Periodieke uitgave van de gemeente Riemst Afgiftekantoor 3770 Riemst
INFOWIJZER OVERLIJDEN wijzer Overlijden
België-Belgique P.B. 3770 Riemst 12/3889
Heruitgave april 2012
Maastrichtersteenweg 2 b, 3770 Riemst I tel. 012 44 03 00 fax 012 44 03 09 I
[email protected] I www.riemst.be
april 2012 (heruitgave) • Info-wijzer ‘Overlijden’
1
INFOWIJZER OVERLIJDEN
Woordje vooraf Tegen wil en dank moeten wij vroeg of laat afscheid nemen van iemand die ons erg dierbaar is. Uitgerekend op het moment dat we in ons diepste gevoel geraakt zijn, dringen zich toch een aantal beslissingen op. In de korte periode tussen het overlijden en de uitvaart moet er immers veel worden geregeld . Omdat velen zich pas achteraf realiseren dat het afscheid nemen van een geliefde anders had gekund, wensen wij je wat bruikbare informatie te geven. Deze brochure wil je niet alleen informeren over een aantal zakelijke wetenswaardigheden; zij wil je ook een emotioneel houvast en enkele goedbedoelde adviezen meegeven. Wij zijn inmiddels al aan onze 8ste herziene editie toe. De redactie wordt verzorgd door Chris Notelaers, Evy Reynders en Jean Geelen. Wij hebben ons ook gebaseerd op de brochure ‘Wat te doen wanneer uw partner overlijdt’, een gezamenlijke uitgave van de Koning Boudewijnstichting en de Koninklijke Federatie van het Belgische Notariaat. Mocht je nog bepaalde vragen hebben over een aantal onderwerpen die niet erg duidelijk zijn of die wij misschien uit het oog hebben verloren, kan je contact nemen met de dienst Bevolking en Burgerlijke Stand in het gemeentehuis – tel. 012 44 03 11. Voor het luik ‘pensioenen’ ben je bij Tine Coenegrachts van het Sociaal Huis Riemst – tel. 012 44 09 22 het best geholpen. Voor meer informatie over nalatenschappen en testament neem je best contact met een notaris. Sommige begrafenisondernemers sturen tegenwoordig ook een nazorgconsulent(e) bij je langs. Die hebben als taak je wegwijs te maken in al de administratieve formaliteiten die je nog ná een overlijden dient te vervullen. namens het gemeentebestuur, Guido Vrijens
Marina Pauly
Mark Vos
gemeentesecretaris
schepen van Sociale Zaken
burgemeester
namens het Sociaal Huis, Jean Geelen secretaris
2
Katja Onclin voorzitter
Info-wijzer ‘Overlijden’ • april 2012 (heruitgave)
INHOUD Woordje vooraf
2
Zoek een bondgenoot
3
Dringende schikkingen 1. Vaststelling van de dood door de dokter 2. Contacteer een begrafenisondernemer 3. Rouwdrukwerk 4. Verzekering 5. Aangifte van overlijden 6. Contacteer de werkgever van de overledene 7. Wilsbeschikkingen overledene
3
Financiële schikkingen 1. Deblokkering van spaarboekjes, effecten, ... 2. Levensverzekering 3. Schuldsaldoverzekering 4. Ziekteverzekering
7
Pensioenen 9 1. Overlevingspensioen 2. Achterstallig pensioen 3. Voorschot op pensioen Wezenbijslag 11 Voogdij minderjarige kinderen
12
Diverse 12 1. Studietoelagen 2. Huishuur 3. Uw echtgeno(o)t(e) overleed ten gevolge van een arbeidsongeval of beroepsziekte 4. Ongeval gemeen recht 5. Belastingen 6. Wat met de wagen 7. Aangifte overlijden bij toeleveringsbedrijven Nalatenschap/successieaangifte 15
ZOEK EEN BONDGENOOT
DRINGENDE SCHIKKINGEN
Als iemand overlijdt die je dierbaar is, aarzel dan niet om steun te zoeken bij degene(n) waarbij je je goed voelt. Familie, vrienden en kennissen kunnen je helpen de belangrijke periode tussen het overlijden en de uitvaart bewust en intens te beleven. Nodig één persoon uit die mensenkring uit, om je te begeleiden in het nemen van noodzakelijke en belangrijke beslissingen. Vraag iemand die je vertrouwen geniet, betrokken is, maar toch in staat is de zaken nuchter te bekijken om in alle rust en kalmte besprekingen te voeren. Alleen voel je je machteloos en kun je geneigd zijn het hele gebeuren uit de hand te geven. Na de begrafenis kan dit een gevoel van onvoldaanheid geven. Rond de overledene cirkelen vele mensen, mensen die emotioneel betrokken zijn en mensen die beroepshalve aanwezig zijn. Door familie, vrienden en kennissen word je in deze moeilijke periode echt ‘gedragen’. Bij een ongeval of een misdrijf kun je ook gratis terecht bij ‘Slachtofferhulp’ - Rozenstraat 28, 3500 Hasselt - tel. 011 23 23 40 (let wel, niet bij een arbeidsongeval); als het overlijden een gevolg is van zelfdoding, kun je voor passende steun ook gratis terecht bij de ‘Zelfmoordlijn’ - tel. 02 649 95 55 en bij ‘Similes’ tel. 016 24 42 01 en 011 30 57 25.
Ook al word je omringd door mensen die je op dat ogenblik graag in je nabijheid hebt, toch moet je in de volgende uren en komende dagen afspraken regelen met verschillende dienstverleners. De herinnering aan het afscheid zou een goede herinnering moeten zijn; één die zo weinig mogelijk verstoord wordt door zaken die anders verlopen dan je zelf wilde. Maak personen die wegens hun beroep bij de begrafenis zijn betrokken duidelijk dat je pas na overleg met je bondgenoot beslissingen neemt.
Van beroepsmensen moet je wel verlangen dat ze je als klant behandelen. Dat betekent met het nodige respect en de noodzakelijke duidelijkheid. Een overlijden moet door een geneesheer worden geconstateerd en bevestigd door een wettig attest. De ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de gemeente maakt je wegwijs in de wettelijke verplichtingen die een overlijden met zich meebrengt en geeft je de noodzakelijke documenten. Voor een uitvaartplechtigheid kan je kiezen tussen een kerkelijke en een burgerlijke dienst. Van een priester of een pastorale werk(st)er mag je verwachten dat hij/zij zich voldoende kan inleven in het gebeuren. Zo dient hij/zij de betrokkene inspraak te geven in het verloop van de misviering en in de keuze van de te gebruiken teksten .
Meest dringende schikkingen 1. Vaststelling van de dood door een dokter.
De wet schrijft voor dat het overlijden officieel moet worden vastgesteld door een arts. Bij een overlijden in een ziekenhuis of op weg ernaar, zorgt het ziekenhuis voor een overlijdensattest. Is er sprake van een overlijden in de huiselijke kring of elders, moet een dokter de dood vaststellen.
