Vrijwilligersbeleid
Deze beleidsnotitie is ontwikkeld door De Twentse Zorgcentra. Gebruik door derden is toegestaan na instemming van deze organisatie via
[email protected]
Inhoud 1.
2.
Vrijwilligersbeleid binnen De Twentse Zorgcentra ........................................................................... 3 1.1.
Wat is vrijwilligersbeleid ........................................................................................................... 3
1.2.
De waarde van vrijwilligers binnen De Twentse Zorgcentra ................................................... 3
1.3.
Missie en doelen van De Twentse Zorgcentra in relatie tot vrijwilligerswerk .......................... 3
1.4.
Visie van De Twentse Zorgcentra op vrijwilligerswerk ............................................................ 4
1.5.
Maatschappelijke ontwikkelingen en vrijwilligerswerk ............................................................. 4
1.6.
Toekomst van vrijwilligerswerk en De Twentse Zorgcentra .................................................... 5
De vrijwilliger binnen De Twentse Zorgcentra.................................................................................. 6 2.1.
Wat is een vrijwilliger ............................................................................................................... 6
2.2.
Groepen vrijwilligers ................................................................................................................ 6
2.3.
Typen vrijwilligerswerk ............................................................................................................. 7
2.3.1 Cliëntgebonden vrijwilligerswerk ............................................................................................ 7 2.3.2
Niet-cliënt gebonden vrijwilligerswerk.................................................................................. 7
2.3.3 Bestuurlijke vrijwilligers .......................................................................................................... 7 3.
4.
5.
6.
Inrichting van het vrijwilligerswerk .................................................................................................... 8 3.1.
Plaats in de organisatie ........................................................................................................... 8
3.2.
Relatie met de professionele medewerkers ............................................................................ 8
3.3.
Aansturing en begeleiding ....................................................................................................... 8
3.4.
Coördinatie .............................................................................................................................. 9
Taken en verantwoordelijkheden van vrijwilligers .......................................................................... 10 4.1.
Grenzen aan het vrijwilligerswerk .......................................................................................... 10
4.2.
Rechten en plichten ............................................................................................................... 11
4.3.
Vrijwilligersovereenkomst ...................................................................................................... 12
4.4
Medewerkers als vrijwilliger ................................................................................................... 12
Faciliteiten & regelingen voor vrijwilligers ...................................................................................... 13 5.1.
Opleiding/deskundigheidsbevordering .................................................................................. 13
5.2.
Vergoedingen ........................................................................................................................ 13
5.3.
Verzekeringen........................................................................................................................ 13
5.4.
Attentieregeling ...................................................................................................................... 14
5.5.
Conflicten en geschillen ......................................................................................................... 14
5.6.
Overige faciliteiten ................................................................................................................. 14
Literatuur ........................................................................................................................................ 15
Februari 2012/ WvH
Pagina 2 van 15
1. Vrijwilligersbeleid binnen De Twentse Zorgcentra 1.1.
Wat is vrijwilligersbeleid
De Twentse Zorgcentra bieden, op verschillende locaties, zorg- en dienstverlening aan mensen met een verstandelijke beperking. In het vrijwilligersbeleid van De Twentse Zorgcentra gaat het om de verantwoording, visie en uitgangspunten met betrekking tot de inzet van vrijwilligers. Door Hensius (1998) wordt vrijwilligersbeleid als volgt gedefinieerd: ‘Het geheel aan voorwaarden dat nodig is om vrijwilligers binnen een organisatie tot hun recht te laten komen en hun eigen doelstellingen te laten nastreven op een zodanige manier dat de doelstellingen van de organisatie daarmee gediend worden.’ Vrijwilligerswerk is werk dat in enig georganiseerd verband, onverplicht (maar soms wel geleid) en onbetaald wordt verricht ten behoeve van anderen of de samenleving. Het vrijwilligersbeleid is het uitgangspunt voor alle regelingen en afspraken omtrent het vrijwilligersbeleid en vormt het algemene kader waarbinnen de vrijwilligersactiviteiten, die vallen onder de aansturing van de Coördinatoren Vrijwilligerswerk, binnen De Twentse Zorgcentra plaatsvinden. Meer specifieke afspraken en regels worden uitgewerkt in het “Handboek vrijwilligerswerk” en een introductieboekje voor vrijwilligers.
1.2.
