Informatie fietsparkeren omgeving centraal station Leiden 1. Inleiding In het uitvoeringsprogramma Binnenstad van de gemeente Leiden is opgenomen dat er een kaderstellend beleidsdocument “masterplan fietsenstallen” wordt vastgesteld. Het masterplan heeft als doel om de beleidskaders voor fietsparkeren vast te stellen voor de binnenstad en de omgeving van het centraal station. De belangrijkste opgaven zijn: - het oplossen van de problemen die spelen rondom hinderlijk of verkeerd gestalde fietsen in de openbare ruimte van Leidse binnenstad en stationsgebied; - het optimaliseren van de stallingcapaciteit in de stad; - het in de meerjarenbegroting borgen van voldoende middelen voor beheer en exploitatie van de fietsenstallingen; - het structureel beleggen van de exploitatie van alle gemeentelijke stallingen in de organisatie (indien mogelijk het onderbrengen van de beheerorganisatie voor fietsenstallingen bij het parkeermanagement voor (auto) parkeren); - het realiseren van fietsparkeerplekken in de openbare ruimte van de binnenstad; - het realiseren van inpandige fietsenstallingen in het kernwinkelgebied. 2. Huidige situatie Gemeentelijk beleid Het gemeentelijk beleid met betrekking tot fietsparkeren is opgenomen in de Kadernota Bereikbaarheid 2009, de nota Werkwijze ‘Fiets fout = Fiets Weg 2008, de actualisatie van het Gemeentelijk Vervoersplan (GVVP) Leiden voor Fietsverkeer 2007, de Nota Fietsparkeren 1997, het Raadsinitiatief fietsparkeren 2009, de programmabegroting en Programma Binnenstad 2009. Stallingen stationsgebied In het stationsgebied bevinden zich binnen het handhavinggebied van Fiets Fout = Fiets Weg in totaal 13.835 plekken voor fietsen, waarvan 4.300 betaalde (31%) en 9.535 gratis (69%) plekken. Zie onderstaand overzicht. Tabel 1 overzicht stallingen stationsgebied 2012 stalling capaciteit bezetting* opmerking betaalde NS stalling zeezijde 3000 40% inpandige bewaakte stalling betaalde NS stalling stadszijde 1300 80% inpandige bewaakte stalling gratis stalling zeezijde 2200 100% ondergrondse bewaakte stalling gratis stalling Stationsplein 186 115% fietsenrekken op maaiveld gratis stalling Rijnsburgerviaduct 145 50% fietsenrekken op maaiveld gratis stalling Schuttersveld 132 120% fietsenrekken op maaiveld gratis stalling Gat v/d Putte 1467 115% tijdelijke stalling tot ca. 2015 gratis stalling Alphen’s perron 1350 100% tijdelijke stalling tot ca. 2015 gratis stalling Trafolocatie 816 25% tijdelijke stalling tot ca. 2015 gratis stalling Naast Gat/ SVB 584 110% tijdelijke stalling tot ca. 2015 gratis stalling Club 70 375 100% tijdelijke stalling tot ca. 2015 gratis stalling Taxistandplaats 2280 130% in stand houden stalling na 2015 onzeker 13835 88% totaal *) Een bezetting boven de 100% betekent dat er fietsen naast en buiten de rekken staan gestald.
In september 2011 is een telling gehouden om de bezettingsraad in beeld te brengen1. De bezettingsgraad van alle stallingen is circa 88% op een willekeurige weekdag. Dit betekent dat van de kleine 14.000 plaatsen er ruim 12.000 zijn bezet. De bezetting is echter niet gelijk verdeeld over de betaalde en de gratis stallingplekken. De bezettingsgraad van de betaalde stallingen is 52%, de bezettingsgraad van de gratis plekken is 103%, er staan hier dus meer fietsen dan in de rekken passen. Hoe dichter bij het perron, hoe voller de stalling is. Omdat het een Fiets Fout = Fiets Weg gebied betreft, betekent dit dat de fietsen die buiten de rekken staan worden verwijderd. De gratis stallingen rond het station staan overvol, de stalling op loopafstand van station (trafogebied) staat grotendeels leeg. 1
De telling was onderdeel van een onderzoek naar fietsparkeren in het stationsgebied, in augustus / september 2011 uitgevoerd door de bureaus Decisio en VINU Consult.
