Inhoudsopgave
Paginanummer
1. Voorwoord 1.1 Stichting Scholengroep GelderVeste 1.2 MR 1.3 GMR 2. De school 2.1 Situering van de school 2.2 Gebouwen 2.3 Waar onze school voor staat 2.3.1 Levensbeschouwelijk aspect 2.3.2 Onderwijskundig aspect 2.3.3 Sociale veiligheid 2.3.4 Schoolregels 3 De schoolorganisatie 3.1 Schooltijden 3.2 Halen en brengen, fietsenstalling en schoolplein 3.3 School- en groepsgrootte 3.4 Personele inzet 3.5 Vervanging leerkrachten 3.5.1 Vervanging directie 3.6 Vak- en vormingsgebieden 3.7 Vakantierooster zie kalender 3.8 Belangrijke data zie kalender 3.9 Feesten en uitstapjes 4 De zorg voor onze leerlingen 4.1 Leerplicht 4.2 Aannamebeleid nieuwe leerlingen 4.3 Ziekteverzuim 4.4 Verlofaanvragen basisschoolleerlingen 4.5 Beleid in geval van schorsing 4.6 Beleid bij verwijdering 4.7 Contacten peuterspeelzaal 4.8 Jeugdgezondheidszorg 4.9 Veiligheidsplan 4.10 Gedragscode voorkomen discriminatie 4.11 Gedragscode voorkomen pesten 4.12 Arbeidsomstandighedenwet 4.13 Het leerlingvolgsysteem 4.14 Rapporten 4.15 Doorgaande lijn 4.15.1 Een jaar overdoen 4.15.2 Overslaan van een groep 4.15.3 Herfstkinderen 4.16 Voortgezet onderwijs 4.17 Resultaten onderwijs 4.18 Extra begeleiding 4.19 Schoolbegeleidingsdienst Iselinge 5. De ouders 5.1 Ouderbijdrage 5.2 Donateurs 5.3 Schoolreis/ kamp/zending 5.4 Contacten school – ouders 5.5 Ouderhulp 5.6 Gevonden voorwerpen 5.7 Schoolfotograaf 5.8 Abonneren op jeugdbladen 5.9.1 Klachtenregeling onderwijs 5.10 Informatie- en advieslijn 5.11 Privacyreglement
3 4 5 5 5 5 5 6 7 7 8 8 9 9 9 10 10 11 11 11 14 14 14 14 14 15 15 16 16 16 17 17 19 19 20 20 21 22 22 22 22 23 23 24 24 27 27 27 27 27 28 29 29 29 29 29 30 30
1
5.12 5.13 5.13.1 5.13.2 5.13.3 5.14
Portretrecht Verzekering Aansprakelijkheidsverzekering voor onderwijsinstellingen Schoolongevallenverzekering Aansprakelijkheidsverzekering voor bestuurders Sponsoring
30 31 31 31 31 31
1. Voorwoord Voor u ligt de vernieuwde versie van de schoolgids van onze Christelijke Basisschool “Bekveld”. Deze gids is bedoeld voor ouders die nu kinderen op school hebben en voor ouders van toekomstige leerlingen. De gids is bedoeld om u te informeren over onze school en geeft tevens aan wat u van ons kunt verwachten.
2
We willen hiermee verantwoording afleggen van onze manier van werken maar ook zoveel mogelijk informatie verstrekken. Tevens ontvangt u van ons jaarlijks de schoolkalender waarop alle belangrijke data terug te vinden zijn. We raden u aan deze kalender een opvallend plekje te geven in uw huis.
We hopen dat u onze gids met plezier en interesse zult lezen en vanzelfsprekend bent u altijd van harte welkom voor een toelichting of anderszins.
Schoolteam Bekveld
1 Scholengroep GelderVeste
3
De naam “Scholengroep GelderVeste” verwijst naar ons werkgebied en naar de wilskracht waarmee we christelijk onderwijs in onze regio een samenbindende factor willen laten zijn. “Veste” verwijst naar het stevige fundament dat onder onze scholen ligt. Het blauw van ons logo straalt kracht en zekerheid uit, het rood staat voor warmte en geborgenheid. Het beeldmerk geeft de schakering aan van kleine en grote kinderen, van kleine en grote scholen, van ouders en medewerkers, in gesprek met elkaar en in onderlinge samenhang.
Onze school maakt deel uit van Scholengroep GelderVeste. Scholengroep GelderVeste bestaat uit 19 christelijke basisscholen in Oost-Gelderland. De scholen zijn gevestigd in de gemeenten Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Doetinchem, Lochem en Zutphen. Samen tellen de scholen ongeveer 3000 leerlingen en 300 personeelsleden. Het onderwijs van de scholen van GelderVeste is erop gericht het beste uit ieder kind te halen. We streven naar de ontwikkeling van kinderen tot sterke, zelfstandige en sociale jonge mensen die hun eigen talenten hebben leren ontdekken. Scholengroep GelderVeste heeft open christelijke scholen. Alle kinderen zijn welkom en alle kinderen krijgen op school kennis van de achtergrond van de christelijke traditie en verhalen, waarop de cultuur van ons land gebouwd is. De scholen variëren in grootte van 40 tot 400 leerlingen. Sommige GelderVeste-scholen liggen idyllisch in het Achterhoekse landschap, andere scholen zijn stevig verankerd in een stadswijk. Samen vormen de scholen een sterk geheel met eenheid van beleid op het gebied van onderwijskwaliteit, veiligheid, personeel, financiën en medezeggenschap. Verder laten we de verscheidenheid bloeien; elke school bepaalt het eigen onderwijskundig beleid dat past bij de omgeving van de school en bij de ouders die hun kinderen naar de school laten gaan. Elke school maakt zijn eigen pedagogische en didactische keuzen en bepaalt zijn eigen ontwikkeling. Elke school heeft ook zijn eigen leerlingenzorgbeleid. Scholengroep GelderVeste is een stichting waarvan het bestuur bestuurt op hoofdlijnen. De dagelijkse leiding is in handen van de algemeen directeur a.i., de heer Franke Remerie. Het stafbureau in Vorden draagt zorg voor de overkoepelende taken en verleent diensten aan de scholen, zodat deze zich helemaal kunnen richten op hun onderwijstaak. Elke school heeft een eigen directeur, die vooral belast is met de onderwijskundige zaken en daarnaast met personeel, organisatie en beheer op schoolniveau. Alle directeuren verrichten naast hun schoolwerk ook bovenschoolse taken in de stichting. Op de website van de stichting www.gelderveste.nl is allerlei informatie te vinden over onze scholengroep. Daar is ook de beleidsstukkenkast te vinden, waarin alle vastgestelde beleidsstukken te vinden zijn. Om deze beleidsstukken in te zien hebt u een wachtwoord nodig; deze kunt u op school bij de directeur krijgen. Elke school heeft een eigen MR; de stichting heeft een GMR (gemeenschappelijke medezeggenschapsraad) waarin vier ouders zitting hebben.
1.2 Medezeggenschapsraad (MR)
4
Voor leerkrachten is een goede rechtspositie belangrijk. Ouders zijn gebaat bij goed onderwijs en een prettig opvoedingsklimaat. Om een school goed te laten functioneren is het belangrijk tegemoet te komen aan deze belangen. Daarom heeft de school een medezeggenschapsraad (MR) die het overleg tussen beide groepen regelt. Op de school ligt een modelreglement voor de MR ter inzage. Hierin zijn de taken en bevoegdheden van de MR beschreven. De bevoegdheid van de MR is gebaseerd op twee rechten, nl. het adviesrecht (de MR kan bij voorstellen of besluiten van de directeur haar mening geven) en instemmingsrecht (MR moet instemming aan een besluit of verandering geven, voordat dit door de directeur mag worden uitgevoerd). De vergaderingen van de MR zijn openbaar en dus voor iedereen toegankelijk. Het beleid van een school vormgeven en het uitvoeren daarvan wordt steeds meer een taak van ouders, leerkrachten, directie en bestuur samen. Alle onderwerpen die op school van belang zijn, komen via de MR aan bod. Mocht u een bepaald onderwerp graag behandeld zien, dan kunt u dit via de MR aan de orde stellen. De MR op onze school bestaat uit 4 leden. De namen van de ouder- en personeelsgeleding vindt u op de jaarkalender.
1.3 Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) Met ingang van de nieuwe bestuursstructuur is ook de positie en de samenstelling van de GMR veranderd. De GMR heeft als hoofdtaak toe te zien op beleidszaken van de Stichting GelderVeste. De GMR bestaat uit een 8-tal leden (4 ouders en 4 leerkrachten) die gekozen kunnen worden binnen de Stichting. De namen van de GMR leden vindt u in de adressenlijst van de Stichting GelderVeste.
2. De school Onze Christelijke Basisschool Bekveld is opgericht in november 1921 en staat in het midden van de Hengelose buurtschap Bekveld waaraan de school zijn naam ontleent. De naam “Bekveld” is zeer waarschijnlijk afgeleid van beekveld of veld aan de beek. Dit verwijst naar de Hengelose beek die in vroeger tijden in open verbinding stond met de IJssel. Voordat de stuw nabij Baak werd gebouwd liepen de landerijen in Bekveld dan ook regelmatig onder water. De beek speelde een belangrijke rol in het leven van de bewoners van Bekveld. Het logo bestaat uit een groene driehoek met een blauwe lijn. De blauwe lijn staat voor de beek en de driehoek voor het veld
2.1 Situering van de school De school ligt in het buitengebied van de gemeente Hengelo Gld. Kinderen uit de buurtschap en omgeving Bekveld, uit Hengelo en uit Keyenborg bezoeken onze school. Het gebouw bestaat uit 4 leslokalen: een speelwerklokaal voor groep 1, 2 en 3, een leslokaal voor de groepen 4 t/m 6, een leslokaal voor de groepen 7 en 8 en een klein leslokaal dat we gebruiken voor het werken in groepjes. Momenteel werken juf Liske en juf Henny in dit lokaal met groep 3 .(Wat betreft de kinderen van groep 3, zie elders deze schoolgids). Verder hebben we de beschikking over een mooie, ruime multifunctionele ruimte. Hiernaast hebben de Onderwijskundig Leider en de Interne Begeleider elk een eigen kantoor. Daarnaast is er een keuken/personeelsruimte voor de leerkrachten. Rondom de school is een ruime, geheel nieuw ingerichte speelplaats voor alle kinderen met een grasveld, een zandbak en diverse speeltoestellen. Veiligheid en staat van onderhoud worden bijgehouden in een logboek.
5
2.2 Gebouwen Alle groepen zitten in één gebouw. Voor bewegingsonderwijs gaan de groepen 4 t/m 8 drie maal per twee weken met een bus naar de gymzaal in Keyenborg of naar de sporthal in Hengelo. Eén maal per twee weken hebben deze groepen een gymles op het eigen terrein. De kinderen van groep 1 t/m 3 gaan één keer per week naar de sporthal in Hengelo. Over het schoolzwemmen is er op dit moment nog geen mededeling te doen. I.v.m. de privatisering van het zwembad moeten we de haalbaarheid nog onderzoeken.
2.3 Waar onze school voor staat In het schooljaar 2014-2015 gaan we onze visie/missie opnieuw beschrijven i.v.m. de lopende wijzigingen in de onderwijskundige ontwikkelingen. Hieronder de huidige: De missie van CBS Bekveld: Bekveld staat voor samen staan we sterk De visie van CBS Bekveld: Onze school kenmerkt zich in het bijzonder door saamhorigheid en een veilig klimaat. Onze school staat voor: samenwerkend leren, het bevorderen van de totale ontwikkeling van het individuele kind (zowel op cognitief, op sociaal-emotioneel, als op motorisch gebied) zelfstandigheid en creativiteit en hanteert de Bijbel als uitgangspunt voor ons denken en handelen.
