Preek en liturgie Doopsgezinde Gemeente Leeuwarden 5 juli 2015 Organist: Gerben Bergstra; voorganger: Hanna Bruin thema: Waar ben je – wat heb je gedaan? * Mededelingen en aansteken van de kaars * Bemoediging en groet * Zingen
Dank u, voor deze nieuwe morgen
NL 218 + Geroepen om te zingen
(m.)
Dank U voor deze mooie aarde, dank U voor sterren, maan en zon. Dank U dat U ons wilt bewaren, kracht en levensbron.
(vr.)
Dank U voor alle bloemengeuren, dank U voor ieder klein geluk Dank U voor alle held’re kleuren, dank U voor muziek.
(allen)
Dank U dat alle vogels zingen, dank U voor elke boom in bloei. Dank U voor zoveel goede dingen, dank U dat ik groei.
(vr.)
Dank U voor steun in moeilijkheden, altijd ziet U naar mensen om. Dank U voor vrienden en voor vreemden die ik tegenkom.
(m.)
Dank U dat U hebt willen spreken, dank U, U hoort in ieders taal. Dank U dat U het brood wilt breken met ons allemaal.
(allen)
Dank U, uw liefde kent geen grenzen, dank u dat ik nu weet daarvan. Dank U – o God, ik wil U danken dat ik danken kan.
* Inleidende Lezing
Psalm 32
Naardense vertaling
Zalig wier misstap is vergeven, wier zonde werd bedekt! Zalig een mens wien de Ene een misdaad niet rekent, in wiens geest is geen bedrog! Zolang ik zweeg sleten mijn beenderen weg, terwijl ik kreunde, heel de dag. Want dag en nacht woog zwaar op mij uw hand, veranderde mijn merg, in de droogte van een zomer. Maar mijn zonde maakte ik u bekend, mijn misdaad bedekte ik niet,ik zei: ‘mijn misstappen biecht ik op aan de Ene’; en gij, vergeven hebt ge mijn onrecht en mijn zonde! Laat daarom elke vrome bidden tot u voor de tijd dat het treft, voordat vele wateren overspoelen, hem zullen zij niet raken. Gij zijt mij een verberging,
voor benauwdheid zult gij mij behoeden met gezangen van bevrijding zult gij mij omringen. Ik wil je onderwijzen, je leren de weg die je moet gaan; ik geef je raad, over jou gaat mijn oog. Weest niet als een paard, als een muildier zonder verstand, welks trots men moet breken met toom en bit, want anders komt het je te na! Vele smarten wachten de booswicht, maar wie veilig is bij de Ene: vriendschap zal hem omringen! Rechtvaardigen, verheugt u in de Ene, en juicht, jubelt, alle oprechten van hart! * Gebed * Zingen
Wij gaan de weg van oude woorden
1. Wij gaan de weg van oude woorden, van overlevering, die wij van onze ouders hoorden, in eigen luisterkring, verhalen uit geloof geboren om onze weg te gaan, en tekens die ons veel beloven, als wij ze nieuw verstaan. * Lezing
(mel. Psalm 72, tekst: Jan van Opbergen) Uit de bundel Aan jou dit lied 2. Wij zijn een schakel in de keten, verbintenis van hoop, mensen op zoek naar beter weten, oprechte levensloop. Er is geen god aan onze zijde die zegt: ‘Zo ga je goed’. Wel Eén die roept door alle tijden: ‘Zoek verder, het komt goed’.
