1.
Gemeente Apeldoorn
Metaalbuurt De Metaalbuurt, een tijdloos tuindorp in Apeldoorn Zuid. Dateert uit 1917 en is een goed voorbeeld van de eerste sociale woningbouw in Nederland. Na jarenlang met sloop bedreigd te zijn heeft het ‘houtjesdorp’ nu een monumentale status gekregen en is het als beschermd stadsgezicht aangewezen. Het slopen van het dorp is gewijzigd in renovatie van het oudste (westelijke) gedeelte en de herbouw van het jongere oostelijke deel. De oorspronkelijke arbeiderswoningen zijn aangepast aan gewenste woonvolumes van vandaag door de woningen een passende uitbouw te geven. Veel aandacht gaat uit naar de openbare ruimte. Er is teruggegrepen naar de oorspronkelijke stedenbouwkundige opzet. Toegevoegde stijlen uit de jaren 60/70 (gemeenteplantsoen) zijn weggehaald. Met het letterlijk leeghalen van straten komt de oospronkelijke sfeer van het tuindorp weer naar voren. Aantal plekken zijn verbijzonderd. Nieuwbouw blijft in de beeldtaal van het tuindorp. Metaalbuurt maakt onderdeel uit van wijkaanpak in Zuid. Wonen in Gelderland. Revitaliseren van bestaand bebouwd gebied. Behoud van Apeldoorns cultuurgoed. Werken aan identiteit en herkenbaarheid. Er hadden ook andere keuzes gemaakt kunnen worden. De integere renovatie en zorgvuldig ontwerp zorgen ervoor dat de wijk geen nostalgische rariteit wordt. De oorspronkelijke kwaliteiten zijn op een nieuwe manier ingezet om in het huidige gebruik te kunnen voorzien.
2.
Gemeente Culemborg
Werk aan ’t Spoel / Molenkade Twee plekken die onderdeel uitmaken van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, nationaal landschap. De gemeente Culemborg ontwikkelt samen met haar gebiedspartners het open gebied van Culemborg West tot een waardevol gebied, waarbij uitbreiding van de stad (ontwikkeling woonwijk Parijsch) gepaard gaat met het herkenbaar maken van het bijzondere karakter van het buitengebied. De waarden worden zowel zichtbaar gemaakt als ook beleefbaar. Het gebied kent daarmee een bijzondere gebruikswaarde. Het Ontwikkelingsprogramma Nieuwe Hollandse Waterlinie Culemborg (2003) omvatte behalve de westrand van Parijsch ook drie projecten waarin de beleidsthema’s landschap,natuur, cultuurhistorie, cultuur, kunst, water en recreatie zijn gecombineerd: Werk aan ’t Spoel (restauratie en ontwikkeling fortificatie met toevoeging amphitheater en een nieuw forthuis met horecafunctie, zichtbaar maken van de fortwal, organiseren culturele activiteiten - grassculptuur met strategisch gesitueerde panorama’s - ), Molenkade (inrichting en hergebruik voormalige inundatievelden, natuurontwikkeling en waterberging) en Liniepad (nieuwe routes langs bestaande landschapsstructuren, liniepont). In het proces: werken met gebiedspartners, inzet lokale kennis, inloopavonden, prijsvraag, kwaliteitsteam NHW, begeleidende monumentencommissie. Het project draagt bij aan identiteit. De waarden van het gebied worden zowel zichtbaar als beleefbaar gemaakt en versterken het imago van Culemborg als stad met ambities op het gebied van duurzaamheid. Daarnaast heeft het nationaal project Nieuwe Hollandse Waterlinie met haar motto ‘behoud door ontwikkeling’ zelf als katalysator voor investeringen in landschap, cultuurhistorie, recreatie, water en natuur gezorgd.
3.