Kenmerkend voor onze school is vooral: CBS Bekveld is een “open”, Christelijke basisschool. We leven en werken vanuit ons geloof in God en de Bijbel en vinden daarin onze inspiratie. Wij willen dat een ieder zich thuis voelt bij onze manier van leven
6
en werken op school. De sfeer in de school is veilig en vertrouwd. We streven er naar dat elk kind met plezier naar school gaat en daar tot zijn recht komt. Wij zijn alert op discriminatie en pesten en werken aan het voorkomen ervan. Mocht het desondanks toch voorkomen, dan grijpen wij in. Wij willen ruimte bieden aan ieder individu en er is ruimte voor ieders inbreng. Ons onderwijs is niet neutraal, maar is betrokken op mens en maatschappij. Dit komt tot uiting in de omgang met elkaar, in de keuze van de leermiddelen, in de taal die gesproken wordt en in de sfeer die er heerst. 2.4.1 Levensbeschouwelijk aspect. We werken vanuit een Christelijke levensovertuiging. Elk mens is een uniek schepsel van God. (Elk kind is uniek) We proberen als schoolteam op een positieve, stimulerende manier met ons geloof om te gaan en dit ook door te geven aan onze kinderen. Dit doen we d.m.v. bijbelverhaal, lied, gebed en vieringen. We proberen de kinderen respect en waardering voor elkaar te laten hebben. Laat iedereen in zijn/haar waarde is een belangrijke stelregel bij ons op school. Ook proberen we de kinderen verantwoordelijkheidsgevoel voor elkaar bij te brengen. Iedereen heeft met zijn/haar medemens te maken. Soms ben je voor hulp afhankelijk van anderen. Daarom moet je op jonge leeftijd leren dat ook jij medeverantwoordelijk bent voor het welzijn van je naaste. Niet alleen op school, maar ook voor je naaste in de wereld. Vanuit deze levensovertuiging willen we als kinderen en leerkrachten klaar staan voor elkaar.
2.4.2 Onderwijskundig aspect. We werken op onze school volgens de principes van adaptief onderwijs, d.w.z. onderwijs aangepast aan de behoefte van het kind, bevordering van zelfstandig werken, verschillende vormen van instructie en leerlingen stimuleren zelf verantwoordelijkheid te nemen voor de planning en evaluatie van hun eigen leerproces. In de praktijk betekent dit: Er wordt gewerkt met dag- en weektaken (midden- en bovenbouw) en een kiesbord in de onderbouw. Er wordt gewerkt met methoden die rekening houden met verschillen tussen leerlingen. Het zelfstandig werken is een vanzelfsprekendheid. De rol van de leerkracht is meer begeleider. Op alle gebieden is er een doorgaande lijn van gr. 1 t/m 8. Voor een optimale ontwikkeling van kinderen zijn enkele basiskenmerken nodig: zich veilig voelen, zelfvertrouwen en een gezond zelfbeeld hebben, nieuwsgierig en onderzoekend zijn, betrokken zijn bij wat er te leren valt, onafhankelijk zijn (het gevoel dat je iets kunt ondernemen zonder dat anderen je daarbij moeten helpen). We proberen, waar mogelijk, kinderen aan deze basiskenmerken te laten voldoen, voordat aan de verdere ontwikkeling van kennis en vaardigheden wordt begonnen. We richten het onderwijs zó in, dat kinderen in veel situaties via handelen, spel, experiment en dialoog kennis en vaardigheden verwerven. Het welbevinden van kinderen en hun leren is in hoge mate gebonden aan het vakmanschap, de persoonskenmerken, en de persoonlijke waarden en normen van de leerkracht. Een leerkracht doet haar of zijn werk op basis van: goede samenwerking in het team opgedane kennis en vaardigheden eigen waarden, normen en interesses 2.4.3 Sociale veiligheid De school heeft beleid geformuleerd voor de sociale veiligheid van kinderen, leerkrachten en ouders op en rond de school.
7
Je veilig voelen op een school is een voorwaarde voor iedereen. Ten eerste is de sociale veiligheid voor kinderen belangrijk: als er een veilig klimaat heerst in de klas of school, dan hebben de kinderen de ruimte om zich te ontwikkelen. Ze ontdekken wat ze kunnen en beleven daar ook veel plezier aan. Als kinderen zich veilig voelen op een school zullen ze er ook graag naar toe gaan. Sociale veiligheid betekent voor kinderen dat ze zich veilig voelen en dat er goed met hun problemen omgegaan wordt. Ten tweede is de sociale veiligheid voor de leerkrachten belangrijk, voor hen is het ook prettiger om in een veilige school te kunnen werken. Zij moeten zich ook veilig voelen en hun problemen moeten naar tevredenheid opgelost kunnen worden. Ten derde zijn er de ouders, die hun kinderen met een gerust hart naar school kunnen sturen als zij weten dat de school veilig is. Zij moeten zich echter ook prettig voelen op de momenten dat zij in de school zijn. Verder is het ook voor bezoekers belangrijk dat het binnen de school sociaal veilig is, zij kunnen hun bezigheden dan op een geruste manier verrichten. Een term die ontzettend veel met de sociale veiligheid te maken heeft is het “pedagogisch klimaat”. Als de sfeer in de klas en in de school goed is spreek je van een goed pedagogisch klimaat. De leerkrachten gaan op een leuke manier met elkaar en met de kinderen om, en de kinderen gaan ook op een leuke manier met de leerkrachten en de andere kinderen om. Als het pedagogisch klimaat goed is, dan is dat een goede voorbereiding op een sociaal veilige school. CBS Bekveld heeft dan ook het pedagogisch klimaat als een paraplu boven alle andere activiteiten hangen! Als school houden wij ons aan de afspraken die in het kader van veiligheid zijn vastgesteld door de Scholengroep GelderVeste. Verder hanteert de school een beleidsplan Sociale Veiligheid. Wij willen dat ieder kind heel veel leert en elke dag met plezier naar school gaat. Wij willen werken aan een fijne sfeer in de groepen. De leerkrachten doen er alles aan om uit het kind te halen wat erin zit. CBS Bekveld is een school waar de kinderen naar toe komen om zich een aantal vaardigheden en houdingen eigen te maken, maar vooral ook om kennis en inzicht op te doen. Gelijkwaardigheid tussen mensen is een belangrijk uitgangspunt. De kinderen moeten respect op kunnen brengen voor waarden en normen van anderen, die zich onderscheiden in kleur, status, beperking, cultuur en geloof. CBS Bekveld wil kinderen de kans geven om hun eigen mogelijkheden te ontplooien. Ze moeten leren om zelfstandig, verantwoordelijk, creatief en kritisch te kunnen leven. Onze school is steeds in ontwikkeling, past nieuwe onderwijskundige ideeën toe en geeft grote zorg aan alle kinderen. Wat we belangrijk vinden bij ons op school: De kinderen gaan met plezier naar school en leren er veel. Er is speciale aandacht voor kinderen die moeite hebben met leren of daar juist erg goed in zijn. De school richt zich op de toekomst: nieuwe media spelen een rol in het lesprogramma. Wij hechten veel waarde aan een goed contact met de ouders / verzorgers van onze kinderen.
2.4.4 schoolregels In iedere klas zijn dezelfde gedragsregels afgesproken met de kinderen, deze hangen zichtbaar op een plek in de klas. Kinderen mogen elkaar hierop aanspreken. Regels voor in de klas:
We hebben respect voor elkaar! We storen elkaar niet! We luisteren naar elkaar! We zijn zuinig op onze spullen! We doen elkaar geen pijn! We zijn eerlijk!
Iedereen die zich thuis voelt bij onze manier van leven en werken is welkom bij ons op school.
8
3. De schoolorganisatie 3.1 Schooltijden. Met ingang van het schooljaar 2014-2015 werken we met het 5 gelijke dagen model. Dit houdt in dat de kinderen alle vijf schooldagen beginnen om 8.30 u. en dat de schooldag eindigt om 14.12 uur. Deze vreemde eindtijd is het gevolg van het feit dat kinderen over hun gehele basisschoolperiode in totaal minimaal 7520 onderwijs dienen te ontvangen. We moeten 3 jaar gebruik maken van een compensatieregeling om iedereen hieraan te laten voldoen. Deze tijden blijven de komende 3 jaren dus van kracht. Vanaf schooljaar 2017-2018 eindigt de schooldag om 14.00 uur. De kinderen mogen een kwartier van tevoren op school komen. Dan is er toezicht. Ze kunnen hun spullen binnen brengen en hierna buiten op het plein spelen. Tussen 10.15 uur en 10.30 uur hebben de kinderen hun ochtendpauze. Tussen 12.00 uur en 12.30 uur hebben ze de middagpauze. Het eerste deel hiervan lunchen ze samen met hun leerkracht in de eigen groep. Het tweede deel kunnen ze buiten spelen. Ook tijdens de pauzes is er buiten toezicht. Kinderen van groep 1, 2 en 3 mogen in de herfst- en winterperiode ook binnen spelen. Voor schooltijd en in de pauzes kunnen kinderen gebruik maken van de speelkratten.
3.2 Halen en brengen, fietsenstalling en schoolplein Veel ouders halen en brengen hun kinderen per auto naar school. We verzoeken u om bij het laten in- en uitstappen van deze kinderen goed te letten op de veiligheid van die kinderen én die van de andere kinderen. Dat kan door: zo te stoppen dat uw kind voor school niet de straat hoeft over te steken; in de schoolomgeving extra te letten op overstekende kinderen; niet parkeren op en om de plaatsen waar kinderen meestal oversteken; gebruik maken van de stopplaatsen die daarvoor bij de school zijn ingericht. Zorg er ook voor dat de kinderen die u in uw auto vervoert gebruik maken van de autogordel. De praktijk wijst uit dat die gordel, ook binnen de bebouwde kom, ook op korte afstanden, ook bij lage snelheid, ernstige verwondingen van kinderen kan voorkomen! Bovendien let de politie er in bepaalde periodes extra op dat ook kinderen de autogordel gebruiken. Voor de volledigheid een kort overzicht van de wettelijke regeling die per 1 jan. 2006 is ingegaan: Kinderen kleiner dan 1.35 m én lichter dan 37 kg. moeten gebruik maken van een geschikt kinderbeveiligingsmiddel. Alle anderen moeten een gordel dragen Een uitzondering voor het gebruik van kinderbeveiligingsmiddelen geldt voor groepsvervoer en incidenteel vervoer over een kortere afstand door anderen dan de eigen ouders. (bijv. bij excursies van school, kinderverjaardagspartijtjes, sportactiviteiten e.d.) In autobussen moeten beschikbare gordels gebruikt worden. Indien kinderen onder 12 jaar geen gordel dragen is de chauffeur strafbaar. Vervoer van personen in de laadruimte van een auto en in een aanhanger is verboden. Dus geen kinderen meer in de achterbak van een stationwagen. Voor ons als school betekent dit dat we met excursies in principe geen gebruik hoeven te maken van een kinderbeveiligingsmiddel. Toch vinden wij als school het wel belangrijk om ook tijdens excursies de kinderen veilig te vervoeren. We willen u daarom vragen om uw eigen kinderbeveiligingsmiddel mee te geven als de school bijv. op excursie gaat. Als u uw kind ophaalt van school, wilt u dan binnen de poort wachten, i.v.m. de veiligheid. Als u op de fiets komt vragen we u om deze ook binnen de poort te stallen. Kinderen die op de fiets naar school komen moeten bij het hek afstappen en lopen met hun fiets naar de fietsenstalling. Daar zetten ze de fietsen netjes neer, liefst in de vakken, tot ze hem aan het eind van de dag weer ophalen.
9
Ook dan lopen ze weer naar het hek waar ze, onder toezicht van de leerkrachten, op kunnen stappen om naar huis te gaan. Op het gehele plein mag gespeeld worden, met uitzondering van de fietsenstalling en de gedeelten achter de school. Bij regenachtig weer en in de winter mag niet op het grasveld en in de zandbak gespeeld worden. Kinderen mogen op eigen risico speelgoed van thuis gebruiken op het plein zoals: trekkers, rolschaatsen, ballen etc.
