naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk Koloniënstraat 11 1000 Brussel Contactpersoon: Tel: 02/517.60.37
Fax: 02/517.65.00
e-mail:
[email protected]
BESTEK Nr. APETRA/2007/1 RAAMOVEREENKOMST VOOR DE VERWERVING VAN BESCHIKKINGSRECHTEN OP RUWE AARDOLIE EN AARDOLIEPRODUCTEN
1
O. INHOUDSTAFEL: Rubriek
Pagina
I.
ALGEMENE BEPALINGEN 1 Inleiding 2 Wetgeving 3 Voorwerp en aard van de opdracht 4 Duur van de overeenkomst 5 Uitschrijvende instantie – Bijkomende informatie 6 Informatiesessie 7 Indienen en openen van de dossiers tot kandidaatstelling 8 Aanbestedingsberichten en rechzettingen 9 Bijzondere uittredingsvoorwaarden 10 Geschillen
3 3 3 4 4 5 5 6 6 6 7
II.
BEPALINGEN M.B.T. DE OPDRACHTEN
8
III DE VRAAG TOT KANDIDAATSTELLING 1 Selectiecriteria a Uitsluitingsgronden b Selectiecriteria inzake financiële draagkracht c Selectiecriteria mbt technisch bekwaamheid d Speciale voorwaarden te beschikking gestelde ruwe aardolie e Verificatie door APETRA 2 Ondertekening van het standaard raamcontract 3 Opname in de shortlist 4 Elementen van het dossier tot kandidaatstelling – toe te voegen documenten
10 10 10 13 14 16 16 17 17 17
IV DE OFFERTES 1 Werkwijze – regelmatigheid - gunningsprocedure a Werkwijze b Regelmatigheid c Gunningsprocedure 2 Prijzen 3 Geldigheidsduur van de offertes 4 Bij de offerte te voegen documenten 5 Facturatie en betaling
18
V
21
TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN
VI BIJLAGEN 1 Checklist toe te voegen documenten 2 Standaard raamcontract voor ter beschikking stellingen
18 18 19 19 20 20 20
23 24 25
2
I. ALGEMENE BEPALINGEN I. 1. Inleiding APETRA is het Belgische agentschap dat verantwoordelijk is voor het beheer van het overgroot gedeelte van de Belgische verplichte voorraden. APETRA heeft de exclusieve bevoegdheid inzake de tenuitvoerlegging, binnen of buiten het grondgebied van België, van taken van openbare dienst inzake het aanhouden en beheren van de verplichte voorraden aardolie en aardolieproducten volgens de bepalingen van de wet van 26 januari 2006 betreffende de aanhouding van een verplichte voorraad aardolie en aardolieproducten en de oprichting van een agentschap voor het beheer van een deel van deze voorraad en tot wijziging van de wet van 10 juni 1997 betreffende de algemene regeling voor accijnsproducten, het voorhanden hebben, en het verkeer daarvan en de controles daarop. De taken van openbare dienst van APETRA omvatten: 1. het aanhouden van aardolie en aardolieproducten ten belope van haar voorraadplicht; 2. het aankopen van aardolie en/of aardolieproducten om te voldoen aan de eisen inzake eigen voorraden opgenomen in de wet en zijn uitvoeringsbesluiten; 3. het afsluiten van overeenkomsten aangaande ter beschikking gestelde hoeveelheden met Belgische voorraadplichtige of geregistreerde aardoliemaatschappijen en buitenlandse aardoliemaatschappijen; 4. het aankopen, bouwen en/of huren van opslagcapaciteit voor het onderbrengen van de voorraden in eigendom van APETRA.
I. 2. Wetgeving Deze opdracht kadert in de Europese en Belgische wetgeving m.b.t. de minimumvoorraden aardolie en aardolieproducten. Een overzicht van de ganse Belgische wetgeving die van toepassing is op deze opdracht is terug te vinden op de website van APETRA: http://www.apetra.be. Deze opdracht valt niet onder de wet inzake de overheidsopdrachten. Deze opdracht heeft immers tot doel de wettelijke opdracht van APETRA te realiseren in uitvoering van artikel 5, §2, 2° van de wet van 26 januari 2006. De aardolieproducten worden bovendien niet geleverd aan APETRA. Ze worden enkel gereserveerd voor perioden van bevoorraadcrisissen. Enkel in deze situatie zal APETRA overgaan tot aankoop van deze voorraden. Op dat moment zal APETRA een beroep kunnen doen op de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaandelijke bekendmaking in toepassing van artikel 17, §2, 1, 3 van de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten. Hieraan is echter een volwaardige mededinging vooraf gegaan. Ondanks het feit dat deze opdracht niet valt onder de formele toepassing van de wetgeving op de overheidsopdrachten zal APETRA de algemene gunningsbeginselen strikt respecteren. De opdracht zal op voldoende wijze worden bekend gemaakt onder meer in het Europees Publicatieblad en op het internet.
3
Het afsluiten van de raamovereenkomsten en de toewijzing van de opdrachten betreffende de beschikkingsrechten zullen op transparante wijze geschieden met respect voor de beginselen van niet-discriminatie en gelijke behandeling. Deze procedure voldoet derhalve volkomen aan de criteria opgenomen in de Interpretatieve Mededeling van de Commissie over de Gemeenschapswetgeving die van toepassing is op het plaatsen van opdrachten die niet of slechts gedeeltelijk onder de richtlijnen inzake de overheidsopdrachten vallen (2006/C 179/02, Pb. 1 augustus 2006). APETRA zal met andere woorden dezelfde waarborgen bieden aan de deelnemers dan onder de wetgeving overheidsopdrachten.
I. 3. Voorwerp en aard van de opdracht De onderhavige opdracht betreft het verwerven van rechten op hoeveeelheden ruwe aardolie en/of aardolieproducten die ter beschikking zullen worden gesteld voor de NV van publiek recht met sociaal oogmerk APETRA.
Hierbij wordt de procedure gekozen die in dit bestek is uitgewerkt, waarbij geopteerd wordt voor de modaliteit van de raamovereenkomst voor het selecteren van begunstigden. Deze modaliteit omvat twee fasen: •
Een eerste, eenmalige fase waarbij kandidaat-inschrijvers verzocht worden de nodige informatie aan APETRA te verstrekken en een standaard raamcontract te ondertekenen (de ‘Vraag tot kandidaatstelling’) en waarbij de weerhouden kandidaat-inschrijvers, hierna begunstigden genoemd, zullen opgenomen worden in een shortlist;
•
Een tweede herhaalbare fase, waarbij aan de begunstigden die op de shortlist voorkomen de vraag tot het indienen van offertes voor specifieke opdrachten in het kader van deze raamovereenkomst wordt gesteld (de ‘offerte’).
I. 4. Duur van de overeenkomst § 1. De raamovereenkomst wordt afgesloten voor de duur van vier jaar. De eerste periode van vier jaar vangt aan op 15 januari 2007. Elke vier jaar wordt de volledig short list hernieuwd. In uitzonderlijke omstandigheden kan op gemotiveerde wijze worden beslist om de short list tijdelijk te verlengen met een periode van maximaal één jaar. § 2. Bedrijven die na het sluiten van de raamovereenkomst nog wensen te worden opgenomen in de shortlist, kunnen bij APETRA, in de eerste maand een nieuw kwartaal een dergelijk verzoek indienen. § 3. Vooraleer te kunnen worden opgenomen in de shortlist, moeten ze echter dezelfde onderzoeksstadia doorlopen zoals dit het geval is geweest bij de andere bedrijven.
