EUROPEES PARLEMENT
2014 - 2019
Commissie vervoer en toerisme
2015/2005(INI) 22.4.2015
AMENDEMENTEN 1 - 306 Ontwerpverslag Wim van de Camp (PE551.935v02-00) De tenuitvoerlegging van het Witboek over vervoer uit 2011; inventarisatie en te nemen maatregelen voor duurzame mobiliteit (2015/2005(INI))
AM\1057939NL.doc
NL
P554.853v01-00 In verscheidenheid verenigd
NL
AM_Com_NonLegReport
PE554.853v01-00
NL
2/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 1 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Visum 1 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien de aanstaande COP21klimaatconferentie van december 2015 in Parijs, Or. en
Amendement 2 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Visum 1 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien het energie-uniepakket "Een kaderstrategie voor een schokbestendige energie-unie met een toekomstgericht beleid inzake klimaatverandering" (COM(2015)0080) en de conclusies van de Europese Raad van oktober 2014 inzake het beleid op het gebied van klimaat en energie tot 2030, Or. en
Amendement 3 Claudia Tapardel, Lucy Anderson, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Visum 1 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien het energie-uniepakket "Een kaderstrategie voor een schokbestendige energie-unie met een toekomstgericht
AM\1057939NL.doc
3/165
PE554.853v01-00
NL
beleid inzake klimaatverandering" (COM(2015)0080), Or. en
Amendement 4 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Visum 2 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien de mededeling van de Commissie aan de Raad inzake "Snelheidsbeperkingen in de Gemeenschap" van 26 januari 1987 (COM(1986)735), Or. en
Amendement 5 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Lucy Anderson, Ismail Ertug Ontwerpresolutie Visum 5 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien de in de conclusies van de Europese Raad van oktober 2014 vastgestelde doelstellingen inzake het beleid op het gebied van klimaat en energie tot 2030, Or. en
Amendement 6 Bas Eickhout, Michael Cramer, Karima Delli Ontwerpresolutie Visum 5 bis (nieuw)
PE554.853v01-00
NL
4/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement – gezien zijn resolutie van 27 september 2011 over de verkeersveiligheid in Europa 2011-2020, Or. en
Amendement 7 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Lucy Anderson, Ismail Ertug Ontwerpresolutie Visum 6 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad getiteld "Het Protocol van Parijs – Een blauwdruk om de wereldwijde klimaatverandering na 2020 tegen te gaan" (COM(2015)0081), Or. en
Amendement 8 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Lucy Anderson, Ismail Ertug Ontwerpresolutie Visum 7 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad getiteld "Samen naar een concurrerend en zuinig stedelijk mobiliteitssysteem" (COM(2013)0913), Or. en
AM\1057939NL.doc
5/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 9 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Visum 8 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien de strategie voor de digitale eengemaakte markt, Or. en
Amendement 10 Claudia Tapardel, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Visum 8 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – gezien de conclusies van de Europese Raad van 23 en 24 oktober 2014 over het klimaat- en energiebeleidskader 2030, Or. en
Amendement 11 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Overweging A Ontwerpresolutie
Amendement
A. overwegende dat in het Witboek vervoer een ambitieuze agenda wordt geformuleerd voor de hervorming van het Europees vervoerssysteem en de invoering van een werkelijke interne Europese vervoersruimte;
A. overwegende dat in het Witboek vervoer een ambitieuze agenda wordt geformuleerd voor de hervorming van het Europees vervoerssysteem en de invoering van een werkelijke interne Europese vervoersruimte, vooral ook met het oog op de aanstaande COP21klimaatonderhandelingen van Parijs in december 2015;
PE554.853v01-00
NL
6/165
AM\1057939NL.doc
Or. en
Amendement 12 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Overweging A bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement A bis. overwegende dat de premissen van onze maatschappij evolueren door de digitalisering, urbanisatie, mondialisering en demografische veranderingen en dat een paradigmaverschuiving in het huidige vervoersbeleid noodzakelijk is als we de uitdagingen van de toekomst het hoofd willen bieden; Or. en
Amendement 13 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Overweging A bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement A bis. overwegende dat vervoer de basis vormt van het vrije verkeer van personen, goederen en diensten waarop de interne markt stoelt; overwegende dat dit vrije verkeer zowel een krachtige integratiefactor van de Unie als een sleutelfactor voor de prestaties van Europese bedrijven en handelszaken is; Or. fr
Amendement 14 Ivo Belet
AM\1057939NL.doc
7/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Overweging B Ontwerpresolutie
Amendement
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5% van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid;
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen, goed is voor zo'n 5% van het BBP en bijdraagt tot het concurrentievermogen en de efficiëntie van de interne markt, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid; Or. en
Amendement 15 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Overweging B Ontwerpresolutie
Amendement
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5 % van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid;
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.)
Or. en
Amendement 16 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Overweging B Ontwerpresolutie
Amendement
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie PE554.853v01-00
NL
B. overwegende dat de vervoers- en logistieke sector een stuwende kracht 8/165
AM\1057939NL.doc
in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5% van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid;
vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5% van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid, evenals bij het stimuleren van bedrijven, waaronder kmo's en startende bedrijven; Or. en
Amendement 17 Luis de Grandes Pascual Ontwerpresolutie Overweging B Ontwerpresolutie
Amendement
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5% van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid;
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5% van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het bevorderen van territoriale cohesie en het genereren van economische groei en werkgelegenheid; Or. es
Amendement 18 Kosma Złotowski Ontwerpresolutie Overweging B Ontwerpresolutie
Amendement
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5% van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid;
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5% van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid en
AM\1057939NL.doc
9/165
PE554.853v01-00
NL
daarom beschermd moet worden tegen de negatieve effecten van de zeer ambitieuze decarbonisatiedoelstellingen die zijn opgenomen in het langetermijnbeleid van de Europese Unie; Or. en
Amendement 19 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Overweging B Ontwerpresolutie
Amendement
B. overwegende dat de vervoerssector een stuwende kracht vormt voor de economie in de EU, werk biedt aan circa 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5% van het BBP, waarmee deze sector de koploper moet blijven bij het genereren van economische groei en werkgelegenheid;
B. overwegende dat de vervoerssector van belang is voor de duurzame ontwikkeling, de economie in de EU, rechtstreeks werk biedt aan 10 miljoen mensen en goed is voor zo'n 5 % van het BBP en overwegende dat er zich een trend aftekent die erop wijst dat vervoer en economische groei losgekoppeld raken van elkaar1; __________________ 1bis zie gegevens van het EEA: http://www.eea.europa.eu/data-andmaps/indicators/transport-emissions-ofgreenhouse-gases/transport-emissions-ofgreenhouse-gases-4 Or. en
Amendement 20 Merja Kyllönen Ontwerpresolutie Overweging B bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement B bis. overwegende dat vervoer een van de belangrijkste vormen van dienstverlening voor de Europese burgers is en de
PE554.853v01-00
NL
10/165
AM\1057939NL.doc
ruggengraat van de concurrentiekracht van Europa vormt, en overwegende dat het een van de invloedrijkste factoren is die de Europese samenhang bevordert; Or. en
Amendement 21 Massimiliano Salini Ontwerpresolutie Overweging B bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement B bis. overwegende dat investeringen in vervoersinfrastructuur positieve effecten sorteren op de economische groei, welvaart en banen scheppen en de handel bevorderen; Or. en
Amendement 22 Salvatore Domenico Pogliese Ontwerpresolutie Overweging B bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement B bis. overwegende dat investeringen in de vervoersinfrastructuur een positief effect hebben op de economische groei, welvaart en werkgelegenheid creëren, en de handel stimuleren; Or. it
Amendement 23 Izaskun Bilbao Barandica
AM\1057939NL.doc
11/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Overweging B bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement B bis. overwegende dat de verzadiging van vervoersmodi ons Europeanen elk jaar 1% van het bbp kost; Or. es
Amendement 24 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging C Ontwerpresolutie
Amendement
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden;
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden, gelet op de dreiging die uitgaat van het feit dat de Aziatische landen op dit moment verantwoordelijk zijn voor het momentum, de investeringen en de innovatie in deze sector; Or. es
Amendement 25 Kosma Złotowski Ontwerpresolutie Overweging C Ontwerpresolutie
Amendement
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft
PE554.853v01-00
NL
12/165
AM\1057939NL.doc
productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden;
productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden onder de sterke druk van ondernemingen in de vervoerssector uit andere delen van de wereld; Or. en
Amendement 26 Merja Kyllönen Ontwerpresolutie Overweging C Ontwerpresolutie
Amendement
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden;
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten; overwegende dat het van essentieel belang is dat de vernieuwing, de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden door zich aan te passen aan de digitalisering, nieuwe bedrijfsmodellen en nieuwe actoren; Or. en
Amendement 27 Henna Virkkunen Ontwerpresolutie Overweging C Ontwerpresolutie
Amendement
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en
AM\1057939NL.doc
13/165
PE554.853v01-00
NL
overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden;
overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden in alle vervoerswijzen; Or. en
Amendement 28 Olga Sehnalová, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Overweging C Ontwerpresolutie
Amendement
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden;
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden in overeenstemming met de Europa 2020strategie; Or. en
Amendement 29 Claudia Tapardel, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Overweging C Ontwerpresolutie
Amendement
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn
PE554.853v01-00
NL
14/165
AM\1057939NL.doc
concurrentiepositie kan vasthouden;
concurrentiepositie kan vasthouden; overwegende dat de Europese normen op dit gebied een succesvol exportproduct zijn en overal ter wereld worden gehanteerd; Or. en
Amendement 30 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Overweging C Ontwerpresolutie
Amendement
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van en de investeringen in het Europese vervoer blijven voortduren, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden;
C. overwegende dat Europa wereldleider is op vervoersgebied, zowel wat betreft productie- als vervoersactiviteiten, en overwegende dat het van essentieel belang is dat de ontwikkeling van het Europese vervoer blijft voortduren en dat in duurzaamheid wordt geïnvesteerd, zodat deze sector zijn concurrentiepositie kan vasthouden; Or. it
Amendement 31 Markus Ferber Ontwerpresolutie Overweging C bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement C bis. overwegende dat in het verslag van de Commissie van 2014 over de stand van de EU-markt voor vervoer over de weg maatregelen voor het concurrentievermogen van de EU-markt voor goederenvervoer zijn vastgesteld, en dat de handhavingsmaatregelen betreffende de duurzame vestiging ten aanzien van de toepassing van
AM\1057939NL.doc
15/165
PE554.853v01-00
NL
vervoersdiensten zijn geharmoniseerd; Or. de
Amendement 32 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging C bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement C bis. overwegende dat een van de hoofddoelen van het witboek zou moeten zijn om mensen en hun rechten als passagier centraal te stellen in het vervoersbeleid; Or. es
Amendement 33 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Overweging D Ontwerpresolutie
Amendement
D. overwegende dat het van groot belang is om alle resterende barrières, technische problemen en belastende administratieve procedures die de verwezenlijking van een volledig geïntegreerd vervoerssysteem belemmeren uit de weg te ruimen;
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.)
Or. en
Amendement 34 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Overweging D
PE554.853v01-00
NL
16/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
D. overwegende dat het van groot belang is om alle resterende barrières, technische problemen en belastende administratieve procedures die de verwezenlijking van een volledig geïntegreerd vervoerssysteem belemmeren uit de weg te ruimen;
D. overwegende dat het van groot belang is om resterende barrières, technische problemen en buitensporige administratieve procedures die de verwezenlijking van beter gecoördineerde vervoerssystemen belemmeren uit de weg te ruimen; Or. fr
Amendement 35 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Overweging D Ontwerpresolutie
Amendement
D. overwegende dat het van groot belang is om alle resterende barrières, technische problemen en belastende administratieve procedures die de verwezenlijking van een volledig geïntegreerd vervoerssysteem belemmeren uit de weg te ruimen;
D. overwegende dat het van groot belang is om alle resterende barrières, technische problemen en belastende administratieve procedures die de verwezenlijking van een volledig geïntegreerd vervoerssysteem belemmeren uit de weg te ruimen en de strijd aan te binden met nieuwe maatregelen van lidstaten die obstakels opwerpen voor het vrije verkeer van goederen en diensten; Or. es
Amendement 36 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging D bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement D bis. overwegende dat investeringen in vervoersinfrastructuur een positief effect hebben op de economische groei, het
AM\1057939NL.doc
17/165
PE554.853v01-00
NL
scheppen van banen en het verbeteren en bevorderen van handelsstromen; Or. es
Amendement 37 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging E Ontwerpresolutie
Amendement
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen;
E. overwegende dat het noodzakelijk is om de voor het trans-Europees vervoersnetwerk (TEN-V) vastgestelde termijnen voor de uitvoering van de prioritaire projecten na te leven, de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden, de vervoersinfrastructuren in de verschillende EU-lidstaten op eenzelfde niveau te brengen en de belemmeringen voor het aantrekken van particuliere investeringen weg te nemen; Or. es
Amendement 38 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Overweging E Ontwerpresolutie
Amendement
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen;
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren en het onderhoud ervan op eenzelfde niveau te brengen;
PE554.853v01-00
NL
18/165
AM\1057939NL.doc
Or. en
Amendement 39 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Overweging E Ontwerpresolutie
Amendement
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen;
E. overwegende dat het, om de totstandkoming van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen; Or. es
Amendement 40 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Overweging E Ontwerpresolutie
Amendement
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen;
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren zo veel mogelijk op eenzelfde niveau te brengen; Or. fr
Amendement 41 Tomasz Piotr Poręba
AM\1057939NL.doc
19/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Overweging E Ontwerpresolutie
Amendement
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen;
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen, vooral die van de oostelijke en westelijke EU-regio's; Or. pl
Amendement 42 Kosma Złotowski Ontwerpresolutie Overweging E Ontwerpresolutie
Amendement
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen;
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-V) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren in de verschillende EU-lidstaten op eenzelfde niveau te brengen, aangezien er grote verschillen bestaan tussen de lidstaten in Oost- en West-Europa; Or. en
Amendement 43 Claudia Tapardel, Georgi Pirinski, Jens Nilsson, Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Overweging E
PE554.853v01-00
NL
20/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen;
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van de centrale EUregio's op efficiënte wijze te verbinden met die van de periferie en de vervoersinfrastructuren en het onderhoud ervan op eenzelfde niveau te brengen; Or. en
Amendement 44 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Overweging E Ontwerpresolutie
Amendement
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen;
