Open grenzen
Open grenzen
Open grenzen
ZEG EENS, Wat betekenen de ‘open grenzen’ in de Europese Unie? Inleiding Voor velen is het vandaag de dag vanzelfsprekend, maar de interne markt is één van de grootste verwezenlijkingen van de Europese Unie. Hierdoor kunnen mensen, goederen, diensten en geld vrij van de ene lidstaat naar de andere. Het openen van die grenzen had heel wat positieve gevolgen voor de burgers en bedrijven in de EU.
Doelstellingen
De leerlingen kennen de principes van de Europese interne markt: vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal. De leerlingen/cursisten zien in welk verschil deze open grenzen maken voor de EU-burger die reist naar of werkt/woont in een andere EU-lidstaat. De leerlingen/cursisten begrijpen waarom het wegvallen van de grenzen tussen de landen van de Europese Unie grote voordelen oplevert voor bedrijven. De leerlingen/cursisten kennen voorbeelden van hoe je het ‘open grenzenbeleid’ in de Europese Unie kan zien in het dagelijkse leven.
Opdrachten voor de leerlingen/cursisten
1. Kennisopdrachten Opdracht 1: De open grenzen in het dagelijks leven Bekijk het blad met foto’s over hoe je de open grenzen of de ‘interne markt’ in je dagelijks leven tegen komt. Bekijk de foto’s grondig en beantwoord per foto volgende vragen:
Wat zie je op de foto’s? Wat zou de Europese Unie hierover beslist hebben? Waarom houdt de Europese Unie zich volgens jou hiermee bezig?
Open grenzen Aanpak leerkracht/docent Opdracht 1: De open grenzen in het dagelijks leven (klassikale opdracht) Kopieer het fotoblad (vooraan dit hoofdstuk) voor alle leerlingen/cursisten of projecteer het. Vraag de leerlingen/cursisten de foto’s te bekijken en de bijhorende vragen te beantwoorden. Kies zelf of je foto per foto bespreekt of als je eerst voor alle foto’s de eerste vraag bespreekt, daarna de tweede, om te eindigen met de derde. Wie wil, kan – na de opdracht – een klasgesprek op gang brengen a.d.h.v. onderstaande vragen. Je geeft daarbij aan dat de leerlingen/cursisten bij de eerste opdracht drie klemtonen of prioriteiten voor de interne markt ontdekten: grotere afzetmarkt en stimuleren economie, lagere prijzen en betere service door aanmoedigen concurrentie en gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland.
Grotere afzetmarkt en stimuleren economie: o Wat betekent dit volgens jou? o Welke foto’s gaan over ‘grotere afzetmarkt en stimuleren economie’? o Waarom is het voor bedrijven interessant dat de grenscontroles werden afgeschaft? o Gaan jullie soms inkopen doen over de grens? Waar? Wat koop je dan en waarom ga je daarvoor over de grens? o Mag je onbeperkt alcohol meebrengen uit een ander EU-land?
Lagere prijzen en betere service door aanmoedigen concurrentie: o Wat betekent dit volgens jou? o Welke foto’s gaan over ‘lagere prijzen en betere service door aanmoedigen concurrentie’? o Welke gsm-operatoren bestaan er allemaal? Weet je welk bedrijf vroeger als enige telefonie aanbood? o Waarom is het goed dat er concurrentie is?
Gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland: o Wat betekent dit volgens jou? o Welke foto’s gaan over ‘gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland’? o Ging je al eens op reis naar een niet-EU-land? Was er controle aan de grens? Hoe verliep dat? Vind je het een goede zaak dat dit in de EU werd afgeschaft? o Heb je al gehoord van uitwisselingsprogramma’s voor studenten zoals ’Erasmus‘? Wat weet je ervan? o Ken je mensen die vanuit andere landen in de EU naar hier kwamen om te komen werken?
Opdracht 2: Tekst met vragen over de open grenzen Lees de onderstaande tekst en los de vragen op. 1. Wat was volgens jou de voornaamste reden om de grenzen in Europa te openen? 2. Sinds wanneer zijn die grenzen open? 3. Wat is er voor de Europese burgers sindsdien eenvoudiger geworden? En voor bedrijven? 4. Kan je de vier categorieën opnoemen waarvoor de grenzen zijn opengegaan? 5. Geef enkele voorbeelden van diensten.
Open grenzen Vóór 1 januari 1993 waren er nog echte grenzen in Europa. Als je op reis ging naar een ander land, moest je stoppen en je identiteitskaart tonen. Ook je auto werd gecontroleerd door de douaniers die wilden controleren of je illegaal goederen meenam naar het buitenland. Voor bedrijven was het nog erger. Als zij producten wilden verkopen in het buitenland, moesten ze zeer veel papieren invullen. Hun vrachtwagens stonden uren aan te schuiven aan de grens. Want de douane controleerde grondig wat in de vrachtwagen vervoerd werd, of de belastingen betaald werden en of de papieren wel in orde waren. Er ging dus heel wat tijd verloren! De Europese Unie wou daar iets aan doen. Vanaf 1 januari 1993 gingen de grenzen in Europa open. We mogen nu werken, studeren, aankopen doen en reizen in een ander EU-land alsof we in België zouden zijn. Er is vrij verkeer van personen en van goederen en de Europese Unie besliste ook dat kapitaal vrij zou zijn: je mag dus een bankrekening openen in het buitenland. Ten slotte werd het dienstenverkeer vrij gemaakt. Nu de grenzen open zijn kunnen mensen, goederen, diensten en kapitaal zich even vrij bewegen in de Europese Unie als binnen één en hetzelfde land.
