Vergadering: Datum: Locatie: Agendapunt:
Portefeuillehoudersoverleg Economische Zaken 15 mei 2013 11.30 - 14.30 uur LET OP: GEWIJZIGD Gemeentehuis Teylingen (locatie Voorhout) 1
Onderwerp: Agenda
Om 12.30 uur staat er een lunch gereed PHO ECONOMISCHE ZAKEN / SOCIALE AGENDA 01
Opening, welkom en vaststelling van de agenda (11:30)
02
Stand van zaken uitvoering convenant bouwen en opleiden (11:30 - 11.40 uur) De uitvoering van het convenant komt niet optimaal van de grond. Voorstel: kennis te nemen van de stand van zaken en hierover kort van gedachten te wisselen
03
Presentatie resultaten werkgeversdienstverlening (11:40 - 12.15 uur) Op 14 november 2012 heeft Cylia Wopereis in dit overleg een presentatie verzorgd over de werkgeversdienstverlening. Op basis van het marktbewerkingsplan zijn projecten gestart in kansrijke sectoren waar werkzoekenden geplaatst kunnen worden. Dit zijn zorg en de maakindustrie. In alle drie de subregio’s zijn nu werkgeversservicepunten ontwikkeld en zijn afspraken gemaakt over de inrichting van de samenwerking. Werkgeversdienstverlening wordt gecoördineerd door een Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening, waarin hoofden Werk en inkomen en directeuren van de SW-bedrijven in participeren. Bas van Drooge (directeur DZB), Robert ’t Jong (directeur ISD Bollenstreek) en Ria de Ruiter (vertegenwoordiger Rijnstreek) verzorgen een presentatie over de projecten en de aanpak van de werkgeversdienstverlening. Voorstel: 1. Kennis te nemen van de presentaties 2. In te stemmen met voortzetting en borging van het Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening met als werkwijze: a. subregionale uitvoering en op Holland Rijnland niveau het initiëren en vormgeven van branche brede projecten en activiteiten; b. secretariële ondersteuning door Holland Rijnland; c. periodieke terugkoppeling van het Afstemmingsteam (AT) naar het pho Sociale Agenda; d. nauwe afstemming tussen centrumgemeente en regionale activiteiten op het arbeidsmarktbeleid.
04
Opzet bestuurlijk overleg Overheid, Ondernemers en Onderwijs (12.15-12.35) De schaal van de arbeidsmarktregio wordt steeds belangrijker. Aanpak jeugdwerkloosheid, het project ontsluiting werkzoekendenbestanden met uitzendbureaus en in de uitwerking van het onlangs afgesloten Sociaal Akkoord wordt een belangrijke rol voor de arbeidsmarktregio voorzien. De arbeidsmarktregio Holland Rijnland bestaat uit het gebied van de gemeenschappelijke regeling Holland Rijnland (m.u.v. de gemeente Voorschoten) en de gemeente Boskoop. Op bestuurlijk niveau is er geen overleg waar ondernemers, overheid en onderwijs (drie O-overleg) tot afspraken kunnen komen. In een vooroverleg hebben de drie betrokken wethouders Jan uit den Boogaard (portefeuillehouder arbeidsmarktbeleid), Jan Jaap de Haan (wethouder werk en inkomen, centrumgemeente Leiden) en Roos van Gelderen (bestuurlijk opdrachtgever drie decentralisaties) afgesproken, dat het realiseren van een bestuurlijk overleg tussen Overheid, Ondernemers en Onderwijs op het niveau van Holland Rijnland wenselijk is. Voorstel 1. Het pho arbeidsmarktbeleid van 15 mei 2013 geeft opdracht tot de uitwerking van een overlegvorm op het niveau van Holland Rijnland, waar onderwijs, ondernemers en overheid afspraken kunnen maken op het gebied van onderwijs-arbeidsmarkt; 2. In deze uitwerking de rol en positie van de centrumgemeente en het regionaal samenwerkingsorgaan Holland Rijnland te betrekken; 3. In deze uitwerking de rol en positie van het Regionaal Platform Arbeidsmarkt RijnGouwe te betrekken. 4. Aan het pho arbeidsmarktbeleid van 18 september 2013 de uitwerking voor te leggen.
korte pauze (12:35-12:40)
2
PHO ECONOMISCHE ZAKEN (12.40 – 14.30 uur) 05
Mededelingen, ingekomen stukken en uitgaande brieven (12:40 - 12:45 uur) Mededelingen M.1 Stand van zaken onderzoek naar alternatieve locaties Oostvlietpolder Ingekomen stukken Uitgaande brieven (ter kennisneming) U.1 Brief aan gemeente Leiderdorp over vestiging kringloopwinkel op de Baanderij U.2 Brief aan gemeente Leiderdorp over vestiging Xenos en Action op de Baanderij
06
Conceptbesluitenlijst PHO EZ 13 februari 2013 (12:45 - 12:50 uur) Ter vaststelling
07
Regionale Topsectorenbeleid / Economische Agenda Zuidvleugel (12:55 - 13:25 uur) a. Stand van zaken Economische Agenda Zuidvleugel Korte toelichting door de voorzitter op de voortgang bij de Economische zaken Zuidvleugel en de Stuurgroep EZ. b. Holland Rijnland Biobased Voorstel: Het Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland te adviseren in te zetten op Biobased Economy door voorkeur uit te spreken voor één van de volgende opties: Optie A: Programma Holland Rijnland Biobased in 2014 op subregionaal niveau voort te zetten Optie B: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten in 2014 Optie C: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten en intensiveren in 2014 Optie D: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten, intensiveren en cofinanciering van projecten in 2014 De voorkeursoptie voor te leggen aan het Algemeen Bestuur van 26 juni 2013. c. Deelname Holland Rijnland aan Holland Space cluster Voorstel: In te stemmen met het (concept) AB voorstel over de deelname van Holland Rijnland aan het Space cluster
08
Kracht 15 en Economisch beleid deelregio's (13:25 - 14:15 uur) Korte presentaties (max. 10 minuten) over a. Economische agenda Leidse regio door wethouder M. Ates b. Koersdocument Greenport Bollenstreek door wethouder L. van der Zon c.
Economische ontwikkeling Groene Hart door wethouder T. Hoekstra
d. Voorlopige uitkomsten van het onderzoek dat in opdracht van Holland Rijnland is uitgevoerd door de Universiteit Utrecht (Holland Rijnland) Voorstel: Kennis te nemen van de presentaties en hierna een richtinggevende discussie te voeren over de grote lijnen en dwarsverbanden, die we zien en de hieruit volgende opgaven op economisch gebied voor de komende jaren.
3
09
Plan van aanpak uitvoering kantorenstrategie (14:15 - 14:25 uur) Het plan van aanpak is besproken in het Ambtelijk overleg EZ Voorstel: Kennisnemen van het plan van aanpak
10
Rondvraag en sluiting (14:25 - 14:30 uur)
Volgende vergaderingen: 19 juni 2013 (extra) in het gemeentehuis van Voorschoten 18 september 2013 (regulier) in het gemeentehuis van Kaag en Braassem Onderwerpen voor 19 juni: - Resultaten kwalitatieve confrontatie vraag-aanbod bedrijventerreinen - Uitkomsten onderzoek alternatieve locaties Oostvlietpolder GEZAMENLIJKE DEEL VAN PHO EZ MET PHO RUIMTE Vervalt. Er zijn geen onderwerpen voor het gezamenlijke deel.
4
In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude.
Oplegvel 1.
Onderwerp
2.
Rol van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
3.
Regionaal belang
4.
Behandelschema:
DB Colleges PHO DB Gemeenteraad DB AB Gemeenteraad 5.
Advies PHO
6.
Reden afwijking eerdere besluitvorming en wijze afwijken
Werkgeversdienstverlening Basistaak Efficiencytaak X Platformtaak volgens Dagelijks Bestuur Platformtaak volgens gemeente
Datum: Informerend
Datum: Adviserend
Datum: Besluitvormend
15 mei
1. in te stemmen met de voortzetting en borging van het Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening met als werkwijze: a. subregionale uitvoering en op Holland Rijnland niveau het initiëren en vormgeven van branche brede projecten en activiteiten; b. secretariële ondersteuning door Holland Rijnland c. periodieke terugkoppeling van het Afstemmingsteam (AT) naar het pho Sociale Agenda; d. nauwe afstemming tussen centrumgemeente en regionale activiteiten op het vlak van arbeidsmarktbeleid
Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
[email protected]
Schuttersveld 9, 2316 XG Leiden
www.hollandrijnland.net
Postbus 558, 2300 AN Leiden Telefoon (071) 523 90 90
BNG 28.51.13.992
7.
Essentie van het voorstel (annotatie zoals op agenda staat)
Op 14 november 2012 heeft Cylia Wopereis in het pho een presentatie verzorgd over de werkgeversdienstverlening. Op basis van het marktbewerkingsplan zijn projecten gestart in kansrijke sectoren waar werkzoekenden geplaatst kunnen worden. Dit zijn zorg en de maakindustrie. In alle drie de subregio’s zijn nu werkgeversservicepunten ontwikkeld en zijn afspraken gemaakt over de inrichting van de samenwerking. De werkgeversdienstverlening wordt gecoördineerd door een Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening, waarin hoofden Werk en inkomen en directeuren van de SWbedrijven in participeren. Bas van Drooge (directeur DZB), Robert ’t Jong (directeur ISD Bollenstreek) en Ria de Ruiter (vertegenwoordiger Rijnstreek) verzorgen een presentatie over de projecten en de aanpak van de werkgeversdienstverlening.
8.
Inspraak
Nee Ja, door: Wanneer:
9.
Financiële gevolgen
Geen financiële gevolgen
10.
Bestaand Kader
Relevante regelgeving: Eerdere besluitvorming:
11.
Lokale context (in te vullen door griffier)
* weghalen wat niet van toepassing is
2
Adviesnota PHO Vergadering: Datum: Locatie: Agendapunt:
PHO Sociale Agenda deel arbeidsmarktbeleid 15 mei 2013 Raadszaal Teylingen 03
Onderwerp: Inrichting werkgeversdienstverlening
Beslispunten: 1.kennis te nemen van de presentaties 2. in te stemmen met voortzetting en borging van het Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening met als werkwijze: a. subregionale uitvoering en op Holland Rijnland niveau het initiëren en vormgeven van branche brede projecten en activiteiten; b. secretariële ondersteuning door Holland Rijnland; c. periodieke terugkoppeling van het Afstemmingsteam (AT) naar het pho Sociale Agenda; d. nauwe afstemming tussen centrumgemeente en regionale activiteiten op het arbeidsmarktbeleid. Inleiding: Een goede invulling van de werkgeversdienstverlening wordt de komende jaren essentieel. De verplichting tot samenwerking op regionaal niveau is officieel vastgelegd in de gewijzigde wet Samenwerking Uitvoering Werk en Inkomen (SUWI) 1 juli 2012. Eerder is vanuit de regio Holland Rijnland aangegeven de samenwerking op de schaal van Holland Rijnland, uitgebreid met de gemeente Boskoop, te willen organiseren. Het Ministerie van SZW heeft dit erkend. In de loop van vorig jaar heeft Voorschoten zich aangesloten bij de arbeidsmarktregio Haaglanden. De arbeidsmarktregio Holland Rijnland wordt nu dus gevormd door 15 gemeenten. De samenwerking wordt vorm gegeven met het UWV. In uw overleg van 14 november 2012 heeft u gevraagd om een inhoudelijke stand van zaken en het geven van meer duidelijkheid over de bestuurlijke aansturing. De gemeenten hebben begin 2012 samen met het UWV de opdracht geformuleerd om een werkgeverssamenwerking tot stand te brengen, die uitgaat van de maatschappelijke noodzaak tot uitplaatsing van werkzoekenden met een uitkeringsachtergrond (WWB, WW, WIA, Wajong-uitkering) en de doelgroep Sociale Werkvoorziening (SW). In de zomer van 2012 is het Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening (AT) gevormd. Dit team bestaat uit hoofden Werk en Inkomen van gemeenten, regiomanager UWV en directeuren van SW bedrijven in de regio Holland Rijnland. De basis van de activiteiten wordt gevormd door een marktbewerkingsplan, dat kansrijke sectoren voor plaatsing van bovengenoemde doelgroepen aangeeft. Projecten in de zorg en maakindustrie zijn in gang gezet. Structuur samenwerking De opzet van de samenwerking sluit aan bij de huidige praktijk. De uitvoering vindt plaats in de subregio’s. In het structuurplan van maart 2013 zijn afspraken gemaakt over de 3
communicatie en afstemming tussen de subregio’s en is vastgelegd welke werkzaamheden op Holand Rijnland niveau plaatsvinden. Op Holland Rijnland niveau is het vormgeven en initiëren van branchebrede projecten belegd. Beoogd effect: Het doel is het zoveel mogelijk plaatsen van werkzoekenden met een uitkeringsachtergrond en doelgroep Sociale Werkvoorziening bij reguliere werkgevers. De samenwerking tussen partijen leidt tot betere resultaten. Argumenten: 1.1 Brede samenwerking essentieel voor bereiken resultaat In juli 2012 is het Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening (AT) van start gegaan. Hierin werken managers Werk en Inkomen, directeuren van de drie SW bedrijven en de managers van het UWV in samen. Deze brede samenstelling maakt het mogelijk te komen tot een uniforme benadering van werkgevers. Nu is de praktijk dat werkgevers door veel partijen uit het publieke domein apart benaderd worden. Het gezamenlijk optrekken van partijen leidt ertoe dat werkgevers een breder aanbod van kandidaten gedaan kan worden. Een belangrijk uitgangspunt hierin is, dat de vraag van de werkgever centraal staat. 1.2 Samenwerking sluit aan op huidige praktijk De werkgeversdienstverlening vindt in de praktijk plaats vanuit de drie subregio’s. Afstemming op het niveau van Holland Rijnland maakt het mogelijk meer werkzoekenden met meer werkgevers te matchen. Kandidaten vanuit bijvoorbeeld Katwijk kunnen in Alphen aan den Rijn geplaatst worden en omgekeerd. Hiervoor zijn goede afspraken nodig. Per subregio en vanuit het UWV zijn nu contactpersonen benoemd, die op uitvoerend niveau met elkaar kunnen schakelen. Verder zijn stappen gezet om de applicatie Stekker 4, die een betere communicatie tussen gemeenten en UWV mogelijk maakt, in te voeren. 1.3 Afstemmingsteam moet geborgd worden Het Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening wordt nu ondersteund door de werkgroep werkgeversdienstverlening. De opzet is dat het Afstemmingsteam de coördinatiefunctie structureel gaat invullen. Dit sluit aan op de eisen die het Rijk stelt op het gebied van samenwerking in de arbeidsmarktregio. Borging van het Afstemmingsteam vraagt het bieden van secretariële ondersteuning. Dit kan via Holland Rijnland ingezet worden. Deze ondersteuning zal in nauwe samenwerking met de verantwoordelijke ambtenaren in de subregio’s ingevuld worden. 1.4 Gerichte aanpak op basis analyse heeft meeste kans op succes In januari 2013 is een marktbewerkingsplan opgesteld. Dit plan is een sturingsinstrument van het Afstemmingsteam. Het plan benoemt kansrijke sectoren voor plaatsing van werkzoekenden. Op basis van dit plan zijn projecten opgezet in de zorg en de maakindustrie. In deze projecten wordt afgestemd met de aanpak van jeugdwerkloosheid en de ontsluiting van werkzoekendenbestanden in samenwerking met uitzendbureaus. 1.5 Afstemming centrumgemeente en Holland Rijnland is essentieel Het Rijk gaat steeds meer taken op het gebied van arbeidsmarktbeleid bij de centrumgemeente beleggen. De aanpak jeugdwerkloosheid is bij de centrumgemeente belegd. Recent is hier het project ontsluiting werkzoekendenbestand met uitzendbureaus bijgekomen. Het Rijk heeft plannen om ook de verantwoordelijkheid voor de volwasseneneducatie bij de centrumgemeente te beleggen. Ook in het recent afgesloten Sociaal Akkoord wordt een rol voor de centrumgemeente voorzien.
4
De afspraak is dat beleidsmatige zaken en plannen door de centrumgemeente in het bestuurlijk platform van het portefeuillehoudersoverleg Sociale Agenda worden geagendeerd. Het is noodzakelijk, dat hierin tussen de portefeuillehouder Arbeidsmarktbeleid en de vertegenwoordiger van de centrumgemeente goede afspraken gemaakt worden.
Kanttekeningen/risico’s: 1 Sociaal Akkoord zet in op regionale werkbedrijven Het onlangs afgesloten Sociaal Akkoord formuleert een andere opzet van de werkgeversdienstverlening. Het akkoord gaat uit van regionale werkbedrijven. De regie komt bij de gemeente te liggen. De uitwerking van het Sociaal Akkoord roept veel vraagtekens op. Het is duidelijk dat op basis van onderhandelingen met gemeenten en behandeling in de Eerste- en Tweede Kamer nog veel wijzigingen aangebracht kunnen worden. 2. Plaatsing van werkzoekenden in tijden van recessie is enorme opgave Het is duidelijk, dat recessie diepgaand is. De werkloosheid, ook in onze regio, loopt op. De plaatsing van onze doelgroepen zal veel inspanning vragen. Juist nu is samenwerking en het verder uitbouwen van relaties met werkgevers essentieel. Financiën: Dit voorstel heeft geen financiële consequenties. Communicatie: Communicatie zal plaatsvinden bij de start en het verloop van de projecten. De communicatie wordt gekoppeld aan het behalen van concrete doelen. Communicatie over structuurafspraken is weinig inspirerend. Op communicatiegebied wordt nauw samengewerkt met de afdeling communicatie van de gemeente Leiden (centrumgemeente). Evaluatie: Het Afstemmingsteam zal periodiek het pho Sociale agenda op de hoogte stellen. Hierin is een evaluatie van het verloop van de projecten inbegrepen. Bijlagen: 1. Structuurplan inrichting samenwerking werkgeversdienstverlening 2. Marktbewerkingsplan (matrix oplegger en arbeidsmarktanalyse) 3. Recente informatie met betrekking tot de arbeidsmarkt in Holland Rijnland
5
Structuurplan werkgeversdienstverlening in Holland-Rijnland
Inleiding Op 30 oktober jl. heeft het Afstemmingsteam het Uitvoeringsplan Samenwerkings-afspraken voor het inrichten van een gezamenlijke werkgeversdienstverlening in Holland-Rijnland getekend. Tijdens de bijeenkomst is ook voor meer structuur gepleit, zodat het Afstemmingsteam daadwerkelijk kan gaan sturen. Dit document wil een aanzet geven om met elkaar verder in gesprek te gaan over een vorm van samenwerking en structurering. In het kort een aantal punten dat is opgenomen in het Uitvoeringsplan en opmerkingen die zijn gemaakt tijdens de bijeenkomst van 30 oktober. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
“We maken afspraken (spelregels) over de onderlinge samenwerking en afstemming; Grote projecten voeren we samen uit; Met onze ambities willen we met één gezicht richting werkgevers optreden en hen zoveel als mogelijk ontzorgen; De concrete samenwerking en afstemming met name op de werkvloer laten plaatsvinden (bottom-up); De samenwerkingsverbanden die we nu hebben en die goed lopen, overeind houden; Erkenning van de verschillen op de drie subregionale niveaus binnen Holland-Rijnland. Concreet betekent dit dat we bestaande, lokale contacten met werkgevers vasthouden en rekening houden met het gegeven dat de werkgevers (-verenigingen) in de drie subregio’s duidelijk van elkaar verschillen. Ook hier zijn de te maken afspraken (spelregels) over de onderlinge samenwerking en afstemming van belang ;”
1. “Pas op om niet te verzanden in een structuurdiscussie. Juist het nu opdoen van ervaring op beperkte schaal, zal leiden tot structuur. Juist het willen proberen vergemakkelijkt het komen tot een structuur; 2. Het risico bestaat dat met deze werkwijze [zoals duo’s in de Zorg] dubbelingen ontstaan in de benadering van werkgevers. In de subregio’s worden bijvoorbeeld ook de Blokker en Action benaderd. Als hier op centraal niveau (Holand-Rijnland niveau) ook afspraken gemaakt worden, ontstaan afstemmingsproblemen; 3. Het is van belang te bepalen met welke grote bedrijven we regionaal aan de slag gaan; 4. Graag op de hoogte zijn van de acties die ingezet worden en welke werkgevers benaderd zijn; 5. Afspraken maken over het weten wat er gebeurt, is noodzakelijk, regie op samenwerking is nodig; 6. Stekker 4 kan behulpzaam zijn op het zichtbaar maken van de acties, die ingezet worden.”