Gemeente Doetinchem
Loo Kwartier Direct tegen het centrum van Doetinchem is een nieuw stedelijk gebied in ontwikkeling. Eerste fase is grotendeels gereed. Het maakt deel uit van het Masterplan Schil, dat voor de provincie Gelderland en de gemeente Doetinchem als sleutelproject geldt. Met het Lookwartier heeft Doetinchem, regionaal centrum van de Achterhoek, een compact stedelijk woonmilieu dat voor Doetinchem nieuw is. Voorheen in het gebied: het oude theater, busremise en openbaarparkeerterrein. Nu: stadswoningen met voordeur aan de straat, appartementen, extra ruimte op de begaande grond voor werken aan huis, verkeersvrije openbare ruimte (openbare parkeervoorziening ondergronds) en de nieuwe
1
schouwburg Amphion. Het woonprogramma is gericht op verschillende doelgroepen. De architectonische beeldtaal is gevarieerd, maar toont samenhang. De relatie tussen het schouwburg en stadswoningen is geslaagd. Nadrukkelijk maakt de nieuwe Ruimzichtlaan deel uit van het project. Het is geen verkeersriool geworden maar een laan met allure, breed profiel (met middenberm) met zichtlijn op de karakteristieke villa Ruimzicht (markante plek voor Doetinchemers). Nog niet alle wanden van de laan zijn gerealiseerd. Het planproces is redelijk snel verlopen en het ontwerpatelier stond onder leiding van een kunstenaar. Steden van Gelderland ontwikkelen zich. Binnenstedelijke opgaven, via herbestemmen en herstructureren, staan tegenwoordig vaker op de agenda. Bij deze opgaven is de bestaande context een bepalende factor van belang. In Doetinchem wordt een nieuw woonmilieu gecreëerd. Past dat bij Doetinchem? Wordt een nieuwe identiteit toegevoegd aan het stedelijk leven van deze Achterhoekse stad? In een zekere zin zou het Lookwartier niet misstaan op IJburg (Amsterdam). Wat is er Achterhoeks aan? Of Doetinchems, Oude IJsselachtig? Of doen deze vragen er niet toe? Maar zicht op de oude villa Ruimzicht wordt wel als uitgangspunt meegenomen in het ontwerpen aan dit deel van de stad. Overigens wordt in andere onderdelen van het Masterplan De Schil juist wel aan stadsherstel gedaan door oude straatwanden terug te brengen en te behouden, opdat de stad iets van haar verleden blijvend kan laten zien.
4.
Gemeente Ede (Lunteren)
Centrumplan Lunteren Het centrum van Lunteren opnieuw ingericht. Kansen ontstonden na aanleg van de rondweg. De onherbergzame winkelstraat werd omgetoverd in een aangenaam winkel/verblijfsgebied zonder auto’s. Diverse elementen: inrichting openbare ruimte, beeldende kunst, uitstal-, luifel en terrasbeleid, het ‘opgetilde’ nieuwe erf met de opgeknapte muziektent als focuspunt voor de gemeenschap. Bij dit project ook de wanden meenemen: variatie aan tijdsbeelden en beeldkwaliteit. Recente inbreiding/herstructurering met ‘nieuw traditionalisme’, met historisch besef en passend in de geleding van de bestaande bebouwing. In die bestaande bebouwing zijn ook mindere plekken te duiden. In het proces: intensief overleg met bewoners en ondernemers. Door het centrum te revitaliseren ontstaat er een nieuwe gebruiks- en belevingsruimte. Met inzet van woorden (door het project zelf gebruikt) als robuustheid, doelmatigheid, ingetogenheid, informele sfeer en dorpse gemoedelijkheid. Raakt dit de identiteit van Lunteren? Opvallend in dit centrumgebied is de frequent terugkerende afbeelding van het Veluws vrouwtje, als beeldmerk. Centrum is ook de plek voor evenementen. Daar getuigt de tijdelijke poort van bordkarton van.
5.
Gemeente Elburg
Botterwerf Elburg heeft een werf behouden, op de plek van voormalige scheepswerf Balk, op het scharnierpunt van Havenkanaal en Oude Haven met passende nieuwbouw dat goed opgaat in de sfeer van vestingstad Elburg. Het is een ensemble met een hoge cultuurhistorische, museale, educatieve en toeristische (attractie) waarde. Ook economisch omdat er een plek is voor onderhoud, herstel en restauratie van botters. Het past helemaal bij Elburg, een bijzonder vestingstadje - beschermd stadsgezicht -, één van de parels van Gelderland. Samen met de herinrichting van de Havenkade en ligplaats botters vormt de botterwerf een katalysator voor verdere ontwikkelingen langs het Havenkanaal (nog in planfase): woningen, hotel, uitbreiding jachthaven, slechtweervoorziening, evenemententerrein, verplaatsing parkeerterrein. Met de botterwef ging een gekoesterde wens in vervulling. Betrokkenheid van veel vrijwilligers en aanbod van leerlingwerkplaatsen. De bruine vloot draagt bij aan de identiteit van Nederland (en Gelderland). Haven, werf, zeilschepen, watersport, Zuiderzee/randmeren, vis en visserij, watersportgerelateerde bedrijvigheid, rondvaarten, horeca - WATER - zijn van die elementen die een haast vanzelfsprekende plek hebben in onze eigenheid (of eigenaardigheid) en nieuwsgierigheid. De genoemde elementen blijven spreken tot de verbeelding (bij diverse generaties). Keuze om nadrukkelijk deze identiteit en sfeer de behouden en te
2
maken levert zeker kwaliteit op. Is er gevaar voor misplaatste nostalgie of een overdreven hang naar het verleden? Ja, maar Elburg gaat zorgvuldig om met gewenste belevingswaarden.
