yo-magazine
Is een maandelijkse digitale uitgave van AYOPLAZA
powered by enthousiasm
edition #03 juni 2007
Het Herkennen van het Goddelijke in alle dingen...
Ander licht
«different» juni 2007 |
AM |
© Brooklyn Museum
«dare to Be different» |
AM | juni 2007
yo-voorwoord Wij zongen vroeger een aangrijpend lied (nummer 31): De kommer der miljoenenmassa Die uit zovele wonden bloedt Houdt dag en nacht mijn denken bezig En toont mij wat gebeuren moet. De tekst is oud, maar helaas nog lang niet verouderd, integendeel. Wat zich nu weer allemaal afspeelt in de Gaza-strook (zoals standrechtelijke executies van de eigen Palestijnse broeders en zusters), is voor een rationeel denkend mens nauwelijks meer te bevatten.Opnieuw wordt aangetoond dat wie haat zaait slechts dood en verderf kan oogsten. Zowel na de Eerste als de Tweede Wereldoorlog richtte men een volkenrenorganisatie ter garandering van de wereldvrede, te weten de Volkenbond (1919) en Verenigde Naties (1945). Beide keren werd het beoogde doel bij lange na niet gehaald. Ook het bombardement op leerde ons hoe plotseling en uiterst wreed de vrede en rust kunnen worden verstoord. Er worden behalve dit rauwe onderwerp in deze aflevering van Ayo Magazine weer een aantal interessante thema´s aangesneden, zoals het “ ” artikel van Monique, dat toevallig ook mijn bijzondere belangstelling heeft (en ik schat in van vele anderen ook!!). Zij legt daarbij ook een link naar de nogal moeizame wijze waarop binnen het religieushumanistische Apostolisch Genootschap met dit soort aspecten van het leven wordt omgegaan en dat is in de “klassieke” tijd van Apostel L. Slok ook mijn ervaring geweest. Ik denk dat het destijds voor Apostolischen zelfs een groter “taboe” was dan in de hedendaagse informatie- en communicatiemaatschappij. Een ander artikel is dat over , ook wel genootschap van vrienden genoemd. Er zijn “frappante” raakvlakken met het Apostolische gedachtengoed, omdat Quakers geloven dat er iets van God in ieder mens is, wat door ieder mens ervaren kan worden. Zij noemen dat ook wel het “innerlijk licht” of “inwaartse licht”. Zij herkennen zich in de gedachte dat allen door dezelfde bron geïnspireerd kunnen worden. Verder een artikel over , dat een synoniem is van heidendom en dan hebben we het wel over heel iets anders dan de Quakers of de Apostolischen. Het heidendom omvat een hele reeks van religies waarbij natuurverschijnselen zoals hemellichamen, , zons- en maansverduisteringen, kometen, donder, bliksem, stormen en aardbevingen een belangrijke plaats innemen. Tenslotte, naast nog een aantal zeer interessante artikelen, wordt aandacht besteed aan de Zweedse film “ ”. Het betreft drama waarin een beroemde dirigent zich om gezondheidsredenen terugtrekt in zijn geboortedorp, waar zijn ongelukkige jeugd hem parten speelt.
Rotterdam van 14 mei 1940 spirituele
de Quakers
paganisme
As it is in heaven
Allemaal weer heel veel leesplezier toegewenst. Ed!
juni 2007 |
AM |
yo-inhoud
As it is in Heaven 22
Anders herdenken, rotterdam 08
Pagina 03 Pagina 05
Voorwoord Ron Mueck, een andere zienswijze
Pagina 08 Pagina 11 Pagina 12 Pagina 13 Pagina 14 Pagina 18
Anders herdenken Anders herdenken, Mothership Anders herdenken, Henk Hofland Anders herdenken, Cees Korbijn Anders herdenken, 14 mei 1940 Anders herdenken, Zadkine
Pagina 20 Pagina 22 Pagina 24 Pagina 26 Pagina 29 Pagina 30 Pagina 34 Pagina 40
Muziek, Fool’s garden DVD, As it is in Heaven (must see) Spirit, spirituele weekenden ander geloof, Quakers Gadget, een “klokkie van steen” Paganisme Ouwel anders Film, Drama/MEX, 15 juli in premiere The Crucifixion Tripmusica, Een vertrouwd lied... Platform homoseksualiteit AYO-genda, en de rest van de maand ChillOut
Pagina 42 Pagina 46 Pagina 52 Pagina 57 Pagina 58
Homoplatform 52
|
AM | juni 2007
stonehEnge herleeft in een klokkie 29
“Boy” © Brooklyn Museum
yo-kunst
Ron Mueck juni 2007 |
AM |
“Boy” © Brooklyn Museum
|
AM | juni 2007
© Brooklyn Museum
Ron Mueck en zijn assistent Charlie Clarke zijn samen met het personeel van het Brooklyn Museum bezig met de installatie van de tentoonstelling “Ron Mueck on view”. Deze was van 3 november 2006 tot 4 februari 2007. Momenteel is de tentoonstelling ook net afgelopen (6 mei 2007) in Ottawa, Canada. Ron Mueck (46) is geboren in Melbourne, Australië. Zijn Duitse ouders waren speelgoed makers en waren geëmigreerd naar Australië. Door het speelgoed heeft hij zijn inspiratie opgedaan. Ron Mueck heeft geen opleiding genoten, hij deed zijn vaardigheden op door te werken als etaleur. Hij werd al snel een bevlogen technicus ‘ animatronica’. Animatronica is het bewegen van poppen en andere modellen door middel van computers. Hij heeft meegewerkt aan verschillende kindertelevisieprogramma’s en films. in 1986 heeft Ron Mueck de special effects van Labyrinth, de fantasiefilm met David Bowie, gemaakt. In de film Labyrinth had hij zelfs een klein bijrolletje! In 1990 begon hij een eigen productiehuis om modellen te maken voor de Europese reclamewereld. Allemaal ervaringen die hij niet kon missen voor zijn latere kunst. Ron Mueck maakt sinds 1996 hyperrealistische beelden in moderne materialen, combinaties van siliconen en fiberglas. Bijvoorbeeld portretten van baby’s, een hoogzwangere vrouw, een moeder met kind, van mensen in verschillende stadia van ouderdom en zelfportretten. Maar niet allemaal van dezelfde grootte, hij maakt beelden van minuscuul tot heel erg groot! Hij gebruikt heel veel echt materiaal, bijvoorbeeld: Kippenvel, adertjes en haartjes.
Met dank aan het © Brooklyn Museum Eastern Parkway, Brooklyn, New York
«een andere kijk op de zaak» juni 2007 |
AM |
|
AM | juni 2007
© Ruud Koppenol - 2007
juni 2007 |
AM |
© Ruud Koppenol - 2007 10 |
AM | juni 2007
Mothership is een bedrijf dat kunst maakt in opdracht van bedrijven (business to business) en kunstenaars. Mothership slaat een brug tussen de wereld van kunst en de zakelijke gemeenschap en zoekt naar mogelijkheden voor beide partijen om tot een project te komen. Mothership neemt de zakelijke en de commerciele en andere taken uit handen van de kunstenaar zodat de laatst genoemde alle energie en concentratie op zijn of haar talent kan storten. Mothership bemiddelt, adviseert en produceert kunst. Mothership realiseert kunstprojecten in een professionele, open en praktische wijze, met het doel dat zowel de kunstenaar als de klant er een goed gevoel aan overhouden. http://www.enterthemothership.com/mothership/
Anders
herdenken Fotografie: Ruud Koppenol
In het centrum van Rotterdam hebben in de nacht van maandag 14 mei jl. tientallen schijnwerpers het gebied belicht dat in de oorlog door bombardementen werd vernietigd. Het bombardement op 14 mei 1940 legde de historische binnenstad van de havenstad volledig in de as. Rotterdam herdacht het bombardement van de Duitsers, waarbij achthonderd mensen omkwamen. Meer dan vierentwintigduizend huizen werden in een tijd van tien minuten verwoest, waardoor tachtigduizend mensen dakloos werden. De lichtbundels werden op 14 mei 2007 na wat opstartproblemen nog vóór middernacht ontstoken en
hebben tot 02.00 uur de brandgrens verlicht. Het idee en de uitvoering daarvan, om de brandgrens te markeren, is afkomstig van landschapsarchitect Adriaan Geuze. Eerder op de dag onthulde burgemeester Ivo Opstelten het gerestaureerde monument ‘De Verwoeste Stad’ van Ossip Zadkine. In de stad waren verschillende voorstellingen, voordrachten en optredens. Het bombardement van Rotterdam vond vier dagen na de Duitse inval plaats. Rotterdam capituleerde nog dezelfde dag. Een dag later volgde de rest van Nederland. juni 2007 |
AM | 11
H.J.A. (Henk) Hofland (Rotterdam, 1927) is een Nederlandse journalist en columnist.
Herdenken Henk Hofland Het seizoen van de herdenkingen is bijna voorbij. Op zes juni komt nog D day, de Invasie van de Geallieerden in Normandië, dan 63 jaar geleden, en daarna hebben we het voor deze zomer gehad. (Inmiddels is dit ook alweer voorbij RED.) Pas op 6 september komt Dolle Dinsdag. Ik gebruik deze gelegenheid om de jongere generaties erop voor te bereiden: hoe ouder je wordt, des te meer er te herdenken valt. Misschien staan de jongeren van nu pas aan het begin van hun eigen gigantisch répertoire. Vorige week moest ik in Rotterdam zijn, omdat het centrum van deze stad op 14 mei 1940 door het Duitse bombardement is verwoest. Als 12-jarige ben ik daar getuige van geweest. Vandaar dat ik er vorige week weer was, bij de herdenking in de Laurenskerk. Na de brand stonden alleen de muren en de toren nog overeind, maar gelukkig hebben de Rotterdammers het gebouw perfect hersteld. Aan herdenken is daar overigens niet veel gedaan. In 1953 gaf De Bijenkorf de stad een beeld ten geschenke, Verwoeste Stad van Ossip Zadkine. Een mens heft in wanhoop de armen ten hemel. Het hart is uit het lichaam weggeslagen. Al vlug kreeg dit monument een bijnaam: Jan Gat. Nu voor het eerst was er een officiële herdenking, waarbij de Brandgrens werd gemarkeerd. Een goed idee. Herdenken gaat pas deugen als je daarbij wordt geholpen door je voorstellingsvermogen. Dankzij de met licht gemarkeerde brandgrens kon je voor het eerst zien, hoe groot het gebied van de verwoesting was. In één woord: groot. Na met een paar oude vrienden nog wat over de oude tijden te hebben gepraat ging ik met de trein terug naar Amsterdam en daarna, omdat het al laat was geworden, met een taxi naar huis. Al jaren geleden gehoorzaamt de taxistandplaats bij het Centraal Station aan de discipline van de vrije markt. Als je in de bakermat van de vrije markt, Amerika, op Kennedy Airport aankomt en na alle controles naar buiten gaat, staat daar een rij taxi’s die je tegen een vast bedrag naar Manhattan, Brooklyn of een ander stadsdeel vervoeren. In Amsterdam kom je in een chaos terecht. Tegenwoordig wel politietoezicht maar nog altijd chaos. En wat het vaste gedrag is, merk je pas als je op je plaats van bestemming bent. Ik trof een chauffeur die er keurig uitzag. Hij had zijn radio min of meer zacht aan, op Arabisch-Nederlandse rap. Langs het Spui rijdend, vroeg hij in goed Nederlands: Fijne avond gehad? In zekere zin, ja, zei ik. En ik vertelde hem dat ik in Rotterdam was geweest, bij de herdenking van het bombardement. Bombardement? Had hij nooit van gehoord. Hoe oud bent u? Twee-en-twintig. Dat hij uit een buitenland kwam, had ik al gehoord. Het gesprek ging verder over de oorlog. In korte trekken legde ik hem uit hoe de Geallieerden en de Sowjet-Unie samen na vijf jaar erin waren geslaagd, Hitler te verslaan. Hij hoorde ervan op. Ik nam het hem niet kwalijk. Van een 22-jarige Amsterdamse taxichauffeur uit Marokko kun je niet verwachten dat hij veel weet van de 20ste eeuwse Europese geschiedenis. We waren bijna op de plaats van bestemming. Hoeveel doden heeft die oorlog veroorzaakt, wilde hij weten. Ongeveer 55 miljoen. Dat verbaasde hem. Maar Hitler had toch ook wel iets goeds gedaan? Ja, zei ik. Hij heeft de Autobahnen laten bouwen. Ik rekende af. Fijne avond nog, zei hij. 12 |
AM | juni 2007
Muziek naar aanleiding van het project brandgrens, is te beluisteren via de AYO-podcast Titel: De Brandgrens Cees Korbijn: tekst, muziek en zang. Jos Valster: klarinet en basklarinet. Marcel Koster: drums en accordeon.
