Schoolgids NTC Erasmus Milaan 2015/2016
ERASMUS Associazione culturale per la promozione e la divulgazione della lingua nederlandese e della cultura olandese e fiamminga in Lombardia Culturele vereniging ter verbreiding en promotie van het Nederlands en de cultuur van Vlaanderen en Nederland in Lombardije
Een woord vooraf over de schoolgids Waarom een schoolgids voor ouders? Deze schoolgids is bedoeld om u te informeren over het onderwijs op onze school. De gids laat zien wat wij u en uw kind te bieden hebben. Ouders van toekomstige leerlingen kunnen in de schoolgids lezen waarom onze school een goede keuze is. De schoolgids geeft aan waar onze school voor staat en wat u van ons mag verwachten. Aan ouders die al leerlingen op onze school hebben, leggen wij verantwoording af over onze manier van werken en de behaalde resultaten. U kunt ons altijd aanspreken op de inhoud van de gids. Bent u van mening dat wij iets niet waar maken, dat er iets niet goed gaat of beter kan? Laat het ons weten. Dan kunnen we samen met u werken aan een nog betere kwaliteit van ons onderwijs. Wat staat er in deze schoolgids? Na een korte schets van onze school vindt u in deze schoolgids informatie over: • • •
wat leren de kinderen op onze school; de zorg voor de kinderen; wat ouders en school van elkaar mogen verwachten; de resultaten die onze school bereikt.
De schoolgids bevat uiteraard ook veel praktische informatie. De schoolgids sluit aan bij het Schoolplan. Hierin zullen wij voor een periode van vier jaar uitgebreid beschrijven hoe ons onderwijs in elkaar zit en wat onze plannen zijn om een goede school te blijven. Wij zullen u een bericht sturen als dit Schoolplan op de site komt te staan. Wie hebben aan de schoolgids gewerkt? Deze schoolgids is geschreven door de coördinator NTC van de school in samenwerking met de docent primair onderwijs en het bestuur en is vastgesteld door het bevoegd gezag van de school. We hopen dat u onze schoolgids met plezier zult lezen. Heeft u vragen of wensen naar aanleiding van deze schoolgids of suggesties voor verbetering, dan horen we dat graag van u. U kunt hiervoor contact opnemen met Michel Dingenouts,
[email protected]. Telefoon: ++393311084695 Heeft u suggesties voor onze schoolgids? Om de informatie in de schoolgids nog beter te kunnen afstemmen op uw wensen, willen we graag van u weten wat u van onze schoolgids vindt. Daarom vragen we u de vragenlijst in te vullen die u achter in deze schoolgids vindt. U kunt de ingevulde vragenlijst inleveren bij Michel Dingenouts,
[email protected].
Hoofdstuk 1 Een schets van onze school 1.1 Naam van de school De NTC Erasmus is onderdeel van Erasmus Associazione Culturale, bij akte opgericht in Milaan in maart 2008 om de Nederlandse taal en de cultuur van Vlaanderen en Nederland in Italië en in het bijzonder in Lombardije te promoten. De NTC is de enige tak van activiteiten voor Nederlanders en Vlamingen, de andere activiteiten zijn gericht op een Italiaans publiek. Postadres: Via Marconi 9, 20094 Vimodrone Bezoekadres (alleen op afspraak): Via Mario Pagano 2 webstek:: www.erasmusassocult.org e-mailadres:
[email protected] Voorzitter: Annie Demol, e-mail: presidente@ erasmusassocult.org Penningmeester: Annie Demol, e-mail tesoriere@ erasmusassocult.org Secretaris: Giuseppe Giolitti, e-mail
[email protected] De NTC is een onderdeel van Erasmus met een grote mate van financiële onafhankelijkheid. Ouderbijdragen en subsidie die voor de lessen verworven zijn, kunnen alleen besteed worden aan de activiteiten van de NTC Erasmus. 1.2 Schoolleiding en team Ons team bestaat uit : Michel Dingenouts: Coördinator en (tijdelijk) docent primair en secundair onderwijs:
[email protected] telefoon: ++390233103696 Anja Iliaens, docent Primair onderwijs (groep 1-3) Bij het schijeven van deze gids zijn we xnog op zoek naar een derde bevoegde docent. 1.3 Situering van de school Aangezien de lokalen die de vereniging gebruikt niet voldoende capaciteit hebben, huren we lokalen in Milaan, Piazza Damiano Chiesa 7.
Hoofdstuk 2
Waar de school voor staat
2.1 Missie Ons NTC-onderwijs heeft in deze situatie als doelstelling aan te sluiten bij het onderwijs in Nederland en Vlaanderen en het stimuleren en op peil brengen van de talige capaciteiten van Nederlandstalige leerlingen die hier verblijven. We richten ons op het toewerken naar de kerndoelen zoals deze geformuleerd zijn voor de deelvaardigheden van de Nederlandse taal. Bij kinderen die het Nederlands minder goed beheersen richten we ons op het verwerven van mondelinge taalvaardigheden. 2.2 Uitgangspunten Onze school richt zich op het bevorderen van de Nederlandse taal bij Nederlandse kinderen die hier in Lombardije wonen, met het oog op een eventuele terugkeer naar Nederland of Vlaanderen. Om de aansluiting met Nederland of België en het Nederlandstalige onderwijs zo goed mogelijk te laten verlopen, maakt naast de Nederlandse taal ook de cultuur deel uit van ons onderwijsaanbod. Daarbij kent de school kent een aantal uitgangspunten, die belangrijk zijn voor onze identiteit: alle leerlingen zijn gelijkwaardig; wij accepteren geen discriminatie en racisme; wij eerbiedigen ieders geloofsovertuiging of levensbeschouwing. 2.3 Sfeer in de school Hoewel we een school zijn en ons werk serieus nemen, weten we dat de meeste leerlingen in hun dagelijkse schoolleven te maken hebben met andere vormen van schoolautoriteiten. Wij zijn van mening dat als mensen zich prettiger voelen, ook beter leren en meer gemotiveerd zijn deel te nemen aan de lessen. Daarom vinden wij het belangrijk de sfeer minder formeel te maken zonder natuurlijk het respect voor leerkrachten uit het oog te verliezen. We hopen dat activiteiten als de jaarlijkse picknick en de Sinterklaasviering daaraan mogen bijdragen.