De waarde van vrijwilligers binnen De Twentse Zorgcentra
De Twentse Zorgcentra streven naar optimale op het individu afgestemde zorg en dienstverlening. Daarbij houdt de cliënt zelf zoveel mogelijk de regie en wordt ondersteund op die plaatsen en momenten waar dat nodig is. Vrijwilligers vervullen een bijzondere en gewaardeerde rol in de persoonlijke wensen en behoefte van onze cliënten. Zij kunnen de professionele zorg aanvullen binnen onze organisatie of indirect werk verrichten ten behoeve van de cliënten. Het ter beschikking hebben en krijgen van vrijwilligers is afhankelijk van veel factoren en het is dan ook een voorrecht om vrijwilligers in te kunnen en mogen zetten.
1.3.
Missie en doelen van De Twentse Zorgcentra in relatie tot vrijwilligerswerk
De Twentse Zorgcentra wil een wezenlijke bijdrage leveren aan de kwaliteit van bestaan van mensen met een verstandelijke beperking (strategienota 2008-2012). Een van de kernwaarden is kwaliteit. Kwaliteit van bestaan betekent onder andere dat de cliënten van De Twentse Zorgcentra een rol hebben in de maatschappij. Daarom is het belangrijk de participatie van cliënten in de maatschappij bevorderen. Door het inzetten van vrijwilligers ontstaat er een koppeling met het maatschappelijk leven. Hierdoor wordt de integratie van mensen met een verstandelijke beperking in de maatschappij positief beïnvloed. Daarnaast kunnen vrijwilligers ook gezien worden als ambassadeurs van De Twentse Zorgcentra.
Februari 2012/ WvH
Pagina 3 van 15
1.4.
Visie van De Twentse Zorgcentra op vrijwilligerswerk
Vrijwilligerswerk wordt direct of indirect verricht ten behoeve van de cliënten van De Twentse Zorgcentra. Vrijwilligerswerk levert een belangrijke bijdrage aan de kwaliteit van bestaan van de cliënten binnen De Twentse Zorgcentra door de werkzaamheden die vrijwilligers verrichten. De Twentse Zorgcentra brengt echter wel een duidelijk onderscheid aan tussen professionele zorg en vrijwilligerswerk. Vrijwilligerswerk mag geen betaald werk verdringen. De Twentse Zorgcentra wil een actieve bijdrage leveren aan de belangen van vrijwilligers. Welke ondersteuning de vrijwilliger biedt, moet een vrije keuze zijn van de cliënt of cliëntvertegenwoordiger en de vrijwilliger zelf. Dat vraagt flexibiliteit van De Twentse Zorgcentra omdat de ene vrijwilliger bepaalde taken wellicht wel uitvoert en andere niet. De Twentse Zorgcentra wil vrijwilligers waarderen voor hun inzet. Dit door de zaken goed geregeld te hebben maar ook door waardering op de werkplek doordat beroepskrachten aandacht aan de vrijwilliger besteden en hun waardering laten blijken. Medewerkers worden hierin ondersteund door het “handboek vrijwillige inzet” waarin instrumenten zijn opgenomen om goede afspraken te maken met vrijwilligers, de wederzijdse verwachtingen helder te krijgen, te evalueren en te verbeteren.
1.5.
Maatschappelijke ontwikkelingen en vrijwilligerswerk
De ontwikkelingen in het vrijwilligerswerk worden beïnvloed door van tal van maatschappelijke ontwikkelingen. De belangrijkste ontwikkelingen die van invloed zijn op vrijwilligerswerk binnen De Twentse Zorgcentra staan hieronder benoemd. •
•
•
•
•
• •
Demografische ontwikkelingen De toenemende vergrijzing onder de Nederlandse bevolking leidt tot een toename van de hulpvraag. De behoefte aan vrijwillige zorg en mantelzorg groeit. Daarnaast leidt vergrijzing ook tot vergrijzing onder vrijwilligers. De oudere mensen in de maatschappij zijn actiever geworden. Dit betekent dat zij hun vrije tijd grotendeels al ingevuld hebben met bijvoorbeeld het oppassen op kleinkinderen of in hun vrije tijd bijvoorbeeld op pad gaan met de camper. Afname van de verbondenheid met de kerk Vroeger werd er veel vrijwilligerswerk verricht vanuit de kerkelijke achtergrond. Er zijn steeds minder mensen verbonden aan kerken, hierdoor neemt dit type vrijwilligerswerk af. Veranderingen van het arbeidsethos Steeds meer vrouwen werken naast de zorg voor kinderen. Vroeger waren het veel huisvrouwen die in naast de zorg voor kinderen en het huishouden een vrijwilligerswerk buitenshuis gingen doen. Deze groep vrijwilligers neemt sterk af. Meer geleid vrijwilligerswerk Mensen worden door de overheid gestimuleerd of min of meer gedwongen vrijwilligerswerk te verrichten bijvoorbeeld in het kader van sociale activeringsprojecten, inzet vanuit sociale werkvoorzieningen, taakstraffen, taalstages, maatschappelijke stage in het kader van een opleiding en vrijwilligerswerk vanuit het beeld van sociaal werkgeverschap. Binding aan organisatie Mensen gaan minder snel onvoorwaardelijk een binding aan met een organisatie. Voor vrijwilligerswerk betekent dit dat het een meerwaarde moet hebben voor de vrijwilliger, bijvoorbeeld een meerwaarde voor het curriculum vitae. Langer doorwerken voor pensioen Dit betekent dat mensen later beschikbaar zijn als vrijwilliger. Mantelzorg
Februari 2012/ WvH
Pagina 4 van 15
De overheid stimuleert het verlenen van mantelzorg. Dit betekent dat deze mantelzorgers veelal niet beschikbaar zijn voor ander vrijwilligerswerk. Verder zijn er trends in de zorg die de vraag naar vrijwilligers doen toenemen: • • • •
•
1.6.