3.3 School- en groepsgrootte De school wordt op dit moment bezocht door ongeveer 60 leerlingen leerlingen. Er zitten per schooljaar wat lichte schommelingen in dit aantal. Vanuit onze formatie wordt er dus gewerkt in 3 combinatiegroepen. Daarnaast zetten wij de extra uren die we beschikbaar hebben in voor groep 3. De gemiddelde groepsgrootte ligt ongeveer op 20 leerlingen. 3.4 Personele inzet Ons team bestaat uit vijf leerkrachten. We streven naar een maximum van twee leerkrachten per groep. We hebben de invulling op de volgende wijze gerealiseerd:
Week 1 groep O.B. M.B. B.B.
maandag Liske Annelien Hennie
dinsdag Liske Annelien Hennie
woensdag Joke Annelien Hennie
donderdag Liske Joke Hennie
vrijdag Liske Joke Herman
maandag Liske Annelien Hennie
dinsdag Liske Annelien Hennie
woensdag Liske Annelien Hennie
donderdag Joke Annelien Hennie
vrijdag Liske Joke Herman
Week 2 groep O.B. M.B. B.B.
. Herman Vrielink is Onderwijskundig Schoolleider van onze school. Op de dinsdag, woensdag en donderdag is hij ambulant (directietaken). Op maandag heeft hij Bapo en is dus niet aanwezig. Als de agenda dat toelaat werkt hij op de dinsdag en de woensdag tussen 8.30 uur en 10.15 uur met de kinderen van groep 1 en 2. Juf Liske kan deze tijd gebruiken om groep 3 extra te ondersteunen. Op maandag en donderdag begeleidt onze vrijwilligster Henny Wullink groep 3 in het deel voor de ochtendpauze. Op deze manier heeft groep 3 vier keer per week een moment voor instructie en extra begeleiding
3.5 Vervanging leerkrachten Samen met enkele andere besturen heeft Gelderveste een eigen invalpool. Deze organisatie zorgt in principe voor vervanging van de leerkrachten. Mocht het nu voorkomen dat er geen enkele vervanger beschikbaar zou zijn dan proberen we het op de volgende manier op te lossen:
10
-Bij afwezigheid van een leerkracht wordt de vervanging zo mogelijk geregeld met eigen vervangers. -Indien op geen enkele wijze vervanging kan worden geregeld, worden de volgende mogelijkheden overwogen: intern gaan wisselen (als er bijv. wel een vervanger onderbouw is en een vervanger bovenbouw nodig is.) het ruilen van adv dagen van de leerkrachten, indien compensatie of uitbetaling mogelijk is. als de groepsgrootte het toe laat, de groep verdelen over de andere groepen. vervanging door een klassenassistent of leraar in opleiding onder supervisie van een andere groepsleerkracht. Bieden bovengenoemde mogelijkheden geen aanvaardbare en verantwoorde oplossing, dan blijft niets anders over dan een groep thuis te laten, met daarbij de volgende afspraken: - in principe niet de eerste dag - alleen in het uiterste geval en in overleg met de bovenschools directeur - ouders worden op de hoogte gesteld via een brief of telefooncirkel - voor kinderen, die geen opvang thuis hebben, wordt opvang op school geregeld.
3.5.1 Vervanging Onderwijskundig schoolleider Bij onverhoopte langere afwezigheid van de OWSL worden de directietaken overgenomen door een collega. Een van de teamleden van onze school neemt dan het andere deel van de taken waar. Zij is ook voor ouders de contactpersoon.
3.6 Vak-vormingsgebieden Op onze school besteden we aandacht aan allerlei vakken waarvan we hieronder een korte beschrijving willen geven waarbij hoofdzakelijk de methoden genoemd worden en niet de diverse andere materialen die de leerkrachten gebruiken.( De toetsen voor de vakken staan beschreven onder punt 3.8 het leerlingvolgsysteem.) In de groepen 1 en 2 zijn veel vakken verweven met elkaar en is lastiger aan te geven of iets bij het ene of bij het andere vak thuis hoort. Godsdienstige vorming De identiteit van onze school wordt gedragen door het geloof in God en de Bijbel als gids voor ons handelen. Dit handelen proberen we met elkaar als rode draad in school uit te dragen. We maken gebruik van de methode “Kind op maandag“. Iedere dag wordt begonnen en geëindigd met een lied of gebed. In de lessen worden verhalen verteld en verband gelegd met het dagelijks leven in onze maatschappij. De Christelijke feestdagen krijgen extra aandacht door middel van aparte vieringen. Lezen Na de voorbereiding in groep 1 en 2 met de methode Kleuterplein,”Bas”project en diverse andere speelen werkmaterialen begint groep 3 met de Taal-Leesmethode “Veilig leren lezen”. Deze methode kent diverse materialen. Regelmatig komen er toetsen in voor om de vorderingen bij te houden. Een bezoek aan de plaatselijke bibliotheek staat ook ieder jaar op het programma. Groep 4 t/m 8 werken met de methode “Tekstverwerken”. Deze begint met het technisch lezen en gaat verder met begrijpend en studerend lezen. Ook wordt er in de bovenbouw veel aandacht besteed aan boekbesprekingen en verslagen. Nederlandse Taal en Spelling We werken met de methode “Taal op maat”. Deze methode gebruiken we met de groepen 4 t/m 8. Daarnaast komen in de kringgesprekken vele facetten van taal voor waaraan gericht aandacht wordt besteed. Woordenschat is op alle basisscholen van Gelderveste sinds schooljaar 2013-2014 een speerpunt.
11
Schrijven In groep 3 gebruiken we de schrijfmethode “Pennenstreken” De versie die hoort bij onze leesmethode. Op deze manier gaan het leren lezen en het schrijven gelijk op en wordt gebruik gemaakt van dezelfde woordjes en letters. Deze methode wordt hierna in de andere groepen voortgezet. Vanaf groep 4 is dit de methode: De Schrijfsleutel. In groep 6,7 en 8 wordt geen methode meer gehanteerd. Leesbaarheid en correctheid en verzorging blijven hier wel belangrijke aandachtspunten. Rekenen en wiskunde Na de voorbereiding in groep 1 en 2 met de methode Kleuterplein en diverse materialen werken we vanaf het schooljaar 2010-2011 met de nieuwste versie van Pluspunt rekenen. Wereldoriëntatie:
In de periode september/ november 2014 werken we met een proefproject van IPC. Dit is een werkwijze die is ontwikkeld voor de internationale markt. Huidige vakken als aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, ict, crea, kunstzinnige vorming, techniek, muziek, gymnastiek, burgerschap (internationaal) worden in de vorm van projecten aangeboden. De inhoud dekt de kerndoelen (wat moet een kind aan het eind van de rit geleerd hebben). De werkwijze is echter volledig anders dan die van de huidige methodes. De leerling krijgt een veel actievere rol in het verwerken van de voor (door) hem/haar gestelde leerlijnen en doelen. e Ervaren, onderzoeken en het opdoen van vaardigheden voor de 21 eeuw zijn leidinggevend. De leerkracht houdt het overzicht, schept voorwaarden en begeleidt de kinderen in hun leerproces. Het is onze bedoeling om na dit proefproject deze manier van werken school breed in te voeren. In eerste instantie ter vervanging van bovengenoemde vakken, maar deze manier van werken kan, in de toekomst, mogelijk ook een vervolg krijgen binnen de rest van ons onderwijs. Hieronder nog de manier van werken tot aan de start van het huidige schooljaar (2014-2015): Aardrijkskunde Vanaf groep 5 werken we met de methode Geobas. Geobas is regionaal-thematisch van opzet. In ieder hoofdstuk staat een geografisch gebied centraal. Thema’s en topografie worden in relatie tot bepaalde gebieden aangeboden. In groep 5 wordt de eigen omgeving behandeld. In groep 6 de provincies van Nederland. In groep 7 de werelddelen en enkele landen van Europa en in groep 8 enkele landen en delen van de wereld.
Geschiedenis Vanaf groep 5 werken we met de methode Bij de tijd – nieuw. De ontwikkeling van tijdsbesef en historisch besef zijn in deze methode nauw met elkaar verweven. In groep 5 wordt bij de ontwikkeling van het historisch besef een tijdlijn gebruikt. Daarnaast wordt in elke les gebruik gemaakt van de klassikale tijdlijn (groep 5 en 6) of van het tijdboekje (groep 7 en 8). Met behulp van deze materialen wordt in elke les de relatie gelegd tussen de gebeurtenissen in een bepaalde periode en het verloop van de geschiedenis. Natuur Hiervoor volgen we schooltelevisie uitzendingen . In groep 1 en 2 “Koekeloere” en “de Beestenboerderij” en in de groepen 3 en 4 “Huisje boompje Beestje”. Groep 5 kijkt naar “Nieuws uit de natuur”. Daarnaast werken we met de methode “Wijzer door de natuur ”. Verkeer In de middenbouw en bovenbouw gebruiken we blokboeken en in de bovenbouw werken we daarnaast met proefexamens. De verkeersexamens worden in groep 7 afgenomen.
12
Engels We werken in groep 7 en 8 met de methode Hello World. Het belangrijkste in Hello World is dat leerlingen een boodschap in het Engels leren verstaan en kunnen overbrengen. Daarom ligt het accent vooral op de gespreksvaardigheid. Elke les bevat verschillende dialogen en vele uitnodigingen om op basis van de dialogen in tweetallen gesprekjes te voeren. Deze zijn geplaatst in alledaagse situaties en kunnen daarom makkelijk door leerlingen herkend worden. Door de nadruk op spreken en luisteren speelt het schrijven een ondersteunende rol Creatieve vakken Voor de creatieve vakken hebben we de methode “Moet je doen” voor groep 1 t/m 8. Naast de muziekmethode hiervan hebben we ook het deel voor tekenen en handvaardigheid aangeschaft. Hiernaast worden nog diverse andere boeken gebruikt. We hebben op school een soundmixer, cd-speler en diverse instrumenten om het vak muziek op te luisteren.Ieder jaar voert de bovenbouw een kerstmusical op. Gymnastiek en zwemmen Met ingang van schooljaar 2009-2010 screenen we de motorische ontwikkeling van de kinderen en houden dit bij in een leerlingvolgsysteem. De kinderen van de groepen 1 en 2 hebben gymnastiek in de klas. Ze moeten daarvoor een paar gymschoentjes meenemen naar school, deze worden op school bewaard. Voor de kinderen van de groepen 3 t/m 8 geldt het volgende: Gymnastiek Op dinsdagmiddag en donderdagmiddag worden we met een bus van en naar de sportzaal in Keyenborg of naar de sporthal in Hengelo gebracht. Uw kind moet dan gymkleren en gymschoenen bij zich hebben (om besmetting met voetwratten te voorkomen is dit laatste verplicht). Tevens moeten ze, vanaf groep 4, een handdoek meenemen, zodat ze zich na de gymles kunnen douchen. Moet u nog gymkleren aanschaffen, dan graag een wit shirt met een blauwe broek, meisjes mogen ook een turnpakje dragen. Schoolzwemmen Zoals eerder is vermeld is de regeling voor dit schooljaar nog niet bekend. Er zal nader overleg gevoerd worden. Computeronderwijs In alle groepen wordt gewerkt met de computer. De school beschikt over 15 computers die allen door een netwerk met elkaar verbonden zijn. De ICT-er (Joke Berendsen) heeft een beleidsplan opgesteld. Hierin zit een opbouw verwerkt, hoe men in groep 1 t/m 8 het computeronderwijs gestalte geeft. Vanaf groep 5 wordt er regelmatig gewerkt met internet en e-mail. Afspraken hiervoor zijn ook opgenomen in het beleidsplan. De ICT-er houdt de leerkrachten voortdurend op de hoogte van vernieuwingen. In de lokalen van de middenbouw en de bovenbouw wordt gebruik gemaakt van een digitaal schoolbord. Ook hebben wij in onze centrale hal de beschikking over een digitaal schoolbord. Sociaal-emotionele vorming Sinds een aantal jaren werken we met de methode: Kinderen en hun sociale talenten. Naast lessen biedt deze methode ons ook een leerlingvolgsysteem SCOL waarmee we op een zelfde manier als bij de andere vakken de vorderingen van de leerlingen kunnen bijhouden. Culturele vorming De oude regeling o.a. gesubsidieerd door de Gemeente bestaat niet meer. Activiteiten rond dit onderdeel zullen gekoppeld worden aan vieringen, speciale activiteiten en de IPC projecten.
