PvB 3.1 Geven van trainingen
Titel kwalificatieprofiel:
Basis Looptrainer 3
Proeve van Bekwaamheid:
Geven van trainingen (KSS 3.1)
Inhoudsopgave 1
Opdracht ................................................................................................................................................... 2
2
Doelstellingen........................................................................................................................................... 2
3
Onderdelen PvB en tijdsduur ................................................................................................................. 2 3a
Portfoliobeoordeling ........................................................................................................................... 2
3b
Praktijkbeoordeling............................................................................................................................. 2
4
Deelnamecondities .................................................................................................................................. 3
5
Afnamecondities ...................................................................................................................................... 3
6
Locatie....................................................................................................................................................... 3
7
Hulpmiddelen kandidaat ......................................................................................................................... 3
8
PvB-beoordelaar ...................................................................................................................................... 3 8.1 Aantal PvB-beoordelaars per onderdeel ............................................................................................ 3 8.2 Taken PvB-beoordelaar ..................................................................................................................... 3 8.3 Taken overige betrokkenen................................................................................................................ 4
9
Richtlijnen................................................................................................................................................. 4
Beoordelingsprotocol PvB Geven van training............................................................................................ 5 Toelichting bij protocol PvB Geven van training ......................................................................................... 8
1
Opdracht
Tekst Uw opdracht bestaat uit het voorbereiden en verzorgen van een training. Deze training is gebaseerd op een concrete beginsituatie van de trainingsgroep en is te herleiden uit een (door anderen opgesteld) jaarplan. Van deze training wordt een deel (30 minuten) beoordeeld. Kies het gedeelte van de training waarmee je optimaal kunt aantonen dat je competent bent.
2
Doelstellingen
U wordt beoordeeld op de beheersing van de volgende competenties: • Stimuleren sportieve ontwikkeling van lopers • Geven van trainingen • Leercompetentie • Burgerschapscompetentie
3
Onderdelen PvB en tijdsduur
De PvB bestaat uit twee onderdelen: portfolio en praktijkbeoordeling.
3a Portfolio Voordat u kunt deelnemen aan de praktijkbeoordeling moet uw portfolio goed gekeurd worden. Deze goedkeuring is van belang voor een goed verloop van de praktijkbeoordeling. In het portfolio levert u tenminste de volgende bewijzen aan: • Analyse van uw trainingsgroep • Voorbereidingen en ingevulde observatieformulieren van de door u uitgevoerde trainingen • Evaluatieverslag • Het ingevulde Competentiereflectie werkblad waarin u aangeeft waarom u vindt dat u competent bent in het geven van trainingen en de verwijzing naar de bewijslast daarvoor.
3b Praktijkbeoordeling De praktijkbeoordeling bestaat uit een voorbespreking, praktijk ‘geven van training’ en een reflectieinterview. • De voorbespreking dient ertoe u te bevragen en te beoordelen op de bewijzen die u in uw portfolio aangeleverd heeft, de relatie tussen het jaarplan en de trainingsvoorbereiding en de keuzes die u maakt voor de invulling van de trainingen. De trainingsvoorbereiding dient u tenminste 2 weken voor het begin van het interview per mail naar de PvB-beoordelaar te sturen. De voorbespreking duurt 10 minuten. • De praktijk dient ertoe om u te observeren en te beoordelen ten aanzien van het geven van de training die in de trainingsvoorbereiding is beschreven. De tijdsduur van de praktijk is 30 minuten. • Het reflectie-interview dient ertoe u te bevragen en te beoordelen ten aanzien van beoordelingscriteria waar nog onduidelijkheid over bestaat. Tevens wordt u na het reflectie-interview beoordeeld op uw reflectieve vaardigheden. Het reflectie-interview duurt 15 minuten. Voor criteria ten aanzien van de beoordeling, zie het beoordelingsprotocol.
___________________________________________________________________________________________________________________________ 2
4
Deelnamecondities
Tekst • • •
5
Het portfolio dient u tenminste 2 weken voordat de praktijkbeoordeling plaats vindt in te leveren via de Atletiek Academie. De trainingsvoorbereiding dient u tenminste 2 weken voordat de praktijkbeoordeling plaats vindt in te leveren via de Atletiek Academie. Op de PvB-dag (praktijkbeoordeling) zelf dient u de uitgewerkte training op papier in te leveren bij de praktijkbeoordelaar.
Afnamecondities
U geeft een training aan een groep van tenminste 12 lopers. U bent er zelf voor verantwoordelijk dat de groep lopers aanwezig is op de locatie waar de PvB wordt afgenomen.