1
Samenvattend: Samenvattend ontwikkelt zich in de regio de volgende lijn: ‐ ‐ ‐ ‐ ‐ ‐ ‐ ‐
De opdracht is een opdracht op Holland-Rijnland niveau; Eén gezicht naar de werkgever; Lokale contacten zijn belangrijk; UWV redeneert specifiek van uit de hele arbeidsmarktregio; Grote projecten doen we samen; Opdoen van ervaring op beperkte schaal moet tot structuur leiden; Het experiment in de sector Zorg om met koppeltjes te werken wordt in een structuur verder uitgebouwd;. Weet van elkaar wat je doet; het Werk Bemiddelings Systeem (WBS), infrastructuur stekker 4 biedt hiervoor o.a. een mogelijkheid.
Op basis van de uitgangspunten in Holland Rijnland en een inventarisatie van de samenwerkingsafspraken in een aantal andere regio’s, is afgesproken om onderstaande structuur op Holland Rijnland niveau te gaan hanteren.
Opmerking In deze structuur wordt een contactpersoon/coördinator in sommige gevallen voorgesteld. Deze personen van de deelnemende subregio’s en UWV hebben een coördinerende en faciliterende rol en staan hiërarchisch op hetzelfde niveau als alle andere deelnemers.
2
Structuur werkgeversdienstverlening Holland Rijnland (maart 2013) Vraagkant werkgever A Als werkgever contact zoekt met werkgeversservicepunt, gemeente, sw- bedrijf of UWV, dan is de organisatie die wordt aangesproken verantwoordelijk B Betreft het een plaatsing van meerder personen, dan wordt de invulling gedaan door de aangesproken organisatie. Lukt dit niet of is dit op voorhand al duidelijk, dan wordt contact opgenomen met de contactpersoon/ coördinator van de andere subregio’s en UWV van Holland Rijnland (aangewezen via verzoek AT leden, zie lijst). Deze contactpersonen /coördinatoren zorgen voor afstemming en invulling met de regiogemeenten /- organisaties in de eigen subregio en UWV organisatie. Deze contactpersonen/ coördinatoren koppelen terug binnen 3 werkdagen naar de aangesproken organisatie. De aangesproken organisatie reageert tijdig naar de werkgever over de te nemen stappen.
Activiteiten die plaatsvinden mbt A, en B worden gemeld (afspraak maken over de vorm). Zodra het Werkzoekenden Bemiddelings Systeem (WBS), infrastructuur stekker 4 wordt gebruikt, dan vindt registratie in WBS plaats.
Benadering Werkgever C Contacten met werkgevers in de subregio’s vinden respectievelijk plaats door de werkgevers-servicepunten/ gemeenten/ organisaties in de betreffende subregio’s (postcode): Rijnstreek, Leidse regio en Kust, Duin- en Bollenstreek. UWV stemt af met de subregio/ gemeente/ organisatie en vice versa. D Voor bestaande contacten met werkgevers buiten de eigen subregio wordt contact gehandhaafd, maar er vindt wel informatie/ afstemming plaats met contactpersonen/ coördinatoren van de subregio waar de werkgever (postcode) gesitueerd is en UWV. UWV stemt af met de contactpersonen/ coördinatoren van de subregio‘s. - (contactpersonen/ coördinatoren van de subregio’s en UWV aangewezen via verzoek AT leden, zie lijst) - Deze informatie/afstemming is van belang zodat duidelijk is wie met welke werkgever al contact heeft en daarmee dubbele bezoeken aan de werkgever te voorkomen E Voor branchegerichte contacten (projecten) is boven-subregionale werkwijze van toepassing met aangestelde projectverantwoordelijke zoals is/wordt afgesproken door AT. De projectverantwoordelijke stemt af, werkt samen met de contactpersonen/ coördinatoren van de subregio waar de werkgever van de branche gesitueerd is (postcode) en UWV. Dit is van belang, omdat er mogelijk al een vast contactpersoon is met de te benaderen werkgever. Samen wordt benadering werkgever(s) besproken en de plaatsing van werkzoekenden vanuit de drie subregio’s. (contacten met werkgevers kunnen wel of niet in koppels plaatsvinden). Activiteiten die plaatsvinden m.b.t. C, D en E worden gemeld (afspraak maken over de vorm). Zodra het Werkzoekenden Bemiddelings Systeem (WBS), infrastructuur stekker 4 wordt gebruikt, dan vindt registratie in WBS plaats. 3
Bijlage: Overzichtstabel contactpersonen/coördinatoren subregio’s/UWV Werkgeversdienstverlening Holland Rijnland (maart 2013) Subregio’s Rijnstreek regio: 1e contactpersoon
Naam
E-mail
Telefoonnummers
Opmerkingen
Ria de Ruiter
[email protected]
06 - 5312 4643 / 0172 - 504570
2e contactpersoon Leidse regio: Leiden
Nicole Nieuwenhuizen
[email protected]
06- 4664 1246 / 0172 - 504570
1e contactpersoon
Jan Bart Heijne
[email protected]
071 - 581 8496
2e contactpersoon
Fabienne Laman
[email protected]
071 - 5818476
1e contactpersoon
Stephanie Mulder
[email protected]
071 - 519 1422
Alle dagen aanwezig
2e contactpersoon
Merel van Dooren
[email protected]
071 - 519 1418
Niet op woensdag
1e contactpersoon
Yvonne van Tol
[email protected]
071 - 5806355
Ma.,di. en donderdag van 09.00 tot 17.00 uur
2e contactpersoon Kust, Duin- en Bollenstreek regio: 1e contactpersoon
Fred Toet
[email protected]
071 - 5806359
Ma, di, woensdagocht, do. en vrijdagocht
Tineke de Bruijn
[email protected]
06 – 5100 6162
Niet op woensdag
Oegstgeest
Zoeterwoude
2e contactpersoon UWV
Nog nader aan te geven Henk Vellekoop
[email protected]
06 - 5468 8134
1e contactpersoon: Rijnstreek regio 2e contactpersoon: Kust, Duin- en Bollenstreek regio en Leidse regio
Jan Heshusius
[email protected]
06 - 5379 8011
1e contactpersoon: Leidse regio 2e contactpersoon: Rijnstreek regio en Kust, Duinen Bollenstreek regio
Jan Wassenaar
[email protected]
06 - 5246 4012
1e contactpersoon: Kust, Duin- en Bollenstreek regio 2e contactpersoon: Leidse regio en Rijnstreek regio
4
5
In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude
MEMO
Aan: pho Sociale Agenda en Economische zaken, gedeelte Arbeidsmarkt
Datum: 15 mei 2013
Onderwerp: Bestuurlijk drie O (overheid, ondernemers en onderwijs) overleg arbeidsmarktregio Holland Rijnland Besluit: 1. Het pho arbeidsmarktbeleid van 15 mei 2013 geeft opdracht tot de uitwerking van een overlegvorm op het niveau van Holland Rijnland, waar onderwijs, ondernemers en overheid afspraken kunnen maken op het gebied van onderwijs-arbeidsmarkt. 2. In deze uitwerking de rol en positie van de centrumgemeente en het regionaal samenwerkingsorgaan Holland Rijnland te betrekken 3. In deze uitwerking de rol en positie van het Regionaal Platform Arbeidsmarkt RijnGouwe te betrekken. 4. Aan het pho arbeidsmarktbeleid van 18 september 2013 de uitwerking voor te leggen. Aan portefeuillehouders Sociale agenda en Economische zaken. Onlangs is een Sociaal Akkoord gesloten. Hierin zijn vergaande plannen opgenomen met betrekking tot het arbeidsmarktbeleid. In een bestuurlijk overleg tussen Jan Uit den Boogaard, Jan Jaap de Haan en Roos van Gelderen is geconstateerd dat zowel op het gebied van onderwijs als sociale zaken & werk het schaalniveau van de arbeidsmarktregio steeds belangrijker wordt. Daarbij kiest het kabinet voor een grotere rol van de centrumgemeente als aanspreekpunt namens de regio. Het betreft onder meer: Regionale werkbedrijven/sociale werkvoorziening: het Sociaal Akkoord formuleert dat op het niveau van de arbeidsmarktregio regionale werkbedrijven tot stand moeten komen. Aanpak jeugdwerkloosheid: het Rijk heeft onlangs 50 miljoen euro ter beschikking gesteld om de aanpak jeugdwerkloosheid in 2013 en 2014 voort te zetten. De middelen worden verstrekt aan de centrumgemeente, die namens de regiogemeenten een regionaal plan opstelt. Macrodoelmatigheid mbo: in het actieplan voor het mbo ‘Focus op vakmanschap’ heeft het kabinet vastgelegd dat het opleidingsaanbod van de ROC’s wordt afgestemd op de regionale vraag naar arbeid. De centrumgemeente krijgt een centrale rol in het overleg tussen mbo en regionaal bedrijfsleven. Techniekpact: deze zomer sluit het Rijk een techniekpact met de landsdelen. Holland Rijnland maakt onderdeel uit van landsdeel Zuidwest Nederland. In het techniekpact worden afspraken gemaakt over het versterken van de aansluiting onderwijsarbeidsmarkt in de technieksector. De centrumgemeente fungeert als regionaal aanspreekpunt. Project ontsluiting werkzoekendenbestanden: het Rijk heeft € 130.000 ter beschikking gesteld aan de centrumgemeente. De centrumgemeente moet voor het
Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
[email protected]
Schuttersveld 9, 2316 XG Leiden
www.hollandrijnland.net
Postbus 558, 2300 AN Leiden Telefoon (071) 523 90 90
BNG 28.51.13.992
gebied van arbeidsmarktregio een plan opstellen. Wethouder De Haan heeft namens de centrumgemeente hiervoor al een intentieverklaring getekend. Budget volwasseneneducatie. Het Rijk is voornemens het budget educatie te beleggen bij de centrumgemeente. De centrumgemeente krijgt de opdracht voor de arbeidsmarktregio de inzet van deze middelen te verzorgen.
Het Rijk heeft de afgelopen jaren sterk ingezet op de vorming van arbeidsmarktregio’s. In deze regio’s moet in het kader van de decentralisatie Werk de werkgeversdienstverlening vorm krijgen. De samenwerking moet samen met het UWV gerealiseerd worden. De arbeidsmarktregio Holland Rijnland omvat hierbij het gebied van de gemeenschappelijke regeling inclusief de gemeente Boskoop. Hierbij past de aantekening, dat de gemeente Voorschoten zich aansluit bij de arbeidsmarktregio Haaglanden. Voor het realiseren van doelen op het terrein van onderwijs-arbeidsmarkt zijn afspraken noodzakelijk met onderwijspartijen en werkgevers. Het gaat om afspraken over bijvoorbeeld het komen tot meer leerbedrijven, het komen tot meer arbeidsrelevante opleidingen, het komen tot een invulling tot het plaatsen van werkzoekenden met afstand tot de arbeidsmarkt na het vervallen van de quotumregeling etc. Holland Rijnland is ten behoeve van de platformfunctie aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt lid van het Regionaal Platform Rijn Gouwe (RPA). Het RPA omvat zowel het gebied van Holland Rijnland als Hollands Midden. Het RPA is in hoofdzaak een platform, waarin de drie O’s (onderwijs, overheid en ondernemers) ontwikkelingen uitwisselen, en functioneert niet als tafel waar afspraken gemaakt worden tussen overheid, onderwijs en ondernemers. Binnen de arbeidsmarktregio Holland Rijnland is daarmee onvoldoende een bestuurlijke tafel aanwezig om afspraken over onderwerpen op het gebied van onderwijs-arbeidsmarkt te maken. De conclusie is, dat het wenselijk is dat op het niveau van de arbeidsmarktregio een bestuurlijke tafel tot stand komt, waar overheid, ondernemers en onderwijs afspraken kunnen maken.
2
Bijlagen voor het Regionaal Marktbewerkingsplan Holland Rijnland
Inleiding, leeswijzer en samenvatting Inleiding Marktbewerking is essentieel voor de werkgeversdienstverlening van de samenwerkende partners van gemeenten, sociale werkvoorziening en UWV in Holland Rijnland. De werkzoekenden in onze regio hebben in de ene sector meer kans om naar werk uit te stromen dan in de andere sector. Het is de kunst om uit de veelheid aan informatie die relevante speerpuntsectoren te benoemen. De te benoemen speerpuntsectoren zijn voor het Afstemmingsteam het stuurwiel om concrete projecten en andere initiatieven te benoemen en te laten uitvoeren. De werkgroep Werkgeversdienstverlening heeft de opdracht gekregen om een gedragen marktbewerkingsplan voor de regio Holland Rijnland te ontwikkelen en uit te voeren. De werkgroep heeft daarvoor geluisterd naar de behoeften en suggesties in haar omgeving. Er is gekozen voor een dynamisch proces met twee keer per jaar een actualisatie. Het voor u liggende marktbewerkingsplan is een groeimodel. Belangrijk is, dat de partners in verschillende sessies hebben meegedacht bij de ontwikkeling van het voor u liggende plan. Er is voor gekozen om de verschillende onderliggende cijferreeksen in een bijlage onder te brengen. Het management wil sturen op de conclusies, oftewel het advies dat per sector wordt uitgebracht. Op 30 oktober heeft het Afstemmingsteam het voorstel overgenomen om deze adviezen in een matrix als oplegger bovenop de bijlagen aan te bieden. Diverse bronnen en een afweging van meerdere factoren leiden tot dit advies voor mogelijke speerpunten. Daarbij is afgesproken dat de partners op grond van eigen inzichten de matrix kunnen aanvullen met subregionale speerpunten, waaronder speerpuntsectoren van werkvoorzieningschappen. De conclusies worden op deze manier op het niveau van Holland Rijnland verbonden met die van de deelnemende partners. Op basis hiervan kunnen er gerichte projecten ontwikkeld worden. Leeswijzer Dit document vormt de bijlage bij de eerder genoemde oplegger “Confrontatiematrix” in het kader van de regionale marktbewerking. Achtereenvolgens wordt het aanbod van werkzoekenden, de vraag van werkgevers, de kansen en de berichtgeving met betrekking tot de economie in kaart gebracht. Het uiteindelijke advies, een afweging van meerdere factoren, is vastgelegd in de matrix en in de samenvatting. Samenvatting Aanbod van werkzoekenden Het aantal geregistreerde werkzoekenden, ook wel niet-werkende werkzoekenden (nww) 1 genoemd, in juni 2012 is vergeleken met juni 2011 heel licht gestegen. Daarmee laat de regio een gunstiger beeld dan landelijk zien. De stijging is geheel voor rekening gekomen van de werkzoekenden ouder dan 45 jaar. Er staan in juni 2012 ruim 10.000) werkzoekenden bij UWV geregistreerd. De verwachting (Arbeidsmarktprognose, UWV 2 ) is dat het aantal geregistreerde werkzoekenden dit jaar en volgend jaar zowel regionaal als landelijk nog flink door zal stijgen. Voor de regio Holland Rijnland wordt, vergeleken met het landelijk gemiddelde, echter een benedengemiddelde stijging van het aantal geregistreerde werkzoekenden verwacht 3 . Van de geregistreerde werkzoekenden staat het grootste deel ingeschreven met een beroep op laag niveau. Dit gaat dan vooral om een technisch/industrieel of verzorgend/dienstverlenend beroep op lager niveau. Dit komt min of meer overeen met het landelijk beeld. Het werkzoekendenbestand in de regio Holland Rijnland kenmerkt zich verder door een groter deel ouderen, hoger opgeleiden en langer werkzoekenden, vergeleken met het landelijk gemiddelde. In de concrete vertaling van het marktbewerkingplan naar acties is het van belang rekening te houden met deze specifieke samenstelling van het werkzoekenden bestand.
Vraag van werkgevers 1
Dit zijn mensen die bij UWV geregistreerd zijn en geen werk hebben of minder dan 12 uur per week werkzaam zijn. Zij kunnen onder meer een WW, WWB of geen uitkering ontvangen.
2
De arbeidsmarktprognose verschijnt jaarlijks in juni en komt tot stand in samenwerking met onderzoeksinstituut EIM. De prognoses van UWV zijn gebaseerd op de macro-economische vooruitzichten van het CPB van eind maart 2012. Prognoses zijn omgeven met onzekerheden. Dat geldt dit jaar in het bijzonder vanwege de turbulentie op de financiële markten als gevolg van de Europese schuldencrisis 3 Een demografische factor hierin is de dempende werking van de ontgroenende en vergrijzende beroepsbevolking in de regio Holland-Rijnland.
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
1 van 14
De (landelijke) vacaturegraad in het tweede kwartaal van 2012 is 15 en daarmee al enkele kwartalen op rij op hetzelfde (lage) niveau. In deze regio zijn er vooral vacatures voor economischadministratieve beroepen en verzorgende- en dienstverlenende beroepen. De meeste vacatures in 2011 zijn ontstaan in de sectoren groot- en detailhandel, zorg en welzijn en financiële en zakelijke diensten. Dit biedt op zich kansen voor werkzoekenden op basis van het vacaturevolume. Sectoren met de meeste werkzame personen in Holland Rijnland zijn de financiële en zakelijke diensten, gezondheidszorg, industrie en detailhandel. Groeisectoren in 2012 zijn naar verwachting zorg & welzijn en informatie & communicatie. Dit biedt kansen voor werkzoekenden door banengroei. Ook sectoren die zowel gaan groeien als vergrijzen bieden mogelijk kansen voor werkzoekenden. In deze regio is dat vooral de sector zorg en welzijn. Om inzicht te krijgen in de kansen voor de verschillende beroepsniveaus en kwalificaties is verder onderzoek nodig. Verschillende initiatieven in het land en de regio (bijvoorbeeld Kernteam Zorg) proberen hier vat op te krijgen en beleid op te ontwikkelen om vraag en aanbod zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen. Volgens landelijke cijfers van ROA (Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt) zijn er tot 2016 goede kansen op werk voor de volgende, grotere groepen, geregistreerde werkzoekenden: hulpkrachten horeca en verzorging, interieurverzorgers en verzorgend personeel. Deze beroepen komen vooral voor in de zorg. Volgens de berekeningen van UWV is er momenteel krapte op de arbeidsmarkt voor (para)medische beroepen en informaticaberoepen. Gezien het bestand geregistreerde werkzoekenden (veel ouderen, laag opgeleiden) en de resultaten uit het landelijke onderzoek (Vacatures in Nederland 2011) kunnen de volgende sectoren vooral interessant zijn: de agrarische sector voor laagopgeleiden en overheid, zorg & welzijn, vervoer en bouw voor ouderen. Verder is inzicht in het arbeidsaanbod dat nog geschoold wordt ook van belang voor arbeidsmarktbeleid. Er wordt gewerkt aan specifieker inzicht op opleidingsrichting, niveau en moment van afronding. Voorlopig doen we het met de huidige beschikbare data waaruit blijkt dat het totaal aantal leerlingen min of meer gelijk over de opleidingsniveaus (mbo, hbo en universitair) verdeeld is. Samenvattend advies Speerpuntsectoren: de (deel)sectoren tuinbouw, detailhandel, groothandel, informatie & communicatie en zorg & welzijn. Sectoroverschrijdende speerpunten: 1. Technisch personeel vanwege veel laaggeschoold aanbod (vooral productiemedewerkers) maar ook vanwege de te verwachten tekorten voor werkgevers van middelbaar en hoger technisch personeel. 2. Administratief personeel vanwege het grote aanbod van werkzoekenden Economie CPB: Het voorzichtige herstel van de Nederlandse economie na 2012 gaat gepaard met een matige groei van de werkgelegenheid van een kwart procent per jaar in de periode 2013-2017. De werkloosheid piekt in 2014 op 6¼procent, om in 2017 weer af te zijn afgenomen tot het 470.000 mensen (5¼ procent van de beroepsbevolking), dat ook voor dit jaar wordt verwacht. COEN: In de landelijke media wordt gesproken over een zeer voorzichtige groei van de economie in het tweede kwartaal van 2012. De ondernemers in Zuid-Holland zijn - net als de collega’s in de rest van Nederland - echter allesbehalve te spreken over het afgelopen kwartaal. In het derde kwartaal ziet het Zuid-Hollandse bedrijfsleven nog geen echt herstel optreden. Nederland is een exportland met een open economie en een grote (internationale) financiële sector. De Nederlandse welvaart, economische groei en werkgelegenheid hangen voor een groot deel af van de export. Als het in Europa economisch niet goed gaat, heeft dat ook gevolgen voor Nederlandse exporteurs, pensioenen, spaargelden en banen.