4
APETRA zal deze onderzoeken binnen het kwartaal waarin het verzoek werd gedaan afronden en de resultaten van dit onderzoek voor het einde van dit kwartaal aan de aan de betrokken ondernemingen betekenen . § 4. Voor de bedrijven die na het sluiten van de raamovereenkomst de shortlist komen vervoegen, zal de duur van de raamovereenkomst beperkt worden tot het overblijvend gedeelte van de termijn van vier jaar. § 5. Ongeacht de onderzoek- en betekeningtermijn bepaald in § 4., zullen ondernemingen die niet van bij aanvang voor deze raamovereenkomst inschrijven ten vroegste op 1 juli 2007 de shortlist van begunstigden kunnen vervoegen. Dit behoudens een beslissing van de raad van bestuur van APETRA om de lijst vroeger te heropenen. § 6. Iedere partij kan een einde stellen aan de overeenkomst op het einde van het eerste, tweede of het derde jaar, op voorwaarde dat de betekening aan de andere partij per aangetekend schrijven wordt verzonden minstens 90 kalenderdagen voor het einde van dat jaar. Indien APETRA van deze mogelijkheid gebruik maakt, gebeurt dit via gemotiveerd schrijven. In dat geval kan de partij die het opzeggen van het contract moet ondergaan, uit hoofde van deze opzegging geen schadevergoeding eisen.
I. 5. Uitschrijvende instantie – Bijkomende informatie Deze opdracht wordt uitgeschreven door de naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk APETRA, vertegenwoordigd door haar Algemeen directeur. Bijkomende inlichtingen inzake de procedure én over de inhoud kunnen worden opgevraagd bij de Administratief directeur op het telefoonnummer: 02/517.60.37, faxnummer 02/517.65.00, e-mail:
[email protected].
I.6. Informatiesessie Gelet op het belang van de opdracht en het feit, dat deze opdracht de eerste is in een reeks van raamovereenkomsten die APETRA in de toekomst zal uitschrijven, houdt APETRA tussen de aankondiging van de opdracht in het Officieel Publicatieblad van de Europese Unie en in het Bulletin der Aanbestedingen, enerzijds, en de dag van opening van de dossiers tot kandidaatstelling, anderzijds, een informatiesessie ten behoeve van de kandidaat-inschrijvers. Deze informatiesessie zal doorgaan op donderdagvoormiddag 21 december 2006 op volgend adres: Regus, Koloniënstraat 11 te 1000 Brussel. Tijdens deze informatiesessie zal eerst een kort overzicht worden gegeven van het voorwerp van de opdracht en de verdere procedure. Vervolgens wordt ruimte gegeven voor het stellen van vragen.
5
Teneinde de organisatie van deze informatiesessie mogelijk te maken worden de kandidaat-inschrijvers die wensen op de informatiesessie aanwezig te zijn verzocht zich in te schrijven en voorafgaand aan deze sessie, hun eventuele vragen per mail of per fax aan APETRA te bezorgen. Het inschrijvingsformulier bevindt zich op de website van APETRA. De toegang tot de informatiesessie is enkel verzekerd voor de personen die zich ten laatste op maandag 18 december 2006 hebben ingeschreven. De niet ingeschreven personen zullen enkel tot de zaal toegelaten worden voor zoverre nog plaatsen beschikbaar zijn. Enkel de vragen die ten laatste op maandagavond 18 december 2006 bij APETRA toekomen, zullen tijdens de sessie beantwoord worden. Aan de ingang van de vergaderzaal zullen de aanwezigen worden verzocht om de identiteit van de onderneming die zij vertegenwoordigen en hun volledig adres te vermelden op de aanwezigheidslijst. Alle aanwezigen ontvangen een kort verslag van de informatiesessie. De kandidaat-inschrijvers die niet op de infosessie aanwezig konden zijn, kunnen het verslag opvragen bij APETRA.
I. 7. Indienen en openen van de dossiers tot kandidaatstelling De dossiers tot kandidaatstelling worden onder gesloten omslag en vergezeld van alle nodige toe te voegen stukken in 2 exemplaren verzonden naar (een aangetekend schrijven wordt aanbevolen) of persoonlijk neergelegd op het volgende adres: Regus, t.a.v. APETRA NV van publiek recht met sociaal oogmerk, Koloniënstraat 11 te 1000 Brussel en dit uiterlijk op vrijdag 12 januari 2007 om 12 uur.
I. 8. Aanbestedingsberichten en rechzettingen Deze opdracht wordt bekend gemaakt in het Officieel Publicatieblad van de Europese Unie, in het Bulletin der Aanbestedingen en op de website van APETRA. De inschrijver wordt geacht kennis genomen te hebben van de voorwaarden van dit bestek en er bij het opmaken van zijn offerte rekening mee gehouden te hebben. Hij aanvaardt door zijn inschrijving onvoorwaardelijk de voorwaarden van het bestek en de wijze van gunning.
I.9 Bijzondere uittredingsvoorwaarden APETRA is ertoe gehouden om naast de algemene Belgische wetgeving in verband met de verplichte voorraad ook de specifieke wetgeving die op haar activiteiten betrekking heeft na te leven. Indien deze wetgevingen, na het van kracht worden van de short list, zouden wijzigingen, zal APETRA, met een aangetekend schrijven, de begunstigden onverwijld hiervan op de hoogte brengen. Indien APETRA van mening is dat de nieuwe wetsbepalingen de bepalingen van de huidige raamovereenkomst op zo’n manier wijzigt dat de naleving onmogelijk wordt, kan APETRA in deze aangetekende brief melden dat APETRA een einde wenst te stellen aan de overeenkomst.
6
Indien de begunstigden van mening zijn dat de nieuwe wetsbepalingen de bepalingen van de huidige raamovereenkomst op zo’n manier wijzigen, dat de naleving onmogelijk wordt, kunnen zij binnen de maand volgend op de betekening APETRA, met een aangetekend schrijven, melden dat zij een einde wensen te stellen aan de overeenkomst De overeenkomst wordt dan beëindigd 90 dagen na het versturen van het hogervermeld schrijven door de begunstigde. Geen van de partijen kan aanspraak maken op enige vorm van schadeloosstelling.
I. 10. Geschillen
Hoewel APETRA het juridisch statuut heeft van een naamloze vennootschap van publiek recht én taken van openbare dienst uitvoert, beschouwt APETRA zich niet als een administratieve overheid onderworpen aan het toezicht van de Raad van State. De taken van openbare dienst worden immers volledig georganiseerd binnen de contractuele sfeer. APETRA beschikt niet over de bevoegdheid om derden éénzijdig te binden. Al de verordenende en/of éénzijdige bevoegdheden waaronder de maatregelen tijdens een bevoorraadingscrisis, zijn behouden gebleven bij de Federale Regering of de bevoegde minister. Om die reden zijn enkel de gewone rechtbanken bevoegd om kennis te nemen van de geschillen met betrekking tot de beslissingen over de opname op de shortlist, de toewijzing van de offertes, de uitvoering van de overeenkomsten, … In geval van conflict geldt de Nederlandse versie van dit bestek als referentie.