Meer individuele ondersteuning en vraaggerichte zorg. De focus is meer gericht op de cliënt als individu, op zijn of haar eigen wensen en behoefte Veranderingen in de financiering De overheid vraagt steeds meer kwaliteit voor steeds minder geld. Vergrijzing familie Meer marktwerking Door marktwerking worden instellingen gestimuleerd steeds meer te doen voor minder geld. Daar door kan de organisatie zelf minder. Vrijwilligers kunnen de kwaliteit van leven van cliënten verbeteren. Volledige dagbesteding Doordat cliënten overdag op de dagbesteding zijn, vinden recreatieve activiteiten meer in de avonduren en in de weekeinden plaats.
Toekomst van vrijwilligerswerk en De Twentse Zorgcentra
De beschikbaarheid, bereidheid en vaardigheden van vrijwilligers veranderen. Een blijvende betrokkenheid van vrijwilligers is niet vanzelfsprekend. De ‘nieuwe’ vrijwilligers gaan op zoek naar het werk dat hunzelf wat oplevert en kijken naar goede randvoorwaarden, zoals onkostenvergoedingen, maar ook scholing, begeleiding en inspraak. Hun mogelijkheden en bereidheid tijd te besteden aan vrijwilligerswerk zijn anders dan die van de huidige vrijwilligers. Hierdoor sluit de vraag naar het soort vrijwilligerswerk (één op één, ’s avonds en in het weekeinde) steeds minder aan bij het aanbod (overdag, geleid, etc.). Ook in de duur van het vrijwilligerswerk gaat steeds meer een discrepantie ontstaan tussen vraag en aanbod. Er is vraag naar langdurig vrijwilligerswerk zodat de vrijwilliger het contact met de cliënt kan opbouwen, terwijl er steeds meer aanbod is in de vorm van kortdurend vrijwilligerswerk. Ook is er een trend dat er wel nieuwe vrijwilligers bijkomen, maar dat de hoeveelheid uren die zij beschikbaar zijn, afneemt. Om nu en in de toekomst voldoende vrijwilligers beschikbaar te hebben, is het van belang dat er goed nagedacht wordt over de mogelijke wervingsactiviteiten. Naast instrumenten als bijvoorbeeld vacaturebanken en (regionale) kranten, is voor werving van reguliere vrijwilligers het persoonlijk benaderen en vragen van mensen het meest effectieve instrument. Voor geleide vrijwilligers zijn belangrijke bronnen de maatschappelijke stages, studentvrijwilligers en bedrijven die zich maatschappelijk betrokken voelen. Daarnaast spelen voor het behouden van vrijwilligers een stuk beloning (in de zin van bijvoorbeeld reiskostenvergoeding) en waardering een erg belangrijke rol.
Februari 2012/ WvH
Pagina 5 van 15
2. De vrijwilliger binnen De Twentse Zorgcentra 2.1.
Wat is een vrijwilliger
Vrijwilligerswerk wordt direct of indirect verricht ten behoeve van de cliënten van De Twentse Zorgcentra. •
•
•
2.2.
