Stukken najaarsvergadering 2009 blz 1
STICHTING EMERITAATSVOORZIENING “S.E.V.” administrateur: mr J. Janssens-Boer Prof. L. Fuchslaan 31 3571 HD UTRECHT e-mail-adres:
[email protected] www.ngk-sev.nl
Utrecht, 21 oktober 2009
AAN de kerkenraden en de commissies van beheer/penningmeesters van de Nederlands Gereformeerde Kerken.
Geachte broeders en zusters,
Hierbij nodigen wij u uit uw kerk door één of meer afgevaardigden te laten vertegenwoordigen tijdens de najaarsvergadering van het bestuur met de aangesloten kerken, die zal worden gehouden op
woensdag 18 november 2009 om 20.00 uur in de Jeruzalemkerk, Troosterlaan 65 te Utrecht De agenda voor deze vergadering is aan de ommezijde afgedrukt en de bijbehorende stukken treft u bijgaand aan. De stukken zijn ook te vinden op www.ngk-sev.nl. Indien u vragen en/of opmerkingen heeft naar aanleiding van de stukken verzoeken wij u deze tijdig voorafgaande aan de vergadering toe te zenden aan ondergetekende. Mocht u onverhoopt verhinderd zijn om de vergadering bij te wonen, dan stellen wij het op prijs om schriftelijk of per e-mail bericht van verhindering van u te ontvangen. De adresgegevens vindt u bovenaan deze brief.
Inmiddels verblijven wij, met christelijke groet en hoogachting, namens het bestuur,
J. Janssens-Boer
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 2
STICHTING EMERITAATSVOORZIENING “S.E.V.”
AGENDA voor de najaarsvergadering 2009 te houden op woensdag 18 november 2009 vanaf 20.00 uur
1.
Opening
2.
Ingekomen stukken en/of mededelingen
3.
Verslag voorjaarsvergadering d.d. 16 mei 2009
4.
Bestuurssamenstelling (een voorstel inzake het regulier aftreden en de herbenoeming van diverse bestuursleden is bijgevoegd)
5.
Uitvoering overdracht aan Pensioenfonds Zorg en Welzijn en uitwerking arbeidsongeschikheidsverzekering ASR (een memo inzake de voortgang is bijgevoegd)
6.
Begroting 2010 (de begroting 2010 plus aanbiedingsbrief zijn bijgevoegd)
7.
Wijziging statuten en reglement van de stichting SEV (een op dit punt betrekking hebbend voorstel is bijgevoegd)
8.
Rondvraag
9.
Sluiting
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 3
administratie: mr. J. Janssens-Boer Prof. L. Fuchslaan 31 3571 HD Utrecht Tel. 030-27 11 915 b.g.g. 030-27 11 333 (privé) e-mail:
[email protected]
NOTULEN van de voorjaarsvergadering 2009 met de bij de Stichting Emeritaatsvoorziening aangesloten kerken, gehouden 16 mei 2009 om 10.30 uur in de Jeruzalemkerk te Utrecht. Aanwezig zijn de bestuursleden: J.G. van Dalen, J. van ’t Hof, W.H. Martens, H. van Rees, W. van Veen, B.P. Vreugdenhil (voorzitter) J. Janssens-Boer (administrateur) en A.W.F. Hermans (administratief medewerker). M.k.a.: S. Klaver, A.J. van der Molen en H. Pool. Volgens de presentielijst zijn de volgende 41 kerken door afgevaardigden vertegenwoordigd: Amersfoort-Zuid Amstelveen Amsterdam-C Amsterdam-TZW Apeldoorn Arnhem Barendrecht Breukelen Bunschoten-Sp. Dalfsen Doetinchem-Velp
Doorn Dronten Ede Ermelo-Harderwjik-P Heerde Hoorn Houten Kampen Katwijk, Langerak Leerdam
Loosdrecht Maassluis Nunspeet Oegstgeest Oostzaan Rotterdam-A. Rijswijk Schiedam Sliedrecht Steenwijk Urk
Veenendaal Vlaardingen Voorthuizen/Barnev. Wapenveld Wezep Wormer IJsselmuiden Zeist
De volgende 21 kerken hebben bericht van verhindering gezonden: Alkmaar Almkerk-W. Amersfoort-N. Culemborg Emmeloord Gorinchem
Den Haag-Havenk. Hardinxveld-G. Haren Heerenveen Den Helder Hengelo
Hoogeveen Maastricht Marknesse Nieuwegein Nijverdal Rotterdam-O.
Zalk Zeewolde Zoetermeer
1. Opening. De voorzitter, Ben Vreugdenhil opent de vergadering met een hartelijk welkom aan de afgevaardigden waaronder enkele zusters. In de overdenking neemt hij zijn uitgangspunt uit Leviticus 23:22 waar we lezen: “Ga bij het binnenhalen van de oogst niet tot aan de rand van de akker en raap wat blijft liggen niet bijeen, maar laat het liggen voor de armen en de vreemdelingen. Ik ben de HEER, jullie God.” Het opschrift voor deze overdenking is: Een samenleving met mededogen De voorzitter wijst op een boek van Roel Kuiper “Moreel Kapitaal”; hij stelt daarin oa de vraag: Hoe voorkomen we dat de samenleving versnippert ? Kunnen we in een samenleving met zoveel verschillen een gemeenschappelijke basis vinden ? Zijn kernbegrip hierbij is moreel kapitaal. Daarbij doelt hij op het vermogen van mensen zorg te dragen voor elkaar en voor de wereld. Hoe kan die houding gestimuleerd worden ? Een ander voorbeeld is het bemoedigend verhaal van Roger Enrico, topman bij PepsiCola.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 4
Hij zag een aantal jaren af van zijn salaris en gebruikte dat voor bijdragen aan de kinderen van productiemedewerkers van PepsiCola. Terug naar Leviticus 23:22; Het idee achter dit vers is dat in plaats van te proberen elke laatste korrel (of laatste cent, om het in financiële termen te beschrijven) binnen te halen, de leider iets achterlaat zodat zij die in nood verkeren er profijt van kunnen hebben. Tenslotte verwijst hij nog naar wat Paulus zegt in Filippenzen: “Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan, maar acht in alle bescheidenheid de ander belangrijker dan uzelf. Heb niet alleen uw eigen belangen voor ogen, maar ook die van de ander.” (Filippenzen 2:3-4) We zingen met elkaar Psalm 72: 1 en 4. Hierna gaat de voorzitter voor in gebed Introductie voor de SEV Voorjaarsvergadering van 16 mei 2009. Sinds de Najaarsvergadering van 2008 hebben we als SEV spannende tijden beleefd. Heel pensioenland belandde in een crisis, dalende aandelenbeurzen deden de pensioenvermogens slinken, als gevolg van dalende rentestand stegen onze pensioenverplichtingen. Lagere bezittingen en hogere verplichtingen zorgden voor dramatisch dalende dekkingsgraden. In de najaarsvergadering is het voornemen tot een overgang naar Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PfZW) uitvoerig toegelicht. De weken daarna ging de ontwikkeling snel en helaas in neerwaartse zin. Daar kwam nog bij dat DNB een overgang van SEV naar PfZW bij onderdekking sowieso niet toestond. In deze precaire situatie heeft het bestuur het initiatief genomen bij DNB te pleiten voor een ontheffing op het verbod tot overdracht. Nog maar vrij kort voor deze vergadering is er, met een beroep op de uitzonderlijke situatie, van DNB toestemming gekomen om de overdracht aan PfZW in gang te zetten. Tegelijkertijd zijn de gesprekken met PfZW doorgegaan; resultaat hiervan is een beleidswijziging die tot gevolg heeft dat bij de berekening van de inkoopsom zal worden uitgegaan van de dekkingsgraad en rentestand op dat moment. De nieuwe voorlopige berekeningen tonen indicatief aan dat we vermoedelijk net voldoende middelen zullen hebben om de koopsom te betalen. Een laatste punt van zorg was nog de overgangsdatum; als we vandaag het groene licht zouden geven voor een overgang op 1 juli a.s. dan zou dat een groot risico inhouden t.a.v. de dan te betalen koopsom, dat zou zo maar een miljoen in de min of plus kunnen zijn. PfZW heeft ons daarom het aanbod gedaan om een offerte te maken per 1 april. We kunnen na het (hopelijk) groene licht van vandaag (met de zekerheid over de prijs) met terugwerkende kracht per 1 april overgaan. Overigens wordt opgemerkt dat het risico op onze aandelenportefeuille (door verkoop) op dit moment nagenoeg is geëlimineerd. In de middagvergadering zal een nadere toelichting worden gegeven op de bestuursvoorstellen en die zullen vervolgens uitvoerig worden besproken. 2. Ingekomen stukken en/of mededelingen De bestuursleden S. Klaver, H. Pool en A.J. van der Molen hebben zich afgemeld voor deze vergadering. Omdat br. van der Molen wegens familieomstandigheden niet aanwezig kan zijn zal de door hem voorbereide presentatie worden verzorgd door br. Vreugdenhil en br. van Rees. Voor deze vergadering hebben 21 kerken zich afgemeld. Verschillende van deze kerken hebben hierbij aangegeven dat zij van harte achter de door het bestuur ingeslagen weg staan. 3. Verslag najaarsvergadering 24 november 2008. Er zijn geen vragen of opmerkingen over dit verslag. Met dank aan br. Hermans wordt dit verslag hierbij vastgesteld.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 5
4. Jaarverslag 2008. Br. Vreugdenhil start met de presentatie van de jaarrekening met behulp van sheets waarin e.e.a. nader wordt verduidelijkt. De doelstelling die in 2003 was vastgesteld is in 2007 ook gehaald; een dekkingsgraad van 110% - 115%, maar inmiddels is die doelstelling door de ontwikkelingen op de financiële markt volkomen achterhaald. Achtereenvolgens passeren de balans, de resultaten en de voorzieningen de revue. De balans geeft aan dat ons pensioenvermogen met ca. € 2,5 miljoen is gedaald. Uit het overzicht van de mutaties blijkt dat dit nagenoeg geheel toegeschreven moet worden aan het koersresultaat op de effecten. Het risicoprofiel van deze aandelen is in de loop van 2008 behoorlijk aangepast, zowel de aandelen als de beleggingen in vastgoed zijn met ongeveer de helft teruggebracht. Het overzicht van de beleggingsopbrengsten geeft een specificatie hoe het verlies van € 2,3 miljoen op onze beleggingsportefeuille is ontstaan. Hierbij wordt nog aangetekend dat de dekkingsgraden van PfZW en SEV op 31 maart 2009 ongeveer gelijk waren; dat heeft er toe bijgedragen dat DNB akkoord is gegaan en –niet onbelangrijk- het heeft ons ook de financiële mogelijkheden gegeven de te verwachten koopsom te kunnen betalen. Hierna neemt br. Van Rees de presentatie over met een toelichting op de voorziening pensioenverplichtingen. Door een verlaging van de gehanteerde rekenrente van 4,0% naar 3,6% hebben we bijna € 1 miljoen meer vermogen nodig. De externe actuaris beoordeelt de solvabiliteit van SEV aan de hand van de Actuariële Principes Pensioenfondsen, zoals geldend tot 2006. Hij berekent dat SEV € 22,8 miljoen vermogen nodig heeft om aan deze principes te voldoen. Daarvan is slechts 73,4% aanwezig. Hierna geeft de voorzitter de gelegenheid tot het stellen van vragen. Br. Seegers, Breukelen vraagt naar het verschil in het hanteren van de rekenrente. De voorzitter antwoordt dat het omslagpunt ligt bij een rente van 4%, nu de werkelijke rente daar onder zakt moet actuarieel de actuele rekenrente -in dit geval 3,6%- worden gehanteerd. Br. Westra, Dalfsen, vraagt of geen rekening moet worden gehouden met de vorig jaar aanwezige buffer voor beleggingsrisico. De heer Van Rees antwoordt dat SEV vorig jaar inderdaad een buffer had van ca. € 2,8 miljoen en dat was op dat moment ook voldoende.In feite kan je stellen dat als we deze buffer niet hadden gehad dat de dekkingsgraad eind 2008 nog veel lager zou zijn geweest. Verder zijn er geen vragen meer over de jaarrekening. De voorzitter is hier blij mee en stelt vast dat de kerken hun instemming betonen met het jaarverslag. Hij spreekt zijn dank uit voor het vele werk aan deze jaarrekening en noemt hierbij ook speciaal zr. Janssens, br Van der Molen en br. Van Rees voor hun aandeel hier in. 5. Onderbrenging van de SEV in de Stichting Pensioenfonds Zorg en Welzijn Ook hiervoor zijn enkele sheets beschikbaar die door de voorzitter nader worden toegelicht. Hoofdlijnen. De voorzitter geeft aan dat we hier te maken hebben met twee voorstellen, overdracht aan PfZW en de bijdrageverdeling. De in het verleden gemaakte afspraak met de kerken was dat deze twee zaken aan elkaar gekoppeld zouden worden. De voorzitter geeft de hoofdlijnen aan van het voorstel. Alle opgebouwde rechten zullen overgaan naar PfZW; SEV betaalt hiervoor een koopsom naar de situatie per 1 april 2009. Voor de kerken betekent dit dat zij vanaf 1 april een nota zullen ontvangen van PfZW, de premie is gebaseerd op de pensioengrondslag van de predikant. Het premiepercentage wordt jaarlijks door PfZW bepaald. De emeriti, weduwen en wezen ontvangen vanaf 1 april de uitkering van PfZW. Een vacante kerk ontvangt geen premienota.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 6
