Word basiscursus Wat zullen we doen ? In deze cursus Word leren we tekstverwerking. Je kunt hier: ? Starten met het programma Word ? Invoeren en het verbeteren van tekst ? Selecteren van tekst ? Afdrukken van tekst ? Opslaan van tekst ? Opmaken van tekst; vet, onderstrepen, cursief, lettertype, grootte ? Lijntjes om tekst zetten ? Knippen en plakken van tekst ? Kop – en voetteksten ? Tabulatorstops ? Zoeken en vervangen
Waarom ga ik het doen ? Als je deze cursus hebt gevolgd, dan kun je daarna zelf een stuk tekst maken en deze zo eruit laten zien als je zelf wilt. Je kunt Word dan gebruiken voor brieven, werkstukken en als je andere cursussen volgt misschien zelfs voor je eigen webpagina. Het programma Word is een tekstverwerkingsprogramma. Wanneer je hiermee kunt werken, dan kun je met vele andere programma’s ook veel gemakkelijker omgaan.
Wat wordt het resultaat ?
Het resultaat van deze cursus is een werkstuk dat er uitziet alsof het van een drukker komt, maar dan heb je het echt helemaal zelf gedaan!!
Oefeningen en werkwijzen Je kunt alles wat we hier uitleggen gelijk uitproberen in het programma Word. Je kunt de uitleg dus gebruiken als een oefening. Door het te doen leer je het namelijk het snelste.
ICT
Word basiscursus
1
? Starten met het programma Word Als je met het programma Word wilt gaan werken, zul je dit programma eerst moeten starten. Je doet dit door met de linker muisknop te (dubbel)klikken op het Word symbooltje. Deze vind je in de taakbalk onderaan op je scherm of op je startscherm. Je vind hem ook bij start onder de map Alle programma’s.
De knop ziet er zo uit:
Wanneer je dat hebt gedaan kom je terecht bij het beginscherm. Nu kun je beginnen met werken.
?
Invoeren en verbeteren van tekst
Het invoeren van tekst betekent eigenlijk het maken van tekst op je scherm. Wanneer je bij het beginscherm bent (zie het plaatje hiervoor), kun je gewoon gelijk beginnen met typen. De letters zullen verschijnen (als je begint met typen) bij het knipperende rechtopstaande streepje. Dit streepje wordt ook wel de cursor genoemd.
ICT
Word basiscursus
2
Je kunt gewoon typen wat je wilt met de cijfers en letters van het toetsenbord. Als je begint doe je dat natuurlijk met een hoofdletter. Als je de knop “shift” (die links- en rechtsonder bij je toetsen bord zit) indrukt tegelijk met een letter, dan krijg je een hoofdletter. Om naar de volgende regel te gaan druk je op de knop “Enter”. Deze zit rechts in het midden van je toetsenbord. Deze toets gebruik je eigenlijk alleen maar als je een nieuwe alinea wilt beginnen of als je op de volgende regel verder wilt schrijven. Om ruimte tussen b.v. twee woordjes te krijgen gebruik je de spatiebalk. Dit is de lange toets onderaan in het midden van je toetsenbord. Ben je niet tevreden over iets dat je geschreven hebt? Dan kun je dit weer weghalen met de toets waarop “Backspace” of ? staat. Deze staat rechts bovenaan bij je toetsenbord. Als je op deze toets drukt verdwijnt het lettertje dat er links naast staat. Wil je midden in je tekst iets veranderen, dan ga je met de muis naar de plek waar je iets wilt veranderen en klik je op de linker muisknop, dan komt het streepje op die plek te staan en kun je weer de knop “Backspace” gebruiken om weer wat weg te halen. Met de ‘del’ of ‘delete’ toets kun je tekst die rechts van de cursor staat verwijderen. Ook dit gaat letter voor letter.
ICT
Word basiscursus
3
? Selecteren van tekst Dit doe je zodat de computer weet dat je iets met die tekst wilt gaan doen. Wanneer je een stukje tekst wilt selecteren zul je de muis er weer bij moeten nemen. 1. Je gaat met de muis naar het begin van de tekst die je wilt selecteren. 2. Zet de cursor voor de eerste letter van het eerste woord neer door een keer op de linker muisknop te drukken 3. Daarna druk je nog een keer op de linker muisknop maar je houdt hem nu vast. Nu kun je met de muis gaan slepen (terwijl je de linker muisknop ingedrukt houdt) over de tekst. Je bent nu de tekst aan het selecteren. Alles wat zwart wordt (een soort blok erom heen) wordt geselecteerd. 4. Wanneer je de muisknop weer los laat zie je dat dit “zwarte blok” blijft staan om de tekst waar je met de muis over heen gesleept hebt. Dit heb je nu geselecteerd.