3.7 Vakantierooster (zie jaarkalender)
3.8 Belangrijke data (zie jaarkalender)
13
3.9 Feesten en uitstapjes Kinderen uit groep 1, 2en 3 maken een cadeautje voor de verjaardag van hun ouders. Wanneer uw zoon/dochter jarig is, wordt er alleen in de eigen klas getrakteerd. Wij stellen het op prijs dat u niet op lolly’s of op kauwgum trakteert en liever geen zoetigheid, maar iets hartigs. De verjaardag van de leerkrachten elk jaar gevierd met een gezamenlijke themadag. We noemen het de meester- en juffendag!! Op het Sinterklaasfeest komen Sint en Piet op bezoek. Ouders en nog niet schoolgaande kinderen worden uitgenodigd het eerste gedeelte mee te vieren. Het tweede gedeelte wordt door elke groep apart in hun eigen lokaal gevierd. Voor het Kerstfeest zijn ouders, grootouders en nog niet schoolgaande kinderen die 'oud ' genoeg zijn om het Kerstfeest mee te vieren, van harte welkom. Op Witte Donderdag wordt het Paasfeest in de eigen groepen gevierd. Alle kinderen beginnen de dag met een gezamenlijk paasontbijt. In september is er voor de hele school de jaarlijkse spelmiddag op 't Zand in Hengelo. Er worden spelletjes gedaan en er is vaak een speurtocht met allerlei opdrachten. Eens per jaar wordt er een sportdag gehouden voor de groepen 7 en 8 van alle basisscholen in de gemeente Hengelo. Ook worden er 1 x per jaar schoolvoetbalwedstrijden georganiseerd voor de bovenbouwleerlingen. Onze school doet tevens mee aan het jaarlijkse handbaltoernooi.
De leerlingen uit de onder- en middenbouw (groep 1 t/m 5) gaan 1 keer per jaar op schoolreisje, soms gezamenlijk, soms apart. Leerlingen uit de bovenbouw (groep 6 t/m 8) gaan 1 keer per jaar 3 dagen op schoolkamp. Als de afstand en het weer het toelaten gaan we op de fiets. In deze cyclus van drie jaar is één keer Ameland als bestemming opgenomen. We gaan dan 4 dagen. Op Koningsdag doet onze school mee met de optocht, die elk jaar in het dorp Hengelo wordt gehouden. Onder aanvoering van de ouderraad zijn een aantal ouders actief en versieren een wagen. Er wordt jaarlijks geïnventariseerd welke kinderen deelnemen. De laatste woensdag voor de zomervakantie gaat groep 8 uit met hun leerkrachten, nadat er ‘s ochtends samen met de ouders afscheid van hen is genomen in de klas. De dag erna vieren we Slotdag, een feestelijke afronding van het schooljaar.
4. De zorg voor onze leerlingen
4.1 Leerplicht Kinderen kunnen op of na hun vierde verjaardag bij ons op school beginnen. Als uw kind drie jaar en 10 maanden is mag hij/zij 5 dagdelen komen meedraaien om te wennen en nader kennis te maken. Dit gebeurt in overleg met de leerkracht van groep 1/2. Uw kind is leerplichtig als het 5 jaar is.
4.2 Aannamebeleid nieuwe leerlingen.
14
Doordat CBS Bekveld een "open" school is zijn alle kinderen welkom. De volgende aandachtspunten zijn hierbij wel van belang: a. Ouders / verzorgers worden voorgelicht over wat voor een "soort" school CBS Bekveld is (sfeer, ouderparticipatie, (on-)mogelijkheden, vieringen e.d.). b. Ouders / verzorgers worden gevraagd de identiteit van de school te respecteren. c. Ouders / verzorgers worden gevraagd kennis te nemen van de inhoud van deze schoolgids en instemming te betuigen met de regels, afspraken en protocollen die in deze gids zijn opgenomen. Bij aanmelding wordt gevraagd voor akkoord te ondertekenen. In verband met planning enz. stellen we het zeer op prijs, dat kinderen die het komend schooljaar 4 jaar worden voor aanvang van dat schooljaar aangemeld worden. U kunt dit op school doorgeven, het mag ook telefonisch. Met nieuwe gezinnen voert de directeur een aanmeldingsgesprek. Ongeveer anderhalve maand voordat uw kind 4 wordt nemen we contact met u op. Hierna volgt een kennismakingsgesprek met een van de leerkrachten van groep 1 en 2 op school.
4.3 Ziekteverzuim Bij ziekte van uw kind stellen we het op prijs dat u dit tussen 8.15 uur en 8.30 uur aan ons meldt. Als uw kind onder schooltijd ziek wordt proberen we de ouders/verzorgers te bereiken die het dan kunnen ophalen. Bij bijv. een ongeluk op het schoolplein waarbij we denken dat medische hulp noodzakelijk is, zullen we u als ouders het eerst proberen te bereiken, zodat u zelf met uw kind naar de arts / het ziekenhuis kunt gaan. Bent u niet bereikbaar dan zal iemand van het team deze taak overnemen. Hiervoor heeft u een verklaring voor toestemming getekend. Ouders zijn verplicht door te geven aan de school dat hun kind overgevoelig of allergisch is voor bepaalde zaken. Hiernaast is op onze school een protocol voor het gebruik van medicijnen aanwezig waarin ouders en leerkrachten schriftelijk overeenkomen hoe te handelen bij een kind dat onder schooltijd medicijnen moet gebruiken. Bij langdurige ziekte zal de leerkracht van het kind thuis of in het ziekenhuis les geven (indien mogelijk). In de wet “Ondersteuning Onderwijs aan Zieke Leerlingen” van 1999 is nog eens duidelijk aangegeven dat ook zieke leerlingen recht hebben op onderwijs. Voor kinderen of jongeren die in een ziekenhuis zijn opgenomen – of ziek thuis zijn – is het belangrijk dat het gewone leven zo veel mogelijk doorgaat. Onderwijs hoort daar zeker bij. Onderwijs aan zieke leerlingen is o.a. om de volgende redenen van belang:
Het leerproces wordt voortgezet (een onnodige leerachterstand wordt zo veel mogelijk voorkomen) De zieke leerling houdt een belangrijke verbinding met de buitenwereld (regelmatig sociale contacten)
Ook tijdens een ziekteperiode van een leerling blijft de eigen school verantwoordelijk voor het onderwijs aan die leerling. De leerkrachten staan er echter niet alleen voor. Zij kunnen voor deze onderwijsbegeleiding aan de zieke leerling een beroep doen op de ondersteuning van een Consulent Onderwijs aan Zieke Leerlingen (COZL). De leerkracht van de school en de consulent maken in overleg met de ouders van de leerling afspraken over de inhoud van de ondersteuning. Het accent kan daarbij liggen op begeleiding en advisering, maar ook kan een deel van het onderwijsprogramma van school worden overgenomen. Het belang van de zieke leerling wordt daarbij steeds als uitgangspunt genomen. Aanmelden voor deze vorm van onderwijsbegeleiding kan door de ouders of de school. Voorafgaand overleg is daarbij wel aan te bevelen. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met het centrale kantoor van Onderwijs aan Zieke Leerlingen IJsselgroep (tel. 0546 536583, e-mail:
[email protected], www.ijsselgroep.nl) of via de website van de stichting “Ziek zijn en Onderwijs” (www.ziezon.nl)
4.4 Verlofaanvragen basisschool leerlingen:
15
Sinds 1 augustus 2005 is er een nieuwe interpretatie van de Wet Leerplicht van kracht. De nieuwe afspraken zijn in het directieberaad van de voormalige gemeente Hengelo Gld. in samenspraak met de leerplicht ambtenaar van de gemeente Bronckhorst tot stand gekomen. De Onderwijskundig Schoolleiders zijn bevoegd: 1. vakantieverlof te verlenen ( 1 x per schooljaar en maximaal 10 dagen) indien de specifieke aard van het beroep van één van de ouders hen slechts in staat stelt buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan; 2. verlof te verlenen in geval van andere gewichtige omstandigheden (maximaal 10 dagen). Indien het verlof wordt verleend voor meer dan 10 schooldagen per jaar beslist de leerplichtambtenaar van de woongemeente van de leerling nadat de directeur gehoord is. Wanneer wordt geen verlof verleend: - voor familiebezoek in het buitenland; - voor vakantie in een goedkopere periode of in verband met een speciale aanbieding; - voor vakantie in verband met een gewonnen prijs; - voor vakantie bij gebrek aan andere boekingsmogelijkheden; - bij uitnodiging van familie of vrienden om buiten de eigen schoolvakantie op vakantie te gaan;
-
voor eerder vertrekken of later terugkeren in verband met (verkeers) drukte; voor een kind omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn; voor deelname aan sportieve of culturele evenementen buiten schoolverband.
Wanneer kan wel verlof worden verleend( gewichtige omstandigheden): - voor verhuizing; - voor het bijwonen van het huwelijk van bloed of aanverwanten; - bij ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten; - bij overlijden van bloed- of aanverwanten; - bij 12 ½-, 25-, 40-, 50- en 60-jarige huwelijksjubileum van ouders of grootouders voor 1 dag; - bij het 25-,40- en 50-jarige ambtsjubileum; - voor andere naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen, maar geen vakantieverlof. De directeur is verplicht de leerplichtambtenaar te informeren over ongeoorloofd schoolverzuim. Tegen de ouders die hun kind(eren) zonder toestemming van school houden, kan proces verbaal worden opgemaakt. Indien ouders geen toestemming hebben gekregen voor vakantieverlof en vervolgens toch op reis gaan of de leerling ziek melden, dan dient dit gemeld te worden bij de leerplichtambtenaar, zodat er actie ondernomen kan worden.
4.5
Beleid in geval van schorsing Bij ernstige onregelmatigheden kan een leerling geschorst worden. In dat geval zal zo spoedig mogelijk contact worden opgenomen met de ouders/verzorgers en de inspectie. Het bevoegd gezag stelt de betrokkenen schriftelijk op de hoogte als men voornemens is te schorsen. De volgende procedure wordt gehanteerd: (a) (b) (c) (d) (e)
Schorsing van een leerling vindt in principe pas plaats na overleg met de leerling, de ouders/verzorgers en de groepsleerkracht. De groepsleerkracht en/of directie spreekt ouders/verzorgers aan op geconstateerde problemen. De directie overlegt met het bevoegd gezag. Het bestuur kan een leerling voor een beperkte periode schorsen, nooit voor onbepaalde tijd; Het bestuur deelt het besluit tot schorsing schriftelijk aan de ouders/verzorgers mee. In dit besluit worden vermeld: de redenen voor
16
(f) (g)
4.6
schorsing, de aanvang en tijdsduur van schorsing en eventuele andere genomen maatregelen. De ouders/verzorgers worden op de hoogte gesteld van het feit dat de inspectie in kennis gesteld wordt van de schorsing. Het bestuur stelt de inspectie in kennis van de schorsing en de redenen daarvoor; De school stelt de leerling in staat, bijvoorbeeld door het opgeven van huiswerk, te voorkomen dat deze een achterstand oploopt.