Onder vrijwilligers verstaan wij al degenen die vanuit een sociale bewogenheid en/of interesse op zinvolle en aangename wijze een deel van hun beschikbare tijd direct of indirect willen besteden aan onze cliënten. Vrijwilligerswerk wordt vrijwillig verricht; echter niet vrijblijvend. Uitzondering op de vrijwilligheid vormt het zogenaamde geleide vrijwilligersbeleid, waarbij sprake is van een opdracht om vrijwilligerswerk te doen (bijvoorbeeld vanuit scholingsactiviteiten of maatschappelijke betrokkenheid van een organisatie). Het vrijwilligerswerk bestaat uit het uitvoeren van activiteiten die binnen de organisatie worden gewenst en aansluiten op de mogelijkheden en interesses van de cliënt en van de vrijwilliger.
Groepen vrijwilligers
De Twentse Zorgcentra onderscheiden de volgende groepen vrijwilligers: Reguliere vrijwilligers: • • • • •
Mensen die naast hun werk of bezigheden iets voor een ander willen betekenen; (Ex)medewerkers die naast hun arbeidscontract vrijwilligerswerk doen. Het vrijwilligerswerk heeft géén relatie met de professionele werkzaamheden; Gastfamilies. Mensen die een uitkering hebben en die werkervaring op willen Mensen die een carrièreswitch willen maken en via vrijwilligerswerk willen kijken of het werken in de gehandicaptenzorg een mogelijkheid is
Familie: • •
Ouders/familie van cliënten die een vorm van (cliëntgebonden) vrijwilligerswerk doen dat niet direct gekoppeld is aan hun kind/familielid; Ouder/familie van cliënten die werkzaamheden in of voor een cliëntenraad of Familievereninging verrichten. Met deze categorie vrijwilligers heeft de vrijwilligerscoördinator geen relatie (zie 2.3.3 op bladzijde 7).
Geleide vrijwilligers: • • • • •
Student-vrijwilligers die vrijwilligerswerk/werkveldoriëntatie doen in het kader van hun beroepsopleiding; Vrijwilligers die vrijwilligerswerk moeten doen volgens de Wet Maatschappelijke Stage; Bedrijven, stichtingen die een maatschappelijke betrokkenheid tonen en incidenteel of eenmalig vrijwilligerswerk komen doen; Vrijwilligers die door de overheid gestimuleerd worden vrijwilligerswerk verrichten bijvoorbeeld in het kader van sociale activerings project; Mensen die vanuit een beperking (bijvoorbeeld een psychische beperking) willen participeren in de maatschappij.
Februari 2012/ WvH
Pagina 6 van 15
• •
•
Mensen die voor de pensioengerechtigde leeftijd stoppen in het bedrijfsleven en vrijwilligerswerk verrichten om niet te hoeven voldoen aan de sollicitatieplicht. Er is binnen De Twentse Zorgcentra voor gekozen om mensen die via een reïntegratiebureau als vrijwilliger aan de slag willen om weer in het arbeidsproces te komen of mensen die een werkervaringsplek willen, te laten vallen onder de begeleiding van de P&O-adviseurs. Taalstages door allochtone mensen, waarin de nadruk ligt op het uitbreiden van de taalvaardigheden in een werkomgeving.
2.3.
Typen vrijwilligerswerk
2.3.1 Cliëntgebonden vrijwilligerswerk Individuele ondersteuning •
Eén op één vrijwilligerswerk: de vrijwilliger richt zich specifiek op één cliënt; dit vindt plaats bij wonen. De basis hiervoor is altijd een gerichte vraag van de cliënt vanuit de POP-C. Op basis van die vraag wordt een profiel gemaakt voor een vrijwilliger en pas dan start de werving.
Collectieve ondersteuning •
Groepsgebonden vrijwilligerswerk: de vrijwilliger ondersteunt bij groepsactiviteiten en heeft contacten met verschillende cliënten van de groep. Dit vindt plaats bij wonen of dagbesteding.
Organisatorische ondersteuning •
De vrijwilliger ondersteunt bij grootschaliger recreatieve activiteiten, wordt daarbij ingezet als o.a. gastvrouw/ gastheer. Dit vindt plaats bij recreatie.
2.3.2
Niet-cliënt gebonden vrijwilligerswerk
De vrijwilliger biedt ondersteuning bij bijvoorbeeld tuinieren, klussen, chauffeurswerkzaamheden, boerderijwerk. De vrijwilliger komt indirect in aanraking met cliënten. Kan bij wonen, dagbesteding of facilitair plaatsvinden.
