-
WILLIAM HOLDEN SPEELT DE HOOFDROL IN DE COLUMBIA-F.ILM „GOLDEN BOY'' ^—w
*
Mi AFBEELDING IN KLEUR MULTICOLOUR PICTURE u
_^^^
HFT FIÜDE DER
NIEUWS UIT DE STUDIO'S
/jnappij- ending
Edward G. Robinson zal de hoofdrol vertolken in „Man of the hour". De schrijver van het gelijknamige tooneelstuk is George Broadhurst.
rikanen het een „box office madness", een commercieele dwaasheid, een film te vervaardigen met een ongelukkigen afloop. De held, de verpersoonlijking van de stralende gezondheid — op misschien, in het ergste geval, een gebroken arm na — placht de lieftallige heldin (eveneens met een Max Factor blos) in zijn, eventueel gezwachtelden, arm te nemen, haar een klinkenden zoen te geven, waarop onmiddellijk het beeld overvloeide van geluk en in de letters, die het woord „Einde" vormden.
Erich Engel ensceneert de film „Nanette". Hel draaiboek is van Jochen Huth; voor de hoofdrollen zijn Jenny Jugo en Hans Söhnker geëngageerd.
Gina Hasler zet te Praag de film „Svatek veritelu" in scène.
Boris Mqrros is productieleider voor de RKORadiofilm „If I were president". De productie zal aanvangen na de voltooiing van de Laurel en Hardy-film „The flying deuces".
Hans Moser speelt een belangrijke rol in „Dei ungetreue Eckehart". Regisseur is Hubert Marischka. De verdere medespelenden zijn Rudi Godden, Theo Llngen en Lucie Englisch. Aan de camera staat Eduard Hoesch.
Humphrey Bogart en Gale Page spelen de belangrijkste rollen in de Warner Bros-film „De brug der zuchten", gebaseerd op een dramatisch verhaal van Charles Perry. Met deze „brug der zuchten" wordt bedoeld het bruggetje, dat van New York's Tombs Gevangenis naar het Gerechtshof leidt. De medespelenden in deze film zijn verder Stanley Fields, Jeffrey Lynn en Rosemary Lane.
Walter Schuller zal een belangrijke rol spelen in de Heinz Ruehmann-film „Hura! Ich bin Papal"
Harald Paulsen, de bekende filmacteur, is in het huwelijk getreden met de danseres Hilla Hofer.
Milo Harbich, een film-cutter, zal als regisseur debuteeren met de Ufa-tilm „Kriminalkommissar
Eyck".
Ramon Novarro zal onder regie van Marcel L'Herbier de hoofdrol spelen in „La comédie du bonheur". De verdere belangrijke rollen worden vervuld door Michel Simon, Jules Berry en Jacqueline Delubac.
Josette Day vervult de hoofdrol in „La prière aux étoiles". Regisseur is Marcel Pagnol.
Viktor Tourjansky zal de Terra-film „Der Kommandant" in scène zetten.
Curt Corrinth en Georg Hurdaleck schrijven het draaiboek voor de film „Jagd ohne Gnade".
i
Bette Davis, die in „Juarez" krankzinnig wordt Wen in „Dark Victory" sterlt
P«t«r Lorre all Mr. Moto
MOTO'S WERKWIJZE
Trade Haefelin vervult een hoofdrol in de Ufafilm „Der Stammbaum des Dr. Pistorius". Regisseur is Dr. K. G. Külb.
Merle Oberon zal onder regie van Alexander Korda de hoofdrol vertolken in „Manon Lescaut".
//
w
yij, gewone menschen, gaan een film zien voor ons vermaak. Wij leven mee met de avonturen van helden en heldinnen en op het vastgestelde uur gaat de bioscoop uit, de voorstelling is afgeloopen en we zien al haast weer uit naar de volgende film. Maar niet ieder is zoo gemakzuchtig ten aanzien van films! Wanneer bijv. een film zich afspeelt in de wereld der paardensport, zitten de jockey's en de renstal-bezitters en al wie verder nog maar meer meeleeft met dit milieu, extra opmerkzaam toe te kijken. Zij nemen duizend détails waar, die aan anderen ontgaan en wanneer de regisseur de een of andere technische fout gemaakt heeft — ook al is zij nóg zoo klein — dan zien zij haar direct en zeggen er het hunne van. Films spelen zich af in telkens wisselende omgeving. Dat voorkomt eentonigheid, dat brengt leven en variatie. Dus telkens is een ändere groep menschen deskundig; nu eens zit-_ ten zeelui met gespannen aandacht toe te zien, dan weer zijn het bouwkundigen, dokters of houthakkers, die met extra scherpe blikken toekijken. En de. filmfabriek moet altijd maar zorgen, dat zij altijd alles tot in de puntjes verzorgd heeft, want het regent protesten, zoodra een film ook maar het minste of geringste technische foutje vertoont. In elke bioscoopzaal zit altijd wel één deskundige, die het heeft opgemerkt.... De bakvisschen zijn het gemakkelijkst van al. Zij komen speciaal voor de liefde, voor den kus aan het eind van de film, wanneer blijkt, dat — ondanks allen tegenspoed — held en heldin elkander zoowaar tóch hebben gekregen, Meestal komt dat dan ook wel in orde en krijgen de bakvisschen niet zoo heel veel te
protesteeren. Maar wie zijn nu het moeilijk te voldoen? Wie kijken met de scherpste blil ken toe, wanneer hun specialiteit tot onde werp wordt gekozen en wie zijn het strengs wanneer zij fouten hebben opgemerkt? De strengste beeren met de scherpste blikk« zijn (krachtens hun ambt!) de beeren van < politie. In ontzaglijk veel films worden mi daden gepleegd, waardoor de politie in het gweer komt en haar onderzoek aanvangt. Maal tÄä Jä.' m*v ■ nu zulk een film-detective een fout (waar h gewone bioscooppubliek geen flauw idee va heeft), dan ontvangt de filmstudio brieven u allerlei landen,- waarin de fout gesignaleet wordt door politie-ambtenaren, veelal met pei sioen, maar eveneens vaak nog in actiev dienst. Dit is begrijpelijk genoeg. Politie-ambtenan zijn professioneelc opmcrkers, het is hun beroel scherp op te letten. Zulk een gewoonte ka| men niet afleggen, als men den bioscoop b treedt en zeer zeker niet, wanneer zij U da iets uit uw eigen vak gaan voorspiegelen. Erg de politie-autoriteiten hebben heusch wel ee: iets op en aan te merken in films over d onderwerp. Maar ook het omgekeerde komt voor: ht komt voor, dat de politie-autoriteiten veel let Paul Muni. ren van films, en wel: van d i e films, waari Peter Lorre optreedt als Mr: Moto. In ht Misschien is het de bijzonder déze filmsoort zit vol knepen e algemeen e vree; vakgeheimen, die in hooge mate de belangstel voor een oorlog ling der politie opwekken. Telkens en telken weer ontvangt de directie der 20th Centur waardoor de Amerikaan Fox-film brieven van politie-ambtenaren me sehe zakenman een fata verzoek te willen mededeelen, welke deskundig listische houding aan inlichtingen verstrekt. Anderen -schrijven, da neemt, of mogelijk heeft zij gaarne over een bepaald onderwerp, dat i de huidige wereldtoezulke films wordt aangestipt, méér zoude: stand zijn werkelijkwillen vernemen. In elk geval blijkt d heidszin geprikkeld politie voortdurend in hooge mate gein hoe dan ook, de Ameriteresseerd. Ook de laatste film dezer serie: „Mot kaansche film is zich op het Eiland des Doods" bevat rijkelijk vet plotseling bewust gewormateriaal, dat aanleiding is geworden to den van het logische een uitgebreide correspondentie. Anderzijd slot, dat de „unhappy kunnen de bakvisschen gerust zijn; ook d ending", het tragische liefde speelt haar rol in deze film en hel einde, niet meer uitsluit. en heldin krijgen elkaar.... Amper twee jaar geleden noemden de ArneOverleg dar autoriteiten in „Moto op hal Eiland da Deedi".
■l ^^7 ^^K/.&fa
•'"
!
i
vHI ^^^. wuT;
SSKtaa^fc V-'ST.;»"
'f; ■■
ft'.'-. 1%.
MmÊM
Brian Ahsine wórdt in „Juarez" gelusilleerd. Maar in dezen tijd vernieuwt de geest zich haast even snel als de landkaart van het Westelijk halfrond. Het logische einde heeft ten langen leste zijn plaats in de Amerikaanschc film verworven, die het allang in de Europeesche producties bezat. Overtuigd, dat het publiek „happy endings" verlangde, bewandelde de film vroeger de wonderlijkste wegen, om tot tevredenheid van de massa uit een dilemna te geraken, dat eigenlijk maar één eerlijken afloop had. En daar is opeens een heele zwerm films om te bewijzen, dat men eerlijk aan zijn einde wil komen. Daar is Samuel Goldwyns „Wuthering heights", waarin beide hoofdpersonen in de laatste acte sterven .... „Dark Victory" met der dood van de heldin (Bette Davis) aan het slot. In „Juarez" met Paul Muni en Bette Davis wordt laatstgenoemde in haar filmrol krankzinnig, na een beroep gedaan te hebben op Napoleon III om het le\en van haar echtgenoot, Maximiliaan, Keizer van Mexico (Brian Ahernej, te redden. De film eindigt met de fusillade van Maximiliaan. In „The Story of Vernon and Irene Castle", vindt Vernon Castle (Fred Astaire) den dood bij een vliegtuigbotsing tijdens legermanoeuvres in de slotscène van de film. Dit tragische einde
kwam eveneens voort uit de authenticiteit van het filmgegeven. Interessant in dit geval is ook de thans in productie zijnde film „Five came back", met Chester Morris, Wendy Barrie, Lucille Ball, Ken Taylor, John Carradine, Joseph Calleia, Allen' Jenkins, Elisabeth Risdon, C. Aubrey Smith en Patrick Knowles. Het is de fictieve geschiedenis van twaalf passagiers aan boord van een verkeersvliegtuig, dat op weg is van de United States naar Panama City. Onderweg wordt het vliegtuig door een storm ver uit den koers gedreven en tot een landing in de ontoegankelijke Amazone-jungle genoodzaakt. De motoren van de machine worden ernstig beschadigd. Wel veertien dagen zullen er noodig zijn om ze te repareeren. Fred Astaire sterft In „The story oi Veinon and Als na een avontuur- Irene Caitle". tengevolge ▼an een ▼llegtuigboteing. lijke periode in de wildernis het vliegtuig gereed is om de passagiers weer aan boord te nemen, blijkt één der motoren te weigeren; slechts vijf passagiers zullo i zich kunnen inschepen. De anderen moeten achterblijven met een wissen en gruwelijken dood, door naderende koppensnellers, voor oogen. Onder hen bevindt zich een anarchist, die, op weg naar Panama om wegens een politieken moord geëxecuteerd te worden, niet de minste reden heeft te verlangen een van de vijf te zijn, die zullen terugkeeren. Hem is de taak opgedragen te bepalen, wie van de twaalf gestranden het leven verdienen. Als ten slotte de machine hoog opstijgt in de lucht, blijven zij, die sterven moeten, achter.
^ILMNkEUmS
l,Pr«el*s hlttrl Mat d«n koffiepot." i.gt Gingar Rogers In haar koddlgate bul, als xlj voergMft w»gg*loopttn U zijn van —n wraadaardlgan achtganool. dia haar mat hal sarvlas gadralgd h»«ft. Glngar Is namalljk opgaschaapl 'mat aan baby-vondatIng, dien David Mivan, haar partnar In .Bachelor mother', hardnakklg als haar kind blijft base hou wan.
_
Laa Tracy, bij Amarlkaanicha lllmlans uiterst populair, Is op 14 April ta Atlanta. Ga., geboren. In Illinois bezocht hij de militaire academie en warkte tijdens den wereldoorlog op Fort Lee, N.J., als instructeur. Daarna besloot hij, waarom waet hij niet, acteur ta worden, volgde een cursus aan da toonaalschool en begon zijn wag naar Broadway. Hij had geen geluk, totdat hij de
IZoo ziet Hedy Lamarr ar uit in do film .Tropenkolder', waarin Robert Taylor haar taganspalar is.
impresario's In den waan bracht, dat hij In California ervaring had opgedaan. Het resultaat was een varlétéengagement
met
een
gage van
$ 35 per waak. Tenslotte belandde hij op Broadway in het stuk „The show off' en was van dien tijd af een attractie. Hij was verscheidene malen door Hollywood geëngageerd met slechts matig succes, totdat hij optrad in .Blessed event', de ware film voor Tracy. Niet lang daarna was hij een favoriet in filmland. Na onlangs de titelrol in de RKO-film .Fixer Dugan
gespeeld te hebben,
engageerde deze maatschappij hem voor de hoofdrol in de film .The spellbinder".
George
O'Brien , bezoekt
een
cowboy-café in de nieuwe RKO Western .Timber Stampede'. Het is een der sensationeel« scènes in deze spannende actie-film.
rzcw navvm
staan en zij als voogden over Boy tenminste controle i het fortuin zullen hebben. Maar Tarzan ver3edt dit plan, sluipt hun kamp binnen met Chesta, Tarian Johnny WelimüUer seit hun geweren en smijt die in een diepe grot Jane Maureen O'Suilivan Boy John Sheffield Hardoor het water bruist van daarboven gelegen Mr. Lancing Ian Hunter nervallen. Jane echter wil de blanken in zooverre Sir Thomas Lancing Henry Stephenion •Ipen, dat zij poogt, hen allen te laten ontsnappen — Mn. Lancing Frieda Inetcort Mr. Sande Henry Wilcozon it zij niet kunnen, in deze barre wildernis, zonder Mrs. Richard Lancing Laraine Day in geweren. De blanken trachten Jane te overMr. Richard Lancing Morton Lowry igen, dat Boy inderdaad een betere opvoeding Regie: Richard Thorpe Naar de verhalen van Edgar Rice Burroughs ent te hebben. Onderwater-scènes opgenomen In Crystal Springs. Florida Juist op dat oogenblik hoort men Boy's naMetro-Goldwyn-Mayer-Blm iotsing van den beroemden Tarzan-yell. Hij Richard Lancing, zijn vrouw en baby-zoontje vliegen over ordt achtervolgd door een wilden rhinoceros, de Amerikaansche jungle naar Kaapstad en storten irzan hoort den kreet en doodt in den strijd neer in de ontoegankelijke wildernis, waarover Tarzan, •t wilde dier. Met de blanke dolk nog gede aapmensch, den scepter voert. De ouders worden gedood, jkken, snelt hij naar het kamp en wil de maat de baby wordt gevonden door Chesta, den trouwen eemdelingen verdrijven — wat Jane verchimpansee van Tarzan. Bovenop, den boomtop, het huis ndert. van den koning der jungle en van zijn kameraad Jane, die ne is thans van plan, zelfs Tarzans liefde de Westersche samenleving verruilde voor dit leven in oer- > te offeren om Boy te helpen. Zooveel staat, doopt men den jongen „Boy" en voedt hem naar de mdt Tatzan van zijn kameraad, dat hij wetten der wildernis op. derdaad in de grot afdaalt om de Als Boy vijf jaar oud is, trekt een safari (wildernis-karavaan) apens te zoeken; als hij beneden is, de jungle binnen op zoek naar overlevenden van het vlieg- lijdt Jane de slingerplanten, waaraan tuigongeluk. De graaf van Creystoke, Lancing's oom, is j zich heeft neergelaten, door en immers gestorven en in zijn testament staat, dat indien arzan is hun gevangene. Lancing of iemand zijner familie levend wordt aangetroffen, Als Jane de blanken wil redden het onmetelijke fortuin van den graaf op hem zal overgaan. eifelt Sir Thomas en hij onthult In de safari trekken mee Sir Thomas Lancing, de broeder ;t vrouwtje, dat de Lancings van den graaf, die oprecht hoopt zijn neef te vinden, en vade bedoelingen hebben met Austin Lancing met zijn vrouw, die alleen maar hopen dat ;t geld. Jane wil met Tarzan allen dood zullen zijn, opdat zij Creystoke's fortuin zullen 'teken, doch Sir Thomas offert erven. In hun gezelschap bevindt zich Sande, de gids die in ch op en zal zelf probeeren het complot van Austin en zijn vrouw is. rug te keeren. Als hij dit Maar Tarzan en zijn kameraad zijn van Boy gaan houden. >et, zendt Austin Lancing Op zijn baby-olifant en spelende met de wilde beesten van ;m een schot achterna, dat de jungle, is Boy Tarzan het evenbeeld van zijn vader. Als ;n man doodt. de safari in de wildernis Jane ontdekt, ontkent zij, dat er Austin Lancing dwingt overlevenden van het vliegtuig zijn en Tarzan snelt haar te . ans Jane en Boy om hulp, slaat Lancing en Sande bewusteloos, ofschoon Jane ;m te volgen, vermoedt verder onheil voorkomt. hter, dat Jane hem Natuurlijk zijn thans Austin Lancing en zijn vrouw bereid 3 een dwaalspoor zal te gelooven, dat er geen overlevenden zijn. Maar Sir Thomas -engen en inderdaad heeft de sterke gelijkenis tusschen Boy en zijn neef ontdekt. ordt kort daarna de Thans achten de Austin Lancings het beter. Sir Thomas bij fari omringd door te staan, aangezien er anders voortdurende argwaan zal blijven ;t geluid van de johnny Weismüller en *i^ß Maureen O'Suilivan („Tatzan finds a son")
Tatzan ziet. dat zijn zoon in gevaat Is
Tarzan en Tarzan Jr. (Johnny Weissmüller en John Sheffield)
e olifanten stormen gerkraai binnen
Tarzan snelt zijn blanke vrienden te hulp
uu^ti
Tarzan ziet zijn zoon'
/;
wilde oorlogstrommels der zanbeles. Zij worden allen gevangen genomen en de geraamten in het kamp, waar zij aankomen, laten hen niet in het onzekete over het lot, dat hen wacht. Lancing wordt het eerst gedood, dan Sande. Jane ontdekt een bres in de palissaden, waar een aap doorheen gekropen is en zegt Boy te vluchten, zoodra zij het teeken geeft en Tarzan te zoeken. Zij geeft het teeken, dekt den aftocht van den jongen met haar lichaam en een speer veld haar ter aarde. Boy ontkomt. Maar Tarzan komt, bevrijd door Boy, aan het hoofd van een troep wilde olifanten, op elk waarvan een chimpansee meerijdt. Zij bestormen de palissaden, rennen het kamp te pletter en eindigen hun wilden rit bij Jane, die gewond is. Tatzan begrijpt wat zij gedaan heeft, vergeeft haar en draagt haar teeder op zijn armen in veiligheid. Tarzan, Jane en Boy keeren terug naar het geluk van hun aardsch paradijs.
Aribert Wäscher
Regie: Prof. Carl Froelich. Een Ufa-film met Katharina Alcxandrowa Murakin . . . , Zarah Leander Nasstassja Petrowa Jarow, danseres ... Marika Rökk Peter Iljitsch Tsjaikofski Hans Stiiwe Michael Iwanowitsj Murakin Aribert Wäscher Prof. Maximilian Hunsinger Leo Slezak Porphyr Philippowitsj Kruglikow /ritz Rasp Iwan Cesarowitsj Glykow Paul Dahlke Korte Inhoud. 1^ s war eine rauschende Ballnacht" in de Moskauer j Adelsclub, toen het orkest voor de eerste maal een wals speelde van den onbekenden componist Tsjaikofski, een wals, waarop de toenmaals beroemde, jonge danseres Jarow danste. Als zij na afloop van haar solo den geliefde. Peter Iljitsch, trgft, trekt zijn hart hem echter elders heen: hij weet, dat Katharina, voor wie hij, bij haar huwelijk destijds, St.-Petersburg is ontvlucht, in een loge op hem wacht. En als zij tegenover elkaar staan, weten zij, dat hun jeugdliefde nog leeft. Op dien avond besluit Katharina Peter financieel te steunen, door in het geheim de uitgave van zijn muziek te bekostigen, zonder te weten, dat dit nu juist de scheiding van hen beiden gaat beteekenen. Want Peter Iljitsch, wiens muziek, nu zij ^^^^^^^^^o in druk is verschenen, steeds bekender wordt, krijgt langzamerhand meer naam en nu hij niet meer in armelijke omstandigheden behoeft te leven, durft hij Katharina thans te vragen. Zij moet dit weigeren om niet uit te laten komen, dat zij het is, die hem staunt. •n Maiika Rökk Deze weigering wordt Peter
^V*^
* • *****
vr "
.v-o
i
«J
y»y» v" ■
. T. A* / t r^
f ft -of^m fff
I* JE* Paul Dahlke, Karl Haubenreisser, Frltz Rasp en Marika Rökk te machtig: hij stort zich hals over kop in een huwelijk met Nasstassja Jarow, maar ontvlucht reeds in den huwelijksnacht het huis. Dan stijgt zijn ster langzaam maar zeker: heel het continent reist hij af en na jaren komt hij weer in Moskou. Niet op het gunstigste moment, want er heerscht een cholera-epidemie. Ook Peter wordt er door aangetast. Nóg kan Katherina aan zijn sterfbed komen, maar niet lang daarna brengt de koorts Ruslands grooten toonkunstenaar ten grave. En als eenige troost hoort Katharina den trouwen prof. Hunsinger zeggen: „De levende Tsjaikofski is van ons heengegaan, om ons den onsterfelijken terug te geven. ..."