7
II. BEPALINGEN M.B.T. DE OPDRACHTEN Deze opdracht betreft de levering van beschikkingsrechten op hoeveelheden ruwe aardolie of aardolieproducten ten gunste van APETRA. APETRA verwerft vanwege de begunstigde het recht om, in geval er zich een bevoorradingscrisis voordoet tijdens de reserveringsperiode, de gereserveerde aardolie en/of aardolieproducten in volle eigendom te verwerven. Het beschikkingsrecht geldt op permanente wijze gedurende een reserveringsperiode van minimum 1 en maximum 12 maand. De exacte reserveringsperiode wordt bepaald in de opdrachten die APETRA in het kader van de raamovereenkomst zal uitschrijven. De begunstigde is eigenaar van de ter beschikking gestelde hoeveelheden. Het eigendomsrecht en de risico’s blijven te allen tijde bij de begunstigde, behalve in geval van een effectieve overdracht van de ter beschikking gestelde hoeveelheden. De begunstigde mag de hoeveelheden die ter beschikking zijn gesteld tijdens de duur van de reservering niet vervreemden noch met enige zakelijke of persoonlijke zekerheid bezwaren. Elke beperking van het beschikkingsrecht van APETRA dient zonder verwijl aan APETRA gemeld te worden. APETRA kan in dit geval: • de betaling van de vergoeding van het beschikkingsrecht stopzetten en dit zolang de beperkingen aanhouden. • een contractuele boete opleggen • met onmiddellijke ingang het contract opzeggen • eventueel de veroorzaakte verliezen of opgelopen schade en kosten verhalen op de begunstigde.
Het beschikkingsrecht van APETRA houdt in, dat de begunstigde gedurende de contractuele periode de gegunde hoeveelheid • niet kan verkopen, verbruiken of op enigerlei wijze verminderen; • niet aan een derde partij mag afstaan; • niet mag meerekenen in de individuele voorraadplicht van zichzelf of een derde partij. De kwaliteit- en beschikbaarheidvereisten waaraan de ter beschikking gestelde hoeveelheden dienen te voldoen staan vermeld in rubriek V “Technische voorschriften” van dit bestek. De verplichte voorraden die APETRA beheert bevinden zich bij voorkeur op Belgisch grondgebied. De ruwe aardolie die eigendom is van Belgische raffinaderijen en die opgeslagen is in Nederland aan het begin van de RAPL pijpleiding en bestemd is om
8
in België te worden geraffinereerd wordt beschouwd als zich bevindend op Belgisch grondgebied. Behoudens een afwijking toegestaan door de federale Minister die Energie onder zijn bevoegdheid heeft, houdt APETRA maximum 30% van de voorraden die zij beheert in het buitenland aan. De buitenlandse voorraden dienen zich te bevinden in de EU landen waarmee België een bilateraal akkoord heeft afgesloten. Deze EU landen zijn Nederland, Frankrijk, Duitsland, Groot-Brittanië Luxemburg en Ierland. Bilaterale voorraden ten gunste van APETRA aangehouden in die EU landen waarmee België een bilateraal akkoord heeft zijn onderworpen aan de goedkeuring van de bevoegde autoriteiten van de beide lidstaten. APETRA aanvaardt deze voorraden slechts na aftoetsing van deze wederzijdse goedkeuring. De voorraden die APETRA beheert bevinden zich steeds in “in aanmerking komende depots” (inhoud van dit statuut, wijze van aanvraag: zie rubriek III. 1. c. 3.) De vermoedelijke hoeveelheid beschikkingsrechten die de naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk APETRA nodig heeft zullen louter ten informatieve titel worden vermeld op de website.
APETRA mag deze hoeveelheden substitueren met voorraden ruwe aardolie in zoverre dat zij hierbij rekening houdt met de raffinagecoëfficiënten die goedgekeurd zijn door de Algemene directie Energie van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie.
9
III. DE VRAAG TOT KANDIDAATSTELLING Dossiers tot kandidaatstelling worden getoetst aan de volgende criteria: III. 1. Selectiecriteria: III. 1. a. Uitsluitinggronden: •
1. Eerste uitsluitinggrond: § 1. De Belgische inschrijver die personeel tewerkstelt dat is onderworpen aan de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de sociale zekerheid der arbeiders moet in orde zijn met zijn verplichtingen ten overstaan van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. •
De Belgische inschrijver wordt geacht in orde te zijn met voormelde verplichtingen indien hij aan APETRA een attest bezorgt, waaruit blijkt dat hij ten laatste daags vóór de uiterste datum voor de ontvangst van het dossier tot kandidaatstelling: 1° aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid al de vereiste aangiften heeft toegezonden, tot en met diegene die slaan op het voorlaatste afgelopen kalenderkwartaal voor de ontvangst van de dossiers tot kandidaatstelling en 2° op deze aangiften geen verschuldigde bijdragen van meer dan 2.500 EURO moet vereffenen, tenzij hij voor die schuld uitstel van betaling heeft verkregen waarvan hij de termijnen strikt in acht neemt. Evenwel zelfs wanneer de schuld aan bijdragen groter is dan 2.500 EURO, zal de inschrijver in orde beschouwd worden indien hij, alvorens de shortlist wordt opgesteld, , aantoont dat hij, de dag waarop het attest zijn toestand bepaalt, op een aanbestedende overheid in de zin van artikel 4, §1 en § 2, 1° tot 8° en 10°, van de wet of op een overheidsbedrijf in de zin van artikel 26 van die wet, één of meer schuldvorderingen bezit die zeker, opeisbaar zijn en vrij van elke verbintenis tegenover derden zijn en waarvan het bedrag op 2.500 EURO na, ten minste gelijk is aan de achterstallige bijdragen.
•
Voor Belgische inschrijvers die beschikken over een machtiging fiscaal entrepot van de FOD Financiën: zie tekstdeel 6. van “Uitsluitinggronden” verder in dit document.
10
§ 2. Voor de uiterste datum voor de ontvangst van het dossier tot kandidaatstelling moet de buitenlandse inschrijver bij zijn dossier toevoegen of aan APETRA voorleggen: 1° een attest dat uitgereikt werd door de bevoegde overheid en waarin bevestigd wordt dat hij, volgens de rekening die ten laatste daags voor de uiterste datum voor de ontvangst van het dossier tot kandidaatstelling, voldaan heeft op die datum aan de verplichtingen inzake betaling van de bijdragen voor de sociale zekerheid, overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar hij gevestigd is. Indien een dergelijk document niet uitgereikt wordt in het betrokken land, kan het vervangen worden door een verklaring onder eed of een plechtige verklaring van de inschrijver vóór een gerechtelijke of overheidsinstantie, een notaris of een bevoegde beroepsorganisatie van dat land; 2° in orde zijn met de bepalingen van § 1, indien hij personeel tewerkstelt dat onderworpen is aan de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de sociale zekerheid der arbeiders.
§ 3. APETRA kan in welk stadium van de procedure ook, met alle middelen die zij dienstig acht, inlichtingen inwinnen over de stand van betaling van de bijdragen voor de sociale zekerheid van om het even welke inschrijver.
