Inhoud 1 Johannes de Doperschool, een bijzondere school 2 Ontstaan van het “Daltononderwijs” 3 De drie principes 4 Wat betekent het voor onze praktijk? 5 Is het voor ieder kind geschikt? 6 En op het voortgezet onderwijs? 7 Tot slot
1 De Johannes de Doperschool, een bijzondere school Zoals u weet is de Johannes de Doperschool een bijzondere school. Dit houdt in, dat we bij het ministerie in de boeken staan als een Rooms Katholieke school. Natuurlijk willen het woordje “bijzonder” meer inhoud even. Waar staat de school voor: Wij willen een school zijn, waar de kinderen zich veilig voelen. Dat is de basis. Een school is voor ons het huis, waar de kinderen door een samenhangend geheel van leerstof, oefenen van vaardigheden, contacten, gebeurtenissen en emoties leert. We proberen samen met de ouders de goede kwaliteiten van de kinderen naar boven te laten komen. Ieder kind is anders en geen weg naar volwassenheid is gelijk. De basis is voor iedereen gelijk: We willen een school zijn, waar je fouten mag maken. We willen een school zijn, waar kinderen leren elkaar te waarderen en te helpen.We willen een school zijn, waar kinderen geleerd wordt, dat ze vertrouwen in zichzelf en een ander hebben. Natuurlijk betekent dit niet, dat je alle problemen kunt voorkomen. Het betekent echter wel, dat we eventuele problemen willen aanpakken. Een voorbeeld: Als we merken, dat een kind regelmatig het doelwit is van pagerijen, zullen hier zeker actie op ondernemen. Vooral echter zullen we proberen die pesterijtjes te voorkomen door d.m.v. van protocollen, projecten, kringgesprekken en controle en in de groep te werken aan het “wij-gevoel”. U zult zich afvragen, wat dit met Daltononderwijs te maken heeft, maar dat de sfeer op een school alles te maken heeft met de drie uitgangspunten, zal u verderop duidelijk worden. Eerst nemen we u mee in de geschiedenis.
2 Het Onstaan van het Daltononderwijs De Daltonwerkwijze is gebaseerd op de ideeën van de Amerikaanse Helen Parkhurst ( 18871973 ). Zij begon haar carrière als leerkracht op een eenklassige school. Ze werkte met 40 leerlingen, verdeeld over acht leerjaren. Natuurlijk was daar “normaal”lesgeven onmogelijk. Zij overlegde met de kinderen, wat hun eigen verantwoordelijkheid kon zijn en wat de rol van de leerkracht moest zijn. Dit werd vervolgens vastgelegd in een soort contract. De taak. De kinderen beloofden in het contract dat ze aan hun taak zouden werken en af zouden hebben na een week. Helen Parkhurst beloofde de kinderen hulp te geven, als dit nodig was. Deze werkwijze ontstond dus vooral om praktische redenen. Later werden haar ideeën toegepast in de State High School in Dalton. Naar deze plaats is het Daltononderwijs genoemd. Ook voor Helen Parkhurst stond vast, dat “het kindzijn”onlosmakelijk verbonden is met “spelend in de wereld zijn”. Uitgaande van het kind, dat graag speelt, in dit spel zichzelf opdrachten stelt en bij dit spel nu eens kameraadjes zoekt, dan weer het zelf wil doen, kwam Helen Parkhurst tot de volgende drie basisprincipes: Zelfstandigheid, samenwerken en vrijheid ( in gebondenheid ) . Deze laatste wordt bij ons verantwoordelijkheid genoemd. Deze drie principes gelden als uitgangspunt om het onderwijs zo vorm te geven, dat het de kinderen prikkelt tot leren en zich prettig voelt in school. Deze drie principes zullen we nader toelichten. 3 De drie principes Vrijheid in gebondenheid. ( verantwoordelijkheid ) Dit betekent vooral niet, dat een kind kan doen waar het maar zin in heeft. Het houdt in, dat de school het kind de ruimte wil geven, die het aankan. Dat kan zelfs per kind verschillen. De spelende kleuter en de schoolverlater hebben een eigen manier van hoe ze die vrijheid ervaren. Beiden hebben hierbij hun eigen kaders, die aangeven hoever die vrijheid strekt. Van de leerkracht wordt een houding verwacht, die er op is gericht om die ruimte aan te geven. De leerkracht biedt de kinderen de mogelijkheid om de verantwoordelijkheden die het betreffende kind aankan werkelijk te dragen. Bij verantwoordelijkheid hoort verantwoording. Concreet betekent dit niets anders, dan dat de leerkracht ook controleert of de taak goed uitgevoerd is. Kinderen ervaren deze manier van werken als prettig, omdat het ook een aantal vrijheden met zich meebrengt: Met welke weektaak zal ik beginnen? Hoeveel tijd zal ik hier aan besteden? Soms mag je de taak samen met een ander maken. Soms mag je kiezen op welke plek je die taak uitvoert. Heb ik hulp nodig, of kan ik het zelf ?
