VERSLAG STREEKDEBAT Naam organisatie: Naam contactpersoon: Functie: E-mail contactpersoon:
Voka West-Vlaanderen Veerle De Mey Regioverantwoordelijke Zuid-West-Vlaanderen
[email protected]
Datum streekdebat: 6/12/2012
I.
Algemene indruk tijdens het debat Algemene suggesties o De tekst “streekeigen” maken: zowel de formulering van de titel, ambities, doelstellingen en inhoud o Krachtige ambitie formuleren op maat van de regio o Werken aan een wervend en sterk verhaal voor de streek o Meer nadruk op “economische groei en ondernemerschap” Over de titel “Samen grenzen verleggen” o Jonge mensen kennen (letterlijk en figuurlijk) geen grenzen meer. In de geglobaliseerde wereld van vandaag hebben grenzen nog weinig betekenis. o Liever een streekeigen titel zoeken
II.
Beoordeling van de uitdagingen
o “De uitdaging waarvoor we staan” vat alle grote wereldproblemen samen, die voor iedereen en wereldwijd gelden. Ze worden nog al pessimistisch geformuleerd. o “Bouwen op bestaande kwaliteiten”: nuancering van de tekst. Vandaag kiezen jongeren voor de grootsteden. Er heerst een trend van verstedelijking, niet van verlandelijking. De 1
verstedelijking is dus eigenlijk een zege voor onze regio. De aanwezige open ruimte en waterwegen zijn troeven, die we moeten aangrijpen voor een kwalitatieve invulling van onze regio. “Samenwerken over de grenzen”: aanvulling in verband met de Eurometropool. : “Met het streekpact willen we op cruciale thema’s als veiligheid, onderwijs, tewerkstelling, infrastructuur, zorg,…voor de regio een concrete meerwaarde halen uit het verhaal van de Eurometropool”. III.
Beoordeling van de ambities
Ambitie 1 Een wervende regio Ook inzetten op “ondernemerschap” Ook mensen goesting geven om in de regio te studeren en te ondernemen Europa 2020, Vlaanderen Via-pact 2020 (pagina 15) Liever dan kenniseconomie: “kennisgedreven maakeconomie” (cf. Visie Voka 2022 – vertrekkend vanuit het DNA van de regio) Om ondernemers blijvend aan te trekken en hier te houden moet ingezet worden op aantrekkelijke omgevingsfactoren (mobiliteit, ruimte, menselijk kapitaal,…) Ambitie 2 Een duurzame regio Voorstel tot toevoegen van een paragraaf over “groene economie stimuleren” (Vlakwa, Vyncke, Elexys, Enfinity,…). Ambitie 3 Een warme regio We bundelen naast “creatieve en artistieke capaciteit”, ook “ondernemende” capaciteiten. Ook “veilige” regio moet hierbij. Voorstel tot nuancering van de titel “creatie en samen ontwerpen”: samen creëren en ontwerpen
IV.
Beoordeling van de doelstellingen
1) Transformeren naar een kennisgedreven economie: Doel moet zijn: “De toegevoegde waarde van ons economisch weefsel verhogen” Dit kan door: a) Het bestaand economisch weefsel te versterken Aantrekkelijke omgevingsfactoren Geen betutteling Ondernemingen “in de groei” ondersteunen. Bestaande ondernemers helpen om uit te groeien tot Europese kampioenen. Familiaal ondernemerschap stimuleren en ondernemers helpen bij familiale overdracht Ondernemers helpen bij het transformeren, bij het wendbaar blijven Bestaande en nieuwe ondernemersnetwerken stimuleren
2
b) Nieuw ondernemerschap te stimuleren Jong ondernemerschap stimuleren (BRYO, geschikte accommodatie, hen onderbrengen bij bestaande bedrijven, projecten in secundaire scholen: mini-ondernemingen, Master Tew in Ondernemerschap en Innovatie aan de KULAK, ondersteuningsmechanismen voor starters meer transparant maken) De ontwikkeling van nieuwe markten (bijvoorbeeld zorgeconomie, water, gaming, microsoft innovation center, cybersecurity, spin-offs van hogescholen en universiteit) Het maken van slimme producten en diensten met een hogere toegevoegde waarde. Belang van intellectueel eigendom en bescherming van innovatie te duiden Fabriek van de toekomst: o samenwerking stimuleren tussen ondernemers en kennisinstellingen, hogescholen en universiteiten. o stimuleren van ‘gezamenlijk’ ondernemerschap: samenwerking, co-productie, cotransformatie, co-creatie , co-logistiek… o ondernemers en creatievelingen laten samen werken (voorbeeld: Budafabriek) c) titel 1.1: Innovatieve diensten- en maakindustrie Niet maakindustrie, maar maakeconomie. Het streekpact niet verengen tot enkele succes-sectoren in de regio (kunststofverwerking, mechatronica, visualisatie, communicatie- en entertainmenttechnologie). 