E. overwegende dat het, om de ontwikkeling van een succesvol transEuropees vervoersnetwerk (TEN-T) te waarborgen en daarbij geldverspilling als gevolg van te omvangrijke werkzaamheden te vermijden, noodzakelijk is de vervoersnetwerken van alle EU-regio's op efficiënte wijze met elkaar te verbinden en de vervoersinfrastructuren op eenzelfde niveau te brengen en daarbij het milieu en de volksgezondheid terdege te beschermen; Or. it
Amendement 45 Lucy Anderson, Gesine Meissner, Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Overweging E bis (nieuw)
AM\1057939NL.doc
21/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement E bis. overwegende dat multimodale netwerken en de integratie van de verschillende vervoerswijzen en -diensten mogelijk gunstig zijn voor de verbetering van de verbindingen in het passagiers- en vrachtvervoer en de efficiëntie daarvan, zodat koolstofemissies en andere schadelijke uitstoot worden verminderd; Or. en
Amendement 46 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging E bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement E bis. overwegende dat een toenemend aantal nieuwe bedrijven reizigers in contact brengt met bestuurders in netwerken voor gedeeld vervoer; Or. es
Amendement 47 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Overweging E bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement E bis. overwegende dat voor de vervoersinfrastructuren in het algemeen een langetermijnfinanciering nodig is en dat het investeringsniveau onlangs is gedaald als gevolg van een gebrek aan vertrouwen tussen wetgevers, initiatiefnemers van projecten en de financiële sector;
PE554.853v01-00
NL
22/165
AM\1057939NL.doc
Or. fr
Amendement 48 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Overweging F Ontwerpresolutie
Amendement
F. overwegende dat het vervoer haast volledig afhankelijk blijft van fossiele brandstoffen en de enige sector is waarvan de broeikasgasemissies de afgelopen 25 jaar zijn gestegen, en dat deze uitstoot nog meer had kunnen stijgen als de economie niet was ingestort;
F. overwegende dat het vervoer haast volledig afhankelijk blijft van fossiele brandstoffen en de enige sector is waarvan de broeikasgasemissies de afgelopen 25 jaar met 30% zijn gestegen, en dat deze uitstoot nog meer had kunnen stijgen als het transportvolume niet was afgenomen; Or. en
Amendement 49 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Overweging G Ontwerpresolutie
Amendement
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit;
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de afhankelijkheid van het vervoerssysteem van fossiele energiebronnen te doorbreken en dat systeem tegelijkertijd duurzamer en efficiënter te maken; Or. en
Amendement 50 Jens Nilsson Ontwerpresolutie Overweging G
AM\1057939NL.doc
23/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit;
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken om in Europa tot duurzame mobiliteit te komen; Or. en
Amendement 51 Markus Pieper Ontwerpresolutie Overweging G Ontwerpresolutie
Amendement
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit;
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit en zonder dat de kosten toenemen; Or. de
Amendement 52 Merja Kyllönen Ontwerpresolutie Overweging G Ontwerpresolutie
Amendement
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit;
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de energie-efficiëntie van het vervoerssysteem te verbeteren en de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit; Or. en
PE554.853v01-00
NL
24/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 53 Renaud Muselier, Franck Proust Ontwerpresolutie Overweging G Ontwerpresolutie
Amendement
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit;
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te beperken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit, en dit in het kader van de in het Witboek vastgestelde desbetreffende doelstellingen; Or. fr
Amendement 54 Luis de Grandes Pascual Ontwerpresolutie Overweging G Ontwerpresolutie
Amendement
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit;
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid en de milieueffecten van het vervoerssysteem zo veel mogelijk te verminderen zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit; Or. es
Amendement 55 Claudia Tapardel, Georgi Pirinski Ontwerpresolutie Overweging G Ontwerpresolutie
Amendement
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem te doorbreken zonder in te boeten aan efficiëntie en mobiliteit;
G. overwegende dat het dringend noodzakelijk is de olieafhankelijkheid van het vervoerssysteem op kostenefficiënte wijze te doorbreken zonder in te boeten aan
AM\1057939NL.doc
25/165
PE554.853v01-00
NL
concurrentiekracht en mobiliteit; overwegende dat geavanceerde biobrandstoffen (met name biobrandstoffen uit duurzaam afval, reststoffen en restproducten) een nog niet aangesproken potentieel vormen waarmee het Europese vervoerssysteem minder afhankelijk kan worden gemaakt van olie en de broeikasgastuitstoot van de vervoerssector kan worden ingeperkt; Or. en
Amendement 56 Lucy Anderson, Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Overweging G bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement G bis. overwegende dat er vele jaren in de hele EU veel te weinig is geïnvesteerd in infrastructuur voor het openbaar vervoer en dat betere voorzieningen voor voetgangers, bejaarden en passagiers met een beperkte mobiliteit bovendien deel uitmaken van de doelstellingen van de Europese Unie en extra middelen vereisen; Or. en
Amendement 57 Jens Nilsson, Olga Sehnalová, Lucy Anderson, Claudia Tapardel, Soraya Post Ontwerpresolutie Overweging G bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement G bis. overwegende dat dringend een einde moet worden gemaakt aan de structurele genderongelijkheden die de ontwikkeling van de vervoerssector in de
PE554.853v01-00
NL
26/165
AM\1057939NL.doc
EU belemmeren, met name door beter gedifferentieerde statistische gegevens te verzamelen, loonverschillen aan te pakken, te zorgen voor een evenwichtige deelname van vrouwen en mannen aan het besluitvormingsproces en door de gelijke deelname van mannen en vrouwen aan alle vervoersaspecten te bevorderen; Or. en
Amendement 58 Cláudia Monteiro de Aguiar Ontwerpresolutie Overweging H Ontwerpresolutie
Amendement
H. overwegende dat innovatie een belangrijke rol moet spelen bij de ontwikkeling van een modern, efficiënt, duurzaam en gebruikersvriendelijk Europees vervoerssysteem;
H. overwegende dat innovatie en intelligente vervoerssystemen een belangrijke rol moeten spelen bij de ontwikkeling van een modern, efficiënt, duurzaam en gebruikersvriendelijk Europees vervoerssysteem; Or. pt
Amendement 59 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging H Ontwerpresolutie
Amendement
H. overwegende dat innovatie een belangrijke rol moet spelen bij de ontwikkeling van een modern, efficiënt, duurzaam en gebruikersvriendelijk Europees vervoerssysteem;
AM\1057939NL.doc
H. overwegende dat innovatie een belangrijke rol moet spelen bij de ontwikkeling van een modern, efficiënt, duurzaam, interoperabel en gebruikersvriendelijk Europees vervoerssysteem dat ook toegankelijk is voor personen met een handicap of beperkte mobiliteit en anderszins kwetsbare personen; 27/165
PE554.853v01-00
NL
Or. es
Amendement 60 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging H bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement H bis. overwegende dat de lidstaten zich moeten verbinden aan de totstandbrenging van een Europees vervoerssysteem zonder barrières; Or. es
Amendement 61 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Overweging H bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement H bis. overwegende dat er innovatieve technologieën bestaan die het mogelijk maken schone en duurzame energiebronnen te gebruiken in de vervoerssector en met name voor het vervoer over de weg, zoals auto's die op elektriciteit, waterstof of perslucht rijden, en dat deze technologieën moeten worden bevorderd en toegepast; Or. it
Amendement 62 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging H ter (nieuw)
PE554.853v01-00
NL
28/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement H ter. overwegende dat de Europese Commissie de gemeenschappelijke onderneming Shift2Rail als nieuw publiek-privaat partnerschap in de spoorwegsector promoot als coördinerend platform voor onderzoeksactiviteiten met als doel om de komende jaren onderzoek en innovatie in deze sector te bevorderen; Or. es
Amendement 63 Kosma Złotowski Ontwerpresolutie Overweging I Ontwerpresolutie
Amendement
I. overwegende dat een verdere vrijmaking van de markt gepaard moet gaan met hoogwaardige banen en goede werkomstandigheden;
I. overwegende dat een verdere vrijmaking van de markt gepaard moet gaan met hoogwaardige banen en goede werkomstandigheden die de vier vrijheden van de Europese Unie eerbiedigen en rekening houden met de objectieve verschillen in economische ontwikkeling, belastingstelsels, voorschriften van het arbeidsrecht en socialezekerheidsstelsels in de lidstaten; Or. en
Amendement 64 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Overweging I Ontwerpresolutie
Amendement
I. overwegende dat een verdere vrijmaking van de markt gepaard moet gaan met AM\1057939NL.doc
I. overwegende dat een verdere interoperabiliteit gepaard moet gaan met 29/165
PE554.853v01-00
NL
hoogwaardige banen en goede werkomstandigheden;
hoogwaardige banen en goede werkomstandigheden; Or. fr
Amendement 65 Olga Sehnalová, Claudia Tapardel, Lucy Anderson Ontwerpresolutie Overweging I Ontwerpresolutie
Amendement
I. overwegende dat een verdere vrijmaking van de markt gepaard moet gaan met hoogwaardige banen en goede werkomstandigheden;
I. overwegende dat een verdere vrijmaking van de markt gepaard moet gaan met hoogwaardige banen, goede werkomstandigheden en hoogwaardige dienstverlening; Or. en
Amendement 66 Jens Nilsson, Lucy Anderson, Marita Ulvskog Ontwerpresolutie Overweging I Ontwerpresolutie
Amendement
I. overwegende dat een verdere vrijmaking van de markt gepaard moet gaan met hoogwaardige banen en goede werkomstandigheden;
I. overwegende dat een verdere vrijmaking van de markt zal afhangen van de vraag of de EU kan zorgen voor eerlijke concurrentie, hoogwaardige banen en fatsoenlijke werkomstandigheden in alle lidstaten; Or. en
Amendement 67 Jens Nilsson, Olga Sehnalová, Claudia Tapardel, Marita Ulvskog Ontwerpresolutie Overweging I bis (nieuw) PE554.853v01-00
NL
30/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement I bis. overwegende dat de luchtvaartmarkt geconfronteerd wordt met uitdagingen door de toename van oneerlijke handelspraktijken zoals 'goedkope vlaggen' en de toepassing van atypische arbeidsvormen die leiden tot sociale dumping en een negatief effect hebben op de veiligheid van de luchtvaart; Or. en
Amendement 68 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Overweging I bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement I bis. overwegende dat het Juncker-plan met de oprichting van een investeringsfonds de vervoerssector ernstig kan aantasten doordat middelen uit de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen worden gehaald; Or. it
Amendement 69 Cláudia Monteiro de Aguiar Ontwerpresolutie Overweging J Ontwerpresolutie
Amendement
J. overwegende dat de invoering van een werkelijke interne Europese vervoersruimte niet mogelijk is zonder een doeltreffende tenuitvoerlegging van EUwetgeving door de lidstaten;
J. overwegende dat de invoering van een werkelijke interne Europese vervoersruimte niet mogelijk is zonder een doeltreffende tenuitvoerlegging van EUwetgeving door de lidstaten en van een vereenvoudiging van het huidige
AM\1057939NL.doc
31/165
PE554.853v01-00
NL
regelgevingskader, die rechtszekerheid moet bieden bij de toepassing van de wetgeving; Or. pt
Amendement 70 Luis de Grandes Pascual Ontwerpresolutie Overweging J Ontwerpresolutie
Amendement
J. overwegende dat de invoering van een werkelijke interne Europese vervoersruimte niet mogelijk is zonder een doeltreffende tenuitvoerlegging van EUwetgeving door de lidstaten;
J. overwegende dat de invoering van een werkelijke interne Europese vervoersruimte ten bate van de interne markt niet mogelijk is zonder dat grensoverschrijdende infrastructuur wordt voltooid en zonder een doeltreffende tenuitvoerlegging van EU-wetgeving door de lidstaten; Or. es
Amendement 71 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Overweging J Ontwerpresolutie
Amendement
J. overwegende dat de invoering van een werkelijke interne Europese vervoersruimte niet mogelijk is zonder een doeltreffende tenuitvoerlegging van EUwetgeving door de lidstaten;
J. overwegende dat een betere coördinatie van de vervoersnetwerken van de lidstaten niet mogelijk is zonder een betere samenwerking tussen de lidstaten; Or. fr
Amendement 72 Theresa Griffin PE554.853v01-00
NL
32/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Overweging J bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement J bis. overwegende dat het behalen van de doelstellingen van het vervoersbeleid, vooral met betrekking tot de doelmatige monitoring van voorschriften betreffende de gezondheid en veiligheid van werknemers, waaronder chauffeurs in het langeafstandsvervoer, niet mogelijk is zonder storingsvrije radioverbindingen; Or. en
Amendement 73 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging J bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement J bis. overwegende dat de lidstaten herhaaldelijk hebben verzuimd om door de wetgevende EU-instellingen overeengekomen richtlijnen en verordeningen na te leven, hetgeen zelfs tot de inleiding van inbreukprocedures door de Europese Commissie heeft geleid, en dat dit de totstandbrenging van een interne Europese spoorwegruimte en daarmee ook de voltooiing van de interne markt bemoeilijkt; Or. es
Amendement 74 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Overweging J bis (nieuw)
AM\1057939NL.doc
33/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement J bis. overwegende dat het noodzakelijk is de bepalingen betreffende de veiligheid en de rechten van passagiers verder ten uitvoer te leggen; Or. it
Amendement 75 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Overweging J ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement J ter. overwegende dat de niet-naleving van Uniewetgeving het concurrentievermogen van het Europese vervoer in gevaar brengt, gezien de mondiale uitdagingen en de opmars van de Aziatische landen op dit gebied; Or. es
Amendement 76 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Overweging J ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement J ter. overwegende dat uit het laatste verslag van de Commissie over verkeersveiligheid in de Europese Unie1 blijkt dat het aantal dodelijke verkeersslachtoffers in Europa in 2014 met 1 % is gedaald, een veel geringere daling ten opzichte van de gemiddelde daling van 8 % in de voorgaande jaren; __________________ 1 Bron: verslag "Road safety in the
PE554.853v01-00
NL
34/165
AM\1057939NL.doc
European Union" van de Commissie, maart 2015. Or. it
Amendement 77 Georg Mayer, Harald Vilimsky Ontwerpresolutie Paragraaf 1 Ontwerpresolutie
Amendement
1. verwelkomt het voornemen van de Commissie om een tussentijdse evaluatie van het Witboek uit te voeren, waarbij de geboekte vooruitgang beoordeeld wordt en verdere acties worden voorgesteld om de doelstellingen te verwezenlijken; is van mening dat het nog te vroeg is om de effecten te beoordelen van een aantal van de beleidsmaatregelen die getroffen zijn sinds de goedkeuring van het Witboek, maar dat het wel nodig is de tot nu toe bereikte resultaten te inventariseren, om een overzicht te krijgen van de stand van zaken met de tenuitvoerlegging van de 40 initiatieven en 131 actiepunten die in de bijlage zijn opgenomen;
1. neemt nota van het voornemen van de Commissie om een tussentijdse evaluatie van het Witboek uit te voeren, waarbij de geboekte vooruitgang beoordeeld wordt en verdere acties worden voorgesteld om de doelstellingen te verwezenlijken; is van mening dat het nog te vroeg is om de effecten te beoordelen van een aantal van de beleidsmaatregelen die getroffen zijn sinds de goedkeuring van het Witboek, maar dat het wel nodig is de tot nu toe bereikte resultaten te inventariseren, om een overzicht te krijgen van de stand van zaken met de tenuitvoerlegging van de 40 initiatieven en 131 actiepunten die in de bijlage zijn opgenomen; Or. de
Amendement 78 Jacqueline Foster Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt AM\1057939NL.doc
2. herhaalt zijn steun voor de in het Witboek genoemde doelstelling dat de broeikasgasemissies met 60% moeten worden verminderd, maar roept op tot realistische en wetenschappelijk 35/165
PE554.853v01-00
NL
onderbouwde doelstellingen voor een concurrerend en hulpbronnenefficiënt vervoerssysteem dat die doelstelling kan bereiken; benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstelling van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete, realistische en wetenschappelijk onderbouwde maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
Or. en
Amendement 79 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de tien doelstellingen voor een concurrerend, toegankelijk vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken; Or. es
PE554.853v01-00
NL
36/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 80 Renaud Muselier, Franck Proust Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60 % en van de uitstoot met 20 % in de vervoerssector tegen 2030); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken; Or. fr
Amendement 81 Merja Kyllönen Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie ten minste
AM\1057939NL.doc
37/165
PE554.853v01-00
NL
van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete en onmiddellijke maatregelen en initiatieven voor ter versterking, versnelling en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken; Or. en
Amendement 82 Tomasz Piotr Poręba Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen; benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
Or. pl
Amendement 83 Marie-Christine Arnautu
PE554.853v01-00
NL
38/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
2. benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie concrete maatregelen en initiatieven moeten worden voorgesteld ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
Or. fr
Amendement 84 Elżbieta Katarzyna Łukacijewska, Claudia Schmidt Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de
AM\1057939NL.doc
39/165
PE554.853v01-00
NL
inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken zonder de mobiliteit van de samenleving te beperken en zonder de economische ontwikkeling te vertragen; Or. en
Amendement 85 Francesc Gambús Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de tien doelstellingen voor een concurrerend, veilig vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken; Or. es
Amendement 86 Claudia Tapardel, Georgi Pirinski Ontwerpresolutie Paragraaf 2 PE554.853v01-00
NL
40/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden, maar dat er realistische en wetenschappelijk onderbouwde maatregelen en initiatieven moeten worden voorgesteld ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; meent dat de nieuwste sociaaleconomische en technologische ontwikkelingen een uitgebreide effectbeoordeling vereisen om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek passend en toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken; Or. en
Amendement 87 Bas Eickhout, Michael Cramer Ontwerpresolutie Paragraaf 2 Ontwerpresolutie
Amendement
2. herhaalt zijn steun voor de doelstellingen die in het Witboek worden genoemd, alsmede voor de 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssystemen met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en
2. herinnert eraan dat het in zijn resolutie van 2011 ten aanzien van het Witboek vroeg om tegen 2020 de uitstoot van CO2 met 20% te verminderen ten opzichte van de referentiecijfers van 1990; herhaalt zijn steun voor de klimaatdoelstellingen voor 2030 en 2050, alsmede voor de in het Witboek genoemde 10 doelstellingen voor een concurrerend vervoerssysteem met een efficiënt gebruik van hulpbronnen (stappen
AM\1057939NL.doc
41/165
PE554.853v01-00
NL
stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; acht het noodzakelijk om te evalueren in hoeverre de lijst van acties in het Witboek toereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken;
op weg naar een reductie van de broeikasgasemissies met respectievelijk 40% en 60%); benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie het niveau van de doelstellingen van 2011 aangehouden moet worden en stelt concrete maatregelen en initiatieven voor ter versterking en stroomlijning van de inspanningen om die doelstellingen te behalen; meent dat de lijst van acties in het Witboek ontoereikend is om de overkoepelende doelstellingen te bereiken en verzoekt de Commissie om aanvullende maatregelen voor te stellen; Or. en
Amendement 88 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 2 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 2 bis. onderstreept dat er nieuwe regels voor de governance van spoorweginfrastructuurbeheerders nodig zijn, waarin onder meer moet worden bepaald dat het infrastructuurbeheer onafhankelijk moet zijn van de belangen van de overheersende spoorexploitanten, teneinde monopolistische systemen te voorkomen en te zorgen voor gelijke toegang tot infrastructuur, ook voor kleinere exploitanten, kmo's en startende bedrijven; Or. en
Amendement 89 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Paragraaf 2 bis (nieuw) PE554.853v01-00
NL
42/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement 2 bis. vraagt de Commissie om er bij de lidstaten op aan te dringen bepaalde dossiers, zoals het vierde spoorwegpakket en de havenverordening, af te ronden en de EU-wetgeving adequaat toe te passen en af te dwingen; Or. en
Amendement 90 Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 2 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 2 bis. onderstreept het belang van storingsvrije radiofrequenties voor het behalen van de doelstellingen van het Europees vervoersbeleid; vraagt de Commissie om waar nodig het daartoe vereiste regelgevingskader tot stand te brengen; vraagt de lidstaten om toe te zien op de naleving van het bestaande kader; Or. en
Amendement 91 Tomasz Piotr Poręba Ontwerpresolutie Paragraaf 2 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 2 bis. benadrukt dat in het kader van de herziening van het Witboek uit 2011, de doelstelling tot beperking van de broeikasgasemissies in het vervoer een op zichzelf staande prioriteit moet zijn die het Europese vervoerssysteem mede
AM\1057939NL.doc
43/165
PE554.853v01-00
NL
vormgeeft op een wijze die de totstandbrenging van een gemeenschappelijk en geïntegreerd vervoerssysteem niet beperkt; Or. pl
Amendement 92 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Paragraaf 2 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 2 bis. vraagt de Commissie om de inhoud van de drie Witboeken inzake vervoer te vergelijken met de vastgestelde wetgevingsbesluiten en de bijbehorende toewijzingen uit de begroting en om een evaluatie van deze vergelijking bekend te maken; Or. en
Amendement 93 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Paragraaf 2 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 2 ter. vraagt de Commissie om de emissiedoelstellingen in het Witboek te actualiseren in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van 23 en 24 oktober 2014 betreffende het beleidskader voor klimaat en energie in de periode 2020-2030 en om een pakket maatregelen voor te stellen dat de lidstaten zal helpen de vereiste emissievermindering met 30% in nietETS-sectoren en de vervoerssector te realiseren;
PE554.853v01-00
NL
44/165
AM\1057939NL.doc
Or. en
Amendement 94 Georges Bach Ontwerpresolutie Kopje 2 Ontwerpresolutie
Amendement
Algemene beginselen: overschakeling naar andere wijzen van vervoer (modal shift) en co-modaliteit
Algemene beginselen: overschakeling naar andere wijzen van vervoer (modal shift) en duurzame multimodaliteit Or. en
Amendement 95 Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Kopje 2 Ontwerpresolutie
Amendement
Algemene beginselen: overschakeling naar andere wijzen van vervoer (modal shift) en co-modaliteit
Algemene beginselen: co-modaliteit en overschakeling naar andere wijzen van vervoer (modal shift) waar dit wordt bevorderd door fysieke en digitale infrastructuur Or. en
Amendement 96 Maria Grapini Ontwerpresolutie Kopje 2 Ontwerpresolutie
Amendement
Algemene beginselen: overschakeling naar andere wijzen van vervoer (modal shift) en co-modaliteit
Algemene beginselen: overschakeling naar andere wijzen van vervoer (modal shift) en duurzame multimodaliteit
AM\1057939NL.doc
45/165
PE554.853v01-00
NL
Or. ro
Amendement 97 Andor Deli Ontwerpresolutie Paragraaf 3 Ontwerpresolutie
Amendement
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering;
(Niet van toepassing op de Nederlandse versie.)
(Dit amendement heeft geen betrekking op de Engelse versie. De Engelse tekst gebruikt de term "congestion" en niet "bottleneck", zoals in de Hongaarse versie is vertaald.) Or. xm Amendement 98 Ivan Jakovčić Ontwerpresolutie Paragraaf 3 Ontwerpresolutie
Amendement
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende
PE554.853v01-00
NL
46/165
AM\1057939NL.doc
wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering;
wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, lucht-, bodem- en zeevervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering; Or. hr
Amendement 99 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Paragraaf 3 Ontwerpresolutie
Amendement
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering;
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om mobiliteit los te koppelen van mobiliteitsbehoeften en oplossingen en van de negatieve effecten van de huidige vervoerssituatie, zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering; Or. en
Amendement 100 Luis de Grandes Pascual Ontwerpresolutie Paragraaf 3 Ontwerpresolutie
Amendement
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst
AM\1057939NL.doc
47/165
PE554.853v01-00
NL
vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering;
vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer vanzelf zal plaatsvinden als een efficiënte comodaliteit wordt bevorderd, en dat ook de negatieve effecten van mobiliteit, zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering, op die manier zullen worden teruggedrongen; Or. es
Amendement 101 Ramona Nicole Mănescu Ontwerpresolutie Paragraaf 3 Ontwerpresolutie
Amendement
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar een van de instrumenten die kan worden gebruikt om de negatieve effecten van vervoer zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering te verminderen; Or. en
Amendement 102 Gesine Meissner Ontwerpresolutie Paragraaf 3
PE554.853v01-00
NL
48/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering;
3. erkent dat het Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; is zich ervan bewust dat dit overschakelingsbeleid tot dusver nog niet veel heeft opgeleverd; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is; meent dat het noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering; is daarom resoluut voorstander van een vervoersbeleid dat streeft naar een verschuiving in de richting van doeltreffende, duurzame en slimme mobiliteit voor alle wijzen van vervoer; Or. en
Amendement 103 Claudia Tapardel, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 3 Ontwerpresolutie
Amendement
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte,
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de kostenefficiënte overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve
AM\1057939NL.doc
49/165
PE554.853v01-00
NL
luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering;
effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering; Or. en
Amendement 104 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Paragraaf 3 Ontwerpresolutie
Amendement
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer niet een doel op zich is, maar noodzakelijk is om ervoor te zorgen dat mobiliteit niet noodzakelijkerwijs leidt tot negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering;
3. benadrukt dat een duurzaam Europees vervoersbeleid gebaseerd moet zijn op een breed scala aan beleidsinstrumenten gericht op de overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste wijzen van vervoer; wijst erop dat het verplaatsen van het zwaartepunt tussen verschillende wijzen van vervoer tot doel heeft de negatieve effecten zoals verkeersdrukte, luchtvervuiling, lawaai, ongevallen en klimaatverandering weg te nemen;
Or. it
Amendement 105 Peter Lundgren Ontwerpresolutie Paragraaf 3 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 3 bis. benadrukt dat een duurzaam Europees mobiliteitsbeleid oog moet hebben voor de synergieën tussen alle corridors en alle vervoerswijzen en dat het ook rekening moet worden gehouden met overslagplatformen; benadrukt dat mobiliteit moet worden bekeken als een
PE554.853v01-00
NL
50/165
AM\1057939NL.doc
systeem, niet als een verzameling van afzonderlijke vervoerswijzen; Or. en
Amendement 106 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Ismail Ertug, Lucy Anderson, Kathleen Van Brempt Ontwerpresolutie Paragraaf 3 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 3 bis. benadrukt dat de vervoerssector verantwoordelijk is voor ongeveer een kwart van de broeikasgasemissies in de EU en dat deze sector de grootste bijdrage tot die emissies levert van alle sectoren die niet onder het emissiehandelssysteem van de EU (ETS) vallen; Or. en
Amendement 107 Elissavet Vozemberg Ontwerpresolutie Paragraaf 3 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 3 bis. is van mening dat bij de opzet van een omvattend en holistisch Europees beleid voor duurzame mobiliteit aandacht moet worden besteed aan onder meer de synergieën tussen de diverse routes en vervoersmiddelen; daarbij moet worden gezorgd voor een betere toegang tot de havens, en het gebruik van milieuvriendelijke vervoerswijzen, zoals het vervoer over zee, moet worden aangemoedigd; Or. el
AM\1057939NL.doc
51/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 108 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Lucy Anderson, Kathleen Van Brempt, Ismail Ertug Ontwerpresolutie Paragraaf 3 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 3 ter. vraagt de Commissie om rekening te houden met de besluiten van de Europese Raad van oktober 2014 betreffende het beleidskader voor klimaat en energie in de periode 2020-2030 en om het Witboek te herzien en daarbij een streefcijfer voor de vermindering van broeikasgasemissies door het vervoer met 30% in 2030 ten opzichte van de referentiecijfers van 2005 vast te stellen; Or. en
Amendement 109 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Paragraaf 4 Ontwerpresolutie
Amendement
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt
4. is van mening dat de ontwikkeling van verschillende vervoersmodi in het passagiers- en vrachtvervoer en een optimale benutting daarvan afhangen van het bestaan van politieke wil en de uitvoering van Europese, in het wetgevingsproces van de Unie gemaakte afspraken, en dat dit zal zorgen voor interoperabiliteit binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer en tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten zal bevorderen en een soepele verkeersstroom, die gebruikmaakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten, mogelijk maakt, alsmede
PE554.853v01-00
NL
52/165
AM\1057939NL.doc
gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten;
investeringen en het scheppen van banen zal bevorderen; Or. es
Amendement 110 Jörg Leichtfried Ontwerpresolutie Paragraaf 4 Ontwerpresolutie
Amendement
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten;
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een overschakeling naar de minst vervuilende en energiezuinigste vervoerswijzen, aangevuld door een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten; Or. en
Amendement 111 Georges Bach Ontwerpresolutie Paragraaf 4
AM\1057939NL.doc
53/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten;
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een multimodale aanpak waarin duidelijk voorrang wordt verleend aan duurzame vervoerswijzen; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten; Or. en
Amendement 112 Merja Kyllönen Ontwerpresolutie Paragraaf 4 Ontwerpresolutie
Amendement
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op de overschakeling naar de energiezuinigste en duurzaamste vervoerswijzen, aangevuld door een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk
PE554.853v01-00
NL
54/165
AM\1057939NL.doc
logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten;
wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten; Or. en
Amendement 113 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 4 Ontwerpresolutie
Amendement
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten;
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, dat mobiliteit moet worden beschouwd als een holistisch systeem van onderling verbonden vervoerswijzen, en dat het Europees vervoersbeleid daarom moet streven naar de totstandkoming van gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen, op basis van een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten; Or. en
Amendement 114 Ismail Ertug AM\1057939NL.doc
55/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Paragraaf 4 Ontwerpresolutie
Amendement
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten;
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een efficiënte co-modaliteit, waarbij het gebruik van de energiezuinigste en duurzaamste vervoerswijzen waar mogelijk de voorkeur moet krijgen; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten; Or. en
Amendement 115 Claudia Tapardel, Theresa Griffin, Maria Grapini Ontwerpresolutie Paragraaf 4 Ontwerpresolutie
Amendement
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een efficiënte co-modaliteit; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik
4. is van mening dat de ontwikkeling van het passagiers- en vrachtvervoer in hoge mate samenhangt met een doeltreffend gebruik van de verschillende wijzen van vervoer, en dat het Europees vervoersbeleid daarom gebaseerd moet zijn op een multimodale aanpak waarin voorrang wordt verleend aan duurzame
PE554.853v01-00
NL
56/165
AM\1057939NL.doc
van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten;
vervoerswijzen; is van mening dat hiermee een optimaal gebruik van de verschillende wijzen van vervoer bereikt kan worden en interoperabiliteit mogelijk wordt binnen en tussen de verschillende wijzen van vervoer, en dat tevens een duurzamere vervoers- en logistieke keten wordt bevorderd en een soepele verkeersstroom mogelijk wordt gemaakt die gebruik maakt van verschillende vervoerswijzen en knooppunten; Or. en
Amendement 116 Markus Ferber Ontwerpresolutie Paragraaf 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 bis. is van mening dat het goederenvervoer soepeler en duurzamer zal functioneren als er bij vervoersdiensten een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen vrijheid van vestiging en van het vrij verrichten van diensten; Or. de
Amendement 117 Gabriele Preuß, Ismail Ertug Ontwerpresolutie Paragraaf 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 bis. merkt op dat om zo efficiënt mogelijk het hoofd te kunnen bieden aan de verwachte toename van het vrachtverkeer met 40% tegen 2030 en met 80% tegen 2050, en de daaruit
AM\1057939NL.doc
57/165
PE554.853v01-00
NL
voortkomende verkeersdichtheid en filevorming rondom steden en zeehavens, de drempel voor de overgang van vervoer over de weg naar vervoer over het spoor of over het water moet worden weggenomen; Or. de
Amendement 118 Kosma Złotowski Ontwerpresolutie Paragraaf 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 bis. benadrukt dat bij de aandacht voor co-modaliteit in het Europees vervoersbeleid ook rekening moet worden gehouden met de bestaande kloof op het gebied van basisinfrastructuur tussen de lidstaten uit Oost- en West-Europa en dat co-modaliteit moet leiden tot de totstandbrenging van een samenhangend en economisch doelmatig vervoerssysteem dat beantwoordt aan de behoeften van alle burgers van de Europese Unie; Or. en
