* Bevoegde dierenarts: de dierenartspracticus die zich door middel van de Avined-bijlage bij de

titel

Algemene instructie intraverkeer en export van levend pluimvee en broedeieren vanuit Nederland PLUIU-001 Versie 8 Ingangsdatum 22-01-2016 Pagina 1 van 10

code versie 4 5 6 7 8 1

datum 6-2-2014 25-2-2014 18-8-2014 12-02-2015 22-01-2016

Toelichting Aanpassing invulinstructies certificaat en wetverwijzingen Aanpassing Nationale wetgeving Salmonella Aanvulling info certificering en beladingsnorm NCD eisen bij verplaatsing; verwijzing naar wetgeving S.e en S.t. uitslagen bij leghennen; Link lab. Salm.onderzoek, e.a.

ONDERWERP

Algemene instructie voor het keuren en certificeren i.v.m. de verzending van levend pluimvee en broedeieren vanuit Nederland naar het grondgebied van andere lidstaten. Voor export naar 3e landen: zie 5.2.11. Deze instructie geldt niet voor pluimvee bestemd voor wedstrijden, concoursen, tentoonstellingen en dierentuinen. 2

WETTELIJKE BASIS

2.1 EU-Regelgeving: RL 2009/158/EG; RL 90/425/ EEG; RL96/93 Vo.(EG)2160/2003; Vo.(EG) 1308/2013; Vo. (EG) 617/2008; Vo. (EG) 798/2008 BE 2006/147/EG; Vo.(EG) 1/2005 2.2 Nationale wetgeving: GWWD; RHLDLP, hfdst 2, afd. 1. Art.2.4 en hfdst 6, art 6.1; afd. 2 art 6.2 t/m 6.5. GWWD; Regeling dierenvervoer 2007. Regeling preventie, bestrijding en monitoring van besmettelijke dierziekten en zoönosen en TSE's Regeling dierlijke producten; Regeling houders van dieren; Regeling identificatie en registratie van dieren 3

BEGRIPPEN

* Bevoegde dierenarts: de dierenartspracticus die zich door middel van de Avined-bijlage bij de erkenningaanvraag bereid heeft verklaard om namens de officiële dierenarts de verplichtingen conform RL 2009/158/EG te verzorgen. * Pluimvee: kippen, kalkoenen,parelhoenders, eenden, ganzen, kwartels, duiven, fazanten, patrijzen, en loopvogels (Ratites), die in gevangenschap worden opgefokt of gehouden voor de fokkerij, voor de productie van vlees of van consumptie-eieren of om in het wild te worden uitgezet. * Broedeieren: eieren van de hierboven soorten pluimvee, bestemd om te worden bebroed. * Eendagskuikens: pluimvee van alle soorten, dat nog geen 72 uur oud is en dat nog niet is gevoerd (muskuseenden of kruisingen daarvan mogen wel gevoerd zijn). * Fokpluimvee: pluimvee van 72 uur en ouder bestemd voor de productie van broedeieren. * Gebruikspluimvee: pluimvee van 72 uur en ouder, dat wordt opgefokt voor de productie van vlees en/of van consumptie-eieren of om in het wild te worden uitgezet. * Slachtpluimvee: pluimvee dat rechtstreeks naar het slachthuis wordt gevoerd om daar zo snel mogelijk doch uiterlijk binnen 72 uur na aankomst te worden geslacht.

4

BENODIGDHEDEN

De certificerende dierenarts moet de module pluimvee uit de basisopleiding “Exportcertificering Levende Dieren en Levende producten” met succes hebben afgerond. 5

WERKWIJZE

5.1

Werkwijze exporteur

5.1.1 Aanvraag keuring Informatie over de keuringsaanvraag met digitaal aanvraagformulier vindt u op de website van de NVWA. https://www.nvwa.nl/onderwerpen/dieren-dierlijke-producten/dossier/keuringen/aanvragenkeuringen-via-een-digitaal-formulier

