1 mei 2010 Toespraak Caroline Gennez Voorzitter sp.a
Vrienden, kameraden, Het doet mij oprecht plezier om hier in de Vooruit te staan. In deze tempel van het socialisme. Het is een beetje thuiskomen. Het is op deze plek dat kameraden gedroomd en gevochten hebben voor een betere toekomst. En die toekomst hebben ze door de moed van hun overtuiging en hun eendrachtige actie ook opgebouwd. Voor u staat dan ook een trotse voorzitter. Trots op onze beweging. Omdat we al 120 jaar, schouder aan schouder, met onze vrienden van vakbond en mutualiteit opstappen tijdens het Feest van de Arbeid. Omdat we al 125 jaar de kant kiezen van de gewone mensen, van de arbeider, van het gezin. Van al wie droomt over een betere toekomst voor zijn kinderen en kleinkinderen. Die strijd is een ongelooflijk voorrecht. Het is vooral onze plicht, onze morele opdracht. We mogen trots zijn op het verleden, maar we moeten vooral vooruitkijken. Het is nu dat de toekomst moet worden gemaakt. Het is nu dat we de toekomst van onze kinderen bepalen. De uitdaging is vandaag niet kleiner dan toen Achille Van Acker zestig jaar geleden zijn blauwdruk van onze sociale zekerheid ontvouwde. Dit is het moment om én volop te investeren in de sectoren en de jobs van de toekomst én om de sociale bescherming te versterken.
Drie jaar stilstand Het tragische is dat we vandaag al veel verder hadden kunnen staan. Helaas. Drie jaar is de Wetstraat bezig geweest met de Wetstraat, niet met de Volkstraat. Niet met de hoop en de dromen van de mensen. De hoop op een goede job, op meer kwaliteitstijd en betere zorg voor kinderen en ouders en grootouders, op betaalbare facturen voor gezondheidszorg en energie, op een zeker pensioen, op veiligheid in de wijken en buurten, op een nette leefomgeving. Er hangt al drie jaar een aswolk boven de Wetstraat. Het land wachtte drie jaar, de regering wou maar niet opstijgen. Want waar staan we na drie jaar? De federale regering heeft nog maar eens een studie over de vergrijzing op tafel gelegd, maar de pensioenen zijn niet hervormd. Electrabel werd uit handen gegeven, met een blanco cheque er bovenop om de kerncentrales langer open te houden, maar de energiefactuur voor de mensen is niet verlicht en er is niet één – niet één- extra windmolen bijgezet. De zoveelste aangekondigde hervorming van justitie kwam er niet. Integendeel, er werd bespaard in de gerechtsgebouwen. De gerechtelijke achterstand liep verder op. Criminelen worden amper of niet berecht.
1
Het communautaire kluwen werd een onontwarbare knoop. Het conflict, de kloof, de politieke crisis zijn alleen maar groter geworden. Het wantrouwen in de Volkstraat is totaal. Drie jaar lang is men bezig geweest met de stekker uit België te trekken. Uiteindelijk heeft men de stekker uit de welvaart getrokken.
Geen boodschap aan angst en cynisme Maar erger nog dan de stilstand, is dat men ons nu al jaren bang tracht te maken. Men praat jongeren de valse gedachte aan dat ze geen pensioen meer zullen hebben als ze niet voor zichzelf sparen. Men maakt oudere werknemers, die het beste deel van hun leven keihard gewerkt hebben, bang met een pensioenleeftijd voorbij de 65. Men praat gezonde mensen peperdure hospitalisatieverzekeringen aan. Men speelt met mensen, met hun zorgen, hun dromen, hun waarden. Erger nog dan de stilstand, is het cynisme. Het cynisme van banken en toplui die, terwijl duizenden werknemers en hun gezinnen nog altijd de prijs betalen van de crisis, alweer dromen van bonussen, salarisverhogingen en nieuwe dividenden. Ik hoor bedrijven uit de BEL20 klagen over de loonhandicap van ons land, maar zelf betalen ze geen belastingen. En dat terwijl kmo’s worstelen met zware lasten en paperassen als ze werknemers willen aanwerven. Ik hoor topmanagers zeggen dat we met z’n allen langer moeten gaan werken en dat de werkloosheidsuitkeringen in de tijd beperkt moeten worden. Maar intussen bieden ze werklozen geen faire kans op een fatsoenlijke job en blijven ze 50-plussers massaal op straat zetten. Over het cynisme van de Wetstraat zal ik zwijgen. We weten waar het ons gebracht heeft.
