Wijk bij Duurstede, 7 juni 2012 Betreft: Resultaten van het draagvlakonderzoek windenergie en het onderzoek naar overige vormen van duurzame energie in Wijk bij Duurstede en informatie over opbrengsten en mogelijkheden maatschappelijk rendement windpark. Memo behandeld door
Van: Wethouder Robbert Peek Aan: Gemeenteraad Wijk bij Duurstede
Jelger Takken
toestelnummer
609
bijlagen
- Rapport uitslagen draagvlakonderzoek de Heer & Co, mei 2012 - Vragenformulier - Rapport haalbaarheid duurzame energie Arcadis, mei 2012
Geachte leden van de raad,
- Overzicht opbrengsten ODE, mei 2012
Aanleiding Op 10 november 2009 is in de gemeenteraad een motie aangenomen van de partijen Groen Links en SP of de plaatsing van één of meerdere windmolens een positieve bijdrage kan leveren aan het financieel meerjaren perspectief van de gemeente voor de periode 2011-2013. In juni 2010 is door Essent een Locatie Energie Scan uitgevoerd van de gemeente Wijk bij Duurstede. Uit dit onderzoek blijkt dat het realiseren van windenergie één van de vijf mogelijkheden is om lokale duurzame energie op te wekken. Windenergie heeft tevens de grootste energie opbrengst vergeleken met andere opties zoals zonneenergie, houtachtige biomassa en biovergisting. In het Hoofdlijnenakkoord 2010-2014 van VVD, CDA en SP staat dat er helderheid moet komen over het gemeentelijk standpunt over windmolens, waarbij de belangen van de inwoners voorop staan. In de ontwerp ruimtelijke structuurvisie van de provincie Utrecht is een paragraaf duurzame energie opgenomen. Hierin staat dat: De ambitie is er om duurzame energie ruimtelijk mogelijk te maken. Gezien de landschappelijke kwaliteit van de provincie is windenergie moeilijk in te passen. Desalniettemin handhaven wij de locaties voor windenergie die zijn opgenomen in de Structuurvisie. Daar bovenop zien wij mogelijkheden voor de locaties Lage Weide, ’t Klooster en Amsterdam-Rijnkanaal ten zuiden van Houten als daarvoor draagvlak bestaat bij de gemeenten. De locaties nemen wij ook op in de Structuurvisie. Concretisering kan gebeuren via initiatieven vanuit de markt. In de Structuurvisie geven wij echter de voorkeur aan andere vormen van duurzame energie die minder impact hebben op de ruimtelijke kwaliteit. Zoals zonne-energie, benutting van restwarmte, koude-warmteopslag, geothermie, biomassa en energielandbouw.
Gemeentehuis: Karel de Grotestraat 30 postadres 83, 3960 BB Wijk bij Duurstede t: 0343-595595 f: 0343-595599 e:
[email protected] w: www.wijkbijduurstede.nl bankrek: 28.50.09.869
In de programmabegroting 2011 is opgenomen dat er helderheid wordt verschaft over het al dan niet plaatsen van windmolens in Wijk bij Duurstede. Om de mogelijkheden voor windenergie te verkennen is in mei 2011 een discussienota opgesteld waarin alle aspecten van windenergie aan bod komen. Naar aanleiding van de discussienota is op 6 september 2011 een voorbesprekingsronde in de gemeenteraad geweest over windenergie. Hieruit is gekomen dat er nog een drietal “bouwstenen” moet worden onderzocht: - is er voldoende draagvlak bij de inwoners?; - zijn er ook alternatieve vormen van duurzame energie geschikt?; - hoe kunnen bewoners meedelen in de inkomsten van een windpark? Hieronder worden kort de resultaten van de het draagvlakonderzoek windenergie in Wijk bij Duurstede en het onderzoek naar alternatieve vormen van duurzame energie weergeven. Voor de details wordt verwezen naar de bijgevoegde rapportages. De informatie over hoe inwoners kunnen meedelen in de inkomsten van een windpark wordt tevens in dit voorstel beschreven. Ik vraag u kennis nemen van de resultaten, zodat de discussie over windenergie kan plaatsvinden medio september/oktober 2012.