Bron: NVWA, Divisie V&I, afdeling Toezichtontwikkeling, team TO Levend Vee

titel code


Keuring van broedeieren en eendagskuikens worden centraal aangevraagd bij CoA te Utrecht. 5.1.2 Benodigde bescheiden welke bij de keuring moeten worden overlegd * Voor alle zendingen een volledig ingevuld, gedagtekend en ondertekend aanvraagformulier. - Afschiften van de relevante uitslagen van het Salmonella onderzoek voor zover het slachtkuikens, fok- & gebruiksdieren of kalkoenen betreft, en voor broedeieren en eendagskuikens als de actuele uitslag niet in de applicatie Exportwaardigheid van de GD is opgenomen. * Voor zendingen kleiner dan 20 stuks de uitslagformulieren van de door de GD verrichte onderzoeken betreffende Salmonella pullorum en gallinarum. * Uitslag van het Salmonella onderzoek conform Vo. (EG) nr. 2160/2003, alsmede negatieve uitslag voor S.E en S.T. bij reproductiepluimvee. * Bewijs van de NCD-enting c.q. de ontheffing hiervoor. Indien nodig de titerbepaling. [Alleen voor kip en kalkoen. Er zijn 2 verplichte entingen voorgeschreven. De 1e enting op de leeftijd v.a. 72 uur t/m de 18e levensdag (levend vaccin) en de 2e enting bij kip vóór de leeftijd van 22 wk. en bij kalkoen vóór de leeftijd van 30 wk. (geïnactiveerd vaccin)] * Voor zendingen kleiner dan 20 stuks een bewijs dat de dieren drie maanden of sedert hun uitkomst op het grondgebied van de EU hebben verbleven. * Uit derde landen geïmporteerde loopvogels moeten (volgens beschikking 2001/751) zijn voorzien van een chip of halsmerk. * Bij uit een medelidstaat geïmporteerde broedeieren of hieruit verkregen ééndagskuikens, het begeleidende gezondheidscertificaat. 5.1.3 Registratie handelaar De EU-regelgeving schrijft geen verplichte registratie voor bij handelaren in pluimvee. Conform de Regeling handel levende dieren en levende producten wordt een register wel bijgehouden. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het register dat wordt beheerd door Avined.

5.1.4 Verdere voorschriften bij het ter keuring aanbieden Om de exportkeuring adequaat te laten verlopen zorgt de exporteur voor: * verantwoorde werkomstandigheden voor de NVWA-medewerkers. * faciliteiten voor de administratieve afhandeling. * voldoende assistentie voor een vlotte afwerking van de keuring. * voldoende licht, tenminste gelijkwaardig aan daglicht, voor een goede beoordeling van de dieren. 5.1.5 Verdere voorschriften voor het verzenden van het pluimvee 5.1.5.1. Eendagskuikens en/of broedeieren De verpakkingen zijn nieuw of gereinigd en ontsmet en mogen slechts pluimvee en broedeieren van dezelfde soort, dezelfde categorie en hetzelfde type, afkomstig van dezelfde inrichting bevatten. Op de verpakking is een etiket aangebracht met daarop de volgende vermeldingen; * naam van de Lidstaat. * registratienummer van de inrichting van oorsprong. Bij eendagskuikens: NVWA exporterkenning van de broederij (NL-xxxx) Bij broedeieren: NVWA exporterkenning van het vermeerderingsbedrijf (NL-xxxx) * aantal ééndagskuikens of broedeieren. * de pluimveesoort waartoe de eieren of de dieren behoren. Indien de verpakkingen zijn bijeengebracht in containers is hierop het volgende vermeld; * het aantal verpakkingen. * de naam van de Lidstaat. * registratienummer van de inrichting(en) van oorsprong. (NVWA exporterkenning- NL-xxxx) * aantal ééndagskuikens of broedeieren. * de pluimveesoort waartoe de eieren of de dieren behoren. 5.1.5.2. Fok- of gebruikspluimvee Fok- of gebruikspluimvee moet worden vervoerd in dozen of kooien: * die uitsluitend pluimvee bevatten van dezelfde soort, dezelfde categorie en hetzelfde type, afkomstig van dezelfde inrichting * waarop het registratienummer van de inrichting van oorsprong is aangebracht. (NL-xxxx)

5.2

Werkwijze NVWA


titel code


5.2.1 Algemeen De NVWA controleert of aan onderstaande punten is voldaan: * de exporteur is opgenomen in het register van handelaren pluimvee, m.u.v. handel in slachtpluimvee * het bedrijf van herkomst staat niet op de lijst van bedrijven die gevaccineerd hebben tegen aviaire influenza * het bedrijf van herkomst is niet gelegen in een gebied waar beperkende maatregelen voor pluimvee van kracht zijn. * het exporterende bedrijf is, behalve in het geval van export van minder dan 20 stuks, geregistreerd bij Avined. * bij export van partijen groter dan 20 stuks, m.u.v. slachtpluimvee, is het bedrijf erkend door de NVWA. * locatie met de Link naar de lijst met erkende laboratoria voor zoönotische Salmonella: https://www.nvwa.nl/onderwerpen/eten-drinken-roken/dossier/erkenningen-vergunningenregistraties/overzicht-erkende-bedrijven/laboratoria