Iedereen verdient een toekomst Vrienden, ik heb genoeg van die negatieve spiraal. De toekomst zou geen dreigement moeten zijn, maar een belofte. Een belofte die we als socialisten zullen waarmaken. Jongeren, werkenden of ouderen zouden niet bang moeten zijn, maar hoopvol. Ik ben bij deze partij gekomen zoals jullie allemaal omdat ik erin geloofde dat we samen kunnen werken aan een echt eerlijke samenleving. De brandstof van onze beweging, van partij, vakbond en mutualiteit is nog altijd dezelfde als 125 jaar geleden. Het is nu dat de toekomst moet worden gemaakt. Net zoals 60 jaar geleden, is het
2
moment nu aangebroken om samen vooruit te gaan. We moeten onze welvaart niet afbreken, maar opbouwen.
Werk geeft hoop, hoop geeft werk Onze arbeidsmarkt zit niet juist in elkaar. Er wordt gemorst met talent en vaardigheden. Tienduizenden mensen worden structureel van onze arbeidsmarkt uitgesloten. En wie geen job heeft, wordt geraakt in zijn eigenwaarde. Dit gaat niet alleen om geld. Werk geeft hoop, hoop geeft werk. 60% van de werkgevers ziet geen actieve rol in het bedrijf weggelegd voor 50-plussers, zegt de ene studie. Terwijl een ander onderzoek juist uitwijst dat van alle werknemers de 50-plussers het meest geëngageerd en betrokken zijn bij hun onderneming. Deze verspilling van talent, dit gebrek aan respect voor ervaring en eigenlijk voor mensen tout court, moet stoppen. Ook en vooral jongeren hebben meer dan ooit nood aan echte jobkansen. Er is jarenlang gepraat over de activering van werklozen. Mag het ook eens gaan over de activering van onze bedrijven? Bedrijven vragen van de overheid terecht veel: steun, regels (maar liefst niet te veel), lastenverlagingen… Mag de overheid ook iets van de bedrijven vragen? Wij willen klare afspraken over innovatie en opleiding en over meer diversiteit op de werkvloer. Vrienden, bij ons gaat het niet om de job van drie Franstalige burgemeesters. Bij ons gaat het om de jobs van de duizenden werknemers, bij Carrefour, InBev, Opel, Janssen Pharmaceutica... En om de jobs die er vandaag al hadden kunnen zijn in nieuwe sectoren. Bij ons gaat het om de jobs én om de levens van wie werkt en hun gezinnen. Want –ik zei het al- een job is meer dan het loonbriefje op het einde van de maand. Een job is een opstap naar een beter leven, naar meer geluk. Een goed arbeidsmarktbeleid is een driedubbele win-situatie: een win voor de onderneming, een win voor de werknemers en een win voor de gemeenschap.
Eerlijk delen Ik zal u misschien verrassen, maar ik vind dat onze gezinnen vandaag te zwaar belast worden; dat kmo’s meer financiële zuurstof moeten krijgen en dat de last op arbeid drastisch moet worden verlicht. Het echte punt is niet dat de belastingen te hoog of te laag zijn. Dat is een fetisj van de liberalen. De belastingen zijn gewoon niet eerlijk. Ieder van ons kreeg een belangrijke les mee van zijn ouders: eerlijk delen. De minister van Financiën, Didier Reynders, is die waarde vergeten. 80
3
procent van de Vlamingen betaalt te veel belastingen, 20 procent te weinig. Te weinig mensen genieten van fiscale aftrekken. Zij die het het minst nodig hebben strijken de grootste voordelen op. Het zijn ook niet de modale verdieners en de jonge gezinnen die hun inkomens onttrekken aan de fiscus door schijnvennootschappen op te richten. Wij zijn niet tegen rijkdom, wij zijn tegen armoede. Niet de vermogenswinstbijdrage, wel oneerlijk verdeelde fiscale aftrekken belemmeren het succes van hard werkende mensen. Daarom stellen we in ons fiscaal plan een herschikking van die aftrekken voor. We willen meer zuurstof geven aan wie een eigen huis wil verwerven of de combinatie van werk en gezin wil vergemakkelijken door een beroep te doen op dienstencheques of kinderopvang.