Pagina 1 van 5
De stakeholders die betrokken zijn bij het beheer van het fietsparkeren in het stationsgebied zijn de gemeente en NS fiets (dochter van NS Poort2). Voor nieuwe bedrijven en woningen in het stationsgebied geldt dat de vastgoedeigenaar moet voorzien in de eigen behoefte aan fietsparkeren. Zo heeft het LUMC voor haar werknemers een grote inpandige fietsenstalling, deze is niet toegankelijk voor treinreizigers. Tabel 2 tarieven NS stalling 2012 kaartsoort dagkaart maandkaart jaarkaart
Fietsen Bromfietsen € 1,20 € 4,50 € 13,00 € 29,00 € 99,00 €215,00
Kort parkeren Niet alleen trein -en busreizigers komen naar het station op de fiets, ook klanten van de winkels in het stationsgebied. Voor deze kortparkeerders, die hun fiets maar even hoeven te stallen voor het bezoek aan een winkel, is een fietsparkeervak gemaakt voor de gevel van de supermarkt aan de Stationsweg. In dit fietsvak staan geen rekken, fietsen kunnen hier op hun standaard worden gestald. Fietsen die binnen de lijnen van het vak staan worden niet weggehaald in het kader van Fiets Fout = Fiets Weg. In 2011 zijn de rekken voor de supermarkt verwijderd en is bij wijze van proef een fietsvak gecreëerd. Het is gebleken dat de rommelige situatie op het Stationsplein hierdoor wat is verbeterd. Handhaving De gemeentelijke afdeling Handhaving verzorgt het toezien op en handhaven van het juist gebruik van de openbare ruimte, door het tegengaan van gedrag dat de beleving negatief kan beïnvloeden. Op het gebied van fietsparkeren voert zij hiervoor een tweetal typen activiteiten uit: het handhaven op het Fiets Fout = Fiets Weg beleid bij Leiden Centraal Station en het periodiek verwijderen van fietswrakken en weesfietsen (fietsen die op openbaar terrein gestald staan en al langere tijd niet meer zijn gebruikt). Het handhavingprogramma stelt dat de gemeente randvoorwaarden moet realiseren om te voorkomen dat handhaving nodig is. Op het gebied van fietsparkeren betekent dit dat de gemeente laat zien waar fietsvrije zones zijn en dat er voldoende fietsparkeerfaciliteiten buiten deze zones worden geplaatst zodat de fietser zijn fiets op de juiste manier kan stallen. Begrenzing gebied “Fiets Fout = Fiets weg”.
Fiets Fout = Fiets Weg betekent dat er in het centraal stationsgebied een verbod geldt om fietsen te plaatsen buiten de daarvoor bestemde fietsenrekken. Daarnaast mogen fietsen maximaal 4 weken achter elkaar op dezelfde plek staan. Dit zogenoemde restrictiegebied is omgeven door borden. In het restrictiegebied worden fietsen die buiten de daarvoor 2
NS Fiets richt zich op de stallingen en kluizen voor fietsen bij de stations. NS Fiets is een dochter van NS Poort. NS Poort is o.a. de beheerder van de NS stations. NS Poort is in 2007 ontstaan uit het samenvoegen van de bedrijfsonderdelen NS Stations, NS Vastgoed en een deel van NS Commercie.