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
2 van 14
Inhoudsopgave Inleiding, leeswijzer en samenvatting .......................................................................................... 1 Inhoudsopgave .............................................................................................................................. 3 1. Aanbod werkzoekenden............................................................................................................. 4 Trends arbeidsaanbod en uitkeringen ................................................................................................ 4 Opleidingsniveau ............................................................................................................................6 2. Vraag van werkgevers ............................................................................................................... 9 Vacaturegraad (Nederland totaal) ..................................................................................................... 9 Totale vacaturemarkt in de regio Holland Rijnland ............................................................................... 9 Structuur en prognose werkgelegenheid regio Holland Rijnland............................................................ 10 3. Kansen..................................................................................................................................... 11 Vergrijzing per sector .................................................................................................................... 11 ROA kansen voor de geregistreerde werkzoekenden (top 10) .............................................................. 11 Spanningsindicator........................................................................................................................ 12 Vacatureonderzoek 2011 (landelijk)................................................................................................. 12 Leerlingen in het onderwijs 2010..................................................................................................... 13 4. Economie ................................................................................................................................. 13 CPB, CEP ..................................................................................................................................... 13 COEN.......................................................................................................................................... 14
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
3 van 14
1. Aanbod werkzoekenden Trends arbeidsaanbod en uitkeringen Overzicht WWB Eind 2011 waren er in Holland Rijnland 5.730 WWB-uitkeringen 4 aan personen onder de 65 jaar, dat is 22,4% meer dan er eind december 2008 waren.
+5%
dec 2010: +14,5%
dec 2011: +22,4%
+10%
dec 2009: +6,8%
+15%
dec 2008: 0,0%
+20%
dec 2007: +6,6%
+25%
dec 2006: +12,8%
Uitkeringen WWB aan personen onder de 65 jaar, percentuele ontwikkeling t.o.v. eind 2008
0,0%
dec-11
sep-11
jun-11
mrt-11
dec-10
sep-10
jun-10
mrt-10
dec-09
sep-09
jun-09
mrt-09
dec-08
sep-08
jun-08
mrt-08
dec-07
sep-07
jun-07
mrt-07
dec-06
-5%
WWB - uitkeringen in Holland Rijnland aan personen onder de 65, eind 2011 <65jaar <27 jaar 27 - 44 45 - 64 Holland Rijnland
5.730
570
2.290
2.890
Alphen aan den Rijn
750
70
310
380
Hillegom
170
20
60
80
Kaag en Braassem
110
20
40
60
Katwijk
540
60
240
230
Leiden
2.620
210
1.050
1.360
Leiderdorp
280
30
100
150
Lisse
150
20
50
80
Nieuwkoop
130
20
50
60
Noordwijk
200
20
70
110
Noordwijkerhout
100
10
30
70
Oegstgeest
160
20
70
70
Rijnwoude
100
20
50
30
Teylingen
180
20
70
90
Voorschoten
200
20
80
100
Zoeterwoude
40
10
20
20
Bron: CBS
4
Aantal WWB uitkeringen in augustus 2012 is 5900 (bron: CBS).
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
4 van 14
Ontwikkeling ww- en wwb-uitkeringen in Holland Rijnland en Nederland per einde kwartaal, laagste punt = 100 (bron: CBS)
afbeelding 210 200
195 190 180 170 160 150 144
140 130
124 122
120 110 100
20 09
4e
kw
ar ta al kw 20 ar 10 ta al 1e kw 20 ar 10 ta al 2e kw 20 ar 10 ta al 3e kw 20 ar 10 ta al 4e kw 20 ar 11 ta al 1e kw 20 ar 11 ta al 2e kw 20 ar 11 ta al 3e kw 20 ar 11 ta al 4e kw 20 ar 12 ta al 1e kw 20 ar 12 ta al 2e kw 20 ar 12 ta al 3e kw ar ta al
ar ta al 3e 20 09
2e 20 09
20 09
1e
kw
kw
ar ta al
90
WWB Nederland
WWB Holland Rijnland
WW Nederland
WW Holland Rijnland
Bovenstaande afbeelding laat de geïndexeerde ontwikkeling (laagste punt: stand 1e kwartaal 2009 = 100) van zowel de WWB als de WW uitkeringen in Nederland en de regio Holland Rijnland zien. Te zien is een grillig verloop van de WW uitkeringen met de laatste vier kwartalen op rij een stijging. Het aantal WW-uitkeringen aan het einde van het derde kwartaal 2012 (voorlopige cijfers CBS) is 6290. Ook het aantal WWB uitkeringen stijgt de laatste 4 kwartalen. Laatste bekende aantal WWB-uitkeringen volgens CBS is 5900. Beide soorten uitkeringen liggen op een fors hoger niveau dan in het eerste kwartaal van 2009 het geval was en laten een sterkere stijging dan het landelijk gemiddelde zien. Dit zou kunnen betekenen dat de verwachtte benedengemiddelde stijging van het aantal geregistreerde werkzoekenden in de UWV-prognose van juni 2012 (zie ook: voetnoot 2 pagina 1) een onderschatting blijkt te zijn. Hierbij moet gezegd worden dat een prognose altijd met de nodige voorzichtigheid bekeken moet worden. Dat geldt des te meer voor de regionale doorvertaling (dus meer gedetailleerd). Overzicht WSW Gegevens sociale werkvoorziening per gemeente in Holland Rijnland in 2012* Aantal personen werkzaam in de sociale werkvoorziening naar dienstverband. dienstbetrekking begeleid werken totaal aantal werknemers detachering 51 25 7 83 167 116 25 308 60 20 8 88 64 29 4 97 37 19 5 61 103 40 16 159 41 13 0 54 628 190 36 854 92 40 6 138 39 15 6 60 40 16 2 58 15 13 4 32 391 59 6 456 51 12 0 63 34 10 1 45 1813 617 126 2556
Aantal wachtenden en gemiddelde wachtduur voor een sociale werkvoorziening. aantal wachtenden gemiddelde wachtduur in maanden hillegom 17 14,5 katwijk 71 17,1 lisse 17 10,2 noordwijk 31 17,4 noordwijkerhout 6 5,5 teylingen 22 14,8 kaag en braassem 13 12,3 leiden 110 14,2 leiderdorp 18 15 oegstgeest 8 18,5 voorschoten 14 16,1 zoeterwoude 1 8 alphen aan den rijn 88 11,4 nieuwkoop 4 18,4 rijnwoude 8 13,3 Holland Rijnland 428 13,78
hillegom katwijk lisse noordwijk noordwijkerhout teylingen kaag en braassem leiden leiderdorp oegstgeest voorschoten zoeterwoude alphen aan den rijn nieuwkoop rijnwoude Holland Rijnland
Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
intern
* gebaseerd op gegevens van peildatum 31‐12‐2011.
In Alphen aan den Rijn, Katwijk en Leiden zijn de gemeenten in deze regio met het grootste aantal werkzame personen in de sociale werkvoorziening. Overzicht geregistreerde werkzoekenden Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
5 van 14
Ontwikkeling geregistreerde werkzoekenden in de arbeidsmarktregio Holland Rijnland per ultimo maand, en indicatieve ontwikkeling 2012 (Bron:UWV WERKbedrijf)
afbeelding 12.000 11.500 11.000 10.500 10.000 9.500 9.000 8.500 8.000 7.500 7.000
2009
2010
december november oktober september augustus juli juni mei april maart februari januari december november oktober september augustus juli juni mei
april maart februari januari december november oktober september augustus juli juni mei april maart februari januari december november oktober september augustus juli juni mei april maart februari januari december november oktober september augustus juli juni mei april maart februari januari 2008
2011
2012
Het aantal geregistreerde werkzoekenden, ook wel niet-werkende werkzoekenden (nww) in de regio Holland Rijnland ligt iets hoger dan een jaar geleden (juni 2011). In Nederland is het totaal aantal geregistreerde werkzoekenden in dezelfde periode iets sterker gestegen. Richting het einde van het jaar 2012 wordt een flinke stijging van het nww verwacht, waarmee ook het aantal uitkeringen zal stijgen. Vooralsnog wordt verwacht dat deze stijging benedengemiddeld (afgezet tegen landelijk gemiddelde) zal zijn. Geregistreerde werkzoekenden regio Holland Rijnland, ultimo juni 2012 Holland Rijnland
< 65 10.314
<27 875
27-45 3.885
45 - 65 5.554
1.761
165
683
913
Hillegom
411
27
142
242
Kaag en Braassem
448
43
147
258
Katwijk
841
69
339
433
Leiden
3.233
270
1.351
1.612
Leiderdorp
477
28
158
291
Lisse
418
29
127
262
Nieuwkoop
442
51
157
234
Noordwijk
417
28
159
230
Noordwijkerhout
224
22
71
131
Oegstgeest
314
16
101
197
Rijnwoude
290
35
100
155
Teylingen
499
49
180
270
Voorschoten
434
30
142
262
Zoeterwoude
105
13
28
64
Alphen aan den Rijn
Van het aantal geregistreerde werkzoekenden in de arbeidsmarktregio Holland Rijnland is eind juni 2012 8% jonger dan 27 jaar, is 38% tussen de 27 en 45 jaar oud en 54% is 45 jaar of ouder. Landelijk is 11% jonger dan 27 jaar, 39% tussen de 27 en 45 jaar en 50% 45 jaar of ouder. Op basis hiervan kun je concluderen dat het deel jongeren in het werkzoekenden bestand van Holland Rijnland kleiner is dan het landelijk gemiddelde. Het deel ouderen in de regio is juist groter dan het landelijk gemiddelde (54% Holland Rijnland; 50% Nederland). Opleidingsniveau In de afbeelding hieronder is te zien dat meer dan de helft (54%)van het aantal geregistreerde werkzoekenden geen startkwalificatie heeft. Hoewel dit een grote groep betreft is dit aandeel iets lager dan het landelijk gemiddelde (56%). Verder valt op te merken dat er in de regio Holland Rijnland een groter deel hoog opgeleid is dan landelijk (20% versus 15%). Deze groepen blijven in de genoemde periode min of meer van gelijke omvang. Vooral in de sectoren industrie, landbouw en visserij, horeca en bouw zijn relatief veel laagopgeleiden werkzaam (bron: ROA, landelijke gegevens).
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
6 van 14
Ontwikkeling geregistreerde werkzoekenden naar opleidingsniveau, regio Holland Rijnland juni 2011 t/m juni 2012 (bron: UWV WERKbedrijf)
Afbeelding
6.000
5.000
4.000
3.000
2.000
1.000
0 geen startkwalificatie
Havo/VWO
MBO (2,3,4)
juni 2011
december 2011
Hbo/bachelor
WO/master
juni 2012
Duur werkzoekend Het grootste deel van de werkzoekenden (juni 2012; 53%) is langer dan 12 maanden als werkzoekend geregistreerd. Dit is een groter deel dan landelijk (48%). Voor deze regio kan dus gezegd worden dat op dit moment een groter dan gemiddeld deel van de werkzoekenden langdurig werkzoekend is. Over het algemeen gaat vaak op dat hoe langer een werkzoekende zonder werk hoe kleiner de kans op werkhervatting. Daarnaast is er een samenhang met het grote aandeel ouderen in het werkzoekenden bestand. Bij een verslechterende economische situatie zijn het vaak de jongeren die als eerste zonder werk komen. Als uiteindelijk de ouderen ook hun baan verliezen hebben zij een flink kleinere kans om weer aangenomen te worden (zie ook Vacatureonderzoek 2011) en blijven zij dus over het algemeen langer zonder werk. Ontwikkeling geregistreerde werkzoekenden naar duur werkzoekend, regio Holland Rijnland, juni 2011 t/m juni 2012 (bron: UWV WERKbedrijf)
Afbeelding Afbeelding
6.000 5.000 4.000 3.000 2.000 1.000 0 korter dan 3 maanden
3 - 6 maanden juni 2011
6 - 12 maanden december 2011
langer dan 12 maanden
juni 2012
Toptelling naar ROA-beroepsgroep (12) In onderstaande tabel is een rangorde gemaakt naar beroepsgroep in de ROA5 indeling. In juni 2012 staan de meeste werkzoekenden geregistreerd met een beroep in de economisch- en administratieve richting (vooral op middelbaar niveau). De grootste groep in absolute aantallen heeft een technisch en industrie beroep op laag niveau. (Voor een uitgebreide beschrijving van deze beroepsgroepen zie ook: http://www.roa.unimaas.nl/pdf_publications/2002/ROA-R-2002_3.pdf)
5
ROA= Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
7 van 14
toptelling ROA beroepsgroep (12) excl. onbekend, regio Holland Rijnland, ultimo juni 2012 opleidingsniveau Economisch-administratieve beroepen
Totaal 2.760
laag 723
middelbaar 903
hoog 815
Technische en industrieberoepen
2.660
1.658
600
236
Verzorgende en dienstverlenende beroepen
2.174
1.307
627
104
Transportberoepen
916
507
326
39
Sociaal-culturele beroepen
612
76
128
352
Agrarische beroepen
269
161
58
25
Pedagogische beroepen
260
22
51
177
Informatica beroepen
255
28
71
132
Medische en paramedische beroepen
240
37
50
120
Openbare orde- en veiligheidsberoepen
130
46
67
8
nWajong afgegeven beschikkingen nWajong afgegeven beschikkingen per woongemeenten regio Holland Rijnland Alphen aan den Rijn Hillegom Kaag en Braassem Katwijk Leiden Leiderdorp Lisse Nieuwkoop Noordwijk Noordwijkerhout Oegstgeest Rijnwoude Teylingen Voorschoten Zoeterwoude Totaal
1-1-2012 tot 1-9-2012
2011
2010
44 12 7 34 86 13 7 9 9 7 8 10 20 7 1 274
53 16 19 41 97 27 9 22 19 7 16 7 29 15 4 381
48 1 13 35 102 15 5 17 13 1 11 6 17 12 6 302
Het aantal afgegeven beschikkingen is op het peilmoment iets hoger dan de relatieve omvang (2/3 van het jaar) in 2011. Met het oog op het marktbewerkingsplan is het vooral interessant om te weten welke groep van deze nWajong mogelijk beschikbaar is voor werk. In de Factsheet Wajong (UWV, oktober 2011) wordt voor de toen nog actuele Wet Werken Naar Vermogen een beeld geschetst van de groep klanten die in 2010 in de werkregeling of de studieregeling van de Wajong is ingestroomd. Het toepassen van deze factsheet op de huidige groep nWajong gebiedt de nodige voorzichtigheid. Van de onderzochte groep klanten was destijds 30% beschikbaar voor begeleiding naar werk.
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
8 van 14
2. Vraag van werkgevers Vacaturegraad (Nederland totaal) Ontwikkeling vacaturegraad per ultimo kwartaal (o.b.v. CBS/Statline)
afbeelding 24 22 20 18 16 14 12 10 8 6 4 2 0
18
17
16
2010 4e
2011 1e
16
2011 2e
2011 3e
15
15
15
2011 4e
2012 1e
2012 2e
Vacaturegraad
De economie blijft kwakkelen. Ondanks de lage vacaturegraad 6 (15) zijn er altijd vacatures. De vacaturegraad is een landelijke indicator van het aantal vacatures per 1.000 banen.
Totale vacaturemarkt in de regio Holland Rijnland In de regio Holland Rijnland zijn er in 2011 bijna 20.000 vacatures ontstaan. Dit waren vooral veel vacatures in de detailhandel. Deze sector heeft een groter aandeel in de regionale werkgelegenheid dan in de landelijke werkgelegenheid (zie Hoofdstuk Structuur en Prognose Werkgelegenheid). In Holland Rijnland omvat de detailhandel circa 12 % van de regionale werkgelegenheid. Nadere analyse (niet zichtbaar in de afbeelding) wijst uit dat de meeste vacatures op gedetailleerder niveau voor verkopers (425), commercieel employés (364) en hulpkrachten horeca en verzorging (339) zijn. Voor 2012 wordt een daling verwacht van het totaal aantal vacatures in deze regio. Ontstane vacatures naar beroepsniveau, 2011
afbeelding 4
Detailhandel (incl. autos) Zorg en welzijn Financiële en zakelijke diensten Groothandel Horeca Industrie Onderwijs Openbaar bestuur Informatie en communicatie Vervoer en opslag Bouwnijverheid Landbouw, bosbouw en visserij Overige diensten (incl. huishoudens) Cultuur, sport en recreatie 0 elementaire beroepen
6
500
lagere beroepen
1.000
1.500
middelbare beroepen
2.000
2.500
3.000
3.500
4.000
hogere en wetenschappelijke beroepen
Vacaturegraad: Het aantal openstaande vacatures per 1.000 banen van werknemers (indicator discrepantie
CBS). Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
9 van 14
Structuur en prognose werkgelegenheid regio Holland Rijnland Afbeelding
Samenstelling werkgelgenheid Holland Rijnland en Nederland, 2010 (Arbeidsmarktprognose UWV)
gezondheidszorg onderwijs openbaar bestuur financiële en zakelijke diensten informatie en communicatie horeca transport detailhandel groothandel bouwnijverheid industrie agrarische sector 0%
5%
10%
15% Holland Rijnland
20%
25%
30%
Nederland
In de regio Holland Rijnland (zie rode staven) hebben de sectoren gezondheidszorg, financiële en zakelijke diensten, industrie en detailhandel het grootste aandeel in het aantal banen van werknemers, oftewel de werkgelegenheid. In totaal zijn er ongeveer 218.000 banen in de regio Holland Rijnland. Afbeelding
Verwachte werkgelegenheidsontwikkeling in 2012, arbeidsmarktregio Holland Rijnland en Nederland (UWV Arbeidsmarktprognose 2012-2013)
totaal openbaar bestuur bouwnijverheid industrie financiële en zakelijke diensten transport horeca detailhandel onderwijs groothandel agrarische sector informatie en communicatie gezondheidszorg -6%
-5%
-4%
-3%
-2%
-1%
Holland Rijnland
0%
1%
2%
3%
4%
Nederland
De hier gepresenteerde prognoses (door Panteia en UWV) geven de arbeidsmarktverwachtingen in juni 2012 weer en zijn gebaseerd op de macro-economische vooruitzichten van het CPB van eind maart 2012. Prognoses zijn per definitie omgeven met onzekerheden. Ondanks de onzekerheden blijft een arbeidsmarktprognose relevant voor het maken van plannen en beleid. Prognoses geven, gebaseerd op een modelmatige aanpak, zoveel mogelijk een objectieve inschatting weer. Zonder een dergelijke objectieve inschatting moet men terugvallen op subjectieve gevoelsmatige verwachtingen. Door de arbeidsmarkt modelmatig te beschrijven neemt het inzicht in de werking van de arbeidsmarkt toe. Met bovenstaande in het achterhoofd is de verwachting dat in deze regio de werkgelegenheid in de sectoren informatie en communicatie en gezondheidszorg gaat groeien. Per saldo wordt er, gemiddeld voor alle sectoren in deze regio, voor dit jaar en volgend jaar een krimp van de werkgelegenheid verwacht. De regionale werkgelegenheidsontwikkeling is daarmee gelijk aan het landelijk gemiddelde. Landelijk wordt daarnaast echter ook nog een, zij het bescheiden, groei verwacht voor de sectoren onderwijs, groothandel en de agrarische sector. Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
10 van 14
3. Kansen Vergrijzing per sector afbeelding
Vergrijzing per sector, regio Holland Rijnland
60 tot 65 jaar
Overige dienstverlening
55 tot 60 jaar
Financiele instellingen Horeca en catering Landbouw, bosbouw en visserij Bouwnijverheid Vervoer en telecom Industrie
vergrijsd
Overheid
sterk vergrijsd
Handel en reparatie Zakelijke dienstverlening Onderwijs Zorg en welzijn 0
1000
2000
3000
4000
5000
6000
7000
8000
De komende tien jaar zullen ongeveer 34.000 personen de arbeidsmarkt verlaten in de regio Holland Rijnland. Het grootste deel (tweederde) daarvan zal “pas” de komende 5-10 jaar de arbeidsmarkt verlaten. Vooral de sector overheid en onderwijs zijn in deze regio sterk vergrijsd. Alleen al in de sector zorg en welzijn de komende 10 jaar ongeveer 7.000 personen de arbeidsmarkt verlaten. Om in te kunnen schatten wat de impact hiervan is voor de sector en de afzonderlijke werkgevers is meer onderzoek nodig naar de specifieke beroepen en de verwachte ontwikkeling. Wanneer een sector tot speerpuntsector wordt benoemd kan hier verder op worden ingegaan met de betrokken partijen.