Zo ziet de geselecteerde tekst eruit.
Wat kun je nu met de geselecteerde tekst? - De geselecteerde tekst verwijderen. Druk op backspace of del, en het geselecteerde gedeelte wordt verwijderd. - De geselecteerde tekst afdrukken. Zie hiervoor ‘afdrukken van tekst’ - De geselecteerde tekst opmaken. Zie hiervoor ‘opmaken van de tekst’ - De geselecteerde tekst knippen of kopiëren en ergens anders weer plakken. Zie hiervoor ‘knippen en plakken van de tekst.
ICT
Word basiscursus
4
? Afdrukken van tekst Wanneer je iets gemaakt hebt wil je dit natuurlijk ook afdrukken. Dit kan op twee manieren. 1. Manier 1: Je gaat met de muis naar het plaatje van het printertje links boven in je beeldscherm en klikt hierop (met de linker muisknop). Als je printer aanstaat dan zal nu het hele document uitgeprint worden.
2. Manier 2: ? ? Je gaat met de muis naar het woordje bestand linksboven in het beeldscherm en klikt deze aan (met de linker muisknop).
ICT
Word basiscursus
5
? ? Er verschijnt dan een “uitrolmenu” met daarop een heleboel woorden waaronder het woord afdrukken (met daarbij weer het plaatje van een printer), klik dit woord aan (weer met de linker muisknop).
? ? Dan verschijnt er in je beeldscherm een groot grijs vlak, een “venster” waar links bovenin “afdrukken” staat in een blauwe balk.
Als je naar het midden van dit venster kijkt, zul je zien dat je kunt kiezen of je één of alle pagina’s wilt
? ?
ICT
Word basiscursus
6
afdrukken. Indien je tekst geselecteerd hebt, kun je ook alleen deze selectie af laten drukken. Daarnaast kan je kiezen of je het document (= je werkstuk) één of meerdere keren wilt afdrukken. Dit kun je allemaal kiezen door met je linker muisknop aan te klikken wat je wilt.
? ?
? ? Daarna klik je rechtsonder op het woordje OK (weer met de linker muisknop) en je werkstuk wordt geprint (als de printer aan staat). ?
Het opslaan van tekst
Als je gewerkt hebt, wil je dit natuurlijk niet kwijtraken, dus ga je het opslaan. Dit kan weer op twee manieren
1. Manier 1: Je gaat met de muis naar het plaatje van de diskette linksboven in je beeldscherm en je klikt hierop (met de linker muisknop). Nu kun je je werkstuk opslaan met als naam de eerste zin die je getypt hebt, of je kunt zelf een andere naam geven. Als je later verder wilt gaan met de tekst en (tussendoor) op wilt slaan, druk je even op deze knop en de tekst wordt automatisch opgeslagen.
2. Manier 2: ? ? Je gaat met de muis naar het woordje bestand linksboven in het beeldscherm en klikt dit aan (met de linker muisknop).
ICT
Word basiscursus
7
? ? Er verschijnt dan een uitrolmenu met daar op een heleboel woorden waaronder het woord “opslaan als” . Klik op“opslaan als” (weer met de linker muisknop). Nu kun je zelf een naam voor je document kiezen, of het werkstuk de naam geven die aangegeven wordt. Als je een bestaand document onder een andere naam op wilt slaan, moet je ook ‘opslaan als’ gebruiken. Als je ‘opslaan’ kiest (manier 1), wordt hij namelijk automatisch opgeslagen over je oude document heen.
? ? Dan verschijnt er in je beeldscherm een groot vlak, een “venster” waar links bovenin “opslaan (als)” staat.
ICT
Word basiscursus
8
? ? Onderaan in het midden van dit venster staat het woord “bestandsnaam”. Hierachter kun je de naam van je bestand in typen. (Ga er wel even heen met muis en klik in het venster achter bestandsnaam).