Cees Korbijn Cees Korbijn (81) is in de Rotterdamse wijk Bloemhof geboren, in een arbeidersomgeving. Zijn vader wilde dat hij machinebankwerker werd. Maar Kees had andere interesses. “Toen ik nog een kind was, kwamen er een keer drie kerels met een gitaar zingen in de straat. De hele buurt stond er omheen. Vanaf toen wist ik: dit wil ik ook. Ik zou niet zoals pa in een ketelpak werken.” Toen de bezetter in de Tweede Wereldoorlog alle radio’s verbood, en er dus weinig meer te beluisteren viel, merkte
Cees pas echt hoe belangrijk muziek voor hem was. Hij moest een gitaar hebben. En die kreeg hij. Met een vriendje maakte hij zich het instrument eigen. Korbijn werkte bij een bevrachtingskantoor aan de Maaskade toen Dolle Dinsdag aanbrak, 5 september 1944. Het gerucht ging dat de bevrijding elk moment daar kon zijn, en het gewone dagelijks leven raakte ontwricht. Cees had op kantoor niks om handen, ging dan maar teksten schrijven en noten, voor zichzelf, werd betrapt, en kreeg de zak. “De dag daarna liep ik op de paadjes achter de Pleinweg met m’n gitaar te zingen, en de vrouwen gooiden van die oorlogskwartjes naar beneden, van die grote zinken dingen. Die ving ik op. Ik kwam om één uur ‘s middags thuis en ik zei tegen m’n moeder: ‘Hierzo, hier heb je het kostgeld voor deze week.’ En ik legde 15 gulden neer. Mijn moeder zei: ‘Hoe kom jij aan dat geld?’ Ik zei: ‘Dat heb ik verdiend met op straat zingen.’ ‘Dan word je een zwerver!’ zei m’n moeder. En ze had gelijk. juni 2007 |
AM | 13
14 mei Rotterdam Door Ed
D
e redactie van AM vroeg me ten behoeve van het derde nummer in zijn bestaan om de Apostolische familie Poort uit Schiedam te interviewen over het bombardement van Rotterdam op 14 mei 1940. Het vraaggesprek vond plaats op donderdagavond 24 mei jongstleden. Ik werd die avond zeer hartelijk onthaald door een bijzonder vriendelijk echtpaar, vergroeid met en vergrijsd in het 14 |
AM | juni 2007
Apostolisch Genootschap, maar ook gepokt en gemazeld door de soms harde realiteit van het leven. Omdat broeder Poort (geboren in 1936) het bombardement niet aan den lijve had ondervonden, viel het hem tijdens mijn bezoek niet gemakkelijk er uitgebreid en gepassioneerd over te vertellen. Hier bleek weer eens hoe moeilijk het is je in te leven in wat anderen hebben meegemaakt, zelfs al betreft het dan je eigen vader, omdat je geen deelgenoot bent geweest van deze helse oorlogservaring die hij tegen wil en dank moest opdoen. Dit artikel is dan ook voor het merendeel ontleend aan literaire bronnen met betrekking tot de Tweede Wereldoorlog.
1940 Toen het bombardement begon, bevond zijn vader zich op het dak van Unilever aan de Rochussenstraat. Hij was in dienst bij een Rotterdams groenbedrijf en was op dat moment bezig in een soort daktuin te werken. Hij zag plotsklaps, als donderslag bij heldere hemel, de angstaanjagend fluitende bommen links en rechts om hem heen inslaan en moest hals over kop vluchten om het vege lijf te redden. Hij zag overal dode slachtoffers van het bombardement, maar wist zelf een veilig heenkomen te vinden onder de Willemsbrug. Daar was hij er getuige van hoe sneuvelende Duitsers over de reling van de brug de Nieuwe Maas in plonsden.
In de vroege ochtend van de 10de mei 1940 hadden Duitse troepen volkomen onverwachts onze oostgrenzen overschreden. De Duitse militaire manoeuvres op Nederlands grondgebied maakten onderdeel uit van “Fall Gelb”, een militair plan dat was ontworpen door de Duitse generaal Manstein. Hierbij zou het Nederlandse leger door een verrassingsaanval worden uitgeschakeld en ons grondgebied razendsnel worden bezet. Daarnaast zouden, door een aanval op België en Luxemburg, sterke eenheden van het Frans-Engelse leger uiteen worden gedreven.
juni 2007 |
AM | 15
Op de dag van de aanval op Nederland hadden Duitse vliegtuigen strooibiljetten boven Den Haag uitgeworpen die getuigden van een onvervalst staaltje prematuur: BEKENDMAKING Sterke Duitsche troepeneenheden hebben de stad omsingeld. Ieder weerstand heeft geen zin meer. Duitschland vecht niet tegen uw land, maar tegen Engeland. Alleen maar gedwongen, in ’t vervolg van dezen strijd, heeft het Duitsche leger in u(w) land moeten binnendringen Het Duitsche leger beschermt leven en eigendom van ieder(e) vredelievend(e) burger. Maar de Duitsche Troepen zullen iedere gewelddadigheid door de bevolking begaan, met den dood bestraffen. Ieder burger is verplicht zijne bezigheden na te gaan. Aldus dient hij de belangen van zijn eigen volk.
Al tijdens diezelfde ochtend van de brutale inval vond als historische primeur een omvangrijke luchtlandingsoperatie plaats in het westen van ons land, in het hart van Holland. Het doel was de Nederlandse tegenstand in zeer korte tijd te ontmantelen. Dat bleek onder meer uit een Duits document, dat bij de strijd om Den Haag in Nederlandse handen viel: De strijd tegen de Nederlandse weermacht is een strijd met een tegenstander die in moreel opzicht en uit oogpunt van bewapening niet tegen de Duitsers is opgewassen. Ondanks dit geringschattende en zelfs minachtende oordeel over de gevechtskracht van het Nederlandse leger bleek de weerstand die op sommige plaatsen werd geboden (onder meer in de Maasstellingen bij Venlo en Boxmeer, bij de Afsluitdijk, de Grebbelinie en bij vliegveld Ypenburg), de Duitse opmars flink op te houden en de irritatie van de agressors nam dan ook snel toe, zeker toen de mariniers bij de Rotterdamse Willemsbrug nog geen muis naar de Rechter Maasoever doorlieten. Reeds in de vroege ochtend van de tiende mei hadden de Duitsers Rotterdam-Zuid veroverd en een klein bruggenhoofd gevormd op de Rechter Maasoever. Daarna zat er geen beweging meer in het front. Op 13 mei besloten de Duitsers dat een doorbraak moest worden geforceerd. Als Rotterdam zou vallen konden de 150 tanks van de negende tankdivisie naar het noorden oprukken en een snelle capitulatie van de Vesting Holland afdwingen. Het verzet in Rotterdam moest dan ook “koste wat het kost” worden gebroken. Desnoods moest de stad worden vernietigd en dat was alleen nog mogelijk door de Luftwaffe in te schakelen. Er werd een aanvalsschema ontworpen voor de veertiende mei. Om 13.00 uur zou men beginnen met het beschieten van de stad, vervolgens gaan bombarderen en daarna zou een stormaanval op 16 |
AM | juni 2007
de Willemsbrug plaatsvinden. Er werd een ultimatum overhandigd met als inhoud dat de stad zou worden vernietigd als de tegenstand niet onmiddellijk zou worden gestaakt.
waren door dat afschuwelijke bombardement. De Duitsers kregen bij de geallieerde bombardementen een koekje van eigen deeg. Of om het nog cynischer uit te drukken: “Wie kaatst moest de bom verwachten”.
In militaire kring werd het document met de nodige scepsis ontvangen, maar burgemeester Oud zag de bui wél letterlijk hangen. Hij kon de militaire autoriteiten echter niet overtuigen. Het gevreesde bombardement zou uiteindelijk plaatsvinden. Dit werd niet uitgevoerd door Stuka’s, die een precisiebombardement zouden hebben kunnen uitvoeren, maar door minder geavanceerde Heinkels…..
Tonen de bombardementen op Warschau, Rotterdam en Dresden al het afzichtelijke gelaat van de moderne oorlogvoering, de atoombommen op Hiroshima en Nagisaki zijn een nog vele malen verschrikkelijker symptoom van de waanzin die oorlog heet. Ten tijde van het klassieke ApGen (1946/1951-1984) werd geregeld aangestipt hoe de grootste geleerde aller tijden, Albert Einstein, bij het aanschouwen van de afgrijselijke beelden (nadat de Abommen waren geworpen) vertwijfeld uitriep: ”Was ik maar blikslager geworden!”
Een studente van 20 jaar oud schreef in haar dagboek op dinsdag 14 mei: Toen het luchtalarm begon was de stad er nog, stonden de huizen rustig rondom ons. En nu zien we tegenover ons een vuurgloed en rook en daar tussen door stukken muur; aan alle kanten knettert en kraakt het en storten huizen in. Rechts naast ons zien we een diepe bomtrechter in de Schiekade en het huis van Landman in elkaar storten. We kijken niet verder, klimmen de trechter door en gaan naar binnen. Ik haal een brood en de kaas uit de kast, denkend dat je toch het eerst eten nodig hebt, maar aan de voorraad in de kelder denk ik geen moment. Uit alle kamers gaan we nu kleren verzamelen. We gooien het goed op de bedden, slaan de lakens en dekens eromheen en krijgen zo grote pakken, die we naar beneden slepen. Het kost veel tijd om de boel steeds door de bomtrechter te sjouwen. In alle kamers kijk je rond, wetend dat het allemaal verbranden zal. Het is zo hopeloos dat je het niet kunt oppakken en naar veiliger plaatsen brengen. Het wordt gevaarlijker om nieuwe rommel te halen. Brandweermannen waarschuwen ons dat het huis van Landman er wankel bij hangt en dat het wel eens in kan storten als wij er langs lopen. Bovendien is de brand vlakbij. Was er maar water! Wat zouden we een massa kunnen redden! Moe gaan we zitten op een paaltje en kijken naar de brandende stad… Het bombardement had volgens de regels van het oorlogsrecht niet uitgevoerd mogen worden. Het had namelijk niet mogen plaatsvinden vóór afloop van het zogenaamde tweede ultimatum. De Duitsers hebben de luchtaanval op Rotterdam echter ook na de oorlog gerechtvaardigd als een tactische aangelegenheid ter ondersteuning van de grondtroepen door middel van vliegtuigen. Dat was volgens hen uit oogpunt van oorlogsrecht gerechtvaardigd.
Helaas heeft de mens ook na de verschrikkingen van de “totale” oorlog deze halsmisdaad tegen de menselijkheid niet voorgoed afgezworen. Het monster met de zeven koppen doemde tijdens, maar ook ná de periode van de Koude oorlog weer levensgroot op. De elfde september 2001, Israel en Palestina, Irak en Darfur zijn slechts enkele voorbeelden uit een zeer lange negatieve “naoorlogse” reeks. Er is nog een hele lange weg te gaan, eer de mensen over de gehele wereld gezamenlijk tot het inzicht komen dat je met oorlog nooit de vrede kunt winnen en dat het gebruik van geweld telkens weer nieuw geweld oproept. Tweeduizend jaar geleden werd de mens al voorgehouden de linkerwang toe te keren nadat op de rechter was geslagen. Jezus leerde ons in zijn donkerste uur, dat van zijn arrestatie (die tot zijn gruwelijke dood zou leiden), dat wie het zwaard opheft zelf door het zwaard zal vergaan. Het zijn eeuwige waarheden, die uiteindelijk duurzamer zullen blijken te zijn dan alle gevoerde en nog te voeren oorlogen. Het kloppende stadshart van het moderne, hedendaagse Rotterdam is er als symbool van vreedzame samenwerking en wederopbouw iedere dag weer het levende bewijs van.
Op 14 mei 1940 verloren ongeveer 900 Rotterdamse burgers het leven. Maar hoe afschuwelijk ook, het was “slechts” een fractie van het aantal Duitse slachtoffers dat aan het eind van de oorlog (13 februari 1945) omkwam bij het bombardement van Dresden (35.000 slachtoffers). Het is een contradictio in terminis, maar de Duitsers bombardeerden in zekere zin humaan: vanuit het centrum naar buiten toe, zodat de burgers van de brand weg kunnen vluchten. In Dresden werd juist in omgekeerde richting gebombardeerd, voor de vele vluchtelingen was er daardoor geen ontkomen aan. Echter, in morele zin lagen de feiten anders. De Nederlanders was de oorlog opgedrongen, waarvan de Rotterdammers dus in het bijzonder het “lijdend voorwerp” juni 2007 |
AM | 17
Ossip Zadkine Werd geboren in Vitebsk in Wit-Rusland op 14 juli 1890. Zijn vader was van Joodse afkomst, bekeerde zich echter tot het Orthodox geloof toen hij huwde met een meisje van een uit Engeland geëmigreerde familie. Zadkine is vooral bekend geworden als beeldhouwer, maar hij laat ook een belangrijk oeuvre na van gouaches en litho’s. In 1905 stuurt zijn vader hem naar Engeland waar hij onder meer verblijft bij een neef van zijn moeder. Vanaf het najaar van 1908 volgt hij les aan de Arts and Crafts School in Londen. Vanaf oktober 1909 vestigt hij zich in Parijs. Hij ontmoet er onder meer Léger, Archipenko, Chagall en raakt bevriend met Modigliani. Begin 1915 meldt hij zich als vrijwilliger en dient in het Frans leger als soldaat-brancardier. Eind 1917 raakt hij gewond bij een gasaanval. In 1920 huwt Zadkine met de kunstenares Valentine Prax. Getuige bij het huwelijk is de uit Japan afkomstige kunstenaar Foujita. 18 |
AM | juni 2007
Vanaf 1918 is zijn werk sterk beïnvloed door het kubisme. Heel geleidelijk verlaat hij na 1926 deze kubistische lijn om een eigen stijl te ontwikkelen die sterk beïnvloed wordt door de primitieve kunst. Tijdens het Interbellum neemt Zadkine deel aan talloze tentoonstellingen in binnen- en buitenland. Bang vanwege zijn Joodse afkomst vlucht Zadkine in 1941 naar de Verenigde Staten van Amerika. Hij verblijft er gedurende de rest van de Tweede Wereloorlog en heeft er een atelier in New York. Valentine Prax blijft in Frankrijk. In 1942 neemt Zadkine te New York, samen met onder meer Fernand Léger, Max Ernst en Marc Chagall deel aan de groepstentoonstelling “Artists in Exile”. Na de oorlog komt Zadkine terug naar Frankrijk.
Ossip Zadkine sterft op 25 november 1967 in Parijs en wordt begraven op het Cimetière du Montparnasse.
© Museum Boijmans van beuningen
Het beroemde oorlogsmonument ‘De verwoeste stad’ (1951-1953) in Rotterdam is kenmerkend: het meer dan levensgrote beeld met zijn expressieve, hoekige vormen, open ten hemel geheven armen en een groot gat op de plek waar het hart zou moeten zitten, is een treffend symbool voor de wanhopige stad zonder hart, die Rotterdam na het bombardement van 1940 was. Zadkine beschouwt dit Rotterdamse monument als zijn voornaamste schepping. Wat dit betekent kan men nagaan als men weet dat hij opdrachten kreeg uit heel de wereld en dat zijn beeldhouwwerken te bewonderen zijn in de Verenigde Staten, in Zuid-Amerika, alsook in vele Europese landen. ,,Door de opdracht uit Rotterdam werd ik in staat gesteld het beste te geven, dat in mij is. Andere voorbeelden van deze kubistisch-expressionistische stijl zijn ‘Orpheus’ (1949), ‘Ontkieming’ (1951) en ‘Pieta’ (1952).