Aanpak leerkracht/docent Opdracht 2: Tekst met vragen over de open grenzen (individuele opdracht) Met deze opdracht moeten de leerlingen/cursisten begrijpend lezen. De leerlingen/cursisten lezen eerst individueel de tekst en lossen daarna de 5 vragen op over de open grenzen. Daarna kan de leerkracht dit klassikaal overlopen.
Opdracht 3: Aanvultekst rond de open grenzen Lees de tekst in bijlage 9. Vul daarna de oefening aan. Vanaf ……….. (a) gingen de grenzen in Europa open. Er was vanaf toen vrij verkeer van personen, van goederen, van diensten en van kapitaal. Vrij verkeer van personen wil zeggen dat je als EU-burger vrij bent om in een andere lidstaat te gaan wonen en ………………(b) , net alsof je dat in je eigen land zou doen. Vrij verkeer van goederen is voor vrachtwagenchauffeurs heel belangrijk. Bedrijven kunnen vrij hun producten verkopen in alle 28 EU-lidstaten. De vrachtwagens moeten niet meer aan de grens ……………………… (c) en formulieren ………………………… (d). Je moet ook geen taksen meer betalen als je een product in een ander EU-land wil invoeren. De smokkel van ………………. (e), zoals in de jaren vijftig, is dus nu niet meer nodig. Je kan ze gewoon gaan kopen in Nederland. Er kwam op 1 januari 1993 ook vrij verkeer van diensten. Vroeger waren er in de EU-lidstaten vaak ……………….. (f) voor bepaalde diensten. Dit wil zeggen dat maar één bedrijf die dienst mocht aanbieden. Er werden geen concurrenten toegelaten. Dat was in België bijvoorbeeld zo voor de luchtvaart. Vroeger was ……..…………. (g) hier de enige luchtvaartmaatschappij. Omdat er nu veel meer concurrentie is, ………………….. (h) de prijzen van de vliegtuigtickets. Door het vrij verkeer van kapitaal kan je overal in de EU een bankrekening kunt openen.
Open grenzen Aanpak leerkracht/docent Opdracht 3: Aanvultekst rond de open grenzen (individuele opdracht) Met deze opdracht moeten de leerlingen/cursisten begrijpend lezen. Ze lezen eerst individueel de tekst in bijlage 9 en vullen daarna de invultekst aan. Daarna kan de leerkracht dit klassikaal overlopen.
2. Uitbreidingsopdrachten Opdracht 4: Vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal in Europa. Op 1 januari 1993 zijn de grenzen in Europa opengegaan voor vier zaken: personen, goederen, kapitaal en diensten. Schrijf naast elk van de onderstaande situaties over welke categorie(ën) het gaat. 1. De dochter van onze buurman studeert Frans. Ze gaat volgend jaar een jaar studeren aan de Sorbonne-universiteit in Parijs. 2. Onlangs gingen we op reis bij vrienden in Italië. Om hen te verrassen namen we Belgische pralines mee. 3. Als je vroeger met het vliegtuig op reis wou, had je in België weinig keuze: bijna alle vluchten waren van Sabena. Nu zijn er heel wat luchtvaartmaatschappijen bijgekomen en zijn de prijzen sterk gedaald. 4. Mijn neef is vrachtwagenchauffeur. Sinds 1993 wordt zijn vrachtwagen niet telkens gecontroleerd aan de grens. Zo kan hij de producten veel sneller op hun bestemming brengen. 5. In de krant van gisteren stond een werkaanbieding van een Nederlandse firma. Ze zochten Vlamingen die Nederlands en Frans spreken om in hun bedrijf in Breda te komen werken. Aanpak leerkracht/docent Opdracht 4: Vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal in Europa (individuele opdracht) Deze opdracht is bedoeld ter aanvulling van de kennisopdrachten. Met deze opdracht kunnen de leerlingen/cursisten testen als ze het concept ‘vrij verkeer’ goed begrepen hebben.
Opdracht 5: Wat mag je wel of niet over de grens meenemen? De grenzen in Europa zijn sinds 1 januari 1993 open: er is dus vrij verkeer van goederen. Mag je de volgende zaken zomaar meebrengen van op reis? Surf naar http://diplomatie.belgium.be/nl/Diensten/Op_reis_in_het_buitenland/Bijkomende_reisinformatie/douane en vul aan of het verboden is of niet. 1. 2. 3. 4. 5.
6 flessen champagne uit Frankrijk 25 gram marihuana uit Nederland 10 liter wodka uit Polen een MP3-speler uit Finland een digitale camera uit Japan
6. 7. 8. 9. 10.