Hoofdstuk 3 Onderwijs 3.1 Organisatie van de school Op onze NTC school wordt les gegeven aan kinderen van groep 1 tot en met 8 van het primair onderwijs en aan leerlingen in het voortgezet onderwijs. Hierbij trachten we Richting-3 zoveel mogelijk te integreren met leerlingen die de taal al wel goed lezen en spreken. (Zie 3.3.) Het NTC-onderwijs is een aanvulling op het onderwijs van de dagschool. Dat betekent dat de lessen plaatsvinden in het weekend. Om de reistijd voor de leerlingen te beperken wordt les gegeven op meerdere locaties. 3.2 Groepering, groepsgrootte en lesorganisatie In onze school werken we met combinatiegroepen. Dit heeft als voordeel dat kinderen veel in aanraking komen met kinderen die al verder in hun ontwikkeling zijn. Zo kunnen ze elkaar stimuleren en ondersteunen. In de klas werken de kinderen vaak zelfstandig of in kleine groepjes. Op die manier stimuleren we het zelfvertrouwen, de zelfstandigheid en de samenwerking van de kinderen. De materialen die we gebruiken worden flexibel ingezet, zodat recht gedaan wordt aan de verschillen tussen kinderen. De computer kan ons daarbij goed van dienst zijn. Ook dit jaar gebruiken we weer Snappet-tablets voor de leesvaardige leerlingen (groep 4 en hoger). 3.3 Onderwijsaanbod: doelen en methoden Bij de indeling in groepen houden we rekening met (ontwikkelings)leeftijd, talige capaciteiten en natuurlijk de achtergrond van het kind. Het NTC-onderwijs kenmerkt zich door een grote diversiteit in leeftijdsgroepen en taalniveaus. Op basis van de doelstellingen van ons onderwijs maken wij onderscheid tussen NTC Richting 1, 2 en 3. NTC Richting 1: Is gericht op directe aansluiting bij onderwijs in Nederland en moet een terugkeer in het Nederlandse onderwijs faciliteren. Binnen deze richting wordt toegewerkt naar de kerndoelen van de Nederlandse taal en de tussendoelen zoals geformuleerd ondermeer in de verschillende onderwijsmethodes voor de verschillende jaargroepen. Bij deze leerlingen is Nederlands de dominante taal in de thuissituatie; daarnaast spreken zij de dagschooltaal en eventueel de taal van het land. De woordenschat zal daarom variëren en het schriftelijk taalgebruik zal beïnvloed zijn door het onderwijs in de dagschooltaal. NTC Richting 2: Doel is het zo goed mogelijk op peil houden van de Nederlandse taal, met het oog op een eventuele terugkeer naar Nederland. Bij deze leerlingen wordt doorgaans met een van de ouders Nederlands gesproken en de taal van de andere ouder valt vaak samen met de dagschooltaal. Deze taal zal de dominante taal zijn binnen het gezin. Kerndoelen en tussendoelen voor verschillende jaargroepen worden op een maximale afstand van twee jaar gevolgd. Deze kinderen zullen thuis wel Nederlands spreken, maar over het algemeen zal in het gezin een andere taal dominant zijn. De nadruk in het NTC-onderwijs zal in dit geval liggen op het bereiken van een zo hoog mogelijk niveau van mondelinge taalvaardigheid. NTC Richting 3: Deze leerlingen leren Nederlands als vreemde taal, met het oog op een eventuele terugkeer naar Nederland. Het leerstofaanbod is gericht op de gewenste taalontwikkeling voor deze leerlingen gezien hun startniveau. Het betreft kinderen die thuis geen Nederlands spreken en de taal ook nog niet of nauwelijks beheersen. Bij de intake wordt getracht een zo goed mogelijk beeld te krijgen van het niveau van Nederlandse taal van het kind. Op basis daarvan wordt bepaald in welke richting het kind moet worden geplaatst. Onze school heeft ervoor gekozen een onderwijsaanbod te verschaffen voor alle drie NTCrichtingen. De populatie van onze NTC-school bestaat voor 10 % uit NTC Richting 1-kinderen, voor 20% NTC Richting 2- en voor de rest uit Richting 3-kinderen. Naar verwachting zal het percentage Richting 3-kinderen in de komende jaren nog verder toenemen, maar we willen specifiek rekening houden in onderwijsaanbod met Richting 1-kinderen.
3.3.1 NTC voor peuters (2 ½ – 4 jarigen): kansen vroeg grijpen Kinderen die opgroeien in een meertalige omgeving krijgen als vanzelfsprekend een rugzakje taalvaardigheid mee. Wanneer ze vanaf jongs af aan twee of meer talen om zich heen horen, gaan kinderen deze talen vanzelf herkennen, begrijpen, ontwikkelen en, als het taalaanbod in de verschillende talen voldoende aanwezig is, ook spreken. Voor Nederlandssprekende ouders met jonge kinderen in het buitenland en voor NTC scholen liggen een aantal kansen voor het grijpen: • • • • •
Op een NTC peutergroep wordt kinderen in een vroeg stadium een extra impuls van Nederlands taalaanbod geboden; Hoe jonger kinderen worden gestimuleerd in het begrijpen en spreken van Nederlands in een meertalige omgeving, hoe beter. Tot het vierde levensjaar is het brein het meest gevoelig voor het leren van taal Jonge kinderen imiteren veel, vooral leeftijdsgenootjes. Daardoor worden in een peutergroep kinderen op een andere manier gemotiveerd dan in de thuissituatie om Nederlands te begrijpen en te spreken; Peuters wennen alvast aan de sfeer, omgeving en cultuur van de Nederlandse school; De NTC school en ouders worden al in een vroeg stadium partners in (meer)talig opvoeden, waarbij ouders ideeën krijgen voor het stimuleren van de Nederlandse taalontwikkeling thuis en waarbij de school al in een vroeg stadium zicht krijgt op de Nederlandse taalontwikkeling van de leerling.