La ville détruite (De Verwoeste Stad) 1951, 650 cm hoog, Brons. Ossip Zadkine was in 1947 op bezoek in Deurne bij zijn Nederlandse vriend de arts-schilder Henk Wiegersma. Tijdens dat verblijf reed Zadkine met de trein door het na-oorlogse Rotterdam. De grote lege ruimte van het nog steeds gehavende hart van de stad, dat in mei 1940 door de Duitsers was gebombardeerd, maakte diepe indruk op hem: Ik zag een stad zonder hart. Ik zag een krater in het lichaam van een stad [...] Van het station af strekte zich een onmetelijke woestenij uit, zover de blik reikte. [...] Het was alsof mij een film ontrold werd, een verbijsterende film over de morgen na de ramp die mijn eigen nood van die zes jaren mij had doen vergeten. Een zwart geblakerde en opengescheurde kerk rees daar omhoog als de kies van een voorhistorisch dier, door een vulkaan uitgespuwd. Nog dat zelfde jaar, terug in Parijs, maakte hij een 1.20 meter hoge kleisculptuur getiteld Verwoeste stad. Dit beeld ging echter tijdens het retourtransport na een expositie in Berlijn verloren. Maar de herinnering aan het verwoeste Rotterdam bleef hem achtervolgen. In 1948 exposeerde hij in het Stedelijk Museum te Amsterdam een nieuwe gipsen versie van een gedeformeerd lichaam dat zich met een afwerend, smartelijk gebaar opricht naar de hemel, in een uitdrukking van angst en woede. In 1949/50 werd het in Museum Boymans geëxposeerd. en het was de directeur van het warenhuis de Bijenkorf die besloot om een nog grotere versie in brons aan de stad Rotterdam te schenken. Tijdens de wederopbouw in 1956 kreeg ‘het beeld zonder hart’ een plaats in het nieuwe centrum bij de Leuvehaven. De reacties waren verdeeld: te macaber om nog mooi te kunnen zijn [...] een in hysterische razernij verminkt menselijk lichaam [...] moet mijn stad verlamd worden door deze 6 meter hoge bezetene? (de directeur gemeentewerken in 1950). Positiever klonk: dit beeld deed een groot deel van de bevolking zijn vooroordeel tegen de moderne kunst opgeven, nog nooit heeft een openbaar monument zoo’n sterke invloed uitgeoefend ( A.M. Hammacher). Als een Phoenix rijst het expressieve monumentale lichaam op, met de zware gebogen maar krachtige benen, de gedraaide tors met een gat op de plaats van het hart, de uitgestrekte armen en handen met gespreide vingers ten hemel gericht en opengesperde mond die een luide kreet of klacht doet vermoeden.
1951-1953 ontwerp Herdenkingsmonument De verwoeste stad voor Rotterdam.
Museumboijmansvanbeuningen, Rotterdam Museumpark 18-20, 3015 CX Rotterdam, www.boijmans.nl juni 2007 |
AM | 19
Fool’s Garden
Fool’s Garden is een Duitse popgroep opgericht in 1991. Ze debuteerde in 1993 met het album Once In A Blue Moon. Vier jaar later scoorde Fool’s Garden een wereldhit met “Lemon Tree”. In 2003 verlieten drie leden de band, zij werden vervangen door Dirk Blümlein (bassist), Claus Müller (drummer) en Gabriel Holz (tweede gitarist). Ook werd de naam veranderd in Fool’s Garden.
Fool’s Garden: een leven na Lemon Tree Wat is er fout gegaan tussen Fool’s Garden en Nederland? Zegt de band je nog iets? Luister anders even naar een fragment van hun wereldhit Lemon Tree (http://home.hetnet. nl/~greeuw/lemon.mp3) In gedachten van veel mensen staan ze te boek als eendagsvliegen. Na hun hit Lemon 20 |
AM | juni 2007
Tree in 1995 zijn er nog vier cd’s verschenen (o.a. Ready for the real life). In Nederland zijn hun cd’s alleen verkrijgbaar bij de betere muziekwinkels. De beste optie is nog altijd Amazon. De tweede single Does anybody know van het nieuwe album (hier dus onbekend) is in de rest van Europa al een bescheiden hit. Behalve in ‘heimat’ Duitsland is het nummer onder andere op radiozenders te horen in Italië, Spanje, Litouwen, Rusland, Oekraïne, Slovenië, Bosnië, Polen, Griekenland en Turkije. Zij zijn benaderd om de tune te schrijven voor het WK 2006 Duitsland. Het is het nummer I got a ticket geworden. Kijk voor meer informatie op www.foolsgarden.de of www.foolsgarden.it.
I’m sittin’ here in the boring room It’s just another rainy sunday afternoon I’m wasting my time, I got nothing to do I’m hanging around, I’m waiting for you But nothing ever happens and I wonder I’m driving around in my car I’m driving too fast, I’m driving too far I’d like to change my point of view I feel so lonely I’m waiting for you But nothing ever happens and I wonder I wonder how, I wonder why Yesterday you told me ‘bout the blue, blue sky And all that I can see is just a yellow lemon tree I’m turning my head up and down I’m turning, turning, turning, turning, turning around And all that I can see is just another lemon tree I’m sittin’ here, I miss the power I’d like to go out, taking a shower But there’s a heavy cloud inside my head I feel so tired, put myself into bed But nothing ever happens, and I wonder Isolation, is not good for me Isolation, I don’t want to sit on the lemon tree I’m stepping around in the desert of joy Maybe anyhow I get another toy And everything will happen, and you wonder I wonder how, I wonder why Yesterday you told me ‘bout the blue, blue sky And all that I can see is just another lemon tree I’m turning my head up and down I’m turning, turning, turning, turning, turning around And all that I can see is just a yellow lemon tree And I wonder, wonder I wonder how, I wonder why Yesterday you told me ‘bout the blue, blue sky And all that I can see, and all that I can see And all that I can see is just a yellow lemon tree
Geen idee waar dit over gaat? luister hier een fragment
http://home.hetnet.nl/~greeuw/lemon.mp3 juni 2007 |
AM | 21
yo-dvd
Så som i himmelen As it is in heaven
«hoe weet je wanneer je iemand aardig vindt?» 22 |
AM | juni 2007
D
aniel Daréus is een succesvolle internationaal bekende dirigent die aan de top meedraait. Maar hij is ook eenzaam, voelt zich slecht en is de uitputting nabij door het jachtige leven dat hij leidt. Na een lichamelijke en emotionele inzinking besluit Daniel zijn carriere abrupt te onderbreken en keert alleen terug naar Norrland, het dorpje in het hoge noorden van Zweden waar hij zijn jeugd heeft doorgebracht. Zijn komst maakt natuurlijk wel wat los want Daniel is wereldberoemd en dat maakt hem tot mikpunt van de nieuwsgierigheid van de inwoners van Norrland die hem met evenveel bewondering als argwaan ontvangen. Het duurt niet lang voordat Daniel gevraagd wordt om wat adviezen te geven aan het kleine locale kerkkoor dat iedere donderdag repeteert. Aanvankelijk ziet Daniel dat niet echt zitten. Hij komt immers voor
zijn rust en wil de spotlights zoveel mogelijk vermijden. Maar Daniel kan niet weigeren en met tegenzin besluit hij dan maar een helpende hand te bieden. Als Daniel met het koor begint te werken herontdekt hij tot zijn grote verbazing zijn verloren gegane liefde voor muziek. Maar zijn werk met het koor vormt ook een flinke bedreiging voor het plaatsje en Daniel krijgt ook de nodige tegenstand te verwerken door de jaloerse priester en een gevaarlijke en gewelddadige vijand uit zijn verleden. Maar het is niet alleen kommer en kwel. Daniel maakt ook nieuwe vrienden, waaronder de lieve en gevoelige Lena, een vrouw die hem helpt zijn eigen onzekerheid, angsten en eenzaamheid te overwinnen. Het leven van Daniel en de levens van de inwoners van Norrland zullen nooit meer hetzelfde zijn.
Regie: Kay Pollak Cast: Michael Nyqvist, Frida Hallgren, Niklas Falk, Barbro Kollberg, Verena Buratti, Ingela Olsson, Lasse Petterson, André Sjöberg, Helen Sjöholm, Axelle Axell, Lennart Jähkel Scenario: Ola Olsson, Anders Nyberg, Carin Pollak, Kay Pollak, Margaretha Pollak Awards: Academy Award (nom) Foreign feature Taal: Zweeds Land: Zweden Jaar: 2004 Kijkwijzer:12 jaar Release datum: 01-02-2007 Beeldformaat: Anamorphic 16:9 (1.85) Geluid Zweeds : DOLBY 5.1 Ondertiteling: Nederlands juni 2007 |
AM | 23
Als kind was ik al gefascineerd door onverklaarbare gebeurtenissen. Verhalen die je hoorde of las en waarvan je dacht dat je er eigenlijk niet in ‘mocht’ geloven…maar toch…In ons (apostolische) gezin werd er wel eens over gesproken, maar meestal werd er ook bij opgemerkt: ‘ach, het doet er niet toe, het gaat om het hier en nú!’ Dat er meer was tussen hemel en aarde werd bij ons thuis nooit ontkend, alleen in de dienst was het gewoonweg geen gesprek van onderwerp, ook niet op kring, je had het er gewoon niet over.
Door Monique
24 |
AM | juni 2007
O
ndanks die fascinatie voor onverklaarbare gebeurtenissen, had ik ook een angst ontwikkeld voor ‘occulte’ en ‘spookachtige’ verschijningen. Zoals veel kinderen had ik een rijke fantasie, die heel gemakkelijk met me aan de haal ging. Ik kende mensen in mijn familie die bijvoorbeeld hele nare voorspellende dromen hadden (meestal ging er dan iemand dood…), onvoorstelbaar eng vond ik dat. Het gebeurde mijzelf gelukkig niet, maar de fascinatie bleef. Ik zag wel aura’s…maar dat wist ik toen nog niet. Dacht dat het aan mijn ogen lag, die waren toch al niet zo best. :D Tijdens mijn puberjaren ben ik toch op zoek gegaan, maar dit had uiteindelijk weer onverklaarbare nachtmerries tot gevolg en al snel wilde ik dan ook niets meer met deze ‘enge’ dingen te maken hebben en hield het ver bij me vandaan. Toen kon ik nog niet weten dat ik me daardoor ook meteen afsloot voor alle mooie onzichtbare energie die rondom ons is. Ik begreep het niet en onbekend maak onbemind (en angstig). In mijn latere puberjaren had ik een keer een zeer sterke telepathische ervaring met mijn vader, terwijl we een paar duizend kilometer van elkaar verwijderd waren op dat moment. Dit gooide ik op onze bloedband, vonden dit allebei heel bijzonder, maar weten dit verder niet aan andere onzichtbare krachten. Ondanks het ‘eigenlijke weten’, ik moest wel beseffen dat er méér is dan we weten, stopte ik het allemaal maar diep weg en deed alles wat ik er over hoorde, las of zag in de jaren daarop als volkomen onzin. De hype van Jomanda heb ik dan ook volledig aan me voorbij laten gaan, daar had en heb ik echt helemaal niets mee. Toch kwam ik een aantal jaar geleden via een dierbare vriendin in aanraking met ‘het spirituele’. Eerst ben ik Reiki gaan doen, puur voor mezelf. Ik zat in een dip en knapte hierdoor op, tot mijn eigen verbazing. Vervolgens ging ik eens mee naar avonden waar je bijvoorbeeld d.m.v. foto’s boodschappen doorkrijgt vanuit ‘de andere dimensie’, heel indrukwekkend en ondanks mijn nuchtere en sceptische aard, kon ik om een aantal feiten gewoon niet heen. Ik ben echt zo iemand die niet zomaar iets aanneemt, eerst zelf ga nadenken en onderzoeken, vaak tot frustratie van mensen die mij uit allemacht proberen iets duidelijk te maken.
Spiritueel weekend Uiteindelijk ben ik eens meegegaan naar een spiritueel weekend en daar ga ik nu zo’n 2 keer per jaar naar toe. Soms kan ik bijna niet wachten tot het weer zover is… Tijdens die weekenden wordt er gewerkt met energie. Energie die in en om ons heen is, zichtbaar en onzichtbaar, mooi, zuiver en puur…ik kan het niet anders omschrijven voor mezelf. Er is een medium aanwezig, die het weekend begeleidt, maar we moeten voornamelijk zelf aan de slag in allerlei workshops. Leren voelen, vertrouwen op je intuitie en die vertalen in woorden, beelden, een boodschap voor jezelf of een ander, daar komt het eigenlijk op neer. Je gaat in (geleide) meditaties om heel dicht bij je eigen bron te komen. Een meditatie is trouwens iets waarvan ik tot een paar jaar geleden dacht, dat dit echt niet voor mij weggelegd was. Zo’n nuchtere, hypere meid, die zich nooit kon ontspannen, zelfs de fysiotherapeut vond mij een hopeloos geval… Toch maar een workshop meditatie
herken ik het spiegelbeeld echt niet, dan is het waarschijnlijk ook niet voor mij bedoeld gevolgd tijdens mijn eerste ‘spiri’ weekend en wat bleek: het is voor mij dus ‘de’ manier om te ontspannen. Mijn eerste meditatie werkte zo bevrijdend dat ik alleen maar kon lachen, voelde alles van me afglijden. Heel veel beladenheid rond het spirituele is ook bij mij weggenomen tijdens deze weekenden omdat alles met heel veel humor, en vreemd genoeg ook nuchterheid, benaderd wordt. De ‘spirit’ heeft gelukkig ook humor. Ik heb er geleerd altijd goed met twee voeten op de aarde te blijven staan (aarden) en alleen mijn eigen waarheid als waarheid te zien. Als een ander mij iets vertelt, probeert mee te geven, en het voelt niet goed, is het dus ook niet voor mij bedoeld en kan ik het zo in de spreekwoordelijke vuilnisbak deponeren. Behalve meditaties zijn er dus allerlei workshops in zo’n weekend waar je aan kunt deelnemen. Of het nou tarotkaarten zijn, zandlezen of je intuitie/gevoel omzetten in een creatieve uiting, psychometrie, het draait allemaal om hetzelfde: zo dicht mogelijk bij je intuitie te komen zodat je een ander of jezelf iets mee kunt geven, iets waar je aan mag werken bij jezelf. Vaak heeft dat betrekking op iets waar je net mee aan het worstelen bent of dat juist een verdrongen probleem voor je is en waar je je even niet meer zo bewust van was. Zoals je dus naar een weekbrief luistert, die je ook meestal op jezelf betrekt…
herkenning Tijdens zo’n weekend ben je veel met elkaar bezig, maar uiteindelijk vooral met jezelf. Je zegt elkaar ook dingen, liefdevol maar recht voor z’n raap, die soms aankomen en soms ook helemaal niet. Maar…het mag gezegd worden en je mag er mee doen wat je wilt. Deze directe manier van benaderen is nou net iets dat ik voor mezelf mis binnen het Apostolisch Genootschap, binnen de ‘veilige’ muren van de gemeenschap. Wij vinden dat moeilijk, ervaren opmerkingen al gauw als kritiek, terwijl je juist daarvan kan groeien, ben ik van overtuigd. Leven = samen leren! Soms is het nodig dat een ander mij die spiegel voorhoudt, en zoals ik al schreef, herken ik het spiegelbeeld echt niet, dan is het waarschijnlijk ook niet voor mij bedoeld of een verkeerde vertaling van de ander. Voor mij is het niet moeilijk om dit te combineren met apostolisch zijn, ik zie het gewoon als een hele mooie aanvulling voor mezelf hierop. Er zijn zoveel raakvlakken, soms is het net of je ‘thuiskomt’, er zit alleen nog net een extra stukje bij dat het, voor mij, zo bijzonder maakt.