? ? Links bovenaan staat “opslaan in”. Hier kun je kiezen waar je het bestand opslaat. Klik hiervoor op het zwarte driehoekje. Er verschijnt dan een rolmenuutje. Nu kun je kiezen waar je het opslaat. Bijvoorbeeld op een diskette (a:), of in een map op de vaste schijf (c:). Meestal wordt hij automatisch in de map ‘mijn documenten’ op de vaste schijf (c:) opgeslagen. Indien je het hier wil opslaan, dan hoef je niets te veranderen. Wil je het toch veranderen, klik dan (met de linker muisknop) aan waar je het wel wilt opslaan.
ICT
Word basiscursus
9
? ? Ben je tevreden?, ga dan met de muis naar het woord “opslaan” dat rechtsonder in je beeldscherm staat (weer met het plaatje van een diskette erbij).
? ? Je werkstuk wordt nu opgeslagen.
? Opmaken van de tekst; vet, onderstrepen, cursief, lettertype, grootte Als je je tekst wilt opmaken en één van de bovenstaande dingen wilt doen, dan zul je altijd eerst het stuk of stukje tekst moeten selecteren waar het om gaat. Dit kun je doen op de al eerder beschreven manier. ? ? Tekst vet maken: Met vet maken bedoelen we dik maken/afdrukken. Je doet dit door eerst de tekst te selecteren en dan de hoofdletter B (Bold) die bovenaan in het midden van je beeldscherm staat aan te klikken (linker muisknop).
De tekst wordt dan vanzelf vet. Wanneer je die B aanklikt en dan begint te typen, dan zul je ook automatisch vet typen. Door er nog een
ICT
Word basiscursus
10
keer op te klikken zet je hem weer uit. Opmerking: je kan dit ook door op de ctrl-toets en ‘B’ tegelijk te drukken.
? ? Tekst onderstrepen: Dit gaat op dezelfde manier als het vet maken alleen met een andere knop. Je doet dit namelijk door eerst weer de tekst te selecteren en dan dit keer de hoofdletter U die bovenaan je beeldscherm staat aan te klikken (linker muisknop).
De tekst wordt dan van zelf onderstreept. Wanneer je die U (Underline) aanklikt en dan begint te typen, dan zul je ook automatisch onderstreept typen. Door er nog een keer op te klikken zet je het weer uit. Opmerking: je kan dit ook door op de ctrl-toets en ‘U’ tegelijk te drukken. ? ? Tekst cursief maken: Met cursief bedoelen we schuin. Dit gaat op dezelfde manier als het vet maken en het onderstrepen alleen met weer een andere knop. Je doet dit namelijk door eerst weer de tekst te selecteren en dan dit keer de hoofdletter I (Italic) die bovenaan je beeldscherm staat (Tussen de B en de U aan te klikken (linker muisknop).
ICT
Word basiscursus
11
De tekst wordt dan vanzelf cursief oftewel schuin. Wanneer je die I aanklikt en dan begint te typen, dan zul je ook vanzelf cursief typen. Door er nog een keer op te klikken zet je hem weer uit. Opmerking: je kan dit ook door op de ctrl-toets en ‘I’ tegelijk te drukken.
? ? Lettertype veranderen: Je doet dit door eerst de tekst weer te selecteren. Daarna ga je naar de werkbalk bovenaan in je scherm, waar ook de letters B, I en U staan. Als je met je muis een klein stukje verder naar links schuift dan zie je daar wat Engelse woorden in staan, dit is de naam van het lettertype dat je gebruikt.
Als je met de muis naar dit venstertje wijst zul je zien dat hier dan ook het woordje “lettertype” onder verschijnt. Klik nu met de muis het kleine zwarte pijltje/driehoekje dat rechts in dit venster staat aan. Er verschijnt nu een hele lijst met allemaal Engelse namen op allemaal verschillende manieren geschreven. De manier waarop die naam geschreven is geeft aan hoe jouw tekst dan ook geschreven zal worden wanneer je die kiest. Dit noemen we ook wel lettertypen. Door één van die namen aan te klikken (linker muisknop) kies je er één en je tekst verandert van lettertype. ? ?