Visie en doelstellingen Onze NTC school stimuleert doelgericht de moedertaalontwikkeling van jonge kinderen door samen spelen, ervaren en beleven. Plezier in taal (activiteiten) staat centraal, waarbij kinderen kennismaken met routines rondom mondelinge taal en geletterdheid, die worden uitgebouwd in groep 1 /2 en verder. De school verzorgt tussen twee uur per week activiteiten die passen bij onderstaande doelstellingen: Voor R1 en R2 leerlingen aansluiting op het onderwijsprogramma van de Nederlandse basisschool. Zie http://www.slo.nl/jongekind/doelen en als uitwerking daarvan bv. de CED-ontwikkellijn taal van Peuterstappen: http://www.leerlijnen.cedgroep.nl/peuters/leerlijnen-peuters.aspx ; • •
• • •
Voor leerlingen die binnenkomen zonder Nederlandse taalbasis (potentiele R3 leerlingen) bekijken we of het kind leerbaar is in de Nederlandse taal. Ouders informeren over de taalontwikkeling van hun kind en ideeën en adviezen geven voor stimuleren van het Nederlands thuis; ouders informeren (via ouderbrief, op ouderavond en in oudergesprekken) over de onderliggende taaldoelstellingen die spelenderwijs op school worden aangeboden Het creëren van een veilig, Nederlands pedagogisch klimaat, waarbij sociale interactie veel aandacht krijgt; Het bevorderen van de communicatieve redzaamheid in het Nederlands van kinderen (opdrachtjes begrijpen, hulp vragen, iets vertellen of beschrijven etc.); Kinderen kennis laten maken met groepsactiviteiten rondom de Nederlandse cultuur (Sinterklaas, Koningsdag, kinderliteratuur)
3.3.2 Groepen 1 en 2
In groep 1 en 2 ligt de nadruk op activiteiten die gericht zijn op de taalontwikkeling. Daarom werken we met de zogenaamde 'tussendoelen beginnende geletterdheid'. Dit zijn tussendoelen in de taal-, lees- en schrijfontwikkeling. Aan de hand van thema’s komen alle aspecten die van belang zijn voor de taalontwikkeling van het jonge kind aan de orde. Kinderen leren beter tijdens voor hen betekenisvolle situaties; in het kader van een thema wordt intensief gewerkt aan de uitbreiding van de woordenschat. Daarnaast is er veel aandacht voor het samen spelen en spreken en expressie. Wij werken met methode De Leessleutel voor groep 1 en 2. Basisvaardigheden (lezen, schrijven en taal) voor groepen 3 t/m 8 en VO Ons NTC-onderwijs heeft als doelstelling aan te sluiten bij het onderwijs in Nederland, zodat kinderen bij terugkeer naar Nederland of België, zo veel mogelijk aansluiting vinden in het onderwijs Nederlands. We richten ons op het toewerken naar de kerndoelen zoals deze geformuleerd zijn voor de deelvaardigheden van de Nederlandse taal. Het onderwijs in de Nederlandse taal is erop gericht dat de leerlingen: • vaardigheden ontwikkelen waarmee ze de Nederlandse taal doelmatig gebruiken in situaties die zich in het dagelijks leven voordoen; • kennis en inzicht verwerven omtrent betekenis, gebruik en vorm van de taal; • plezier hebben of houden in het gebruiken en beschouwen van de taal. We onderscheiden spreken en luisteren, lezen, schrijven (stellen), spelling en taalbeschouwing. De verschillen bij het onderwijsaanbod voor de verschillende NTC-richtingen liggen vooral op het gebied van de leerstofinhoud en ordening van de leerstof. Er zit verschil in de accenten die op de verschillende deelgebieden worden gelegd, de volgorde waarin bepaalde leerstof wordt aangeboden en uiteraard het beginniveau van de leerstof. Zo moet bij NTC Richting 2- en 3-leerlingen zowel in de onderbouw als in de bovenbouw veel meer aandacht besteed worden aan woordenschat en mondelinge taalvaardigheid dan bij NTC Richting 1-leerlingen. Begrijpend luisteren moet in het aanvankelijk Richting 2- en 3-onderwijs een nog belangrijkere plaats innemen dan in het onderwijs aan Richting 1-leerlingen. Daar zal het spelling- en stelonderwijs weer een belangrijker accent krijgen. De lessen Nederlandse cultuur beogen het instandhouden en versterken van de verbondenheid met de Nederlandse cultuur om een succesvolle terugkeer naar Nederland te bevorderen. De culturele component van de lessen, achten we zeer belangrijk niet alleen niet alleen voor de kennis van land en geschiedenis, maar ook vanwege de zin die dit aan de taal geeft; de culturele achtergrond vormt voor sommige leerlingen de enige band met de taal. Uitgaande van de verschillende NTC-richtingen worden de doelstellingen voor het taal- en leesonderwijs nader omschreven. Met name bij het opstellen van de onderwijsinhoud komt de complexiteit van ons NTC-onderwijs naar voren: hoe creëren we voldoende taalgebruiksituaties die motiverend voor de leerlingen zijn, terwijl we toch voldoen aan de gestelde doelstellingen. Een gedegen voorbereiding, zowel didactisch en organisatorisch als wat betreft de keuze van materialen, vinden we noodzakelijk om kwalitatief goed werk te leveren. Een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat we doublures met het dagonderwijs willen voorkomen. Wij richten ons met name op de doelstellingen met betrekking tot het taal- en leesonderwijs die in de dagschool niet aan bod komen. We gebruiken voornamelijk Taalactief.