2
1. Draagvlakonderzoek Algemeen Om het draagvlak onder de inwoners van de gemeente Wijk bij Duurstede te onderzoeken is gekozen om een informatiemarkt met forumdiscussie te organiseren en een internetpeiling op te zetten. Hiervoor is ondersteuning gezocht bij het communicatiebureau De Heer & Co uit Utrecht in samenwerking met Wing uit Wageningen. Informatiemarkt met forumdiscussie Op 4 april 2012 is de informatiebijeenkomst gehouden in het gemeentehuis. Via “marktkraampjes” konden de aanwezige organisaties informatie aan belangstellenden kenbaar maken. Er stonden zowel voor- als tegenstanders van windenergie evenals ‘neutralen’. Hieronder zijn de aanwezige organisaties weergegeven:
gemeente Wijk bij Duurstede Arcadis Eneco Vereniging voor Natuur en Milieu Wijk bij Duurstede Vereniging Platform Wijk bij Duurzaam Blue Bear Energy De Windvogel Organisatie voor Duurzame energie (ODE) Stichting Belangen Wijkersloot Energiecollectief Wijk bij Duurstede
Naast de stands is er een forumdiscussie gehouden tussen enkele organisaties. De discussie werd geleid door mevrouw Brunt van Bureau Wing. Tijdens de discussie was er veel interactie met het publiek. Op de avond waren circa 200 mensen aanwezig. Naast de informatie die is uitgedragen in de kramen tijdens de avond heeft op de gemeentelijke website informatie gestaan over windenergie, zodat mensen die niet aanwezig konden zijn, de informatie van de aanwezige organisaties op de website kunnen vinden. De inwoners van de gemeente zijn tevens uitgenodigd voor de avond middels een huis-aan-huis brief. Internetpeiling De dag na de informatieavond, 5 april, is de peiling online gezet via een link op de startpagina van de gemeentelijke website. Tot en met zaterdag 21 april kon men een vragenlijst invullen (zie bijlage). Er is gekozen tussen een evenredige verdeling van open en gesloten vragen. De vragen zijn samen met het communicatiebureau zorgvuldig gekozen. De enquête-tool maakt het mogelijk om “quick and dirty” een internetpeiling uit te voeren, waarbij zoveel mogelijk mensen in de gemeente de gelegenheid hebben hieraan deel te nemen. Een aantal risico’s hebben we hiermee bewust genomen. De enige manier om een online enquête te maken met de zekerheid van unieke invoer is het per post verspreiden van unieke inlogcodes, hier zijn echter hoge kosten aan verbonden.
3
Doordat niet met 100% zekerheid is vast te stellen dat iedereen de enquête maar één keer invult moeten de resultaten uit deze enquête altijd als een aanvullende informatiebron gezien worden en niet als de enige. Reacties In totaal hebben 1480 huishoudens de enquête ingevuld. Hiervan zijn 30 exemplaren op papier ingevuld. Van de 1480 reacties zijn 61 reacties niet in de analyse meegenomen, omdat de postcode onvolledig was ingevoerd of omdat de postcode komt van buiten de gemeente Wijk bij Duurstede of Houten. Hierdoor blijven 1419 reacties over. Alleen inwoners uit de gemeente Houten die nabij het Amsterdam Rijnkanaal wonen konden de enquête invullen. De 1419 reacties uit de gemeente Wijk bij Duurstede beslaat ruim 15% van het totale aantal huishoudens binnen de gemeente als je uitgaat van ruim 9.000 huishoudens in 2008 (bron: rapport Gemeente op Maat, 2009, Centraal bureau voor de Statistiek). Resultaten De resultaten zijn onderverdeeld in vijf thema’s; hoe staat men tegenover: - de gemeentelijke ambitie omtrent duurzaamheid; - windenergie op land; - windenergie in Wijk bij Duurstede; - kansen omtrent windenergie; - zorgen omtrent windenergie. Hier onder worden de belangrijkste resultaten weergegeven: Duurzaamheidsambitie. De ambitie van Wijk bij Duurstede om in 2030 volledig klimaatneutraal te zijn wordt door een ruime meerderheid ondersteund (65%). De relatief lage standaardafwijking van het gemiddelde geeft aan dat de meningen hierover niet sterk uiteenlopen en men over het algemeen positief staat t.o.v. deze ambitie. Windenergie op land. Gemiddeld staat men “neutraal” / “gematigd positief” tegenover windenergie op land. Postifief is 48% en negatief is 44%. De hogere standaardafwijking geeft aan dat de meningen hierover sterker uiteenlopen dan ten aanzien van de duurzaamheidsambitie van Wijk bij Duurstede. Windenergie in Wijk bij Duurstede Een ruime meerderheid staat (in principe) negatief ten opzichte van windenergie in Wijk bij Duurstede (64%). De relatief hoge standaardafwijking geeft aan dat de meningen hierover sterker uiteenlopen: voorstanders en tegenstanders zijn meer uitgesproken. Kansen die men ziet voor windenergie De kansen gaan met name over vermindering van CO2-uitstoot en grotere onafhankelijkheid van (fossiele) energie die elders wordt geproduceerd. Verder wordt genoemd: beheersbaar houden van energiekosten, voorsprong behouden op gebied van duurzame energie en zelf verantwoordelijkheid nemen en problemen niet doorschuiven naar de toekomst.