Letter
grootte veranderen:
Je doet dit door eerst de tekst weer te selecteren. Daarna ga je naar de werkbalk bovenaan in je scherm, waar ook de letters B, I en U staan. Links van die letters staat een venster met daarin een getal. Als je daar met de muisknop naar wijst zul je zien dat daar het woord Tekengrootte onder verschijnt, dit houdt puntgrootte oftewel de grootte van de letters in.
ICT
Word basiscursus
12
Klik nu met de muis het kleine zwarte pijltje/driehoekje dat rechts in dit venster staat aan. Er verschijnt nu een hele lijst met allemaal getallen. Des te hoger het getal, des te groter de letters van jouw tekst dan ook zullen worden. Door één van die getallen aan te klikken (linker muisknop) kies je er één en je tekst verandert van lettergrootte. Wanneer je, voordat je gaat typen, dat getal verandert, zal je gelijk wanneer je met typen begint met die grootte gaan typen (probeer het maar eens uit!). Laat ons nu in het menu eens kijken bij Opmaak -> lettertype. Merk op dat dezelfde eigenschappen ook daar kunnen worden ingesteld.
? Lijnen om tekst Wanneer je een werkstuk aan het maken bent dan kan het zijn dat je een stukje tekst hebt dat je belangrijk vindt en er uit wilt laten springen, dan kun je er voor kiezen om lijnen om de tekst te zetten. Dat heet ook wel een tekstvak. Stel je hebt de tekst eerst al getypt, dan selecteer je deze eerst (dan weet de computer welke tekst jij bedoelt). Daarna klik je boven in je beeldscherm op het woordje
.
Dan zie je een grijs vlakje verschijnen met daarin allemaal woorden. Daarbij staat ook het woordje “tekstvak”, met daarvoor een plaatje dat op een krant lijkt.
ICT
.
Word basiscursus
13
Als je hier op klikt (met je linker muisknop) dan zul je zien dat er lijnen om je tekst komen te staan, een soort vierkantje om je tekst.
Als je kijkt naar het vierkant dan zie je dat er allemaal kleine vierkantjes omheen staan. Deze heten grepen. Wanneer je hierop klikt (met je linker muisknop) en dit ingedrukt houdt, dan kun je door met je muis te schuiven de vorm van het tekstvak veranderen. Probeer het maar eens. Als je tevreden bent over de vorm klik je een keer met je muis buiten de lijnen van de tekst en de kleine vierkantjes verdwijnen en alleen de lijn blijft keurig over. Je kunt ook eerst het kader neerzetten en er dan pas iets intypen. Dat doe je op dezelfde manier als hierboven beschreven staat, alleen selecteer je nu niet eerst de tekst, maar klik je gelijk op “invoegen” en op “tekstvak”.
ICT
Word basiscursus
14
? Kopiëren, Knippen en plakken van de tekst Stel je hebt ergens een stukje tekst neergezet en je wilt dat toch liever ergens anders hebben. Dan kan dat door te knippen en te plakken, zoals je dat ook met een stukje papier zou doen, alleen nu doe je dat op je beeldscherm met behulp van een paar toetsen. (Deze toetsjes vind je weer bovenaan je scherm.) Voordat je kunt gaan knippen en plakken, zul je eerst weer de tekst moeten selecteren zodat de computer weet waar je iets mee wilt gaan doen. Daarna ga je in de werkbalk naar het plaatje van de schaar deze aan (met de linker muisknop).
en je klikt
Zodra je de schaar aanklikt, zie je meteen de geselecteerde tekst verdwijnen, je hebt het dan weggeknipt. Maar natuurlijk wil je het ook weer plakken. Daarvoor kies je eerst de plek uit waar je het op wilt plakken. Klik een keer met de linker muisknop op die plek zodat je cursor op die plek komt te staan, dan weet de computer waar jij de tekst wilt plakken. Dan ga je naar het plaatje van een soort “klembord” een keer op (met de linker muisknop).
