnaast leren kinderen in de ‘Leefstijl’ lessen wat de gevolgen zijn van bepaald gedrag. Zo is er op school vooral positief en opbouwend aandacht voor gedrag in plaats van vooral corrigerend en negatief. Sommige kinderen hebben meer nodig dan deze ondersteuning. Daarvoor werken we ook vanuit ‘Leefstijl’ met een kind -volgsysteem sociale en emotionele ontwikkeling (SEOL) met probleemanalyses en ondersteunende oefeningen. Hierin betrekken we de beelden van kinderen, ouders en leerkrachten. Overgaan of programma aanpassen? Versnellen/vertragen???? Het komt voor dat er door allerlei oorzaken, zoals vertraagde ontwikkeling of groeiende leerachterstand een situatie kan ontstaan waarin het niet meer mogelijk is in het gewone tempo met de groepen mee te gaan. Extra inzet van school en ouders leidt niet altijd tot het gewenste resultaat. Na overleg met ouders kan dan besloten worden om een bepaalde groep over te doen zodat hierna de basisschool gewoon verder afgemaakt kan worden. Een enkele keer kan het voorkomen dat geadviseerd moet worden het kind voor een bepaald vak een apart programma te laten volgen, waardoor het eindniveau van het basisonderwijs niet bereikt wordt. Dit kan alleen na schriftelijke afspraken hierover met ouders. Ontwikkelingsperspectief Sommige leerlingen hebben moeite zich de aangeboden leerstof eigen te maken binnen de gestelde tijd en op het verwachte niveau. Als dit hardnekkig is, kan er besloten worden tot het schrijven en uitvoeren van een handelingsplan. Dit is een formeel document dat ook om de instemming van de ouders vraagt. Werken aan de hand van een handelingsplan heeft een remediërend karakter en is erop gericht de leerling weer aansluiting vindt bij het programma van de groep. Als het beoogde effect achterwege blijft, is het een vraag of de leerling wel in staat is het eindniveau van de basisschool te bereiken. De school moet dan vaststellen of er sprake is van 15


een leerling met een specifieke onderwijsbehoefte. In dat geval moet in de loop van groep 6, doch uiterlijk bij de overgang naar groep 7, aantoonbaar zijn dat de betreffende leerling het eindniveau van de basisschool niet gaat halen. De school stelt voor deze leerling een Ontwikkelingsperspectief op. In het Ontwikkelingsperspectief staat het aangepaste uitstroomniveau en de tussendoelen die gehaald moeten worden om dat uitstroomniveau te realiseren. Met het Ontwikkelingsperspectief ontstaat een betere afstemming met de leerling en zijn ouders over het einddoel dat de school voor deze leerling wil bereiken. Aan de hand van het Ontwikkelingsperspectief kan de leerling langs eigen leerlijnen verder werken waardoor de aansluiting met het passend vervolgonderwijs verbeterd wordt. De school is verplicht om voor die leerlingen die het eindniveau van de basisschool niet halen een Ontwikkelingsperspectief op te stellen. Het Ontwikkelingsperspectief wordt besproken met de leerling en de ouders en tenslotte vastgesteld en door de ouders ondertekend. Indien er reden is om te twijfelen aan een soepele overgang naar een volgende groep zal de leerkracht dit tijdig met de ouders bespreken. Hij zal u uiteindelijk adviseren welke oplossing voor uw kind het beste wordt gevonden. Bent u het met dit advies niet eens, dan wordt u gevraagd uw standpunt toe te lichten. De school (leerkracht en directie) zal dan op basis van alle informatie definitief beslissen over wel of niet overgaan. Uiteraard wordt deze beslissing aan de ouders meegedeeld en toegelicht. Passend Onderwijs

Passend primair onderwijs in Zuid Limburg Schoolbesturen voor primair onderwijs hebben met ingang van schooljaar 2014-2015 de opdracht om voor alle leerlingen passend onderwijs te organiseren. De schoolbesturen werken samen om invulling te geven aan de zorgplicht. Elk kind heeft recht op passend onderwijs, ongeacht niveau van leren en ontwikkeling. Schoolbesturen en scholen geven vorm aan passend onderwijs in het Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

ondersteuningscontinuüm: hoogwaardige basisondersteuning en extra ondersteuning. Uitvoering vindt plaats in afstemming met ketenpartners, zoveel mogelijk regulier en thuisnabij in één integraal plan binnen de beschikbare middelen. Hiertoe werken schoolbesturen samen in het samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband is faciliterend bij het vormgeven van deze collectieve verantwoordelijkheid.

In Zuid Limburg zijn drie samenwerkingsverbanden primair onderwijs: Regio Westelijke Mijnstreek, Regio Maastricht-Heuvelland, en voor ons: Regio Heerlen eo: Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal. Deze drie samenwerkingsverbanden in Zuid Limburg werken nauw samen op zowel beleidsmatig als uitvoeringsvlak. Informatie over de samenwerkingsverbanden kunt u terugvinden op de website: www.passendonderwijszuid.nl Dekkend aanbod Het samenwerkingsverband organiseert een dekkend aanbod, waarin alle leerlingen een passende plek vinden. Voor alle leerlingen met een ondersteuningsbehoefte wordt zo passend mogelijk onderwijs gerealiseerd. Daartoe werken de scholen in het samenwerkingsverband samen. Op Zuid Limburgs-niveau ontstaat een ondersteuningscontinuüm van reguliere tot zware ondersteuning binnen de samenwerkingsverbanden passend onderwijs. Ondersteuningscontinuüm Het ondersteuningscontinuüm bestaat uit 5 niveau ’s:  Ondersteuningsniveau 1: Onderwijs in de groep  Ondersteuningsniveau 2: Ondersteuning in de groep  Ondersteuningsniveau 3: Ondersteuning op school met interne deskundigen  Ondersteuningsniveau 4: Ondersteuning op school met externe specialisten  Ondersteuningsniveau 5: Extra ondersteuning speciaal (basis)onderwijs In het samenwerkingsverband wordt een onderscheid gemaakt tussen basisondersteuning en extra ondersteuning. Alle basisscholen bieden de basisondersteuning (ondersteuningsniveau 1 tot en met 4). Dit doen zij autonoom of met behulp van 16


netwerkpartners. Ondersteuningsniveau 5 is extra ondersteuning op het speciaal (basis)onderwijs.