5.2.2

Fok- en gebruikspluimvee:

5.2.2.1 Veterinaire eisen * de dieren hebben sinds hun uitkomst of meer dan 6 weken in een erkende inrichting op het grondgebied van de EU verbleven (de periode van 6 weken kan verkort worden tot 21 dagen na negatieve uitslag van de NCD en AI testen . * de dieren zijn afkomstig van koppels die vrij zijn van klinische ziektesymptomen en zijn niet verdacht van besmettelijke pluimveeziekten. * de verplichte NCD-enting bij kippen en kalkoenen heeft plaatsgevonden, dit wordt in de administratie gecontroleerd. N.v.t. bij dieren jonger dan 8 dg. en bestemd om te worden afgemest. N.B. Bij verplaatsing van jonge hennen is de geïnactiveerde enting vaak nog niet of minder dan 6 weken geleden uitgevoerd. Hierbij moet je dus de titers van het onderzoek naar de NCDbescherming controleren i.v.m. de eisen bij verplaatsing. Zie ook punt 5.2.10. * Datum en uitslag van de laatste bemonstering van het koppel waarvan het resultaat bekend is van het onderzoek naar Salmonellaserotypen die van belang zijn voor de volksgezondheid moet overlegd worden, voor zover het de soort Gallus gallus en kalkoenen betreft. [de 5 meest voorkomende serotypen salmonella bij (opfok)fok- en (opfok)vermeerderingskoppels Gallus gallus; S.E. en S.T. bij opfok-leg Gallus gallus en kalkoenen] N.v.t. bij dieren jonger dan 8 dg. bestemd voor de mest. * De uitslag van het onderzoek naar Salmonella enteritidis en Salmonella typhimurium van het koppel is negatief, voor zover het vermeerderingsdieren van de soort Gallus gallus en kalkoenen betreft. Het onderzoek bij jonge hennen moet binnen 2 weken vóór de verplaatsing naar de legeenheid plaatsvinden. Een koppel leghennen bestemd voor de productie van consumptie-eieren met een positieve uitslag voor S.e of S.t. wordt vrijgesteld van het verdere periodieke Salmonella-onderzoek maar houdt het verdere leven de positieve status voor S.e en/of S.t. Dit kan worden aangetoond met de besmetverklaring van het NVIC samen met de uitslag van het verificatieonderzoek (GD of WUR). Salmonellaonderzoek is n.v.t. bij dieren jonger dan 8 dg. die bestemd zijn om te worden afgemest. * Bij de export naar Zweden en Finland gelden extra voorwaarden wat betreft NCD entingen en Salmonellaonderzoek (zie de betreffende landeninstructie). [let op Zwitserland(EVA-land) is ook NCD-vij] * van de koppels wordt het uitvalpercentage geregistreerd, dit wordt in de administratie gecontroleerd. * de dieren worden door de officiële dierenarts klinisch gekeurd in de 48 uur voorafgaand aan de export. * de NVWA- dierenarts is tijdens het laden van loopvogels aanwezig (zie toelichting). 5.2.2.2 Certificeren * indien aan alle voorwaarden is voldaan wordt het certificaat ingevuld en ondertekend. * Certificaat vak I.31 Identificatie: Bij het vakje "erkenningnummer" het exporterkeningnummer NVWA invullen <xxxx>. Bij het vakje "Identificatie" het Avined registratienummer invullen, en de merknaam. * Salmonella verklaring: Volg de opmerkingen in de toelichting op het certificaat * het certificaat draagt een stempel en handtekening van een andere kleur dan die van de tekst van het certificaat.