Zelfstandigheid Kinderen zijn van nature nieuwsgierig en willen de wereld onderzoeken, zelfontdekkend bezig zijn. Spelen dus ! De opdracht aan de school is hierbij dus, niet de hele dag bezig zijn met uitleggen van de leerstof, waarbij de leerling enkel een luisterende rol heeft. Zelfstandigheid houdt in, dat de kinderen vooral zelf bezig moeten zijn. Het hulpmiddel dat hierbij gebruikt wordt is de taak, onze vertrouwde bloktijd. In het takenpakket heeft de leerkracht De instructie aan de leerkracht is er vooral op gericht op de leerlingen die het nodig hebben. Kinderen die eerder aan de slag kunnen, worden ook eerder losgelaten. Kinderen die andere instructie nodig hebben, krijgen die in een kleinere groep. Natuurlijk wordt het weektakenpakket met veel zorg samengesteld. Aan de ene kant moet de taak uitdagend zijn, maar mag ook niet dermate moeilijk zijn, dat ze zonder hulp niet te volbrengen is. De taak moet passen bij ieder kind. Dat betekent ook, dat er variatie mogelijk is tussen de hoeveelheid en diepgang van de taken. Niet ieder kind is hetzelfde! Samenwerking Uit onderzoek is gebleken, dat leerstof die door middel van samenwerking is behandeld erg goed blijft hangen. Dat is ook logisch, als je bedenkt, dat bij deze werkvorm kinderen gedwongen worden hun eigen gedachtes te verwoorden. Behalve deze extra opbrengst is er natuurlijk nog een belangrijke reden om kinderen regelmatig te laten samenwerken: het sociale aspect. Je staat niet alleen op de wereld en ook van veel volwassenen wordt gevraagd in teamverband te werken en rekening met elkaar te houden. De groepsleerkracht heeft met deze werkvorm ook een middel in handen om de sfeer in de groep positief te beïnvloeden. Sinds jaren kent onze school “het tutorschap”. Kinderen uit groep acht begeleiden kortstondig een kind een lagere groep om bepaalde leerproblemen met hen te oefenen. Denk hierbij o.a. aan het samen lezen en het inoefenen van de tafels. De kinderen van groep acht krijgen daar een mini-cursus voor aangeboden. Ook dit middel heeft bewezen de sfeer in school zeer positief te beïnvloeden. Wat betekent het voor onze praktijk?