2. Contacteer een begrafenisondernemer.
In de praktijk doen we meestal een beroep op een begrafenisondernemer. Je bondgenoot kan je begeleiden bij de keuze van de begrafenisondernemer en bij het maken van de nodige afspraken. Belangrijke criteria van de begrafenisondernemer bij die keuze zijn: • De ruimte die hij laat voor je eigen inbreng en de hulp die hij hierbij biedt. • Zijn houding als respectvolle buitenstaander. • De openheid over prijzen vooraf en de gedetailleerde rekening achteraf, ook m.b.t. tot de prijs van het eventuele werk van de nazorgconsulent(e) die je ná het overlijden komt wegwijs maken in al de formaliteiten die je nog dient te vervullen. Naast de organisatie van de uitvaartplechtigheid kan de begrafenisondernemer instaan voor de aangifte van het overlijden, het aanvragen van een grafconcessie, het drukken van doodsbrieven, de publicatie van een overlijdensbericht in de krant enz … Voor de begrafenisondernemer is zoiets een routineklus; voor de nabestaanden een intiem gebeuren. Daarom is het vanzelfsprekend dat de familie overal inspraak in heeft en dat er met hun wensen rekening wordt gehouden.
april 2012 (heruitgave) • Info-wijzer ‘Overlijden’
3
INFOWIJZER OVERLIJDEN
3. Rouwdrukwerk en rouwadvertentie.
Voor rouwdrukwerk bestaan geen wettelijke verplichtingen. Rouwdrukwerk geniet bij De Post een voorkeursbehandeling en is daarom best ‘herkenbaar’. De drukkers hebben een catalogus met voorbeelden met aparte prijsvermelding voor alle drukwerk . Hiervan wordt eerst een proefdruk gemaakt; pas na goedkeuring ervan door de betrokkene(n) volgt de druk van de definitieve versie. De aantallen, de verspreiding en de verzending worden met de familie besproken. Laat de drukker zijn afspraken noteren: • Het overlijdensbericht moet immers op tijd klaar zijn. • Voor een herdenkingsprentje heb je meer tijd. Vraag ook best om de drukproeven even mogen door te nemen, om spijtige vergissingen te voorkomen. Drukkers en begrafenisondernemers hebben meestal de gewoonte om ongevraagd reclame onderaan het drukwerk te vermelden. Misschien kan je ook hierover best afspraken maken. Een rouwadvertentie brengt een groter publiek op de hoogte van een overlijden en bevat in verkorte versie dezelfde gegevens als het overlijdensbericht. De prijs van een advertentie wordt berekend op basis van de ingenomen bladruimte en is per cm te betalen. Ook hieronder plaatst de begrafenisondernemer veelal een reclame. Het zou wenselijk zijn indien hij u daarvoor toestemming vraagt. Het Belang van Limburg stelt standformaten voor en publiceert jaarlijks de tarieven.
4. Verzekering m.b.t. overlijden Alsmaar meer mensen sluiten een polis af voor een verzekering m.b.t. overlijden. Deze verzekering treft de nodige schikkingen zoals overeengekomen in de polis.
4
Info-wijzer ‘Overlijden’ • april 2012 (heruitgave)
5. Aangifte van overlijden
De aangifte van overlijden gebeurt door een meerderjarige persoon bij de ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de gemeente waar het overlijden werd vastgesteld. Een medisch attest van overlijden moet worden voorgelegd, alsook de identiteitskaart, rijbewijs en het trouwboekje van de overledene. Hoewel er geen wettelijke termijn bestaat waarbinnen de aangifte moet gebeuren, raden wij je toch aan om dit zo spoedig mogelijk te doen. Het is ook raadzaam om een aantal uittreksels uit de akte van overlijden te vragen. Deze attesten heb je later nodig om allerhande administratieve formaliteiten te vervullen (aanvragen pensioen, begrafenisvergoeding ziekenfonds, wezenbijslag, enz…) Als het overlijden buiten de gemeente Riemst heeft plaatsgevonden, krijgt het gemeentebestuur van Riemst hiervan later ook bericht om deze akte over te schrijven. De gemeente kan vervolgens een uittreksel uit de overlijdensakte afleveren. In de praktijk is het echter meestal de begrafenisondernemer die deze documenten opvraagt bij het gemeentebestuur. Indien het overlijden heeft plaatsgevonden in een ziekenhuis, gebeurt de aangifte meestal door de directie van dit ziekenhuis. In de meeste gevallen neemt ook hier de begrafenisondernemer de nodige initiatieven. Als het overlijden in het buitenland heeft plaatsgevonden, neem dan onmiddellijk contact met de Belgische diplomatieke of consulaire overheid ter plaatse. De contactgegevens kan je verkrijgen op tel. 02 501 82 27 onder de kantooruren of op 02 501 81 11 buiten de kantooruren.
6. Contacteer de werkgever van de overledene. De werkgever dient in het bezit te worden gesteld van een uittreksel uit de overlijdensakte. Hij zal dan zorgen dat de nog te betalen lonen of wedden, vergoedingen, premies enz… worden uitbetaald. Was de overledene bediende, zal zijn werkgever het vakantiegeld rechtstreeks aan de erfgenamen uitbetalen. Was de overledene een arbeid(st)er, moet het vakantiegeld worden aangevraagd bij de bevoegde dienst vakantiegeld. Ambtenaren en gepensioneerde ambtenaren hebben recht op een begrafenisvergoeding van de overheid waar zij tewerkgesteld waren. Deze vergoeding vraag je aan bij het tewerkstellend bestuur of bij de Pensioendienst.
7. Wilsbeschikkingen overledene Je kan best nagaan of de overledene bepaalde wilsbeschikkingen heeft geuit of een geschrift heeft nagelaten met betrekking tot de begrafenis (plaats, kerkelijke of burgerlijke begrafenis, crematie, verloop van plechtigheid, enz…). Indien zo moet de inhoud ervan in de mate van het mogelijke uitdrukkelijk worden nageleefd. Zijn hierover mondelinge wensen kenbaar gemaakt, heb je de morele verplichting deze te eerbiedigen. Is er geen wilsuiting bekend, tref je de nodige schikkingen voor de begrafenis volgens eigen goeddunken. Enkele mogelijke wilsbeschikkingen • Afstaan van organen of weefsel na de dood. De transplantatie van organen en weefsels van een overledene kan andere, levende mensen helpen/redden. De vraag naar gezonde organen overtreft evenwel in sterke mate het aanbod. In de regel kan men in België organen van elke overledene wegnemen om ze bij iemand in te planten, tenzij de overledene zich in zijn leven hiertegen uitdrukkelijk heeft verzet. Ook de familieleden in de 1ste graad (ouders en kinderen) kunnen zich hiertegen nog verzetten, behalve indien de overledene in zijn leven zijn uitdrukkelijke toestemming voor verwijdering heeft gegeven. Wie zich verzet of zijn uitdrukkelijke toestemming wil geven tot het wegnemen van organen of weefsels nà zijn dood, moet dit in zijn leven schriftelijk kenbaar maken. Hiervoor dient hij/zij bij de dienst Bevolking van de gemeente het formulier ‘Wilsuitdrukking inzake wegneming en transplantatie van organen en weefsels na het overlijden’ aan te vragen en daar ingevuld af te leveren. Deze wilsuiting wordt opgenomen in het Rijksregister. De betrokkene wordt hiervan op de hoogte gebracht. Zowel het verzet als de uitdrukkelijke toestemming kunnen altijd worden herroepen. De organen mogen pas worden verwijderd nadat de dood door 3 artsen is vastgesteld.