6.
Gemeente Nijmegen
Lange Hezelstraat / Hessenberg Een binnenstedelijke revitalisering en herstructurering in de oude binnenstad van Nijmegen. Het zijn twee aangrenzende projecten: 1) De Lange Hezelstraat en 2) De Hessenberg. De Lange Hezelstraat is een attractieve winkelstraat geworden met aandacht voor herinrichting van de openbare ruimte, gevarieerd winkelbestand met goed onderhouden winkelpuien. Door de bank genomen kunnen winkelstraten verrommelde plekken zijn (luifels, reclame, wipkippen, bloembakken, handelswaar op straat). Nijmegen doet er wat aan. De Hessenberg is een eigentijdse stedelijke toevoeging op de plek waar vroeger de Gelderlander heeft gestaan. Gebruik is gemaakt van het bestaande reliëf (karakteristiek voor Nijmegen) en de historische - meer organische - structuur van dit deel van de binnenstad (inclusief pleintjes). Behoud van enkele ‘gedateerde’ bebouwing en laten zien van (verdwenen) historische elementen. Goede stedenbouwkunidge aansluiting met de omgeving. Programma voornamelijk gericht op woningbouw. Markant is de hoogbouw, met smaak en in eenvoud uitgevoerd. Doet nu ook mee in het stadssilhouet van Nijmegen en prominent te zien vanuit het Kronenburgerpark. Hoe omgaan met de stadscentra? Hoe revitaliseren en herstructureren? Vooral teruggrijpen op sfeer (Hezelstraat) en historiciteit (Hessenberg) met eigentijdse stijlmiddelen. Een bijdrage aan identiteit en beleven van identiteit. Bijdrage aan het gewenste imago (city-branding) van de binnenstad van Nijmegen. Spelen met levendigheid en luwe plekken. Zorgen dat de gebruikswaarde hoog is. Aantrekkelijk maken voor bezoekers, passanten, ondernemers en bewoners. Dat er wat te beleven valt.
7.
Gemeente Oude IJsselstreek (Ulft)
DRU Industriepark De ‘DRU’ in Ulft, onderhand een begrip in Gelderland en in de Achterhoek en de bakermat van de Nederlandse ijzerindustrie. Het is ook een voorbeeld van hoe oude fabriekscomplexen behouden worden en nieuwe functies krijgen. Aangevuld met divers woonprogramma van nieuwbouw aan de randen van het gebied. Het is al met al een rijk ensemble aan de oevers van de Oude IJssel en qua omvang vergelijkbaar met de Westergasfabriek in Amsterdam. Het project is concreet gestart in 2005. Recente maatschappelijke, economische ontwikkelingen vormden daarbij aanleiding tot een evaluatie van bestaande plannen. Begin 2011 leidde deze evaluatie tot een herziene visie. Het Portiersgebouw van het voormalige DRU-complex is inmiddels gerestaureerd en verbouwd tot DRU Cultuurfabriek met onder andere een theaterzaal, popzaal en diverse andere culturele voorzieningen. Het Beltmancomplex is grotendeels gerestaureerd en huisvest diverse kantoren en huurwoningen. Er is begonnen met de restauratie van het Ketelhuis dat een hotel moet gaan worden. De restauratie voor het Loonbureau is afgerond en binnenkort vestigt de regionale radiozender zich hier. Een grote fabriekshal, de SSP-hal, staat nog leeg maar is de beoogde locatie voor beurzen en congressen voor de hele regio. De openbare ruimte tussen de rijksmonumenten - die voor een groot deel bestaat uit grote, verbindende pleinen - wordt verder aangelegd en ingevuld. Er zijn diverse bruggen over de Oude IJssel aangelegd voor een betere ontsluiting van het langzame verkeer. In de herziene visie wordt het gebied aan de overzijde van deze rivier nadrukkelijk betrokken bij het terrein met de ‘DRU’-gebouwen; beide gebieden vormen samen het DRU Industriepark. Het behoud en herbestemmen van industrieel erfgoed wordt door gemeente Oude IJsselstreek als erg belangrijk gezien; het draagt bij tot versterking en beleving van de eigen identiteit van de Achterhoek. Daarbij is de beeldtaal van industrieel erfgoed enorm krachtig en zeer goed in staat om een eigen, unieke beleving te creëren. Zelfs de enkele nog leegstaande hallen spreken tot de verbeelding en vertellen de bezoekers een eigen verhaal. Dit zijn ook de ruimtes die zeer geschikt zijn om tijdelijke functies te
3
herbergen of waar bijzondere evenementen kunnen ontstaan en plaatsvinden. Het DRU Industriepark draagt in al zijn facetten en met al zijn mogelijkheden bij aan het versterken van de eigen identiteit van de Achterhoek.
8.