2.3.3 Bestuurlijke vrijwilligers Deze vrijwilligers vallen gezien hun werkzaamheden en hun positie niet onder de aansturing en verantwoordelijkheid van de vrijwilligerscoördinatoren. Daarmee vallen zij buiten de strekking van dit vrijwilligersbeleid en is voor deze specifieke groep een aparte regeling van toepassing.
Februari 2012/ WvH
Pagina 7 van 15
3. Inrichting van het vrijwilligerswerk 3.1.
Plaats in de organisatie
Waar worden vrijwilligers ingezet Vrijwilligers worden merendeels ingezet bij wonen, dagbesteding en recreatie. Maar ook op enkele plaatsen bij de dienst Behandeling en Zorgondersteuning en bij het Facilitair bedrijf. Arbo beleid De Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) is deels van toepassing op het vrijwilligerswerk. De Arbowet regelt de algemene zorg voor veiligheid, gezondheid en welzijn op het gebied van arbeid. Ook specifieke regelgeving van De Twentse Zorgcentra is van toepassing op vrijwilligers. Alle relevante regels, die strikt nageleefd moeten worden, zijn nader uitgewerkt in het “Handboek vrijwilligerswerk”. Verder wordt ook in de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) het vrijwilligerswerk meegenomen. Er kan sprake zijn van kans op besmetting met Hepatitis B. Vrijwilligers worden hierin gelijkgesteld met medewerkers en vallen daarom onder het hepatitis B beleid. Daarnaast moet extra gelet worden op de vrijwillige inzet van jeugdigen. Voor jongeren en kinderen onder 18 jaar gelden beperkingen wat betreft de aard van het werk de duur van de inzet en de werktijden.
3.2.
Relatie met de professionele medewerkers
Vrijwilligerswerk is een aanvulling op het werk van de professionele beroepsbeoefenaren. Dit betekent dat zij goed samen moeten kunnen werken. Goed samenwerken betekent ook dat men elkaar aanspreekt en feedback geeft en elkaar met respect behandeld. Het maken van heldere afspraken over de wederzijdse verwachting is hierbij het vertrekpunt. Het handboek “Vrijwillige inzet” biedt een instrument om de wederzijdse verwachtingen in kaart te brengen.
3.3.
Aansturing en begeleiding
Elke groep, waar een of meerdere vrijwilligers werkzaam zijn heeft, onder de verantwoordelijkheid van de teamleider, een taakhouder voor vrijwilligers. Deze taakhouder is het aanspreekpunt voor de vrijwilligerscoördinator en de vrijwilliger. De taakhouder heeft en houdt overzicht, draagt zorg voor het inwerken, het evalueren, de begeleiding en de waardering van de vrijwilligers. Als er sprake is van cliëntgebonden vrijwilligerswerk is naast de taakhouder, de persoonlijk begeleider het aanspreekpunt m.b.t. de cliënt. Activiteiten door vrijwilligers komen voort uit de vraag van de client(en) en zijn als zodanig ook opgenomen in POP-c en GOP. De taakhouder communiceert met eventuele teamleden over de inzet van de vrijwilliger en de gemaakte afspraken.
Februari 2012/ WvH
Pagina 8 van 15
3.4.
Coördinatie
De vrijwillige inzet wordt bovenregionaal gecoördineerd door de vrijwilligerscoördinatoren. De vrijwilligerscoördinatoren zijn het aanspreekpunt voor de organisatie, scholen, bedrijven en vrijwilligers met betrekking tot het vrijwilligerswerk. De vrijwilligerscoördinatoren dragen zorg voor een goede uitvoering en leveren bijdragen aan de evaluatie en bijstelling van het vrijwilligersbeleid. Dit betekent dat de vrijwilligerscoördinatoren zorgen voor werving en selectie, matching van vraag en aanbod. De vrijwilligerscoördinatoren adviseren de taakhouder van de groep en de teamleider over de inzet van vrijwilligers en eventuele problemen hierin en blijft op de hoogte van actuele ontwikkelingen in- en extern en vertaalt dit zo nodig in acties. Verder geeft de vrijwilligerscoördinator aanwijzing en instructies aan de vrijwilligersadministratie.
