Preventiefiche
Anti bots systemen bij meerdere torenkranen
1. Beschrijving Bij het uitvoeren van bouwwerken komt het regelmatig voor dat er op een zelfde bouwplaats meerdere kranen opgesteld moeten worden, waarvan de lasten in mekaars draaibereik kunnen komen. In die gevallen moeten de nodige voorzorgen genomen worden om te verhinderen dat de verschillende kranen of hun lasten met mekaar in botsing komen.
2. Belangrijkste risico's en oorsprong Door een beperkt zicht op de lasten of door een foute inschatting van de afstanden kunnen de lasten die aan de kranen zijn opgehangen met mekaar in botsing komen. De invloed van de wind en de snelheid van de verplaatsingen verhogen het risico op deze ongevallen. De gevolgen kunnen zeer ernstig zijn: de lasten kunnen loskomen van de haak en naar beneden vallen, opgehangen elementen kunnen breken en de brokstukken kunnen vallen. In extreme gevallen kan zelfs de stabiliteit van de kranen zelf in het gedrang komen.
3. Wetgeving Er bestaat geen specifieke regelgeving in dit verband. De welzijnswet schrijft voor dat de een risicoanalyse moet uitgevoerd worden en dat gepaste preventiemaatregelen getroffen moeten worden, zodat de werken veilig kunnen uitgevoerd worden.
4. Preventiemaatregelen Werkmethode en instructies - Algemeen principe Gezien de bestuurder van de hoogste kraan (G2) het beste overzicht heeft op alle hijswerkzaamheden kan hij ook het gemakkelijkste rekening houden met de bewegingen van de andere kraan (G1) of kranen. De bestuurder van de lagere kraan heeft minder zicht op hetgeen achter of boven hem gebeurt en kan dus moeilijker rekening houden met de bewegingen van de hogere kraan. Daarom wordt dikwijls afgesproken dat de lagere kraan voorrang krijgt in zijn bewegingen en dat de bestuurder van de hoogste kraan voorrang moet verlenen aan de lagere kraan.
Navb-cnac Constructiv streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met de huidige stand van de regelgeving en de techniek. De organisatie kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie. De raadgevingen in deze preventiefiche ontslaan de lezer niet van de verplichting om de geldende regelgeving na te leven. De reproductie van teksten en illustraties is toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van navb-cnac Constructiv en duidelijke bronvermelding. Preventiefiche O r0 0 7 -v0 1 1/ 5
navb-cnac Constructiv Het preventie-I nstituut van de bouw Koningsstraat 132/ 4, 1000 Brussel ● constructiv.be
[email protected] ● T + 32 2 552 05 00 ● F + 32 2 552 05 05
Installatie van een anti bots systeem Een anti-bots-systeem is een technisch hulpmiddel, dat de bestuurders van de beide kranen tijdig verwittigt in geval er zich een potentieel gevaarlijke situatie kan voordoen, met andere woorden als het risico bestaat dat beide kranen zich in het overlappende gebied begeven. Deze waarschuwing gebeurt door middel van een geluidssignaal en een lichtsignaal. Indien ondanks de waarschuwing toch een beweging wordt ingezet die tot een gevaarlijke situatie kan leiden, kan het anti-bots-systeem deze beweging ook onderbreken of beletten. Werkingsprincipe: Het anti-bots-systeem wordt zo ingesteld dat de lagere kraan reageert op de positie van de loopkat (kabel, haakblok, last) van de hoogste kraan. Vanaf het moment dat de loopkat zich binnen de overlappende zone tussen beide kranen bevindt, zal de beweging van de lagere kraan beperkt worden door de draaibeweging van de giek te blokkeren. Gezien de hogere kraan de bewegingsvrijheid van de lagere kraan beperkt, wordt soms gezegd dat de hogere kraan ‘voorrang’ heeft op de lagere.