titel code

5.2.3


Slachtpluimvee

5.2.3.1 Veterinaire eisen * de dieren zijn afkomstig van een bedrijf waar zij sedert uitkomst of tenminste drie weken hebben verbleven. * de dieren worden door de officiële dierenarts klinisch gekeurd binnen 5 dagen voor verzending. * de certificerende dierenarts kijkt na in de technische administratie of de wachttermijn van de verstrekte medicaties op het moment van het geplande vertrek verstreken is. * de verplichte NCD-enting bij kippen en kalkoenen heeft plaatsgevonden, dit wordt in de administratie gecontroleerd. * Datum en uitslag van de bemonstering van het koppel van het onderzoek naar Salmonellaserotypen die van belang zijn voor de volksgezondheid [ de 5 meest voorkomende serotypen] moet overlegd worden, voor zover het de soort Gallus gallus betreft of slachtkalkoenen. De uitslagen moeten minimaal 24 uur voor aflevering bekend zijn voor zover het de soort Gallus gallus betreft en de uitslag is 21 dagen vanaf de monsternamedatum geldig als het vleeskuikens betreft. De monstername vond plaats maximaal 21 dagen voor afvoer naar de slachterij. Het onderzoeksinterval bij fok- en vermeerderingsdieren is 3 weken. (laatst bekende uitslag kan dus ongeveer 5 weken oud zijn) Bij leghennen (consumptie-eieren) vond de monstername op salmonella maximaal 21 dagen voor de afleveringsdatum aan de slachterij plaats, [alleen S.E. en S.T.] tenzij ze reeds eerder positief getest zijn op S.e. en/of S.t. Het koppel is dan besmet verklaard en uitgezonderd van verder Salmonellaonderzoek. Dit kan worden aangetoond met de besmetverklaring van het NVIC samen met de uitslag van het verificatieonderzoek (GD of WUR). * van de koppels wordt het uitvalpercentage geregistreerd, dit wordt gecontroleerd. * het aantal te certificeren dieren wordt altijd geverifieerd hetzij bij de verzorger/eigenaar, of op de hokkaart(en). De exportaanvraag vermeldt veelal de geschatte grootte van de koppel, zonder aftrek van de uitval. * de officiële dierenarts is tijdens het laden van loopvogels aanwezig (zie toelichting). 5.2.3.2 Certificeren * indien aan alle voorwaarden is voldaan wordt het certificaat ingevuld. * Certificaat vak I.31 Identificatie: Bij het vakje "Identificatie" het Avined registratienummer invullen. < pve-xxxx> en de merknaam. * Salmonella verklaring: Volg de opmerkingen in de toelichting op het certificaat * het certificaat draagt een stempel en handtekening van een andere kleur dan die van de tekst van het certificaat * het gezondheidscertificaat gaat vanaf 1 januari 2006 vergezeld van een Voedsel Keten Informatie formulier (VKI) dat door de pluimveehouder voor vertrek bij het certificaat wordt gevoegd. Dit is geen onderdeel van de keuring. 5.2.4 Broedeieren Controlesysteem bij primaire bedrijven in Nederland: Bij de certificering van broedeieren en eendagskuikens wordt de gezondheidsstatus van het producerende bedrijf als onderbouwing gebruikt. De borging vindt plaats door een controlesysteem, waarbij het bedrijf minimaal 7 werkdagen vóór de aanvang van de export een verzoek voor de eerste controle aan de NVWA richt. Dit is op het moment, dat het vermeerderingskoppel in productie komt of kort voordat de koppel voor export gebruikt gaat worden. De NVWA doet de onderhoudsaudit i.v.m. de erkenning van het producerende bedrijf en combineert deze met de eerste inspectie van de gezondheidsstatus van de dieren (verplichte entingen, monsternames en bepalingen, etc). Bij akkoord bevinden wordt hiervan per omgaande in de webapplicatie “Exportwaardigheid pluimveebedrijven” melding gedaan bij de GD, die de lijst van exportwaardige bedrijven onderhoudt. De maandelijkse vervolginspecties worden uitgevoerd door de "bevoegde dierenarts". De salmonella-uitslagen kunnen ook in deze webapplicatie worden opgenomen (system-to-system: lab>Avined>applicatie). [ Zie het (interne) projectprotocol "Exportwaardigheid pluimveebedrijven"] 5.2.4.1 Veterinaire eisen * Broedeieren kunnen "op afstand" worden gecertificeerd. Met behulp van de lijst van exportwaardige koppels/bedrijven op de website van de GD (http://www.gddiergezondheid.nl/diergezondheid/management/exportwaardigheid ) wordt nagegaan of de bedrijven exportwaardig zijn. * Datum en uitslag van de laatste bemonstering van het koppel ouderdieren waarvan het resultaat bekend is van het onderzoek naar Salmonellaserotypen die van belang zijn voor de