De Johannes de Doperschool kent reeds meer dan tien jaar bloktijd, een systeem van weektaken-onderwijs dat naadloos aansluit bij het Daltononderwijs. Het aantal uren van bloktijd varieert per groep. Wel zit er een duidelijke opbouw in. Hoe hoger de groep, hoe meer bloktijd. In groep acht hebben ze vrijwel ieder dagdeel een bloktijd-halfuur. Bij de kleuters beginnen we pas echt met bloktijd als ze hier aan toe zijn. De diverse hoeken in het kleuterlokaal maken dan ook onderdeel uit van het bloktijdgeheel. We willen aansluiten bij de ontwikkeling van de kinderen. Dat betekent dan ook, dat de ene kleuter eerder vraagt om een bepaald werkje te mogen doen, dan de ander. Soms is helaas een zachte
dwang noodzakelijk, omdat het kind anders vast zou lopen. Als ze naar groep drie gaan zullen ze toch enigszins taakgericht moeten zijn. Om de taken over de dagen goed te kunnen indelen, gebruiken we dagkleuren. De maandag is rood, dinsdag blauw, woensdag oranje, donderdag groen en vrijdag geel. De aula van de school wordt gebruikt als extra werkruimte. Alle groepen maken hier gebruik van. Het zal duidelijk zijn, dat kinderen hier elkaar niet mogen storen. Alle groepen hebben een planbord in de klas, met daarop in kleur de dagen van de week en de namen van alle groepskinderen. Het planbord bij de kleuters wikt hiervan iets af. Bij Bloktijd hoort ook een planning- en registratieformulier. Hiermee maken de kinderen vanaf groep drie hun weekplanning. Ook het planbord in de groep wordt gebruikt om door middel van het verzetten van magneten ( de taken ) te laten zien wat af is. De leerkracht overziet zodoende heel snel welke taken nog af moeten en kan indien nodig hulp bieden. Op het eind van de bloktijdweek ( die ook op donderdag kan beginnen ) wordt geëvalueerd. Als het niet gelukt is, wordt gekeken naar wat daar de reden voor is. Soms moeten enkele zaken bijgesteld worden. Door dit samen met de kinderen te doen, leer je ze kritisch naar de eigen prestaties te kijken. Is dit onderwijs voor ieder kind geschikt? Natuurlijk heeft die zelfstandigheidtraining tijdens bloktijd alleen zin, als ook op andere momenten rekening wordt gehouden met wat het kind zelf kan. Sterker nog: u bent thuis toch ook bezig met het proces om kinderen zo zelfstandig mogelijk te maken. Wij hopen, dat hetgeen waar we als school mee bezig zijn, in het verlengde ligt van uw opvoeding thuis. Ook in het gezinsleven spelen de drie uitgangspunten: samenwerken, verantwoordelijkheid en zelfstandigheid een grote rol. De invulling is misschien wel op een andere manier, maar in ook hier vindt u deze uitgangspunten terug. Hoeveel kinderen dragen niet de verantwoordelijkheid van de zorg voor een huisdier? Kinderen helpen thuis toch ook hun jongere broertjes en zusjes? Hebben ze thuis ook niet de zorg voor kleine taakjes als de tafel dekken? Net als op school bespreekt u wel eens hetgeen ze gedaan hebben. Daarmee is in feite meteen de vraag beantwoord: Is dit onderwijs geschikt voor ieder kind? Als we er maar voor waken, dat het systeem geschikt gemaakt moeten worden voor het kind, hebben we met onze bloktijd een fijn middel om onze kinderen te helpen op de weg naar volwassenheid. En in het voorgezet onderwijs? De vaardigheden, die de kinderen op onze school meekrijgen zullen in het voortgezet onderwijs verder benut worden. Natuurlijk heeft het kind er baat bij als hij of zij bij ons reeds geleerd heeft goed te plannen, een voortgang te bewaken en kritisch naar zijn/haar eigen gedrag en product kan kijken. Natuurlijk is het prettig als uw kind vroeg heeft leren samenwerken. Natuurlijk bent u blij als uw kind zich verantwoordelijk weet voor de spullen van zichzelf en een ander. Vaardigheden, die bij ons als basis worden meegegeven, zullen hier verder worden uitgebouwd.
Tot slot In ons logo ziet u de letters SVZ staan. We hopen u duidelijk gemaakt te hebben waar de school voor staat. De S staat vooraan, omdat we samenwerken als zeer belangrijk uitgangspunt naar ons idee voorop dient te gaan. We willen niemand buiten de groep laten vallen. Je mag jezelf zijn. Wij respecteren dat. Kinderen behoren niet over elkaar te roddelen. Je gebruikt elkaars kwaliteiten in de samenwerking om tot een goed resultaat te komen. Hierdoor wordt de onderlinge band verder verstevigd. De V staat voor verantwoordelijkheid. Verantwoordelijk voor hetgeen je aankunt. Je kan het ook zien als zorg voor de omgeving en vooral elkaar. De Z van zelfstandigheid geeft vulling aan het maken van de juiste keuzes. Je bent alleen afhankelijk van anderen, maar je kunt ook je eigen leerproces beïnvloeden. Dit geeft een fijn gevoel.
Alles gebaseerd op vertrouwen hebben in jezelf en een ander !
Het team van de Johannes de Doperschool