Februari 2012/ WvH
Pagina 9 van 15
4. Taken en verantwoordelijkheden van vrijwilligers 4.1.
Grenzen aan het vrijwilligerswerk
Vrijwilligerswerk is een aanvulling op de professionele zorg en mag geen professionele zorg verdringen. De Twentse Zorgcentra wil daarom grenzen aan het vrijwilligerswerk stellen. De vrijwilligers zijn er niet voor de zorg, maar kunnen wel zorghandelingen verrichten als dat van belang is bij bijvoorbeeld “ één op één” vrijwilligerswerk. Er moet vanuit de (zorg)vraag van de client (POP-c) gekeken worden of de vrijwilliger bevoegd en bekwaam is om bepaalde handelingen te verrichten en of nog een opleiding of instructies nodig zijn. De teamleider is hierin bepalend. Zaken betreffende het verrichten van voorbehouden en risicovolle handelingen zijn geregeld in de wet BIG en in de beleidsnota Voorbehouden en Risicovolle handelingen (VR) van De Twentse Zorgcentra. Het uitvoeren van risicovolle handelingen door vrijwilligers zal, naast de getoetste bekwaamheid, altijd in lijn moeten zijn met ons VR beleid. In de beleidsnota “Voorbehouden en risicovolle handelingen” van De Twentse Zorgcentra staat het volgende m.b.t. vrijwilligers: Vrijwilligers vallen niet onder de wet BIG. Echter, vrijwilligers kunnen op dezelfde wijze bekwaam gemaakt worden (geautoriseerd) als de andere medewerkers binnen De Twentse Zorgcentra. De teamleider dient te beoordelen of de vrijwilliger bevoegd en bekwaam is om bepaalde handelingen te verrichten en of de vrijwilliger nog een opleiding of instructie behoeft. Dit geldt voor drie risicovolle handelingen, namelijk: o o o
Gebruik van de tillift Het aanreiken van medicatie Toepassing Middelen of Maatregelen (gebruik van bedrekken, veiligheidsriemen in rolstoel en de omdoen van een Zweedse band).
Bovenstaande wordt vastgelegd in de POP-c van de cliënt zodat voor alle medewerkers op de groep duidelijk is welke handelingen de betreffende vrijwilliger mag verrichten. Wanneer een vrijwilliger in het verleden een agogische, verzorgende of verpleegkundige opleiding met minimaal kwalificatieniveau 3 heeft genoten en afgerond, mag betreffende persoon, na scholing of instructie en aftekening ook de overige risicovolle handelingen verrichten (zie bijlage 1 van het VR-beleid voor een overzicht van de handelingen). Wanneer de vrijwilliger de handeling een half jaar niet meer heeft uitgevoerd, dient opnieuw de handeling drie keer onder toezicht van een bekwaam verpleegkundig medewerker te worden verricht, waarna de vrijwilliger weer bekwaam is. Ook bovenstaande dient duidelijk te worden beschreven in de POP-c van de cliënt.”
Voorbehouden handelingen mogen door vrijwilligers niet worden uitgevoerd. Het is aan de teamleider om te bewaken dat de vrijwilliger geen activiteiten verricht die niet zijn afgesproken, of waarvoor hij niet gekwalificeerd is. De vrijwilliger is weliswaar verantwoordelijk voor eigen handelen, doch de beroepsmatige verantwoordelijkheid blijft bij de beroepskracht. Bij verschil van inzicht kan de beroepskracht en/of vrijwilliger terugvallen op de coördinator Vrijwilligerswerk. Vrijwilligers kunnen ook burgerrechtelijk en/of strafrechtelijk aansprakelijk gesteld worden
Februari 2012/ WvH
Pagina 10 van 15
Naast risicovolle en voorbehouden handelingen kunnen zich ook de volgende situaties zich voor doen: • Situaties waar risico’s bij voor kunnen komen: bijvoorbeeld agressie, cliënt meenemen in eigen auto, zwemmen • Persoonlijke verzorging: hulp bij douchen/ baden, aan- en uit kleden, hulp bij toiletbezoek, eten geven Gezien al het voorgaande is het mogelijk dat in de praktijk de ene vrijwilliger taken uitvoert, terwijl een andere vrijwilliger dat niet mag of wil doen. Per vrijwilliger en cliënt moet bekeken worden wat kan en wat nodig is. De vraag van de client is leidend, maakt onderdeel uit van POP-c en/of GOP en de teamleider is hierin beslissend en verantwoordelijk.
4.2.