Wendy gaat naar den studio
w
endy Barrie, de Engelsche filmster, is op 18 April te Londen geboren. Haar vader is een bekende Engelsche rechtsgeleerde, Francis Charles Jenkin K. C.; haar moeder heet Ellen Catherine McDonagh. Wendy's ware naam is Marguerite Wendy Jenkin, het ,,Wendy" is een compliment aan het beroemde geesteskind van Sir James Barrie. Sir James trad als peet op bij Wendy's doop en toen zij later besloot bij de film te gaan, stond hij haar toe zijn jchternaam aan te nemen. Als kind ging Wendy met, haar moeder naar Hongkong, waar zij, daar vader er zijn zaken had, verscheidene jaren bleven. Toen zij den schoolleeftijd bereikt had, keerde zij terug naar Londen. Daarna kwam zij ter voltooiing van haar opvoeding in een bekend pensionaat te Lausanne. Tijdens haar vacanties en dikwijls ook midden in een trimester, pakte Wéndy haar koffers en ging naar huis, omdat vader heimwee had naar zijn eenig kind. Nu weer reisde zij via den Atlantischen Oceaan en Canada naar de Oost, dan weer via de Middellandsche Zee en Indischen Oceaan, zoodat zij, alles bij elkaar genomen, in dien tijd zeven maal de wereld rond geweest is. Daar zaken Wendy's vader ook naar andere Aziatische plaatsen riep, leerde zij Tokio, Singapore, Calcutta! Rangoon, als ook het Indische berglandschap kennen. Hoewel niet met de bedoeling actrice te worden, waagde Wendy met eenige van haar Engelsche societyvriendinnen voor de grap eens een kansje in het tooneelstuk „Wonderbar", hetgeen haar zeer goed beviel. Alexander Korda, de bekende productieleider, zag haar op een middag in de Savoy Grill lunchen en, getroffen door de frischheid van haar jeugd, stelde hij Wendy voor een filmproef af te leggen. Werrdy werd gecontracteerd en gedurende twee jaar trad zij in 18 Engelsche films op, o.m. in „The private life of Henry the Eight". In 1954 begaf zij zich, zonder
W«nd7 aatli
eenige aanbeveling of zakelijke relatie, naar New York. Tien dagen later had zij een filmcontract, reisde naar Hollywood en verwierf weRlra groote bekendheid door haar aparte schoonheid en veelzijdig acteertalent. Tot de jongste films, waarin zij optreedt, behooren „Pacific liner", „The Saint strikes back" en „Five came back", producties van RKO-Radio, met welke maatschappij zij een contract voor vijf jaar heeft, om in vijftien films op te treden. Thans woont zij met haar moeder te Beverly Hills, doch het grootste deel van haar vrijen tijd wordt 's zomers doorgebracht op het .Malibu-strand en des winters te Palm Springs. Wendy stamt uit een der eerste families van Engeland; onder haar voorouders vindt men talrijke vooraanstaande figuren uit de Engelsche en lersche geschiedenis. In haar uitgebreiden vriendenkring is Wendy zeer gezien door haar gevoel voor humor en haar slagvaardigheid; menigmaal is zij het middelpunt van een avondje in filmland. Zij spreekt vloeiend Fransch en is voornemens, als zij ooit met film«n ophoudt, zich in het Zuiden van Frankrijk te vestigen. Gezien haar steeds toenemende populariteit bij het filmpubliek, zal dit nog wel in het verre verschiet liggen! In Engeland trad zij o.a. op in „Wedding rehearsal", „Where is this lady?', „The Barton mystery", „Cash", „Private life of Henry the Eight", „It's a boy", „Digging deep", „Give her a ring" en „Freedom of the seas". In Amerika trad zij o.a. op in de films: „College scandal", „A feather in her hat", „Millions in the air", „Big Broadcast of 1936", „It's a small world", „Love on a bet", „Speed", „Ticket to Paradise", „Under your spell", „I am the law", „Wings over Honolulu", „Dead end", „Mightier than the sword", „Breezing home", „A girl with ideas", „What price vengeance", „Hound of the Baskervilles", „Pacific liner", „The Saint strikes back" en „Five came Uack".
' HI
■
:
ï
€.,;
^H'"
i
VAN LEZER TOT LEZER II
?JL.1*Z', Ptg,na kunn*n »n«» »bonné'i. onder da „Ruilrubrl.k". gratis Mn adv*r. t.nti. paauen, waarin ilj i.U «anbleden in ruil voor l.tt and.«. Dax« ola«»^ i. g.h.al ,rati>. maximaal 10 regel, per advertentie. Advertend«. waaWn voor* werpen te koop worden aangeboden of gevraagd, wonineen te Miur w„^i.„ gevraagd of te huur aangeboden, dien.ten wórden ..ngrbod.' ïnxÓovöört, enxoovoort, worden onderde rubrieken „Te koop aangebodin". „T^ koop «vraald"« ..Dlveraen" ,ePl..t.t en berekend tegen $ eu. per r.gii minimum wff fege?..
TE KOOP AANGEBODEN Te koop ; 1 br.kooi. Voor de helft zangkast v. 6 inzetkooien en I br.kooi voor 6 poppen. 2e J. v. Campenstraat 129 h., A'dam (Z.). Te koop : Verk. alb. ƒ1.70, Kahr. alb. ƒ2.75. Foto's 9 en 4 cent. Namenlijst der sterren op aanvr. J, Louwen, Stationsw. 4, Zwolle. Te koop : Elk. boekenk. 1.50 M. h. 1 M. br., eik. h. haardstoei m. kussens tez. ƒ 10.—. Te zien na 6u. D. Hartoghstr. 12-h. rechts. A'dam. Aangeb. ; een naaimach. m. kap ä ƒ2.50 en een stel goudbr. overgord. lengte 2.85 m. met franje, br. 1.20 m., 2 stuks ƒ6.50. T. Brouwer, van Ingenweg 45, Renkum (Cfd.) Te koop : mooie Singer, eiken, salonk.meubel naaimach., ringsp., nwste type, z. gebr., v. spotpr. en pr. schrljtmach. ƒ22.50 Venecourt, Javastr 141, A'dam (O.).
Aangeb. : Pr. radlotoestei, salonkast, tegen e. a. b. Na8u. Meidoornstr. 33, Zaandam.
Voor lijders aan rheumatiek ; aangeb. een kattenvellenvoering v. den spotpr. van ƒ5.—. Mevr. M. Reyken. Veerstr. 37-lis., A'dam.
Het motorkleedinghuis V.L.K. ruilt ook jassen in, jas verven ƒ6.50, jekker ƒ4.—. Zendt ons uw jas, ook ter reparatie. Hoofdweg 351, A'dam.
DIVERSEN
RUILRUBRIEK
I.V.E.Kknipcursus begint 4 Oct. Lesgeld ƒ2.50 p. mnd. Aang. Woensdag 's av. 8—9 u. Stadhouderskade 101 A'dam (Z.).
Frame m. pedalen, giering, zadel, wielen m. torpedon., kettingen, aquar., viiegenk., 2 nachtk., touwschommel, ringen, partij behangp., hangerbloemenb. Alles In ruil v. goede heerenf. met torpedon. en lamp. B. Floriszstraat 2A-I, A'dam (Z.) naast H.B.S.
Dames wolverkoop. Ge vr. door wol-engroshandel dames met relaties in betere kringen voor verk. van moderne breiwol. Smyrnawol enz. dir. a. partic. Ruime prov. Br. aan N.-H. WolCentrale, Soest. Voetbeh. aan huis v.a. /0.75. Ondul. en knipp. aan huis ƒ0.75. Dee v. d. Hoek. gedipl., Bestevaerstr. 25, tel. 84692, A'dam. Te huur te mldd. van bosch en heide : een zomerhuisje ; geh. gem!, alles void, aanw., str. w. electr. Inbegr. ƒ 15.— p. w. Ook voor pension 1 pers. ƒ2.—, 2 pers. ƒ3.50. Kind. n. leeft., ook v. herstell, en rustbeh. De Visser, Korelaan 9, Bennekom (Old.).
„Ik zou wel graag meegaan om een glaasje bier te drinken, maar mijn vrouw heeft het hek gesloten en den sleutel meegenomen."
200 Sunl., Vim, Rinso, 425 IJzendijk. 600 Verk. Artis, 150 Delta, 1000 Meco, 315 Trip-b., 200 v. N., 225 Kahr., 150 Kanis en Gunn., 90 Keg, 1300 Haka, 31 Kwattastr. tegen Wenn. Felix, O.E., Jamin, Klokz., Duifm. en and. Postz. insl. M. Koning, Heiibronstr. 48, Den Haag.
„Waarom kosten twee spiegeleieren 'meer dan twee roereieren?"
Gratis kunt u gangbare bonnen, die u niet spaart, rullen voor wat u wil spaart en tekort komt. Bij zending postzegel Insluiten voor terugsturen. Wed. S. v. Zanten, Daniël Wllllnkpiein 41, A'dam.
„Omdat u spiegeleieren kunt tellen, mijnheer."
ABONN E'S OP DIT BLAD, welke in onze registers zijn ingeschreven en in het bezit zijn van een door onze administratie afgegeven polis, zijn gratis verzekerd volgens polisvoorwaarden: f2000.- bij levenslange invaliditeit; f600.- bij overlijden; f 400.- bij verlies van een hand, voet of oog; f 75. - bij verlies van duim of wijsvinger; f 30.- bij verlies van een anderen vinger, een en ander ten gevolge van een ongeval. Is het ongeval een gevolg van een aan een personentrein, tram of autobus enz. overkomen ongeval, waarin verzekerde als gewoon betalend passagier reist, dan wordt de uitkeering bij levenslange invaliditeit gesteld Op f3000.- en de uitkeering bij overlijden op f 1000.De uitkeering dezer bedragen geschiedt door de NIEUWE HAVBANK N.V. te Schiedam. Denk er om bij een eventueel ongeval binnen 3x24 uur aan het kantoor der N.V. Nieuwe Havbank te Schiedam daarvan kennis te geven, ook al meent U, dat de
directe gevolgen niet ernstig kunnen zijn. Anders vervalt het recht op uitbetaling.
„Ik heb in mijn vinger gesneden. Haal eens gauw iets wat ik er omheen kan winden." „Ja, mevrouw. Zal ik uw man halen?"
- 2-
^^p het laatst der vorige week Is onze marine door een ^■^ ernstigen slag getroffen. Terwijl de mijnenveger „Willem van Ewijck" hielp bij het leggen van een nieuw mijnenveld nabij West-Terschelling, werd het schip plotseling midscheeps getroffen door een afgedreven mijn. De gevolgen waren verschrikkelijk. Het vaartuig werd uit elkaar gerukt en de ketels sprongen. Dertig leden der bemanning, onder wie de commandant luitenant ter zee eerste klasse J. S. ten Klooster, verloren bij de ramp het leven, terwijl er van de een en twintig geredden vijf ernstig werden gewond. Nederland brengt hulde aan hen, die vielen bij de uitoefening van hun plicht, en rouwt mede met hen, die vader, broeder of zoon verloren. . . 1. De „Willem van Ewijck". 2. Een groepje der overlevenden terug in Den Helder. 3. Tijdens de plechtige herdenking te Den Helder, bij het monument „Voor hen, die vielen . . .". Schout bij nacht baron de Vos van Steenwijk legt namens H.M. de Koningin een krans aan den voet van het monument. 4..Een der overlevenden, de gewonde eerste luitenant ter zee J. J. van Strale, commandant van de mijnenleggers-divisie, met zijn echtgenoote en vader op weg naar de plechtigheid. 5. Een overzicht van de herdenking.
DE RAMP VAN DE WILLEM VAN EWIJCK"
„,.^-
OM LAND yi
A
~*f>-
HEEFT S^
4i
'ir^ Mé^
**ÓK*"""Wkl
- i^Ww.
De eerste kennismaking met de instrumenten.
wte^ViikT OdokYPdeLbrUrf Mtel. Links. Ook daar i,
heeft
dft ,Nat'OB»,e Luchtvaarfehool haar hoofdeen verkeerstoren, al haalt hij dan ook niet bij dien van Schiphol...
• Nederland heeft den naam, een luchtvarend land te zijn met een luchtvaartgezmd volk En tóch, als men het eens een beetje op den keper beschouwt, Zl i" er op dit punt raadselachtige dingen. Hoe komt het, bijvoorbeeld dat net in ons land met de sportvliegerij nog steeds niet wil vlotten? Hoe komt'het dat WIJ nog steeds niet over voldoende piloten beschikken? Deze vragen zijn wel een nadere beschouwing waard, want sportvliegerii en p.lotenople.dmg staan nauw met elkaar in verband. En dan is daar het niet te oochenen feit, dat Nederland vliegers noodig heeft, niet alleen voor zijn verkeersluchtvaart, maar ook voor zijn militaire luchtmachtl Vliegers worden in tal van landen uit de sportvliegerij gerecruteerd, en dat laat Zij wänM^T.^"'*"' en ^ie "i"*:00' ^ Vak VOelen' befli'"1en hun "fopbaan geIroJlik IK T/ i^^'^^'rtclub. In alle centra v,„ ons land kan men dergelijke clubs vinden, maar het is merkwaardig, dat er uit deze clubs weinig beroepsvliegers naar voren komenl Ook leveren deze clubs maar weinig sport vliegers. Dit komt omdat het sportvliegen nog steeds een dure liefhebberij is Er zijn nog altijd veel jongelui, die graag willen leeren vliegen, en de opleiding bij de Nationale Luchtvaartschool behoort reeds lang niet meer tot een voorrecht voor de zeer rijken, maar, wat velen van een dergelijken stap weerhoudt, is het feit dat men na het voleindigen der opleiding toch practisch moet gaan oefenen En dit nu is duur. Aanschaffing van een vliegtuig, belasting, stalling, verzekering ' onderhoud, landingsgelden.. . dat zijn de dingen, die bijna niet te betalen zijn Ook het huren van een vliegtuig is toch altijd nog vrij kostbaar. Vandaar, dal het met de sportvliegerij nooit erg heeft willen vlotten Gedurende den laatsten tijd echter blaast een bijzondere omstandigheid een gunstigen wind in de zeilen. Nederland heeft vliegers noodig, evenals Indië. Met kracht wordt gewerkt aan ons luchtverdedigingsapparaat en langzaam maar zeker
Het opleidingsvllegfuig, gereed voor den start.
4
>-..
Een
laatste
instructie
voor den
start.
wordt onze luchtmacht uitgebreid. Het spreekt vanzelf, dat men thans ook over meer personeel moet beschikken. Wij voor ons gelooven, dat wij nog maar aan het begin staan van een groote uitbreiding, omdat een klein land als het onze zich door middel van een sterke luchtmacht met een redelijke kans op succes zal weten te verdedigen, zelfs tegen een sterkeren tegenstander. Daarom zullen in de naaste toekomst steeds meer bemanningen voor vliegtuigen moeten worden opgeleid, en vanzelfsprekend krijgt men ook steeds meer behoefte aan technici voor het werk op den beganen grond. Anderzijds hebben de huidige tijdsomstandigheden tengevolge, dat de K.L.M, een groot aantal piloten aan Defensie heeft moeten afstaan, zoodat niet op volle kracht kan worden gevlogen. Men mag zeggen, dat er op het oogenblik muziek zit in de vliegerij. En een mooie kant hiervan is, dat ook onbemiddelde jongelui in staat kunnen worden gesteld bij de luchtvaart te worden opgeleid. Geheel afgezien van de mogelijkheid van een zuiver militaire opleiding, kan men financieelen steun krijgen van fondsen, die speciaal zijn opgericht met de bedoeling, aan onbemiddelde jongelui in dit opzicht hulp te verleenen. Het gaat hier natuurlijk alleen om een voorloopige opleiding. De opleiding tot verkeerspiloot gaat nog altijd via de Zeevaartschool, en hiervoor worden zware eischen gesteld. De zuiver militaire opleiding Is natuurlijk in militaire handen, maar het zoogenaamde M-brevet kan men halen met steun van de daarvoor in het leven geroepen fondsen, het Fokker-fonds en het Luchtverdedigingsfonds. En daarmee is men dan al een eind op den goeden wegl De practische opleiding tot piloot is, wat betreft die voor de fondsen en de Rijksoplelding, in handen gelegd van de Nationale Luchtvaartschool, waarvan het centrum gevestigd is op het vliegveld Ypenburg, bij Den Haag. Deze vliegschool selecteert voorts ook voor Defensie. De N.L.S. beschikt over een aantal prima instructeurs en een vloot, bestaande uit opleidingsvliegtuigen. Daar kan men dus het vliegen leerenl De instructeur ziet al heel gauw, welk vleesch hij in de kuip heeft, want hoewel ten slotte bijna ieder het vliegen kan leeren, evenals het autorijden, is den w^rkelijken vlieger het vliegen aangeboren. Men heeft er nu eenmaal kijk op of niet. Vandaar, dat goede adspiranten in korten tijd voor het brevet kunnen worden opgeleid. Hebben zij dit, en willen zij verder, dan moeten zij natuurlijk toch de Rijksopleiding of de militaire opleiding volgen. Maar geheel afgezien hiervan, is het van belang, dat wij over een groot aantal jongelui beschikken, die de beginselen van het vliegen kennen. In tijd van nood vormen deze een reserve voor de verdediging des lands en kunnen zij in korten tijd voor die taak verder worden opgeleid. Het is dan ook te hopen, dat beide genoemde fondsen in de toekomst hun werkzaamheid nog ver zullen kunnen uitbreiden!
^ Gymnastiek
hoort
nu
eenmaal bij den piloot.
de opvoeding van
De N.L.S. heeft een eigen reparatieafdeeling, waar altijd volop werk is. Bij deze semi-militaire opleiding behoort ook schieten en... exerceeren. De M-vliegers krijgen theorie.
ENGELANDS STRUDKRACHTEN TER ZEE overzeesche deelen van het rijk te handhaven, maar daarnaast heeft zij ook, zooals reeds gezegd, te zorgen dat de voedselvoorziening van het rijk in stand gehouden kan worden, en het gevaar der onderzeeërs wordt gekeerd. Ten einde dit te bereiken, was de admiraliteit van plan zich onmiddellijk van het convooy systeem te bedienen, daar dit gedurende den vorigen oorlog een afdoend middel is gebleken. Tevens echter heeft men ook het voornemen, de koopvaardijschepen voor zelf-verdediging uit te rusten. Hoezeer Engeland rekent dat het, wat dit betreft, volkomen op zijn vloot kan steunen, moge blijken uit het feit, dat niettegenstaande het slechts in 25 a 35 procent van zijn voedselvoorziening kan voorzien, de regeering er niet toe is overgegaan groote voedselvoorraden op te stapelen, evenmin als men dit trouwens heeft gedaan met benzine-voorraden, die in een huldigen oorlog toch ook een zeer belangrijke rol spelen. Wij spraken hierboven terloops k d dl d van het in stand houden der verÄ*tr^0wÄ«lfll?7«TAÄ -r',d?*eh**,,P,n ry,001*'cht » »w..r.t. t..k h.bben t. v.rricht.n. MI dexe foto 1. « ,, d doo r d ror n »laggamehlp dient voor all« torpadoboot ,????. A ^ï'^l-lV^"' ''•|. *l J . * •:* . f • ••" " « •"•ui»«r, dl« alt vr«f g,n.ehlp dl.nt torp«dobootbindingen met de overzeesche deelen ,d,Ho, d d '■■•r,^r-rrf.^ ^!:-Z_00^. .«*n•"'! V« '.» In d« wawran optreden. Z«lf( Zelf. In normalan .,1. i. J?'••*• « »'••*. 'JJ ...:. ' ~" rond "■■" Engaland -■■»■ " moet ".■wwt optr«d«n. normalen Wadattijd vr«d«i worden deie .chepen altijd voor onm,ddell„ke actl« gereedgehouden. loodat zij ieder oogenblik kunnen Optradan. . van het Britsche rijk. Wat dit betreft is Engeland er vooral op bedacht, zijn De meeningen kunnen verdeeld zijn over de militaire kracht en het uitpositie in de Middellandsche Zee te handhaven en te versterken. De kanonnen houdingsvermogen der landen, die thans met elkaar in conflict zijn van Gibraltar controleeren nog altijd den Westelijken toegang. Misschien maar over één feit is men het wel algemeen eens: de Engelsche vloot zouden vijandelijke houwitsers, opgesteld aan den overkant der Straat en is nog steeds oppermachtig in de Europeesche wateren. In Engeland zelf ondersteund door het luchtwapen, het scheepsverkeer naar en van beschouwt men haar zelfs als zóó sterk, dat men vertrouwt, dat zij de Gibraltar kunnen bemoeilijken, maar de verdedigingsmiddelen van de „rots" geheele bevolking voor honger zal kunnen behoeden. zijn thans zoodanig, dat het garnizoen niet tot overgave kan worden geZoo op hel oog bezien moge er een enorm verschil zijn tuSSchen de laag dwongen, zelfs indien een vijand de omliggende zeeën en luchthavens geheel op het water liggende, dreigende massa van een modern slagschip en de in zijn macht had. hoog-optorenende masten en sierlijke lijnen van een fregat uit vroeger tijden, De voornaamste basis van de Middellandsche Zee-vloot is echter Malta, doch nu zoo goed als in Nelsons tijd is de Britsche vloot het voornaamste de volmaakte vloothaven, die in zulk een buitengewoon gunstige positie bolwerk van het Imperium. Ten einde de sterkte van de vloot, in verhouding ligt: vrijwel halverwege tusschen Port Said en Gibraltar, tusschen Messina tot die van andere mogendheden, op peil te houden, heeft de Engelsche en Kaap Bon. regeering in het afgeloopen jaar £123.707.000 besteed, hetgeen bijna 19 milin het Oostelijk deel der Middellandsche Zee is Alexandrië momenteel de lioen meer is dan het jaar daaraan voorafgaand. voornaamste haven, welke Engeland door een speciale overeenkomst met Natuurlijk is de voornaamste taak der vloot aanvallen van vijandelijke Egypte naar believen mag gebruiken. Het controleert dus met zijn vloot schepen op de Engelsche kusten af te slaan, en de verbindingen met de niet alleen de zee zélf, doch ook de beide toegangenI Da Poort émr Mtdd.ll.nrf.rk. T... r-ii i. . J , . ,rk,t , . ... . Snd. r7M 1^ B„ilr.Jii h.-J-% i^'ti' * » vetting van Europa, 0 n hi klltl, de" Qu«« BTlïrb«th" ÖD ;.. Sa« d*.n Atl^tuX - ••" •'•«« P "" "• t«rwl,. «en >.Qubao«„^,I..J..tJ. . ^-« -^-AtUntlsch«
Er '• •••" •nk«1« ovaraenkomit tusschen da schapen der huidige Engelsche vloot an da rank« en sierlijke jachten uit Nebon, tijd; maar ook thins n5g vertrouwt ^ng.l.nd op zijn vloot t.r b«.ch«rmlng van zijn kusten, h.t handhaven der overzeesch. -"••»-'-«^^^^^ rijk. en... de voedsel en benzlne-voorzienlng van het moederland.