4
Zorgen die men heeft De zorgen gaan over een breed aspect; geluidshinder, horizonvervuiling, aantasting karakteristieke landschap, kosten die hoger zijn dan de opbrengsten, overlast en schade voor direct omwonenden. Voor een uitgebreide analyse en een weergave van de reacties van inwoners wordt verwezen naar de rapportage van het draagvlakonderzoek (zijn bijlage). Aandachtspunten Uit de enquête wordt duidelijk dat het draagvlak voor windenergie in Wijk bij Duurstede gering is. Tegelijkertijd werd ook een aantal andere zaken duidelijk. -
er brede steun is voor de duurzaamheidsambitie van Wijk bij Duurstede en worden er allerlei alternatieven voorgesteld om zonder of naast windenergie aan die duurzaamheidsambitie te gaan werken.
In de rapportage is de rijkdom aan ideeën en aandachtspunten bijeengebracht rond drie denkrichtingen: -
Als de gemeenteraad zou besluiten verder te gaan met windenergie, waar zou ze rekening mee moeten houden? Als de gemeenteraad zou besluiten in te zetten op zonne-energie, waar zou ze rekening mee moeten houden? Als de gemeenteraad zou besluiten in te zetten op een brede strategie naar verduurzaming, waar liggen kansen en waar zou ze rekening mee moeten houden?
5
2. Alternatieve vormen van Duurzame energie in Wijk bij Duurstede Algemeen Windenergie kan een goede optie zijn om duurzame energie op te wekken binnen de gemeente. Maar hoe zit het met de overige vormen van duurzame energie? Welke vormen kunnen een bijdrage leveren aan de klimaatdoelstellingen en hoe verhoudt windenergie zich hier mee? In mei 2012 heeft Arcadis de overige vormen van duurzame energie onderzocht en als uitgangspunt de klimaatdoelstelling, CO2 reductie, gehanteerd. De onderstaande vormen zijn onderzocht:
Zonne-energie: elektriciteit en/of warmte; Geothermie; Mest(co)vergisting; Energiewinning met behulp van snoei en resthout; Warmtekoude opslag; Windenergie; Overige mogelijkheden voor vermindering van CO2 uitstoot.
Deze vormen zijn onderzocht op de volgende aspecten: de technologie; het potentieel voor de gemeente; de realiseerbaarheid van dat betreffende potentieel. Resultaten Op korte termijn (0-5 jaar) geeft windenergie de meeste CO2 besparing. Op lange termijn (5-20 jaar) geldt dit voor zonne-energie. Daarnaast is er een grote besparing mogelijk op het (personen)vervoer/transport. De ambitie om in 2030 klimaatneutraal te zijn lijkt, ook met het inzetten van alle middelen, nagenoeg onmogelijk. Of dit bijvoorbeeld wel mogelijk is in 2040 is moeilijk te zeggen omdat dit afhankelijk is van verschillende factoren waaronder techniek, draagvlak, financiën, eventuele compensatie, ambitie, etc. De globale conclusies worden hieronder weergegeven. Voor de inhoudelijke informatie wordt verwezen naar het rapport van Arcadis als bijlage. Door inzet van alle duurzame alternatieven en energiebesparing lijkt het in potentie mogelijk om alle huishoudens in 2030 klimaatneutraal te krijgen. Het lijkt niet mogelijk om ook de emissie van alle bedrijven binnen de gemeentegrenzen te neutraliseren. Inzet van alle beschikbare vormen van duurzame energie zijn belangrijke voorwaarden om op korte termijn te verduurzamen. Door in te zetten op energiebesparing kan veel emissie van CO2 worden voorkomen en (een deel) van deze besparing kan al op korte termijn worden gerealiseerd.
Op lange termijn (5-20 jaar) liggen de grootste kansen bij zonne-energie. Wanneer het boren naar diepere lagen in Wijk bij Duurstede mogelijk is is geothermie ook interessant.