Genesis 2: 15-17; 3: 8-13; 4: 8-10a
En God nam de mens en plaatste hem in de hof van Eden om die te bewerken en te bewaren. En God legde de mens het gebod op: Van alle bomen in de hof moogt gij vrij eten, maar van de boom der kennis van goed en kwaad, daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven. Toen de mens en zijn vrouw God, de HEER, in de koelte van de avondwind door de tuin hoorden wandelen, verborgen zij zich voor hem tussen de bomen. Maar God, de HEER, riep de mens: ‘Waar ben je?’ Hij antwoordde: ‘Ik hoorde u in de tuin en werd bang omdat ik naakt ben; daarom verborg ik me.’ ‘Wie heeft je verteld dat je naakt bent? Heb je soms gegeten van de boom waarvan ik je verboden had te eten?’ De mens antwoordde: ‘De vrouw die u hebt gemaakt om mij terzijde te staan, heeft mij vruchten van de boom gegeven en toen heb ik ervan gegeten.’ ‘Waarom heb je dat gedaan?’ vroeg God, de HEER, aan de vrouw. En zij antwoordde: ‘De slang heeft me misleid en toen heb ik ervan gegeten.’ Maar Kaïn zeide tot zijn broeder Abel: Laten wij het veld ingaan. Toen zij nu in het veld waren, stond Kaïn tegen zijn broeder Abel op en doodde hem. Toen zeide de Heer tot Kaïn: Waar is uw broeder Abel? En hij zeide: Ik weet het niet; ben ik mijns broeders hoeder? En de Heer zei: Wat heb je gedaan?
2
* Luisteren
Raven’s child
John Denver (cd: The flower that shattered the stone Youtube: www.youtube.com/watch?v=jEKN40METGA
Raven's child is chasing salvation Black beak turned white from the crack and the snow On the streets of despair the answer is simple A spoonful of mercy can set free the soul
Ravenkind jaagt op verlossing Zwarte snavel wit van de crack en de coke Op de straten van wanhoop is het antwoord eenvoudig Een lepel genade kan je ziel bevrijden
The drug king sits on his arrogant throne Away and above and apart Even children are twisted to serve him Greed has corrupted what once was a heart
De drugskoning zit op zijn arrogante troon Ver weg, verheven en afgezonderd Zelfs kinderen worden verwrongen om hem te dienen Hebzucht bedierf wat ooit een hart was
Raven's child keeps vigil for freedom Trades for the arms that once made her strong With nuclear warheads and lasers in heaven Fear does the choosing between right and wrong
Ravenkind houdt de wacht voor de vrijheid Handelt in wapens die haar eens sterk maakten Met kernkoppen en lasers in de hemel Maakt angst de keuze tussen goed en kwaad
The arms king sits on his arrogant throne Away and above and apart Bankers assure him, he needn't care Greed makes a stone of what once was a heart
De wapenkoning zit op zijn arrogante troon Ver weg, verheven en afgezonderd Bankiers verzekeren hem: maak je geen zorgen Hebzucht versteende wat ooit een hart was
Raven's child is washing the water All of her wing feathers blackened with tar Prince William’s shoreline, an unwanted highway Of asphalt and anger an elegant scar
Ravenkind wast het water Alle vleugelveren zwart van de teer De kust van Prince William, een ongewilde snelweg Van asfalt en woede, een elegant litteken
The oil king sits on his arrogant throne Away and above and apart Lawyers have warned him, he mustn't speak Greed has made silent what once was a heart
De oliekoning zit op zijn arrogante troon Ver weg, verheven en afgezonderd Advocaten waarschuwden hem niets te zeggen Hebzucht verstomde wat ooit een hart was
Still there are walls that come tumbling down For people who yearn to be free Still there are hearts that long to be opened And eyes that are longing to see
Maar er zijn nog steeds muren die omvallen Voor mensen die verlangen naar vrijheid Er zijn nog steeds harten die open willen gaan En ogen die willen zien
Raven's child is our constant companion Sticks like a shadow to all that is done Try as we may, we just can't escape him The source of our sorrow and shame, we are one
Ravenkind blijft altijd bij ons Kleeft als een schaduw aan al wat we doen Ondanks ons pogen kunnen we hem niet ontsnappen De bron van ons verdriet en schaamte: wij zijn één
The true king sits on a heavenly throne Never away nor above nor apart With wisdom and mercy and constant compassion He lives in the love that lives in our hearts
De ware koning zit op een hemelse troon Nooit ver weg, verheven of afgezonderd Met wijsheid en genade en aanhoudend medeleven Leeft Hij is de liefde die leeft in ons hart.