titel code


volksgezondheid moeten overlegd worden, voor zover het de soort Gallus gallus of kalkoenen betreft, tenzij deze is vermeld in de GD-lijst Exportwaardigheid, waar deze elektronisch geraadpleegd kan worden. * De uitslag van het onderzoek naar Salmonella Enteritidis en Salmonella Typhimurium van het koppel ouderdieren is negatief, voor zover het de soort Gallus of kalkoenen betreft. * Bij de export naar Zweden en Finland gelden extra voorwaarden wat betreft NCD entingen en Salmonellaonderzoek (zie betreffende landeninstructie). [let op Zwitserland (EVA-land) is ook NCDvij] Per gezondheidscertificaat worden van slechts één herkomstkoppel afkomstige broedeieren gecertificeerd (alle NCD entingen vermelden). * de broedeieren zijn van een leesbaar identificatienummer (broedeistempel met VB-nummer) voorzien. * de eieren zijn ontsmet. (verklaring van ontsmetting meefaxen) * doorcertificering van uit derde landen afkomstige broedeieren is niet mogelijk. * door de afdeling Certificering op Afstand wordt steekproefsgewijs 2% van de exportaanvragen voor intraverkeer aangemerkt om daarbij een fysieke (systeem-)controle uit te voeren. 5.2.4.2 Certificeren * indien aan alle voorwaarden is voldaan wordt het certificaat ingevuld. * Certificaat vak I.31 - Identificatie: In het veld "Erkenningnummer" komt het NVWA exporterkenningnummer van de ouderdierenkoppels: xxxx / xxxx etc. In het veld "Identificatie" komen de VB-nummers van de moederdierenkoppels: VB-xxxx / xxxx etc. en de merknaam. * Bij leeftijd de datum van verzameling invullen. * Als er broedeieren van meerdere herkomstkoppels op één certificaat worden gecertificeerd, dan van élk koppel de laatste entdatum-NCD en de laatste monsternamedatum Salmonella invullen * het certificaat draagt een stempel en handtekening van een andere kleur dan die van de tekst van het certificaat. 5.2.5 Eendagskuikens Controlesysteem: zie 5.2.4 5.2.5.1 Veterinair * Eendagskuikens kunnen "op afstand" worden gecertificeerd. De eendagskuikens zijn afkomstig van broedeieren, die voldoen aan de eisen, zoals weergegeven bij 6.4.1. Op het aanvraagformulier moet, naast de gebruikelijke gegevens, vermeld worden of het broedproces een normaal verloop kende. * Bij de export naar Zweden en Finland gelden extra voorwaarden wat betreft NCD entingen en Salmonellaonderzoek. [let op Zwitserland(EVA-land) is ook NCD-vij] Voor Zweden, Finland en o.a. Zwitserland worden per gezondheidscertificaat van slechts één herkomstkoppel afkomstige eendagskuikens gecertificeerd. * Indien de ééndagskuikens afkomstig zijn uit broedeieren, die geïmporteerd zijn uit 3e landen, wordt dit in de Traces gezondheidsverklaring gecertificeerd (keuze aanvinken), zodat de ééndagskuikens nog 3 weken in isolatie geplaatst worden in de lidstaat van bestemming. * Bij de afdeling Certificering op Afstand wordt steekproefsgewijs 2% van de exportaanvragen voor intraverkeer aangemerkt om een fysieke (systeem-)controle uit te voeren. (ook mogelijk in combinatie met 3e landenexport). Enkele algemene opmerkingen/controlepunten: - Doppen (eierschalen) controleren op VB-nummer (herkomst) - Vergassing haantjes / uitval / verpakking (welzijn) - Bestemming cat.2 (afwijkend-liggenblijvers) of cat. 3 (haantjes) - Selectie van de uitkomst - Eventueel enting(en) - Aanvullende eisen in het geval van export naar 3e landen (certificaattekst / landeneisen 3e landen) 5.2.5.2 Certificeren * indien aan alle voorwaarden is voldaan wordt het certificaat ingevuld. * Certificaat vak I.31 - Identificatie: In het veld "Erkenningnummer" komt het NVWA exporterkenningnummer van de ouderdierenkoppels: xxxx / xxxx etc. In het veld "Identificatie" komen de VB-nummers van de moederdierenkoppels: VB-xxxx / xxxx etc. en de merknaam. * Als er eendagskuikens van meerdere herkomstkoppels op één certificaat worden gecertificeerd, dan van élk koppel de laatste entdatum-NCD en de laatste monsternamedatum Salmonella invullen * het certificaat draagt een stempel en handtekening van een andere kleur dan die van de tekst van het certificaat.