In tegenstelling tot wat hiervoor is gezegd zal echter in het overgangsjaar 2009 SEV de nota’s ontvangen en de betaling aan PfZW verrichten. SEV doet ook de betalingen in 2009 aan emeriti, weduwen en wezen en verrekent dit weer met PfZW. De verandering in de bijdrageverdeling zal in twee fasen gaan, een overgangsregeling voor vijf jaar en een definitieve regeling vanaf 2015. In de overgangsperiode ziet de regeling er als volgt uit. De SEV blijft verantwoordelijk voor de premiebetaling voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering, zal zich bezighouden met de verdeling van de bijdragen en zal e.e.a. ook administratief moeten verwerken. Om deze zaken uit te kunnen voeren heeft zij middelen nodig. Alle niet vacante kerken betalen premie aan PfZW, de basis hiervoor is de pensioengrondslag van de predikant. Het voorstel is dat daarnaast alle niet vacante kerken een bijdrage aan SEV betalen van € 10,- de vacante kerken € 30,-. SEV stelt voor de totale bijdrage aan PfZW+SEV voor een kerk te maximeren tot € 42,85 per lid. Als de regeling zonder maximering zou worden doorgevoerd zou dit voor sommige kerken kunnen betekenen dat zij per lid aan een bijdrage komen die kan oplopen tot € 80,- à € 100,-. Door de voorgestelde regeling denken wij deze belasting wat te kunnen dempen en daarvoor zullen we o.a. de bijdragen aan SEV gaan aanwenden. Jaarlijks zal de premie, de bijdragen en het maximum worden bepaald. Br. Souman, Wezep begrijpt dat deze regeling voor de eerstkomende vijf jaar geldt maar hij vindt dat de klap in 2015 dan wel hard aankomt. Zouden we niet in de overgangsperiode al geleidelijk naar de situatie 2015 toe werken? De voorzitter antwoordt dat hij in het vervolg van zijn verhaal hier op terug zal komen, Br. Flens, Oostzaan vraagt of het max. van € 42,85 inclusief de € 10,- aan SEV is. De voorzitter kan dit bevestigen. De voorzitter stelt voor eerst zijn verhaal op dit onderdeel af te maken en vervolgt de situatie vanaf 2015 toe te lichten. De niet vacante kerken betalen aan PfZW de pensioenpremie en aan de SEV de arbeidsongeschiktheidspremie. SEV organiseert geen solidariteit meer, maar heeft op dit punt wel een notitie in voorbereiding voor de Landelijke Vergadering over de nieuwe solidariteit. De kerken die de premie niet op kunnen brengen kunnen een verzoek om steun indienen bij de Cie Steunbehoevende Kerken. Br. Piek, Amsterdam vraagt of een samenwerkingsgemeente zonder NGK-predikant ook onder de regeling van vacante kerken valt. De voorzitter geeft aan dat SEV hier ook over heeft nagedacht en een voorstel in de maak heeft voor deputaten CGK en wellicht ook voor de GKV om er voor te zorgen dat een kerk uit deze categorie niet met dubbele lasten wordt geconfronteerd. Br. Van de Kerk, Maassluis vraagt wat m.n. in 2009 de belastingtechnische gevolgen voor de kerken zullen zijn. Deze vraag speelt de voorzitter door naar br. Van Rees. Verdere uitwerking van voorgaande voorstellen. Wat de vraag van br. Van de Kerk betreft geeft br. Van Rees als antwoord dat er over 2009 nog geen loonbelasting over de uitkering wordt ingehouden omdat de uitkeringen dit jaar nog door SEV worden gedaan. Voor volgende jaren zal dit anders worden. M.i.v. 2010 zullen de uitkeringen door PfZW worden gedaan, hierbij wordt automatisch de loonbelasting ingehouden. De pensioenopbouw zal net als nu voor de predikanten belastingvrij zijn. Onderzoek alternatieven. Br. Van Rees geeft uitleg over de verschillende alternatieven die zijn onderzocht, Zwitserleven en Fortis ASR zijn verzekeraars, er worden door hen hogere premies gevraagd met daar tegenover weliswaar mogelijk winstuitkeringen maar per saldo een te groot risico voor SEV. In het pensioenfonds van PKN zouden we welkom zijn, mits ook de traktementstabel van de PKN wordt overgenomen. Een laatste alternatief is als SEV zelfstandig verder gaan. Dat zou betekenen dat we per 1 januari 2010 volledig aan de pensioenwet moeten voldoen. Het zou veel juridische en
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 7
administratieve aanpassingen vragen en er zou al in het voorjaar van 2010 een herstelplan moeten worden ingediend bij DNB. Er is nog eens gekeken naar de inhoud van het herstelplan. Om dit te kunnen realiseren zullen we 4 jaar de pensioenen niet kunnen indexeren. Om zoveel mogelijk risico’s te vermijden zal er conservatief (b.v. in Staatsobligaties) belegd moeten worden. Daarnaast zal er een sterke verhoging van de bijdragen noodzakelijk zijn, oplopend tot totaal €. 2.000.000,- in 2023. SEV is van oordeel dat met een besluit om zelfstandig te blijven de kerken niet worden gediend. De keuze is dus gevallen op overdracht aan de stichting Pensioenfonds Zorg en Welzijn. Pensioenfonds Zorg en Welzijn. Br. Van Rees loopt aan de hand van de sheets na wat inhoudelijk onze motieven zijn voor deze keuze. PfZW bestrijkt een passend werkterrein, aan de wieg van dit pensioenfonds staan ook kerken. Het is in grootte het 2e pensioenfonds in Nederland. Elke kerk sluit een aansluitingsovereenkomst met PfZW, de contractstermijn is 10 jaar. De melding van intrede, vertrek etc dient bij PGGM (= de uitvoeringsorganisatie) te worden gemeld. Aansluiting geldt ook voor werknemers (b.v. koster, pastoraal werker) van de plaatselijke kerk. De premie is 22,50% van de pensioengrondslag en de nota’s van PfZW gaan er per kwartaal uit. In een vergelijking blijkt het ouderdoms– en partner pensioen wat hoger uit te komen dan bij de SEV. De emeritaatgelden worden in 2009 door SEV uitgekeerd, daarna door PfZW en dan wordt er ook loonbelasting op de uitkering ingehouden. Tenslotte memoreert br. Van Rees nog het zgn. AOW-gat. Predikanten die vanaf januari 2015 met emeritaat gaan en een jongere echtgenote hebben, ontvangen tot het bereiken van de 65 jaar van hun echtgenote een halve AOW, hierdoor ontstaat het zgn. AOW-gat. Om dit voor hen te compenseren heeft SEV een voorziening getroffen van € 100.000,-. Deze compensatieregeling kan bij PfZW niet worden voortgezet. Het bestuur stelt voor om de voorziening om te rekenen in een hoger over te dragen ouderdomspensioen voor de predikanten die dit betreft. De predikant heeft bij PfZW de keuze een deel van het ouderdomspensioen om te zetten in een tijdelijk hoger pensioen. Hierna wordt iedereen in de gelegenheid gesteld de lunch te gebruiken. Br. Martens gaat voor in gebed en vraagt een zegen voor de maaltijd. Onderbrenging van de SEV in de Stichting Pensioenfonds Zorg en Welzijn (vervolg). De voorzitter heropent de vergadering en geeft gelegenheid tot het stellen van vragen. Br. Piek, Amsterdam vraagt of de kerken t.a.v. de premiebetaling over 2009 afzonderlijk worden geïnformeerd. De voorzitter antwoordt dat hoewel SEV dit jaar de premie aan PfZW zal betalen en de premienota ontvangt de kerken zeker een kopie van deze nota zullen ontvangen. Br. Bos, Rotterdam-Alexanderpolder: Onze gemeente is een samenwerkingsgemeente, we steunen de overdracht maar wanneer wordt de speciale regeling van kracht? De voorzitter zegt dat het de bedoeling is dat we nog in het lopende jaar 2009 de regeling voor de samenwerkingsgemeenten gaan uitwerken zodat zij niet dubbel worden belast voor de pensioenkosten. Br. Van Willigen, Amsterdam-C vraagt naar hoe de beleggingsportefeuille er voor staat. Br. Van Rees zegt dat alle aandelen zijn verkocht en dat ook de langlopende obligaties zijn omgezet in geld. Er resteren op dit moment alleen nog wat kortlopende obligaties Omdat we afrekenen per 1 april 2009 hebben we hierdoor het koersrisico uitgesloten. Een andere vraag is de rol van de commissie steunbehoevende kerken. In de voornemens van SEV zullen zij de kerken financieel tegemoet komen als zij de pensioenpremie niet kunnen betalen.Br. Van Willigen vraagt zich af om hoeveel geld dit zal gaan. Op deze vraag reageert de voorzitter door br. Van Rees eerst het woord te geven voor een presentatie over de bijdrageverdeling.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 8
Toelichting bijdrageverdeling. Voor de bijdrageverdeling is er onderscheid te maken tussen de periode 2010 – 2014 en de periode vanaf 2015. Voor de eerste vijf jaar wordt uitgegaan van de volgende principes: toerekening van de pensioenkosten deels per predikant, deels per lid en het voorkómen van extreme lastenstijgingen voor sommige gemeenten. Om ook een vorm van solidariteit te handhaven zullen ook de vacante kerken hierbij betrokken blijven. In deze overgangsperiode betalen de kerken aan PfZW op basis van de pensioengrondslag en aan SEV een bijdrage per lid. Voor een vacante kerk is deze bijdrage drie maal zo hoog. De SEV maakt per jaar berekeningen die er toe moeten leiden dat de pensioenlasten per lid wordt gemaximeerd, voor 2010 tot max. € 42,85. Vervolgens laat br. Van Rees een drietal uitgewerkte voorbeelden zien die aangeven hoe e.e.a. in de praktijk uitwerkt. Vanaf 2015 gaat er een andere situatie ontstaan: pensioenkosten zijn arbeidskosten, dat betekent dat deze kosten betaald moeten worden door de kerken met een predikant. De premie voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt door de kerken aan de SEV betaald die deze premie weer doorbetaalt aan Fortis-ASR. De lastenverdeling gaat dan uit het takenpakket van de SEV. Zoals gezegd zal er een oplossing gezocht worden voor de samenwerkingsgemeenten in overleg met deputaten van de CGK kerken. De voorzitter pakt het vervolg van de discussie weer op; er ligt nog een vraag van br. Van Helden over de positie van de wezen. De voorzitter zegt dat overal waar sprake is van weduwen hierbij wezen zijn inbegrepen, in feite moeten we dan ook spreken van nabestaanden. Vervolgens refereert hij nog aan een vraag van br. Souman uit Wezep over het geleidelijk toewerken naar de financiële situatie vanaf 2015. De voorzitter zegt dat dit zeker een punt van overweging is, dat het bestuur in de uitwerking van de bijdrageregeling zal meenemen. Br. Mak, Heerde spreekt allereerst zijn waardering uit voor de zorgvuldigheid waarmee deze plannen zijn voorbereid; hij vraagt zich echter af hoe de kleinere kerken met een eigen predikant de pensioenlasten na 2015 moeten opbrengen. Br. Van Rees weet dat er ook binnen de PKN allerlei solidariteitsregelingen worden gehanteerd en denkt dat ook de kerken verder moeten nadenken over dit probleem. Br. Mak weet dat de commissie steunbehoevende kerken allerlei soorten van steun geeft, maar de situatie rond de pensioenen zal een probleem zijn waarvoor een structurele oplossing moet komen. De voorzitter zegt dat de SEV het initiatief zal nemen om het probleem voor te leggen aan de Landelijke Vergadering. Uit een contact met de voorzitter van dit orgaan is gebleken dat men hiervoor open staat. Br. Van de Kerk, Maassluis, vraagt naar de aard van het pensioen. Pensioengrondslagen, franchises etc. zijn nogal verschillend met die van de SEV. Br. Van Rees geeft uitleg over de verschillen. Per saldo zijn de uikeringen bij PfZW wat hoger dan bij SEV. De voorzitter merkt hierbij nog op dat het PfZW een pensioenfonds is met relatief jonge deelnemers, waardoor de premies wat lager en de uitkeringen wat hoger liggen; mede een punt waarom de SEV voor dit fonds heeft gekozen. Br. Seegers, Breukelen vraagt om nadere uitleg over de passage in de notitie waar andere emeritaatskassen worden genoemd die vanwege te vage toezeggingen buiten de pensioenwet vallen; wat is de omvang daar van en hoe denkt de SEV hier mee om te gaan. Br. van Rees zegt dat het hier over fondsen van andere kerkgenootschappen gaat. Br. Janssen, Hoorn, de gemeente Hoorn is een voorbeeld van een kleinere gemeente met een full-time predikant. Voor hen geldt nu al dat de schok groot is en de pensioenlasten met 30% zullen stijgen.Hij heeft de rekenvoorbeelden gezien waarbij een oplossing is gezocht voor het verdelen van de lasten, maar hij vraagt zich af of er ook nog andere mogelijkheden voor verdere nivellering zijn onderzocht.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 9