* Lezing
Galaten 6: 1-10
Broeders en zusters, wanneer u merkt dat een van u een misstap heeft begaan moet u, die door de Geest geleid wordt, hem zachtmoedig weer op het rechte pad brengen. Pas op dat u ook zelf niet tot misstappen wordt verleid. Draag elkaars lasten, zo leeft u de wet van Christus na. Wie denkt dat hij iets is terwijl hij niets is, bedriegt zichzelf. Laat iedereen zijn eigen daden toetsen, dan heeft hij misschien iets om trots op te zijn, zonder zich er bij anderen op te laten voorstaan. Want ieder mens moet zijn eigen last dragen. 3
Wie onderwezen wordt, moet al het goede dat hij bezit met zijn leermeester delen. Vergis u niet, God laat niet met zich spotten: wat een mens zaait, zal hij ook oogsten. Wie op de akker van zijn zondige natuur zaait oogst de dood, maar wie op de akker van de Geest zaait oogst het eeuwige leven. Laten we daarom het goede doen, zonder op te geven, want als we niet verzwakken zullen we oogsten wanneer de tijd daarvoor gekomen is. Laten we dus, in de tijd die ons nog rest, voor iedereen het goede doen, vooral voor onze geloofsgenoten. * Zingen
Met heel mijn hart …
tekst: Jan van Opbergen Uit de bundel Aan jou dit lied (ISBN 9030410574)
2. Gij vuurt ons aan om mens te zijn, elkaar te zijn tot naasten: dat wij ons tot verarmd en klein met vaste schreden haasten.
4. Gij wilt de heersers aan de kant en dat hun macht zal tanen; uw hart is aan de tafelrand, bij wie zich nietig wanen.
3. Vanuit de afgrond wenkt uw hand, uit de verloren hoeken; Gij roept ons van de overkant dat wij U daar gaan zoeken.
6. Zo roept Gij ons tot volk bijeen en ieder in zijn waarde; daar moet het met de mensen heen – uw hemel op de aarde.
* Overdenking Een goed lied hoort twee dingen te hebben: een tekst die je wat zegt en een pakkende melodie. Een goed lied blijft in je doorzingen. De allereerste elpee die ik ooit voor mezelf kocht was ‘Windsong’ van John Denver. De elpee waar zijn grote hit van toen – Calypso – op stond. Tweede klas middelbare school, midden 70er jaren. Ik vertelde het in de klas, blij met mijn aankoop, en werd bijna vierkant uitgelachten. John Denver nota bene – oude wijven muziek, country, geitenwollensokkenmuziek volgens hen. Daar luister je toch niet naar? Abba was al op het randje … Ik heb me er niets van aangetrokken, maar bleef zijn platen kopen – met of zonder geitenwollensokken. 80er jaren – waar waren we mee bezig? In de kerken lange gesprekken over het conciliair proces – vrede, gerechtigheid en heelheid van de schepping – ook een hoog geitenwollensokkengehalte. En ondertussen holde de wereld door, met kernwapendebatten, glasnost, anti-apartheid … Toen in 1990 John Denver’s cd The flower that shattered the stone met daarop dit ‘Raven’s child’ uitkwam, raakte het nummer me. De beelden waarmee ’t nu jaren later op het internet is gezet, lagen waren toen vers – net gebeurd … je kon ze nog dagelijks zien: de gevolgen van drugsgebruik, het ruimteschild dat de Amerikanen wilde aanleggen, de ramp met de Exxon Valdez waaraan wordt gerefereerd – Prince William’s 4