• Afstaan van het lichaam voor de wetenschap Er is vooral behoefte aan lichamen in het kader van de opleiding van artsen maar ook voor wetenschappelijke doeleinden. De kennisgeving van deze wens dient te gebeuren in het leven van de betrokkene door middel van een document van een wetenschappelijke instelling naar keuze. Hiertoe neem je bij voorkeur contact op met één van de grote universiteiten van het land. Daar kun je de precieze modaliteiten onmiddellijk bespreken en kan alles nauwkeurig op papier worden gezet. Het is aangeraden dat je de nabestaanden inlicht over deze terbeschikkingstelling. Rekening houdend met de snelle overbrenging naar de universiteit is er weinig tijd voor afscheid en kan er alleen een herdenkingsdienst zonder lichaam plaatshebben. Na verloop van tijd volgt er een verplichte begrafenis of crematie waarbij alle kosten ten laste vallen van de nabestaanden. • Concessie, teraardebestelling of crematie Kiest men voor een begrafenis dan heeft men de keuze tussen een teraardebestelling in de volle grond, in concessiegrond of in een grafkelder. Bij de keuze voor een crematie heb je volgende mogelijkheden: bijzetting van de urne in columbarium, grafkelder of urnekelder, het begraven van de urne, asverstrooiing of verstrooiing op zee of bewaring van de as op een andere plaats dan de begraafplaats. Je kan deze keuze laten opnemen in een testament of laten registreren door de ambtenaar van de Burgerlijke Stand. Deze wilsbeschikking moet worden uitgevoerd ná het overlijden en biedt – bijvoorbeeld bij van onenigheid onder de nabestaanden – een garantie dat iemands laatste wensen worden gerespecteerd. Bij het mondeling kenbaar maken van de wensen heb je deze garantie vanzelfsprekend niet. Als je in je leven niets hebt laten registreren, kan de familie - met voorrang van de huwelijkspartner of samenwonende - een aanvraag tot cremeren indienen via de begrafenisondernemer. Bij onenigheid onder de familieleden kan de rechtbank in kortgeding beslissen in welke vorm de begrafenis dient te gebeuren.
april 2012 (heruitgave) • Info-wijzer ‘Overlijden’
5
INFOWIJZER OVERLIJDEN
• Gemeentelijk tariefreglement op de begraafplaatsen -- VOLLE GROND: een begraving van lijkkisten of urnen in volle, niet-geconcedeerde grond is gratis maar slechts voor één persoon mogelijk. -- CONCESSIE: een concessie of ‘gekochte grond’ wordt aangekocht voor een bepaald aantal jaren (voorzien door het gemeentereglement). In dit geval ben je ervan verzekerd dat de grafzerk blijft staan voor de duur van de aangekochte periode. Deze periode begint te lopen vanaf de datum dat het schepencollege de concessie toekent. Echtelingen (of familieleden) kunnen meestal wel bij elkaar worden begraven – In Riemst werd het tarief hiervoor bepaald op 300 euro voor 30 jaar. -- GRAFKELDER: een geprefabriceerde grafkelder kun je aankopen voor maximaal 4 personen. We hebben het dan over de begraving van maximaal 2 lijkkisten, boven elkaar gelegen, waarbij max. 2 urnen worden bijgeplaatst. De concessie voor een grafkelder bedraagt 30 jaar en kost 650 euro. -- BEGRAVEN VAN DE URNE: de begravingen van urnen in volle grond zijn gratis. Begravingen van urnen in geprefabriceerde urnekelders en in columbaria kosten 500 euro voor een periode van 30 jaar. -- ASVERSTROOING: een asverstrooiing is gratis – evenals de ter beschikking gestelde herdenkingsplaatjes - en gebeurt meestal op de strooiweide van de gemeente. -- KINDERGRAVEN: kinderen jonger dan 7 jaar worden gratis begraven. -- MEENEMEN VAN URNE: de asse van een afgestorvene hoeft niet meer per se te worden uitgestrooid of bijgezet in een columbarium. De wet laat de nabestaanden immers toe om de urne mee naar huis te nemen, uit te strooien of te begraven op een andere plaats dan de begraafplaats. Voorwaarden: de nabestaanden van de 1ste graad dienen deze wil vóór de crematie schriftelijk kenbaar te maken of de overledene heeft dit in zijn wilsverklaring opgenomen.
6
Info-wijzer ‘Overlijden’ • april 2012 (heruitgave)
-- ALGEMEENHEDEN : >>Alle vermelde tarieven worden met 200 % verhoogd voor personen ‘vreemd aan de gemeente’ maar die in Riemst een concessie wensen te krijgen. Dit geldt niet voor personen die in de laatste 25 jaren ten minste 10 jaar waren ingeschreven in ons bevolkings- of vreemdelingenregister. Voor wie verhuisd is wegens een verblijf in een rusthuis, een verzorgingstehuis of een psychiatrische instelling, gelden dezelfde tarieven als voor de inwoners van Riemst. >>Tenzij de overledene anders heeft beschikt of zijn/ haar verwanten zich ertegen verzetten, heeft eenieder het recht om op het graf van zijn/haar verwante of vriend een grafteken te laten plaatsen zonder evenwel afbreuk te doen aan het recht van de concessiehouder. >>Het is niet toegelaten grafstenen of andere gedenktekens te plaatsen die door hun vorm, afmetingen, opschriften of aard van de materialen de reinheid, gezondheid, veiligheid en rust op de begraafplaats kunnen verstoren. Voor meer informatie over de vermelde prijzen en regelingen kan je terecht bij de dienst Bevolking – Maastrichtersteenweg 2 b, 3770 Riemst – tel. 012 440 311.
• Burgerlijke of godsdienstige plechtigheid Zowel een kerkelijke als een burgerlijke plechtigheid, een begrafenis of een crematie, kunnen zeer persoonsgericht verlopen. Hierbij zal de persoonlijkheid van de overledene centraal staan. Een en ander wordt vergemakkelijkt indien de overledene zelf duidelijke wensen over zijn afscheid en zeker over zijn uitvaart of begrafenis kenbaar heeft gemaakt. De nabestaanden kunnen op deze uitvaart tot uiting brengen wat de overledene voor hen heeft betekend, nog betekent en zal blijven betekenen. Voor bijkomende inlichtingen hierover kan je terecht bij de verantwoordelijke van je parochie. Bij burgerlijke begrafenissen komt meer en meer een ritueel rond de dood op gang. Meer info hierover verkrijg je bij het huisvandeMens (voorheen Centrum voor Morele Dienstverlening) – Klokkestraat 4 bus 1, 3740 Bilzen - tel. 089 30 95 60 –
[email protected] • Het testament Iedereen sterft en moet zijn bezit nalaten, hoe futiel of immens het ook is. Ook je lichaam behoort tot je eigen ‘bezit’. Dan is het ook normaal dat iemand zelf kan beslissen wat er met zijn of haar lichaam na het overlijden gebeurt. Voor wie bijzondere wensen heeft na zijn dood, van welke aard ook, kan het opmaken van een testament nuttig of zelfs van groot belang zijn. Een testament wordt best opgemaakt bij een notaris (zie gele telefoongids – rubriek/hoofdstuk 6000), want hiervan wordt nadien ook altijd melding gedaan aan het Centraal Register der Testamenten (C.R.T) - Huis der Notarissen - Bergstraat 30 -32, 1000 Brussel - tel. 02 505 0811 (= algemeen oproepnummer). Na een overlijden kan daar gemakkelijk worden nagegaan of er wel ooit een testament werd opgemaakt. Let wel, enkel de inhoud van het laatste testament is geldig. De prijs voor het opmaken van een notarieel testament bedraagt momenteel om en bij de 275 euro (B.T.W. inbegrepen).