Bepaling van de overlappende zone tussen beide kranen (G1 en G2). Rond de kabel van G2 (hogere kraan) en rond de giek van G1 (lagere kraan) moet een veiligheidsmarge voorzien worden. Bij de installatie van een geautomatiseerd anti botssysteem wordt meestal een vaste veiligheidsafstand van 2 m voorzien of kunnen verschillende afstanden ingesteld worden. In parkeerstand moeten de kranen vrij kunnen ronddraaien. Het hoogteverschil tussen de giek van de hogere kraan en het hoogste punt van de lagere kraan moet voldoende groot zijn om elk contact uit te sluiten. Het haakblok van de hogere kraan moet in parkeerstand buiten het bereik van de giek van de lagere kraan kunnen geplaatst worden.
Bepaling van de verboden sectoren voor de lagere kraan (G1) Situatie 1: de loopkat van G2 staat binnen de draaicirkel van de giek van G1, maar niet binnen de draaicirkel van de tegengiek Een verboden zone Z1 moet ingesteld worden, waardoor het draaibereik van de giek van kraan 1 beperkt wordt tot het groene en oranje gebied. Als de giek zich in het oranje gebied bevindt, dan wordt de vlucht van de loopkat van kraan 2 beperkt. Situatie 2: de loopkat van G2 staat binnen de draaicirkel van de giek van G1 en van de tegengiek van G1 Een verboden zone Z1 wordt ingesteld zoals in situatie 1, maar bovendien wordt een tweede zone Z2 ingesteld, die op analoge manier rekening houdt met de beweging van de tegengiek.
Beschrijving van de technische installatie: In de meeste anti-bots-systemen worden de overlappende zones (gevarenzones) en de ‘verboden’ zones of sectoren twee-dimensioneel gedefinieerd. Dat wil zeggen dat alles wordt geprojecteerd op een horizontaal vlak en dat er geen rekening wordt gehouden met de hoogte waarop de hijshaak zich bevindt. Voor de hogere kraan (G2) moet rekening gehouden worden met de positie van de loopkat (kabel, haakblok, last). Er moeten bijgevolg twee detectoren gemonteerd worden: de eerste detecteert de draaihoek van de giek, de tweede de positie van de loopkat. Op deze kraan moet (afhankelijk van het gekozen concept) een systeem geïnstalleerd worden om zowel de draaibeweging van de giek als de verplaatsing van de loopkat te kunnen vertragen en stoppen. De positie vanaf wanneer de beweging wordt vertraagd of gestopt kan ingesteld worden in functie van de gekozen veiligheidsafstand.
Navb-cnac Constructiv streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met de huidige stand van de regelgeving en de techniek. De organisatie kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie. De raadgevingen in deze preventiefiche ontslaan de lezer niet van de verplichting om de geldende regelgeving na te leven. De reproductie van teksten en illustraties is toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van navb-cnac Constructiv en duidelijke bronvermelding. Preventiefiche O r0 0 7 -v0 1 2/ 5
navb-cnac Constructiv Het preventie-I nstituut van de bouw Koningsstraat 132/ 4, 1000 Brussel ● constructiv.be
[email protected] ● T + 32 2 552 05 00 ● F + 32 2 552 05 05
Voor de lagere kraan (G1) wordt enkel rekening gehouden met de draaihoek van de giek en is enkel een detector nodig voor de bepaling van de draaihoek van de giek. Op deze kraan moet een systeem geïnstalleerd worden om de draaibeweging van de giek te vertragen en te stoppen. Op elke kraan moet een alarm geïnstalleerd worden (oranje flikkerlicht en geluidsignaal). De verbinding tussen de stuureenheid en de besturingen van de verschillende kranen kan draadloos gebeuren of kan via een elektrische kabel verzekerd worden. Mogelijke uitbreidingen: Indien er voor geopteerd wordt om het overlappende gebied op een drie-dimensionele manier vast te leggen en te beveiligen, moeten op de hijshaak van de hoogste kraan een bijkomende detector geplaatst worden die de positie van de hijshaak aan het besturingssysteem kan doorgeven. Voor kranen die op sporen geïnstalleerd zijn moet een bijkomende detector op de wagen geplaatst worden.