shoreline, de kust van Alaska – de val van de muur in ’89 en de protesten op het Tian’anmenplein, de vrijlating van Nelson Mandela in 1990 … Wat wordt hier knap in woorden en maar heel korte beelden een tijdsbeeld geschilderd. Maar de tekst gaat net dat stapje verder – hij raakt aan de hoop en de verwachtingen van toen, en hij raakt nog een diepere laag. Toen ik het nummer voor het eerst hoorde, dacht ik gelijk: hier wil ik een keer over preken. En de passende Bijbelteksten had ik al – tweeledig. Aangestoken door die gesprekken over vrede, gerechtigheid en heelheid van de schepping, moest het wel gaan over Genesis. Waar in Genesis 1 gesproken wordt over de aarde onderwerpen en over de dieren heersen, staat in Genesis 2 dat God de mens in de tuin van Eden plaatste om hem te bewerken en te bewaren. Twee heel verschillende invalshoeken – twee verschillende visies: de visie ‘onderwerpen en heersen’ heeft duidelijk de overhand. Dat was toen, toen het lied werd geschreven als protestlied, met een raaf die als onheilsbode de wereld bekijkt. Het conciliair proces zette aan om beter met onze aarde om te gaan. Maar wat is daarvan terecht gekomen? We zijn 25 jaar later, en is die wereld van toen zoveel anders dan die van nu? Crack en cocaïne worden nog steeds gebruikt en in Brabant en Limburg woeden de drugsoorlogen. Toen ging het om een ongeluk met een olietanker, en nu vragen de oliekoningen of ze de boorplatforms weer af mogen zinken omdat dat makkelijker en vooral goedkoper is dan laten slopen. En op dat afgezonken booreiland kan zo mooi een nieuw koraalrif ontstaan … En wat te denken van de Nederlandse versie van die oliekoning? Decennialang werd er ontkend dat de aardbevingen iets te maken zouden kunnen hebben met de gaswinning. En dat ravenkind de wacht houdt over vrijheid en vrede? Een halve blik op het journaal en je weet dat vrede en vrijheid nog ver te zoeken zijn. 25 Jaar oud is dit lied, en nog steeds zo actueel. Wanneer beginnen we eens met het ‘bewaren’ van de aarde – of, zoals ’t in de Fryske oersetting staat: der op te passen? En de andere tekst die bovenkwam was de tekst uit de Bergrede: Niemand kan twee heren dienen, want hij zal òf de ene haten en de andere liefhebben, òf zich aan de ene hechten en de andere minachten; gij kunt niet God dienen èn Mammon. Een logische tekst, denk ik, bij dit lied. Want het gaat hier om die twee heren: God en Mammon – in de gedaante van drugsbaron, wapenhandelaar en oliekoning op hun tronen. Die koningen worden scherp tegenover een andere koning gezet. Die koning zit niet in een ivoren toren – onbenaderbaar, ver weg, verheven en afgezonderd. Hij wandelde met Adam in de tuin van Eden, en in Jezus kwam Hij ons rakelings nabij. Tussen mensen in – medelevend omdat hij werkelijk mee-geleefd heeft. En zijn liefde komt in ons tot uitdrukking. Die teksten kwamen bij me boven toen ik zo’n 20 jaar geleden bezig was met dit ravenkind. Destijds is die preek er niet gekomen – andere onderwerpen dienden zich aan. Even actueel, want er gaat eigenlijk geen week voorbij of er is wel een tekst die je aan het denken zet of er gebeurt iets dat vraagt om een overdenking. Uiteindelijk is die preek er nooit gekomen. Maar afgelopen week kwam toch dit ravenkind weer boven: alsof ik er niet aan kan ontsnappen. Die vogel blijft meevliegen. En toen ik opnieuw met de tekst aan de gang ging, kwam er een ander kernwoord naar boven: verantwoordelijkheid. Al die drie koningen lopen weg voor hun verantwoordelijkheid. Harten verstomd, versteend, verrot. Misschien zit de beste verwoording hiervan wel in het zinnetje: bankers assure him that he needn’t care. Hij hoeft zich geen zorgen te maken, maar ook: hij hoeft zich er niets van aan te trekken. Geen zorgen maar ook geen zorg! Dit zinnetje staat bij de wapenkoning – het geld komt wel binnenrollen, hij heeft zijn schaapjes op het droge – een hele kudde – en het is niet zijn pakkie an wat de mensen doen met de wapens die hij levert. 5