ROA kansen voor de geregistreerde werkzoekenden (top 10) Voor de gehele tabel zie bijgevoegd Excel-bestand(ROA-nww koppeling) tabel
Niet werkende werkzoekenden in Holland Rijnland naar leeftijdsklasse, opleidingsniveau en beschikbaarheid, juli 2012 Leeftijdsklasse
1 juli 2012
Roa
< 27 jaar
27 tot 45 jaar
>= 45 jaar
Laag (geen startkwal)
Middelbaar
Hoog
10.614 1321 827 604 586 522 509 449 445 436 325
900 92 89 36 64 27 44 23 65 74 46
4.049 538 309 217 203 215 222 160 201 159 111
5.665 691 429 351 319 280 243 266 179 203 168
5.750 1.113 581 339 430 458 183 175 200 325 222
2.792 156 218 218 126 57 192 177 210 97 100
2.072 52 28 47 30 7 134 97 35 14 3
Knelpunten personeelsvoorzi ening (landelijk AIS tot 2016)
Totaal
Beroepsgroep (127) Grand Total Productiemedewerkers Chauffeurs Receptionisten en administratieve employés Hulpkrachten horeca en verzorging Interieurverzorgers Commercieel employés Boekhouders en secretaresses Verzorgend personeel Verkopers Bouwvakkers
Opleidingsniveau
* enige enige vrijwel geen groot groot vrijwel geen vrijwel geen groot groot groot
Voor 5 van de 10 meest voorkomende beroepen bij de geregistreerde werkzoekenden verwacht ROA (Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt) tot 2016 grote knelpunten in de personeelsvoorziening. Dit zijn hulpkrachten horeca en verzorging, interieurverzorgers, verzorgend personeel, verkopers en bouwvakkers. De verwachting is dus dat werkgevers voor die functies tot 2016 grote problemen in de vervulling van hun vacatures gaan ondervinden. Dit biedt kansen voor werkzoekenden (rekening houdend met onder meer regionale werkgelegenheid). Tegelijkertijd is dit een aandachtspunt voor de scholing: “Hoe kun je voldoen aan de vraag van werkgevers op de arbeidsmarkt?”.
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
11 van 14
Spanningsindicator Spanningsindicator, Holland Rijnland Q4 2011 en Q2 2012
Afbeelding
Verzorgende en dienstverlenende beroepen Transportberoepen Technische en industrieberoepen Sociaal-culturele beroepen Pedagogische beroepen Openbare orde- en veiligheidsberoepen 2012q2
Medische en paramedische beroepen
2011q4
Informatica beroepen Economisch-administratieve beroepen Agrarische beroepen Totaal 0,0
0,5
1,0
Zeer ruim
1,5
2,0
Gemiddeld
2,5
3,0
3,5
Zeer Krap
Over het geheel genomen is de arbeidsmarkt in deze regio ruim. Er is momenteel krapte op de arbeidsmarkt voor (para)medische beroepen en informaticaberoepen. Dat betekent dat hier in verhouding relatief weinig werkzoekenden beschikbaar zijn voor het aantal vacatures. Dit biedt kansen voor werkzoekenden die mogelijk niet volledig aan de functie-eisen voldoen, bijvoorbeeld door omscholing enzovoort.
Vacatureonderzoek 2011 (landelijk) Aangenomen personen naar opleidingsniveau, Vacatures in Nederland 2011
Afbeelding
70% 60%
64%
51%
50%
60%
57%
57%
46%
49%
47%
39%
40% 33%
30% 23%
38%
38%
32%
31% 25%
45%
43%
43%
31% 27% 22%
20%
17%
18%
17%
12%
11%
10%
10%
10%
5%
0%
Totaal
Overige dienstverlening
Overheid, zorg en welzijn
middelbaar opgeleid
Zakelijke dienstverlening
Horeca
Vervoer
Handel
Bouw
Industrie
Agrarische sector
laag opgeleid
hoog opgeleid
In bovenstaande afbeelding staan de resultaten weergegeven afkomstig uit een landelijk onderzoek uitgevoerd in opdracht van UWV. Daaruit is onder meer af te leiden wat de relatieve kans is om aangenomen te worden met een bepaald opleidingsniveau en leeftijd. Deze data zijn alleen beschikbaar op landelijk niveau. Kans om aangenomen te worden is voor laagopgeleiden het grootste in de agrarische sector (33%), voor middelbaar opgeleiden de sector horeca (64%) en voor hoopopgeleiden is dit de sector overige dienstverlening (60%).
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
12 van 14
Aangenomen personen naar leeftijd, Vacatures in Nederland 2011
Afbeelding 80%
69%
70%
62%
60%
55%
50% 40%
40%
37%
30%
26%
23%
21%
24%
21%
20% 10% 1%
3%
2%
3%
1%
3%
2%
1%
Totaal
Overige dienstverlening
Overheid, zorg en welzijn
55 jaar en ouder
Zakelijke dienstverlening
Horeca
Vervoer
Handel
Bouw
Industrie
Agrarische sector
Jonger dan 25 jaar
1%
0%
0%
Kans om aangenomen te worden voor personen jonger dan 25 jaar is het grootste in de sectoren horeca (69%), overige dienstverlening (62%) en de handel (55%). De laatste kolom laat zien dat het over het totaal genomen in een derde van de aangenomen personen gaat om iemand jonger dan 25 jaar. Voor 55+ is de situatie een stuk minder rooskleurig. In slechts 2% van de aangenomen personen gaat het om iemand van 55 jaar of ouder. De meest kansrijke sectoren zijn: Overheid, zorg en welzijn (3%), Vervoer (3%) en Bouw (3%).
Leerlingen in het onderwijs 2010 Afbeelding
Aantallen leerlingen in het onderwijs naar woongemeente, Holland Rijnland (bron: Regiometer) 15000
12500
10000
7500
5000
2500
0
2005
2006
2007
2008
2009
2010
wetenschappelijk onderwijs
12042
12069
12284
12277
12904
12944
hoger beroepsonderwijs
10192
10224
10401
10637
11421
11757
middelbaar beroepsonderwijs
12981
13247
13665
13507
13736
13545
wetenschappelijk onderwijs
hoger beroepsonderwijs
middelbaar beroepsonderwijs
Het totaal aantal leerlingen (ca. 38.000) is redelijk gelijk verdeeld (1/3 per niveau) over de verschillende opleidingsniveaus. Aanknopingspunten met een marktbewerkingplan biedt bijvoorbeeld inzicht in welk deel zich met welke kwalificaties op welk moment beschikbaar stelt op de arbeidsmarkt. Daarna kan bezien worden of dit voldoet aan de vraag van de werkgevers. Onderzoek naar het verkrijgen en analyseren van deze data loopt.
4. Economie CPB, CEP Voor meer informatie kijk bij Centraal Plan Bureau (CPB).
http://www.cpb.nl/persbericht/3211671/juniraming-2012-lage-economische-groei-tot-2017 Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
13 van 14
COEN Voor meer informatie kijk bij COEN van de Kamer van Koophandel.
COEN derde kwartaal 2012 Zuid-H
Bijlagen bij RMBP versie 4/MvD/7-12-2012
14 van 14
41,1
146
132
nee
ja
Kansen voor hoger niveau (Boskoop).
ja
ja
Grote werkgevers AKZO en Heineken (krimpt) in beeld. Kansen in de farmaceutisc he industrie, contacten met specialistisch uitzendburea u. Landelijk afspraken met Liander. Afvalbeheer vooral bij gemeente. Kansen voor de koppels UWV en gemeente. Grote werkgevers in de regio hebben het moeilijk.
nee
nee
88 54 Ook in Leiden wordt er gewerkt met een koppel gemeente UWV.
nee nee
F: Krimpsector, sterk Kansen voor conjunctuur gevoelig, Wajong en beperkt aandeel laag niveau. werkgelegenheid. Kansen Chauffeurs, door vergrijzing en lassers, vacaturevolume.(Landelijk elektromonte ) op middellange termijn urs. tekort aan technisch Werkgevers opgeleiden (roa). nemen Bovenregionaal elkaars meerjarige krapte op werknemers onderdelen bij technisch over. personeel. Weinig instroom van jong personeel met diploma.
ja, onder voor behoud
nee
Er is landelijk convenant in de AGF sector.
1 van 4
Metaal en Techniek onder voorbehoud ivm snelle wijzigingen op de arbeidsmarkt
ja
ja, onder Bouw onder voor behoud voorbehoud ivm snelle wijzigingen op de arbeidsmarkt
ja
We zijn actief op dit onderdeel, maar nog niet voldoende. Optie voor speerpunt
ja
opmerkingen / toelichting door ISD Bollenstreek
20,0%
Visserij bedruipt zichzelf. Landbouw veel Polen, veel tijdelijk. Veel geautomatis eerd, en uitbesteed aan Afrika. Kleine bedrijven hebben weinig personeel of familie.
65 Metaalunie/ Samen met B, C, D en E: Kenteq. Bioscience@wor Krimpsector. Kansen door In de regio k (Randstad), vergrijzing en Leiden is er proberen vacaturevolume en overleg met geschuikte aandeel werkgelegenheid. de Metaalunie kandidaten te Gunstige perspectieven over vinden voor het volgens banken. omscholing werken in deze (Landelijk) op middellange Grafici. industrie. We termijn tekort aan proberen via technisch opgeleiden nanix (roa). Vooral werknermers om laaggeschoold aanbod te scholen voor (productiemewerkers). laboratorium Breed oppakken ihkv wzheden. afstemming Onderwijs/Arbeidsmarkt. Vinger aan de pols houden;
71
Kolom362 Kolom363
ISD Bollenstreek
54
Kolom36
Zoeterwoude
11,8
Kolom35
Teylingen, zie isd
5,7%
Kolom34
Rijnwoude, zie Rijnstreek
176 54
Kolom33
Oegstgeest
0,4 0,8
Kolom32
Noordwijkerhout, zie isd
Geen
0,2% 0,4%
Kolom31
Noordwijk, zie isd
winkelpersoneel (47%)
68
Kolom30
Nieuwkoop, zie Rijnstreek
Geen
19,7
Kolom29
Lisse zie isd
1
productiepersonee l (9%); technisch & bouwpersoneel (47%); overig personeel (29%)
gemiddeld vergrijsd
G Handel
krimp (-1,4%)
gemiddeld vergrijsd
F Bouwnijverheid
9,6%
Kolom28
opmerkingen /toelichting Leiden
D Energievoorziening E Waterleidingbedrijven en afvalbeheer
0,0
Kolom27
Leiden incl. Leiderdorp
Geen
C Industrie
0,0%
Kolom26
opmerkingen /toelichting Katwijk
productiepersonee l (23%); technisch & bouwpersoneel (30%); administratief & commercieel personeel (28%)
Kolom25
Katwijk
krimp(-2,4%)
gemidd. vergrijsd
B Delfstoffenwinning
Kolom24
Kaag en Braassem, zie Rijnstreek
Tuinbouw
Kolom23
Hillegom zie isd
Scholing en arrange-menten met werkgevers
A: Krimpsector. Kansen door vergrijzing en vacaturevolume. Tuinbouw is politiek aandachtspunt SZW.
Kolom22
Alphen aan den Rijn, zie Rijnstreek
103
Kolom21
opmerkingen /toelichting Rijnstreek
124
Kolom20
Rijnstreek
4,7
Kolom19
opmerkingen /toelichting door MareGroep
2,3%
MareGroep
Geen
Kolom18
Keuze matrix/ confronta tiematrix--> keuze voor speerpunte n
UWV
agrarisch personeel (48%); productiepersonee l (11%)
gemidd. vergrijsd
krimp(-1,3%)
A Landbouw, bosbouw en visserij
Kolom17
Holland Rijnland
Conclusie en advies ---------->
input WGS
Kolom14
Toeleidingsprojecten obv regionale instrumentengids
Convenanten
Kolom15
Kolom13
Ontstane vacatures per 1.000 arbeidsplaatsen (2012Q1/2012Q2)
Landelijke, regionale en lokale convenanten
Kolom10
Ontstane vacatures per 1.000 arbeidsplaatsen (2011Q3/2011Q4)
Kolom12
Kolom9
Werkgelegenheid * 1.000
Sectoraandeel werkgelegenheid
Kolom8
Kolom7
Kolom6 Meerjarige krapte in beroepsgroepen (2010q1-2012q1; UWV)
Kansen voor werkzoekenden (vraag werkgevers) Bron: marktbreed vacatureonderzoek
Vergrijzing
Kolom4
Progn. Banengroei, UWV 2013
Kolom5
Kolom3
Deelsector
Sector SBI 2008
Kolom2
Kolom1
Arbeidsmarktkansen
Kolom16
groentraject in samenwerking met werkgevers
ja
nog niet voldoende moeten meer arrangementen worden ingezet om dit te stimuleren
ja
ja
Klussen team, SROI, nieuw project techniek/ installatie techniek. Holland Rijnland breed geschikt
we hebben het voornemen om in 2013/2014 een project op te zetten gericht op techniek (in samnwerking met werkgevers/ werkzoeken den)
3,0
94
Geen
0,8%
1,6
113
Kleding gaat nog wel, woonartikele n slecht. Kansen bij grootwinkelb edrijven voor Wajongers.
ja
Verwachte krimp. Kansen Vooral veel door groot aandeel in groothandel werkgelegenheid en nabij Alphen vacaturevolume. Gunstige aan den perspectieven volgens Rijn. banken. Veel aanbod van Contacten werkzoekenden, let op met commerciele functies. Technische Unie gelegd, daar zijn mogelijk kansen.
ja
ja
op dit moment worden hiervoor meer jongeren gevraagd. De vraag van werkgvers naar inzet van ouderen dient te worden bevorderd
ja
op lokaal niveau meubelboulevards, kleine detailisten
ja
ja
op lokaal niveau meubelboulevards, kleine detaillisten
ja
H: Verwachte krimp. Relatief klein aandeel werkgelegenheid en beperkt vacaturevolume. Kansen door vergrijzing en krapteberoepen (ROA). Gunstige perspectieven volgens banken. Tekort aan gekwalificeerd aanbod.
Er worden wel hoge eisen gesteld. Post.nl. slechte arbeidsvoor waarden, kleine uurtjes.Kans en? : onder de taxichauffeur s is veel verloop. De taxibedrijven zijn afhankelijk van gunningen/a anbesteding en. Bij NS grote actie, kansen voor technisch personeel.
nee
ja
ja
logistiek traject ontwikkelen in samenwerking met Tempo team
organiseren samen met Randstad, speeddate Keukenhof
I: Verwachte krimp. Geen vergrijzing. Seizoensafhankelijk. Gering aandeel in de werkgelegenheid. Kansen door groot vacaturevolume. Veel aanbod beschikbaar, met name laag niveau.Voorzichtige positieve perspectieven volgens banken wegens veel buitenlandse gasten.
SBB ook positief. WGSP heeft twijfels. Nader onderzoeken
nee
ja
ja
Stal-traject Holland Rijnland breed aanbieden
Linkedin banenmarkt, samen met utrecht
J: Kansen door verwachte Kansen: groei en vacaturevolume. cursussen? Krapteberoepen (ROA). Gunstige perspectieven. Vraag naar goed gekwalificeerd personeel. Specialisten.Nagaan hoe vraag en aanbod met elkaar in contact te brengen.
ja
ja
wel actief maar voor Katwijk ook een speerpunt
ja
wel actief maar voor Katwijk ook een speerpunt
86 Er is een landelijk convenant met Achmea inz Wajong . Afspraken met Conclusion over voorlichting AEGON medewerkers .
K,L,M, N: Ongunstig perspectief, verwachte krimp.Kansen door vergrijzing, aandeel werkgelegenheid en vacaturevolume. Voldoende aanbod (commercieel medewerkers en administratief personeel).
nee
56
Ongunstig perspectief zolang woningmarkt niet in beweging komt.
nee
2 van 4
ja
ja
ja
opmerkingen / toelichting door ISD Bollenstreek
1,4%
Kolom362 Kolom363
ISD Bollenstreek
Geen
Kolom36
Zoeterwoude
143
Kolom35
Teylingen, zie isd
152
Kolom34
Rijnwoude, zie Rijnstreek
4,5
Kolom33
Oegstgeest
2,2%
Kolom32
Noordwijkerhout, zie isd
Geen
Kolom31
Noordwijk, zie isd
2
192
Kolom30
Nieuwkoop, zie Rijnstreek
L Verhuur en handel in onroerend goed
kirmp (-0,6%)
174
Kolom29
Lisse zie isd
K Financiële dienstverlening
8,4
Kolom28
opmerkingen /toelichting Leiden
technisch & bouwpersoneel (14%); administratief & commericeel personeel (53%);ICT-ers (5%)
4,1%
Kolom27
Leiden incl. Leiderdorp
groei (+0,6%)
Geen
80 Sectorinitiatie ven luchthavens VIBO convenant, 16 leerwerkplekk en voor chauffeurs.
Kolom26
opmerkingen /toelichting Katwijk
J Informatie en communicatie
80
Kolom25
Katwijk
Horecapersoneel (77%)
7,6
Kolom24
Kaag en Braassem, zie Rijnstreek
lichte krimp (0,1%)
3,7%
gemidd. vergrijsd
I Horeca
laders en lossers
nb
transportpersoneel (18%); administratief & commericeel personeel (37%); ICT-ers (23%)
niet vergrijsd
krimp (-0,9%)
vergrijsd
H Vervoer en opslag
Kolom23
Hillegom zie isd
Geen
Kolom22
Alphen aan den Rijn, zie Rijnstreek
krimp (-0,3%)
Kolom21
opmerkingen /toelichting Rijnstreek
Groot handel
Verwachte krimp. Kansen door groot aandeel in regionale werkgelegenheid, vacaturevolume. Vooral kansen voor jongeren. Veel aanbod van werkzoekenden.
Kolom20
Rijnstreek
Scholing en arrange-menten met werkgevers
ja, deelnemer: HBD. Looptijd: 2008-2011. Veel Wajong convenanten: AH, C1000, Hoogvliet en Scapino.
Kolom19
opmerkingen /toelichting door MareGroep
Geen
MareGroep
krimp (-0,9%)
Kolom18
Keuze matrix/ confronta tiematrix--> keuze voor speerpunte n
UWV
Detail handel
Kolom17
Holland Rijnland
Conclusie en advies ---------->
input WGS
Kolom14
Toeleidingsprojecten obv regionale instrumentengids
Convenanten
Kolom15
Kolom13
Ontstane vacatures per 1.000 arbeidsplaatsen (2012Q1/2012Q2)
Landelijke, regionale en lokale convenanten
Kolom10
Ontstane vacatures per 1.000 arbeidsplaatsen (2011Q3/2011Q4)
Kolom12
Kolom9
Werkgelegenheid * 1.000
Sectoraandeel werkgelegenheid
Kolom8
Kolom7
Kolom6 Meerjarige krapte in beroepsgroepen (2010q1-2012q1; UWV)
Kansen voor werkzoekenden (vraag werkgevers) Bron: marktbreed vacatureonderzoek
Vergrijzing
Kolom4
Progn. Banengroei, UWV 2013
Kolom5
Kolom3
Deelsector
Sector SBI 2008
Kolom2
Kolom1
Arbeidsmarktkansen
Kolom16
Kolom34
Kolom35
Kolom36
Kolom362 Kolom363
44,0
75
72 ja, deelnemers: Regioplus en UWV. Looptijd juni 2011-juni 2012; Zorgarrange ment Haaglanden: 15 wajong, 110 WW > 1jr nivo 3 Landelijke 12.000 banenplan, betreft ook scholing zittend personeel. Project personeel kinderopvang richting zorg.
ja
ja
mogelijkheden in ja, onder Zorg' onder ondersteunende voor behoud voorbehoud functies waarbij ivm snelle weinig wijzigingen opleidingseisen op de gesteld worden. arbeidsMet name in markt ondersteuning van het gekwalificeerde personeel Vervoers medewerkers, voedingsassisten tes, etc.
1,6%
3,3
105
105
nee
ja
ondanks druk van bezuinigingen ook hier mogelijkheden voor ondersteunende functies voor laagopgeleiden
1,7%
3,6
119
132
nee
3 van 4
ja
ja
Trajecten Zorg Thuiszorg, gastvrouw, assistenten, onder steunende functies Koppels HR/kern team Zorg, SROI
ja
is in Katwijk een speerpunt
ja
ja
opmerkingen / toelichting door ISD Bollenstreek
21,6%
ISD Bollenstreek
ondanks terugggang in budget blijft er vraag naar ondersteunende functies, te denken valt aan onderhoudswerk, concierge werk en klasseassistente n
Zoeterwoude
ja
beveiliging opleiding + werkervaring, verkeersregelaars, SROI
Teylingen, zie isd
nee
ja
Ja
Rijnwoude, zie Rijnstreek
3
Kolom33
Oegstgeest
37 ja, deelnemers: UWV en VOraad. Looptijd: 2010-2012. Samenwerkin g met Perspectief scholen In samenwerkin g met ROC Leiden bekijken mogelijkheid van zij instromers.
R: Beperkt aandeel werkgelegenheid. Kansen door vacaturevolume. Culturele sector staat onderdruk van bezuinigingen. Economische situatie kan leiden tot meer binnenlandse dag/vakantiebestedingen. Aandacht voor gezonde leefstijl geeft opening op deel segment. Vooral aanbod op hbo-niveau.