titel code

5.2.6


Partijen pluimvee en broedeieren minder dan 20 stuks

5.2.6.1 Veterinair * de bedrijven hoeven niet NVWA (exportwaardig) erkend te zijn. * de uitslagen van de GD betreffende het onderzoek op Salmonella pullorum/gallinarum van alle dieren zijn aanwezig, etc., zie bij punt 5.2.2 * er is een bewijs aanwezig dat de dieren sedert hun uitkomst of tenminste sedert drie maanden op het grondgebied van de EU hebben verbleven. * de dieren mogen niet afkomstig zijn van bedrijven die gevaccineerd hebben tegen aviaire influenza. Gevaccineerde dieren zijn herkenbaar aan een speciale pootring. * klinische keuring door de officiële dierenarts; vrij van symptomen van besmettelijke pluimveeziekten. * Deze voorwaarden gelden niet voor loopvogels of broedeieren van loopvogels. 5.2.6.2 Certificeren * indien aan alle voorwaarden is voldaan wordt het certificaat ingevuld. * Certificaat vak I.31: In het veld "Identificatie" het registratienummer invullen, of de (onder)soort c.q. het type. * bij leeftijd de datum van verzameling (broedeieren) of de leeftijd bij benadering (pluimvee) * het certificaat draagt een stempel en handtekening van een andere kleur dan die van de tekst van het certificaat. 5.2.7 Pluimvee om in het wild te worden uitgezet * de voorwaarden staan in artikel 12 van richtlijn 2009/158/EG * het certificaat kan in Traces-EU worden gegenereerd. Traces biedt de mogelijkheid om ter illustratie een leeg certificaat, voorzien van de tekst, te printen. * Certificaat vak I.31: In het veld "Identificatie" het Avined registratienummer invullen: pve-xxxxx 5.2.8 Transport * de transportmiddelen zijn gereinigd en ontsmet. * voor de transportmiddelen beschikt men over een geldig "certificaat van goedkeuring van het wegvervoermiddel voor lange transporten als bedoeld in art. 18 van Vo.(EG) 1/2005", als het transport langer dan 8 uur in beslag neemt. * de officiële dierenarts verklaart dat de dieren geschikt zijn voor de reis. * Om de reistijd te bepalen wordt een routenetuitdraai verwacht, behalve voor België * de transporteur beschikt over een "Vergunning vervoerder art. 10 of art. 11" indien de transportafstand meer dan 65 km. bedraagt * de chauffeur beschikt over een getuigschrift van vakbekwaamheid volgens art 17 van Vo(EG) 1/2005 * het welzijn van de dieren moet tijdens het laden worden gegarandeerd. De per dier beschikbare vloeroppervlakte van de verpakking bedraagt tenminste: - voor eendagskuikens 21 - 25 cm2 per kuiken, - voor pluimvee met een gewicht tot 1,6 kg: 180-200 cm2 kg gewicht, - voor pluimvee met een gewicht van 1,6 tot 3 kg: 160 cm2 per kg gewicht, - voor pluimvee met een gewicht van 3 tot 5 kg: 115 cm2 per kg gewicht, - voor pluimvee zwaarder dan 5 kg: 105 cm2 per kg gewicht. Op basis van het aantal, het gemiddelde gewicht en het nuttig belaadbaar oppervlak wordt berekend of aan de beladingsnorm wordt voldaan. de dieren beschikken, gelet op hun grootte, over voldoende stahoogte. * de maximale reisduur: - voor slacht-, fok- en gebruikspluimvee is 12 uur, tenzij voorzien is in drenk- en voergelegenheid. - voor eendagskuikens is 24 uur, tenzij voorzien is in drenk- en voergelegenheid én ze uiterlijk 72 uur na uitkomst op de eindbestemming zijn. Aan het vervoer door de lucht kunnen specifieke eisen gesteld zijn. N.B.: Een buitenlandse wagen zonder extra vermelding over voeder- en drenksysteem op het goedkeuringsbewijs, moet op dit punt dus fysiek gecheckt worden, als de reis meer dan 12 uur bedraagt.