Als je het puur juridisch bekijkt is het wel zo: je bent niet verantwoordelijk voor wat een ander doet met de dingen die jij levert. Je kunt een fabrikant van lucifers niet aansprakelijk stellen voor wat een pyromaan ermee doet. Maar geldt dat voor alle zaken? Van een lucifer kun je zeggen dat je er een kaars mee aan kunt steken of een haardvuur. Maar welk ander doel dient een landmijn of een kernbom of gifgas dan dood en verderf zaaien? Ben je als fabrikant en handelaar van dit gebruik verantwoordelijk? Juridisch gezien ben je dan misschien niet aansprakelijk, maar hoe zit het met de morele verantwoordelijkheid? Kan je dat afdoen met niet mijn pakkie an. Kun je – mag je met een versteend en verrot hart blijven zwijgen en op dezelfde voet doorgaan? Het scheppingsverhaal vertelt ons hoe God de hemel en de aarde schiep en hoe hij een tuin maakte waarin ook de boom van kennis van goed en kwaad groeide. En God maakt de mens – Adam. Adam is in eerste instantie het Hebreeuwse woord voor ‘mens’, afgeleid van de ‘adamah’ – de rode aarde – waaruit hij gemaakt is. En niet zozeer een naam. God zet de mens in die tuin en zegt hem niet van deze boom te eten. Maar ja, verboden vruchten zijn verleidelijk. En is kennelijk maar een klein zetje nodig, maar een paar woorden en verlangen wint het van het gezond verstand. De mens pakt een vrucht en eet. En als God dan door de tuin wandelt, verstopt de mens zich. ‘Adam, mens, waar ben je?’ Vragen naar de bekende weg? God weet toch wel waar de mens zich schuilhoudt? Natuurlijk weet God dat, maar dat vraagt hij ook niet. God vraagt waar de mens is ten opzichte van Hem. God vraagt hem rekenschap af te leggen. Kan de mens nog wel recht voor God staan? Adam – mens – waar ben je? Wat heb je gedaan? Heb je van de boom gegeten … Nu kon de mens eigenlijk twee dingen doen: ontkennen of toegeven. En bedenk, op dat moment heeft de mens dus kennis van goed en kwaad. Hij kan bewust een keuze maken. En wat doet de mens – Adam? Hij geeft niet ruiterlijk toe, maar ontkent ook niet. Hij schuift de verantwoordelijkheid af. De vrouw die u hebt gemaakt om mij terzijde te staan, heeft mij vruchten van de boom gegeven en toen heb ik ervan gegeten. Ja, ik heb wel gegeten maar … eigenlijk ben ik niet de schuldige. Dat was de vrouw. En nog wel de vrouw die U gemaakt heeft om mij terzijde staan. Een beschuldigende vinger twee kanten uit. En ook de vrouw wijst met een vingertje: de slang heeft … Alles goed en wel, maar dat ontslaat jou niet van de verantwoordelijkheid? Jij hebt gegeten, jij het die keuze gemaakt. Als iemand in een sloot springt, hoef jij hem toch niet achterna te springen … Een hoofdstuk verder in Genesis, een aantal jaar later. Kaïn is kwaad op Abel, jaloezie. Niet eens in een vlaag van woede, maar echt met voorbedachten rade slaat hij zijn broer dood. Laat hem liggen in het veld en gaat verder met waar hij mee bezig was. En dan vraagt God: Waar is je broer Abel? Ook hier de keuze: antwoorden naar waarheid of ontkennen. En ook hier een afwijzing van verantwoordelijkheid met aanval is de beste verdediging: Ik weet het niet. Ben ik mijns broeders hoeder? In een andere vertaling: moet ik soms op mijn broer passen? Ja Kaïn, eigenlijk moest je dat wel. Niet dat je hem aan het handje mee moest nemen. Maar doodslaan is het andere uiterste. Je was wel verantwoordelijk voor zijn welzijn. En dat Ik weet het niet … Een regelrechte ontkenning, maar in sommige verklaringen wordt dit iets anders vertaald en opgevat. Niet ‘ik weet het niet’, maar ‘hoe kon ik dit nu weten?’ Hoe kon ik weten dat je van een tik op de kop dood kan gaan. Ik weet niet eens wat dood is – dit is mijn eerste kennismaking daarmee … Had ’t me dan gezegd! Jij, God, bent medeschuldig. Nog afgezien van de aanleiding, dat je Abels offer wel aannam en het mijne niet. Maar Kaïn, dat maakt jou niet minder verantwoordelijk: Wat heb je gedaan? Twee gesprekken tussen God en mens – helemaal aan het begin van de mensheid. En het kleurt de verhouding tussen God en mens de hele Bijbel door. Keuze tussen goed en kwaad, en erkenning dat je wat fout hebt gedaan. Het joodse begrip t’shuva – omkering naar God, terugkomen op je schreden – heeft dit aan de basis liggen: toegeven dat … erkenning. Een erkenning die begint met herkennen. Het zien, het beseffen dat er wat fout is. Dat je wat fout hebt gedaan. 6
Als je dat niet al bij de kleine dingen doet, gaat het – zo spreekwoordelijk – van kwaad tot erger. Het ontkennen en afwijzen van verantwoordelijkheid begint niet gelijk met zulke grote zaken. Het gaat stapje voor stapje, en met ieder stapje waar je mee wegkomt, worden er grenzen verlegd en wordt de volgende stap makkelijker. En zo kom je uiteindelijk bij die drugsbaronnen, wapenhandelaars en oliekoningen. Maar je bent niet alleen verantwoordelijk voor je eigen daden. Juridisch gesproken misschien wel, maar moreel gezien gaat je verantwoordelijkheid echt wel verder. Op twee vlakken. Zoals Paulus in de brief aan de Galaten schrijft, als iemand een misstap begaat, moet je hem of haar daarop wijzen. In alle vriendelijkheid en zachtmoedigheid. Lastig – want hoe zeg je iemand dat hij op de verkeerde weg zit, zonder onenigheid te veroorzaken. Niemand ziet graag dat zwaaiende vingertje, niemand wordt graag op fouten gewezen. Hoeveel makkelijker is het voor die ander om in de verdediging te schieten of terug te slaan in woorden of zelfs in daden. Hoe houd je vrede als je probeert iemand op het rechte pad te krijgen. Paulus geeft hierin slechts één handvat: zachtmoedigheid. Ga er niet bot in, geen felle beschuldigingen, maar probeer het in een goed gesprek. En be to the point – haal er geen andere zaken bij die er eigenlijk niet toe doen. Het blijft een van de moeilijkste dingen om te doen, denk ik. En toch is dit wat er van ons gevraagd wordt: anderen op hun verantwoordelijkheid wijzen – natuurlijk zonder de eigen verantwoordelijkheid over het hoofd te zien. En dan is er die tweede verantwoordelijkheid voor de ander – het mijns broeders hoeder zijn. Letten op het welzijn van anderen. Ik denk dat je dat alleen maar echt lukt, als je je ook verbonden voelt met die ander. Het is veel makkelijker verantwoordelijkheid voor iets te dragen waarbij je je ook betrokken voelt. Bijvoorbeeld, als je in de zorg werkt en dat alleen maar doet om geld te verdienen, dan komt er van werkelijke zorg weinig terecht. Per dag zoveel mensen douchen, aankleden, kousen aan- of uittrekken, eten brengen … etc. En hoe verder je dat doorvoert hoe verder weg het verantwoordelijkheidsgevoel voor de mensen zelf. De verantwoordelijkheid verschuift naar de planning, de cijfertjes en de rapportage. Dan wordt de mens die je moet verzorgen ‘een afnemer van zorg’ en jij de leverancier. Zorg over de toonbank en de kassa blijft wel rinkelen. Het is het willen kijken naar de kleine schakels; je niet alleen richten op het grote geheel. Beleid kan nog zo fraai zijn uitgedacht, en