2) Een gepaste job voor iedereen Titel en inleiding insinueren dat er geen werk zou zijn in de streek. Tegendeel is waar. De regio kampt met een probleem van braindrain. Voorstel: “Naar een menselijke kapitaalsverhoging” luik over onderwijs past beter onder deze noemer. a) Versterking van onderwijs en onderzoek (pagina 24) “Opleidingen die aansluiten op de speerpunten” verruimen naar “opleidingen die aansluiten op de noden van de bedrijfswereld”. Belangrijk in de nauwere samenwerking tussen bedrijven en onderwijs is dat initiatieven niet in verspreide slagorde bij de bedrijven toekomen. Eén regionaal orgaan zou hier de coördinatie kunnen opnemen (bijv. RTC. Er zou kunnen geijverd worden om het toepassingsgebied van RTC (derde graad) uit te breiden (tot en met lager onderwijs bijv.) b) Alerte opvolging (pagina 24) Ook de samenwerking met de universiteiten/ scholen (ook secundair) van de Eurometropool onder de aandacht brengen. In die samenwerking liggen voor Kortrijk immers dé opportuniteiten voor de toekomst.
3
c) Titel 2.2. keuzebegeleiding vanaf het basisonderwijs Kinderen vanaf het 5e leerjaar en later in contact brengen met de ondernemingen uit de brede regio. Dit kan door bedrijfsbezoeken, bedrijfsleiders of managers voor de klas brengen, enz. d) Titel 2.4. Trajectbegeleiding en tewerkstelling van kansengroepen in bedrijven Sociale economie is een onderdeel van de economie, staat niet op zichzelf en kan eigenlijk pas echt floreren als ook de reguliere economie goed draait. Als we de sociale economie willen stimuleren dan moeten we dus vooral zuurstof geven aan de reguliere economie. Doorstroming van sociale economie naar reguliere economie bleek in het verleden niet zeer succesvol. Het lijkt ons beter om meer in te zetten op een goede samenwerking tussen reguliere economie en sociale economie. Inzetten op enclavewerk & supported employment, waardoor reguliere bedrijven kunnen focussen op hun core-business en beschutte en sociale werkplaatsen, dé specialisten op vlak van maatwerk, kunnen zorgen voor de nodige begeleiding. Aan de VDAB/ werkwinkel/lokaal bestuur vragen wij een engagement om mensen die in de werkloosheid raken zo snel mogelijk aan het werk zetten. Te lang werkloos => attitudevermindering, enz. Vicieuze cirkel. Spijtig dat mensen eerst voldoende lang werkloos moeten zijn alvorens men er iets mee doet… e) Verdere uitbouw van de sociale economie Voka stelt voor om de ondertitel te wijzigen in “Zorgen voor een kwalitatieve inbedding van de sociale economie binnen het nieuwe maatwerkdecreet”. Argumenten: nadruk op kwaliteit, eerder dan op kwantiteit nadruk op transparantie en duidelijkheid tegengaan van versnippering zie ook bemerkingen 2.4. Voorbeeldactie: Sinergiek, regionaal partnerschap sociale economieOpletten voor spraakverwarring: Lokale diensteneconomie is slechts een “deeltje” van de sociale economie. De lokale diensteneconomie wordt geregisseerd door de lokale besturen en bestaat enkel uit activiteiten waarvoor geen economische markt bestaat. In de regio Kortrijk gaat het over 126 arbeidsplaatsen in totaal. Daarnaast opereren de Beschutte en Sociale werkplaatsen en andere sociale economiebedrijven (invoeg), die een groot aandeel van de tewerkstelling in de sociale economie op zich nemen (2.038 FTE in arrondissement Kortrijk). Deze laatste zijn bedrijven, die net zoals andere bedrijven, een economisch toegevoegde waarde creëren. In het reguliere circuit zijn zij zowel klant als leverancier. Voka prefereert in deze de initiatieven die een economische meerwaarde genereren. “Sinergiek wil inzetten op: het optimaliseren van de bestaande sociale ondernemingen op het vlak van kwaliteit, HRM, financiële slagkracht, infrastructuur,…”. Vraag is of Sinergiek hiervoor wel de juiste partner is voor die rol en/of desgevallend er hiervoor reeds andere spelers mee bezig zijn in dit werkveld ?