Open grenzen 30 kg chocolade uit Italië een machinegeweer uit Hongarije 20 liter whisky uit Schotland 2 bakjes aardbeien uit Spanje 200 liter bier uit Tsjechië
Aanpak leerkracht/docent Opdracht 5: Wat mag je wel of niet over de grens meenemen? (internetopdracht) Met deze opdracht ontdekken de leerlingen/cursisten dat er nog wel degelijk beperkingen zijn op het vlak van het vrij verkeer van goederen. De leerlingen/cursisten kunnen, met behulp van het internet, op zoek gaan naar de beperkingen op het vlak van alcohol, tabak, wapens … De leerkracht kan na de oefening de oplossingen overlopen. Opdracht 6: De grenzen van de EU-lidstaten De meeste EU-lidstaten grenzen aan heel wat andere Europese staten. Hieronder zie je een aantal lijstjes met de buurlanden van één bepaald land. Neem er een atlas of Google Maps bij en zoek uit over welk land het gaat. Je kan kiezen uit: België, Frankrijk, Griekenland, Italië, Litouwen, Nederland, Oostenrijk, Polen, Slovenië en Zweden. 1. Frankrijk, Duitsland, Luxemburg en Nederland zijn de buurlanden van …..…………………… 2. België en Duitsland zijn de buurlanden van ………………………….. 3. Andorra, België, Duitsland, Italië, Luxemburg, Monaco, Spanje en Zwitserland zijn de buurlanden van ……………………………. 4. Oostenrijk, Frankrijk, Vaticaanstad, San Marino, Slovenië en Zwitserland zijn de buurlanden van ………………………… 5. Albanië, Bulgarije, Turkije en Macedonië zijn de buurlanden van ……………………….. 6. Finland en Noorwegen zijn de buurlanden van………………………….. 7. Tsjechië, Duitsland, Hongarije, Italië, Liechtenstein, Slowakije, Slovenië en Zwitserland zijn de buurlanden van ……………………………. 8. Wit-Rusland, Tsjechië, Duitsland, Litouwen, Rusland (Kaliningrad), Slowakije en Oekraïne zijn de buurlanden van………………………. 9. Oostenrijk, Kroatië, Italië en Hongarije zijn de buurlanden van ……………….………… 10. Wit-Rusland, Letland, Polen en Rusland zijn de buurlanden van …………………………. Aanpak leerkracht/docent Opdracht 6: De grenzen van de EU-lidstaten (opdracht met atlas of internet) Deze opdracht is bedoeld ter aanvulling van de kennisopdrachten. Deze opdracht toont aan waar de Europese binnengrenzen liggen, beginnen en stoppen. De leerlingen/cursisten gaan alleen of in groepjes met een atlas met internet op zoek naar de buurlanden van EU-lidstaten.
Opdracht 7: Trans-Europese netwerken Omdat de grenzen zijn opengegaan in de Europese Unie, zou iedereen vlot door Europa moeten kunnen reizen. Daarvoor hebben we goede wegen, spoorwegen en bruggen nodig. En die moeten natuurlijk op elkaar aansluiten. Nu eindigen spoorwegen of wegen vaak aan de grens van een land. Daarom investeert
Open grenzen Europa in de aanleg van nieuwe stukken snelweg en bruggen. Er gaat ook veel geld naar de aanleg van nieuwe sporen voor de hogesnelheidstrein. E-wegen o Sommige snelwegen hebben een cijfer met een E ervoor. Dat betekent dat het Europese wegen zijn, die verschillende landen doorkruisen. Welke E-wegen lopen er door Vlaanderen? o Zoek de volgende E-wegen op in je atlas of op Google Maps. Welke landen doorkruisen ze? E803, E712, E552, E462, E421.
Hieronder vind je enkele voorbeelden van netwerken waar de Europese Unie geld aan gaf. Zoek ze op in een atlas of op internet. Welke landen doorkruisen deze netwerken? o Spoorweg: Berlijn-Verona-Milaan-Palermo. o Hoge Snelheidstrein: Parijs-Brussel-Keulen-Amsterdam-Londen. o Autosnelweg: Igoumenitsa-Athene-Sofia-Boedapest. o Spoorweg: Parijs- Straatsburg-Stuttgart-Wenen-Bratislava.
Aanpak leerkracht/docent Opdracht 7: Trans-Europese netwerken (opdracht met atlas/internet) De leerlingen/cursisten leren dat je vlot kan reizen van het uiterste zuiden tot het uiterste noorden van de EU. De opdrachten kunnen in groepjes aangepakt worden met een atlas of internet. De leerkracht overloopt (projecteert) achteraf de oplossing en/of toon de oplossing op een landkaart.
Opdracht 8: Vrij verkeer van diensten Sinds 1 januari 1993 is het dienstenverkeer in de Europese Unie vrijgemaakt. Dit wil zeggen dat de meeste diensten aan de regels van de vrije concurrentie worden onderworpen. Voorbeelden van diensten zijn: telefonie, energieverdelers, luchtvaart, de post... Hieronder vind je de logo’s van bedrijven die een dienst aanbieden. Verbind de bedrijven die dezelfde dienst aanbieden. Welke dienst bieden zij aan?
Open grenzen
Aanpak leerkracht/docent Opdracht 8: Vrij verkeer van diensten (klassikale opdracht) Deze opdracht leert de leerlingen/cursisten iets over de dienstensector in België. De leerlingen/cursisten kunnen deze opdracht klassikaal oplossen, terwijl de leerkracht op het bord de bedrijven per sector schikt en het soort dienst erbij schrijft.