Opmerkingen in verband met de praktische organisatie Tijdens de werken moeten alle kranen bemand blijven en moet het anti-bots-systeem van alle kranen in werking zijn. Indien één van de systemen wordt uitgeschakeld, wordt automatisch de veiligheidsprocedure van een ‘externe’ storing geactiveerd, waardoor het volledige gemeenschappelijke werkgebied als ‘verboden’ zone wordt geïnterpreteerd. Dit zal de bewegingsvrijheid van de andere kraan zeer sterk beperken of zelfs geheel onmogelijk maken. Er moet voor gezorgd worden dat de verschillende kraanbedienaars allemaal dezelfde taal spreken. In noodsituaties moeten ze vlot met mekaar kunnen communiceren, zonder risico op foute vertalingen of interpretatie van de doorgegeven boodschap. Bij het uitvoeren van delicate hijswerkzaamheden, zoals het hijsen van windgevoelige lasten (elementen met een groot oppervlak) of bij het hijsen van elementen die door hun omvang zeer nauwkeurig geleid moeten worden, is het best om op voorhand af te spreken en om deze werken voorrang te geven. Met andere woorden: er moet voor gezorgd worden dat de bewegingen van andere kranen de delicate opdracht niet onnodig blokkeren. Prioriteit moet verleend worden aan de hijswerken, die in functie van de planning ook voorrang moeten krijgen zoals bijvoorbeeld het lossen van vrachtwagens, of werken waarbij meerdere machines of werkploegen betrokken zijn. Het is evident dat dergelijke werken niet mogen onderbroken worden door minder belangrijke werken, zoals het ledigen van een afvalbak of het verplaatsen van gereedschappen, die niet dringend nodig zijn. Bij de planning van de werken en bij de inplanting van de kranen moet rekening gehouden worden met zones, die bereikbaar moeten zijn voor beide kranen, zoals de opslagplaatsen voor de bouwmaterialen en de bouwzone zelf.
Navb-cnac Constructiv streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met de huidige stand van de regelgeving en de techniek. De organisatie kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie. De raadgevingen in deze preventiefiche ontslaan de lezer niet van de verplichting om de geldende regelgeving na te leven. De reproductie van teksten en illustraties is toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van navb-cnac Constructiv en duidelijke bronvermelding. Preventiefiche O r0 0 7 -v0 1 3/ 5
navb-cnac Constructiv Het preventie-I nstituut van de bouw Koningsstraat 132/ 4, 1000 Brussel ● constructiv.be
[email protected] ● T + 32 2 552 05 00 ● F + 32 2 552 05 05
Instellen van een verboden sector voor één kraan. Omwille van de aanwezigheid van een externe hindernis kan ook een verboden sector bepaald worden waarbinnen elke beweging van de last verboden is. Dergelijke hindernissen zijn bij voorbeeld: de veiligheidszone rond elektrische hoogspanningslijnen, het veiligheidsgabarit langs spoorlijnen … In de geïnstalleerde anti-botssystemen kunnen deze sectoren als verboden zone ingesteld worden. Afhankelijk van de geïnstalleerde detectoren kunnen twee situaties voorkomen: Situatie 1: installatie zoals op kraan G1 (enkel detectie van de draaihoek van de giek) In dit geval geldt er een beperking op de draaihoek, waardoor een groot deel van de bouwplaats onbereikbaar kan zijn voor de kraan.
Situatie 2: installatie zoals op kraan G2 (detectie van de draaihoek van de giek en van de positie van de loopkat) In dit geval kan de verboden zone ook effectief beperkt worden tot de gevarenzone, waardoor de bereikbaarheid van de bouwplaats verzekerd blijft.