titel code


5.2.9 Traces De transportmiddelen voor lange transporten (kunnen) zijn opgenomen in Traces-EU, echter er is géén verplicht- vaste koppeling met de kentekens in deze lijst. Ook zegt het niets over het al of niet aanwezig zijn van een voer/drenksysteem voor lang transport > 12 uur. Het is mogelijk om een niet voorkomend kenteken bij een lang transport met Traces-EU in het certificaat vast te leggen. Maak in zo'n geval aantekening van uw controle op de goedkeuring van de veewagen in uw archief/agenda. Als bij de certificering een "In uitvoering" exemplaar uit Traces is gebruikt, moet een kopie van het aangevulde exemplaar worden gearchiveerd. In Traces wordt het certificaat op dezelfde dag nog "Geldig" gemaakt, nadat de gewijzigde c.q. aangevulde gegevens hierin zijn opgenomen. 5.2.10 Minimum weerstand tegen NCD bij het verplaatsen van pluimvee Als pluimvee van de soort kip of kalkoen wordt verplaatst naar een ander bedrijf, moet de bescherming tegen NCD aan de minimumeis voldoen, die voor de betrokken categorie geldt. Per genoemde categorie gelden de volgende eisen: * pluimvee tot de leeftijd van 28 dagen: Is minstens 7 dagen voor verplaatsing d.m.v. spray of aërosol met levend vaccin ingeënt * pluimvee ouder dan 28 en jonger dan 70 dagen: Heeft één monsteruitslag met minimaal titer 3 én is tussen 7 en 42 dagen voor verplaatsing d.m.v. spray of aërosol met levend vaccin ingeënt. * vermeerderingsdieren of leghennen vanaf de leeftijd van 70 dagen: a) Als deze nog niet of korter dan 6 weken geleden met geïnactiveerde entstof zijn ingeënt Heeft 83% van de monsters een uitslag van minstens titer 3, tenzij de dieren vanaf geboorte elke 6 weken d.m.v. spray of aërosol met levend vaccin zijn gevaccineerd én minstens één monster een uitslag van minimaal titer 3 heeft. b) Vanaf 6 weken na inenting met geïnactiveerde entstof heeft 83% (= 25 uit 30) van de monsters een uitslag van titer 3 of hoger. * vleeskuikens en vleeskalkoenen vanaf de leeftijd van 70 dagen: 83% van de monsters heeft een uitslag van minstens titer 3, tenzij de dieren vanaf geboorte elke 6 weken d.m.v. spray of aërosol met levend vaccin zijn gevaccineerd én minstens één monster een uitslag van minimaal titer 3 heeft. 5.2.11 Export naar 3e landen Voor de export naar 3e landen (certificering op verzoek) wordt in eerste instantie voldaan aan de EU-eisen. Daarboven kunnen per land aanvullende verklaringen/onderzoeken vereist zijn. Deze vindt u terug in de certificaattekst en/of de landeninstructies. 6

REGISTRATIE EN ARCHIVERING

Binnen de NVWA worden alle relevante bescheiden met betrekking tot een export gearchiveerd: * aanvraagformulier * kopie gezondheidscertificaat * aanvullende documenten en laboratoriumuitslagen (indien van toepassing) * bij transporten van langer dan 8 uur de routenetuitdraai, kopie RDW-certificaat van goedkeuring veewagen en kopie vergunning transporteur. Dit geldt alleen als de auto niet tijdens de keurig aanwezig is. * kopie besluit weigering exportcertificaat (indien van toepassing) Ingeval EU certificering rechtstreeks in Traces plaats heeft gevonden is er geen kopie van het gezondheidscertificaat. In dat geval wordt t.b.v. de dossiervorming het Traces Intranummer (de cijfers uit het laatste stuk) op de aanvraagformulieren en de keuringsrapporten etc. vermeld. Bij gebruik van een "In Uitvoering" exemplaar wordt een kopie hiervan met de aangebrachte aanvullingen/wijzigingen wel ingestuurd en gearchiveerd. Zie ook instructie ADLDLP.


titel code 7

Algemene instructie intraverkeer en export van levend pluimvee en broedeieren vanuit Nederland PLUIU-001 Versie 8 Ingangsdatum 22-01-2016 Pagina 8 van 10 Interventie

Algemeen: De export kan alleen plaatsvinden indien de DOM-(Document/Overeenstemming/Materiaal)-controle volledig in orde is en aan de voorwaarden van deze instructie is voldaan. Bij omissies kan er niet gecertificeerd worden. Indien er niet voldoende faciliteiten worden geboden kan de certificering eveneens gestopt worden. Wanneer herstel van verzuim meer tijd in beslag neemt dan de certificerende dierenarts ter beschikking heeft, worden de werkzaamheden naar een later tijdstip verplaatst, of als dat planningstechnisch niet mogelijk blijkt, gestaakt. Er dient in dat geval een nieuwe exportaanvraag ingediend te worden. Als de afgifte van een certificaat geweigerd wordt, wordt de schriftelijke mededeling van dit besluit achter gelaten (bijlage 4). Voorkomende omissie Salmonella uitslag verlopen / te oud Verplichte NCD enting niet uitgevoerd Ontbreken van identificatie bij loopvogels (chip of halsmerk) Geen of onleesbare stempeling van broedeieren

De voorgeschreven etikettering op de verpakkingen c.q. containers ontbreekt of de vermeldingen zijn incompleet Ontbreken van het importcertificaat bij export van uit geïmporteerde broedeieren afkomstige eendagskuikens Ontbreken van exporterkenning van het bedrijf bij export van hennen.