Elke school heeft een schoolondersteuningsprofiel: dit is een beschrijving van de voorzieningen die zijn getroffen voor leerlingen die ondersteuning nodig hebben. Het schoolondersteuningsprofiel geeft een beeld van de wijze waarop scholen het ondersteuningscontinuüm vorm geven. Het schoolondersteuningsprofiel kunt u terugvinden op de website van de school. Aanmelding, zorgplicht en toelaatbaarheid tot speciaal (basis) onderwijs Ouders melden hun kind schriftelijk, minimaal 10 weken voorafgaand aan de gewenste plaatsing, aan bij de school van voorkeur. De verantwoordelijkheid voor tijdig plaatsen begint dus op het moment dat de leerling schriftelijk wordt aangemeld bij een school in het samenwerkingsverband. Aanmelding betekent niet automatisch plaatsen. Ouders stellen de school op de hoogte als zij vermoeden dat hun kind ondersteuning nodig heeft. Bij de eerste aanmelding in het primair onderwijs is die informatie, eventueel aangevuld met informatie van een voorschoolse voorziening, de belangrijkste basis voor de school van voorkeur om vast te stellen wat (welke ondersteuning) het kind nodig heeft. Er is geen voorgeschreven of uniform aanmeld/inschrijfformulier vanuit het samenwerkingsverband. Besturen en scholen gebruiken hun eigen formulieren voor aanmelding. Deze aanmeldformulieren staan altijd op de website van de school. Aan een verzoek tot aanmelding geeft een school gehoor, waarbij de afspraak geldt dat niet mondeling wordt doorverwezen. De school beslist, binnen zes weken na aanmelding, of de leerling kan worden toegelaten. Deze periode kan eenmaal met maximaal vier weken worden verlengd. Als een school de leerling niet kan plaatsen binnen de basisondersteuning, zoekt de school (of het schoolbestuur) een passende onderwijsplek op een andere school. Dat kan een reguliere school zijn of een school voor speciaal (basis)onderwijs. Belangrijk daarbij is dat een goede balans wordt gevonden tussen de wensen van ouders en de mogelijkheden van scholen. Als extra ondersteuning in het speciaal (basis)onderwijs nodig is, dan wordt een toelaatbaarheidstraject gestart. Het samenwerkingsverband bepaalt of een leerling toelaatbaar is tot het speciaal (basis)onderwijs. Ook stelt het samenwerkingsverband het beleid en de procedure vast met betrekking tot de terugplaatsing of overplaatsing van leerlingen voor wie de periode waarop de toelaatbaarheidsverklaring betrekking Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

heeft, is verstreken. Meer informatie over de toelaatbaarheid tot speciaal (basis)onderwijs kunt u terug vinden op de website www.passendonderwijszuid.nl Contactinformatie Samenwerkingsverband Heerlen en omstreken Adres: Nieuw Eyckholt 290E 6419 DJ Heerlen Directeur: Doreen Kersemakers Telefoon: 085 - 488 12 80 E-mail: [email protected]

Actief burgerschap en sociale integratie Het Ministerie OCW formuleert actief burgerschap als: de bereidheid en het vermogen om deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren en wordt onder sociale integratie verstaan: een deelname van burgers (ongeacht hun etnische of culturele achtergrond) aan de samenleving, in de vorm van sociale participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur. Waarom vinden we actief burgerschap en sociale integratie belangrijk? Alleen al door onze leerlingen staat de school midden in de samenleving. Deze is steeds meer gericht op individualisering. Daarmee neemt de sociale binding (ook sociale cohesie genoemd) af. Plichten en rechten die horen bij burgerschap zijn hierdoor op de achtergrond geraakt. Ook zijn veel ouders en kinderen door een allochtone herkomst niet gewend aan de burgerschapstradities en –gebruiken van onze samenleving. Wij hebben de overtuiging dat meer menselijke solidariteit, goede manieren, sociale controle, kortom burgerschapsgedrag, bijdraagt aan de sociale cohesie. Op school verkeren alle kinderen in grote groepen leeftijdgenoten, die allemaal van elkaar verschillen. De kinderen leren met de verschillen om te gaan en leren tevens met anderen op basis van gelijkwaardigheid samen te werken. Op deze wijze worden ze voorbereid om in de maatschappij goed te kunnen functioneren. Leerlingen nemen zelf ook deel aan het maatschappelijk leven in uiteenlopende situaties: op straat, bij sport, in clubjes, bij familie, onder vrienden. Wij benutten die ervaringen en

17


stimuleren kinderen in hun maatschappelijke participatie. CONTACTEN TUSSEN SCHOOL, OUDERS EN ANDEREN Een goed contact is voor u, uw kind en voor ons van groot belang. Aan het begin van elk schooljaar wordt er een algemene inloopavond gehouden. U kunt dan in elke groep, met uw kind, kennis maken met de werkwijze en de organisatie. In de loop van het jaar vinden oudergesprekken plaats, waarin u individuele informatie krijgt over het werk en de vorderingen van uw kind. Deze avonden worden twee maal per jaar voor alle ouders gehouden en in de weken voorafgaand aan de zomervakantie op basis van individuele afspraak tussen ouders en leerkracht. Natuurlijk is het ook altijd mogelijk tussentijds een afspraak te maken met de leerkracht van uw kind. Wet Bescherming Persoonsgegevens School, zorgteam en privacy Ook als school moeten we voldoen aan de eisen die de Wet Bescherming Persoonsgegevens stelt. Het leerlingdossier bestaat uit twee componenten, de leerling-administratie en het leerling-dossier. Hierin wordt de informatie bewaard voor de onderwijskundige en algemene begeleiding van de leerling. De gegevens van leerlingen worden voor derden ontoegankelijk bewaard. Wij voldoen ook aan de eisen van de WBP inzake het doorcommuniceren gegevens naar vervolgonderwijs bij de overgang van risicoleerlingen (school, zorgteam en privacy). Alle scholen hebben in hun aanmeldingsformulier de clausule opgenomen waarbij ouders/ verzorgers kunnen verklaren “geen bezwaar te hebben tegen het overleggen van de benodigde gegevens door de school van herkomst aan de VO-school en omgekeerd.” Ongewenst (agressief) gedrag van ouders Het omgaan met ongewenst of agressief gedrag behoort tot de verantwoordelijkheid van de directie. Het gedrag van de ouders kan een

reactie zijn op de aanpak van het gedrag van hun kind, omdat de vertrouwensrelatie tussen ouder en school is verstoord, omdat de ouders niet akkoord gaan met een maatregel van de school of als reactie op het gedrag van andere kinderen Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

naar hun eigen kind. In het omgaan met ernstig ongewenst of agressief gedrag van ouders is het noodzakelijk om de grenzen van wat acceptabel is duidelijk te trekken. Hierover zijn binnen de Stichting INNOVO afspraken vastgelegd, die via www.innovo.nl zijn in te zien. Ouderhulp Er vinden gedurende het hele schooljaar activiteiten plaats, waarbij ouderhulp onontbeerlijk is. In de praktijk is dat op de volgende terreinen:  Documentatiecentrum/BUB  overblijven  computerlessen  technieklessen  verkeer (ouderbrigadiers en contactouder)  handvaardigheidlessen/ textiele werkvormen  leesspelletjes  begeleiding bij uitstapjes.  Crea-team  luizencontrole In de informatiebladen van de school kunt u daar meer over lezen. School Advies Commissie (SAC) Onze school valt onder het bestuur van Stichting Innovo. Er is een School Adviescommissie die samen met de directie beleid op schoolniveau voorbereidt. Deze commissie functioneert als adviesen klankbordorgaan voor de directie van de school. Aandachtspunten zijn dan (onder meer):  het beheer en onderhoud van de gebouwen, terreinen, inventaris en leermiddelen;  het personeel;  voorstellen tot verbetering van het onderwijs;  het adviseren inzake schooldocumenten;  het bevorderen van goede samenwerking met de ouders; De samenstelling van deze commissie is uitgewerkt in een reglement van de plaatselijke Schooladviescommissie. Zitting hebben ten minste drie leden uit de oudergroep. De directeur, formeel geen lid, is als ambtelijk secretaris verantwoordelijk voor organisatie en voorbereiding. De SAC Wijnandsrade heeft haar ledental op vijf gesteld.De zittende commissie bestaat geheel uit ouders van leerlingen die de school bezoeken.