Beleid bij verwijdering
Het bevoegd gezag kan besluiten dat een leerling definitief toegang tot de school wordt ontzegd. Redenen om een kind definitief van school te verwijderen zijn onder meer het duidelijk constateren dat door het kind of door de ouders/verzorgers aan de voorwaarden en regels zoals gesteld bij toelating niet (meer) wordt voldaan. Voorafgaand aan de algemene procedure zoals wettelijk vastgelegd wordt bij de (mogelijke) verwijdering van een leerling als volgt gehandeld: (a) De groepsleerkracht en/of directie spreekt ouders/verzorgers aan op geconstateerde problemen. (b) De groepsleerkracht en/of directie overlegt met het bevoegd gezag. (c) Het vervolg van de procedure is zoals beschreven in artikel 39 en 40 van de Wet op het Primair Onderwijs. (d) Het bevoegd gezag is verplicht een andere basisschool te zoeken voor het kind. Als na 8 weken aantoonbaar actief zoeken geen andere basisschool is gevonden, kan pas tot verwijdering worden overgegaan. Ook als er geen andere school is gevonden! Als in de loop van dit traject de problemen worden opgelost, bijvoorbeeld doordat ouders/verzorgers beloven zich te houden aan de voorwaarden of doordat het kind van school genomen wordt, dan stopt de procedure uiteraard.
4.7 Contacten peuterspeelzaal We werken met het “kindvolgmodel”. Dat is een observatielijst waarmee wordt begonnen als een kind op de peuterspeelzaal verblijft. Die gegevens worden, na toestemming van de ouders, vervolgens doorgegeven aan de leerkrachten van de basisschool.
4.8 Jeugdgezondheidszorg
Overdracht door het consultatiebureau Alle kinderen worden, na het laatste onderzoek door het consultatiebureau (JGZ 0-4 jaar), overgedragen aan het team Jeugdgezondheidszorg van GGD Noord- en Oost-Gelderland (GGD NOG) (JGZ 4-19 jaar). Wanneer er specifieke aandachtspunten zijn, bespreekt het consultatiebureau deze met de GGD. Gezondheidsonderzoek 5 jarigen Alle leerlingen worden rond de leeftijd van 5 jaar, samen met hun ouders, uitgenodigd voor een gezondheidsonderzoek. De jeugdverpleegkundige voert het gezondheidsonderzoek uit, tenzij er specifieke aandachtspunten zijn. In dat geval worden de kinderen en hun ouders bij de jeugdarts uitgenodigd. De aanwezigheid van ouders/verzorgers is bij het gezondheidsonderzoek van de 5-jarigen noodzakelijk. GGD NOG nodigt kinderen en hun ouders/verzorgers daarom altijd uit op afspraak. Als ouders/verzorgers de afspraak willen verzetten, kunnen zij dit bij voorkeur zelf regelen met andere ouders/verzorgers. Als dit niet mogelijk is, kunnen ouders/verzorgers contact opnemen (via telefoon of website) met GGD NOG.
17
Voor de uitnodigingsbrieven verstuurd worden, vraagt het team JGZ aan de school (IB’er/leerkracht) naar bijzonderheden bij de kinderen die onderzocht worden. De ouders/verzorgers krijgen bij de uitnodigingsbrief twee korte vragenlijsten. Deze documenten worden in samenwerking met de school verspreid aan de ouders/verzorgers. De school krijgt een lijst met welke kinderen zijn uitgenodigd op welke data. Het gezondheidsonderzoek duurt gemiddeld 20 minuten. Alle kinderen van 5 jaar worden gemeten en gewogen. Ook gehoor en visus worden onderzocht. Daarnaast kunnen ouders gesprekonderwerpen aangeven. Op verzoek van de basisschool kan de jeugdverpleegkundige aanwezig zijn op een informatiemoment voor ouders/verzorgers van 5-jarigen, om hier uitleg te geven en vragen te beantwoorden over het gezondheidsonderzoek en de GGD in het algemeen. Spraak-taalscreening 4-5 jarigen Rond de leeftijd van 4-5 jaar voert de logopedist de spraak-taalscreening uit. Voorafgaand aan deze screening vullen de ouders en de leerkracht een vragenlijst in. De logopedist beoordeelt naar aanleiding van de antwoorden of een kind tot de risicogroep voor spraak- en/of taalproblemen behoort, of dat andere logopedische risicofactoren aanwezig zijn. Deze kinderen ziet de logopedist voor een spraaktaalscreening. Daarbij wordt vooral gelet op spraak, taal, luistervaardigheden, mondgedrag en stem. Voor eventuele behandeling worden kinderen doorverwezen naar een vrijgevestigd logopedist. Gezondheidsonderzoek op indicatie Natuurlijk kunnen er ook voor of na de leeftijd van 5 jaar vragen over de gezondheid en ontwikkeling van kinderen zijn. Dan kan een gezondheidsonderzoek op indicatie aangevraagd worden, of kunnen ouders verwezen worden naar het inloopspreekuur van de jeugdverpleegkundige. De aanwezigheid van ouders/verzorgers is ook bij dit gezondheidsonderzoek op indicatie noodzakelijk. Inloopspreekuur Het inloopspreekuur is een nieuw. Ouders, leerlingen en leerkrachten met vragen kunnen hier gebruik van maken. De jeugdverpleegkundige houdt minimaal 4 keer per jaar een inloopspreekuur. Meten, wegen en vaccineren 9 jarigen Alle kinderen worden in het jaar dat zij 9 jaar worden, gemeten en gewogen. In dit jaar krijgen deze kinderen ook een uitnodiging voor de BMR- en DTP-vaccinaties die op dezelfde dag worden gegeven. Collectief contactmoment groep 7 Leerlingen van groep 7 krijgen een interactieve bijeenkomst over genotmiddelen, seksuele gezondheid, overgewicht (voeding en bewegen) en mediawijsheid. Deelname aan zorgoverleggen en mogelijkheden voor advies en consultatie De leerkracht, de leerling, of de ouder kan de jeugdarts of de verpleegkundige om advies vragen. Als het nodig is, wordt een logopedist ingezet. De jeugdverpleegkundige neemt deel aan het zorgteam op school en kan de schakel zijn naar andere lokale zorgoverleggen. Daarnaast neemt de jeugdarts deel aan bovenschoolse zorgoverleggen. In het nieuwe stelsel passend onderwijs is de JGZ-professional een belangrijke vraagbaak.
18
Verwijzen door de jeugdarts Nieuw is dat de jeugdarts rechtstreeks kan verwijzen naar eerste- en tweedelijns hulpverleners. De jeugdarts brengt de huisarts op de hoogte van de verwijzing. Alle gezondheidsonderzoeken en spreekuren vinden bij voorkeur plaats op de schoollocatie.
Hoofdluis De kinderen worden na elke vakantie gescreend op hoofdluis door enkele ouders. Deze ouders hebben hiervoor een cursusbijeenkomst gevolgd. Als uw kind hoofdluis heeft wilt u dit dan melden bij Everlien Janssen, Liske Kranenbarg of de leerkracht van uw kind. De jassen moeten in een luizentas aan de kapstok worden gehangen.
4.9 Veiligheidsplan. Recent onderzoek heeft opgeleverd dat 25% van de leerkrachten in het V.O. al te maken heeft of heeft gehad met agressie en geweld. In het Basisonderwijs is dat al 9%. Het gevoel van onveiligheid bij leerkrachten en leerlingen neemt alleen maar toe. Werken aan leefbaarheid en veiligheid is daarom van groot belang. De school moet een plek zijn waar rust heerst, waar leerlingen, personeel en ouders zich thuis voelen en zich veilig weten en waar alle betrokkenen respectvol, prettig en vriendelijk met elkaar omgaan. De school heeft daarom een veiligheidsplan opgesteld waarin de volgde onderdelen zijn opgenomen: -
Risico Inventarisatie en Evaluatie. Plan van aanpak. Gedragsregels m.b.t. agressie en geweld.
-
Gedragscode voorkomen pesten. Gedragscode voorkomen discriminatie. Meldingsprocedure agressie en geweld of seksuele intimidatie. Registratieformulier agressie en geweld. Ongevallenregistratieformulier Arbeidsinspectie. Protocol agressie en geweld. Draaiboek bij calamiteiten. Draaiboek rouwverwerking. Richtlijnen voor nazorg. Sancties die door de school opgelegd kunnen worden. Intentieverklaring.
4.10 Gedragscode voorkomen discriminatie Het volgende wordt van iedereen binnen de school verwacht: De leerlingen en hun ouders/verzorgers worden gelijkwaardig behandeld. Er wordt geen discriminerende taal gebruikt. Er wordt zorg voor gedragen dat er in school geen discriminerende teksten en/of afbeeldingen voorkomen op posters, in de schoolkrant, in te gebruiken boeken e.d. Er wordt op toegezien dat leerlingen en ouders/verzorgers ten opzichte van medeleerlingen en hun ouders/verzorgers geen discriminerende houding aannemen in taal en gedrag. De leerkracht neemt duidelijk afstand van discriminerend gedrag en maakt dit ook kenbaar. Bij discriminatie door personeel wordt het personeelslid door de directie uitgenodigd voor een gesprek. Bij het herhaaldelijk overtreden van de gedragsregels wordt melding gedaan bij het bestuur, dat vervolgens bepaalt of en zo ja welke disciplinaire maatregelen er worden genomen. Bij discriminatie door vrijwilligers, stagiaires, ouders/verzorgers en/of leerlingen worden deze door de directie uitgenodigd voor een gesprek. Bij herhaaldelijk overtreding van de gedragsregels wordt melding gedaan bij het bestuur, dat vervolgens bepaalt of en zo ja welke maatregelen er worden
19
genomen. In het uiterste geval kan hierbij gedacht worden aan schorsing of verwijdering/ontzegging van betrokkene tot de school en het schoolterrein. 4.11 Gedragscode voorkomen pesten Pesten is onaanvaardbaar gedrag en vormt een bedreiging (met name voor kinderen) voor de sfeer op school en voor het individu. Daarom hebben wij een aantal regels geformuleerd voor zowel leerlingen als leerkrachten. Preventieve aanpak Maak aan de leerlingen duidelijk dat signalen van pesten (iets anders dan plagen!) doorgegeven moeten worden aan de leerkracht. Leg uit dat dit geen klikken is. Personeel en leerlingen noemen leerlingen niet met een bijnaam die als kwetsend ervaren kan worden. Personeel en leerlingen maken geen opmerkingen over kleding en/of uiterlijk die als kwetsend ervaren kunnen worden.
Indien de leerkracht pesten heeft gesignaleerd: o geeft hij/zij duidelijk en ondubbelzinnig aan dat hij/zij dergelijk gedrag verafschuwt en afkeurt; o probeert hij/zij zicht te krijgen op de oorzaak, de omvang van het pestgedrag en de mogelijke gevolgen voor het slachtoffer; o probeert hij/zij het invoelend vermogen van de pester en de ‘zwijgende meerderheid’ te vergroten (“als jij nu eens gepest werd...”); o brengt hij/zij het probleem in de teamvergadering en wordt er vervolgens overgegaan naar een plan van aanpak; o stelt hij/zij de ouders/verzorgers van de betrokkenen (pester, gepeste) op de hoogte en geeft aan hoe de school dit probleem gaat aanpakken.