3. Geef je mening Opdracht 9: Geef bij elke stelling aan of je akkoord gaat of niet en waarom.
Het is een goede zaak dat Poolse bouwvakkers en verpleegsters hier legaal kunnen werken. Iedereen die een beroepsopleiding volgt, moet verplicht een stage volgen in het buitenland. Het is een goede zaak dat de diensten in Europa, zoals de luchtvaart, elektriciteit of de post, vrij gemaakt worden.
Aanpak leerkracht/docent Opdracht 9: Geef je mening (klassikale opdracht) De meningsvragen worden best klassikaal besproken tijdens een debat. Je start de oefening door de leerlingen/cursisten een stelling voor te schotelen. Je vraagt hen of ze akkoord gaan met de stelling of niet. Daarna vraag je aan wie akkoord ging om hun argumenten te staven. Je doet hetzelfde voor de mensen die niet akkoord gingen. Op die manier probeer je tot een debat te komen.
4. ICT-opdracht Opdracht 10: Surf op internet en probeer antwoord te vinden op onderstaande vragen. ‘Test een boeking’ via het internet voor een reis naar Barcelona, Spanje. Vergelijk de prijzen van de vliegtuigtickets bij de verschillende maatschappijen. Ga naar de website van de VREG en vergelijk de elektriciteitsprijzen voor een standaard jaarverbruik: 3500 KWh voor elektriciteit (1 meter). Surf naar www.routenet.be. Kijk eens welke wegen je allemaal moet volgen om vanuit jouw gemeente naar Venetië te rijden. Welke grenzen moet je over? Moet je de EU verlaten?
Open grenzen Kijk op de website van www.eures.info. Zij geven informatie over werken in het buitenland. Wat is een grensarbeider? Kan je een job vinden in een grensstreek?
Aanpak leerkracht/docent Opdracht 10: ICT-opdrachten (individuele opdracht) Voor deze opdracht laat je de leerlingen/cursisten best individueel de vragen opzoeken op het internet.
5. Herhalingsopdracht Opdracht 11: Zeg eens, wat hebben we vandaag geleerd?
Waarom opende de EU haar grenzen? Wat betekent de ‘interne markt’ of de ‘open grenzen’? Waar schenkt de EU binnen de interne markt vandaag de dag specifiek aandacht aan? Geef enkele voorbeelden van hoe je in het dagelijkse leven merkt dat de grenzen open zijn.
Aanpak leerkracht/docent Opdracht 11: Herhalingsopdracht (individuele opdracht) Om ervoor te zorgen dat de doelstellingen van dit onderdeel van ‘Zeg eens EU…’ bereikt werden, is het belangrijk de kern van het geleerde nog eens samen te vatten. Vraag daarom aan de leerlingen/cursisten wat ze leerden en dit ook neer te schrijven.
Oplossingen Opdracht 1: De open grenzen in het dagelijks leven Foto 1: Wat: Een foto van de lege grensgebouwen aan de oude grensovergang van Frankrijk. Beslissing EU: Als gevolg van de Schengenakkoorden (zie hoofdstuk ‘Veiligheid’) gingen in 1993 de Europese binnengrenzen open en konden bewoners van de EU zonder beperkingen reizen naar andere lidstaten. Je kan nu dus zonder stoppen de oude grensposten voorbij rijden en je vrij verplaatsen in de Europese Unie. Dit noemt men het ‘vrij verkeer van personen’. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland. Foto 2: Wat: Een voorbeeld van een Europees overschrijvingsformulier. Beslissing EU: De grenzen binnen de Europese Unie werden niet alleen geopend voor personen, maar ook voor geld (kapitaal). Daardoor kunnen we in iedere lidstaat een bankrekening openen,
Open grenzen betalingen doen, gratis euro’s afhalen, leningen aangaan en verzekeringen afsluiten. De EU ondersteunt ook initiatieven van de Europese banken om dat vrij verkeer van kapitaal vlot te laten verlopen. Zo werden betalingen binnen de Unie bijvoorbeeld gemakkelijker met het ‘Europese overschrijvingsformulier’. Een Europese overschrijving naar een andere lidstaat kost nu evenveel als een overschrijving binnen België. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Grotere afzetmarkt en stimuleren economie. Foto 3: Wat: Een vrachtwagen rijdt voorbij een rijstrook voor de douane (aan de grens). Beslissing EU: Voor bedrijven was het vroeger veel omslachtiger om goederen te verhandelen binnen Europa. Door het afschaffen van de douanecontroles aan de grens, moesten chauffeurs geen uren meer aanschuiven aan de grens. Door dit ‘vrij verkeer van goederen’ konden ze veel gemakkelijker en goedkoper producten kopen en verkopen binnen de Europese Unie. Europese bedrijven kregen zo een grotere afzetmarkt en de concurrentie werd gestimuleerd. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Grotere afzetmarkt en stimuleren economie. Foto 4: Wat: Een man ligt op een luchtmatras in de zee (op vakantie) en belt met zijn gsm. Beslissing EU: Mensen en bedrijven steken binnen de EU sneller de grens over, met het nodige mobiele telefoonverkeer tot gevolg (‘roaming’). Maar bellen, sms’en en internetten in het buitenland was vaak peperduur. De EU bracht daar verandering in en voerde daarom het eurotarief in: 1 minuut bellen kost vanaf 2014 maximum 19 cent, een sms 9 cent en 1 megabyte datagebruik 20 cent. Reizigers in het buitenland krijgen ook een verwittiging als ze een rekening van meer dan 50 euro mogen verwachten. Dit alles moet een goede werking van de ‘interne markt’ waarborgen. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Lagere prijzen en betere service door aanmoedigen concurrentie. Foto 5: Wat: Een voorbeeld van een ‘Europees paspoort voor gezelschapsdieren’ (Nederlandse versie). Beslissing EU: Als burger van de Europese Unie mag je vrij rondreizen met je hond, kat of fret, op voorwaarde dat je huisdier een Europees huisdierenpaspoort heeft. Hieruit moet blijken dat de inenting tegen hondsdolheid nog geldig is. Dit paspoort moet het transporteren van huisdieren veiliger maken en het verspreiden van ziektes tegengaan. Daarnaast moet je huisdier een elektronische microchip dragen met de identiteit van het dier als je ermee op reis gaat. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland. Foto 6: Wat: Een auto die volgestouwd is met materiaal en dan vooral alcohol (gekocht in het buitenland). Beslissing EU: Door het ‘vrij verkeer van goederen’, is er in
Open grenzen principe geen controle meer aan de grens binnen de Europese Unie. Maar voor bepaalde goederen, zoals alcohol en tabak, zijn er wel nog altijd beperkingen. Zo mag je als gewone burger ‘slechts’ 110 liter bier, 90 liter wijn en 800 sigaretten tussen de EU-lidstaten vervoeren. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Grotere afzetmarkt en stimuleren economie. Foto 7: Wat: Een foto van een allochtone arbeider/bouwvakker. Beslissing EU: De interne markt maakte het voor burgers van de Europese Unie ook gemakkelijker om in het buitenland te gaan werken, zelfs zonder werkvergunning. Dit zorgt er bijvoorbeeld voor dat Europeanen gemakkelijker naar België kunnen komen om vacatures (bv. in schoonmaak, bouw, verpleging) in te vullen. Werknemers uit andere lidstaten moeten gelijk behandeld worden qua toegang tot werk, arbeidsvoorwaarden en op fiscaal en sociaal vlak. Het verblijfsrecht wordt uitgebreid tot de gezinsleden van de werknemer. Momenteel zijn er in sommige EU-landen nog beperkingen voor werknemers uit Roemenië en Bulgarije. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland. Foto 8: Wat: Reclame van de Europese Unie met daarop ‘uw rechten als reiziger’. Beslissing EU: Europeanen nemen alsmaar vaker het vliegtuig, de trein, de bus of de boot naar het buitenland. De Europese Unie wilde er met een aantal afspraken en regels voor zorgen dat de ‘rechten van de passagier’ beschermd worden. Zo heb je bijvoorbeeld recht op maaltijden, vervoer of een slaapplek als je vliegtuig veel vertraging heeft. Ook bij zwaar oponthoud van je trein of bus krijg je een vergoeding. Je hebt ook altijd recht op informatie, minder mobiele passagiers hebben recht op gelijke service als alle andere reizigers, verloren bagage wordt terugbetaald … Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Lagere prijzen en betere service door aanmoedigen concurrentie. Foto 9: Wat: Affiche 25 jaar ‘Erasmus’ van de Europese Unie over studeren in het buitenland. Beslissing EU: Bewoners van de Europese Unie mogen niet alleen vrij wonen en werken in de EU, maar ook studeren. De Unie steunt de uitwisseling van studenten en leerkrachten in de Europese lidstaten en wil Europeanen stimuleren om ‘levenslang te leren’. Het Erasmus-programma voorziet hiervoor financiële steun en zorgde er de voorbije 25 jaar voor dat al bijna 3 miljoen Europeanen een tijdje in het buitenland konden studeren. Om het vrij verkeer van personen eenvoudiger te maken, werden in Europa regelingen getroffen over het erkennen van diploma’s in de hele EU. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland.
