Druksensoren DS Handleiding -- Dutch -Uitgave 03/09
W. PUFFE HOTMELT TECHNOLOGY D BUCHHOLZ-MENDT D GERMANY
Opmerking Deze document is voor de gehele serie geldig.
Bestelnummer P/N = Bestelnummer van het Nordson artikel
Opmerking Dit is een door auteursrechten beschermde publicatie van Nordson. Copyright E 2009. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, vertaling in een andere taal of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nordson Corporation. Nordson behoudt het recht voor om zonder aankondiging wijzigingen aan te brengen. E 2009 Alle rechten voorbehouden
Handelsmerken
AccuJet, AeroCharge, Apogee, AquaGuard, Asymtek, Automove, Autotech, Baitgun, Blue Box, CanWorks, Century, CF, Clean Coat, CleanSleeve, CleanSpray, ColorMax, Control Coat, Coolwave, Cross-Cut, Cyclo-Kinetic, Dispensejet, DispenseMate, DuraBlue, Durafiber, Dura-Screen, Durasystem, Easy Coat, Easymove Plus, Ecodry, Econo-Coat, e.dot, e.stylized, EFD, ETI, Excel 2000, Fillmaster, FlexiCoat, Flexi-Spray, Flex-O-Coat, Flow Sentry, Fluidmove, FoamMelt, FoamMix, Heli-flow, Helix, Horizon, Hot Shot, iControl, iFlow, Isocoil, Isocore, Iso-Flo, iTRAX, JR, KB30, Kinetix, Little Squirt, LogiComm, Magnastatic, March, MEG, Meltex, Microcoat, Micromark, MicroSet, Millenium, Mini Squirt, Moist-Cure, Mountaingate, MultiScan, Nordson, OmniScan, OptiMix, Package of Values, PatternView, PermaFlo, Plasmod, PluraFoam, Porous Coat, PowderGrid, Powderware, Prism, Printplus, ProBlue, Pro-Flo, ProLink, Pro-Meter, Pro-Stream, RBX, Rhino, Saturn, Scoreguard, SC5, S. design stylized, Seal Sentry, Select Charge, Select Coat, Select Cure, Slautterback, Smart-Coat, Solder Plus, Spectrum, Speed-Coat, Spraymelt, Spray Squirt, Super Squirt, SureBead, Sure Clean, Sure Coat, Sure-Max, Tela-Therm, Tracking Plus, TRAK, Trends, Tribomatic, Ultra, Ultrasaver, UniScan, UpTime, Vantage, Veritec, VersaBlue, Versa-Coat, Versa-Screen, Versa-Spray, Walcom, Watermark, When you expect more. zijn geregistreerde handelsmerken -- -- van Nordson Corporation. Accubar, Advanced Plasma Systems, AeroDeck, AeroWash, AltaBlue, AquaCure, ATS, Auto-Flo, AutoScan, Best Choice, BetterBook, Blue Series, CanNeck, Celero, Chameleon, Check Mate, ClassicBlue, Color-on-Demand, Controlled Fiberization, Control Weave, CPX, DispensLink, Dry Cure, DuraBraid, DuraCoat, DuraDrum, DuraPail, E-Nordson, Easy Clean, EasyOn, Eclipse, Equi=Bead, ESP, Exchange Plus, FilEasy, Fill Sentry, FluxPlus, Gluie, G-Net, G-Site, HDLV, Ink-Dot, iON, Iso-Flex, iTrend, KVLP, Lacquer Cure, Lean Cell, Maverick, Maxima, MicroFin, MicroMax, Mikros, MiniBlue, MiniEdge, Minimeter, Multifil, Myritex, OptiStroke, Origin, Partnership+Plus, PatternJet, PatternPro, PCI, PluraMix, Powder Pilot, Powercure, Primarc, Process Sentry, Prodigy, Pulse Spray, PurTech, Quad Cure, Ready Coat, Royal Blue, Select Series, Sensomatic, Shaftshield, SheetAire, Smart, SolidBlue, Spectral, Spectronic, SpeedKing, Spray Works, Summit, Sure Brand, SureMix, SureSeal, Sure Wrap, Swirl Coat, Tempus, ThruWave, Trade Plus, TrueBlue, Ultrasmart, Universal, ValveMate, Viper, Vista, VersaDrum, VersaPail, WebCure, 2 Rings (Design) zijn handelsmerken -- T -- van Nordson Corporation. Benamingen en handelsmerken in deze documentatie kunnen merknamen zijn die, bij gebruik door derden voor hun eigen doeleinden, inbreuk kunnen maken op de rechten van de eigenaar.