18


Medezeggenschapsraad. De medezeggenschapsraad (MR) is een belangrijk orgaan, waarin ouders en leerkrachten meedenken over allerlei schoolse zaken. In het MR- reglement is bepaald t.a.v. welke voorgenomen besluiten van het bevoegd gezag de MR instemming moet geven dan wel advies moet uitbrengen. Dat is in de Wet op de Medezeggenschap (WMS) geregeld. In de MR hebben drie ouders en ,drie leerkrachten zitting. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad INNOVO heeft een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Deze raad vertegenwoordigt alle scholen, maar niet via een rechtstreeks GMR-lid. In totaal heeft de GMR 14 zetels, gelijk verdeeld tussen de oudergeleding en de personeelsgeleding. Omdat de scholen niet rechtstreeks via een MRlid vertegenwoordigd zijn, werkt de GMR met een regiostructuur en zijn er regiofunctionarissen. Oudervereniging. De oudervereniging stelt zich ten doel de samenwerking en de informatiestroom tussen ouders en school te bevorderen, in het bijzonder met het oog op de verantwoordelijkheid van de ouders voor dat deel van de opvoeding, dat op school wordt gegeven. Alle ouders van leerlingen op de basisschool St. Stefanus worden bij aanmelding van hun kind(eren) automatisch op de ledenlijst van de oudervereniging ingeschreven, tenzij men via schriftelijke mededeling anders te kennen geeft. Per kind wordt een vrijwillige bijdrage gevraagd. Deze wordt geheven nadat het kind op school is ingeschreven. Het geld wordt gebruikt om de doelstellingen te kunnen bereiken. De oudervereniging doet dat door door o.a.:  Het organiseren en het begeleiden van schoolreisjes en excursies.  Het organiseren, ondersteunen en leiden van de verkeersbrigade.  In te springen bij allerlei gelegenheden, Jaarlijks worden er een of meerdere algemene ouderavonden gehouden. Deze avonden zijn groepsgebonden (kleuters, overgang naar unit, Sacramenten, Schoolkeuze…) of hebben een thema. . Met de SAC en de MR wordt contact onderhouden via gezamenlijke overleg. Vrijwillige ouderbijdrage Iedere school mag een ouderbijdrage vragen voor extra activiteiten en andere, niet tot het onderwijs behorende zaken. Hierover is in 2014 een jaarlijkse schoolbijdrage afgesproken. Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

We zullen echter nooit kinderen voor extra activiteiten uitsluiten. Uitgebreide informatie van de Inspectie van het Onderwijs (april 2010) over de vrijwillige ouderbijdrage in het primair onderwijs vindt u via www.innovo.nl. Sponsoring van het onderwijs. Sponsoring is maatschappelijk een bekend verschijnsel. Ook op scholen kan sponsoring voorkomen. Er is uitsluitend sprake van sponsoring als de sponsor een tegenprestatie verlangt van de school, het personeel of de leerlingen. of als het bestuur, het personeel of leerlingen uit eigen beweging overgaan tot het leveren van een tegenprestatie. Schenkingen, ouderbijdragen en gelden van het ministerie en de gemeente vallen niet onder het begrip sponsoring.

Jeugdgezondheidszorg GGD Zuid Limburg De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Zuid Limburg volgt de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van alle kinderen van 4 tot 18 jaar. Wij nodigen uw kind regelmatig uit voor een gezondheidsonderzoek of een inenting. Ook met vragen over opgroeien en opvoeden of zorgen om uw kind kunt u altijd bij ons terecht. Het team JGZ werkt nauw samen school en met andere organisaties in het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG).

Gezondheidsonderzoek Uw kind wordt uitgenodigd voor een onderzoek rond de leeftijd van 5 en 10 jaar. Tijdens het onderzoek kijken we bijvoorbeeld naar groei, motoriek, spraak en sociaal-emotionele ontwikkeling. Door uw kind goed te volgen probeert de GGD eventuele problemen op tijd op te sporen en te helpen voorkomen. Als blijkt dat uw kind extra hulp of zorg nodig heeft, kijken we samen wat daarvoor nodig is. We werken hierin nauw samen met andere organisaties binnen het CJG. De onderzoeken vinden plaats in het CJG, op school of bij de GGD Zuid Limburg.

19


Uw informatie is erg belangrijk U als ouder/verzorger kent uw kind vaak het beste. Om te weten of er dingen zijn waar we extra op moeten letten, vragen we u om van tevoren een vragenlijst in te vullen. Hierin komen allerlei gezondheidsaspecten aan bod. Uiteraard gaan we zorgvuldig om met alle persoonsgegevens van u en uw kind.

Inentingen In het kalenderjaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt het de laatste twee inentingen tegen DTP (difterie, tetanus, polio) en BMR (bof, mazelen, rodehond). Meisjes krijgen in het jaar dat ze 13 jaar worden bovendien de HPV-vaccinatie tegen baarmoederhalskanker. U ontvangt een oproep voor de gratis prikken. Deelname is niet verplicht.

Vragen of zorgen? Heeft u vragen over de ontwikkeling of het gedrag van uw kind. Is er sprake van leerproblemen of andere problemen. Maakt u zich zorgen? Neem dan contact op met het Team JGZ. Wij helpen u graag!

Contact Team JGZ Parkstad-West E: [email protected] T: 045-8506691 www.ggdzl.nl/burgers/jeugd-engezin/jeugdgezondheidszorg Voortgezet onderwijs. Bij de aanmelding van onze leerlingen bij de scholen voor voortgezet onderwijs hebben we vooraf met u contact. Regelmatig worden onze oud-leerlingen met de brugklascoördinatoren doorgesproken en ontvangen wij een overzicht van de resultaten die zij scoren. Inspectie. Elke school ressorteert onder een inspectie. De taak van de inspectie bestaat uit twee delen:  het controleren of scholen zich aan de weten de regelgeving houden.  het evalueren van het onderwijs om op de hoogte te blijven van de staat van het onderwijs. De inspectie brengt dan ook regelmatig een bezoek aan en onze school en controleert ook jaarlijks, om zodoende informatie te kunnen verzamelen. De inspectie rapporteert over de verschillende activiteiten in verslagen aan Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

scholen (bevoegd gezag, directie en team), in het jaarlijkse onderwijsverslag en in rapporten over specifieke onderwerpen.