Br. Van Rees antwoordt dat het nieuwe rekenmodel het resultaat is van het vergelijken van vele alternatieven. Als de maximale bijdrage op een lager niveau wordt gesteld dan € 42,85, moet de bijdrage per lid omhoog. Je loopt dan al snel tegen andere grenzen aan. Zo zou dan de situatie kunnen ontstaan dat een gemeente na het vertrek van de predikant voor hogere lasten komt te staan dan voor die tijd. Br. Van de Merwe, Dronten vraagt of de max. bijdrage van € 42,85 voor de komende jaren nog wordt geïndexeerd. Dat is inderdaad het geval. Dit betekent ook dat de bijdrage van € 10,- ieder jaar opnieuw moet worden vastgesteld. Zijn kerkenraad heeft uitgesproken dat de regeling niet ten koste mag gaan van enkele kerken die dit niet kunnen opbrengen. De instemming is dus verbonden aan de voorwaarde dat er in 2015 een alternatieve regeling is. De voorzitter antwoordt dat hij die toezegging bij dezen kan doen: de SEV laat de herverdeling na de overgangsperiode alleen los indien en voor zover de LV in een oplossing zal hebben voorzien. Br. Van Helden, Barendrecht stelt voor om het huidige omslagstelsel te handhaven totdat de Landelijke Vergadering een andere oplossing heeft gevonden. Bestuurslid Br. J. van ’t Hof meent dat wij niet de Landelijke Vergadering voor kunnen schrijven welke regeling ze moeten maken. Br. Breen, Vlaardingen houdt er niet zo van om dit op het bordje van de Landelijke Vergadering te leggen. Deze zaak is niet voor een LV en doet hem te veel denken aan de vroegere bevoegdheden van een synode. De oplossing moet worden gevonden door de kerken. Br. Papjes, Ede wijst er op dat we hebben vastgesteld dat pensioenkosten arbeidskosten zijn, z.i. moet een kerk het totale kostenplaatje onder ogen zien en hierbij kunnen de pensioenkosten niet als een apart onderdeel worden beschouwd. Br. Papjes ondersteunt dan ook van harte de door SEV ingeslagen weg op dit punt. Br. Van der Hart, Voorthuizen-Barneveld wil nog even ingaan op het begrip solidariteit van de kerken onderling. Ik wil wel solidair zijn met anderen maar dan ook zicht hebben op het financiële beleid van die kerk. Misschien moet b.v. een kerk met nu drie predikanten wel besluiten terug te gaan naar twee. Br. Van de Kerk, Maassluis meent dat de predikanten niet of nauwelijks zelf bijdragen aan hun pensioenen. Zou dit niet het moment zijn om in de nieuwe regeling hierin te voorzien. Br. Van Rees antwoordt dat er nu ingevolge de WAP regeling al 9% wordt ingehouden. Verder ontstaan er wel verschuivingen in het aandeel van de kerk en de bijdrage van de predikant aan de pensioenen als gevolg van o.a. wijzigingen in de franchise en de pensioengrondslag. Br. Van Twillert, Bunschoten-Spakenburg vraagt of de bijdrage, nu € 33,- per lid en straks € 42,85 per lid is. Br. van Rees legt uit dat de bijdrage in 2010 volgens het gehanteerde rekenmodel voor een grotere kerk t.o.v.2009 niet zoveel zal verschillen en onder de € 42,85 zal blijven. Zr. R. Mol, Dalfsen vraagt naar de risicopremie voor de AOP, deze bedraagt nu € 220.000,- en geldt voor vijf jaar. Hoe ontwikkelt deze zich de komende jaren als we er rekening mee houden dat de gemiddelde leeftijd van onze predikanten aan de hoge kant is. Br. Van Rees zegt dat deze premie bij vaststelling vijf jaar geleden even hoog was. Naarmate de predikanten ouder worden is de periode van uitkering ook korter, daarom is het moeilijk voorspelbaar hoe dit zich in de toekomst zal ontwikkelen. Br. Janssen, Hoorn: als na 2015 de SEV ophoudt te bestaan kunnen er zich dan geen acceptatieproblemen gaan voordoen t.a.v. nieuwe gevallen van arbeidsongeschiktheid. Br. Van Rees geeft aan dat dit risico inderdaad moeilijk is onder te brengen bij PfZW en dat, zolang daar geen mogelijkheden voor zijn, de SEV ook na 2015 hier een rol in zal blijven spelen. Br. Raap, Nunspeet refereert aan een excelsheet op de site van SEV waarmee je de pensioenlasten kon berekenen. In dat voorbeeld kon je ook een deeltijdfactor invoeren. De eigen predikant maakt gebruik van de TOP regeling, staat dat hier los van? Br. Van Rees zegt dat voor het pensioen het 100% traktement moet worden opgegeven. Br. Van de Kerk, Maassluis vraagt hoe de pensioenpremie van PfZW van 22,50% in de markt ligt; een tweede vraag gaat over de situatie waarbij één of meerdere kerken niet instemmen met de voorgestelde overgang van SEV naar PfZW.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 10
Op dit moment hebben we geen kennis van de percentages van andere pensioenfondsen, maar de voorzitter heeft kijkend naar zijn eigen pensioenfonds wel de indruk dat PfZW een gunstig tarief hanteert. Br. Van Rees reageert op de vraag over het niet instemmen met de regeling. In geval het een vacante kerk is moeten zij ook vacant blijven zolang zij het pensioen voor een nieuwe predikant niet geregeld hebben.Voor een gemeente met een predikant zal dit erg moeilijk worden, want zij zullen dan zelf een verzekeraar moeten opzoeken om het pensioen te regelen. Bij vertrek van de predikant moet waardeoverdracht plaatsvinden en voor een nieuwe predikant moet een nieuw contract worden gesloten. Hieraan zitten veel haken en ogen. Br. Blok, Houten heeft eigenlijk geen vraag meer maar een opmerking; we kennen als NGK kerken een grote diversiteit aan gemeenten. Als je dan naar het voorstel kijkt waarin geprobeerd is ieder het zijne te geven dan wil hij het bestuur complimenteren met wat hier op tafel ligt en zijn dank uitspreken voor al het werk dat hiervoor is gedaan. De kerken bevestigen de woorden van br. Blok met applaus. Br. Vreugdenhil vindt het prachtig dat deze opmerking van br. Blok samenvalt met de afsluiting van het overleg met de kerken. Aansluitend is de voorzitter blij n.a.v. deze bespreking te mogen vaststellen dat er voldoende draagvlak is voor: • de voorgenomen overdracht van SEV aan PfZW • de voorgenomen uitwerking van de bijdrageverdeling. • het voornemen van SEV aan de Landelijke Vergadering voorstellen te doen m.b.t. een te treffen regeling met als doel de solidariteit van de kerken onderling gestalte te geven. De voorzitter stelt tevens vast dat de kerken het bestuur machtigen tot het sluiten van een contract met Fortis ASR voor het verzekeren van de arbeidsongeschiktheid van de predikanten. De voorzitter dankt ieder voor de waardevolle opmerkingen die zijn gemaakt. Afsluiting. Tenslotte meldt de voorzitter dat er nog een paar punten zijn ter afronding van deze bijeenkomst. Maandag kunt u van de SEV per e-mail een uitnodiging verwachten voor de penningmeester met daarop twee data (10 en 23 juni) voor een informatiebijeenkomst georganiseerd door PfZW. In deze bijeenkomst zal gesproken worden over procedures en administratieve zaken waarmee de penningmeesters te maken zullen krijgen. Voor de predikanten zal er een aparte bijeenkomst worden georganiseerd. De datum voor de najaarsvergadering is vastgesteld op 18 november 2009. Er zijn nog een tweetal sheets ter afsluiting die door br. van Rees worden toegelicht. Het eerste sheet heeft als kop “Wat wil de SEV”, al vanaf de oprichting heeft de SEV er naar gestreefd voor een pensioenvoorziening te zorgen die aan maatschappelijke normen voor werknemers voldoet. We stappen nu in bij PfZW met 1,2 miljoen verzekerden en hebben hiermee dit doel bereikt. Het tweede sheet vermeld “Agenda 2009” Voor u en voor ons is er nog het nodige te doen. De kerken zullen zich moeten aansluiten bij PfZW, er moeten formulieren ingevuld worden en er volgen informatiedagen. De SEV draagt de pensioeninformatie van de predikanten over aan PfZW en ASR. We zullen de statuten en het reglement moeten wijzigen waarin o.a. zaken worden geregeld t.a.v. het arbeidsongeschiktheidsfonds en de bijdrageregeling. Tenslotte zal ook de administratie van SEV moeten worden aangepast. Na deze laatste presentatie wordt deze bijeenkomst door de voorzitter afgesloten. 6. Rondvraag Hiervan wordt geen gebruik gemaakt 7. Sluiting Br. van ’t Hof sluit af met dankgebed.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 11
STICHTING EMERITAATSVOORZIENING "S.E.V."
Agendapunt 4 - najaarsvergadering 2009
BESTUURSSAMENSTELLING
Volgens rooster treden in de najaarsvergadering 2009 de broeders J.G. van Dalen, W.H. Martens en A.J. van der Molen af als bestuurslid van de Stichting Emeritaatsvoorziening. De broeders Van Dalen en Martens zijn beschikbaar voor herbenoeming. Het bestuur is zeer dankbaar dat zij de mogelijkheid en de bereidheid hebben om de SEV een nieuwe bestuursperiode te dienen. Het stelt de kerken dan ook gaarne voor om hem opnieuw te benoemen. Eventuele schriftelijke voordrachten vanuit de kerken ziet het bestuur uiterlijk 1 november tegemoet. U kunt uw voordracht toezenden aan zr Janssens-Boer. Br Van der Molen heeft aangegeven dat hij niet beschikbaar is voor herbenoeming voor een nieuwe bestuursperiode. Het bestuur betreurt maar respecteert zijn besluit. Het heeft br Klaver inmiddels bereid gevonden hem op te volgen als penningmeester van de (alsdan) nieuwe stichting. Br Van der Molen heeft aangegeven dat hij zijn werkzaamheden zal voortzetten tot de voorjaarsvergadering 2010. Aldus kan het laatste jaarverslag van de stichting SEV als emeritaatsfonds nog onder zijn verantwoordelijkheid worden uitgebracht. Op die wijze is br Klaver ook in de gelegenheid om zich in te werken. Tijdens de voorjaarsvergadering zal br Van der Molen dan aftreden als bestuurslid.
Utrecht, oktober 2009 het bestuur van de Stichting S.E.V.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 12
STICHTING EMERITAATSVOORZIENING "S.E.V."