juni 2007 |
AM | 25
George Fox is de grondlegger van dit Religieus Genootschap der Vrienden. Geboren in 1624 in Fenny Drayton onder de rook van Manchester. Zijn ouders waren rechtschapen vrome Christenen. Zijn vader was wever. George Fox is in de leer geweest bij een schoenmaker en een wolhandelaar. Evenals voor zijn ouders was het geloof voor hem een realiteit, waarmee hij serieus omging. Teleurgesteld door het traditionele geloof, zwierf hij van de ene geestelijke naar de volgende in de hoop een antwoord te krijgen, doch tevergeefs. Tenslotte kwam hij tot de conclusie dat hij zelf de antwoorden van God moest ontvangen. Vanaf dat moment verwierp hij de traditionele staatskerk met haar vastgeroeste vormen en oppermachtige geestelijkheid. Hij werd rondtrekkend prediker en verenigde een groep zoekers rond hem. Ondanks de vervolging in Engeland kreeg hij vaste voet aan de grond en maakte George Fox vele buitenlandse reizen om ook daar de leer van de Quakers te verkondigen.
quakers
yo-ander geloof
26 |
AM | juni 2007
Wie en wat zijn de quakers De wijdingssamenkomst is het hart van het quakerisme (Religieus Genootschap der Vrienden), waarvan de leden beter bekend staan als quakers. De wijdingssamenkomst is vanaf het ontstaan van de beweging een open vergadering, toegankelijk voor iedereen. Een quaker wijdingssamenkomst is gebaseerd op stilte, maar het is een verwachtingsvolle stilte. Voor een hele poos, misschien een half uur, kan er stilte heersen. Maar dat betekent niet dat er niets gebeurt. Wij proberen dichter tot elkaar en tot God te komen zoals we daar bijeen zijn in de stille sfeer van de samenkomst. De stilte kan verbroken worden door iemand die zich geroepen voelt iets te zeggen wat de stilte zal verdiepen en het gevoel van wijding zal verrijken. De spreker kan een ervaren quaker zijn, een nieuwkomer of een kind. De stilte is slechts verbroken voor een moment, maar niet verstoord. In de stilte van de quaker samenkomst kunnen de aanwezigen zich bewust worden van een diepe, sterke geest van liefde en waarheid die hun gewone ervaring overstijgt. Verenigd in liefde en gesterkt door waarheid, bereiken de aanwezigen soms een nieuwe spirituele hoogte, ondanks de verschillende manieren waarop zij uitdrukking zullen geven aan deze levensverruimende ervaring. Quakers kennen geen dogma’s omdat zij ervan overtuigd zijn dat woorden of formules nooit een volledige beschrij ving kunnen geven van onze relatie met God, die individueel en persoonlijk is. Quakers geloven in “dat van God” of het “Inwaarts Licht” in ieder mens en bevestigen hiermee de
gelijke waarde van ieder mens voor God, ongeacht zijn of haar sociale status, nationaliteit, religie, ethnische origine, geslacht of sexuele orientatie. Omdat zij geloven in het priesterschap van alle gelovigen kennen quakers geen (gewijde) hierarchie. Quakers geloven evenmin dat de bijbel de ultieme test van juist gedrag en absolute waarheid is. Goddelijke openbaring is niet beperkt tot het verleden. Quakers geloven dat door middel van het Inwaarts Licht, God ieder mens de mogelijkheid geeft spirituele waarheid in deze tijd te herkennen en zij proberen open te staan voor nieuw licht van waar dat ook moge komen. Waarheid, evenwaardigheid, vrede, eenvoud en gemeenschap zijn waarden die quakers proberen uit te drukken in hun dagelijks leven. Soms schieten we tekort. Onze bekommernis voor sociale, politieke en economische rechtvaardigheid, voor vreedzaam samenleven, ons verzet tegen oorlog en voorbereidingen tot oorlog vloeien voort uit de overtuiging dat alle mensen evenwaardige kinderen Gods zijn. Deze bekommernis drukt zich ook steeds meer uit in zorg voor het milieu en de natuur. Deze bekommernis om de kwaliteit van het leven heeft bijgedragen tot hervormingen in het gevangeniswezen, de afschaffing van de slavernij, het instellen van onafhankelijke juries ten opzichte van gerechtelijke bemoeienissen, een vaste verkoopprijs (quaker handelaars hebben altijd geweigerd te onderhandelen) en humanitaire hulpacties. 1997 zag de vijftigste verjaardag van het toekennen van de Nobelprijs voor de Vrede aan de quakers voor humanitaire hulp in het na-oorlogse Europa. Hoewel ze nadrukkelijk
Stille samenkomst Onze stille samenkomst in de geest van de
tot hem te naderen. Dan zal je kracht van Hem
momenten voor waarop de aanwezigen het
Psalmen ‘Wees stil en weet dat ik God ben’ (46-
ontvangen en ontdekken dat hij jou in moeilijke
gevoel hebben dat ze op de een of andere manier
11) gaat niet zozeer over energie, maar over de
tijden, in tijden van nood, tot hulp zal zijn; en dat
met elkaar in verbinding staan. Dit kan naar
werking van de Geest onder ons mensen. Het
hij een God is die jou altijd nabij blijft”
voren komen doordat iemand iets zegt, soms een
gaat niet om de afwezigheid (van geluid) maar
Als Vrienden zoeken we hierbij onze eigen
enkel zinnetje, waarvan één van de aanwezigen
de aanwezigheid (van de Geest) in onze stille
weg, in het vertrouwen dat het inwaartse Licht
later zegt dat deze gesproken bijdrage nu net het
samenkomsten.
ons hierbij te hulp komt.
troostende, verlossende woord of ontbrekende
Fox zelf zei hierover: “Wees rustig en kalm in
Maar het is wel de bedoeling dat ieder op
puzzelstukje was waar hij of zij behoefte aan had.
hart en ziel. Laat je eigen gedachten los. Dan zal
die weg omziet naar de ander. Dat men de weg
Het komt ook voor dat de stilte bijna tastbaar
je ervaren hoe de goddelijke levensbron in jou, je
gaat in het bewustzijn, dat het een ‘samen op
wordt. Alle behoefte aan woorden is verdwenen.
geest tot God zal richten, waardoor je zijn kracht
weg’ is, zodat we in de stilte ook tot ontmoeting
Iedereen rust in de stilte en in vrede met elkaar,
zal ontvangen en de vitaliteit om elke storm,
met elkaar komen. Dit delen we met de andere
zo’n vereniging in de geest kan niet worden
orkaan of tegenwind tot bedaren te brengen. Laat
chirstelijke geloofsgemeenschappen: het gaat
opgeroepen, maar is een gave van genade die we
daarom een moment je eigen gedachten, je eigen
om de gemeente, de gemeenschap. Als die
met verwondering en in dankbaarheid ervaren.
streven, zoeken,verlangen en voorstellingen los
ontmoeting werkelijk plaats vindt, spreken we van
en rust in de goddelijke levensbron in jou om
een (in de geest) verenigde samenkomst.
je geest in God zelf tot rust te laten komen en
In de stille wijdingssamenkomsten komen soms
juni 2007 |
AM | 27
“Ons leven is liefde, vrede en zachtmoedigheid; elkaar verdragen en vergeven, en elkaar niet beschuldigen; maar bidden voor elkaar en elkaar helpen met zachte hand”. Isaac Penington 1667
vasthouden aan menselijke goedheid, erkennen quakers de aanwezigheid van het kwade in zichzelf en in anderen. Daarom zijn we aktief in verzoeningswerk op nationaal en internationaal vlak en laten we onze stem horen bij internationale en europese beleidsmakers door middel van het Quaker United Nations Office in Geneve en New York, en de Quaker Council for European Affairs in Brussel.
George Fox (1624-1691)
Het Quakerisme ontstond rond 1650 in het noordwesten van Engeland in een turbulente tijd van sociale, politieke en godsdienstige veranderingen, toen de laatste feodale vestingen plaats moesten ruimen voor het begin van een parlementaire democratie. De boodschap van evenwaardigheid, de mogelijkheid van een directe, persoonlijke relatie met God zonder bemiddeling van een priesterklasse en het afwijzen van de staatskerk, resulteerde in strenge vervolging door de autoriteiten, soms tot de dood. Duizenden quakers werden gevangen gezet of verloren hun bezittingen door inbeslagname. Tegen 1660 hadden de quakers zich verspreid tot in de Amerikaanse koloniën en op het Europese vasteland. Vandaag zijn er wereldwijd ongeveer 304.000 quakers, met de grootste concentraties in de Verenigde Staten (105.000), Afrika (122.000), Latijns Amerika (55.000), en Groot Brittannië en Ierland (21.000). Er zijn ongeveer 1.000 quakers op het Europese vasteland. Bron: De Quakers, serie Wegwijs Kerken en Groeperingen. Auteur Marianne lJspeert. Uitg. Kok, Kampen 2006. 191 blz. € 15,90
Organisatie Organisatie | In de periode 1667 tot 1671 ontstond de kerkelijke organisatie, die ook nu nog van kracht is. De lokale en regionale groepen kwamen voor het bespreken van de kerkelijke zaken samen in zogenaamde “Maandvergaderingen”. Deze zijn met name belast met zaken als lidmaatschap en pastorale zorg. Op landelijk niveau onstond de “Jaarvergadering”, die, zoals de naam al aangeeft, jaarlijks bijeenkomt. Soms werden er tussen de Jaarvergadering en Maandvergadering ook nog zgn. Kwartaalvergaderingen ingericht. In 1937 werd om een betere afstemming tussen de Jaarvergaderingen over de hele 28 |
AM | juni 2007
wereld te bereiken de “Friends World Committee for Consultation”, F.W.C.C., opgericht waarbij vrijwel alle jaarvergaderingen zijn aangesloten. Het werk van F.W.C.C. wordt voor een groot deel door de 4 regionale secties uitgevoerd, maar éénmaal per drie jaar komen vertegenwoordigers bijeen voor de zogenaamde “triennial meeting”. Hoogtepunten voor het Religieus Genootschap der Vrienden zijn de Wereldconferenties, die gemiddeld ééns in de 15 jaar worden gehouden. De laaste werd in 1991 in 3 sessies gehouden waarvan één in Nederland.
Vrienden en “Quakers” | Oorspronkelijk noemden de leden van het Religieus Genootschap der Vrienden zich Kinderen van het Licht of Vrienden van de Waarheid. Zij spraken elkaar aan met “Vriend”. De naam “Quaker” is in feite oorspronkelijk een scheldnaam. Tegenwoordig worden de benamingen “Vriend” en “Quaker” door elkaar gebruikt. Samenkomsten worden gehouden in Deventer, Amsterdam, Den Haag, Utrecht, Bennekom en Groningen meer informatie kun je vinden op www.vriendenkring.nl
yo-gadget
Een Stonehenge ‘klokkie’ Stonehenge is omgeven door mysterieuze mythen en sagen omtrent de bedenkers en bouwers ervan. Druïdes, buitenaardse wezens, Merlijn, of de duivel - we weten het niet - het is gebouwd door verre voorvaderen of moderne ‘geeks’ uit die tijd. Nu kun je de kracht gebruiken van de zon en de stenen door de “Stonehenge Watch” te gebruiken. Door middel van het kompas te gebruiken en door de juiste positie te kiezen, kun je de tijd aflezen zoals ‘je’ voorvaderen dit ook al hebben gedaan. Zakhorloge met ketting. Een op schaal nagemaakte versie van het ca. 5000 jaar oude monument, een analoog horloge aan de buitenkant. Inbegrepen: klok, ketting, schaduw wijzer ‘gnomon’ en kompas met instructies Prijs: $34.99
http://www.thinkgeek.com/gadgets/watches/7d2b/ juni 2007 |
AM | 29
yo-interview
Naam op ayo: Nan Woonplaats: Scheveningen Religie: Pagan
Wetenswaardigheden betreffende Nan: 23 jaar, alleenstaande moeder van Lotte (1.5 jaar). Werkzaam op de klantenservice van een kabel/internet/telefoonbedrijf als callcenter agent. In mijn vrije tijd lees ik veel (voornamelijk fantasy boeken), kijk ik graag films, speel ik World of Warcraft en reis ik heen en weer tussen hier en Engeland, waar mijn vriend woont. Verder ben ik Priesteres in de Wicca. 30 |
AM | juni 2007
Het Herkennen van het Goddelijke in alle dingen...
Pagan Wat is paganisme?