Rechten en plichten
Rechten: • •
• • • • • • •
Bij plaatsing wordt rekening gehouden met de kwaliteiten, deskundigheid en wensen van de vrijwilliger. Vrijwilligers worden geregistreerd in het personeelsinformatiesysteem en er wordt een dossier aangemaakt en beheert door de vrijwilligerscoördinator. Hierop is de Wet Bescherming Persoonsgegevens van toepassing. De vrijwilliger heeft recht op goede begeleiding op de werkplek. De vrijwilliger kan aanspraak maken op vergoeding van de werkelijk gemaakte kosten. De vrijwilliger wordt respectvol benadert. De vrijwilliger wordt op de hoogte gebracht van de geldende protocollen die van toepassing zijn voor de activiteit die de vrijwilliger onderneemt. Vrijwilligers zijn gedurende hun werkzaamheden voor De Twentse Zorgcentra goed verzekerd. Vrijwilligers hebben recht op een veilige werkomgeving. Bij vertrek wordt een getuigschrift verstrekt.
Plichten: •
• • • • • •
•
•
Vrijwilligers zijn verplicht tot geheimhouding van gegeven die zij krijgen over cliënten. Vrijwilligers krijgen alleen die informatie die relevant is voor het vrijwilligerswerk op de betreffende plek. Vrijwilligers handelen in overeenstemming met de gedragscode van De Twentse Zorgcentra. Vrijwilligers zijn op de hoogte van het protocol ‘seksueel misbruik’. Vrijwilligers zijn op de hoogte van de huisregels op de betreffende werkplek en handelen hiernaar. Het niet toegestaan foto’s of filmpjes te maken van cliënten. In geval van verhindering brengt de vrijwilliger zijn contactpersoon zo spoedig mogelijk op de hoogte. Het overleggen van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) is een voorwaarde om binnen De Twentse Zorgcentra als vrijwilliger te kunnen werken. De kosten voor het verkrijgen van een VOG worden door De Twentse Zorgcentra vergoed. De vrijwilliger dient melding te maken van incidenten welke tot een schadelijk gevolg hebben geleid of kunnen leiden voor cliënt of voor de vrijwilliger door middel volgens het vastgestelde beleid. De vrijwilliger benadert cliënten met respect.
Februari 2012/ WvH
Pagina 11 van 15
4.3.
Vrijwilligersovereenkomst
Voor het verrichten van vrijwilligerswerk wordt een vrijwilligersovereenkomst opgesteld. Hierin staan de belangrijkste voorwaarden, regels en faciliteiten benoemd. De vrijwilligersovereenkomst is geen arbeidsovereenkomst in de zin van het burgerlijk wetboek. Vrijwilligers vallen ook niet onder de CAO. Ten aanzien van vrijwillige inzet zijn het beleid vrijwillige inzet en het handboek vrijwillige inzet van toepassing.
4.4 Medewerkers als vrijwilliger Er zijn medewerkers die naast hun dienstverband ook nog vrijwilligerswerk doen binnen De Twentse Zorgcentra. Daarbij is het uitgangspunt dat zij geen vrijwilligerswerk kunnen doen in de organisatorische eenheid waar zij ook werkzaam zijn. Dit is bedoeld om iedere (mogelijke) vorm van belangenverstrengeling te voorkomen. De medewerker die werkzaam is als cliënt- of groepsgebonden vrijwilliger op een andere locatie/ groep binnen De Twentse Zorgcentra behoudt de eigen professionele bevoegdheid. De bekwaamheid in relatie tot de client/ clientengroep wordt echter getoetst door de teamleider van de groep waar deze medewerker als vrijwilliger werkzaam is.
Februari 2012/ WvH
Pagina 12 van 15
5. Faciliteiten & regelingen voor vrijwilligers 5.1.
Opleiding/deskundigheidsbevordering
Voorafgaand aan de start van de werkzaamheden ontvangt de vrijwilliger informatie over het werken met mensen met een verstandelijke beperking. De vrijwilliger kan door middel van deze informatie kennis maken met specifieke ondersteuning voor mensen met een verstandelijke beperking. Daarnaast worden er regelmatig themabijeenkomsten georganiseerd waarin vrijwilligers ervaringen kunnen uitwisselen in het teken van een bepaald onderwerp. Deelname aan gerichte opleidingen is mogelijk wanneer een aanvulling op het gebied van kennis en vaardigheden de kwaliteit van het vrijwilligerswerk verbetert. Vrijwilligers kunnen na goedkeuring van de teamleider gebruik maken van het interne cursusaanbod. Vrijwilligers kunnen niet verplicht worden tot deelname aan deskundigheidsbevordering. Echter kan het niet volgen van een (noodzakelijk) gerichte opleiding wel consequenties hebben voor het type activiteiten dat men mag verrichten. Voorop moet blijven staan dat iemand wel de deskundigheid moet hebben om bepaalde activiteiten te mogen verrichten.