De 16-lnch kanonnen van dm „Nelson" in actie — een interessant voorbeeld van de enorme vuurkracht van een modern Engelsch slagschip, in normale tijden verblijft de marine acht van de twaalf maanden op zee, zoodat de mannen wel uitstekend geoefend moeten zijn voor de taak, die er van hen verlangd wordt.
Een vliegtulg-moedersehlp. De bewapening bestaat uit zestien kanonnen; de bemanning telt 1359 koppen, terwijl er zes eskaders vliegtuigen een plaats vinden.
.
:'Sit,3};r^.::,;v;^,J;f,::?:.. •■
Schietoefeningen van de Engelsche vloot. Men ziet de granaten in het water terechtkomen. Ze werden afgevuurd van een afstand van twintig knoopen. Dergelijke oefeningen worden dag en nacht en onder alle weersomstandigheden gehouden.
■in^ *'Ü
TEGEN EEN OVERMACHT
Voor een Papoea bestaat er niet zooiets als een natuurlijke dood of een dood door een ongeval. Wanneer er iemarfd sterft, dan is het altijd een geval van „Zoek den vijandl", want de dood wordt altijd 'beschouwd als een gevolg van een gewelddaad of van tooverij. Deze bijronderheid dient men in het oog te houden wil hetgeen hier volgt volkomen duidelijk zijn. Dank zij de vestiging van het Engelsche gezag was er vrede en vriendschap gesloten tusschen den stam der Oberi en der Waraida. De eersten woonden in de heuvels, de laatsten langs de nvier. Op een ochtend in het jaar 1930 hadden ^aropi, het oude opperhoofd van de Oberi en dne jonge lieden van zijn stam plaats genomen ■ n een kano der Waraida. Het had hevig geregend
^ r'n
W
w
9es e9en en er
!
hl"» «en lage, dichte
m.st. De Wara.da-stuurman kende echter iedere gevaarhjke plek in de rivier; waarschijnlijk was mj op een gegeven oogenblik evenwel iets te roekeloos, want plotseling stootte de kano op een rots onder water en sloeg om. Voor de Waraida beteekende dit niet veel; in een oogwenk hadden zu z.ch, uitstekende zwemmer» als zij waren op den oever in veiligheid weten te brengen. De ongelukkige heuvelbewoners echter gaven gehoor aan een natuurlijk instinct, en klampten zich aan de omgeslagen kano vast. Hun einde kwam spoedig. Een voor één slaakten zij hun laatsten kreet toen de krokodillen hen grepen, en met hen in de diepte verdwenen. Alleen Garopi, het oude opperhoofd, slaagde er in zich te redden - den geopenden muil van een krokodil op nog geen halven meter afstand achter zich, toen hij uitgeput tegen den modderigen oever van de rivier opklom. Een oogenblik bleef hij hijgend op den oever staan. Op korten afstand bevonden zich de Waraida, heftig gesticuleerend en luidruchtig uitdrukking gevend aan hun meening, hóè het ongeval was ontstaan. Garopi wierp slechts een korten blik op hen, toen keerde hij zich zwijgend om en verdween, zonder een woord tegen zijn vroegere gastheeren, in de jungle. Een uur later hoorden de Waraida terwijl zij xich, op de wijze der inheemschen achter elkaar loopend, langs een pad vèr van de rivier verwijderd voortbewogen, in de heuvels om hen heen het geluid, der Oberi-trommels, die steeds menigvuldiger bleken te worden toen dorp na dorp het reiaas van den dood op de rivier verder bekend maaMe. De Waraida, angstig geworden, verhaastten hun schreden, want in een ommezien zou de ^Jding dank zij de trommels en de bosch-telegraaf der Oberi, overal in den omtrek bekend zijn M.lo van de Waraida, die in den vroegen ochtend er op uitgetrokken was om te zien of hg met zijn pijl en boog een duif of een kip voor zijn ontbijt kon schieten, bleef plotseling staan in de diepe schaduw van een boschje wild net op den rand der jungle. Ergens in de verte klonk er een zwak geluid. In de Papoesche bosschen beweegt men zich uiterst omzichtig, en Milo nam geen enkel risico HIJ wachtte, en even later ontdekte hij een aantal heuvel-bewoners, die in oorlogsdracht op geheimzinnige wijze en bijna zonder gerucht te maken angs een pad in de jungle trokken. Snel als het licht trok Milo zich terug, ieder oogenblik den kreet verwachtend, die zijn ontdekking zou aankondigen. Getallen zeggen den primitieven mensch niet veel, maar Milo had den indruk, dat de rij die hen passeerde, eindeloos was! Alle weerbare 'mannen van de heuvelbewoners trokken op naar het land der Waraidal Hij moest, het kostte wat het kostte onmiddellijk terugkeeren om zijn stam en de policimani bij de rivier te waarschuwen Geruischloos week hij achteruit, en rende even later zoo hard hij kon langs het boschpad, terug naar zijn stam. Een uur later vertelde Milo hijgend en overdekt met zweet, hetgeen hij had gezien aan sergeant Gaiberi, die tijdelijk belast was met het beheer van het politie-station. Gaiberi
luisterde
zwijgend,
terwijl
zijn
gezicht
OP LEVEN EN DOOD E
REEKS
SF,
?, rotANNEND£ AVONTUREN. NAAR WAARHEID VERTELD op geen enkele wijze de gedachten verried die er in hem omgingen. Verantwoordelijkheid ' was mets nieuws voor Gaiberi; twee en twintig jaar was h.j reeds sergeant - en een sergeant van Oe Papoesche politie moet ten alle tijde gereed staan om snel te kunnen ingrijpen ten einde het hoofd te bieden aan allerlei onverwachtsche en ernstige omstandigheden, veroorzaakt door de impulsieve, bijna achterlijke inheemschen. Nu was de toestand echter positief gevaarlijk, naar het scheen. Volgens Milo waren honderden krijgslieden der heuvelbewoners op weg naar het vreedxame volk der Waraida. om een „raid" op hen uit te voeren, hetgeen stellig ook tot koppensnellen aanleiding zou geven. De officier van den post was weg om belastingen te innen, en te ver uit de buurt om hem te kunnen waarschuwen, en hij, Gaiberi, beschikte slechts over vier gewapende mannen. Maar sergeant Gaiberi hield er ni-t van het voor en tegen van een onderneming te overwegen wanneer zijn plicht in het geding was. Den Oberi moest aan het verstand worden gebracht dat het Gavamani (gouvernement) niet met zich liet spotten, of de bevelvoerende officier van den post er was of niét. Sergeant Gaiberi aarzelde daarom niet lang MIJ het direct zijn vier mannen aantreden, nam alle handboeien mee die er op den post te vinden waren, en begaf zich op pad. Gedurende zijn snellen ren om hulp te gaan halen, was Milo ver genoeg van zijn weg afgeweken om de bewoners van het dichtstbijzijnde hanua (dorp) te waarschuwen wat er te wachten stond, en vandaar waren er onmiddellijk snelle loopers vertrokken om alarm te gaan maken in de andere verspreid liggende Waraida-gehuchten. lerwijl het bericht zich voortplantte, leek het geheele land pjotseling een grootè mierenhoop te zijn geworden. Daar het gavamani het voeren van oorlog had verboden, zat er slechts één ding op: de vlucht te nemen. Dorp na dorp liep leeg en iedereen nam inderhaast aan levensmiddelen mee wat men voor de hand vond . . . Vrouwen volgden hun mannen, bepakt en beladen naar de geheime schuilplaatsen in de jungle. En zoo kwam het, dat de geveride heuvelbewoners, die met bloeddorstige bedoelingen de dorpen der Waraida binnentrokken, deze verlaten vonden, zoodat ze hun woede slechts op de tuinen en hutten konden koelen. Op een open plek. vlak bij het dorp Iraki trof en zij twee vrouwen aan, die op het veld werkten. Hun einde was verschrikkelijk, doch barmhartig snel. De Oberi hadden geen gebrek aan vrouwen; zij waren er op uit om de mannen als gevangenen mee terug te voeren en om hen, die daartoe te oud of te jong waren, te doodenl Voorafgegaan door den ouden Garopi, haastten zij zich voort; van terugkeeren kon geen sprake zijn voordat zij de noodige tropheeën hadden verzameld voor hun schedel-hut. De oude iduhu (opperhoofd) schudde zijn speer terwijl hij voortliep; de geur van bloed was in zijn neusgaten, en zijn oogen in hef geverfde gezicht schitterden vurig toen hij een dak ontdekte tusschen het groen van het oerwoud. Terwijl hun adem sissend door hun opeengeklemde tanden floot, renden de koppensnellers op het dorpje af. Maar opeens bleven zij staan, toen er van achter het eerste huis plotseling vijf mannen in uniform tevoorschijn traden, die hun met geweren in de hand den weg versperden. De bajonetten glinsterden gevaarlijk in het licht der zon . . . „Haiti" - Sergeant Gaiberi's stem klonk alsof hij het bevel voerde bij een parade. De oude Garopi bleef staan, en hij trad zoover terug als met zijn waardigheid was overeen te brengen, want de bajonet van den sergeant bevond zich geen centimeter van zijn borst! Een oogenblik ke-
- 8 -
w
ken Gaiberi en de hoofdman der koppensnellers elkaar recht in de oogen; toen hiel de oude iduhu zijn hand waarschuwend tegen zijn mannen op. „Haiti beval sergeant Gaiberi wederom. „Ge zijt allemaal mijn gevangenenI Werp uw wapens neerl ' De oude Garopi aarzelde. Zijn blikken dwaalden om hem heen door het dorp, dat nu geheel met zijn krijgsmannen was gevuld. Er waren slechts vijf politiemannen zichtbaar, terwijl de Oberi wel vijftigmaal sterker waren. Het was een valstrik! De rest der politieagenten en de blanke officier moesten zich ergens met hun ipidi (geweren) verborgen houden. Vijf menschen zouden het nooit durven wagen den gröotsten groep krijgslieden tegen te houden, die ooit de heuvels was afgedaald om de rivier-bewoners aan te vallen! De sergeant sprak andermaal, terwijl hij met de punt van zijn bajonet eventjes de borst van het opperhoofd aanraakte. „Gauw wat!" klonk zijn bevel Anders gaan jij en j.e volgelingen naar het land der geesten . . ." Er liepen onder de Oberi heel wat verhalen over de dapperheid en de krijgslisf der politiemannen, en de sergeant zag er ook vastbesloten genoeg uit, maar Garopi's krijgers hadden het groepje van vijf agenten reeds geheel ingesloten. En ze moesten beslist alleen zijn, want anderen verschenen er niet! Ze waren ongetwijfeld krankzinnig! Garopi voelde zijn moed terugkeeren. „Wie ben J>, dat ia zulke taal tegen de Oberi-krijgslieden durft gebruiken?" vroeg hij. „Ik ben Gaiberi," antwoordde de sergeant streng. „Je kent me! Je bent de gevangene van het gavamani. Leg onmiddellijk je wapens neer. „Onzin!" antwoordde Garopi. „Wij zijn talrijk; jij bent slechts met je vijven. Wat kun je doen?" Sergeant Gaiberi gaf zijn geweer kalm aan een van zijn mannen. De handboeien aan zijn koppel rinkelden, toen hij snel naar voren trad. „Ik kan dit doen." antwoordde hij, en de iduhu zette groote oogen op van.verbazing toen hij het koele staal der handboeien om zijn polsen voelde. Een koor van verbaasde uitroepen steeg op uit de rijen der ontdane krijgers. Het stoutmoedig optreden van den sergeant maakte, dat zij als aan den grond genageld bleven staan. „Stilte! Zwijg!" beval sergeant Gaiberi, en zijn stem verheffend vervolgde hij: „Mannen van de Oberi, jullie hebben de wet van het gavamani overtreden. Ik ben de sergeant van het gavamani. Jullie zijn mijn gevangenen. Maak geen moeilijkheden, of er zullen talrijke policimani komen en er zal een groot geween zijn van de vrouwen in de dorpen der Oberil En gooi nu je wapens neer!" De laatste woorden klonken als een klaroengeschal, want sergeant Gaiberi beschikte behalve over moed, ook over een stel ijzersterke longen. Garopi keek onzeker naar de krijgers om hem heen; langzaam gingen zijn geboeide handen naar den vlijmscherpen pao (dolk) van been in zijn gordel. Hij trok hem er uit en liet hem vol weerzin op den grond vallen. Ee/i voor een wierpen nu ook zijn volgelingen hun wapens neer en op een rustig gegeven bevel »an den sergeant traden zijn vier mannen naar voren sn boeiden zooveel Oberi als met de meegebrachte braceletten mogelijk was. Er bleef echter nog een groot aantal over, dat niet geboeid kon worden. De sergeant wendde zich tot hen en zei, op de gevangenen wijzend; „Deze mannen gaan met mij mee en zij zullen veel. t» verklaren hebben aan den blanken officier. Juilie zijn daar niet bij noodig. Neem je wapens op en keer terug naar je dorpen, maar denk er aan, dat bet gevaarlijk is de wet van het gavamani te overtreden. Ga in vrede!" En terwijl de teleurgestelde menigte afdroop, wendde sergeant Gaiberi zich tot zijn vier mannen en de lange rij gevangengenomen koppensnellers. En rustig gaf hij het commando: „Voorwaartsmarschl" Voor zijn dapper optreden werd hij bij dagorder vermeld, terwijl hij ook een hooge onderscheiding kreeg.
ED. v. DANGEN - OUD STRAA
'—"
i.
--^
■i-a-"
I
.v
r
m
iii
i.
mm izm •■«r
'Wm-:f^ ■
.
i -
&■
1 ■..■■ ■..:■.;. ^'-
? ^ ■■■ j.
, .-■■'- ■.. v ■ -:■ ■:■■
,
'W-nms
Urn •»•^-
tl ■> •
Tv 4
w%
'*•■■■
if tó
^y
I N
POL E N
m -ÊÊ m
1
r^e folo's op deze pagina vormen *~ — helaas! — actualiteiten in deze dagen. Daarom zijn wij verplicht ze te brengen. Onze lezers zullen ons echter ten goede houden, dat wij het doen zonder commentaar. Ze spreken trouwens voor zichzelf — en bovendien een taal, die door woorden niet is te overtreffen.
*».
m
-}*^»x *■
1. De toegang tot de Westerplatte bij Danzig, nadat het Poolsche garnizoen zich had moeten overgeven.
■
' .*.
2. Het station van een plaats in het gevechtsterrein, dat de Polen, alvorens terug te trekken, evenals de spoorweg zelf, onbruikbaar hebben gemaakt.
/
Vx
6. In de Hooge Tatra, het gebergte, waar de Duitsche troepen, die van uit Slowakije Polen binnenrukten, doorheen trokken.
3. Sporen van den oorlog: een opgeblazen brug en sluizen.
7. Vogelvluchtopname van Warschau. 8. Stadsgezicht in Warschau. — Een brug over den Weichsel.
^■■^sa,
4. Een detachement Duitsche cavalerie rukt op.
*-«*^,,^''
5. Een Duitsche voorhoede in een brandend Poolsch dorp. >>>i;
■ ©
f ;•
,pxri^ Jil'L
«Sk
te
r • -
,■
ȟ B Hr 'Jl
v-'t u'j' • >
If
i
#/
DE GIER"
G E A U T
O R I S E E R
Op een avond heeft er in New York een autobotsing piaats. De toeaeantld. agenten z.en naast den wagen een doode liggen. De conclusie lijkt duideliik- de man moet na de botsing uit den auto geslingerd zijn. Een der omstanders herkent
DE STRAAT WAS VKRLATEN, MAAK VOOH DEN INOANO VAN DE WOXIXd STOND EEN AGENT 01' HOST..
VERTALING
„In orde?" vroeg Small. Havik knikte. 5 dat hct hier een on al mnnrH betreft. ^^f^V" ' ^r'" f "^bijzonderheden - ^och een „We kunnen elkander nu volkomen vervangen, voor het geval moord Wanneer men hem nadere wil9 vragen,9" blijkt hij echter er iets verkeerd mocht gaan," antwoordde hy. ongemerkt verdwenen. In den auto vindt men nu een kaartje, waarop de kop van een g.er geteekend staat. Een der agenten heeft in den verdwenen man Pudge Small nam een wandelstok — een duplicaat van dengeen, en ver dZVr p"^ D "'I f ""'"'S' »»«m nu met „De Giet", een massa-moordien Havik altijd droeg — en begaf zich door den verborgen uitdenaar. Pudge Rogers begeeft z,ch naar de woning van den om het leven gegang naar buiten. Een half uur lang bleef Havik zitten rooken. komen Ayers. maar het blijkt, dat men hem is vóór geweest. De safe is opengebroken! Als de politie verschijnt, neemt hij de vlucht en ontkomt in een taxi. Hy voelde zich echter niets op zijn gemak. Er was iets niet in Ue ezer maakt nu kennis met majoor Damion Havik, een - in de ooflen der orde. Zyn plannen waren op de een of andere wyze verkeerd politie - sinistere figuur, die dezelfde blijkt te zijn als Pudge Rogers. Havik is uitgepakt. En toch was hy niet in staat om, ten einde zichzelf te het slachtoffer van een zeer intelligenten misdadiger, die door allerlei manipulatie, den sch„n wekt. dat Havik degeen ü. die de reeks opzienbare moorden van den redden, precies uit te zoeken waar zij hadden gefaald. Eindelyk laatsten tijd op zijn geweten heeft. duwde hy de rest van zyn sigaar uit in den aschbak, begaf zich Den volgenden morgen verijdelt Havik een poging om inspecteur Booker in naar de telefoon en zocht een nummer op. Toen hy het had gezijn. Havjks. huis den dood te doen vinden door den beet van een gifslang. Havik krijgt bezoek van een actrice, . Evelyn Dwan. wier mededcelingen, in vonden nam hy den hoorn van het toestel en wachtte tot het verband met het gebeurde, ernstige verdenking doen rijzen tegen haar stiefvader, telefoonkantoor zich zou melden. Walter Ware, die een halfbroer was van Williard Ayers en zijn ecnige erf„Oakdale — nummer een-ncgen-een-negen," beval hij kort genaam. Hij zou Ayers door den Gier wegens een geldelijke vergoeding hebben doen vermoorden. Een slaperige stem antwoordde. Met zijn assistent in zijn auto op weg naar de actrice, overkomt Havik eenior „Mr. Dinwiddle?" vroeg Havik. dagen later een verkeersongeval. Het blijkt, dat ook dit het werk van den Gier is„Mr. Dinwiddio is naar bed gegaan, mynheer," zei de stem aan de stuunnnchting van Haviks auto is n.l. opzettelijk defect gemaakt. Zoowel hij' net andere einde van den draad na een korte aarzeling, ,Wilt u ais zijn assistent worden echter als door een wonder gespaard. Booker laat Havik op allerlei manieren controleeren en bewaken, doch Havik morgenochtend alstublieft nog eens bellen?" elscht. dat .de politie deze maatregelen achterwege laat. Hij wil den Gier" „Maak hem alsjeblieft wakker! Ga hem alsjeblieft wakker maken, gelegenheid geven in zijn nabijheid te komen om een denkbeeld te krijqen wie hii is en wie er tot zijn bende hooren. ^eg hem, dat het voor een zeer helangryk geval is en dat majoor Denzelfden dag wordt Havik door helpers van den Gier ontvoerd Havik aan de telefoon is — majoor Damion Havik." voor zijn misdadigen tegenstander geleid. De Gier laat hem de keus: óf lid worden Er heerschtc wederom een oogenblik stilte, toen de bediende van zijn organisatie, óf een afschuwelijken dood sterven. met zichzelf overlegde of hy zyn meester wel zou roepen. Toen Havik ziet echter kans te ontsnappen ondanks bijna onoverkomelijk lijkende zei hy: r bezwaren en bereikt na lang zwerven weer zijn huis. Den volgenden avond wordt er uit een huis aan den overkant een doodelijk „Goed, mynheer. Ik zal hem waarschuwen." schot gelost op hem. Bij het onderzoek van inspecteur Booker. waarbij Professor Eenige oogenblikken later hoorde Havik de slaperige stem van Pheneas Watts. Haviks buurman, tegenwoordig is. blijkt, dat de getroffene niet den rechtsgeleerde „Hallo!" roepen in de telefoon. Havik vertelde pas gedood kan zijn. doch reeds verscheidene uren-overleden is. Professor Watts blijkt niemand anders te zijn dan majoor Havik zelf, die zich vermomd heeft als hem snel, aat Evelyn Dwan was verdwenen. Zoodra Mr. Dinwiddie de wat zondcrlmgc professor. Gedurende dit onderzoek krijgt Booker bercht dat dit hoorde, was zün slaperigheid als op slag verdwenen tvelyn Uwan is onlvocrd uit den schouwburg waar zij optrad. „Lieve hemel, majoor!" riep hy. „We moeten direct iets doen. Havik overtuigt er Booker na vele moeilijkheden van, dat hij niet ,De Gier" is en dat de inspecteur veistandigrr doet hem niet tegen te werken. h.velyn Dwan in de handen van dien schurk! Lieve hemel' Het is niet te gelooven." Een oogenblik gaf Havik geen antwoord. Toen keerden zijn T-k heb me inderdaad als een ezpl gedragen," antwoordde hy gedachten opeens snel terug naar hetgeen er den vorigen avond ,, 1 ?1onl,be.r- ..»emand, die zijn hersens niet beter kan gebruiken dan was gebeurd. Hy onderzocht de afzonderlijke feiten, voegde ze ik heb gedaan, behoort niet aan het hoofd te staan van de aaneen, overzag het geheel. Moord-Bngade. Maar ik ben bereid je mijn verontschuldigingen aan „Hillcrest!" riep hü opeens. „Daar is zij, Dinwiddie! Ergens in te bieden. Havik. Van nu af aan wil'ik met je samenwerken Met zijn beiden zullen wij „De Gier" achter