P/N
Druksensoren
E 2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
I
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1
Beschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1
Veiligheidsinformatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1
Temperatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2
Lijmbekken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2
Toelichtingen en verklaringen voor de verwerking van PUR hotmelts . . . . . 3
E 2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Veiligheidstechnische richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4
Algemene richtlijnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4
Technische documentatie Druksensoren DS . . . . . . . . . . . . . . .
5
Correct gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5
Plichten van de exploitant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5
Elektrische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5
Temperatuurinvloed . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5
Behuizing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5
Veiligheidsaanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6
Functiebeschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6
Kalibrering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
Nulpuntinstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
Gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7
Herstelling / Verwijdering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8
Foutopsporing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8
Aansluitingsconfiguratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9
Standaardmodel DYNA 4: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9
Kleurindicatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
11
Druksensoren
P/N
II
P/N
Inhoudsopgave
Druksensoren
E 2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
1
Veiligheidsvoorschriften PAS OP: Sta enkel gekwalificeerd personeel toe de volgende taken uit te voeren. Alle veiligheidsvoorschriften uit deze handleiding en uit alle andere relevante documentatie in acht nemen.
Beschrijving Veiligheidsinformatie Voor elektronische bedrijfsmiddelen met het oog op gebruik in industriële sterkstroominstallaties. De beschreven elektrische toestellen en machines zijn bedrijfsmiddelen die worden gebruikt in industriële sterkstroominstallaties. Tijdens de werking bevatten deze bedrijfsmiddelen gevaarlijke, spanningvoerende, bewegende of roterende onderdelen. Deze kunnen derhalve zware lichamelijke of materiële schade veroorzaken, b.v. indien de vereiste afdekkingen worden verwijderd of de installatie niet voldoende wordt onderhouden. De personen die verantwoordelijk zijn voor de installatie dienen er derhalve voor te zorgen dat
S enkel gekwalificeerd personeel de opdracht krijgt om met de toestellen en machines te werken.
S deze personen o.a. de bijgeleverde handleidingen en de overige
documentatie over het product steeds ter beschikking hebben tijdens de overeenkomstige werkzaamheden worden verplicht om deze documenten consequent na te leven.
S werkzaamheden aan de toestellen of machines of in de buurt daarvan zijn verboden voor niet--gekwalificeerd personeel.
Gekwalificeerd personeel bestaat uit personen die op basis van hun opleiding, ervaring en onderricht evenals hun kennis over uniforme normen, bepalingen, voorschriften ter preventie van ongevallen en de de situatie binnen de onderneming zijn gemachtigd door de persoon die verantwoordelijk is voor de veiligheid van de installatie om de telkens vereiste handelingen uit te voeren. Bovendien kennen zij alle mogelijke gevaren en kunnen zij deze vermijden (definities m.b.t. geschoolde arbeidskrachten conform VDE 105 of IEC 364).
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
P/N
2
Druksensoren
Verwerking van Hotmelt Temperatuur De opgegeven temperaturen niet over-- of onderschreiden; constante temperatuurcontroles zijn voorzien. Indien met een te hoge temperatuur wordt gewerkt, kunnen er zich geuren ontwikkelen en de kwaliteit van het hotmelt verminderen. Te lage temperaturen hebben eveneens negatieve gevolgen. Indien enkel bevredigende resultaten worden behaald door af te wijken van de opgegeven temperatuur, dient u in elk geval met ons contact op te nemen.