KLACHTEN EN KLACHTENPROCEDURE Waarom een klachtenregeling? Met de Kwaliteitswet van 1 augustus 1998 is het schoolplan, de schoolgids en het klachtrecht ingevoerd. Het klachtrecht heeft een belangrijke signaalfunctie met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs. Door de klachtenregeling ontvangen het bestuur en de school op eenvoudige wijze signalen die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Met de regeling wordt een zorgvuldige behandeling van klachten beoogd, waarmee het belang van betrokkenen wordt gediend als ook het belang van de school (een veilig schoolklimaat). De contactpersoon De contactpersoon is de ‘wegwijzer’ binnen school rond het klachtentraject. De contactpersoon zal samen met u bekijken waar u uw klacht het beste kunt neerleggen. De contactpersoon is er niet om uw klacht inhoudelijk op te lossen. Op elke school binnen onze stichting zijn in principe twee contactpersonen aangesteld: een ouder en een leerkracht. En indien mogelijk een man en een vrouw. Dit betekent niet dat indien de klager een ouder is, deze naar de oudercontactpersoon moet en een leerkracht naar de leerkrachtcontactpersoon. De klager is hierin vrij. De gegevens van de contactpersonen op onze school vindt u in de schooljaar kalender. De vertrouwenspersoon Aan INNOVO zijn twee onafhankelijke vertrouwenspersonen verbonden. De vertrouwenspersoon gaat eerst na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt. Mocht de vertrouwenspersoon tot de conclusie komen dat dit niet wenselijk is, dan gaat deze na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht bij de klachtencommissie. Verder begeleidt de vertrouwenspersoon de klager. De klager zelf bepaalt uiteindelijk of deze een klacht al dan niet indient bij de klachtencommissie. De vertrouwenspersoon verwijst de klager, indien en voor zover noodzakelijk of wenselijk, naar andere instanties gespecialiseerd in opvang en nazorg. De vertrouwenspersoon is verplicht tot geheimhouding. De vertrouwenspersonen, zijn niet verbonden aan één van onze scholen. 20 basisschool St. Stefanus

Naam en adresgegevens: Drs. Paul Nijpels Telefoon: 043 - 407 82 82 / 06 – 463 459 16 Email: [email protected] Bert van Oosterbosch Telefoon: 045 – 531 29 81 / 06 – 119 270 04 Email: [email protected] De landelijke klachtencommissie Stichting INNOVO is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs van de Bond KBO (Bond Katholiek primair Onderwijs). Adresgegevens: Bureau van de geschillen-, bezwaren- en klachtencommissies voor het katholiek onderwijs Postbus 82324 2508 EH Den Haag Geschillen- en bezwarencommissies: 070 – 3457097 Klachtencommissie : 070 – 3925508 (van 9.00 tot 12.30 uur) e-mailadres : [email protected] website : www.geschillencies-klachtencies.nl De vertrouwensinspecteur Bij de Inspectie van het Onderwijs werkt een klein team van vertrouwensinspecteurs. Ouders, leerlingen, leerkrachten, directies en besturen kunnen de vertrouwensinspecteur benaderen wanneer zich in en rond de school problemen voor doen op het gebied van: o Seksuele intimidatie en seksueel misbruik o Lichamelijk geweld o Grove pesterijen o Extremisme en radicalisering Ernstige klachten die vallen binnen deze categorieën kunnen voorgelegd worden aan de vertrouwensinspecteur. Deze zal adviseren en informeren. Zo nodig kan de vertrouwensinspecteur ook begeleiden in het traject naar het indienen van een formele klacht of het doen van aangifte. De vertrouwensinspecteur is tijdens kantooruren bereikbaar op 0900-1113111 (lokaal tarief). Vanuit het buitenland kunt u bellen naar +31(0)306706001.

PRAKTISCHE ZAKEN Inzamelacties door kinderen. Wij hanteren de afspraak dat kinderen van onze school in principe aan slechts twee inzamelacties Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

deelnemen. De kinderpostzegelactie is daar een voorbeeld van. Leerlingen van groep 8 nemen daaraan deel. De tweede is een inzameling (vaak in de vorm van een sponsorloop of wandeling) welke door alle kinderen wordt gehouden, meestal in het kader van de vastenactie Nederland. Daaraan wijden wij een schoolbreed thema in de vastenperiode. Verspreiden via de school van foldermateriaal ten dienste van commerciële instellingen laten wij niet toe op school. Incidenteel houden we een actie om een grote aanschaf (bv. Speelplaats) te financieren. Wel ondersteunen wij het verspreiden van berichten over hobbyclubs, verenigingen en andere instellingen welke bijdragen aan een gezonde vrijetijdsbesteding van de kinderen. Rookverbod. Op school geldt een algemeen rookverbod, dat betekent dat er nergens in het schoolgebouw gerookt mag worden en dat roken op het schoolplein, tijdens de lesuren en in het zicht van de kinderen, ook niet toegestaan is. Dit geldt dus ook voor ouders die op school helpen. Ziekmelding/ Vrijstelling van schoolbezoek Een weekje vakantie. Lekker goedkoop in het voor- of naseizoen. Een familiefeest, broer of zus gaat trouwen of opa en oma vieren hun 50jarig huwelijksfeest. Het is suikerfeest. Er is iemand ernstig ziek. Of in de naaste familie is een sterfgeval. Mag uw zoon of dochter daarvoor vrij krijgen van school ? Op school is een brochure van het Bureau Voortijdig Schoolverlaten verkrijgbaar. Daarin kunt u nog eens precies lezen wanneer uw kind wel of juist geen extra verlof kan vragen, buiten de vaste schoolvakanties. U kunt ook rechtstreeks informeren bij VSV, telefoon 045-4001133. De leerlingen van onze school nemen in principe deel aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten. Op verzoek van de ouders kan een leerling worden vrijgesteld van de volgende onderwijsactiviteiten: - deelname aan godsdienstlessen. Voor leerlingen die niet gelovig zijn of waarvan bij de aanmelding blijkt dat zij tot een andere geloofsrichting behoren dan de R.K. én waarvan de ouders aangeven dat zij er moeite mee hebben dat hun kind de godsdienstlessen volgt, wordt tijdens de godsdienstlessen een alternatieve lesstof aangeboden. Bij vieringen in de kerk wordt voor deze groep kinderen een oplossing bedacht in de vorm van opvang in een andere groep.