Open grenzen Foto 10: Wat: Een voorbeeld van de European Health Insurance card (de Europese ziekteverzekeringskaart). Beslissing EU: Omdat mensen vaak reizen naar andere Europese lidstaten, werden initiatieven genomen om dit vlot te laten verlopen. Eén daarvan is de ‘Europese ziekteverzekeringskaart’. Met deze kaart krijg je dezelfde medische hulp tegen dezelfde prijs als de verzekerde inwoners van dat land. Je medische kosten en ‘remgeld’ worden hierdoor vlot terugbetaald. Deze kaart is natuurlijk geen vervangingsmiddel voor een reisverzekering. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland. Foto 11: Wat: Logo’s van verschillende energieleveranciers (Essent, Electrabel, Luminus, Nuon). Beslissing EU: De creatie van een ‘interne markt’ in de Europese Unie zorgde ook voor een ‘vrij verkeer van diensten’. Diensten zoals elektriciteit, telefonie of de post werden vroeger vaak maar door 1 bedrijf aangeboden. De EU zorgde ervoor dat er meer concurrenten op de markt kwamen. Dit moest de prijs verlagen en de dienstverlening verbeteren. Zo bood vroeger alleen Electrabel elektriciteit aan in België, terwijl nu ook Nuon, Luminus en Essent dit doen. Toch zijn er nog altijd uitzonderingen, zoals het openbaar vervoer, dat nog niet vrijgemaakt is. Waarom houdt de EU zich hiermee bezig: Lagere prijzen en betere service door aanmoedigen concurrentie. Uitbreiding bij opdracht 1: Grotere afzetmarkt en stimuleren economie: Wat: De interne markt is één van de grootste verwezenlijkingen van de Europese Unie. Zeker het vrij verkeer van goederen was een belangrijke stap om de economie in Europa te stimuleren. Vroeger verloren bedrijven door de administratieve rompslomp heel wat tijd en geld als ze handel wilden drijven met andere EU-landen. Door het openen van de binnengrenzen in Europa werd dat veel eenvoudiger. Bedrijven hebben een grotere afzetmarkt (= meer mogelijke klanten) en kunnen veel sneller kopen en verkopen binnen de EU. Er kwam dus meer concurrentie tussen de bedrijven en meer keuze voor de consument. Alleen voor bepaalde goederen, zoals tabak en alcohol, zijn er nog beperkingen aan het vrij verkeer van goederen. Foto’s: 2, 3, 6. Beperkingen qua alcohol: Maximum 10 liter sterke drank, 20 liter aperitief, 90 liter wijn (waarvan 60 liter schuimwijn zoals champagne) en 110 liter bier. Lagere prijzen en betere service door aanmoedigen concurrentie: Wat: Niet alleen voor goederen moest er concurrentie komen, ook voor diensten (bv. elektriciteit, internet, telefonie, luchtvaart, post …) wilde de Europese Unie meer concurrentie. Zo wou de EU ervoor zorgen dat de prijzen van diensten zouden dalen en de kwaliteit ervan verbeteren. In het verleden was het bijvoorbeeld zo dat telefonie alleen door Belgacom (RTT) werd aangeboden. Men sprak toen van een ‘monopolie’. Nu zijn er heel wat bedrijven die telefonie aanbieden (bv. Telenet, Base of Mobistar). Op die manier kon Belgacom niet meer als enige de prijzen bepalen en moest het bedrijf ook haar dienstverlening verbeteren. De EU legde ook regels op die ervoor moesten zorgen dat de bedrijven geen onderlinge prijsafspraken maakten en de service gewaarborgd bleef. Op de Vlaamse elektriciteitsmarkt werd bijvoorbeeld de ‘VREG’ opgericht. Die moet zorgen dat de concurrentie op de energiemarkt vlot speelt om een goede prijs en kwaliteit te garanderen. Daarnaast nam de EU ook maatregelen om bijvoorbeeld de rechten van reizigers met het vliegtuig, de trein, de boot … te
Open grenzen beschermen. Al die initiatieven moesten de prijs en kwaliteit voor de gebruiker (de EU-burger) verbeteren. Foto’s: 4, 8, 11.
Gemakkelijker wonen, werken en reizen in het buitenland: Wat: Door de Schengenakkoorden (zie ook hoofdstuk ‘Veiligheid’) gingen in 1993 de Europese binnengrenzen open. Er kwam een ‘vrij verkeer van personen’ waardoor Europese burgers makkelijk van het ene land naar het andere konden reizen. Bovendien kunnen we binnen andere EU lidstaten nu ook gemakkelijk wonen, studeren (bv. Erasmus) en werken zonder werkvergunning. Dit vrij verkeer van werknemers in de Europese Unie is wel nog niet absoluut. In sommige landen van de EU is er momenteel een overgangsperiode waardoor werknemers uit Roemenië en Bulgarije nog aan bepaalde voorwaarden moeten voldoen om er te kunnen werken. Foto’s: 1, 5, 7, 9, 10. Opdracht 2: Tekst met vragen over de open grenzen 1. Om de handel te vergemakkelijken – 2. 1 januari 1993 – 3. Reizen, werken, wonen… in andere EUlidstaten is gemakkelijker voor EU-burgers. Voor bedrijven is het gemakkelijker geworden om handel te drijven binnen de EU. – 4. Personen, goederen, kapitaal en diensten – 5. Energie, telefoon, televisie, banken, verzekeringen, transport… Opdracht 3: Aanvultekst over de open grenzen a. 1993 – b. werken – c. aanschuiven – d. invullen – e. boter – f. monopolie – g. Sabena – h. dalen. Opdracht 4: Vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal in Europa 1. personen – 2. personen + goederen – 3. diensten – 4. goederen – 5. personen. Opdracht 5: Wat mag je wel of niet over de grens meenemen? Wat betreft het vrij verkeer van goederen in Europa zijn er twee uitzonderingen. Alcohol en sigaretten mag je meebrengen over de grens maar enkel voor persoonlijk gebruik. Voor alcohol is dit 10 liter sterke drank, 20 liter aperitief, 90 liter wijn (waarvan 60 l schuimwijn zoals champagne) en 110 liter bier. 1. ja – 2. Neen – 3. Ja – 4. Ja – 5. Neen – 6. Ja – 7. Neen – 8. Neen – 9. Ja – 10. Neen. Opdracht 6: De grenzen van de EU-lidstaten 1. België – 2. Nederland – 3. Frankrijk – 4. Italië – 5. Griekenland – 6. Zweden – 7. Oostenrijk – 8. Polen – 9. Slovenië – 10. Litouwen. Opdracht 7: Trans-Europese netwerken E-wegen o België: E17 – E429 – E40 – E411 – E313 – E314 – E19 – E25 – E42 – E403 – E34. o E-wegen in Europa: E803: Spanje – E712: Zwitserland en Frankrijk – E552: Duitsland en Oostenrijk – E462: Tsjechië en Polen – E421: België en Luxemburg. Voorbeelden van netwerken o Spoorweg: Duitsland, Oostenrijk, Italië. o Hoge Snelheidstrein: Frankrijk, België, Duitsland, Nederland, Engeland. o Autosnelweg: Griekenland, Bulgarije, Hongarije, Roemenië. o Spoorweg: Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Slowakije.