4.12
Arbeidsomstandighedenwet:
Ook op de basisschool geldt de arbo-wet. Deze wet heeft als doel: Het waarborgen van veiligheid, gezondheid en welzijn in de arbeidssituaties. Op school hebben we op grond van deze wet te maken met de volgende zaken: Bedrijfsarts: Zeker als er op school sprake is van ziekte onder de personeelsleden, ontstaat vanzelf een situatie waarin vrij veel contact is met de gezondheidscoach. De directeur heeft regelmatig overleg en laat zich adviseren. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor de begeleiding. Hij houdt ook de medewerker P&O over de ontwikkelingen op de hoogte. Als bovenstaande situatie niet het gewenste resultaat oplevert of wanneer de situatie daarom vraagt wordt er een afspraak gemaakt met de bedrijfsarts. Ontruimingsplan: De school beschikt over een ontruimingsplan, opgesteld in overleg met de brandweer. Minimaal twee keer per jaar wordt er geoefend aan de hand van dit plan. Bedrijfshulpverlening: Vanaf schooljaar 2014-2015 worden alle personeelsleden geschoold in de handelingen van de kinderEHBO. Deze scholing omvat 2 dagdelen, aansluitend bij de schooltijd. Er is dus altijd iemand op school aanwezig die de eerste hulp kan bieden of deskundige hulp kan inschakelen indien dit nodig is. Gelderveste zorgt bovenschools voor de jaarlijkse planning en ook voor de bekostiging. Arbowerkgroep: Op onze school is een Arbowerkgroep. De werkgroep bestaat uit een ouder van de Medezeggenschapsraad, een bedrijfshulpverlener (tevens arbo-coördinator) en de onderwijskundig schoolleider. De werkgroep heeft allerlei taken op het gebied van veiligheid in en rondom de school. Zo coördineert zij
20
o.a.:
Het uitvoeren en bijstellen van het ontruimingsplan. Het uitvoeren van risico-inventarisaties (gevaren signaleren) en het opstellen van plannen ter verbetering van de omstandigheden in overleg met bevoegd gezag en de Arbodienst. Vanuit Gelderveste wordt begeleiding geboden om de risico inventarisatie te laten voldoen aan de daarvoor gestelde eisen. Het registreren van ongevallen.
Arbocommissie Bovenschools worden Arbo zaken als controle brandmelders, noodverlichting, brandblussers aangestuurd.
4.13 Het leerlingvolgsysteem Om een leerling optimaal te kunnen volgen maken wij, naast observaties en gesprekken met leerlingen, gebruik van methodegebonden en methode-onafhankelijke toetsen. De bevindingen uit observaties en gesprekken worden vanaf het vierde jaar nauwgezet genoteerd en geregistreerd. Er wordt gelet op alle ontwikkelingsaspecten: cognitief, sociaal-emotioneel en motorisch gebied. Wanneer leerlingen ouder worden krijgen zij testen en toetsen uit de leermethoden die wij hanteren. De toetsen hebben voor de leerkrachten een signaalfunctie. Onafhankelijk van deze toetsen hanteren we op school landelijk genormeerde toetsen, het zogenaamde Leerling Volg Systeem. De toetsen worden op vaste momenten in de schoolloopbaan afgenomen. De resultaten geven een leerlingen-, groeps-, maar ook een schooloverzicht. Groep 1: Rekenen (lichaamsdelen en kleur) Taaltoets (passieve woordenschat en kritisch luisteren) Toetsen Dyslexieprotocol leerlingenregistratie Kleuterplein Groep 2: Rekenen Taaltoets Toetsen Dyslexieprotocol Leerlingenregistratie Kleuterplein
Groep 3 en 4: Begrijpend lezen Dyslexieprotocol Drie Minuten Toets Spellingtoets Rekenen en Wiskunde Nieuwe Avi toets Woordenschattoets
Groep 5 en 6: Begrijpend lezen Drie Minuten Toets Spellingtoets Rekenen en Wiskunde Nieuwe Avi toets Woordenschattoets
(betekenis en verwijsrelaties) (leesvorderingen) (3x1 minuut zoveel mogelijk woorden lezen) (soort dictee rond correcte spelling) (rekenkundige vraagstukjes en sommen oplossen) (technisch lezen)
(vragen aan de hand van teksten)
(technisch lezen)
Groep 7: Begrijpend lezen
21
-
Drie Minuten Toets Spellingtoets Rekenen en Wiskunde Entreetoets Woordenschattoets
Groep 8: Begrijpend lezen Drie Minuten Toets Spellingtoets Rekenen en Wiskunde Cito Eindtoets Woordenschattoets
4.14 Rapporten Voor rapportage over uw kinderen hebben wij de volgende procedure: De jongste leerlingen: Kinderen die vanaf oktober tot januari starten in de kleutergroep doen in overleg met de ouders wel of niet mee met de toetsen van januari.(zie herfstkinderen) De ouders van de kinderen die de toetsen maken worden in februari en in juni uitgenodigd voor een gesprek. Deze kinderen ontvangen dan ook een rapport. Ouders van kinderen die na januari in de groep beginnen worden in juni uitgenodigd voor een gesprek met de leerkracht.
Groep 1 en 2: In november, februari en in juni zijn er gesprekken met de leerkracht van uw kind, waarin u op de hoogte gesteld wordt van het doen en laten van uw kind in de klas. De kinderen ontvangen dan in februari en juni een rapport.
Groep 3 t/m 8: De kinderen krijgen twee keer per jaar een rapport en wel in februari en in juni. Twee keer wordt u uitgenodigd om de vorderingen door te spreken in een 15-minuten-gesprek. Deze vinden plaats in november en in februari (gelijk met het rapport). Bij het laatste rapport wordt indien nodig contact met u opgenomen. Vanzelfsprekend kunt u altijd bij de leerkracht van uw kind informeren naar vorderingen naast de vastgestelde tijden.
4.15 Doorgaande lijn 4.15.1 Een jaar overdoen In onze groepen zal zoveel mogelijk worden gelet op de mogelijkheden van het kind zelf en minder op de leerstof. Een jaar overdoen zal dan ook alleen worden overwogen, wanneer de ontwikkeling van het kind in gevaar dreigt te komen, bijvoorbeeld: bij langdurige ziektes, bijzondere huiselijke omstandigheden, hiaten in de leerstof of onoverkoombare sociaal – emotionele problemen. Het moet in ieder geval in het belang van het kind zijn voor deze stap wordt genomen. Ouders worden hierbij gezien als belangrijke partner in het overleg. Mocht men ondanks zorgvuldig overleg met de ouders niet tot een eensluidend oordeel komen, dan neemt de school (de directeur in overleg met de groepsleerkracht en de IB-er) de uiteindelijke beslissing in welke groep een kind wordt geplaatst. 4.15.2 Overslaan van een groep Ook zeer begaafde kinderen hebben extra zorg nodig. Veel van deze kinderen zijn op een aantal gebieden hun leeftijdgenoten vooruit en worden niet voldoende uitgedaagd door de normale stof voor de basisschool. Deze kinderen moet naast de normale stof extra materiaal worden aangeboden. In heel speciale gevallen kan het voorkomen dat zo’n leerling een groep overslaat. Het moet dan wel op alle
22
gebieden zijn leeftijd ver vooruit zijn en niet alleen bij lezen, taal en rekenen. Heel belangrijk is dat een kind dit op sociaal-emotioneel gebied aankan. Het voelt zich anders bij oudere kinderen zeer ongelukkig. Over deze stap moet daarom heel goed overleg tussen ouders en leerkrachten plaatsvinden. In veel gevallen wordt de Schoolbegeleidingsdienst hierin betrokken. De directeur blijft verantwoordelijk en neemt de uiteindelijke beslissing of een kind een groep kan overslaan.
4.15.3 Herfstkinderen: Herfstkinderen zijn die kinderen die geboren zijn in oktober, november en december en bijna drie jaar in de kleutergroep verblijven. De inspectie vindt dat er voor deze kinderen criteria moeten gelden waarom ze niet doorgaan naar groep 2, na bijna een jaar onderwijs. Er is geen wettelijke regel die hieraan ten grondslag ligt. Afspraken en criteria die op onze school voor deze kinderen gelden: Kinderen die tussen 1 oktober en 31 december als vierjarige bij ons op school instromen, worden in principe in groep 1 geplaatst.
Mocht in de loop of aan het eind van dit eerste jaar, aan de hand van de observatielijsten, registratie kleuterplein (november) en de toetsgegevens blijken dat daartoe aanleiding is, dan wordt met ouders besproken om dit kind in groep 1 te laten. Aan het eind van groep 2 wordt aan de hand van een aantal criteria besloten om het kind al dan niet naar groep 3 te laten gaan. Deze criteria zijn: 1. Bij de verschillende CITO-toetsen moet tenminste op een C niveau gescoord worden. 2. Bij het dyslexieprotocol moet er ook een voldoende niveau zijn. 3. De leerling moet volgens de observatielijst minimaal op een voldoende niveau, passend bij zijn of haar leeftijd, functioneren. 4. Ook wordt gekeken naar zelfstandigheid, werkhouding en concentratie.
De school ( de directeur in overleg met de groepsleerkracht en de IB-er) neemt uiteindelijk de beslissing of een kind wel of niet naar groep 3 kan.
4.16 Voortgezet onderwijs Naar welke school uw kind kan is niet alleen afhankelijk van de kwaliteit van de basisschool, maar ook van de interesse, motivatie en aanleg van het kind. We proberen op onze school het maximale uit ieder kind te halen en er zo voor te zorgen, dat uw kind in de meest geschikte vorm van onderwijs terecht komt en op die school goed kan meekomen. De specifieke voorbereiding op het voortgezet onderwijs gebeurt in groep 8. De leerlingen krijgen gedurende het jaar informatie van de leerkracht en er worden allerlei folders uitgedeeld. In januari is er een voorlichtingsavond voor leerlingen en ouders van groep 7 en 8. In deze periode kunnen de leerlingen en hun ouders ook de open avonden bezoeken, die door de scholen georganiseerd worden. Begin maart wordt met de ouders een definitieve schoolkeuze gemaakt, waarna de leerlingen door de basisschool aangemeld worden. Belangrijke punten bij de schoolkeuze. De schoolkeuze voortgezet onderwijs is onder andere afhankelijk van de volgende elementen: het advies van de school en de wens van het kind /ouders. Advies van de school. Het advies van de groepsleerkracht en/of de directeur is belangrijk bij de schoolkeuze. Zij hebben meestal goed inzicht in de mogelijkheden waarover een kind beschikt. Daarbij zijn niet alleen de leerprestaties belangrijk, maar ook gegevens over de belangstelling van het kind, de zin in studeren, de wil om zich ergens voor in te zetten en de behoefte aan hobby's en vrije tijd. Dit advies wordt voorlopig in november en definitief begin maart gegeven. Cito-toets. De Cito eindtoets vindt dit jaar voor het eerst plaats in april 2015.
23
De rol bij gebruik voor schoolkeuze neemt hierbij af. Wel is het hopelijk een bevestiging van de gemaakte keuze. Of in geval van vragen bij plaatsing kan deze ondersteunend werken. Met de Cito-toets worden de kennis en het inzicht van de leerlingen onderzocht op het gebied van taal, rekenen, informatieverwerking en wereldoriëntatie. De bedoeling ervan is onder andere om meer duidelijkheid te krijgen over de vorm van voortgezet onderwijs die het meest geschikt is. Onafhankelijk van het schooladvies, geeft de Cito-toets een aanwijzing over de te maken schoolkeuze. Het is verder goed te weten, dat voor de toelating van de theoretische leerweg of hoger een bepaalde uitslag vereist is. Als een leerling hieraan niet voldoet kan op de school voor Voortgezet Onderwijs een toelatingstoets gemaakt worden. Als het advies van de basisschool en de uitslag van de Cito-toets beide positief zijn, wordt het kind zeker toegelaten. In alle overige gevallen zal de toelatingscommissie de beschikbare gegevens zorgvuldig tegen elkaar afwegen om tot een beslissing te komen. Er kan daarbij overleg gepleegd worden met de basisschool. Voor een advies voortgezet onderwijs zijn drie vragen van belang: Welke ervaringen heeft de school met de leerling? Hoe ver is de leerling in de leerstof gevorderd? Hoe zit de leerling in elkaar? Een antwoord op de eerste vraag valt wel te beantwoorden, omdat de school vaak jarenlang met de leerling is opgetrokken. Voor een antwoord op de tweede vraag moet er naast het oordeel van de school ook op één of andere manier gemeten worden wat de leerling kan. Dit kan met behulp van de CITO-eindtoets, maar het kan ook met de gegevens van ons leerlingvolgsysteem. 4.17 Resultaten onderwijs (uitstroomgegevens) Naar welke vorm van voortgezet onderwijs gaan de leerlingen zoal. De laatste 4 jaren zijn er 22 leerlingen van school gegaan. Deze leerlingen kozen de volgende opleiding: VMBO (leerwegondersteuning) Basis: 2 VMBO (leerwegondersteuning) Kader: 2 VMBO (VMBO theoretische leerweg): 4 HAVO waaronder groene lyceum: 10 VWO: 2 VWO+: 2 De citoscores op de eindtoetsen waren respectievelijk: 537,7 – 533,4 – 540,8 – 537,6. Alle leerlingen hebben aan de eindtoets deelgenomen. Volgens het toezichtkader van de inspectie zijn de opbrengsten van ons onderwijs op een voldoende niveau. (boven landelijk gemiddelde) Dit geldt ook voor de tussenopbrengsten van de lagere leerjaren. De school val hiermee onder, wat genoemd wordt, het basisarrangement. In juli 2011 heeft een inspectiebezoek plaatsgevonden. Het volgende inspectiebezoek zal over 4 jaar plaatsvinden.