6
Locatie
De PvB wordt afgenomen op de door de Atletiekunie aangewezen atletiekaccommodatie. De interviews vinden plaats in een daarvoor geschikte ruimte.
7
Hulpmiddelen kandidaat
U maakt gebruik van de hulpmiddelen zoals vermeld in uw trainingsvoorbereiding.
8
PvB-beoordelaar
8.1 Aantal PvB-beoordelaars per onderdeel Portfoliocheck:
1 PvB-beoordelaar
Praktijkbeoordeling • Voorbespreking: • Praktijk ‘geven van training’: • Reflectie-interview:
1 PvB-beoordelaar 1 PvB-beoordelaar 1 PvB-beoordelaar
8.2 Taken PvB-beoordelaar • • • • • •
Stelt zichzelf voor Beoordeelt het portfolio. Controleert deelname- en afnamecondities. Beslist over doorgang. Bepaalt wie verwijtbaar is ingeval van geen doorgang. Grijpt in als veiligheid in geding is.
___________________________________________________________________________________________________________________________ 3
• Houdt een voorbespreking over de trainingsvoorbereiding en de relatie met het jaarplan. • Observeert en beoordeelt de training. Tekst • Houdt een reflectie-interview. • Bepaalt het voorlopige resultaat en geeft, indien door u gewenst, feedback aan de kandidaat.
8.3 Taken overige betrokkenen Overige aanwezige personen spelen geen rol bij het afnemen van de PvB.
9
Richtlijnen
Informatieverstrekking
Op www.atletiekunie.nl/opleidingen is alle informatie over de PvB’s te vinden en te downloaden.
Aanmeldingsprocedure
U meldt zich aan voor de PvB 3.1 Training geven door binnen de Atletiek Academie uw portfolio aan te bieden (tenminste 2 weken voordat de praktijkbeoordeling plaatsvindt). Nadere informatie over het tijdstip van de praktijkbeoordeling (3b) en het aanvragen daarvan via de Atletiek Academie ontvangt u minimaal vier weken van te voren van het bondsbureau.
Voorbereiding kandidaat
U bent ervoor verantwoordelijk dat u alle bewijslast upload in uw portfolio voordat u de PvB aanvraagt. De trainingsvoorbereiding moet uiterlijk 2 weken voor aanvang van het voorbespreking geupload worden in het portfolio. Dit gebeurt voor het aanvragen van de PvB. Tijdens de PvB-dag moet u ook een papieren versie inleveren.
Beoordelingen
Beoordeling geschiedt aan de hand van de beoordelingscriteria die zijn opgenomen in het protocol.
Normering
De uitslag van het PvB is gebaseerd op zowel de portfoliobeoordeling als de praktijkbeoordeling. Alle criteria op het beoordelingsformulier moeten met ja / voldaan zijn gescoord. Op het beoordelingsprotocol wordt aangegeven in welke fase een criterium beoordeeld wordt. Wanneer de beoordeling onvoldoende is wordt u afgewezen voor de PvB. U kunt dan opgaan voor een herkansing (maximaal 2 keer).
Uitslag
De PvB-beoordelaar zal u na het reflectie-interview op de hoogte stellen van de uitslag van het PvB. Binnen 5 werkdagen zal de PvBbeoordelaar het beoordelingsprotocol (3a en b) op de Atletiek Academie invullen en wordt de uitslag officieel door de toetsingscommissie vastgesteld. Daarmee is de uitslag definitief.
Herkansing
Voor het praktijkgedeelte van PvB 3.1 is geen herkansing mogelijk.
Bijlage
Beoordelingsprotocol met toelichting.