Opmerking: Bij de inplanting van de kraan moet rekening gehouden worden met de aanwezigheid van deze hindernissen en de gevolgen hiervan voor de werking van de kranen. Als een kraan tijdens het uitvoeren van de hijswerkzaamheden of in parkeerstand over een hindernis heen moet kunnen draaien, dan moet er tussen de draaiende giek (of last) en de hindernis een voldoende hoogteverschil zijn. Dit zal de hoogte van de te installeren kranen bepalen. De beveiliging werkt enkel als het anti-botssyteem ingeschakeld is. In de parkeerstand moet de kraan vrij kunnen ronddraaien en wordt het systeem uitgeschakeld. Bij het plaatsen van de kraan in parkeerstand, moet altijd geverifieerd worden dat de loopkat zo gepositioneerd is dat de hijshaak en de kabel altijd buiten het werkbereik van de andere kranen en buiten de gevarenzone rond de hindernissen blijven.
Algemene aanbevelingen: geschikte PBM dragen op de werf o o o
Veiligheidsschoenen (norm EN 345). Beschermende handschoenen die weerstand bieden tegen mechanische schokken en schuren (norm EN 388). Een beschermingshelm (norm EN 397).
Navb-cnac Constructiv streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met de huidige stand van de regelgeving en de techniek. De organisatie kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie. De raadgevingen in deze preventiefiche ontslaan de lezer niet van de verplichting om de geldende regelgeving na te leven. De reproductie van teksten en illustraties is toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van navb-cnac Constructiv en duidelijke bronvermelding. Preventiefiche O r0 0 7 -v0 1 4/ 5
navb-cnac Constructiv Het preventie-I nstituut van de bouw Koningsstraat 132/ 4, 1000 Brussel ● constructiv.be
[email protected] ● T + 32 2 552 05 00 ● F + 32 2 552 05 05
Milieubescherming Niet van toepassing
Praktische aanbevelingen voor de gebruiker Seingeven bij hef- en hijsmanoeuvres Zie toolboxfiche O-004
5. Besluit Bij de installatie van torenkranen op een bouwplaats, moet de inplanting degelijk bestudeerd worden. Er moet rekening gehouden worden met de werkorganisatie en de bereikbaarheid van alle werkzones. Daarom is de keuze van het materieel zeer belangrijk, zowel voor de vlotte uitvoering van de werken als voor de veiligheid.
Beschikbare systemen op de markt (niet limitatieve opsomming) AGS 24 rue du 35me régiment d’aviation – 69500 Bron tel : +33 (0)4 37 421500 fax : +33 (0)4 37 421501 www.ags-btp.fr AMCS Technologies 39 Αvenue de l'Europe - La Malnoue - Bâtiment C3 - 77184 Emerainville Tel: +33 (0)1 84 23 01 30 fax: +33 (0)1 84 23 01 31 http://amcs.fr/ LSI (Load Systems International) Tel +1.281.664.1330 fax +1.281.664.1390 www.loadsystems.com TAC 3000 systems www.towercraneanticollision.com www.tac3000.com www.eurotcs.com RigSmart (voor hei- en boorinstallaties) 4908-97 Street – Edmonton, Alberta – Canada T6E 5S1 tel: (780) 438-9475 fax (780) 438-9477 www.rigsmart.com SMIE 7, rue de la Chapelle – ZI les Richardets – F-93160 Noisy-le Grand – France tel : +33 (0)1 55 859040 fax : +33 (0)4 43 033403 www.smie.com
Navb-cnac Constructiv streeft steeds naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met de huidige stand van de regelgeving en de techniek. De organisatie kan echter niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie. De raadgevingen in deze preventiefiche ontslaan de lezer niet van de verplichting om de geldende regelgeving na te leven. De reproductie van teksten en illustraties is toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van navb-cnac Constructiv en duidelijke bronvermelding. Preventiefiche O r0 0 7 -v0 1 5/ 5
navb-cnac Constructiv Het preventie-I nstituut van de bouw Koningsstraat 132/ 4, 1000 Brussel ● constructiv.be
[email protected] ● T + 32 2 552 05 00 ● F + 32 2 552 05 05