Amendement 119 Michael Gahler, Werner Kuhn Ontwerpresolutie Paragraaf 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 bis. onderstreept dat Europese hubs Europa verbinden met de rest van de wereld en dat Europa zijn directe verbindingen met alle delen van de wereld moet handhaven door Europese luchtvaartmaatschappijen rechtstreekse
PE554.853v01-00
NL
58/165
AM\1057939NL.doc
vluchten van hun Europese hubs naar bestemmingen overzee te laten aanbieden en door banen en groei in de Europese luchtvaartsector te behouden; benadrukt dat vluchten binnen de EU niet alleen mobiliteit verschaffen aan de interne markt, maar ook een cruciale rol vervullen als aanvoervluchten die de connectiviteit van de EU-hubs in stand houden; is van mening dat het EU-beleid moet zorgen voor een doeltreffend en concurrerend aanvoernet om de Europese hubs te versterken, zodat de kosten dalen tot een wereldwijd concurrerend niveau en eerlijke concurrentie met luchtvaartmaatschappijen uit derde landen wordt gegarandeerd; is van mening dat de EU-lidstaten een samenhangend en gemeenschappelijk beleid nodig hebben om de directe verbindingen tussen Europa, Azië en Afrika met de hubs in de Golfstaten en Turkije niet verder kwijt te raken; verzoekt de Commissie daarom om deze doelstellingen uit te voeren in alle EUwetgeving inzake luchtvaart en ze toe te passen in haar onderhandelingen met derde landen; Or. en
Amendement 120 Tomasz Piotr Poręba Ontwerpresolutie Paragraaf 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 bis. benadrukt dat de verbindingen van de oostelijke EU-regio's met de rest van het EU-vervoersnetwerk nog steeds bijzonder slecht zijn, terwijl de laatste uitbreidingsronde van de EU al relatief lang geleden heeft plaatsgevonden; benadrukt dat vervoersverbindingen
AM\1057939NL.doc
59/165
PE554.853v01-00
NL
cruciaal zijn voor de economische groei en sociale ontwikkeling van de hele regio en voor betere integratie van de gemeenschappelijke markt; Or. pl Amendement 121 Jens Nilsson, Olga Sehnalová, Lucy Anderson, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Paragraaf 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 bis. beschouwt eerlijke en gelijke toegang tot multimodale reis- en verkeersgegevens als een eerste vereiste voor de ontwikkeling van geïntegreerde multimodale reisbiljettenverkoopsystemen; verzoekt de Commissie daarom om de grenzen van de huidige wetgeving te analyseren en voorstellen te doen om bestaande belemmeringen uit de weg te ruimen; Or. en
Amendement 122 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Paragraaf 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 bis. benadrukt dat om de vermelde doelstellingen, initiatieven en acties van het Witboek te realiseren, een concreter beleid en concretere maatregelen nodig zijn, met name een beter toezicht op de naleving van het bestaande beleid; herinnert bij wijze van voorbeeld aan twee van de vele initiatieven uit de bijlage bij het Witboek: initiatief 39 betreffende slimme tarieven en belastingen en
PE554.853v01-00
NL
60/165
AM\1057939NL.doc
initiatief 29 betreffende het berekenen van de koolstofvoetafdruk; Or. en
Amendement 123 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Paragraaf 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 bis. wijst erop dat een van de hoofddoelstellingen van het vervoersbeleid moet zijn om mensen centraal te stellen, waarbij bijzondere aandacht moet worden besteed aan wetgeving inzake passagiersrechten; Or. es
Amendement 124 Gabriele Preuß Ontwerpresolutie Paragraaf 4 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 4 ter. benadrukt dat co-modaliteit als efficiënte combinatie van verschillende vervoersvormen een uitstekende en duurzame manier is om personen en goederen te vervoeren; dringt erop aan dat de politiek met het oog hierop de voorwaarden voor een adequate modale en multimodale infrastructuur moet creëren door opleiding op het gebied van multimodaal vervoer en multimodale logistiek aan te moedigen, de overdracht van vrachtgegevens te verbeteren en zodoende de samenwerking tussen verschillende vervoersvormen mogelijk te maken; dringt er voorts op aan om de
AM\1057939NL.doc
61/165
PE554.853v01-00
NL
belemmeringen voor het multimodaal vervoer weg te nemen; Or. de
Amendement 125 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
Schrappen
Or. fr
Amendement 126 Cláudia Monteiro de Aguiar Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke
PE554.853v01-00
NL
62/165
AM\1057939NL.doc
vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen; roept de lidstaten ertoe op om de economische opbrengsten van de toepassing van deze principes te gebruiken voor de desbetreffende vervoersinfrastructuur; Or. pt
Amendement 127 Peter Lundgren Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijke principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen;
Or. en
Amendement 128 Jörg Leichtfried Ontwerpresolutie Paragraaf 5 AM\1057939NL.doc
63/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijke principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten, met inbegrip van verkeerscongestie, voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen; Or. en
Amendement 129 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijke principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen; vraagt de Commissie om het gebruik van tolsystemen in het wegennet te veralgemenen; Or. en
PE554.853v01-00
NL
64/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 130 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijke principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze, onder meer met de vraag welke vervoerswijze de laagste klimaatveranderingskosten en kosten van niet door verzekeringen gedekte ongevallen met zich meebrengt; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen; is van mening dat het (niet)verplichte karakter, het tijdschema en het kader van de internalisering van de externe kosten de eerlijke concurrentie tussen de vervoerswijzen moeten eerbiedigen; Or. en
Amendement 131 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in
AM\1057939NL.doc
65/165
PE554.853v01-00
NL
de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen; vraagt dat voor de berekening van de kosten en de milieuvervuiling alle reeds bestaande vervoersbelastingen en -heffingen worden meegenomen; vraagt zich af hoe negatief de milieueffecten van de vervoerssector daadwerkelijk zouden zijn als alle uit de vervoerssector afkomstige belastingen en heffingen daadwerkelijk weer in de vervoerssector en de betrokken milieugebieden zouden worden geïnvesteerd (onderhoud van de infrastructuur, overschakeling op milieuvriendelijke systemen, investeringen in verbindingen over spoor en water) in plaats van deze te investeren in gebieden buiten de vervoerssector; Or. de
Amendement 132 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijke principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van
PE554.853v01-00
NL
66/165
AM\1057939NL.doc
concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen, onder meer op het gebied van – waar dat van toepassing is – milieuschadelijke belastingsubsidies; Or. en
Amendement 133 Merja Kyllönen Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijke principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen; vraagt de Commissie om aanbevelingen uit te brengen over de afschaffing van milieuschadelijke belastingsubsidies, bijvoorbeeld voor bedrijfswagens, en over de invoering van fiscale prikkels voor duurzame vervoerswijzen; Or. en
Amendement 134 Elissavet Vozemberg AM\1057939NL.doc
67/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", alsmede van de richtsnoeren en van goede praktijken, en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen; Or. el
Amendement 135 Ramona Nicole Mănescu Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om er op basis van een aantal gemeenschappelijke principes voor te zorgen dat op afstand gebaseerde prijsvorming voor infrastructuur de norm wordt voor alle vervoer over land en zee en te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vrachten passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de
PE554.853v01-00
NL
68/165
AM\1057939NL.doc
verschillende vervoerswijzen te waarborgen; Or. en
Amendement 136 Claudia Tapardel, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 5 Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een gemeenschappelijke, samenhangende en transparante EU-methodiek te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze en de mate waarin enkele externe effecten reeds geïnternaliseerd zijn om dubbele belastingheffing te voorkomen; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen maar intussen ook de concurrentiekracht van alle EU-regio's te handhaven; verzoekt de Commissie om te zorgen voor de storingsvrije werking van de radiofrequenties die nodig zijn voor rekeningrijden en de tenuitvoerlegging van stelsels voor rekeningrijden; Or. en
Amendement 137 Gesine Meissner Ontwerpresolutie Paragraaf 5 AM\1057939NL.doc
69/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijk principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen;
5. verzoekt de Commissie een voorstel in te dienen om op basis van een aantal gemeenschappelijke principes te voorzien in de internalisering van de externe kosten voor alle wijzen van vracht- en passagiersvervoer, rekening houdend met de specifieke kenmerken van elke vervoerswijze; roept op tot het nemen van concrete maatregelen om te zorgen voor een bredere toepassing van de principes "de gebruiker betaalt" en "de vervuiler betaalt", en gelijke voorwaarden voor de verschillende vervoerswijzen te waarborgen; vraagt om de gebruiksheffingen te oormerken voor transportinfrastructuur en de vermindering van door het vervoer veroorzaakte milieuproblemen; Or. en
Amendement 138 Markus Ferber Ontwerpresolutie Paragraaf 5 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 5 bis. dringt er bij de Commissie op aan met een voorstel te komen dat ervoor zorgt dat de lidstaten de inkomsten uit infrastructuurbelastingen volledig gebruiken voor maatregelen die ten goede komen aan de vervoersvorm waarvan het belastinggeld afkomstig is; Or. de
Amendement 139 Ismail Ertug, Bas Eickhout, Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Michael Cramer, Lucy Anderson PE554.853v01-00
NL
70/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 5 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 5 bis. verzoekt de Commissie om in 2016 een voorstel in te dienen tot vaststelling van een Europees kader voor heffingen op basis van afstand, met inbegrip van de volledige internalisering van externe kosten – ook voor personenauto's – en onder vrijwaring van EU-beginselen zoals non-discriminatie, de vervuiler betaalt, gegevens- en privacybescherming, teneinde de bestaande nationale infrastructuurheffingsystemen te harmoniseren en duidelijke richtsnoeren te verstrekken voor mogelijke plannen van lidstaten om in de toekomst een dergelijk systeem op te zetten; benadrukt dat gebruiksheffingen op basis van tijd slechts een overgangsregeling mogen vormen, die geleidelijk moet worden afgeschaft ten gunste van infrastructuurheffingsystemen op basis van afstand; Or. en
Amendement 140 Claudia Tapardel, Georgi Pirinski Ontwerpresolutie Paragraaf 5 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 5 bis. benadrukt dat stedelijke gebieden een zekere mate van soepelheid nodig hebben om hun verplichtingen uit hoofde van het EU-recht na te komen, met volledige eerbiediging van het subsidiariteitsbeginsel en om ervoor te zorgen dat de mobiliteitsoplossingen aan hun specifieke omstandigheden worden aangepast;
AM\1057939NL.doc
71/165
PE554.853v01-00
NL
Or. en
Amendement 141 Bas Eickhout, Michael Cramer, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 5 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 5 bis. verzoekt de Commissie en de lidstaten om de brandstofbelastingen, en dan vooral de dieselbelastingen, te verhogen, milieuschadelijke belastingsubsidies, bijvoorbeeld van bedrijfswagens, af te schaffen en belastingprikkels voor duurzame vervoerswijzen in te voeren, ook in het kader van het Europees Semester; Or. en
Amendement 142 Markus Ferber Ontwerpresolutie Paragraaf 5 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 5 ter. dringt er bij de Commissie op aan met een voorstel te komen dat ervoor zorgt dat de inkomsten uit de invordering van externe kosten uitsluitend worden gebruikt voor maatregelen ter herstelling van de schade waarvoor deze kosten werden ingevorderd; Or. de
Amendement 143 Andor Deli
PE554.853v01-00
NL
72/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, het wegwerken van knelpunten, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde, en acht het met het oog op al deze punten noodzakelijk om proactief de kandidaat-lidstaten die aan een uitbreidingsproces deelnemen, hierbij meer te betrekken en te ondersteunen; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. hu
Amendement 144 Izaskun Bilbao Barandica
AM\1057939NL.doc
73/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
6. benadrukt dat de tenuitvoerlegging van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, met speciale aandacht voor grensoverschrijdende gebieden, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de EU-financiering de komende jaren een weerspiegeling moet vormen van de reële investeringen die nodig zijn om tot 2030 het hoofdnetwerk aan te leggen en dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. es
Amendement 145 Deirdre Clune
PE554.853v01-00
NL
74/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in scheepvaart, havens, spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. en
Amendement 146 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Paragraaf 6
AM\1057939NL.doc
75/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de totstandbrenging van grensoverschrijdende gedeelten, de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. fr
Amendement 147 Lucy Anderson Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het PE554.853v01-00
NL
6. benadrukt dat de voltooiing van het 76/165
AM\1057939NL.doc
Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat projecten voor de tenuitvoerlegging van een kader voor een naadloos multimodaal vervoerssysteem voor passagiers in aanmerking moeten komen voor EUsteun, als integraal onderdeel van de ontwikkeling van een EU-vervoersbeleid in de komende jaren; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. en
Amendement 148 Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Paragraaf 6
AM\1057939NL.doc
77/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de veiligheid van de gebruikers en het onderhoud van de bestaande infrastructuur verbetert; benadrukt voorts dat die projecten de effecten op het milieu zoveel mogelijk moeten beperken, bestand moeten zijn tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en de gebruikers meer veiligheid moeten bieden; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. en
Amendement 149 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 6
PE554.853v01-00
NL
78/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; wijst erop dat wereldwijde concurrenten investeringen in spoorwegvervoer sinds 2014 in hun strategieën centraal stellen, terwijl Europa achterblijft; benadrukt dat de investeringen van de EU in vervoer moeten worden opgevoerd en dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op innovatieve vervoersoplossingen, de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur – met inbegrip van realtime planning- en informatiesystemen – en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat alle EU-steun de werkelijke investeringsbehoeften voor de opbouw van het kernnetwerk tot 2030 moet weerspiegelen en dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. en
AM\1057939NL.doc
79/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 150 Luis de Grandes Pascual Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, met name grensoverschrijdende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen, havens en binnenlandse waterwegen prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. es
Amendement 151 David-Maria Sassoli, Isabella De Monte Ontwerpresolutie Paragraaf 6 PE554.853v01-00
NL
80/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in scheepvaart, havens, spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. en
Amendement 152 Ramona Nicole Mănescu Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van AM\1057939NL.doc
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van 81/165
PE554.853v01-00
NL
de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat EU-steun in de volgende financieringsperiode de werkelijke investeringsbehoeften voor de opbouw van het kernnetwerk tot 2030 moet weerspiegelen en dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. en
Amendement 153 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer PE554.853v01-00
NL
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer 82/165
AM\1057939NL.doc
en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, en met name grensoverschrijdende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. fr
Amendement 154 Marian-Jean Marinescu Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in AM\1057939NL.doc
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in 83/165
PE554.853v01-00
NL
aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in de luchtvaart, spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt; die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. ro
Amendement 155 Elissavet Vozemberg Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale
PE554.853v01-00
NL
84/165
AM\1057939NL.doc
terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen, zeevervoer, havens, scheepvaart en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. el
Amendement 156 Cláudia Monteiro de Aguiar Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering, zoals het EFSI, de
AM\1057939NL.doc
85/165
PE554.853v01-00
NL
spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