Gemeente Renkum (Doorwerth)
Tussen de lanen Een woonwijk in Doorwerth, satelietdorp van Arnhem. Een herstructureringsproject waar 294 huurappertementen plaats hebben gemaakt voor 94 huurwoningen en 155 koopwoningen, grondgebonden en gestapeld. Een aantrekkelijke woonwijk met een campusuitstraling, veel gemeenschappelijk groen, geen autoverkeer, parkeren aan de rand en in half verdiepte parkeerkoffers, hoogwaardige architectuur. Voorheen stonden er acht (deels geschakelde) portiekflats van vier lagen hoog, in een grid-verkaveling. De flatjes uit de jaren 60/70 zijn gesloopt en het groen is behouden (nu zijn het flinke bomen). Archeologische monumenten (twee grafheuvels) zijn gespaard en prominent in het zicht. Wonen in Gelderland. Een stevige herstructurering. Ambitie voor iets nieuws, want het oude voldoet niet meer. Er ontstaat een geheel nieuw woonmilieu, zeker voor Doorwerthse begrippen. Hier werkt trots als ‘invuller’ van identiteit. Een mooie woonwijk die klopt, ondersteunt het imago van een satelietdorp. En verder geven de bomen en de grafheuvels het gevoel van de Veluwe.
9.
Gemeente Voorst (Klarenbeek)
Nieuw landgoed ’t Beloofde Land Een nieuw landgoed in het buitengebied van Klarenbeek, gemeente Voorst, langs het spoor ZutphenApeldoorn. Het hoofdgebouw is bestemd voor wonen, met een paardenstal als bijgebouw. Te midden van 10 hectare landschap- en natuurontwikkeling. Deels toegankelijk voor wandelaars, met behoud van ruim privéterrein. In overleg met waterschap heeft het terrein een opmerkelijke functie in de waterhuishousing ter plekke. Het totale ensemble aan gebouwen, inclusief voorplein, gracht en brug, oogt als een kasteel. De torentjes vallen op. Toch is hier geen sprake van ‘decor’, maar van een spannende eigentijdse vertaling van het idee kasteel met zorgvuldige materiaalkeuze en vormgeving. De gebouwen, op ruime afstand van de weg gesitueerd, passen mooi in het landgoederenlandschap van Klarenbeek en Voorst. In het hoofdgebouw wordt ook een bed & breakfast aangeboden voor de ‘slow tourist’. De tot standkoming had nogal wat voeten in de aarde, variërend van kritisch meedenkende monumentencommissie tot bezwaarschriften tot aan de Raad van State. Nu het grotendeels – onlangs - gereed is ontvangen de eigenaren veel nieuwsgierige en positieve blikken. Ook van oude landgoedeigenaren. Gelderland heeft een groot aantal landgoederen binnen haar grenzen. Zowel oude landgoederen, aan de hand waarvan een behoorlijk deel van de Gelderse geschiedenis valt te vertellen, als nieuwe landgoederen die sinds de jaren 90 van de vorige eeuw mogelijk zijn gemaakt door specifiek provinciaal en gemeentelijk beleid. Landgoederen dragen bij aan de identiteit van Gelderland.
10.
Gemeente Winterswijk
BOS-project Het BOS-project combineert diverse deelprojecten in een gebiedsgerichte aanpak. Het gaat om het landelijk gebied ten zuidoosten van Winterswijk, grenzend aan de bebouwing van het dorp (randzone) en dient als uitloopgebied. Het is een waardevol cultuurlandschap en maakt deel uit van het nationaal landschap Winterswijk. Veel afwisseling. De beek Boven Slinge is de blauwe ader van het gebied. Een tochtje langs de beek geeft een beeld van de interactie tussen mens en natuur door de eeuwen heen. Doelen: behouden en ontwikkelen cultuurhistorische waarden (behoud Bleekweide, nieuwe functie Oliemölle - wordt nog naar gezocht -, herstel strandbad - uit 1933 -); behoud en versterken natuur- en landschapswaarden (o.a. Havenzathe Plekenpol en Het Buskersbos); ontwikkelen economische
4
dragers (DAV-terrein, nog in ontwikkeling); herstel en in standhouden watersysteem (langs de Boven Slinge). Maar ook sturing geven aan bezoekers Het project loopt al een paar jaar en heeft nog wat voor de boeg. Wat hier gaande is: hoe een bestaande landschappelijke setting, met een hoge waardering, want onderdeel van nationaal landschap, met een geschiedenis en een verhaal, duurzaam opgenomen wordt in de leefwereld van bewoners, streekgenoten, passanten en bezoekers. Werken aan en vanuit een te koesteren identiteit en zo een sterke betrokkenheid creëren. Mogelijkheden bieden om je te kunnen identificeren met een gebied.
5