4
“Sinergiek wil inzetten op: het stimuleren van doorstroming van sociale economie naar reguliere economie”. Hoewel dit een nobel doel is, kan dit niet de taak of rol zijn van een overlegorgaan als Sinergiek. bijkomende bemerking over de Lokale Diensteneconomie: Er bestaan op dit vlak in de regio zeer veel verscheidene initiatieven. Het ene is al zinvoller dan het andere. Voka pleit voor bundeling om de versnippering tegen te gaan. f) Verminderen van knelpuntvacatures Ook het uitbouwen van een sterker en aantrekkelijk imago voor werken in onze regio moet helpen om de braindrain tegen te gaan (vb. Join the Kortrijk regio). Het versterken van ons imago mag opgenomen worden als aparte titel/doelstelling.
3) Rijke landschappen en netwerken a) Titel 3.2. Het blauw groene netwerk Dit punt kaderen binnen het grotere Europese verhaal van de Seine-Scheldeverbinding en van meer vervoer over water. Het is binnen deze context dat de verschillende grote infrastructuurwerken op de Leie moeten gezien worden. b) Hergebruiken, verdichten en verdunnen Aanbod bundelen en optimaal benutten: aanmoedigingsbeleid voor reconversie met proactief herbestemmingbeleid; bedrijven stimuleren om overtollige gronden te verkavelen. Deze zaken laten samenvallen met het uitwerken van een mechanisme om dit vlot in de praktijk om te zetten. Werken aan een pragmatisch en snel vergunningenbeleid Meer activiteit per m²: bundelen van bedrijven op campussen of in gebouwen Ruimte “voorbehouden” voor nieuwe bedrijventerreinen (sparen voor later): uitwerken van een gemeenteoverstijgende visie over de noden en het gebruik van bedrijventerreinen in de streek. c) Titel 3.4. Duurzaam mobiliteitsnetwerk Flexibel en hoogfrequent hoogwaardig openbaar vervoer: o
Flexibiliteit in functie van de noden van het bedrijfsleven.
o
Wegwerken van de missing links in de ruimte en in de tijd (snelheid op de langere afstanden (Oostende, brugge, Gent, Brussel, Lille-Parijs en Lille-Londen) en RER bediening op schaal van de regio (Roeselare, Ieper, Lille, Tournai) – Hoog Kortrijk verbinden met de stad en rest regio – bedrijventerreinen beter bereikbaar maken – voldoende parkeerruimte nabij of vlot gelinkt aan stations, ziekenhuizen, Xpo, bedrijventerreinen
d) Titel 3.6. Publieke ruimte voor de gemeenschap Inzetten op hoogwaardige publiek ruimte: statements maken om met onze regio het verschil te maken. Linken aan een sterk imago voor de streek.
5
e) Titel 3.7. Ontwikkelen van een regionaal informatie- en breedbandnetwerk Supersnelle digitale mobiliteit en bereikbaarheid binnen de Eurometropool met: o continuïteit van dataverkeer tot 30 km over de grens o harmonisering van tarieven (gsm en dataroaming) Voorzien van wifi over de hele regio Voorzien van verschillende “bar d’office”, aangename werkplekken met internettoegang.
4) Energietransitie in de regio a) Europese ambitie Streekvisie voor de inplanting van windturbines is niet echt een succes gebleken. Voka pleit voor een “pragmatische” en “pro-actieve” visie met ruimtelijke criteria die minder strikt zijn en waarbij vertrokken wordt vanuit de lokale betrokkenheid door gemeenten en bedrijven. Focus op energie-efficiëntie: met z’n allen minder energie verbruiken.
