Beste vrienden en collega’s
2007 was voor de Belgische vereniging van IT-journalisten een bijzonder actief jaar met drie debatten over journalisten en public relations, over burgerjournalistiek en bloggers, en recent over de toekomst van de journalist. Er daagden telkens tot een honderdtal toehoorders op. Ook de BJIT-cocktail bij Telindus Belgacom ICT was een succes met bijna 500 aanwezigen. En dank zij Stef Gyssels werd de eerste ict-quiz bij Telenet een erg geslaagde avond met zo’n 250 deelnemers. De opbrengst van de quiz ging trouwens integraal naar het goede doel: de cliniclows. Ook in 2008 pogen we op dat elan verder te gaan. Het doel van BJIT blijft immers om te informeren en elkaar beter te leren kennen in een zo aangenaam mogelijke sfeer. We danken dan ook Corelio, Roularta, Telindus en Telenet voor de ontvangst. BJIT distancieert zich trouwens met klem van alle commerciële activiteiten in naam van de vereniging (zie ook verder in deze uitgave) . In maart volgt zo goed als zeker een tweede debat over de relatie tussen pers en public relations. Onze website (www.bjit.be) wordt inmiddels verder uitgebouwd dank zij Emakina. Journalisten die graag met telefoonnummer, e-mail en foto op de website staan kunnen dat doorgeven aan Brigitte Doucet. Wij wensen elke journalist en sympathisant alvast een geweldig, intens, maar vooral interessant 2008.
Luc Blyaert BJIT voorzitter
Brigitte Doucet BJIT vice voorzitter
BJIT debat over de toekomst van de journalist Verslag Guy Kindermans De journalist is dood! Lang leve de journalist? Dat laatste is nog maar de vraag…. Niet geheel toevallig organiseerde B-Jit – de club van Belgische informaticajournalisten – een discussie over de toekomst van de journalistiek. Nieuwe technologieën doen immers vragen rijzen bij de toekomst van het journalistieke metier. Dé journalistiek en dé journalist bestaan natuurlijk niet. Het panel met Josse Abrahams als moderator maakte dat meteen duidelijk. Dat was samengesteld uit de uitgevers Luc Eeckhout (ICT Cluster Roularta) en José Delameilleure (B2B Minoc), vertegenwoordigers van journalisten als Pol Deltour (nationaal secretaris Vlaamse vereniging van journalisten) en Frans Wauters (Journalisten auteursrechten maatschappij) én journalisten als Jozef Schildermans (Testlab) en Bruno Koninckx (freelance). Ook het publiek van journalisten, communicatiespecialisten en andere belangstellenden liet zich in deze discussie niet onbetuigd. Van bij de aanvang leek het thema van de avond veeleer de vraag ‘de toekomst van wat?’ te worden. En meteen werd de ‘identiteitcrisis’ van de journalist aangekaart. Vandaag kan immers iedereen informatie verspreiden via een veelheid aan kanalen. Daardoor is de journalist de controle over de verspreiding van informatie (en de gezagspositie die daar bijhoort) kwijtgeraakt, aldus Luc Eeckhout. Tegelijk wordt er ook meer individueel gereageerd op informatie via die kanalen, zoals in blogs. En bovendien gebeurt alles erg snel, zodat de klassieke werkwijze van de journalist niet meer lijkt te passen in dit jachtige stramien. Dag journalist, dus? Nee, counterde José Delameilleure, een aantoonbare en bewezen kwaliteit in de berichtgeving is en blijft dé bestaansreden van de journalist. Waarbij zeker moet worden vermeden dat één iemand de verslaggeving doet en tegelijkertijd het foto- of videoverslag (inclusief het editeren van het AV-materiaal) voor zijn rekening moet nemen. Anderzijds zal crossmediaal werken wel deel uitmaken van de journalistieke toekomst, oordeelt Bruno Koninckx. Cruciaal in de discussie blijkt daarbij de rol van de blog, een medium waarvan de impact groeit. Maar hoe zit het met de informatiekwaliteit in blogs? Hoe vind je betrouwbare blogs en de informatie die je nodig hebt doorheen het hele webkluwen. De eerste zoekresultaten leveren immers niet altijd de meest relevante pointers of referenties op. Het is duidelijk dat de explosieve ontwikkeling van nieuwe technologieën voor informatieverspreiding doorheen het nu wereldwijde internet vandaag een fundamentele rol speelt. Een veel diepgaandere revolutie dan ooit voordien, aldus Pol Deltour, met gevolgen voor werking, organisatie en kwaliteit! Als vertegenwoordiger van de journalistenbond verzet hij zich hoegenaamd niet tegen die nieuwe technologieën, maar ze moeten dan wel positief worden aangewend. Het kan niet de bedoeling zijn om alle functies en verslaggevingsvormen in één persoon te persen en zo te besparen. Hier rust een grote verantwoordelijkheid bij de uitgevers die moeten kunnen garanderen dat journalisten voldoende worden vergoed, met bijzondere aandacht voor de auteursrechten (onder meer bij de herpublicatie van materiaal op het internet of in andere media) en het lot van de freelancers, aldus Frans Wauters. Dat hier de economische noden van publicaties (lees: de onder druk staande inkomsten), de ietwat naiëve verwachting van de consumenten dat informatie gratis is en de precaire toestand van
