Gemeente Den Haag
Ons kenmerk
GBD/2005.52598 I RIS132869_16-NOV-2005
WIJZIGING LEIDRAAD INVORDERING GEMEENTELIJKE BELASTINGDIENST DEN HAAG 2005
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, gelezen het voorstel van de directeur der Gemeentebelastingen van 18 oktober 2005; Besluit: vast te stellen het volgende besluit: tot wijziging van de Leidraad Invordering Gemeentelijke Belastingdienst Den Haag 2005 Artikel I A. In de Inleiding , Inleidende opmerkingen, lid 9, worden de volgende wijzigingen aangebracht: a. In de derde volzin vervalt “, waarin het beslag een zekerheidskarakter heeft en”. b. De vierde volzin vervalt. c. In de vijfde volzin wordt na “sprake” ingevoegd: en dient dus toestemming te worden gevraagd. B. In Hoofdstuk III, artikel 14, § 1, lid 8, vervalt de laatste volzin. C. In Hoofdstuk III, artikel 19, § 1, lid 3, worden de volgende wijzigingen aangebracht: a. In de eerste volzin wordt na “(artikel 19, eerste lid, onderdeel a, van de wet)” ingevoegd: dan wel een andere vordering wordt gedaan op een periodieke uitkering waaraan een beslagvrije voet is verbonden. b. In de derde volzin wordt “loonvordering” vervangen door: betreffende vordering. c. In de laatste volzin wordt ”jegens een werkgever” vervangen door: jegens een werkgever of uitkeringsinstantie.
GBD/2005.52598 I
2
D. In Hoofdstuk IV, artikel 22, § 5, lid 5, wordt de zevende volzin vervangen door: Een beslissing op een niet-ontvankelijk verklaard beroepschrift wordt hetzij door de directeur rechtstreeks aan de adressant of zijn gemachtigde en - zo nodig - aan de bewaarder gezonden, hetzij op verzoek van de directeur verzonden en betekend op de wijze die geldt voor een ontvankelijk verklaard beroepschrift. E. Hoofdstuk IV, artikel 25, wordt gewijzigd als volgt: a. In § 2, lid 1a, vierde volzin, wordt “Een afzonderlijk verzoek” vervangen door: Een expliciet verzoek. b. Paragraaf 2, lid 3, wordt vervangen door: Zekerheid 3. Als voorwaarde voor het verlenen van uitstel van betaling kan de ontvanger zekerheid verlangen voor de betwiste belastingschuld. In beginsel wordt alleen zekerheid gevraagd als de aard en omvang van de belastingschuld in relatie tot de bij de ontvanger bekende verhaalsmogelijkheden daartoe aanleiding geven. Het in het verleden getoonde aangifteen betalingsgedrag wordt mede bij de beslissing van de ontvanger betrokken. Voor het geval voor de betwiste belastingschuld geen uitstel van betaling wordt verleend omdat de verlangde zekerheid niet wordt verstrekt, zij verwezen naar het bepaalde in § 2, lid 3a. c. In § 2, wordt na lid 3 een nieuw lid 3a toegevoegd, luidende: Onherroepelijke invorderingsmaatregelen voor betwiste belastingschuld 3a. Zolang de belastingaanslag waartegen een bezwaarschrift is ingediend niet onherroepelijk vaststaat, worden voor de betwiste belastingschuld in beginsel geen onherroepelijke invorderingsmaatregelen getroffen. Wanneer echter aanwijzingen bestaan dat de belangen van de gemeente of de belangen van belastingschuldige door het achterwege laten van onherroepelijke invorderingsmaatregelen zouden worden geschaad, kunnen bedoelde maatregelen wel worden getroffen. Het enkel leggen van beslagen die feitelijk dienst doen als bewaringsmaatregel, geldt in dit verband niet als een onherroepelijke invorderingsmaatregel.