Basisonderwijs Groep 1-3 Methode: De Leessleutel en eigen materiaal. Lesprogramma Spreken en luisteren In verschillende situaties vergroten van spreek- en luistervaardigheid door middel van kringgesprekken, liedjes, rijmpjes Woordenschat Verbreding en verdieping van de woordenschat Beginnende geletterdheid Verhaalbegrip/woordenschat, taalbewustzijn en klank- tekenkoppeling Groep 3 Methode: De Leessleutel en verschillende materialen o.a. Bas Lesprogramma Spreken en luisteren In verschillende situaties vergroten van spreek- en luistervaardigheid door middel van kringgesprekken, liedjes, rijmpjes, verhaaltjes Woordenschat Verbreding en verdieping van de woordenschat Technisch lezen Aanvankelijk lezen: klank-tekenkoppeling en het leren lezen van Nederlandse woorden en zinnen Begrijpend lezen Teksten lezen en vragen erover beantwoorden Spelling Lange en korte klanken, tweeletter klanken, dubbele medeklinkers Taalbeschouwing Inzicht krijgen in de opbouw van woorden en zinnen Cultuur Een groot aantal culturele activiteiten komt vooral op de cultuurdagen aan bod, waaronder Sinterklaas en Koningsdag. Groepen 4 t/m 8 Methode: Taal Actief 3 (NTC Module) en Land in zicht Lesprogramma Spreken en luisteren In verschillende situaties vergroten van spreek- en luistervaardigheid door middel van kringgesprekken, en discussies Woordenschat Verbreding en verdieping van de woordenschat Technisch en begrijpend lezen Lezen en begrijpen van moeilijkere woorden en teksten van avi 4 in groep 4 tot en met avi 9 in groep 7/8 Stellen Opstellen en verhalen schrijven als huiswerk
Spelling Gedurende de jaren worden de volledige spellingsregels geleerd Taalbeschouwing Inzicht krijgen in de opbouw van zinnen en teksten Cultuur Voor de jongere kinderen komen alle grote culturele gebeurtenissen zoals Sinterklaas, Kerstmis, Pasen, Koningsdag, etc aan bod. De leerlingen vanaf groep vier krijgen meer thematisch cultuuronderwijs met behulp van Land in zicht (NOB)
Het voortgezet onderwijs Voor dit jaar maken we ruimte in de kalender voor leerlingen die voortgezet onderwijs willen volgen. Afhankelijk van de het aantal leerlingen dat zich inschrijft kunnen we plaats en lestijden vaststellen. Ook de ouderbijdrage zal worden vastgesteld op basis van het aantal leerlingen. In het voortgezet onderwijs maken we gebruik van de methode Nieuw Nederlands en Bulkboek Taalteksten.Voor Richting 3 leerlingen hebben we Zebra, de Uitgebreide basisgrammatica van Van der Toorn-Schutte, en de methodes Code en Vanzelfsprekend. Voor de andere richtingen geldt: Klas 1 en 2 (afhankelijk van niveau en CITO-toets) Methode: Nieuw Nederlands Leerlijn Lesprogramma Luister- en kijkvaardigheid Selectief kijken en luisteren, samenvatten, brainstormen, formeel en informeel taalgebruik Spreek- en gespreksvaardigheid Tweegesprek, spreekbeurt, nieuwsbericht, informatie vragen en geven Leesvaardigheid Kranten- en tijdschriftartikelen, naslagwerk, onderscheiden van feiten en meningen Schrijfvaardigheid Informele brief, formulier, verslag, zinsbouw, spelling, informatie geven, formeel/informeel taalgebruik hanteren Fictie Dagboek, gedicht, roman/verhaal. Benoemen van personages, tijd/plaats, thema en reactie geven Klas 3 en 4 Methode: Nieuw Nederlands Lesprogramma Luister- en kijkvaardigheid Tweegesprek, discussie, debat, spreekbeurt, eigen mening en informatie geven, overtuigen, argumenteren Spreek- en gespreksvaardigheid Tweegesprek, spreekbeurt, discussie, debat, informatie en eigen mening geven, overtuigen, argumenteren Leesvaardigheid Kranten- en tijdschriftartikel, literaire recensie, onderscheiden feiten en meningen, middel en doel, en oorzaak en gevolg, samenvatten, argumenten herkennen, teksten beoordelen Schrijfvaardigheid Formele brief, verslag, uiteenzetting, beschouwing, betoog, commentaar, zinsbouw, spelling Fictie Dagboek, gedicht, roman/verhaal, toneel, film. Relatie leggen tussen fictie en werkelijkheid, benoemen van personages, tijd/plaats en thema en reactie geven
Voor de hogere klassen zijn soortgelijke programma's beschikbaar, maar daarbij hangt het af van welk diploma men wil behalen. In veel gevallen betreft dat een zgn. IB, International Baccalaureate. Daarbinnen heeft men verschillende richtingen en certificaten voor het Nederlands bijv. Higher of Lower. 3.4 Huiswerk In de laagste groepen (1-3) van ons NTC-onderwijs wordt geen huiswerk gegeven. Vanaf groep 4 worden per groep en soms per leerling taken opgesteld, meestal betreft dit een hoofdstuk of didactische eenheid en beslaan ze een langere periode zoals een maand. Deze taken bestaan veelal uit oefeningen op de tablet en ze kunnen zowel tijdens de les als thuis gemaakt worden. Ouders en leerlingen worden daarover via e-mail geïnformeerd. Ook via de speciale app op de tablet kunnen de leerlingen communiceren met de leerkracht. Ten tijde van het schrijven van deze gids was deze optie nog niet geactiveerd, maar deze zal zeer waarschijnlijk beschikbaar zijn voor het komende jaar. De vorderingen van het huiswerk worden via de computer door de docent gevolgd en ook worden de oefeningen op deze wijze gecorrigeerd, voor zover de tablet zelf dit niet doet. De tablets stellen de leerlingen in staat in autonomie te werken, maar afhankelijk van het niveau van de leerling en de moeilijkheidsgraad van de oefeningen is het wenselijk dat ouders een oogje in het zeil houden en zonodig aanwijzingen geven. Op deze manier zijn de ouders betrokken bij de lesstof en kunnen eventueel problemen met de tablet en praktische problemen in het gebruik en de toepassing van de oefeningen signaleren. Dit voor zover de leerlingen dit zelf niet doen. Deze taken zijn integraal deel van het lesprogramma. De oefeningen op de tablet zijn op maat gemaakt voor onze methode, Taal actief, zodat leerlingen geen oefenboek nodig hebben en deze betreffen dus zowel de complete taalvaardigheid (lezen, schrijven, etc.), als spelling en woordenschat. Ook zijn er extra woordenschatoefeningen beschikbaar voor de leerlingen die dit nodig hebben. Tevens kunnen de oefeningen van Nieuwsbegrip (waar wij een abonnement op hebben via het NOB) hier worden gemaakt en de speciale video's (Jeugdjournaal voor Nieuwsbegrip) worden bekeken. In de les worden fouten besproken en gecorrigeerd en worden onder meer de oefeningen gemaakt die per koppel dienen te worden uitgevoerd. We organiseren het huiswerk ook op deze manier om: • • • •
de leerlingen te laten oefenen met het zelfstandig verwerken van de lesstof; bij de leerlingen een taakbewustzijn te ontwikkelen; het aantal lesuren per schooljaar te compenseren; de periode tussen de lessen, die soms twee weken bedraagt, te overbruggen zonder dat er veel van het geleerde wegzakt.