Pagina 2 van 5
bestemde rekken of vakken staan, direct verwijderd en opgeslagen. De handhaving geschiedt door 2 fte Gemeentelijke Opsporingsambtenaren (GOA’s). In het restrictiegebied wordt dagelijks gehandhaafd op fout geparkeerde fietsen, waarbij de halfondergrondse stalling onder de taxistandplaats bij de dagelijkse handhaving eerste prioriteit heeft. Ondanks deze intensieve handhaving heeft deze stalling dagelijks te kampen met overlast van verkeerd en hinderlijk geplaatste fietsen. In stationsgebied is er elke drie maanden een opruimactie van weesfietsen. In de eerste drie kwartalen van 2011 zijn hierbij 727 weesfietsen verwijderd. In het kader van FF=FW zijn in 2010 3656 fietsen uit het stationsgebied verwijderd, in de eerste helft van 2011 waren dit 2808 fietsen. Fietseigenaren kunnen hun fiets na betaling van € 26 aan kosten ophalen bij de fietsopslag aan de Willem Barentszstraat. Na handhaving is er meer plek in de stallingen. In de regel geldt dat de handhaving in het stationsgebied vooral nodig is dicht bij de ingang van het station. Zonder handhaving zou bijvoorbeeld de fietsenstalling onder de taxistandplaats al snel slecht toegankelijk worden door verkeerd gestalde en hinderlijk geplaatste fietsen. Financiering stallingen stationsgebied In 1997 heeft het Rijk eisen opgesteld waaraan fietsenstallingen op stations moeten voldoen. Door ProRail is een programma ‘Ruimte voor de Fiets’ opgesteld om stallingen hieraan te kunnen laten voldoen, inclusief subsidiemogelijkheden. Het programma is gestart in 1999 en loopt tot in 2012. In Leiden is in dit kader de openbare stalling aan de Zeezijde mede gefinancierd door Prorail. Voor nieuwe stallingen geldt dat zij voor maximaal de helft van de investering gefinancierd kunnen worden door het ministerie van Infrastructuur en Milieu, met onder andere de voorwaarde dat er een sluitende businesscase wordt bijgevoegd. Bij de behandeling van de Perspectiefnota 2012 – 2015 is de Nuon reserve “vrij deel” gesplitst in een aantal bestemmingsreserves voor het realiseren van een aantal specifiek benoemde projecten, investeringen en stimuleringsregelingen. De gemeenteraad heeft bij de vaststelling van de Perspectiefnota besloten tot het instellen van een bestemmingsreserve voor een fietsenstalling bij het station van € 4 miljoen. In het Kaderbesluit Rijnsburgerblok wordt voorgesteld een openbare fietsenstalling van 5.000 tot 7.000 fietsen onderdeel te maken van de ontwikkelopgave en dit programmaonderdeel op stedenbouwkundige en financiële haalbaarheid te laten verkennen. Naast de reservering van € 4,0 miljoen heeft de gemeenteraad bij eerdere besluitvorming reeds € 2,56 miljoen uit het PRIL3 2010 beschikbaar gesteld. Het totaal gereserveerde bedrag van 6,56 miljoen moet een belangrijk deel van de investeringskosten dekken, naast medefinanciering door het Rijk. Het voornemen is om een businesscase te laten opstellen om medefinanciering aan te kunnen vragen. Naast de investering speelt uiteraard ook het uiteindelijke beheer en de exploitatie van de fietsenstalling en de daarmee samenhangende beheersmaatregelen een belangrijke rol. Het in het masterplan fietsparkeren verwoorde beleidskader is een bouwsteen in de planvorming voor het stationsgebied. In de grondexploitatie van het stedenbouwkundig ontwerp is een raming gemaakt van de stichtingskosten van fietsenparkeerplaatsen. Hierin wordt uitgegaan van €1500 per parkeerplaats. Dit is erg laag ten opzichte van de investeringskosten van referentieprojecten, zie onderstaande tabel. tabel 3 kosten per fietsparkeerplaats inpandige stallingen fietsenstalling Houten Leiden (zeezijde) Utrecht Zutphen kosten per parkeerplaats € 3.226 € 2.500 € 2.345 € 2.100
Groningen € 2.530
Amsterdam € 3.300
Leiden heeft de ambitie om alle fietsenstallingen in het stationsgebied inpandig te realiseren. Indien de stichtingskosten €2500 per fietsparkeerplaats bedragen, dan komt de investering voor 12.000 inpandige fietsparkeerplaatsen uit op een bedrag van 30 miljoen euro. Dit betekent dat de huidige middelen voor nieuwe fietsenstallingen in het stationsgebied nog lang niet zijn gedekt, ook niet als er 50% medefinanciering van het Rijk wordt binnengehaald. Voor het bereiken van deze ambitie resteert dus nog een forse opgave.