de cijfers nog zo goed door gerekend, maar hoe pakt het nu werkelijk uit voor de mens die onder het beleid moet leven? En mag je hier als kerk – als gemeente wel kritiek op leveren? Er is toch scheiding tussen kerk en staat. Hoe vaak is het me op het werk bij een bank niet gezegd: geloven doe je maar op zondag. Houd de kerk buiten je werk. Maar hoe kan je dat als gelovige doen? Natuurlijk mag je kritiek leveren – het moet zelfs. Onze verantwoordelijkheid als volgeling van Jezus houdt niet op bij de individuele mensen om ons heen. Juist de gemeente kan hierin zo’n klare taal spreken, omdat zij tussen de mensen staat. Verbondenheid en betrokkenheid liggen aan de basis van verantwoordelijkheid voor de wereld en de mensen om je heen. Het zijn die verbondenheid en betrokkenheid waar je bij de hoge heren in hun ivoren torens wel ‘s aan twijfelt – drugsbaronnen, oliekoningen, wapenhandelaars … en voeg maar toe die bankiers en dictators, sommige kerk- en regeringsleiders. We weten allemaal wel naar wie we een vingertje kunnen of willen wijzen. Ze zitten ver weg, verheven en afgezonderd. Geen contact meer met – geen oog meer voor het gekrioel daar beneden. Maar er is een andere koning – die ware koning. Een hemelse troon lijkt ver weg maar juist Hij is dichtbij, trekt zich niet terug in hemelse paleizen, zondert zich niet af. Hij laat zijn schepping niet los, blijft zich verantwoordelijk tonen. God wandelt met de mens in de hof van Eden. En in Jezus kwam hij ons rakelings nabij: wandelend tussen ons, mee-levend, mee-lijdend. Een verbondenheid die niet te evenaren is. Amen 7
* Orgelspel * Open ruimte * Voorbede – stil gebed, afgesloten met het Onze Vader * Collecte voor de ADS Stuurgroep Duurzame Ontwikkeling De SDO informeert en adviseert doopsgezinde gemeenten over duurzaamheid in het leefmilieu en ontwikkelingssamenwerking. Meer informatie: www.sdo.doopsgezind.nl. * Zingen
Heer, nu wij deze dienst gaan sluiten
(mel. NLB 248)
1. Heer, nu wij deze dienst gaan sluiten, waarin Uw woord weer tot ons sprak. Nu vragen wij U: ga mee naar buiten, vindt in ons blijvend onderdak.
3. Laat dan ons hart U toebehoren en laat ons door de wereld gaan. Uw licht en liefd' uit God geboren, bepale, waar wij gaan of staan.
2. Uw liefde, Jezus, staat in het midden. Zij is 't die onze geest verrijkt, doordat U ons hebt leren bidden, doordat Uw roepstem ons bereikt.
4. Dan gaan wij d' eredienst beleven in huis, op straat en in ons werk, door aandacht aan elkaar te geven, gelovend, hopend, trouw en sterk.
* Opdracht & zegenbede
Mededelingen Supermarktactie voor de Voedselbank Schrijf alvast in uw agenda: MEEDOEN op 18 juli aan de ‘Supermarktactie’ bij Poiesz en Lidl in Westeinde, georganiseerd door de werkgroep Martha in samenwerking met de Remonstrantse Gemeente. Er ligt een intekenlijst hiervoor achter in de kerk. Koffieochtend op Staniastate op 22 juli Ook dit jaar wordt er een koffieochtend georganiseerd voor leden, vrienden en belangstellenden van de Doopsgezinde Gemeente Leeuwarden. Zij worden dan ook van harte uitgenodigd. We willen graag weten op hoeveel mensen we ongeveer kunnen rekenen. We verzoeken u om u uiterlijk zondag 19 juli op te geven. Er ligt een lijst achter in de kerk. Opgave kan ook per e-mail of per telefoon bij de koster of bij Lenie Dijkstra. 8
Kosterij: 058 - 212 40 73,
[email protected] Lenie Dijkstra: 06 - 504 81 237,
[email protected] Wilt u bij het opgeven ook vermelden of u vervoer heeft en of u plaatsen over heeft
9