GBD/2005.52598 I
d. Paragraaf 13, lid 2, wordt gewijzigd als volgt. In de aanhef wordt “zal de ontvanger dit verzoek in de regel zonder nader onderzoek inwilligen” vervangen door: zal de ontvanger in de regel zonder nader onderzoek een betalingsregeling toestaan die zich uitstrekt tot maximaal twee maanden na de laatste vervaldag van de (oudste) aanslag. e. In § 14, lid 1, laatste volzin, wordt “vanaf de vervaldag” vervangen door: vanaf de (laatste) vervaldag. F. Hoofdstuk IV, artikel 26, wordt gewijzigd als volgt: a. In § 1, lid 16 worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1. Na het vijfde gedachtestreepje wordt onderdeel c vervangen door: c. een uitbetaald bedrag (bijvoorbeeld een belastingteruggaaf) niet is aangewend ter voldoening van de schuld waarvan kwijtschelding wordt gevraagd. Hiervan is uitgezonderd de teruggaaf uit hoofde van de heffingskortingen; 2. Na het vijfde gedachtestreepje wordt onderdeel g vervangen door: g. wanneer belastingschuldige geen gebruik heeft gemaakt van het recht op aanvullende bijstand, waardoor de belastingaanslag (gedeeltelijk) zou kunnen worden betaald; b. In § 2, dertiende lid, wordt bij het laatste gedachtestreepje na “Wet inkomstenbelasting 2001” ingevoegd: , een toeslag op basis van de Wet kinderopvang. c. In § 2, lid 21, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1. De tweede volzin wordt vervangen door: Voor het tijdvak 1 juli 2005 – 31 december 2005 is dit een bedrag van € 178,54 per maand. 2. In de vierde volzin wordt “€ 179,61” , € 177,79” , “€ 175,98” en “€ 597,54” vervangen door onderscheidenlijk: € 178,54, € 176,72, € 174,91 en € 604,72. Voorts wordt “1 juli 2004 – 1 juli 2005” vervangen door: 1 juli 2005 – 31 december 2005. 3. In de vijfde volzin wordt “€ 597,54 - € 179,61 = € 417,93” vervangen door: € 604,72 - € 178,54 = € 426,18. d. In § 2, lid 21A, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1. In onderdeel a wordt “€ 179,61”, “€ 177,79” en “€ 175,98” vervangen door onderscheidenlijk: € 178,54, € 176,72, € 174,91.
3
GBD/2005.52598 I
4
2. In onderdeel b wordt “€ 597,54 - € 179,61 =€ 417,93”, “€ 597,54 - € 177,79 = € 419,75” en “€ 597,54 - € 175,98 = € 421,56” vervangen door onderscheidenlijk: € 604,72 - €178,54 = € 426,18, € 604,72 - €176,72 = € 428, € 604,72 - € 174,91 = € 429,81. G. De bijlagen worden gewijzigd als volgt:
a. Bijlage 1a wordt vervangen door een nieuwe bijlage 1a, die als bijlage A bij dit besluit is gevoegd b. Bijlage 1b wordt vervangen door een nieuwe bijlage 1b, die als bijlage B bij dit besluit is gevoegd. c. Bijlage 1c wordt verva ngen door een nieuwe bijlage 1c, die als bijlage C bij dit besluit is gevoegd. d. In bijlage 1d wordt aan het slot de punt vervangen door een punt-komma en wordt aan de opsomming toegevoegd: voor het tweede kwartaal 2005: 5,00; voor het derde kwartaal 2005: 5,00. Artikel II Dit besluit wordt verwerkt in de Leidraad Invordering Gemeentelijke Belastingdienst Den Haag 2005. Artikel III Dit besluit wordt bekendgemaakt in de Posthoorn van week 46, zal met ingang van 17 november t/m 28 december 2005 ter inzage liggen in het Gemeentelijk ContactCentrum, bij alle stadsdeelkantoren, treedt in werking op 17 november 2005 en werkt terug tot 1 juli 2005. Den Haag, 8 november 2005 Het college van burgemeester en wethouders, de secretaris , de burgemeester,