•
2. Tweede uitsluitinggrond: De inschrijver mag niet in één van de volgende gevallen verkeren: 1°
in staat van faillissement of van vereffening verkeren, zijn werkzaamheden hebben gestaakt of een gerechtelijk akkoord hebben bekomen, of in een overeenstemmende toestand verkeren als gevolg van een gelijkaardige procedure die bestaat in de nationale wetgevingen en reglementeringen;
2°
aangifte hebben gedaan van zijn faillissement, een procedure van vereffening of een gerechtelijk akkoord aanhangig hebben of een gelijkaardige procedure lopende hebben bestaande in de nationale wetgevingen en reglementeringen.
De Belgische inschrijver voegt bij zijn dossier tot kandidaatstelling een recent (maximum 6 maanden oud te rekenen vanaf de datum van de opening van de dossiers van kandidaatstelling) attest van niet-faling, uitgereikt door de griffie van de bevoegde rechtbank van koophandel.
11
Voor de buitenlandse inschrijver dient het attest te worden uitgereikt door de overheidsinstantie die hiervoor in zijn land bevoegd is, of bij ontstentenis, een verklaring op eer gecertifieerd door een notaris of een gerechtelijke of overheidsinstantie. •
3. Derde uitsluitinggrond: De inschrijver moet in orde zijn met de betaling van de verschuldigde directe en indirecte belastingen en van de verschuldigde BTW. De Belgische inschrijver die niet over een machtiging fiscaal entrepot van de FOD Financiën beschikt, voegt bij zijn dossier tot kandidaatstelling een recent (maximum 6 maanden oud te rekenen vanaf de datum van de opening van de dossiers tot kandidaatstelling) attest 276C2 van de Administratie der Directe Belastingen en een recent (maximum 6 maanden oud te rekenen vanaf de datum van de opening van de dossiers tot kandidaatstelling) attest van de BTW-administratie, waaruit blijkt dat hij in orde is met zijn verplichtingen ten overstaan van de voormelde administraties. Voor Belgische inschrijvers die beschikken over een machtiging fiscaal entrepot van de FOD Financiën: zie tekstdeel 6. van de rubriek “Uitsluitinggronden” verder in dit document. De buitenlandse inschrijver voegt bij zijn dossier tot kandidaatstelling een recent (maximum 6 maanden oud te rekenen vanaf de datum van de opening van de dossiers tot kandidaatstelling) attest of attesten uitgereikt door de administratie(s) die in zijn land die bevoegd is (zijn) voor het innen van de directe belastingen en van de BTW (of van de taksen die in zijn land de BTW vervangen) waarin vermeld staat de hij in orde is met zijn verplichtingen ten overstaan van de voormelde administratie(s). Indien dit attest of deze attesten in zijn land niet worden uitgereikt, volstaat een verklaring op eer gecertificeerd door een notaris of door een gerechtelijke of overheidsinstantie van zijn land.
•
4. Vierde uitsluitinggrond: De inschrijver mag zich niet schuldig hebben gemaakt aan het afleggen van valse verklaringen bij het verstrekken van inlichtingen, opvorderbaar in het raam van deze opdracht.
12
•
5. Regeling voor de houders van een machtiging fiscaal entrepot van de FOD Financiën: Inschrijvers die beschikken over een machtiging fiscaal entrepot van de FOD Financiën dienen de attesten vermeld in 1. en 4. van deze rubriek niet aan APETRA voor te leggen. Zij bezorgen APETRA een recent attest (maximum 2 maanden oud te rekenen vanaf de datum van de opening van de dossiers tot kandidaatstelling) vanwege de FOD Financiën, centrale administratie der Douane en Accijnzen dat zij over een geldige machtiging fiscaal entrepothouder beschikken.
III. 1. b. Selectiecriteria inzake de financiële draagkracht van de kandidaat
De inschrijver dient over voldoende financiële slagkracht en stabiliteit te beschikken. Deze financiële slagkracht zal door APETRA worden beoordeeld op basis van de goedgekeurde jaarrekeningen van de laatste drie boekjaren, die in papieren versie of als pdf-bestand aan het dossier tot kandidaatstelling worden toegevoegd. Voor deze beoordeling kunnen verder door APETRA opinies van voorname ratingbureaus of kredietverzekeraars worden opgevraagd.
Voor de buitenlandse inschrijvers dienen tevens de goedkeurende jaarrekeningen van de drie laatste jaren of een staat van alle activa en passiva van de inschrijver bij het dossier tot kandidaatstelling te worden gevoegd. Voor alle vennootschappen die onder hun Nationaal Recht onderworpen zijn aan een Verslag van een Bedrijfsrevisor of Accountant, dient dit te worden toegevoegd.
Indien de onderneming nog geen jaarrekening heeft gepubliceerd, volstaat een tussentijdse balans voor echt verklaard door de accountant of door de bedrijfsrevisor of door de persoon of organisme dat een soortgelijke functie in zijn land uitoefent. Voor Economische Samenwerkingsverbanden en Tijdelijke Vennootschappen, dienen de goedgekeurde Gepubliceerde Jaarrekeningen van alle Vennoten worden toegevoegd. Voor alle Vennoten die onder hun Nationaal Recht onderworpen zijn aan een Verslag van een Bedrijfsrevisor of Accountant, dient dit te worden toegevoegd.
13
III. 1. c. Selectiecriteria met betrekking tot de technische bekwaamheid van de inschrijver
III. 1. c. 1. Geregistreerde aardoliemaatschappij De Belgische wetgeving schrijft voor, dat elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die voor eigen rekening, voor rekening van derden of voor eigen behoeften aardolie en/of aardolieproducten in België produceert, aankoopt, invoert of binnenbrengt, uitslaat, raffineert, in opslag houdt, verwerkt, aanwendt, verdeelt, te koop aanbiedt, verkoopt, levert of vervoert zich dient te registreren bij de afdeling petroleum van de Algemene directie Energie van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie.
De Belgische inschrijver of de onderneming die deze activiteiten in België uitvoert dient in orde te zijn met deze wetgeving en voegt, als bewijs, aan zijn dossier tot kandidaatstelling een bewijs van registratie afgeleverd door de Algemene directie Energie toe. De buitenlandse inschrijver voegt bij zijn dossier tot kandidaatstelling een verklaring van de bevoegde energieoverheid van zijn land dat hij bekend en/of erkend is door deze overheid.
III. 1. c. 2. Voorraadplichtige of voorraadhoudende aardoliemaatschappij § 1. Voor ter beschikking gestelde hoeveelheden kan APETRA beroep doen op 1° voorraden in België of hoeveelheden ruwe aardolie die beschouwd worden als zich in België bevindend eigendom van a. in België voorraadplichtig ondernemingen die over voldoende werkvoorraden beschikken om aan hun individuele voorraadplicht te voldoen; b. in België geregistreerde aardoliemaatschappijen die vrijwillig, kosteloos en op permanente wijze 4.000 ton werkvoorraden aanhouden; 2° hoeveelheden van buitenlandse aardoliemaatschappijen die in de EU landen waarmede België een bilaterale overeenkomst heeft over werkvoorraden beschikken. § 2. Teneinde te bewijzen aan deze verplichtingen te voldoen verklaart de Belgische inschrijver op eer in het kader van de wet van 26 januari 2006 voorraadplichtig te zijn en over voldoende werkvoorraden te beschikken om hieraan te voldoen of vrijwillig en op permanente wijze werkvoorraad ten belope van 4.000 ton te zullen aanhouden. Van zodra de inschrijver zijn individuele voorraadplicht kent, of van zodra het nieuwe voorraadsysteem een aanvang heeft genomen, wordt deze verklaring op erewoord aangevuld met een attest terzake van de Algemene directie Energie van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand
14
en Energie. Inschrijvers die dit attest niet zo spoedig mogelijk voorleggen zullen geweerd worden uit de opdrachten die uitgeschreven worden onder deze raamovereenkomst. § 3. De buitenlandse inschrijver voegt aan zijn dossier tot kandidaatstelling een attest afgeleverd door de energieoverheid van zijn land toe, waaruit blijkt dat hij voor deze lidstaat verplichte voorraden aanhoudt of in deze lidstaat over voorraden beschikt die onder overheidstoezicht vallen.