journalisten – en dan vooral de freelancers – lijnrecht tegenover elkaar staan, bleek ‘crystal clear’ tijdens de discussie. Nee, we kunnen ons niet veroorloven tweemaal voor het zelfde te betalen en een bericht moet naargelang zijn scoop-gehalte bvb. soms in een ander medium worden gebracht dan voorzien, op de site in plaats van in het tijdschrift, aldus Luc Eeckhout. Maar hoever kan de slinger die kant uitzwaaien? Tot een hoofdredacteur een katern of een dossier afblaast omdat ‘de sales’ er geen geld in ziet (zoals iemand uit de zaal had ervaren)? Of tot een hoofdredacteur de titel ‘marketeer van het jaar’ krijgt (wat dit jaar gebeurde met Peter Vandermeersch). Daartegenover staat de journalist, die moet leven en worden vergoed voor zijn werk. Dat vooral freelancers het voor hun kiezen krijgen en soms hun toevlucht nemen tot activiteiten die volgens de letter van de wet eigenlijk niet kunnen, ontkent niemand! Dat uitgevers en journalistenbond al jaren niet meer tot een cao zijn gekomen, dat de bestaande barema’s niet worden gehanteerd voor freelancers en dat aan de discussie over auteursrechten, crossmediaal hergebruik en auteursrechten geen einde komt, zijn stuk voor stuk symptomen van een extreem moeilijke situatie. ‘Haast alle processen die we inleiden gaan over freelancers en het gebruik van (en/of de betaling) van hun materiaal’, stelt Frans Wauters… Telkens opnieuw belandde de discussie weer bij de blogger, voor veel journalisten de boeman, bedreiging, concurrent (schrappen wat niet past) bij uitstel. Is dat de nieuwe journalist? Te vertrouwen? Met echte invloed? De nieuwe lieveling van de PR- en marketingmensen? Of is de blogger in wezen een amateur die zich laat laat lijmen en paaien omdat hij nu ook mag meespelen met de grote jongens? Of sluit de blogger aan bij een trend die mikt op informatie gebracht door personen uit de samenleving, met een hoog ‘reality’gehalte. Een journalist blogs laten schrijven naast zijn ‘normale dagtaak’ is ook geen optimale oplossing, want hoedanook snijdt dat in de tijd die hij aan zijn artikels kan besteden. Een mogelijke reactie is de nu reeds voorziene bescherming van het beroep nog sterker in de verf te zetten door aan de naam onder een artikel een bewijs van professionele erkenning aan toe te voegen (zoals het ‘ir’ achter de naam van een ingenieur). Klinkt natuurlijk erg defensief, maar veranderingen kunnen erg snel gaan. Met zo’n maatregel kan de journalist de huidige woelige periode overleven. Informatieconsumenten moeten opnieuw een betere kijk krijgen op de kwaliteit die wordt geboden door een kanaal of een specifiek medium. Zoals vroeger de inhoud van de kranten voor absoluut waar werd gehouden (‘anders zouden ze het toch niet drukken zeker’), lijkt nu zo’n simpel vertrouwen te bestaan voor wat informatie op het internet. Tegelijk moet ook de blogger zich strikter aan deontologische regels houden. Het toepassen van de regels die gelden voor journalisten en de eis ten aanzien van bloggers om hun relatie met bedrijven duidelijk te maken, zou al heel wat dubbelzinnigheid de wereld uithelpen, vindt Jozef Schildermans. Bedrijven en instellingen moeten daarnaast ook zelf het onderscheid leren maken tussen ernstige, professioneel aangepakte blogs en de blogs van dubieus kaliber. ‘Bedrijven scheren heus niet alle bloggers over dezelfde kam,’ stelt Tim Nagels, actief in de communicatiewereld, het publiek gerust. Belangrijk voor de toekomst is dat nieuwe technologieën niet tot een verschraling van de informatie mogen leiden, waarbij een zelfde stukje telkens weer wordt hergebruikt. En er moet blijvend worden geïnvesteerd in technologie én mensen, ook in moeilijke tijden. Die strategische keuze berust bij de hoogste bedrijfsleiding. Door het mediaberoep te herwaarderen zou ook het probleem inzake geloofwaardigheid al goeddeels worden opgelost. Wat uiteindelijk telt voor de informatiezoeker is in welke mate hij de informatieleverancier kent en dus vertrouwt. Luc Blyaert, voorzitter van B-Jit, merkte daarbij op dat de jongeren van vandaag niet langer bereid zijn om het gezag van iemand of van een medium zomaar te aanvaarden. Ze vertrouwen wie ze kennen!