Paganisme is kort gezegd een geestelijke manier van leven die zijn oorsprong vindt in de oude natuurreligies van de wereld. Paganisten erkennen de heiligheid van de Natuur, herkennen het Goddelijke in alle dingen. Paganisten zien het als hun erfgoed dat het goddelijke in alle dingen over de hele wereld wordt gevonden, en passen de oude geloofsstructuren van hun voorvaderen aan het moderne leven aan. Deze invullingen zijn soms gebaseerd op folklore, mythen of archeologische ontdekkingen. Er bestaat een grote verscheidenheid binnen het Paganisme, die de geestelijke ervaring weerspiegelt van ieder uniek mens. Sommigen volgen meerdere Godinnen en Goden, met namen die bekend zijn uit folklore en mythologie. Anderen richten zich op de Levenskracht, zonder mannelijk of vrouwelijk aanzicht, en weer anderen zijn gewijd aan De Godin en De God. Paganisten respecteren deze diversiteit, want ze geloven dat iedereen zijn eigen band met het goddelijke moet vinden, in overeenstemming met de stille stem van hun eigen diepste innerlijk.
Paganisten eren het Goddelijke in alle aspecten, mannelijk of vrouwelijk, als onderdeel van een heilig geheel. Het Paganisme benadrukt de persoonlijke geestelijke ervaring, en Paganisten vinden deze ervaring vaak via hun relatie met de natuur. Ze stemmen zich af op de getijden van de natuur, en verkennen hun innerlijk, omdat beide weerspiegelingen van elkaar zijn. Paganistische rituelen helpen om in harmonie te komen met de cycli van de natuur, en die van onszelf. Rituelen worden vaak gehouden op de hoogtepunten van de seizoenen, de Maancycli, Zonnecycli, en op belangrijke keerpunten in het leven.
Wat betekent paganisme in jouw dagelijks leven? Ik zie het persoonlijk meer als een leefwijze dan als een religie. Als ik terugkijk op mijn leven zie ik meer dingen die er al vroeg op wezen dat ik me erg met de natuur verwant voel. Heb me hier dus eigenlijk onbewust van kinds af aan al verbonden mee gevoeld. Op dit moment in mijn leven ben ik niet zo heel erg actief met het pagan zijn bezig, dat wil zeggen dat ik momenteel niet in een coven (Een coven is een verband van een groep heksen RED.) zit en ook niet de vieringen uitgebreid vier. Simpelweg omdat er op dit moment behoorlijk wat veranderingen in mijn leven spelen. Dat wil echter niet zeggend dat ik er niets mee doe. Elke ochtend begin ik met een ochtendgebed en ‘s avonds sluit ik af met een dankgebed voor wat de dag gebracht heeft. Als de tijd het toelaat, combineer ik deze gebeden met een korte meditatie. Op deze manier ben ik toch elke keer opnieuw in contact met mijzelf en de God en Godin in mij. Verder probeer ik mijn dochtertje bewust te laten worden van de natuur om haar heen. Als het even kan, zijn we dan ook buiten te vinden. Nu ze nog klein is, betekent dit meestal naar de kinderboerderij om de hoek, of lekker spelen op het strand. Waar geen andere godsdienst voor mij een uitkomst bracht, omdat het naar mijn idee overal te veel als een juni 2007 |
AM | 31
Spiritualiteit Het Hemelse en het goddelijke
Water emotie en intelligentie Lucht intelligentie en kunst
Vuur moed en durf
Aarde stabiliteit en psychische balans
Geen satanisch symbool voor ‘Wicca’s’, de vijf hoeken van de ster staat voor aarde, vuur, water, lucht en spiritualiteit. De cirkel rond de ster behelst het goddelijke. Je geeft en krijgt door dit symbool het licht, het geeft de drager kracht en universele wijsheid en bescherming. 32 |
AM | juni 2007
verplichting voelt, is wicca voor mij de ultieme uitkomst om verder te gaan in mijn zoektocht naar mijzelf.
Wat bracht jou op ayoplaza? Ik ben van jongs af aan opgegroeid in het ApGen, en zal dit stukje opvoeding en geloof ook altijd met mij meedragen. Dus toen mijn oom mij attent maakte op het Ayo forum, ben ik lid geworden omdat het een forum is waar meerdere religies op terug te vinden zijn. En waar op een normale en belangstellende manier over religie gepraat kan worden.
Ik denk dat er wel overeenkomsten zijn, ook al zal het grootste gedeelte misschien erg verschillen. De basis is voor mij dat ik geloof dat (in mijn geval) de God en de Godin in alles en iedereen terug te vinden zijn. In mijn ogen ziet het ApGen dit ook zo, alleen dan niet als zijnde God en Godin. Ik kan me dus in een aantal gedachtegangen van het ApGen wel vinden, ben er immers ook mee grootgebracht. Maar voor mij spelen er meer dingen, die bij het ApGen voor mij niet tot zijn recht komen. Zo is de band met de natuur voor mij heel belangrijk, iets wat ik niet terugvind in het Apgen. Bovendien vind ik de meeste religies (en dus niet alleen het ApGen) te veel aan allerlei regeltjes gebonden. Het paganisme laat mensen vrijer om zelf invulling te geven aan hun geloof, mits de basisregels in acht worden genomen. Voor mij is het belangrijk dat ik zelf invulling kan geven aan hoe ik mijn geloof/religie vorm geef. Op de ApGen site vond ik de tekst: Geloven In jezelf en de ander, uit liefde voor het leven Dit is voor mijn manier van leven, mijn geloof, ook van toepassing. Het geloof in jezelf en anderen, en het geloof dat in een ieder liefde schuilt, zij het soms goed verborgen, is een gedachtegang die ook in mijn leven een rol speelt.
(c) 2005 - 2006 Kate Giese
Zie je overeenkomsten tussen jouw paganisme en het apostolisch genootschap?
Elementen Wij zijn maar als bloemzaadjes in de aarde Hopend op regen en een warme zonnestraal En alles is onzeker, en hoe zouden wij kunnen weten Wat alleen de aarde weet Wij zijn maar als schelpen in de zee Drijvend met de stroming mee richting een onbekende bestemming En alles is onzeker, en hoe zouden wij kunnen weten Wat alleen het water weet Wij zijn maar als bladeren in de wind Niet wetend waar we terecht zullen komen En alles is onzeker, en hoe zouden wij kunnen weten Wat alleen de wind weet
Reageer met steekwoorden op de volgende onderwerpen: Geloven: basis van het leven, zoeken naar jezelf Doop: toewijding aan geloof/levensovertuiging Internet: bron van informatie, communicatiemiddel Leven: kostbaar, fragiel, bijzonder, mooi Opziener Le Fèvre: euhm…wie? ;)
Wij zijn maar als takjes op het vuur Knetterend en langzaam vergaand tot as En alles is onzeker, en hoe zouden wij kunnen weten Wat alleen het vuur weet Wij zijn als de vier elementen Aarde, water, lucht en vuur En alles is onzeker, en hoe zouden wij kunnen weten Wat alleen moeder aarde weet juni 2007 |
AM | 33
© Icon Distribution Inc.
Door Hans
Ouwel anders 34 |
AM | juni 2007
juni 2007 |
AM | 35
Ja, ik weet het, het mag nooit een gewoonte worden dat je op zondag tijdens de eredienst aan de rondgang mag gaan. Maar als ik dan aan de beurt ben, stap ik van de orgelbank af, stop ik m’n meestal witte overhemd nog eens goed in de broek, heel onopvallend controleer ik of de rits goed dicht zit, knoop m’n jasje dicht, trek m’n stropdas aan en dan ga ik rond. Een knipoog naar de snoepjestante, een vriendelijk knikje naar links, een glimlach naar rechts, een teken van verstandhouding met iemand waar je nog iets mee moet regelen, het oogcontact met de voorgaande broeder of zuster en de aanbieding brengen of heel schuldbewust fluisteren: “vergeten, ligt nog op de piano”. Dan loop ik verder naar een van de broeders of zusters met een dienschaal, waarna je alleen nog maar kunt hopen dat er niet tegen je wordt gezegd dat zelfs jouw aanbieding wordt aanvaard. Nog nasmikkelend van de wijn loop ik terug naar de speeltafel van het orgel en zet ik de registratie voor het «amen» alvast klaar. Zo ging het vele jaren en zo gaat het nog steeds.
I
n Den Haag vindt momenteel een discussie plaats over de leeftijd van het alcoholgebruik onder jongeren. De eerste keer in mijn leven dat ik in aanraking kwam met alcohol was tijdens de eredienst: een in wijn gedrenkte ouwel, ik vond het lekker! Tijdens de discussie over de leeftijdsgrens van het verstrekken van alcohol aan jongeren, struikelde men over het probleem dat men eerst moet zorgen dat het probleem onder jongeren van 16 jaar en jonger opgelost wordt voordat de grens van 16 naar 18 jaar zou moeten worden gewijzigd. Door deze discussie in de politiek over het alcoholgebruik van jongeren en de ouwelcartoon op Ayoplaza van enkele weken geleden, ging ik eens nadenken over het ouweltje zelf. Het is wel eens goed om eens een keer na te denken over voor de hand liggende zaken zoals over ouwels. Een ouwel is een dun gebakken schijfje uit zuiver ongedesemd tarwemeel en water en wordt na inwijding door een priester een “heilige hostie”, bestemd voor de eucharistieviering. De oosterse kerk gebruikt juist gedesemde tarwe. De eucharistie is een heilige maaltijd, waarin christenen Jezus herdenken. Zij geloven dat de joodse man Jezus van Nazareth hen de weg naar God wijst. Door Hem in herinnering te roepen, komt hij in hun midden. Tijdens zijn leven had Jezus vaak aanvaringen met andere joden. Zijn preken stuitten velen tegen de borst, omdat hij zei dat met hem het Rijk Gods gekomen was. Uiteindelijk lieten zijn juni 2007 |
AM | 37
38 |
AM | juni 2007
«Als ik een synagoge bezoek, dan zet ik ook een keppeltje op m’n hoofd» vijanden hem kruisigen. De avond voor zijn dood hield hij voor zijn leerlingen een afscheidsmaal. Om duidelijk te maken dat zijn naderende dood een offer was, nam hij brood en wijn, sprak er een dankgebed over uit en gaf het aan zijn leerlingen met de woorden: “Eet van dit brood, het is mijn lichaam; drink uit deze beker, want het is mijn bloed, dat voor jullie vergoten wordt. Blijf dit doen om mij te gedenken.” Telkens als christenen eucharistie vieren, doen zij dus wat Jezus zijn leerlingen heeft opgedragen. De belangrijkste eucharistieviering vindt ‘s zondags plaats. Ze kan echter iedere dag gevierd worden. De consecratie is de mysterieuze gebeurtenis tijdens de eucharistie, waarop het (gedesemde of ongedesemde) brood en de wijn veranderen in het Lichaam en Bloed van Christus, dit wordt transsubstantiatie genoemd. Op zondagochtend eet ik altijd een heerlijk in wijn gedoopte ouwel, maar als ik op zaterdagavond in een kerk als musicus met een koor werk, krijg ik altijd een droge ouwel, terwijl de pastor de beker met wijn leegdrinkt. In de katholieke kerk krijgen de kerkgangers, ook de kinderen, een droge ouwel. Je zou dus kunnen overwegen om kinderen een ouwel zonder wijn, maar bijvoorbeeld met druivensap te geven. Nu ik dan toch aan het nadenken ben over de ouwel, realiseer ik mij opeens dat er iets ongewoons aan de hand is. Op zondagmorgen ga ik aan de rondgang terwijl ik op zaterdag, als m’n koor de zang verzorgt, tijdens de viering in een Katholieke kerk, een hostie aanneem. Doe ik dat alleen maar omdat ik met een katholiek koor werk? Waarom gebruik ik m’n talenten in een ander kerkgenootschap en kan ik dat tegenover mijzelf verantwoorden? Iemand die er achter kwam dat ik doe aan “dubbel ouwel gebruik” kwam zelfs met het volgende citaat uit een jeugdappel in 1957 van apostel L. Slok over zijn aanwijzing als apostel: “…daarvan zei men op de rechtbank in Amsterdam onbeschaamd tegen mij: “Dacht u dat die meneer op de kansel alles meent wat hij zegt? Wel nee, dat behoeft u ook niet te menen, u zegt alleen maar datgene wat u krachtens uw functie, door de hoofdapostel, wordt voorgeschreven! Wat u zelf geloven wilt, is uw zaak.” Toen heb ik de edelachtbare heren gevraagd: “Maar waar is dan de kiem van mijn woord?” Daarop was het antwoord: “Ja, u moet het niet zo moeilijk maken”.
Is mijn houding dan zo van: “Wiens brood men eet, diens woord men spreekt”? Of: “Jij zit er kennelijk niet zo mee om op zaterdag het eucharistisch lichaam te verorberen om op zondag slechts een symbool soldaat te maken”? Verbind ik mij door het aannemen van een hostie aan twee fronten? Moet ik kiezen tussen “God als liefdemacht openbaren” en “Jezus als verlosser”? Dus 100% apostolisch of helemaal niet? Aanvankelijk dacht ik eigenlijk helemaal niet zo na over m’n dubbele ouwelgebruik, maar nu maak ik het mijzelf dus iets minder gemakkelijk. Manoeuvreer ik me, door de hostie niet te weigeren, in een lastige positie? Het nadenken over het onderwerp “ouwel” neemt nu een grimmige wending. Maak ik een grote fout en pleeg ik verraad aan de apostel, of maak ik het mezelf nu te moeilijk? M’n religieus gevoel is iets binnen in mij en wordt me door niemand opgelegd. Er wordt niet van mij gevraagd om een keuze te maken inzake loyaliteit. Als je met de rituelen van een andere kerk mee mag doen, dan geeft dat een gevoel van verbondenheid met andere mensen, je laat zien dat je elkaar respecteert en het brengt mensen dichter bij elkaar. Als ik een moskee bezoek, dan doe ik m’n schoenen uit Als ik een synagoge bezoek, dan zet ik een keppeltje op m’n hoofd. Natuurlijk heb ik in de kerk waar ik werk verteld dat ik apostolisch en niet katholiek ben en heb erbij gevraagd of dat voor hun een probleem is. Als antwoord kreeg ik een wedervraag, men vroeg het volgende aan mij: “Wil jij ook zoals wij het licht van Jezus verder dragen en aan een mooiere wereld werken?” Toen ik de eerste keer in een RK kerk een hostie kreeg aangereikt, voelde dat als “je bent hier welkom”, als men mij had overgeslagen dan had ik waarschijnlijk niet dat warme gevoel gehad. Bij ons gaan er ook wel eens mensen aan de rondgang die niet apostolisch zijn, als ik dat zie dan krijg ik daar ook een warm gevoel bij. Dit heeft niets te maken met je binden aan meerdere fronten, maar het is een stukje gastvrijheid. Dat er hiervoor ruimte is bij ons en in de kerk vind ik prachtig! Het koor waar ik mee werk is een jeugdkoor van ongeveer 30 enthousiaste jonge mensen in de leeftijd van 12 tot 20 jaar, die zien dat ik de hostie niet weiger maar aanneem en waarom zou ik een positief gebaar achterwege laten?
juni 2007 |
AM | 39
Yo-scoop
Première: Donderdag 5 juli 2007
Een oude man, een stel en een 15-jarig meisje worden gevolgd gedurende een nacht in Acapulco die hun levens verandert
Drama/ 40 |
AM | juni 2007
Acapulco, eens een luxueus vakantieoord voor de jetset, is vandaag de dag een morsige, vervallen stad. In het decor van deze decadente badplaats kruisen de levens van vijf personages elkaar. Acapulco, eens een luxueus vakantieoord voor de jetset, is vandaag de dag een morsige, vervallen stad. In het decor van deze decadente badplaats kruisen de levens van vijf personages elkaar. Jaime, een grijze bureaucraat en levensmoe, voelt zich op zijn werk onheus behandeld en ontvreemdt een grote som geld van zijn chef in Mexico-City. In het holst van de nacht vlucht hij naar Acapulco, met een geladen revolver op zak. Als hij in een wanhoopsdaad de trekker wil overhalen, komt hij oog in oog te staan met “Trigillo”, een vijftienjarig meisje dat erop uit is om naïeve toeristen van hun geld te beroven.