___________________________________________________________________________________________________________________________ 4
Beoordelingsprotocol PvB 3.1 Geven van training
Tekst Naam kandidaat:
Datum: Beoordelaar:
Afnamecondities portfolio en voorbereiding kandidaat
Kandidaat is op tijd aanwezig
(toelichting op volgend blad)
Reflectie
Beoordelingscriteria
Praktijk
Groep van tenminste 12 lopers is op tijd aanwezig
Planning
Het materiaal is in orde. (Kandidaat neemt zo nodig maatregelen) Omstandigheden zijn veilig voor alle betrokkenen Toelichting
Portfolio is compleet
Portfolio
Trainingsvoorbereiding is op tijd ingeleverd
Waargenomen gedrag en/of uitspraken (of nalaten daarvan) waarop score is gebaseerd
Geven van trainingen 1
Plant, geeft en evalueert trainingen
2
Baseert de trainingsvoorbereiding op het jaarplan
3
Verwerkt trainings- en wedstrijdevaluaties in de training
4
Stemt de trainingsinhoud af op de mogelijkheden van de lopers
5
Stemt de trainingsinhoud af op de omstandigheden
6
Formuleert de trainingsdoelen concreet
7
Kiest voor een verantwoorde trainingsopbouw
8
Kiest organisatievormen die bijdragen aan het realiseren van het trainingsdoel
9
Grijpt in indien het materiaal niet meer in orde is
10 Maakt zichzelf verstaanbaar 11 Houdt de aandacht van de lopers vast 12 Besteedt in de training aandacht aan het tegengaan van gevaarlijke sportacties ___________________________________________________________________________________________________________________________ 5
13 Doet oefeningen op correcte wijze voor of maakt gebruik van goed voorbeeld
Tekst
14 Leert en verbetert techniek van lopers
15 Geeft feedback en aanwijzingen aan loper op basis van analyse van de uitvoering 16 Organiseert de training efficiënt
Stimuleren sportieve ontwikkeling 17 Analyseert beginsituatie gericht op lopers, omgeving en zijn eigen kwaliteiten als trainer 18 Past de omgangsvormen en taalgebruik aan bij de belevingswereld van de lopers 19 Benadert lopers op positieve wijze
20 Staat model voor correct gedrag op en rond de sportlocatie 21 Treedt op als een loper zich onsportief gedraagt
22 Treedt op bij onveilige sportsituaties
23 Besteedt aandacht aan het voorkomen van blessures bij de lopers 24 Informeert en betrekt lopers bij verloop van de training
Leercompetentie 25 Bevat reflectie op eigen handelen
26 Bevat overzicht geraadpleegde bronnen
27 Reflecteert op het eigen handelen na het geven van de training
___________________________________________________________________________________________________________________________ 6
Tekst Burgerschapscompetentie 28 Bevat verklaring voorbeeldfunctie van de vereniging 29 Bewaakt waarden en stelt normen
30 Houdt zich aan beroepscode
Toelichting Resultaat van de praktijkbeoordeling Handtekening PvB-beoordelaar
___________________________________________________________________________________________________________________________ 7
Toelichting bij protocol PvB 3.1 Geven van training
Tekst Toelichting In onderstaande tabel worden een aantal criteria van het beoordelingsprotocol nader toegelicht of geconcretiseerd. Geven van trainingen 1
• • • • •
Werkt trainingen uit per onderdeel Formuleert per onderdeel een doel Verzorgt trainingen volgens de gemaakte opzet Past de training aan wanneer de omstandigheden dit vereisen Evalueert de training met de lopers
2
• •
Neemt week, dag en datum uit jaarplan op voorbereidingsformulier over Zet de doelen uit jaarplan op voorbereidingsformulier
3
•
Begrenst of stimuleert de loper op basis van recente resultaten
4
• •
Individualiseert bij het uitvoeren van de oefeningen Beperkt de omvang en intensiteit indien noodzakelijk
5
•
Houdt rekening met temperatuur, ondergrond, andere gebruikers van de accommodatie of omgeving
6
• •
Geeft aanwijzingen naar tijd, afstand of andere relevante eenheid Maakt gebruik van hartfrequenties of andere aanduidingen voor de intensiteit van de training
7
• • •
Houdt rekening met belasting door voorafgaande en volgende activiteiten Houdt rekening met toe- en afname van intensiteit en belasting Past principes van specificiteit toe
8
• • •
Gebruikt passende hulpmiddelen Blijft tijdens de training zichtbaar voor de lopers Zorgt dat er bij overgangen in de training niet veel tijd verloren gaat
9
• •
Meldt beschadigingen of het ontbreken van onderdelen Haalt defect materiaal uit de roulatie
10 • • • •
Spreekt luid en duidelijk Zoekt en houdt oogcontact met de loper Spreekt in de richting van de loper Verifieert of de loper de aanwijzingen en instructies begrepen heeft
11 • • •
Varieert in luidheid, tempo en toonhoogte van spreken Reageert op activiteiten/signalen van de lopers Ondersteunt de activiteiten door het gebruik van geluid en beweging