FINANCIELE SCHIKKINGEN 1. Deblokkering van spaarboekjes, effecten, enz… Een van de belangrijkste instanties die je moet contacteren, is je bank. Wellicht hebben je partner en jezelf één of meerdere bankrekeningen: persoonlijke rekeningen op zijn/haar naam, of gemeenschappelijke rekeningen van je beiden. Misschien zijn er ook spaarboekjes, effectendossier, een kluis… De erfgenamen van de overledene moeten alle bankinstellingen informeren waarbij de overledene klant was. Niet iedereen is helemaal op de hoogte van de bankzaken van zijn/haar partner. Zodra de bank van een overlijden op de hoogte is, moet deze alle tegoeden van de betrokkene en van de wettige echtgenoot of echtgenote (ongeacht het huwelijksstelsel) blokkeren en een eventuele kluis verzegelen. Eventuele volmachten die je partner aan anderen heeft gegeven, zijn niet langer geldig. De bank moet een lijst met al deze tegoeden opstellen en overmaken aan de Administratie der Registratie die zich met de successie bezighoudt. Later wordt op basis van deze lijst nagekeken of alles is opgenomen in de aangifte van de nalatenschap. Door de blokkering wordt ook vermeden dat er nog sommen worden afgehaald zonder de toestemming van alle erfgenamen van je partner. De rekeningen kunnen gedeblokkeerd worden zodra de bank officieel op de hoogte is van de wettige erfgenamen van de overledene. Hiervoor is nodig: • een attest van erfopvolging, afgeleverd door de ontvanger van een registratiekantoor. Zo’n attest is slechts tegen bepaalde voorwaarden voldoende (er mag geen testament of huwelijkscontract zijn, evenmin een schenking tussen echtgenoten of een samenlevingscontract, en er mogen geen handelsonbekwame erfgenamen zijn). Het attest kan je ook online aanvragen. OF • een akte van erfopvolging, opgemaakt door de notaris. Indien een attest van erfopvolging niet voldoet, moet u een beroep doen op de notaris. In de andere gevallen hebt u de keuze.
april 2012 (heruitgave) • Info-wijzer ‘Overlijden’
7
INFOWIJZER OVERLIJDEN
Wat blijft er mogelijk als de banktegoeden geblokkeerd zijn? Slechts tegen bepaalde voorwaarden kan je geld van de rekening(en) halen: • de bank kan betalingen verrichten voor kosten die ontegensprekelijk uit de nalatenschap voorkomen (ziekenhuisfacturen, begrafeniskosten, …) • echtgenoten of wettelijk samenwonenden kunnen bij het overlijden van hun partner gemakkelijk een voorschot krijgen op hun deel van het saldo van de geblokkeerde rekeningen. Deze ‘bevrijdende betaling’ mag niet meer bedragen dan de helft van dat saldo, met een maximum van 5.000 euro. Wie toch meer afhaalt, riskeert ernstige sancties. • overschrijvingen op de rekening(en) blijven altijd mogelijk. • je kan ook een nieuwe rekening openen op je naam; die zal niet worden geblokkeerd. Op het moment dat de bank de tegoeden vrijgeeft, moeten alle erfgenamen in persoon of via volmacht aanwezig zijn. Woont een van de erfgenamen in het buitenland, komen de tegoeden pas vrij na toestemming van de Administratie der Registratie - Brugstraat 2, 3740 Bilzen – tel. 0257 867 70. Voordat een kluis kan worden gedeblokkeerd, moet er van de inhoud een officiële inventaris worden opgemaakt. Dat gebeurt door ofwel een medewerker van de bank of een notaris. De Administratie der Registratie moet hiervoor wel worden uitgenodigd. De inventaris moet worden ondertekend door de erfgenamen en eventueel door de Afgevaardigde van de Administratie der Registratie als die daadwerkelijk aanwezig is. Wanneer de sleutel van de kluis onvindbaar of de code onbekend is, wordt een beroep gedaan op een slotenmaker, hetgeen bijkomende kosten met zich meebrengt.
2. Levensverzekering Indien de overledene een levensverzekering had afgesloten, moet je de verzekeringsmaatschappij dadelijk op de hoogte brengen van het overlijden; je dient de maatschappij een uittreksel uit de akte van overlijden te bezorgen.
8
Info-wijzer ‘Overlijden’ • april 2012 (heruitgave)
3. Schuldsaldoverzekering Een schuldsaldoverzekering wordt afgesloten om te voorkomen dat leningsschulden, aangegaan vóór het overlijden van de ontlener en niet helemaal afgelost op het ogenblik van het overlijden, voort zouden moeten aangezuiverd worden. De meeste hypothecaire leningen (bijv. voor bouw of aankoop van woning, grond) zijn gedekt door zo’n verzekering. Trouwens, de meeste kredietmaatschappijen eisen van de ontlener een schuldsaldoverzekering. Bij overlijden van de ontlener betaalt dus niet de overlevende echtgeno(o)te, maar de verzekeringsmaatschappij het overblijvend schuldsaldo aan de kredietvennootschap. Indien de overledene zo’n schuldsaldoverzekering had, moet je dadelijk de kredietmaatschappij informeren over het overlijden en moet je de maatschappij een uittreksel uit de overlijdensakte bezorgen.
4. Ziekteverzekering • Begrafenisvergoeding Als de overledene loontrekkende was in België, betaalt het RIZIV een begrafenisvergoeding van 148,74 euro. Voor de aanvraag dien je bij je ziekenfonds te zijn. Breng volgende documenten mee: >>factuur van de begrafenis (voor voldaan getekend) >> overlijdensbericht >> SIS-kaart overledene - indien je echtgeno(o)t(e) overleden is, vraag dan ook dadelijk na of je eigen SISkaart wel of niet moet worden aangepast. Indien de overledene een wedde of een pensioen ontving ten laste van de Staat, wordt - bij wijze van begrafenisvergoeding - nog 1 maand wedde of pensioen uitgekeerd. Voor hogere pensioenen en wedden is het bedrag evenwel begrensd.
PENSIOENEN 1. Overlevingspensioen 1.1. De overledene genoot al een rustpensioen.
1.2. De overledene genoot geen rustpensioen (*)
A. Als loontrekkende of zelfstandige In dat geval wordt het overlevingspensioen ‘ambtshalve’ (= zonder nieuwe aanvraag) toegekend. Het is ook aangeraden om eventueel de buitenlandse instellingen die instaan voor de betaling van sociale uitkeringen in te lichten over het overlijden .
A. Als loontrekkende of zelfstandige In dat geval moet de langstlevende echtgeno(o)te het overlevingspensioen aanvragen bij het Sociaal Huis (vraag naar Tine Coenegrachts). Ook een gevolmachtigde kan die aanvraag indienen. Het is daarom best om na te gaan wanneer en waar de overledene tijdens zijn leven tewerkgesteld was. Hiervoor kan je terecht bij CIMIRE – tel. 02 212 02 03 met vermelding van het nationaal nummer (dit vind je op de identiteitskaart of op de SIS-kaart).