De attesten vermeld in §§ 2 en 3 worden door de inschrijver telkens aan het begin van een voorraadjaar (1 april van een jaar) aan APETRA bezorgd.
III. 1. c. 3. In aanmerking komend depot De voorraden afgewerkte producten die APETRA in België beheert dienen zich te bevinden in “in aanmerking komende depots”. Deze depots dienen te beantwoorden aan wettelijk vastgelegde criteria, met name: 1° het depot heeft een minimumcapaciteit van 10.000 m³; 2° het depot kan bevoorraad worden met lichters en/of met zeeschepen en/of per spoorweg en/of tankwagens en/of per pijpleiding; 3° het depot beschikt over faciliteiten die toelaten dat de voorraden van APETRA uit het depot kunnen gehaald worden. De beladingoperaties moeten binnen de 24 uur na vraag vanwege APETRA gestart kunnen worden; 4° in geval van bevoorradingscrisis is het depot toegankelijk voor alle merken, met inachtneming van de veiligheidsvoorschriften van het depot. Buitenlandse depots moeten aan dezelfde voorwaarden voldoen De inschrijver, Belg of buitenlander, voegt bij zijn dossier tot kandidaatstelling een verklaring op eer dat de hoeveelheden waarop zijn offertes betrekking zullen hebben gelokaliseerd zullen zijn in een dergelijk depot, dat over de noodzakelijke geldige vergunningen beschikt. De begunstigden die in de tweede fase een offerte indienen, voegen bij die offerte het attest van ‘in aanmerking komend depot’ uitgereikt door de Algemene directie Energie van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie voor elk van de depots waarin de ter beschikking aangeboden voorraden zich zullen bevinden. De in aanmerking komende depots mogen gehuurd of in eigendom zijn. Indien een begunstigde ter beschikking gestelde hoeveelheden opslaat in een depot waarvan hij geen eigenaar is, dan licht hij de depoteigenaar in over zijn status van houder van verplichte voorraden.
15
De depoteigenaar die aan APETRA ter beschikking gestelde hoeveelheden opslaat, brengt binnen de 24 uur APETRA op de hoogte wanneer ter beschikking gestelde voorraden de opslagplaats verlaten.
APETRA heeft steeds toegang tot de depots ten einde de aangehouden voorraden te kunnen controleren.
III. 1. d Speciale voorwaarden voor de ter beschikking gestelde hoeveelheden ruwe aardolie Indien de opdracht betrekking heeft op ruwe aardolie wordt die beperkt tot de begunstigden die toegang hebben tot een raffinaderij of die over een raffinagecontract voor de betrokken hoeveelheid beschikken. De ter beschikking gestelde hoeveelheden ruwe aardolie moeten met een passende raffinageyield omgerekend worden naar de drie categorieën. Wanneer APETRA bij een bevoorradingscrisis effectief beroep doet op de ter beschikking gestelde hoeveelheid ruwe aardolie, moet deze onder de vorm van aardolieproducten geleverd worden en via in aanmerking komende depots ter beschikking gesteld worden De Belgische en buitenlandse inschrijvers die aan opdrachten m.b.t. beschikkingsrechten voor ruwe aardolie wensen deel te nemen voegen aan hun dossier tot kandidaatstelling het bewijs toe, dat zij toegang hebben tot een raffinaderij of dat zij over een raffinagecontract beschikken.
III. 1. e. Verificatie door APETRA APETRA houdt zich gedurende de looptijd van deze raamovereenkomst het recht voor om de correctheid en actualiteit van de door de in de shortlist voorkomende begunstigden verstrekte attesten af te toetsen met de bevoegde overheden. Indien bij deze toetst blijkt dat de door de begunstigde verstrekte informatie niet meer actueel is, brengt APETRA deze begunstigde hiervan op de hoogte. De begunstigde beschikt over 1 kalendermaand, te rekenen vanaf de verzending van de betekening, om zich in regel te stellen met de vigerende wetgeving. Zolang de begunstigde niet in regel is, kan hij niet deelnemen aan opdrachten uitgeschreven onder deze raamovereenkomst. Faalt de begunstigde om zich in regel te stellen met de wetgeving, dan wordt hij geschrapt van de shortlist.
16
III. 2. Ondertekening van het standaard raamcontract
De inschrijver is verplicht het bij het onderhavige bestek gevoegde standaard raamcontract in te vullen en te ondertekenen. Door het ondertekenen van dit standaard raamcontract ziet de inschrijver automatisch af van zijn algemene of bijzondere verkoopsvoorwaarden, zelfs als deze op de een of andere bijlage zijn vermeld in zijn offerte. Door het ondertekenen van het standaard raamcontract verklaart de inschrijver zich akkoord met de voorwaarden die in dit contract en in dit bestek worden gesteld.
Het standaard raamcontract is downloadable van de website van APETRA. Op eenvoudig verzoek kan de kandidaat-inschrijver een papieren versie van het standaard raamcontract bekomen.
III. 3. Opname in de shortlist Inschrijvers die het standaard raamcontract ondertekend terugzenden aan APETRA, die voldoen aan de selectiecriteria én die een ontvankelijk dossier bij APETRA indienen, worden opgenomen in de shortlist van begunstigden, die door APETRA zullen worden gecontacteerd voor de opdrachten die op basis van deze raamovereenkomst zullen worden gegund.
III. 4. Elementen van het dossier tot kandidaatstelling – toe te voegen documenten Het dossier tot kandidaatstelling dient de volgende gegevens/documenten te bevatten: - vermelding van de naam van het bedrijf en de vennootschapsvorm; - vermelding van de maatschappelijke zetel van het bedrijf; - vermelding van de naam, voornaam en functie binnen het bedrijf van de persoon of personen die bevoegd zijn om het bedrijf contractueel te verbinden met APETRA; - vermelding van het BTW- of ondernemingsnummer of een soortgelijk registratienummer in het land waar het bedrijf gevestigd is; - vermelding van het aansluitingsnummer bij het organisme bevoegd voor de sociale zekerheid voor de werknemers van het bedrijf in het land waar het bedrijf gevestigd is (voor België is dit de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid; in België volstaat het ondernemingsnummer en moet dus het RSZ-nummer niet worden vermeld); - handtekening van de persoon of personen bevoegd tot binden; - datum van het dossier tot kandidaatstelling; - alle documenten en attesten die verplicht bij het dossier tot kandidaatstelling moeten worden gevoegd. Een opsomming van de verplicht aan het dossier tot kandidaatstelling toe te voegen documenten en attesten is te vinden in het deel VI. “Bijlagen” van dit bestek. Deze lijst geldt eveneens als checklist voor de kandidaat-inschrijvers.