de Iralies brengen — waar ,x bV,,.,rt„va!l (lat gehucht Hillcrest bevindt zich een huis, waar n\] hoort." „De Gier zyn slachtoffers gevangen houdt. Heb je ooit van dat voorstadje Hillcrest gehoord?" Havik gaf Small een teeken. De jongeman trad naar voren en maakte Booker los. Deze stond op en rekte zijn stijve ledematen. Toen „O ja, en ik ken het tamelyk goed, want ik ben er verschillende wendde h^ zich tot Havik. koeren geweest Maar je wedt op het verkeerde, paard. Havik, als „JU bent nu mijn baas. Wat moet ik doen?" je denkt, dat „De Gier' daar zijn schuilplaats heeft. Dat lijkt me met waarschynlyk." „Ga precies zoo verder als je gedaan hebt. Laat de anderen denken, dat ik vermoord ben! Ik zal mij voorloopig voor Watts uitgeven Havik antwoordde en ieder woord, dat hy zei, klonk gespannen, ISiemand behalve jij en Small zullen iets anders weten." alsof het door heel zyn gedachtekracht werd voortgebracht. Hij ver elde Dinwiddie van zijn ontsnapping den vorigen avond uit Hooker aarzelde een oogenblik. Toen deed hij een stap naar voren en gaf Havik een hand. do klauwen van „De Gier" en hoe hij daarna in Hillcrest oen tram had kunnen nemen. „Het zal in ieder geval gemakkelijker zijn sämen met je te werken dan tegen je," zei hij grijnzend. Toen Havik uitgesproken was, slaakte Dinwiddie een kreet van verrassing. „Kerel, Havik, ik geloof zeker, dat ik nu de oplossing van de HOOFDSTUK XVI. puzzle weet, nep hy door het toestel. „Achter Hillcrest — op een Walter Ware is gevonden. afstand van een kilometer of vyf - ligt een gebouw, dat Homewood heet. Hot is «En klein zomerverblyf, aan het meer gelegen Het viel niet te ontkennen, dat de anno Booker uiterst verbaasd Ik hen voor een groot deel eigenaar er van. Het is een onderdeel' was, en misschien was hy ook wel een beetje teleurgesteld. Toch van het zomer-hotcl, dat zich daar bevindt, dus ik weef het /oker aanvaardde h\] zijn nederlaag tegenover Havik als een sportsman Tusschen Homewood on Hillcrest, maar dichter by Homowood Zijn oogen hadden oen afwezigen blik toen hij do beide mannen dan by Hillcrest, ligt een oud, verlaten klooster. Een honderd jaar vaarwel zei en hü zich naar hel huis naastaan spoedde, waar de geledon - - misschien nog wel langer — is het daar door eenige geunifonnde beambte van de morgue op zijn bevelen wachtte om monniken gebouwd, maar om een my onbekende reden zijn zo net lijk weg te brengen. weer weggetrokken. Het is een groot, oud gebouw, midden in een Toen do deur achter den iu*pectour was gesloten, wendde Havik enorm uitgestrekt bosch — een echt oerwoud, oen grimmig oud zich lot zijn assistent. gebouw van steen, gevreesd door de bewoners van de strook om „Hoe zijn je vingers?" vroeg hij grimmig. al de verhalen, die er over in omloop zyn. Spookverhalen en al Small koek hem verbaasd aan. (tie onzin meer. Ik ben er vast van overtuigd, dat dit de plaats is „Wat bedoelt u?" vroeg hij. waar ze je gevangen hebben gehouden. Het zou een uitstekende „Ik zou graag willen, dat je oen safe openbrak." wykplaats zyn voor een man als „Do Gier"." Do ander knikte. Vyf minuten lang zaten de beide mannen dicht Havik dacht even na. naast elkaar hun plannen te bespreken. Toen begaf Small zich naar „Het gebouw beantwoordt tamelijk wel aan do beschrijving" don spiegel. Hij was bijna net zoo'n moester in de kunst van het antwoordde hy. „Ik weet, dat het gebtuw oud was en dat hèt vermommen als zijn chef, en hij werkte mot groote vaardigheid zoomidden in een groot bosch lag.. .. En dat de menschen or spookdat zijn gezicht bijna ziondoroogen veranderde. Toen snelde hij naar verhalen aan verbinden, lykt me ook niet zoo onwaarschi nlijk boven om pruiken en pakken te halen, telkens naar Havik kijkend /oudt u me kunnen zeggen, hoe ik er kan komen... " lerwijl hij deze begon te passen. \a verloop van een kwartier zoo„Daar denk ik niet aan," riep de rechtsgeleerde uit. „Denk ie wal was hij levraden. Goedkeurend knikkend stond Havik op en ging dat ik hier rustig hlyf zitten, terwyl jy in je eentje togen .zoo'n' naast hom slaan. De gelijkenis van de beide mannen was treffend' geraffineerde bende optreedt? Ik ga met je mee. Haal me even aan In plaats van oen professor Watts, waren er nu twee. ik woon slechts een paar huizenblokken by je vanc idaan. — 12 -
„Binnen twee uur ben ik bij je," antwoordde Havik, den hoorn op het toestel leggend. Terwyl hy dit deed, trilde hy over zün geheele lichaam van opwinding. De heele atmosfeer scheen geladen met eleclrische spanning. Er was iets niet in orde. Wat was het? Hij koek op zün horloge. Small moest reeds terug zijn geweest als er niets onvoorziens was gebeurd. Was hy gevangen genomen? Er hield een auto stil by het trottoir. Hü ging naar de deur en keek naar buiten, tegen iedere waarschünlükheid in hopend, dat het zyn assistent was die terugkeerde. Het bleek echter Booker te zyn. De inspecteur rende de trappen op en, de hal binnentredend, veegde hy den regen uit zijn oogen. „Waarom die buitengewone haast, inspecteur?" vroeg Havik. Booker schudde zyn kraehtige lichaam als een hond, die juist uit het water komt, terwül de regendroppels naar alle richtingen van zün jas vlogen. „Walter Ware is gevonden," riep hij. „Het ziet er uit als zelfmoord, maar het kan zeer goed moord zün. Ik heb nog geen lijd gehad om de zaak in finesses te onderzoekon. Maar van het rapport, dat ik door de telefoon heb ontvangen, zou er best een spoor naar die Miss Dwan kunnen leiden, dat in verband staat met het vinden van het iyk.Wil je meegaan?" Havik knikte toestemmend, trok zyn jas aan en zette zyn hoed op. Hü krabbelde haastig een briefje voor Small, waarin hü dezen mededeelde, waar hy heen ging, van zün afspraak met Dinwiddie en hoe deze zeer waarschünlyk wist waar zich het hol van „De Gier" bevond. Hy legde het briefje op de tafel, waar zijn assistent het onniiddellük moest vinden als hü thuis kwam, greep den stok, welken professor Watts onveranderlijk droeg, en volgde den inspecteur naar buiten. Booker zei niet veel, terwijl zü zich vbortrepton. Klaarblykelük piekerde hij nog over de flaters, die hü had begaan. Toch droog hü zyn nederlaag als een man en deelde hü Havik, precies zooals hy had gezegd, alles mede wat hy was te weten gekomen. De auto reed met buitengewone snelheid. Havik, die zelf uitstekend kon rijden, moest desondanks bewondering voelen voor den jongen politieman, die aan hel stuur zat. Nadat zy een zijstraat waren ingeslagen, reed de auto de Thirty-fifth street in on stopte toon plotseling voor een vervallen maar eens fraai huis, dat weleer de woonplaats moet zün geweest van een welgestelde familie. Hot stond er nu treurig en somber bü, alsof het peinsde, over zyn verloren grootheid. Achter een der beneden-ramen zagen zij een aankondiging, dat er dag- of weekkamers te huur waren tegen geringen prys. Op de onderste trede van de stoep stond een vuilnisemmer zonder deksel en de leuning langs de trappen, die naar de straatdeur voerden, was gebroken. Alles bij elkaar was het huis geen gelegenheid, die iemand, welke hooge eischen stelde, tot zün verblijf zon hebben gekozen. Booker sprong uit den auto, toen de chauffeur het portier opende. Havik volgde, wat langzamer, zooals paste bij de verschijning van den ouden professor Watts. De straat was verlaten; maar voor den ingang van de woning stond oen agent op post. „Tweede étage, aan den achterkant, mynheer," zei hy, als iemand, die op een tentoonstelling den weg wüst. „De detectives Grasper en Norton zün er reeds, mynheer."
Booker ging voor, do oude, versleten trap op. In de hal lag geen kleed, en het was er erg donker en somber. Ken stuk of zes pensiongasten stonden in verschillende slaapkamerdrachten buiten voor een gesloten deur aan don achterkant achter in het huis. Hun gezichten weerspiegelden de opwinding, waaraan zy ten prooi waren. Hooker duwde de deur open en trail binnen. De beide detectives, die zich in de kleine kamer bevonden, sprongen op on salueerden. „We hebben alles gelaten zooals we het hebben gevonden, inspecteur," rapporteerde een hunner. „Hel is beslist zelfmoord, maar omdat u zei alles zoo te laten als we hot vonden, hebbon we uw bevelen gehoorzaamd." Hooker liet een goedkeurend gemompel hooren en trok hel laken weg, dat over de roerlooze gedaante op hol bod lag uitgespreid. Hoe onbewogen hy uit hoofde van zijn beroep ook steeds bleef tegenover oen geval van dood tengevolge van geweld, nu ontsnapte hem toch een ondardrukle kroot. Het lichaam lag dwars over hel lud; het hoofd hing half naast het ledikant; het gelaat was vreeselyk verwrongen alsof de overledene den dood in het aangezicht had gestaard en er een ontzettende vrees voor had gekoesterd. In hel voorhoofd bevond zich een klein rond gaatje, waarvan de randen bruin geschroeid waren. De revolver, waarmede het schot was afgevuurd, lag op den grond, juist buiten hel bereik van de styve vingers, die er naar schenen te grijpen. Overal zaten bloedvlekken. „Volgens de hospita is hij hier pas gisterenochlend vroeg gekomen," vervolgde de detective, toen Booker zün onderzoek had beëindigd. „Er was iemand anders bü hem, die hoofdzakelijk het woord heeft gevoerd. De man, die nu dood is, leek half versuft en dood erg slaperig. De hospita zegt te gelooven, dat hij dronken was. Zo bracht hen naar deze kamer en liet hen toon achter, nadat do andere man een week huur vooruitbetaald had. Hü bleef tien of vyffien minuten — misschien oen half uur — en vertrok toen. Ze heeft geen enkel geluid van een schot of iets dergelijks gehoord — evenmin trouwens als een der andere bewoners — en dat lijkt wel erg zonderling, gezien het feit, dat er geen goluidsdemper op de revolver zit. Wij worden gewaarschuwd toen de man, die de kamer beneden hem" bewoont ik ben zijn naam vergeten maar ik heb hom genoteerd in myn boekje — iets hoorde druppelen door de zoldering. Hü stond op en stak hot licht aan, en toen hü zag wat hel was, schrok hij ontzettend. Hij waarschuwde de hospita en samen duwden zij do deur open toen zij op hun kloppen geen gehoor kregen." Hy wachtte even, lang genoeg om te wijzon naar oen jas, die over den rug van een stoel hing. „Er zitten brieven on andere papieren in de zakken van die jas, waaruit onomstootelijk blükt. dal het inderdaad Ware is," zei hij toon. „Bovendien heeft hij ook oen brief achtergelaten, zooals ik u trouwens reeds door do telefoon heb medegedeeld." Hij leidde Booker on Havik naar oen wankele tafel in een hoek van het vertrek. Er lag een vel papier op, on een vulpen er naast. De dop zat op don penhouder geschroefd, alsof do schrijver hem zoo had neergelegd na hem gebruikt te hebben. Terwijl de detective hot electris'chc lampje wat naar beneden trok — het hing aan oen schuifkoord - las Hooker, terwijl Havik over zijn schouder keek, wat er op het papier stond geschreven. „Aan wien het moge aangaan! Ik heb onlangs de waarheid vernomen — Evelyn, mijn pleegdochter, is de aanstichtster van een complot logen mijn leven. Zelfs nu, terwijl ik de waarheid weet, kan ik het nog nauwelijks gelooven, want ze is altijd zoo lief en onschuldig geweest — ach, zo was moor dan oen dochter voor mij. Maar ze heeft mij alles zelf bekend — ik heb het uit haar eigen mond vernomen. Zo heeft mij verteld, dat zij het was, die het plan heeft gemaakt mot dien duivel, die zich „De Gier" noemt, om Williard Avers, mijn half-broer, te dooden. Ik ben bijna krankzinnig van verdriet en verbazing. Ik .kan on wil haar niet meer ontmoeten. Ik bon van huis weggegaan. Sinds dat oogenblik heb ik rondgedoold en gedronken, probeerend myzelf Ie harden tegen de waarheid, en nu bon ik oen geestelijk wrak geworden. Ik kan hol niet langer uithouden. Liever den dood dan de wetenschap dal iemand, waar ik als van oen eigen dochter van heb gehouden, mij hoeft verraden. Waller Ware." Gedurende eenige oogenblikken was de atmosfeer gespannen van do slille. die er bleef heerschen. Toen wendde Booker zich tot Havik. (Wordt vervolgd) 13 -
LKC 3ZEN DE PRIJSWINNAARS LETTERGREEPRAADSEL
L
1
•1
M
A
€
£
K
S
'
£
D
M
0
0
R
f
P
1
A A
A
L
D
E
M
€
k.
4
R ^^ 0
D
A
D
k
T
£ i
0
R
£
£
M
k
4
€
L
£
K
ÉTÉ
L 4
€
R
D
0
P
€
E
€
R
k.
4
F
N
6
k
k
^
0
h
D
i
T
S T
R
£
A
A |
:: £
D
0
A
€
i
r
B
é
£
L
S
R
A
R
F—<
€
k. ^
£
M
A
k-J
L
B
B
0
T
]
L MfjaA
R
D
k, 4
A
1
U
2
D
10 K>
5
s
R
p
A
A
M
R
D
33
r
12 "
■r
W'
r ■-
■ H^
19 B??
i^
■1
39
14. 7. 8. 9. II. 14. 15. 16. 16. 20. 22. 23.
PT"
w
4S
11
HH
5Ö~
Horizontaal: het lachen opspringend vochtdeeltje voorzetsel ten laatste (afkorting) voertuig plaats in een schouwburg bijwoord en andere het vernemen van geluiden een pijp uithalen raeisjesnaam voorzetsel water of moeraspalm
klaar voorzetsel vracht ongeschonden Verticaal;
m/f* 19
OPLOSSING KAMRAADSEL
36
46, 47, 49, 50,
6
*
OPLOSSING INVULRAADSEL
OPLOSSING VAK-LOGOGRYPHE
Hfl11
-
1?
L
A
3
■ 20
k
o
R
■_
1
OPLOSSING KRUISWOORDRAADSEL
-ö. uitroep 27, muzieknoüt 29, dakpan voor de k nmp van daken 32, afkorting op brieven 33, ik 34, bergplaats 35, uitwerkin)! 38, verhooging in prijs 42, meisjesnaam 43, voedsel 44, pi. Buckinghamshire Hnjieland ' 45, oudste
28. 29, 30.
31, 32, 35, 36, 37, 39, 40, 41, 46, 48,
1. rij voorwerpen, die op elkander liggen 2. commandant (afkorting) 3. (in Sparta) de van hun vrijheid beroofde oorspronkelijke bewoners 4. water dat zich voortbeweegt 5. meervoud (Latijnsche afkorting) 6. roodachtige verfstof 10. muzieknoot 12, onderofficier (afkorting) 13, dicht, aardachtig gesteente 14, lengtemaat 15, behoudens vergissingen (Latijn) (afkorting) 17, persoonlijk voornaamwoord 18, duif met onbevederde pooten 19, kilometer (afkorting) 21. afkorting van een station te Rotterdam 24, korengewas 25, stuk doek sterk enkelvoudig geluid schaaldier met gelukwenschen (afkorting) dan nog per felicitatie (afkorting) nobel muzieknoot muzieknoot per order (afkorting) deel van een wagen graftombe muzieknoot familielid
£ f 6 f D M [_€_ M
f tl
P
M 0 M
1 B
M 6
pieterman garantie zesreneu bekronen
INVULRAADSEL
V R
T
M €
€ €
€
€ k *
T K
1 Z
M 1
bed brood kippen
appel ten geel
WOORDZOEKEN
thee schrijf
kleurig pot
EEN VOS VERLIEST WEL
ontbijt
doos
ZIJN HAREN. MAAR NIET
hand
taart
D f |n
veerman bede indoen
KEN GEGEVEN PAARD MOKT MRN NIET IN DEN BEK ZIEN , OPLOSSING FILMPU22LE
PAUL MUN1
OPLOSSING
ZIJN STREKEN
s
L
s s
T P
T
A.
s
T
K
€
5
P
k
m
€ ^ R € 1
T
€
li
M
1
K
wordt. De beginletters van de in het midden in te vul-
M
€
M
len woorden vormen, van
M
boven naar'onder gelezen, een werelddeel.
Öm fö
U
M
S
€
s* 1
—' 2
X
^
3
^4
N 5J
In de tusschenruimte moet een woord ingevuld worden, waardoor zoowel met het voorafgaande als met het volgende woord een nieuw begrip gevormd
R
R
N
KAMRAADSEL
- 14 -
Horizontaal; 1. zich gaarne bewegend Verticaal: 1. staande houden
2. 3. 4. 5.
verstand grondslag duldzaam een kruisend schip
Te gebruiken letters: b, d, d, e, e, e, e, e, e, e, e, e, e, e, g, h, i, 1, k, k, 1, 1, 1, m, n, n, r, r, r, s, s, t, il, w, w, ij, y, y, y.
EEN BEDRIEGERSPUZZLE Gezocht wordt een man, die onder de volgende namen zijn bestaan van bedrieger voert: 1, W, Heewloucher 2, I, Q. Rautcllas 3, I. Nuitelan 4, P. 1. Persch , 5, F, Froccci 6, H, Wandveer 7, S, Teer 8, S, A, Krammers 9, Y. M, Sluimer 10, U, Kragtuindcur 11, N. D. Staart 12, O, Reebier 13, I, Greizer Hij heeft de eigenaardigheid, dat hij de verschillende namen, waaronder hij ..opereert* , steeds zóó samenstelt, dat men, door de letters in andere volgorde te zetten, tevens het beroep verkrijgt, dat hij voorgeeft uit te oefenen. Bovendien vormen de eerste letters, van boven naar beneden gelezen, „het vak", dat hij werkelijk uitoefent.
Uit onderstaande 23 lettergrepen zijn woorden te vormen, waarvan de beginletter van elk woord, van boven naar beneden gelezen, den naam van een onderdirecteur van een gymnasium vormen. Beteekenis der woorden: 1. welwillendheid 2. verachtelijk 3. vogel
Horizontaal:
5. troepenafdeeling, die een vorst op straat omgeeft 6. samenkomsl ter verkrijging van raad 7. zonder beleid 8. onbezonnen 9. stroomend water Te gebruiken lettergrepen; eel — ee — o — on — tie — tjld — dig — tu — de — vier — nacht — rc — men — tact — wacht — ri — con — waar — uil — loos — suit — ri — ver.
vliezige buis -10 vrouw n. land bouw werktuig 12. verplaatisbarc woning van gespannen doek 13. honingwater 15. boom 16. een beslissing die van het toeval afhangt 18. fraai 19. plaats in Gelderland 20. meisjesnaam 21. telwoord 22. jongensnaam (afkorting) 23. deel van een schip 24. bijwoord 25. en dergelijke (afkorting) 26. en 35. en 46. eigenschap en naam van de afgebeelde filmster gezwollen jongensnaam gedeelte of vak van een dijk behoudens vergissingen (afkorting) (Latijn) 40, plaats in een schouwburg bijwoord bepaald landbouwwerktuig (mcerv.) Zijne Majesteit (afkorting) slim. q.
17. parfum 23. muzieknoot 26. muziekinstrument bij de Chineezen 27. laatstleden (aikorting) 28. voorzetsel 29. grappig 30. Zijne Excellentie (afkorting) (Fransch) 31. plant met houten stam 33. bruine vloeistof 34. bladzijde (afkorting) 36. rivier van Amersfoort naar de Zuiderzee 37. spoedig 39. tamelijk nauw 41. lengtemaat
mejuHrouw R. v. d. Wal, Vlissingen; den heer W, Raasveld, 's-Gravenhage; den Keer J. Sinjewel, Den Helder; den heer G. Batsleer, Rotterdam.; den heer H. Brugman, Umuiden. De troostprijzen werden verworven door:
4. tot het kerkgebruik behoorend
ONZE FILMPUZZLE - KRUISWOORDRAADSEL
I. lager onderwijs 3. dikwijls 7. groente
De hoofdprijzen konden deze week worden toegekend aan:
43. bijwoord 44. persoonlijk voornaamwoord Wij stellen een hoofdprijs van ƒ 2.50 en tien filmfoto's beschikbaar om te verdeelen onder de goede oplossers. Antwoorden in te zenden vóór 27 September aan Dr. Puzzelaar, Noordcinde 8, Leiden, Op enveloppe of briefkaart a.u.b. duidelijk vermelden: Filmpuzzle 27 September. Deze puzzle kan tegelijk met de andere ingezonden worden, doch liefst op een apart velletje papier.
mevrouw W. Wertwijn, Amsterdam; mevrouw Berkenbosch, Amsterdam; mevrouw J. A. Verhoeven, Rotterdam; mevrouw P. A, Leest, Rotterdam; mejuffrouw B, Bergema, Groningen; mejuffrouw A, Ansems. Roosendaal; mejuffrouw B. v. Tricht, Ede; den heer A. A. Vriezen, Roosendaal; den heer A, Kaak, Groenloo; den heer G, H. Gode, 's-Gravenhage; den heer O. IJ, van Bochove, 's-Gravenhage; den heer S. A. de Heij, Rotterdam; den heer D. Blok, 's-Gravenhage; den heer J. Elskamp, Boekei; den heer G. ter Averst, Amsterdam; den heer A. B. v. Niersen, Almen; den haer W. Ras, Amsterdam; den heer A'. J. A. Faber, Utrecht; den heer P. Weijdema, Amsterdam; den heer F. A. Visser, Enter. Den hoofdprijs van de filmpuzzle verwierf: de heer M. v. Duijvenvoorde, O.-Souburg. De troostprijzen vielen ten deel aan: mevrouw J. Peeters-Leurs, Venlo; mevrouw T. Bacon, Umuiden; mejuffrouw J. Jansen, Arnhem; mejuffrouw S. Alberts, Venlo; den heer P. J. Spek, 's-Gravenhage; den haer M. v. Waardenburg, Schiedam; den heer A. Teeuwen, Rumpen; den heer A. Beek, Scheveningen; den heer W. v, d. Ploeg, Rotterdanrx; den heer G. P, Standaar, Amsterdam,
ONZE PRIJZEN. Voor goede oplossingen van iedere puzzle, rebus, probleem, enzoovoort. stellen wij een prijs van ƒ 2.50 benevens vier troostprijzen beschikbaar. In totaal dus deze week 5 prijzen van ƒ 2.50 elk en 20 troostprijzen.