investeringen in spoorwegen, vervoer over zee en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die de territoriale en economische samenhang van de meest afgelegen gebieden, en met name van de ultraperifere gebieden, versterkt, die gebruikers meer veiligheid biedt en die het concurrentievermogen van het vervoerssysteem in de Unie bevordert; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. pt
Amendement 157 Claudia Tapardel, Georgi Pirinski Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals en stedelijke knooppunten, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde en op de ontwikkeling en ondersteuning van infrastructuur voor verbindingen met
PE554.853v01-00
NL
86/165
AM\1057939NL.doc
financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
perifere regio's; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in vervoersinfrastructuur moeten stimuleren volgens de duurzame en sociaaleconomische criteria die zijn vastgesteld in de TEN-T-richtsnoeren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden, en vooral die van het secundaire wegennet; Or. en
Amendement 158 Miltiadis Kyrkos Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van
AM\1057939NL.doc
87/165
PE554.853v01-00
NL
financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
financiering de investeringen in zeehavens, spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden, vooral die van het secundaire wegennet; Or. en
Amendement 159 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, waarbij nadrukkelijker moet worden beoordeeld of de werkzaamheden daadwerkelijk noodzakelijk zijn met het oog op de effectieve verkeersstromen, het milieueffect, de volksgezondheid en de bereidheid van de gemeenten en de plaatselijke autoriteiten; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van
PE554.853v01-00
NL
88/165
AM\1057939NL.doc
aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. it
Amendement 160 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 6 Ontwerpresolutie
Amendement
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, de modernisering van bestaande infrastructuur en de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering de investeringen in spoorwegen en binnenlandse waterwegen bij wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die de effecten op het
6. benadrukt dat de voltooiing van het Trans-Europees Vervoersnetwerk een van de voorwaarden blijft voor een duurzamer en doeltreffend vervoerssysteem, alsmede voor een evenwichtiger verdeling van vracht en passagiers tussen de verschillende vervoerswijzen; benadrukt dat bij de selectie van projecten die in aanmerking komen voor EU-steun nadruk moet worden gelegd op de negen Europese corridors en andere onderdelen van het netwerk en op de voltooiing van ontbrekende verbindingen, en met name op grensoverschrijdende trajecten, bottlenecks, de modernisering van bestaande infrastructuur en het interoperabel maken daarvan, alsmede de ontwikkeling van multimodale terminals, met grotere nadruk op de Europese meerwaarde; is van mening dat de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen (CEF) en andere vormen van financiering duurzame vervoersmodi bij
AM\1057939NL.doc
89/165
PE554.853v01-00
NL
milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden;
wijze van prioriteit moeten stimuleren; benadrukt dat medegefinancierde projecten tegemoet moeten komen aan de behoefte aan infrastructuur die ten goede komt aan het concurrentievermogen en de economische en sociale cohesie van de Unie, die de effecten op het milieu zoveel mogelijk beperkt, die bestand is tegen de mogelijke effecten van de klimaatverandering en die gebruikers meer veiligheid biedt; benadrukt tevens dat de bestaande infrastructuur goed onderhouden moet worden; Or. es
Amendement 161 Olga Sehnalová, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Paragraaf 6 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 6 bis. benadrukt dat de kwaliteit van de wegeninfrastructuur, die van directe invloed is op de verkeersveiligheid, in de verschillende EU-lidstaten sterk uiteenloopt en dat meer dan 70% van de ongevallen op de weg met dodelijke afloop in de lidstaten zich voordoen op stedelijke en plattelandswegen; benadrukt dat doeltreffende financiering voor dit soort infrastructuur verder moet worden bevorderd in overeenstemming met de beginselen van de sociale en territoriale samenhang en de doelstelling van duurzaam en veilig vervoer; Or. en
Amendement 162 Markus Pieper
PE554.853v01-00
NL
90/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 6 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 6 bis. vraagt de lidstaten innovatieve fondsmodellen te ontwikkelen om particulier kapitaal in te zetten bij de uitbreiding van grensoverschrijdende vervoersinfrastructuur; stelt met het oog hierop voor belastingen en heffingen uit de vervoerssector (tol, benzineaccijns, motorvoertuigenbelasting) meer te gebruiken voor nationale en internationale fondsmodellen; dringt er bij de lidstaten op aan belastingen en heffingen die uit de vervoerssector afkomstig zijn weer in sterkere mate in te zetten voor de uitbreiding en het onderhoud van vervoersinfrastructuren en meer grensoverschrijdende investeringen door te voeren; Or. de
Amendement 163 Gesine Meissner Ontwerpresolutie Paragraaf 6 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 6 bis. benadrukt dat zeehavens een cruciale functie vervullen omdat zij de multimodale corridors verbinden met de zee; merkt op dat de Europese zeehavens grote investeringsbehoeften hebben om te kunnen inspelen op de verwachte toename van het goederenvervoersvolume en de steeds verder toenemende omvang van schepen, om aanpassingen aan nieuwe milieubehoeften door te voeren en om zich voor te bereiden op de omschakeling op alternatieve brandstoffen in het vervoer en de decarbonisatie van de
AM\1057939NL.doc
91/165
PE554.853v01-00
NL
industrie; hoopt daarom dat de belangrijke rol die in het nieuwe TEN-Tbeleid voor zeehavens is weggelegd verder zal worden bekrachtigd tijdens het uitvoeringsproces; Or. en
Amendement 164 Miltiadis Kyrkos, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Paragraaf 6 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 6 bis. benadrukt de noodzaak om in de cohesielanden vervoersinfrastructuur te ontwikkelen aan de hand van verschillende beleidsmaatregelen en instrumenten van de EU; Or. en
Amendement 165 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Paragraaf 6 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 6 bis. verzoekt de Commissie grondigere controles vooraf en achteraf uit te voeren teneinde het grote aantal fraudegevallen en de betrokkenheid van criminele organisaties bij aanbestedingen waarvan nog steeds sprake is bij de toewijzing van aanzienlijke Europese financiële middelen, terug te dringen; Or. it
PE554.853v01-00
NL
92/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 166 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 6 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 6 ter. dringt erop aan de financiering van de CEF fors te verhogen en de Europese bevoegdheden voor de voorbereiding, tenuitvoerlegging en financiering van transnationale vervoersplannen en infrastructuurprojecten uit te breiden; Or. de
Amendement 167 Georg Mayer, Harald Vilimsky Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het JunckerInvesteringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
Schrappen
Or. de
Amendement 168 Ivo Belet Ontwerpresolutie Paragraaf 7 AM\1057939NL.doc
93/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; benadrukt dat bestaande knelpunten in de infrastructuur in grensoverschrijdende regio's moeten worden weggewerkt; Or. en
Amendement 169 Bogusław Liberadzki Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten die stroken met het vervoersbeleid van de EU, met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; Or. en
Amendement 170 Georges Bach
PE554.853v01-00
NL
94/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op duurzame vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; Or. en
Amendement 171 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen, overeenkomstig de beleidsprioriteiten van de Unie; Or. fr
Amendement 172 Enrico Gasbarra
AM\1057939NL.doc
95/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke, toeristische, ecologische en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn, innovatie en concurrentievermogen; Or. it
Amendement 173 Elżbieta Katarzyna Łukacijewska Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn, concurrentievermogen en territoriale samenhang; Or. en
Amendement 174 Markus Pieper
PE554.853v01-00
NL
96/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; vraagt dat de noodzakelijke EFSI-garanties niet uit de middelen van de CEF worden gehaald, aangezien de middelen van de CEF en de daarmee verbonden wetgevingsbevoegdheden een zwaar bevochten Europese verworvenheid zijn en een uitbreiding van de bevoegdheden van de Unie op het gebied van vervoer vormen; Or. de
Amendement 175 Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van het scheppen van hoogwaardige banen, groei op lange
AM\1057939NL.doc
97/165
PE554.853v01-00
NL
termijn en concurrentievermogen; Or. en
Amendement 176 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op infrastructuurprojecten voor vervoer en logistiek – vooral in industriecentra en stedelijke agglomeraties – met een hoge Europese meerwaarde en een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; onderstreept dat de selectieprocedure voor door het EFSI te financieren projecten transparant moet zijn en dat er relevante belanghebbenden uit de openbare en particuliere sector bij moeten worden betrokken; Or. en
Amendement 177 David-Maria Sassoli, Isabella De Monte Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als PE554.853v01-00
NL
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als 98/165
AM\1057939NL.doc
onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; benadrukt dat investeringen in technologische vervoersprojecten geschikt kunnen zijn om particuliere investeringen aan te trekken en daarom een prioriteit moeten zijn voor het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI); Or. en
Amendement 178 Merja Kyllönen Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten die stroken met de doelstellingen van het Europees vervoersbeleid en die een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde hebben, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; wijst erop dat de opzet van het EFSI niet tot gevolg mag hebben dat financiële middelen van milieuvriendelijker en duurzamer vervoerswijzen verschuiven naar minder duurzame vervoerswijzen; Or. en
AM\1057939NL.doc
99/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 179 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op grensoverschrijdende vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn, concurrentievermogen en een betere grensoverschrijdende verbinding; Or. fr
Amendement 180 Miltiadis Kyrkos Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen, vooral in de landen die het sterkst getroffen zijn door de economische en financiële crisis; Or. en
PE554.853v01-00
NL
100/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 181 Elissavet Vozemberg Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op voor de lidstaten en de EU cruciale vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; Or. el
Amendement 182 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; is in dat verband van mening dat nieuwe financieringswijzen zoals publiek-private partnerschappen en concessies meer aandacht en een ruimere toepassing verdienen;
AM\1057939NL.doc
101/165
PE554.853v01-00
NL
Or. en
Amendement 183 Ramona Nicole Mănescu Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; benadrukt dat investeringen in de energiezuinigste en duurzaamste vervoerswijzen in dit verband voorrang moeten krijgen, aangezien zij het belangrijkste middel zijn om de in het Witboek vastgestelde doelstellingen te behalen; benadrukt dat, als er middelen uit de vervoersbegroting van de CEF worden overgeheveld naar het EFSI, die middelen dan uitsluitend mogen worden bestemd voor investeringen in vervoersinfrastructuur; Or. en
Amendement 184 Lucy Anderson, Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Ismail Ertug, Kathleen Van Brempt Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie 7. benadrukt dat het Europees Fonds voor PE554.853v01-00
NL
Amendement 7. benadrukt dat het Europees Fonds voor 102/165
AM\1057939NL.doc
strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op duurzame vervoersinfrastructuurprojecten die stroken met de doelstellingen van het vervoersbeleid van de EU en die een hoge maatschappelijke, economische en ecologische meerwaarde hebben, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; Or. en
Amendement 185 Claudia Tapardel, Lucy Anderson, Georgi Pirinski, Olga Sehnalová, Jens Nilsson, Maria Grapini Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten die stroken met de doelstellingen van het Europees vervoersbeleid en de TEN-T-prioriteiten voor financiering, een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde hebben, de cohesie bevorderen en gericht zijn op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen in alle regio's van de EU; Or. en
Amendement 186 Maria Grapini AM\1057939NL.doc
103/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op duurzame vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; Or. ro
Amendement 187 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op duurzame vervoersinfrastructuurprojecten die stroken met de doelstellingen van het Europees vervoersbeleid en die een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde hebben en voorrang geven aan projecten met de grootste effecten voor de werkgelegenheid, groei op lange termijn, het concurrentievermogen en het behalen van de Europa 2020doelstellingen; moedigt de Commissie en de lidstaten aan om het EFSI-initiatief volledig af te stemmen op de onlangs vastgestelde CEF- en TEN-Tverordeningen, voorrang te verlenen aan
PE554.853v01-00
NL
104/165
AM\1057939NL.doc
Europese meerwaarde en de externe kosten ten gevolge van de klimaatverandering zoveel mogelijk te beperken; de klemtoon dient te liggen op synergieprojecten en horizontale prioriteiten, zoals vastgesteld in de CEFverordening; Or. en
Amendement 188 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 7 Ontwerpresolutie
Amendement
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen;
7. benadrukt dat het Europees Fonds voor strategische investeringen (EFSI), voorgesteld door de Commissie als onderdeel van het Juncker-Investeringsplan voor Europa, vooral gericht moet zijn op vervoersinfrastructuurprojecten met een hoge maatschappelijke en economische meerwaarde, alsmede op projecten van het trans-Europees vervoersnetwerk en duurzame stedelijke projecten ter bevordering van werkgelegenheid, groei op lange termijn en concurrentievermogen; is in dit verband van mening dat het EFSI complementair moet zijn aan de financieringsfaciliteit voor Europese verbindingen en dat de in beginsel toegewezen begrotingsmiddelen voor de periode 2014-2020 niet mogen worden verminderd; Or. es
Amendement 189 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 7 bis (nieuw) AM\1057939NL.doc
105/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement 7 bis. benadrukt het belang van de voltooiing van de TEN-T-corridors en de tenuitvoerlegging van de jaarlijkse werkplannen van de Europese Commissie met behulp van de financiële ondersteuning van de CEF; wijst erop dat investeringen in de infrastructuur van het EFSI moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met de doelstellingen en criteria van Verordening (EU) nr. 1316/2013 en Verordening (EU) 1315/2013; Or. de
Amendement 190 Georgi Pirinski, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Paragraaf 7 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 7 bis. onderstreept dat sterke coördinatie en complementariteit tussen de verschillende vormen van EU-steun en instrumenten van de EU voor vervoersprojecten (ESIF, CEF, EFSI), en tussen die projecten en projecten in andere sectoren die van invloed zijn op het vervoer uiterst belangrijke voorwaarden zijn om de doelstellingen van het Witboek te behalen en mobiliteit toegankelijk te maken voor alle EUburgers, zodat mobiliteit geen voorrecht is voor de meer ontwikkelde regio's; Or. en
Amendement 191 Bas Eickhout, Michael Cramer, Karima Delli
PE554.853v01-00
NL
106/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 7 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 7 bis. moedigt de Commissie aan om een trans-Europees fietsnetwerk voor te stellen op basis van het EuroVelonetwerk, dat moet worden geïntegreerd in de TEN-T- en CEF-wetgeving, en hiervoor passende medefinanciering in de EU-begroting te reserveren, zoals dit reeds is geformuleerd in de begroting van de Commissie; Or. en
Amendement 192 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Paragraaf 7 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 7 bis. drukt opnieuw zijn steun uit voor de innovatieve financiële instrumenten, die zorgen voor een optimalisering van de overheidsuitgaven door meer particuliere middelen aan te trekken, maar brengt in herinnering dat talrijke vervoersprojecten niet de nodige inkomsten opleveren om uitsluitend van dit type instrumenten te kunnen gebruikmaken en dat ze dus dienen gepaard te gaan van steun in de vorm van subsidies; Or. fr
Amendement 193 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Paragraaf 7 bis (nieuw)
AM\1057939NL.doc
107/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement 7 bis. vraagt de Commissie de TEN-Tnetwerken te herevalueren, om gebieden aan te wijzen die er nu niet onder vallen en waarvan de vervoersmodaliteiten moeten worden uitgebreid, zoals bijvoorbeeld het tracé Ancona-Bari langs de Adriatische Zee in Italië, en om werkzaamheden die onnodig en te duur zijn gebleken, zoals het tracé Turijn-Lyon, ervan uit te sluiten; Or. it
Amendement 194 Elissavet Vozemberg Ontwerpresolutie Paragraaf 7 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 7 bis. onderstreept dat de presentatie van efficiënte en economisch levensvatbare projecten de beste manier is om investeringen in vervoersinfrastructuurprojecten te stimuleren en aan te trekken en aldus de duurzame langetermijnontwikkeling van de sector in kwestie aan te moedigen; Or. el