17
IV. DE OFFERTES IV. 1. Werkwijze - Regelmatigheid van de offertes – Gunningwijze
IV. 1. a. Werkwijze
Tijdens de looptijd van de raamovereenkomst zal APETRA op regelmatige tijdstippen opdrachten uitsturen naar de begunstigden die voorkomen op de shortlist. Hierbij dient APETRA steeds rekening te houden met haar wettelijke verplichtingen die kort toegelicht zijn in rubriek II “Specifieke bepalingen m.b.t. de opdracht” van dit bestek. De opdrachten betreffen beschikkingsrechten voor hoeveelheden afgewerkt product of voor ruwe aardolie en worden verzonden via mail en fax. Indien een begunstigde voor een opdracht een offerte wenst in te dienen, moet dit gebeuren binnen de termijnen aangegeven in de opdracht. De begunstigden hebben het recht om niet in te gaan op één of meer opdrachten. Ze verliezen hierdoor niet het recht om voor opdrachten die later op basis van de afgesloten raamovereenkomst zullen worden gegund, te worden uitgenodigd om een offerte in te dienen. De begunstigde kan enkel een offerte indienen voor een hoeveelheid waarvan de geraamde waarde minder of gelijk is aan één zesde van de gemiddelde totale jaaromzet van de laatste drie boekjaren. De begunstigde dient bij elke offerte aan te tonen dat hij hieraan voldoet. De minimale ter beschikking gestelde hoeveelheid voor een opdracht bedraagt 20.000 ton. APETRA maakt voor elke opening van offertes een proces-verbaal op, waaruit blijkt welke begunstigden een offerte hebben ingediend. De offertes vermelden alle inlichtingen gevraagd in de specifieke opdracht.
IV.1. b. Regelmatigheid. Regelmatig zijn die ingediende offertes die: 1 °. 2 °. 3 °. 4 °. 5 °. 6 °.
binnen de in de opdracht vermelde termijn werden ingediend; alle gevraagde elementen bevatten; gedateerd zijn; ondertekend zijn door een bevoegd persoon; betrekking hebben op ten minste 20.000 ton; betrekking hebben op hoeveelheden die zich in België of in een EU land bevinden waarmee België een bilateraal akkoord heeft;
18
7 °.
betrekking hebben op hoeveelheden die zich bevinden in een depot met de status van in aanmerking komend depot (zie ook IV. 4);
Offertes die niet aan deze regelmatigheidscriteria beantwoorden komen niet in aanmerking voor de gunningsprocedure toegelicht in c.
IV. 1. c. Gunningsprocedure De gunningsprocedure zal worden bepaald in de specifieke opdracht. De toewijzing zal gebeuren ofwel op grond van één gunningscriterium, zijnde de prijs van het beschikkingsrecht uitgedrukt in EURO/metrieke ton/maand voor het aangezochte product ofwel op grond van meerdere criteria waaronder de prijs. Deze criteria en hun respectievelijke weging zullen worden bepaald in de opdracht. In beginsel vinden er geen onderhandelingen plaats en geschiedt de toewijzing onmiddellijk op grond van de offerte. APETRA kan voorafgaandelijk aan het uitschrijven van een opdracht toch op gemotiveerde wijze beslissen te onderhandelen. De beslissing wordt in voorkomend geval steeds uitdrukkelijk meegedeeld aan de inschrijvers.
De opdracht zal gegund worden aan die begunstigden met voorraden op Belgisch grondgebied of in EU landen waarmee België een bilateraal akkoord heeft met de goedkoopste te betalen vergoeding en in functie van de door de begunstigde opgegeven maximale hoeveelheid. De hoeveelheden in EU landen zullen evenwel slechts in aanmerking genomen worden voor zoverre zij vallen binnen het maximale percentage dat APETRA in het buitenland mag aanhouden. Aangezien APETRA voor de invulling van haar voorraadplicht de voorkeur moet geven aan voorraden die zich bevinden op Belgisch grondgebied, zal bij een gelijke rangschikking van Belgische en buitenlandse voorraden gekozen worden voor de voorraad in België. “De laatste druppels”: Voor het gunnen van het laatste lot binnen de opdracht zal APETRA, indien de nog benodigde hoeveelheid kleiner zou zijn dan de door de begunstigde opgegeven minimale hoeveelheid, contact opnemen met de begunstigde om na te gaan of de in de offerte opgegeven vergoeding ook voor deze kleinere hoeveelheid geldt. De begunstigde heeft het recht voor een hoeveelheid kleiner dan een opgegeven minimale hoeveelheid een hogere vergoeding te vragen. De verhoogde prijs zal dan evenwel aanleiding geven tot een herbekijken van de rangschikking tussen de overgebleven begunstigden.
IV. 2. Prijzen. De vaste vergoeding voor het ter beschikking stellen van het aangezochte product wordt opgegeven in EURO/metrieke ton/maand. Deze vergoeding is exclusief BTW. Indien van toepassing, wordt de BTW samen met de vaste vergoeding gefactureerd.
19
IV. 3. Geldigheidsduur van de offertes De offertes die ingediend worden in het raam van de gunning van elke opdracht op basis van de raamovereenkomst blijven t.o.v. APETRA geldig gedurende een termijn van 7 kalenderdagen te rekenen vanaf de eerste kalenderdag volgend op de uiterste datum van indiening van de offertes. APETRA kan in de opdracht echter op gemotiveerde wijze afwijken van de termijn van 7 kalenderdagen.
IV. 4. Bij de offertes te voegen documenten Bij de offerte voegt de begunstigde uit de shortlist steeds het attest van “in aanmerking komend depot” dat betrekking heeft op de locatie(s) aangegeven in de offerte. Deze attesten worden uitgereikt door de Algemene directie Energie van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie. Andere stukken die eventueel bij de offerte zullen moeten worden gevoegd, zullen in elk oproep tot de in de shortlist opgenomen begunstigden worden vermeld.
IV. 5. Facturatie en betaling Facturen opgesteld in het kader van deze raamovereenkomst worden opgesteld op naam van de NV van publiek recht met sociaal oogmerk APETRA, met als fakturatieadres Koloniënstraat 11 te 1000 Brussel De vaste vergoedingen worden op maandbasis op of na de laatste dag van de maand waarop de vergoeding betrekking heeft gefactureerd. De betalingstermijn van de factuur is 30 dagen na ontvangst van de factuur.