6
Om zorg te dragen dat op (lange) termijn wordt voldaan aan de doelstellingen is het van belang om beleid te ontwikkelen. Er wordt geadviseerd om dit uit drie delen te laten bestaan: 1. routekaart met een helder einddoel; 2. uitvoeringsplan met concrete doelen in tijd en kosten; 3. monitoringsinstrument om de voortgang te borgen.
7
3. Opbrengsten en maatschappelijk rendement windpark Inleiding Het ontwikkelen van een windpark zorgt voor veel emotie in de samenleving. Door bewoners in een vroeg stadium van voldoende informatie te voorzien en actief te betrekken bij het proces verhoogt dit de kans op succes. Actieve betrokkenheid van de bevolking kan veel wrijving voorkomen en vergroot over het algemeen het draagvlak (bron: windenergie.nl). Energetische opbrengsten De locatie van een windpark is sterk van belang voor de opbrengsten. De gemiddelde windsnelheid bepaald de elektriciteitsproductie. De windmolens die nu in Nederland geplaatst worden hebben een vermogen van ongeveer 2,5 MW. Dit was voorheen nog 0,3 MW. De ashoogte van de molens is daarbij verhoogd van ongeveer 30 meter naar 80 of 100 meter. De diameter kan oplopen tot 90 meter. Door de hoge ashoogte levert de turbine bijna altijd stroom. Er is namelijk op deze hoogte vaker wind. Bij lage windsnelheden levert de turbine al stroom. Bij windkracht 6 werken de meeste turbines op vol vermogen. Bij windkracht 10 wordt de turbine stilgezet. Een turbine van 2,5 MW levert voor circa 2000 huishoudens aan elektriciteit. Een turbine van 3 MW levert circa 7000 MWh per jaar op. Dit maal de huidige marktprijs van ongeveer 55 eurocent per MWh komt uit op een omzet van circa 380.000,- euro voor een windturbine. De turbine zal dan bij deze marktprijs zonder subsidie in circa 12 jaar zijn terugverdiend. Omdat dit te lang duurt voor het bedrijfsleven wordt middels een SDE subsidie het verschil vergoed tussen de kostprijs van grijze energie en die van duurzame energie gedurende een periode van maximaal 12 tot 15 jaar, zolang de kostprijs van grijze energie onder de kostprijs van windenergie ligt. De kosten voor windstroom zullen naar verwachting verder dalen (afgelopen decennia met 5%/jaar) en voor fossiele en kernenergie zullen naar verwachting de kosten stijgen. Voor 2020 zullen de kosten van windenergie op land naar verwachting onder of in de buurt van de marktprijs voor elektriciteit komen (bron: ECN). Hierbij zijn dan nog niet de vermeden maatschappelijke kosten meegenomen welke gepaard gaan met fossiele energie. Dit kan ook tot een extra verhoging van de fossiele kostprijs leiden (CO2 rechten/uitstoot, etc.) die hier dan nog bij komt.
Financiële opbrengsten gemeente Voor een gemeente zijn er verschillende mogelijkheden om uit een windpark (= minimaal 3 windmolens) opbrengsten te genereren. Hieronder worden enkele voorbeelden genoemd. Door middel van onroerende zaak belasting en het in rekening brengen van leges voor de omgevingsvergunning en wijzigen bestemmingsplan komen er gelden binnen; Als een windmolenpark wordt geplaatst op gemeentegrond kan hiervoor geld worden gevraagd; De gemeente kan de initiatiefnemer van het windpark om een bijdrage vragen in de vorm van bijvoorbeeld een fonds. Het geld kan ten goede komen aan maatschappelijke projecten;
8
De gemeente kan zelf optreden als initiatiefnemer en/of investeerder en daarmee profiteren van de operationele winst van het park. Uitgaande van een windmolen van 3 MW kan dit per jaar per molen minimaal circa 30.000 euro opleveren voor de gemeente (waarvan circa 27.000 euro via grondkosten en 3.000 euro via WOZ-belasting). Daarnaast levert het nog eens eenmalig 50.000 euro aan legeskosten op per molen . Indien de gemeente zelf initiatiefnemer is en/of meeparticipeert komen de extra opbrengsten hieruit ook ten goede van de gemeente. Dit kan als de fossiele energiekostprijs boven de windenergiekostprijs uitstijgt. Naar verwachting is dit voor 2020. (Bron: Discussienota windenergie Arcadis, mei 2011). Maatschappelijk rendement Er