Voor bijkomende inlichtingen over uitbetalingen kan je terecht bij de Rijksdienst voor Pensioenen - tel. 02 529 30 02. B. Als staatsambtenaar Hier moet je het overlevingspensioen aanvragen bij de Pensioendienst van de Federale Overheidssector, Ontvangst van de briefwisseling - Victor Hortaplein 40 bus 30, 1060 Brussel – tel. 02 558 60 00 – fax 02 558 60 10 –
[email protected] – www.ap.fgov.be. Je doet er ook goed aan om het overlijden mee te delen aan de Centrale Dienst der Vaste Uitgaven (C.D.V.U.) Kunstlaan 30, 1040 Brussel - tel. 02 572 57 11). Bij de aanvraag volgende documenten voegen: • uittreksel overlijdensakte • brevetnummer(s) en nationaal nummer van de overledene. Het pensioen gaat in op de 1ste dag van de maand volgend op het overlijden.
De aanvraag gaat in vanaf de 1ste dag van de maand van het overlijden. Vergeet niet om na de ontvangst van je beslissing onmiddellijk het formulier model 74 (toegelaten arbeid) of model 74 bis (vervangingsinkomens – bijv. werkloosheidsuitkeringen) terug te sturen naar de instelling die de beslissing heeft genomen. Zolang dit niet is gebeurd, wordt geen (achterstallig) pensioen uitbetaald. Gedurende een tijdspanne van 12 maanden is het wel toegelaten om 2 sociale uitkeringen te cumuleren – bijvoorbeeld werkloosheidsuitkeringen of ziekengeld met overlevingspensioen; dit kan later wel gevolgen hebben in verband met eventueel verschuldigde belastingen. Voor bijkomende inlichtingen over uitbetalingen kan je terecht bij de Rijksdienst voor Pensioenen - tel. 02 529 30 02.
• Voorkeursregeling weduwen – invaliden – gepensioneerden – wezen (Omnio-statuut) Wanneer je bruto-inkomen niet hoger ligt dan 13.543,71 euro, verhoogd met 2.507,30 euro per persoon ten laste, kan je aanspraak maken op de voorkeursregeling voor ziekteverzekering. Die bestaat eruit dat je een hoger percentage van de tarieven voor geneeskundige verzorging verkrijgt. Je ziekenfonds zal je hierover verder inlichten.
april 2012 (heruitgave) • Info-wijzer ‘Overlijden’
9
INFOWIJZER OVERLIJDEN
B. Als staatsambtenaar Hier moet je het overlevingspensioen aanvragen bij de Pensioendienst van de Federale Overheidssector, Ontvangst van de briefwisseling - Victor Hortaplein 40 bus 30, 1060 Brussel – tel. 02 558 60 00 – fax 02 558 60 10 –
[email protected] – www.ap.fgov.be. Bij de aanvraag volgende documenten voegen: • uittreksel overlijdensakte • brevetnummer(s) en nationaal nummer van de overledene. Het pensioen gaat in op de 1ste dag van de maand volgend op het overlijden. Indien de afgestorvene ooit een politiek mandaat heeft uitgeoefend (burgemeester, schepen of voorzitter Sociaal Huis) kan je een overlevingspensioen aanvragen bij het bestuur waar hij/zij het laatst een mandaat uitoefende. Ook bij een uitsluitende tewerkstelling in het buitenland moet je een overlevingspensioen aanvragen bij het Sociaal Huis (vragen naar Tine Coenegrachts). Voor bijkomende inlichtingen over een pensioen uit Nederland kan je terecht bij de volgende diensten: • Sociale Verzekeringsbank S.V.B – Graadt van Roggenweg 400 – Postbus 18002 – NL 3501 CA Utrecht – tel. 00 31 30 26 49 030 – fax 00 31 30 26 49 009. • Stichting Bureau voor Belgische Zaken – Rat Verleghstraat 2 – Postbus 90151 – NL 4800 RC Breda – tel. 00 31 76 54 85 840. • Gegevens over je loopbaan (wel best altijd je geboortedatum opgeven) kan je verkrijgen bij: Sociale Verzekeringsbank - Kantoor Verzekeringen – Administratie Van Heuven Goedhartlaan 1 - Postbus 357, NL 1180 BA Amstelveen – tel. 00 31 20 656 53 52. • Inlichtingen over het verkrijgen van bijkomend (overlevings)pensioen van een of meerdere particuliere (bedrijfs)pensioenfonds(en) uit Nederland - waarvoor de werkgever betaald heeft – kun je vernemen bij de ‘Stichting Pensioenbeheer’ - Pensioenregister Beheersorganisatie - Postbus 785 - NL 1180 AT Amstelveen – tel. 00 31 20 751 28 70 -
[email protected] (wel best altijd geboortedatum vermelden)
10
Info-wijzer ‘Overlijden’ • april 2012 (heruitgave)
(*) De Regering Di Rupo zal het Belgische overlevingspensioen nog in de loop van deze legislatuur hervormen. De concrete voorwaarden en toepassing van het nieuwe systeem worden op dit ogenblik nog uitgewerkt, maar voor personen die op 1 januari 2012 de leeftijd van 30 jaar bereikt hebben en hun echtgeno(o)t(e) verliezen, blijft het overlevingspensioen alleszins behouden. Wie op die datum jonger is dan 30 jaar ontvangt een ‘overgangsuitkering’ waarvan de duur zal afhangen van de leeftijd, het aantal kinderen en het aantal jaren van wettelijk samenwonen of huwelijk. Na afloop van de overgangsuitkering en bij gebrek aan een baan komt er onmiddellijk een recht op werkloosheidsuitkering, zonder wachttijd en met een aangepaste en vroegtijdige begeleiding.
2. Achterstallig pensioen Indien de overledene al een pensioen genoot, worden de onbetaald gebleven achterstallen van de maand van het overlijden enkel aan de overlevende echtgeno(o)te uitgekeerd. Andere mogelijke rechthebbende erfgenamen komen hiervoor niet in aanmerking. Als er achterstallen zijn verschuldigd van maanden vóór het overlijden, worden deze: • ambtshalve (= automatisch) uitbetaald aan de overlevende echtgeno(o)te of, mocht deze er niet meer zijn, in volgende orde aan de: >>kinderen met wie de gerechtigde leefde op het ogenblik van het overlijden; >>persoon die de hospitaalkosten betaalde; >>persoon die de begrafeniskosten betaalde • op aanvraag binnen de zes maanden ná het overlijden aan andere personen. Deze aanvraag moet je richten aan de Rijksdienst voor Pensioenen - Zuidertoren, 1060 Brussel, op een vastgesteld document. De burgemeester moet de juistheid van de erop vermelde inlichtingen bevestigen.
3. Voorschot op pensioen Wanneer het pensioen op zich laat wachten waardoor je eventueel in financiële moeilijkheden komt, neem je best even contact met Tine Coenegrachts van het Sociaal Huis van Riemst – tel. 012 44 09 22. Je krijgt dan probleemloos een ‘terugvorderbaar voorschot’ uitbetaald.