Agendapunt 5 - najaarsvergadering 2009 Onderwerp - de overdracht aan Pensioenfonds Zorg en Welzijn – voortgangsrapportage
Via een email van 18 mei en een brief van 23 juni informeerden wij de kerken over de besluitvorming van 16 mei 2009 inzake (1) de overdracht van de pensioenverplichtingen aan het Pensioenfonds Zorg en Welzijn (PfZW) en (2) het sluiten van een nieuwe arbeidsongeschiktheidsverzekering. Op 20 mei zijn de eerste afspraken gemaakt over de daadwerkelijke overdracht. Bij brief van 23 juni aan de kerken en predikanten gingen wij in over de afspraken en de planning tot dan toe, met als planningshorizon 1 januari 2010. Wij menen er goed aan te doen u op deze wijze verder te informeren over de voortgang. Na het informeren van kerken, deelnemers, De Nederlandsche Bank (DNB), accountant en actuaris is met PGGM (de uitvoeringsorganisatie van PfZW) op basis van een bestaand draaiboek een globale planning voor de overdracht gemaakt. Wij schetsten die al in onze brief van 23 juni. Voorafgaand zijn regelingen getroffen voor een aantal algemene onderwerpen: 1. De kerken zijn uitgenodigd voor twee informatiebijeenkomsten in juni, over de pensioenregeling en het administratieve proces. In samenspraak tussen SEV en PGGM is het programma voor deze bijeenkomsten opgesteld. In september is nog een derde bijeenkomst belegd. In totaal hebben ca. 70 afgevaardigden van naar schatting 45 kerken de bijeenkomsten bezocht. 2. In het overleg tussen PGGM en SEV hebben wij geregeld dat de facturen voor de premie over de periode 1 april 2009 tot 31 december 2009 niet naar de individuele kerken wordt gezonden, maar naar de SEV. Dit in verband met het bestuursbesluit om voor 2009 nog de oude bijdragesystematiek te hanteren. 3. Om de overgang voor de uitkeringsgerechtigden zo soepel mogelijk te laten verlopen is afgesproken dat de SEV nog tot en met december 2009 de pensioenen uitbetaalt. Dit met name in verband met het feit dat de SEV geen loonbelasting inhoudt en PGGM wel. 4. Wij hebben PGGM voorts opgave gedaan van alle opgebouwde en ingegane pensioenen per 1 april 2009, voorzien van een accountantsverklaring omtrent de berekening van die verplichtingen. Op basis van de opgave heeft PGGM de definitieve overnamekoopsom berekend. Vervolgens zijn afspraken gemaakt over betaling van de overnamekoopsom en definitieve afrekening, waarbij ook verschuldigde premies en betaalde uitkeringen onderling worden verrekend. Om onnodig renteverlies te voorkomen is een voorschot op de verschuldigde koopsom betaald. De maand juli stond tussen PGGM en SEV in het teken van de aansluiting van de kerken. De standaarduitvoeringsovereenkomst van PGGM gaat logischerwijze uit van de verhouding werkgever/werknemers. Deze overeenkomst is in samenspraak tussen PGGM en SEV aangepast aan de specifieke situatie van kerken en predikanten. Verder is er voor gezorgd dat NG kerken met een CG predikant niet automatisch verplicht zouden worden om hun CG predikant bij PGGM onder te brengen. Kerken die naast een predikant ook één of meer werknemers bij PGGM hebben ondergebracht, hebben een apart aansluitnummer gekregen voor de predikant(en). Gezien de verplichting om naast de predikant ook de werknemers onder te brengen, zal PGGM met kerken die hun huidige werknemers via een verzekeraar van pensioen hebben voorzien op individuele basis overleggen over een oplossing. PGGM heeft bewust gekozen voor aanmelding van de individuele predikanten door de kerk waaraan zij zijn verbonden, en niet voor centrale aanmelding door de SEV. Aldus worden de kerken niet pas in 2010 geconfronteerd met het PGGM-systeem. Met het oog op de aanmelding is duidelijkheid geschapen over de daarbij te hanteren pensioengrondslag. SEV zal PGGM eenmalig een lijst leveren van omgerekende pensioengrondslagen 2009, zodat eventuele verschillen direct kunnen worden teruggekoppeld en gecorrigeerd. De predikanten hebben van de SEV een opgave ontvangen van het tot 1 april 2009 opgebouwde pensioen. Eind 2009 ontvangen zij van PGGM een UPO per diezelfde datum. Aldus kunnen zij het resultaat zien van de omrekening van hun opgebouwde SEV-pensioen in een PfZW-pensioen. Mede gezien de verschillen tussen PfZW- en SEV-regeling op het terrein van met name het partnerpensioen is zorgvuldig gekeken naar de principes én het resultaat van die omrekening. Tijdens de in september gehouden informatiebijeenkomst voor predikanten is met name ook aan dit punt uitvoerig aandacht besteed.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 13
Bij de overdracht vergden een paar punten speciale aandacht. Wij sommen ze hier op: 1. AOW-compensatie Een predikant die vanaf 1 januari 2015 de leeftijd van 65 jaar bereikt en is gehuwd met een jongere echtgenote, ontvangt vanaf die datum slechts de AOW voor ongehuwden en niet meer de tot dan toe gebruikelijke toeslag. De SEV had een regeling getroffen en de bijbehorende voorziening gevormd om dit te compenseren. PGGM kent een dergelijke regeling niet maar PGGM kent wel flexibel pensioen. In overleg met PGGM is het bedrag van de AOW-voorziening voor de predikanten die het aangaat omgerekend in een hoger ouderdomspensioen bij overdracht. Op pensioendatum kan men dan desgewenst kiezen voor een hoog-laag-constructie waarbij de eerste jaren een hoger pensioen wordt uitgekeerd en in latere jaren een lager. 2. Anw-gat-compensatie De invoering van de Algemene Nabestaandenwet (Anw) had nadelige gevolgen voor bepaalde categorieën weduwen. De SEV-regeling voorzag in compensatie. Na onderzoek blijkt de PfZWregeling ook een Anw-compensatie te kennen, zij het dat de hoogte afhankelijk is van de diensttijd. De fictieve diensttijd (van voor 1 april 2009) telt mee. 3. Indien en voor zover een predikant arbeidsongeschikt is, wordt de opbouw van zijn pensioen premievrij gemaakt. Volgens de PfZW-regeling zou dat eerst na een wachttijd van twee jaar zijn. De arbeidsongeschiktheidsverzekering met ASR voorziet echter in een wachttijd van één jaar. Overeengekomen is, dat de premievrije opbouw in afwijking van de PfZW-regeling begint na een jaar, op basis van de ASR-beschikking. Na overdracht van de actieve predikanten en de slapers ging de laatste - en niet de minst belangrijke - fase in: de overdracht van de uitkeringsgerechtigden. De gegevens omtrent persoon en uitkering met betrekking tot emeriti en nabestaanden zijn inmiddels overgedragen aan PGGM. Voor beide partijen - PGGM en SEV staat voorop dat een soepele overgang van de uitkeringsgerechtigden hoogste prioriteit heeft. Inmiddels hebben wij emeriti en nabestaanden geïnformeerd over de wijziging per 1 januari 2010. Daarbij is nadrukkelijk aandacht besteed aan de fiscale gevolgen van de wijziging. Net als bij de uitbetaling aan de actieve predikanten wordt op het pensioen van de emeriti en nabestaanden geen loonbelasting ingehouden. Velen van hen zullen daarom door het jaar heen van de belastingdienst voorlopige aanslagen inkomstenbelasting ontvangen en op basis van de aangifte achteraf wordt definitief afgerekend. Met ingang van 1 januari 2010 zal wel loonbelasting worden ingehouden. Op de kerken aan wier zorg de individuele emeriti en nabestaande zijn toevertrouwd, is een appèl gedaan om zonodig praktische ondersteuning aan te bieden, bijvoorbeeld in het contact met de belastingdienst. De SEV keert de uitkeringsgerechtigden geen vakantietoeslag uit. PGGM doet dat wel en wel eenmaal per jaar in de maand mei. Omdat die vakantietoeslag uit het pensioen zal worden berekend, heeft ook dat gevolgen voor het bedrag dat men maandelijks zal ontvangen. Wat hiervoor werd geschreven over de inhouding van loonbelasting geldt overigens ook voor de actieve predikanten die nu van de SEV een arbeidsongeschiktheidspensioen ontvangen, zij het dat in hun situatie voor PGGM moet worden gelezen: ASR. In december 2009 ontvangen emeriti en nabestaanden van PGGM een opgave van het bedrag dat met ingang van 1 januari 2010 na aftrek van loonbelasting en verrekening van vakantietoeslag zal worden uitgekeerd. In de maanden rond de overdracht zullen speciale contactpersonen rechtstreeks voor deze groep beschikbaar zijn, zodat zij zich met eventuele vragen niet tot de algemene helpdesk hoeven wenden. Veel punten uit deze rapportage lopen de komende tijd nog door. Op dit moment zijn verder nog in bewerking tussen PGGM en SEV: het overdrachtsdocument en de overeenkomst inzake de per 1 april 2009 losgemaakte predikanten wier pensioenopbouw nog doorloopt gedurende de “wachtgeld”regeling met hun kerk. Intern is inmiddels een concept opgesteld voor de benodigde statutenwijziging en een nieuw reglement. U treft dat bij de vergaderstukken aan. Tenslotte loopt nog het overleg met ASR over de nieuwe arbeidsongeschiktheidsverzekering.
Utrecht, oktober 2009, het bestuur van de SEV
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 14
STICHTING EMERITAATSVOORZIENING "S.E.V." administrateur: mr J. Janssens-Boer Prof. L. Fuchslaan 31 3571 HD Utrecht tel. 030-27 11 915, b.g.g. 030-27 11 333 (privé) e-mail :
[email protected]
Aan de kerkenraden van de Nederlands Gereformeerde Kerken
Datum:
21 oktober 2009
Betreft:
Begroting 2010
Geachte zusters en broeders, Hierbij treft u de Begroting voor het jaar 2010 aan. In de bijlagen zijn opgenomen: a. de uitgangspunten en de begroting 2010 b. de gemaakte schatting van het beginvermogen van SEV per 01-01-2010. Stichting Emeritaatsvoorziening, afgekort SEV, nieuwe stijl De Stichting Emeritaatsvoorziening (SEV) heeft -nu de pensioenverplichtingen zijn overgedragen aan Pensioenfonds Zorg & Welzijn (Pf ZW)- met ingang van 1 januari 2010 een geheel andere doelstelling. In hoofdlijnen komt het er op neer dat de stichting enerzijds de arbeidsongeschiktheidsverzekering regelt voor de actieve predikanten en anderzijds een premie-verevening verricht, zoals met de kerken is overeengekomen in voorjaar 2009. Toelichting bij de begroting 2010: (zie bijlage a.) Daar het eerste jaar betreft in de nieuwe functie van de SEV zal in de begroting geen sprake zijn van vergelijkende cijfers of een bijgestelde raming van het lopend jaar, zoals u dat van ons gewend was. Wel zijn met name de exploitatiekosten gebaseerd op de ervaringen binnen de SEV. Daarbij verwachten we dat de activiteitengraad zal teruglopen tot ongeveer 60% van het oude niveau. In het eerste jaar zullen wellicht de stroomlijning van processen en de aanpassingen in de administratie nog wat additionele inspanningen vergen. Vandaar dat voor sommige kostencomponenten 75% van het oude kostenniveau is aangehouden. De berekeningen van de benodigde premie arbeidsongeschiktheidverzekering worden verricht door onze interne actuaris, de heer Van Rees. Ook de verdeling van de bijdrage boven de aangegeven maximum pensioenkosten per lid wordt door hem exact berekend. Daarvoor wordt alsdan een ”subsidie” vanuit de door de SEV ontvangen bijdragen vastgesteld en overgemaakt aan de betrokken kerken. Bij de berekeningen zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: a. voor de bepaling van de arbeidsongeschiktheidspensioenen houden we rekening met een inflatiecijfer van 3%. b. Wij gaan uit van de nu bekende gegevens van Pf ZW namelijk: een premie van 22,5% en een franchise van € 10.309.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 15
Wij zijn heel erg blij dat wij –gezien de onderliggende berekeningen- twee maatregelen kunnen aankondigen: 1. In de voorjaarsvergadering hebben wij met de kerken op grond van de berekeningen een premie voor de arbeidsongeschiktheid, kosten van de SEV en verevening van € 10,00 afgesproken. Gezien de laatste berekeningen kunnen wij de bijdrage voor de SEV bijstellen tot € 8,00 per lid. 2. in de voorjaarsvergadering hielden wij rekening met een maximum voor de bijdrage plus de premie Pf ZW per lid van € 42,85. Dit maximum hebben wij in de begroting van 2010 kunnen bijstellen naar € 40,00 per lid. Boven dit bedrag komen de betrokken kerken in aanmerking voor subsidie. In de begroting over 2010 wordt een bedrag van ruim € 63.000 subsidie verstrekt. Gezien de huidige financiële situatie in veel gemeenten zullen deze maatregelen naar verwachting niet direct op bezwaren stuiten. De begroting sluit met een positief resultaat van ca € 14.300,= op grond van het feit dat wij een rendement over ons restant vermogen hebben begroot van ca € 17.000,= . Daar het restant vermogen vooralsnog eerst moet blijken na de afrekening met Pf ZW is uiteraard ook het rendement daarop onzeker. Wij verzoeken de kerken: akkoord te gaan met de begroting en de bijdrage van € 8,= per lid en het maximeren van de bijdragen in de pensioenkosten tot € 40,= per lid. Het Beginvermogen van de SEV per 1-1-2010 (zie bijlage b.) Het beginvermogen van de Stichting SEV per 1 januari 2010 is uiteraard pas bekend nadat de afrekening met Pf ZW over 2009 heeft plaatsgevonden. Wij hebben in de bijlage b. bij deze brief een geschatte afrekening met Pf ZW opgesteld, waaruit blijkt dat wij onverwacht met een restant vermogen binnen de nieuwe stichting mogen beginnen van ca € 850.000,=. Wij zijn daar zeer blij mee en constateren dat wij niet op een beter tijdstip de overdracht van de pensioenverplichtingen hadden kunnen realiseren. Enige maanden eerder of enige maanden later zouden wij niet zo’n buffervermogen over hebben gehouden en wellicht tekort gekomen zijn. Zodra de definitieve afrekening met Pf ZW is verwerkt in de jaarrekening over 2009 en door de extern accountant gecontroleerd, kan een beslissing over de toekomst en het daarvoor benodigde vermogen worden genomen. Het bestuur zal op de voorjaarsvergadering 2010 een voorstel aan U voorleggen. Vooralsnog wil het bestuur de definitieve vaststelling afwachten. Wel zijn er mogelijke overwegingen te noemen: a. de vraag is in hoeverre dit vermogen slechts één mogelijke bestemming heeft -gezien de statuten- namelijk pensioen voor onze predikanten, slapers en nagelaten betrekkingen; b. wij achten dit vermogen als zijnde van de gezamenlijke NGK-kerken; c. dit vermogen -mits goed beheerd- vormt een voldoende buffer voor de SEV nieuwe stijl, namelijk meer dan 3 * de jaarpremie. d. dit vermogen geeft het bestuur en de kerken de mogelijkheid om de te vragen premies en de maximering van de premie per lid zodanig vast te stellen dat geen grote schommeling in de lasten door premiestijging nodig zijn in de komende jaren.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 16
Wij willen deze overwegingen meenemen in de definitieve voorstellen bij de voorjaarsvergadering met de kerken. Gezien bovenstaande wil het bestuur van SEV het beginvermogen vooralsnog binnen de SEV gaan beheren ten behoeve van de kerken. Wij vragen uw instemming daarvoor. Hoogachtend Namens het bestuur,
Drs A.J. van der Molen RE RA, penningmeester. Bijlage: a. Begroting 2010 SEV b. Geschat beginvermogen SEV per 01-01-2010
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 17
Bijlage a. Begroting 2010 SEV
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 18
Bijlage b. Geschat beginvermogen SEV per 01—01-2010
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 19
STICHTING EMERITAATSVOORZIENING "S.E.V."