Een vermeerderingsbedrijf komt niet voor op de lijst met exportwaardige koppels bij de GD

Resultaat Geen export

Wettelijke basis Vo. (EG) nr. 2160/2003

Geen export

Herstelmogelijkheid Uitslag van latere datum overleggen Geldige ontheffing (doorlopende of incidentele) overleggen n.v.t.

Dit is alleen bij import uit derde landen verplicht Geen export. * Eis: Het VB-nummer moet af te leiden zijn uit een aaneengesloten blok van 9 à 12 broedeieren Geen export

Alleen bij import uit 3e land BE/2001/751/EG art. 2, onder 3,a Vo. (EG) 617/2008, art. 3

Geen export

RL/2009/158/EG art. 20 RHLDLP art. 6.2

Importcertificaat overleggen

Geen export Hennen moeten ten minste 6 weken op een EU-erkend bedrijf verbleven hebben. Geen export

RL/2009/158/EG art. 6, onder a), i) RHLDLP art. 6.3 onder e

Geen

RL/2009/158/EG

Als er een geringe overschrijding is van het controle-interval van de bevoegde dierenarts: Direct vervolgcontrole door bevoegde dierenarts.

Vo. (EG) 617/2008, art. 3 c.q 4 RL/2009/158/EG art. 18 RHLDLP art. 6.3 onder g

RHLDLP art. 6.3 onder a Afspraak uitwerking van RL art. 8, lid 1 onder a), iii), tweede gedachtestreepje


Opnieuw stempelen, tevens aktie van broederij naar vermeerderaar. De broederij heeft hier ook een verantwoordelijkheid Etikettering aanbrengen, c.q. aanvullende etikettering aanbrengen

titel code

Algemene instructie intraverkeer en export van levend pluimvee en broedeieren vanuit Nederland PLUIU-001 Versie 8 Ingangsdatum 22-01-2016 Pagina 9 van 10 (Zie 5.4)

Vergunning vervoerder art. 10 of art. 11 ontbreekt bij transport > 65 km

Geen export

Vo. (EG) 1/2005 Regeling dierenvervoer 2007, art. 9

Getuigschrift vakbekwaamheid vlg. art. 17 van Vo. 1/2005 ontbreekt

Geen export


Certificaat van goedkeuring voor de auto ontbreekt bij reistijden van 8 uur en langer Er is geen aantekening van goedkeuring van het voeder- en drenksysteem bij reistijden van > 12 uur Bij de steekproefsgewijze systeemcontrole blijkt dat de te exporteren partij al eerder (vorige dag(en) is verzonden.

Geen export


Geen export


Opschorting deelname Certificering op Afstand.


Als de jaarlijkse audit met de eerste controle bij een nieuw in productie gekomen koppel nog niet door de NVWA is uitgevoerd: Geen (waarschijnlijk) Toelichting: De controle moet 7 dagen voorafgaand aan de export worden aangevraagd. Het zal vaak niet mogelijk zijn om op zeer korte termijn deze controle nog tijdig in te plannen. Vervoersvergunning overleggen of andere vervoerder (mét vergunning) het transport laten uitvoeren Getuigschrift overleggen of andere chauffeur/verzorger mét getuigschrift inzetten Goedgekeurd vervoermiddel inzetten Vervoermiddel met goedkeuring voor het voeder- en drenksysteem inzetten De opschorting bedraagt 4 weken bij een eerste constatering binnen één jaar. Bij herhaling opnieuw 4 weken.

titel code 8

Algemene instructie intraverkeer en export van levend pluimvee en broedeieren vanuit Nederland PLUIU-001 Versie 8 Ingangsdatum 22-01-2016 Pagina 10 van 10 ARBO, MIMIEU EN VEILIGHEID

n.v.t. 9

DIVERS

9.1

Bijlagen (separaat gepubliceerd)

9.1.1 9.1.2

Besluit inhoudende de weigering tot afgifte van een exportcertificaat Checklist ter ondersteuning van de exportkeuring levend pluimvee (niet verplicht)

9.1.3

Voorbeelden en invulinstructies voor gezondheidscertificaten

9.1.3.1 Certificaat 9.1.3.2 Certificaat 9.1.3.3 Certificaat 9.1.3.4 Certificaat

Slachtpluimvee Fok- en Gebruikspluimvee eendagskuikens (mest) Broedeieren


* Bevoegde dierenarts: de dierenartspracticus die zich door middel van de Avined-bijlage bij de

Recommend Documents