Lijmbekken Het lijmbekken niet voor lange tijd in verwarmde toestand laten staan zonder kleefstof te gebruiken (thermische beschadiging van het hotmelt). Indien de machine voor lange tijd stilstaat, dient de verwarming te worden uitgeschakeld, of de temperatuur te worden verminderd. De lijmbekkens moeten afgedekt zijn, om verontreiniging door papierstof, vocht en vuil te vermijden. Wij raden aan, het smelt-- en spuitsysteem regelmatig te reinigen. Indien tijdens de verwerking twijfel ontstaat of moeilijkheden optreden, gelieve ons dan te bellen: wij willen helpen voordat er schade optreedt. LET OP: Blessuregevaar Bescherm de operators tegen verbranding tijdens de omgang met het warme hotmelt. Blessures gebeuren jammer genoeg indien de voorzorgsmaatregelen niet worden nageleefd. Het dragen van beschermende handschoenen is verplicht. Raadpleeg een arts indien hotmelt in contact is gekomen met de huid:
S De plaats van de verbranding onmiddellijk met zuiver en koud water afkoelen;
S de hotmelt--resten niet van de huid verwijderen; S de plaats van de verbranding afdekken met zuivere en vochtige kompressen en onmiddellijk een arts raadplegen.
Smeltkleefstoffen geven ook bij de voorgeschreven temperaturen dampen af. Hierbij kan de reukzin worden aangetast. Indien de voorgeschreven verwerkingstemperaturen aanzienlijk worden overschreden, bestaat het gevaar dat schadelijke afvalstoffen worden ontwikkeld. Maatregelen om deze dampen door een gepaste afzuiging te verwijderen zijn absoluut noodzakelijk.
P/N
Druksensoren
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
3
Toelichtingen en verklaringen voor de verwerking van PUR hotmelts Bij de verwerking van PUR hotmelts moeten enkele bijzonderheden in acht genomen worden om een soepel lopen van het smeltapparaat te garanderen. PUR hotmelts vernetten volgens de pure fysieke verharding bovendien door een reactie met de omgevingsvochtigheid. Daarenboven wordt een dergelijke uithardingsreactie teweeggebracht door een te hoge en / of te lange thermische belasting. Om deze viscositeitstijging te voorkomen of tenminste te begrenzen, adviseren wij de volgende maatregelen:
S PUR hotmelts moeten bij de productie, opslag en verwerking absoluut beschermd worden tegen vocht.
S Verwerk PUR hotmelts nooit boven de geadviseerde verwerkingstemperatuur.
S Vermijdt locale oververhittingen. S Controleer bij het wisselen van lijmstof de verdraagzaamheid van de
lijm neem contact op met de lijmleverancier(s). Anders kan dit leiden tot de vorming van een niet meer smeltbare massa!
S Gebruik de gesmolten massa volledig binnen ca. 4 uur! Neem in ieder geval contact op met de fabrikant van de door u gebruikte lijm en neem de opgaven in het desbetreffende veiligheidsinformatieblad in acht! Onze installaties zijn zeer geschikt voor de verwerking van PUR hotmelts. Let er echter op, dat er enkele bijzonderheden bestaand bij het gebruik en de verzorging van de smeltapparatuur:
S Bij de verwerking in tanksmeltapparatuur heeft u een constante
begassing van de smelt met een droog inert gas nodig om reacties met de aanwezige luchtvochtigheid te voorkomen.
S Alle installaties en opbrengmodules (koppen, spuitstuk, slangen)
moeten na de beëindiging van de werkzaamheden, bij een langere stilstand van de machine of bij de wissel van lijm leeg gemaakt, grondig gereinigd en gespoeld worden. De resten van het spoelmiddel moeten voor het opnieuw starten van de machine volledig verwijderd worden.