Amendement 195 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 7 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 7 bis. dringt erop aan dat het EFSI geen negatieve financiële effecten mag hebben
PE554.853v01-00
NL
108/165
AM\1057939NL.doc
op bestaande financieringen van de EU op het gebied van infrastructuur en dat de EFSI-financiering in de jaarlijkse begrotingsprocedure uiterlijk bij de tussentijdse evaluatie van het meerjarig financieel kader in 2016 wordt vastgelegd; benadrukt dat bij de tussentijdse evaluatie een stabiele financiering van het EFSI moet worden gevonden, en dat alle tot dan gebruikte begrotingskredieten bij de tussentijdse evaluatie volledig opnieuw tot stand moeten worden gebracht; Or. de
Amendement 196 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 7 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 7 ter. vraagt dat door het EFSI ontvangen inkomsten en terugbetalingen worden ingezet als aanvullende financiering van spoorwegprojecten van de CEF; Or. de
Amendement 197 Dieter-Lebrecht Koch Ontwerpresolutie Paragraaf 8 Ontwerpresolutie
Amendement
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van
8. benadrukt dat de snelle en tijdige ontwikkeling en toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender en veiliger gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en
AM\1057939NL.doc
109/165
PE554.853v01-00
NL
nieuwe infrastructuur;
onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur; Or. de
Amendement 198 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Paragraaf 8 Ontwerpresolutie
Amendement
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur;
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur; erkent dat storingsvrije radioverbindingen een belangrijke rol spelen bij de realisatie van deze doelstelling; Or. en
Amendement 199 Georges Bach Ontwerpresolutie Paragraaf 8 Ontwerpresolutie
Amendement
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur;
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur en voertuigen mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur; voegt daaraan toe dat intelligente vervoerssystemen bijdragen tot veilig en
PE554.853v01-00
NL
110/165
AM\1057939NL.doc
duurzaam vervoer, en onderstreept dat het belangrijk is om de interoperabiliteit tussen intelligente vervoerssystemen te garanderen om vlotte verkeersstromen tussen vervoerswijzen en knooppunten mogelijk te maken; Or. en
Amendement 200 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Paragraaf 8 Ontwerpresolutie
Amendement
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur;
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur en voertuigen mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur en het milieueffect van vervoer beperkt; Or. fr
Amendement 201 Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Paragraaf 8 Ontwerpresolutie 8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur; AM\1057939NL.doc
Amendement 8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit;
111/165
PE554.853v01-00
NL
Or. en
Amendement 202 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Paragraaf 8 Ontwerpresolutie
Amendement
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur;
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur; is van mening dat het van strategisch belang is dat er geen nieuwe vertragingen optreden bij de tenuitvoerlegging van het Galileo-netwerk of met betrekking tot de investeringen die nodig zijn om breedbandnetwerken aan te leggen; Or. es
Amendement 203 Francesc Gambús Ontwerpresolutie Paragraaf 8 Ontwerpresolutie
Amendement
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur;
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur; wijst er in dit verband op dat het elimineren van bottlenecks in door de Europese
PE554.853v01-00
NL
112/165
AM\1057939NL.doc
Commissie als prioritair aangemerkte spoorwegassen prioriteit moet krijgen; Or. es
Amendement 204 Claudia Tapardel, Jörg Leichtfried, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 8 Ontwerpresolutie
Amendement
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur;
8. benadrukt dat de toepassing van intelligente vervoerssystemen een doeltreffender gebruik van de bestaande infrastructuur en voertuigen mogelijk maakt en zorgt voor bijkomende capaciteit, en bovendien met minder tijd, kosten en onteigening van grond gemoeid gaat dan de aanleg van nieuwe infrastructuur; onderstreept het belang van storingsvrije radioverbindingen bij de toepassing van intelligente vervoerssystemen voor zowel infrastructuur als voertuigen; Or. en
Amendement 205 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 8 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 8 bis. onderstreept het belang van vooruitgang in de ontwikkeling van geïntegreerde multimodale informatie, reisplanning en reisbiljettenverkoopsystemen voor de verbetering van de mobiliteit, de versterking van de concurrentiekracht van de interne markt, het bereiken van een interne Europese vervoersruimte en
AM\1057939NL.doc
113/165
PE554.853v01-00
NL
stimulering van het Europese bedrijfsleven; verzoekt de Commissie om passende regelgeving vast te stellen en een allesomvattend kader te scheppen dat de inspanningen die reeds door de belanghebbenden en de bevoegde autoriteiten worden geleverd, aanmoedigt en vergemakkelijkt; Or. en
Amendement 206 Cláudia Monteiro de Aguiar Ontwerpresolutie Paragraaf 8 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 8 bis. wijst erop dat de positieve effecten op de samenleving van nieuwe vormen van mobiliteit die uitgaan van het model van de deeleconomie, en in het bijzonder van autodelen (ride-sharing), moeten worden onderzocht; acht het belangrijk om beste praktijken uit te wisselen tussen de lidstaten om tot een aanpassing van de regelgeving te komen waarin rekening wordt gehouden met deze platformen voor innovatie van mobiliteit van deur tot deur; Or. pt
Amendement 207 Kosma Złotowski Ontwerpresolutie Paragraaf 8 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 8 bis. benadrukt dat publiek-private partnerschappen, als goed voorbeeld van synergie tussen de economische doeltreffendheid van de particuliere sector
PE554.853v01-00
NL
114/165
AM\1057939NL.doc
en het investeringspotentieel van openbare instellingen, een belangrijkere rol moeten spelen in het investerings- en financieringsproces voor de aanleg en modernisering van vervoersinfrastructuur in de lidstaten; Or. en
Amendement 208 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 8 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 8 bis. moedigt de Commissie aan om in het kader van intelligente vervoerssystemen initiatieven te nemen betreffende de eigendom van voertuiggegevens en na te gaan hoe de veiligheid en doeltreffendheid van het openbaar vervoer kan worden bevorderd, de verkeerscongestie en ondoeltreffende verplaatsingen, zoals de 25-30% lege vrachtwagens op de wegen van de EU, kunnen worden verminderd, terwijl intussen ook de EU-wetgeving betreffende gegevensbescherming en privacy gevrijwaard blijft; Or. en
Amendement 209 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Paragraaf 8 bis (new) Ontwerpresolutie
Amendement 8 bis. onderstreept de strategische rol van de auto-industrie, de scheepvaart en de luchtvaart bij de verwezenlijking van de
AM\1057939NL.doc
115/165
PE554.853v01-00
NL
interne markt en de noodzaak dat deze sectoren fundamentele steun voor onderzoek en innovatie ontvangen; Or. es
Amendement 210 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Paragraaf 8 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 8 bis. roept op om, gezien de toenemende digitalisering in de vervoerssector, de mogelijkheden van het mondiaal satellietnavigatiesysteem Galileo dat binnenkort wordt ingevoerd, optimaal te benutten, om toe te zien op de interoperabiliteit van intelligente vervoerssystemen en om frequenties optimaler te gebruiken; Or. fr
Amendement 211 Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Paragraaf 8 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 8 ter. benadrukt dat duurzame mobiliteit en overschakeling naar andere wijzen van vervoer (modal shift) ook verband houden met het doel van reizen; Or. en
Amendement 212 Merja Kyllönen PE554.853v01-00
NL
116/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 8 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 8 ter. benadrukt dat verbetering van de energie-efficiëntie tot de topprioriteiten van het Europees vervoersbeleid moet behoren; stelt vast dat er een acute behoefte bestaat aan verbetering van de bronnenefficiëntie van het vervoerssysteem in zijn geheel, met het oog op een doeltreffender gebruik van de bestaande capaciteit, een hoger gebruikspercentage van voertuigen en de garantie dat overheidsfinanciering op nationaal en Europees niveau wordt toegewezen aan maatregelen met het grootste effect; Or. en
Amendement 213 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 8 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 8 ter. benadrukt het belang van "plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit" als instrument om de doelstellingen van de EU inzake CO2 -emissies, lawaai, luchtvervuiling en terugdringing van het aantal ongevallen te behalen; benadrukt dat dergelijke plannen moeten worden beschouwd als een eerste voorwaarde voor de EU-financiering van stedelijke vervoersprojecten; Or. en
AM\1057939NL.doc
117/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 214 Andor Deli Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrische en andere milieuvriendelijke vervoersvormen en openbaarvervoerssystemen te stimuleren, terwijl ervoor wordt gezorgd dat de stijgende behoefte aan elektriciteit vooral wordt opgevangen door de invoering van hernieuwbare energiebronnen, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, trolleybussen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. hu
Amendement 215 Jacqueline Foster Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie 9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen PE554.853v01-00
NL
Amendement 9. benadrukt dat het belangrijk is om alternatieve aandrijvingen en brandstoffen, de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen en elektrische fietsen te stimuleren; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; 118/165
AM\1057939NL.doc
(kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 216 Bogusław Liberadzki Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's, bussen en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 217 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de
AM\1057939NL.doc
119/165
PE554.853v01-00
NL
energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de verdere elektrificering van, bij voorrang, spoornetwerken en tramlijnen, en van elektrische auto's, elektrische fietsen en elektrische twee-, drie- en vierwielige voertuigen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 218 Claudia Schmidt, Pavel Svoboda, Georges Bach, Elżbieta Katarzyna Łukacijewska Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische bussen (waaronder trolleybussen), elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 219 Enrico Gasbarra Ontwerpresolutie Paragraaf 9 PE554.853v01-00
NL
120/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch particulier vervoer aan te moedigen door middel van bewustmakingscampagnes, bonussen of regelingen die aankoop aantrekkelijker maken, en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. it
Amendement 220 Gabriele Preuß Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, kleine schepen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te
AM\1057939NL.doc
121/165
PE554.853v01-00
NL
vergroten; Or. de
Amendement 221 Franck Proust, Renaud Muselier Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is elektrische aandrijving en alternatieve en hernieuwbare energie te stimuleren, met name waarvoor Europa een groot technologisch voordeel heeft; betreurt dat deze technologieën nog onvoldoende worden ingezet, met name voor het openbaar vervoer; verzoekt dat ze worden ingezet voor de elektrificering van met name spoornetwerken, tramlijnen en fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; herinnert eraan dat ze moeten worden ingezet op basis van technologische neutraliteit, zodat de meest duurzame technologieën echt op de lange termijn kunnen worden gebruikt Or. fr
Amendement 222 Dominique Riquet Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie 9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en PE554.853v01-00
NL
Amendement 9. benadrukt dat het belangrijk is de alternatieve aandrijfsystemen te 122/165
AM\1057939NL.doc
elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
stimuleren, zoals waterstof, aardgas, biobrandstoffen of elektriciteit; roept in dit kader op tot de ontwikkeling van elektrische openbare-vervoerssystemen zoals tramlijnen of moderne cabinebanen (kabelbanen), tot een sterkere elektrificering van de spoornetwerken en tot een groter gebruik van elektrische kleine vaartuigen, bussen, auto's en fietsen;
Or. fr
Amendement 223 Jens Nilsson Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen), fietsverhuursystemen en carpooling als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vormen van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 224 Olga Sehnalová
AM\1057939NL.doc
123/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, trolleybussen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 225 Luis de Grandes Pascual Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is om het gebruik van alternatieve brandstoffen in het vervoer te stimuleren teneinde de afhankelijkheid van olie geleidelijk te verminderen, de luchtkwaliteit in steden te verbeteren en de afspraken over vermindering van de broeikasgasemissies na te komen; meent in dit verband dat het stimuleren van mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen een belangrijke rol kan spelen, mits dit gepaard gaat met het gebruik van een relevant percentage hernieuwbare energiebronnen; Or. es
PE554.853v01-00
NL
124/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 226 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken;
Or. fr
Amendement 227 Gesine Meissner, Pavel Telička Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, kleine vaartuigen, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm
AM\1057939NL.doc
125/165
PE554.853v01-00
NL
capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 228 Claudia Tapardel, Georgi Pirinski, Maria Grapini, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
9. benadrukt dat het belangrijk is alternatieve aandrijvingen en brandstoffen, met inbegrip van mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen, te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de verdere elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische bussen (trolleybussen), evenals elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 229 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 9 Ontwerpresolutie
Amendement
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen te
9. benadrukt dat het belangrijk is mobiliteit op basis van elektrisch vervoer en elektrische openbaarvervoerssystemen,
PE554.853v01-00
NL
126/165
AM\1057939NL.doc
stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten;
waarbij de elektriciteit afkomstig is van hernieuwbare energiebronnen, te stimuleren, parallel aan de invoering van hernieuwbare energiebronnen in de energiesector, waarbij voorrang wordt gegeven aan de elektrificering van spoornetwerken, tramlijnen, kleine vaartuigen, elektrische auto's en elektrische fietsen; wijst op het potentieel van moderne cabinebanen (kabelbanen) als goedkoop en eenvoudig aan te leggen vorm van vervoer, om de capaciteit van stedelijke openbaarvervoerssystemen te vergroten; Or. en
Amendement 230 Marie-Christine Arnautu Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
Schrappen
Or. fr
AM\1057939NL.doc
127/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 231 Cláudia Monteiro de Aguiar Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet elke lidstaat een doelstelling voor het gebruik van fietsen tot 2025 vaststellen; Or. pt
Amendement 232 Bogusław Liberadzki Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden
PE554.853v01-00
NL
128/165
AM\1057939NL.doc
opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; benadrukt dat deze doelstellingen investeringen vereisen, met name voor het onderhoud van bestaande infrastructuur, en dringt er daarom bij de Commissie op aan om een passende financieringsregeling op te zetten; Or. en
Amendement 233 Andor Deli Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2015 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, met inachtneming van de milieubeschermings- en duurzaamheidsaspecten, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; Or. hu
Amendement 234 Claudia Schmidt, Georges Bach, Pavel Svoboda, Elżbieta Katarzyna Łukacijewska Ontwerpresolutie Paragraaf 10 AM\1057939NL.doc
129/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; benadrukt dat deze doelstellingen enorme investeringen in de stedelijke infrastructuur voor openbaar vervoer vereisen en dringt er daarom bij de Commissie op aan om een passende financieringsregeling op te zetten; Or. en
Amendement 235 Enrico Gasbarra Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers,
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers,
PE554.853v01-00
NL
130/165
AM\1057939NL.doc
fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
fietsers, ouderen en personen met een handicap; is van mening dat tevens de duidelijke doelstelling moet worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen door allereerst uit te gaan van de conclusies van nieuwe plannen over het gebruik van de fiets in steden; Or. it
Amendement 236 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; wijst erop dat het niet de taak van de EU kan zijn bindende quota vast te stellen voor het openbaar vervoer, dat onder de nationale, regionale en lokale bevoegdheden valt; roept de Commissie echter op een beduidend sterkere rol te vervullen bij het bieden van stimulansen, de bevordering van innovatie en de overdracht van op beste praktijken gebaseerde oplossingen en daarbij aanzienlijk meer middelen uit te trekken; Or. de