21


deelname aan gymnastieklessen op basis van medische indicatie. In een dergelijk geval geldt eveneens dat de school in plaats van de gymnastiekles een alternatief lesprogramma aanbiedt. De leerplicht eist dat ouders hun kinderen naar school sturen. Bij schoolverzuim wegens ziekte of anderszins geven de ouders hiervan op dezelfde dag telefonisch of schriftelijk bericht, vóór aanvang van school. Blijft dat bericht uit, dan controleren wij (telefonisch) uit veiligheidsoverwegingen, of het kind thuis is. Verlof vanwege bijzondere omstandigheden of extra vakantieverlof kan slechts in zeer specifieke omstandigheden, door de directeur worden verleend, op schriftelijk verzoek van de ouder(s). Bij niet-geoorloofde afwezigheid van een kind, moet de directeur dat melden bij de leerplichtambtenaar (het bureau VSV Parkstad) luxeverzuim is een strafbaar feit waarvoor proces verbaal tegen u als ouder(s)/verzorger(s) opgemaakt kan worden. Een schooldirecteur die ten onrechte verlof verleent, is eveneens strafbaar. Indien leerkrachten afwezig zijn wordt er steeds gezorgd dat er zo spoedig mogelijk ‘n vervanger aanwezig is. Is de afwezigheid van langere duur dan wordt u daarvan op de hoogte gesteld. Helaas kan het voorkomen dat de organisatie, in verband met het niet beschikbaar zijn van vervangende leerkrachten, tijdelijk moet worden aangepast. Daarbij hanteren wij een in het bestuur vastgesteld protocol om zoveel mogelijk te voorkomen, dat kinderen zonder leerkracht zitten of zelfs naar huis worden gestuurd. Per 1 januari 2012 is een wijziging van onder meer de Leerplichtwet 1969 (Lpw) in werking getreden. Doel van de wetswijziging is de verbetering van het bestrijden van verzuim en voortijdig schoolverlaten. Er komt een knip in het toezicht. Het toezicht op naleving van de Leerplichtwet door scholen – een goede administratie van het verzuim – wordt belegd bij de Inspectie van het Onderwijs . Deze kan een bestuurlijke boete opleggen. Het toezicht op de naleving van de Leerplichtwet door ouders en leerlingen blijft bij de gemeenten liggen. Voor gemeenten leidt de wetswijziging niet tot minder middelen in het Gemeentefonds. De Inspectie van het Onderwijs hanteert een risicogericht toezichtkader. Leerplichtambtenaren kunnen signalen doorgeven aan de Inspectie. Vanuit het toezicht op ouders en leerlingen mogen zij de verzuimadministratie van scholen blijven inzien. De Inspectie biedt de mogelijkheid een samenwerkingsovereenkomst te sluiten. Gemeenten verzorgen in dat geval de dossiers zodat de Inspectie snel over kan gaan tot -


handhaving. Een aantal grote steden heeft deze overeenkomst al ondertekend. De VNG heeft, in de voorbereiding op de wetgeving, benadrukt dat gemeenten die niet overgaan tot het tekenen van deze overeenkomst, ook verzekerd moeten zijn van het handhavend optreden door de Inspectie. In 2012 zal de praktijk daarom worden gemonitord. Gemeenten worden verantwoordelijk voor het brede jeugddomein en de Wet werken naar vermogen. Uitval van leerlingen zorgt voor problemen op deze terreinen. Als het gewijzigde toezichtkader goed functioneert, kan de bestrijding van verzuim en het voorkomen van voortijdig schoolverlaten beter worden aangepakt. De verzuimregistratie op onze school voldoet aan de weten regelgeving. Gronden voor vrijstelling van het onderwijs De leerlingen van onze school nemen in principe deel aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten. Op verzoek van de ouders kan een leerling worden vrijgesteld van de volgende onderwijsactiviteiten: -deelname aan godsdienstlessen. Voor leerlingen die niet gelovig zijn of waarvan bij de aanmelding blijkt dat zij tot een andere geloofsrichting behoren dan de R.K. én waarvan de ouders aangeven dat zij er moeite mee hebben dat hun kind de godsdienstlessen volgt, wordt tijdens de godsdienstlessen alternatieve lesstof aangeboden. Bij vieringen in de kerk wordt voor deze groep kinderen een oplossing bedacht in de vorm van opvang in een andere groep. -deelname aan gymnastieklessen op basis van medische indicatie. In een dergelijk geval geldt eveneens dat de school in plaats van de gymnastiekles een alternatief aanbiedt. Voor-, tussen-, en naschoolse opvang Per 1 augustus 2011 heeft het bestuur/school, de samenwerkingsovereenkomst met Stichting Kinderopvang Nuth (SKN) verlengd, zodat we Kinderopvang, de verplichting buitenschoolse opvang aan kunnen blijven bieden voor ouders die hierom verzoeken. Buitenschoolse opvang bestaat uit voorschoolse opvang, naschoolse opvang, opvang op vrije school(mid)dagen, dan wel opvang tijdens schoolvakanties (m.u.v. erkende feestdagen), incidentele opvang of een combinatie hiervan. Voor meer informatie over naschoolse opvang kunt u terecht bij : SKN Chopinlaan 16, 6361CS Nuth, Tel: 045-5244323, E-mail: [email protected]. 22


Website: www.kinderopvangnuth.nl Dit betekent dat de leerlingen gebruik maken van de bso bij Stichting Kinderopvang Nuth op de locatie “De Springplank”. Indien in de toekomst de aanmeldingen voor BSO van dien aard zijn dat realisatie op school mogelijk is, zullen wij u hierover informeren. Overblijven: tussen schoolse opvang

Overblijfkrachten

De school voert het overblijven zelf uit in samenwerking vrijwillige overblijfkrachten (die zoveel mogelijk een scholing hebben gevolg op het gebied van het begeleiden van kinderen) Daarnaast is van alle overblijfkrachten een VOG (verklaring omtrent gedrag) aanwezig.

Wij hebben voorwaarden en afspraken vastgelegd in ons Handboek Overblijven, waarin ook aandacht voor veiligheid, pedagogisch klimaat, toezicht en begeleiding.ruimte en materiaal, vastgelegd in ons

Handboek Overblijven. De afspraken worden door de directie en de geledingen jaarlijks en drie maal per jaar door de vrijwilligersgroep en de contactpersoon (leerkracht) gevalueerd. Verzekeringen INNOVO heeft voor alle scholen en de daaraan verbonden leerkrachten, vrijwilligers en leerlingen de volgende collectieve verzekeringen afgesloten:  Aansprakelijkheidsverzekering  Ongevallenverzekering  Reisverzekering Deze verzekering is van kracht tijdens reizen, kampen en excursies welke door of onder toezicht van INNOVO plaatsvinden. Er is onder andere dekking voor verlies/diefstal van eigendommen, geneeskundige kosten en extra gemaakte kosten. De dekking is van kracht voor leerlingen, personeelsleden, en alle ondergeschikten van de school. Voor deze verzekering geldt een leeftijdsgrens van 75 jaar.  Werkgeversaansprakelijkheid Motorvoertuigen Ook de gemeente Nuth kent een ‘vrijwilligersverzekering’ . Huiswerk. Huiswerk wordt o.a. gegeven om kinderen te leren zelfstandig een taak uit te voeren. Het kan bestaan uit opdrachten om:  materiaal verzamelen,