Kolom32
Noordwijkerhout, zie isd
vergrijsd
S Overige dienstverlening
overig personeel (80%)
Kolom31
Noordwijk, zie isd
sterk vergrijsd
R Cultuur, sport en recreatie
Kolom30
Nieuwkoop, zie Rijnstreek
65
Q: Kansen door Kernteam bovengemiddelde groei, Zorg. vergrijzing en aandeel Kansen voor werkgelegenheid. Beperkt zijinstroom vacaturevolume. Krapte in en Wajong. bepaalde beroepen (ROA). Naar verwachting vooral groei in (ouderen)zorg. Welzijn slecht door bezuinigingen.Gevraagd niveau zorgfuncties 3,4 en 5 is hoger dan aanbod niveau 1 en 2. Op lager niveau is niveau 2 thuiszorg opstapmogelijkheid. Nietzorgfuncties nader verkennen. Aandacht voor kansen ambachtelijke zorgfuncties zoals audiciens en opticiens (ivm vergrijzing bevolking).
Kolom29
Lisse zie isd
17,0
Toeleiding boventalligen uit de kinderopvang naar de zorg.
Kolom28
opmerkingen /toelichting Leiden
sterk vergrijsd
verplegend en & doktersassi stenten;
Kolom27
Leiden incl. Leiderdorp
door jobcarving/functi ecreatie mogelijkheden voor ondersteunende functied voor lageropgeleiden
P: Verwachte krimp, beperkt aandeel werkgelegenheid en beperkt vacaturevolume. Kansen door sterke vergrijzing (vervangingsvraag). Veel kleine banen. Wel behoefte bij scholen, maar geen budget. Aanbod vooral leraren basisonderwijs. Kleine kansen.
Kolom26
opmerkingen /toelichting Katwijk
ja
8,2%
Kolom25
Katwijk
nee
Kansen: Wajong. Defensie zoekt 5 a 6.000 mensen jonger dan 30 jaar, technisch en infanterie.
Kolom24
Kaag en Braassem, zie Rijnstreek
Parkeercontroleu O: Ongunstig perspectief. r, samen met de Sterke vergrijzing kan gemeente. wellicht krimp opvangen. Beperkt aandeel werkgelegenheid en vacaturevolume. Naar verwachting zal de vraag rond 2015 weer aantrekken.
9,7
Kolom23
Hillegom zie isd
31 Ja, Wajong convenant: Ministerie Defensie Looptijd: tot 2012; DJI
4,7%
Alphen aan den Rijn, zie Rijnstreek
31
62
bovengemidd. groei (+2,8%)
opmerkingen /toelichting Rijnstreek
met name dagschoonmaak geschikt werk voor laagopgeleiden
7,8
Q Gezondheids- en welzijnszorg
Rijnstreek
ja
3,8%
Geen
opmerkingen /toelichting door MareGroep
UWV nee
Geen
krimp (-0,6%)
MareGroep
Scholing en arrange-menten met werkgevers
Deelsector Schoonmaak: kleine banen, lastige tijden, wel verloop, vervangingsvraag. Kansen: aanbesteding thuiszorg en schoonmaak op basis van social return afspraken. Deelsector Beveiliging: wel vraag maar geen geld bij werkgevers om op te leiden.
N Verhuur en overige zakelijke diensten
114 Aegon/CNV Wajong; Achmea alle doelgroepen.
Kolom22
Keuze matrix/ confronta tiematrix--> keuze voor speerpunte n
organiseren speeddates voor een aantal aanbieders van verkeersdiensten (regelaars). Samen met UB Rensie, is een Flexpool opgericht met als doel Nederlandse werknemers te plaatsen op plekken, waar nu veel werknemers uit Oost Europa werkzaam zijn.
119
P Onderwijs
Kolom21
60
16,6
Geen
Kolom20
nee
8,1%
Verzorgend & (para)medisch personeel (37%); onderwijzend personeel (8%); sociaal maatschappelijk personeel (4%)
Kolom19
Schoonmaa L en M: Diversiteit van k: kleine aanbod en vraag naar banen, niveau en aard. lastige tijden, Uitzendbranche daalt (daling aantal uitzenduren, wel verloop, ABU). vervangingsv raag. Kansen: aanbestedin g thuiszorg. Beveiliging: wel vraag maar geen geld om op te leiden.
Geen
sterke krimp (3,8%)
Kolom18
Speeddate georganiseerd samen met Adecco voor tijdelijk personeel, die de overstap van verzekering per januari moeten begeleiden
M Specialistische zakelijke diensten
O Openbaar bestuur en overheidsdiensten
Kolom17
Holland Rijnland
Conclusie en advies ---------->
input WGS
Kolom14
Toeleidingsprojecten obv regionale instrumentengids
Convenanten
Kolom15
Kolom13
Ontstane vacatures per 1.000 arbeidsplaatsen (2012Q1/2012Q2)
Landelijke, regionale en lokale convenanten
Kolom10
Ontstane vacatures per 1.000 arbeidsplaatsen (2011Q3/2011Q4)
Kolom12
Kolom9
Werkgelegenheid * 1.000
Sectoraandeel werkgelegenheid
Kolom8
Kolom7
Kolom6 Meerjarige krapte in beroepsgroepen (2010q1-2012q1; UWV)
Kansen voor werkzoekenden (vraag werkgevers) Bron: marktbreed vacatureonderzoek
Vergrijzing
Kolom4
Progn. Banengroei, UWV 2013
Kolom5
Kolom3
Deelsector
Sector SBI 2008
Kolom2
Kolom1
Arbeidsmarktkansen
Kolom16
opmerkingen / toelichting door ISD Bollenstreek ISD Bollenstreek
Zoeterwoude
Teylingen, zie isd
Rijnwoude, zie Rijnstreek
Oegstgeest
Noordwijkerhout, zie isd
Noordwijk, zie isd
Nieuwkoop, zie Rijnstreek
meer behoefte aan vraag naar laag geschoold administratief werk
Lisse zie isd
ja
opmerkingen /toelichting Leiden
input ba
Leiden incl. Leiderdorp
ja Sectoroverschrijdende speerpunt(en) ------------>
opmerkingen /toelichting Katwijk
Katwijk
Kaag en Braassem, zie Rijnstreek
Hillegom zie isd
Alphen aan den Rijn, zie Rijnstreek
opmerkingen /toelichting Rijnstreek
meer behoefte aan vraag naar laag geschoolde techniek
Administratief personeel
Rijnstreek
opmerkingen /toelichting door MareGroep
MareGroep
UWV
Holland Rijnland
Conclusie en advies ---------->
input WGS
Kolom14
Toeleidingsprojecten obv regionale instrumentengids
Kolom15
Kolom13
Ontstane vacatures per 1.000 arbeidsplaatsen (2012Q1/2012Q2)
Landelijke, regionale en lokale convenanten
Kolom10
Ontstane vacatures per 1.000 arbeidsplaatsen (2011Q3/2011Q4)
Kolom12
Kolom9
Sectoraandeel werkgelegenheid
Werkgelegenheid * 1.000
Kolom7
Meerjarige krapte in beroepsgroepen (2010q1-2012q1; UWV)
Kolom8
Kolom6
Kansen voor werkzoekenden (vraag werkgevers) Bron: marktbreed vacatureonderzoek
Vergrijzing
Kolom4
Progn. Banengroei, UWV 2013
Kolom5
Kolom3
Deelsector
Sector SBI 2008
zie opmerking bij C ja Holland Rijnland arrange ment ontwikkelen met werkgevers in de techniek ja
ja ja
Technisch personeel
Keuze matrix/ confronta tiematrix--> keuze voor speerpunte n
Kolom2
Kolom1
Scholing en arrange-menten met werkgevers Convenanten Arbeidsmarktkansen
4 van 4 4
>89 >10% GROEI KRIMP
89 92 206,0 100,0%
Club van 1000 werkgevers die wajonger in dienst willen nemen. Gemiddelde krimp (-0,2%) T Alle economische activiteiten
Kolom362 Kolom363 Kolom36 Kolom35 Kolom34 Kolom33 Kolom32 Kolom31 Kolom30 Kolom29 Kolom28 Kolom27 Kolom26 Kolom25 Kolom24 Kolom23 Kolom22 Kolom21 Kolom20 Kolom18
Kolom19 Kolom17 Kolom16
Arbeidsmarktregio Holland Rijnland MINDER STERKE STIJGING WW-RECHTEN IN HOLLAND RIJNLAND Het aantal geregisterde niet-werkende werkzoekenden is iets sterker dan in Nederland. ‘Studeren loont’: de relatieve situatie op de arbeidsmarkt is minder slecht naar mate het opleidingsniveau hoger is. Het aantal lopende WW-uitkeringen in de arbeidsmarktregio Holland Rijnland is per maart 2013 met 10% minder sterk gestegen dan landelijk ten opzichte van eind 2012. In Nederland steeg het aantal lopende WW-uitkeringen 12%. Holland Rijnland telt nu 8.850 lopende WW-uitkeringen en Nederland 379.700. De stijging van het aantal geregistreerde niet-werkende werkzoekenden in de regio met 13% is een fractie groter dan de landelijke stijging (11%). Op dit moment telt Holland Rijnland 13.500 geregistreerde niet-werkende werkzoekenden. Lichtpuntjes Economische groei wordt voor 2013 niet verwacht. Het aantal werkzoekenden zal in 2013 naar verwachting in Holland Rijnland nog fors toenemen. Het aantal banen en ontstane vacatures zal dit jaar landelijk dalen. 1 Het kabinet heeft extra middelen uitgetrokken om de jeugdwerkloosheid aan te pakken. Ook is geld beschikbaar om meer ouderen aan de slag te helpen. De samenwerking met uitzendbureaus is verstevigd. Zij vormen een belangrijk kanaal voor werkvinders. Seizoensinvloeden Het aandeel uitstroomreden werk in de beëindigde WW-uitkeringen is in het eerste kwartaal 2013 met 54% hoger dan in het kwartaal ervoor (47%). Een opverend aandeel werkvinders is aan het begin van het jaar gebruikelijk. In enkele sectoren trekt de vraag naar personeel aan door seizoensarbeid (tuinbouw, horeca en recreatiesector). Dit schept kansen voor onder meer jongeren. Vanuit de sector landbouw & visserij en vanuit de horeca is in het eerste kwartaal 2013 sprake van een lichte daling van het aantal lopende WW-uitkeringen in Haaglanden. Relatieve arbeidsmarktsituatie Het nww-percentage in Holland Rijnland (5,4%) ligt onder het landelijk nww-percentage (8,1%). Het nww-percentage voor Leiden is met ruim 7% het hoogst in de regio. Verder valt de toename op van het aantal nieuwe vacatures in de eerste drie maanden van 2013 (+8%) in vergelijking met Nederland (+1%). In Holland Rijnland doet zich in het eerste kwartaal 2013 ten opzichte vooral een toename voor van vacatures voor de beroepsgroepen commercieel employés, boekhouders & secretaresses en systeemanalisten. Anderzijds daalde de vraag naar productieplanners fors. Jongeren, ouderen en ongeschoolden De lopende WW-uitkeringen stijgen met 17% ten opzichte van vorig kwartaal in de categorie jongeren tot 27 jaar(+96 jongeren). Hiermee is dit de grootste procentuele toename in het aantal ww-uitkeringen per leeftijdsklasse in Holland Rijnland. Hetzelfde is het geval bij de jongeren in het bestand geregistreerde niet-werkende werkzoekenden. Daar neemt het aantal jongeren toe met 16% (+220 jongeren). In Holland Rijnland is het aantal lopende WW-uitkeringen aan ouderen in het eerste kwartaal 2013 toegenomen met 8% (+193 personen) en het aantal geregistreerde nietwerkende werkzoekende ouderen met 10% (+288 personen). Ouderen komen doorgaans moeilijker opnieuw aan de slag als ze hun baan verliezen. Zij hebben zowel bij de lopende WW-rechten als in het bestand geregistreerde niet-werkende werkzoekenden een hoger aandeel dan jongeren. 1
UWV Landelijke Arbeidsmarktprognose 2013, Update, januari 2013, pgs. 4, 7 en 11.
De hoogste opleidingsniveaus hebben relatief lage nww-percentages. 2 Het aantal ongeschoolde niet-werkende werkzoekenden is dit kwartaal toegenomen met ‘slechts’ 8% tot bijna 3.100 personen. Het nww-percentage voor ongeschoolden is meer dan het tienvoudige van het nww-percentage voor academici (landelijk 38% versus 3,4%). Dit verschil duidt erop dat doorleren loont. Ongeschoolden vormen ruim een kwart van het bestand niet-werkende werkzoekenden en academici met ruim 1.100 personen 8%. Nww-percentage gemeenten Holland Rijnland (maart 2013) Zoeterwoude Katwijk Teylingen Rijnwoude Noordwijkerhout Oegstgeest Nieuwkoop Noordwijk Kaag en Braassem Lisse Arbeidsmarktregio Holland Rijnland Leiderdorp Hillegom Alphen aan den Rijn Boskoop Leiden Nederland 0%
1%
2%
3%
4%
5%
6%
7%
8%
9%
Noot voor redactie: In dit persbericht wordt gebruik gemaakt van cijfers over de werkloosheidsuitkeringen (WW) van UWV. Dit is in lijn met het gezamenlijke landelijke persbericht van CBS en UWV. Het aantal WW-uitkeringen heeft betrekking op ontslagwerkloosheid. De WWcijfers geven derhalve een goed beeld van de dynamiek op de arbeidsmarkt. Voor meer informatie over de arbeidsmarktcijfers in arbeidsmarktregio Holland Rijnland kunt u contact opnemen met de communicatieadviseur voor district Den Haag/Leiden, mevrouw Anne-Fleur de Vries: tel. 06-11 03 61 86;
[email protected] . Toelichting op gebruikte begrippen: De arbeidsmarktregio Holland Rijnland Het gebied met de gemeenten: Alphen aan den Rijn, Boskoop, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen en Zoeterwoude. Beroepsbevolking
2
Nieuwsflits Arbeidsmarkt, Maart 2013, pg. 13.
De beroepsbevolking omvat iedereen van 15 tot 65 jaar die 12 uur of meer per week werkt (werkzame beroepsbevolking) en iedereen die wil en kan werken en actief op zoek is naar werk voor 12 uur of meer per week (werkloze beroepsbevolking). Niet-werkende werkzoekenden Een niet-werkende werkzoekende (nww) is een bij UWV ingeschreven werkzoekende zonder werk of minder dan 12 uur per week werkzaam. Nww-percentage De niet-werkende werkzoekenden uitgedrukt als percentage van de beroepsbevolking. Geen Startkwalificatie De groep zonder startkwalificatie omvat personen met als hoogste afgeronde opleiding basisonderwijs, vmbo/mavo of mbo 1.
Lopende ww-uitkeringen totaal, naar leeftijdsklasse en herkomstsector per einde maart 2013 in AM Holland Rijnland
afbeelding 1 AM Holland Rijnland Lopende ww-uitkeringen
Stand 2012 december
2013 maart
2012 maart
Abs. verschil t.o.v. 2012 2012 maart december
Proc. Verschil t.o.v. 2012 2012 maart december
Aandelen 2013 maart 2012 maart
Totaal
8.857
8.046
6.987
811
1.870
10%
27%
100%
100%
leeftijdsklassen < 27 jaar 27 tot 50 jaar 50 tot 55 jaar >= 55 jaar
667 4.413 1.307 2.470
571 3.998 1.200 2.277
480 3.437 1.050 2.020
96 415 107 193
187 976 257 450
17% 10% 9% 8%
39% 28% 24% 22%
8% 50% 15% 28%
7% 49% 15% 29%
herkomstsectoren Landbouw en visserij Industrie, delfstoffen, nut Bouwnijverheid Handel Horeca Vervoer en opslag Financiële en zakelijke dienstverlening (incl. Openbaar bestuur en overheidsdiensten Onderwijs Gezondheidszorg, welzijn en cultuur
187 1.002 602 1.803 319 341 2.949 103 363 1.177
191 954 487 1.637 324 341 2.623 87 369 1.025
169 827 353 1.453 250 308 2.384 105 298 835
-4 48 115 166 -5 0 326 16 -6 152
18 175 249 350 69 33 565 -2 65 342
-2% 5% 24% 10% -2% 0% 12% 18% -2% 15%
11% 21% 71% 24% 28% 11% 24% -2% 22% 41%
2% 11% 7% 20% 4% 4% 33% 1% 4% 13%
2% 12% 5% 21% 4% 4% 34% 2% 4% 12%
Nieuwe ww-uitkeringen totaal en naar herkomstsector per einde maart 2013 in AM Holland Rijnland
afbeelding 2 AM Holland Rijnland Nieuwe ww-uitkeringen
2013 maart
Totaal herkomstsectoren Landbouw en visserij Industrie, delfstoffen en nut Bouwnijverheid Handel Horeca Vervoer en opslag Financiële en zakelijke dienstverlening (incl. Openbaar bestuur en overheidsdiensten Onderwijs Gezondheidszorg, welzijn en cultuur
Stand 2012 december
Aandelen 2013 maart 2012 maart
992
996
47
43
5%
4%
100%
100%
22 90 71 243 44 43 355 10 28 131
22 106 109 200 53 54 306 3 25 112
21 99 50 224 55 47 347 15 36 102
0 -16 -38 43 -9 -11 49 7 3 19
1 -9 21 19 -11 -4 8 -5 -8 29
0% -15% -35% 22% -17% -20% 16% 233% 12% 17%
5% -9% 42% 8% -20% -9% 2% -33% -22% 28%
2% 9% 7% 23% 4% 4% 34% 1% 3% 13%
2% 10% 5% 22% 6% 5% 35% 2% 4% 10%
2013 maart 1.143
AM Holland Rijnland Niet-werkende werkzoekenden (nww)
Proc. Verschil t.o.v. 2012 2012 maart december
Beeindigde ww-uitkeringen totaal in maart 2013 in AM Holland Rijnland
Totaal
afbeelding 4
Abs. verschil t.o.v. 2012 2012 maart december
1.039
afbeelding 3 AM Holland Rijnland Beeindigde ww-uitkeringen
2012 maart
Stand 2012 december 667
2012 maart 1.089
Abs. verschil t.o.v. 2012 2012 maart december 476 54
Proc. Verschil t.o.v. 2012 2012 maart december 71% 5%
Aandelen 2013 maart 2012 maart 100%
100%
Geregistreerde niet-werkende werkzoekenden (nww) bij UWV totaal, naar leeftijdsklasse en beroepsgroep per einde maart 2013 in AM Holland Rijnland 2013 maart
Totaal
Stand 2012 december
2012 maart
Abs. verschil t.o.v. 2012 2012 maart december
Proc. Verschil t.o.v. 2012 2012 maart december
Aandelen 2013 maart 2012 maart
13.493
11.985
9.963
1.508
3.530
13%
35%
100%
100%
leeftijdsklassen < 27 jaar 27 tot 50 jaar 50 tot 55 jaar >= 55 jaar
1.603 7.040 1.762 3.088
1.383 6.213 1.589 2.800
934 5.113 1.417 2.499
220 827 173 288
669 1.927 345 589
16% 13% 11% 10%
72% 38% 24% 24%
12% 52% 13% 23%
9% 51% 14% 25%
beroepsgroepen Agrarische beroepen Economisch-administratieve beroepen Informatica beroepen Medische en paramedische beroepen Openbare orde- en veiligheidsberoepen Pedagogische beroepen Sociaal-culturele beroepen Technische en industrieberoepen Transportberoepen Verzorgende en dienstverlenende beroepen
320 3.727 349 305 192 325 860 3.418 1.105 2.879
339 3.222 299 273 155 302 732 2.983 1.020 2.469
255 2.643 252 231 117 246 580 2.508 924 2.129
-19 505 50 32 37 23 128 435 85 410
65 1.084 97 74 75 79 280 910 181 750
-6% 16% 17% 12% 24% 8% 17% 15% 8% 17%
25% 41% 38% 32% 64% 32% 48% 36% 20% 35%
2% 28% 3% 2% 1% 2% 6% 25% 8% 21%
3% 27% 3% 2% 1% 2% 6% 25% 9% 21%
opleidingsniveaus Geen Startkwalificatie Basisonderwijs VMBO MBO1/algm Havo/vwo/mbo2/4 Mbo-2 Mbo-3 Mbo-4 Havo/vwo Hoogopgeleid Hbo/bachelor Wo/master
6.642 3.094 2.301 1.247 4.028 1.010 908 1.369 741 2.823 1.710 1.113
6.089 2.876 2.068 1.145 3.481 900 777 1.170 634 2.415 1.467 948
5.453 2.619 1.834 1.000 2.615 690 571 809 545 1.895 1.133 762
553 218 233 102 547 110 131 199 107 408 243 165
1.189 475 467 247 1.413 320 337 560 196 928 577 351
9% 8% 11% 9% 16% 12% 17% 17% 17% 17% 17% 17%
22% 18% 25% 25% 54% 46% 59% 69% 36% 49% 51% 46%
49% 23% 17% 9% 30% 7% 7% 10% 5% 21% 13% 8%
55% 26% 18% 10% 26% 7% 6% 8% 5% 19% 11% 8%
afbeelding 5
Nieuwe ww-uitkeringen gedurende het jaar naar leeftijdsklasse en herkomstsector tot en met maart in AM Holland Rijnland en beeindigde ww-uitkeringen over dezelfde periode
Totaal nieuwe en beeindigde ww-uitkeringen t/m maart AM Holland Rijnland Totaal Bron: UWV, afdeling Arbeidsmarktinformatie en advies
Nieuwe ww-uitkeringen gedurende het jaar januari t/m maart 2013 2012 %verschil Aandeel 2013 3.834
3.212
19%
100% Totaal
Beeindigde ww-uitkeringen gedurende het jaar januari t/m maart 2013 2012 %verschil Aandeel 2013 3.023
2.650
14%
100%
In Holland Rijnland werken samen:
t..Joei ((o~t
tot v'
Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude
Aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp Postbus 35 2350 AA LEIDERDORP
,..:.,!,.._• •
•
'
1~ ~lAART 2013 VERZONDEN
Leiden: 4 maart 2013 Kenmerk: UIT-13-01618
Contact: H. Stapper Telefoon: (071) 523 90 41 E-mail: [e-mailadres] Bijlage:-
Onderwerp: REG-advies over kringloopwinkel aan de Lijnbaan 1
Geacht college, Op 11 december 2011 heeft u het Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland, als zijnde de Stuurgroep REO, per brief gevraagd positief te adviseren met betrekking tot de vestiging van een kringloopwinkel op het adres Lijnbaan 1 (bedrijventerrein de Baanderij) in Leiderdorp. Het Dagelijks Bestuur heeft op 31 januari 2013 uw adv iesaanvraag besproken en ter advisering voorgelegd aan het Portefeuillehoudersoverleg Economische zaken. Op 13 februari heeft dit portefeuillehoudersoverleg het Dagelijks Bestuur geadviseerd een positief advies af te geven. Als Dagelijks Bestuur hebben wij dit advies overgenomen en laten u weten geen bezwaar te hebben tegen de vestiging van deze kringloopwinkel onder voorbehoud dat de verkoop van meubels en andere grote artikelen minimaal 90% van de beschikbare ruimte in m 2 bruto vloeroppervlak moet beslaan.