Open grenzen Opdracht 8: Vrij verkeer van diensten Telefonie: Base, Proximus, Tele2, Telenet. Luchtvaart: Brussels Airlines, Ryanair, Virgin Airlines. Elektriciteit/gas: Essent, Luminus. Bank: Axa, KBC, Deutsche bank, ING. Opdracht 9: Geef bij elke stelling aan of je akkoord gaat of niet en waarom. Stelling 1: Het is een goede zaak dat Poolse bouwvakkers en verpleegsters hier legaal kunnen werken. Akkoord o In sommige sectoren, zoals de bouw en verpleging, is het onmogelijk om voldoende werkkrachten te vinden. Gemotiveerde buitenlandse werkkrachten kunnen dit goed opvangen. o We hebben besloten om de grenzen te openen om vlotter te kunnen samenwerken met andere Europese lidstaten en er allemaal economisch van te profiteren. Wij mogen daar werken, dus is het maar logisch dat mensen uit andere Europese lidstaten ook hier kunnen werken. o … Niet akkoord o Er is nog altijd een hoge werkloosheid in België. Het is dus niet nodig om buitenlandse werkkrachten aan te trekken. Werklozen moeten omgeschoold worden, zodat ze kunnen ingezet worden voor knelpuntberoepen. o Ze ondergraven onze sociale zekerheid: ze werken tegen lage lonen en slechte voorwaarden (lange werkdagen, weinig vakantie, enz.). o …
Stelling 2: Iedereen die een beroepsopleiding volgt, moet verplicht een stage volgen in het buitenland. Akkoord o Bedrijven werken sterk internationaal. Het is dus belangrijk dat je als werknemer de vaardigheden hebt om in een internationaal bedrijf mee te draaien. Een buitenlandse stage kan je talenkennis en sociale vaardigheden versterken. o In het buitenland werken ze vaak op een andere manier. Meedraaien in een bedrijf in een ander EU-land kan erg verrijkend zijn. o … Niet akkoord o Het moet een vrije keuze zijn: niemand kan verplicht worden om een buitenlandse stage te doen. o Het belangrijkste is dat iemand die een beroepsopleiding volgt, het beroep goed aanleert. Dat kan beter in de eigen taal in eigen land. o …
Stelling 3: Het is een goede zaak dat de diensten in Europa, zoals de luchtvaart, elektriciteit of de post, vrij gemaakt worden. Akkoord o Door de vrijmaking van de markt, worden de bedrijven klantvriendelijker en dalen de prijzen. In de luchtvaart zie je dat bijvoorbeeld heel sterk. o Als er geen concurrentie is, zullen de prijzen ook niet dalen. o … Niet akkoord o Als diensten vrijgemaakt worden, primeert de winst. Ze willen enkel veel geld verdienen en moet onder meer veiligheid daarvoor inboeten. Denk maar aan de gasontploffing in Gellingen in 2004 (door onvoorzichtige graafwerken werd een gasleiding geraakt). o Bepaalde diensten zouden beter niet vrijgemaakt worden, zoals het trein- en busvervoer of water. Dat zou voor een slechtere dienstverlening zorgen en de prijzen zeker niet doen dalen. o …
Open grenzen Opdracht 10: Surf op internet en probeer een antwoord te vinden op onderstaande vraag. Opdracht 11: Zeg eens, wat hebben we vandaag geleerd? Waarom opende de EU haar grenzen? De EU opende haar grenzen om de handel tussen de EU-landen vlotter te laten verlopen. Sinds het opengaan van de grenzen hebben bedrijven geen last meer van douanecontroles aan de grens. Ze besparen op die manier veel geld uit, hebben nu een enorme afzetmarkt van zowat 500 miljoen Europeanen en hebben meer keuze om zélf goederen en grondstoffen in de Europese Unie aan te kopen. Wat betekent de ‘interne markt’ of de ‘open grenzen’? Met de interne markt kwam er vrij verkeer van personen (vrij reizen en wonen in de EU), vrij verkeer van diensten (bv. elektriciteit, luchtvaart, telefonie …), vrij verkeer van kapitaal (hierdoor konden we vlotter betalen in het buitenland, een rekening openen …) en ook vrij verkeer van goederen (bedrijven en personen kunnen vlot in het buitenland gaan kopen/verkopen). Waar schenkt de EU binnen de interne markt vandaag de dag specifiek aandacht aan? Met het vrij verkeer van goederen en kapitaal wil de EU een grotere afzetmarkt creëren en de economie stimuleren. Met het vrij verkeer van diensten wil ze lagere prijzen en betere service voor de consument door concurrentie aan te moedigen. Met het vrij verkeer van personen wil ze dat Europeanen gemakkelijker kunnen wonen, werken en reizen in het buitenland. Geef enkele voorbeelden van hoe je in het dagelijkse leven merkt dat de grenzen open zijn. Enkele voorbeelden zijn: de grenscontroles zijn verdwenen, zodat handel drijven en reizen in de EU makkelijker wordt, er bestaan Europese overschrijvingsformulieren, de markt voor telefonie, energie en de luchtvaart zijn vrij gemaakt, bellen binnen de EU wordt goedkoper, enz.