___________________________________________________________________________________________________________________________ 8
12 • Bewaakt de intensiteit van de activiteiten • Geeft heldere en duidelijke instructies over de uit te voeren oefeningen; Tekst • Voorkomt te hoge belasting in relatie tot de individuele omstandigheden van de loper • Waarschuwt voor risico’s als uitglijden en struikelen. 13 • • • •
Voert de oefeningen correct uit of laat de oefening voordoen door iemand die dat goed kan Is bij het geven van een voorbeeld zichtbaar voor de loper of zorgt er voor dat degene die de oefening voordoet goed zichtbaar is Richt de aandacht van de loper op essentiële onderdelen van de oefening Stuurt de observatie van de loper met aanwijzingen
14 • • • •
Baseert zich op de laatste inzichten m.b.t. looptechniek Legt uit wat het belang is van oefeningen voor verbetering van de looptechniek Maakt gebruik van vormen van indirect leren (metaforen, dwangstelling e.d.) Geeft concrete, doelgerichte aanwijzingen aan individuele lopers, zonder de zelflerende loop te verstoren
14 • • •
Geeft aanwijzingen ter verbetering, zonder de zelflerende loop te verstoren Formuleert aanwijzingen positief Reflecteert op de uitvoering met de loper
16 • • •
Zorgt voor een vloeiend verloop van de training Voorkomt lange individuele wachttijden tussen onderdelen van de training Bereid circuits en oefeningen waarbij hulpmiddelen gebruikt worden voor
Stimuleren sportieve ontwikkeling 17 • • • •
Brengt de mogelijkheden en beperkingen van de loper in kaart Brengt de belevingswereld en de motivatie van de loper in kaart Is op de hoogte van de mogelijkheden en beperkingen van de trainingsomgeving Onderkent eigen mogelijkheden en beperkingen als trainer
18 • • •
Beschrijft oefeningen in voor de loper begrijpelijk bewoordingen Geeft sprekende voorbeelden Gebruikt metaforen adequaat
19 • • •
Vertelt wat goed ging Stimuleert en ondersteunt verbeteringen Beloont resultaat
20 • • • •
Gebruikt positieve bewoordingen Geeft ruimte aan andere gebruikers Overlegt en zoekt oplossingen bij conflicterende belangen Zorgt dat de sportaccommodatie schoon en veilig blijft
21 •
Spreekt lopers aan op belemmerend gedrag voor de andere deelnemers (b.v. door uitleg heen praten) Spreekt lopers aan op belemmeren van andere gebruikers van de sportaccommodatie Reflecteert op mogelijke effecten van uitspraken over (de sportieve prestaties van) andere lopers
• • 22 • • •
Overlegt met andere gebruikers (individuele atleten en trainers) van de sportaccommodatie Instrueert lopers over het gebruik van de accommodatie (baan, toestellen, omgeving) Verwijdert – indien aanwezig – obstakels
___________________________________________________________________________________________________________________________ 9
23 • Kent de blessure geschiedenis van de lopers • Geeft – indien nodig – individuele aanwijzingen over beperkingen in verband met eerdere Tekst blessures • Vraagt naar ervaringen na voorafgaande training(en) • Vraagt bij aanvang van de training naar (nieuwe) blessures of belemmeringen • Vraagt naar omstandigheden buiten de training (ongewone lichamelijke activiteiten), die risico’s op blessures kunnen vergroten 24 • • • • • •
Informeert over het verloop van de totale training; Betrekt lopers door vragen te stellen (b.v. wat waren belangrijke aandachtspunten bij…) Beschrijft opzet en doelstelling van de verschillende onderdelen van de training Vraagt naar de ervaring van de lopers tijdens de training Past – indien nodig – de opzet en uitvoering van de training aan bij de ervaring van de lopers Evalueert de uitvoering per onderdeel met de lopers
Leercompetentie 25 • • •
Benoemt de eigen sterke kanten Onderkent mogelijkheden tot verbetering Plant verbeteracties
26 • •
Boektitels en vindplaats van informatie Verwijzingen naar internetpagina’s
27 • • •
Benoemt de eigen sterke kanten Onderkent mogelijkheden tot verbetering Plant verbeteracties
Burgerschapscompetentie 28 •
Aanwezig in portfolio
29 • • • •
Stelt en bewaakt grenzen bij deelname aan een training/activiteit Spreekt deelnemers aan op ongepast taalgebruik Signaleert ongewenst gedrag en voorkomt herhaling daarvan Toont respect voor opvattingen en ideeën van anderen
30 • •
Waarborgt de integriteit van de loper Vult de relatie met de loper integer in, gebaseerd op openheid, eerlijkheid, wederzijds vertrouwen en respect Houdt de standaard van het trainersvak hoog
•
___________________________________________________________________________________________________________________________ 10