Intussen in een rijke villawijk zoekt Chano na een jarenlange afwezigheid zijn vroegere liefje Fernanda weer op. Hij denkt de draad van hun afgebroken liefdesrelatie weer op te kunnen pakken, maar intussen heeft zij een ander vriendje: de jaloerse en explosieve Gonzalo. Deze low budget film is geïnspireerd op de stijl van Alejandro González Iñárritu (Amores Perros & Babel). Drama/Mex is een energieke film over schuld en boete in een machocultuur waar passies hoog oplaaien en jaloezie dodelijk is.
/Mex
Een co-productie van Canana Films, Instituto Mexicano de Cinematografía (IMCINE), Cinematografica Revolcadero Taal Spaans Lengte 92 minuten Genre Drama Land van Herkomst Mexico Logline Vijf schijnbaar willekeurige levens raken verstrikt tijdens zomaar een nacht. Vanuit verschillende perspectieven worden de gevolgen van deze nacht in Acapulco vastgelegd. Filmmakers Regie en scenario: Gerardo Naranjo Hoofdrollen Fernando Becerril, Juan Pablo Castaneda, Diana Garcia Awards Semaine Internationale de la Critique - Cannes Film Festival 2006
juni 2007 |
AM | 41
Yo-projectkoor
‘The Crucifixion’ 42 |
AM | juni 2007
ay gao-m ve Dozin ars et e la g! G AYO enomi -MA nee GAZINE rd v o AWA or de RD 200 7
juni 2007 |
AM | 43
«Als ik eraan terugdenk, heeft dit zowel de zangers als mij een bijzonder gevoel van saamhorigheid en verbondenheid gegeven» Op de zondagen 25 maart en 1 april jl. vond er een bijzondere uitvoering plaats van het oratorium The Crucifixion in respectievelijk Bussum en AmsterdamWatergraafsmeer. Hier hebben 26 zeer gemotiveerde zangers uit district Amstelveen aan meegedaan onder de bezielende leiding van de dirigent én initiator br. F. Haagsma. Br. E.C. Dijkkamp deed de begeleiding op het orgel. Het concert stond meteen ook in het teken van een goed doel. Via de stichting ‘DABAR’ is de vrijwillige bijdrage van de bezoekers afgedragen aan War Child.
Het oratorium* The Crucifixion is geschreven door de Engelse componist Sir John Stainer (geboren te Londen, 6 juni 1840 – overleden te Verona op 31 maart 1901). Zijn composities verloren na zijn dood veel aanzien. The Crucifixion is een van de weinige stukken dat nog wordt uitgevoerd. Het stuk wordt met name in Engeland in de lijdensweek uitgevoerd, maar ook in Nederland behoort het tot het repertoire van verschillende koren. Stainer leverde ook een blijvende bijdrage aan kerstmuziek met zijn verzameling Christmas Carols New and Old (1871), die erg van belang was voor het herleven van de Christmas Carol. De zettingen uit dit boek werden de standaardzettingen van “What Child Is This”, “God Rest Ye Merry Gentlemen”, “Good King Wenceslas”, “The First Nowell”, and “I Saw Three Ships” en andere carols. Br. Haagsma schrijft het volgende over ‘hoe het allemaal begonnen is’ tot en met de uiteindelijke (vervolg-) uitvoeringen in 2007:
Ester Hulst
‘In september 2005 heb ik uit alle gemeenschappen uit ons district 4 zangers (sopraan, alt, tenor en bas) uitgenodigd. Zangers die de Engelse taal beheersen en muziek kunnen lezen. Ik had een Power Point presentatie gemaakt met de gehele tekst van het oratorium en deze werd gepresenteerd onder begeleiding van een CD uitvoering die tegelijkertijd werd afgespeeld. Na deze bijeenkomst konden de broeders en zusters die wilden meedoen zich vrijwillig voor het zangproject opgeven. Ik wilde beslist geen groot koor. Degenen die wilden meedoen heb ik per gemeenschap een (kopie) CD meegegeven én de partituur van het oratorium. De achterliggende gedachte hiervan was, dat de broeders en zusters plaatselijk de zangpartijen konden instuderen. Dat voorkwam reistijd en zij konden zelf hun tijd bepalen wanneer zij plaatselijk in de gelegenheid waren te studeren. We spraken daarbij af om de eerste donderdagavond in 2006 samen te komen. In dat jaar zijn wij iedere donderdagavond voor een repetitie samengekomen. Ik moet zeggen dat dit fantastisch en vol enthousiasme liep.
44 |
AM | juni 2007
Hoe ding je mee naar de Het is nogal eens voorgekomen in de barre wintermaanden dat het weer erg slecht was en daardoor heb ik een aantal repetitieavonden moeten afblazen, omdat ik geen enkel risico wilde nemen. Door ieders enthousiasme was het dan weer geen enkel probleem deze repetitietijd in te halen.
AYO-Magazine Award 2007 Het enige dat je moet doen is je aanmelden, te zorgen dat er een billboard (aankondiging) op AyoPlaza komt en je bent genomineerd. Dus als er in jouw omgeving een festival of
Even nog wat achtergrond informatie: ‘Zelf ben ik zo’n 30 jaar plaatselijk dirigent geweest en ben vele jaren ook betrokken geweest bij de landelijke jeugdkoren voor het jeugdappel. Samen met o.a. zuster Griffioen (tante Sien). Na mijn ‘carrière’ als dirigent had ik het gevoel deze lange periode af te willen sluiten met een projectkoor met een uitvoering van een groots muziekstuk. De aanduiding van ‘projectkoor’ geeft aan dat het voor een bepaalde periode gold. Daarna wilde ik echt stoppen. Maar........de zangers wilden doorgaan voor een volgend project. Ik kreeg ze niet weg.....! Op veler verzoek hebben wij toen dit prachtige oratorium in 2007 nogmaals uitgevoerd. De organist was br. E.C. Dijkkamp waarmee ik ook plaatselijk vele jaren heb samengewerkt. Zeer opvallend was het dat er vele niet-apostolischen bij de uitvoeringen aanwezig waren. Daarbij waren ook vele jonge mensen aanwezig die niet meer volgen. Zij hadden in De Stroom (thuis bij hun ouders) de aankondiging van de concerten gelezen. Dat waren jonge mensen die destijds op het landelijk jeugdkoor/orkest hun plaats innamen. Dat vond ik ontroerend. Voor het overige hebben we met elkaar veel gelachen en plezier beleefd aan deze uitvoeringen. Als ik eraan terugdenk, heeft dit zowel de zangers als mij een bijzonder gevoel van saamhorigheid en verbondenheid gegeven.’ br. F. Haagsma
*Een oratorium is een omvangrijk vocaal werk veelal met een geestelijke of wereldlijke inhoud voor orkest, zangsolisten en koor, waarbij veelal een verteller de drager van de handeling wordt. In tegenstelling tot een opera heeft een oratorium geen decor en speciale kostuums en wordt er in een oratorium niet geacteerd op een scène. Als een oratorium het lijdensverhaal van Christus als onderwerp heeft, spreekt men van een passie.
evenement wordt georganiseerd, mail je naar
[email protected] Wij nemen dan contact met jou op. In het januari-nummer van 2008 komt er een verslag van de feestelijke uitreiking. Op deze pagina in het magazine kun je maandelijks de stand bijhouden, wie er genomineerd zijn.
Genomineerd: Amersfoort: Het Jeugdkoren Festival Hoogenveen: 100 Jaar, expositie NAK, Nagtegaal Assen: God op Maandag Amsterdam: The Crucifixion, Benefietconcert * Vlissingen: Beach-volleybal * Den Haag: een Projectkoor
ay gao-m ve Dozin ars et e la g! G AYO enomi -MA nee GAZINE rd v o AWA or de RD 200 7
* moeten nog plaats vinden, zie voor informatie het AYO billboard juni 2007 |
AM | 45
Een vertrouwd lied in een ander perspectief en historisch besef Door Hans
yo-tripmusica
46 |
AM | juni 2007
Zonnelied
F
ranciscus van Assisi (ca. 1182-1226) was een veelzijdig mens, minder bekend is dat hij ook nog componist was. Bekend zijn z’n lofliederen (Laudi) waarvan zijn Zonnelied (het Cantico delle Creature) beroemd is. De tekst heeft hij waarschijnlijk gehaald uit één van de lauden (lofprijzing RED.) die in het kloosterleven werden, en nog worden, gebruikt. Van de liederen van Franciscus zijn helaas geen melodieën bewaard gebleven. Van zijn volgelingen, zoals o.a. Jacopone da Todi, gelukkig wel, deze muziek wordt ook tegenwoordig nog uitgevoerd, zodat we kunnen horen hoe de muziek van Franciscus ongeveer moet hebben geklonken. De tekst van het Zonnelied wil ik jullie niet onthouden omdat hier de natuurelementen lucht, vuur, water, aarde met de zon, maan en sterren zijn verweven als oorzaak van het leven. De tekst van het Zonnelied is, behalve de vele vertalingen, in de achterliggende eeuwen ongewijzigd gebleven. De opvolgers van Franciscus hebben nieuwe liederen met nieuwe teksten geschreven en tot op de dag van vandaag zijn er componisten en tekstschrijvers bezig om nieuwe liederen te maken. Het componeren en schrijven van nieuwe liederen kost tijd, inspanning en vooral veel inspiratie, daarom past men soms teksten in bestaande liederen aan om de liederen te actualiseren. Een (ondergeschikt) nadeel hiervan is dat het zoeken naar de oorspronkelijke makers van liederen een waar speurwerk wordt. Als voorbeeld neem ik het lied: “Een nieuwe kans” met als eerste regel: “Mij deed Gods liefde weer ervaren”. Dit lied werd in 2005 toegevoegd in de liedmap van het Apostolisch Genootschap. Toen dit lied eens tijdens een koorrepetitie werd geoefend, vond ik het voorgeschreven tempo nogal hoog. De reactie van één van de dirigenten was: “Er staat MM 120 boven het lied, dus is het de bedoeling van de componist dat dit lied zo snel wordt gezongen”. Deze opmerking wekte mijn nieuwsgierig naar het verleden van dit lied en prikkelde mij om eens wat speurwerk te verrichten, dus dook ik in het verleden van lied no. 133, “Een nieuwe kans”.
