1. WANNEER ELKE SECONDE TELT
Basale reanimatie: beademing en hartmassage bij baby’s en kinderen
volgens de Richtlijnen 2006 van de Nederlandse Reanimatie Raad, de NRR
2. DE NORMALE SITUATIE
Longen en ademhaling zorgen voor opname van zuurstof in het bloed en afvoer van koolzuur.
Hart en bloedsomloop (circulatie) zorgen voor zuurstof en andere voedingsstoffen.
3. Als het mis gaat
Bij baby’s en kinderen is een ademhalingsprobleem de meest voorkomende oorzaak van een hartstilstand.
Snelle reanimatie leidt tot een betere overlevingskans.
4. WAT GAAT U LEREN?
De controle van het bewustzijn en de ademhaling
De mond-op-mond/neusbeademing en de mond-opmondbeademing De controle van tekenen van circulatie en de hartmassage De reanimatie door u alleen Snel en goed hulp bij 1-1-2 inroepen
5. REANIMATIE VAN BABY’S (0-1 JAAR)
Controle van het bewustzijn en de ademhaling - roep aan en schud voorzichtig - kantel het hoofdje niet, pas kinlift toe - korte inspectie mondholte - kijk, luister en voel maximaal 10 seconden of er ademhaling is
6. BABY’S: DE CONTROLE
Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen
7. BABY’S: REANIMATIE Als er geen normale ademhaling is of u twijfelt, dan moet u mond-op-mond/neusbeademing toepassen!
Zijn er omstanders Laat onmiddellijk 112 bellen met de melding reanimatie van een baby Bent u alleen dan éérst 1 minuut reanimeren.
8. BABY’S: REANIMATIE
Beademing mond-op-mondneus: - 1-1,5 seconde per keer
- een wang lucht, tot borstkasje of buikje omhoog gaat komen
- 5 effectieve beademingen
9. BABY’S: REANIMATIE
Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen
10. BABY’S: REANIMATIE Controle circulatie - let maximaal 10 seconden op tekenen van circulatie: bewegen, hoesten, normaal ademen - indien afwezig of bij twijfel: Start hartmassages
11. BABY’S: REANIMATIE
De juiste massageplaats
Plaats twee vingertoppen één vingerbreedte onder de tepellijn
12. BABY’S: REANIMATIE
Hartmassages met 2 vingertoppen - druk borstkas voor 1/3 in - snelheid is 100 keer per minuut
Combineer hartmassages en beademing 15:2 Indien alleen aanwezig Hulp halen na 1 minuut reanimeren
13. BABY’S: REANIMATIE
Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen
14. BABY’S: DE ALARMERING
Laat iemand direct 1-1-2 bellen en terugrapporteren Als u alleen bent, zelf bellen na 1 minuut reanimatie (neem baby mee)
- zeg dat het om een reanimatie bij een baby gaat - zet z.n. de deur open en doe buitenverlichting aan
- ga verder met reanimeren
15. REANIMATIE VAN KINDEREN (1-8 JAAR)
Controle - schud voorzichtig en roep aan - kantel hoofd licht achterover en pas kinlift toe
- korte inspectie mondholte - kijk, luister en voel maximaal 10 seconden of er ademhaling is
16. KIND 1-8 jaar : DE CONTROLE
Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen
17. KINDEREN: REANIMATIE
Als er geen normale ademhaling is of u twijfelt, dan moet u mond-op-mondbeademing toepassen! Zijn er omstanders Laat onmiddellijk 112 bellen met de melding reanimatie van een kind
Als u alleen bent éérst 1 minuut reanimeren.
18. KINDEREN: REANIMATIE
Beademing Mond-op-mondbeademing: 1-1,5 seconde per keer tot de borstkas omhoog gaat komen
5 effectieve beademingen
19. KINDEREN : REANIMATIE
Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen
20. KINDEREN: REANIMATIE
Controle circulatie - let maximaal 10 seconden op tekenen van circulatie: bewegen, hoesten, normaal ademen - indien afwezig of bij twijfel:
Start hartmassage
21. KINDEREN: REANIMATIE
De juiste massageplaats - Plaats de hiel van de hand op het onderste deel van het borstbeen.
- Strek u arm - Loodrecht boven het slachtoffer.
22. KINDEREN: REANIMATIE
Hartmassage met de hiel van één hand - druk borstkas voor 1/3 in - snelheid is 100 keer per minuut
Combineer hartmassages en beademing 15:2 Indien alleen aanwezig Hulp halen na 1 minuut reanimeren
23. KINDEREN: REANIMATIE
Gelegenheid voor vragen Demonstratie Oefenen
24. KINDEREN: DE ALARMERING
Laat iemand direct 1-1-2 bellen en terugrapporteren
Als u alleen bent, zelf bellen na 1 minuut reanimatie - zeg dat het om een reanimatie bij een kind gaat - zet z.n. de deur open en doe buitenverlichting aan - ga verder met reanimeren
25. LUCHTWEG VERSTOPT BIJ BABY (0-1 JAAR) Leg baby op onderarm – steun goed!
- geef maximaal 5 klapjes tussen de schouderbladen met de hiel van de hand - niet succesvol: start borstcompressie (5x) - wissel zo nodig klapjes af met hartmassages
Controleer voor elke beademing steeds de keelholte. Verwijder het voorwerp als het zichtbaar is en bereikbaar.
26. LUCHTWEG VERSTOPT BIJ KIND (1-8 JAAR)
- Als kind bij kennis is: de handgreep van Heimlich - Als kind bewusteloos is: Voer de reanimatie uit
Controleer voor elke beademing steeds de keelholte. Verwijder het voorwerp als het zichtbaar is en bereikbaar.
27. ZIJLIGGING
De baby/het kind ademt zelf èn heeft hartslag
- zijligging (zo mogelijk) en hulp inroepen - laat hem/haar niet alleen - controleer elke minuut de ademhaling en de circulatie
28. DE MOEITE WAARD
- Wanneer start u een reanimatie?
- Reanimatie is niet altijd succesvol - Zoek hulp als u wilt praten - Herhalingslessen zijn erg belangrijk!