WEZENBIJSLAG Als één van de ouders overlijdt, krijgen de kinderen die kinderbijslag genieten een wezenbijslag uitbetaald (tot 25 jaar in België en tot 18 jaar in Nederland). Hierbij wordt het volgende onderscheid gemaakt: 1. stelsel loontrekkenden: de wezenbijslag moet je aanvragen bij de kas die de gewone kinderbijslag uitbetaalt. 2. stelsel zelfstandigen: de wezenbijslag moet je aanvragen bij de Sociale Verzekeringskas waar je als zelfstandige bent aangesloten. Indien de overlevende echtegeno(o)te echter als loontrekkende tewerkgesteld is of een vervangingsinkomen geniet, kan je de wezenbijslag aanvragen via de kas van de laatste werkgever. 3. overheidsdienst: de wezenbijslag moet je aanvragen bij de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers – Dienst Speciale Rechten – Trierstraat 70, 1040 Brussel – tel. 02 237 21 11. 4. Grensarbeiders in Nederland: indien de vader vroeger in België als loontrekkende werkzaam was , dien je de wezenbijslag aan te vragen bij het kinderbijslagsfonds van de laatste werkgever in België. Als de overleden vader nooit in België heeft gewerkt, wordt de kinderbijslag betaald door de Raad van Arbeid van het district van de werkgever uit Nederland. Het lijkt ons eveneens raadzaam om laten na te gaan of je recht kan laten gelden op Belgisch wezengeld als gevolg van de arbeidsprestaties van de moeder. Meer weten? Sociale Verzekeringsbank, Laurentiusplein 8, Postbus 1244, NL 6040 KE Roermond – tel. 00 31 475 36 80 20. Deze aanvraag dien je best zo snel mogelijk in te dienen bij het kinderbijslagfonds dat de kinderbijslag uitbetaalde. Om het aanvraagformulier te verkrijgen, neemt je best telefonisch contact. Welke documenten dien je bij de aanvraag te voegen? • uittreksel uit de overlijdensakte • bij adoptie: een homologatieafschrift van de adoptieakte(n) die je kan verkrijgen bij de Jeugdrechtbank in Tongeren – Gerechtsgebouw, Predikherenstraat 8 - tel. 012 39 95 65 & 63 - ofwel het ‘beschikkend gedeelte’ ervan dat je kan verkrijgen in het gemeentehuis. • Vergeet zeker niet het dossiernummer te vermelden!
VOOGDIJ KINDEREN
MINDERJARIGE
Ná het overlijden van een ouder komt de voogdij over de minderjarige en niet-ontvoogde kinderen van rechtswege aan de overlevende ouder toe. Je kan enkel in zeer bepaalde gevallen op eigen verzoek hiervan worden ontslagen, bijv. indien je ernstig ziek of ouder dan 65 jaar bent. Feitelijk behelst de opdracht van de voogd in zekere mate de voortzetting van de ouderlijke taak: de zorg over de persoon van de minderjarige, de opvoeding, het beheer van zijn goederen en zijn vertegenwoordiging in burgerlijke zaken. Ter inlichting: • voogdij over volle wezen De langstlevende van de ouders kan bij testament of in een verklaring voor de vrederechter iemand als voogd aanduiden die deze taak op zich neemt. Werd hierover niets bepaald, komt het aan de vrederechter toe om iemand aan te duiden. • openvallen van nalatenschap Bij toepassing van de nieuwe voogdijwetgeving dient de overlevende ouder in 1ste instantie de nalatenschap namens de minderjarige kinderen te aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving of eenvoudig te verwerpen. Zowel de aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving als eenvoudig verwerpen van de nalatenschap is enkel mogelijk na bijzondere machtiging van de vrederechter. Het is eveneens aangewezen dat je vraagt of hiervan een ‘bericht van bekendmaking’ dient te worden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad zodat de mogelijke schuldeisers zich binnen de 3 maanden kenbaar kunnen maken. Voor de publicatie dien je echter zelf in te staan en kan je contact opnemen met de ‘Drukkerij van het Belgisch Staatsblad’, Dienst Aankondigingen - Antwerpsesteenweg 53, 1000 Brussel - tel. 02 552 23 19. Met vragen kan je best terecht bij de Griffie van het Vredegerecht in Tongeren – tel. 012 39 95 80 - fax 012 39 95 90 en bij de Rechtbank van Eerste Aanleg - tel. 012 33 99 53 of bij de notaris. Bij de Rechtbank van Eerste Aanleg dien je niet alleen een overlijdensakte voor te leggen, maar ook een getuigschrift van woonst (volledig adres van de overledene op datum van overlijden); dat document kan je verkrijgen bij de dienst Bevolking in het gemeentehuis.
april 2012 (heruitgave) • Info-wijzer ‘Overlijden’
11
INFOWIJZER OVERLIJDEN
DIVERSE 1. Studietoelagen Om het recht op een studietoelage te bepalen, houdt de Dienst voor Studietoelagen rekening met het gezinsinkomen van 2 jaar terug. Als je gezinssituatie echter verandert wegens een overlijden, moet je dit meedelen aan de Dienst voor Studietoelagen. Die houdt dan rekening met het vermoedelijke inkomen van het jaar waarvoor de toelage werd aangevraagd. Inlichtingen hierover kan je verkrijgen bij het secretariaat van de onderwijsinstelling of bij het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap - Departement Onderwijs, Dienst voor Studietoelagen - Hendrik Consiencegebouw, Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel - tel. 02 553 86 61 & 68 en bij het provinciebestuur van Limburg - Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt - tel. 011 29 96 00. Er bestaat al een recht op een studietoelage vanaf het kleuteronderwijs. Een rechtsgeldige aanvraag kan tot uiterlijk 30 juni, de laatste dag van het schooljaar.
2. Huishuur Het huurcontract kan niet automatisch worden beëindigd door het overlijden van de huurder of de verhuurder en is dus geen oorzaak van opzegging. Als de huurder overlijdt, worden zijn rechten en verplichtingen overgedragen op zijn erfgenamen. Hetzelfde geldt voor de eigenaar. De erfgenamen op hun beurt kunnen de overeenkomst pas beëindigen door naleving van de gewone opzeggingsmodaliteiten, precies zoals de huurder of de verhuurder had kunnen doen. Indien een clausule in de huurovereenkomst vermeldt dat de huurovereenkomst automatisch wordt ontbonden bij overlijden, is deze clausule dus nietig. Alleen de vrederechter kan de ontbinding uitspreken.
3. Je echtgeno(o)t(e) overleed als gevolg van een arbeidsongeval of beroepsziekte (zie ook laatste alinea : 4. Ongeval gemeen recht). In dat geval voorziet de arbeidsongevallen- en beroepsziektenwetgeving volgende tegemoetkomingen: • een vergoeding voor de begrafeniskosten (30 x gemiddeld dagloon); • de overbrenging van het stoffelijk overschot naar de plaats waar de familie het wenst te laten begraven; • een schadevergoeding in de vorm van renten aan: >>de overlevende echtgeno(o)te(e): de rente is gelijk aan 30 % van het basisloon van het slachtoffer; >>de kinderen: zij ontvangen een rente ten minste tot hun 18 jaar en zolang zij gerechtigd zijn op kinderbijslagen; deze rente bedraagt 15 % van het basisloon.