Hoogachtend, het Dagelijks Bestuur Holland Rijn~d, d ~ ~ecr~,
R. van Netten
~...4/'.fé nferink
e.c.: leden va n het Portefeuii!.9'UOEffjSOVerleg t:conomische Zaken
Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
[email protected]
Schuttersveld 9, 2316 XG Leiden
www.hollandrijnland.net
Postbus 558, 2300 AN Lelden Telefoon (071) 523 90 90
BNG 28.51.13.992
- ·-·--------·--~.:--:-----.~--~~---- - r-.;::.",,"_,_..,_....:::::......c..:...·...:...~-- ..:-·..;_-___ -
-
·----.. ------.: . .-...-~...---.,-."':..";... =
In Holland Rijnland w erken samen:
tot f1toei ((ol\'lt
Alphen aan den Rijn, Hillegom, Ka ag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwij kerhout, Oegstgeest, Rij nwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude
Aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp Postbus 35 2350 AA LEIDERDORP
Leiden: 4 maart 2013 Kenmerk: UIT-13-01615
Contact: H. Stapper Telefoon: (071) 523 90 41 E-mail: [e-mailadres] Bijlage:-
Onderwerp: REO-advies over vestiging van Action en Xenos op de Baanderij
Geacht college, Op 7 januari 2012 heeft u het Dagelijks Bestuur va n Holland Rijnland, als zijnde de Stuurgroep REO, per brief gevraagd positief te adviseren met betrekking tot de vestiging van: a. een Action op het adres Vlasbaan 3 en b. een Xenos op het ad res Zijlbaan26 Beide panden st aa n op h et bed rijve nterrein de Baa nderij. Het Dagelijks Bestuur heeft op 31 j a nuari 2013 uw adviesaa nvraag besproken en ter advisering voorgelegd aan het portef euillehoudersove rleg Econom ische zaken. Tijdens dit portefeuillehoudersoverleg heeft uw wethouder Economische zak en, de heer Zilverentant, ter aa nvulling gemeld, d at het om een tijd elijke vestiging gaat, vooruitlopend op het beschikbaar komen van ruimte in winkelcentrum Winkelhof. Met inacht neming van het feit dat het om tijdelijke vestiging gaat en ond er voorbehoud dat de gep lande uitbreiding van de Winkelhof ook daadwerkelijk wordt gerealiseerd en beide winkels ook daadwerkelijk naar de Winke lhof zullen verhuizen, heeft het portefeuillehoudersoverl eg Econ om ische zaken het Dagelijks Bestuur geadviseerd een positief advies af te geven. Als Dagelijks Bestuur hebben wij dit adv ies niet overgenomen. Wij zijn van mening dat deze winkels een grote aantrekkingskracht hebben op de consume nt en daarom primair gevestigd dienen te worden in een regulier winkelcentrum . Ook leegstand op een bedrijventerrein zien wij niet als een arg ument om af te wijken van het bestaande reg ionale en provinciale deta ilhandelsbeleid. Pas wanneer er daadwerkelijk uitzicht is op uitbreiding va n winkelcentrum Winkelhof en de t ijdelijkhe id wordt gegarandeerd, kunnen wij ee n positief advies geven .
Samenwerkin gsorgaan Holland Rij nland Schutter sveld 9, 23 16 XG Leid en Postbus 558, 2300 AN Leide n Telefoon (071) 523 90 9 0
info@hollandrij nland. net www . hollandrijn land . net BNG 28.51.13.992
Wij ontvangen dan ook graag een schriftelijke toezegging waarin staat dat beide winkels (Xenos en Action) een tijdelijke vergunning krijgen (5 jaar) op voorwaarde dat zij naar de Winkelhof dienen te verhuizen zodra de uitbreiding van dit winkelcentrum gerea liseerd is.
Hoogachtend, het Dagelijks Bestuur Holland Rijnland, de ~e~etarls,~
R. va'n Netten
~J. Lenferink
e.c.: leden van het Portefeuillehoudersoverleg Economische za ken
2
Concept - BESLUITENLIJST (conceptversie 2.1) vergadering portefeuillehoudersoverleg Economische Zaken d.d. 13 februari 2013 Aanwezigen portefeuillehouders Economische Zaken: gemeente Alphen aan den Rijn: de heer T. Hoekstra gemeente Hillegom: de heer A.Th. van Rijnberk gemeente Kaag en Braassem: de heer A.J.M van Velzen gemeente Katwijk de heer I.G. Mostert (1e helft) gemeente Katwijk de heer D.C.W. Binnendijk (2e helft) de heer R. Strijk gemeente Leiden: gemeente Leiderdorp: de heer H.L. Zilverentant gemeente Lisse: de heer B.H.C Brekelmans gemeente Nieuwkoop: gemeente Noordwijk: gemeente Noordwijkerhout: de heer J.C.F. Knapp gemeente Oegstgeest:
gemeente Rijnwoude: gemeente Teylingen: gemeente Voorschoten: gemeente Zoeterwoude: Holland Rijnland:
de heer F.V. Ketel de heer L.J.P. v.d. Zon mevrouw I.C.J. Adema - Nieuwenhuizen mevrouw M.H.J.C. Ates-Snijdewind de heer J.B. Uit den Boogaard (voorzitter)
Holland Rijnland: Holland Rijnland: Holland Rijnland: Holland Rijnland: Heineken: Dutch Space/SpaceNed
de de de de de de
heer heer heer heer heer heer
H. Stapper (secretaris) S. Bremmer (verslag) R. Sturm J. Ververs J. Kempers (agendapunt 4) G. Mennenga (agendapunt 4)
M.k.g. afwezig: mevrouw T. Veninga, mevrouw Haanstra, gemeente Noordwijk PHO ECONOMISCHE ZAKEN 01 02
Opening, welkom en vaststelling van de agenda Mededelingen, ingekomen stukken en uitgaande brieven Mededelingen M.1 Afmeldingen M.2 Stand van zaken afhandeling zienswijzen PSV (PS 31 januari) M.3 Stand van zaken Kwalitatieve confrontatie vraagaanbod bedrijventerreinen M4. Stand van zaken Onderzoek alternatieve locaties Oostvlietpolder
M.1 Afmeldingen van mevrouw Haanstra en mevrouw Veninga. Voor de heer de Lange is er nog geen vervanger M.2 De PDV-locatie noordelijke Bollenstreek blijft vooralsnog als zoeklocatie op de kaart staan. Er moet een onderbouwing komen om deze locatie op de kaart te houden. Hier wordt in overleg met de gemeente Lisse naar gekeken. De wens van Holland Rijnland om winkels kleiner dan 1000 m2 op woonboulevards toe te staan is niet gehonoreerd. M.3 Opdracht is verleend aan de Stec groep. Er is een ambtelijke projectgroep en bestuurlijke klankbordgroep gevormd. Van een twintigtal bedrijventerreinen wordt een EER (Economische Effectrapportage) gemaakt. Deze lijst is voorgelegd aan de gemeenten voor akkoord.
De voorzitter roept de portefeuillehouders op om binnen de eigen organisatie te zorgen dat deze gegevens tijdig worden aangeleverd. In het in het extra PHO van 17 april worden de eerste resultaten getoond. De planning is om de werkzaamheden nog voor de zomer af te ronden. M.4 Een aantal locaties wordt door een extern bureau beoordeeld op eventuele geschiktheid als alternatief voor de Oostvlietpolder. Het eindrapport wordt 8 april voorgelegd aan Gedeputeerde Staten, Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland en betreffende gemeenten. Behandeling in het Portefeuillehoudersoverleg Economische Zaken / Ruimte vindt plaats op 15 mei. M5. Extra mededeling #Kracht 15. Momenteel wordt in het kader van #kracht 15 (positionering en profilering) onder leiding van Professor Oedzge Atzema van de Universiteit Utrecht een onderzoek uitgevoerd naar de economische kracht van de regio Holland Rijnland. Op subregionaal en clusterniveau lopen verschillende trajecten. De belangrijkste zijn Economie 071, de kracht van het Groene Hart en de economische agenda Greenport Duin- en Bollenstreek. De betrokken portefeuillehouders (de heer Strijk, de heer Hoekstra en de heer van der Zon) zeggen toe in het volgende portefeuillehouderoverleg een toelichting te geven op deze trajecten. M.6 De heer Strijk meldt dat de grote steden in de Zuidvleugel, de provincie Zuid-Holland en het ministerie van Economische Zaken een Regionale Ontwikkelings Maatschappij (ROM) willen opzetten voor de sectoren Cleantech, Life Sciences en Security. Onderdeel van de ROM is een participatiefonds van 100 miljoen euro waarmee risicodragend geïnvesteerd kan worden in innovatie bedrijven. 03 04
Conceptbesluitenlijst PHO EZ 14 november 2012 Regionale Topsectorenbeleid
Ter vaststelling
De besluitenlijst wordt ongewijzigd vastgesteld
Kennis te nemen van de presentatie van de heer Kempers over de duurzaamheidambities van Heineken in relatie tot het programma Holland Rijn-
De heer Uit Boogaard meldt dat het programma BioBased Economy en het Holland Space cluster wordt voorgelegd in het AB van 27 maart. De conceptversie van deze voorstellen wordt via de mail aan de portefeuillehouders toegestuurd.
Conceptbesluitenlijst Portefeuillehoudersoverleg Economische zaken d.d. 13 februari 2013
2
land Biobased en de presentatie van de heer Mennenga (SpaceNED) over het Holland Space Cluster. Hierover vervolgens een richtinggevende discussie te voeren.
De heer Hoekstra meldt dat BioBased Economy een belangrijk thema is in het traject kracht van het Groene Hart. Hier liggen ook kansen in relatie tot Heineken. De relatie met de ‘Leidse’ BioBased Economy thema’s lijkt er minder te zijn. Mevrouw Ates-Snijdewind meldt dat de gemeente Zoeterwoude bedenkingen heeft omdat de BioBased Economy niet binnen de gemeenschappelijke regeling valt. De heer Uit den Boogaard geeft aan dat hij wel mogelijkheden ziet binnen de gemeenschappelijke regeling en meldt dat hij hier in het AB voorstel van 27 maart op terug komt.
05
Detailhandelsbeleid a. Afronding regionaal PDVbeleid b. Adviesaanvraag vestiging Kringloopwinkel op de Baanderij c. Adviesaanvraag vestiging Action en Xenos op de Baanderij
a. Voorstel: Het Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland positief te adviseren over de volgende punten: 1. In aansluiting op het eerder vastgesteld rapport "Strategie voor detailhandel op perifere locaties in Holland Rijnland” de clusters voor perifere detailhandel (of PDV-clusters) in Holland Rijnland te versterken door: a. Vestiging van kleinere speciaalzaken (< 1.000 m² bvo) binnen het thema woninginrichting toe te laten; b. Vestiging of substantiële uitbreiding van perifere detailhandel niet toe te staan buiten deze clusters, tenzij het winkels met primair een lokaal verzorgingsgebied betreft en al in de gemeente zijn gevestigd; c. Winkels in volumineuze artikelen en winkels in de sectoren Hobby, Sport & Spel en Bruin- en witgoed,
Conceptbesluitenlijst Portefeuillehoudersoverleg Economische zaken d.d. 13 februari 2013
a. De standpunten van de verschillende gemeenten lopen uiteen. Sommige gemeenten pleiten voor scherpere afspraken terwijl andere pleiten voor meer ruimere afspraken. De verschillende punten worden in stemming gebracht 1. a. Alle gemeenten stemmen in b. Gemeenten Leiderdorp, Oegstgeest (per e-mail) en Voorschoten stemmen tegen. De andere gemeenten stemmen in. c. Alle gemeenten stemmen in mits, de gekozen categorieën nader gespecificeerd worden. Om te beoordelen wanneer er in de bestaande winkelcentra geen ruimte is, wordt gebruik gemaakt van de ladder voor duurzame verstedelijking. 2. Akkoord met voorstel b. Portefeuillehouders gaan akkoord met voorstel c. Portefeuillehouders gaan akkoord met voorstel. De heer Zilverentant pleit - nu een definitieve vestiging van Action en Xenos niet op steun kan rekenen - voor een tijdelijke vergunning voor Action en Xenos. Argumenten hiervoor zijn er geen ruimte is voor deze winkels in de Winkelhof en de winkels al vestingen hebben in omliggende gemeenten, waardoor van concurrentie met andere winkelcentra geen sprake is. De heer Zilverentant meldt dat de winkelhof in
3
die groter zijn dan 1000 m² bvo, maar formeel buiten de definitie van de provinciale verordening vallen, toe te laten indien er in de bestaande winkelcentra geen geschikte ruimte is.
Leiderdorp werkt aan uitbreidingsplannen waardoor de Action en Xenos op termijn zich wel kunnen vestigen in de Winkelhof. Een kleine meerderheid kan zich vinden in een tijdelijke vergunning mits er duidelijke afspraken worden gemaakt over de daadwerkelijk verhuizing naar de Winkelhof. Het Dagelijks Bestuur zal hierover een standpunt innemen.
2. De procedure met betrekking tot de beoordeling van aanvragen in overeenstemming te brengen met de beslispunten 1a tot en met 1c. b. Voorstel: Het Dagelijks Bestuur te adviseren een positief REO-advies te geven met betrekking tot de vestiging van een kringloopwinkel op de Baanderij onder voorwaarde dat het vooral gaat om de verkoop van meubels. c. Voorstel: Het Dagelijks Bestuur te adviseren een negatief REO-advies te geven met betrekking tot de vestiging van een Action en Xenos op de Baanderij. 06
07
Uitvoering bedrijventerreinenstrategie a. Voortgang Pilot-projecten b. Voortgang / evaluatie EVA c. Voortzetting werkzaamheden procesmanager
Toelichting door de heer Rob Sturm: a. Vijf van de zeven pilotprojecten lopen goed. Het boeken van kwantitatieve ruimtewinst boeken blijkt lastig te zijn. b. Het project EVA is met aangesloten gemeenten geëvalueerd. Er wordt een voorstel voor het vervolg gemaakt, waarbij ook gekeken wordt welke aspecten van het systeem Steenworp uit Haaglanden gebruikt kunnen worden. c. De voorzitter meldt dat het contract met Rob Sturm is verlengd tot 1 juni 2014
Rondvraag en sluiting
Conceptbesluitenlijst Portefeuillehoudersoverleg Economische zaken d.d. 13 februari 2013
4
Volgende vergadering Portefeuillehoudersoverleg Economische zaken: 17 april gemeentehuis Rijnwoude Actiepuntenlijst portefeuillehoudersoverleg economische zaken
nr.
PHO EZ
Onderwerp
Gereed
Wie?
1.
13-022013
Toelichting en afstemming over Economie 071, Kracht van het Groene Hart en Economische agenda Greenport Duin- en Bollenstreek
17-04-2013
De heren Strijk, van der Zon en Hoekstra.
Conceptbesluitenlijst Portefeuillehoudersoverleg Economische zaken d.d. 13 februari 2013
5
In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude
Oplegvel 1.
Onderwerp
Programma Holland Space Cluster
2.
Rol van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
3.
Regionaal belang
Basistaak Efficiencytaak x Platformtaak volgens Dagelijks Bestuur Platformtaak volgens gemeente Het programma Holland Space Cluster is van belang voor behoud en groei van werkgelegenheid en de ontwikkeling van de kenniseconomie in de regio.
4.
Behandelschema:
DB Colleges PHO DB Gemeenteraad DB AB Gemeenteraad 5.
Advies PHO
Datum: Informerend
Datum: Adviserend
Datum: Besluitvormend
13 februari en 15 mei 23 mei 26 juni In het PHO van 13 februari is een presentatie gehouden door dhr. Mennenga van Dutch Space en tevens bestuurslid van SpaceNed (brancheorganisatie ruimtevaartbedrijvigheid) over het Holland Space Cluster PM Advies PHO 15 mei
6.
Reden afwijking eerdere besluitvorming en wijze afwijken
Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
[email protected]
Schuttersveld 9, 2316 XG Leiden
www.hollandrijnland.net
Postbus 558, 2300 AN Leiden Telefoon (071) 523 90 90
BNG 28.51.13.992
7.
Essentie van het voorstel (annotatie zoals op agenda staat)
Beslispunten: 1. Kennis te nemen van de voortgang in de vorming van het Holland Space Cluster; 2. In te stemmen met het toevoegen van ‘Aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt’ als derde pijler van het Holland Space Cluster naast de pijlers Profilering en Netwerkvorming en samenwerking; 3. De intentie uit te spreken de deelname aan het Holland Space Cluster een bestendige te laten zijn en daarvoor zo mogelijk jaarlijks in de begroting van de Ruimtelijke Agenda middelen voor te reserveren.
8.
Inspraak
9.
Financiële gevolgen
Dit voorstel heeft geen financiële gevolgen. Eventuele consequenties worden in een volgend voorstel belicht.
10.
Bestaand Kader
Relevante regelgeving:
Nee Ja, door: Wanneer:
Eerdere besluitvorming: 1. Het algemeen bestuur van 27 maart heeft unaniem ingestemd met de beslispunten:In te stemmen met het (concept) programma Holland Space Cluster als basis voor het opzetten van het Holland Space Cluster; 2. Het Dagelijks Bestuur de opdracht te geven om in het Algemeen Bestuur van 26 juni met een voorstel te komen voor deelname van Holland Rijnland in het Holland Space Cluster. 11.