en je klikt hier
En je tekst verschijnt op de plek die jij hebt uitgekozen. Indien je een stuk tekst wilt kopiëren en ergens anders weer wilt plakken, dan selecteer je het gedeelte dat je wilt kopiëren, en drukt op de knop naast het klembord. Het geselecteerde is gekopieerd en in het geheugen opgeslagen. Plak het nu waar je het hebben wilt, door op het klembord te drukken. ICT
Word basiscursus
15
Kop- en voetteksten Werkwijzen Stap 1: in de bovenste werkbalk ga je naar : Beeld. Daarin kies je: Koptekst en Voettekst. Als het goed is krijg je dan het volgende beeld te zien:
Stap 2: In het bovenste balkje waar koptekst boven staat, kun je natuurlijk een eigen tekst verzinnen en intypen. Je kunt ook een standaard tekst invullen. Als je dat wilt kies je in het bijgevoegde werkbalkje voor: AutoTekst-fragment invullen, je krijgt dan het volgende lijstje met teksten te zien:
ICT
Word basiscursus
16
Door ze aan te klikken kun je bekijken welke jij wilt gebruiken.
Stap 3: De andere tekens die je ziet hebben ook allemaal een betekenis. Je kunt ze allemaal gebruiken bij het maken van een kop- en voettekst. Hieronder staat wat de betekenis van het teken is. Je kunt die tekentjes gebruiken door erop te klikken.
De eerste drie tekens hebben te maken met het invoeren van paginanummers. Je kunt het aantal pagina’s invoeren waarop je de kop- en voettekst op wilt hebben. Als je op het vierde plaatje klikt wordt automatisch de datum van vandaag ingevoerd. De tijd wordt ingevoerd wanneer je op het gele klokje klikt. Het zesde plaatje geeft de pagina instelling weer. Als je daar op klikt krijg je dit scherm te zien:
Belangrijk is dat je weet of je op elke pagina de kop-of voettekst wilt hebben. Hier kun je ervoor kiezen om op de even en de oneven pagina’s een verschillende tekst neer te zetten. Je kan er ook voor kiezen om alleen op de eerste pagina een andere kop- voettekst te plaatsen. Als je op het negende plaatje klikt wissel van de koptekst naar de voettekst. Met het tiende en het elfde plaatje wissel je van de vorige naar de volgende voettekst, of andersom.
ICT
Word basiscursus
17
Stap 4: Nu gaan we oefenen met het maken van kop- en voetteksten. Stel je moet een spreekbeurt geven, en je wilt op elke pagina de titel van je spreekbeurt, je naam en datum als koptekst plaatsen. Als voettekst plaats je de paginanummering. Maak deze oefening.
Werken met tabulatorstops Werkwijzen ? Tabs gebruiken De
-toets heb je misschien al wel eens gebruikt. Hij zit aan de linkerkant op het toetsenbord. De -toets is op het toetsenbord aangegeven met Tab . Met tabs is het gemakkelijk om tekst recht onder elkaar te krijgen. Wanneer je op deze toets drukt, springt de cursor naar de eerstvolgende tab(ulator)stop. Dit is een vaste plaats in je scherm. Wanneer je er een paar keer achter elkaar op drukt, stopt de cursor om de 1,25 cm. Probeer maar eens… Wanneer je bijvoorbeeld een tijdsindeling voor een excursie wilt maken, of een uitslagformulier van voetbalwedstrijden, dan kun je hiervoor uitstekend gebruik maken van de tabstops. Voorbeeld
Nederland Lichtenvoorde Spanje Zweden Engeland
-
Duitsland Groenlo Griekenland Noorwegen België
3-1 5-0 1-4 3-0 2-1
? Veranderen van tabposities De tabposities kunnen ook veranderd worden. Dit kan met de liniaal. Deze staat net boven de tekst als je aan het typen bent.
Om een tabpositie erbij te maken, moet op de liniaal geklikt worden. Het hoekje geeft de extra tabpositie aan.
ICT
Word basiscursus
18
Om de extra tabpositie te verwijderen sleep je het hoekje uit de liniaal. Klik er op (links) en sleep hem naar onder. Je kunt de tabpositie ook in de liniaal verplaatsen. De tabpositie wordt alleen gewijzigd in de regel (alinea) die geselecteerd is, of waarin de cursor staat. Een tabpositie wordt wel meegenomen als een nieuwe regel met de <Enter>-toets gemaakt wordt.
De tabposities kunnen ook met het menu veranderd worden. Klik hiervoor op ‘opmaak’, en klik in het uitrolmenu dat verschijnt op ‘tabs’. Het volgende menu verschijnt nu:
Vul bij op OK.
de plaats van de tabpositie in (bijvoorbeeld 5 cm) en druk
Later kun je hem weer wissen door op ‘wissen’ te drukken. Je kunt ook de standaardtabs veranderen, als bijvoorbeeld bij elke cm een tab wilt. . Klik daarvoor op de driehoekjes, of typ het.