Omdat het tot de taak van de basisschool behoort de leerlingen te leren studeren, besteden we ook regelmatig aandacht aan de juiste aanpak van het huiswerk. Hierbij geven we de volgende tips: • maak een huiswerkplanning en houd daarbij rekening met verjaardagen en clubverplichtingen; • leerwerk moet niet in één keer gedaan worden; herhaling is de beste leermeester; • werk netjes en nauwkeurig, dit voorkomt slordigheidsfoutjes. Met betrekking tot VO-leerlingen: Het aantal uren NTC-onderwijs per week is beperkt en huiswerk is dan een noodzakelijke aanvulling. Daarnaast stelt het de leerlingen in staat zelfstandig te oefenen met het verwerken van de lesstof. De leerlingen leren studeren. We besteden regelmatig aandacht aan de juiste aanpak van het huiswerk. In het onderwijs maken we zoals gezegd nog weinig gebruik van de mogelijkheden die de computer biedt met internet. Naarmate de leerlingen langer in het buitenland zijn, komen ze minder in
aanraking met de Nederlandse taal. Daarom stimuleren we de communicatie tussen leerlingen en het lezen van Nederlandse boeken, tijdschriften en kranten en het gebruik van internet. Onze school biedt hiertoe enkele faciliteiten voor de ouders. Helaas is gebleken dat er weinig animo is voor de gezamenlijke aankoop van de zogenaamde Boektoppers van uitgeverij Malmberg, de tijdschriften voor de schooljeugd zoals Bobo en, Okki en Taptoe en helaas ook niet voor de Bibliotheek voor Expats. Voor wat betreft de boeken hebben we een paar pagina's van onze website gewijd waar deze te verkrijgen zijn en hebben we links bij elkaar gezet ter ondersteuning van het taalonderwijs of waar leuke games staan die kinderen gewoon talig bezighouden.
Hoofdstuk 4 Zorg voor kinderen 4.1 Aannamebeleid en toelatingsprocedure NTC-onderwijs kenmerkt zich door een grote diversiteit in leeftijdsgroepen en taalniveaus. Op basis van de doelstellingen wordt onderscheid gemaakt tussen NTC Richting 1-, 2- en 3- kinderen. In principe komen alle leerlingen tussen de 2,5en 18 jaar, die een Nederlandstalige achtergrond hebben in aanmerking voor plaatsing. Als NTC hebben wij ervoor gekozen geen onderscheid te maken naar capaciteiten (lees: de verschillende 'richtingen') bij de aanname, maar te kijken naar de mogelijkheden van plaatsing van de leerling in de reeds bestaande groepen, zoals die zijn samengesteld naar leeftijd en capaciteiten aan het begin van het schooljaar. Als dat onmogelijk blijkt, kunnen we alleen proberen een volgend schooljaar de groepen dusdanig in te delen dat iedereen les kan krijgen. Om te bezien of een kind in aanmerking komt voor onderwijs dient een intakegesprek gehouden met het kind en de ouders, maar vaak kunnen we met informatie van de ouders al inschatten wat de kansen zijn dat de betreffende leerling in bestaande groepen past of niet. Bij de intake wordt de ouders gevraagd om het leerlingendossier van de vorige Nederlandse school. Hierin zijn bij voorkeur opgenomen: • het onderwijskundig rapport met eventuele toelichting bij remediëring beschreven in een handelingsplan; • recente toetsgegevens van het leerlingvolgsysteem; • een kopie van het laatste schoolrapport. Er wordt dan getracht een zo goed mogelijk beeld te krijgen van het kind en vooral ook van zijn niveau van Nederlandse taal. Soms zijn aanvullende toetsen noodzakelijk om een scherp beeld van het taalniveau van de leerling te krijgen. Vervolgens bieden wij de ouders en het kind aan om een proefles bij te wonen, om te bezien of de lessen aansluiten bij de verwachtingen van de ouders en het kind. We verwachten van leerlingen dat ze gemotiveerd zijn om dit soort onderwijs te volgen, van onze kant doen we er alles aan om leerlingen te stimuleren en te motiveren; tijdens de les dienen leerlingen zich in te zetten voor het leren van de taal en cultuur. De (beide) ouders dienen hiertoe achter de deelname aan de lessen te staan en de leerling te stimuleren de Nederlandse taal te gebruiken, ook buiten de lessen. Gezien de structuur van onze groepen en de modaliteit van onze lessen is het onmogelijk om leerlingen op te nemen die pedagogisch onaanspreekbaar zijn. Voor de oudere leerlingen geldt dat de school bij gebrek aan algemene taalvaardigheid van de leerling deze kan weigeren. 4.2
Volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school
Leerlingvolgsysteem