Allerhoogste, almachtige, goede Heer, van U zijn de lof, de roem, de eer en alle zegen. U alleen, Allerhoogste, komen zij toe, en geen mens is waardig uw naam te noemen. Wees geprezen, mijn Heer, door al uw schepselen, vooral door mijnheer broeder zon die de dag is en door wie Gij ons verlicht. En hij is mooi en straalt in grote pracht; Van U, Allerhoogste, draagt hij het teken. Wees geprezen, mijn Heer, door zuster maan en de sterren. Aan de hemel hebt Gij ze gevormd, helder en kostbaar en mooi. Wees geprezen, mijn Heer, door broeder wind en door de lucht, bewolkt of helder, en ieder jaargetijde door wie Gij het leven van uw schepselen onderhoudt. Wees geprezen, mijn Heer, door zuster water die heel nuttig is en nederig, kostbaar en kuis. Wees geprezen, mijn Heer, door broeder vuur door wie Gij voor ons de nacht verlicht; en hij is mooi en vrolijk, stoer en sterk. Wees geprezen, mijn Heer, door onze zuster moeder aarde, die ons voedt en leidt, en allerlei vruchten voortbrengt, bonte bloemen en planten. Wees geprezen, mijn Heer, door wie omwille van uw liefde vergiffenis schenken, en ziekte en verdrukking dragen. Gelukkig wie dat dragen in vrede, want door U, Allerhoogste, worden zij gekroond. Wees geprezen, mijn Heer, door onze zuster de lichamelijke dood, die geen levend mens kan ontvluchten. Wee hen die in doodzonde sterven; gelukkig wie zij in uw allerheiligste wil vindt, want de tweede dood zal hun geen kwaad doen. Prijs en zegen mijn Heer, en dank en dien Hem in grote nederigheid. Franciscus van Assisi
De eerste metronoom werd gemaakt door de Duitse fabrikant Maelzel. Daarom wordt een metronoomaanduiding in de muzieknotatie aangegeven met M.M. (Maelzels Metronoom)
juni 2007 |
AM | 47
48 |
AM | juni 2007
Is er nog meer aan de hand met de geschiedenis van dit lied, of is dit alles? Mijn speurtocht begint in de 18e eeuw in Duitsland bij een gedicht van een Duitse pastoor en tevens een bekend kerkelijk dichter: Philipp Friedrich Hiller (1699-1769). Het gedicht is gebaseerd op teksten uit Jesaja 54 en Jacobus 5, 11 (Jacobusbrief). Mir ist Erbarmung widerfahren, Erbarmung, deren ich nicht wert ; das zähl ich zu dem Wunderbaren, mein stolzes Herz hats nie begehrt. Nun weiß ich das und bin erfreut und rühme die Barmherzigkeit. Philipp Friedrich Hiller Het lied is al vanaf ongeveer 1818 bekend in Duitsland en Zwitserland met de ons bekende melodie welke waarschijnlijk afkomstig is uit Zwitserland. De laatste twee regels worden twee keer gezongen. Deze oorspronkelijke melodie werd in Duitsland in de negentiende eeuw afgekeurd door hymnologen, waardoor in nieuwe gezangenboeken de oorspronkelijke tekst op een andere melodie verscheen. De
door de Duitse hymnologen afgekeurde melodie uit Zwitserland is de melodie die wij kennen van “Mij is genade wedervaren” en nu dus “Mij deed Gods liefde weer ervaren”. In een Duitse bundel, het Melodienbuch uit het begin van de 20e eeuw, kwam ik het lied “Mir ist Erbarmung widerfahren” weer tegen met deze tekst. In het Nederlands vertaald is dit: “Mij is genade (barmhartigheid) wedervaren”. Voor ons als apostolische mensen is dit een bekende en wellicht ook dierbare tekst. Maar tot mijn grote verbazing zag ik dat de melodie niet de ons bekende melodie voor deze tekst was, maar de melodie van een ander oud lied dat wij ook kennen, namelijk van: “Zijt g’ Apostolisch naar den naam slechts”. Men heeft in Duitsland de tekst van “Mir ist Erbarmung widerfahren” onder een heel andere melodie geschreven! Dit lijkt wel op goochelen met teksten en melodieën en moet dus zijn gebeurd na de afkeuring van de ons bekende melodie. Voor de speurtocht in het verleden van het lied “Mij deed Gods liefde weer ervaren” wordt het natuurlijk wel steeds interessanter! De tekst: “Mij is genade wedervaren” is dus al sinds ruim tweehonderd jaar een algemeen gebruikte tekst. Nu moet ik concluderen dat historisch onderzoek naar componisten van liederen wel vaker wordt bemoeilijkt door het goochelen met teksten op muziek. Voor musici zoals muziekdocenten en dirigenten is het gebruikelijk en noodzakelijk om van de muziek waarmee zij werken toch op z’n minst de naam van de componist te weten. Soms gebeurt het helaas dat de naam van de componist niet is te achterhalen en dan staat er boven het betreffende lied: “Anonymus”. Ik had dus inmiddels al ontdekt dat de muziek van het lied niet door een Nederlander is gecomponeerd en ook niet door een Duitser. De oorspronkelijke melodie blijkt in 1818 of eerder te zijn gemaakt door een anonieme Zwitserse componist. Tijdens het bladeren in een oude zangbundel van een Rotterdamse uitgeverij, kwam ik een Nederlandse versie van het lied tegen met de ons bekende melodie. Er zijn vier coupletten, de tekst van het eerste couplet is: Mij is erbarming wedervaren Door Zijn gena in schuld verneêrd Mijn Heilands gunst deed mij ’t ervaren Hoewel mijn hart ’t niet had begeerd Nu ben ik in mijn heil verblijd En roem ik Gods barmhartigheid
juni 2007 |
AM | 49
Wat de pastoor hiervan zou hebben gevonden weten we niet, maar zijn lied werd telkens weer door componisten en tekstschrijvers de moeite waard gevonden om er aandacht aan te schenken
een mail naar de redactie van Ayoplaza voor een link naar deze website.
De uitgever van deze zangbundel schreef bij alle liederen informatie over de bron van herkomst. Bij het lied “Mij is erbarming wedervaren”, stond als naam van de componist J.L.F. Hamlin vermeld. Omdat de oorspronkelijke melodie (de ons bekende melodie) van de hymne al in 1818 in Zwitserland bekend was, is het waarschijnlijk dat deze componist Hamlin, alleen maar de melodie heeft geharmoniseerd. Een enthousiaste Canadese amateur tekstschrijver schreef na z’n pensionering vanaf 1992 veel nieuwe Engelse teksten op oude liederen. Op de ons bekende melodie schreef hij een tekst voor 5 coupletten, waarvan hier het eerste couplet: In His Keep I know that I have been forgiven and by His mercy was set free. By pride and greed I was much driven, my Saviour paid my debt for me. I now rejoice in my good fortune and praise my Lord for His salvation. His mercy and His love devine will henceforth all of me refine.
Omdat deze musicus/tekstschrijver nog leeft en werkt in Canada heb ik contact met hem opgenomen, het is een sympathiek en gedreven mens en toonde zich geïnteresseerd in mijn artikel. Hij heeft in het verleden ook al onderzoek naar de oorspronkelijke componist van het lied verricht en is daarbij niet verder gekomen dan de componist Hamlin. Alle liederen waar hij teksten voor heeft geschreven zijn compleet met bladmuziek gratis te downloaden! Ook de muziek van “In his keep” (“Mij deed Gods liefde weer ervaren”). De muziek is vrij van rechten, de nieuwe Engelse teksten zijn eigendom van de auteur, maar mogen vrij worden gebruikt. Wil je deze liederen downloaden, stuur dan 50 |
AM | juni 2007
In Nederland wordt de tekst “Mij is genade wedervaren” nog steeds in verschillende kerken gebruikt, zoals bijvoorbeeld door de “Gemeente van Apostolische Christenen”, maar dan net als in Duitsland op de melodie van “Zijt g’ Apostolisch naar den naam slechts”. In het Apostolisch Genootschap was de tekst “Mij is genade wedervaren” nog tot ongeveer in de negentiger jaren van de 20e eeuw in gebruik. In 2005 kwam het lied met de nieuwe tekst terug in de liedbundel van het Apostolisch Genootschap, de tekst van de eerste regel hiervan is dus: “Mij deed Gods liefde weer ervaren”. De titel van het lied is nu: “Een nieuwe kans”. Het tempo waarmee dit lied volgens de “aanpassing” van 2005 moet worden gezongen is MM120, dat vind ik zoals ik al schreef een behoorlijk tempo voor dit lied. De aanwijzing voor het lied in de oude bundel uit Duitsland is: “Gnadeerfüllt” (vol van genade). De melodie en de harmonie is zo goed als ongewijzigd gebleven. De toonsoort is van G naar As gegaan, het lied is in de twintigste eeuw een halve toon hoger gezet. Aan het einde gekomen van m’n speurtocht naar de geschiedenis van dit ons zo vertrouwde lied, heb ik alleen al in mijn eigen bibliotheek zes gewijzigde teksten aangetroffen. We kunnen hieruit concluderen dat lied 133, “Een nieuwe kans” oorspronkelijk is geschreven in de 18e eeuw en dat het lied in 1818 of eerder op de ons zo bekende melodie is gezet. In het meer dan tweehonderdjarig bestaan van dit lied heeft men de tekst van pastoor Hiller meerdere keren gewijzigd. Wat de pastoor hiervan zou hebben gevonden weten we niet, maar zijn lied werd telkens weer door componisten en tekstschrijvers de moeite waard gevonden om er aandacht aan te schenken. Natuurlijk zal er nog wel meer te vinden zijn over de geschiedenis van dit lied en ook over de geschiedenis van veel andere liederen, maar voor deze column laat ik het hierbij. Het interessante van zo’n speurtocht in het verleden is, dat het leidt tot een nieuw perspectief en in dit geval ook tot iets meer historisch besef.
Dit standbeeld van Franciscus van Assisssi die in de tuin zit van de “Linfield School of Nursing” in Portland (US), Oregon. Of de mensen waren toen een stuk kleiner... Of de kraaien waren zo groot! juni 2007 |
AM | 51
52 |
AM | juni 2007
Goed verborgen en nauwelijks te vinden
Het platform homoseksualiteit
“N
ee hoor,” zegt Ronald de Waal van het Platform homoseksualiteit, “ik vind het niet erg dat je ons vraagt in het kader van anders, want iedereen is anders. Hetero? Homo? Lesbisch? Bi? Het gaat natuurlijk om het verbonden voelen en van elkaar willen leren. Wij voelen ons niet anders, maar voor anderen is homoseksualiteit niet vanzelfsprekend.”
behoefte bestond om onderling met elkaar in contact te komen. Al langere tijd was hij zelf actief bij de Christelijke Homojongeren Contact. Homoseksuele jongeren ondervinden in Christelijke kringen vaak weerstand. Binnen het Apostolisch Genootschap was er weinig aandacht voor: geen goedkeuring, maar ook geen afkeuring. Er werd domweg niet over gesproken.
Goed verborgen en nauwelijks te vinden: homoseksualiteit op de website van Het Apostolisch Genootschap. Zoeken op trefwoorden levert niets op, maar onder het kopje ‘ontmoeten’ op intranet worden er nog wel 250 woorden aan gewijd. Is dat schandelijk weggestopt? Of geeft dat juist blijk van een verregaande acceptatie, dus niet meer nodig? Dat zou een sterk punt kunnen zijn waar het genootschap trots op zou moeten zijn en derhalve ook zou mogen uitdragen. Of zou dat een ongewenst roze invasie kunnen opleveren? Tijd voor een gesprek met de vertegenwoordigers van het platform homoseksualiteit. In december 1994 zag het platform het licht, nadat Ronald de Waal in het apostolische jongerennetwerk te kennen gaf dat er bij apostolische homojongeren juni 2007 |
AM | 53
Ronald de Waal en Tim Kroes, samen sinds: 1993, getrouwd in 1994, voor de wet getrouwd in 2002
Ontluikende homoseksualiteit kan onder jongeren verschillende gevoelens losmaken. Eenzaamheid, het gevoel niet geaccepteerd te worden, verdriet, verwarring, het zijn slechts enkele aspecten. Lange tijd moesten apostolischen daar in de anonimiteit mee omgaan. Er was vanuit de verzorging wel aandacht als daar om werd gevraagd, maar dat was erg persoonlijk gericht, weinig deskundig en het bleef binnenskamers. Zelfs op de nadrukkelijke wens van enkelen om het wel kenbaar te 54 |
AM | juni 2007
maken werd vaak negatief gereageerd. Het langgehoorde ‘daar-val-je-anderen-niet-mee-lastig’ verstomde echter langzaamaan. Met de openstelling van het huwelijk voor mensen van hetzelfde geslacht in 2001, kwam ook de huwelijksbevestiging voor gehuwde homostellen. Al eerder was het mogelijk om als homostel ingeschreven te worden in het samenlevingsregister. Daar werd ook in de
Mensen met elkaar in contact brengen, samen problemen oplossen en samen leren. gemeenschap ‘op gepaste wijze’ aandacht aangegeven. Het huwelijk van Ronald en Tim werd bevestigd door de oudste, die de dienst en deze heilshandeling overnam van de Herder die andere ideeën had over de invulling van een dergelijke dienst dan het bruidspaar. (Het lijkt erop dat er binnen het genootschap niet meer veel wordt getrouwd door twee apostolische partners. Zijn onze homostellen de laatste der (ho)Mohikanen? -Redactie) Na de start van het platform liep het storm. En het bleef niet bij jongeren, want ook de ouderen wilden met anderen in contact komen. Om ervaringen uit te wisselen, om steun te zoeken bij elkaar. Om dezelfde taal te kunnen spreken. Om eindelijk begrepen te worden. Verborgen homoseksualiteit werd bij sommigen pijnlijk zichtbaar, maar gelukkig bespreekbaar. Al waren er ook broeders en zusters die daar geen behoefte aan hadden. Het voorzag blijkbaar in een behoefte. Het werd een platform, voornamelijk gericht op ontmoeten, met mogelijkheden tot gesprek en steun, maar ook een vraagbaak voor geïnteresseerden, jeugdverzorgers en andere verzorgers die meer wilden weten over homoseksualiteit. Ook de ouderen zagen eindelijk de mogelijkheid zich na jaren stilte te laten horen. De actieve en strijdbare ouderen wilden meer en er is even een strijd geweest binnen de gelederen. Er waren verschillende belangen, verlangens en wensen. Die strijd is geluwd, gestreden. De jongeren van weleer zijn inmiddels oudere jongeren, door de wol geverfd. Er ligt een schat aan ervaring waar momenteel echter weinig mee gedaan wordt. Niet binnen de groep, maar ook niet vanuit het genootschap. Wel wordt er vanuit het genootschap realistisch en relaxed met homoseksualiteit omgegaan. Dat zou voor aspirant-leden een positief onderscheidend punt kunnen zijn, maar dat wordt niet actief uitgedragen. Een gemiste kans? Niet alleen vanuit het genootschap is er dus geen actie met betrekking tot homo-emancipatie, vanuit de jongeren zelf zijn ook geen geluiden te horen dat ze daaraan graag zouden willen werken of dat ze dat nastreven. Homoseksualiteit vormt hier geen direct probleem (meer). Het platform speelt verder geen directe rol bij de emancipatie, al ziet men wel mogelijkheden. Het is weliswaar een officieel contactorgaan, maar wordt als zodanig nooit gebruikt. Het is onzichtbaar en daardoor moeilijk toegankelijk. Waarom bestaat het platform eigenlijk nog? Volgens Ronald de Waal voelt een aantal jongeren zich gewoon geaccepteerd en hebben geen behoefte aan
extra contact of aandacht. Er zijn echter ook jongeren die nog steeds het gevoel hebben dat er geen plaats voor ze is in de gemeenschap. Verzorgers denken ook weleens te gemakkelijk dat het geaccepteerd is en er dus niet over hoeft te worden gepraat. Er zijn er zelfs die er niet over praten, omdat het platform daarvoor is. Voor verwante groepen, met name biseksualiteit en transseksualiteit, is ook ruimte mede door de raakvlakken die vaak te zien zijn. Veel jongeren komen via hun biseksualiteit bij de groep. Een groot deel koos in een later stadium voor één van de twee. Er is ervaring, maar monogamie is de norm, waardoor biseksuelen het moeilijker lijken te hebben. Indien nodig is hiervoor ruimte. Binnen het genootschap zijn er inmiddels wat deskundigen op het gebied van al deze aspecten. Daar kan indien nodig naar worden doorverwezen. Ronald en zijn echtgenoot Tim zijn beiden actief op meerdere vlakken en komen vaak in contact met leden van andere kerken. Niet alleen met homojongeren, maar ook met vertegenwoordigers en leden van andere kerkelijke stromingen. Daar wordt wel degelijk uitgedragen hoe het genootschap met homoseksualiteit omgaat. Daar wordt door leden van andere kerken vaak positief op gereageerd. Ronald en Tim hebben nauwe contacten met het NAK (zowel de Nederlandse als de Duitse tak) en hebben geholpen met het opzetten van contactgroepen zoals het platform. Het platform staat dus niet een verregaande emancipatie voor, maar wil bruggen slaan tussen mensen. Mensen met elkaar in contact brengen, samen problemen oplossen en samen leren. Momenteel staan de activiteiten op een laag pitje. Er is vanuit de groep weinig behoefte tot ontmoeten. Een enkele keer per jaar wordt een uitje georganiseerd. Indien er behoefte bestaat is er ook ruimte voor een groepsgesprek. Het zou mooi zijn als jongeren hun weg weten te vinden en kunnen zorgen voor nieuwe impulsen, zodat de opgedane kennis en ervaring niet verloren hoeft te gaan. Vanuit Buenos Aires kwam deze week het bericht dat ook daar een soortgelijke contactgroep in het leven is geroepen, mede dankzij de ervaringen van Ronald en Tim. En dat stemt tevreden en hoopvol! Op AyoPlaza is een forum van het platform homoseksualiteit te vinden. Op de apgen site is ook informatie te vinden, al is deze goed verborgen en nauwelijks te vinden. Ook interessant om te lezen: http://www.regenbogen-nak.de/f-first.htm De site van het CHJC: www.chjc.nl juni 2007 |
AM | 55
Op schouders van reuzen ‘Nou, het is een zware strijd geweest,’ zei Enorme Marcel ‘Maar we hebben hem graag gestreden.’ ‘Ook voor mensen van ons formaat?’ vroeg Micro Rinus ‘Meid…!’ reageerde Marcel kittig ‘we staan allemáál op schouders van reuzen…’ ‘En denk eraan: size doesn’t matter!’ Toen moesten ze heel hard lachen en besloten om samen nog een spelletje te dobbelen. Dat was erg gezellig, totdat Bertje onder een dobbelsteen kwam. ‘Haal die steen van nek’ riep hij benauwd. Enorme Marcel zuchtte diep en reageerde raak: ‘het is en het blijft een worsteling’ En weer moesten ze allemaal erg lachen.