20
V. TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN a. GN codes voor afgewerkt product: De lijst met codes van de gecombineerde nomenclatuur waarmee de categorieën overeen komen zijn de volgende: a. 1e categorie : - benzines van de GN-codes 2710 11 49, 2710 11 41 en 2710 11 45; b. 2e categorie : - kerosine van de GN-codes 2710 19 21 en 2710 19 25; - gasolie van de GN-codes 2710 19 41, 2710 19 45 en 2710 19 49; - 3e categorie : zware stookolie van de GN-codes 2710 19 61 tot en met 2710 19 69. De verwijzingen naar de codes van de gecombineerde nomenclatuur hebben betrekking op de gecombineerde nomenclatuur van toepassing op 1 januari 2002 van het gemeenschappelijk douanetarief van de Europese Gemeenschap.
b. Productnormen en raffinagecoëfficiënten De ter beschikking gestelde hoeveelheden eindproduct dienen te beantwoorden aan de wettelijke benamingen en kenmerken. Voor ter beschikking gestelde hoeveelheden ruwe aardolie dient de begunstigde een akkoord met de FOD Economie, K.M.O., Middnstand en Energie, Algemene Directie Energie te hebben over de raffinagecoëfficiënten.
c. Uitgesloten hoeveelheden en producten: Uitgesloten ter beschikking gestelde hoeveelheden zijn: 1 °. de ruwe aardolie welke in bodemlagen voorkomen; 2 °. de hoeveelheden die bestemd zijn voor bunkervoorraden voor de zeevaart; 3 °. de hoeveelheden die zich in rechtstreeks doorvoerverkeer bevinden; 4 °. de hoeveelheden die in de oliepijpleidingen en de tankwagens en de tankwagons bevinden; 5 °. de hoeveelheden die in de reservoirs van de benzinestations en bij de kleine gebruikers aanwezig zijn; 6 °. de hoeveelheden in de leidingen en de proceseenheden van raffinaderijen; 7 °. de hoeveelheden die zich bevinden op binnenschepen binnen ’s Lands grenzen;
21
8 °.
9 °.
de hoeveelheden die door de strijdkrachten worden gehouden, alsmede de hoeveelheden die voor deze laatste bij de oliemaatschappijen contractueel zijn gereserveerd; de hoeveelheden die contractueel voor de petrochemie of andere grootverbruikers worden gereserveerd.
Uitgesloten zijn eveneens: 1 °. 2 °. 3 °. 4 °. 5 °. 6 °. 7 °. 8 °. 9 °. 10 °. 11 °. 12 °. 13 °. 14 °. 15 °. 16 °. 17 °. 18 °. 19 °. 20 °.
Raffinaderijgas; Intermediaire niet-petroleumproducten; Aardgas; Andere energieën; Recuperatie van warmte; Additieven; Ethaan; Propaan; Butaan; Gemengde vloeibare petroleumgassen, waaronder LPG; Andere vloeibare petroleumgassen; Onverdichtbare petroleumgassen; Petroleumcokes; Bitumen en asfalten; Smeermiddelen; Petrolatums (vaselines); Paraffine; White spirit; Zwavel; Andere producten, waaronder BTX’en.
Extra zware stookolie met een zwavelgehalte van meer dan 1% en gasolie met een zwavelgehalte van meer dan 0,2 % worden, indien aangewend als afgewerkt product, beschouwd als bunkerproducten en komen niet in aanmerking voor ter beschikking stellingen.
Butaan en propaan gebruikt als mengcomponent in benzines komen niet in aanmerking voor de verplichte voorraad.
22
VI. BIJLAGEN
1. Checklijst van de bij het dossier tot kandidaatstelling te voegen documenten
2. Standaard raamcontract ter beschikking stellingen
Brussel, 8 december 2006.
23
Bijlage 1: Checklijst van bij het dossier tot kandidaatstelling te voegen documenten
Document Attest RSZ1 Attest niet-faling Attest BTW2 Voor de houders van een accijnsmachtiging: attest vanwege de FOD Financiën Jaarrekeningen of gelijkwaardig Attest geregistreerde aardoliemaatschappij Verklaring opslagplichtig of voorraadaanhoudend bedrijf Verklaring in aanmerking komend depot Voor inschrijvers die ruwe aardolie ter beschikking wensen te stellen: bewijs toegang tot raffinaderij of raffinagecontract Ondertekend standaard raamcontract
1 2
Rubriek III.1.a.1 III.1.a.2 III.1.a.3. III.1.b.
Bijgevoegd?
III.1.b. III.1.c.1. III.1.c.2. III.1.c.3. III. 1. d.
Dit attest dient niet geleverd te worden voor de Belgische houders van een accijnsmachtiging. Idem.
24
Standaard raamcontract voor ter beschikking stellingen Partijen: 1. APETRA, naamloze vennootschap van publiek recht met sociaal oogmerk, met maatschappelijke zetel te Emile De Motlaan 8 B 7 te 1000 Brussel en exploitatiezetel te Koloniënstraat 11 te 1000 Brussel, (“APETRA”) en 2.
xxxxxxxxx, maatschappelijke vorm, met naamschappelijke zetel te ..... en adres te ...... (“de Onderneming”)
gaan akkoord over het volgende standaard raamcontract:
Voorwoord Alle bepalingen van dit raamcontract voor ter beschikking gestelde hoeveelheden zijn van toepassing op alle individuele contracten m.b.t. ter beschikking gestelde hoeveelheden die tussen APETRA en de Onderneming in het kader van deze raamovereenkomst worden afgesloten. Dit met uitzondering van de details die apart in de individuele contracten worden bepaald. Door het ondertekenen van dit standaard raamcontract ziet de inschrijver automatisch af van zijn algemene of bijzondere verkoopsvoorwaarden, zelfs als deze op de een of andere bijlage zijn vermeld in zijn offerte en verklaart hij zich akkoord met de voorwaarden die in dit contract en in dit bestek worden gesteld.
Artikel 1: Ter beschikking stelling § 1. Onder “ter beschikking stellen” zoals bedoeld in deze overeenkomst wordt bedoeld, dat de Onderneming op permanente basis ten gunste van APETRA hoeveelheden aardolie of aardolieproducten ter beschikking houdt gedurende de looptijd van de individuele overeenkomst. Deze hoeveelheden dienen ter beschikking en eigendom van de Onderneming te zijn. De voorraden moeten opgeslagen worden in het (de) in de individuele overeenkomst aangegeven in aanmerking komende depot(s).
25
§ 2. De ter beschikking gestelde hoeveelheid kan handelen over 1° ruwe aardolie; 2° afgewerkt product categorie 1; 3° afgewerkt product categorie 2; 4° afgewerkt product categorie 3. De ter beschikking gestelde hoeveelheid beantwoordt aan de kwaliteitsvereisten bepaald in de wet van 26 januari 2006 betreffende de aanhouding van een verplichte voorraad aardolie en aardolieproducten en de oprichting van een agentschap voor het beheer van een deel van deze voorraad en tot wijziging van de wet van 10 juni 1997 betreffende de algemene regeling voor accijnsproducten, het voorhanden hebben, en het verkeer daarvan en de controles daarop en haar uitvoeringsbesluiten en aan de criteria vermeld in het bestek van de raamovereenkomst en in dit contract.
§ 3. APETRA telt de ter beschikking gestelde hoeveelheid mee voor de invulling van haar eigen voorraadverplichting. De Onderneming - onthoudt zich van de verkoop, het verbruik of de vermindering van de ter beschikking gestelde hoeveelheid; - geeft de ter beschikking gestelde hoeveelheid niet door aan een derde partij; - telt deze hoeveelheid niet mee voor de indekking van zijn eigen voorraadplicht
Art. 2: De individuele contracten De individuele contracten bepalen de ter beschikking gestelde hoeveelheid, de looptijd van de ter beschikking stelling, het product waarover deze hoeveelheid handelt, in geval van ruwe aardolie de raffinageyields, de locatie(s) van deze hoeveelheid, de vergoeding die APETRA voor de ter beschikking stelling van deze hoeveelheid aan de Onderneming dient te betalen en, voor zoverre gespecifieerd in de opdracht, de prijs van het product en alle specifieke leveringsmodaliteiten in geval het daadwerkelijk geleverd wordt.