Verticaal: 1. niet vroeg 2. voorzetsel %. afkorting op recepten 5. ademhalen 6. iemand onzacht buiten de deur zetten 7. hert 8. naaste bloedverwanten van vaderszijde 10. uitstallen 14. paalwerk, dienende om het binnenkomen van vijandelijke schepen te beletten
DE OPLOSSINGEN op de in dit nummer voorkomende puzzles, enzoovoort, gelieve men vóór 27 Sept. in te zenden aan Dr. Puzzelaar, Noordeinde 8, Leiden. Op enveloppe of briefkaart vermelde men duidelijk: Oplossingen Zoek en Vind 27 Sept.
15 -
EUROPA HOE HET IN 1914 WAS. EN HOE HET ER THANS UITZIET
MOS KOU
LI ierbij brengen wij een kaart van ons 11 werelddeel, waarop men duidelijk kan zien hoe de grenzen der verschillende landen door den oorlog van 1914-1918 werden gewijzigd. De dikke, breede lijn geeft de grens aan van vóór 1914. Wanneer wij deze kaart nader bekijken, treft het ons allereerst natuurlijk, dat Duitschland en Rusland in 1914 een gemeenschappelijke grens hadden, en dat Polen toen nog niet bestond. Deze staat is dan ook na den oorlog ontstaan. Ook Estland, Letland en Litauen zijn staten, die pas na den wereldoorlog op de Europeesche kaart voorkomen. Daarvóór vormden zij een deel van het Russische grondgebied. Wanneer wij vervolgens den Balkan bezien, dan valt het in de eerste plaats op, dat twee landen daar zijn verdwenen sinds 1918, namelijk Montenegro en Servië. Deze beide landen bevinden zich op het oogenblik, met een deel van Hongarije, binnen het grondgebied van den Zuid-Slavischen staat (YoeqoSlavië). ' Verder treft ons op den Balkan, dat Roemenië aanzienlijk grooter is geworden sinds 1918, terwijl Bulgarije een strook in het Zuiden, aan de Egeische Zee, aan Griekenland heeft moeten afstaan. Ook Turkije heeft aan laatstgenoemd land een strook gebied moeten offeren. Duitschland heeft thans het gebied van het voormalige Oostenrijk binnen zijn grenzen, alsmede de beide provincies Bohemen en Moravië, die tot in het begin van dit jaar nog deel uitmaakten van den Tsjecho-Slowaakschen staat. Richten we den blik op Italië, dan zien we, dat van dit land de grenzen in het Noord-Oosten zijn uitgezet, terwijl, zooals men weet. het thans ook meester is in Albanië. Frankrijk kreeg in 1918 Elzas-Lotharingen weer teruq. dat het eerst na den oorlog van 1870-1871 aan Duitschland had moeten afstaan, terwijl België Eupen en Malmedy, de uiterste Oostelijke punt van dit land, er bij kreeg. In het Noorden van Europa was het ten slotte Denemarken, dat zijn grondgebied vergroot zag met de provincie SleeswijkHo's'.ein. De conclusie, waartoe men na het bekijken van deze kaart komt, is vanzelfsprekend deze. dat het vooral de grenzen in het Oosïen en Zuid-Oosten van Europa zijn, die het sterkst werden gewijzigd. Indien TJJ. die beweren met kennis van zakm Js spreken, gelijk hebben, dan zou de oor'og, welke thans begonnen is, andermaal de noodiqe qrenswijzingen in deze streken tot inzet hebben.
UMIE
-Vb -
— T7
m e
Mary Hale James GeoHrey Seymour ..,.: Larry Bryant ....... Cornelius Collier Jr. J<»«y , Judy Tyrrell ,., ..:,..,.,,. Pearl......5,.,:,. Harriet Inflalls . ..,
i
,. Jeanette MacDonald Lew Ayres .. |an Hunter :.. .. Frank Moroan ... Wally Vernon Rita Johnson Virginia Grey Katharine Alexander
Regie en Productie: Robert Z. Leonard. Metro Goldwyn Mayer-lllm.
■
Lew Ay res en Jeanette Mac Donald spelen de hoofdrollen In de film „Broadway Serenade".
Mary Hale en haar echtgenoot Jimmy Seymour vormen samen een zang- en pianoduo in een klein café in New York, dat nog geheel ingericht is naar den smaak der negentiger jaren. Maar Jimmy verliest telkens weer zijn baan, omdat hij zich opwindt over de beleedigingen, die het publiek zich tegenover Mary Hale veroorlooft. In zijn hart Is Jimmy echter een lijn-besnaard kunstenaar, die voor zijn composities dan ook een beurs krijgt voor Italië. Om aan reisgeld voor Mary te komen, zullen 'zij samen trachten, een nieuwe song te vérkoopen aan Cornelius Collier, een grooten revüe-próducer op Broadway. Op het bureau van Collier staat alles op stelten, omdat de revue-troep op het punt staat, een nieuwe première te lanceeren in Atlantic City. In die verwarring krijgen Mary en Jimmy geen kans om hun song behoorlijk te brengen, maar door toedoen van een rijken Engelschman, Larry Bcyant, den geldschieter van de show, die door Mary's schoonheid terstond getroffen wordt, kan Mary invallen voor de repetities van de prima-donna en krijgt als gevolg daarvan een bescheiden betrekking. Mary gaat dus alleen met de revue op reis en Jimmy poogt zijn brood te verdienen als pianist In een café, maar verliest «ijn baan al gauw, doordat hij opnieuw ruzie maakt met bi|zpekers. Mary's succes daarentegen groeit met den dag. Men beschouwt haar als een ontdekking van Bryant en de kranten zijn »r iris de kippen bij om nadere persoonlijke betrekkingert tusschern hen beiden te veronderstellen. Inderdaad wordt Mary veel met Bryant samen gezien. Als de revuetroep naar Nèw York terugkeert, komt Jimmy er temidden van de kostuumrepetities en interviews Haast niet aan te pas. Gebroken door zijn jaloersche liefde voor Mary besluit hij -wan hear'te scheiden.' ■-• '7 Jimmy's vrienden redden op het laatste oogenblik de manuscripten zijner composities, die Jimmy had willen verbranden en xij overtuigen hem, dat juist hét verdriet. Ontstaan door een groote, miskende liefde, hem de kracht zat geven tot groot, menschelijk diepgevoeld, werk. Met dit w^tt zal hij tot Mary kunnen teruggaan en haar bewijzen, dat zijn tegenslagen hem niét tot een mislukkeling maken. En inderdaad, de symphonische (antaste „Broadway-Serenade", die hij componeerde, wordt door Collier, gekocht op het oogenblik, dat de wereld het nieuws van hat huwelijk tusschen Mary en Larry Bryant zal vernemen. Bryant echter ziet thans, hoé Jimmy tot in het diepst van zijn hart van Mary houdt en hoe ook. Mary's liefde, ondanks de teleurstelling, nimmer geheel vernietigd Is en hij vertrekt alleen naar Europa. Na de première, dié Mary's roem nog meer vergroot en Jimmy's naam vestigt, hervinden deze twee menschen, die al het lief en leed van Broadway gekend hebben, elkander voor goed.
In 'n klein warenhuls, waar xij Kerstboomversieringen koopen, worden Corneliui Collier, de groote producer, en dé zangerit Mary Hal« door 't publiek herkend.
Eon
toespraak
gedurende hét souper na de première.
ZE HAD Hel \v;)s echt iels voor mijn vrouw, ('.oedharlifi — véél te «oeilharti«. Dat is werkelijk een gebrek van haar. Ze zon «ernst lederen dug sixpence in den hoed van een bedelaar werpen, zonder er hij Ie denken, dat die hoed er nog veel beier nilza« dan die van haar eigen man! Ze heelt nooit zelf zorgen gehaö en daarom mowl zij haar lyd doorbrengen mei Ie zoeken naar de zorgen, die anderen hebben, en die Ie verliebten. « Niet dat zij bemoeiziek is —- dal moet u niet denken! Indien n ons ooit eens kvvam opzoeken in ons op zichzelf slaand buisje Ie Mill Park, dan zoudt n zien, dal er de hoogste be-i staal van heel de omgeving. Wij blijven op onszelf, en dat bewijst die lie«, vooral omdat ze ons ieder jaar heel wal aan onderhoud kost. Maar omdat Kt hel een vrouw is, daarom is ze niel zoo heel erg standvastig en wijkt ze af en toe wel eens van den goeden weg af. Kn dal is de reden, dal wij met Mrs. Perry begonnen. We waren met vacanlie, in South Devon. Hel was een aardig hotelletje, waar we logeerden. Warm en kond stroomend water en lederen avond om halfachl een diner van vier gangen — smakelijk en goed. Afzonderlijke tafeltjes, wat ik altijd prettig vind, omdat mijn valsebe gebit niet meer zoo vast zit. Maar ik had heelemaal geen erg in Mrs. Perry. Dal is, geloof ik, tot op zekere boogie Ie begrijpen, omdat zij niet jonger was dan mijn eigen vrouw en als een man mijn leeftijd heeft bereikt, wel, dan is het niet meer dan natuurlijk, dal als hij nog eens om zich heen kijkt, het meestal de jongere meisjes zijn, waar zijn blik óp valt. Omdat die nu eenmaal zijn aandacht trekken door hun luidruchtigheid, begrijpt u. ..Ik heb toch zoo'n medelijden met haar," zei mijn vrouw op een avond, toen wij ons Ier ruste begaven, „Medelijden? Met wie?" vroeg ik verbaasd. „Met die Mrs. Perry, die aan het tafeltje naast hel onze zit. Ze ziel er zoo eenzaam en treurig uil! Ik geloof zeker, dat ze pas weduwe is en dat ze nog nooit alleen is uitgeweest." Ik begreep nalmirlijk direct, dal Et bel weer een van haar medelijdende buien had, en ik kom er eerlijk voor uil, dat ik hel daar niet erg op begrepen heb. Ik bedoel, dal we met vacanlie waren en dat er voor alles een tijd en een plaats is, „Het is haar eigen schuld — ze had niet naar een hotel moeten komen als dit, waar zooveel jonge menschen zijn," zei ik, trach lend haar stemming zoo vroeg mogelijk te temperen. ../Ce is niel ouder dan wij...," „Ja, maar wi;^verkeeren in een ander geval," zei ik gauw. „Wij hoeven geen ander gezelschap te zoeken." „Misschien zouden wij dat ook wel moeten doen. als een van ons beiden werd weggenomen, zoodat er slechts één van ons overbleef." beweerde mijn vrouw. „Jij denkt Ie veel aan jezelf, Henry! Dat is een fout van je. Stel je nu eens voor, dat ik morgen «erd overreden of zooiels...."
EEN
CO fU L E E T
VERNAAI D OOR
„Ik denk er niel aan, me zooiets voor Ie stellen," antwoordde ik beslist. „Waarom zou ik me dergelijke narigheid, zij het ook in gedachten, op mijn hals halen?" Maar Kthel was niet in de stemming om zich Ie laten afleiden. „Ze had onder het diner telkens tranen in haar oogen," zei ze. „En waarom? Omdat er niemand is, die eenige notitie van baar neemt. Omdat haar man altijd voor haar heeft gezorgd, en ze zich nu, zonder hem, verloren voelt, de arme ziel." „Ja, maar luister nu eens, Ethel," zei ik, „We zijn hier voor onze vacantie, om afleiding en verstrooiing te zoeken — om wat rust te hebben ..." „Juist — en wanneer zouden we ooit een betere gelegenheid hebben om goed te zijn voor iemand, die het minder heeft dan wij? Als jij er eens niel meer was, en je kon er nog over denken, dan zou je het toch óók prettig vinden als een jong echtpaar hetzelfde voor mij deed?" Mijn vrouw moet hel altijd hebben over „Als ik of jij er eens niet meer bent...." Ik denk, dat ze dat van haar vader heeft, die begrafenisondernemer was.... „Wal deed?" vroeg ik. „Non, bijvoorbeeld vragen of ze een dagje met ons mee uitgaat." Ik begreep, dal hel geen zin had om langer tegen mijn vrouw in Ie gaan. Als ze eenmaal een idee In haar hoofd heeft gezel, dan is hel maar tijdverspilling te probeeren. hel er uit te krijgen. „Goed, Ethel," zei ik. „Wc hebben nog tien dagen.... één dag er van zal het wel regenen, zoodat...." „Ik zal Mrs. Perry vragen of zy zin heeft morgen den geheelen dag met ons uit te gaan. Eén dag zal hel wel regenen.... Ik schaam me werkelijk over je, Henry! Jij zon in staat zijn om een valsch geldstuk in den hoed van een blinde te gooien. . . ." „Nou. zooals je wilt, liefste," zei ik, want ik had slaap. Ik geef trouwens altijd toe. Ik ben geen een en dertig jaar getrouwd zonder iets geleerd te hebben. En zoo kwam het, dat mijn vrouw den volgenden ochtend bij het ontbijt naar het tafeltje van Mrs. Perry ging en haar het voorstel deed met ons uit te gaan, en toen zij terugkwam bij mij, had zij tranen in haar oogen, om de manier waarop Mrs. Pens haar aanbod had aangenomen. „Het was net alsof dit de eerste keer was in haar heele leven, dat er iemand vriendelijk tegen haar was," zei ze. „Ze betaalt haar eigen portie toch zeker?" vroeg ik zenuwachtig, omdat ik mij nog andere invitaties herinnerde, die gretig waren aangenomen. „Natuurlijk," viel mijn vrouw uil, „Ik geloof, dat zij het ook best kan doen. omdat zü haast den heelen zomer in hotels woont." „Menschen, die het hébben, hoeven altijd nog niet scheutig te zijn," merkte ik op. „Je had het haar beter ronduit kunnen zeggen." „We zullen een toer gaan maken rtiet een autobus," zei mijn vrouw. „Dan weet ze, zonder dat zij het hoeft te vragen of wij hel hebben te zeggen, hoeveel het kost. Haar vertering zal ze natuurlijk wel direct zelf betalen,"
— 20 -
Zoo geschiedde het, dat ik Mrs, Perry na hel ontbijt vroeg waar zy al zoo was geweest en waar niét, opdat wij een tocht konden maken, die voor ons alle drie nog nieuw was. „O, maar ik ben nérgens geweest," zei ze, „Devon is heelemaal nieuw voor mij. U moei weten, dat ik ergens heen wilde gaan waar ik nog nooit met met Wilfred was geweest.... Alle andere plaatsen zouden te veel herinneringen voor mn hebben gehad...," Ik deed eeAige voorstellen, maar Mrs. Perry was een van die menschen, die bij een conversatie gehandicapt moesten worden. Men kon haar gerust honderd woorden vóór geven, en dan kwam zij nóg het eerste aan.... „Hü was zoo verschrikkelijk lief. U moet weten, dat ik zes maanden nadat hy was overleden, nog dikwijls dacht, dat ik zonder hem niet verder zou kunnen leven. En toch is zijn dood heelemaal niet onverwachts gekomen — een jaar lang heb ik geweten, dat zijn dagen geteld waren. Maar het was niettemin een ontzettende schok. Ik kón het niet gelooven — zelfs niet eens toen hy reeds begraven was. Ik wandelde nog door Golders Green alsof hij naast me liep " „Misschien vindt u het interessant om den tocht naar de kathedraal te maken?" viel ik haar in de rede, trachtend op zoo tactvol mogelijke wijze tot een besluit te komen met betrekking tot ons uitstapje. „Ja, dat zal zeer interessant zijn," zuchtte ze. „Ik geloof, dat u erg tactvol bent. Ik zou namelijk onmogelijk langs velden of door bosschen kunnen rijden zonder er steeds aan te moeten denken hoeveel hy daarvan hield. Het zou me werkelijk tè pijnlijk zijn.... Golders Green was nooit erg naar zijn zin; hy hield veel meer van een landelijke omgeving, de arme. Maar ik moest en zou er blyven wonen — ik kon al mijn vrienden niet missen. Erg egoïstisch van my.... maar dat begrijpen we nooit vóór dat het te laat is." Ik nam de vlucht terwijl zij bezig was haar oogen Ie betten met haar zakdoek. En ik kom er eerlijk voor uit, dat ik mijn bezoek aan het bureau van de maatschappij, die de trips in de buurt organiseerde, zoo lang mogelijk rekte en dat ik toen héél erg op mijn gemak naar het hotel terugkeerde. Waarmee ik slechts wil zeggen, dat het mijn vrouw was, die haar medelijden ' zoo ver dreef, dat ze Mrs. Perry mee wilde nemen en dat ik me van haar gezelschap niet veel voorstelde. Mrs, Perry huilde nog toen ik terug kwam. Ze was een lange afstandsloopster ziet u — geen sprinter of vlugge starter, „l' weel niet, wat het voor my beteekent lieve." zei ze tegen mijn vrouw, „om in slaat te zijn je hart eens tegenover je medemenschen te kunnen uitstorten! U bent zoo vriendelijk, zoo goed. Maar u moet het mij beslist zeggen als ik te veel misbruik maak van uw goedheid. U bent ten slotte op vacantie u hebt geen zorgen, niets waarover u 's nachts moet liggen piekeren. Waarom zoudt u uw stemming laten bederven door u het lot aan te trekken van hen, die minder gelukkig zyn dan u?"
„Nou, daar zou ik nu maar niet meer Enfin — we hoorden zijn naam niet meer Denkt u, dat mijn vrouw zich dit voor aan denken," merkte ik op. gezegd hield? Denkt u, dat zij gebruik tot we buiten kwamen. „Ik ben nooit jaloersch geweest," zei ze. Toen begon zy weer. maakte van de eenige kans, die Mrs. Perry „Zelfs mijn ergste vijandinnen zouden dat „O," riep zij uit, „weet u wel, dat ik zóó ons misschien van plan was te geven? O niet van mij kunnen zeggen! Ik wist toch, sterk heb gedacht, dat hy buiten zou zijn, neen! Ze was nu eenmaal in de stemming dal ik de eerste plaats in Wilfreds hart indat ik bijna verwachtte hem daar te zullen om goed te doen, en niets ter wereld zou nam. Het meisje, dat naast ons woonde, zien wachten? Het is werkelijk een schok, haar daarvan kunnen afhouden. hield erg veel van hem, en hij wandelde dat hij er niet is." „Als ik Henry zou hebben verloren, zoovaak met haar mee, maar zoodra ik kwam, Gelukkig begon zelfs mijn vrouw het nu als u Wilfred hebt verloren," zei ze tegen had hy voor niemand anders meer oogen," toch wel een beetje te erg te vinden. Mrs, Perry, „dan zou ik óók eens graag Enfin, zoó ging het steeds voort. Steeds „Werkelijk, Mrs. Perry." zei ze, „u moet met iemand over mijn leed willen praten. maar voort.... het nu eens even uit uw gedachten zetten, Geneer u dus niet, maar stort uw hart geOok mijn vrouw voelde, dat er een soort ü zult er anders nooit overheen komen." rust uit, Mrs. Perry!" gespannen verhouding in het gezelschap „En wij ook niet," mompelde ik, , Ik keek mijn vrouw aan en zij keek my was ontslaan toen onze bus terugkeerde. Mrs. Perry schudde haar hoofd. aan alsof ik 'k weet niet wat had gedaan, „Het is gelukkig bijna afgeloopen," zei „Ja, maar u hebt hem niet gekend," en toen zei Mrs. Perry: „Ik voel me reeds ik legen haar, toen we ons voor het diner zuchtte ze. „Als u hem wel hadt gekend, een heel ander mensch. De wereld is tegenverkleedden. zoudt u het ook begrijpen. Hij was zoo lief woordig zoo hard en onverschillig voor de „Je hebt gelijk. Henry," antwoordde ze, en zoo knap.... zelfs nog op hel laatst, moeilijkheden van anderen, dat het werke„ik erken, dal ze er wal te veel over praal. toen hij wat te dik begon te worden, keken lijk een verademing is, menschen te leeren We zullen ons de rest van onze vacanlie alle vrouwen- van Golders Green nog naar kennen, die wérkelijk goed voor anderen maar niet meer zoo veel met baar inlaten." hem om . , . ." zyn." „De bus naar de kathedraal wacht niet op ons, of we goed of niet goed voor anderen zyn," merkte ik op. „Over vyf minuten moeten we vertrekken." Mrs. Perry sprong op en fladderde rond als een kanarie. '."iV" „O, ik zal er natuurlijk voor zorgen, dat ....^ u op mij niet hoeft te wachten! Dat was zoo lief van dien armen Wilfred — hij leerde mij om steeds precies op tijd te zijn — hy was zelf ook altijd zoo stipt. Precies op de minuut af was zyn leven ingedeeld." De vijf minuten, die nu volgden, waren de eenige, die wij op dien dag van Mrs. Perry verlost waren, „Je hebt ons wal moois op den hals gehaald," zei ik tegen mijn vrouw. „We hebben nog tien dagen — en dan zit onze vacantie er al weer op tol het volgende jaar. En je zult zien, dal ze als een kleefpleister aan ons blijft plakken." Er was niets wal wij op onzen tocht zagen, wal haar niet aan „dien armen Wilfred" deed denken — zelfs de keurige, gemakkelijke autobus niel. „Wilfred heeft nooit legen auto's of bussen gekund," vertelde ze. „Hij kreeg het er van op zijn maag. Daarom moesten we altijd per trein of te voet gaan." Langs iedere weide en langs ieder groepje boomen was hel alsof Mrs. Perry's hart zou breken, omdal,,,de arme Wilfred" er niel was om er van te genieten. We passeerden een paar beekjes en ze verleide de heele bus hoe dól Wilfred op zwemmen was geweest. „Winter of zomer, hij hunkerde om zoo te zeggen altijd om in het \v;tler te springen!" Het was alleen in de kathedraal, dat wij de kans kregen eenige rusl van Mrs. Perry te nemen. . .. „Hier kan ik nu eindelijk de overtuiging hebben, dal hij niel bij me zou zijn geweest," zuchtte Mrs, Perry. „Dal was de eenige keer van de heele week, dal wij niet bij elkaar waren — als ik naar de kerk ging. Hij zou veel liever hebben gehad, dat ik thuis bleef. ... ik kon het altijd zien aan zyn oogen, maar. ..." „Welnu, daar hij nu toch niel bij u zou zijn geweest, waarom moet u dan nu nog aan hem denken? Geniet van de prachtige architectuur — denk, dat hij builen op u wacht," zei ik. Ik merkte, dal al onze mede-tochtgenoolen een beetje genoeg van Mrs. Perry en haar „armen Wilfred" begonnen te krijgen. „Ja," zei ze opgetogen, „ja, dat kan ik ZOMERAVOND denken, nietwaar?" ■
- 21 -
...lij en je bevliegingen van medelijtien . . . ." zei ik. Miiar toen wij in de eetzaal kwamen, was er voor drie personen gedekt. „Wij.' is de derde?" vroeg ik aan de keilnerin. „Mrs. Perry! Ze heeft m« gevraagd het zoo Ie willen schikken, omdat ze zoo'n prettigen dag met u heeft doorgebracht, mynheer." ' „Verander het dan gauw voordat ze. . . ." Maar het was reeds te laat. Mrs. Perry trok haar stoel reeds onder het tafeltje uit voordat de keilnerin iets kon beginnen. „Een volmaakt slot voor een volmaakten dag," zuchtte ze. „Het is zoo heerlijk in het gezelschap te zyn van menschen, van wie je weet, dat ze je begrijpen. — Ah, kip vanavond! Wilfred was altijd zóó dol op kip! Het was het laatste, wat hü heeft gegeten — een paar stukjes van een zacht gebraden kippctje. Ik heb ze zelf in zyn mond gestopt — een voor een. Hy wilde niets anders hebben en toen ik hem had verleid mei die paar stukjes kip, dacht ik, dat hy er misschien nog bovenop zou komen, maar helaas, een paar uur later was hij heel ernstig ziek. Het mechanisme van zijn lichaam was kapot en het kon onmogelijk meer gemaakt w-orden." Enfit), het was Wilfred bij de kip, en Wilfred bij het fruit en bij de kaas en bij de koffie. Maar dat was nog het ergste niet. „En nu moet u het goedvinden, dat ik u voor morgen inviteer," zei ze plotseling. . „Maar werkelijk, Mrs. Perry," zei mijn vrouw. „Neen, u moet niet denken, dat ik niet dankbaar ben," vervolgde zij. „Ik wil niet dat u weigert! L' hebt medelijden gehad ml't een arme, eenzame vrouw, en i] moet mij iels laten terugdoen." „Maar wij. ..." .,lk sta er werkelijk op! Het is werkelijk heel erg lief van u, nel te doen alsof het niets bctcekende van vandaag, maar dat is niet zoo - - het was ongeloofelijk vriendelijk van u en u moèl mij in de gelegenheid stellen u mijn dankbaarheid te toonen! Met de kosten van de bus en de thee moet ik u minstens acht shillings hebben gekost vandaag! Daar moet ik mij voor revancheeren...." Mijn vrouw en ik keken elkaar aan als ratten in een val. „U kiest met uw beiden den tocht uit, en ik zal met uw man afrekenen als hij zoo vriendelijk wil zijn de kaartjes voor mij te halen." Wc kozen den duursten tocht, die er was — heelemaal door Devon — maar ze vertrok geen spier! „Eenig," zei ze. „Daar Wilfred niet tegen auto's kon, heb ik vroeger nooit eens lange tochten kunnen makeii."