Lokale context (in te vullen door griffier)
* weghalen wat niet van toepassing is
2
Adviesnota AB (concept
) Vergadering:
Algemeen Bestuur
Datum: Locatie:
26 juni 2013 [locatie]
Agendapunt:
[agendapuntnummer]
Onderwerp: Programma Holland Space Cluster
Beslispunten: 1. Kennis te nemen van de voortgang in de vorming van het Holland Space Cluster 2. In te stemmen met het toevoegen van ‘Aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt’ als derde pijler van het Holland Space Cluster naast de pijlers Profilering en Netwerkvorming en samenwerking. 3. De intentie uit te spreken de deelname aan het Holland Space Cluster bestendig te laten zijn en daarvoor zo mogelijk jaarlijks in de begroting van de Ruimtelijke Agenda middelen voor te reserveren. Inleiding: Speerpunt in de agenda Focus 2014 is de opschaling van de kenniseconomie op nationaal en internationaal niveau, onder andere door uitbreiding van het kenniscluster Bio Science Park Leiden en het spacecluster (ESA/ESTEC) in Noordwijk. Op basis van de nota “Kansen voor de regio in Topsectorenbeleid” heeft het Dagelijks Bestuur besloten de regionale topsector Space technology beter aan te willen laten sluiten bij het topsectorenbeleid. Als aftrap hiervoor is begin 2012 een zogenaamde Space stakeholderslunch gehouden met belanghebbenden vanuit het bedrijfsleven, onderwijs en onderzoek en overheid. Toen is de wens uitgesproken om een regionaal Space Cluster op te richten waarin overheden, bedrijfsleven en kennisinstellingen intensief samenwerken om innovaties te stimuleren en dreigende bezuinigingen te weren. Vanuit het Holland Space Cluster hebben een aantal stakeholders vervolgens de ‘trekkersgroep’ Holland Space Cluster gevormd. Eind 2012 heeft deze groep het (concept) programma Holland Space Cluster vastgesteld. Het programma zet in op twee speerpunten. Dit zijn profilering (aantonen maatschappelijk meerwaarde) van de (regionale) ruimtevaartsector en versterken van samenwerking en netwerkvorming. Dit programma is voorgelegd tijdens een tweede stakeholderslunch op 14 maart 2013. Tijdens deze bijeenkomst hebben partijen zich positief uitgesproken over de vorming van het cluster (zie bijlage voor het verslag). Vanaf deze bijeenkomst is de gemeente Den Haag ook aangesloten bij het Holland Space Cluster in oprichting. Tot de zomer worden de programmalijnen vertaald in een activiteiten/projecten plan die partijen met elkaar binnen het kader van het cluster gaan uitvoeren. De officiële start van het Holland Space Cluster is gepland op 7 oktober a.s. Dan komt minister Kamp op bezoek bij ESA ESTEC en ESA BIC in Noordwijk. Een krachtige en eenheid uitstralende ruimtevaartsector is cruciaal om de bezuinigingen op de ruimtevaart vanaf 2015 terug te draaien. De bezuinigen tot 2015 zijn afgelopen najaar reeds teruggedraaid. Beoogd effect: Deelnemen aan Holland Space Cluster om daarmee de regionale topsector Space Technology te versterken.
3
Argumenten: 1.1 De vorming van Holland Space Cluster is van belang voor de regio Het Holland Space Cluster zet in op de versterking van de Space Technology sector (zie bijlage 1 voor een samenvatting van het programma). De ruimtevaartsector is sterk vertegenwoordigd in de regio Holland Rijnland. De grootste locatie van Europese ruimtevaartorganisatie ESA is ESTEC in Noordwijk, met 2700 mensen één van de grootste werkgevers in de regio. ESA ESTEC is de vierde kennisinstelling in Nederland na TNO, Deltares en Stichting FOM en is tevens opdrachtgever voor ruimtevaartbedrijvigheid in de regio. Onder andere voor Dutch Space in Leiden, met 250 werknemers het grootste ruimtevaartbedrijf van Nederland. Uit onderzoeken blijkt dat 1 euro die door het Rijk in de ruimtevaart geïnvesteerd 4 tot 5 euro oplevert voor de Nederlandse economie. Deze multiplier komt door de aanwezigheid van ESA ESTEC (denk ook aan hotelovernachtingen, taxiritten en bestedingen van personeel) en de opdrachten van ESA ESTEC aan de Nederlandse ruimtevaart-industrie. 1.2 De vorming van het Holland Space Cluster biedt kansen voor andere regionale topsectoren. De ruimtevaartsector is een hoogtechnologische en innovatieve sector. Uitvindingen in de ruimtevaartsector vinden mede door het ESA Business Incubation programma hun weg in de rest van de economie. Om die reden heeft de Greenport Duin- en Bollenstreek precisie landbouw op basis van satelietdata, navigatie en ruimtevaarttechnieken aangewezen als de derde programmapijler naast de Biobased Economy en Toerisme om de Greenport Duin- en Bollenstreek te versterken. Het versterken van cross-overs naar andere sectoren is belangrijk taak voor het Holland Space Cluster. De nieuwe kamer Kamer van Koophandel en Syntens hebben aangeboden hier in het kader van het Holland Space Cluster een belangrijke rol in te willen spelen. 1.3 Initiatief sluit aan bij het rijksbeleid Space Technology is een onderdeel van de Topsector High Tech Systems & Materials (HTSM). Onder leiding van het topteam HTSM (daarin een vertegenwoordiger uit het bedrijfsleven, overheid en kennisinstellingen) is er een advies met de naam ‘ESA ESTEC White Paper’ opgesteld om de banden van ESA ESTEC in Noordwijk en de topsector HTSM en de rest van de economie te verstreken. In dit advies wordt een rol gezien voor het Holland Space Cluster in oprichting om de banden tussen ESTEC en (regionale) industrie en (regionale) R&D-clusters te versterken. De regering heeft dit advies overgenomen en ziet dit als basis voor haar beleid. Binnen het ‘flankerend ruimtvaartbeleid’ (beleid buiten de deelname aan ESA) heeft de regering middelen vrijgemaakt om het advies uit het ‘ESTEC white Paper’ op te volgen. 2.1 Ruimtevaart is een inspirerende sector om jongeren te interesseren voor techniek Op de arbeidsmarkt is er een tekort aan goedgeschoold technisch personeel. Te weinig jongeren kiezen voor een opleiding en baan in de techniek. De ruimtevaartsector is een inspirerende sector waarmee jongeren gestimuleerd kunnen worden om te kiezen voor technische opleidingen. Niet voor niets heeft het Rijk gekozen voor astronaut Andre Kuipers als ambassadeur voor het Techniekpact. Met het Techniekpact wil het Rijk jongeren interesseren te kiezen voor technische opleidingen. De ruimtevaarteducatie is op nationaal niveau belegd bij de Netherlands Space Office (NSO). NSO is daarin nadrukkelijk opzoek naar partners in de regio. 3.1 Triple helix samenwerking vraagt om duurzame relaties De programmalijnen profilering (oa. tonen toegevoegde waarde en lobby), netwerkvorming en samenwerking en aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt zijn zaken die voortdurend aandacht vragen. Partijen zullen hierbij ten minste de intentie hebben om zich voor meerdere
4
jaren in te zetten. Voor Holland Rijnland gaat het daarbij om een bijdrage van circa 10.000 tot 25.000 euro op jaarbasis en capaciteitsinzet om binnen de triple helix samenwerking de overheidsrol te vervullen. In de begroting van de Ruimtelijke agenda is voor 2014 rekening gehouden met de deelname aan het Holland Space Cluster. 3.2 Definitieve besluitvorming deelname Holland Space Cluster wordt later besloten De officiële start van het Holland Space Cluster is gepland op 7 oktober. Op die dag komt Minister Kamp op bezoek bij ESA ESTEC en ESA BIC in Noordwijk. De volgende vergadering van het Algemeen bestuur is gepland na deze datum op 30 oktober. Het voorleggen van een verder uitgewerkt voorstel aan het Algemeen Bestuur voor deelname aan het Holland Space Cluster is daarmee niet mogelijk. Het Dagelijks Bestuur zal op basis van de uitgewerkte projecten/activiteiten en het commitment van andere partijen in het Holland Space Cluster besluiten al dan niet deel te nemen. Het dagelijks bestuur zal daarbij advies inwinnen bij het Portefeuillehoudersoverleg Economische Zaken. 3.3 Legitimatie hiervoor ligt in Focus 2014 en bij artikel 4 belangenbehartging lid 3b, van de Gemeenschappelijke regeling Speerpunt in de strategische agenda Focus 2014 is de opschaling van de kenniseconomie op nationaal en internationaal niveau, door uitbreiding van vooral het kenniscluster Bio Science Park Leiden en het spacecluster (ESA/ESTEC) in Noordwijk. De legitimatie voor de regio om zich te richten op het topsectorenbeleid en Space Technology in het bijzonder ligt ook in artikel 4 (lid 3b) van de Gemeenschappelijk regeling: de platformfunctie. Het Dagelijks Bestuur ziet momenteel grote kansen op dit thema voor de gehele regio waarbij regionale afstemming of gezamenlijk optrekken – zoals beschreven in dit artikel – van meerwaarde is. Kanttekeningen/risico’s: 3.1 Sector sterk afhankelijk van ESA ESTEC en overheidsbijdragen De ruimtevaartsector in de regio is sterk afhankelijk van ESA ESTEC, de belangrijke werkgever en opdrachtgever. De huidige omvang van ESTEC blijft enkel in stand als Nederland naar rato blijft bijdragen aan ESA. Een abrupt vertrek van ESTEC is in verband met de investeringen die gedaan zijn op de vestiging in Noordwijk niet aan de orde. Een lagere bijdrage van Nederland kan wel leiden tot een geleidelijke ontmanteling van ESTEC. Het programma zet in op profilering om het belang van de ruimtevaart en de rijksbijdrage onder de aandacht te brengen en daarmee indirect het behoud van ESTEC in Noordwijk te waarborgen. Ook wordt ruimtevaart steeds commerciëler. Zo is het commerciële aandeel binnen ESA opgelopen van 0% in je jaren zestig tot 50% nu. Vooral het gebruik van satelliet data toepassingen (downstream) is een commerciële markt die snel groeit. 3.2 Space Technology is sterk geconcentreerd in het westen van Holland Rijnland De ruimtevaartsector in Nederland is geconcentreerd in Noordwijk, Leiden (beiden Holland Rijnland), Den Haag en Delft. Als regionale werkgever is de sector ook voor buurgemeenten van Noordwijk en Leiden belangrijk. Het aantal bedrijven aan de oostkant van Holland Rijnland dat betrokken is in de ruimtevaart is beperkt. Een uitzondering hierop is Lencom uit Koudekerk aan den Rijn. Bij de deelname aan het programma is het de bedoeling dat de gemeenten Leiden en Noordwijk ook een eigen directe bijdrage doen. Financiën: In de (concept) begroting van de ruimtelijke agenda voor 2014 is rekening gehouden met deelname aan het Holland Space Cluster.
5
Communicatie: Op www.hollandrijnland.net onder economische zaken/economische topsectoren is een aparte pagina Space Technology. Bij de officiële oprichting van het Holland Space Cluster in oktober zal er een persbericht uitgaan. Het vervolgproces ziet er als volgt uit: Wanneer ? 26 juni
Wat ? Presentatie Programma Holland Space Cluster in het Algemeen Bestuur van Holland Rijnland?
18 september
Voorstel deelname Programma Holland Space Cluster ter advisering in het Portefeuillehoudersoverleg Economische Zaken Besluitvorming participatie Holland Rijnland in het Holland Space Cluster in het dagelijkst Bestuur van Holland Rijnland Officiële oprichting Holland Space Cluster
26 september 7 oktober Evaluatie:
Bijlagen: 1. Samenvatting (concept) Programma Holland Space Cluster. Nog excl. aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt
Bijlage 1.Samenvatting (concept) Programma Holland Space Cluster. Nog exclusief aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt Ruimtevaart is in de regio Holland Rijnland aangewezen als één van de kansrijke topsectoren. Daarom is verkend hoe de ruimtevaartsector verder versterkt kan worden in de regio. Door bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheden in de regio (Triple Helix), is de wens uitgesproken om meer intensief samen te werken. In het programma Holland Space Cluster is aangeven hoe deze samenwerking vorm kan krijgen. Ruimtevaartactiviteiten in Nederland concentreren zich sterk op de kennisas Noordwijk, Leiden en Delft. De grootste vestiging van Europese ruimtevaartorganisatie ESA is ESA ESTEC in Noordwijk. Hier werken zo’n 2.700 mensen. Naast ESTEC zijn ook zijn ook ruimtevaartindustrie en kennisinstellingen sterk vertegenwoordigd. Ruimtevaart bestaat uit een ‘upstream’ en een ‘downstream’ segment. Het upstream segment houdt zich bezig met productie van de ‘harde infrastructuur en technologie’ (bijv. de ontwikkeling van raketten en satellieten). Bij het downstream segment gaat het om de (commerciële) exploitatie van die infrastructuur en technologie (bijvoorbeeld het gebruik van satellietdata). Daarnaast is de ruimtevaartsector een motor voor innovaties in andere sectoren zoals Agro & Food (bijv. precisielandbouw), Water (bijv. dijkbewaking via satellieten) en logistiek (bijv. verkeersnavigatie). Zowel de upstream als downstream zijn sterk vertegenwoordigd in de regio. Voor upstream geldt zelfs dat zo’n 80% van de activiteiten binnen Nederland in Noordwijk‐Leiden‐Delft zit. 6
Het programma Holland Space Cluster zet in op twee pijlers waarmee de ruimtevaartsector in de regio versterkt kan worden: profilering en versterken van netwerkvorming en samenwerking. 1. Profilering Het cluster als geheel duidelijk profileren, zowel op nationaal als internationaal schaalniveau. Daarbij wordt de maatschappelijke relevantie van de activiteiten in het cluster goed onder de aandacht gebracht. Directe aanleiding voor de vorming van het Holland Space Cluster zijn dreigende rijksbezuinigingen op ruimtevaartbudgetten, die inmiddels voor 2013 en 2014 zijn teruggedraaid, maar vanaf 2015 nog op de planning staan. De sector heeft overheidsinvesteringen in de sector te lang als een vanzelfsprekendheid gezien. Mede door gezamenlijke inzet van bedrijfsleven, kennisinstellingen en regionale overheden is het gelukt om de politiek te overtuigen dat bezuinigen op ruimtevaart onverstandig is. De media‐aandacht rond André Kuipers is cruciaal geweest om de politiek van gedachte te doen veranderen. Deze media‐aandacht is een eenmalig ‘geschenk uit de hemel’ dat helaas geen vervolg zal krijgen. Het is de uitdaging van de Holland Space Cluster partijen om de maatschappelijke meerwaarde van de ruimtevaart blijvend onder de aandacht te houden bij de burger en politiek. Het cluster biedt een platform voor profilering van de sector. Profilering is ook van belang om nationale en internationale bedrijven en kenniswerkers aan te trekken, met daarbij de beperkingen van geo‐return in gedachten. 2. Versterken netwerkvorming en samenwerking Bedrijven, ESA ESTEC, kennis‐ en onderzoeksinstellingen en overheidsinstanties stimuleren, activeren, faciliteren en verbinden. Het Cluster is een platform voor samenwerking en netwerkvorming. Netwerkvorming is niet alleen belangrijk binnen de sector, het gaat ook om cross‐overs met andere sectoren. In de sector spelen al verschillende initiatieven omtrent netwerkvorming. Vanuit de sector wordt de wens uitgesproken voor meer coördinatie en overzicht in de verschillende initiatieven. Het Holland Space Cluster is een platform dat voor die coördinatie kan zorgen. Om de uitdagingen aan te gaan zullen de Holland Space Cluster partijen de handschoen op moeten pakken vanuit de eigen organisatie. Er zal gezamenlijk moeten worden gekeken op welke manier bijgedragen kan worden aan profilering en de samenwerking. Faciliterend aan dit proces is het nodig om een ‘kleine’ werkorganisatie op te zetten. Deze fungeert als een “Start Lean en Mean / zwaan kleef aan” organisatie die bedrijven, kennisinstellingen en overheid weet te vinden en te binden. Daarnaast kan deze organisatie uitvoering geven aan de taken die gezamenlijk kunnen worden opgepakt
7
In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude
Vergadering:
PHO Economische zaken
Datum: Locatie:
15 mei 2013 Gemeentehuis Teylingen (Voorhout) 7b
Agendapunt: Onderwerp: Biobased Economy
Discussienota PHO ten behoeve van AB voorstel Holland Rijnland Biobased 26 juni Voorstel: Het Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland te adviseren in te zetten op Biobased Economy door voorkeur uit te spreken voor één van de volgende opties: Optie A: Programma Holland Rijnland Biobased in 2014 op subregionaal niveau voort te zetten Optie B: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten in 2014 Optie C: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten en intensiveren in 2014 Optie D: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten, intensiveren en cofinanciering van projecten in 2014 De voorkeursoptie voor te leggen aan het Algemeen Bestuur van 26 juni 2013.
Inleiding In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 27 maart 2013 is op basis van het programma Holland Rijnland Biobased 2013 en de presentatie van de Kennisalliantie besloten de sector Biobased Economy te beschouwen als een kansrijke, nieuwe sector in Holland Rijnland en hier als regio op in te zetten. Het Algemeen Bestuur het Dagelijks Bestuur de opdracht te geven om op 26 juni 2013 met een voorstel te komen voor het vervolgtraject Holland Rijnland Biobased. Toegezegd is dat daarin helder beschreven wordt wat de rol van Holland Rijnland is. In deze discussienota wordt ingegaan op de rol van de regio en wordt het Portefeuillehoudersoverleg Economische Zaken gevraagd een advies te geven voor het vervolgtraject van Holland Rijnland Biobased Groene en duurzame economie Het belang van Biobased Economy voor overheden is in twee woorden samen te vatten: Groene groei. De Biobased Economy is onderdeel van een groene of duurzame economie en maakt efficiënt gebruik van gewassen en biomassa als grondstof van voeding, veevoer, materialen, chemicaliën, energie en brandstoffen. Deze grondstoffen zijn afkomstig uit biologische kringlopen en daardoor hernieuwbaar. In een volledige Biobased Economy wordt er geen gebruik gemaakt van fossiele brandstoffen. Hiermee wordt de uitstoot van CO2 teruggedrongen en worden andere negatieve milieueffecten door gebruik van fossiele brandstoffen voorkomen. Tevens vormt de Biobased Economy een antwoord op het schaarser en daarmee duurder worden van fossiele brandstoffen.
Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
[email protected]
Schuttersveld 9, 2316 XG Leiden
www.hollandrijnland.net
Postbus 558, 2300 AN Leiden Telefoon (071) 523 90 90
BNG 28.51.13.992
De Biobased Economy is een snel groeiende sector in de provincie Zuid-Holland. Op basis van onderzoek 1 wordt verwacht dat de toegevoegde waarde (verschil tussen de marktwaarde van productie en de daarvoor ingekochte grondstoffen) van de Biobased Economy in Zuid-Holland in 2016 verdubbeld is ten opzichte van 2009. Holland Rijland heeft met de Universiteit Leiden, het Kenniscentrum Plantenstoffen (Leiden), het PPO (Lisse), NAK Tuinbouw (Roelofarendsveen), Heineken (Zoeterwoude) en de Greenports Duin- en Bollenstreek, Aalsmeer (gedeeltelijk gelegen in de regio) en regio Boskoop (gedeeltelijk gelegen in de regio) en de veeteelt in het Groene hart een sterke uitgangspositie om te profiteren van deze opkomende sector. Rol van de overheid in de triple helix samenwerking De kracht bij het thema Biobased Economy moet vooral komen vanuit het bedrijfsleven en vanuit de kennisinstellingen. De overheid heeft als basistaak het creëren van randvoorwaarden in wet- en regeleving en het aangeven van een beleidskader. De overheid kan ook bijdragen door organiserend vermogen toe te voegen om de triple helix samenwerking te versterken of op te zetten. Door als makelaar en facilitator op te treden en partijen bij elkaar te brengen, partijen te stimuleren om kansen te pakken, netwerkbijeenkomsten te organiseren en de juiste weg te kennen bij subsidieregelingen en partijen daarover te informeren. Tevens kunnen overheden bijdragen in financiële zin door subsidies te verstrekken voor projecten of te investeren in innovatieve projecten door het opzetten van een revolverend fonds. Met Biobased Economy als drager zijn inmiddels tal van initiatieven van de grond gekomen. In bijlage 1 (bijgevoegd onder aan de nota) is gespecificeerd wat Europa, het Rijk, de provincie Zuid-Holland/Zuidvleugel en gemeenten doen op het gebied van de Biobased Economy. Stand van Zaken Holland Rijnland Biobased Hieronder wordt kort de stand van zaken weergegeven van het programma Holland Rijnland Biobased: Programma 2013 loopt momenteel. Het programma wordt uitgevoerd door de Kennisalliantie, het Kenniscentrum Plantenstoffen en de Bio Science Park Foundation. Programma wordt gefinancierd door Holland Rijnland, gemeente Leiden en eigen middelen van de Kennisalliantie; Tot en met mei 2013 ligt de focus op ondersteuning bij het indienen van projectvoorstellen door het bedrijfsleven en kennisinstellingen voor de clusterregeling Biobased Economy van de provincie Zuid-Holland. Waarschijnlijk worden er vanuit Holland Rijnland tussen de drie en zes subsidie aanvragen ingediend. Daarmee lijkt het er op dat binnen Zuid-Holland Holland Rijnland de regio wordt met de meeste aanvragen voor deze regeling; Vanuit de diverse projecten is een groot aantal partijen in de regio betrokken bij het programma Holland Rijnland Biobased. Het gaat om partijen als de Kamer van Koophandel, Syntens, Naturalis, PPO, de Universiteit Leiden, Heineken, het Hoogheemraadschap Rijnland, Holland Biodiversity en het Centrum voor Milieuwetenschappen;
1
De economische waarde en het investeringspotentieel van het biobased cluster in ZuidHolland (http://www.wageningenur.nl/nl/show/Biobased-economy-belangrijke-motorvoor-regionale-economische-groei.htm) 2
Focus in het programma ligt op hoogwaardige toepassingen van plantenstoffen (bijvoorbeeld in de farmaceutische industrie) en op innovatieve toepassingen gericht op energie Na mei wordt er meer aandacht besteed aan algemene netwerkvorming, verder verkennen van initiatieven en mogelijkheden, aansluiting Platform Bio Delta, ondersteuning starters en MKB en subsidieloket.