informatie verzamelen en het maken of voorbereiden van werkstukjes, verslagen, spreekbeurten, opstellen en het leren van proefwerken.  het maken of voorbereiden van werkstukjes, verslagen, spreekbeurten, opstellen en het leren van proefwerken. In groep 8 gebeurt dit structureel om de kinderen te leren met huiswerk om te gaan; zij krijgen met grote regelmaat huiswerkopdrachten mee naar huis. In de overige groepen gebeurt dit minder vaak. In een aantal situaties wordt, in overleg met de ouders, een bepaalde taak meegegeven om ook thuis nog wat te kunnen oefenen, meestal voor een korte periode. Verkeer. In het belang van de kinderen is het noodzakelijk de optimale veiligheid rondom de school te bevorderen. U als ouder kunt er aan bijdragen door b.v. zo weinig mogelijk uw auto’s bij school te parkeren en uw kind te leren alleen daar over te steken waar de verkeersbrigadiers staan. Er is op school een verkeerscommissie die zich bezighoudt met de veiligheid. Officieel begint de verantwoordelijkheid van de school voor het kind op het tijdstip dat de school opengaat en eindigt als de school dichtgaat. De school begint wanneer de kinderen naar binnen kunnen. De school gaat dicht aan het eind van de lessen of als de deuren echt worden gesloten. Als de school activiteiten organiseert die behoren bij het schoolplan, zoals voetballen, zwemmen en excursies, is de school verantwoordelijk voor het kind. KINDEREN IN HET VERKEER Basisschoolleerlingen zijn kwetsbare verkeersdeelnemers. Als ze al kennis hebben van verkeersregels passen ze die kennis nog onvoldoende toe. Ze missen vaak verkeersinzicht en kunnen onvoldoende anticiperen op gevaarlijke situaties; door hun geringe lengte vallen ze vaak niet op in het verkeer en hebben ze zelf slecht zicht; hun gedrag is vaak onvoorspelbaar, zeker wanneer zij spelen. Veel ouders zijn om deze redenen bang om hun kinderen buiten te laten spelen of om ze zelfstandig naar school te laten gaan. Kinderen krijgen daardoor onvoldoende verkeerservaring. Basisschoolleerlingen staan echter nog open voor het aanleren en ontwikkelen van verkeersveilig gedrag. Het is dan ook belangrijk dat juist bij kinderen de kennis over verkeer wordt bevorderd

23


en dat hun praktische vaardigheden in het verkeer worden verbeterd.

de schoolreis, is dat deze leerling dan niet mee kan gaan.

VEBO aanpak (Verkeerseducatie in het BasisOnderwijs) Verkeersveiligheid is te belangrijk om links te laten liggen. Onze school participeert daarom in een verkeerseducatief scholennetwerk van het ROVL ( Regionaal Overlegorgaan Verkeersveiligheid Limburg – een onderdeel van het provinciebestuur) Het hieruit voortgekomen gemeentelijk netwerk stimuleert projecten die scholen een impuls geven om meer aandacht te besteden aan verkeersveiligheid. Het VEBO programma streeft naar het oplossen van verkeersveiligheidsknelpunten door een resultaatgerichte samenwerking tussen organisaties die te maken hebben met verkeersveiligheid en verkeerseducatie.

Veiligheid en calamiteitenplan Officieel begint de verantwoordelijkheid van de school voor het kind op het tijdstip dat de school opengaat en eindigt als de school dichtgaat. De school begint wanneer de kinderen naar binnen kunnen. De school gaat dicht aan het eind van de lessen of als de deuren echt worden gesloten. Als de school activiteiten organiseert die behoren bij het schoolplan, zoals voetballen, zwemmen en excursies, is de school verantwoordelijk voor het kind.

Het Limburgs Verkeersveiligheids Label: een kwaliteits-keurmerk.

Wij willen dat alle kinderen door ons onderwijs kansen krijgen en hen aansporen het beste uit zichzelf te halen. Hiervoor is een veilig schoolklimaat een noodzakelijke voorwaarde. Veiligheid krijgt dan structureel aandacht op onze school. 1. Fysieke veiligheid. Het schoolgebouw voldoet aan de huisvestingseisen volgens de Arbo-wet en het landelijk bouwbesluit van het Ministerie van VROM. In de Arbo-wet zijn onder andere eisen gericht op een verantwoorde inrichting van het gebouw, omgang met gevaarlijke stoffen, brandveiligheid en algemene veiligheid. Op onze school heeft Marion Wagener de rol van veiligheidscoördinator. Zij wordt daarin ondersteund door een preventiemedewerker op bovenschools niveau. Tot de taken van de veiligheidscoördinator behoren onder andere: - Introductie van huisregels, zodat kinderen, personeel, ouders en bezoekers zich veilig gedragen. - Registratie van ongevallen en risico’s, zodat er inzicht is waar en hoe ongelukken (kunnen) gebeuren en er gericht maatregelen worden genomen ter voorkoming

Onze school is door het extra aandacht geven aan actieve verkeerseducatie, aandacht voor de dagelijkse school-thuisroute van de kinderen en aandacht voor een veilige schoolomgeving in bezit komen van het LVL. Het is een uiterlijke waardering door het ROVL voor een geleverde kwaliteitsverbetering op het gebied van verkeersveiligheid. Onze school laat met het LVL zien dat het ons ernst is met de verkeersveiligheid van onze leerlingen door het toepassen van activerende werkvormen, aandacht voor de school-thuisroute en inrichting van de directe schoolomgeving. Identiteitsplicht bij schoolreizen naar het buitenland Wij wijzen u op het ‘één persoon per paspoort’ beginsel. Om deel te kunnen nemen aan bepaalde schoolactiviteiten is het verplicht dat leerlingen een eigen identiteitsbewijs hebben.

(zie ook* sociale veiligheid in het onderwijs)

-

Schoolreizen naar buitenland INNOVO verbiedt schoolreizen naar het buitenland niet. Dit betekent wel dat scholen die een schoolreis naar het buitenland plannen, ouders ruimschoots op tijd moeten informeren over de regels en ouders moeten verzoeken om tijdig een identiteitsbewijs aan te vragen. Uiterste consequentie in het geval de leerling geen geldig identiteitsbewijs heeft op de dag van Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

Organisatie van minimaal een maal per jaar een ontruimingsoefening. Een goed ontruimingsplan is noodzakelijk voor als er toch iets misgaat. Alle aanwezigen op school moeten weten hoe ze moeten handelen bij brand of een andere calamiteit.

Onze speeltoestellen voldoen aan de wettelijke regeling ‘Besluit veiligheid van 24


attractie- en speeltoestellen’. Dat besluit stelt onder andere eisen aan het ontwerp, het fabricageproces en aan onderhoudswerkzaamheden. Op grond van de Arbo-wet - voeren wij verzuimbeleid, inclusief verzuimbegeleiding; - bieden we werknemers een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek aan - stellen we voldoende bedrijfshulpverleners aan - zijn we in het bezit van een goedgekeurde risico-inventarisatie en evaluatie - leven we de brandveiligheidsvoorschriften na - melden we ongevallen met ernstig letsel direct aan de arbeidsinspectie. Calamiteitenplan Op verzoek van het College van Bestuur is een INNOVO-calamiteitenplan opgesteld (def. versie mei 2011). Sociale veligheid; pesten en cyberpesten; voorbeeld Internetprotocol basisonderwijs N.B.: het wetsvoorstel incidentenregistratie (kamerstuk 32 857) zal worden ingetrokken. In plaats daarvan zal er een wetvoorstel worden opgesteld waarin wordt geregeld dat iedere school in het funderend onderwijs: a. een bewezen effectief anti-pestprogramma gebruikt b. de sociale veiligheid op de school monitort c. een vertrouwenspersoon annex pestcoördinator heeft en d. dat de Inspectie van het Onderwijs hier op toeziet Wij willen een sociaal veilige school zijn, waar leerlingen, personeel en ouders zich thuis voelen. Daarom willen wij geen pestgedrag, agressie, geweld, discriminatie of seksuele intimidatie op onze school. Om een veilig klimaat te waarborgen hebben we twee contactpersonen en is er een klachtenregeling. Acties op school die bijdragen aan het verhogen van de sociale veiligheid kunnen zijn: leerlingen actief betrekken bij het maken van school- en gedragsregels; projecten sociale competenties voor leerlingen; weerbaarheidtrainingen; goede contacten van de kinderen, het personeel en de ouders met de wijkagent; Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