We besloten, dat het den volgenden dag voor het laatst zou zijti. Maar ze was handig, die vrouw! Aan het eind van den dag maakte ze geen aanstalten om af te rekenen. Ze was ons zeven en twintig shillings en vier pence schuldig, en ze vroeg waarom ze niet aan het eind van de week zou afrekenen, omdat we stellig nog wel eens méér met zijn drieën zouden uitgaan.... En den volgenden ochtend was zij er al weer: ze zat aan onze ontbijttafel en had op ons gewacht, alvorens met haar ontbijt te beginnen. „Ik ben zoo gewend om vroeg op te staan," zei ze. „Wilfred werd altijd om zeven uur wakker, zomer en winter." Ze liet ons dien heelen dag niet meer alleen. De eenige kans, die ik had om haar te ontvluchten, was als ik in zee ging. Ik ben niet zoo dol op baden, maar er waS geen andere mogelijkheid om aan haar stem te ontkomen. Later datht ik, dat we haar misschien konden kwijtraken als we een herberg binnengingen waar we langs wandelden. Maar ik rekende buiten den waard! Ze ging met ons mee en dronk in een paar minuten tijd een paar glaasjes bier. „Eenig, zoo'n herbergje," zei ze. „Als vrouw alleen kun je zooiets niet doen, en toch vind ik het zoo gezellig. Wilfred heeft eens verschrikkelijk gevochten in een herberg, en daarom zijn we er in geen jaren meer een in gegaan. Het was héél erg. Maar hy kon er niets aan doen. Hy schaamde zich later wel, maar werkelijk, hij verdedigde zich alleen maar. Hy was absoluut niet bang. Een politieagent moest tusschenbeiden komen, en ik ben flauwgevallen. O, ik zal het nooit vergeten. Toch was ik later trotsch op hem!" Nou — met dat wandelen met dat aardige meisje van naastaan, en met dat vech-
ten in een herberg begon ik me toch af te vragen of Wilfred wel de moeite waard was geweest om er zóó'n ophef over te maken. Ik bedoel, dat een man toch in ieder geval manieren moet hebben en dat hy niet in een herberg moet. gaan vechten, waar zijn vrouw by is! Intusschen kon ik alles maar „voorschieten"! Alles kwam uit mijn zak. „Vergeet vooral niet, het allemaal op te schrijven," zei ze om de paar uur. „Ik wil niet het idee hebben, dat ik mijn deel niet betaal, ziet u. Ik zou me nooit gelukkig kunnen voelen als ik met u meeging en ik moest denken, dat ik u behalve last ook nog kosten bezorgde." Den volgenden dag was het weer hetzelfde. Twee keer trachtten wy haar te ontvluchten, maar beide keeren was zij ons nét te vlug af. „Hier ben ik — wat zullen we nu vandaag gaan doen?" vroeg zy. Het was afschuwelijk. Het leek wel alsof we onder bewaking stonden in plaats, dat we op vacantie waren. Het was een veel ergere vacantie dan dien keer, toen we in Zwitserland waren en het vier en twintig uur per dag regende, veertien dagen achtereen. Op den vyfden dag zag myn vrouw er uit als iemand, die uit een krankzinnigengesticht is ontvlucht; ik was tien pond afgevallen, en Mrs. Perry was ons twee pond en twaalf shilling schuldig. „Ik geloof beslist, dat zy niet wil afrekenen," zei Jk den volgenden dag tegen myn vrouw. „Ze doet slechts alsof ze zoo eenzaam is, alleen met de bedoeling arme vacantiegangers zooals wy, - te kunnen plunderen." Maar dat wilde myn vrouw niet gelooven. Mrs. Perry was eerlijk en te goeder trouw. Daar was zij van overtuigd! „Dat zal ik gelooven als ik haar geld in
myn hand voel," zei ik. „Aan het einde van de week zou ze afrekenen, heeft ze gezegd, en nu is het het eind van de week, maar ze vraagt me nog altijd alleen maar om alles toch op te schryven!" Den zesden dag slaagden wy er werkelijk in, haar te vlug af te zijn. Het baatte ons echter niet veel, omdat we een paar fiksche regenbuien kregen, zoodat we des middags doornat waren terwijl we toch verplicht wareri het hotel te myden, daar ze zich anders weer aan ons zou hebben vastgeklampt. We keerden kletsnat terug en zoo ontmoedigd alsof het een prachtige dag, en zy by ons was geweest! Tot onze opluchting zagen wy haar nergens toen we thuiskwamen. „Zelfs al is ze vertrokken zonder my te hebben betaald wat ze ons schuldig is, dan nóg zal ik het een koopje vinden, liefste," zei ik tegen myn vrouw. „We hebben in ieder geval nog vyf vacantiedagen over." • Mrs. Perry verscheen ook niet aan het diner. „Is Mrs. Perry vertrokken?" vroeg mijn vrouw zachtjes aan de keilnerin. „O neen — ze blyft minstens tot het einde van de week. Ze voelt zich niet goed, en houdt haar kamer. Vanmiddag heeft ze een soort flauwte gehad." Nu, er is één ding wat al héél sterk op myn vrouw inwerkt, en dat is, wanneer iemand anders ziek is. Zoodra ik hoorde wat de keilnerin z^i, begreep ik, wat ,er zou gaan gebeuren. Ze zou zich het lot van Mrs. Perry met vernieuwde hevigheid gaan aantrekken. Nog eer we aan het dessert toe waren, kwam er een boodschap van Mrs. Perry om te vragen of mijn vrouw alsjeblieft zoo spoedig mogelijk by haar wilde komen. Mijn vrouw ging! Een half uur later kwam zy terug mét Mrs. Perry,
„Je bent zoo lief voor me geweest! Ik kon er werkelijk niet tegen, nu weer heelemaal alleen te zyn. Ik denk, dat ik een soort hartaanval heb gehad. Ik werd zoo wanhopig na de lunch. Niemand zei een woord tegen my — niemand nam eenige notitie van my — het was verschrikkelijk! Ik dacht aldoor maar aan Wilfred — hoe heel anders myn leven zou geweest zyn als ik hem niet had verloren...." Enfin, myn vrouw had weer te doen met Mrs. Perry. Ik zag het direct. Ik was dus de eenige, die onze vesting zou kunnen verdedigen. „Maar luistert u eens, Mrs. Perry," zei ik, „we zyn met vacantie en...." „Ja, ik wéét het. Ik vind het werkelijk buitengewoon mooi van u — de manier, waarop u zich myn lot heeft aangetrokken en me in uw vreugde hebt laten deelen! Wanneer ik in uw gezelschap ben, voel ik me byna heelemaal weer mezelf. Ik ben zoo bly, dat u tot het einde van de week blijft — toen u zich mijn lot voor den eersten keer aantrok, was ik vreeselyk bang, dat u al weer gauw zou weggaan!" „Maar wy zyn " „Neen, u moet niet doen alsof het niets beteekent. Want dat is niét waar. U hebt héél veel voor my gedaan. Ik zal het nooit vergeten — ik zal altyd aan u beiden blijven denken!" Er gleden een paar tranen langs haar wangen en — wel, wat kon ik doen? Wat anders dan den hemel danken, dat we nog slechts vyf dagen vacantie hadden? Als we het hotel niet tot aan het eind van onze vacantie besproken hadden, zou ik zeker zyn weggegaan. „We moeten er ons maar zoo goed mogelijk doorheenslaan," zei mijn vrouw dien avond, na een treurigen dag. „Je kunt in ieder geval wél zien, dat ze het eerlyk meent. Ze heeft werkelijk een gebroken hart, en we zouden het onszelf nooit ver-
VERWACHT:
BROADWAY SERENADE met
JEANETTE MACDONALD LEW AYRES het epos van'swerelds grootste amusementswijkl EEN METRO-GOLDWYN-MAYER TOPPRESTATIE
De spoorwegtentoonstelling. - Een overzicht van het terrein van het voormalige Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam, waar de tentoonstelling „De Trein 1839-1939" wordt gehouden, die zich begrijpelijk in een groote belangstelling mag verheugen.
— 22
De spoorwegtentoonstelling. - Het treintje, waarmee men een rit over het tentoonstellingsterrein kan maken, een model van den eersten trein die er in ons land reed, heelt nooit over gebrek aan passagiers te klagen.
— 23 -
geven als we het nog erger voor haar maakten!" Nog vyf dagen. Wilfred! Wilfred! Wilfred! Schrijf het allemaal op en vergeet vooral niets! Vijf lange, saaie, vervelende dagen.... Met een vroolyke zon hoog aan den helderen hemel! En toen kreeg Mrs. Perry eindelijk een telegram. „Ik moet vanavond naar Londen," zei ze. „Myn man ligt op sterven," « Myn vrouw en ik zetten groote oogen op! „Uw wät?" „Mijn man! Ja, u moet weten, dat we de laatste jaren niet bij elkaar gewoond hebben. Het was een verschrikkelijke man. Drinken en uitgaan.... ü, ik heb een afschuwelijk leven bij hem gehad. Maar de financieele kwestie was zoo moeilyk, weet u. Nu hij op sterven ligt, zal hij zijn verantwoordelijkheid ten opzichte van mij echter moeten begrijpen...." „Maar Wilfred.... was Wilfred dan niet...." „Wilfred haatte hem! Hij heeft hem maar één keer gezien, en heeft hem toen direct in zijn been gebeten. Maar ik moet voortmaken — ik geloof, dat er om negen uur een trein gaat. Als mijn man geen financieele voorzieningen voor mij treft, kom ik in een uiterst moeilijk parket te verkeeren. Dat begrijpt u wel, nietwaar?" Toen zy wegging, gaf zij my een envelop. „Om myn kleine schulden te vereffenen," zei ze. „En een klein cadeautje, dat ik u morgen had willen geven om u te toonen hoe dankbaar ik ben." Ik was perplex. In kon de envelop niet eer openmaken, voordat zij in haar taxi zat en om den hoek van de straat was verdwenen. Er zat een biljet van tien shilling in — en een foto van een dikken Pekingees met één oog....
f**\ steken van den rand over een breedte van 3 steken telkens 1 knoopsgat ingewerkt. Aan het begin van den 427en, 429en, 431en en 433en toer kanten wy voor de schouderafschuining telkens 7 steken af. De overgebleven steken worden in één lyn afgekant. Linkerhelft: wy zetten aan de zijde van de splitsing 6 niéuwe steken op en breien dan op dezelfde wijze als de rechterhelft, echter in tegenovergestelde richting; de knoopsgaten vervallen.
BEGIN ER NU AAN I TT et lykt U misschien wal voorbarig om mi al Ie beginnen aan een gebreide japon, en dan nog wel met lange mouwen! Maar l' weet natuurlijk ook, dat zoo'n japonnetje maar niet ecn-lwee-drie klaar is. Daarom is het wel degelijk aan te raden, om, als l' in het najaar en den winter pleizier wilt hebben van een lekker warme, wollen japon, er nu reeds aan te beginnen. Bovendien is dit model zoo eenvoudig en het patroontje zoo weinig ingewikkeld, dat ook minder geroutineerde breisters er niet voor behoeven terug te schrikken! Met een aardige sjaal, die in kleur contrasteert, kunt l' het japonnetje levens weer een geheel ander aspect geven. Materiaal: ongeveer óóü gram lichte sportwol, 2 lange breinaalden Nr. 2J/2. 1 haakpen Nr. 3, 3 knoopjes, I donkere gesp. Afmetingen: geheele lengte: 108 cm, onderste rok wijdte: 112 cm, bovenwijdte: 92 cm, binnennionw: 43 cm. 25 steken zijn 10 cm breed en 40 toeren zijn 10 cm hoog. Voorpand. Wij beginnen aan den onderrand en zetten 140 steken op. Ie loer: 1 recht, 1 averecht, vanaf x herhalen. 2e loer: de in den vorigen toer recht gebreide steken worden nu averecht gebreid en omgekeerd. 3e loer: (nu verspringt hel patroontje) x 1 averechl, 1 recht, vanaf x herhalen. 4e (oer: de in den vorigen toer recht gebreide steken worden nn averecht gebreid en omgekeerd. Uu—ten loer steeds herhalen. W'ij breien steeds over dezelfde breedte lot den I68en toer. Vanaf den 169en tot den 283en toer minderen wij om de 6 loeren aan weerskanten telkens 1 steek. By den 288en toer zijn wij bij de taille gekomen. Vanaf den 300en lot den 342en toer meerderen wij om de 6 toeren aan weerskanten telkens I steek. Voor de armsgaten kanten wij vanaf den 3r)3en lot den 362en loer aan het begin van eiken toer telkens 3 steken af. Voor de balsuilsnijding kanten wij bij den 4ü5en
toer de middelste 20 steken in een lijn af en breien daarna de schouders afzonderlijk.
DE KAT EN DE KANARIE.
Bechterschouder: aan de halszijde minderen wy om de 2 toeren telkens 1 steek, totdat wy nog 28 steken overhouden. Voor de schouderaf schuining kanten wij aan den armsgatkant by den 427en, 429en, 431 en en 433en toer telkens 7 steken af. Linkerschouder: op dezelfde wijze tegenovergestelde richting breien. Achter pand. Dit wordt tot den 404en toer op dezelfde wijze gebreid als het voorpand. Daarna wordt het werk voor de halssplitsing in 2 helften verdeeld. Boven 40 steken breien wij de rechterhelft. By den 414en, 422en en 430en toer wordt aan de zyde van de halssplitsing op een afstand van 2 RUG 11
«rrtiii
VOORPAND 6 11 6 6
Mouw. Wy beginnen aan den onderrand en zetten óó steken op. Hierboven breien wy een boordje van 20 toeren in ribbelpatroon: afwisselend 2 recht, 2 averecht. Vanaf den 21 en toer breien wy in het grondpatroon. Vanaf den 30en tot den 162en toer om de 6 toeren aan weerskanten tel kens 1 steek meerderen. Voor den kop van de mouw kanten wy vanaf den 173en tot den 178en loer aan hel begin van eiken toer 2 steken af. Vanaf den 221 en tol den 244en toer aan weerskanten van eiken toer I steek minderen. De overige steken worden in één lijn afgekant! Znkjes. Wy zetten 28 steken op en breien in het grondpatroon 42 toeren. Dan afkanten. Ceintuur. Wy zetten 12 steken op en breien in heen- en teruggaande rechte toeren tol een lengte van ongeveer 80 cm bereikt is. Dan minderen wij by eiken toer aan weerskanten telkens 1 steek totdat alle steken opgebruikt zijn. De deelen worden onder een vochtigen doek gestreken en daarna in elkaar gezet. De onderrand en de halsuitsnijding en halssplitsing worden met een toer vasten Omgehaakt. Ten slotte worden met een dubbelen werkdraad zigzag-lynen op zakjes, rok en rondom den hals geborduurd.
Een kat en een kanarie zijn gewoonlijk geen erg goede vrienden, maar er is eens een kat en een kanarie geweest, die samen waren grootgebracht en die de beste vrienden waren, die men zich kan voorstellen! De kanarie werd vaak uit zijn kooi gelaten; het dier sprong dan vry rond over den grond, terwijl de kat het nieuwsgierig nakeek. Soms kwam hel naar de kat toe, sprong op haar rug en begon daar op en neer te loopen, hetgeen de kat hcelemaal niet erg scheen te vinden. Zoo ging het door, en langzamerhand leerden de beide dieren hoe zij met elkander spelen moesten! Op een keer zat hun meesteres hen gade te slaan terwijl zij weer samen aan het spelen waren, en ze dacht juist hoc aardig de beide dieren met elkander omgingen, toen de kat plotseling op de kanarie toesprong en het diertje in haar bek greep! Hun meesteres sprong verschrikt op, niets anders verwachtend dan dat dit het einde van de kanarie zou bcteekenen. Ze maakte zichzelf reeds de heftigste verwijten, omdat zy, zoo meende zy, wel had kunnen begrijpen, dat er den een of anderen dag iets dergelijks zou moeten gebeuren! De kat was, met de kanarie in haar bek, boven op een kast gesprongen en zat daar strak naar iets te kijken. De dame volgde de richting waarin de kat keek en ontdekte, dat er een vreemde kat in de kamer was gekomen. Ze joeg hel «lier naar builen, sloot de deur, die de vreemde kat blijkbaar zelf had geopend, daar ze op een kier had gestaan, en begaf zich naar de kast waar haar eigen kat nog steeds bovenop zat. Deze kwam voorzichtig naar beneden, opende haar bek en zette haar vriendinnetje zachtjesoo den grond.
De kanarie was slechts heel licht gewond door de scherpe tanden van de kat, maar bang was zij hcelemaal niet. Zij had meer vertrouwen in de kat getoond dan haar meesteres! De kat had het gevaar sneller gezien dan de mensch, en haar snelle optreden had zeer waarschijnlijk hel leven van haar vriendinnetje gered!
Moeder: „Nog meer suiker'? Ik heb je toch al drie'klontjes gegeven! Wal heb je daar dan mee gedaan?" Jantje: „Ik heb ze laten vallen." Moeder: „Waar?" Jantje: „In mijn thee." Marietje kwam boven en hoorde hoe haar vader op de slaapkamer zijn keel stond te gorgelen. „Moeder," riep ze verschrikt, „kom eens gauw naar boven! Vader kookt over!"
NA DE VACANTIE
EEN PLANT, DIE MELK GEEFT. KT een, je vergist je! Wc bedoelen niét de cocosnoot. Natuurlijk zil daar ook wel melk in. maar wc hebben nu het oog op een soort cactus, de maguey of agave geheeten. Deze plant heeft dikke, vleezige stengels en geeft een overvloedige hoeveelheid melkachtig sap. Men treft deze plant in Centraal-Amerika aan, waar de inheemschen haar gaan melken, precies zooals bij ons de boeren hun koeien gaan melken. Ze laten de melk stremmen en noemen haar dan „pulque". In heel vroeger tijden werd deze caclus als een godin vereerd!
WATER KOELEN DOOR HITTE.
n
|ndien je een reis per trein door tropisch Afrika maakte, zou je linnen waterzakken zien hangen aan alle knoppen der deuren van de coupé's. Zoo lang die zakken in de zon hangen, blijft het water er in, ijskoud. Nam men de zakken echter uit de zon, dan zou het water weldra te heet zijn om te kunnen drinken. De zakken zijn gemaakt van sterk linnen, dal hel water een heel klein beetje doorlaat. Er vindt dus steeds een verdampingsproces aan de oppervlakte der zakken plaats en dit is de reden, dal het water er ijskoud in blijft.
— 24 - 25 ■
GRAPJES
^^LAAUJU^. £A iezoo, nu zijn we weer terug, Van bosch en strand en duin. Wat zijn we heerlijk uitgerust, Wat zien we lekker bruin!
Wat Wat Wij Tot
hebben we een schik gehad, hadden we een pret! waren buiten heel den dag, Moeder riep: „Naar bed!"
Zoo is nu de vacantie om, En gaan we rustig weer Aan 't werk, en leeren vlijtig nu Tot aan een volgend keer....
Het zoogenaamde redactie-bureau, waar vier en twintig uur 'per dag wordt gewerkt. Hier komen alle berichten binnen van de correspondenten, die over de heele wereld zijn verspreid.