D.M.F. Jongen
W.J. Deetman
GBD/2005.52598 I
5
Bijlage A Bijlage 1a. Beslagvrije voet per 1 mei 2005 Gehuwden partner 1: > 21 jr. en < 65 jr. partner 2: > 21 jr. en < 65 jr. beslagvrije voet: € 1.038,56
partner 1: < 21 jr. partner 2: < 21 jr. beslagvrije voet: € 358,90
partner 1: > 21 jr. en < 65 jr. partner 2: < 21 jr. beslagvrije voet: € 698,73
partner 1: < 21 jr. partner 2: < 21 jr. + ten laste komend(e) kind(eren) beslagvrije voet: € 566,61
partner 1: > 21 jr. en < 65 jr. partner 2: < 21 jr. + ten laste komend(e) kind(eren) beslagvrije voet: € 906,44
partner 1: > 65 jr. partner 2: > 65 jr. beslagvrije voet: € 1.098,92
partner 1: > 65 jr. partner 2: < 65 jr. beslagvrije voet: € 1.098,92
Alleenstaande ouder > 21 jr. en < 65 jr. < 21 jr. beslagvrije voet: beslagvrije voet: € 387,16 1) 90% van het feitelijke inkomen (+ vakantieaanspraak) met een minimum van € 726,99 en een maximum van € 934,70 ..... 1) Let op: de Belastingdienst hanteert voor personen met een ander inkomen dan een bijstandsuitkering in afwijking hiervan: 90% van het feitelijke inkomen (+ vakantie-aanspraak) met een minimum van € 726,99 en een maximum van € 934,70. > 65 jr. beslagvrije voet: € 985,71 Alleenstaande > 21 jr. en < 65 jr. < 21 jr. beslagvrije voet: beslagvrije voet: € 179,45 1) 90% van het feitelijke inkomen (+ vakantieaanspraak) met een minimum van € 519,28 en een maximum van € 726,99 ..... 1) Let op: de Belastingdienst hanteert voor personen met een ander inkomen dan een bijstandsuitkering in afwijking hiervan: 90% van het feitelijke inkomen (+ vakantie-aanspraak) met een minimum van € 519,28 en een maximum van € 726,99 > 65 jr. beslagvrije voet: € 782,57 Bij een verblijf in een inrichting in de zin van artikel 1 van de WWB bedraagt de beslagvrije voet per maand de eventuele eigen bijdrage voor verzorging dan wel verpleging vermeerderd met: - voor een alleenstaande of alleenstaande ouder: € 171,30; - voor gehuwden: € 266,46.
GBD/2005.52598 I
6
Bijlage B Bijlage 1b. Overzicht normen studiefinanciering Hulptabel opbouw maandbudget BOL per 1-8-2005 tot 1-1-2006 en HO van 1- 9-2005 tot 1-1-2006 opl. woon. Verze- levens- boeken ziekte- col. & maand- Reken- basismax. Ring onderh. leerm. kosten lesgeld budget Max RL beurs aanv. Beurs A B C D E F G H HO uitw. Part. 519,23 51,81 37,49 124,67 733,20 258,69 233,08 241,43 HO uitw. z.fonds 519,23 51,81 0,00 124,67 695,71 258,69 233,08 203,94 HO thuisw. Part. 343,46 51,81 37,49 124,67 557,43 258,69 75,70 223,04 HO thuisw . z.fonds 343,46 51,81 0,00 124,67 519,94 258,69 75,70 185,55
max. studielening I 500,12 462,63 481,73 444,24
BOL BOL BOL BOL
466,70 429,21 448,30 410,81
uitw. uitw. thuisw. thuisw.
Part. z.fonds Part. z.fonds
519,23 519,23 343,46 343,46
Partnertoeslag per maand € 514,07 Eenoudertoeslag per maand € 411,73
45,32 45,32 45,32 45,32
37,49 0,00 37,49 0,00
79,08 79,08 79,08 79,08
681,12 643,63 505,35 467,86
141,48 141,48 141,48 141,48
214,42 214,42 57,05 57,05
325,22 287,73 306,82 269,33
GBD/2005.52598 I
7
Bijlage C
Bijlage 1c. Overzicht normen huursubsidie De vermelde bedragen zijn op maandbasis per 1 juli 2005 ..........................................................