AM\1057939NL.doc
131/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 237 Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om veilige mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen, gehandicapten en gebruikers van het openbaar vervoer; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; Or. en
Amendement 238 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat de lidstaten ervoor moeten zorgen dat er meer gebruik wordt gemaakt van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit
PE554.853v01-00
NL
132/165
AM\1057939NL.doc
infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten;
Or. de
Amendement 239 Elissavet Vozemberg Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; onderstreept dat voornoemde doelstellingen investeringen vereisen in met name stedelijke openbare infrastructuur, en verzoekt derhalve de Commissie om een toereikend financieringskader tot stand te brengen; Or. el
Amendement 240 Ismail Ertug, Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Lucy Anderson Ontwerpresolutie Paragraaf 10 AM\1057939NL.doc
133/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; onderstreept dat de verwezenlijking van deze doelstellingen passende investeringen vereist, vooral om een consistent onderhoud en een verdere uitbreiding van de infrastructuur voor het openbaar vervoer te garanderen; roept de Commissie daarom op om een investeringsfonds op te richten dat speciaal bedoeld is voor het openbaar vervoer; dringt er bij de lidstaten op aan om passende, langlopende en betrouwbare financieringsmogelijkheden aan te bieden die speciaal bedoeld zijn voor infrastructuurprojecten voor het openbaar vervoer; Or. en
Amendement 241 Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke en plattelandsgebieden niet duidelijk is
PE554.853v01-00
NL
134/165
AM\1057939NL.doc
doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en mensen met een handicap; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; de Commissie dient voor het behalen van deze doelstelling een concreet actieplan op te stellen; Or. en
Amendement 242 Claudia Tapardel, Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; benadrukt dat deze doelstellingen investeringen vereisen, met name voor het betrouwbare en tijdige onderhoud en de aanleg van stedelijke infrastructuur voor het openbaar vervoer,
AM\1057939NL.doc
135/165
PE554.853v01-00
NL
en roept de Commissie daarom op om een passende financieringsregeling op te zetten; Or. en
Amendement 243 Lucy Anderson Ontwerpresolutie Paragraaf 10 Ontwerpresolutie
Amendement
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen;
10. wijst erop dat het gebruik van openbaar vervoer in stedelijke gebieden niet duidelijk is opgenomen als een van de tien doelstellingen in het Witboek; is van mening dat een nieuwe doelstelling moet worden vastgesteld dat het gebruik van het openbaar vervoer in stedelijke gebieden tot aan 2030 moet zijn verdubbeld, waarbij moet worden voorzien in faciliteiten en infrastructuur om mobiliteit van deur tot deur mogelijk te maken voor voetgangers, fietsers, ouderen en gehandicapten; tevens moet de duidelijke doelstelling worden opgenomen dat het gebruik van fietsen tot 2025 moet verdubbelen; roept de Commissie op om te voorzien in een nieuwe en passende financieringsregeling voor de aanleg en het onderhoud van deze stedelijke infrastructuur voor het openbaar vervoer, waarbij aan alle lidstaten de voorwaarde wordt gesteld dat zij plannen voor duurzame stedelijke mobiliteit moeten indienen vooraleer zij in aanmerking komen voor financiering uit de nieuwe of bestaande bronnen van EUsteun; Or. en
Amendement 244 Theresa Griffin, Lucy Anderson PE554.853v01-00
NL
136/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie Paragraaf 10 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 10 bis. benadrukt dat de bevordering van het openbaar vervoer en de wijze waarop het gebruik van het openbaar vervoer in de EU moet worden aangemoedigd tot de prioriteiten van de Commissie dienen te behoren; Or. en
Amendement 245 Georgi Pirinski, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Paragraaf 10 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 10 bis. is van mening dat het belangrijk is om het potentieel van het onderzoek in de sociale wetenschappen te benutten om de voorkeuren en gedragingen van mensen te bestuderen wanneer een nieuwe doelstelling voor stedelijk openbaar vervoer wordt geformuleerd en de desbetreffende projecten voor stedelijke mobiliteit worden uitgewerkt; Or. en
Amendement 246 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy Ontwerpresolutie Paragraaf 10 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 10 bis. benadrukt de sociale dimensie van openbaar vervoer als middel om de
AM\1057939NL.doc
137/165
PE554.853v01-00
NL
territoriale scheiding tussen de stedelijke centra en de perifere gebieden te verkleinen; verzoekt de Commissie om bij de herziening van het Witboek rekening te houden met de rol van de openbaredienstverleningsplichten en de toegankelijkheid van vervoersdiensten om een niet-discriminerende, toegankelijke mobiliteit in de beste omstandigheden te stimuleren; Or. fr
Amendement 247 Dieter-Lebrecht Koch Ontwerpresolutie Paragraaf 11 Ontwerpresolutie
Amendement
11. benadrukt dat gemotoriseerde tweewielige voertuigen (motorfietsen, scooters en brommers) een belangrijke rol spelen bij duurzame mobiliteit, met name in stedelijke gebieden, waar ze bijdragen aan het verminderen van verkeersdrukte en parkeerproblemen en een oplossing bieden voor kleinschalige logistieke problemen; dringt er daarom op aan dat in de vervoerswetgeving en -richtsnoeren van de EU afdoende aandacht wordt besteed aan de specifieke kenmerken en voordelen van deze voertuigen;
11. benadrukt dat gemotoriseerde tweewielige voertuigen (motorfietsen, scooters, brommers en elektrische fietsen) een belangrijke rol spelen bij duurzame mobiliteit, met name in stedelijke gebieden, waar ze bijdragen aan het verminderen van verkeersdrukte en parkeerproblemen en een oplossing bieden voor kleinschalige logistieke problemen; dringt er daarom op aan dat in de vervoerswetgeving en -richtsnoeren van de EU afdoende aandacht wordt besteed aan de specifieke kenmerken en voordelen van deze voertuigen; Or. de
Amendement 248 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 11
PE554.853v01-00
NL
138/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
11. benadrukt dat gemotoriseerde tweewielige voertuigen (motorfietsen, scooters en brommers) een belangrijke rol spelen bij duurzame mobiliteit, met name in stedelijke gebieden, waar ze bijdragen aan het verminderen van verkeersdrukte en parkeerproblemen en een oplossing bieden voor kleinschalige logistieke problemen; dringt er daarom op aan dat in de vervoerswetgeving en -richtsnoeren van de EU afdoende aandacht wordt besteed aan de specifieke kenmerken en voordelen van deze voertuigen;
11. benadrukt dat gemotoriseerde tweewielige voertuigen (motorfietsen, scooters en brommers) een rol spelen bij duurzame mobiliteit, met name in stedelijke gebieden, waar ze bijdragen aan het verminderen van verkeersdrukte en parkeerproblemen en een oplossing bieden voor kleinschalige logistieke problemen; dringt er daarom op aan dat in de vervoerswetgeving en -richtsnoeren van de EU afdoende aandacht wordt besteed aan de specifieke kenmerken en voordelen van deze voertuigen; Or. de
Amendement 249 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Paragraaf 11 Ontwerpresolutie
Amendement
11. benadrukt dat gemotoriseerde tweewielige voertuigen (motorfietsen, scooters en brommers) een belangrijke rol spelen bij duurzame mobiliteit, met name in stedelijke gebieden, waar ze bijdragen aan het verminderen van verkeersdrukte en parkeerproblemen en een oplossing bieden voor kleinschalige logistieke problemen; dringt er daarom op aan dat in de vervoerswetgeving en -richtsnoeren van de EU afdoende aandacht wordt besteed aan de specifieke kenmerken en voordelen van deze voertuigen;
11. benadrukt dat gemotoriseerde tweewielige (motorfietsen, scooters en brommers) en driewielige (elektrische driewielers) voertuigen een belangrijke rol spelen bij duurzame mobiliteit, met name in stedelijke gebieden, waar ze bijdragen aan het verminderen van verkeersdrukte en parkeerproblemen en een oplossing bieden voor kleinschalige logistieke problemen; dringt er daarom op aan dat in de vervoerswetgeving en -richtsnoeren, de homologatiecriteria en de begroting van de EU afdoende aandacht wordt besteed aan de specifieke kenmerken en voordelen van deze voertuigen; is van mening dat als het ontwerp van deze voertuigen gericht is op groepen van personen met een handicap of beperkte mobiliteit, specifieke steun dient te worden verleend;
AM\1057939NL.doc
139/165
PE554.853v01-00
NL
Or. es
Amendement 250 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 11 Ontwerpresolutie
Amendement
11. benadrukt dat gemotoriseerde tweewielige voertuigen (motorfietsen, scooters en brommers) een belangrijke rol spelen bij duurzame mobiliteit, met name in stedelijke gebieden, waar ze bijdragen aan het verminderen van verkeersdrukte en parkeerproblemen en een oplossing bieden voor kleinschalige logistieke problemen; dringt er daarom op aan dat in de vervoerswetgeving en -richtsnoeren van de EU afdoende aandacht wordt besteed aan de specifieke kenmerken en voordelen van deze voertuigen;
11. benadrukt dat door elektriciteit aangedreven tweewielige voertuigen (elektrische fietsen, motorfietsen, scooters en brommers) een belangrijke rol kunnen spelen bij duurzame mobiliteit, met name in stedelijke gebieden, waar ze bijdragen aan het verminderen van de uitlaatgasemissies en geluidsoverlast, verkeersdrukte en parkeerproblemen en een oplossing bieden voor kleinschalige logistieke problemen; dringt er daarom op aan dat in de vervoerswetgeving en richtsnoeren van de EU afdoende aandacht wordt besteed aan de specifieke kenmerken en voordelen van deze voertuigen; Or. en
Amendement 251 Olga Sehnalová, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Paragraaf 11 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 11 bis. roept op tot een betere optimalisatie van de toeleveringsketen in stedelijke gebieden; voertuigen die worden gebruikt voor vrachtvervoer in stedelijke gebieden dragen verhoudingsgewijs zeer sterk bij tot de luchtvervuiling en geluidsoverlast en hebben negatieve gevolgen voor de verkeersdrukte; de stedelijke logistiek
PE554.853v01-00
NL
140/165
AM\1057939NL.doc
dient de optimalisatie van het vervoer en de kostenefficiënte invoering van nieuwe werkwijzen, technologieën en bedrijfsmodellen te bevorderen; een betere selectie van vervoerswijzen en voertuigen kan ervoor zorgen dat een vervoersoplossing optimaal is afgestemd op de specifieke eisen van de zending en de stad in kwestie; Or. en
Amendement 252 Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy Ontwerpresolutie Paragraaf 11 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 11 bis. benadrukt dat het belangrijk is maatregelen te treffen ten gunste van regionale plannen voor de inrichting en uitbreiding van fietsnetwerken in de grote Europese regio's, met name om de burgers bewust te maken van de milieuuitdagingen, het fietsgebruik te populariseren en lawaaihinder, verkeersopstoppingen en milieuverontreiniging in steden te beperken; Or. fr
Amendement 253 Enrico Gasbarra Ontwerpresolutie Paragraaf 12 Ontwerpresolutie 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot AM\1057939NL.doc
Amendement 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot 141/165
PE554.853v01-00
NL
het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen);
het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen en fietsen, met voetgangerszones, gescheiden voetgangersstroken, de "pedibus" en fietsdeelsystemen, openbaar vervoer, carpoolen, het gebruik van intelligente vervoerssystemen (ITS) voor een eenvoudiger beheer van verkeersstromen die de gebruiker ertoe aanzetten het openbaar vervoer te kiezen, P&Rvoorzieningen); Or. it
Amendement 254 Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Paragraaf 12 Ontwerpresolutie 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen);
Amendement 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen); wijst erop dat de eerste voorwaarde voor dergelijke initiatieven is dat er veilige infrastructuur aanwezig is; Or. en
Amendement 255 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 12 PE554.853v01-00
NL
142/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen);
Amendement 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen) en daarbij rekening te houden met de cruciale rol die wordt vervuld door toegang tot digitale informatie voor het plannen van verplaatsingen; roept de Commissie daarom op om voorbeelden van beste praktijken voor de combinatie van diverse vervoerswijzen die in andere stedelijke agglomeraties kunnen worden toegepast vast te stellen; Or. en
Amendement 256 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Paragraaf 12 Ontwerpresolutie 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen);
Amendement 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen), waarbij informatie voor het intermodale gebruik van verschillende vervoerswijzen via slimme vervoerssystemen beschikbaar wordt gesteld; Or. en
AM\1057939NL.doc
143/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 257 Claudia Tapardel, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 12 Ontwerpresolutie 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen);
Amendement 12. benadrukt dat de beschikbaarheid van betere nationale en Europese vervoersgegevens over het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen); Or. en
Amendement 258 Jens Nilsson, Soraya Post Ontwerpresolutie Paragraaf 12 Ontwerpresolutie 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen);
Amendement 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen); is van mening dat de EU-instellingen hun inspanningen om op dit vlak als voorbeeld te fungeren moeten opvoeren; Or. en
PE554.853v01-00
NL
144/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 259 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 12 Ontwerpresolutie 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, carpoolen);
Amendement 12. benadrukt dat het gedrag van gebruikers van het vervoer van wezenlijk belang is voor de ontwikkeling van een duurzamer vervoerssysteem; roept op tot het ontwikkelen van initiatieven om gebruikers, met name jongeren, aan te sporen tot het gebruik van duurzamere vormen van vervoer (lopen, fietsen, openbaar vervoer, autodelen, carpoolen); Or. en
Amendement 260 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 12 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 12 bis. vraagt de Commissie om in haar volgende werkprogramma een EUroutekaart ter bevordering van het fietsgebruik op te nemen; Or. en
Amendement 261 Bas Eickhout, Michael Cramer, Georges Bach, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 12 bis (nieuw)
AM\1057939NL.doc
145/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement 12 bis. benadrukt dat betere vervoersgegevens, vooral over wandelen en fietsen, in de nationale statistieken en de statistieken van Eurostat over de opsplitsing tussen vervoerswijzen nodig zijn om de invloed van interventies te kunnen meten, en verwacht vóór 2018 een wetgevingsvoorstel met die strekking; Or. en
Amendement 262 Kosma Złotowski Ontwerpresolutie Paragraaf 13 Ontwerpresolutie
Amendement
13. roept de Commissie op de situatie in de verschillende lidstaten wat betreft vervoersbedrijven die chauffeurs en passagiers met elkaar in contact brengen (met als belangrijkste voorbeeld Uber) in het oog te houden, en een beoordeling uit te voeren van de legale, sociale en economische gevolgen van de werkzaamheden van dergelijke bedrijven, waarbij indien nodig relevante maatregelen of aanbevelingen kunnen worden opgesteld;
13. roept de Commissie op de situatie in de verschillende lidstaten wat betreft vervoersbedrijven die chauffeurs en passagiers met elkaar in contact brengen (met als belangrijkste voorbeeld Uber) in het oog te houden, en een beoordeling uit te voeren van de legale en economische gevolgen van de werkzaamheden van dergelijke bedrijven, waarbij indien nodig relevante maatregelen of aanbevelingen kunnen worden opgesteld; Or. en
Amendement 263 Henna Virkkunen Ontwerpresolutie Paragraaf 13
PE554.853v01-00
NL
146/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement
13. roept de Commissie op de situatie in de verschillende lidstaten wat betreft vervoersbedrijven die chauffeurs en passagiers met elkaar in contact brengen (met als belangrijkste voorbeeld Uber) in het oog te houden, en een beoordeling uit te voeren van de legale, sociale en economische gevolgen van de werkzaamheden van dergelijke bedrijven, waarbij indien nodig relevante maatregelen of aanbevelingen kunnen worden opgesteld;
13. roept de Commissie op de situatie in de verschillende lidstaten wat betreft vervoersbedrijven die chauffeurs en passagiers met elkaar in contact brengen (met als belangrijkste voorbeeld Uber) in het oog te houden, en een beoordeling uit te voeren van de legale, sociale en economische gevolgen van de werkzaamheden van dergelijke bedrijven, waarbij indien nodig relevante maatregelen of aanbevelingen voor de ontwikkeling van nieuwe innovatieve diensten in Europa kunnen worden opgesteld; Or. en
Amendement 264 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 13 Ontwerpresolutie
Amendement
13. roept de Commissie op de situatie in de verschillende lidstaten wat betreft vervoersbedrijven die chauffeurs en passagiers met elkaar in contact brengen (met als belangrijkste voorbeeld Uber) in het oog te houden, en een beoordeling uit te voeren van de legale, sociale en economische gevolgen van de werkzaamheden van dergelijke bedrijven, waarbij indien nodig relevante maatregelen of aanbevelingen kunnen worden opgesteld;
13. roept de Commissie op de situatie in de verschillende lidstaten wat betreft vervoersbedrijven die chauffeurs en passagiers met elkaar in contact brengen (met als belangrijkste voorbeeld Uber) in het oog te houden, en een beoordeling uit te voeren van de legale, sociale, economische en milieugevolgen van de werkzaamheden van dergelijke bedrijven, waarbij indien nodig relevante maatregelen of aanbevelingen kunnen worden opgesteld, rekening houdend met de bestaande taxidiensten; Or. en