5.2.
Vergoedingen
De onkosten die een vrijwilliger maakt worden vergoed. Zo krijgen vrijwilligers per kilometer een tegemoetkoming in de reiskosten. Ook de door de vrijwilliger gemaakte onkosten in opdracht van De Twentse Zorgcentra worden vergoed door middel van een declaratie. Er vindt geen vergoeding (in geld of natura) van de werkzaamheden zelf plaats.
5.3.
Verzekeringen
De Twentse Zorgcentra heeft een aansprakelijkheidsverzekering voor instellingen in de gezondheidszorg afgesloten. Met deze verzekering wordt alle schade gedekt die veroorzaakt wordt bij het verrichten van werkzaamheden voor en in opdracht van De Twentse Zorgcentra en deze verzekering geld ook voor vrijwilligers. De Twentse Zorgcentra heeft tevens een Werkgeversaansprakelijkheidsverzekering voor bestuurders van motorrijtuigen afgesloten. Met deze verzekering wordt de schade gedekt die ontstaat door een ongeval tijdens deelname aan het verkeer in opdracht van, en in het kader van werkzaamheden voor en onder verantwoordelijkheid van De Twentse Zorgcentra. Niet verzekerd is de schade die ontstaat tijdens het vervoer van cliënten door werknemers/ vrijwilligers anders dan in opdracht van De Twentse Zorgcentra.
De uitgebreide tekst rondom verzekeringen en risico’s voor vrijwilligers is opgenomen in het Handboek Aanvullende Arbeidsvoorwaarden van de dienst P&O.
Februari 2012/ WvH
Pagina 13 van 15
5.4.
Attentieregeling
De contactpersoon verzorgt in samenspraak met vrijwilligerscoördinator voor vaste vrijwilligers attenties in de volgende situaties: -
Huwelijk of huwelijks jubileum Geboorte Langdurige ziekte of ziekenhuisopname 12,5 of 25 jarig vrijwilligersjubileum Nationale Vrijwilligersdag
De vrijwilligers ontvangen jaarlijks een kerstattentie. Jaarlijks is er een feestavond voor vrijwilligers.
5.5.
Conflicten en geschillen
Het kan gebeuren dat er binnen de organisatie conflicten ontstaan tussen vrijwilligers en beroepskrachten of vrijwilligers onderling. Met de uitvoering zoals aangegeven in dit beleidsstuk zullen vele onduidelijkheden worden weggenomen. Uitgangspunt moet zijn dat conflicten en geschillen in goed onderling overleg moeten worden uitgesproken. De coördinator vrijwilligerswerk treedt, indien wenselijk, op als bemiddelaar.
5.6.
Overige faciliteiten
Verder kunnen vrijwilligers klachten indienen conform het klachtenbeleid voor medewerkers, gebruik maken van opvang door het BedrijfsOpvangTeam (BOT) en kunnen alle vrijwilligers kosteloos lid worden van de personeelsvereniging van De Twentse Zorgcentra. Alle vrijwilligers ontvangen het blad ‘Nieuws’ en minimaal 2 x per jaar ontvangen zij ook de “Nieuwsbrief voor vrijwilligers”.
Februari 2012/ WvH
Pagina 14 van 15
6. Literatuur Edinga, Hetem en Van der Meulen, Kan het wat minder? De gevolgen van wet- en regelgeving op het vrijwilligerswerk, CIVIQ, mei 2004. Scholten, Vrijwilligersbeleid in zorgorganisaties, een handreiking voor de toekomst, Lemma BV 2004 Scholten, Een solide basis, een onderzoek naar verantwoorde zorg en vrijwilligerswerk. Van der Klein en Oudenampsen, Verantwoorde vrijwilligerszorg, een verkennende studie naar de behoefte aan normen Mulders, Lam, Edinga, Borging van vrijwilligersbeleid, Het stapsgewijs vastleggen van regelingen voor vrijwilligers, CIVIQ, 2003 Boerrigter, Harkink, Hilbrink, Rouweler, Wessels, Nijhuis, Wild, Steggink, Perez, Eerink, Vrijwilligerstevredenheid onderzoek, onder vrijwilligers van De Twentse Zorgcentra, onderzoek in het kader van de minor Organisatiepsychologie en Onderzoek. Website Vilans: Zorg Beter met Vrijwilligers
Februari 2012/ WvH
Pagina 15 van 15