Na verschillende lesonderdelen worden leerlingen getoetst of zij zich de vereiste kennis en/of vaardigheden hebben eigen gemaakt. Daarnaast brengt een methodeonafhankelijke toets de opbrengst van het onderwijs op langere termijn in beeld. Daartoe moet een leerling worden getoetst op het niveau waarop hij les krijgt. Richting 1-kinderen zijn daarin vergelijkbaar met de Nederlandse situatie. Voor Richting 2-kinderen zal meestal gelden dat een toets van een of twee jaar lager wordt afgenomen. Om de vorderingen van de leerlingen te volgen en vast te leggen beginne we dit jaar gebruik te maken van een zogenaamd ‘leerlingvolgsysteem’ Twee maal per jaar worden leerlingen getoetst en/of geobserveerd: in januari en in mei. Alleen nieuwe leerlingen worden ook in september getoetst. De uitkomsten daarvan worden voorlopig opgenomen in een aangepaste versie van wat
heet het 'leerlingvolgsysteem'. Leraren bekijken deze gegevens en gaan voor elk kind na of hij of zij de lesdoelen heeft bereikt. Onderdeel van het leerlingvolgsysteem is het leerlingdossier,de map die van iedere leerling wordt bijgehouden. Daarin worden, behalve de resultaten van toetsen en observaties, gegevens opgenomen over de leerlingbesprekingen, gesprekken met ouders, evt. speciale onderzoeken, handelingsplannen en de rapporten van de verschillende jaren. De leerlingmap is alleen toegankelijk voor de groepsleraar en de coördinator. Ook ouders kunnen altijd de leerlingmap van hun kind inzien. De map wordt niet alleen gebruikt om de ontwikkeling van het kind te volgen, maar bij een eventuele overgang naar een andere school geeft deze map de nieuwe school een goed beeld van het kind. Let op: leerlingdossiers zijn eigendom van het bevoegd gezag van de school. Bij een overgang van een kind naar een andere school blijft het originele dossier op school, zodat daar bij navraag op een later tijdstip door de school op kan worden teruggevallen. De nieuwe school ontvangt naast het onderwijskundig rapport een kopie van de belangrijkste stukken uit het dossier. We hopen in de komende twee jaar het volledige systeem aan te schaffen en onze leerlingdossiers uit te breiden met alle benodigde documenten. Toetsen NTC-Primair onderwijs Leerstofgebied Toetspakker CITO
Groep
Maand
Taal
Taal voor kleuters
2
januari
Taal
Taaltoets Alle Kinderen
1-5
juni
Technisch Lezen
Drie Minutentoets LOS Technisch lezen
3-7 4-8
januari
Begrijpend lezen
LOS Begrijpend lezen
3-8
juni
4.3 Zorg op maat Soms heeft een kind extra zorg nodig. Om eventuele problemen snel op te sporen, bespreekt de leraren na iedere toetsperiode de resultaten van alle leerlingen met de coördinator. Zowel zwakke resultaten als heel goede resultaten kunnen aanleiding zijn voor extra zorg. Uiteraard wordt u als ouder hierover geïnformeerd. Voor kinderen met heel goede resultaten worden extra materialen en leeractiviteiten ingezet. Zo krijgt elk kind de zorg die het nodig heeft. Dit vindt zo veel mogelijk plaats in de klas, waarbij ook de eigen leraar een belangrijke rol speelt. 4.4 Algemene gang van zaken bij vertrek van een leerling naar een andere school In de laatste week voor het vertrek is er een eindgesprek tussen de ouders en de groepsleraar en de directeur. U ontvangt dan het leerlingdossier, dat u meeneemt naar de nieuwe school. Het dossier omvat: • het onderwijskundig rapport; • het elektronische rapport; • de gegevens uit het leerlingvolgsysteem; • een bewijs van uitschrijving. Daarnaast krijgt u de schriften en ander werk van uw kind mee. Voor én na de overstap heeft onze school tenminste eenmaal contact met de nieuwe school, om zo de overgang soepel te laten verlopen.
Hoofdstuk 5
Leraren
5.1 Wijze van vervanging bij ziekte, (studie)verlof of scholing Er kunnen redenen zijn dat leraren niet aanwezig zijn, zoals ziekte of het volgen van cursussen. Meestal kunnen lessen door een andere docent worden overgenomen, maar mocht dit niet het geval zijn dan zal dit in de regel tijdig worden gecommuniceerd; verloren lessen worden indien mogelijk ingehaald. 5.2 Personeelsbeleid Het leerlingenaantal is nog steeds stijgende, we proberen dit te tegemoet te komen door het aantal groepen uit te breiden. Voorlopig is het huidige team voldoende voor het aantal lessen dat we verzorgen. Alle leraren nemen regelmatig deel aan de scholingsdagen van de Stichting NOB. De keuze voor de cursussen dient in relatie te staan met de onderwijskundige ontwikkeling van de school.