ICT
Word basiscursus
19
? Tabsoorten Er zijn verschillende tabsoorten. Deze kun je instellen. Hieronder zie je een voorbeeld van een lijstje, waarin een aantal van deze soorten zijn weergegeven. Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Links
Patat Pannenkoeken Boerenkool Nasi Aardappelpuree Bami Centreren
4 personen 2 personen 5 personen 4 personen 2 personen 3 personen
9 , 00 10 , 56 15 , 89 12 , 38 5 , 99 9 , 89
Rechts
Decimaal
Hoe kun je deze tabsoorten gebruiken? Klik op het menu opmaak, en klik dan in het uitrolmenu op tabs. Je ziet dan het volgende scherm:
Geef nu eerst de tabpositie aan. Geef dan de uitlijning aan. Respectievelijk links, centreren, rechts, decimaal of lijn.
ICT
Word basiscursus
20
Je kunt de ruimte voor de tab opvullen met opvultekens (………,-------- of ______).
Klik daarna op OK. Dit kan ook met de liniaal. Links naast de liniaal zit nl. de volgende knop: (linker tab). Als je hierop drukt verandert de knop: . Hiermee wordt de tekst gecentreerd. Als je nog een keer drukt verandert hij weer. De volgende knoppen zijn er: Linker tab Centreer tab Rechter tab Decimale tab Klik op de juiste knop en klik hierna op het liniaal, en zet de tabpositie neer. Hier zie je bijvoorbeeld een gecentreerde tab in de liniaal:
De opvultekens kunnen alleen via het menu ingesteld worden.
Spelling – en grammaticacontrole Werkwijzen Ga naar verkenner en klik in het linkerdeelvenster op netwerklocaties. Kies daar voor de map Worddocumenten op PC 13. Kopieer dit bestand naar uw eigen map. Open nu dit bestand. Stefan heeft een brief naar een vriendje uit zijn klas geschreven. Lees maar: Hoi Jeroen, Hoe gaaat het ermee? Met mij gaat het goet. Zullen we vanmiddag gaan voetbalen ? Als je er zin in hebt laaat het dan even weten. Je kunt mij ook wel even bellen als je wilt, dan spreken we wat af oke? Nouw tot vamiddag!!!!!!!! Groetjes Stefan.
ICT
Word basiscursus
21
Zoals jullie kunnen zien zitten er veel fouten in de brief van Stefan. Misschien heeft hij per ongeluk woorden verkeerd getypt, misschien wist hij niet hoe hij een woord moest schrijven. Als dit bij jou ook gebeurd kun je de computer jouw werk na laten kijken. Dat doe je zo: Open een tekst in Word. Klik op het plaatje in de tweede balk waar ‘abc’ opstaat. Nu zie je een rechthoek op je scherm. Bovenaan staat het woord dat de computer niet kent. (Een fout geschreven woord. Let op! Namen kent de computer ook niet, dus hij denkt dat die ook fout zijn.) In het hokje eronder staan voorbeelden hoe de computer denkt dat het woord wel goed is. Klik het goede woord aan. Hierna klik je op ‘wijzigen’. Op deze manier kun je ook woorden verwijderen, als er een woord te veel tussen staat. Dan klik je op ‘verwijderen ‘. Als een woord wel goed geschreven is maar de computer rekent hem fout dan kun je op ‘negeren’ klikken. De computer loopt vanzelf alle woorden af die fout zijn. Aan het eind staat er: De spellingscontrole is voltooid. Klik op ok. C) Oefening: Ga naar dezelfde locatie als daarjuist en kopieer het bestand ‘Testgedichten’ naar je eigen map. Open het bestand en controleer op fouten.