ICT QUIZ 2007: een schot in de roos Het is nu wel zeker: ook ICT is een onderwerp waarover moeiteloos honderd vragen gesteld kunnen worden. En op de allereerste ICT-zaalquiz, georganiseerd door Stef Gyssels en Tim Nagels als nieuwe BJIT-activiteit, bleek dat de meeste van deze honderd vragen ook vlot beantwoord kunnen worden. Vijftig ploegen schreven in voor deze eerste editie, die in de refter van Telenet plaatsvond. Echt veel leek het niet meer op een refter nadat Telenet er een event-team op los had gelaten. Presentator Dries Cuypers sprak zelfs van een Moulin-rouge sfeertje, ongetwijfeld geïnspireerd door de rode lampjes op tafel. Wat ook op elke tafel stond: een notebook met daarop antwoordformulieren voor elke ronde. Zo was niet alleen de allereerste ICT-zaalquiz maar ook de allereerste geautomatiseerde ICT-zaalquiz een feit. De uiteindelijke winnaar werd het team van IT Professional. Zij hadden 86 van de 100 vragen correct. Tweede was een team van DataTestlab/Disk Idee (85), terwijl een afvaardiging van IT-dienstverlener Isabel met de derde plaats en 84 punten het podium op mocht. Het uiteindelijke doel van de quiz was geld ophalen voor de Cliniclowns, een organisatie die met een zestiental clowns de verschillende ziekenhuizen in België bezoekt om de patiëntjes aan het lachen te brengen. Het streefcijfer van 10.000 euro werd gehaald en zelfs met enkele honderden euro overschreden. De opbrengst zal worden besteed aan een webcamtoepassing waarmee de patiëntjes ook online bezoek kunnen krijgen van de clowns. Uiteraard is zoiets niet mogelijk als er geen schare sponsors klaar staat om alle kosten te dekken. Telenet voor de hosting en catering van het event, HP en Kender Thijssen voor de notebooks, One Agency voor de quizsite en voor de toepassing, en dan nog een hele reeks prijzensponsors: HP, Telenet, Microsoft, Adobe en Lexmark. Ook de vragenstellers, juryleden en andere vrijwilligers die zich voor deze quiz hebben ingezet, mogen niet vergeten worden. En komt er nu ook een Tweede ICT-quiz? Gezien het succes en de enthousiaste reacties, zien Stef en Tim zich haast verplicht om een nieuwe editie te plannen. En wees gerust: ook de volgende honderd vragen zullen geen probleem vormen. We zoeken enkel nog een geschikte locatie om volgend jaar nog meer teams te laten meespelen. Bedankt aan alle deelnemers en tot volgend jaar!
Strikte scheiding BJIT en Beditique Zoals tijdens de algemene vergadering begin september afgesproken is, wil BJIT, de vereniging van it-journalisten, een publiek statement maken over de verhouding van BJIT en de onderneming Beditique, vertegenwoordigd door mevrouw Noisette Elleboudt. Beide partijen zijn voorstander van een strikte scheiding tussen de BJIT vereniging en de commerciële onderneming Beditique. BJIT, de vereniging van it-journalisten, wenst die scheiding ook kenbaar te maken en te duiden. BJIT benadrukt dat ze geen enkele commerciële band heeft met de onderneming Beditique en dat de journalistenvereniging op geen enkel moment financiële steun (met name sponsorgeld voor de BJIT-cocktail en de inkomsten van het BID jaarboek) heeft ontvangen van Beditique. BJIT wenst tevens te benadrukken dat de samenwerking met Beditique onderworpen wordt aan een evaluatie en dat andere partijen in de toekomst eveneens kunnen worden aangesproken voor de organisatie van de jaarlijkse BJIT-cocktail. BJIT legt tevens de nadruk op het feit dat de BJIT-website (www.bjit.be) en de nieuwsbrieven het enige communicatiemedium van de journalistenvereniging zijn. Alle andere vormen van communicatie vallen buiten de bevoegdheid en verantwoordelijkheid van de journalistenvereniging en hebben dus geen enkele rechtstreekse band met BJIT, de vereniging van it-journalisten.