Hoofdstuk 6
Ouders
6.1 Belang van betrokkenheid van ouders Van ouders en leraren wordt verwacht dat zij handelen in het belang van het kind. Wij proberen een goede samenwerking te creëren door de school toegankelijk te maken voor de ouders. Indien voor de ouders de informatie die ze krijgen onvoldoende blijkt te zijn, is deze zowel schriftelijk als mondeling altijd verkrijgbaar. Met uitzondering van persoonlijke dossiers van leraren en leerlingen en specifieke vertrouwelijke stukken zijn alle gegevens ter inzage, bijvoorbeeld het schoolplan, leerlingvolgsysteem, de jaarbalans, enzovoorts. Het is belangrijk dat ouders steeds op de hoogte zijn van de vorderingen van hun kind(eren). Juist in het kader van het NTC-onderwijs is het bovendien noodzakelijk dat ouders en school dezelfde doelen stellen ten aanzien van het te bereiken niveau van taalbeheersing van het Nederlands. Dit heeft alleen kans van slagen, als de ouders zich betrokken en geïnteresseerd tonen en er blijk van geven zich te realiseren dat de thuissituatie in hoge mate bepalend is voor succes in de schoolsituatie. We willen hier graag het belang benadrukken van een constante stimulering in het gebruik van het Nederlands voor alle leerlingen en in het bijzonder bij kinderen voor wie Nederlands niet de eerste taal is. 6.2 Informatievoorziening aan ouders over het onderwijs en de school De school acht het van groot belang om de ouders zo veel mogelijk te informeren over de gang van zaken op school. Minstens één keer per jaar vindt een oudervergadering plaats. Tijdens deze avond krijgt u informatie over alle zaken die met het onderwijs te maken hebben, zoals het gebruik van leermiddelen en de locaties. Na het eerste en tweede rapport worden de ouders uitgenodigd voor een gesprek, waarbij de leraar een toelichting geeft op het rapport. Ouders zijn ook van harte uitgenodigd op de Algemene Ledenvergadering in maart van ieder jaar om hun zegje te doen. 6.3 Ouderactiviteiten Onze school organiseert elk jaar een aantal buitenschoolse activiteiten, waarbij in het kader van de ouderparticipatie de ouders om medewerking wordt gevraagd, zoals het sinterklaasfeest en de jaarlijkse picknick. In sommige gevallen wordt aan ouders gevraagd in de les te lezen met de leerlingen. Participatie van de ouders wordt zeer aangemoedigd, ook worden ouders aangemoedigd zitting te nemen in het bestuur. 6.4 Klachtenregeling Onze school heeft een klachtenregeling. De regeling staat op de website van de school. Wanneer u een klacht heeft over de school of over een medewerker van de school dan kunt u hiervan gebruikmaken. Uitgangspunt van de klachtenregeling is dat klachten, problemen, vragen en dergelijke in eerste instantie worden aangekaart bij degene die direct met de kwestie te maken heeft. Een ouder met bijvoorbeeld een klacht over (het lesgeven van) een leraar, neemt hierover eerst contact op met de desbetreffende leerkracht. Wanneer dit niet tot een bevredigende oplossing leidt, kan contact op worden genomen met het schoolbestuur. Hiermee wordt voorkomen dat de positie van de leraar (oftewel diens gezag in de klas) wordt ondermijnd. Daarnaast schept dit duidelijkheid over de rol en de positie van het schoolbestuur. Bij een klacht wordt er altijd een stappenplan gevolgd. Dat ziet er als volgt uit: Stap 1 De ouders nemen de klacht rechtstreeks op met de leraar. Stap 2 Vinden de ouders en/of leraar geen bevredigende oplossing voor het probleem, dan wordt de directeur van de school ingeschakeld. Deze kan overigens ook al in de eerste stap bij de kwestie
worden betrokken, maar alleen met instemming van een van beide partijen. Ook hier bestaat namelijk het gevaar dat het gezag van de leraar ondermijnd wordt. Stap 3 Indien ook na het overleg met de directeur de kwestie niet bevredigend kan worden opgelost, wordt de zaak voorgelegd aan het schoolbestuur. Dit zal in voortdurend overleg met de directeur de kwestie bezien en hopelijk tot een oplossing kunnen brengen. Mocht de aard van de klacht afhandeling in onderling overleg niet mogelijk maken of heeft de afhandeling niet naar tevredenheid plaatsgevonden, dan wordt een beroep gedaan op de Klachtenregeling Nederlands Onderwijs in het Buitenland. Voor klachten die betrekking hebben op seksuele intimidatie kunt u ook terecht bij de speciaal hiervoor aangestelde vertrouwensinspecteur. Voor Nederlandse scholen in het buitenland is dit het Centraal Meldpunt Vertrouwensinspecteurs: +31 76 52 444 77. U wordt via dit nummer doorgeschakeld naar het meldpunt. Ook zijn gegevens vindt u achterin. 6.5 Inspraak Alhoewel de school in rechtspositionele zin de vorm heeft van een vereniging (Associazione Culturale), wordt systematisch een aantal beslissingen steeds aan de ouderraad dan wel de vergadering van ouders voorgelegd en hebben ouders op de tweejaarlijkse oudervergadering (begin en eind van het schooljaar) gelegenheid inzicht te krijgen in de te nemen besluiten en hierop hun invloed uit te oefenen, deze betreffen de voortgang van de didactische activiteiten en de organisatie ervan en de financiën in algemene zin. Als tijdens de oudervergadering bezwaren worden aangetekend tegen een door het bestuur genomen besluit of er worden nieuwe voorstellen gedaan, dan zal hierover op zijn vroegst in de eerstvolgende bestuursvergadering een besluit worden genomen. In alle gevallen zullen ouders zo snel mogelijk op de hoogte worden gebracht.
Hoofdstuk 7
Kwaliteitszorg
7.1 Activiteiten ter verbetering van het onderwijs in de school en prioriteiten voor het komende jaar Onze school voert een actief kwaliteitsbeleid. De nadruk ligt daarbij op het leren van de kinderen en het onderwijs dat wij geven. Dit kwaliteitsbeleid leggen we telkens voor een periode van vier jaar vast in ons schoolplan. We proberen de kwaliteit van onze school te verbeteren door steeds in de gaten te houden of de kwaliteit nog goed is, het goede te behouden, te kijken wat beter kan en die verbeteringen vast te houden. Hiertoe willen we onder andere gebruik van het leerlingvolgsysteem gebruik gaan maken. Op basis van de resultaten van de leerlingen kijken we of de kwaliteit van het totale onderwijsaanbod op peil blijft. De resultaten die we boeken vindt u in hoofdstuk 8. Aandachtspunten voor het komende jaar zijn het aanschaffen en ontwikkelen van het juiste materiaal voor de verschillende geledingen van onze school. 7.2 Zorg voor de relatie school en omgeving Er is een informeel samenwerkingsverband ontstaan met onze collega's in Rome van NTC 't Kofschip en er zijn goede relaties met de Nederlandse school in Florence.
Hoofdstuk 8
Resultaten van het onderwijs
8.1 Resultaten Sinds 1 augustus 1999 zijn scholen wettelijk verplicht de resultaten van hun onderwijs in de schoolgids te vermelden. De wet bepaalt alleen dat ‘de resultaten die met het onderwijsleerproces worden bereikt en de context waarin de resultaten dienen te worden geplaatst’ in de schoolgids moeten worden opgenomen. In het schooljaar 2014-2015 volgden 35 leerlingen Nederlands onderwijs bij NTC Erasmus. Geen enkele leerling heeft het primair onderwijs afgesloten met de CITO-eindtoets voor Nederlands. De gemiddelde toetsresultaten van het leerlingvolgsysteem worden nu systematisch bijgehouden. Een tweetal leerlingen dat overging naar volledig dagonderwijs in Nederland en NTC-onderwijs elders hebben na vrij korte tijd hun draai gevonden en leerlingen die op andere NTC-scholen terecht komen blijken ook goed mee te kunnen. De domeinen die onze grootste zorg hebben voor richting drie leerlingen zoals woordenschat en mondelinge vaardigheid worden nu systematisch getoetst om objectiever de resultaten vast te kunnen leggen.