Achtergrondinformatie In het Verdrag van Rome (1957) stond al dat de Europese Economische Gemeenschap (EEG) alle hindernissen voor de handel moest opruimen. Toch duurde het nog tot 1 januari 1993 voor de grenzen werden afgeschaft. Toen pas kon je spreken van vrij verkeer van personen, goederen, diensten en kapitaal. Vrij verkeer van goederen is voor de Europese economie heel belangrijk. Bedrijven kunnen vrij hun producten kopen en verkopen in alle 28 Europese lidstaten. Ze hebben nu een afzetmarkt van zo’n 500 miljoen consumenten. Vroeger werd de handel tussen de Europese landen bemoeilijkt door allerlei handelsbarrières. Zo waren er douanecontroles aan de grens, met de nodige administratie voor bedrijven die handel wilden drijven met het buitenland. Het kostte bedrijven veel tijd en geld. Sinds 1 januari 1993 zijn de douanecontroles aan de grenzen tussen de Europese landen afgeschaft. De vrachtwagens kunnen sneller de grens over, wat de handel bevordert. De Europese interne markt zorgde ook voor meer concurrentie tussen de bedrijven. Toch is het vrij verkeer van goederen nog niet volledig gerealiseerd: zo heb je nog verschillende soorten stopcontacten of worden er verschillende metrieke stelsels gebruikt (miles in het Verenigd Koninkrijk en kilometers bij ons). Vrij verkeer van personen betekent dat je binnen Europa kunt werken, reizen en studeren zoals je dat in eigen land kan. Sinds de open grenzen kan je zonder problemen reizen van het noorden van Finland naar het zuiden van Portugal, zonder gecontroleerd te worden aan de grenzen. Je mag als EU-burger ook gaan wonen en werken in een andere lidstaat. Er werden daarom afspraken gemaakt over ziekteverzekeringen, pensioenen, enz. Er kwam ook vrij verkeer van diensten. Vroeger waren er in de EU-lidstaten vaak monopolies voor bepaalde diensten. Dat wil zeggen dat maar één bedrijf een bepaalde dienst mocht aanbieden. Er werden geen concurrenten toegelaten. Dat was zo voor bijvoorbeeld de telefoon: Belgacom (RTT) was in België de enige telefoonmaatschappij. Sinds het opengaan van de grenzen bieden meerdere firma’s telefoondiensten aan. Omdat de concurrentie vrij kan spelen, is het de bedoeling dat je als consument meer keuze krijgt en dat de prijzen dalen.
Open grenzen Ook het vrij verkeer van diensten is nog niet volledig een feit. Zo werd de post in 2011 vrijgemaakt, maar van concurrentie op de Belgische markt is nog geen sprake, en ook het openbaar vervoer is nog niet vrijgemaakt. Vrij verkeer van kapitaal had ondermeer als gevolg dat je makkelijker financiële transacties kan doen in de EU: je kan makkelijk een bankrekening openen in een andere EU-lidstaat en a.g.v. de invoering van het IBAN-nummer en het Europese overschrijvingsformulier kan je makkelijker betalingen doen binnen de EU.
Open grenzen
Extra
Online en media
Hieronder staan enkele internetbronnen om het thema verder te behandelen o Website over ‘uw rechten als passagier’ – (bron EU): http://ec.europa.eu/transport/passenger-rights/nl/index.html o Website over ’20 jaar Interne Markt’ – (bron EU): http://singlemarket20.eu/nl o Filmpje over ‘20 jaar Interne Markt’ – (ENG): www.youtube.com/watch?v=PykuzLD86zQ
Wat kan je doen met de klas? o Bezoek het douanemuseum: Ellemanstraat 21 2060 Antwerpen 02/5758101 http://home.scarlet.be/douanemuseum
[email protected] o
Volg de Smokkelroute aan de Belgisch-Nederlandse grens. De route start aan de sporthal van Eeklo. Zie www.fietsroute.org.
o
Interview een vrachtwagenchauffeur die internationaal vervoer doet. Naar welke landen rijdt hij meestal? Met welke producten? Merkt hij dat de grenzen tussen de EU-landen zijn weggevallen? Moet hij vaak aan grenzen van niet-EU-landen aanschuiven? Waarom is dat zo en hoeveel tijd neemt dat in beslag? Is er veel veranderd aan de grenzen in Oost-Europa sinds de toetreding van de nieuwste lidstaten?
o
Haal iemand naar de klas die komt vertellen over smokkelen of over werken over de grens.
o
Bezoek een transportbedrijf.