D "*I »•*•••**'••«»•". die een radio-toespraak „verslaan". Door hun bemiddeling zal de rede In haar geheel of een uittreksel er van binnen weinige uren over de geheele wereld bekend zijn.
osuaumemi
n
REUTER VERNEEMT... ACHTER DE SCHERMEN VAN EEN GROOT NIEUWSBUREAU Reuter verneemt... Dat is in deze tijden van soann.nd. gebeurtenissen een zinnetje, dat WIJ vele malen per dag hooren en lezen. Het bij iedereen bekende persbureau is een der oudste ter wereld. We zullen u hier een en ander vertellen over de wordingsgeschiedenis en de carrière van deze merkwaardige .nsfling, zonder welke de tegenwoordige krantenwereld het moeilijk zou kunnen stellen. Julius Reuter, de stichter van het bureau, was jongste bediende In een zaak te Goettingen en daarna eigenaar van een boekwinkel in Berlijn. In Maart van het jaar 1848, terwijl hij een bezoek bracht aan de Leipziger Messe, werd hij betrokken in de revolutie, waardoor hij gedwongen was Duitschland te verlaten. De vluchteling vond echter werk in Parijs, als vertaler bij den persagent Charles Havas. Reuter was een bijzonder intelligente man en hij begreep oogenblikkelijk. welk een uitgebre.de mogelijkheden er scholen in het uitgeven en verspreiden van berichten. Hij begon daarom weldra een eigen agentschap, speciaal voor handelsberichten, van Centraal naar West Europa. Er was een telegraaflijn van Berlijn naar Aken aangelegd en een van Brussel Dag en nacht geopend: de Ingang van het gebouw van Reuter. Voortdurend ziet men „koeriers" naar buiten en binnen snellen. Dertig jaar geleden werden deze jongens naar twee maatstaven betaald: voor „wandelen" en „rennen". Voor het laatste werden zij met drie stuivers extra gehonoreerd.
-•
In een der cellen, waar het nieuws van overzee wordt ontvangen. De door den correspondent gesproken woorden worden op de dictaphoon vastgelegd, ten einde later te worden uitgewerkt.
•
Uit deze hoorn komen geen gesproken woorden, maar punten en streoen De tvoist verstaat deze echter zoo goed, dat hij ze onmiddellijk Strepen. De typist verstaat aeze «cnterzoo goea, aa |
Jonge dames zorgen voor het overbrengen van het nkuwstusschen de verschillende afdeelingen van 't hoofdbureau. Hier ziet men hen op instructies wachten onder 't borstbeeld van Baron de Reuter, den stichter van t bureau.
naar Parijs, maar er bestond nog geen verbinding tusschen Aken en Brussel. Julius Reuter had echter in één slapeloozen nacht het middel gevonden. Den volgenden morgen kochl hij... een stel postduivenl Dit schitterende idee was het begin van een ononderbroken berichtendienst tusschen Centraal en West Europa en tegelijkertiid de eigenlijke stichting van het Persagentschap Reuter, dat binnen weinige decennia het grootste en belangrijkste nieuwscentrum zou worden van de Europeesch-Aziatisch-Afrikaansche liemlsleer. In 1851 opende Reuter zijn nieuwe agentschap in Londen, en veertien jaar later veranderde hij zijn particuliere instelling in een openbaren dienst. In 1899 stierf hij, als Baron de Reuter. De huidige voorzitter en directeur. Sir Roderick Jones, K. B. E., die zijn loopbaan begon als assistent bij een Reuter-agentschap, verdeelde den eigendom van den Reuter Persdienst over meer dan honderd Britsche couranten, die alle mogelijke politieke en economische stroomingen vertegenwoordigen. Op deze wijze heelt men de meest objectieve weergave van berichten gegarandeerd, zonder eenige beïnvloeding van buiten alReuter is nog steeds gevestigd in het oude huis in Londen aan het Embankment, dat een treilende tegenstelling vormt met de hypermoderne werkmethoden van dit centrum van nieuwsberichten met zijn legioen van correspondenten in iedere stad ter wereld. Binnenkort echter hoopt men te verhuizen naar het nieuwe" en indrukwekkende hoofdgebouw in Reet Street, dat staat midden tusschen dej machtige gebouwen van de geheele couranten- en periodieken-wijk, die nu eenmaal niet kan bestaan zonder de grondstof, die Reuter levert: nieuwst
Wat is de kortste weg? - Een der redacteuren kijkt langs welken weg men thans het beste de telegrammen verzenden kan. Sir Roderick Jones, de hoofd-directeur van Reuter.
Dit is de modernste machine om het nieuws te verbreiden: een radio-ticker, die langs draadloozen weg letters en cijfers opteekent in plaats van volgens het Morse-systeem met punten en strepen.
•
Julius Reuter, de stichter van het Reuters Nieuwsbureau. Hij vestigde zich in 1851 in Engeland, waar hij in 1899 overleed als Baron de Reuter. Men ziet hem hier met zijn zoon Herbert. De foto werd omstreeks 1865 genomen.
De traangas-granaten worden weggeslingerd. Ze worden gebruikt door de marechaussee, bij ontruiming van huizen enzoovoort in tijden van oproer en dergelijke. studie
van
het
korps,
waarvan
hij
de eerste inspecteur
was,
schrijft
-
niet
bekend.
Ongetwijfeld zullen korps-archieven, die vermoedelijk in Brussel berusten, daarover licht kunnen verschaffen. In een Orderboek, dat bij de Ie divisie berust, werd het korps reeds den 26en November 1829 genoemd „Marechaussee Royale", terwijl blijkens ditzelfde boek de inspecteur zich noemde: Le Général-Major, Inspecteur General, commandant de la Marechaussee Royale". Een deel van het korps is bereden. Het surveilleert dagelijks op het platteland en nabij de grenzen. In het algemeen is het weAzaam tot het opsporen van misdadigers, terwijl het verder zijn taak is te waken voor orde. rust en veiligheid. Het omvat een Staf te 's-Gravenhage en bestaat uit 4 divisies, zoomede een Depot te Apeldoorn, voor de opleiding van kader en manschappen. Inspecteur van den Staf Is thans
DE KONINKLIJKE MARECHAUSSEE 125 JAAR
van dé orde. toezirh» oo het verkeer en dergelijken. Het Korps Marechaussee is samengesteld uit jonge, krachtige
Onze verslaggever in het depot te Apeldoorn, waar man en paard voor den actieven dienst gevormd worden.
beteekenen
„wegbewaker"
hij
Verschillende schrijvers veronderstellen echter, dat het Korps Marechaussee zijn naam daaraan te danken heeft, dat het vroeger onmiddellijk onder de (Fransche) veldmaarschalken stond. In ons land vindt men den naam marechaussee voor het eerst vermeld in een besluit van het Staatsbewind der Bataafsche Republiek van 4 Februari 1803, waarbij werd besloten: „ter meerdere beveiliging van personen en goederen, tegen rooverijen en geweldenarijen door vagebondeerende lieden, in partement van Brabant een compagnie marechaussee op te richten".
het De-
Na de ontruiming door de Franschen werd het korps hier te lande ingevoerd; het vulde de toenmaals zeer gebrekkige politiebewaking aanmerkelijk aan. Terwijl de naam van het korps in Frankrijk werd veranderd in gendarmerie, bleef het hier onder zijn ouden naam bekend. Eerst bij Besluit van den Souvereinen Vorst van den 26en October 1814, werd het Wapen definitief opgericht, welke datum dan opk als de officieelé oprichtingsdatum geldt. vond men de marechaussee uitsluitend in de Belgische Zuiden van de Nederlandsche provincie Limburg. Bij 3 April 1818 werd echter besloten het korps in de promet een compagnie te vermeerderen.
Het diende oorspronkelijk als grenswacht, doch werd allengs uitgebreid, tot het in de 80er jaren werd ingedeeld in divisies, welke ook binnenslands dienst deden. Vanaf haar oprichting in ons land, heeft de marechaussee onder de Departementen van Oorlog en Justitie geressorteerd. Aangezien het korps in tijd van vrede ten dienste der Politie en Justitie is De marechaussee en haar dienst op bet platteland. Een Tandlooper . wordt slapend aangetroffen op verboden terrein en van de boerderij verwijderd.
en
ervaren
gedaan
en
zich gunstig onderscheiden hebben. In haar dienst moet de marechaussee geoleegde strafbare feiten constateeren, de be-
Naar men beweert, zou het eerste gedeelte van het woord marechaussee afkomstig zijn van het middelnederlandsche mareh, paard, en het tweede van het Fransche chaussée, weg.
In den aanvang provinciën en in het Koninklijk Besluit van vincie Noord-Brabant
elementen
krachten, welke reeds bij een of ander Wapen der Landmacht dienst hebben
Den 26en October zal het 125 jaar geleden zijn, dat het Korps Koninklijke Marechaussee in ons land werd opgericht. De naam marechaussee zou feitelijk komt in 1060 het eerst voor.
Kolonel J. v. Selm. ( ui i In oorlogstijd wordt een groot deel van het korps ingedeeld bij het veloleger, met als taak: toezicht op vreemde militairen, dienst bij de Militaire Justitie, geleider van krijgsgevangenen en deserteurs, bescherming van bruggen, waterwerken enz.; verder handhaven
gesteld en de officieren en onderofficieren belast zijn met het opsporen van strafbare feiten, in verband waarmede zij ook optreden als hulpofficier van Justitie, staat het onder dit departement, terwijl het voor zijn militaire vorming, or-
wijzen tegen de vermoedelijke daders en
medeplichtigen
aang?wezen
en
justitie-
politie, die, meer dan zij, geschikt is den stadsdienst te verrichten. Indien de marechaussee duurzaam zou optreden, óók in de steden, en dus ten deele de functies van de plaatselijke politie overnam, zou haar speciale waarde en het gezag, dat zij heeft, grootendeels verdwijnen. De komst der marechaussee op plaatsen, waar zij in gewonen tijd niet optreedt, blukt een suggestieve werking uit te oefenen. Deze mag niet alleen daaraan worden toegeschreven, dat het ontzag voor dit korps voor een deel gebaseerd is op den bijzonderen roep, die er van uitgaat, doch óók aan het feit, dat men niet gewoon is het in zijn midden te zien werken. Juist omdat het publiek dit speciale korps in gewone tijden nimmer in actie ziet, is het geneigd om, eerder dan aan eenige andere macht, te gehoorzamen aan de marechaussee. Daarom tracht men zooveel mogelijk suggestieve werking, welke voor een er aan gewend was geraakt om de optreden. De marechaussee behoort te blijven buiten de steden, waar zij
partij
te trekken
van
deze
deel zou verdwijnen, als het publiek marechaussee in zijn midden te zien daarom zoo lang mogelijk verwijderd geroepen kan worden om op te treden.
Zij behoort dus nimmer duurzaam in dergelijke steden te worden gehuisvest, maar ver daarbuiten, of, indien dit niet mogelijk is, dan toch buiten de aaneengebouwde kringen dier plaatsen. Dit is de reden, dat men de marechaussee alleen dan in de steden ziet, wanneer er bijzondere gebeurtenissen plaats grijpen, waarbij
see noemde, is —
met groote plichtsbetrachting en ijver.
■
daarvoor
een
waarop het strafrecht berust en van de zoogenaamde bewijsleer. Evenmin als de Rijksveldwacht, heeft de marechaussee, welker wijze van optreden met op den stadsdienst is ingericht, haar vasten werkkring in de steden - ook al, omdat het wenschelijk is, dat de dienst aldaar geheel moet worden overgelaten aan de plaatselijke
haar tegenwoordigheid wordt vereischt. Anders verricht zij haar nuttigen arbeid langs de buitenwegen en op het platteland
- 28 —
en vervolgens
ambtenaren, waarmede haar bemoeiingen beëindigd zijn. De officieren der marechaussee en hun ondergeschikten behooren daarom een grondige kennis te bezitten van de strafbare feiten, benevens een juist begrip van de grondbeginselen
ganisatie en krijgstucht onder Defensie ressorteert. Wanneer het korps zich rechtens Koninklijke Marechausnaar G'eneraal-Majoor v. Haeften in zijn
opsporen
ander in een duideliik oroces verbaal vastleggen. Zij geeft de resultaten van dezen arbeid over aan de
• De paarden worden gewend aan het schieten met karabijn en revolver. Eerst schot voor ;chot en daarna met salvovuur, zooals op de foto. Op deze wijze leeren ze kalm te blijven bij het schieten onder het rijden vanaf het zadel. Vervolgens wordt er met zwaaiende vlaggen langs de paarden geloopen om ze, in geval van dienst in de steden, te wennen aan wapperende vlaggen.
Het afgieten van voetsporen op de plaats der misdaad. • Pas in dienst der marechaussee getreden manschappen leeren in galop te rijden zonder gebruik van den teugel, terwijl ZIJ de handen voor-en achteruit zwaaien.
E VOOR V-CLVB
U ze aan de hand met wat toiletzeep wasschen en met schoon water naspoelen, waarin eveneens een weinig olie.
Mej. R. R. te A. - Wat Uw eerste vraag betreft, ik zou U aanraden zich tot een goeden boekhandelaar te wenden. Het is mij onmogelijk in deze rubriek alle door U gevraagde titels te geven. - Uw andere vraag kan ik eveneens zeer moeilijk beantwoorden, daar het niet de gewoonte is iets dergelijks zelf te maken. Er is mij helaas geen goed recept bekend. Een ander maal hoop ik U beter van dienst te kunnen zijn.
DE VLIEGAVONTUREN VAN PETER EN DOT
J. H. te R. — De verdeeling der prijzen geschiedt op een wijze, waarbij alle inzenders van goede oplossingen gelijke kansen hebben op het verkrijgen van een der prijzen. Het is in het geheel niet noodig, dat ille oplossingen worden gestuurd. Ik wensch U veel succes! Mej. T. R. te E. - Ik zou U aanraden de pan eerst vochtig te maken met wat water. U voorkomt hierdoor het.door U genoemde euvel. - Inderdaad heb ik ook wel eens gehoord, dat het suizen van telegraafdraden regen voorspelt.
1. Peters eerste gedachte was, dat deze Portemonnaie van den man was, die op het eiland was gekomen om de uitvinding van mijnheer Main te stelen. Maar toen ze haar nauwkeurig bekeken, zagen ze, dat de voorletters van hun vader er op stonden.
4. In vele opzichten deed de oude man zeer vreemd. Als hij uitging, vertelde hij nooit waar hij heenging. De kinderen vroegen hem echter niets. Maar toen hij weer eens wegging, stelde Peter voor hem op te zoeken In den tooverspiegel.
2. Zou het mogelijk zijn, dat hun vader, naar wien ze nu al zoo lang zochten, hier op het eiland was? Juist op dit oogenblik riep mijnheer Main: „Ik geloof, dat we hem ditmaal mis zijn geloopen." Peter gaf Dot een wenk, niets te zeggen.
5. De kinderen stapten door het geheime paneel het kamertje binnen. Toen Peter even aan de verschillende knoppen draaide, had hij weldra een gedeelte van het eiland op het scherm. Toen opeens zagen de kinderen een duidelijk beeld van mijnheer Main.
3. Het was beter, dat hij niet wist, dat de kinderen een portemonnaie hadden gevonden. Als deze werkelijk aan hun vader toebehoorde, zou mijnheer Main misschien denken, dat hun vader probeerde zijn uitvindingen te stelen. Dot begreep
Mevr. K. L. P. te O. — U kunt de zeemleeren handschoenen gerust nog wasschen. Ze zijn' dikwijls heel gemakkelijk schoon te maken. Wascht U de handschoenen aan de hand met een lauw zeepsopje en spoel ze na met lauw water, waarin een paar druppels zoete olie of olijfolie. Voordat ze geheel droog zijn, moeten ze worden opgerekt. Als ze ,niet te vuil zijn, kunt
B. K. te L. - Uw wijze van oplossen is juist. Het is niet noodig alle oplossingen op een apart velletje papier te schrijven. Uw brief was op tijd in ons bezit. Mej. S. A. te P. - Inktvlekken zijn erg leelijk en dikwijls zeer moeilijk te verwijderen. Probeert U eens het volgende: Legt U op de plek een weinig boraxpoeder, maak dit nat door er bijvoorbeeld met een lepeltje een beetje water op te gieten, zoodat het een papje wordt, druk dit papje er flink op, maar wrijf niet, want dit vergroot de vlek. Laat het papje een dag en een nacht liggen, tot alles volkomen droog is en verwijder daarna het droge poeder! Deze behandeling kunt U, indien het noodig blijkt, gerust herhalen, als de vlek nog niet geheel verdwenen is! Mevr. M. A. W. te D. H. — Een beschrijving van een model, zooals door U bedoeld, kunt U vinden in No. 22 van het Weekblad „Het Rijk der Vrouw" van 1938. U kunt dit blad tegen 10 et. verkrijgen aan de Administratie, Noordeinde 8, Leiden. Dit model kunt U desgewenscht vergrooten, door na den 54sten toer in rondgaande richting verder te breien, en, wanneer het groot genoeg is, pas den 55sten toer te breien.
De Secretaresse
de
VOOR U-Club,
Noordeinde 8,
Leiden.
VOOR SLECHTS 1% CENT
het gelukkigl
6. Hij was bezig met een zoeklicht en Dot merkte op, dat hij het licht op zee richtte. „Peter," riep ze uit, „zou hij soms een stranddief zijn? Zou hij schepen op de rotsen lokken om ze te plunderen?" Op dat moment zagen zij een schip stranden.
van
Wie van onze lezers kunnen ons zeggen, wat het hierboven afgebeelde gedeelte van een foto voorstelt? Wij zullen weer 'n prijs van f. 2.50 benevens twee troostprijzen verdeelen onder hen, die ons een goed antwoord zenden. De verdeeling der prijzen geschiedt op een manier, waarbij alle inzenders van goede oplossingen gelijke kansen hebben op het verkrijgen van een der prijzen. U gelieve Uw antwoord in te zenden vóór 27 September aan Mr. Detective, Noord-
noodig om deze annonce uitgeknipt In open enveloppe als drukwerk aan ons op te zenden, ontvangt U uitvoerige brochures over het
HERSTEL
VAN
uw HAARGROEI
Vermeldt uw naam CsrT
en a4res op de achterzijde der enveloppe en adresseert aan :
Dr. H. MANNING'S Pharm. Fabriek N.V., DEN HAAG
] StNSATIONEBL. \VET VERDWIJNEN (zonder eenig dieet
einde 8, Leiden. Op briefkaart of enveloppe duidelijk vermelden: AmateurDetecive 27 September. DE OPLOSSING VAN
HET
Uhebt het slechts op Uw hcheom In (e wry ven. Het vet zal als door Loovtrkrachi verdwijnen. Pasop voor gevaarlijk dieëi. lastige oefeninqen.of schadelijke kruiden en iaxeermidoelen. Ook Ukunt Uw overtollig vet kwijtraken opUw heupen, rug, hals armen, dijen, kuiten en enkels. De moderne weten. , schap heeft met het nieuwe middel,HMAGROL' l genaamd een verbazingwekkendyeilige ontdekking \ gedaan, UITSLUITEND urrwcwoig. A Heen op het hehoamx deel inwrijven. Het vet verdwijnt bij centimeters tege- ■ lijk en loch blijven er geen rimpels of lijnen achter, ten slappe huid wordt steviger gemaakt, en dit alles volkomen eenvoudig en gemakkelijk. Schrijf nog heden voor GRATIS inlichtingen aan Mevrouw AR. MarinuS, Postöox 60. Dentiaog
VOOR-
LAATSTE FOTOPROBLEEM
7. Zonder veel woorden, duwde Peter zijn zusje weer door het geheime paneel in den muur, en liep met haar naar buiten, het bosch inl „We moeten dat schip redden," riep hij tegen Dot, die hem volgde. „We kunnen het, misschien met „De Zilveren Ster" bereiken."
GEWONE ADVERTENTIES: TEKSTADVERTENTIES:
8. Wat een opwindende vlucht werd dat! Ze vlogen zeer laag over de boomen.Toen opeens zag Peter de landboot van mijnheer Main door, het bosch rijden. De boot maakte bijna geen geluld, want ze reed op zachten grond. Wat zou dit beteekenen? '
9. De boot ging naar het strand en het water in. Ze begaf zich direct in de richting van het gestrande schip. „Vlug, Peter," zei Dot, „wij moeten zorgen, dat we er het eerst bij aankomen! Laten we probeeren nog sneller te v'iegen." (Wordt vervolgd)
KOLOMHOOGTE 120 REGELS - KOLOMBREEDTE 5 cM.
KOLOMHOOGTE
1 20 REGELS - KOLOMBREEDTE 6.7
KORTINGEN
VOLGENS - 30
- RE6ELPRIJS 25 ets. BRUTO
cM. - REGELPRIJS
TARIEF
50 ct..
BRUTO
Ziethier de foto in haar geheel, waarvan wij bij de opgave een gedeelte hebben afgebeeld. Onze speurders hebben nu natuurlijk geen verder commentaar noodig! De hoofdprijs van f. 2.50 kon deze week worden toegekend aan mevrouw D. Polappel, 's-Gravenhage. De troostprijzen vielen ten deel aan: mejuffrouw v. Boxtel, 's-Hertogenbosch en den heer G. H. Peerbolte, Rotterdam.
— 31
VERZEKERT UW LEVEN
DENK aan ontspanningslectuur voor onze militairen
I
HAV BANK
~
SCHIEDAM
GESPREKKEN MET MIJN VRIEND PIETERSEN
H
„Ik zei alleen maar, dat ik zijn stofzuiger graag wilde zien werken, en toen viel hij flauw..."
C J0
,,A(deeling confectie, tweede etage, münheer.
Jongste bediende: .Neem me niet kwalijk, mijnheer, maar die heer zegt, dat hij beslist meet sprekenI '
A
Machinist: „Wie heeft er aan de noodrem getrokken?" Conducteur: „Ik. Ik zoek den kerel, die zijn buldog bij mij in den goederenwagen heeft opgesloten."
„De gevangene zegt, dat hij overeenkomstig het reglement, waarbij ledere gevangene een beroep moet leeren, graag rechercheur zou willen worden."