................
Maximaal subsidiabele huur
€
604,72
€
178,54
€
176,72
€
174,91
€ € € € € € €
153,24 325,49 327,31 260,57 329,12 286,10 337,63
Maximumbedrag dat in de laagste inkomenscategorie volgens art. 17, tweede lid, Huursubsidiewet voor eigen rekening komt (normhuur) Normhuur als op peildatum sprake is van éénpersoonsouderenhuishouden Normhuur als op peildatum sprake is van meerpersoonsouderenhuishouden Maximumbedrag aan woonlasten waarmee de beslagvrije voet kan worden verhoogd voor: jongeren tot 23 jaar 1 persoonshuishouden tot 65 jaar 1 persoonshuishouden van 65 jaar en ouder 2 persoonshuishouden 23 tot 65 jaar 2 persoonshuishouden 65 jaar of ouder en gehandicapten 3 persoonshuishouden 23 tot 65 jaar 3 persoonshuishouden 65 jaar of ouder en gehandicapten Het begrip huurprijs in de zin van de Huursubsidiewet
Onder huurprijs in de zin van de Huursubsidiewet wordt verstaan de prijs die bij huur en verhuur is verschuldigd voor het enkele gebruik van een woning (de zgn. kale huur), verminderd met het eventueel d aarin begrepen bedrag voor bedrijfsruimte en met een vast bedrag voor de huur van een garage (€ 22) en vermeerderd met een aantal servicekosten (de zgn. subsidiabele servicekosten: artikel 5, derde lid, Huursubsidiewet). Deze servicekosten zijn: 1. elektriciteitskosten van lift-, ventilatie-, hydrofoor- en alarminstallaties en kosten van de verlichting van gemeenschappelijke ruimten, een en ander tot ten hoogste een bedrag van totaal € 12 per maand; 2. schoonmaakkosten van liften en andere gemeenschappelijke ruimten tot ten hoogste € 12 per maand; 3. kosten van een huismeester tot ten hoogste € 12 per maand; 4. kapitaals- en onderhoudskosten van dienstruimten en gemeenschappelijke recreatieruimten tot ten hoogste € 12 per maand. De overige in de betaalde bruto-huur begrepen elementen komen niet voor subsidiëring in aanmerking en worden dus ook bij de verhoging van de beslagvrije voet op grond van artikel 475d, vijfde lid, onderdeel b, Rv buiten beschouwing gelaten. Het feit dat de belastings chuldige niet onder betaling van deze elementen uitkomt doet hieraan niet af. NB: Voor toepassing van het vorenstaande dient de belastingschuldige zo nodig een huurspecificatie te verstrekken, verkrijgbaar bij de verhuurder.
GBD/2005.52598 I
8
Bijlage A bij bijlage Ic Huur In euro’s 604,72
max. huurgrens (23 jaar en ouder en gehandicapte jongeren tot 23 jaar)
50% huursubsidie
50% huursubsidie voor 65+ en Gehandicapten
50% huursubsidie voor 65+ en gehandicapten
geen extra huur-
geen extra huur-
subsidie voor 65-
subsidie voor 65-
508,92 )
aftoppingsgrens
) ) 474,88 )
aftoppingsgrens
75% huursubsidie
75% huursubsidie
75% huursubsidie
331,78
kortingsgrens/ max. huurgrens voor jongeren (jonger dan 23 jaar)
Basishuur 100% 1) huursubsidie 192,82
100% huursubsidie
100% huursubsidie
Normhuur2)
BezuinigingsMaatregel € 14,28 niveau normhuren voor minima = eigen bijdrage huurder
178,54
0 1 persoon
2 personen
3 en meer personen
..... 1) Voor éénpersoonsouderenhuishoudens € 191,00; voor meerpersoonsouderenhuishoudens € 189,19. 2) Voor éénpersoonsouderenhuishoudens: 176,72; voor meerpersoonsouderenhuishoudens: 174,91.