Agendapunt 7 - najaarsvergadering 2009 Onderwerp - wijziging statuten en reglement
Toelichting op het voorstel De Stichting Emeritaatsvoorziening (hierna: SEV) heeft per 1 april 2009 de pensioenaanspraken van de actieve predikanten en de pensioenrechten overgedragen aan het Pensioenfonds Zorg en Welzijn (hierna: PfZW). De SEV fungeert derhalve met ingang van1 april 2009 niet meer als risicodrager voor het ouderdoms- en nabestaandenpensioen. De SEV heeft verder met ASR Schadeverzekering NV (hierna: ASR) een overeenkomst gesloten om ten behoeve van de predikanten ingaande 1 juli 2009 een arbeidsongeschiktheidspensioen te verzekeren. Ook op dit onderdeel fungeert de stichting derhalve met ingang van 1 juli 2009 niet meer als risicodrager. Uit de gekozen constructie vloeit voort dat de SEV aan ASR de premie betaalt voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering van alle daarvoor in aanmerking komende predikanten. Gezien de andere lastenverdeling die uit het voorgaande volgt, heeft het bestuur met de kerken afspraken gemaakt over verevening van de lasten die zijn gemoeid met de pensioenen. Die vereveningsafspraken gaan op 1 januari 2010 in. Deze factoren noodzaken tot wijziging van statuten en reglement. Het bestuur is bevoegd tot wijziging van zowel statuten als reglement, zij het dat een besluit tot wijziging van het reglement slechts kan worden genomen, de kerken gehoord. Ook voor het overige hecht het bestuur er echter aan uw visie te vernemen. Wij stellen u dan ook voor uw visie te geven op de bijgevoegde concepten. Een toelichting treft u onderstaand aan. Toelichting bij de concept-statuten De SEV is opgericht als emeritaatsfonds (hetgeen altijd centraal heeft gestaan in het statutaire doel) maar zij is dat met ingang van 1 april 2009 niet meer. De belangrijkste wijziging in de statuten betreft dan ook de doelstelling van de SEV en de wijze waarop zij dat doel tracht te bereiken. In de statuten is nadrukkelijk vermeld dat de SEV namens de kerken als contractspartner van de verzekeraar fungeert voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Ook de nieuwe taak in het kader van de verevening van de premielasten komt in het statutaire doel van de stichting tot uitdrukking. Voor het overige zijn de statuten aangepast aan de eisen van deze tijd. Het bestuur heeft nadrukkelijk overwogen de naam van de stichting te wijzigen, eventueel door de afkorting “SEV” tot de statutaire naam te verheffen. Het heeft er na ampel beraad echter voor gekozen om de huidige naam vooralsnog te handhaven, onder andere vanwege de naamsbekendheid bij kerken en andere partners. Het feit dat blijkens het handelsregister al een aantal stichtingen zich heeft getooid met de statutaire naam SEV heeft het bestuur doen besluiten om ook die optie uit te sluiten. Het blijft dus vooralsnog Stichting Emeritaatsvoorziening, bij afkorting genoemd “SEV”. Op grond van de huidige artikelen mag een tweetal artikelen niet worden gewijzigd. Het gaat om de artikelen 10 en 13 (oud). Zij zijn slechts vernummerd (tot resp. 13 en 16). Toelichting bij het concept-reglement (algemeen) Wat in het voorgaande werd aangevoerd als achtergrond voor de statutenwijziging, geldt ook voor de wijziging van het reglement. Krachtens de nieuwe (concept)statuten dient het bestuur de voorwaarden van de arbeidsongeschiktheidsverzekering bij reglement kenbaar te maken en voorts dienen de criteria voor de verevening bij reglement te worden vastgelegd.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 20
Toelichting bij het concept-reglement (artikelsgewijs)
§1
ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1: Begripsbepalingen Geschrapt zijn de thans overbodige definities. Toegevoegd zijn de begrippen “pensioengevend salaris” en “pensioengrondslag”. De achtergrond hiervan is, dat de pensioengrondslag voor het ouderdomspensioen wordt bepaald volgens het PfZW-reglement. Ook aan ASR dient echter opgave te worden gedaan van een pensioengrondslag, namelijk in het kader van de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Het bestuur heeft er logischerwijze voor gekozen om de predikanten niet te confronteren met twee verschillende grondslagen (nl. voor het ouderdomspensioen resp. het arbeidsongeschiktheidspensioen). Aldus zal de berekening van de grondslag voor het bepalen van het arbeidsongeschiktheidspensioen op gelijke wijze plaatsvinden als de berekening van de PfZW-grondslag.
§2
ARBEIDSONGESCHIKTHEID
Artikel 2: Verhouding tussen reglement en verzekeringsovereenkomst Uitgangspunt is dat verzekeringsovereenkomst en reglement naadloos op elkaar aansluiten. Waar verschil in interpretatie mogelijk mocht zijn, bindt de verzekeringsovereenkomst. Artikel 3: Aanmelding van de predikant; einde van de verzekering Als een kandidaat wordt bevestigd als predikant in de zin van artikel 1 sub a (en derhalve predikant is in de zin van het Akkoord voor Kerkelijk Samenleven van Nederlands Gereformeerde Kerken) moet hij worden aangemeld bij PfZW voor de opbouw van het ouderdomspensioen en bij de SEV in verband met de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Bij aanmelding geeft de kerk zowel aan PfZW als aan SEV de inkomensgegevens op volgens het PfZW-reglement. Per 1 april 2009 is dat het fulltime jaarsalaris plus 8% vakantietoeslag. Indien de kerk een pastorie beschikbaar stelt komt daar in theorie nog pensioengevend salaris in verband met de woonsituatie bovenop, nl. 1,3% van de WOZ-waarde van die pastorie, verminderd met 12% van het voltijdstraktement. De inhouding op het traktement zal echter in de meeste gevallen groter zijn dan 1,3% van de WOZ-waarde. In die gevallen wordt de bijtelling in verband met de woonsituatie 0 en wordt het pensioengevend salaris gevormd door het fulltime jaarsalaris plus 8% vakantietoeslag. Als de predikant ophoudt te voldoen aan de criteria voor pensioenopbouw bij PfZW, eindigt ook de verzekering van het arbeidsongeschiktheidspensioen. In de praktijk zal dat veelal zijn als de predikant de pensioengerechtigde leeftijd bereikt of niet langer aan een NG kerk verbonden is. Artikel 4: Inlichtingen Omdat de SEV verplichtingen is aangegaan jegens ASR en vanwege de vereveningstaak dient het bestuur te beschikken over een aantal gegevens. Als die gegevens er ook na een herinnering niet zijn, treft dat de predikant in zijn portemonnee, ingeval hij in het betreffende jaar arbeidsongeschikt wordt. Artikel 5: Pensioengrondslag De pensioengrondslag voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt vastgesteld door het bestuur. Zoals aangegeven, is voor het vaststellen van die pensioengrondslag het pensioengevend salaris volgens de PfZW-regeling maatgevend. Doorgaans zullen beide grondslagen dus gelijk zijn, Er is één verschil: PfZW kent voor de opbouw van het ouderdomspensioen geen minimum- resp. maximumgrondslag. Voor de arbeidsongeschiktheids-verzekering gelden die wel (zie hiervoor artikel 11 lid 1 en 2). Als het pensioengevend salaris van de predikant volgens de PfZW-regeling boven het maximum uitkomt, wordt de pensioengrondslag voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering op dat maximum vastgesteld.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 21
Artikel 6: Opgave van aanspraken De arbeidsongeschiktheidsverzekering is een zogeheten rechtstreekse verzekering. De verzekeraar informeert de individuele predikant dus rechtstreeks over zijn aanspraken. Die situatie doet niet helemaal recht aan de verantwoordelijkheid die de kerk volgens het AKS heeft voor het materiële welzijn van zijn predikant. Om die reden zal de SEV de kerken informeren over de aanspraak van de predikant op arbeidsongeschiktheidspensioen. Artikel 7: Arbeidsongeschiktheidspensioen Het is de bedoeling van ASR en SEV dat de oude verzekering naadloos overgaat in de nieuwe. In dit artikel is inhoudelijk dan ook weinig gewijzigd. Artikel 8: Ingang en duur van het arbeidsongeschiktheidspensioen Hetgeen bij artikel 7 is opgemerkt, geldt ook hier. Net als in de huidige situatie geldt een wachttijd van 52 weken na de eerste melding. Meldt de predikant zich later dan gaat ook het arbeidsongeschiktheidspensioen later in. Stel dat de predikant na bijvoorbeeld vijf maanden arbeidsongeschiktheid weer aan het werk gaat maar binnen vier weken opnieuw ziek wordt. In zo’n geval begint geen nieuwe 52 weken-termijn maar loopt de eerste door. Uiteraard dient de predikant zich te houden aan de verzekeringsvoorwaarden. De voorwaarden die voor de predikanten van belang zijn, zijn samengevat in het Ziekteverzuimprotocol. Houdt hij zich niet aan die spelregels, dan loopt het (nog toe te kennen of reeds toegekende) arbeidsongeschiktheidspensioen gevaar. In lid 5 staat op een rij wanneer het arbeidsongeschiktheidspensioen eindigt. Artikel 9 en 10: Rechten en plichten van predikant en kerk bij arbeidsongeschiktheid van de predikant Bij ziekte krijgt de predikant te maken met verzekeringsgeneeskundigen en wellicht andere deskundigen van ASR. Het is van groot belang voor alle betrokkenen dat daarnaast contact en communicatie tussen predikant en kerk(enraad) gaande blijven. Voor de kerk geldt bovendien de kerkordelijke verantwoordelijkheid voor het welzijn van de predikant, ook in immateriële sfeer. Dat bij arbeidsongeschiktheid van de predikant een deel van die verantwoordelijkheid is uitbesteed aan ASR, doet daar niet aan af. In deze artikelen is dan ook bepaald dat beiden zich voor dat contact inzetten - tenzij de verzekeraar dit gezien de achtergrond van de arbeidsongeschiktheid niet raadzaam acht. De kerkenraad dient uiteraard zonder voorbehoud mee te werken aan re-integratie. Normaliter zal de predikant de kerkenraad op de hoogte houden van de situatie en de bevindingen van behandelaars en verzekeringsgeneeskundige. In sommige situaties ligt dat moeilijk of acht de verzekeraar contact niet raadzaam. Met het oog daarop ontvangt de SEV de in artikel 10 lid 4 opgesomde informatie. Deze is rechtstreeks ontleend aan de richtlijnen voor informatieverstrekking door verzekeringsgeneeskundigen aan bijvoorbeeld de werkgever van een zieke werknemer. Het gaat dan om informatie omtrent de verwachte periode van uitval, de mate van arbeidsongeschiktheid, eventuele werkzaamheden die de predikant wel kan doen en eventuele aanpassingen die nodig zijn op de werkvloer. Artikel 11: Minimum- en maximumpensioengrondslag; inflatiecorrectie De grondslag van de predikant wiens traktement volgens de WAP-norm wordt vastgesteld, blijft binnen de grenzen van de minimum- resp. maximumgrondslag. Zie ook de toelichting bij artikel 5, laatste zin. De vraag of op de ingegane arbeidsongeschiktheidspensioenen inflatiecorrectie kan worden toegepast, wordt van jaar tot jaar bezien.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 22
§3
BIJDRAGE EN VEREVENING