56 |
AM | juni 2007
http://www.parkpop.nl/
uit-genda
Yo-genda-de rest van de maand
2007 - 24 juni. Vanaf 13.00 uur
AP-genda 24 juni 01 juli
Parkpop Tijdens Parkpop 2007 spelen Cool Jimmy, Leine, Monokino, Monstertux, Sat2D en William Wixley als de zes beste independent bands van 2007 een semi-akoestische optreden op een intiem podium midden op het enorme Parkpop-terrein. Voor de zes uitverkoren Local Heroes is Dommelsch Locals Only! on Tour een geweldige kans om veel speelervaring op te doen en een groot nieuw publiek te laten kennis maken met hun muziek.
Landelijke presentatie kerstspel Benefietconcert Tunesië-project - Zwolle
bios-genda 12 juli - Harry Potter and the Order of the Phoenix - Nu de gevaarlijke Voldemort weer terug is, komt een geheim genootschap in actie om hem te bestrijden en Harry Potter te beschermen. ‘Harry Potter and the Order of the Phoenix’ is de vijfde verfilming in de immens populaire reeks boeken van schrijfster J.K. Rowling. Alle hoofdrolspelers zijn weer van de partij en de regie lag dit keer in handen van de Britse filmmaker David Yates. 19 juli - Mon fils à moi - Drama over een jonge jongen en zijn overbezorgde moeder die niet wil accepteren dat hij geen klein kind meer is. 26 juli - Half Nelson - Een drugsverslaafde leraar (Ryan Gosling) gaat een ongewone vriendschap aan met een van zijn leerlingen. 26 juli - Crónica de una fuga - Argentijnse thriller over een voetbalkeeper die ten tijde van het Videla regime wordt opgepakt en in een gruwelijk gevangenkamp terecht komt.
muzee-genda 14 juni “Van Kooten en De Bie: En wel hierom!” - is geopend in de Blauwe Stad van de Beeld en Geluid Experience in Hilversum. De tentoonstelling is vanaf 15 juni toegankelijk voor het grote publiek en loopt tot en met zondag 4 november. Maud Keus, voormalig producer van de programma’s, treedt voor deze tentoonstelling op als gastconservator. Zij maakt een verrassende, nieuwe selectie uit het enorme aanbod. Guus van den Heuvel, eerder verantwoordelijk voor de decors, heeft de vormgeving van de tentoonstelling voor zijn rekening genomen. Kees van Kooten en Wim de Bie zijn als adviseurs bij de ontwikkeling van de tentoonstelling betrokken geweest.
De Friese formatie Monstertux bleek op woensdag 25 april in de Sugar Factory in Amsterdam de populairste eigenbeheergroep van het jaar en heeft daarmee de Dommelsch Independent Music Award 2007 gewonnen. Ook Cool Jimmy (Utrecht), Leine (Amsterdam), Monokino (Amsterdam), Sat2D (Limburg) en William Wixley (Zeist) werden door publiek en jury uitgekozen uit dertig genomineerden. Alle acts touren intensief langs zeven zomerfestivals waaronder Parkpop, Dauwpop en Fries Straatfestival en in het najaar start een clubtour langs twintig bekende podia.
Openingstijden: van dinsdag t/m zondag van 10.00- 21.00 uur. Voor meer informatie : www.beeldengeluid.nl
AYO-TIP
13 - 14 - 15 SEPTEMBER 2007 - Europese première van Cirque du Soleil’s live multimedia experience, speciaal gemaakt voor arena’s. VANAF 29 FEBRUARI 2008 Wederom komt de witte tent van Cirque du Soleil naar Amsterdam, dit keer met de nieuwe show genaamd Varekai.
juni 2007 |
AM | 57
ChillOut Door Edwin
58 |
AM | juni 2007
Door zijn haren niet te wassen, bespaart mijn collega Joost zijn habitat honderden liters geshamporeerd afvalwater. De chemische industrie loopt daarmee eveneens een gevoelige deuk op. Joost is de meester van de win-winsituaties. Champignonpaté op uitgedroogd gerstekorrelbrood is zó lekker en zó gezond, dat het de oplossing zou kunnen zijn voor mijn welvaartsbuikje. Sonja Bakkeren en dus je dag doorworstelen op twintig gram vieze gekookte sla hoeft dan niet meer. Win-win dus.
juni 2007 |
AM | 59
W
e vinden elkaar op het gebied dat milieu heet. Ik met mijn verwondering voor de schepping en het daaruit voortvloeiende (obligate) milieubewustzijn. We staan aan het begin van het einde. Het is volgens Joost nog maar de vraag of we het allemaal wel kunnen redden, want hij gelooft heilig in complottheorieen. Zo zou de Bilderberggroep bepalen hoe onze wereld wordt bestuurd, is het smelten van de ijskappen een boosaardig plan van de Amerikaanse regering. Want wist je dat er Arabische kaarten gevonden zijn uit het jaar 900 waarop heel duidelijk te zien is dat ze Antartica toen al kenden? En dat die kaarten het bestaan Atlantis aantonen? En dat de mens slechts een beroerde creatie is van buitenaardse reptielwezens? Joost is lid van de linkse milieukerk en dat laat hij weten ook. Ik heb hem de overeenkomsten met mijn genootschap verteld en dat vind hij wel okee (ongevaarlijk verder). Maar wanneer hij een auto met zo’n gristenvisje ziet verandert hij in een monster. “Ik heb ontdekt dat jij christelijk bent” bitst hij Sabine toe. Zijn ogen flikkeren fel en zijn mondhoeken verstrakken. “Jij ging geld bedelen bij mensen voor één of ander Afrikaans weeshuisproject: zó ben ik erachter gekomen mevrouwtje” Christenen zijn opeens de schuld van alle ellende. De kerk houdt mensen dom, arm en ziek. Joosts totale Weltschmerz wordt geprojecteerd op het geloof van mijn collega die plots witjes ziet. “JULLIE MOETEN EENS EEN KEER TOEGEVEN DAT DIE GOD VAN JULLIE NIET BESTAAT!” Sabine wordt doorzichtig. En ik zeg niets. Ook niet als hij zegt dat ie een haai achterop zijn tiendehands auto wilde hebben die al die kleine christenvisjes wilde opvreten. Pas als hij dreigend naar voren buigt kan ik een ‘rustig-aan-Joost’ uitbrengen.
«Natuurlijk had hij gelijk en ik niet.
Joost wast mijn oren. Joost wast me , Joost scheert me.
Ik weet me wonderbaarlijk goed in te houden om niet voor mijn gelijk te gaan strijden. Dat lost
namelijk niets op»
vraag hem zachtjes naar de bekende weg: ‘over wie had je het?’ Op gepaste doch wat indringende wijze meld ik hem dat ik het een ***opmerking vond en dat hij kritiek op haar niet op mij moet afwentelen! Na een heftige escalatie gaan we ziedend uit elkaar, mijn collega’s geschrokken wit achterlatend. De hele avond zit ik te gorten, te gisten, te borrelen en boos te zijn. En ook de volgende morgen ben ik nog kwaad. Maar dat is niet vol te houden. We worden op de groep overladen met complimenten over onze nieuw ingericht rustruimte die we zelf hebben geschilderd en voorzien van snufjes. We noemen het de ChillOut en het is er heerlijk rustig. Teamleiders, gedragsdeskundigen, allemaal komen ze even proeven van onze ChillOut. En dan overvalt dat ene bijzondere gevoel me. Ik laat het er niet bij zitten. Laat ik nou gewoon de eerste zijn. Met een bonkend hart loop ik naar de groep waar Joost werkt.
Hopla! Weg verbondenheid. Joost blijkt een hufter. Maar mensen maken fouten. Joost ook. Ik denk er de hele week niet meer aan. Tot aan die intervisiebijeenkomst.
Hij staat te bellen als ik hem zie staan. “Ha Joost, ik kom even kijken of we samen nog door één deur kunnen na giste…” WATSJ! Met een woest gebaar slaat hij mijn arm weg die ik op zijn schouders wilde leggen. Dat begint niet al te best, maar ik laat me niet kennen.
“Het is van belang dat je je clienten goed kent, zodat je nooit voor vervelende verrassingen komt te staan” resumeert de gespreksleider. Dan komt taxichauffeur Erik binnen: “waar moet deze meneer naar toe?” Het gaat om een client van Joost, maar die weet niet waar zijn client woont. Als hij na een kwartier terugkomt is het wel erg gemakkelijk om hem dat even onder zijn neus te wrijven en iedereen doet dat dan ook. Gewoon omdat het grappig is en omdat het in de context van deze intervisiemiddag past. Maar Joost kan het niet waarderen.
Een wat vervelend gesprek ontstaat, waarin duizend keer hetzelfde gezegd wordt. Ik krijg de ene bak ellende na de andere over me heen. Natuurlijk had hij gelijk en ik niet. Joost wast mijn oren. Joost wast me , Joost scheert me. Ik weet me wonderbaarlijk goed in te houden om niet voor mijn gelijk te gaan strijden. Dat lost namelijk niets op. Tenminste, dat zeg ik tegen mezelf. Gelijk is niet belangrijk. Maar aan het einde van het gesprek heeft Jááp dus gelijk. “Gekregen” denk ik er vals achteraan, want ik kan eigenlijk heel slecht tegen mijn verlies.
Fijntjes wijst hij eigen verantwoording af. “Wijs altijd naar de bron” is een Joostse Wijsheid die hem typeert. Nooit naar jezelf kijken. Hij put zich uit in duizend excuses. “Het stond niet in het dossier… Het systeem ligt plat dus daar kan ik ook niet zoeken… Het is eigenlijk niet mijn client” Hij kijkt mij vuil aan en zegt: ‘ik vraag me eigenlijk af wie dit dossier had moeten bijwerken’.
Ik loop terug. Daar is mijn groep. Ik red het nog maar net en zacht sluit ik de deur en vraag mijn naaste collega of ik zelf even in de ChillOut mag. Met de deur achter me dicht en uit het zicht, laat ik me in de zitzak vallen. Ik ben geslagen, maar heb mijn missie voltooid. Ik heb gedaan wat ik moest doen, maar het stemt me verdrietig. Ik sluit mijn ogen en luister naar dromerige klanken. Even helemaal niets. Even helemaal leeg.
Dat is een rotopmerking aan het adres van mijn geliefde die toevallig ook nog eens mijn collega is. Op heel erg intervisionaire wijze wacht ik tot de bijeenkomst klaar is en 60 |
AM | juni 2007
‘Als ik mij stil aan het rumoer van elke dag onttrek.’ Er welt een traan en ik weet het allemaal even niet meer.
AYO-MAGAZINE #03 Yo-colofon
vormgeving, text, fotografie, art direction, uitgever, eindredactie, hoofdredactie
Karin Monique aan dit nummer van AYO MAGAZINE + bijlage #02 werkten mee:
Ruud Ed Edwin Bart Frans
Henk
Cees
Frank Elly Kees Nan Hans Ronald Eric Tim Brooklyn Museum
Museum Boijmans van beuningen
Intellectueel Eigendomsrecht Alle auteursrechten en andere intellectuele eigendomsrechten op de teksten en afbeeldingen in dit magazine zijn eigendom van AYOPlaza of zijn opgenomen met toestemming van de betreffende eigenaar. Geen enkele reproductie van welk deel van het magazine dan ook, mag door u worden verkocht, worden veranderd of worden opgenomen in enig ander werk of andere publicatie, hetzij in de vorm van een afdruk, hetzij in elektronische vorm, met inbegrip van het versturen ervan naar een andere site, het opnemen ervan in een andere site (“framing”) of het koppelen van andere sites aan deze site, tenzij hiertoe vooraf schriftelijk toestemming is verleend. Alle op deze site afgebeelde merken zijn eigendom van of worden onder licentie gebruikt door AYOPlaza.
juni 2007 |
AM | 61
«different»
so what!?!
62 |
AM | juni 2007