4.18 Extra begeleiding Organisatie van de begeleiding Zorg staat op onze school gelijk aan passend onderwijs voor alle kinderen. Elk kind mag er zijn en de school is verantwoordelijk voor het juiste onderwijsaanbod, afgestemd op de mogelijkheden en beperkingen van dat kind. De leerkracht is de direct verantwoordelijke als het gaat om de begeleiding die een kind krijgt. Reflectie is een belangrijk middel bij het realiseren van de juiste zorg. We gaan met kinderen in gesprek over wat ze gedaan hebben, hoe het gegaan is, hoe ze het ervaren hebben en op welke manier ze verder kunnen gaan. Deze manier van werken verhoogt de betrokkenheid van kinderen en komt zo de ontwikkeling en het leerproces ten goede. We werken volgens de uitgangspunten van het handelingsgericht werken (HGW):
24
• • • • • • •
Onderwijsbehoeften centraal Aandacht voor het positieve van school, kind en ouders Interacties leerkracht/leerling belangrijk Het is de leerkracht die er toe doet! Samenwerking school, kind, ouders. We werken doelgericht De begeleiding is systematisch en transparant georganiseerd.
Met ingang van het nieuwe schooljaar is de wet Passend onderwijs van kracht. Wat betekent dit voor onze organisatie ? Passend Onderwijs schooljaar 2014-2015
Wat is passend onderwijs? Elk kind heeft recht op goed onderwijs. Ook kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Met Passend onderwijs is het nog beter mogelijk om ondersteuning op maat te bieden voor alle kinderen die dit nodig hebben. Zo hebben zij de beste kansen op een vervolgopleiding en meedoen in de samenleving. Kinderen die het echt nodig hebben kunnen, net als nu, naar het speciaal (basis)onderwijs. Dat blijft. Daarnaast werken we nauw samen met partners vanuit de jeugdhulp, zodat kinderen en hun ouders zowel op school als thuis passende ondersteuning krijgen. 6
Wat is de zorgplicht? Scholen zijn verplicht om een passende onderwijsplek te vinden voor kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. Dit heet de zorgplicht. Of uw kind nu ‘gewoon’ of ‘anders’ leert: elke school heeft de plicht een passend aanbod te doen. Het liefst op de reguliere basisschool. En als dat niet kan, dan op een andere basisschool, in het speciaal basisonderwijs of in het speciaal onderwijs. Altijd in samenspraak met u als ouder of verzorger. ‘Gewoon als het kan, speciaal als het moet.’
Samenwerkingsverband Doetinchem Onze school maakt deel uit van het samenwerkingsverband Doetinchem..
Welke ondersteuning biedt een school? In het schoolondersteuningsprofiel van onze school staat beschreven welke ondersteuning de school kan bieden. We maken daarin onderscheid tussen basisondersteuning en extra ondersteuning. Basisondersteuning is de ondersteuning die iedere school in de regio biedt. De basisondersteuning is voor alle scholen, en dus voor alle kinderen, gelijk. Voor ieder kind dat extra ondersteuning nodig heeft maken we een arrangement op maat. Deze extra ondersteuning wordt toegekend en betaald door het samenwerkingsverband Doetinchem. Met ingang van het schooljaar 2014-2015 zal er binnen Scholengroep GelderVeste een eigen expertiselaag gecreëerd worden. Dit om de specifieke zorg en begeleiding op de scholen beter op elkaar en de leerlingen af te stemmen. In deze expertiselaag zullen naast de ondersteuningscoaches (voorheen Intern Begeleiders) ook clusterexperts, (voorheen de Ambulant Begeleiders, uit cluster 2, 3 en 4) een plek krijgen.
6
Voordat de zorgplicht ingaat, moet zijn voldaan aan de aanmeldingsprocedure en moet de school hebben vastgesteld dat het kind extra ondersteuning nodig heeft. De zorgplicht geldt juridisch gezien voor het schoolbestuur. In de praktijk vult de school waar het kind is aangemeld de zorgplicht in. De procedure zorgplicht is niet van toepassing indien op de school waar het kind is aangemeld geen plaatsruimte beschikbaar is en/of ouders de grondslag van de school niet respecteren.
25
De ondersteuningscoach voor onze school is Marion Zwartkruis. De informatie over leerlingen wordt door de leerkrachten en de onderwijskundig schoolleider met de ondersteuningscoach gedeeld, tenzij ouders bij inschrijving nadrukkelijk vermelden dit niet te willen. Denkt u dat uw kind extra ondersteuning nodig heeft? Situatie 1: uw kind bezoekt nog geen basisschool. Als ouder kiest u zelf een school voor uw kind, ook als uw kind extra ondersteuning nodig heeft. Als u een keuze heeft gemaakt voor een school dan kunt u uw kind aanmelden. U meldt uw kind schriftelijk aan bij de school van uw eerste voorkeur middels een aanmeldingsformulier. Dit kan vanaf de leeftijd van 3 jaar. U geeft daarbij aan of uw kind (naar verwachting) extra ondersteuning nodig zal hebben. Het is mogelijk om uw kind bij meerdere scholen tegelijk aan te melden. Als u dat doet, dan moet u bij de aanmelding aangeven op welke andere scholen u uw kind ook heeft aangemeld. Als u uw kind heeft aangemeld, dan zal de school informatie verzamelen over welke ondersteuning uw zoon of dochter nodig heeft. Van u wordt verwacht dat u de informatie die u heeft deelt met de school. Daarnaast zal de school het ondersteuningsteam inzetten (zie kader). Dit gebeurt altijd in overleg met u als ouder of verzorger. Ook voor het opvragen van informatie over uw kind bij andere instanties vraagt de school om uw toestemming. Op basis van de verkregen informatie maakt de school samen met u de afweging over wat het beste is voor uw kind. Binnen 6 tot 10 weken, na uw aanmelding, laat de school weten of uw kind wordt toegelaten (eventueel met extra ondersteuning) of dat de school samen met u op zoek gaat naar een beter passende plek voor uw kind op een andere school. Dat gebeurt altijd in nauw overleg met u.
Situatie 2: uw kind zit al op school. Denkt u dat uw kind extra ondersteuning nodig heeft? Wij raden u aan in gesprek te gaan met de leerkracht van uw zoon/dochter over de ontwikkeling van uw kind. Waar heeft u vragen over? En wat heeft uw kind volgens u nodig? De leerkracht zal samen met u, de onderwijskundig leider en eventueel de ondersteuningscoach van de school, overleggen welke route wordt doorlopen. Een eerste stap voor het aanvragen van extra ondersteuning is een bespreking in het ondersteuningsteam op school (zie kader). Ondersteuningsteam Onze school kent een ondersteuningsteam voor de bespreking van kinderen met een extra ondersteuningsbehoefte. U als ouder wordt altijd uitgenodigd om deel te nemen aan de bespreking over uw kind. Standaard zitten de volgende personen in het ondersteuningsteam van de school: Leerkracht Onderwijskundig Schoolleider Ondersteuningscoach Bij HGPD gesprekken of andere zorgbesprekingen nemen ook de gezinscoach (vanuit jeugdhulp / Centrum voor Jeugd en Gezin) en de Schoolverpleegkundige deel ( GGD) Daarnaast kunnen ook andere partners op afroep deelnemen aan het overleg, bijvoorbeeld een orthopedagoog, een clusterexpert, een spel-, fysio- of Césartherapeut. In het ondersteuningsteam bespreken we samen met u de vraag: wat heeft uw kind nodig om een bepaald doel te behalen? Daarbij kijken we ook naar andere factoren, zoals de groep, de school en de thuissituatie. In iedere bespreking komen ook de positieve aspecten en de talenten van uw kind aan de orde. Voor ieder kind dat extra ondersteuning nodig heeft maken we een arrangement op maat. Dit arrangement wordt toegekend en betaald door het samenwerkingsverband IJssel - Berkel. Is een (tijdelijke) lesplaats in het speciaal (basis)onderwijs de meest passende plek? Dan vragen we
26
hiervoor een ‘toelaatbaarheidsverklaring' aan bij het samenwerkingsverband. Met deze toelaatbaarheidsverklaring heeft uw kind recht op plaatsing op een school voor speciaal (basis)onderwijs.
4.19 Schoolbegeleidingsdienst Iselinge Deze instantie is gevestigd in Doetinchem. Het is een van de mogelijkheden voor personeel maar ook voor ouders (O.R. en M.R.) om nascholing op vele gebieden te volgen. In onderling overleg maken we een keuze welke nascholing we als team of afzonderlijk gaan volgen.
5. De ouders 5.1 Ouderbijdrage Op onze school werken we met een vaste ouderbijdrage. Deze bijdrage is niet verplicht, maar gezien de per kind gemaakte kosten, waarvoor we geen "overheidsgelden" ontvangen, hopen we dat u aan deze oproep gehoor zult geven. De volgende regeling is van kracht: Per schoolgaand kind: € 20,00 voor een heel schooljaar. Kinderen die tijdens het schooljaar instromen: € 2,00 per maand voor de resterende maanden, afgerond op een hele maand. Uit deze bijdrage worden tijdens het schooljaar gemaakte onkosten vergoed. U kunt b.v. denken aan het volgende: -
Spelmiddag 't Zand. (maaltijd en traktaties) Kosten St. Nicolaasfeest (strooigoed, cadeaus, enz.) Kosten Kerstfeest (fruit, leesboek enz.) Kosten Paasmaaltijd Onkosten bijz. dagen zoals sportdag, schoolvoetbal, afscheid groep 8 enz. Verjaardagen leerkrachten enz. Traktatie (drinken) schoolreisje. Onkosten schoolkrant.
Voor het overmaken van deze bedragen krijgt u aan het begin van het schooljaar een rekening van de steunstichting.
5.2 Donateurs Ouders, grootouders en andere belangstellenden die CBS Bekveld een warm hart toedragen kunnen donateur worden van de school. Het donateurschap is minimaal € 4,50 en komt ten goede aan de steunstichting, dus aan de school. De inning van de donateursgelden geschiedt via de steunstichting. Donateurs die geen kinderen meer op school hebben, krijgen als tegenprestatie twee keer per jaar de schoolkrant thuisbezorgd.
5.10
Schoolreis/ Kamp/ Zending
De onkosten voor het schoolreisje/ het kamp bedragen per jaar: Onderbouw € 20,00 Middenbouw € 25,00 Bovenbouw € 55,00
27
Verder is er op maandagmorgen de mogelijkheid om geld voor de zending te geven. (Van harte aanbevolen.) Ook staat er op school een doos waarin u oude kaarten en postzegels van enveloppen kunt doen (of door uw kind kunt laten doen). Dit brengt een aanzienlijk bedrag op voor de zending. 5.4 Contacten ouders – school Als school vinden wij het erg belangrijk om een goed contact met de ouders / verzorgers van de kinderen te onderhouden. Wij zijn er van overtuigd, dat dit een voorwaarde is om het kind zo optimaal mogelijk te begeleiden. Op de volgende manieren willen we dit realiseren: Schoolgids Met deze schoolgids willen we iedereen zo duidelijk mogelijk informeren over onze school.