lesmateriaal voor sociaal-emotionele vaardigheden; bij geweld en agressief gedrag de ouders informeren over het gedrag van hun kind en betrekken bij te treffen sanctiemaatregelen; begeleiding organiseren via bijvoorbeeld Bureau Jeugdzorg, schoolmaatschappelijk werk, Bureau Halt. VerwijsIndex, Regionale Aanpak Kindermishandeling (RAK), Centrum Jeugd en Gezin (CJG), Zorgadviesteam (ZAT) Verwijsindex Waarom is er een Verwijsindex? De Verwijsindex valt binnen de Wet op de Jeugdzorg en is daarom wettelijk bepaald door de overheid. De overheid heeft deze bepaling ingesteld naar aanleiding van voorvallen met kinderen en jongeren waarbij professionals van verschillende organisaties niet van elkaar wisten dat ze in hetzelfde gezin werkzaam waren. De Verwijsindex is onderdeel van het gemeentelijk jeugdbeleid. RAK (regionale aanpak kindermishandeling): implementatie volgend

uit de Wet Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling, dan handelen wij zoals beschreven staat in de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling van ons schoolbestuur. Deze code is te vinden op de website van het bestuur of van de school. Centrum Jeugd en Gezin (CJG) Opvoeden en opgroeien is niet altijd even makkelijk. Soms is informatie of ondersteuning welkom of nodig. Het vinden van die informatie of hulp is soms moeilijk. Er zijn veel organisaties voor jeugdzorg en gezondheidszorg. Om u te helpen bij het vinden van de juiste informatie of ondersteuning is er in iedere gemeente één centraal punt voor alle vragen rondom opvoeden en opgroeien opgericht: het Centrum Jeugd en Gezin. Wie kan bij ons terecht? Het Centrum Jeugd en Gezin is er voor: (aanstaande) ouders en verzorgers van kinderen, jeugd en jongeren in de leeftijd van 0 tot 23 jaar, professionals die met kinderen, jeugdigen en hun ouders werken en vrijwilligers die met kinderen/jeugdigen werken (sport en vrije tijd). Onze partners? 25


Onder de paraplu van het Centrum Jeugd en Gezin vallen verschillende organisaties, zogenaamde ketenpartners. Samen met deze partners zorgt het Centrum Jeugd en Gezin voor de juiste informatie of hulp. Ook worden er activiteiten en cursussen georganiseerd. De partners van het Centrum Jeugd en Gezin zijn onder andere alle onderwijsstichtingen, organisaties in de jeugdgezondheidszorg, alle welzijnsorganisaties, peuterspeelzalen en kinderopvang. Voor de regio Parkstad Limburg verwijzen we naar de website: www.cjgparkstadlimburg.nl. Voor de overige regio’s verwijzen wij voor verdere informatie naar de betreffende gemeente. Pedagogische maatregel en verwijdering Een ernstig incident kan leiden tot een pedagogische maatregel (het nemen van een

passende maatregel in samenspraak met de ouders) met onmiddellijke ingang. Dit betreft

een uitzonderlijke pedagogische maatregel van beperkte tijdsduur. De ouders worden in dit geval meteen op de hoogte gesteld. Zowel in het (telefoon)gesprek als ook in de brief aan de ouders wordt aangegeven voor welke beperkte periode de maatregel geldt. Voordat de pedagogische maatregel wordt beëindigd, maken school en ouders goede afspraken om herhaling van het ernstig incident te voorkomen. Correspondentie en verslag met afspraken worden bewaard in het leerling-dossier. Aanmelden van leerlingen. In februari of maart vindt de aanmelding van kinderen die in de loop van het volgende schooljaar, 4 jaar worden, plaats. Ouders en kinderen worden dan uitgenodigd om kennis te maken met de leerkracht, de klas en de school. Op school wordt het inschrijfformulier door de ouders ingevuld. Ouders krijgen het entreeformulier: "Dit ben ik", mee naar huis om thuis in te vullen. Wendagen: Kinderen die zijn aangemeld voor groep 1 en niet afkomstig zijn van een andere basisschool, mogen gebruik maken van de gewenningsregeling. Dit houdt in dat zij voorafgaand aan de eerste schooldag vijf dagen de school mogen bezoeken. De gewenningsdagen zijn op dinsdag en op donderdag.De gewenningsdata worden in overleg met de coördinator van de onderbouw vastgelegd bij de aanmelding. Indien er onduidelijkheden zijn, of een probleem nog niet helder is rondom de ontwikkeling van uw kind, Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

vindt er na de 5 wendagen ( of eerder) een gesprek plaats met de leerkracht,samen met de IB-er en de ouders. Hierbij wordt aangegeven dat de komende 4 eken informatie verzameld wordt, zodat we kunnen bekijken of onze zorg en aandacht voor het kind op onze school toereikend is.Indien er geen bijzonderheden zijn die een belemmering in goed functioneren in de weg staan, is uw kind aangenomen. De dag waarop uw kind 4 jaar wordt is tevens de eerste schooldag.Vanaf die dag is uw kind elke dag welkom op school. Na 4-6 weken onderwijs zal de leerkracht contact opnemen voor een uitgebreider gesprek, om er zeker van te zijn, dat we geen belangrijke informatie over het hoofd hebben gezien. De officiële leerplicht begint ( op dit moment nog) met 5 jaar. Wij zijn groot voorstander van normaal schoolbezoek vanaf het vierde jaar. Als er sprake is van een tussentijdse aanmelding bij verhuizingen of andere redenen vindt aanmelding plaats in een gesprek met de directie/ IB-er of de coördinator. De bedoeling van dit gesprek is om elkaar te informeren over de gang van zaken en eventuele aandachtspunten. Wij zijn er voorstander van altijd goed geïnformeerd te worden over achtergronden en omstandigheden. Dat is in het belang van uw kind en in het belang van de school. Als de leerling van een andere basisschool komt, worden wij na de inschrijving door middel van het onderwijskundig rapport geïnformeerd over de vorderingen, het functioneren en de gebruikte methodieken op de vorige school. Wij streven er uiteraard naar deze overgang zo soepel mogelijk te laten verlopen. Computeronderwijs Het computeronderwijs krijgt een steeds belangrijkere rol in het onderwijs. We zijn aangesloten op het Internet en Kennisnet en zijn per e-mail bereikbaar. Kinderen kunnen gebruik maken van een computereiland . Op onze school is een ICT coördinator werkzaam, deze heeft als taak om de leerkrachten te begeleiden bij het werken aan de computers. Alle kinderen werken met educatieve software die aansluit bij de methodes. De kinderen vanaf groep 5 leren spelenderwijs omgaan met de computer. In groep 7 en 8 worden deze vaardigheden verder uitgebreid. De kinderen leren e-mailen,internetten en hun werkstukken opmaken en verfraaien. De leerlingen gebruiken deze kennis ter ondersteuning van de zaakvakken.Daarnaast is de computer bij uitstek geschikt voor kinderen 26


die wat extra oefenstof of extra uitleg nodig hebben.