Bij de verwerking van reactieve lijmen adviseren wij resp. uw lijmleverancier u graag.. Met de inachtneming van bovenstaande aanwijzingen zal een probleemloze verwerking van uw PUR hotmelt niets in de weg staan. Bij een gebruik, dat niet volgens de voorschriften is, kunnen wij echter geen garantie aanvaarden en geen aanspraken op vervangen accepteren.
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
P/N
4
Druksensoren
Veiligheidstechnische richtlijnen Stand 01.01.2009 Elke persoon die zich bezighoudt met het transport, de bediening, het onderhoud en de reparatie van deze machine, dient deze handleiding grondig te hebben gelezen en begrepen.
Algemene richtlijnen Werken aan deze machine mogen enkel door geschoold en/of ervaren personeel worden uitgevoerd. Bij niet--reglementair gebruik kan gevaar voor letsels en levensgevaar ontstaan, voor de machine en de daarmee verbonden installaties evenals voor de efficiënte werking van de machine. De installaties mogen enkel worden gebruikt voor de door de fabrikant bepaalde doelstellingen of zoals gebruikelijk is. De machine mag enkel door gemachtigd, professioneel personeel worden bediend. Op basis van zijn/haar vakopleiding, kennis of beroepservaring evenals zijn/haar kennis over voorschriften ter vermijding van ongevallen en veiligheid op het werk de hem/haar opgedragen werken beoordelen, uitvoeren en mogelijke gevaren herkennen, indien hij tevens voldoet aan de vereiste persoonlijke (op het gebeid van leiderschap) condities voor de activiteit, b.v. zelfstandig kunnen werken. Om ongevallen te vermijden, kan de machine enkel in constant perfecte staat te worden bediend. Voor de machine mogen geen vreemde onderdelen worden gebruikt, omdat anders de naleving van de vereiste veiligheidsvoorschriften niet meer kan worden gegarandeerd. Werkwijzen die de veiligheid van de machine in gevaar kunnen brengen zijn verboden. De operator is verplicht om wijzigingen die zich voordoen aan de machine (die de veiligheid van de machine kunnen beïnvloeden) onmiddellijk te melden aan de verantwoordelijke toezichthouder. De operator is verplicht om bij een storing die de veiligheid van de medewerkers in het gedrang kan brengen, de machine onmiddellijk stil te leggen. De machine mag pas weer in werking worden gesteld nadat de storing werd verholpen. Er mogen geen veiligheidsinrichtingen worden gedemonteerd of gemanipuleerd of buiten werking worden gesteld. De exploitant dient ervoor te zorgen dat de functiecontrole van de veiligheidsinrichtingen aan de machine zowel voor de eerste als voorafgaand aan elke nieuwe ingebruikstelling wordt uitgevoerd. Deze controles dienen door ervaren personeel te worden uitgevoerd. De exploitant dient voor het bedieningspersoneel de vereiste beschermende uitrusting ter beschikking te stellen en ervoor te zorgen dat deze tevens wordt gebruikt. Alle afdekkingen aan de aandrijfonderdelen mogen niet worden verwijderd vooraleer de gevaarlijke beweging tot stilstand is gekomen en dienen voor de ingebruikstelling weer reglementair te worden gemonteerd.
P/N
Druksensoren
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
5
Technische documentatie Druksensoren DS Alle verantwoordelijke personen moeten de inhoud van deze handleiding kennen en begrijpen en alle punten ervan respecteren. Dit geldt in het bijzonder voor de veiligheidsaanwijzingen. Het volgen van de veiligheidsaanwijzingen helpt ongevallen, storingen en fouten te vermijden.
Correct gebruik Als bestanddeel van een overkoepelend systeem is de DA DYNA 4 speciaal bestemd voor het uitvoeren van drukmetingen in de gesmolten kunststof --massa. De DYNA 4 kan worden ingezet tot een mediumtemperatuur van 400°C. Bij het gebruik van de DA als veiligheidselement volgens de EGmachinerichtlijn, appendix IIc moet de fabrikant van de installatie de vereiste maatregelen treffen om te voorkomen dat functiestoringen van de DA verwondingen of materiële schade veroorzaken.