3
Programma Ruimtelijke Investeringen Leiden
Pagina 3 van 5
financiering beheer en exploitatie fietsenstallingen centraal station De financiering van onderhoud, instandhouding, schoonmaak en het beheer van de fietsenstallingen in het stationsgebied is als volgt geregeld. tabel 4 eigendom, beheer en exploitatie
-
-
-
Alle inpandige bewaakte stallingen in het stationsgebied zijn eigendom van Prorail. De betaalde stallingen van NS worden beheerd en onderhouden door NS Fiets. De betaalde stallingen worden geëxploiteerd door firma Oldenburger in opdracht van NS Fiets. Voor de betaalde stalling geldt de landelijke tariefstelling van NS stationsstallingen4. In de huidige situatie is er geen afstemming over de exploitatie van fietsenstallingen in het stationsgebied. De exploitatie van de betaalde stallingen van NS fiets wordt bemoeilijkt door de gratis stalling Zeezijde die door de gemeente wordt geëxploiteerd. De stalling Zeezijde wordt onderhouden en in stand gehouden door Prorail, de werkzaamheden zijn uitbesteed aan NS Poort. In de gratis stalling Zeezijde wordt het dagelijks onderhoud, schoonmaak en het houden van toezicht gefinancierd door de gemeente Leiden en uitgevoerd door DZB. De overige gratis stallingen worden beheerd door de gemeente. Beheer en onderhoud van alle overige stallingen in het openbaar gebied en op maaiveld komen ten laste van de gemeente Leiden, zij voert hiervoor ook het grootste deel van de werkzaamheden uit (het onderhoud van de etagerekken is uitbesteed aan firma Klaver). Het onderhoud en het beheer van de stalling en fietsparkeervoorzieningen onder de taxistandplaats heeft de gemeente uitbesteed aan de firma Klaver (rekken) en schoonmaakbedrijf Schlagwein.
3. Ontwikkelingen Toenemen capaciteitsbehoefte voor het stallen van fietsen Het fietsgebruik in Leiden is al hoog, vergeleken met andere steden. De autonome groei van het autoverkeer5 maakt dat het al druk bezette Leidse wegennet steeds verder dichtslibt met auto’s, waardoor de fiets steeds vaker het snelste vervoermiddel wordt. Dit kan leiden tot een hoger fietsgebruik en een grotere stallingbehoefte. Een landelijke trend is dat de fiets steeds vaker onderdeel is van het ketentransport6 (combinatie van fiets en openbaar vervoer). In Leiden speelt dit ook, voor woon - werk verplaatsingen, waaronder ook de verplaatsen van huis naar opleiding en terug. Dit leidt tot een grotere stallingbehoefte bij de stations7. Het fietsgebruik wordt bewust en onbewust gestimuleerd. Programma Binnenstad heeft mede tot doel om meer bezoekers naar de binnenstad te trekken, waaronder meer bezoekers op de fiets. Het gemeentelijk beleid gaat uit van het verbeteren van de bereikbaarheid van de 4
De tarieven voor de NS fietsenstallingen worden vastgesteld door het exploitatiebedrijf van NS Poort. De Kadernota Bereikbaarheid (2009) gaat uit van een autonome groei van het autoverkeer van 27% tot 2020. Landelijk fietst 40% van de treinreizigers van huis het station en pakt 15% de fiets in de plaats van bestemming. In 2000 betrof dit 30% respectievelijk 11% van de treinreizigers. 7 Uit de trendanalyse van NS blijkt dat er in 2020 een groei wordt verwacht van 50% tot 75% meer fietsen bij het station. 5 6