Art. 3: Vergoeding – Eigendomsrecht – Risico § 1. APETRA betaalt de Onderneming voor de ter beschikking gestelde hoeveelheid een vaste maandelijkse vergoeding. Deze vergoeding wordt bepaald in het individuele contract en wordt uitgedrukt in EURO/ metrieke ton / maand. Deze vergoeding is exclusief BTW. Indien van toepassing wordt de BTW samen met de vergoeding aan APETRA gefactureerd.
26
§ 2. Teneinde misverstanden te vermijden, komen de partijen overeen, dat, bij levering van de hoeveelheden zoals bedoeld in artikel 6, APETRA vanaf de dag van levering van een deel van deze hoeveelheid enkel nog de overeengekomen vergoeding bedoeld in § 1. betaalt voor het niet geleverde gedeelte van de totale hoeveelheid.
§ 3. Het eigendomsrecht en het risico van de ter beschikking gestelde hoeveelheid blijven steeds bij de Onderneming. Dit behoudens in de situatie beschreven in artikel 6, § 6. De Onderneming kan de ter beschikking gestelde hoeveelheid niet bezwaren met enige persoonlijke of zakelijke zekerheid noch een recht toekennen aan derden dat op enigerlei wijze het recht van APETRA om over ter beschikking gestelde hoeveelheidte beschikken aantast. Elke beperking van het beschikkingsrecht van APETRA dient onverwijld aan APETRA gemeld te worden. APETRA kan in dit geval de betaling van de vergoeding van het beschikkingsrecht stopzetten en dit zolang de beperkingen aanhouden. Het beschikkingsrecht van APETRA houdt in, dat de Onderneming gedurende de contractuele periode de ter beschikking gestelde hoeveelheid • niet kan verkopen, verbruiken of op enigerlei wijze verminderen; • niet aan een derde partij mag afstaan; • niet mag meerekenen in de individuele voorraadplicht van zichzelf of een derde partij.
Art 4. Facturatie en betaling De vergoeding bedoeld in artikel 3, § 1, wordt op maandbasis op of na de laatste dag van de maand waarop de vergoeding betrekking heeft gefactureerd. De betaling van de factuur zal geschieden 30 dagen na ontvangst van de factuur. De facturen voor de vaste vergoedingen worden opgesteld in EURO. De facturen voor de aankoop van het product dat geleverd wordt conform artikel 6 worden opgesteld in USD en zijn betaalbaar 7 dagen na de levering van het product.
Art. 5. Looptijd ter beschikking stelling De looptijd van de ter beschikking stelling wordt bepaald in het individuele contract. Art. 6. Stock draw § 1. APETRA kan per fax (het Bericht) oproepen tot de gehele of gedeeltelijke levering van de ter beschikking gestelde hoeveelheid. 27
§ 2. De Onderneming waarborgt de levering van de hoeveelheid die het voorwerp uitmaakt van het Bericht 1° binnen de 30 kalenderdagen in geval van ter beschikking gestelde ruwe aardolie; 2° binnen de 7 kalenderdagen in geval van ter beschikking gesteld afgewerkt product. § 3. De levering kan, al naar gelang de technische mogelijkheden van het depot, door APETRA genomineerd worden in tankwagen, in treinwagon, in binnenschip of in zeeschip. § 4. Het Bericht vermeldt steeds: - de hoeveelheid en het betrokken product; - de wijze van levering; - de geplande aankomsttijd/het ophaalschema. De Onderneming levert de vereiste hoeveelheid op de aangegeven dag aan APETRA. § 5. De levering van de vereiste hoeveelheid vindt plaats F.O.B. op de locatie aangegeven in het individuele contract. § 6. In geval van levering gaan eigendomsrecht en risico van de Onderneming over naar APETRA op het moment waarop het product de permanente verbinding aan het laadpunt overschrijdt.
Art. 7. Informatie – controle § 1. APETRA heeft inzagerecht in elk document dat verband houdt met dit contract. Op verzoek van APETRA is de Onderneming verplicht om elke essentiële informatie en kopijen van documenten te bezorgen van alle zakentransacties die betrekking hebben op de belangen van APETRA. APETRA kan de ter beschikking gestelde hoeveelheden inspecteren en stalen van de betrokken producten nemen of eisen op eigen kosten. § 2. Ter beschikking gestelde hoeveelheden moeten separaat weergegeven worden in het boekhoudsysteem van de Onderneming. De voorraden beheerd door APETRA dienen het voorwerp uit te maken van een gepaste documentatie vanwege de Onderneming. Deze documentatie dient aan te tonen, dat de contractueel vastgelegde hoeveelheden op permanente wijze beschikbaar zijn. § 3. Indien de te beschikking gestelde hoeveelheden opgeslagen zijn in een depot waarvan de Onderneming geen eigenaar is, treft de Onderneming de nodige maatregelen opdat de bepalingen van §§ 1. en 2. ook gelden t.o.v. deze derde partij.
28
Art. 8 – Contractuele penaliteiten § 1. Indien de Onderneming zijn verplichtingen vastgesteld in het bestek, in dit standaard raamcontract of in zijn individueel contract met opzet of door grove nalatigheid geheel of gedeeltelijk niet invult, a) dan zal APETRA de betaling van de vaste vergoedingen voor de betrokken hoeveelheden, stopzetten. De stopzetting van betaling zal effectief zijn vanaf het begin van de maand waarin het feit zich voordoet tot op het moment waarop de Onderneming zich weer in regel stelt; b) zal APETRA een contractuele boete opleggen met een maximum van 10x de jaarlijkse vergoeding op de betrokken hoeveelheden,. Deze boete geldt voor iedere maand van inbreuk; c) dan heeft APETRA het recht het individuele contract met onmiddellijke ingang op te zeggen, indien de Onderneming niet in staat is de toekomstige invulling van het contract aan APETRA binnen de door APETRA opgegeven termijn aan te tonen.
§ 2. APETRA houdt zich het recht voor veroorzaakte verliezen te claimen.
Art. 9 – Overmacht De bepalingen bedoeld in artikel 8 zijn niet van kracht in geval van overmacht die de Onderneming treft. Een oliecrisis, dreigende oliecrisis of een gelijkaardige gebeurtenis worden niet als overmacht beschouwd.
Art. 10 - Toepasselijke documenten en geschillen De verhouding tussen APETRA en de Onderneming is volledig onderworpen aan het Belgische recht. Zij wordt bepaald door de individuele overeenkomst, de individuele opdracht, onderhavige overeenkomst en het bestek nr. APETRA/2007/1 in die volgorde waarbij derhalve het eerst vermelde document primeert op het volgende in geval van tegenstrijdigheden. In geval van betwistingen zijn enkel de rechtbanken te Brussel bevoegd.
29
Art. 11 – Communicatie Voor alle aangelegenheden die verband houden met dit raamcontract gelden voor de partijen de volgende keuze van woonplaatsen: APETRA: Regus, Koloniënstraat 11 te 1000 Brussel De onderneming:
Berichten en andere verklaringen met betrekking tot dit contract worden enkel via brief via reguliere of andere post of via fax verzonden en dit naar de hierboven vermelde verblijfplaatsen.
Te .........., (datum)
Xxxxxxxxx (voor de Onderneming)
xxxxxxxxxxxxxxxxx (voor APETRA)
30