Plichten van de exploitant De exploitant van het overkoepelende systeem, bijv. een machine--installatie, is verantwoordelijk voor de uitvoering van de bijzondere veiligheids-- en preventievoorschriften.
Elektrische gegevens Elektrische opbouw
4--armige volle brug WRS
Brugweerstand
350 W +/. 1 %
Uitgangssignaal
3,0 mV/V min.
Voedingsspanning
10 VDC (aanbevolen) min. 6 VDC, max. 12 VDC
Kalibreerfunctie (kamertemperatuur)
80 % +/-- 0,5 % v/d drukeindwaarde door externe verbinding van de contacten E en F
Isolatieweerstand
> 1000 MW bij 50 V
Temperatuurinvloed Behuizing Max. behuizingstemperatuur
+ 120°C
Nulpuntafwijkingen door temperatuurschommelingen aan de meetkop +/-- 0,2 % v.E. / 10°C typ.
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
P/N
6
Druksensoren
Veiligheidsaanwijzingen PAS OP: Vergiftigingsgevaar! De DA bevat een geringe hoeveelheid (7 mm³) kwikzilver (Hg) als transfermedium. De DA mag alleen worden getransporteerd en opgeslagen als de bescherm-- huls gemonteerd is! De beschermhuls mag pas bij de montage van de DA worden verwijderd! Als u kwikzilver inslikt of inademt, moet u onmiddellijk een arts raadplegen! Kwikzilver is gevaarlijk afval en moet volgens de geldende wettelijke bepalingen worden behandeld. DYNISCO neemt defecte DA's terug. Als de DA lek is en kwikzilver vrijkomt, moet u de luchtdichte verpakking gebruiken! PAS OP: Verbrandingsgevaar! De DA moet worden gedemonteerd als de gesmolten massa nog vloeibaar is. Gedemonteerde DA’s kunnen zeer heet zijn! Veiligheidshandschoenen dragen!
Functiebeschrijving Via een gesloten, met vloeistof gevuld druktransfersysteem levert de DA een elektrisch signaal dat proportioneel is t.o.v. de druk van de gesmolten massa. De door het medium uitgeoefende druk wordt via het scheidingsmembraan en door het kwikzilver in de capillaire buis naar het meetmembraan geleid. De vervorming van het meetmembraan veroorzaakt een wijziging van de weerstandswaarde van de op het membraan gekleefde weerstandsrek-strook (WRS). De WRS is als Wheatstone--brug geschakeld. Via de toevoerspanning wordt een elektrisch signaal gegenereerd dat proportioneel is t.o.v. de uitgeoefende druk. Schroefdraad volledig Opgelet:
Opgelet:
Om te vermijden dat de DA vast komt te zitten in de montageboring smeert u het schroefdraadgedeelte in met temperatuurbestendig vet of een gelijkaardig scheidingsmiddel. De DA mag alleen aan de daarvoor voorziene zeskantrand worden losen vastgeschroefd met behulp van een schroefsleutel. Niet aan de behuizing of aan de verbinding tussen de behuizing en de drukopnemer!
Opgelet:
Maximaal aandraaimoment 50 Nm. Als het aandraaimoment te hoog is, kan de DA beschadigd raken of het nulpunt verschoven worden.
P/N
Druksensoren
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
7
Kalibrering DA’s van de reeks DYNA 4 beschikken over een intern kalibreersignaal. Door de aansluitingen E en F met elkaar te verbinden, wordt het kalibreersignaal op de signaaluitgang gelegd. Het signaal stemt overeen met 80% van de nominale DA--druk. Opgelet:
Kalibrering uitvoeren in drukloze toestand en bij kamertemperatuur. Andere omgevingsomstandigheden leiden tot signaalvervalsing.
Opgelet:
Na de kalibrering mag de inbouwpositie van de DA niet meer worden gewijzigd. Als de positie van de DA wordt gewijzigd, moet hij opnieuw worden gekalibreerd.