Wij hopen op een prettige samenwerking met alle betrokkenen, waarbij het belang van het kind aan ons aller zorgen toevertrouwd, voorop zal blijven staan, ook bij het team van basisschool “St.-Stefanus”. Namens alle mensen die klaar staan voor uw kind(eren) !!

Techniektorens Het programma VTB (Verbreding Techniek Basisonderwijs) helpt basisscholen om wetenschap en techniek een structurele en geïntegreerde plaats in het onderwijs te geven. Techniekonderwijs is meer dan een stroomkring bouwen of een bouwplaat in elkaar zetten. Het leert kinderen vooral ontwerpen, onderzoeken en ontdekken. Ze proberen dingen uit, stellen vragen, evalueren en gaan actief aan de slag. vermogen van kinderen. Techniek op de basisschool is dan ook beter te omschrijven met de term ‘wetenschap en techniek’. Een positieve houding ten aanzien van wetenschap en techniek helpt kinderen hun vaardigheden en talenten te ontwikkelen.

VINDPLAATS / activiteitenplan:

Onderzoeken KAANS Sinds enkele jaren voert de Universiteit Maastricht (i.c. de onderzoeksgroep KAANS) regionale onderzoeken uit in peuterspeelzalen, bij kinderdagverblijven, basisscholen en in het voortgezet onderwijs. Ook onze school werkt mee aan deze onderzoeken.

3. Overzicht vakanties en vrije dagen en verantwoording van de verplichte onderwijstijd (volgende pagina)

TEN SLOTTE…….. In deze schoolgids hebben wij getracht u een beeld te geven van wat er tussen de muren van school gebeurt. Wij hebben ook geprobeerd om op diverse vragen die ons in de loop der jaren bereikten een antwoord te geven. Heeft u verder nog vragen en kunt u het antwoord niet in de schoolgids vinden, neem dan gerust contact op met de groepsleerkracht(en), de Intern begeleider of de directeur. Indien er in de loop van het schooljaar ingrijpende veranderingen plaatsvinden, dan zullen wij u middels een apart schrijven daarvan op de hoogte stellen. Wanneer u die extra informatie dan bij deze schoolgids bewaart, blijft deze bij de tijd. Tips ter verbetering of aanvulling van deze schoolgids zijn van harte welkom.


1. Indeling in groepen (zie schoolkalender) We werken in 3 units / stamgroepen: Groep 1.2 – 3.4 – 5.6.7 – 8 2. Schooltijden (schoolkalender)

4. Verdeling van de tijd over de leer- en vormingsgebieden (laatste pagina)

27


SCHOOLJAAR 2015 - 2016: URENBEREKENING, VAKANTIES EN VRIJE DAGEN 06XF Urenberekening

groep 1

per morgen per middag per dag op woensdag per week

aantal klokuren

groep 2.3.4 aantal klokuren

groep 5 t/m 8 aantal klokuren

3,5

3,5

3,5

2

2

2

5,5

5,5

5,5

4

4

4

20,5

24

26

1066

1248

1352

5,5

8,5

11

vrijdag groep 1.2 vrij per jaar 52 weken extra dagen: 29 feb.(schr.jr.) en di 30 sept. Totaal Vakanties

eerste

1071,5

1256,5

1363

laatste

groep 1

dag

aantal klokuren



30-okt-15

20,5

24

26

dag herfst

26-okt-15

kerstmis

21-dec-15

1-jan-16

41

48

54

carnaval

8-feb-16

12-feb-16

20,5

24

26

25-apr-16

6-mei-16

41

48

52

25-jul-16

2-sep-16

meivakantie zomer

123

144

156

246

288

314

groep 1 aantal klokuren



9,5

12,5

25-3-16 t/m 29-3-16 30 sep/4-dec /15-2-16 / 23-5-16

11

14,5

16,5

15

18,5

20,5

Pinkstermaandag

16-mei-16

5,5

5,5

5,5

laatste schooldag

22-jul-16

3,5

5,5

41

55

48

784,5

914

1001

groep 1



totaal vakanties Vrije dagen

Sint(do 3 dec op school) Gr1.2.3.4 comp. Pasen Goede Vrijdag, Pasen Studiedagen Team

vrij(studciedag) 4-12-15 30-3-16 t/m 1-4-16

totaal vrije dagen Hemelvaart

5-5,6-5(in meivakantie)

af: totaal vakanties + vrije dagen Extra uren

aantal klokuren Carnaval 13-02-15 Kerstviering

v.m

3,5

v.m.

3,5

Schoolfeest 16-7-15;17-7 bij: totaal extra uren

-2

4

4

4

11

4

2

groep 1

groep 2.3.4

groep 5 t/m 8

795,5

918

1003

pm JAARTOTAAL UREN ONDERWIJS

JAARTOTAAL ONDER- / BOVENBOUW

3629,5

4012

907

gemiddeld onder/bovenbouw gemiddeld school

1003 955

min. vereist

OB

880

BB

1000

marge

OB

27

BB

3

gem.saldo reserve uren Schoolgids 2015 -2016 Wijnandsrade

15,2

28


Verdeling van de tijd over de leer- en vormingsgebieden (We werken in de stamgroepen conform deze basis lestabel. Afstemming op de ontwikkeling van groep en individuele kinderen leidt tot afstemming van leertijd, zichtbaar in groepsagenda, groepsplan en handeligsgerichte aanpak of ontwikkelingsperspectief)

Basis Lestabel Leerjaar

Leerjaar 1

Leerjaar 2

Ontwikkelingsmat.

4:00

4:00

Gymnastiek

2:00

2:00

Spel

3:00

3:00

Taal

3:30

Lezen

Leerjaar 3

Leerjaar 4

Leerjaar 5

Leerjaar 6

Leerjaar 7

8

2:00

2:00

2:00

2:00

2:00

2:00

3:30

4:30

4:30

5:00

5:00

5:00

5:00

2:00

2:00

4:30

4:30

5:00

5:00

4:15

4:15

Schrijven

0:30

0:30

1:00

1:00

0:45

0:45

0:30

0:30

Rekenen

2:00

2:00

4:30

4:30

4:30

4:30

4:30

4:30

1:00

1:00

Engelse taal Aardrijkskunde Gesch./staatsinr. Biologie W.O./studievaard.h

1:00

1:00

1:15

1:15

3:00

3:00

3:00

3:00

Soc.redz/Leefstijl/Gods

1:00

1:00

1:00

1:00

1:00

1:00

1:00

1:00

Verkeer

0:30

0:30

0:30

0:30

0:30

0:30

0:30

0:30

Culturele vorming

0:30

0:30

0:30

0:30

0:30

0:30

0:30

0:30

Tekenen

1:00

1:00

1:00

1:00

0:45

0:45

0:45

0:45

Muziek

0:45

0:45

0:45

0:45

0:45

0:45

0:45

0:45

Handv./Techniek

1:00

1:00

1:15

1:15

1:00

1:00

1:00

1:00

Pauze

1:15

1:15

1:15

1:15

1:15

1:15

1:15

1:15

24:00:00

24:00:00

24:00:00

24:00:00

26:00:00

26:00:00

Totaal per leerjaar


29

26:00:00


26:00:00

2016

Recommend Documents