Artikel 13: Begroting Niet langer wordt de door een kerk verschuldigde bijdrage bepaald op basis van het aantal leden. De nieuwe systematiek bestaat uit een aantal elementen: de bijdrage per lid die iedere kerk aan de SEV verschuldigd is en de premie die een kerk met een predikant aan PfZW moet betalen. De optelsom van beide wordt gedeeld door het aantal leden van de desbetreffende kerk. Komt het aldus berekende bedrag per lid boven een bepaald maximum uit, dan krijgt de kerk een vereveningssubsidie van de SEV. De te hanteren parameters worden voor iedereen zichtbaar en toetsbaar in de begroting opgenomen. Artikel 14: De aan de stichting verschuldigde bijdrage per lid Een kerk met een predikant betaalt eenmaal de SEV-bijdrage maal het aantal leden. Een vacante kerk betaalt driemaal de SEV-bijdrage maal het aantal leden. Artikel 15: Onderlinge verevening Hierboven werd al aangegeven dat in de nieuwe systematiek twee elementen van belang zijn: 1. de bijdrage per lid die iedere kerk aan de SEV verschuldigd is. 2. de premie die een kerk met een predikant aan PfZW moet betalen. Een kerk met een predikant betaalt de bijdrage per lid aan de SEV (artikel 13) en pensioenpremie aan PfZW. Om de regeling uitvoerbaar te houden wordt niet gerekend met de feitelijk door PfZW in rekening gebrachte premie maar met een berekende premie. Die bestaat uit premiepercentage maal pensioengrondslag (minus de franchise). Berekende en werkelijke premie zullen elkaar nooit veel ontlopen. Bij een kerk met meer dan één predikant wordt de premieberekening gemaakt voor iedere predikant afzonderlijk. Het totaal van de berekende premies wordt gedeeld door het ledental. Komt de optelsom van de SEV-bijdrage plus de berekende PfZW-premie(s) boven een bepaald maximum, dan krijgt de kerk geld terug van de SEV. De berekening schematisch weergegeven: kerk zonder predikant
SEV-bijdrage per lid maal 3 maal aantal leden (artikel 14 sub b) A SEV-bijdrage per lid maal aantal leden (artikel 14 sub a)
kerk met predikant
B Pensioengrondslag predikant maal percentage pensioenpremie (artikel 15 lid 1)
}
A en B worden opgeteld
en het totaalbedrag wordt gedeeld door het aantal leden. Als het resultaat uitkomt boven het maximum van artikel 13 lid 1b, krijgt de kerk het meerdere terug van de SEV
Een rekenvoorbeeld ter illustratie: aantal leden
SEV-bijdrage in € (artikel 13 lid 1a jo. 14)
Percentage pensioenpremie (artikel 13 lid 1c)
8
20 45.000 voor verevening in aanmerking te nemen
Pensioengrondslag predikant (na aftrek van franchise)
Totale pensioenkosten per lid
Kerk zonder predikant
200
4.800 aan SEV (200 x 24)
NVT
24
Kerk met predikant
200
1.600 aan SEV (200 x 8)
9.000 aan PfZW (20% van 45.000)
53 (10.600/200)
Maximumbedrag aan totale pensioenkosten, omgerekend per lid (artikel 13 lid 1b) 40
SEV betaalt aan kerk 2.600 (13 x 200)
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 23
Artikel 16: Mutaties Als in een gemeente een predikant wordt bevestigd of vertrekt of de activiteitsgraad wijzigt, dan moet de kerk dat doorgeven aan de SEV. De verschuldigde bijdrage (en voor zover van toepassing) de te ontvangen subsidie worden dan opnieuw berekend. Mutaties worden gerekend per eerste van de maand. Artikel 17: Betaling De vervaldatum voor de bijdrage en de renteberekening blijven gelijk. Nieuw is dat de SEV zich verplicht om een eventuele vereveningssubsidie voor 1 juli aan de kerk uit te betalen, mits de betrokken kerk op zijn beurt tijdig aan zijn verplichtingen heeft voldaan én mits er voldoende middelen zijn om uit te betalen (lees: mits voldoende kerken tijdig hebben betaald). Laten de middelen van de stichting betaling voor 1 juli niet toe, dan meldt de SEV dat aan de kerk die recht heeft op een vereveningssubsidie. Blijft de melding achterwege, dan vergoedt het bestuur de wettelijke rente over het bedrag dat de kerk tegoed heeft. Artikel 18: Hardheidsclausule Er kan zich een zo uitzonderlijke situatie voordoen, dat afwijking van het reglement gerechtvaardigd is. Te denken valt bijvoorbeeld aan een missionaire gemeente in de eerste jaren van haar bestaan. Het bestuur heeft dan de mogelijkheid om de bijdrage op een realistischer niveau vast te stellen. Artikel 19: Geschillen Dit artikel is niet gewijzigd.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 24
Notulen van de vergadering van het bestuur van de Stichting Emeritaatsvoorziening bijeen op (…) in Utrecht
Aanwezig is het voltallige bestuur: de heer J.G. van Dalen, plaatsvervangend voorzitter (JGD), de heer J. van ’t Hof (JH), de heer S. Klaver (SK), de heer W.M. Martens (WMM), de heer A.J. van der Molen, penningmeester (AJM), mevrouw A.H. Pool (AHP), de heer H. van Rees, actuaris (HR), de heer W. van Veen, secretaris (WV), de heer B.P. Vreugdenhil, voorzitter (BPV).
Het bestuur van Stichting Emeritaatsvoorziening besluit de statuten van de Stichting als volgt te wijzigen.
STATUTEN VAN DE STICHTING EMERITAATSVOORZIENING
NAAM, ZETEL EN DUUR Artikel 1 1. De Stichting is genaamd ”STICHTING EMERITAATSVOORZIENING”, bij afkorting genoemd ”SEV”. Zij is gevestigd te Rotterdam. 2. De Stichting duurt voor onbepaalde tijd. 3. De Stichting is ingeschreven in het register van de Kamer van Koophandel te Rotterdam, onder nummer 41126110.
DOEL Artikel 2 De Stichting heeft ten doel de aangesloten kerken te ondersteunen bij het voorzien in een behoorlijk levensonderhoud: a. van de predikant, indien en voor zover deze door arbeidsongeschiktheid of ouderdom niet meer in staat is zijn ambtelijk werk te verrichten en b. van de nabestaanden van de predikant.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 25
Artikel 3 De Stichting tracht haar doel te bereiken door: a. een verzekeringsovereenkomst te sluiten waardoor de predikanten van de aangesloten kerken, in geval van arbeidsongeschiktheid, door de verzekeraar van een uitkering worden voorzien; b. de verevening tussen de aangesloten kerken van premielasten in verband met pensioenen van de predikanten; c. zorg te dragen voor een zorgvuldige afwikkeling van de oude bedeling, die is ontstaan doordat de Stichting de regeling voor de emeritaatsvoorziening per 1 april 2009 heeft overgedragen aan Pensioenfonds Zorg en Welzijn te Utrecht; d. het beheer van het vermogen van de Stichting; e. het aanwenden van alle andere middelen, die tot het bereiken van het in het voorgaande artikel omschreven doel zouden kunnen bijdragen.
VERMOGEN Artikel 4 Het vermogen van de Stichting zal worden gevormd door: a. het stichtingskapitaal; b. bijdragen van de aangesloten kerken; c. alle andere verkrijgingen en baten.
BESTUUR Artikel 5 1. De Stichting wordt bestuurd door een bestuur, bestaande uit ten minste vijf leden. 2. Leden worden benoemd voor een periode van vier jaar volgens een door het bestuur op te maken rooster. 3. Aftredende bestuursleden zijn terstond herkiesbaar.
Artikel 6 Het lidmaatschap van het bestuur eindigt behalve door periodieke aftreding, door bedanken, overlijden, ontslag door de vergadering van de bij de Stichting aangesloten kerken of door de Rechtbank, alsmede door de beëindiging van de vereffening der Stichting na ontbinding.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 26
Artikel 7 1. Wanneer te eniger tijd in het bestuur een vacature ontstaat, zal de vergadering van de bij de Stichting aangesloten kerken daarin voorzien in de eerstvolgende vergadering. 2. Mochten in het bestuur om welke reden dan ook één of meer leden ontbreken, dan vormen de overblijvende bestuursleden, of vormt het enige overblijvende bestuurslid niettemin een wettig bestuur.
BESTUURSBEVOEGDHEID EN VERTEGENWOORDIGING Artikel 8 1. Het bestuur is bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten, tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen en tot het beleggen van het vermogen van de Stichting. 2. Het bestuur is niet bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten, waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidsstelling voor een schuld van een derde verbindt.
Artikel 9 1. De Stichting wordt in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter tezamen met de secretaris, dan wel de voorzitter tezamen met de penningmeester. 2. Bij ontstentenis of verhindering van één of meer hunner wijst het bestuur zo nodig een plaatsvervanger aan.
BESTUURSVERGADERINGEN Artikel 10 1. Het bestuur vergadert zo dikwijls de voorzitter of twee andere leden dit gewenst achten. 2. Besluiten worden, tenzij in deze statuten anders is bepaald, genomen met gewone meerderheid van stemmen. 3. Bij staking van stemmen wordt een tweede stemming gehouden. Indien ook dan de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. 4. Van de vergadering wordt een verslag gemaakt waarin de genomen besluiten zijn vastgelegd. Het verslag wordt ter vaststelling aangeboden in de volgende vergadering.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 27
5. Het bestuur kan ook op andere wijze dan in vergadering besluiten nemen, mits alle bestuurders in de gelegenheid worden gesteld hun stem uit te brengen en zij allen schriftelijk hebben verklaard zich niet tegen deze wijze van besluitvorming te verzetten. Een besluit is genomen zodra de vereiste meerderheid van alle bestuurders zich schriftelijk vóór het voorstel heeft verklaard. Van een buiten de vergadering genomen besluit wordt een relaas opgemaakt, dat in de eerstvolgende vergadering wordt vastgesteld en ten blijke daarvan door de voorzitter en de secretaris wordt ondertekend. Het aldus vastgelegde relaas wordt samen met de in de eerste zin van dit lid bedoelde stukken bij het verslag gevoegd.
BOEKJAAR EN JAARSTUKKEN Artikel 11 1. Het boekjaar valt samen met het kalenderjaar. 2. Het bestuur maakt jaarlijks na afloop van het boekjaar een balans en een staat van baten en lasten op. 3. Het bestuur laat de boeken van de Stichting onderzoeken door een registeraccountant, die van zijn bevindingen aan het bestuur verslag doet. 4. Het bestuur stelt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar de jaarstukken vast, nadat het heeft kennis genomen van het door de registeraccountant uitgebrachte verslag. 5. Uiterlijk twee maanden vóór het einde van het boekjaar stelt het bestuur een begroting voor het volgende boekjaar op.
DE AANGESLOTEN KERKEN Artikel 12 1. Een plaatselijke Nederlands Gereformeerde Kerk kan zich aansluiten bij de Stichting. De aansluiting ontstaat door een overeenkomst met de Stichting. De bepalingen van deze statuten en de bepalingen van het reglement op grond van artikel 14, maken deel uit van deze overeenkomst. 2. Een aangesloten kerk kan haar overeenkomst met de Stichting slechts beëindigen met ingang van een kalenderjaar, met inachtneming van een opzegtermijn van zes maanden.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 28
Artikel 13 1 1. De kerken, aangesloten bij de Stichting, zullen tenminste tweemaal per jaar, zo mogelijk in de maanden mei en oktober met het bestuur vergaderen. Elk van die kerken zal op die vergadering worden vertegenwoordigd door één of twee leden door de Raden dier kerken aan te wijzen. De oproep tot deze vergadering moet uitgaan van het bestuur en tenminste vier weken vóór de vergadering worden verzonden. 2. Het bestuur is voorts gehouden een vergadering van kerken uit te schrijven, te houden binnen zes weken nadat een met redenen omkleed verzoek van tenminste tien aangesloten kerken bij het bestuur schriftelijk is ingediend. Bij gebreke van deze uitschrijving zijn de laatstbedoelde kerken hiertoe bevoegd. 3. In die vergaderingen zal worden voorzien in eventuele vacatures in het bestuur. 4. Voorts zal in de voorjaarsvergadering een door een registeraccountant gecontroleerd financieel verslag over het afgelopen jaar worden uitgebracht, terwijl in de najaarsvergadering de begroting voor het dan komende jaar zal worden ingediend. 5. De in dit artikel bedoelde vergaderingen hebben het recht leden van het bestuur te ontslaan, echter alleen indien een dergelijk besluit wordt genomen met een meerderheid van drie/vierde der uitgebrachte stemmen. 6. Namens elke aangesloten kerk kan slechts één stem worden uitgebracht.