12
Info-wijzer ‘Overlijden’ • april 2012 (heruitgave)
De renten van de overlevende echtgeno(o)t(e) en van de kinderen mogen samen niet meer dan 75 % van het basisloon bedragen. Bij beroepsziekte moet de aanvraag gebeuren bij het Fonds voor Beroepsziekten – Sterrekundelaan 1, 1030 Brussel – tel. 02 226 62 11. Nabestaanden van slachtoffers van een dodelijk arbeidsongeval (ook op weg naar en van het werk) kunnen recht openen op een éénmalige tegemoetkoming van 900 euro, eventueel verhoogd met 300 euro per kind ten laste. Dit recht geldt ook voor het personeel van de openbare diensten, zelfstandigen en grensarbeid(st)ers. Bijkomende inlichtingen hierover kan je verkrijgen bij het provinciebestuur van Limburg – Fonds Limburg Helpt – Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt – tel. 011 23 81 81 of bij het Fonds voor Arbeidsongevallen – Idalie II - Troonstraat 100 – 1050 Brussel tel. 02 506 84 11. Bij een dodelijk arbeidsongeval wordt soms ook door een Fonds voor Bestaanszekerheid vergoedingen uitgekeerd. Nuttige adressen: • Fonds voor Bestaanszekerheid van de Werklieden uit het Bouwbedrijf – Koningsstraat 132 – 1000 Brussel tel. 02 209 65 65 • Fonds voor Bestaanszekerheid van de Werklieden uit de Metaalverwerkende Nijverheid – Ravensteingalerij 27 bus 7, 1000 Brussel - tel. 02 504 97 60 • Sociaal Fonds Transport en Logistiek - de Smet De Nayerlaan, 115 – 1090 Brussel - tel. 02 424 30 8 • Waarborg en Sociaal Fonds voor de voedingsnijverheid - Grote Markt 10, 1000 Brussel – tel. 02 513 13 32 • Fonds voor Bestaanszekerheid voor de stoffering en de houtbewerking - Hof-ter-Vleest Dreef 5 bus 2, 1070 Brussel – tel. 02 556 25 50 • Sociaal fonds voor het garagebedrijf - Jules Bordetlaan, 164 1140 Evere - tel. 02 778 62 00 • Sociaal fonds voor Uitzendkrachten - Havenlaan 86c/302, 1000 Brussel – tel. 02 203 60 95 • Secretariaat van de vakbond waarbij de overledene was aangesloten.
4. Ongeval gemeen recht
5. Belastingen
Als de overledene slachtoffer werd van een ongeval waarvoor een 3de persoon aansprakelijk was, moet je een eis tot schadeloosstelling tegen deze persoon indienen. Heb je een uitgebreide polis Rechtsbijstand (zie ook Familiale Verzekering)? Vraag dan dadelijk aan je eigen verzekeringsmaatschappij of zij je belangen kan behartigen voor wat de vordering tot schadevergoeding betreft. Is zo’n polis niet voorhanden, is het aanbevolen om een advocaat aan te stellen. Als je minvermogend bent, kan je vragen om gratis rechtsbijstand door een Pro Deo-advocaat. Het meest eenvoudige is om hiervoor even langs te komen bij de Juridische Dienst van het Sociaal Huis. Mevr. Nele Penders, onze juriste, is elke donderdag van 13.00 u. tot 16.00 u. in het Sociaal Huis bereikbaar.
Indien het overlijden voor 30 juni (datum dat de aangiften van de belastingen moeten binnen zijn) gebeurt, is het wenselijk dat de datum van overlijden wordt vermeld op de aangifte en dat je een overlijdensakte meestuurt. In de loop van het daaropvolgend jaar krijg je 2 aangiften toegestuurd. De ene heeft betrekking op de periode vanaf 1 januari tot aan de datum van overlijden; de tweede op de resterende periode (tot 31 december).
Meestal zal de verzekeringsmaatschappij van de tegenpartij een bedrag als schadeloosstelling voorstellen. Je moet dan goed nagaan of je dit bedrag als voldoende beschouwt. Voor zo’n schadevergoeding bestaan immers geen vaste tarieven. Men houdt o.m. rekening met de leeftijd van het slachtoffer, de vermindering van het huidig inkomen, het wegvallen van toekomstige inkomsten, morele schade, enz. Voor die redenen, maar ook omdat het om hoge bedragen kan gaan, is degelijke juridische voorlichting en bijstand nodig. Indien er ‘in der minne’ geen vergelijk kan worden getroffen, moet je eis voor de rechtbank worden gebracht. Bij een dodelijk ongeval - al of niet ten gevolge van het werk - kan de bankinstelling aan de erfgenamen de som kwijtschelden, indien de zicht(spaar)rekening een negatief saldo vertoont. Als dat saldo positief is, zal de som die nog op deze rekening staat verdubbeld worden. Hiervoor moest wel een speciale schuldsaldoverzekering bestaan (klein bedrag per jaar dat van de rekening werd afgenomen). Doe voor verdere formaliteiten best onmiddellijk navraag bij je bankinstelling; let wel, de aanvraag moet wel binnen de 30 dagen ná het overlijden gebeuren.
Sinds het aanslagjaar 2002 kan de langstlevende echtgeno(o)te voor het jaar waarin de andere echtgeno(o) t(e) overlijdt, kiezen tussen een belasting als alleenstaande of als gehuwde (dit kan in bepaalde gevallen voordeliger zijn). Voor bijkomende inlichtingen kan je terecht bij de Controle der Belastingen – Tongeren 3 – Verbindingsstraat 26, 3700 Tongeren – tel. 02 577 83 40.
6. Wat met de wagen? Misschien bezat de overledene een autonummerplaat (en wagen). Je kan wellicht deze nummerplaat (en wagen) op je eigen naam overnemen. Let wel, sinds 16 november 2010 werden de nieuwe Europese nummerplaten in gebruik genomen. Hierdoor is de Dienst Inschrijving Voertuigen (DIV) misschien nu al van oordeel dat er je al een van dit model moet toegekend worden (prijs: 30 euro). Het voertuig moet dan zo vlug mogelijk na het overlijden worden ingeschreven op naam van de weduwe(naar). De procedure is net dezelfde als die voor de aankoop van een tweedehands voertuig, behalve dat de wagen geen technische controle hoeft te ondergaan en er geen BTW verschuldigd is. Je dient een inschrijvingsformulier voor gebruikt voertuig in te vullen op naam van de weduwe(naar). Dit formulier kan je verkrijgen bij de garagist, de verzekeringsbemiddelaar, het station voor technische controle of bij de Dienst voor het Wegverkeer. De autonummerplaat van de overledene wordt op het formulier ingevuld. Voorts komt op het formulier ‘Overlijden van de titularis’ – ‘Overdracht op naam van de echtgeno(o)te’.
Sommige van deze fondsen keren (ook bij een gewoon overlijden) soms ook nog een of meer vergoeding(en) uit, bijv. eindejaarspremie, een jaarlijks vakantiegeld en ook het opgespaarde kapitaal in het stelsel van de 2de pensioenpijler; eventueel ook bij langdurige ziekte en/of invaliditeit (al of niet met overlijden als gevolg). Bevraag je hierover!