Amendement 265 Claudia Tapardel, Theresa Griffin AM\1057939NL.doc
147/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Paragraaf 13 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 13 bis. roept de Commissie op om passende financiering te garanderen voor het betrouwbare en tijdige onderhoud en de aanleg van stedelijke infrastructuur voor het openbaar vervoer; Or. en
Amendement 266 Ivo Belet Ontwerpresolutie Paragraaf 13 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 13 bis. benadrukt dat het belangrijk is om logistieke opslagplaatsen aan de rand van stedelijke gebieden te vestigen, zodat goederen op gecoördineerde wijze naar hun bestemming kunnen worden vervoerd met behulp van de energiezuinigste vervoerswijzen; Or. en
Amendement 267 Olga Sehnalová, Claudia Tapardel, Lucy Anderson Ontwerpresolutie Paragraaf 13 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 13 bis. roept op tot betere investeringen in diensten voor het openbaar vervoer, met aandacht voor geïntegreerde reisbiljettenverkoop, om in alle agglomeraties van de EU een beter
PE554.853v01-00
NL
148/165
AM\1057939NL.doc
gebruik van het openbaar vervoer tussen de stadscentra en de voorsteden te garanderen; Or. en
Amendement 268 Daniela Aiuto, Rosa D'Amato Ontwerpresolutie Paragraaf 13 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 13 bis. verzoekt de Commissie aandacht te besteden aan goede voorbeelden van duurzame stedelijke mobiliteit die leiden tot versterking van het openbaar vervoer, minder verkeersopstoppingen en verlaging van de tarieven van het openbaar vervoer, zoals in Tallinn, in Estland; Or. it
Amendement 269 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 13 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 13 bis. verzoekt de Commissie om van de lidstaten te eisen dat ze eerlijke concurrentievoorwaarden scheppen voor bedrijven voor gedeeld vervoer en traditionele taxi- en streekvervoersbedrijven wat betreft de eerbiediging van fiscale wetgeving, de naleving van veiligheidsvoorschriften, de verplichting om openbare diensten te verrichten, arbeidsvoorwaarden voor werknemers, enz.;
AM\1057939NL.doc
149/165
PE554.853v01-00
NL
Or. es
Amendement 270 Dieter-Lebrecht Koch Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – inleidende formule Ontwerpresolutie 14. roept met betrekking tot de verkeersveiligheid op tot:
Amendement 14. roept met betrekking tot de verkeersveiligheid op tot verdere maatregelen voor de verwezenlijking van de langetermijnstrategie "Vision Zero": Or. de
Amendement 271 Dieter-Lebrecht Koch Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 Ontwerpresolutie
Amendement
– de goedkeuring van een doelstelling voor 2020 van de vermindering van het aantal ernstig gewonden in het verkeer met 35%, waarvoor een gedetailleerde EU-strategie moet worden ontwikkeld;
– de goedkeuring van een doelstelling voor 2020 van de vermindering van het aantal ernstig gewonden in het verkeer met 40%, waarvoor een gedetailleerde EU-strategie moet worden ontwikkeld; Or. de
Amendement 272 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 Ontwerpresolutie
Amendement
– de goedkeuring van een doelstelling voor 2020 van de vermindering van het aantal
– de goedkeuring van een doelstelling voor 2020 van de vermindering van het aantal
PE554.853v01-00
NL
150/165
AM\1057939NL.doc
ernstig gewonden in het verkeer met 35%, waarvoor een gedetailleerde EU-strategie moet worden ontwikkeld;
ernstig gewonden in het verkeer met 35%, in het kader van de doelstelling om dit aantal tussen 2010 en 2020 met 40% te verminderen, waarvoor een gedetailleerde EU-strategie moet worden ontwikkeld; Or. es
Amendement 273 Jens Nilsson, Olga Sehnalová, Soraya Post Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 Ontwerpresolutie
Amendement
– de goedkeuring van een doelstelling voor 2020 van de vermindering van het aantal ernstig gewonden in het verkeer met 35%, waarvoor een gedetailleerde EU-strategie moet worden ontwikkeld;
– de goedkeuring van een doelstelling voor 2020 van de vermindering van het aantal ernstig gewonden in het verkeer met 35%, waarvoor een gedetailleerde EU-strategie moet worden ontwikkeld, met inbegrip van een nulverkeersongevallenvisie, op basis van het Zweedse model; Or. en
Amendement 274 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – de versterking van maatregelen die ten doel hebben om het aantal dodelijke slachtoffers en gewonden in het verkeer te verminderen, waarbij bijzondere aandacht moet worden geschonken aan de hoofdoorzaken daarvan (rijden onder invloed van alcohol of drugs, te snel rijden, geen gordel dragen, enz.); Or. es
AM\1057939NL.doc
151/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 275 Jörg Leichtfried, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – de goedkeuring van aanvullende verkeersveiligheidsvereisten voor lichte bedrijfswagens (zoals voertuigen uit categorie N1) die met name betrekking moeten hebben op beroepsactiviteiten, zoals de rijtijd, de opleiding van beroepschauffeurs of de plaatsing van snelheidsbegrenzers; Or. en
Amendement 276 Lucy Anderson, Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Ismail Ertug, Kathleen Van Brempt Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – een voorstel om de verordening betreffende de algemene veiligheid (661/2009) en de verordening betreffende bescherming van voetgangers (78/2009) uiterlijk in 2016 te herzien om zo spoedig mogelijk verplichte voorschriften vast te stellen inzake het ontwerp en de veiligheid van vrachtwagencabines, evenals de verplichte toepassing van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en adviserende systemen voor intelligente snelheidsaanpassing (ISA) voor alle voertuigen; Or. en
PE554.853v01-00
NL
152/165
AM\1057939NL.doc
Amendement 277 Georges Bach Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – een voorstel om de verordening betreffende de algemene veiligheid (661/2009) en de verordening betreffende bescherming van voetgangers (78/2009) uiterlijk in 2016 te herzien om zo spoedig mogelijk verplichte voorschriften vast te stellen inzake pilootvensters, botsresultaten en voetgangersbescherming, evenals de verplichte toepassing van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en adviserende systemen voor intelligente snelheidsaanpassing (ISA) voor alle voertuigen; roept de Commissie op om prioriteit te geven aan kwetsbare verkeersdeelnemers; Or. en
Amendement 278 Kosma Złotowski Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – inspanningen om de toepassing van de Richtlijn ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over verkeersveiligheidsgerelateerde verkeersovertredingen uit te breiden naar andere landen, met name buurlanden van de EU en landen van het Oostelijk Partnerschap;
AM\1057939NL.doc
153/165
PE554.853v01-00
NL
Or. en
Amendement 279 Elżbieta Katarzyna Łukacijewska Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 1 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – actie om het verkeersveiligheidsstreefcijfer voor 2020 van minder dan 15 000 dodelijke ongevallen te behalen, met behulp van de invoering en toepassing van kostenefficiënte verkeersveiligheidsmaatregelen op nationaal en EU-niveau; Or. en
Amendement 280 Markus Pieper Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 2 Ontwerpresolutie
Amendement
– de uitbreiding van de vier belangrijkste maatregelen van Richtlijn 2008/96/EG betreffende het beheer van de verkeersveiligheid van weginfrastructuur tot andere delen van het wegennet, met inbegrip van alle delen van snelwegen en wegen op het platteland en in steden; deze uitbreiding kan plaatsvinden bij de herziening van de richtlijn;,
– een controle van de uitbreiding van de belangrijkste maatregelen van Richtlijn 2008/96/EG betreffende het beheer van de verkeersveiligheid van weginfrastructuur tot andere delen van het wegennet; deze uitbreiding kan plaatsvinden bij de herziening van de richtlijn;
Or. de
Amendement 281 Lucy Anderson, Ismail Ertug, Christine Revault D'Allonnes Bonnefoy, Kathleen Van PE554.853v01-00
NL
154/165
AM\1057939NL.doc
Brempt Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 2 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – de vaststelling van prioritaire maatregelen voor kwetsbare verkeersdeelnemers , zoals voorgesteld in het actieplan en vastgesteld door Richtlijn 2010/40/EU betreffende intelligente vervoerssystemen; Or. en
Amendement 282 Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 2 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – erkenning van het feit dat snelheidsbeperkingen een ingrijpende invloed hebben op de vermindering van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers en verkeersslachtoffers met ernstig letsel in de steden, vooral wat betreft kwetsbare verkeersdeelnemers zoals voetgangers en fietsers, en van het feit dat lichte bedrijfswagens de enige bedrijfsvoertuigen zijn die niet zijn uitgerust met een snelheidsbegrenzer; Or. en
Amendement 283 Michael Cramer, Bas Eickhout, Karima Delli Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 2 bis (nieuw)
AM\1057939NL.doc
155/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie
Amendement – erkenning dat een grote meerderheid in het Europees Parlement een sterke aanbeveling heeft goedgekeurd om van 30 km/u de standaardmaximumsnelheid in steden te maken, waarbij steden naar eigen goeddunken mogen bepalen op welke wegen zij andere snelheden toestaan; Or. en
Amendement 284 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 2 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – de indiening bij de medewetgevers van het nieuwe voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad ter facilitering van de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over verkeersveiligheidsgerelateerde verkeersovertredingen; Or. es
Amendement 285 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 3 Ontwerpresolutie – een herziening van de regels inzake opleiding en kwalificaties van beroepschauffeurs;
PE554.853v01-00
NL
Amendement – een herziening van de regels inzake opleiding en kwalificaties van beroepschauffeurs, evenals de bevordering en ontwikkeling van nascholingsprogramma's voor alle 156/165
AM\1057939NL.doc
voertuiggebruikers die hun rijbewijs reeds hebben behaald; Or. en
Amendement 286 Pavel Telička, Martina Dlabajová Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 3 Ontwerpresolutie – een herziening van de regels inzake opleiding en kwalificaties van beroepschauffeurs;
Amendement – een herziening van de opleiding van beroepschauffeurs en van de Richtlijn inzake kwalificaties met het oog op een verduidelijking van de bepalingen daarvan; Or. en
Amendement 287 Izaskun Bilbao Barandica Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 Ontwerpresolutie – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing;
Amendement – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen, systemen voor intelligente snelheidsaanpassing en Ecall; Or. es
Amendement 288 Enrico Gasbarra Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 AM\1057939NL.doc
157/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing;
Amendement – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen, een bandenslijtage-indicator die de automobilist door een verandering van de kleur van het bandenoppervlak op slijtage wijst, en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing; Or. it
Amendement 289 Wim van de Camp Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 Ontwerpresolutie – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing;
Amendement – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing en samenwerkende intelligente vervoerssystemen; Or. en
Amendement 290 Dieter-Lebrecht Koch Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 Ontwerpresolutie – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente PE554.853v01-00
NL
Amendement – de verplichte en systematische inbouw in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van rijhulpsystemen zoals automatische noodremsystemen, systemen voor automatische 158/165
AM\1057939NL.doc
snelheidsaanpassing;
afstandscontrole, waarschuwingssystemen voor het onbedoeld verlaten van de rijstrook, en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing; Or. de
Amendement 291 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 Ontwerpresolutie – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing;
Amendement – bredere toepassing in nieuwe personenauto's, tweewielige motorvoertuigen en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing; Or. es
Amendement 292 Claudia Tapardel, Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 Ontwerpresolutie – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing;
Amendement – bredere toepassing in nieuwe personenauto's en bedrijfsvoertuigen van uitschakelbare innovatieve technologieën zoals automatische noodremsystemen en systemen voor intelligente snelheidsaanpassing; Or. en
AM\1057939NL.doc
159/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 293 Dieter-Lebrecht Koch Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – een voor de gehele EU geharmoniseerde limiet voor de alcoholconcentratie in het bloed, die voor beginnende bestuurders gedurende de eerste twee jaar en voor beroepsmatige bestuurders te allen tijde 0,0‰ moet bedragen; Or. de
Amendement 294 Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – de goedkeuring van voorschriften die voorzien in storingsvrije radioverbindingen aan de hand waarvan toezicht kan worden uitgeoefend op de naleving van de wetgeving inzake verkeersveiligheid en tewerkstelling; Or. en
Amendement 295 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – een herziening van de richtlijn inzake de grensoverschrijdende uitwisseling van informatie over verkeersboetes die de
PE554.853v01-00
NL
160/165
AM\1057939NL.doc
volledige toepassing van inbreukprocedures op niet-ingezeten bestuurders mogelijk maakt; Or. es
Amendement 296 Marian-Jean Marinescu Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – de uitbreiding en toepassing van EUwetgeving inzake slimme wegen; Or. ro
Amendement 297 Bas Eickhout Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – roept de Commissie in dit verband op om de verordening betreffende de algemene veiligheid te herzien, zoals wordt gevraagd in de onlangs goedgekeurde richtlijn inzake gewichten en afmetingen van zware vrachtwagens, samen met de aanstaande voorstellen van het "wegvervoerpakket" dat is aangekondigd voor medio 2016 en de volgende tussentijdse evaluatie van het verkeersveiligheidsprogramma; Or. en
Amendement 298 Theresa Griffin
AM\1057939NL.doc
161/165
PE554.853v01-00
NL
Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – de versterking van de wetgeving betreffende bandenveiligheid en de levensduur van banden in de EU; Or. en
Amendement 299 Dieter-Lebrecht Koch Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – de herziening van de derde rijbewijsrichtlijn, met het oog op de invoering van • een verplichte rijopleiding die is aangepast aan nieuwe voertuigfuncties (rijhulpsystemen), • een tweede fase van het halen van het rijbewijs, • een levenslange verkeerseducatie, • een geschiktheidstest voor de rijvaardigheid, en • een medisch-psychologische test voor personen die overtredingen in het verkeer hebben begaan die verband houden met alcohol, drugs of agressie; Or. de
Amendement 300 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 ter (nieuw)
PE554.853v01-00
NL
162/165
AM\1057939NL.doc
Ontwerpresolutie
Amendement – het nemen van initiatieven om bedrijven mobiliteitsbeheerplannen te laten ontwikkelen die maatregelen voor het verbeteren van de veiligheid in het woonwerkverkeer omvatten; Or. es
Amendement 301 Inés Ayala Sender Ontwerpresolutie Paragraaf 14 – streepje 4 quater (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement – maatregelen om het aantal ongevallen onder kwetsbare gebruikers te verminderen, in het bijzonder onder gebruikers van tweewielige voertuigen, voetgangers in stedelijke gebieden en oudere bestuurders; Or. es
Amendement 302 Claudia Tapardel, Georgi Pirinski, Olga Sehnalová, Theresa Griffin Ontwerpresolutie Paragraaf 14 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 14 bis. roept de Commissie op om te erkennen dat het verstrekken van reisinformatie en reisplanningen bijdraagt tot de verkeersveiligheid door alternatieven in vervoerswijze en routekeuze te bevorderen; Or. en
AM\1057939NL.doc
163/165
PE554.853v01-00
NL
Amendement 303 Olga Sehnalová, Jens Nilsson, Claudia Tapardel Ontwerpresolutie Paragraaf 14 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 14 bis. benadrukt dat verkeersveiligheid gepaard gaat met respectvol gedrag van weggebruikers, dat dient te worden erkend en bevorderd als een vorm van eerbied voor het menselijk leven; wijst erop dat opvoeding in het gezin en het schoolonderwijs een belangrijke rol spelen bij het behalen van de nulongevallendoelstelling; Or. en
Amendement 304 Dieter-Lebrecht Koch Ontwerpresolutie Paragraaf 14 bis (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 14 bis. pleit met het oog op het universele grondrecht van individuele mobiliteit, met name voor personen met een handicap en ouderen, voor meer investeringen in onderzoek en ontwikkeling op het gebied van geschikte rijhulpsystemen; Or. de
Amendement 305 Claudia Tapardel, Georgi Pirinski, Olga Sehnalová Ontwerpresolutie Paragraaf 14 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 14 ter. roept op tot een herziening van
PE554.853v01-00
NL
164/165
AM\1057939NL.doc
Verordening (EG) nr. 661/2009 betreffende de algemene veiligheid; Or. en
Amendement 306 Olga Sehnalová, Jens Nilsson Ontwerpresolutie Paragraaf 14 ter (nieuw) Ontwerpresolutie
Amendement 14 ter. benadrukt dat hoewel er reeds substantiële vooruitgang is geboekt op dit gebied, er nog steeds veel moet worden gedaan om het aantal verkeersdoden tot nul te laten dalen; merkt op dat er nog altijd grote verschillen bestaan tussen de verkeersveiligheidscijfers van de verschillende lidstaten; Or. en
AM\1057939NL.doc
165/165
PE554.853v01-00
NL