Pagina 4 van 5
binnenstad door doorgaand autoverkeer om het centrum heen te leiden. Er wordt ingezet op verbetering van fietspaden en een verbeterde bewegwijzering voor fietsers. Er worden meer fietsen verhuurd, de OV fiets is een groot succes. Ontwikkelingen Stationsgebied De trend is dat steeds meer treinreizigers met de fiets naar het station komen. Uit de middenvariant van de capaciteitsprognose van Prorail blijkt dat er in totaal zo’n 18.500 plekken nodig zijn in 2020. Thans zijn er een kleine 14.000 plekken. Als de plannen voor de ontwikkeling van het stationsgebied vanaf 2015 worden uitgevoerd, verdwijnen er veel (gratis) stallingplekken, afhankelijk van het wel of niet verdwijnen van de fietsenstalling onder de taxistandplaats. Er blijven een kleine 7.000 plekken tot ruim 9.000 plekken over. Tabel 5 huidige stallingplekken 2012 en in 2020 2012 2020 jaar Betaalde NS stallingen Stalling Zeezijde Taxistandplaats stallingen openbare ruimte totaal capaciteitsbehoefte stallingopgave
2020
(variant 1)
(variant 2)
4.300 2.200 2.280 5.055
4.300 2.200 0 450
4.300 2.200 2.280 450
13.835
6.950 18.500 11.550
9.230 18.500 9.270
Met een capaciteitsbehoefte van 18.500 plekken in 2020 betekent dit dat de extra stallingopgave in 2020 tussen de 9.270 en 11.550 fietsparkeerplaatsen bedraagt. In de plannen voor het stationsgebied zijn 10.000 à 12.000 nieuwe plekken voorzien voor forensen: 5.000 - 7.000 plekken in het Rijnsburgerblok (op de plek van het huidige “Gat van v/d Putte”) en 5.000 - 7.000 plekken op de huidige plaats van het busplatform, vlakbij de tijdelijke stalling Alphen’s Perron. Tabel 6 huidige en geplande capaciteit (hoge variant) stallingen voor OV reizigers 2012 2020 2020 (variant (variant 1) 2) Betaalde NS stallingen 4.300 4.300 4.300 Stalling Zeezijde 2.200 2.200 2.200 Taxistandplaats 2.280 0 2.280 stallingen openbare ruimte 5.055 450 450 nieuwe inpandige stallingen 0 12.000 10.000 totaal
13.835
18.950
19.230
De benodigde extra capaciteit na 2020 is onbekend. De capaciteitsbehoefte is alleen voor openbaar vervoerreizigers. Voor de vastgoedontwikkeling in het stationsgebied geldt dat in de eigen stallingopgave voorzien moet worden bij nieuwbouw. De concessie van NS reizigers inclusief NS Fiets loopt in 2015 af8. De dekking van het beheer en onderhoud van de ondergrondse gratis fietsenstalling Zeezijde van de gemeente is geregeld tot en met 2013. In de Perspectiefnota 2013-2016 moet dekking worden geregeld om de exploitatie na 2013 veilig te stellen. Het beheer en onderhoud van de tijdelijke fietsenstallingen onder de taxistandplaats en rond “gat van der Putte” is geregeld tot medio 2015.
8
Het hoofdrailnet wordt voor de periode 2015 – 2030 opnieuw gegund aan een vervoerder. Het kabinet moet daarvoor een besluit nemen over aanbesteden of gunnen aan de NS. In de huidige vervoerconcessie is opgenomen dat NS zorgt voor beheerde, bewaakte en beveiligde fietsenstallingen en voor de realisatie hiervan samen met Prorail een financieel dekkend stappenplan opstelt.
Pagina 5 van 5