5) Een creatieve regio die open staat voor de wereld Creativiteit is niet enkel een zaak voor de cultuurwereld. Creativiteit maakt deel uit van ons DNA. Het betekent dat we continu willen vernieuwen, creëren, innoveren. Ook in de bedrijfswereld is creativiteit alom aanwezig en zeer belangrijk. Dit mag in dit hoofdstuk veel meer uitgesproken naar voor komen. Wil de regio Kortrijk uitgroeien tot regio van design en creatie, dan moet dit ook in de harten van de mensen komen. Het mag niet enkel een verhaal zijn van esthetiek, maar ook van functionaliteit. Het mag niet enkel geld kosten, maar het moet ook opbrengen. Op vandaag zien we op dit vlak heel wat versnippering. Bundeling met een maximale betrokkenheid van de bedrijven is hierbij cruciaal. 6) Kwaliteitsvolle zorg door meer samenwerking De tekst is duidelijk geschreven vanuit een zorg- en overheidscontext. Er worden geen duidelijke keuze gemaakt voor de regio: wat zijn nu de concrete noden, sterktes/zwaktes? Waarop spreken we af om echt in te zetten? Staat niet in de tekst. De rol en positie van de ziekenhuizen in de regio wordt in de tekst niet verduidelijkt. Zijn nochtans belangrijke actoren, waarrond zorgpatronen of expertises kunnen georganiseerd worden. Er wordt enkel een algemene insteek geformuleerd rond ketenzorg en mensen langer thuis laten wonen. Dit klopt en is juist. Maar dit geldt voor gans Vlaanderen. Welke beleidskeuzes koppelt de regio er aan? - Sterkere nood aan partnerschappen met bedrijfsleven: In functie daarvan volgende tekstuele aanpassingen:
6
1. Mensen moeten op het juiste ogenblik het zorgaanbod krijgen: “krijgen vervangen door “kunnen kiezen”. 2. Zelfstandigheid en zorg op maat. “Door die keuze om mensen langer thuis te verzorgen, krijgt de residentiële sector te maken met steeds ’zwaardere’ zorgbehoevenden. En tegelijk betekent dit dat de thuiszorgsector en de vrijwilligers te maken krijgen met een toenemende complexiteit”. Toevoegen: Nieuwe methodieken en technologieën kunnen daarbij helpen. Ze spelen een belangrijke ondersteunende rol bij de organisatie van zorg. “De grenzen tussen de thuiszorg en de residentiële zorg vervagen waardoor er meer nood is aan samenwerking” Toevoegen: tussen zorgaanbieders onderling, en ook met spelers in de witte economie. - Er zou moeten verwezen worden naar het plan van de POM inzake witte economie in WestVlaanderen.
V.
Conclusies bij dit ontwerp Streekpact
Wat ontbreekt of onvoldoende aan bod komt:
1. Ondernemend bestuur, een bedrijfsvriendelijk stadsgewest als horizon 1.1. Efficiënte en doortastende besturen Efficiëntieverhoging door "bundeling" (verhaal van sterk besturen) Aantal advies- en overlegorganen halveren en onderwerpen aan kpi’s (o.a. rond design, innovatie, …) Functionele samenwerking tussen gemeentebesturen met o.a. pooling van competenties op streekniveau (van shared services t.e.m. fusioneren) Eén sterk “regionaal” orgaan voor streekontwikkeling Durven keuzes maken Overheden onderwerpen aan KPI’s, meten= weten, benchmarking 1.2. Bedrijfsvriendelijke besturen Vlot aanspreekpunt naar de bedrijven: accountmanager Vlot vergunningenbeleid Minder administratieve lasten en verplichtingen Geen nieuwe fiscaliteit Blijven investeren
2. De Eurometropool De Eurometropool bestaat maar hij moet beginnen leven en meerwaarde afleveren voor de regio. 2. 1. De Eurometropool moet relevant zijn voor burgers en ondernemers uit de regio:
7
Concrete resultaten op cruciale thema's als veiligheid, onderwijs, tewerkstelling, infrastructuur Transparante communicatie en sterke marketing Betrokkenheid aanwakkeren bij burgers en ondernemers 2.2. Eengemaakte markt voor ondernemers, werknemers en studenten Wegwerken van alle reglementaire, juridische en technische belemmeringen Promotie ondernemingsweefsel bij de buren Stimuleren arbeidsmobiliteit Stimuleren onderwijsmobiliteit 2.3. Grenzeloos dataverkeer in de Eurometropool Supersnelle digitale mobiliteit en bereikbaarheid binnen de Eurometropool met: - Continuïteit van dataverkeer tot 30 km - Harmonisering van tarieven (gsm en dataroaming)
2.4. Mobiliteit in de Eurometropool uitbouwen als troef
__________________________________________________________________________________
8