REGLEMENT Artikel 14 1. Het bestuur stelt bij reglement de criteria vast om de hoogte te bepalen van de in art. 4 sub b bedoelde bijdragen van de aangesloten kerken. 2. Het bestuur stelt bij reglement de criteria vast voor de in artikel 3 sub b bedoelde verevening. 3. Bij reglement informeert het bestuur de aangesloten kerken en hun predikanten over de voorwaarden van de arbeidsongeschiktheidsverzekering, voor zover relevant.
1
Artikel 13 van de statuten zoals die luidden na de statutenwijziging van 12 april 1978 bepaalt dat de artikelen 10 en 13 niet mogen worden gewijzigd. Gelet hierop is de inhoud van artikel 10 (oud) ongewijzigd opgenomen in - wat na vernummering werd - artikel 13.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 29
Artikel 15 Een besluit tot vaststelling of wijziging van het reglement kan slechts worden genomen in een bestuursvergadering, waarin tenminste twee/derde van de bestuursleden aanwezig zijn en met een meerderheid van drie/vierde van de uitgebrachte stemmen, en niet dan nadat de aangesloten kerken hierover zijn gehoord.
STATUTENWIJZIGING Artikel 16 2 1. Het bestuur is bevoegd de statuten - met uitzondering van artikel 13 dezer statuten en dit artikel - te wijzigen bij notariële akte. 2. Het besluit daartoe zal slechts genomen kunnen worden in een als zodanig geconvoceerde bestuursvergadering, waarin tenminste twee/derde van de bestuursleden aanwezig zijn en met een meerderheid van drie/vierde van de uitgebrachte stemmen.
ONTBINDING EN VEREFFENING Artikel 17 1. De Stichting wordt ontbonden: a. door bestuursbesluit; b. door insolventie, nadat zij in staat van faillissement is verklaard; c. door de rechter in de gevallen in de wet bepaald. 2. Een besluit tot ontbinding kan slechts worden genomen met een meerderheid van twee/derde der uitgebrachte stemmen in een bestuursvergadering, waarin alle leden tegenwoordig of schriftelijk vertegenwoordigd zijn.
Artikel 18 1. De vereffening geschiedt door het bestuur met inachtneming van het te dezer zake in artikel 23 en 24 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek bepaalde. 2. Het bestuur bepaalt welke bestemming, na betaling van alle schulden, aan de overgebleven bezittingen van de Stichting zal worden gegeven, met dien verstande, dat het saldo moet worden bestemd voor een doel, dat het doel van de Stichting zoveel mogelijk nabij komt.
2
Artikel 13 van de statuten zoals die luidden na de statutenwijziging van 12 april 1978 bepaalt dat de artikelen 10 en 13 niet mogen worden gewijzigd. Gelet hierop is de inhoud van artikel 13 (oud) ongewijzigd opgenomen in - wat na vernummering werd - artikel 16.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 30
SLOTBEPALING Artikel 19 In alle gevallen, waarin door de statuten of het reglement van de Stichting niet is voorzien, beslist het bestuur.
Vastgesteld door het bestuur van de Stichting Emeritaatsvoorziening op (…)
Het besluit tot deze wijziging van de statuten van de Stichting Emeritaatsvoorziening is met inachtneming van artikel 13 van de statuten genomen, zoals blijkt uit ondertekening van dit besluit door de bestuursleden: B.P. Vreugdenhil, voorzitter:
J.G. van Dalen, plaatsvervangend voorzitter:
W. van Veen, secretaris:
A.J. van der Molen, penningmeester:
H. van Rees, actuaris:
J. van ’t Hof:
S. Klaver:
W.M. Martens:
A.H. Pool:
Deze notulen zijn vastgesteld in de bestuursvergadering d.d. (…), gehouden te Utrecht: B.P. Vreugdenhil (voorzitter)
W. van Veen (secretaris)
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 31
REGLEMENT STICHTING EMERITAATSVOORZIENING (bij afkorting genaamd "SEV") TER UITVOERING VAN ARTIKEL 14 STATUTEN 1 Het bestuur van de Stichting Emeritaatsvoorziening, hierna aangeduid als “de Stichting” overwegende: 1. dat de plaatselijke Nederlands Gereformeerde Kerken zich per 1 april 2009 hebben aangesloten bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn, welk fonds het ouderdomspensioen en het nabestaandenpensioen verzorgt ten behoeve van de predikanten; 2. dat de Stichting derhalve met ingang van 1 april 2009 niet meer fungeert als risicodrager voor het ouderdoms- en nabestaandenpensioen ten behoeve van de predikanten en hun nabestaanden; 3. dat de Stichting voorts per 1 juli 2009 met ASR Schadeverzekering N.V. een verzekeringsovereenkomst heeft gesloten om ten behoeve van de predikanten een arbeidsongeschiktheidspensioen te verzekeren; 4. dat de Stichting derhalve met ingang van 1 juli 2009 niet meer fungeert als risicodrager voor het arbeidsongeschiktheidspensioen; 5. dat de kerken met ingang van 1 januari 2010 de pensioenpremie voor hun predikant(en) rechtstreeks verschuldigd zijn aan Pensioenfonds Zorg en Welzijn; 6. dat de Stichting aan ASR Schadeverzekering N.V. de premie voldoet die is verschuldigd in verband met de arbeidsongeschiktheidsverzekering van alle daarvoor in aanmerking komende predikanten; 7. dat de Stichting, gezien de andere lastenverdeling die uit het voorgaande volgt, met de kerken afspraken heeft gemaakt over verevening van de premielasten in verband met de pensioenen van de predikanten, ingaande 1 januari 2010 en vooralsnog voor de duur van 5 jaar; 8. dat artikel 14 van de statuten van de Stichting luidt: 1. Het bestuur stelt bij reglement de criteria vast om de hoogte te bepalen van de in art. 4 lid 2 bedoelde bijdragen van de aangesloten kerken. 2. Het bestuur stelt bij reglement de criteria vast voor de in artikel 3 lid 2 bedoelde verevening. 3. Bij reglement informeert het bestuur de aangesloten kerken en hun predikanten over de voorwaarden van de arbeidsongeschiktheidsverzekering, voor zover relevant.
besluit vast te stellen het navolgende reglement “Reglement Stichting Emeritaatsvoorziening”:
§
I
Artikel 1:
ALGEMENE BEPALINGEN Begripsbepalingen
In dit reglement wordt verstaan onder: a. AKS : Akkoord van kerkelijk samenleven van de Nederlands Gereformeerde Kerken; b. Stichting : de Stichting Emeritaatsvoorziening (SEV); c. Bestuur : het bestuur van de Stichting; d. Kerk : de bij de Stichting aangesloten plaatselijke Nederlands Gereformeerde Kerk; e. Predikant : de predikant als bedoeld in het AKS, met uitzondering van de in artikel 11 van het AKS genoemde predikant met een bijzondere opdracht; 1
op xx-xx-2009 verleden voor notaris X te Kampen
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 32
f. Leden g. Activiteitsgraad h. i. j.
k.
§
: de belijdende leden en doopleden van een kerk; : de afgesproken omvang van de werkzaamheden ten opzichte van de volledige dagtaak van een predikant; Pensioengevend salaris : het salaris zoals dit wordt bepaald overeenkomstig het Pensioenreglement van Pensioenfonds Zorg en Welzijn; Pensioengrondslag : de grondslag voor de vaststelling van het arbeidsongeschiktheidspensioen; Arbeidsongeschiktheid : arbeidsongeschiktheid wordt aanwezig geacht, indien de deelnemer door rechtstreeks en uitsluitend door medisch vast te stellen gevolgen van ongeval en/of ziekte voor tenminste 25% ongeschikt is tot het verrichten van de werkzaamheden die voor zijn krachten en bekwaamheden zijn berekend en die, gelet op zijn inkomen voorafgaande aan de arbeidsongeschiktheid, in redelijkheid van hem kunnen worden verlangd. Hierbij wordt geen rekening gehouden met een verminderde kans op het verkrijgen van arbeid; Verzekeraar : de verzekeraar waarmee de Stichting een overeenkomst heeft gesloten inzake de verzekering van het arbeidsongeschiktheidspensioen.
II
Artikel 2:
ARBEIDSONGESCHIKTHEID Verhouding tussen reglement en verzekeringsovereenkomst
De verzekeraar verzekert het arbeidsongeschiktheidspensioen in overeenstemming met dit reglement. In geval van tegenspraak is de verzekeringsovereenkomst leidend. Artikel 3:
Aanmelding van de predikant; einde van de verzekering
1. De predikant die door de kerk is aangemeld als deelnemer in de pensioenregeling van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn en die jonger is dan 65 jaar, wordt door de kerk tevens aangemeld bij de Stichting, ten behoeve van de verzekering van het arbeidsongeschiktheidspensioen. 2. De kerk meldt daartoe, uiterlijk twee weken voor de datum waarop de predikant aan de kerk zal worden verbonden, aan de Stichting schriftelijk de volgende gegevens met betrekking tot de predikant: a. naam, adres, woonplaats, geboortedatum, BSN; b. de datum waarop hij aan de kerk zal worden verbonden; c. het aan het Pensioenfonds Zorg en Welzijn opgegeven pensioengevend salaris en de activiteitsgraad van de predikant; d. indien de predikant arbeidsongeschikt is in de zin van artikel 1 sub j eerste volzin, de mate van arbeidsongeschiktheid. 3. Na ontvangst van deze gegevens meldt de Stichting de predikant aan bij de verzekeraar. 4. De verzekering van het arbeidsongeschiktheidspensioen van de predikant eindigt met ingang van de datum waarop de pensioenopbouw als predikant in de zin van dit reglement bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn eindigt.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 33
Artikel 4:
Inlichtingen
1. De kerk doet jaarlijks vóór 1 februari aan het bestuur opgave van de volgende gegevens met betrekking tot de predikant: a. het pensioengevend salaris per 1 januari dat zij aan het Pensioenfonds Zorg en Welzijn heeft opgegeven; b. de activiteitsgraad per 1 januari; c. al die gegevens die het bestuur overigens noodzakelijk acht. 2. Indien ook na rappèl ten aanzien van een predikant geen tijdige en/of volledige opgave is ontvangen, zal zijn pensioengrondslag worden vastgesteld op de voor het lopende jaar geldende minimumpensioengrondslag als bedoeld in artikel 11 lid 1. Artikel 5:
Pensioengrondslag
1. Het bestuur stelt de pensioengrondslag vast bij de aanmelding als bedoeld in artikel 3 en vervolgens elk jaar per de eerste januari. 2. De pensioengrondslag wordt vastgesteld op het pensioengevend salaris met inachtneming van de voor dat jaar geldende minimum- en maximumpensioengrondslag als bedoeld in artikel 11. 3. De aldus vastgestelde pensioengrondslag wordt door de Stichting aan de verzekeraar opgegeven. 4. Indien een predikant een activiteitsgraad heeft lager dan 100%, worden de minimum- en de maximumgrondslag vermenigvuldigd met die activiteitsgraad. Artikel 6:
Opgave van aanspraken
1. De verzekeraar doet jaarlijks aan de predikant opgave van diens aanspraak op arbeidsongeschiktheidspensioen. In de opgave is tevens vermeld de laatst vastgestelde pensioengrondslag op basis waarvan de aanspraak is berekend. 2. Op basis van de informatie die zij van de verzekeraar ontvangt, informeert de Stichting de kerk jaarlijks over de aanspraak op arbeidsongeschiktheidspensioen van de aan haar verbonden predikant. De Stichting is niet aansprakelijk voor eventuele onjuistheden in deze informatie. Artikel 7:
Arbeidsongeschiktheidspensioen
1. Bij een mate van arbeidsongeschiktheid die overeenkomt met 25% of meer wordt aan de predikant een arbeidsongeschiktheidspensioen uitgekeerd. 2. Het arbeidsongeschiktheidspensioen bedraagt 80% van de pensioengrondslag zoals deze is vastgesteld per 1 januari voorafgaand aan de datum van ingang van het arbeidsongeschiktheidspensioen. Met een eventuele verhoging van die pensioengrondslag ten opzichte van de pensioengrondslag per 1 januari van het daaraan voorafgaande jaar wordt rekening gehouden voor zover deze verhoging naar het oordeel van het bestuur niet uitgaat boven de voor de desbetreffende predikant geldende gebruikelijke verhogingen. 3. De uitkering van het arbeidsongeschiktheidspensioen wordt bepaald met toepassing van de volgende tabel. Bij een mate van arbeidsongeschiktheid welke overeenkomt met een arbeidsongeschiktheidspercentage van: 25 tot 35% 35 tot 45% 45 tot 55% 55 tot 65% 65 tot 80% 80% en meer
bedraagt de uitkering in procenten van het arbeidsongeschiktheidspensioen: 30% 40% 50% 60% 72,5% 100%