Zoeken en vervangen van tekst Werkwijzen Teksten zoeken In Word is het mogelijk om naar (bijvoorbeeld) een woord te zoeken. We zoeken bijvoorbeeld naar het woord kip in een document. Word zoekt dan naar het woord ‘kip’, maar ook naar ‘kippenhok’, ‘soepkip’ , ‘SKIPISTE’ enz. Ga naar bewerken, en klik in het uitrolmenu op krijgt nu het volgende venster:
ICT
Word basiscursus
(zoeken). Je
22
Achter ‘Zoeken naar’ kun je het woord intypen dat je zoekt. Klik daarna op (volgende zoeken). De cursor stopt nu achter het eerst gevonden woord. Opmerking: Het zoeken begint altijd vanaf de plaats waar de cursor staat
Als je weer op ‘volgende zoeken’ klikt zoekt Word het volgende woord dat aan de opgegeven eisen voldoet. Als het woord niet meer voorkomt zie je het volgende op je beeldscherm:
Je kunt allerlei voorwaarden opgeven voor het zoeken. Klik daartoe op . Je krijgt dan het volgende scherm:
Zoekrichting. Je kunt het hele document doorzoeken (alles). Je kunt alleen boven de cursor zoeken (omhoog) en je kunt alleen onder de cursor zoeken (omlaag)
ICT
Word basiscursus
23
Identieke hoofdletters/kleine letters. Vink dit vakje aan indien de hoofdletters en kleine letters van je zoekwoord bij het gevonden woord hetzelfde moeten zijn als bij het zoekwoord. ‘KIP’ wordt nu niet gevonden. Je zocht immers op ‘kip’. Hele woorden. Vink dit vakje aan als je alleen ‘hele’ woorden wilt zoeken. Alleen het hele woord ‘kip of KIP’ wordt nu gevonden. Jokertekens gebruiken. Er kunnen nu speciale zoekopdrachten gebruikt worden. Je kunt op Speciaal klikken. Je krijgt dan het volgende scherm: Je kunt hier o.a. op tabtekens zoeken, figuren, regeleinden, enz.
Bij benadering. Hij vindt ook woorden die er erg veel op lijken. Als je bijvoorbeeld zoekt op ‘hondenhok’, zal hij ook ‘hondensok’ of ‘hondenkop’ vinden Alle woordvormen zoeken (Engels). Indien je een Engelse tekst hebt, worden alle werkwoordsvormen gevonden (bijvoorbeeld als je op sing zoekt, vind hij ook singing, sung en sang)
·
Teksten vervangen
Het is ook mogelijk een bepaalde tekst te zoeken en deze te vervangen. Klik daartoe op bewerken en in het uitrolmenu op zoeken. Klik nu op het tabblad vervangen. Je krijgt het volgende scherm:
ICT
Word basiscursus
24
Typ nu bij zoeken naar het woord dat vervangen moet worden. Typ bij vervangen door het woord dat er voor in de plaats moet komen. Bijvoorbeeld: ‘wereld’ wordt ‘aardbol’ Klik op Meer voor de voorwaarden voor het zoekwoord. Je krijgt dan het volgende scherm:
Voor uitleg van de verschillende voorwaarden: kijk bij teksten zoeken.
Als je de voorwaarden hebt aangepast kun je klikken op: Volgende zoeken. Het eerstvolgende woord ‘wereld’ wordt gevonden. Je kunt nu kiezen voor: ? ? ? ?
ICT
Vervangen. Het woord wordt vervangen door ‘aardbol’. Je kunt ook klikken op Volgende zoeken als je dit woord ‘wereld’ niet wilt vervangen. Als je klikt op Alles vervangen worden alle woorden ‘wereld’ vervangen door ‘aardbol’. Als je op Annuleren klikt, stop je met zoeken en vervangen.
Word basiscursus
25
Oefening Word – Tekenopmaak ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ? ?
ICT
Kopieer het document “Functie.doc” vanaf het netwerk (“PC13 Worddocumenten”) naar “mijn documenten” Open het document in Word Sla dit document onmiddellijk op op de juiste plaats. Maak volgende aanpassingen De titel is 16 punt groot en vet De tweede regel is 14 punt groot en cursief Een aantal regels zijn 12pt groot en onderlijnd Zorg ervoor dat sommige zinnen op een nieuwe regel beginnen Pas de nodige tekenopmaak toe: “Servers” in hoofdletters “Bezetting” dubbel onderlijnd “Back-up/Restore” in oranje tekstkleur “SMS-pakket” witte tekstkleur op een donkergroene achtergrond “Administrator” onderlijnd met streepjes “PC-park” in lettertype Algerian
Word basiscursus
26