zijn verschillende vormen waarbij bewoners voordelen kunnen hebben van een windpark. De kern van participatie is actieve betrokkenheid van belanghebbenden en geïnteresseerden. Er worden drie hoofdvormen onderscheiden van participatie: participatie in het (ruimtelijk) besluitvormingsproces, inclusief betrokkenheid bij de ontwikkeling van de plannen; financiële betrokkenheid; organisatorische betrokkenheid. Door middel van het opzetten van een coöperatie kunnen inwoners/omwonenden en bedrijven participeren in de windmolens. De opbrengsten van de windmolens komen dan ten goede aan de leden. Door middel van een lidmaatschap kunnen leden dan mede eigenaar worden van de windmolens. Opbrengsten vallen dan ten goede aan de coöperatie en het bestuur en de leden bepalen wat er met overschotten kan gebeuren. Leden kunnen tevens de mogelijkheid hebben om mee te financieren en het blijkt dat dit goede opbrengsten oplevert. Ter zijner tijd kan eventueel de eigen windenergie aan de leden/inwoners geleverd worden, eventueel tegen een gereduceerd tarief. Indien de regelgeving dit in de toekomst toelaat dan is levering met voordeel van lagere belasting mogelijk. Voorbeelden van succesvolle coöperaties zijn o.a.: Zeeuwind, Zeekracht, de Windvogel en Kennemer-wind. Daarnaast zijn er ook overige mogelijkheden om te investeren in een windpark, oa. via: beleggingsfonds (de investeerder legt eigen vermogen in en krijgt indien mogelijk een winstuitkering); lening (de financier of bank leent een bedrag aan de exploitant en krijgt een vaste of variabele rente); aandelen of obligaties (de investeerder koopt deze van de exploitant en krijgt dividend of rente). De exacte opbrengsten zijn mede afhankelijk van wie de exploitant wordt (evt. via een coöperatief indirect de burgers zelf) en van de gesprekken met de mogelijke exploitant / ontwikkelaar. Maar het is voor de inwoners mogelijk om hiervan financieel te profiteren.
9
Bijkomend maatschappelijk effect is dat de gemeente hiermee een deel in de verlaging van de eigen CO2 uitstoot op zich neemt. Het is een grote stap richting een CO2 neutrale gemeente. (bron: windenergie.nl, duurzameenergie.or, notitie Windenergie in Wijk bij Duurstede ODE en Discussienota windenergie Arcadis, mei 2011). Geluid Gedurende de discussie omtrent het draagvlak voor windenergie zijn er verschillende opvattingen over het geluidaspect van windmolens naar voren gekomen. Daarom wordt hieronder er nog kort aandacht aan gegeven aan het geluidsaspect van windmolens. Windmolens maken geluid. De wetgever heeft bepaald dat de maximale grenswaarde van de geluidbelasting ligt bij 9% ernstig gehinderden. Dit betreft volgens het Activiteitenbesluit (Besluit Algemene Regels voor Inrichtingen Milieubeheer) overdag 47 dB Lden en voor de nacht 41 dB Lnight. Gemeenten kunnen hier van afwijken. Middels een rekenprogramma wordt uitgerekend wat een windmolen aan geluid produceert bij een woning. Het daadwerkelijk doen van geluidsmetingen is te gecompliceerd. Voor de afstand tussen molens en woningen zijn in oktober 2010 nieuwe geluidsmetingen gekomen. In het verleden werd als vuistregel gehanteerd: de afstand van de molen tot een woning = 4 maal de ashoogte. Er zouden volgens deze regel geen problemen met geluid mogelijk zijn. De maximale geluidniveaus worden niet overschreden. Dit gold echter met name voor windmolens van een ouder type. Tegenwoordig is de geluidbelasting volgens het rekenvoorschrift maatgevend voor de minimale afstand en is er geen vuistregel meer. De afstand tot de woning kan bij Lden 47 dB kleiner zijn dan 4 maal de ashoogte. Er is dan ook niet exact na te gaan hoeveel woningen geluidshinder zouden hebben wanneer een windmolenpark zou gerealiseerd worden nabij het AmsterdamRijnkanaal. Het rekenprogramma en de geluidsnormen uit het besluit zijn hierbij leidend. (bron:windenergie.n en Wijk bij Duurzaam).
Met vriendelijke groet, namens het college van burgemeester en wethouders,
Robbert Peek, Wethouder duurzame ontwikkeling
10