Vervolgproces: vier opties De inzet op het topsectorenbeleid in het algemeen en Biobased Economy in het bijzonder komt voort uit de platformfunctie (artikel 4, lid 3b) van de Gemeenschappelijke regeling. Het Dagelijks Bestuur ziet belangrijke kansen op dit thema voor de gehele regio waarbij regionale afstemming of het gezamenlijk optrekken – zoals beschreven in dit artikel – van meerwaarde is. Daarnaast heeft het Algemeen Bestuur op 23 maart 2011 de strategische agenda Focus 2014 vastgesteld. Speerpunten in deze agenda zijn het kenniscluster Bio Science Park Leiden en de Greenports. Biobased Economy in Holland Rijnland richt zich voor een groot deel op de ‘cross over’ tussen deze kennisclusters. Biobased Economy kan inmiddels ook worden gezien als een reguliere taak. Artikel 5 lid 1c van de Gemeenschappelijke regeling beschrijft dit als “het vaststellen, periodiek actualiseren en proces begeleiding van een economische agenda”. Biobased Economy is één van de regionale topsectoren in Holland Rijnland, en daarmee ook onderdeel van de regionale, economische agenda. Tot slot biedt de schaal van de regio kansen om dit thema verder te brengen, vanwege de koppeling van de bestaande krachten binnen de regio: - Greenports: hier is veel kennis van en ervaring met planten, bloemen, bollen, bomen, biomassa aanwezig (PPO en NAK) - Leidse regio: Universiteit Leiden, Naturalis, Kenniscentrum Plantenstoffen en Bio Science Park - Groene Hart: biomassa, Heineken, ruimte en ondernemerschap De rol van de regio hierbij is die van (kennis)makelaar en aanjager. Op subregionaal of clusterniveau bestaat er momenteel veel energie en zijn er veel initiatieven waar te nemen. Zo is Biobased Economy een belangrijk thema in de Greenports Duin- en Bollenstreek, Greenport Aalsmeer (project de innovatiemotor), het Groene Hart en de Leidse regio. Op Zuidvleugelniveau begint het platform Bio Delta Zuidvleugel op gang te komen. Het platform Bio Delta kan een belangrijke taak vervullen om een krachtig geluid richting Europa te laten horen. Het Platform Bio Delta wil daarnaast een rol vervullen om de verschillende initiatieven in de Zuidvleugel met elkaar te verbinden. De vervolginzet op de Biobased Economy in Holland Rijnland verband concentreert zich rond de vragen wat doet de overheid en op welk schaalniveau. Er zijn op hoofdlijnen vier vervolgopties mogelijk:
3
Optie A: Programma Holland Rijnland Biobased in 2014 op subregionaal niveau voort te zetten Ondersteuning door de Kennisalliantie in opdracht van Holland Rijnland loopt tot eind 2013. De inzet op Biobased Economy komt vanaf 2014 te liggen bij de verschillende Greenports, het Groene Hart en de Leidse regio. Deze initiatieven zoeken zelf aansluiting bij het Platform Bio Delta Zuidvleugel. Optie B: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten in 2014 Ondersteuning in 2014 door de Kennisalliantie en het Kenniscentrum Platenstoffen wordt voortgezet. De inzet is gericht op het koppelen van initiatieven en partijen binnen Holland Rijnland. De huidige financiering door Holland Rijnland de gemeente Leiden wordt in stand gehouden. Tevens wordt gezocht naar financiering vanuit de provincie Zuid-Holland en de Zuidvleugel (ROM). Holland Rijnland Biobased verzorgt regionale inbreng in het Platform Bio Delta Zuidvleugel Optie C: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten en intensiveren in 2014 Ondersteuning in 2014 door Kennisalliantie en Kenniscentrum Plantenstoffen wordt intensiever (meer partijen betrekken, meer inzet binnen projecten etc.). Inzet is gericht op het koppelen van initiatieven en partijen binnen Holland Rijnland. Voor de begroting 2014 wordt een bedrag opgenomen dat minimaal gelijk is aan dat voor 2013. Getracht wordt om het programma verder vorm te geven met meerdere cofinanciers. Holland Rijnland Biobased geeft een gezamenlijk geluid binnen Platform Bio Delta Zuidvleugel en speelt een trekkende rol op thema’s van belang (bv. plantenstoffen). Optie D: Programma Holland Rijnland Biobased voortzetten, intensiveren en cofinanciering van projecten in 2014 Ondersteuning in 2014 door Kennisalliantie en Kenniscentrum Platenstoffen wordt intensiever. Inzet is gericht op het koppelen van initiatieven en partijen binnen Holland Rijnland. Voor de begroting 2014 wordt een bedrag opgenomen dat minimaal gelijk is aan dat voor 2013. Getracht wordt om het programma verder vorm te geven met meerdere cofinanciers. Holland Rijnland Biobased geeft een gezamenlijk geluid binnen Platform Bio Delta Zuidvleugel en speelt een trekkende rol op thema’s van belang (bv. plantenstoffen). Naast het programmatische deel is er bij deze optie ook ruimte voor projectfinanciering (bijvoorbeeld als cofinanciering bij EFRO-projecten), Vanaf 2014 wordt een regionaal fonds ingesteld voor biobased projecten in Holland Rijnland of voor enkele gemeenten, via het ‘kassierfunctie-model’ (zoals dat momenteel ook wordt toegepast bij het 3D-project). Kernpunt is dat gemeenten besluiten om geld te storten in een gezamenlijke pot, om vervolgens ook gezamenlijk te besluiten of een project gefinancierd wordt. Bijlage 1 (hieronder toegevoegd aan de nota) Toelichting op ontwikkelingen Holland Rijnland Biobased en andere Biobased initiatieven
4
Bijlage 1 Toelichting op ontwikkelingen Holland Rijnland Biobased en andere Biobased initiatieven Wat doen de Europese Unie, Rijk, provincie, Holland Rijnland en subregio’s en gemeenten op het gebied van de Biobased Economy? Europa: Op Europees niveau is de Biobased Economy kansrijk. Naar verwachting zal dit thema een belangrijke rol spelen in de toewijzing van Horizon 2020-gelden (80 miljard euro beschikbaar voor heel Europa). De Europese Commissie heeft in februari 2012 de ‘Strategy for a Sustainable Bioeconomy in Europe’ uitgebracht. Hiermee is de Biobased Economy aangewezen als kansrijk thema om groene groei te realiseren. De Zuid-Hollandse gedeputeerde Rogier van der Sande speelt als rapporteur Bio Economie namens het Comité van de Regio's een belangrijke rol om het belang van de Biobased Economy bij de Europese Commissie onder de aandacht te brengen. Rijk Biobased Economy is in het Topsectorenbeleid niet aangeduid als aparte sector maar als doornsnijdend thema onder de topsectoren Chemie, Energie, Water, Agro-Food en Tuinbouw en Uitgangsmaterialen. Kern van het beleid is het innovatiecontract Biobased Economy dat is opgesteld in samenwerking tussen het bedrijfsleven, kennisinstellingen en de rijksoverheid. Het innovatiecontract zet in op zes workpackages die zijn ondergebracht bij verschillende topsectoren. Dit zijn: Biobased materialen (topsector Chemie) Bio Energy & BioChemicals (topsectoren Energie en Chemie) Geïntegreerde bioraffinage (topsectoren Chemie, Agro/Food, Tuinbouw en Uitgangsmaterialen, Water en energie) Teeltoptimalisatie en biomassaproductie (Tuinbouw en Uitgangsmaterialen, Agro/Food) Terugwinnen en hergebruik: water, nutriënten en bodem en Economie (topsector Agro food en water) Beleid en duurzaamheid (is versleuteld in de ander workpackages) Provincie Zuid-Holland en Zuidvleugel De provincie Zuid-Holland investeert in de Biobased Economy via de Economische Agenda Zuidvleugel. Biobased Economy is daarin een belangrijk onderdeel. Voor Holland Rijland zijn vooral de volgende projecten interessant: Regeling Clusterprojecten Biobased: 3 miljoen euro beschikbaar voor innovatie projecten op het snijvlak van onderzoek en valorisatie. Indienen kan tot eind mei 2013. Programma Holland Rijnland Biobased zet in op ondersteuning van projecten om gebruik te maken van deze regeling. Extracten biobliotheek (Kenniscentrum Plantenstoffen): het Kenniscentrum Plantenstoffen wil ondernemers waardevolle stoffen uit planten te halen. Hiermee worden nieuwe markten aangeboord. Kansen doen zich vooral voor bij het valoriseren van reststromen uit de tuinbouw en het initiëren van specifieke teelten. 2 Platform Biodelta Zuidvleugel; dit wordt opgezet om de Biobased Economy in de Zuidvleugel als cluster en crosssectoraal thema goed te ontwikkelen. Een platform 'BioDelta Zuidvleugel' waarborgt een programmatische aanpak en zal een ontmoetingspunt zijn voor partijen om de transitie naar de Biobased Economy in de Zuidvleugel te versnellen. Aansluiting van Holland Rijnland bij dit platform is van belang, 2
Zie voor meer informatie: http://www.zuidvleugel.nl/content/extractenbibliotheekkenniscentrum-plantenstoffen 5
vooral vanwege de kansen in Brussel. De schaal van de Zuidvleugel of groter in combinatie met Brabant en Zeeland is het schaalniveau om in Brussel in beeld te komen. Innovatie en demonstratie centra´s Greenports (IDC’s): in een IDC werken ondernemers samen met onderzoek en onderwijs aan de toepassing en implementatie van kennis van binnen en buiten de sector, onder leiding van projectpartners die in staat zijn de brug te slaan naar (of tussen), ondernemers en andere stakeholders in de tuinbouwsector. Kernactiviteiten zijn het demonstreren van toonaangevende nieuwe technologieën en innovatieve methoden van werken, kennisuitwisseling en het ondersteunen van/bij het creëren van doorbraakprojecten. Eẻn van deze centra wordt gekoppeld aan het Praktijk Onderzoek plant en Omgeving (PPO) in Lisse. Opzetten Regionale Ontwikkelingsmaatschappij (ROM). De provincie Zuid-Holland en de grotere steden zetten vanaf 2014 een ROM op. Onderdeel van ROM is een revolverend fonds om risicodragend te investeren in innovatie bedrijven. De Biobased Economy is als onderdeel van Clean Tech een speerpunt van de ROM. Andere onderdelen van de ROM zijn internationale acquisitie (WFIA gaat in de ROM op) en stimuleren innovatie (Kennisalliantie gaat ook op in de ROM)
Holland Rijnland In het programma Holland Rijnland Biobased voor de regio Holland Rijnland zeven voorlopige focusgebieden naar voren. Dit zijn: 1. Planten, biodiversiteit, inhoudstoffen en veredeling (o.a. plantenstoffen uit bollen, bloemen en bomen) 2. Raffinage van inhoudstoffen. (opschalen productie hoogwaardige plantenstoffen) 3. Reststromen (o.a. productie Biogas uit plantenresten of mest) 4. Verbreding Center of Genomics 5. Algenkweek 6. Waterstoftoepassingen 7. Microbiologie Doel van het programma Holland Rijnland Biobased is om een succesvolle biobased regio te worden; een groene economie die leidt tot het beter economisch benutten van ongebruikte reststoffen, meer regionale werkgelegenheid en een gezondere omgeving. De regio wil kiezen voor die speerpunten waarmee zij binnen de Zuidvleugel, de provincie Zuid-Holland, Nederland en Europa echt het verschil kan maken. Concreet behelst het programma voor 2013 het volgende: 1. Kansrijke projecten verder concretiseren en aanmelden voor de provinciale clusterregeling biobased; 2. Netwerkvorming en ondersteuning; 3. Identificeren en verder brengen van andere kansrijke, regionale initiatieven. Andere partijen Groene Hart Biobased: Biobased buitengebied (productielandschap) als economische drager voor het Groene Hart. Greenport Duin- en Bollenstreek: Biobased Economy één van de pijlers drie pijlers van het koersdocument Economische agenda Greenport Duin- en Bollenstreek. Greenport Aalsmeer: Biobased Economy belangrijk thema in het project de Innovatiemotor. Leiden en Leidse regio: Biobased Economy is een belangrijk thema in Economie 071 en in Leiden Kennisstad.
6
In Holland Rijnland werken samen: Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest, Rijnwoude, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude
Plan van aanpak uitvoering kantorenstrategie Holland Rijnland
Aan: PHO Economische Zaken Van: Simon Bremmer
Datum: 18 april
Onderwerp: Plan van Aanpak uitvoering Kantorenstrategie Holland Rijnland Inleiding In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 26 oktober 2012 is de kantorenstrategie van Holland Rijnland vastgesteld. Basis van deze strategie zijn een negental bindende afspraken tussen Holland Rijnland gemeenten. Jaarlijks wordt door Holland Rijnland in samenwerking met de gemeente Leiden de kantorenmonitor uitgebracht om te meten of de voorgestelde maatregelen werken en effectief zijn. Uit de leegstand cijfers van 1 januari 2013 blijkt dat de leegstand in Holland Rijnland is toegenomen van 12,9% in 2012 naar 15,3% in 2013. Het bijsturen van de kantorenstrategie is voorbarig en niet gewenst, de kantorenstrategie was immers op 1 januari 2013 nog maar een aantal maanden vastgesteld. Deze oplopende leegstand benadrukt wel het belang om de bindende afspraken die gemaakt zijn ook worden uitgevoerd. In dit plan van aanpak wordt eerst ingegaan op de cijfers van de kantorenvoorraad en de leegstand. Daarna wordt ingegaan op de rol van Holland Rijnland bij het uitvoeren van de kantorenstrategie Holland Rijnland. Cijfers Kantorenvoorraad en % leegstand (incl. voorverhuur) in Holland Rijnland
Alphen aan den Rijn Hillegom Kaag en Braassem Katwijk Leiden Leiderdorp* Lisse** Nieuwkoop Noordwijk Noordwijkerhout Oegstgeest Rijnwoude Teylingen Voorschoten Zoeterwoude totaal
2010 bvo 212100 28600 37200 70200 583700 83000 84300 22400 135700 9600 36600 23600 56200 29500 62500 1475200
% leeg 14,4% 14,7% 9,1% 6,6% 15,2% 10,4% 3,9% 16,1% 5,7% 15,6% 4,4% 18,2% 9,8% 11,2% 4,3% 11,8%
2012 bvo 217600 26600 38800 75000 609700 89300 84200 21300 142500 8300 35200 23100 57700 28400 62700 1520400
% leeg 14,8% 12,4% 10,3% 12,1% 14,3% 14,8% 3,9% 15,0% 14,7% 10,8% 3,1% 16,0% 11,1% 7,7% 8,0% 12,9%
2013 bvo 218500 26600 44200 71000 633900 84900 85100 21300 139000 8300 34800 23100 56800 26900 62700 1537100
% leeg 14,2% 15,4% 17,9% 5,6% 14,5% 25,7%* 36,9%** 16,9% 16,3% 9,6% 3,7% 14,7% 3,9% 12,6% 7,8% 15,3%
Vooral door vertrek Astellas (circa 12.000m2) naar Bio Science Park Leiden
Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland
[email protected]
Schuttersveld 9, 2316 XG Leiden
www.hollandrijnland.net
Postbus 558, 2300 AN Leiden Telefoon (071) 523 90 90
BNG 28.51.13.992
Vooral door vertrek Swets (15.000m2) naar Stationsgebied Leiden
Bindende afspraken gemeenten en rol Holland Rijnland 1. Het aanbod van kantoren te verminderen De stijging van de kantoorvoorraad met 16.700 m2 is vooral toe te schrijven aan de stijging van het aantal kantoren in de gemeente Leiden met 24.200m2 en in minder mate aan Kaag en Braassem met 5.400m2. De stijging van het aanbod in deze gemeenten wordt gedeeltelijk gecompenseerd door de planreductie, transformatie en sloop in andere gemeenten. Het behoudend zijn met nieuwe kantoorontwikkelingen en inzetten op transformatie blijft van belang Rol Holland Rijnland: Door Monitoring van leegstaand, aanbond en plancapaciteit kan Holland Rijnland op verzoek van gemeenten een gemeente wijzen op de gemaakte afspraken in de kantorenstrategie mbt planreductie, transformatie of sloop. 2. Per kantorenlocatie een duidelijk profiel te ontwikkelen Het ontwikkelen van een duidelijk profiel per locatie en het vasthouden aan een voorverhuureis van 70% is een verantwoordelijkheid van de gemeenten. Rol Holland Rijnland: Geen rol 3. Dat voor kantoren een uitgifte protocol geldt waarbij de ladder voor duurzame verstedelijking wordt gehanteerd De ladder voor duurzame verstedelijking is per 1 oktober 2012 als motiveringseis in het Besluit ruimtelijke ordening opgenomen. Zie voor meer informatie. http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/ruimtelijke-ordening-engebiedsontwikkeling/documenten-en-publicaties/richtlijnen/2012/11/12/handreiking-laddervoor-duurzame-verstedelijking.html. Deze ladder is in plaats van de SER ladder ingesteld. Rol Holland Rijnland: Geen rol. 4. Onderscheid te maken in lokale en regionale vraag De Kantorenstrategie van Holland Rijnland legt het verschil tussen lokale en regionale vraag bij 2.500m2. De provincie legt deze grens al bij 1.000m2. Dit levert discussies op met de provincies over verschillende bouwplannen in de regio. Rol Holland Rijnland: In het kader van het opstellen van de nieuwe Provinciale Structuur Visie (PSV) zal Holland Rijnland nogmaals aandringen om de grens tussen lokaal en regionaal te verschuiven. 5. Eigenaren te helpen met de renovatie van verouderd vastgoed op duurzame kantoorlocaties. Sinds het nieuwe bouwbesluit van 2012 zijn de regels voor transformatie van kantoren versoepeld. Rol Holland Rijnland: Kennisdelen door de projectgroep transformatie (zie nummer 8). 6. Zoveel mogelijk flexibiliteit in procedures en regels te betrachten om zo transformatie op locaties zonder toekomstwaarde voor kantoren te stimuleren. Rol Holland Rijnland: Enkel een rol door bij het kennisdelen door de projectgroep transformatie (zie nummer 8).
2
7. Verouderde kantorenlocaties binnen een jaar in kaart brengen en op basis daarvan actief de dialoog aangaan met marktpartijen. De kantorenstrategie is op 26 oktober 2012 in het Algemeen Bestuur van Holland Rijnland vastgesteld. Gemeenten zullen hun verouderde locaties dus op voor 26 oktober 2013 in kaart moeten hebben gebracht. Rol Holland Rijnland: Handreiking leveren waarmee gemeenten hun locaties in kaart kunnen brengen. 8. Instellen ambtelijke projectgroep transformatie in te stellen Rol Holland Rijnland: Holland Rijnland zal het initiatief nemen om de eerste projectgroep/bijeenkomst transformatie te organiseren dit najaar. Holland Rijnland denkt aan een brede bijeenkomst met een aantal aansprekende sprekers. Kennis vergaren en delen staat hierin centraal. Onderwerpen waar mogelijk aandacht aan wordt besteed zijn: Wet en regelgeving (ter ondersteuning van afspraken 4 en 5), Al dan niet Planschade bij het schrappen van plannen, duurzaamheid bij transformatie of renovatie en het uitnodigen van het nationale expertteam transformatie. http://www.agentschapnl.nl/programmasregelingen/kantoortransformatie om gemeenten mee te nemen in de nieuwste ontwikkelingen en kansen. 9. Jaarlijks actualiseren van de kantorenmonitor Rol Holland Rijnland: Onder aansturing van Holland Rijnland wordt jaarlijks de kantorenmonitor geactualiseerd. Naast inzicht in leegstand en aanbod van kantoren wordt ook jaarlijks bijlage 3 Plancapaciteit geactualiseerd.
3