Hoofdstuk 9
Praktische zaken
9.1 Schooltijden Alle lessen vinden plaats in Piazza Damiano Chiesa 7, Milaan, op zaterdag van 10.00 tot 13.00 uur. 9.2 Les- en vakantierooster
2015
2016 september 12, 26
januari 9, 23
oktober 3, 17, 31
februari 6, 20
november 14, 28 december 12, 19
april 2, 16, 30 mei 14, 28
maart 5, 19 Zomerkamp in Cascina
Zomerkamp 2 Milaan
Juni 9, 10, 11
Juni 13 – 17
Zomerkamp 3 (Op verzoek) juni 20 - 24
9.3 Naschoolse activiteiten voor kinderen • • •
december 2015 Sinterklaasfeest met Sinterklaas, Zwarte Pieten en veel cadeautjes! Juni 2016 Jaarlijkse picknick als afsluiting van het Zomerkamp in Cascina Koningsspelen 30 april.
9.4 Schoolgeld Hieronder vindt u de tabel voor het schoolgeld voor onze school per schooljaar. Hieruit worden alle noodzakelijke voorzieningen die met de school en het lesgeven te maken hebben betaald, zoals verzekeringen, huur, salarissen, en overheadkosten zoals de bankrekening, de accountant, etc.. Naast het schoolgeld van de ouders ontvangt de school geen subsidie meer van de Nederlandse overheid. Het bestuur geeft op de jaarvergadering voor leden, meestal in april, inzicht in de besteding van de gelden en de financiële situatie van de school. Tijdens de oudervergaderingen geeft de coördinator inzicht in de huidige situatie. Ouderbijdrage primair onderwijs 2014/2015 per schooljaar per leerling: • • •
Leerlingen K&P: €350, 2e kind €300 Leerlingen groep 1 – 3: € 350, 2e kind €300. Leerlingen groep 4 – 8: €375, 2e kind €325. Met inbegrip van het Snappetabonnement voor het lopende schooljaar. Exclusief de aanschaf van de Snappettablet à €100. Deze komt geheel voor rekening van de ouders en wordt dus ook hun eigendom. Prijswijzigingen van Snappet voorbehouden.
In het algemeen is inbegrepen: lesmateriaal zoals boeken en fotokopieën. Niet inbegrepen: verbruiksmateriaal als schriften, pennen, kleurpotloden, etc. Voor leerlingen voortgezet onderwijs wordt op verzoek een bijdrage vastgesteld op basis van het aantal leerlingen en de de kalender. 9.5 Schoolverzekering voor leerlingen Onze school is verzekerd voor de wettelijke aansprakelijkheid (WA) tegenover derden. Het betreft schade die is ontstaan door toedoen of nalaten van leerlingen en leraren. Deze verzekering is van toepassing als de schade niet op een andere wijze gedekt wordt.
Hoofdstuk 10
Namen en adressen
10.1 Van de school Teamleden Michel Dingenouts: Schoolleider en docent primair en voortgezet onderwijs:
[email protected] telefoon: ++393311084695 Anja Iliaens, docent Primair onderwijs Laura Pallavicini, docent primair onderwijs,
[email protected] Postadres: Via Marconi 9, 20090 Vimodrone webstek:: www.erasmusassocult.org e-mailadres:
[email protected] Voorzitter: Annie Demol, e-mail:
[email protected] Penningmeester: Annie Demol, e-mail
[email protected] Secretaris: Giuseppe Giolitti, e-mail
[email protected] 10.2 Van buiten de school Inspecteur primair en voortgezet onderwijs buitenland Rijksinspectiekantoor Breda Postbus 7447 4800 GK Breda T: + 31 76 524 4477 Vertrouwensinspecteur Rijksinspectiekantoor Utrecht Postbus 2730 3500 GS Utrecht T: + 31 30 669 06 00 CNaVT W: www.cnavt.org Stichting NOB Parkweg 20a 2271 AJ Voorburg Nederland T: + 31 70 386 66 46 W: www.stichtingnob.nl E:
[email protected]
Bijlage 1 Vragenlijst voor de ouders over de schoolgids 2015/ 2016 De schoolgids is voor ouders een belangrijke informatiebron over de school van hun kind. Wij willen dan ook graag weten wat u van onze schoolgids vindt. In de volgende schoolgids kunnen we dan rekening houden met uw wensen. We willen u daarom vragen na het lezen van deze schoolgids de volgende vragen te beantwoorden. 1. Wat is uw eerste reactie op onze schoolgids? ................................................................................................................................. .............................................................. ...................................................................
2. Wat vindt u van onze schoolgids in vergelijking met de schoolgidsen van voorgaande jaren? (U kunt deze vraag overslaan indien dit de eerste schoolgids is van onze school die u heeft gelezen.) ................................................................................................................................. .............................................................. ...................................................................
3. Krijgt u door deze schoolgids voldoende informatie over de school? ja/nee Zo nee, kunt u aangeven wat u eventueel nog mist in de schoolgids? ................................................................................................................................. .......... ....................................................................................................................... 4. Is de tekst van de schoolgids voor u helder en duidelijk? ja/nee Zo nee, wat vindt u onduidelijk? ................................................................................................................................. ......... ........................................................................................................................ 5. Klopt het opgeroepen beeld in de schoolgids met uw eigen beeld van de school? ................................................................................................................................. ................. ................................................................................................................ 6. Welke onderdelen kunnen er volgens u uit de gids weggelaten worden? ................................................................................................................................. ............... .................................................................................................................. 7. Heeft u nog tips voor de volgende schoolgids? ................................................................................................................................. .......... ....................................................................................................................... Hartelijk dank voor uw reactie. U kunt dit vragenformulier inleveren bij de leerkracht of coördinator.