Nulpuntinstelling Bij DA’s van de reeks DYNA 4 moet het nulpunt worden ingesteld terwijl de DA op bedrijfstemperatuur is.
S Wacht tot de bedrijfstemperatuur aan de drukopnemer constant is. S Stel het nulpunt in op het weergavetoestel of op de externe versterker.
Gebruik Opgelet:
De machine mag pas in gebruik worden genomen als het medium aan het membraan van de DA zijn bedrijfs-/verwerkingstemperatuur heeft bereikt. Als de machine in gebruik wordt genomen voor het medium zijn bedrijfstemperatuur heeft bereikt, wordt de DA beschadigd.
Opgelet:
Bedrijfstemperatuur aan het DA--membraan max. 400°C (750°F). Hogere temperaturen leiden tot beschadiging van de DA.
Opgelet:
Omgevingstemperatuur voor de behuizing max. + 120°C. Hogere temperaturen kunnen beschadigingen en fouten tot gevolg hebben. Monteer de DA alleen op plaatsen waar deze temperatuur niet wordt overschreden.
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
P/N
Druksensoren
8
Herstelling / Verwijdering PAS OP: Vergiftigingsgevaar! De DA bevat een geringe hoeveelheid (7 mm³) kwikzilver (Hg) als transfermedium. Als het membraan beschadigd raakt, kan kwikzilver vrijkomen. De DA mag alleen worden getransporteerd en opgeslagen als de beschermhuls gemonteerd is! De beschermhuls mag pas bij de montage worden verwijderd! Als u kwikzilver inslikt of inademt, moet u onmiddellijk een arts opzoeken! Kwikzilver is gevaarlijk afval en moet volgens de geldende wettelijke bepalingen worden behandeld. DYNISCO neemt defecte DA’s terug. Als de DA lek is en kwikzilver vrijkomt, moet u de luchtdichte verpakking gebruiken! Stuurt u defecte drukopnemers naar uw DYNISCO--vestiging.
Foutopsporing Probleem Geen signaal
Sterke nulverschuiving bij het inschroeven
Geen signaalwijziging ondanks drukverhoging
Mogelijke oorzaak
Actie
Kabelbreuk of slecht contact
-- Kabel und Kontakt controleren of vervangen
Geen voedingsspanning
-- Voedingsspanning controleren
Foutieve boring (uitlijningsfout)
-- Boring controleren met controlebout, eventueel nabehandelen met gereedschap
Aandraaimoment te hoog
-- Max. 50 Nm aandraaimoment instellen
Propvorming voor het membraan
-- Opnemerboring controleren: vaste kunststofmassa verwijderen
Membraan beschadigd
-- DA voor herstelling naar -- DYNISCO zenden
P/N
Druksensoren
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
9
Aansluitingsconfiguratie Standaardmodel DYNA 4: Toestelstekker:
6--polige stekker Bendix PT02A--10--6P
Kabeldoos:
Bendix PT06A--10--6S(SR)
Kalibrering
Signaal + Signaal --
Voedingsspanning (+)
Voedingsspanning (--) Kalibrering
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren
P/N
10 Druksensoren
Afmetingen Afb. 01: DYNA 4 met vaste aansluiting
L* Optionallängen 250, 320, 450, ..., oder nach Massangabe Lf* Optionallängen 510, 750, 1000, ..., oder nach Massangabe
D
A
B
C
d1
d2
d3
1/2” 20 UNF
5,60,05--0,16
11
17
7,80--0,05
10,50--0,05
12,7
M18 x 1,5
6 0--0,20
14
19
100--0,05
160--0,10
18
P/N
Druksensoren
Lx
Lf*
152
457
SW 17 19
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
Druksensoren 11
Kleurindicatie
0--35 bar (groen)
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology
0--100 bar (blauw)
0--350 bar (geel)
Druksensoren
0--700 bar (rood)
P/N
12 Druksensoren
P/N
Druksensoren
2009 W. Puffe Hotmelt--Technology