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 34
4. De mate van arbeidsongeschiktheid en de periode waarvoor deze zal gelden, worden vastgesteld door de verzekeraar aan de hand van gegevens van door de verzekeraar aan te wijzen deskundigen. 5. Bij samenloop met WIA- dan wel WAZ- of WAO-uitkeringen behoudt de verzekeraar zich het recht voor naar redelijkheid en billijkheid tot verrekening over te gaan. Artikel 8:
Ingang en duur van het arbeidsongeschiktheidspensioen
1. Het arbeidsongeschiktheidspensioen gaat in na een wachttijd van 52 weken ná de door de verzekeraar vastgestelde ingangsdatum van de arbeidsongeschiktheid. Het arbeidsongeschiktheidspensioen gaat in ieder geval niet eerder in dan 52 weken na de dag waarop de eerste melding van arbeidsongeschiktheid door of namens de predikant aan de verzekeraar is gedaan. 2. Bij het bepalen van het einde van de wachttijd worden achtereenvolgende perioden van arbeidsongeschiktheid samengeteld indien zij elkaar met een onderbreking van minder dan vier weken opvolgen. 3. Indien de predikant de verplichtingen niet nakomt die zijn opgenomen in dit reglement en in het als aanhangsel bij dit reglement gevoegde “Ziekteverzuimprotocol predikanten SEV” dat geacht wordt van het reglement deel uit te maken, kan hij jegens de verzekeraar geen recht doen gelden op ingang van het arbeidsongeschiktheidspensioen op het hierboven beschreven tijdstip. 4. De verzekeraar kan beslissen de uitkering van een reeds ingegaan arbeidsongeschiktheidspensioen te verlagen dan wel te beëindigen vanwege het niet nakomen van de voor de predikant uit de verzekering voortvloeiende verplichtingen. 5. Onverminderd het bepaalde in het vorige lid van dit artikel, eindigt het arbeidsongeschiktheidspensioen op de door verzekeraar vastgestelde datum, met dien verstande dat het arbeidsongeschiktheidspensioen in de volgende situaties ieder geval eindigt: a. op de eerste dag van de maand waarin de predikant de 65-jarige leeftijd bereikt of b. bij overlijden voor de onder a genoemde datum: op de eerste dag van de maand na die van overlijden of c. als het arbeidsongeschiktheidspercentage daalt onder 25% of d. bij het onherroepelijk worden van een beslissing van verzekeraar om de uitkering van de arbeidsongeschiktheidspensioen te beëindigen vanwege het opzettelijk verstrekken van onjuiste gegevens. Artikel 9:
Rechten en plichten van de predikant bij arbeidsongeschiktheid
1. Voor de toekenning van een arbeidsongeschiktheidspensioen gelden de rechten en plichten die voor de predikant voortvloeien uit de tussen de verzekeraar en de Stichting gesloten verzekeringsovereenkomst inzake het arbeidsongeschiktheidspensioen. Deze rechten en plichten zijn opgenomen in het bestuursbesluit “Ziekteverzuimprotocol predikanten SEV” dat als aanhangsel bij dit reglement is gevoegd en geacht wordt van dat reglement deel uit te maken. Een wijziging van het protocol kan de predikant eerst worden tegengeworpen nadat deze schriftelijk aan hem is bekendgemaakt. 2. De predikant onderhoudt vanaf de eerste ziektedag contact met de kerkenraad over zijn arbeidsongeschiktheid en de implicaties daarvan voor de vervulling van zijn normale taak, tenzij de aard van de ziekte dit niet mogelijk maakt of de verzekeraar dit vooralsnog niet raadzaam acht.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 35
Artikel 10:
Rechten en plichten van de kerk bij arbeidsongeschiktheid van de predikant
1. Onverminderd het bepaalde in de verzekeringsovereenkomst en dit reglement is de kerkenraad verantwoordelijk voor de zorg voor de predikant in geval van ziekte. 2 Hij onderhoudt vanaf de eerste ziektedag het contact met de arbeidsongeschikte predikant, tenzij de verzekeraar de kerkenraad laat weten dat hij dit laatste vooralsnog niet raadzaam acht. 2. Tenzij de verzekeraar dit niet raadzaam acht, zal de kerkenraad zich zowel tijdens als na afloop van de in artikel 8 lid 1 bedoelde wachttijd met de predikant inspannen voor diens re-integratie; kerkenraad en predikant zullen in samenspraak met verzekeraar zo mogelijk een re-integratieplan opstellen. 3. Indien voor de re-integratie dan wel voor het opvolgen van de adviezen van de verzekeraar de medewerking van de kerk nodig is, zal de kerkenraad die medewerking onverwijld en zonder voorbehoud of terughoudendheid verlenen; hij zal voorts de predikant stimuleren en in ieder geval in staat stellen de adviezen van verzekeraar op te volgen. 4. De Stichting stelt onverwijld de informatie aan de kerkenraad ter hand, die zij van de verzekeraar ontvangt over: a. de werkzaamheden waartoe de predikant nog wel of niet meer in staat is (functionele beperkingen, restmogelijkheden en implicaties voor het soort arbeid dat de predikant nog kan verrichten); b. de verwachte duur van de periode gedurende welke de predikant zijn normale taken niet kan verrichten; c. de mate waarin de predikant arbeidsongeschikt is (gebaseerd op functionele beperkingen, restmogelijkheden en implicaties voor het soort arbeid dat de predikant nog kan verrichten); d. de eventuele aanpassingen of werkvoorzieningen die de kerk in het kader van de reintegratie moet treffen; e. de uitkering van het arbeidsongeschiktheidspensioen. Artikel 11:
Minimum- en maximumpensioengrondslag; inflatiecorrectie
1. De voor enig jaar geldende minimumpensioengrondslag is het laagste bedrag in de voor dat jaar geldende traktementstabel van de WAP-regeling 3, vermenigvuldigd met 12,96. 2. De voor enig jaar geldende maximumpensioengrondslag is het hoogste bedrag in de voor dat jaar geldende traktementstabel van de WAP-regeling 4, vermenigvuldigd met 12,96. 3. Het bestuur bepaalt jaarlijks of de ingegane arbeidsongeschiktheidspensioenen kunnen worden verhoogd ter compensatie van de inflatie.
§
III
Artikel 12:
BIJDRAGE EN VEREVENING Deelneming aan de verevening
De per 31 maart 2009 bij de Stichting aangesloten kerken hebben zich verbonden om zich aan te sluiten bij het Pensioenfonds Zorg en Welzijn, ten behoeve van de pensioenvoorziening van de predikanten. Zij nemen aldus deel aan de onderlinge verevening van de pensioenkosten als bedoeld in artikel 3 van de statuten.
2
Hoewel de predikant geen werknemer is, is de kerk is immers verantwoordelijk voor het materiële en immateriële welzijn van de predikant. Zie voor de uit deze verantwoordelijkheid voortvloeiende verplichtingen bij arbeidsongeschiktheid: www.ngk.nl/WAP/waprichtlijn.pdf 3 Vindplaats: www.ngk.nl/WAP/regeling.pdf 4 Vindplaats: www.ngk.nl/WAP/regeling.pdf
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 36
Artikel 13:
Begroting
1. Het bestuur neemt in de begroting de volgende bedragen op: a. de door de kerken aan de Stichting verschuldigde bijdrage per lid; b. het maximumbedrag aan pensioenkosten, omgerekend per lid, waarboven een aangesloten kerk in aanmerking komt voor een vereveningssubsidie; c. het percentage pensioenpremie dat het Pensioenfonds Zorg en Welzijn over het lopende jaar in rekening brengt over de pensioengrondslag alsmede de franchise, waarover het Pensioenfonds Zorg en Welzijn geen pensioenpremie in rekening brengt. 2. Nadat de kerken zijn gehoord, stelt het bestuur de bedragen onder 1 a en b vast. Artikel 14:
De aan de Stichting verschuldigde bijdrage per lid
Onverminderd het bepaalde in artikel 16 stelt het bestuur de aan de Stichting verschuldigde bijdrage als volgt vast: a. als per 1 januari van enig jaar aan een kerk een predikant is verbonden: door het ledental per 1 januari van dat jaar te vermenigvuldigen met de in artikel 13 lid 1 sub a bedoelde bijdrage per lid; b. als per 1 januari van enig jaar aan een kerk geen predikant is verbonden: door het ledental per 1 januari van dat jaar te vermenigvuldigen met drie maal de in artikel 13 lid 1 sub a bedoelde bijdrage per lid. Artikel 15:
Onderlinge verevening
1. De voor verevening in aanmerking te nemen bedragen worden per kerk op de volgende wijze berekend: a. de voor verevening in aanmerking te nemen pensioenpremie op jaarbasis wordt per predikant berekend door de pensioengrondslag, na aftrek van de met de activiteitsgraad vermenigvuldigde franchise als bedoeld in artikel 13 lid 1 sub c, te vermenigvuldigen met het daar genoemde percentage pensioenpremie; b. als aan een kerk meer dan één predikant is verbonden, worden de overeenkomstig lid 1 sub a voor ieder van hen berekende pensioenpremies bij elkaar opgeteld; c. de pensioenpremie per lid wordt berekend door de overeenkomstig lid 1 sub b berekende pensioenpremie te delen door het ledental per 1 januari; d. de voor een kerk in aanmerking te nemen pensioenkosten per lid worden berekend als de som van de pensioenpremie per lid als bedoeld in lid 1 sub c en de aan de Stichting verschuldigde bijdrage per lid als bedoeld in artikel 14 sub a. 2. Als de overeenkomstig lid 1 sub d berekende pensioenkosten voor een kerk groter zijn dan het voor dat jaar geldende maximumbedrag aan pensioenkosten als bedoeld in artikel 13 lid 1 sub b, ontvangt de desbetreffende kerk een subsidie per lid. Die subsidie per lid is gelijk aan het verschil tussen de voor die kerk in aanmerking te nemen pensioenkosten per lid als bedoeld in lid 1 sub d en het geldende maximumbedrag aan pensioenkosten als bedoeld in artikel 13 lid 1 sub b. Artikel 16:
Mutaties
1. De per 1 januari voor een kerk vastgestelde bijdrage en - voor zover van toepassing - de subsidie worden lopende het jaar opnieuw berekend: a. indien een op 1 januari van dat jaar aan die kerk verbonden predikant lopende dat jaar vertrekt; b. indien lopende dat jaar in die kerk een nieuwe predikant wordt bevestigd; c. indien de activiteitsgraad van de aan die kerk verbonden predikant wijzigt. 2. Mutaties worden gerekend per de eerste van de maand waarin het vertrek dan wel de intrede heeft plaatsgevonden. De kerk meldt een mutatie aan de Stichting uiterlijk in de maand waarin de mutatie plaatsvindt.
Stukken najaarsvergadering 2009 blz 37
Artikel 17
Betaling
1. De door de kerk aan de Stichting verschuldigde bijdrage per lid moet worden voldaan vóór 1 juni van het desbetreffende jaar. Bij latere betaling zal voor elke volle maand na 31 mei de geldende wettelijke rente (percentage voor niet handelstransacties) in rekening worden gebracht over het per de eerste van die maand nog openstaande bedrag. 2. Indien een kerk over enig jaar aanspraak kan maken op de in artikel 15 lid 2 bedoelde subsidie, zal de Stichting deze uitbetalen voor 1 juli van het desbetreffende jaar, mits de middelen van de Stichting dit toelaten. Indien de middelen van de Stichting betaling voor 1 juli niet mogelijk maken, zal het bestuur dit melden aan de kerk die het aangaat. 3. In alle andere gevallen zal het bestuur bij betaling na 1 augustus voor elke volle maand na 30 juni over het per de eerste van die maand nog openstaande bedrag de wettelijke rente (percentage voor niet handelstransacties) vergoeden.
§
IV
Artikel 18:
SLOTBEPALINGEN Hardheidsclausule
Indien strikte toepassing van dit reglement in een specifieke situatie naar het oordeel van het bestuur leidt tot onbillijkheid ten aanzien van een individuele kerk, kan het bestuur besluiten om van de bepalingen van dit reglement af te wijken. Artikel 19:
Geschillen
Een door de kerk of de predikant onbillijk geachte beslissing van het bestuur inzake toepassing van het reglement in individuele gevallen zal worden onderworpen aan het oordeel van een arbitragecommissie. Deze commissie zal bestaan uit drie leden. Beide partijen benoemen een arbiter en de aldus benoemde arbiters wijzen gezamenlijk een derde aan. De arbiters zullen naar billijkheid een voor beide partijen bindende uitspraak doen. Artikel 20:
Inwerkingtreding
Dit reglement is in werking getreden op 1 januari 2010.