„Gauwl Neem een duik, Bertus. Beren houden niet van wate
eb je gehoord, waarde vriend, dat er binnenkort te Hollywood een nieuwe studio zal worden gebouwd?" „Zeker net zoo iets als „Filmstad" in Den Haag! Ook zoo groot?" „Zoo groot? Ik geef toe, dat „Filmstad" voor de film-producenten in ons land groot genoeg is, maar in Amerika noemen ze iets dergelijks een schuur." „Vertel me dan het een en ander over dien nieuwen Amerikaanschen studio. Zou mijn nichtje Katja er een kans hebben?" „Dat zal er van af hangen of ze een tweede Garbo is. Maar luister. Op een plek waar een groot gedeelte van Californië's romantische geschiedenis zich heeft afgespeeld, zal binnenkort de grootste en modernste filmstudio ter wereld verrijzen: Paramounts „Studio of tomorrow"." „Hoeveel kost 'dat grapje en hoe weet jij het?" „De bouwkosten bedragen twaalf millioen dollars. Ik hoorde het van Barney Balaban, dat is een van Paramount's presidenten. Hij vertelde me, dat reeds dezer dagen een aanvang zal worden gemaakt met de werkzaamheden op een onlangs door de maatschappij aangekocht terrein, dat vroeger behoort heeft tot de rancho La Lomita." „Is dat ver van Hollywood?" „Het terrein ligt per auto tien minuten van het centrum van Hollywood vandaan. Gedu^ rende twee jaren heeft de directie een nauwgezette studie gemaakt van beschikbare bouwterreinen in Hollywood en van de nieuwste bouwmethoden en een staf van experts heeft ten slotte de laatste hand gelegd aan de plannen tot het verwezenlijken van wat het allermodernste op het gebied der filmproductie mag worden genoemd." „Wat kon er in een filmstudio dan nog moderner worden dan het al is?" „Nou, Pietersen, een der interessantste aspecten van het nieuwe plan bijvoorbeeld, is het ruime gebruik, dat van televisie-apparaten gemaakt zal worden voor de communicatie binnen den studio. Beeld-zenders en -ontvangers zullen het mogelijk maken vanuit het directiegebouw een blik in alle ateliers te werpen, terwijl ook de ateliers onderling met een. televisie-verbinding worden uitgerust. Een en ander wordt mogelijk gemaakt door Paramounts aandeelhouderschap in de DumontLaboratories, de best uitgeruste van Amerika's televisie-ondernemingen." „Ik zou best zoo'n televisie-verbinding met het huis van mijn nichtje willen hebben!" „Ik vermoed, Pietersen, dat Katja er anders over denkt!" „Wachten ze nu met het in gebruik nemen van dien studio, tot hij geheel voltooid is?" „De studio zal niet in zijn geheel in constructie genomen worden, doch men wil het eene gebouw na het andere volkomen afwerken. De eerste filmopnamen zullen er kunnen plaats vinden na de voltooiing van een complex straten, die den naam „Streets of the world" zullen dragen." „Waaraan heeft dat complex zijn naam te danken?" „In deze straten zullen gebouwen van zooveel mogelijk verschillende nationale bouwstijlen een plaats krijgen. Twee opnamehallen, klepdkamers en een gedeelte van het laboratorium zullen als eerste groep gebouwen geconstrueerd worden, zoodat direct na de volooiïng hiervan tenminste één film in den nieuwen studio in productie kan gaan." „Worden er tijdens het bouwen dan geen films voor deze maatschappij gemaakt?" „Natuurlijk wel, in den bouwtijd wordt de
Db EKNST VAN
ERNST
Wij lezen en hoeren zooveel van den ernst der tijden en staan er, al naar gelang van onze mentaliteit en omstandigheden, met zorgen tegenover, dat het wel goed is om hier vooraf de mededeeling te plaatsen, dat de ernst van Ernst, heelemaal..,. niet ernstig is. Het is de in Nederland gebruikte titel van Oscar Wilde's blijspel „The I mportance of being Earnest". Oscar Wilde bereikte het hoogtepunt van zijn succes aan het einde van de vorige eeuw. Hij teekende in zijn tijd, met bijtenden spot bij voorkeur de toestanden in de hooge kringen in Engeland. De ernst van Ernst, een blijspel in drie bedrijven van zijn hand, is hiervan een typisch voorbeeld. Het Residentie Tooneel noemt dit stuk een voorbeeld van het neo-klassieke repertoire. Alleen wanneer men het als zoodanig beschouwt, kan men het stuk naar eerlijkheid beoordeelen. Evenmin als men een blijspel van Shakespeare mag bekijken met „oogen van den huidigen dag", moet men dit met dit oeuvre van Oscar Wilde doen. Gezien in het kader van den tijd, waarin het ontstond, is het interessant. Daarbuiten gesteld, zal onze waardeering moeten verminderen. Toch is er tusschen Shakespeare en Wilde een zeer groot onderscheid en wel dat van de eeuwigheidswaarden, waarvan de eerste overstelpend veel geeft, de ander eigenlijk maar heel weinig schenkt. Men wordt er niet rijker van, hoogstens houdt men er amusementsgedachten van over: toch wel aardig van dialoog, grappig van teekening, curieus van aanklecding, vlot van spel. Maar niet: 'n mooi-gevoelde grondgedachte, lessen, die wij vandaag nog evenzeer noodig hebben als toen, 'n verrijking van den geest. Toegegeven, dat het tooneel voor een niet onbelangrijk deel als taak heeft (zeker in dezen tijd, zooals de heer Verbeek in zijn inleidend woord voor de première in Den Haag terecht zeide), te vermaken, dan nog blijft de vraag of deze geestige caricatuur van vroegere toestanden de meest gewenschte aanvang voor een nieuw speel-
seizoen mag worden genoemd. ., Het Residentie Tooneel staat ook onder den druk van den ernst van dezen tijd. Een groot aantal medespelers is onder de wapenen geroepen. Er was blijkbaar geen andere keuze dan den ernst... van Ernst te brengen. Men deed het goed. Spel, regie, decors en costumes waren goed. Het publiek amuseerde zich blijkbaar en was gul met z'n applaus. John Worthing, alias Ernst, lijdt een dubbel leven. In Woolton is hij de ernstige John, steun van de kerk, voogd van de lieve 18-jarige Cecily Cardew. In Londen is hij de vroolijke dandy, die verliefd wordt op de nuffige Gwendolen Faulax, de vriend van Algernon Moncrieff, die ook als „genoot" een denkbeeidigen persoon heeft uitgedacht. Hij is daar niet John doch Ernst. Dit spelletje voert tot allerlei verwarringen en genoeglijke situaties. Dit temeer, omdat John-Ernst een „vondeling" is. De mooie Gwendolen wil hem desniettegenstaande wel hebben, zij is verliefd op den naam „Ernst", waaronder Worthing in de Londensche kringen bekend is. -Doch haar moeder. Lady Bracknell, voelt niets voor een huwelijk van haar dochter met iemand, die de reis in de wereld begonnen is aan het eindstation Victoria en dan nog wel in een koffer in het goederendepót. Zich voordoend als de broeder van John, de „verloren zoon", zooals hij in Woolton bekend staat, wint Algernon Moncrieff het hart van de romantische Cecily. Zij is 'ook dol op den naam Ernst. Verwarringen genoeg, waaraan een ont; warrend happy-end komt. John-Ernst met Gwendolen, Algernon-Ernst met Cecily en de gouvernante Miss Presum met den eerwaarden Dominee Chasuble. Jacques de Heer als Worthing, Paul Steenbergen als Algernon, Fie Carelsen als Lady Bracknell, Enny Meunier als Gwendolen en Annie van Duyn als Cecily Cardew waren goed op streek. L.
oude studio in Marathon Street normaal in bedrijf gehouden. Maar de nieuwe studio krijgt maar eventjes zes en twintig studio-hallen. Het terrein is een kilometer breed en anderhalven kilometer lang. De opnamehallen zullen alle op de grondigste wijze geluidsproef gemaakt worden, in het bijzonder de daken, teneinde den'overlast van passeerende vliegtuigen uit te schakelen. Bezoekers zullen het werk bij de opnamen kunnen gadeslaan door spiegelglazen wanden, en dus niet langer storend op den arbeid kunnen werken." „Weet je nog meer bijzonders?" „Alleen, dat een waterreservoir van tweehonderd meter in het vierkant dienst zal doen voor het opnemen van scènes, die op zee spelen."
ONZE WEKELIJKSCHE PRIJSVRAAG Vraag vijfhonderd vier en vijftig Wie schreef onder het pseudoniem Boz? Wij stellen een hoofdprijs van / 2.50 en vijf troostprijzen beschikbaar om te verdeelen onder hen die vóór 2 October (abonné's uit overzeesche gewesten vóór 2 November) goede oplossingen zenden aan ons redactie-adres: Noordeinde 8, Leiden. Op de enveloppe of briefkaart gelieve men duidelijk te vermelden: Vraag 554.
DE OPLOSSING FILM-ENTHOUSIASTEN A. B. te Noordwijk. Hierbij de gevraagde verjaardagen. Tyrone Power 5 Mei. Joan Fontaine 22 October. ^4«« Hovey 29 Juli. F. R. te Rotterdam. Paul Munt is getrouwd. Annabella is den 14den Juli jarig. Tegen betaling zijn bij ons geen foto's verkrijgbaar. Een antwoord-coupon kunt u bij ieder postkantoor koonen.
Vraag vijfhonderd vijftig Verdi's Opera.„Aida" werd het eerst opgevoerd in Cairo in het jaar 1871. De hoofdprijs werd ditmaal verworven door Mej. G. Meeder te Amsterdam, terwijl de troostprijzen werden toegekend aan Mevrouw E. Ensing-Stok te Deventer, Mejuffrouw Nel Koole te 's-Gravenhage, de beeren Veldheer te Rotterdam, N. A. de Haan te Dordrecht, J. A. Hoógensteyn te Amsterdam.
naar den roman: „Het dierlijke in den mensch". Regie: Jean Renoir. City-film.
zijne te kunnen maken, belooft hij nogmaals een poging te zullen doen om Roubaud te dooden. Samen wachten zij thuis op diens komst. In angstige spanning drukt Severine zich dicht tegen Lantier aan, omhelst hem om hem als het ware moed te geven voor dezen misdadigen aanslag. En op dat moment krijgt het „beest" de overhand op Lantier. Zijn gezicht vertrekt, verstart, een waas komt er voor zijn oogen, zijn handen, die hij liefkoozend rond den hals van Severine had gelegd, verstijven, worden een machtige tang, klemmen zich vast in een doodelijken greep... Wanneer Severine dood ter aarde stort, beseft Lantier pas, «|at hij gedaan heeft. Radeloos ontvlucht hij het huis en zwerft den geheelen nacht rond het depot. Pecqueux vindt hem daar den volgenden morgen en neemt hem mee naar „Lison", gelukkig, dat zijn machinist nog tijdig voor het vertrek van den trein teruggekomen is. Automatisch verricht Lantier zijn werk, de trein zet zich in beweging, bereikt zijn volle snelheid, doch Lantier is er met zijn gedachten niet bij. Verwezen staart hij voor zich uit. Severine, de vrouw, die hij liefhad, is niet meer. Snikkend bekent hij Pecqueux de misdaad, die hij .niet gewild heeft. En voordat Pecqueux het heeft kunnen verhinderen, stort Lantier zich van de voortsnellende locomotief en „Lison" vervolgt haar weg, een beeld van het leven, dat geen stilstand kent.
Rolverdeeling: Jacques Lantier Jean'Uabin Severine Simone Simon Roubaud Ledoux (van de Com. Fran?.) Pecqueux Carette Flore Blanchette Brunoy Dauvergne Oerard Landry Rhilomene Jenny Hella Mme. Victoire Colette Regis Mme. Misard üermaine Classis ürandmorin Berlioz Dabadie Corteggiani Rechter-Commissaris Andre Tavernier Cabuche Jean Renoir Een kolos van tientallen tonnen ijzer en staal, zoo dendert de sneltrein-locomotief met een grooten sleep wagons achter zich aan, langs de rails van Harijs naar Le HSvre, in een schijnbaar tooraelooze vaart. Doch met een enkelen lichten druk op de remmen heeft Jacques Lantier, de machinist, het voortijlende monster in zijn macht, üeholpen door zijn stoker en kameraad Pecqueux, voert hij den trein langs heuvels en dalen, over bruggen en viaducten en door hachtduistere tunnels en niets ontgaat hem langs de geheele route. In jaren van samenwerking en gemeenschappelijk gedragen verantwoordelijkheid groeide tusschen stoker en baas een goede kameraadschap, waarbij een enkel woord, een fluitsignaal, reeds voldoende is om elkaar volkomen te begrijpen. Jacques Lantier heeft hart voor zijn beroep, liefde voor de aan zijn zorgen toevertrouwde machine. Met groote genegenheid spreekt hij over dit monster van ijzer en staal als over een vrouw, heeft het zelfs een vrouwennaam gegeven: „Llson". Lison heeft in zijn leven geheel de plaats van üe vrouw ingenomen, want Jacques mijdt de vrouwen, zooals hij ook den alcohol mijdt. Erfelijk belast als hij is, nakomeling van eenige generaties van dronkaards, die zijn bloed vergiftigd hebben, is zijn geheele leven één strijd tegen het „beest", dat in hem sluimert. Het „beest", dat plotseling wild kan worden, dat zijn wil verlamt en dat hem aanzetten wil tot moord op de eerste de beste vrouw, die in zijn nabijheid komt. Doch staande op zijn machine, bij het werk, dat al zijn liefde en al zijn aandacht opeischt, vergeet hij deze sombere gedachten, die hem soms als een nachtmerrie vervolgen. Bij aankomst in Le Havre inspecteert Jacques nauwkeurig zijn locomotief en ontdekt, dat een der aspotten warmgeloopen is. De machine moet in reparatie, waardoor Jacques gedwongen is een dag rust te nemen. Hij maakt van dezen gedwongen rustdag gebruik om een bloedverwante in een dorpje in de omgeving van Le Havre te gaan bezoeken. Dienzelfden dag gaat Roubaud, onderstationschef In Le Havre, met zijn vrouw Severine naat Parijs. Roubaud heeft onaangenaamheden gehad met een reiziger, waardoor zijn betrekking op het spel is komen te staan. Om dit gevaar te bezweren, zal Severine een bezoek gaan brengen bij haar peetoom, Orandmorin, president van de spoorwegmaatschappij, door wiens Invloed Roubaud indertijd de betrekking van sous-dief heeft gekregen. Terwijl Severine haar peetoom bezoekt, wacht Roubaud bij een kennis, weinig gerust, dat haar bezoek een gunstig resultaat zal opleveren. Zijn ongerustheid groeit met ledere minuut, die Severine langer wegblijft, dan strikt noodzakelijk is. Eindelijk komt zij dan toch, hoogst opgewonden en vele uren later dan Roubaud haar verwacht had. ürandmorin heeft de zaak gesust, voor Roubaud bestaat er geen gevaar meer. Roubaud wil echter thans weten, waarom zij zoo lang weggebleven Is. Severine kan echter slechts een ver-
mctiumfliftf
warde en weinig plausibele verklaring geven, waardoor Roubauds achterdocht gewekt wordt. Hij eischt van haar een juiste verklaring, die zij niet geven kan. Een enkel woord doet zijn jalouzie ontbranden. Ruw ondervraagd, geeft zij tenslotte toe, dat er tusschen haar, als jong elsje van 16 jaar, en den ouden Orandmorin een verhouding is geweest. In een paroxysme van jaloezie, besluit Roubaud dezen Orandmorin uit den weg te ruimen. Om zijn plan te volvoeren, dwingt hij zijn vrouw een afspraak te maken met Orandmorin in den sneltrein, die om 6.20 uit Parijs naar Le HAvre vertrekt. Met dezen zelfden trein keert ook Lantier naar Lt; Havre terug. Staande in de zijgang, veruld van eigen gedachten, heeft hij niets bemerkt van het drama, dat zich, slechts enkele coupe's van hem verwijderd, voltrekt. Als Roubaud en zijn vrouw willen terugkeeren naar hun eigen compartiment, moeten zij Lantier passeeren. Severine knoopt nog even een praatje met hem aan om hem op een dwaalspoor te brengen. Bij aankomst van den trein te Le HAvre wordt de. moord op ürandmorin ontdekt. Lantier. die een samenhang vermoedt tusschen de ontmoeting met het echtpaar Roubaud en dezen moord, zwijgt, aan het twijfelen gebracht misschien, of eerder nog ontwapend door een blik van Severine. Roubaud en zijn vrouw weten, dank zij het zwijgen van Lantier. den rechter van instructie van hun onschuld te overtuigen.. Maar al gaan zij vrijuit, de moord, dien zij hegaan hebben, laai hun geen rust meer. De eens zoo vriendelijke Roubaud, die met groote plichtsbetrachting zijn werk deed, die voor iedereen een vriendelijk woord had en die zijn vrouw verafgoodde, wordt een steeds somberder en meer in zichzelf gekeerde man. die zijn werk verwaarloost en afleiding zoekt in de kroeg. Severine heeft bil Mem geen leven meer. doch weet zich door haar medeplichtigheid voor altijd gebonden aan den man, dien zij tot in het diepst van haar hart verafschuwt. Roubaud zoekt echter steeds meer de vriendschap van Lantier, deels uit dankbaarheid, dat deze gezwegen heelt, deels uit berekening nm hem voorgoed het spreken onmogelijk le maken. Ook tusschen Severine en Lantier komt een inniger verhouding Hoc meer zij zich afwendt van haar nan. des te meer voelt zij zich tot Lantier .ingetrokken. Zij dringt zich aan hem op, bekent hem haar medeplichtigheid aan den moord op Orandmorin. maakt hem deelgenoot van de kweliingen, die zij lijdt, doordat zij nimmer dezen moord kan vergeten. Alleen wanneer zij verlost znu kunnen worden van Roubaud. die haar tot medeplichtigheid gedwongen heelt en die haar door zijn aanwezigheid steeds weer er aan herinnert, wanneer zij met Lantier een nieuw leven znu kunnen beginnen, dan zou misschien al die diende voorgoed een einde kunnen nemen en zou zij weer gelukkig kunnen worden. En zoo groeit 'n Lantier de gedachte en de wil om Roubaud, terwille van de vrouw, die hij lief gekregen heeft, te vermoorden. Eenmaal onderneemt Lantier een poging, doch 'P het laatste oogenblik ontbreekt hem de moed vn het reeds opgeheven wapen, waarmede hij den doodelijken slag wilde toebrengen, valt hem uit de hand Severine, woedend over het mislukken van haar plannen, voelende dat Lantier aan haar macht dreigt te ontglippen, begint een andere tactiek toe te passen. Zij laat zich door andere mannen het hof maken, teneinde Lantiers jaloezie op te wekken. Hij lijdt inderdaad onder haar gedrag en om haar tenslotte toch tot de
Roubaud (Ledoux) verstopt de gestolen! kostbaarheden van den vermoorden Giandmorla
I
Belie Davis en George Brent Judith merkt, dat se | blind wordt. Haar echtgenoot gaat on reis
Bette Davis Warner Bros-film. Regie: '."' Edmund Goulding.
'M \
Judith Traherne 1 (Bette Davis) is| een schatrijke 23 jarige erfgename en de lieveling van haarl omgeving. Als een [ ernstige ziekte Judith dreigt aan te tasten, spot zij er mee enl slaat zelfs de wijze raadgevingen vanhaar huisdokter, Dr. Parsons (Henry Travers) in den wind. Juist wanneer Dr. Frederick Stecle (George Brent) op het punt staat zijn huis te verlaten en zijn praktijk op te geven om wetenschappelijk hersen-onderzoek te gaan doen in zijn laboratorium te Vermont in de bergen, geeft hij toe aan het dringende verzoek van zijn ouden vriend. Dr. Parsons, om Judith Traherne te onderzoeken. Reeds maanden lijdt deze jonge, levenslustige en sportieve vrouw aan hevige hoofdpijnen en schemerachtige visioenen, en om zichzelve moed in te spreken, doet zij aan sport en bezoekt allerlei nachtclubs. •Steele, die een gezwel in de hersenen ontdekt, opereert haar, doch daar haar ziekte ongeneeselijk is (zij heeft hoogstens nog een jaar te leven), weet hij, dat deze operatie slechts een tijdelijke verlichting kan geven en dat Judith gedoemd is om eerst blind te worden en daarna te sterven. Steele zegt Judith liets van haar waren toestand. Op de hoogte liervan zijn slechts Dr. Steele en Ann King (Geraldine Fitzgerald), Judith's secretaresse en boezemvriendin. Judith wordt hevig verliefd op den dokter en hij op haar; onder de anderen, die eveneens een oogje op Judith hebben, behooren Mickey (Humphrey Bogart), de stalknecht en een nietsnut, Alic Strong (Ronald Reagan). Judith en Dr. Steele
LEVENS DANS Bette Davis,
Bette Davis
mont afreizen, waar Steele zijn onderzoekingen zal beginnen. Na tien maanden van intens geluk bemerkt Judith, dat de oude pijn terugkeert, doch nu houdt zij deze wetenschap voor zich. Wanneer Steele naar New York vertrekt om een serie wetenschappelijke lezingen te houden, begint haar blindheid en zij legt zich te bed, bereid om het einde af te wachten ... Bette Davis Bette Davis als Judith in de steriscène
Bette Davis, Geraldine Fitzgerald en George Brent. Judith weet, dat zij nog maar kort te leven heeit en denkt, dat Dr. Steele haar uit medelijden ten huwelijk heeit gevraagd.
vatten het plan op te trouwen, maar door een toeval ontdekt Judith, welk een verschrikkelijke toekomst haar wacht. Zij verdenkt Steele er van, dat hij haar uit medelijden wil trouwen en vat haar oude, schijnbaar luchtige leven in een wanhopigen gemoedstoestand weer op. Judith komt echter weldra tot het besef, verkeerd gehandeld te hebben, zoekt Dr. Steele op, smeekt hem om vergeving, waarna beiden overgelukkig en getrouwd naar Ver-
■
*3
lil
* M 'il
'M
|_UU|
19de Jaargang Höl 37-23Sept. 1939
il ï
mm iW'é
CIM E MA & THEATER
'mik
y^
■ lil
**
!
>,
■.äi^ra ;, '-^M.
y
jr'
)E NIEUWS?! FOTO VA DE WARNE BROS-ACTRICE JANE BRYAN
AFBEELDING IN KLEUR MULTICOLOUR PICTURE