Een zeker pensioen voor iedereen Een van de grootste onrechten van ons land is dat wie een leven lang hard gewerkt heeft, niet de zekerheid heeft op een goed pensioen. Dat moet een recht zijn. Daarover willen we niet marchanderen. Het is een kwestie van fatsoen. Niet één gepensioneerde mag arm zijn. Niet één. Het volstaat om de Inkomensgarantie voor Ouderen op te trekken. Dat kost 300 miljoen euro. Dat is, ter vergelijking, een fractie van de toplonen en bonussen die nog altijd vlotjes worden uitgekeerd. Maar mensen uit de armoede houden of halen, is voor socialisten niet genoeg. Er moet in de herfst van een goed gevuld leven niet alleen ‘genoeg’ over zijn: er moet op je 65ste ruim voldoende zijn om rustig en onbekommerd te leven, om te genieten van kinderen en kleinkinderen, van de fijne dingen in het leven. Vandaag heeft minder dan 60 procent van de werknemers een aanvullend pensioen via de tweede pijler. Dat moet een recht van elke werknemer worden. Iedereen moet de kans krijgen om een deel van zijn inkomen veilig opzij te zetten bij de overheid om op het einde van zijn of haar loopbaan een stevig en gegarandeerd potje over te houden. Met de jongeren die nu en straks op de arbeidsmarkt komen, maken we een nieuw contract. Ze zullen precies weten welk pensioen ze op het einde van hun carrière krijgen. Met ons plan ‘Een Zeker Pensioen Voor Iedereen’ willen we de paniekzaaiers en zij die het pensioenstelsel willen afbouwen, de pas afsnijden. We willen de illusie doorprikken dat een goed wettelijk pensioen onmogelijk is en dat je zonder private verzekeringen in de goot belandt. Het is niet normaal dat wanneer je als twintiger een bankrekening gaat openen, je de boodschap meekrijgt dat de pensioenkassen leeg zijn en dat je maar beter zelf voor je pensioen kan beginnen sparen, voor je eigen potje. De waarheid is dat we met private verzekeringen op het einde van de dag allemaal slechter af zijn. Het ondergraaft het publieke stelsel en uiteindelijk trekt iedereen aan het kortste eind, ook wie
4
privé gespaard heeft: vraag het maar aan de Belgen die door de bankencrisis hun centen als sneeuw voor de zon zagen wegsmelten.
Fiere roos Of het nu over onze pensioenen, jobs, gezondheid of fiscaliteit gaat: de kern van de zaak is dat we de hoop en de dromen van de mensen, van ons allemaal, opnieuw op de voorgrond zetten. Dat iedereen van ons, jongere of oudere, arbeider of bediende, werknemer of zelfstandige, werkloze of werkende, zeker kan zijn van een stevige basis in zijn bestaan, met eerlijke en gelijke kansen, goede gemeenschapsvoorzieningen en stevig verankerde sociale rechten. We moeten dringend weer vooruit. Als we daar ons hoofd niet hoeven over te breken, kunnen we met z’n allen meer bezig zijn met wat echt telt in het leven: met het eigen geluk en dat van onze familie en vrienden, onze buurt of wijk, de samenleving. Het is de diepste wens van ons allemaal. Het is de reden waarom we socialisten zijn. Het is dat wat ons bindt. Ik heb de indruk dat de Volkstraat het vaak beter weet en ook doet dan de Wetstraat. Ik hoor en zie in de samenleving veel mensen die het voor elkaar opnemen, die voor elkaar zorgen. Op onze nieuwjaarsreceptie in januari konden onze leden zich laten fotograferen. Een van hen was Emmy Corveleyn. Een fantastische dame van 86 jaar, uit Edegem, en oudste lid en nog zeer actief. Beetje hardhorig, maar een bezige bij in de seniorenraad. Ik herinner me vooral hoe trots ze poseerde met de roos in de hand. Zo’n mooi beeld. Het beeld van onze beweging. En Emmy deelt onze droom. Ze wil het morgen beter hebben dan vandaag en zoals iedereen van ons wil ze dat dit ook geldt voor alle kinderen, kleinkinderen, geliefden en buren. Dat is de weg die ik samen met jullie wil bewandelen, vrienden. De stilstand in de Wetstraat heeft nu lang genoeg geduurd. Vandaag spreken we de doemdenkers tegen. Niet door de problemen te ontkennen, wel door ze aan te pakken. Onze toekomst wordt niet vanzelf beter. We gaan dit samen doen. Samen. Vooruit. Wij willen met de kracht van ieders talent, op hoop en visie. Samen sterker, samen voor elke job, samen sp.a. Ik dank u. Caroline Gennez 1 mei 2010
5