april 2012 (heruitgave) • Info-wijzer ‘Overlijden’
13
INFOWIJZER OVERLIJDEN
Op het formulier moet ook de zegel van de verzekeraar komen. De stempel van de technische controle (zie gele telefoongids, rubriek/hoofdstuk 8960 – Auto’s, inspectie en examencentra) MOET aangebracht worden, maar een herschouwing is niet vereist indien deze nog een bepaalde periode geldig is. Samen met het inschrijvingsformulier moet je volgende documenten versturen naar de Federale Overheidsdienst van Verkeerswezen - D.I.V. -Vooruitgangstraat 56, 1210 Brussel - tel. 02 277 30 30: • het inschrijvingsbewijs van het voertuig op naam van de overledene; • een gelegaliseerd afschrift van de overlijdensakte, afgeleverd door het gemeentebestuur. Doorgaans krijg je die kosteloos als je laat weten dat het vereist is om sociale redenen. Dit afschrift moet duidelijk vermelden dat de aanvrager de echtgeno(o)t(e) was van de overledene. De naam (ook de vóórnaam) moet volledig identisch zijn aan de naam op het inschrijvingsbewijs van de overledene. Een fotokopie van de overlijdensakte wordt NIET aanvaard. Wie deze procedure niet strikt volgt, zal ondervinden dat de aanvraag wordt teruggezonden. Dat wil niet zeggen dat naamoverdracht van het voertuig niet mogelijk is, maar dat de procedure opnieuw op de juiste manier dient te gebeuren. Als het voertuig wordt ingeschreven op naam van iemand van de gezinsleden is het mogelijk dat je ook een taks van ingebruikstelling moet betalen. Bijkomende inlichtingen hierover en ook over de verschuldigde verkeersbelasting: gratis tel. nr. 1700 van de Vlaamse Infolijn –
[email protected]; je kunt ook langsgaan bij de Loketten Verkeersbelasting Vlaanderen - Hendrik Vanveldegebouw, Koningin Astridlaan 50 (in de buurt van het station), Hasselt - openingstijden: 9.00 u. -12.00 u. en 13.00 u. – 16.00 u. (op donderdag tot 18.00 u.).
Wij vermelden er nog even bij dat het rijbewijs van de overledene zo vlug mogelijk moet worden ingeleverd bij het gemeentebestuur. Indien de overledene een parkeerkaart en/of een BTWverminderingskaart had, dien je die terug te sturen naar de instelling die ze heeft uitgereikt. Bijkomende inlichtingen: • Directie-Generaal Personen met een handicap - Finance Tower – Kruidtuinlaan 50 – B150 - 1000 Brussel gratis tel. nr. 0800 98 799 • Controle BTW (Tongeren 1) - Verbindingsstraat 26, 3700 Tongeren - tel. 02 57 782 90
7. Aangifte overlijden bij toeleveringsbedrijven Het is aan te bevelen dat de maatschappijen waarvan je regelmatig rekeningen ontvangt in kennis worden gesteld van het overlijden (toesturen van fotokopie overlijdensakte) zodat de namen en (eventueel) adressen worden aangepast. Wij zetten de belangrijkste even op een rijtje: • WATER – Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening – Runkstersteenweg 208, 3500 Hasselt – tel. 02 238 96 99 • ELECTRICITEIT + GAS – Infrax – Trichterheidestraat 8, 3500 Hasselt – tel. 078 35 30 20 • KABELTELEVISIE + INTERNET – zie laatste factuur • TELEFOON – Belgacom – Maastrichterstraat 94, 3700 Tongeren – tel. 0800 22 800 Neem ook contact op met De Post (Postkantoor Riemst Tongersesteenweg 4 a, 3770 Riemst - tel. 02 201 23 45) om af te spreken dat de briefwisseling voor de overledene bezorgd wordt aan iemand van de erfgenamen.
NALATENSCHAP/SUCCESSIEAANGIFTE Het staat je vrij om de nalatenschap te weigeren of te aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving. Dit kan het geval zijn als je vreest dat de schulden hoger zijn dan de activa. Aarzel dan niet om advies te vragen aan je notaris. De aangifte van de nalatenschap is een wettelijke verplichting die de overheid in staat moet stellen de erfgenamen van de overledene erfenisrechten te laten betalen. Alle wettelijke erfgenamen en algemene legatarissen (= personen die in een testament als algemeen erfgenaam zijn aangeduid) moeten zo’n aangifte doen bij het Ontvangkantoor van de Registratie - Brugstraat 2, 3740 Bilzen – tel. 0257 86 770 Zij kunnen dat ieder afzonderlijk, maar meestal wordt één gezamenlijke aangifte opgesteld. Je hebt hiervoor 5 maanden de tijd (als je partner in het buitenland woonde nog iets langer). Hoewel het niet verplicht is een beroep te doen op een notaris, kan zijn gespecialiseerde kennis een grote hulp zijn in deze toch wel ingewikkelde materie. Bij onvoldoende aangifte kan er je binnen de 2 jaar na het indienen van de aangifte een tekortschatting (meerwaarde) worden opgelegd plus een boete. Wanneer je afstand doet van de erfenis (bijvoorbeeld omdat er veel schulden zijn) hoef je geen aangifte in te dienen. In de aangifte worden zowel de activa als de passiva van je partner opgesomd.
Activa: • alle eigen goederen van de overledene (bijv. kledij, …); • zijn/haar aandeel van de huwelijksgemeenschap, indien je met gemeenschap van goederen bent gehuwd (bijv. woonhuis, banktegoeden, auto’s, meubelen, …); • het kapitaal van zijn/haar levensverzekering; • de schenkingen die je partner in de laatste 3 jaar voor het overlijden heeft gedaan. • daarnaast moeten er, tegen bepaalde voorwaarden, goederen worden aangegeven die zich niet (meer) in de nalatenschap bevinden. Denk aan levensverzekeringen die door de overledene zijn afgesloten ten gunste van de langstlevende of niet-geregistreerde schenkingen die zijn gebeurd in de 3 jaren voor het overlijden. Passiva • de uitvaartkosten • alle schulden die bestaan op het ogenblik van het overlijden (bijv. kosten van de laatste ziekte, saldo van kredieten en leningen, facturen van elektriciteit, … Successierechten De verschuldigde successierechten moeten binnen de 2 maanden na de verplichte aangiftedatum betaald zijn. Een gespreide betaling kan, maar dan wordt er wel 7 % interest aangerekend. Voor onroerende goederen treedt er na 5 jaar verjaring in, voor financiële zaken na 10 jaar. Sinds 1 januari 2007 is de gezinswoning vrijgesteld van successierechten, hetgeen natuurlijk niet wil zeggen dat ze niet meer verschuldigd zijn. Alle relevante informatie over de Vlaamse successierechten vind je op http://publicaties.vlaanderen.be/docfolder/16685/Successierechten_november_2009.pdf
Indien je de autonummerplaat niet wenst te behouden, moet je deze onmiddellijk voor schrapping overmaken aan de Dienst voor het Wegverkeer. De verkeersbelasting wordt pas geschorst op de dag dat de autonummerplaat toekomt op deze dienst. Het inschrijvingsbewijs, het gelijkvormigheidattest en het keuringsbewijs moeten evenwel bij de wagen blijven. Indien de wagen door de erfgename(n) wordt verkocht, moet de nummerplaat dadelijk worden verzonden naar de Federale Overheidsdienst van Verkeerswezen - D.I.V. - Vooruitgangstraat 56, 1210 Brussel - tel. 02 277 30 30: Het gelijkvormigheidattest en het keuringsbewijs moet in de auto blijven. Vanzelfsprekend moet de nieuwe eigenaar in het bezit worden gesteld van het inschrijvingsboekje van de wagen om alle formaliteiten te kunnen vervullen zodat het voertuig opnieuw kan worden ingeschreven bij de Dienst van het Wegverkeer. 14 Info-wijzer ‘Overlijden’ • april 2012 (heruitgave)
april 2012 (heruitgave) • Info-wijzer ‘Overlijden’
15
Info-wijzer ‘Overlijden’ – april 2012 (heruitgave) Verantwoordelijke uitgever: Marina Pauly, schepen bevoegd voor Communicatie – Walenweg 20, 3770 Riemst