Kalender Aan het begin van het schooljaar ontvangen alle gezinnen een schoolkalender. Hierop staan alle reeds geplande activiteiten, nieuwsbrieven en vrije dagen voor het schooljaar vermeld. Ook staan hierop de vermeldingen van de diverse geledingen, de leerkrachten en de groepen kinderen met de telefoonnummers erbij. Ouderavond Eenmaal per jaar wordt er op school een algemene ouderavond gehouden. Naast vaste punten als: verkiezingen van leden voor de steunstichting en de medezeggenschapsraad, kascontrole van de ouderraad en vragen, proberen we ook ieder jaar weer een leuk, actueel of informatief onderwerp te vinden voor de rest van de avond. Rapportbesprekingen Zoals elders vermeld bespreken we samen met de ouders de vorderingen van hun kinderen in zogeheten 10-minuten gesprekken. ( Zie punt 3.10 van deze gids) Huisbezoek In groep 1 t/m 3 komt er een leerkracht één keer op huisbezoek. De leerkracht neemt daarover van tevoren contact met u op. Kijkmiddag Ook dit schooljaar willen we de ouders, naast de rapportbesprekingen, extra uitnodigen om het werk van de kinderen in te kijken. U bent dan van 14.15 uur tot 15.00 uur welkom in de klas(-sen) van uw kind (eren). Schoolkrant Tweemaal per jaar verschijnt onze schoolkrant. Hierin staat informatie, lees-, en kijkstof voor de kinderen en hun ouders. De leerlingen hebben zelf ook een groot aandeel in onze schoolkrant. Nieuwsbrief: Bek-up Tussendoor worden de ouders op de hoogte gesteld van nieuwtjes en belangrijke informatie door middel van de nieuwsbrief. De data waarop de nieuwsbrief mee naar huis komt staan op de kalender. Via onze website is het ook mogelijk om je aan te melden voor de digitale versie van onze nieuwsbrief. Naast bovengenoemde momenten is het altijd mogelijk om een afspraak te maken met de leerkrachten!
5.5 Ouderhulp Naast de steunstichting, die actief is met allerlei hand - en spandiensten, hebben we hulp van ouders die helpen met o.a. de volgende dingen:
28
diverse schoonmaakwerkzaamheden zoals b.v. de dakgoten helpen met het geven van handvaardigheid (Pasen, Kerst) kopiëren van diverse zaken vervoer bij div. activiteiten etc.
In het begin van ieder schooljaar ontvangt u een brief waarop u kunt invullen bij welke activiteiten u wilt helpen. 5.6 Gevonden voorwerpen In het magazijn staat een hutkoffer. U kunt daar de door ons gevonden voorwerpen aantreffen. 5.7 Schoolfotograaf Eenmaal per twee jaar komt de schoolfotograaf op school. U wordt hier van tevoren van op de hoogte gesteld. Er worden dan naast individuele foto's ook groepsfoto's en foto’s van broertjes / zusjes gemaakt. Ouders van niet schoolgaande broertjes of zusjes krijgen hierover bericht. 5.8 Abonneren op jeugdbladen Aan het begin van het schooljaar ontvangen alle kinderen informatie over diverse abonnementen en boeken/cd-rom pakketten Wij geven deze mee zodra alle informatie binnen is zodat u alles kunt vergelijken en een keuze maken voor uw kind(eren). 5.9 Klachtenregeling onderwijs De onderwijswetgeving is met ingang van 1 augustus 1998 gewijzigd in verband met de invoering van het schoolplan, de schoolgids en het klachtrecht, ook wel de Kwaliteitswet genoemd. De inwerkingtreding van de Kwaliteitswet betekent onder meer dat de schoolbesturen verplicht zijn een klachtenregeling vast te stellen en in te voeren. Volgens de voorgestelde wetgeving kunnen ouders en leerlingen klachten indienen over gedragingen en beslissingen of het nalaten daarvan van het bevoegd gezag en het personeel. Door de klachtenregeling ontvangen het bevoegd gezag en de school op eenvoudige wijze signalen die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Het bestuur van de Scholengroep GelderVeste onderschrijft de doelstellingen van de Kwaliteitswet volledig en hecht aan een zorgvuldige regeling. Met de regeling wordt beoogd een zorgvuldige behandeling van klachten, waarmee het belang van de betrokkenen wordt gediend, maar ook het belang van de school (een veilig schoolklimaat). De klachtenregeling is alleen van toepassing als men met zijn klacht niet ergens anders terecht kan. De meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden afgehandeld. Als dat, gezien de aard van de klacht niet mogelijk is, of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op deze klachtenregeling. Het bevoegd gezag heeft ervoor gekozen in plaats van het zelf instellen van een klachtencommissie zich aan te sluiten bij een landelijke klachtencommissie.
Adres: Landelijke Klachtencommissie en kringenrechtspraak primair en voortgezet onderwijs Postbus 694 2270 AR Voorburg
29
Spreekuur: maandagmorgen, donderdagmorgen, vrijdagmorgen van 9.00 uur tot 13.00 uur. Tel.: 0703861697 Fax:070-3481230. E-mail:
[email protected] /
[email protected] De commissie verricht zijn werkzaamheden op basis van de landelijke modelklachtenregeling ( ter inzage op school). De externe vertrouwenspersoon van onze regio is dhr. H. Riphagen Onderwijsadviseur IJsselgroep Bachlaan 11 Doetinchem Tel. nr. : 06 - 41796466 Contactpersoon van onze school is Hennie van der Brug tel.: 0573-256717 Wanneer u klachten heeft kunt u zich bij haar melden. Zij neemt dan indien nodig contact op met mevrouw Kusters. Op onze school hebben we een gedragscode en beleid ( ter inzage op school) rond straffen en belonen. 5.10 Informatie- en advieslijn Voor vragen over onderwijs kunnen ouders terecht op de informatie- en advieslijn. Zij zijn op schooldagen te bereiken tussen tien en drie uur op tel.nr.: 0800-5010 of via www.50tien.nl waar al honderden antwoorden op staan. 5.11 Privacy reglement: Binnen de Stichting Is een privacyreglement opgesteld met als doel : De persoonlijke levenssfeer van leerlingen van wie persoonsgegevens worden verwerkt te beschermen tegen misbruik van die gegevens en tegen het verwerken van onjuiste gegevens Te voorkomen dat persoonsgegevens worden verwerkt voor een ander doel dan het doel waarvoor ze verzameld zijn. De rechten van de leerling te waarborgen. Geen andere persoonsgegevens van een leerling worden verwerkt dan: Naam, voornamen, voorletter, titulatuur, geslacht, geboortedatum, adres, postcode, woonplaats, telefoonnummer en soortgelijke voor communicatie bedoelde gegevens, alsmede bank- en girorekeningnummer van de betrokkene. Het persoonsgebonden nummer. Nationaliteit en geboorteplaats Gegevens die noodzakelijk zijn met het oog op de gezondheid of het welzijn van de leerling.
Gegevens betreffende de godsdienst of levensovertuiging van de leerling, voor zover die noodzakelijk zijn voor het onderwijs. Gegevens betreffende de aard en het verloop van het onderwijs, alsmede de behaalde studieresultaten . Gegevens met het oog op de organisatie van het onderwijs en het verstrekken of ter beschikking stellen van leermiddelen. Gegevens met het oog op het berekenen, vastleggen en innen van inschrijvingsgelden, schoolen lesgelden en bijdragen of vergoedingen voor leermiddelen en buitenschoolse activiteiten. Gegevens als bedoeld onder het eerste punt, van de ouders, voogden of verzorgers van leerlingen. Ander dan de onder bovenstaande bedoelde gegevens waarvan de verwerking wordt vereist ingevolge of noodzakelijk is met het oog op de toepassing van een wettelijke regeling. Een administratiecode ten behoeve van de verwerking van de gegevens onder bovenstaande punten. (Het volledige reglement ligt op school ter inzage.)
5.12 Portretrecht: Dit reglement is opgesteld teneinde ouders / verzorgers en kinderen in staat te stellen contact te zoeken met ouders / verzorgers van mede-leerlingen, bijvoorbeeld in verband met het brengen en halen c.q. afspreken van het onderling spelen. Zonder toestemming van de ouders / verzorgers mogen de bedoelde gegevens onder huidige privacy – wetgeving niet worden verstrekt. De verstrekking van de
30
adresgegevens moet worden gezien als een dienst. Er zitten geen bijbedoelingen bij. We gaan ervan uit dat ouders de gegevens niet beschikbaar stellen aan anderen. Bovendien worden vanuit de scholen van Scholengroep GelderVeste verschillende contactorganen verspreid, zoals schoolgids, weekinformatie, schoolkrant. Hierin staan foto’s van kinderen. Ook zijn die te zien op de website van de school. Plaatsing van deze foto’s mag niet zonder toestemming van ouders / verzorgers. Plaatsing van foto’s dienen geen ander doel dan verduidelijking en verfraaiing van het bericht. Ook worden soms video opnames gemaakt voor begeleiding van zowel de leerling als de leerkracht met als doel afstemming te zoeken in het onderwijs. 5.13 Verzekering CBS Bekveld is lid van de Vereniging Besturenraad Prot. Chr. Onderwijs. Aan dit lidmaatschap is een basispakket verzekeringen verbonden. Naast dit pakket heeft CBS Bekveld enkele aanvullende verzekeringen afgesloten. 5.13.1 Aansprakelijkheidsverzekering voor onderwijsinstellingen. Deze verzekering dekt de aansprakelijkheid van de school en het personeel, stagiaires, vrijwilligers en al degenen die aan schoolse - of buitenschoolse activiteiten deelnemen. Het gaat daarbij om schade die aan een derde is toegebracht. De school is in het algemeen niet aansprakelijk voor schade die in schoolverband door een leerling wordt veroorzaakt. De leerling is zelf verantwoordelijk en in veel gevallen de ouders; ook al valt hen niets te verwijten. We adviseren ouders dan ook een particuliere aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten. 5.13.2 Schoolongevallenverzekering Leerlingen, personeel en al degenen die aan een buitenschoolse activiteit deelnemen zijn onder voorwaarden verzekerd tegen ongevallen. Wanneer zich tijdens schooluren of buitenschoolse activiteiten een ongeval voordoet, waarbij een verzekerde lichamelijk letsel oploopt, keert de verzekeraar in principe uit. De hoogte van het bedrag dat wordt uitgekeerd is afhankelijk van de omstandigheden. De verzekering keert niet uit wanneer een ongeval opzettelijk is veroorzaakt, ontstaan door roekeloos gedrag of onder invloed van alcohol of drugs. Evenmin wordt uitgekeerd bij letsel ontstaan als gevolg van een vechtpartij, tenzij dit gebeurt uit zelfverdediging.
5.13.3 Aansprakelijkheidsverzekering voor bestuurders Deze verzekering dekt de persoonlijke aansprakelijkheid van bestuurders voor schade aan derden, als gevolg van handelen of nalaten waaruit aansprakelijkheid voortvloeit, alsmede de kosten van verweer en rechtsbijstand tegen ingestelde vorderingen.
5.14 Sponsoring Het bestuur is van mening dat sponsoring binnen bepaalde grenzen mogelijk moet zijn. Sponsoring in het onderwijs is een opkomend fenomeen. Het gaat hierbij om sponsoring zowel van lesmateriaal als van hulpmiddelen en activiteiten. Het geeft de school de ruimte initiatieven te ontwikkelen ter verkrijging van extra inkomsten. Inmiddels is tussen het Ministerie van Onderwijs en de besturen- en ouderorganisaties een convenant opgesteld betreffende sponsoring. Het bestuur onderschrijft dit convenant. Ook is er een beleidsstuk ontwikkeld over sponsoring. Dit ligt op school ter inzage.Op dit moment is sponsoring bij ons op school nog niet van toepassing.
31